1
56
95
73
Ø 3
45
70.5
10
Ø 4.5
175
138
36
AirMission 1
Voordat u met de installatie of montage begint, dient u uit voorzorg de volgende
veiligheidsmaatregelen te nemen:
• Controleer de spanningsgegevens op het etiket van het schakelapparaat.
• Zorg ervoor dat het apparaat/de installaties niet ingeschakeld kunnen worden!
• Controleer of de voedingsspanning is uitgeschakeld!
• Bescherm het apparaat met een behuizing tegen vervuiling of agressieve
omgevingen!
• Sluit alle bedrijfs- en schakelspanningen op dezelfde zekeringen aan.
• Sluit de bedrijfsspanning op hetzelfde stroomcircuit als de poortbesturing aan.
• In geval van storingen het apparaat van het net scheiden.
Beperkte bescherming tegen onbedoeld contact!
W adviseren om jaarlks de batteren te vervangen.
Draadloos signaaltransmissiesysteem met geïntegreerde luchtdrukschakelaar
Vertaling van de oorspronkelke gebruiksaanwzing
Algemeen
1Veiligheidsinstructies
2Typische toepassingen
2.1 Industriële poort
NEDERLANDS
350486C
10/19
Zender
Luchtdrukschakellst
Ontvanger
Systeem ter bewaking van luchtdrukschakellsten.
OntvangerZender
• Lees deze gebruiksaanwijzing vóór de inbedrijfstelling van het apparaat
volledig door en bewaar deze voor later gebruik.
• Montage, inbedrijfstelling, wijzigingen en uitbreidingen mogen alleen door
een ervaren elektricien worden uitgevoerd!
• Voordat met de werkzaamheden wordt begonnen, moeten het apparaat/de
installaties van de stroomvoorziening worden gescheiden!
• Tijdens de werking van elektrische componenten
– bij een kortsluiting kunnen bijv. hete en geïoniseerde gassen
– vrijkomen
– mogen beschermende afdekkingen niet worden verwijderd!
• Let op alle lokale relevante elektrische veiligheidsvoorschriften!
• Het negeren van de veiligheidsvoorschriften kan ernstig of dodelijk letsel
of ernstige materiële schade tot gevolg hebben!
• Apparaten van cat. 2 conform EN ISO 13849-1 dienen regelmatig,
minstens een keer per cyclus, te worden getest.
• De fabrikant van de installatie is er verantwoordelijk voor dat een
risicobeoordeling wordt uitgevoerd en dat de sensor en de installatie in
overeenstemming met de geldende nationale en internationale voorschrif-
ten en veiligheidsnormen en, indien van toepassing, in overeenstemming
met de machinerichtlijn 2006/42/EC worden geïnstalleerd.