Zanussi ZRB40NC Handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Handleiding
NNLL
2
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u het apparaat installeert en in gebruik neemt. U vindt
hierin aanwijzingen m.b.t. de veiligheid, praktische informatie, informatie m.b.t. het milieu en tips. Als u het appa-
raat volgens de aanwijzingen gebruikt, zal het naar volle tevredenheid werken.
M.b.v. onderstaande symbolen kunt u informatie makkelijk vinden:
Aanwijzingen m.b.t. de veilligheid
Aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het functioneren van het apparaat.
Praktische informatie
Informatie m.b.t. het milieu
Tips
Tips m.b.t. levensmiddelen en het bewaren daarvan.
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag wor-
den behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische appa-
ratuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd,
voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval
van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u
het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering
van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
From the Electrolux Group. The world’s No.1 choice.
De Electrolux Groep is de grootste producent ter wereld van aangedreven apparaten voor gebruik in de keuken, reinigingswerkza-
amheden en voor gebruik buitenshuis. In meer dan 150 landen over de hele wereld worden ieder jaar meer dan 55 miljoen Electrolux
producten (zoals koelkasten, fornuizen, wasautomaten, stofzuigers, kettingzagen en grasmaaiers) verkocht ter waarde van circa USD
14 miljard.
Inhoudsopga
Inhoudsopga
v
v
e
e
Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid........3
Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid ............3
Veiligheid van kinderen........................................3
Vóór het in gebruik nemen ...................................3
Veiligheidsmaatregelen voor isobutaan...................3
Aanwijzingen voor de gebruiker ...........................4
Algemene informatie ...........................................4
Beschrijving van het apparaat, belangrijkste
onderdelen........................................................4
Bedienen van het apparaat...................................5
In gebruik nemen ...........................................5
Temperatuur instellen ......................................5
Gebruik van de koelruimte ...............................5
Bewaren in de koelruimte ................................5
Bewaartijden en temperaturen ..........................5
Gebruik van de vriezer.........................................5
Invriezen .......................................................5
Bewaren in de vriesruimte................................6
IJsblokjes maken............................................6
Praktische informatie...........................................6
Tips..................................................................6
Energie besparen ...........................................6
Het apparaat en het milieu ...............................6
Onderhoud........................................................7
Ontdooien .....................................................7
Reiniging en onderhoud ..................................8
Als de koelkast niet in gebruik is .......................8
Problemen oplossen ...........................................8
Verwisselen van de gloeilamp ...........................8
Als iets niet werkt................................................8
Aanwijzingen voor de installateur.......................10
Technische gegevens ........................................10
Installeren van het apparaat ................................10
Vervoer, uitpakken ........................................10
Reiniging .....................................................10
Plaatsing .....................................................10
Draairichting deur veranderen .........................11
Elektrische aansluiting ...................................12
Bewaartijdentabel (1)........................................13
Bewaartijdentabel (2)........................................14
Garantie en service ...........................................14
Garantiebepalingen en Service ...........................14
Algemene Garantiebepalingen ........................14
Garantie-uitbreidingen....................................14
Garantie-uitsluitingen .....................................14
Belangrijk advies...........................................15
Waarborgvoorwaarden ......................................15
NNLL
3
Algemene aanwijzingen m.b.t.
de veiligheid
Bewaar deze gebruiksaanwijzing goed en geef hem
door aan een evt. volgende eigenaar van het appa-
raat.
Dit apparaat is alleen bedoeld voor gebruik in het
huishouden, voor het bewaren van levensmiddelen
en dient volgens de voorschriften te worden
gebruikt.
Reparaties aan dit apparaat, ook vervangen van
het aansluitsnoer, mogen alleen door ELEC-
TROLUX SERVICE uitgevoerd. Daarbij mogen
alleen originele DISTRIPARTS-onderdelen gebruikt
worden. Onvakkundige reparaties kunnen tot
aanzienlijke risico's voor de gebruiker leiden!
Het apparaat is alleen spanningloos als de stekker uit
het stopcontact is getrokken. Voordat u het apparaat
gaat reinigen, dient u het altijd spanningloos te
maken. Trek de stekker nooit aan het snoer, maar
aan de stekker zelf uit het stopcontact. Als het stop-
contact moeilijk bereikbaar is, schakel dan de zeker-
ing in de huisinstallatie uit.
Het aansluitsnoer mag niet verlengd worden.
Zorg ervoor dat de stekker niet wordt platge-
drukt of beschadigd door de achterkant van het
koel/vriesapparaat.
- Een beschadigde stekker kan oververhit raken en
brand veroorzaken.
Plaats geen zware voorwerpen of het
koel/vriesapparaat zelf op het aansluitsnoer.
- Daardoor bestaat kans op kortsluiting en brand.
Trek de stekker niet uit het stopcontact door aan
het snoer te trekken, vooral niet als het
koel/vriesapparaat uit de nis wordt getrokken.
- Schade aan het snoer kan kortsluiting, brand en/of
een elektrische schok veroorzaken.
- Als het aansluitsnoer beschadigd is, moet het wor-
den vervangen door onze service-afdeling of door
een erkend installateur.
Als het stopcontact los zit, steek de stekker er
dan niet in.
- Daardoor bestaat kans op een elektrische schok of
brand.
Gebruik het apparaat niet zonder de afdekking van
de binnenverlichting.
Gebruik bij het schoonmaken, het ontdooien of het
uitnemen van diepvriesproducten of het ijsblokjes-
bakje geen scherpe of puntige voorwerpen. Die kun-
nen het apparaat beschadigen.
Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen bij de temper-
atuurregelaar en de verlichting komen.
Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct uit de vries-
ruimte in de mond stoppen. IJs kan aan lippen of
tong vastvriezen en verwondingen veroorzaken.
Eenmaal ontdooide levensmiddelen mogen niet
opnieuw ingevroren worden, maar moeten zo snel
mogelijk geconsumeerd worden.
Kant-en-klare diepvriesproducten volgens de aanwi-
jzingen van de fabrikant van deze producten
bewaren.
Belangri
Belangri
jk
jk
e aanwi
e aanwi
jzingen m.b.t. de v
jzingen m.b.t. de v
eiligheid
eiligheid
Probeer niet het ontdooiproces te versnellen m.b.v.
elektrische verwarmingstoestellen of chemische stof-
fen.
Laat kunststof onderdelen niet met hete voorwerpen
in aanraking komen.
Geen bussen of flessen met brandbaar gas of
vloeistof in het apparaat bewaren. Explosiegevaar!
Geen koolzuurhoudende dranken, flessen en blikjes
in de diepvriesruimte bewaren.
Het dooiwaterafvoergootje regelmatig controleren en
schoonmaken. Bij verstopping van het afvoergootje
kan het verzamelde dooiwater storingen veroorzaken.
Veiligheid van kinderen
Houd de verpakking uit de buurt van kinderen.
Kunststof folie kan verstikkingsgevaar opleveren.
Het apparaat is bedoeld voor gebruik door volwasse-
nen. Laat kinderen niet met het apparaat of de bedi-
eningselementen spelen.
Als u het apparaat afdankt, trek dan de stekker uit het
stopcontact, snijd het aansluitsnoer af (zo dicht
mogelijk bij het apparaat) en haal de deur eruit. U
verhindert daardoor, dat spelende kinderen een
elektrische schok krijgen of elkaar of zichzelf in het
apparaat opsluiten.
Vóór het in gebruik nemen
Zet het apparaat tegen de muur om te voorkomen dat
u zich verbrandt aan warmte afgevende onderdelen
(compressor, condensor).
Trek altijd eerst de stekker uit het stopcontact voor-
dat u het apparaat gaat verplaatsen.
Let erop dat het apparaat niet op het aansluitsnoer
staat.
Rond het apparaat moet voldoende luchtcirculatie
zijn. Gebrek aan luchtcirculatie kan tot oververhitting
leiden. Volg daarom de aanwijzingen m.b.t. de instal-
latie.
Als u zich niet aan deze aanwijzingen houdt,
kan de fabrikant niet aansprakelijk worden
gesteld voor eventuele schade.
Veiligheidsmaatregelen voor
isobutaan
Waarschuwing
Het koelmiddel van het apparaat is isobutaan
(R 600a) dat in hoge mate brandbaar en explosief is.
Houd ventilatie-openingen in het apparaat of in het
inbouwmeubel vrij.
Gebruik geen mechanische apparaten of andere
middelen om het ontdooiproces te bespoedigen, die
niet door de fabrikant worden aangeraden.
Beschadig het koelcircuit niet.
Gebruik geen elektrische apparaten binnenin het
apparaat, tenzij ze door de fabrikant worden gead-
viseerd.
NNLL
4
Aanwi
Aanwi
jzingen v
jzingen v
oor de gebr
oor de gebr
uik
uik
er
er
Beschrijving van het apparaat, belangrijkste onderdelen
Algemene informatie
Dit apparaat is een huishoud-koel/vriescombinatie met
één compressor. De vriesruimte onderin heeft een eigen
deur en is geheel afgesloten van de koelruimte.
Het is geschikt voor het koelen van levensmiddelen, het
bewaren van diepvriesproducten, het invriezen van lev-
ensmiddelen en het maken van ijsblokjes.
Het apparaat is geschikt voor gebruik in een bepaalde kli-
maatklasse (bepaalde omgevingstemperaturen).
De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje.
14. Afdekklep van het botervakje
15. Eierenrekje
16. Deurvak
17. Isolatiestrip deur
18. Flessenvak
19. Deurgrepen
20. IJsblokjesbakje
21. Kondensator
22. Afvoer dooiwater
23. Afstandhouder
24. Verdampingsschaal
25. Kompressor
26. Wieltjes
A - Koelkast
B - Vrieskast
1. Bovenkant
2. Verlichtingseenheid
3. Glasplaten
4. Vak met flessenrekje
5. Koelwand
6. Lekbak voor dooiwater
7. Glasplaat
8. Groentebakken
9. Typeplaatje
10. Invriesvak met mand
11. Bewaarvak(ken) met mand
12. Afvoergoot dooiwater
13. In hoogte verstelbare pootjes
NNLL
5
In gebruik nemen
Zet de accessoires op hun plaats in het apparaat en
steek de stekker in het stopcontact.
Met de temperatuurregelaar, te vinden in de verlicht-
ingseenheid in de koelkast, wordt het apparaat aangezet
en kan men de temperatuur instellen door de knop met
de wijzers van de klok mee te draaien.
In het volgende hoofdstuk vindt u aanwijzingen m.b.t. de
instelling.
Temperatuur instellen
De temperatuurregelaar zal, afhankelijk van de ingestelde
stand, de werking van het apparaat voor kortere of lan-
gere tijd onderbreken en opnieuw opstarten, waarmee
de juiste temperatuur wordt verzekerd.
Hoe dichter bij de maximum stand, hoe intensiever de
koeling. Als u de draaiknop van de temperatuurregelaar
in de middelste stand zet (tussen minimum en maximum)
wordt er in de koelkast een temperatuur van +5 °C
bereikt en in de vriezer -18 °C. Deze stand is voldoende
voor het dagelijkse gebruik.
De temperatuur in het apparaat wordt, naast de stand van
de temperatuurregelaar, ook beďnvloedt door de omgev-
ingstemperatuur, het al dan niet vaak openen van de
deuren, de hoeveelheid verse levensmiddelen, enz.
Op de maximale stand (gedurende een
zwaardere belasting, b.v. tijdens een hittegolf)
werkt de kompressor continue. Dit is niet schadelijk
voor het apparaat.
Gebruik van de koelruimte
Voor een optimale koeling is een goede luchtcir-
culatie noodzakelijk. Bedek daarom de roosters
nooit met papier, schalen, enz.
Zet nooit warme etenswaren in de koelruimte,
maar laat ze eerst tot kamertemperatuur
afkoelen. Zo voorkomt u ongewenste rijpvorming.
Levensmiddelen kunnen geurtjes overnemen,
daarom is een goede verpakking, zoals ges-
loten schaaltjes, aluminium- of vershoudfolie,
noodzakelijk. Op die manier worden ook de natu-
urlijke vochtgehaltes behouden en blijven bijvoor-
beeld groentes dagenlang vers.
Bewaren in de koelruimte
Bewaar de levensmiddelen zoals aangegeven in de
afbeelding:
1. gebak, kant-en-klare producten, levensmiddelen in
schaaltjes, vers vlees, vleeswaren, dranken
2. melk, zuivelproducten, levensmiddelen in schaaltjes
3. fruit, groenten
4. kaas, boter
5. eieren
6. yoghurt, zure room
7. kleine flessen, frisdrank
8. grote flessen, dranken
Bedienen van het apparaat
Bewaartijden en temperaturen
De tabellen achterin de gebruiksaanwijzing informeren u
over bewaartijden.
De bewaartijd kan niet exact worden aangegeven, omdat
hij afhankelijk is van de versheid en de behandeling van
de levensmiddelen. De bewaartijden zijn daarom slechts
richtlijnen.
Als u gekochte diepvriesproducten niet direct wilt con-
sumeren, kunnen ze ongeveer 1 dag (tot ze gaan ont-
dooien) in de koelkast bewaard worden.
Invriezen
Het apparaat is geschikt om de in het gegevensschema
genoemde hoeveelheid verse levensmiddelen in te
vriezen. Het invriezen moet, nadat de voorbereidingen
zijn uitgevoerd, op de volgende manier gebeuren.
Draai de temperatuurregelaar op de middelste stand.
Leg de reeds ingevroren levensmiddelen uit de bovenste
mand in een bewaarmand. Leg de verse levensmiddelen
in de invriesmand, zodanig, dat er voldoende ruimte voor
de luchtcirculatie blijft. Mocht er toch nog ingevroren lev-
ensmiddelen in de invriesmand blijven, leg deze dan aan
de achterkant, zodanig, dat de verse levensmiddelen niet
worden geraakt.
Laat het apparaat 24 uur lang in deze stand staan.
Draai na 24 uur de temperatuurregelaar terug in de
gebruikelijke stand of hou de middelste stand aan, deze
stand is in het algemeen goed geschikt voor het
dagelijkse gebruik.
Gebruik van de vriezer
NNLL
6
Het is niet aan te raden de temperatuurregelaar
voor langere tijd op een hoge stand (bv maximale
stand) te zetten. Uiteraard verkort dit de invriestijd, echter
ook de temperatuur in het koelgedeelte kan voor langere
tijd onder de 0°C dalen, wat tot gevolg heeft dat de daar
bewaarde levensmiddelen en dranken zullen bevriezen.
Probeer nooit meer in te vriezen, dan de in de
"technische gegevens" vermeldde invri-
escapaciteit. Het invriezen van te grote hoeveelhe-
den zou niet perfekt verlopen, waardoor er verschil-
lende beschadigingen aan de levensmiddelen kun-
nen ontstaan (zoals bv sap- of smaakverlies).
Probeer gelijktijdig invriezen en het maken van ijs
te verkomen, daar het ijs maken capaciteit van het
invriezen wegneemt.
Bewaren in de vriesruimte
De ingevroren voedingsmiddelen moeten na het invriezen
in de aanwezige (1 of 2) vrieslades worden gelegd.
Daardoor komt er onmiddellijk plaats vrij voor een nieuwe
hoeveelheid in te vriezen voedingsmiddelen. De reeds
ingevroren voedingsmiddelen komen op die manier niet
contact met de andere voedingsmiddelen.
Indien er grotere hoeveelheden aan levensmiddelen
bewaard moeten worden, kunnen de laden, behalve de
onderste, uit het apparaat worden gehaald en kunnen de
levensmiddelen onmiddellijk op de koelplaten worden
gelegd.
Bij aankoop van diepvriesproducten moet u
steeds rekening houden met de bewaartijd die op
de verpakking aangegeven is. Indien u zelf levensmidde-
len invriest kan u de richtlijnen aan de binnenkant van de
deur van het diepvriesgedeelte raadplegen. De icoontjes
staan voor de verschillende levensmiddelen, de cijfers
voor de maximale bewaartijd in maanden.
Het bewaren van diepvriesproducten is alleen
veilig, wanneer deze producten, voordat ze in het
vriesgedeelte worden gelegd, zelfs niet voor korte tijd
ontdooit zijn geweest.
Indien een diepvriesproduct reeds ontdooit is geweest, is
het niet wenselijk dit opnieuw in te vriezen, maar moet het
product zo snel mogelijk worden gebruikt.
IJsblokjes maken
Vul het ijsblokjesbakje met water en zet het in de vries-
ruimte. Als u de bodem van het ijsblokjesbakje nat maakt
en de temperatuurregelaar op de maximale stand zet,
gaat het invriezen sneller. Vergeet niet, de temperatuur-
regelaar na het invriezen weer op de normale stand te
draaien.
U kunt de ijsblokjes makkelijker losmaken door het ijs-
blokjesbakje onder stromend water te houden en het dan
iets te verdraaien. Mocht het ijsblokjesbakje vastgevroren
zijn, gebruik dan geen scherpe voorwerpen om het los te
maken. Daarmee kunt u beschadigingen veroorzaken.
Praktische informatie
Dankzij de variabele platen kunt u de koelruimte aan
uw eisen aanpassen. U kunt de platen ook verplaat-
sen als de deur 90° open staat.
Na openen en sluiten van de deur van de vriesruimte
ontstaat in het apparaat een vacuüm. Na sluiten van
de deur duurt het 2-3 minuten voordat u de deur
weer kunt openen.
Stel de vriesruimte zodanig in dat de binnentemper-
atuur nooit warmer dan -18 °C wordt. Bij te hoge
temperaturen bederven de diepvriesproducten.
Controleer elke dag even of het apparaat goed func-
tioneert. Zo constateert u evt. storingen tijdig.
Tips
In dit hoofdstuk vindt u praktische tips om het apparaat zo
energiezuinig mogelijk te gebruiken. U vindt hier ook
informatie m.b.t. het milieu.
Energie besparen
Zet het apparaat niet op een plaats waar het bloot-
gesteld wordt aan de zon of aan een hittebron.
Zorg voor voldoende ventilatie van de condensator
en de compressor. Hou de luchtcirculatie rond het
apparaat vrij.
Bewaar de levensmiddelen altijd in goed sluitende
bewaardozen of verpakt in huishoud- of aluminium-
folie zodoende onnodige rijp- of ijsvorming te
voorkomen.
Open de deuren niet onnodig en laat ze niet langer
open staan dan absoluut noodzakelijk is.
Laat warme levensmiddelen eerst afkoelen tot op
kamertemperatuur vooraleer ze in de vriezer te plaat-
sen.
Zorg ervoor dat de condensator steeds schoon is.
Het apparaat en het milieu
Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in het iso-
latiemateriaal, geen gassen die de ozonlaag kunnen aan-
tasten. Het apparaat mag niet samen met huisvuil of ges-
loopte apparaten weggegooid worden. Uit het oogpunt
van milieubescherming moeten afgedankte koel- en
vriestoestellen volgens de plaatselijke regelingen op
deskundige wijze verwerkt worden. Informeer bij de
gemeente naar de mogelijkheden in uw woonplaats.
Zorg ervoor dat het koelcircuit, vooral aan de achterkant
bij de warmtewisselaar, niet beschadigd wordt.
De materialen met het symbool „ ” zijn geschikt voor
recycling.
NNLL
7
Onderhoud
Ontdooien
Een deel van het vocht in de gekoelde ruimtes van het
apparaat zet zich om in rijp of ijs.
Een dikke laag rijp of ijs heeft een isolerend effect, waar-
door de werking van het koelapparaat achteruitgaat. De
temperatuur in de gekoelde ruimtes stijgt en het energie-
verbruik neemt bijgevolg toe.
Bij dit type gebeurt het ontdooien van de koelplaten
geheel automatisch, zonder tussenkomst van buitenaf.
De temperatuurregelaar onderbreekt op bepaalde tijd-
stippen de werking van de compressor (zodat er geen
koeling is), waardoor de temperatuur van de koelplaat
boven 0 °C stijgt en het ontdooien begint. Wanneer de
temperatuur van de koelplaat is opgelopen tot +3 - +4 °C
zet de temperatuurregelaar het koelproces weer in
gang..
Het smeltwater loopt via een afvoergootje naar een reser-
voir boven de compressor en verdampt door de warmte
van de compressor.
Controleer en reinig regelmatig de afvoergoot
voor het smeltwater. Bij verstopping van het
afvoergootje kan het smeltwater alleen via de iso-
latie wegvloeien, wat vroegtijdige defecten aan het
apparaat tot gevolg kan hebben.
Het reinigen van de afvoergoot moet gebeuren m.b.v. het
meegeleverde krabbertje (zie ook de tekening). Dit krab-
bertje moet in de afvoer worden opgeborgen.
Eén van de meest voorkomende oorzaken van verstop-
ping van het afvoergootje is het vastvriezen van voed-
selverpakkingen aan de achterwand van het apparaat.
Wanneer u het voedingsmiddel uit de koelkast haalt,
scheurt de papieren verpakking die vervolgens tijdens
het automatische ontdooien in het afvoergootje terecht
komt en verstopping veroorzaakt.
Wees daarom uiterst voorzichtig wanneer u in papier ver-
pakte levensmiddelen in de koelkast legt.
Wanneer er meer koelvermogen vereist wordt,
b.v. tijdens een hittegolf, kan het gebeuren, dat de
koelkast voortdurend werkt. Er wordt dan niet automa-
tisch ontdooit.
Het is niet ongewoon als er na het ontdooien kleine resten
ijs of rijp op de achterwand van de koelkast blijven zitten.
Het vriesgedeelte kan niet worden voorzien van een
automatische ontdooifunctie, want de bevroren en
diepgevroren levensmiddelen verdragen de temperatuur
niet die nodig is om ijs te doen smelten.
Daarom wordt er een kunststoffen schraper meegeleverd,
waarmee kleine hoeveelheden ijs of rijp kunnen worden
verwijderd. Wanneer de ijs- of rijplaag echter te dik is en
niet meer met de schraper kan worden verwijderd, moet
het vriesgedeelte worden ontdooit. De frequentie hiervan
hangt af van het gebruik (gemiddeld 2 of 3 keer per jaar).
Haal de bevroren levensmiddelen uit het apparaat en leg
deze, goed verpakt in isolerende materialen, op een
koele plaats of in een andere vriezer.
Trek de stekker uit het stopcontact, waardoor de stroom-
toevoer naar beide gedeelten van het apparaat onderbro-
ken wordt.
Doe de deuren van beide gedeelten open en maak het
koelgedeelte schoon volgens de aanwijzingen in het
hoofdstuk "Schoonmaken". Het schoonmaken van het
vriesgedeelte moet alsvolgt worden uitgevoerd:
Het afvoergootje onderin het vriesgedeelte dient voor de
optimale afvoer van het smeltwater.
Haal het afvoergootje los en zet het op zijn plaats (zie
tekening). Plaats onder het afvoergootje een bak, pan of
kleine emmer.
Vergeet het afvoergootje niet terug te plaatsen wanneer u
klaar bent.
Het bakje zichtbaar op de tekening is geen meegeleverd
accessoire!
Na het ontdooien de binnenkant goed droog wrijven.
Steek de stekker weer in het stopcontact en leg de lev-
ensmiddelen weer in de laden.
NNLL
8
Problemen oplossen
Verwisselen van de gloeilamp
Wanneer het gloeilampje van de binnenverlichting stuk is,
kan u dit probleem alsvolgt zelf oplossen:
Haal de stekker uit het stopcontact.
Druk het lipje (1) aan de achterkant van de verlicht-
ingseenheid in (zie tekening) en verwijder daarna het
afdekkapje in de richting die de pijl aangeeft. Nu kan
men de gloeilamp makkelijk verwisselen (type gloeilamp:
T25 230-240 V, 25 W, fitting E14).
Plaats na het verwisselen van de gloeilamp het afdekkap-
je weer op zijn plaats en stop de stekker in het stopcon-
tact. Het niet branden van de gloeilamp heeft geen gevol-
gen voor de werking van het apparaat.
Als iets niet werkt
Er kan soms een kleine storing optreden, die u zelf kunt
verhelpen. In de tabel vindt u informatie m.b.t. het ophef-
fen van zulke kleine storingen.
Als het apparaat aanstaat, is er soms wat geluid te horen
(compressor, circulatie). Dan is er geen sprake van een
storing.
Wij willen u er nogmaals op wijzen dat het appa-
raat met onderbrekingen werkt. Als de compres-
sor stopt, wil dat niet zeggen dat het apparaat niet werkt.
Daarom moet u altijd eerst de stekker uit het stopcontact
trekken, voordat u elektrische onderdelen aanraakt.
Reiniging en onderhoud
Wij adviseren u de binnenzijde van de koelruimte elke 3
tot 4 weken schoon te maken (u kunt het beste tegelijk-
ertijd de vriesruimte ontdooien).
Gebruik geen reinigingsmiddel of zeep.
Trek de stekker uit het stopcontact. De binnenzijde van
het apparaat met handwarm water schoonmaken en
droog wrijven. Reinig het deurrubber met schoon water.
Steek na het reinigen de stekker weer in het stopcontact.
Stof en vuil die zich op de achterkant van de koelkast en
de condensor hebben afgezet, dient u één of twee maal
per jaar te verwijderen. Maak dan ook het condensbakje
bovenop de compressor schoon.
Als de koelkast niet in gebruik is
Als de koelkast langere tijd niet in gebruik is, gaat u als
volgt te werk:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Maak de koelkast leeg.
Ontdooien en schoonmaken zoals hiervoor beschreven.
De deur open laten om geurvorming te voorkomen.
NNLL
9
Als u de storing aan de hand van de aanwijzingen niet kunt oplossen, neem dan contact op met Service.
Probleem
De temperatuur in de
koelruimte is te hoog.
De temperatuur in de
vriesruimte is te hoog.
Er loopt water langs de
achterkant van de koel-
ruimte.
Er loopt water in de
koelruimte.
Er loopt water op de
vloer.
Er is teveel ijs en rij-
pafzetting.
De compressor werkt
voortdurend.
Het apparaat werkt hele-
maal niet. Noch de koel-
ing, noch de binnenver-
lichting werkt.
Het apparaat maakt veel
lawaai.
Mogelijke oorzaak
De temperatuurregelaar is foutief ingesteld.
De levensmiddelen zijn niet koud genoeg of
zijn op de verkeerde plaats bewaard.
De deur sluit niet goed of is niet goed ges-
loten.
De temperatuurregelaar is foutief ingesteld.
De deur sluit niet goed of is niet goed ges-
loten.
Te veel levensmiddelen werden gelijktijdig
ingevroren.
De levensmiddelen zijn te dicht bij elkaar
bewaard.
Dat is normaal. Tijdens het automatische
ontdooien smelt het ijs op de achterwand.
De afvoer van de koelruimte kan verstopt
zijn.
Levensmiddelen kunnen de lekbak
blokkeren, zodat er geen water in kan
vloeien.
Het afvoergootje loopt niet in de condens-
bak op de compressor.
De levensmiddelen zijn niet goed verpakt.
De deur sluit niet goed of is niet goed ges-
loten.
De temperatuurregelaar is foutief ingesteld.
De temperatuurregelaar is foutief ingesteld.
De deur sluit niet goed of is niet goed ges-
loten.
Te veel levensmiddelen werden gelijktijdig
ingevroren.
U hebt warme levensmiddelen in het appa-
raat geplaatst.
Het apparaat staat op een te warme plaats.
De stekker zit niet (goed) in het stopcontact.
De zekering is kapot / uitgeschakeld.
De temperatuurregelaar staat niet aan.
Er staat geen spanning op het stopcontact
(probeer een ander apparaat op hetzelfde
stopcontact).
Het apparaat staat niet goed.
Oplossing
Zet de temperatuurregelaar hoger.
Bewaar de levensmiddelen op de juiste plaats.
Controleer of de deur goed dicht gaat en of
de deurisolatie schoon en onbeschadigd is.
Zet de temperatuurregelaar hoger.
Controleer of de deur goed dicht gaat en of
de deurisolatie schoon en onbeschadigd is.
Wacht een paar uur en controleer de tem-
peratuur opnieuw.
Leg de levensmiddelen zodat er ruimte voor
luchtcirculatie blijft.
Maak de afvoer schoon.
Plaats de levensmiddelen zodanig dat ze de
achterwand niet raken.
Plaats het afvoergootje in de condensbak.
De levensmiddelen beter verpakken.
Controleer of de deur goed dicht gaat en of
de deurisolatie schoon en onbeschadigd is.
Zet de temperatuurregelaar lager.
Zet de temperatuurregelaar lager.
Controleer of de deur goed dicht gaat en of
de deurisolatie schoon en onbeschadigd is.
Wacht een paar uur wachten en controleer
de temperatuur opnieuw.
Laat de levensmiddelen tot kamertemperatu-
ur afkoelen.
Probeer de omgevingstemperatuur te verla-
gen
Steek de stekker (goed) in het stopcontact.
Vervang de zekering of schakel deze aan.
Apparaat in werking stellen volgens de aan-
wijzingen in hoofdstuk "Ingebruikname".
Neem contact op met een elektra-installa-
teur.
Controleer of het apparaat stabiel en water-
pas staat (alle vier poten moeten op de
vloer staan).
NNLL
10
Aanwi
Aanwi
jzingen v
jzingen v
oor de ins
oor de ins
t
t
allat
allat
eur
eur
Technische gegevens
Model
Brutto inhoud (l)
Netto inhoud (l)
Breedte (mm)
Hoogte (mm)
Diepte (mm)
Energieverbruik (kWh/24 uur)
(kWh/jaar)
Energieklasse volgens de EU richtlijn
Invriescapaciteit (kg/24uur)
Maximale bewaartijd in geval van storing
Neutrale stroomsterkte (A)
Geluidsniveau (dB)
Gewicht (kg)
Aantal compressoren
ZRB 40NC
vriesruimte: 291
koelruimte: 110
vriesruimte: 287
koelruimte: 92
595
2010
632
1,01
369
A
4
20
1,0
38
80
1
Installeren van het apparaat
Vervoer, uitpakken
U kunt het apparaat het beste rechtop in de orig-
inele verpakking vervoeren. Zie ook de aanwijzin-
gen op de verpakking.
Na elk transport mag het apparaat pas na ca. 2 uur
ingeschakeld worden.
Pak het apparaat uit en controleer het op transports-
chade. Neem in geval van transportschade contact op
met de leverancier en sluit het apparaat niet aan.
Reiniging
Verwijder de plakband en andere voorwerpen waarmee
de losse onderdelen aan de binnenkant van het apparaat
zijn bevestigd.
Reinig de binnenkant van het apparaat met lauw water en
een kleine hoeveelheid afwasmiddel. Gebruik een zachte
doek.
Wrijf de binnenkant na het schoonmaken droog.
Plaatsing
De omgevingstemperatuur oefent een invloed uit op het
stroomverbruik en de juiste werking van het apparaat.
Hou er rekening mee dat het apparaat wordt gebruikt in
een omgeving, die overeenkomt met de klimaatklasse
vermeldt op het typeplaatje. De omgevingstemperaturen
en hun klimaatklasse, zijn hieronder in het schema ver-
meldt.
Klimaatklasse Omgevingstemperatuur
SN +10 ..,+32 °C
N +16 ..,+32 °C
ST +18 ..,+38 °C
Indien de omgevingstemperatuur onder de minimale
waarde daalt, zal de temperatuur in het koelgedeelte
boven de voorgeschreven temperatuur stijgen.
Indien de omgevingstemperatuur boven de maximale
waarde stijgt, dan moet de compressor langer werken en
wordt het automatische ontdooiingproces verstoord waar-
door de temperatuur in het koelgedeelte en het
stroomverbruik stijgt.
Monteert u de afstandhouders in het tasje van de
onderdelen naar de achterste hoeken van het appa-
raat.
Maakt u de schroeven los, stelt u de afstandhouders
onder de schroeven, dan trekt u de schroeven.
NNLL
11
Zorg ervoor, dat het apparaat waterpas staat. Gebruikt
hiervoor de stelpoten aan de voorzijde van het apparaat.
Stel het apparaat niet bloot aan de zon of plaats het niet in
de onmiddellijke omgeving van een kachel, verwarming of
fornuis.
Is plaatsing naast een warmtebron onvermijdelijk, houd
dan de volgende richtlijnen aan:
Is de afstand tussen het apparaat en een gas- of elek-
trisch fornuis 3 cm of minder, dan moet een brandvri-
je isolatieplaat met een dikte tussen de 0,5 cm tot 1
cm tussen de 2 apparaten geplaatst worden.
Afstand tot een kolen- of petroleumkachel moet min-
stens 30 cm zijn.
De koelkast moet tegen de muur aangeschoven worden.
Bij de plaatsing van de koelkast moeten de mini-
male afstanden, vermeld op de tekening, strikt
worden toegepast:
A: plaatsing onder een keukenkastje
B: vrijstaand
Draairichting deur veranderen
Indien praktischer kan de draairichting van de deur veran-
derd worden.
De apparaten worden in de handel gebracht met deuren,
die naar rechts open gaan.
De aanpassing is volgens de onderstaande tekeningen en
beschrijving uitvoerbaar:
De onderstaande werkzaamheden kunnen het beste
uitgevoerd worden door 2 personen, zodat één per-
soon de deuren tijdens de werkzaamheden goed kan
vasthouden.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Open de deuren en schroef het scharnier (a, b),
bevestigt met 2 schroeven (c), los (tekening 2).
Haal het complete scharnier (a, b, c,) van zijn plaats
door de deuren voorzichtig te kantelen. Vergeet de
kunststof afstandhouder (b) onder het scharnier niet
(tekening 2)!
Verwijder de deur van de koelkast door deze
voorzichtig naar beneden te trekken.
Verwijder de deur van de vrieskast door deze
voorzichtig naar boven te trekken.
Haal de stift uit de bovenkant van de deur van de
koelkast en plaats deze aan de andere kant.
Haal de stift uit de bovenkant van de deur van de
vrieskast en plaats deze aan de andere kant.
Schroef de bovenste stift van de deur van de koelkast
(d) los en plaats deze aan de andere kant (tekening 1).
Elektrische aansluiting
Deze koelkast is ontworpen voor 230 V AC (
~
) 50
Hz.
Het apparaat moet worden aangesloten aan een vol-
gens de voorschriften geďnstalleerd stopcontact
met randaarde. Als zo'n stopcontact niet aanwezig
is, laat het dan door een erkend installateur in de
buurt van de koelkast aanbrengen.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-richtlij-
nen:
73/23/EEG van 19.02.1973 (incl. wijzigingsrichtlij-
nen) - laagspanningsrichtlijn
89/336/EEG van 03.05.1989 (incl. wijzigingsrichtlij-
nen - EMC-richtlijn
NNLL
12
Verwijder de afdekplaatjes (u) uit de onderkant van
het apparaat (tekening 3).
Schroef de onderste deursteun (e) los door de
schroeven (s) los te draaien en zet deze weer vast aan
de andere kant (tekening 3).
Demonteer de onderste deursteun (f) en de daarbi-
jbehorende ring (h) en zet deze in het andere gat.
Plaats de afdekplaatjes (u) aan de andere kant.
Haal de afdekpennen (3 stuks) voor de scharnier-
bevestiging (n, k) aan de linkerkant en zet ze aan de
andere kant (tekening 2).
Plaats de pen (m) van het scharnier van de deur van
de vrieskast in het gat aan de linkerkant (tekening 2).
Zet de deur van de vrieskast op de onderste (f)
deursteun (tekening 3).
Druk de deur van de koelkast in de bovenste (d)
deursteun. Hierna moeten de deuren iets worden
gekanteld en kan men de scharnier (m) in het gat van
de deur van de koelkast drukken.
Open nu de deuren en schroef de scharnier vast aan
de linkerkant me behulp van de 2 schroeven (c).
Vergeet de kunststof afstandhouder (b) niet, die
onder het scharnier moet komen. Let er goed op, dat
de rand van de deuren gelijk loopt met de zijkant van
het apparaat.
Zet het apparaat op de plaats, plaats het waterpas en
steek de stekker in het stopcontact.
Natuurlijk kunt u ook contact opnemen met de dichtstbijz-
ijnde servicepunt, mocht u het omzetten van de deur-
draairichting liever niet zelf uitvoeren. Hier kunt u infor-
matie vragen over de kosten van het omzetten door één
van onze servicemonteurs en een afspraak maken.
NNLL
13
Be
Be
w
w
aar
aar
ti
ti
jdent
jdent
abel (1)
abel (1)
Verse levensmiddelen in de koelkast bewaren
X: normale bewaartijd
x: mogelijke bewaartijd (geldt alleen voor echt verse producten)
Soort Bewaartijd in dagen Verpakking
1234 567
rauw vlees XXx x x vershoudfolie, luchtdicht
gekookt vlees XXXx x x afgesloten schaaltje
gebraden vlees XXXx x afgesloten schaaltje
rauw gehakt X afgesloten schaaltje
gebraden gehakt XXx x afgesloten schaaltje
vleeswaren XXx x vershoudfolie, vetvrij papier
verse vis X x x vershoudfolie, luchtdicht
gekookte vis XXx x afgesloten schaaltje
gebakken vis XXx x x afgesloten schaaltje
vis uit blik X x x afgesloten schaaltje
verse kip XXXx x x vershoudfolie, luchtdicht
gebraden kip XXXx x x afgesloten schaaltje
verse eend, gans XXXx x x vershoudfolie, luchtdicht
gebraden eend, gans XXXX x x x afgesloten schaaltje
boter ongeopend XXXX XXXoriginele verpakking
boter geopend XXx x x x x originele verpakking
melk XXXx x originele verpakking
room XXx x kunststof schaaltje
zure room XXXX x x x kunststof schaaltje
kaas (hard) XXXX XXXaluminium folie
kaas (zacht) XXXX x x x vershoudfolie
kwark XXXX x x x vershoudfolie
eieren XXXX XXX
spinazie. XXx x vershoudfolie
erwten, bonen XXXX x x x vershoudfolie
paddestoelen XXx x x vershoudfolie
wortelen, bieten XXXX XXXvershoudfolie
tomaten XXXX XXXvershoudfolie
kool XXXX Xx x vershoudfolie
snel rottend fruit (aardbei,
framboos enz.) XXXx x vershoudfolie
ander fruit XXXX x x x vershoudfolie
fruit uit blik XXXx x afgesloten schaaltje
NNLL
14
Soort in de koelruimte in de ****-vriesruimte
+2 – +7 °C -18°C
groente 1 dag 12 maanden
kant-en-klare producten 1 dag 6 maanden
aardappelgerechten, pastagerechten 1 dag 12 maanden
soep 1 dag 6 maanden
fruit 1 dag 12 maanden
vlees 1 dag 5 maanden
consumptie-ijs 1 dag 3 weken
Be
Be
w
w
aar
aar
ti
ti
jdent
jdent
abel (2)
abel (2)
Diepvriesproducten bewaren
Garantiebepalingen en Service
Bij aanspraak op kosteloos herstel dient het origineel van
de betreffende aankoopnota of kwitantie te worden
getoond of meegezonden.
Algemene Garantiebepalingen
1 De fabrikant verleent een jaar garantie op het op de
bijbehorende koopnota vermelde apparaat, gerek-
end vanaf de koopdatum. Indien zich binnen deze
periode een storing voordoet, welke het gevolg is
van een materiaal- en/of constructiefout, heeft de
koper het recht op kosteloos herstel.
1a Voor stofzuigers, bedoeld voor huishoudelijk
gebruik, geldt een algemene garantieperiode van
twee jaar. Accessoires zijn aan directe slijtage
onderhevig; deze verbruiksartikelen zijn derhalve
van garantie uitgesloten.
2 Indien binnen de garantietermijn door ZANKER
reparaties worden verricht, wordt de oorspronke-
lijke garantietermijn niet verlengd.
Op reparaties buiten de garantietermijn door
ZANKER verricht, en op de hierbij geleverde,
betaalde en gemonteerde onderdelen wordt 1 jaar
garantie verleend.
Indien na drie maal uitvoeren van eenzelfde
reparatie, hetzelfde defect opnieuw optreedt en
geen resultaat van een opnieuw uitvoeren van een
reparatie verwacht mag worden, zal een nieuw
exemplaar of soortgelijk toestel worden aangebo-
den. De aanbieding geschiedt tegen bijbetaling op
basis van een te bepalen jaarlijks afschrijvingsper-
centage.
3 Servicebezoeken aan huis worden alleen gebracht
voor grote, moeilijk transporteerbare apparaten,
per definitie: wasautomaten, trommeldroogauto-
maten, afwasautomaten, koelkasten, diepvrieskas-
ten/-kisten, ovens, fornuizen en inbouwapparaten.
3a De regeling als genoemd onder punt 3 geldt ook
voor caravankoelkasten, mits de plaats waar zich
Gar
Gar
antie en ser
antie en ser
vice
vice
het apparaat bevindt binnen de landsgrenzen ligt
en over normale, voor het autoverkeer
opengestelde wegen bereikbaar is. Voorts dienen
ten tijde van het bezoek het apparaat en de eige-
naar, of diens gemachtigde plaatsvervanger, op de
afgesproken bezoekplaats aanwezig te zijn.
4 Indien, naar het oordeel van de fabrikant, het appa-
raat zoals bedoeld onder punt 3 naar haar ser-
vicewerkplaats getransporteerd moet worden, dan
geschiedt dit transport op de door de fabrikant
vastgestelde wijze en voor rekening en risico van
de fabrikant.
5 Alle niet onder punt 3 en punt 3a genoemde appa-
raten, alsmede apparaten welke wel de betref-
fende functionele eigenschappen hebben maar
daarnaast juist bedoeld zijn voor gemakkelijk trans-
port, dienen franco aan het adres van de servicedi-
enst verzonden of aangeboden te worden. Binnen
de algemene garantieperiode vindt terugzending
voor rekening van de fabrikant plaats.
6 Indien een onder garantie en binnen de algemene
garantieperiode vallend defect aan een apparaat
niet hersteld kan worden, vindt kosteloze vervang-
ing van het apparaat plaats.
Garantie-uitbreidingen
7 Voor koel-/vries-motorcompressoren (exclusief
startrelais en motorbeveiliging) geldt een aflopende
garantieperiode, in gelijke percentages van 20 pro-
cent per jaar, van vijf jaar na koopdatum van het op
de bijbehorende koopnota vermelde apparaat, met
inachtname van volledig kosteloos herstel binnen
de algemene garantieperiode. Na de algemene
garantieperiode worden bezoek-, arbeidsloon- en
bijkomende materiaalkosten in rekening gebracht.
Garantie-uitsluitingen
8 Het kosteloos uitvoeren van herstel- en/of vervang-
ingswerkzaamheden, zoals bedoeld in de betref-
fende hieraan voorafgaande punten, is niet van
toepassing indien:
NNLL
15
- de aankoopnota of kwitantie, waaruit tenminste
de aankoopdatum en de identificatie van het
apparaat blijkt, niet getoond kan worden of niet
meegezonden werd;
- het apparaat voor andere, of ook voor andere
dan de huishoudelijke doeleinden waarvoor het
apparaat bestemd is gebruikt wordt;
- het apparaat niet volgens de aanwijzingen in het
installatievoorschrift of de gebruikaanwijzing
geďnstalleerd, bediend, gebruikt of behandeld
wordt;
- het apparaat op ondeskundige wijze door daar-
toe niet bevoegde personen hersteld of gewi-
jzigd werd.
8a Indien het apparaat zodanig ingebouwd, onderge-
bouwd, opgehangen of geplaatst is dat de ben-
odigde tijd voor het uit- en inbouwen samen meer
dan dertig minuten bedraagt, dan worden de hier-
door ontstane extra kosten aan de eigenaar in
rekening gebracht.
8b Schade welke ontstaat door het, met toestemming
van de eigenaar, op abnormale wijze uit- of
inbouwen van een apparaat, kan niet op de fab-
rikant of haar servicedienst verhaald worden.
8c Beschadigingen, zoals krassen en deuken of zoals
een breuk van uit- of afneembare delen, welke niet
ten tijde van de aflevering ter kennis van de fabrikant
gebracht worden, vallen niet onder garantie.
Belangrijk advies
De constructie van dit apparaat is zodanig dat de vei-
ligheid daarvan gewaarborgd is. Ondeskundige
reparaties kunnen echter de veiligheid in gevaar brengen.
Terwille van een blijvende veiligheid en ook om mogelijke
schade te voorkomen, is het raadzaam dat reparaties uit-
sluitend verricht worden door personen die daarvoor de
vereiste vakbekwaamheid bezitten.
Wij adviseren u herstel- en/of controlewerkzaamheden
door uw vakhandelaar of door ELGROEP FABRIEKSSER-
VICE laten uitvoeren en uitsluitend originele DISTRIPARTS
onderdelen te laten plaatsen.
Vennootsweg 1
2404 CG Alphen aan den Rijn
Postbus 120
2400 AC Alphen aan den Rijn
Storingsmeldingen op werkdagen
tijdens kantooruren:
Tel. 0172 - 46 83 00
Fax 0172 - 46 83 66
Onderdelenverkoop op werkdagen tijdens kantooruren:
Tel. 0172 - 46 84 00
Fax 0172 - 46 83 76
Productwijzigingen voorbehouden.
W
W
aarborgv
aarborgv
oor
oor
w
w
aar
aar
den
den
Onze toestellen worden met de grootst mogelijke
zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het
voorkomen dat er een defect optreedt. Onze klantendi-
enst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten
de waarborgtermijn. De levensduur van het toestel wordt
daardoor niet negatief beďnvloed.
Onderstaande waarborgvoorwaarden zijn gestoeld op de
EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk Wetboek. De
daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet.
Ook de waarborgverplichtingen van de verkoper naar de
eindgebruiker blijven onaangetast.
Voor dit toestel verlenen wij waarborg volgens onder-
staande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de
voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan het
toestel die zich openbaren binnen 24 maanden
vanaf de datum van levering aan de eindgebruiker.
Deze waarborgvoorwaarden zijn niet van toepass-
ing in geval van professioneel of daarmee gelijk te
stellen gebruik.
2. De waarborgprestatie houdt in dat het toestel
kosteloos wordt teruggebracht in de toestand die
het had voor het defect optrad. Gebrekkige
onderdelen worden hersteld of vervangen.
Kosteloos vervangen onderdelen worden ons eigen-
dom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden, om
mogelijke verdere schade te voorkomen.
4. Voor een beroep op waarborg dient het aankoopbe-
wijs met aankoop- en/of leveringsdatum te worden
overlegd.
5. De waarborg heeft geen betrekking op schade aan
kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch) glas,
kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig
gebruik
6. De waarborg heeft geen betrekking op kleine
afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de
waarde en deugdelijkheid van het toestel
onbeduidend zijn.
7. De waarborg geldt evenmin voor schade veroorzaakt
door:
chemische en elektrochemische inwerking van
water,
abnormale milieuomstandigheden in het alge-
meen
voor het toestel oneigenlijke bedrijfsom-
standigheden
contact met agressieve stoffen.
NNLL
16
8. De waarborg heeft geen betrekking op gebreken
door transportschade die buiten onze verantwo-
ordelijkheid is ontstaan, niet vakkundige installatie of
montage, verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud,
of het niet in acht nemen van de gebruiks- of mon-
tageaanwijzingen.
9. Het recht op waarborg vervalt wanneer het defect
werd veroorzaakt door herstelling of ingrepen door
derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of
wanneer het toestel voorzien werd van toebehoren
of onderdelen die niet origineel zijn en daardoor een
defect veroorzaken.
10. Toestellen die gemakkelijk kunnen worden vervoerd
dienen te worden overhandigd of gezonden naar
onze klantendienst. Herstelling ter plaatse kan
slechts worden gevraagd voor grote of ingebouwde
toestellen.
11. Indien het toestel zodanig is ingebouwd, onderge-
bouwd, opgehangen of geplaatst dat de benodigde
tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30
minuten bedraagt, dan worden de hierdoor ontstane
extra kosten aan de gebruiker in rekening gebracht.
Schade die ontstaat door abnormale in- of uitbouw
komt ten laste van de gebruiker.
12. Indien binnen de waarborgperiode de herstelling van
hetzelfde gebrek meermaals mislukt of de her-
stellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg
met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging
geleverd. In geval van vervanging behouden we ons
het recht voor om een vergoeding te rekenen naar
rato van de verstreken gebruiksperiode.
13. Herstelling onder waarborg heeft geen verlenging
van de waarborgtermijn noch aanvang van een
nieuwe waarborgtermijn tot gevolg.
14. Op herstellingen geven wij een waarborg van 12
maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek.
15. Verdere of andere rechten, in het bijzonder vergoed-
ing van schade ontstaan buiten het toestel, zijn uit-
gesloten voor zover een aansprakelijkheid niet wet-
telijk is vastgelegd.
In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de
aankoopwaarde van het toestel niet overtreffen.
Deze waarborgvoorwaarden gelden voor in België
gekochte en/of in gebruik zijnde toestellen. Indien een
toestel naar het buitenland wordt gebracht dient de
gebruiker na te gaan of het toestel voldoet aan de technis-
che voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, instal-
latievoorschriften, gassoort, klimaatomstandigheden) in
het betreffende land. Voor in het buitenland aangeschafte
toestellen dient de gebruiker zich zelf te vergewissen van
de bepalingen in België. Noodzakelijke of gewenste aan-
passingen vallen niet onder de waarborg, en kunnen niet
altijd worden aangebracht.
Ook na afloop van de waarborgtermijn staat onze klanten-
dienst u ter beschikking.
Adres Klantendienst:
ELECTROLUX HOME PRODUCTS BELGIUM
Bergensesteeweg, 719
1502 LEMBEEK
Tél. 02.363.0444

Documenttranscriptie

NL Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u het apparaat installeert en in gebruik neemt. U vindt hierin aanwijzingen m.b.t. de veiligheid, praktische informatie, informatie m.b.t. het milieu en tips. Als u het apparaat volgens de aanwijzingen gebruikt, zal het naar volle tevredenheid werken. M.b.v. onderstaande symbolen kunt u informatie makkelijk vinden: Aanwijzingen m.b.t. de veilligheid Aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het functioneren van het apparaat. Praktische informatie Informatie m.b.t. het milieu Tips Tips m.b.t. levensmiddelen en het bewaren daarvan. Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. Inhoudsopga v e Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid........3 Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid ............3 Veiligheid van kinderen ........................................3 Vóór het in gebruik nemen ...................................3 Veiligheidsmaatregelen voor isobutaan ...................3 Aanwijzingen voor de gebruiker ...........................4 Algemene informatie ...........................................4 Beschrijving van het apparaat, belangrijkste onderdelen ........................................................4 Bedienen van het apparaat...................................5 In gebruik nemen ...........................................5 Temperatuur instellen ......................................5 Gebruik van de koelruimte ...............................5 Bewaren in de koelruimte ................................5 Bewaartijden en temperaturen ..........................5 Gebruik van de vriezer.........................................5 Invriezen .......................................................5 Bewaren in de vriesruimte ................................6 IJsblokjes maken ............................................6 Praktische informatie...........................................6 Tips..................................................................6 Energie besparen ...........................................6 Het apparaat en het milieu ...............................6 Onderhoud........................................................7 Ontdooien .....................................................7 Reiniging en onderhoud ..................................8 Als de koelkast niet in gebruik is .......................8 Problemen oplossen ...........................................8 Verwisselen van de gloeilamp ...........................8 Als iets niet werkt................................................8 Aanwijzingen voor de installateur.......................10 Technische gegevens ........................................10 Installeren van het apparaat ................................10 Vervoer, uitpakken ........................................10 Reiniging .....................................................10 Plaatsing .....................................................10 Draairichting deur veranderen .........................11 Elektrische aansluiting ...................................12 Bewaartijdentabel (1)........................................13 Bewaartijdentabel (2)........................................14 Garantie en service ...........................................14 Garantiebepalingen en Service ...........................14 Algemene Garantiebepalingen ........................14 Garantie-uitbreidingen....................................14 Garantie-uitsluitingen .....................................14 Belangrijk advies...........................................15 Waarborgvoorwaarden ......................................15 From the Electrolux Group. The world’s No.1 choice. De Electrolux Groep is de grootste producent ter wereld van aangedreven apparaten voor gebruik in de keuken, reinigingswerkzaamheden en voor gebruik buitenshuis. In meer dan 150 landen over de hele wereld worden ieder jaar meer dan 55 miljoen Electrolux producten (zoals koelkasten, fornuizen, wasautomaten, stofzuigers, kettingzagen en grasmaaiers) verkocht ter waarde van circa USD 14 miljard. 2 NL Belangri jk e aanwi jzingen m.b.t. de v eiligheid Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid Bewaar deze gebruiksaanwijzing goed en geef hem door aan een evt. volgende eigenaar van het apparaat. Dit apparaat is alleen bedoeld voor gebruik in het huishouden, voor het bewaren van levensmiddelen en dient volgens de voorschriften te worden gebruikt. Reparaties aan dit apparaat, ook vervangen van het aansluitsnoer, mogen alleen door ELECTROLUX SERVICE uitgevoerd. Daarbij mogen alleen originele DISTRIPARTS-onderdelen gebruikt worden. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's voor de gebruiker leiden! Het apparaat is alleen spanningloos als de stekker uit het stopcontact is getrokken. Voordat u het apparaat gaat reinigen, dient u het altijd spanningloos te maken. Trek de stekker nooit aan het snoer, maar aan de stekker zelf uit het stopcontact. Als het stopcontact moeilijk bereikbaar is, schakel dan de zekering in de huisinstallatie uit. Het aansluitsnoer mag niet verlengd worden. Zorg ervoor dat de stekker niet wordt platgedrukt of beschadigd door de achterkant van het koel/vriesapparaat. - Een beschadigde stekker kan oververhit raken en brand veroorzaken. Plaats geen zware voorwerpen of het koel/vriesapparaat zelf op het aansluitsnoer. - Daardoor bestaat kans op kortsluiting en brand. Trek de stekker niet uit het stopcontact door aan het snoer te trekken, vooral niet als het koel/vriesapparaat uit de nis wordt getrokken. - Schade aan het snoer kan kortsluiting, brand en/of een elektrische schok veroorzaken. - Als het aansluitsnoer beschadigd is, moet het worden vervangen door onze service-afdeling of door een erkend installateur. Als het stopcontact los zit, steek de stekker er dan niet in. - Daardoor bestaat kans op een elektrische schok of brand. Gebruik het apparaat niet zonder de afdekking van de binnenverlichting. Gebruik bij het schoonmaken, het ontdooien of het uitnemen van diepvriesproducten of het ijsblokjesbakje geen scherpe of puntige voorwerpen. Die kunnen het apparaat beschadigen. Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen bij de temperatuurregelaar en de verlichting komen. Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct uit de vriesruimte in de mond stoppen. IJs kan aan lippen of tong vastvriezen en verwondingen veroorzaken. Eenmaal ontdooide levensmiddelen mogen niet opnieuw ingevroren worden, maar moeten zo snel mogelijk geconsumeerd worden. Kant-en-klare diepvriesproducten volgens de aanwijzingen van de fabrikant van deze producten bewaren. Probeer niet het ontdooiproces te versnellen m.b.v. elektrische verwarmingstoestellen of chemische stoffen. Laat kunststof onderdelen niet met hete voorwerpen in aanraking komen. Geen bussen of flessen met brandbaar gas of vloeistof in het apparaat bewaren. Explosiegevaar! Geen koolzuurhoudende dranken, flessen en blikjes in de diepvriesruimte bewaren. Het dooiwaterafvoergootje regelmatig controleren en schoonmaken. Bij verstopping van het afvoergootje kan het verzamelde dooiwater storingen veroorzaken. Veiligheid van kinderen Houd de verpakking uit de buurt van kinderen. Kunststof folie kan verstikkingsgevaar opleveren. Het apparaat is bedoeld voor gebruik door volwassenen. Laat kinderen niet met het apparaat of de bedieningselementen spelen. Als u het apparaat afdankt, trek dan de stekker uit het stopcontact, snijd het aansluitsnoer af (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en haal de deur eruit. U verhindert daardoor, dat spelende kinderen een elektrische schok krijgen of elkaar of zichzelf in het apparaat opsluiten. Vóór het in gebruik nemen Zet het apparaat tegen de muur om te voorkomen dat u zich verbrandt aan warmte afgevende onderdelen (compressor, condensor). Trek altijd eerst de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat verplaatsen. Let erop dat het apparaat niet op het aansluitsnoer staat. Rond het apparaat moet voldoende luchtcirculatie zijn. Gebrek aan luchtcirculatie kan tot oververhitting leiden. Volg daarom de aanwijzingen m.b.t. de installatie. Veiligheidsmaatregelen isobutaan voor Waarschuwing Het koelmiddel van het apparaat is isobutaan (R 600a) dat in hoge mate brandbaar en explosief is. Houd ventilatie-openingen in het apparaat of in het inbouwmeubel vrij. Gebruik geen mechanische apparaten of andere middelen om het ontdooiproces te bespoedigen, die niet door de fabrikant worden aangeraden. Beschadig het koelcircuit niet. Gebruik geen elektrische apparaten binnenin het apparaat, tenzij ze door de fabrikant worden geadviseerd. Als u zich niet aan deze aanwijzingen houdt, kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade. 3 NL Aanwi jzingen v oor de gebr uik er Algemene informatie Dit apparaat is een huishoud-koel/vriescombinatie met één compressor. De vriesruimte onderin heeft een eigen deur en is geheel afgesloten van de koelruimte. Het is geschikt voor het koelen van levensmiddelen, het bewaren van diepvriesproducten, het invriezen van levensmiddelen en het maken van ijsblokjes. Het apparaat is geschikt voor gebruik in een bepaalde klimaatklasse (bepaalde omgevingstemperaturen). De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje. Beschrijving van het apparaat, belangrijkste onderdelen A - Koelkast B - Vrieskast 1. Bovenkant 2. Verlichtingseenheid 3. Glasplaten 4. Vak met flessenrekje 5. Koelwand 6. Lekbak voor dooiwater 7. Glasplaat 8. Groentebakken 9. Typeplaatje 10. Invriesvak met mand 11. Bewaarvak(ken) met mand 12. Afvoergoot dooiwater 13. In hoogte verstelbare pootjes 4 14. Afdekklep van het botervakje 15. Eierenrekje 16. Deurvak 17. Isolatiestrip deur 18. Flessenvak 19. Deurgrepen 20. IJsblokjesbakje 21. Kondensator 22. Afvoer dooiwater 23. Afstandhouder 24. Verdampingsschaal 25. Kompressor 26. Wieltjes NL Bedienen van het apparaat Bewaren in de koelruimte In gebruik nemen Bewaar de levensmiddelen zoals aangegeven in de afbeelding: 1. gebak, kant-en-klare producten, levensmiddelen in schaaltjes, vers vlees, vleeswaren, dranken 2. melk, zuivelproducten, levensmiddelen in schaaltjes 3. fruit, groenten 4. kaas, boter 5. eieren 6. yoghurt, zure room 7. kleine flessen, frisdrank 8. grote flessen, dranken Zet de accessoires op hun plaats in het apparaat en steek de stekker in het stopcontact. Met de temperatuurregelaar, te vinden in de verlichtingseenheid in de koelkast, wordt het apparaat aangezet en kan men de temperatuur instellen door de knop met de wijzers van de klok mee te draaien. In het volgende hoofdstuk vindt u aanwijzingen m.b.t. de instelling. Temperatuur instellen De temperatuurregelaar zal, afhankelijk van de ingestelde stand, de werking van het apparaat voor kortere of langere tijd onderbreken en opnieuw opstarten, waarmee de juiste temperatuur wordt verzekerd. Hoe dichter bij de maximum stand, hoe intensiever de koeling. Als u de draaiknop van de temperatuurregelaar in de middelste stand zet (tussen minimum en maximum) wordt er in de koelkast een temperatuur van +5 °C bereikt en in de vriezer -18 °C. Deze stand is voldoende voor het dagelijkse gebruik. De temperatuur in het apparaat wordt, naast de stand van de temperatuurregelaar, ook beďnvloedt door de omgevingstemperatuur, het al dan niet vaak openen van de deuren, de hoeveelheid verse levensmiddelen, enz. Op de maximale stand (gedurende een zwaardere belasting, b.v. tijdens een hittegolf) werkt de kompressor continue. Dit is niet schadelijk voor het apparaat. Bewaartijden en temperaturen De tabellen achterin de gebruiksaanwijzing informeren u over bewaartijden. De bewaartijd kan niet exact worden aangegeven, omdat hij afhankelijk is van de versheid en de behandeling van de levensmiddelen. De bewaartijden zijn daarom slechts richtlijnen. Als u gekochte diepvriesproducten niet direct wilt consumeren, kunnen ze ongeveer 1 dag (tot ze gaan ontdooien) in de koelkast bewaard worden. Gebruik van de vriezer Invriezen Gebruik van de koelruimte Voor een optimale koeling is een goede luchtcirculatie noodzakelijk. Bedek daarom de roosters nooit met papier, schalen, enz. Zet nooit warme etenswaren in de koelruimte, maar laat ze eerst tot kamertemperatuur afkoelen. Zo voorkomt u ongewenste rijpvorming. Levensmiddelen kunnen geurtjes overnemen, daarom is een goede verpakking, zoals gesloten schaaltjes, aluminium- of vershoudfolie, noodzakelijk. Op die manier worden ook de natuurlijke vochtgehaltes behouden en blijven bijvoorbeeld groentes dagenlang vers. Het apparaat is geschikt om de in het gegevensschema genoemde hoeveelheid verse levensmiddelen in te vriezen. Het invriezen moet, nadat de voorbereidingen zijn uitgevoerd, op de volgende manier gebeuren. Draai de temperatuurregelaar op de middelste stand. Leg de reeds ingevroren levensmiddelen uit de bovenste mand in een bewaarmand. Leg de verse levensmiddelen in de invriesmand, zodanig, dat er voldoende ruimte voor de luchtcirculatie blijft. Mocht er toch nog ingevroren levensmiddelen in de invriesmand blijven, leg deze dan aan de achterkant, zodanig, dat de verse levensmiddelen niet worden geraakt. Laat het apparaat 24 uur lang in deze stand staan. Draai na 24 uur de temperatuurregelaar terug in de gebruikelijke stand of hou de middelste stand aan, deze stand is in het algemeen goed geschikt voor het dagelijkse gebruik. 5 NL Het is niet aan te raden de temperatuurregelaar voor langere tijd op een hoge stand (bv maximale stand) te zetten. Uiteraard verkort dit de invriestijd, echter ook de temperatuur in het koelgedeelte kan voor langere tijd onder de 0°C dalen, wat tot gevolg heeft dat de daar bewaarde levensmiddelen en dranken zullen bevriezen. Probeer nooit meer in te vriezen, dan de in de "technische gegevens" vermeldde invriescapaciteit. Het invriezen van te grote hoeveelheden zou niet perfekt verlopen, waardoor er verschillende beschadigingen aan de levensmiddelen kunnen ontstaan (zoals bv sap- of smaakverlies). Probeer gelijktijdig invriezen en het maken van ijs te verkomen, daar het ijs maken capaciteit van het invriezen wegneemt. Praktische informatie Dankzij de variabele platen kunt u de koelruimte aan uw eisen aanpassen. U kunt de platen ook verplaatsen als de deur 90° open staat. Na openen en sluiten van de deur van de vriesruimte ontstaat in het apparaat een vacuüm. Na sluiten van de deur duurt het 2-3 minuten voordat u de deur weer kunt openen. Stel de vriesruimte zodanig in dat de binnentemperatuur nooit warmer dan -18 °C wordt. Bij te hoge temperaturen bederven de diepvriesproducten. Controleer elke dag even of het apparaat goed functioneert. Zo constateert u evt. storingen tijdig. Bewaren in de vriesruimte Tips De ingevroren voedingsmiddelen moeten na het invriezen in de aanwezige (1 of 2) vrieslades worden gelegd. Daardoor komt er onmiddellijk plaats vrij voor een nieuwe hoeveelheid in te vriezen voedingsmiddelen. De reeds ingevroren voedingsmiddelen komen op die manier niet contact met de andere voedingsmiddelen. Indien er grotere hoeveelheden aan levensmiddelen bewaard moeten worden, kunnen de laden, behalve de onderste, uit het apparaat worden gehaald en kunnen de levensmiddelen onmiddellijk op de koelplaten worden gelegd. Bij aankoop van diepvriesproducten moet u steeds rekening houden met de bewaartijd die op de verpakking aangegeven is. Indien u zelf levensmiddelen invriest kan u de richtlijnen aan de binnenkant van de deur van het diepvriesgedeelte raadplegen. De icoontjes staan voor de verschillende levensmiddelen, de cijfers voor de maximale bewaartijd in maanden. Het bewaren van diepvriesproducten is alleen veilig, wanneer deze producten, voordat ze in het vriesgedeelte worden gelegd, zelfs niet voor korte tijd ontdooit zijn geweest. Indien een diepvriesproduct reeds ontdooit is geweest, is het niet wenselijk dit opnieuw in te vriezen, maar moet het product zo snel mogelijk worden gebruikt. In dit hoofdstuk vindt u praktische tips om het apparaat zo energiezuinig mogelijk te gebruiken. U vindt hier ook informatie m.b.t. het milieu. IJsblokjes maken Vul het ijsblokjesbakje met water en zet het in de vriesruimte. Als u de bodem van het ijsblokjesbakje nat maakt en de temperatuurregelaar op de maximale stand zet, gaat het invriezen sneller. Vergeet niet, de temperatuurregelaar na het invriezen weer op de normale stand te draaien. U kunt de ijsblokjes makkelijker losmaken door het ijsblokjesbakje onder stromend water te houden en het dan iets te verdraaien. Mocht het ijsblokjesbakje vastgevroren zijn, gebruik dan geen scherpe voorwerpen om het los te maken. Daarmee kunt u beschadigingen veroorzaken. 6 Energie besparen Zet het apparaat niet op een plaats waar het blootgesteld wordt aan de zon of aan een hittebron. Zorg voor voldoende ventilatie van de condensator en de compressor. Hou de luchtcirculatie rond het apparaat vrij. Bewaar de levensmiddelen altijd in goed sluitende bewaardozen of verpakt in huishoud- of aluminiumfolie zodoende onnodige rijp- of ijsvorming te voorkomen. Open de deuren niet onnodig en laat ze niet langer open staan dan absoluut noodzakelijk is. Laat warme levensmiddelen eerst afkoelen tot op kamertemperatuur vooraleer ze in de vriezer te plaatsen. Zorg ervoor dat de condensator steeds schoon is. Het apparaat en het milieu Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in het isolatiemateriaal, geen gassen die de ozonlaag kunnen aantasten. Het apparaat mag niet samen met huisvuil of gesloopte apparaten weggegooid worden. Uit het oogpunt van milieubescherming moeten afgedankte koel- en vriestoestellen volgens de plaatselijke regelingen op deskundige wijze verwerkt worden. Informeer bij de gemeente naar de mogelijkheden in uw woonplaats. Zorg ervoor dat het koelcircuit, vooral aan de achterkant bij de warmtewisselaar, niet beschadigd wordt. De materialen met het symbool „ ” zijn geschikt voor recycling. NL Onderhoud Ontdooien Een deel van het vocht in de gekoelde ruimtes van het apparaat zet zich om in rijp of ijs. Een dikke laag rijp of ijs heeft een isolerend effect, waardoor de werking van het koelapparaat achteruitgaat. De temperatuur in de gekoelde ruimtes stijgt en het energieverbruik neemt bijgevolg toe. Bij dit type gebeurt het ontdooien van de koelplaten geheel automatisch, zonder tussenkomst van buitenaf. De temperatuurregelaar onderbreekt op bepaalde tijdstippen de werking van de compressor (zodat er geen koeling is), waardoor de temperatuur van de koelplaat boven 0 °C stijgt en het ontdooien begint. Wanneer de temperatuur van de koelplaat is opgelopen tot +3 - +4 °C zet de temperatuurregelaar het koelproces weer in gang.. Het smeltwater loopt via een afvoergootje naar een reservoir boven de compressor en verdampt door de warmte van de compressor. Controleer en reinig regelmatig de afvoergoot voor het smeltwater. Bij verstopping van het afvoergootje kan het smeltwater alleen via de isolatie wegvloeien, wat vroegtijdige defecten aan het apparaat tot gevolg kan hebben. Het reinigen van de afvoergoot moet gebeuren m.b.v. het meegeleverde krabbertje (zie ook de tekening). Dit krabbertje moet in de afvoer worden opgeborgen. Eén van de meest voorkomende oorzaken van verstopping van het afvoergootje is het vastvriezen van voedselverpakkingen aan de achterwand van het apparaat. Wanneer u het voedingsmiddel uit de koelkast haalt, scheurt de papieren verpakking die vervolgens tijdens het automatische ontdooien in het afvoergootje terecht komt en verstopping veroorzaakt. Wees daarom uiterst voorzichtig wanneer u in papier verpakte levensmiddelen in de koelkast legt. Wanneer er meer koelvermogen vereist wordt, b.v. tijdens een hittegolf, kan het gebeuren, dat de koelkast voortdurend werkt. Er wordt dan niet automatisch ontdooit. Het is niet ongewoon als er na het ontdooien kleine resten ijs of rijp op de achterwand van de koelkast blijven zitten. Het vriesgedeelte kan niet worden voorzien van een automatische ontdooifunctie, want de bevroren en diepgevroren levensmiddelen verdragen de temperatuur niet die nodig is om ijs te doen smelten. Daarom wordt er een kunststoffen schraper meegeleverd, waarmee kleine hoeveelheden ijs of rijp kunnen worden verwijderd. Wanneer de ijs- of rijplaag echter te dik is en niet meer met de schraper kan worden verwijderd, moet het vriesgedeelte worden ontdooit. De frequentie hiervan hangt af van het gebruik (gemiddeld 2 of 3 keer per jaar). Haal de bevroren levensmiddelen uit het apparaat en leg deze, goed verpakt in isolerende materialen, op een koele plaats of in een andere vriezer. Trek de stekker uit het stopcontact, waardoor de stroomtoevoer naar beide gedeelten van het apparaat onderbroken wordt. Doe de deuren van beide gedeelten open en maak het koelgedeelte schoon volgens de aanwijzingen in het hoofdstuk "Schoonmaken". Het schoonmaken van het vriesgedeelte moet alsvolgt worden uitgevoerd: Het afvoergootje onderin het vriesgedeelte dient voor de optimale afvoer van het smeltwater. Haal het afvoergootje los en zet het op zijn plaats (zie tekening). Plaats onder het afvoergootje een bak, pan of kleine emmer. Vergeet het afvoergootje niet terug te plaatsen wanneer u klaar bent. Het bakje zichtbaar op de tekening is geen meegeleverd accessoire! Na het ontdooien de binnenkant goed droog wrijven. Steek de stekker weer in het stopcontact en leg de levensmiddelen weer in de laden. 7 NL Reiniging en onderhoud Als iets niet werkt Wij adviseren u de binnenzijde van de koelruimte elke 3 tot 4 weken schoon te maken (u kunt het beste tegelijkertijd de vriesruimte ontdooien). Gebruik geen reinigingsmiddel of zeep. Trek de stekker uit het stopcontact. De binnenzijde van het apparaat met handwarm water schoonmaken en droog wrijven. Reinig het deurrubber met schoon water. Steek na het reinigen de stekker weer in het stopcontact. Stof en vuil die zich op de achterkant van de koelkast en de condensor hebben afgezet, dient u één of twee maal per jaar te verwijderen. Maak dan ook het condensbakje bovenop de compressor schoon. Er kan soms een kleine storing optreden, die u zelf kunt verhelpen. In de tabel vindt u informatie m.b.t. het opheffen van zulke kleine storingen. Als het apparaat aanstaat, is er soms wat geluid te horen (compressor, circulatie). Dan is er geen sprake van een storing. Wij willen u er nogmaals op wijzen dat het apparaat met onderbrekingen werkt. Als de compressor stopt, wil dat niet zeggen dat het apparaat niet werkt. Daarom moet u altijd eerst de stekker uit het stopcontact trekken, voordat u elektrische onderdelen aanraakt. Als de koelkast niet in gebruik is Als de koelkast langere tijd niet in gebruik is, gaat u als volgt te werk: Trek de stekker uit het stopcontact. Maak de koelkast leeg. Ontdooien en schoonmaken zoals hiervoor beschreven. De deur open laten om geurvorming te voorkomen. Problemen oplossen Verwisselen van de gloeilamp Wanneer het gloeilampje van de binnenverlichting stuk is, kan u dit probleem alsvolgt zelf oplossen: Haal de stekker uit het stopcontact. Druk het lipje (1) aan de achterkant van de verlichtingseenheid in (zie tekening) en verwijder daarna het afdekkapje in de richting die de pijl aangeeft. Nu kan men de gloeilamp makkelijk verwisselen (type gloeilamp: T25 230-240 V, 25 W, fitting E14). Plaats na het verwisselen van de gloeilamp het afdekkapje weer op zijn plaats en stop de stekker in het stopcontact. Het niet branden van de gloeilamp heeft geen gevolgen voor de werking van het apparaat. 8 NL Probleem De temperatuur in de koelruimte is te hoog. De temperatuur in de vriesruimte is te hoog. Mogelijke oorzaak De temperatuurregelaar is foutief ingesteld. De deur sluit niet goed of is niet goed gesloten. Controleer of de deur goed dicht gaat en of de deurisolatie schoon en onbeschadigd is. De temperatuurregelaar is foutief ingesteld. Zet de temperatuurregelaar hoger. De deur sluit niet goed of is niet goed gesloten. Controleer of de deur goed dicht gaat en of de deurisolatie schoon en onbeschadigd is. Te veel levensmiddelen werden gelijktijdig ingevroren. Wacht een paar uur en controleer de temperatuur opnieuw. De levensmiddelen zijn te dicht bij elkaar bewaard. Leg de levensmiddelen zodat er ruimte voor luchtcirculatie blijft. Dat is normaal. Tijdens het automatische ontdooien smelt het ijs op de achterwand. Er loopt water in de koelruimte. De afvoer van de koelruimte kan verstopt zijn. Levensmiddelen kunnen de lekbak blokkeren, zodat er geen water in kan vloeien. De compressor werkt voortdurend. Zet de temperatuurregelaar hoger. De levensmiddelen zijn niet koud genoeg of Bewaar de levensmiddelen op de juiste plaats. zijn op de verkeerde plaats bewaard. Er loopt water langs de achterkant van de koelruimte. Er loopt water op de vloer. Er is teveel ijs en rijpafzetting. Oplossing Maak de afvoer schoon. Plaats de levensmiddelen zodanig dat ze de achterwand niet raken. Plaats het afvoergootje in de condensbak. Het afvoergootje loopt niet in de condensbak op de compressor. De levensmiddelen zijn niet goed verpakt. De levensmiddelen beter verpakken. De deur sluit niet goed of is niet goed gesloten. Controleer of de deur goed dicht gaat en of de deurisolatie schoon en onbeschadigd is. De temperatuurregelaar is foutief ingesteld. Zet de temperatuurregelaar lager. De temperatuurregelaar is foutief ingesteld. Zet de temperatuurregelaar lager. De deur sluit niet goed of is niet goed gesloten. Te veel levensmiddelen werden gelijktijdig ingevroren. U hebt warme levensmiddelen in het apparaat geplaatst. Controleer of de deur goed dicht gaat en of de deurisolatie schoon en onbeschadigd is. Wacht een paar uur wachten en controleer de temperatuur opnieuw. Laat de levensmiddelen tot kamertemperatuur afkoelen. Probeer de omgevingstemperatuur te verlagen Het apparaat staat op een te warme plaats. Het apparaat werkt helemaal niet. Noch de koeling, noch de binnenverlichting werkt. Het apparaat maakt veel lawaai. De stekker zit niet (goed) in het stopcontact. Steek de stekker (goed) in het stopcontact. De zekering is kapot / uitgeschakeld. De temperatuurregelaar staat niet aan. Vervang de zekering of schakel deze aan. Apparaat in werking stellen volgens de aanwijzingen in hoofdstuk "Ingebruikname". Er staat geen spanning op het stopcontact (probeer een ander apparaat op hetzelfde stopcontact). Neem contact op met een elektra-installateur. Het apparaat staat niet goed. Controleer of het apparaat stabiel en waterpas staat (alle vier poten moeten op de vloer staan). Als u de storing aan de hand van de aanwijzingen niet kunt oplossen, neem dan contact op met Service. 9 NL Aanwi jzingen v oor de ins t allat eur Technische gegevens ZRB 40NC Model Brutto inhoud (l) vriesruimte: 291 Netto inhoud (l) vriesruimte: 287 koelruimte: 110 koelruimte: 92 Breedte (mm) 595 Hoogte (mm) 2010 632 Diepte (mm) Energieverbruik (kWh/24 uur) 1,01 (kWh/jaar) 369 Energieklasse volgens de EU richtlijn A Invriescapaciteit (kg/24uur) 4 Maximale bewaartijd in geval van storing 20 Neutrale stroomsterkte (A) 1,0 Geluidsniveau (dB) 38 Gewicht (kg) 80 1 Aantal compressoren Installeren van het apparaat Vervoer, uitpakken U kunt het apparaat het beste rechtop in de originele verpakking vervoeren. Zie ook de aanwijzingen op de verpakking. Na elk transport mag het apparaat pas na ca. 2 uur ingeschakeld worden. Pak het apparaat uit en controleer het op transportschade. Neem in geval van transportschade contact op met de leverancier en sluit het apparaat niet aan. Reiniging Verwijder de plakband en andere voorwerpen waarmee de losse onderdelen aan de binnenkant van het apparaat zijn bevestigd. Reinig de binnenkant van het apparaat met lauw water en een kleine hoeveelheid afwasmiddel. Gebruik een zachte doek. Wrijf de binnenkant na het schoonmaken droog. Plaatsing De omgevingstemperatuur oefent een invloed uit op het stroomverbruik en de juiste werking van het apparaat. Hou er rekening mee dat het apparaat wordt gebruikt in een omgeving, die overeenkomt met de klimaatklasse vermeldt op het typeplaatje. De omgevingstemperaturen en hun klimaatklasse, zijn hieronder in het schema vermeldt. Klimaatklasse SN N ST 10 Omgevingstemperatuur +10 ..,+32 °C +16 ..,+32 °C +18 ..,+38 °C Indien de omgevingstemperatuur onder de minimale waarde daalt, zal de temperatuur in het koelgedeelte boven de voorgeschreven temperatuur stijgen. Indien de omgevingstemperatuur boven de maximale waarde stijgt, dan moet de compressor langer werken en wordt het automatische ontdooiingproces verstoord waardoor de temperatuur in het koelgedeelte en het stroomverbruik stijgt. Monteert u de afstandhouders in het tasje van de onderdelen naar de achterste hoeken van het apparaat. Maakt u de schroeven los, stelt u de afstandhouders onder de schroeven, dan trekt u de schroeven. NL Draairichting deur veranderen Zorg ervoor, dat het apparaat waterpas staat. Gebruikt hiervoor de stelpoten aan de voorzijde van het apparaat. Stel het apparaat niet bloot aan de zon of plaats het niet in de onmiddellijke omgeving van een kachel, verwarming of fornuis. Is plaatsing naast een warmtebron onvermijdelijk, houd dan de volgende richtlijnen aan: Is de afstand tussen het apparaat en een gas- of elektrisch fornuis 3 cm of minder, dan moet een brandvrije isolatieplaat met een dikte tussen de 0,5 cm tot 1 cm tussen de 2 apparaten geplaatst worden. Afstand tot een kolen- of petroleumkachel moet minstens 30 cm zijn. De koelkast moet tegen de muur aangeschoven worden. Bij de plaatsing van de koelkast moeten de minimale afstanden, vermeld op de tekening, strikt worden toegepast: A: plaatsing onder een keukenkastje B: vrijstaand Indien praktischer kan de draairichting van de deur veranderd worden. De apparaten worden in de handel gebracht met deuren, die naar rechts open gaan. De aanpassing is volgens de onderstaande tekeningen en beschrijving uitvoerbaar: De onderstaande werkzaamheden kunnen het beste uitgevoerd worden door 2 personen, zodat één persoon de deuren tijdens de werkzaamheden goed kan vasthouden. Haal de stekker uit het stopcontact. Open de deuren en schroef het scharnier (a, b), bevestigt met 2 schroeven (c), los (tekening 2). Haal het complete scharnier (a, b, c,) van zijn plaats door de deuren voorzichtig te kantelen. Vergeet de kunststof afstandhouder (b) onder het scharnier niet (tekening 2)! Verwijder de deur van de koelkast door deze voorzichtig naar beneden te trekken. Verwijder de deur van de vrieskast door deze voorzichtig naar boven te trekken. Haal de stift uit de bovenkant van de deur van de koelkast en plaats deze aan de andere kant. Haal de stift uit de bovenkant van de deur van de vrieskast en plaats deze aan de andere kant. Schroef de bovenste stift van de deur van de koelkast (d) los en plaats deze aan de andere kant (tekening 1). 11 NL Verwijder de afdekplaatjes (u) uit de onderkant van het apparaat (tekening 3). Schroef de onderste deursteun (e) los door de schroeven (s) los te draaien en zet deze weer vast aan de andere kant (tekening 3). Demonteer de onderste deursteun (f) en de daarbijbehorende ring (h) en zet deze in het andere gat. Plaats de afdekplaatjes (u) aan de andere kant. Haal de afdekpennen (3 stuks) voor de scharnierbevestiging (n, k) aan de linkerkant en zet ze aan de andere kant (tekening 2). Plaats de pen (m) van het scharnier van de deur van de vrieskast in het gat aan de linkerkant (tekening 2). Zet de deur van de vrieskast op de onderste (f) deursteun (tekening 3). Druk de deur van de koelkast in de bovenste (d) deursteun. Hierna moeten de deuren iets worden gekanteld en kan men de scharnier (m) in het gat van de deur van de koelkast drukken. Open nu de deuren en schroef de scharnier vast aan de linkerkant me behulp van de 2 schroeven (c). Vergeet de kunststof afstandhouder (b) niet, die onder het scharnier moet komen. Let er goed op, dat de rand van de deuren gelijk loopt met de zijkant van het apparaat. Zet het apparaat op de plaats, plaats het waterpas en steek de stekker in het stopcontact. Natuurlijk kunt u ook contact opnemen met de dichtstbijzijnde servicepunt, mocht u het omzetten van de deurdraairichting liever niet zelf uitvoeren. Hier kunt u informatie vragen over de kosten van het omzetten door één van onze servicemonteurs en een afspraak maken. 12 Elektrische aansluiting Deze koelkast is ontworpen voor 230 V AC (~) 50 Hz. Het apparaat moet worden aangesloten aan een volgens de voorschriften geďnstalleerd stopcontact met randaarde. Als zo'n stopcontact niet aanwezig is, laat het dan door een erkend installateur in de buurt van de koelkast aanbrengen. Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-richtlijnen: – 73/23/EEG van 19.02.1973 (incl. wijzigingsrichtlijnen) - laagspanningsrichtlijn – 89/336/EEG van 03.05.1989 (incl. wijzigingsrichtlijnen - EMC-richtlijn NL Be w aar ti jdent abel (1) Verse levensmiddelen in de koelkast bewaren Soort rauw vlees gekookt vlees gebraden vlees rauw gehakt gebraden gehakt vleeswaren verse vis gekookte vis gebakken vis vis uit blik verse kip gebraden kip verse eend, gans gebraden eend, gans boter ongeopend boter geopend melk room zure room kaas (hard) kaas (zacht) kwark eieren spinazie. erwten, bonen paddestoelen wortelen, bieten tomaten kool snel rottend fruit (aardbei, framboos enz.) ander fruit fruit uit blik Bewaartijd in dagen 3 4 5 x x x X x x X x x Verpakking 1 X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X 2 X X X 6 7 X X x X X x X X X X X X X X X X X X X X X X X X X x x x x x x X X X X X x X x X X X X X x X x X X X x x x X X x x x X X X X X x X x X X X x x x x X x x x x x x X x x X x x X x x X x X x x X x X x x X x x X X X x x X X x X X x X X X X X X X X X x X x x x x x x x x x x x x vershoudfolie, luchtdicht afgesloten schaaltje afgesloten schaaltje afgesloten schaaltje afgesloten schaaltje vershoudfolie, vetvrij papier vershoudfolie, luchtdicht afgesloten schaaltje afgesloten schaaltje afgesloten schaaltje vershoudfolie, luchtdicht afgesloten schaaltje vershoudfolie, luchtdicht afgesloten schaaltje originele verpakking originele verpakking originele verpakking kunststof schaaltje kunststof schaaltje aluminium folie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie afgesloten schaaltje X: normale bewaartijd x: mogelijke bewaartijd (geldt alleen voor echt verse producten) 13 NL Be w aar ti jdent abel (2) Diepvriesproducten bewaren Soort in de koelruimte +2 – +7 °C 1 dag 1 dag 1 dag 1 dag 1 dag 1 dag 1 dag groente kant-en-klare producten aardappelgerechten, pastagerechten soep fruit vlees consumptie-ijs in de ****-vriesruimte -18°C 12 maanden 6 maanden 12 maanden 6 maanden 12 maanden 5 maanden 3 weken Gar antie en ser vice Garantiebepalingen en Service Bij aanspraak op kosteloos herstel dient het origineel van de betreffende aankoopnota of kwitantie te worden getoond of meegezonden. Algemene Garantiebepalingen 1 1a 2 3 3a 14 De fabrikant verleent een jaar garantie op het op de bijbehorende koopnota vermelde apparaat, gerekend vanaf de koopdatum. Indien zich binnen deze periode een storing voordoet, welke het gevolg is van een materiaal- en/of constructiefout, heeft de koper het recht op kosteloos herstel. Voor stofzuigers, bedoeld voor huishoudelijk gebruik, geldt een algemene garantieperiode van twee jaar. Accessoires zijn aan directe slijtage onderhevig; deze verbruiksartikelen zijn derhalve van garantie uitgesloten. Indien binnen de garantietermijn door ZANKER reparaties worden verricht, wordt de oorspronkelijke garantietermijn niet verlengd. Op reparaties buiten de garantietermijn door ZANKER verricht, en op de hierbij geleverde, betaalde en gemonteerde onderdelen wordt 1 jaar garantie verleend. Indien na drie maal uitvoeren van eenzelfde reparatie, hetzelfde defect opnieuw optreedt en geen resultaat van een opnieuw uitvoeren van een reparatie verwacht mag worden, zal een nieuw exemplaar of soortgelijk toestel worden aangeboden. De aanbieding geschiedt tegen bijbetaling op basis van een te bepalen jaarlijks afschrijvingspercentage. Servicebezoeken aan huis worden alleen gebracht voor grote, moeilijk transporteerbare apparaten, per definitie: wasautomaten, trommeldroogautomaten, afwasautomaten, koelkasten, diepvrieskasten/-kisten, ovens, fornuizen en inbouwapparaten. De regeling als genoemd onder punt 3 geldt ook voor caravankoelkasten, mits de plaats waar zich 4 5 6 het apparaat bevindt binnen de landsgrenzen ligt en over normale, voor het autoverkeer opengestelde wegen bereikbaar is. Voorts dienen ten tijde van het bezoek het apparaat en de eigenaar, of diens gemachtigde plaatsvervanger, op de afgesproken bezoekplaats aanwezig te zijn. Indien, naar het oordeel van de fabrikant, het apparaat zoals bedoeld onder punt 3 naar haar servicewerkplaats getransporteerd moet worden, dan geschiedt dit transport op de door de fabrikant vastgestelde wijze en voor rekening en risico van de fabrikant. Alle niet onder punt 3 en punt 3a genoemde apparaten, alsmede apparaten welke wel de betreffende functionele eigenschappen hebben maar daarnaast juist bedoeld zijn voor gemakkelijk transport, dienen franco aan het adres van de servicedienst verzonden of aangeboden te worden. Binnen de algemene garantieperiode vindt terugzending voor rekening van de fabrikant plaats. Indien een onder garantie en binnen de algemene garantieperiode vallend defect aan een apparaat niet hersteld kan worden, vindt kosteloze vervanging van het apparaat plaats. Garantie-uitbreidingen 7 Voor koel-/vries-motorcompressoren (exclusief startrelais en motorbeveiliging) geldt een aflopende garantieperiode, in gelijke percentages van 20 procent per jaar, van vijf jaar na koopdatum van het op de bijbehorende koopnota vermelde apparaat, met inachtname van volledig kosteloos herstel binnen de algemene garantieperiode. Na de algemene garantieperiode worden bezoek-, arbeidsloon- en bijkomende materiaalkosten in rekening gebracht. Garantie-uitsluitingen 8 Het kosteloos uitvoeren van herstel- en/of vervangingswerkzaamheden, zoals bedoeld in de betreffende hieraan voorafgaande punten, is niet van toepassing indien: NL - 8a 8b 8c de aankoopnota of kwitantie, waaruit tenminste de aankoopdatum en de identificatie van het apparaat blijkt, niet getoond kan worden of niet meegezonden werd; - het apparaat voor andere, of ook voor andere dan de huishoudelijke doeleinden waarvoor het apparaat bestemd is gebruikt wordt; - het apparaat niet volgens de aanwijzingen in het installatievoorschrift of de gebruikaanwijzing geďnstalleerd, bediend, gebruikt of behandeld wordt; - het apparaat op ondeskundige wijze door daartoe niet bevoegde personen hersteld of gewijzigd werd. Indien het apparaat zodanig ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst is dat de benodigde tijd voor het uit- en inbouwen samen meer dan dertig minuten bedraagt, dan worden de hierdoor ontstane extra kosten aan de eigenaar in rekening gebracht. Schade welke ontstaat door het, met toestemming van de eigenaar, op abnormale wijze uit- of inbouwen van een apparaat, kan niet op de fabrikant of haar servicedienst verhaald worden. Beschadigingen, zoals krassen en deuken of zoals een breuk van uit- of afneembare delen, welke niet ten tijde van de aflevering ter kennis van de fabrikant gebracht worden, vallen niet onder garantie. Belangrijk advies De constructie van dit apparaat is zodanig dat de veiligheid daarvan gewaarborgd is. Ondeskundige reparaties kunnen echter de veiligheid in gevaar brengen. Terwille van een blijvende veiligheid en ook om mogelijke schade te voorkomen, is het raadzaam dat reparaties uitsluitend verricht worden door personen die daarvoor de vereiste vakbekwaamheid bezitten. Wij adviseren u herstel- en/of controlewerkzaamheden door uw vakhandelaar of door ELGROEP FABRIEKSSERVICE laten uitvoeren en uitsluitend originele DISTRIPARTS onderdelen te laten plaatsen. Vennootsweg 1 2404 CG Alphen aan den Rijn Postbus 120 2400 AC Alphen aan den Rijn Storingsmeldingen op werkdagen tijdens kantooruren: Tel. 0172 - 46 83 00 Fax 0172 - 46 83 66 Onderdelenverkoop op werkdagen tijdens kantooruren: Tel. 0172 - 46 84 00 Fax 0172 - 46 83 76 Productwijzigingen voorbehouden. Waarborgv oor w aar den Onze toestellen worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het voorkomen dat er een defect optreedt. Onze klantendienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten de waarborgtermijn. De levensduur van het toestel wordt daardoor niet negatief beďnvloed. Onderstaande waarborgvoorwaarden zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk Wetboek. De daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet. Ook de waarborgverplichtingen van de verkoper naar de eindgebruiker blijven onaangetast. Voor dit toestel verlenen wij waarborg volgens onderstaande voorwaarden: 1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan het toestel die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf de datum van levering aan de eindgebruiker. Deze waarborgvoorwaarden zijn niet van toepassing in geval van professioneel of daarmee gelijk te stellen gebruik. 2. De waarborgprestatie houdt in dat het toestel kosteloos wordt teruggebracht in de toestand die het had voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen worden hersteld of vervangen. 3. 4. 5. 6. 7. Kosteloos vervangen onderdelen worden ons eigendom. Het gebrek moet terstond gemeld worden, om mogelijke verdere schade te voorkomen. Voor een beroep op waarborg dient het aankoopbewijs met aankoop- en/of leveringsdatum te worden overlegd. De waarborg heeft geen betrekking op schade aan kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch) glas, kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig gebruik De waarborg heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de waarde en deugdelijkheid van het toestel onbeduidend zijn. De waarborg geldt evenmin voor schade veroorzaakt door: chemische en elektrochemische inwerking van water, abnormale milieuomstandigheden in het algemeen voor het toestel oneigenlijke bedrijfsomstandigheden contact met agressieve stoffen. 15 NL 8. De waarborg heeft geen betrekking op gebreken door transportschade die buiten onze verantwoordelijkheid is ontstaan, niet vakkundige installatie of montage, verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of het niet in acht nemen van de gebruiks- of montageaanwijzingen. 9. Het recht op waarborg vervalt wanneer het defect werd veroorzaakt door herstelling of ingrepen door derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer het toestel voorzien werd van toebehoren of onderdelen die niet origineel zijn en daardoor een defect veroorzaken. 10. Toestellen die gemakkelijk kunnen worden vervoerd dienen te worden overhandigd of gezonden naar onze klantendienst. Herstelling ter plaatse kan slechts worden gevraagd voor grote of ingebouwde toestellen. 11. Indien het toestel zodanig is ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst dat de benodigde tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30 minuten bedraagt, dan worden de hierdoor ontstane extra kosten aan de gebruiker in rekening gebracht. Schade die ontstaat door abnormale in- of uitbouw komt ten laste van de gebruiker. 12. Indien binnen de waarborgperiode de herstelling van hetzelfde gebrek meermaals mislukt of de herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging geleverd. In geval van vervanging behouden we ons het recht voor om een vergoeding te rekenen naar rato van de verstreken gebruiksperiode. 16 13. Herstelling onder waarborg heeft geen verlenging van de waarborgtermijn noch aanvang van een nieuwe waarborgtermijn tot gevolg. 14. Op herstellingen geven wij een waarborg van 12 maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek. 15. Verdere of andere rechten, in het bijzonder vergoeding van schade ontstaan buiten het toestel, zijn uitgesloten voor zover een aansprakelijkheid niet wettelijk is vastgelegd. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de aankoopwaarde van het toestel niet overtreffen. Deze waarborgvoorwaarden gelden voor in België gekochte en/of in gebruik zijnde toestellen. Indien een toestel naar het buitenland wordt gebracht dient de gebruiker na te gaan of het toestel voldoet aan de technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, installatievoorschriften, gassoort, klimaatomstandigheden) in het betreffende land. Voor in het buitenland aangeschafte toestellen dient de gebruiker zich zelf te vergewissen van de bepalingen in België. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen vallen niet onder de waarborg, en kunnen niet altijd worden aangebracht. Ook na afloop van de waarborgtermijn staat onze klantendienst u ter beschikking. Adres Klantendienst: ELECTROLUX HOME PRODUCTS BELGIUM Bergensesteeweg, 719 1502 LEMBEEK Tél. 02.363.0444
1 / 1

Zanussi ZRB40NC Handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Handleiding