Samsung SAMSUNG ST200F Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Klik op een onderwerp
Algemene problemen oplossen
Beknopt overzicht
Inhoud
Basisfuncties
Uitgebreide functies
Opnameopties
Afspelen/bewerken
Draadloos netwerk
(alleen ST200F/ST201F/ST205F)
Instellingen
Bijlagen
Index
In deze gebruiksaanwijzing vindt u
uitgebreide aanwijzingen voor het
gebruik van uw camera. Lees deze
gebruiksaanwijzing aandachtig door.
ST200/ST200F/ST201/ST201F/ST205F
1
Voorkom oogletsel bij het nemen van foto's.
Gebruik de flitser van de camera niet vlakbij (op minder dan
1 m afstand van) de ogen van mensen of dieren. Als u de flitser
dicht bij de ogen van het onderwerp gebruikt, kunt u tijdelijke of
permanente schade aan het gezichtsvermogen veroorzaken.
Houd de camera buiten het bereik van kleine kinderen en
huisdieren.
Houd de camera en alle bijbehorende onderdelen en accessoires
buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Kleine
onderdelen vormen verstikkingsgevaar of kunnen schadelijk zijn
wanneer deze worden ingeslikt. Bewegende onderdelen en
accessoires kunnen ook fysiek gevaar opleveren.
Stel de camera niet gedurende lange tijd aan direct zonlicht of
hoge temperaturen bloot.
Langdurige blootstelling aan zonlicht of extreme temperaturen
kan permanente schade aan interne onderdelen van het toestel
veroorzaken.
Informatie over gezondheid en veiligheid
Houd u altijd aan de volgende voorzorgsmaatregelen en gebruikstips om gevaarlijke situaties te vermijden en ervoor te zorgen dat de
camera optimaal werkt.
Waarschuwing—situaties die bij u of anderen letsel kunnen
veroorzaken
Haal de camera niet uit elkaar en probeer de camera niet te
repareren.
Dit kan een schok veroorzaken of de camera beschadigen.
Gebruik de camera niet dichtbij ontvlambare of explosieve
gassen en vloeistoffen.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Plaats geen ontvlambare materialen in de camera en bewaar
dergelijke materialen niet in de buurt van de camera.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Raak de camera niet met natte handen aan.
Dit kan een schok veroorzaken.
2
Voorkom dat de camera of oplader wordt bedekt door kleden
of kleding.
Dit kan oververhitting van de camera of brand veroorzaken.
Gebruik het netsnoer en de oplader niet tijdens een onweersbui.
Dit kan een elektrische schok veroorzaken.
Als er vloeistoffen of vreemde voorwerpen in de camera komen,
moet u meteen alle voedingsbronnen, zoals de batterij of
oplader, loskoppelen en vervolgens contact opnemen met een
servicecenter van Samsung.
Houd u aan alle regelgeving die het gebruik van camera's in
bepaalde omgevingen beperkt.
• Voorkom storing met andere elektronische apparatuur.
• Schakel de camera uit voordat u aan boord van een vliegtuig
gaat. De camera kan storing in de apparatuur van het
vliegtuig veroorzaken. Houd u aan alle voorschriften van de
luchtvaartmaatschappij en zet de camera uit als dit door het
vliegtuigpersoneel wordt gevraagd.
• Schakel de camera uit in de nabijheid van medische
apparatuur. De camera kan storing veroorzaken in medische
apparaten in ziekenhuizen of zorginstellingen. Volg alle
voorschriften, waarschuwingsmededelingen en aanwijzingen
van medisch personeel.
Vermijd storing van pacemakers.
Bewaar minimaal 15 cm afstand tussen de camera en
pacemakers om mogelijke storing van de pacemaker te
voorkomen, overeenkomstig de aanbevelingen van de
onafhankelijke onderzoeksgroep Wireless Technology Research.
Als u vermoedt dat de camera storing veroorzaakt bij een
pacemaker of ander medisch apparaat, moet u de camera
onmiddellijk uitschakelen en voor instructies contact op te nemen
met de fabrikant van de pacemaker of het medische apparaat.
Informatie over gezondheid en veiligheid
3
Informatie over gezondheid en veiligheid
Voorzichtig—situaties die kunnen resulteren in beschadiging
van de camera of andere apparatuur
Haal de batterijen uit de camera wanneer u deze voor langere
tijd opbergt.
Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan lekken
of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken.
Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant aanbevolen
lithium-ionbatterijen ter vervanging. Zorg dat u de batterij niet
beschadigt of verhit.
Hierdoor kan brand ontstaan of persoonlijk letsel worden
veroorzaakt.
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen,
opladers, kabels en accessoires.
• Niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of accessoires
kunnen de camera beschadigen, letsel veroorzaken of ertoe
leiden dat batterijen exploderen.
• Samsung is niet aansprakelijk voor schade of letsel veroorzaakt
door niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of
accessoires.
Gebruik batterijen niet voor doeleinden waarvoor de batterijen
niet zijn bedoeld.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Raak de flitser niet aan wanneer deze wordt gebruikt.
De flitser wordt zeer heet en kan brandwonden veroorzaken.
Als u de AC-oplader gebruikt, moet u de camera uitschakelen
voor u de voedingsbron van de AC-oplader loskoppelt.
Anders kunt u brand of een schok veroorzaken.
Laat de stekker van de oplader niet in het stopcontact zitten als
u de oplader niet gebruikt.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Gebruik voor het opladen van de batterijen geen
elektriciteitssnoeren of stekkers die beschadigd zijn, of een
loshangend stopcontact.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Zorg dat de AC-oplader niet in contact komt met de plus- en
minpolen van de batterij.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
4
Informatie over gezondheid en veiligheid
Voorkom storing met andere elektronische apparatuur.
De camera zendt RF-signalen (Radio Frequency) uit die storing
kunnen veroorzaken in elektronische apparatuur die niet of niet
voldoende is beschermd, zoals pacemakers, gehoorapparaten,
medische apparatuur en andere apparatuur thuis of in de auto.
Vraag advies bij de fabrikant van uw elektronische apparatuur om
mogelijke problemen met storing op te lossen. Gebruik alleen
door Samsung goedgekeurde apparaten of accessoires om
ongewenste storingen te voorkomen.
Gebruik de camera in de normale gebruikspositie.
Raak de interne antenne van de camera niet aan.
Gegevensoverdracht en verantwoordelijkheden
• Gegevens die via een WLAN worden verzonden, kunnen
in verkeerde handen vallen, dus vermijd het verzenden van
gevoelige gegevens in openbare ruimten of via open netwerken.
• De fabrikant van de camera is niet aansprakelijk voor
gegevensoverdracht waarmee inbreuk wordt gemaakt
op auteursrechten, handelsmerken, intellectueel-
eigendomsrechten of regelgeving met betrekking tot de
openbare zedelijkheid.
Forceer de cameraonderdelen niet en oefen geen kracht uit op
de camera.
Dit kan leiden tot camerastoringen.
Wees voorzichtig bij het aansluiten van snoeren en adapters en
het plaatsen van batterijen en geheugenkaarten.
Door het forceren van aansluitingen, het niet op de juiste manier
aansluiten van snoeren of het niet op de juiste manier plaatsen
van batterijen en geheugenkaarten kunt u poorten, aansluitingen
en accessoires beschadigen.
Houd kaarten met magnetische stroken uit de buurt van het
camera-etui.
Informatie die is opgeslagen op de kaart kan worden beschadigd
of gewist.
Gebruik nooit een beschadigde oplader, batterij of
geheugenkaart.
Dit kan een schok, camerastoring of brand veroorzaken.
Controleer voor gebruik of de camera naar behoren
functioneert.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor verlies van bestanden of
schade die kan voortkomen uit defecten aan de camera of onjuist
gebruik.
Steek het smalle uiteinde van de USB-kabel in de camera.
Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden
beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig
verlies van gegevens.
5
Copyrightinformatie
• Microsoft Windows en het Windows-logo zijn
geregistreerde handelsmerken van Microsoft
Corporation.
• Mac is een geregistreerd handelsmerk van Apple
Corporation.
• microSD™, microSDHC™ en microSDXC™ zijn
geregistreerde handelsmerken van SD Association.
• Wi-Fi®, het Wi-Fi CERTIFIED-logo en het Wi-Fi-logo zijn
geregistreerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance.
• Handelsmerken en handelsnamen in deze
gebruiksaanwijzing zijn het eigendom van de betreffende
eigenaars.
•
Cameraspecificaties of de inhoud van deze gebruiksaanwijzing
kunnen bij een upgrade van camerafuncties zonder
kennisgeving worden gewijzigd.
•
U kunt de camera het beste gebruiken in het land waar u deze
hebt aangeschaft.
•
Gebruik deze camera op een verantwoorde manier en leef
alle wet- en regelgeving met betrekking tot het gebruik van de
camera na.
•
Het is niet toegestaan om enig deel van deze
gebruiksaanwijzing zonder vooraf gegeven toestemming te
hergebruiken of verspreiden.
•
Raadpleeg voor informatie over de Open Source-licentie het
bestand 'OpenSourceInfo.pdf' op de meegeleverde CD-ROM.
Overzicht van de gebruiksaanwijzing
Basisfuncties 13
Hier vindt u informatie over de indeling en pictogrammen van
de camera en basisfuncties voor het maken van opnamen.
Uitgebreide functies 36
Hier vindt u informatie over het maken van foto's en het
opnemen van video's door een modus te selecteren.
Opnameopties 55
Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in
de opnamemodus.
Afspelen/bewerken 78
Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt
weergeven of afspelen en hoe u foto's en video's kunt
bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een
computer, fotoprinter of televisie aansluit.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
102
Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken
met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken.
Instellingen 123
Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te
configureren.
Bijlagen 129
Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties
en onderhoud.
6
Symbolen in deze gebruiksaanwijzing
Symbool Functie
Aanvullende informatie
Veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen
[ ]
Cameraknoppen. [Ontspanknop] staat bijvoorbeeld
voor de sluiterknop.
( ) Paginanummer van verwante informatie
De volgorde van de opties of menu's die u moet
selecteren om een stap uit te voeren, bijvoorbeeld:
selecteer Gezichtsdetectie Normaal (betekent
selecteer Gezichtsdetectie en selecteer vervolgens
Normaal).
* Voetnoot
Uitdrukkingen in deze gebruiksaanwijzing
Op de ontspanknop drukken
• Druk de [Ontspanknop] half in: druk de sluiterknop tot
halverwege in
• Druk op de [Ontspanknop]: druk de sluiterknop helemaal in
Druk de [Ontspanknop] half in Druk op de [Ontspanknop]
Onderwerp, achtergrond en compositie
• Onderwerp: het hoofdobject van een scène, zoals een
persoon, dier of stilleven
• Achtergrond: de objecten rond het onderwerp
• Compositie: de combinatie van onderwerp en achtergrond
Compositie
Achtergrond
Onderwerp
Belichting (Helderheid)
De hoeveelheid licht die de camera binnenkomt, bepaalt de
belichting. De belichting kan worden aangepast met sluitertijd,
diafragmawaarde en ISO-waarde. Wanneer u de belichting
verandert, worden de foto's donkerder of lichter.
Normale belichting
Overbelicht (te helder)
7
Algemene problemen oplossen
Hier vindt u informatie waarmee u algemene problemen kunt oplossen door opnameopties in te stellen.
De ogen van het
onderwerp zijn rood.
Dit wordt veroorzaakt door een reflectie van de flitser van de camera.
•
Stel de flitsoptie in op Rode ogen of Anti-rode ogen. (pag. 59)
•
Als de foto al is gemaakt, selecteert u Anti-rode ogen in het bewerkingsmenu. (pag. 92)
Foto's bevatten
stofvlekken.
Als u de flitser gebruikt, worden stofdeeltjes in de lucht mogelijk vastgelegd op foto's.
•
Schakel de flitser uit of neem geen foto's op stoffige plaatsen.
•
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 61)
Foto's zijn onscherp.
Vervaging kan optreden als u foto's maakt bij weinig licht of de camera niet goed vasthoudt. Gebruik
de functie OIS of druk de [Ontspanknop] half in om ervoor te zorgen dat de camera op het onderwerp
scherpstelt. (pag. 34)
Bij nachtopnamen
zijn foto's onscherp.
Om meer licht binnen te laten, gebruikt de camera een langere sluitertijd. Hierdoor kan het moeilijk
worden om de camera lang genoeg stabiel te houden om een duidelijke foto vast te leggen en kan de
camera gaan trillen.
•
Selecteer de modus Nachtopname. (pag. 47)
•
Schakel de flitser in. (pag. 59)
•
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 61)
•
Gebruik een statief om te voorkomen dat de camera beweegt.
Het onderwerp
is te donker door
tegenlicht.
Als de lichtbron zich achter het onderwerp bevindt of als er een groot contrast is tussen de lichte en
donkere gebieden, kan het onderwerp te donker worden.
•
Maak geen foto's tegen de zon in.
•
Selecteer Tegenl. in de modus Scène. (pag. 41)
•
Stel de flitseroptie in op Invulflits. (pag. 59)
•
Pas de belichting aan. (pag. 69)
•
Stel de optie Automatische contrastverbetering (ACB) in. (pag. 70)
•
Stel de lichtmeting in op Spot als een onderwerp zich in het midden van het kader bevindt. (pag. 70)
8
Beknopt overzicht
Foto's van mensen maken
•
Modus Beeld in beeld
44
•
Modus Beautyshot
45
•
Modus Intelligent portret
46
•
Rode ogen/Anti-rode ogen (rode ogen
voorkomen of corrigeren)
59
•
Gezichtsdetectie
65
•
Zelfportret
66
's Nachts of in het donker foto's
maken
•
Modus Scène > Zon onder, Dageraad
41
•
Modus Nachtopname
47
•
Flitseropties
59
•
ISO-waarde (de lichtgevoeligheid aanpassen)
61
Actiefoto's maken
•
Continu, Bewegingsopname
73
Foto's van tekst, insecten en
bloemen maken
•
Modus Scène > Tekst
41
•
Modus Close-up opname
47
•
Macro
62
De belichting aanpassen
(helderheid)
•
ISO-waarde (de lichtgevoeligheid aanpassen)
61
•
EV (de belichting aanpassen)
69
•
ACB (compenseren voor onderwerpen tegen
heldere achtergronden)
70
•
L.meting
70
•
AEB (3 foto's van dezelfde scène maken, maar
met verschillende belichtingen)
73
Foto's van de omgeving maken
•
Modus Scène > Landschap
41
• Modus Live Panorama
42
Effecten toepassen op foto's
• Modus Magisch kader
48
• Modus Grappig gezicht
48
• Modus Fotofilter
49
• Modus Gesplitste opname
52
•
Modus Artistiek penseel
53
•
Modus Foto in beweging
54
•
Beeld aanpassen (om Scherpte, Contrast of
Kleurverz. aan te passen)
91
Effecten toepassen op video's
• Modus Filmfilter
51
Bewegingsonscherpte
voorkomen
•
Optische beeldstabilisatie (OIS)
33
•
Bestanden op categorie bekijken in Smart
Album
81
•
Bestanden weergeven als miniaturen
82
•
Alle bestanden op de geheugenkaart
verwijderen
83
•
Foto's als diashow weergeven
86
•
Bestanden weergeven op een televisie
94
•
De camera op een computer aansluiten
95
•
Websites voor het delen van foto's of
video's gebruiken (alleen ST200F/ST201F/
ST205F)
110
•
Foto's of video's via e-mail verzenden
(alleen ST200F/ST201F/ST205F)
113
•
Geluid en volume aanpassen
125
•
De helderheid van het scherm aanpassen
126
•
De schermtaal wijzigen
127
•
De datum en tijd instellen
127
•
Voordat u contact opneemt met een
servicecenter
141
9
Inhoud
Uitgebreide functies
........................................................ 36
Basismodi gebruiken .................................................... 37
De Smart Auto-modus gebruiken .................................. 37
De Programmamodus gebruiken .................................. 38
De Smart filmmodus gebruiken ..................................... 39
De Filmmodus gebruiken ............................................. 40
De Scènemodus gebruiken .......................................... 41
De modus Live Panorama gebruiken .............................42
Scènemodi gebruiken .................................................. 44
De modus Beeld in beeld gebruiken .............................44
De Beautyshot-modus gebruiken ................................. 45
De modus Intelligent portret gebruiken ........................... 46
De modus Nachtopname gebruiken ............................. 47
De Close-upmodus gebruiken ......................................47
Magische modi gebruiken ............................................ 48
De Magische kadermodus gebruiken ............................ 48
De modus Grappig gezicht gebruiken ........................... 48
De Fotofiltermodus ..................................................... 49
De Filmfiltermodus gebruiken ....................................... 51
De modus Gesplitste opname gebruiken ....................... 52
De modus Artistiek penseel gebruiken ........................... 53
De modus Foto in beweging gebruiken ......................... 54
Basisfuncties
.................................................................... 13
Uitpakken .....................................................................14
Indeling van de camera ................................................ 15
De batterij en geheugenkaart plaatsen ........................ 17
De batterij opladen en de camera inschakelen ........... 18
De batterij opladen ...................................................... 18
De camera inschakelen ............................................... 18
De eerste instellingen uitvoeren ................................... 19
Uitleg over de pictogrammen ....................................... 21
Het startscherm gebruiken ........................................... 22
Het startscherm openen .............................................. 22
Pictogrammen op het startscherm ................................ 23
Achtergrond instellen ................................................... 25
Opties of menu's selecteren ........................................ 26
Het scherm en geluid instellen ..................................... 28
Het schermtype instellen ..............................................28
Het geluid instellen ...................................................... 29
Foto's maken ................................................................ 30
Zoomen ..................................................................... 31
Bewegingsonscherpte voorkomen (OIS) ........................ 33
Tips om betere foto's te maken ................................... 34
10
Inhoud
Opnameopties
................................................................. 55
De resolutie en beeldkwaliteit selecteren ..................... 56
De resolutie selecteren ................................................ 56
Een beeldkwaliteit selecteren ........................................ 57
De timer gebruiken ....................................................... 58
Opnamen in het donker maken .................................... 59
Rode ogen voorkomen ................................................ 59
De flitser gebruiken ......................................................59
De ISO-waarde aanpassen .......................................... 61
De scherpstelling aanpassen ....................................... 62
Macro gebruiken ......................................................... 62
Meebewegende autofocus gebruiken ........................... 63
Het scherpstelgebied aanpassen .................................. 64
Gezichtsdetectie gebruiken ......................................... 65
Gezichten detecteren .................................................. 65
Een zelfportret maken .................................................. 66
Een foto van een lachend gezicht maken ...................... 66
Knipperende ogen detecteren ...................................... 67
Slimme gezichtsherkenning gebruiken ...........................67
Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) .................... 68
Helderheid en kleur aanpassen .................................... 69
De belichting handmatig aanpassen (EV) ....................... 69
Compenseren voor tegenlicht (ACB) ............................. 70
De lichtmeetmethode wijzigen ...................................... 70
Een instelling voor Witbalans selecteren ........................ 71
Serieopnamen .............................................................. 73
Afbeeldingen aanpassen .............................................. 74
Het geluid van de zoom verminderen .......................... 75
Beschikbare opname-instellingen per
opnamemodus ............................................................. 76
11
Inhoud
Afspelen/bewerken
.......................................................... 78
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus ....... 79
De afspeelmodus starten ............................................. 79
Foto's weergeven ........................................................ 84
Een video afspelen ...................................................... 87
Foto's bewerken ........................................................... 89
Het formaat van foto's wijzigen ...................................... 89
Portretten automatisch bijsnijden ................................... 89
Een foto draaien .......................................................... 90
Smart filter-effecten toepassen ..................................... 90
Foto's aanpassen ........................................................ 91
Een afdrukbestelling maken (DPOF) .............................. 93
Bestanden op een tv weergeven .................................94
Bestanden overbrengen naar een
Windows-computer ...................................................... 95
Bestanden overbrengen met Intelli-Studio ...................... 96
Bestanden overbrengen door de camera aan te sluiten
als verwisselbare schijf
................................................. 98
De camera loskoppelen (voor Windows XP) ................... 99
Bestanden overbrengen naar een Mac-computer .... 100
Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken ...... 101
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
..102
Verbinding maken met een WLAN en
netwerkinstellingen configureren ............................... 103
Verbinding maken met een WLAN .............................. 103
De aanmeldingsbrowser gebruiken ............................. 104
Tips over netwerkverbinding ....................................... 105
Tekst invoeren ...........................................................106
Foto's of video's verzenden naar een smartphone ... 107
Een smartphone gebruiken als externe
ontspanknop ............................................................... 108
Websites voor het delen van foto's of video's
gebruiken .................................................................... 110
Een website openen ..................................................110
Foto's of video's uploaden .........................................110
Foto's of video's via e-mail verzenden ...................... 112
E-mailinstellingen wijzigen ........................................... 112
Foto's of video's via e-mail verzenden ......................... 113
Foto's uploaden naar een cloudserver ...................... 115
Automatische back-up gebruiken om foto's of
video's te verzenden ................................................. 116
Het programma voor Automatische back-up installeren
op uw pc
.................................................................. 116
Foto's of video's verzenden naar een pc ...................... 116
Foto's of video's weergeven op een tv met
TV Link-functionaliteit ................................................. 118
Foto's verzenden via Wi-Fi Direct .............................. 120
Over de WOL-functie Wake on LAN .......................... 121
12
Inhoud
Instellingen
..................................................................... 123
Instellingenmenu ........................................................124
Het instellingenmenu openen ..................................... 124
Geluid ...................................................................... 125
Display ..................................................................... 125
Connectiviteit ............................................................ 126
Algemeen .................................................................127
Bijlagen
........................................................................... 129
Foutmeldingen ............................................................ 130
Cameraonderhoud ..................................................... 132
De camera reinigen ................................................... 132
De camera gebruiken of opbergen .............................. 133
Geheugenkaarten ..................................................... 134
De batterij .................................................................137
Voordat u contact opneemt met een servicecenter ..141
Cameraspecificaties ................................................... 144
Woordenlijst ................................................................ 148
Verklaring in officiële talen .......................................... 154
Index ...........................................................................156
Basisfuncties
Hier vindt u informatie over de indeling en pictogrammen van de camera en basisfuncties voor het
maken van opnamen.
Uitpakken
…………………………………… 14
Indeling van de camera
…………………… 15
De batterij en geheugenkaart plaatsen
17
De batterij opladen en de camera
inschakelen
……………………………… 18
De batterij opladen
……………………… 18
De camera inschakelen
………………… 18
De eerste instellingen uitvoeren
……… 19
Uitleg over de pictogrammen
…………… 21
Het startscherm gebruiken
……………… 22
Het startscherm openen
……………… 22
Pictogrammen op het startscherm
……… 23
Achtergrond instellen
…………………… 25
Opties of menu's selecteren
…………… 26
Het scherm en geluid instellen
…………… 28
Het schermtype instellen
………………… 28
Het geluid instellen
…………………… 29
Foto's maken
…………………………… 30
Zoomen
…………………………………… 31
Bewegingsonscherpte voorkomen (OIS)
33
Tips om betere foto's te maken
………… 34
Basisfuncties
14
Uitpakken
De productverpakking bevat de volgende onderdelen.
Camera AC-adapter/
USB-kabel
Oplaadbare batterij Polslus
Gebruiksaanwijzing op cd-rom Snelstartgids
Optionele accessoires
Camera-etui A/V-kabel
Batterijoplader
Geheugenkaart/
Geheugenkaartadapter
•
De afbeeldingen kunnen enigszins afwijken van de onderdelen die
bij uw product zijn geleverd.
•
Afhankelijk van het model kunnen er verschillende items in de
doos zitten.
•
U kunt optionele accessoires aanschaffen bij een wederverkoper
of een servicecenter van Samsung. Samsung is niet
verantwoordelijk voor problemen die door het gebruik van niet-
goedgekeurde accessoires ontstaan.
Basisfuncties
15
Indeling van de camera
Zorg dat u vertrouwd bent met de diverse onderdelen en functies van de camera voordat u begint.
Batterijklep
Een geheugenkaart en batterij plaatsen
Statiefbevestigingspunt
USB- en A/V-aansluiting
Voor aansluiting van USB-kabel en A/V-kabel
AF-hulplampje/Timerlampje
Flitser
Lens
Ontspanknop
Luidspreker
Power-knop
Microfoon
Interne antenne*
* Vermijd contact met de interne
antenne tijdens het gebruik van
het draadloze netwerk. (alleen
ST200F/ST201F/ST205F)
Basisfuncties
16
Indeling van de camera
Knop Beschrijving
Basisfuncties Overige functies
De schermoptie wijzigen. Omhoog
De macro-optie wijzigen. Omlaag
De flitseroptie wijzigen. Naar links
De timeroptie wijzigen. Naar rechts
De gemarkeerde optie of het gemarkeerde menu
bevestigen.
Knop Beschrijving
Het startscherm openen.
Opties of menu's openen.
De afspeelmodus openen.
Bestanden verwijderen in de afspeelmodus.
Scherm
Statuslampje
•
Knippert: wanneer de camera een foto
of video opslaat, wordt gelezen door
een computer of printer, als het beeld
onscherp is of als er een probleem is
met het opladen van de batterij (op de
ST200F/ST201F/ST205F, wanneer de
camera verbinding maakt met WLAN of
een foto verzendt)
•
Licht op: wanneer de camera is
aangesloten op een computer, wanneer
de batterij wordt opgeladen of wanneer
het beeld is scherpgesteld
De polslus bevestigen
Knoppen
(Bekijk de onderstaande tabel)
Zoomknop
•
In de opnamemodus: in- en uitzoomen
•
In de afspeelmodus: inzoomen op een
deel van de foto, bestanden als miniaturen
weergeven of het volume aanpassen
Basisfuncties
17
De batterij en geheugenkaart plaatsen
Hier vindt u informatie over het in de camera plaatsen van de batterij en een optionele geheugenkaart.
De batterij en geheugenkaart verwijderen
Duw voorzichtig tegen de
kaart totdat deze uit de
camera loskomt en trek de
kaart vervolgens uit de sleuf.
Druk op de vergrendeling om
de batterij los te maken.
U kunt het interne geheugen gebruiken voor tijdelijke opslag als er geen
geheugenkaart is geplaatst.
Geheugenkaart
Oplaadbare batterij
Batterij
vergrendeling
Zorg dat bij het plaatsen
van een geheugenkaart de
goudkleurige contactpunten
omhoog zijn gericht.
Plaats de batterij met het
Samsung-logo naar boven.
Geheugenkaart
Oplaadbare batterij
Basisfuncties
18
De batterij opladen en de camera inschakelen
De camera inschakelen
Druk op [POWER] om de camera in- of uit te schakelen.
• Het scherm voor de eerste instellingen verschijnt wanneer u de
camera voor het eerst inschakelt. (pag. 19)
De camera inschakelen in de afspeelmodus
Druk op [ ]. De camera wordt ingeschakeld en gaat direct naar
de afspeelmodus.
Als u uw camera inschakelt door [ ] ingedrukt te houden totdat het
statuslampje knippert, geeft de camera geen enkel geluid.
De batterij opladen
Voordat u de camera voor het eerst gaat gebruiken, moet de
batterij worden opgeladen. Sluit het kleine uiteinde van de
USB-kabel aan op de camera en sluit het andere uiteinde van de
USB-kabel aan op de AC-adapter.
Statuslampje
•
Rode lampje brandt: bezig met opladen
•
Rode lampje uit: volledig opgeladen
•
Rode lampje knippert: fout opgetreden
Gebruik alleen de AC-adapter en de USB-kabel die bij de camera zijn
geleverd. Als u een andere AC-adapter (zoals SAC-48) gebruikt, is het
mogelijk dat de batterij van de camera niet kan worden opgeladen of niet
correct werkt.
Basisfuncties
19
De eerste instellingen uitvoeren
Wanneer u de camera voor het eerst inschakelt, wordt het scherm voor de eerste installatie weergegeven. Volg de onderstaande stappen
om de basisinstellingen van de camera te configureren.
4
Druk op [ / ] om Thuis te selecteren en druk
op [
].
•
Als u naar een ander land gaat, selecteert u Bezoek en
selecteert u een nieuwe tijdzone.
5
Druk op [ / ] om een tijdzone te selecteren en druk
op [
] [ ].
Annuleer Instellen
Tijdzone : Thuis
Londen
•
Het scherm kan afwijken, afhankelijk van de geselecteerde taal.
1
Controleer of Language is gemarkeerd en druk op
[
] of [ ].
2
Druk op [ / ] om een taal te selecteren en
druk op [
].
3
Druk op [ ] om Tijdzone te selecteren en druk op
[
] of [ ].
Basisfuncties
20
De eerste instellingen uitvoeren
6
Druk op [ ] om Datum/tijd aanpassen te selecteren en
druk op [
] of [ ].
Annuleer Instellen
Datum/tijd aanpassen
Jaar
Maand Dag
Uur Min. Zomertijd
•
Het scherm kan afwijken, afhankelijk van de geselecteerde taal.
7
Druk op [ / ] om een item te selecteren.
8
Druk op [ / ] om de datum, tijd en zomertijd in te
stellen en druk op [
].
9
Druk op [ ] om Datumtype te selecteren en druk op
[
] of [ ].
10
Druk op [ / ] om een datumnotatie te selecteren en
druk op [
].
11
Druk op [ ] om Type tijd te selecteren en druk op
[
] of [ ].
12
Druk op [ / ] om een tijdnotatie te selecteren en
druk op [
].
13
Druk op [ ] om de eerste configuratie te voltooien.
Basisfuncties
21
Uitleg over de pictogrammen
Welke pictogrammen worden weergegeven op het scherm, is afhankelijk van de geselecteerde modus en de ingestelde opties.
3
Opnamegegevens
Pictogram Beschrijving
Huidige datum
Huidige tijd
Resterend aantal foto's
Geheugenkaart geplaatst
•
: volledig opgeladen
•
: gedeeltelijk
opgeladen
•
: leeg (opladen)
Diafragmawaarde
Sluitertijd
Beschikbare opnametijd
Autofocuskader
Bewegingsonscherpte
Zoomindicator
Fotoresolutie als de intelligente
zoomfunctie is ingeschakeld
Zoomverhouding
2
Opnameopties (rechts)
Pictogram
Beschrijving
Intelli-zoom aan
Fotoresolutie
Videoresolutie
Lichtmeting
Framesnelheid
Flitser
Sound Alive Aan
Optische beeldstabilisatie (OIS)
Autofocusinstelling
Beeldaanpassing (contrast,
scherpte en kleurverzadiging)
Timer
1
Opnameopties (links)
Pictogram
Beschrijving
Opnamemodus
Belichtingswaarde
ISO-waarde
Witbalans
Gezichtsdetectie
Gezichtstint
Optie voor serieopnamen
1
2
3
Basisfuncties
22
Het startscherm gebruiken
Met de pictogrammen op het startscherm kunt u een opnamemodus selecteren of het instellingenmenu openen.
Nr. Beschrijving
1
Huidig startscherm
•
Draai de [Zoomknop] naar links of rechts om over te
schakelen naar een ander startscherm.
•
Druk op [ ] om naar de naam van het startscherm
te scrollen en druk op [
/ ] om over te schakelen
naar een ander startscherm.
•
Druk herhaaldelijk op [ / ] om over te schakelen naar
een ander startscherm.
2
Moduspictogrammen
•
Druk op [ / / / ] om naar een gewenste
modus te scrollen en druk op [
] om de modus te
openen.
Het startscherm openen
Druk in de opname- of afspeelmodus op [ ]. Druk nogmaals op
[
] om naar de vorige modus terug te keren.
1
2
Smart Auto
Scène
Programma
Live
Panorama
Slimme film
Film
Terug
Pagina bewegen
Instellingen
Album Wi-Fi
Basis
Basisfuncties
23
Het startscherm gebruiken
Pictogrammen op het startscherm
<Basis>
Pictogram
Beschrijving
Smart Auto: een foto maken met een scènemodus
automatisch geselecteerd door de camera. (pag. 37)
Programma: een foto maken met instellingen die u
handmatig hebt aangepast. (pag. 38)
Slimme film: een video opnemen met een scènemodus
automatisch geselecteerd door de camera. (pag. 39)
Film: een video opnemen. (pag. 40)
Scène: een foto maken met vooraf ingestelde opties voor
een specifieke scène. (pag. 41)
Live Panorama: een serie foto's maken en deze
combineren om een panoramisch beeld te maken.
(pag. 42)
Instellingen: instellingen aanpassen aan uw voorkeuren.
(pag. 124)
<Wi-Fi> (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
Pictogram
Beschrijving
MobileLink: foto's of video's verzenden naar een
smartphone. (pag. 107)
Remote Viewfinder: een smartphone gebruiken als
externe ontspanknop en een voorbeeld op uw smartphone
weergeven van een afbeelding op uw camera. (pag. 108)
Delen op sociale netwerken: foto's of video's uploaden
naar websites voor het delen van bestanden. (pag. 110)
E-mail: foto's of video's die op de camera zijn opgeslagen,
verzenden via e-mail. (pag. 112)
Cloud: foto's uploaden naar een cloudserver. (pag. 115)
Automatische back-up: foto's of video's die u met de
camera hebt opgenomen, draadloos verzenden naar een
pc. (pag. 116)
TV Link: foto's of video's die u hebt opgenomen met de
camera, weergeven op een breedbeeldtelevisie. (pag. 118)
Basisfuncties
24
Het startscherm gebruiken
<Scène>
Pictogram
Beschrijving
Beeld in beeld: hiermee combineert u een zelfportret met
de gewenste achtergrondafbeelding tot één foto. (pag. 44)
Beautyshot: een portretfoto maken met opties voor het
verhullen van onzuiverheden op het gezicht. (pag. 45)
Intelligent portret: automatisch 2 extra portretten opslaan
met de functies voor gezichtsdetectie. (pag. 46)
Nachtopname: een nachtscène opnemen door de
sluitertijd aan te passen. (pag. 47)
Close-up opname: close-upfoto's van onderwerpen
maken. (pag. 47)
<Magisch>
Pictogram
Beschrijving
Magisch kader: een foto maken met verschillende
kadereffecten. (pag. 48)
Grappig gezicht: een foto maken met grappige
gezichtseffecten. (pag. 48)
Fotofilter: een foto maken met verschillende filtereffecten.
(pag. 49)
Filmfilter: een video opnemen met verschillende
filtereffecten. (pag. 51)
Gesplitste opname: meerdere foto's maken en deze
indelen met voorgedefinieerde indelingen. (pag. 52)
Artistiek pens.: een foto maken en een video opslaan
waarin wordt weergegeven hoe het filtereffect moet worden
toegepast. (pag. 53)
Foto in beweging: een serie foto's maken en combineren
en vervolgens een gebied selecteren om een GIF-animatie
te maken. (pag. 54)
<Album>
Pictogram
Beschrijving
Album: bestanden op categorie weergeven in Smart
Album. (pag. 81)
Foto-editor: foto's bewerken met verschillende effecten.
(pag. 91)
Basisfuncties
25
Het startscherm gebruiken
Achtergrond instellen
De achtergrond van het startscherm instellen met de gewenste
afbeelding.
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Selecteer Display Achtergronden.
4
Selecteer een optie.
Optie
Beschrijving
Galerie met
achtergronden
Selecteer de gewenste achtergrond in de
standaardgalerie.
Album
Stel een foto die u hebt gemaakt, in als
achtergrond.
5
Scroll naar de gewenste achtergrond en druk op [ ].
•
Als u een foto selecteert die u hebt gemaakt, kunt u een
opgegeven gebied instellen als achtergrond. Draai de
[Zoomknop] naar links of rechts om het gebied te verkleinen
of te vergroten. Druk op [
/ / / ] om het gebied te
verplaatsen.
6
Druk op [ ] om op te slaan.
U kunt de foto die u bekijkt, ook instellen als achtergrond door op [ ]
te drukken en Achtergrond instellen te selecteren in de afspeelmodus.
Basisfuncties
26
Opties of menu's selecteren
Als u een optie of een menu wilt selecteren, drukt u op [ ] en drukt u vervolgens op [ / / / ] of [ ].
Teruggaan naar het vorige menu
Druk op [ ] om terug te gaan naar het vorige menu.
Druk de [Ontspanknop] half in om terug te gaan naar de opnamemodus.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer een optie of menu.
•
Druk op [ ] of [ ] om omhoog of omlaag te gaan.
•
Druk op [ ] of [ ] om naar links of rechts te gaan.
3
Druk op [ ] om de gemarkeerde optie of het
gemarkeerde menu te bevestigen.
Basisfuncties
27
Opties of menu's selecteren
4
Druk op [ / ] om Witbalans te selecteren en druk
op [ ] of [ ].
EV
Witbalans
ISO
Flitser
Focus
Scherpstelgebied
Afsl. Select.
5
Druk op [ / ] om een witbalansoptie te selecteren.
Terug Select.
Witbalans : Daglicht
6
Druk op [ ] om uw instellingen op te slaan.
Voorbeeld: een witbalansoptie selecteren in de
Programmamodus:
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Druk op [ ].
Afsl. Select.
EV
Witbalans
ISO
Flitser
Focus
Scherpstelgebied
Basisfuncties
28
Het scherm en geluid instellen
Hier vindt u informatie over hoe u de basisinstellingen van het scherm en het geluid kunt aanpassen.
De weergave van opties instellen
In sommige modi kunt u de weergave van opties uitschakelen of
inschakelen.
Druk meerdere malen op [ ].
• De optieweergave uitschakelen.
• De optieweergave inschakelen.
Optieweergave
Landschap
Paneel uit
Bijvoorbeeld in de modus Scène
Het schermtype instellen
U kunt een type weergave selecteren voor de opname-
of afspeelmodus. Elk type geeft andere opname- of
afspeelgegevens weer. Bekijk de onderstaande tabel.
Druk herhaaldelijk op [ ] om het schermtype te wijzigen.
Modus
Type weergave
Opnemen
•
Alle informatie over opnameopties verbergen.
•
Alle informatie over opnameopties weergeven.
Afspelen
•
Alle informatie over het huidige bestand verbergen.
•
Alle informatie over het huidige bestand verbergen,
behalve algemene informatie.
•
Alle informatie over het huidige bestand
weergeven.
Basisfuncties
29
Het scherm en geluid instellen
Het geluid instellen
Schakel het geluid in of uit dat de camera maakt wanneer u
functies uitvoert.
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Selecteer Geluid Piepjes.
4
Selecteer een optie.
Optie
Beschrijving
Uit
De camera laat geen geluiden horen.
Aan
De camera laat geluiden horen.
Basisfuncties
30
Foto's maken
Hier vindt u informatie over hoe u snel en eenvoudig foto's kunt in de Smart Auto-modus.
5
Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
6
Druk op [ ] om de gemaakte foto weer te geven.
•
Als u de foto wilt verwijderen, drukt u op [ ] en selecteert
u Ja.
7
Druk op [ ] om terug te gaan naar de opnamemodus.
Zie pagina 34 voor tips om betere foto's te maken.
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Plaats het onderwerp in het kader.
4
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
•
Een groen kader betekent dat het onderwerp scherp in
beeld is.
•
Een rood kader betekent dat het onderwerp niet scherp in
beeld is.
Basisfuncties
31
Foto's maken
Digitale zoom
De digitale zoomfunctie wordt standaard ondersteund in
de opnamemodus. Als u inzoomt op een onderwerp in de
opnamemodus en de zoomaanduiding bevindt zich in het digitale
bereik, gebruikt de camera de digitale zoomfunctie. U kunt tot 50
keer inzoomen als u zowel de optische zoomfunctie (10X) als de
digitale zoomfunctie (5X) gebruikt.
Zoomindicator
Optisch bereik
Digitaal bereik
•
De digitale zoomfunctie is niet beschikbaar met de optie Tracking AF.
•
Als u een foto maakt met de digitale zoomfunctie, kan de fotokwaliteit
lager zijn dan normaal.
Zoomen
U kunt close-upfoto's maken door in te zoomen.
Uitzoomen
Inzoomen
Zoomverhouding
Wanneer u de zoomknop draait, kan de zoomverhouding op het scherm
ongelijk worden gewijzigd.
Basisfuncties
32
Foto's maken
Intelligent zoomen
Als de zoomindicator zich in het bereik voor intelligent zoomen
bevindt, gebruikt de camera de intelligente zoomfunctie. De
resolutie van de foto verschilt afhankelijk van de zoomverhouding als
u de intelligente zoomfunctie gebruikt. U kunt tot 20 keer inzoomen
als u zowel de optische als de intelligente zoomfunctie gebruikt.
Zoomindicator
Optisch bereik
Bereik intelligent zoomen
Fotoresolutie als
de intelligente
zoomfunctie is
ingeschakeld
•
Intelli-zoom is niet beschikbaar me de optie Tracking AF.
•
Met de intelligente zoomfunctie kunt u foto's maken met minder
kwaliteitsverlies dan met de digitale zoomfunctie. De fotokwaliteit kan
echter wel minder zijn dan bij gebruik van de optische zoomfunctie.
•
De intelligente zoomfunctie is alleen beschikbaar als u de
4:3-beeldverhouding instelt. Als u een andere beeldverhouding
instelt terwijl de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld, wordt de
intelligente zoomfunctie automatisch uitgeschakeld.
Intelligent zoomen instellen
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Intelli-zoom.
3
Selecteer een optie.
Pictogram
Beschrijving
Uit: de intelligente zoomfunctie is uitgeschakeld.
Aan: de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld.
Basisfuncties
33
Foto's maken
Bewegingsonscherpte voorkomen (OIS)
In de opnamemodus kunt u de bewegingsonscherpte optisch
beperken.
Vóór correctie
Na correctie
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer OIS.
3
Selecteer een optie.
Pictogram
Beschrijving
Uit: OIS is uitgeschakeld.
Aan: OIS is ingeschakeld.
•
In de volgende omstandigheden werkt OIS mogelijk niet goed:
- Wanneer u de camera beweegt om een bewegend onderwerp
te volgen.
- Wanneer u de digitale zoomfunctie gebruikt.
- Wanneer de camera te veel trilt.
- Wanneer u een langzame sluitertijd gebruikt (bijvoorbeeld voor
nachtopnamen).
- Wanneer de batterij bijna leeg is.
- Wanneer u een close-upfoto maakt.
•
Als u de OIS-functie met een statief gebruikt, kunnen de foto's
onscherp worden door de trilling van de OIS-sensor. Schakel de
OIS-functie uit wanneer u een statief gebruikt.
•
Als de camera valt of een schok krijgt, wordt het scherm wazig. Als
dit gebeurt, moet u de camera uitschakelen en weer inschakelen.
Basisfuncties
34
De camera op de juiste manier vasthouden
Zorg ervoor dat niets
de lens, flitser of
microfoon blokkeert.
De ontspanknop half indrukken
Druk de [Ontspanknop] half in en pas
de scherpstelling aan. De camera past de
scherpstellingen en belichting automatisch
aan.
De camera stelt de diafragmawaarde
en sluitertijd automatisch in.
Scherpstelkader
•
Druk de [Ontspanknop] volledig
in om een foto te maken als het
scherpstelkader groen is.
•
Pas de compositie aan en druk de
[Ontspanknop] nogmaals half in als
het scherpstelkader rood is.
Bewegingsonscherpte voorkomen
Stel de OIS-optie (Optische beeldstabilisatie) in om
de bewegingsonscherpte optisch te reduceren.
(pag. 33)
Als wordt weergegeven
Bewegingsonscherpte
Zorg dat bij opnamen in het donker de flitseroptie niet is ingesteld op
Langz sync of Uit. Het diafragma blijft langer open en het kan moeilijk
zijn om de camera lang genoeg stabiel te houden om een scherpe foto
te maken.
•
Gebruik een statief of stel de flitser in op Invulflits. (pag. 59)
•
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 61)
Tips om betere foto's te maken
Basisfuncties
35
Voorkomen dat het onderwerp niet scherp is
In de volgende gevallen kan het moeilijk zijn om scherp te stellen
op het onderwerp:
-
Er is weinig contrast tussen het onderwerp en de achtergrond
(als het onderwerp bijvoorbeeld kleren draagt met kleuren die lijken
op de achtergrondkleur).
-
De lichtbron achter het onderwerp is te fel.
-
Het onderwerp glanst of weerspiegelt.
-
Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het geval is.
-
Het onderwerp bevindt zich niet in het midden van het kader.
•
Als u foto's maakt bij weinig licht
Schakel de flitser in.
(pag. 59)
•
Als onderwerpen snel bewegen
De scherpstelvergrendeling gebruiken
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
Wanneer het onderwerp scherp in beeld is, kunt u het kader
verschuiven om de compositie aan te passen. Druk wanneer
u klaar bent de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
Gebruik de
functie Continu of
Bewegingsopname.
(pag. 73)
Uitgebreide functies
Hier vindt u informatie over het maken van foto's en het opnemen van video's door een modus te
selecteren.
Basismodi gebruiken
……………………… 37
De Smart Auto-modus gebruiken
………… 37
De Programmamodus gebruiken
………… 38
De Smart filmmodus gebruiken
………… 39
De Filmmodus gebruiken
………………… 40
De Scènemodus gebruiken
……………… 41
De modus Live Panorama gebruiken
…… 42
Scènemodi gebruiken
…………………… 44
De modus Beeld in beeld gebruiken
……… 44
De Beautyshot-modus gebruiken
………… 45
De modus Intelligent portret gebruiken
…… 46
De modus Nachtopname gebruiken
……… 47
De Close-upmodus gebruiken
…………… 47
Magische modi gebruiken
………………… 48
De Magische kadermodus gebruiken
…… 48
De modus Grappig gezicht gebruiken
…… 48
De Fotofiltermodus
…………………… 49
De Filmfiltermodus gebruiken
…………… 51
De modus Gesplitste opname gebruiken
52
De modus Artistiek penseel gebruiken
53
De modus Foto in beweging gebruiken
… 54
Uitgebreide functies
37
Basismodi gebruiken
U kunt foto's maken of video's opnemen met basismodi. U kunt ook de scènemodus en de modus Live Panorama gebruiken.
Pictogram Beschrijving
Landschappen 's nachts
Portretten 's nachts
Landschappen met tegenlicht
Portretten met tegenlicht
Portretten
Close-upfoto's van objecten
Close-upfoto's van tekst
Zonsondergangen
Heldere luchten
Bossen
Close-upfoto's van gekleurde onderwerpen
De camera is gestabiliseerd of op een statief
geplaatst (bij opnamen in het donker)
Onderwerpen die veel bewegen
Vuurwerk (als een statief wordt gebruikt)
De Smart Auto-modus gebruiken
In de Smart Auto-modus kiest de camera automatisch camera-
instellingen die bij het gedetecteerde type scène passen. De
Smart Auto-modus is handig als u niet bekend bent met de
camera-instellingen voor de diverse scènes.
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Plaats het onderwerp in het kader.
•
De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram
voor de desbetreffende scène wordt linksboven in het
scherm weergegeven. De pictogrammen worden hieronder
weergegeven.
Pictogram Beschrijving
Landschappen
Scènes met een helderwitte achtergrond
Uitgebreide functies
38
Basismodi gebruiken
4
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
•
Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden de
standaardinstellingen voor de Smart Auto-modus gebruikt.
•
Ook als er een gezicht wordt gedetecteerd, is het mogelijk dat de
camera geen portretmodus selecteert, afhankelijk van de positie van
het onderwerp en de lichtval.
•
Afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals het trillen van
de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp, kan het
voorkomen dat de camera de juiste scène niet selecteert.
•
Zelfs als u een statief gebruikt, kan het voorkomen dat de camera de
modus niet detecteert als het onderwerp beweegt.
•
In de Smart Auto-modus verbruikt de camera meer batterijlading,
omdat de camera de instellingen vaak wijzigt om de juiste scènes
te selecteren.
De Programmamodus gebruiken
In de Programmamodus kunt u de meeste opties instellen,
met uitzondering van de sluitertijd en de diafragmawaarde, die
automatisch worden ingesteld door de camera.
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Stel de gewenste opties in.
•
Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 55)
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Uitgebreide functies
39
Basismodi gebruiken
De Smart filmmodus gebruiken
In de Smart filmmodus kiest de camera automatisch camera-
instellingen die bij de gedetecteerde scène passen.
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Plaats het onderwerp in het kader.
•
De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram
voor de desbetreffende scène wordt linksboven in het scherm
weergegeven.
Pictogram Beschrijving
Landschappen
Zonsondergangen
Heldere luchten
Bossen
4
Druk op de [Ontspanknop] om de opname te starten.
5
Druk nogmaals op de [Ontspanknop] om de opname
te stoppen.
•
Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden de
standaardinstellingen voor de Smart filmmodus gebruikt.
•
Afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals het trillen van
de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp, kan het
voorkomen dat de camera de juiste scène niet selecteert.
Uitgebreide functies
40
Basismodi gebruiken
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Stel de gewenste opties in.
•
Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 55)
4
Druk op de [Ontspanknop] om de opname te starten.
5
Druk nogmaals op de [Ontspanknop] om de opname
te stoppen.
De Filmmodus gebruiken
In de Filmmodus kunt u instellingen aanpassen om HD-video's
van maximaal 20 minuten op te nemen. De camera slaat
opgenomen video's op als MP4-bestanden (H.264-bestanden).
•
H.264 (MPEG-4 part10/AVC) is een video-indeling met
hoge compressie die is ontwikkeld door de internationale
standaardisatieorganisaties ISO-IEC en ITU-T.
•
Sommige geheugenkaarten bieden mogelijk geen ondersteuning
voor opnamen met high-definition kwaliteit. Stel in dat geval een
lagere resolutie in.
•
Geheugenkaarten met langzame schrijfsnelheden bieden geen
ondersteuning voor video's met een hoge resolutie. Gebruik voor het
opnemen van video's met een hoge resolutie geheugenkaarten met
een hogere schrijfsnelheid.
•
Als u de OIS-functie activeert terwijl u een video opneemt, neemt de
camera mogelijk het bedieningsgeluid van de OIS-functie op.
•
Als u de zoomfunctie gebruikt wanneer u een video opneemt, neemt
de camera mogelijk het geluid van de zoomfunctie op. Gebruik de
Sound Alive-functie om het geluid van de zoomfunctie te beperken.
(pag. 75)
Uitgebreide functies
41
Basismodi gebruiken
Opnemen onderbreken
U kunt tijdens het opnemen van een video de opname tijdelijk
onderbreken. Met deze functie kunt u verschillende scènes
opnemen in één video.
• Druk op [ ] om de opname te onderbreken.
• Druk op [ ] om de opname te hervatten.
De Scènemodus gebruiken
In de Scènemodus kunt u een foto maken met opties die al
vooraf zijn ingesteld voor een bepaalde scène.
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Selecteer een scène.
Landschap
Paneel uit
Uitgebreide functies
42
Basismodi gebruiken
Optie Beschrijving
Landschap
Stillevens en landschapsfoto's maken.
Zon onder
Zonsondergangen met natuurlijke rood- en
geeltinten vastleggen.
Dageraad
Zonsopgangen vastleggen.
Tegenl.
Onderwerpen met tegenlicht vastleggen.
Strand/sneeuw
Onderbelichting van onderwerpen beperken
die wordt veroorzaakt door zonlicht dat wordt
gereflecteerd door zand of sneeuw.
Tekst
Tekst in drukwerk of elektronische documenten
duidelijk leesbaar vastleggen.
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
De modus Live Panorama gebruiken
In de modus Live Panorama kunt u een brede panoramascène
vastleggen in één foto. Maak een serie foto's en combineer deze
om een panoramisch beeld te maken.
Opnamevoorbeeld
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
•
Breng de camera op één lijn met de uiterste linker-, rechter-,
onder- of bovenkant van de scène die u wilt vastleggen.
4
Houd de [Ontspanknop] ingedrukt om de opname te
starten.
Uitgebreide functies
43
Basismodi gebruiken
5
Houd de [Ontspanknop] ingedrukt en beweeg de
camera langzaam in de richting waarin de rest van de
panoramaopname moet worden vastgelegd.
•
Wanneer de beeldzoeker is uitgelijnd met de volgende scène,
legt de camera de volgende foto automatisch vast.
6
Wanneer u klaar bent, laat u de [Ontspanknop] los.
•
Wanneer u alle benodigde opnamen heeft vastgelegd,
combineert de camera deze tot één panoramafoto.
•
Voor de beste resultaten bij het vastleggen van panoramafoto's moet
u het volgende vermijden:
- De camera te snel of te langzaam bewegen.
- De camera te weinig bewegen om het volgende beeld vast te
leggen.
- De camera met ongelijkmatige snelheden bewegen.
- De camera schudden.
- De richting van de camera wijzigen terwijl een foto wordt
vastgelegd.
- Opnemen op donkere locaties.
- Bewegende onderwerpen in de buurt vastleggen.
- Opnameomstandigheden waar de helderheid of kleur van het licht
verandert.
•
Als u de modus Live Panorama selecteert, worden de digitale en
optische zoomfuncties uitgeschakeld. Als u de Panoramamodus
selecteert terwijl de lens is ingezoomd, zoomt de camera
automatisch uit naar de standaardpositie.
•
In de modus Live Panorama zijn bepaalde opnameopties niet
beschikbaar.
•
De camera kan de opname stoppen vanwege de compositie van de
opname of beweging van het onderwerp.
•
Mogelijk legt de camera in de modus Live Panorama de laatste
scène niet volledig vast als u de camerabeweging niet exact stopt op
het punt waar u de scène wilt beëindigen. Als u de volledige scène
wilt vastleggen, beweegt u de camera iets verder dan het punt waar
u de scène wilt eindigen.
Uitgebreide functies
44
Scènemodi gebruiken
Foto's vastleggen door geschikte modi voor verschillende scènes te selecteren.
4
Druk op [ ] om de foto in te stellen als
achtergrondafbeelding.
•
Als u een achtergrondfoto opnieuw wilt maken, drukt u op
[ ].
Opnieuw Kader bewegen
5
Druk op [ ] en vervolgens op [ / / / ] om het
invoegpunt te wijzigen.
6
Druk op [ ] en vervolgens op [ / / / ] om de
grootte van het invoegpunt te wijzigen.
7
Druk op [ ] om de instelling op te slaan.
De modus Beeld in beeld gebruiken
In de modus Beeld in beeld kunt u een achtergrondfoto op
volledige grootte maken of selecteren en een kleinere foto of
video invoegen op de voorgrond.
1
Scroll op het startscherm naar <Scène>.
2
Selecteer .
•
Als u het uiteindelijke videoformaat wilt instellen wanneer
u een video invoegt, drukt u op [
] en selecteert u
Filmformaat het gewenste videoformaat.
3
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen
en druk vervolgens op de [Ontspanknop] om een
achtergrondfoto te maken.
•
Als u een achtergrondfoto wilt selecteren uit uw
opgeslagen foto's, drukt u op [
] en selecteert u
Afbeelding selecteren de gewenste foto. U kunt geen
videobestanden of foto's selecteren die zijn vastgelegd in de
modus Live Panorama.
Uitgebreide functies
45
Scènemodi gebruiken
De Beautyshot-modus gebruiken
In de Beautyshot-modus kunt u een portret maken met opties
voor het verdoezelen van onzuiverheden op het gezicht.
1
Scroll op het startscherm naar <Scène>.
2
Selecteer .
3
Druk op [ / ] om Gezichtretouch. aan te passen.
•
Verhoog bijvoorbeeld de instelling Gezichtretouch. om meer
onzuiverheden te verbergen.
Paneel uit
Gezichtretouch. : 2
4
Druk op [ ].
5
Selecteer Gezichtstint.
8
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen en
druk vervolgens op de [Ontspanknop] om een foto te
maken en in te voegen.
•
Het venster voor invoegen wordt groter wanneer u de
[Ontspanknop] indrukt zodat u kunt bepalen of het
onderwerp scherp in beeld is.
•
Als u een video wilt opnemen, drukt u op [ ]. Druk nogmaals
op [
] om de opname te stoppen en de video in te voegen.
•
Wanneer u achtergrondfoto's maakt, wordt de resolutie automatisch
ingesteld op en worden alle gemaakte foto's opgeslagen.
•
De uiteindelijke foto's of video's voor Beeld in beeld worden
opgeslagen als één gecombineerd bestand. De ingevoegde foto's
en video's worden niet afzonderlijk opgeslagen.
•
Wanneer u een afbeelding invoegt, wordt de resolutie voor het
gecombineerde bestand automatisch ingesteld op .
•
Wanneer u een video invoegt, wordt de resolutie voor het
gecombineerde bestand automatisch ingesteld op of lager.
•
Wanneer u een achtergrondfoto maakt, wordt een verticale foto
die is gemaakt in verticale positie, horizontaal weergegeven zonder
automatisch draaien.
•
De maximale grootte van het venster voor invoegen is 1/4 van het
scherm en de beeldverhouding blijf.t gelijk wanneer u de grootte aanpast.
•
De maximale lengte voor een video die u wilt invoegen, is 20 minuten.
•
Het beschikbare zoombereik in de modus Beeld in beeld is mogelijk
kleiner dan in andere opnamemodi.
•
In de modus Beeld in beeld kunt u geen opties instellen voor Sound
Alive.
•
Wanneer u een van uw opgeslagen foto's selecteert als
achtergrondfoto, kunnen zwarte balken worden weergegeven aan de
randen van de afbeelding, afhankelijk van de beeldverhouding.
Uitgebreide functies
46
Scènemodi gebruiken
6
Druk op [ / ] om Gezichtretouch. aan te passen.
•
Verhoog bijvoorbeeld de instelling voor de gezichtstint om de
huid lichter te laten lijken.
Gezichtstint : 2
Annuleer Instellen
7
Druk op [ ] om de instelling op te slaan.
8
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
9
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
De modus Intelligent portret gebruiken
In de modus Intelligent portret detecteert de camera het
gezicht van een onderwerp. Het gezicht wordt automatisch
vergroot, de foto rondom het gezicht wordt bijgesneden en de
oorspronkelijke foto's en 2 portretten worden opgeslagen in
3 afzonderlijke bestanden. U kunt de modus Intelligent portret
gebruiken om close-up portretten van afzonderlijke personen uit
landschapsopnamen te halen en op te slaan.
1
Scroll op het startscherm naar <Scène>.
2
Selecteer .
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
•
De oorspronkelijke foto en de 2 bijgesneden foto's worden
opgeslagen met opeenvolgende bestandsnamen.
•
De modus Intelligent portret slaat alleen de originele foto op als:
- Er geen gezicht wordt gedetecteerd.
- Er meer dan 2 gezichten worden gedetecteerd.
- Het gedetecteerde oppervlak dat wordt ingenomen door het
gezicht, groter is dan een bepaald percentage.
•
De bijgesneden foto's behouden dezelfde hoogte-breedteverhouding
(16:9) als de oorspronkelijke foto, of de omgekeerde hoogte-
breedteverhouding (9:16).
•
In de modus Intelligent portret kan het opslaan van bestanden langer
duren.
Uitgebreide functies
47
Scènemodi gebruiken
De modus Nachtopname gebruiken
In de Nachtopnamemodus kunt u een lange sluitertijd gebruiken
om de sluiter langer open te laten staan. Gebruik een hogere
diafragmawaarde om overbelichting te voorkomen.
1
Scroll op het startscherm naar <Scène>.
2
Selecteer .
3
Druk op [ / ] om de sluitertijd aan te passen.
Sluitertijd : 1 sec
Paneel uit
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Gebruik een statief om onscherpe foto's te voorkomen.
De Close-upmodus gebruiken
In de modus Close-up opname kunt u close-ups maken van
onderwerpen zoals bloemen of insecten.
1
Scroll op het startscherm naar <Scène>.
2
Selecteer .
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Uitgebreide functies
48
Magische modi gebruiken
U kunt een foto maken of een video opnemen met verschillende effecten.
De modus Grappig gezicht gebruiken
U kunt een foto maken met effecten die het gezicht vervormen.
1
Scroll op het startscherm naar <Magisch>.
2
Selecteer .
3
Richt de camera op een gezicht.
4
Selecteer het gewenste effect.
Paneel uit
De Magische kadermodus gebruiken
In de modus Magisch kader kunt u verschillende kadereffecten
toepassen op uw foto's. De vorm en het uiterlijk van de foto's
verandert afhankelijk van het kader dat u selecteert.
1
Scroll op het startscherm naar <Magisch>.
2
Selecteer .
3
Selecteer het gewenste kader.
Muurschildering
Paneel uit
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
In de Magische kadermodus wordt de resolutie automatisch ingesteld op
.
Uitgebreide functies
49
Magische modi gebruiken
5
Druk op [ ].
6
Selecteer Vervormingsniveau.
7
Druk op [ / ] om Vervormingsniveau aan te passen.
8
Druk op [ ] om de instelling op te slaan.
9
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
10
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
•
De modus Grappig gezicht werkt niet als er geen gezicht wordt
gedetecteerd.
•
Wanneer meerdere gezichten worden gedetecteerd, wordt het effect
alleen op het dichtstbijzijnde gezicht toegepast.
De Fotofiltermodus
Pas allerlei filtereffecten op uw foto's toe om unieke afbeeldingen
te maken.
Miniatuur Vignetten
Visoog Schets
1
Scroll op het startscherm naar <Magisch>.
2
Selecteer .
3
Selecteer een effect.
Uitgebreide functies
50
Magische modi gebruiken
Optie Beschrijving
Miniatuur
Een effect toepassen om het onderwerp in miniatuur
weer te geven.
Vignetten
Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke
vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Aquarel
Het effect van een waterverfschilderij toepassen.
Olieverf
Het effect van een olieverfschilderij toepassen.
Cartoon
Het effect van een striptekening toepassen.
Kruisfilter
Lijnen toevoegen die naar buiten lopen van heldere
objecten om het visuele effect van een kruisfilter te
imiteren.
Schets
Een schetseffect van een pen toepassen.
Softfocus
Onzuiverheden op het gezicht verhullen of
droomachtige effecten toevoegen.
Visoog
De randen van het kader donkerder maken en nabije
objecten vervormen om de visuele effecten van een
vissenooglens te imiteren.
Oude film
Het effect van een oude film toepassen.
Halftoonstip
Een halftooneffect toepassen.
Klassiek
Een zwart-witeffect toepassen.
Retro
Een sepiatinteffect toepassen.
Zoomopname
De randen van een foto vervagen om de
onderwerpen in het midden te benadrukken.
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
Afhankelijk van de optie die u selecteert, kan de resolutie automatisch
worden gewijzigd in of lager.
Uitgebreide functies
51
Magische modi gebruiken
De Filmfiltermodus gebruiken
Pas allerlei filtereffecten op uw video's toe om unieke
afbeeldingen te maken.
1
Scroll op het startscherm naar <Magisch>.
2
Selecteer .
3
Selecteer een effect.
Optie Beschrijving
Miniatuur
Een effect toepassen om het onderwerp in
miniatuur weer te geven.
Vignetten
Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke
vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Halftoonstip
Een halftooneffect toepassen.
Schets
Een schetseffect van een pen toepassen.
Visoog
Objecten die in de buurt zijn, vervormen om
de visuele effecten van een vissenooglens te
imiteren.
Klassiek
Een zwart-witeffect toepassen.
Retro
Een sepiatinteffect toepassen.
Optie Beschrijving
Paleteffect 1
Een heldere look maken met een scherp
contrast en sterke kleur.
Paleteffect 2
Scènes helder en duidelijk maken.
Paleteffect 3
Een zachte bruine tint toepassen.
Paleteffect 4
Een koud en eenkleurig effect toepassen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om de opname te starten.
5
Druk nogmaals op de [Ontspanknop] om de opname
te stoppen.
•
Als u Miniatuur selecteert, wordt de opnametijd voor miniaturen ook
weergegeven. Deze is korter dan de daadwerkelijke opnametijd.
•
Als u Miniatuur selecteert, kunt u geen geluid voor de video
opnemen.
•
Afhankelijk van de optie die u selecteert, kan de opnamesnelheid
worden gewijzigd in . De opnameresolutie kan automatisch
worden gewijzigd in of lager.
Uitgebreide functies
52
Magische modi gebruiken
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
•
Herhaal stap 4 en 5 om de rest van de foto' te maken.
•
Als u een foto opnieuw wilt maken, drukt u op [ ].
•
In de modus Gesplitste opname wordt de resolutie automatisch
ingesteld op of lager.
•
Het beschikbare zoombereik in de modus Gesplitste opname is
mogelijk kleiner dan in andere opnamemodi.
De modus Gesplitste opname gebruiken
In de modus Gesplitste opname kunt u meerdere foto's maken
en deze indelen met voorgedefinieerde indelingen.
1
Scroll op het startscherm naar <Magisch>.
2
Selecteer .
3
Selecteer een stijl voor splitsen.
•
Als u de scherpte van de scheidingslijn wilt aanpassen, drukt
u op [
] en selecteert u Lijnvervaging de gewenste
waarde.
•
Als u op een gedeelte van de opname een Smart filter-effect
wilt toepassen, drukt u op [
] en selecteert u
Smart filter de gewenste optie. U kunt verschillende
Smart filter-effecten toepassen of de afzonderlijke gedeelten
van de opname.
Paneel uit
Uitgebreide functies
53
Magische modi gebruiken
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
•
Nadat u de foto hebt gemaakt, wordt automatisch de video
gestart waarin wordt uitgelegd hoe u het filter kunt toepassen.
•
In de modus Artistiek penseel wordt de resolutie automatisch
ingesteld op of lager.
•
In de modus Artistiek penseel worden de foto met het filtereffect
en de video waarin wordt uitgelegd hoe u het filter toepast, allebei
opgeslagen.
•
Het beschikbare zoombereik in de modus Artistiek penseel is
mogelijk kleiner dan in andere opnamemodi.
•
In de modus Artistiek penseel kan het langer duren om een foto op
te slaan.
•
U kunt een video die is vastgelegd in de modus Artistiek pens.,
niet uploaden via de draadloze netwerkfunctie op uw camera.
(ST200F/ST201F/ST205F)
De modus Artistiek penseel gebruiken
In de modus Artistiek penseel kunt u een foto maken en
vervolgens een video bekijken waarin wordt uitgelegd hoe u een
filtereffect kunt toepassen.
1
Scroll op het startscherm naar <Magisch>.
2
Selecteer .
3
Selecteer een filter.
Aquarel
Paneel uit
Optie Beschrijving
Aquarel
Het effect van een waterverfschilderij toepassen.
Cartoon
Het effect van een striptekening toepassen.
Schets
Een schetseffect van een pen toepassen.
Uitgebreide functies
54
Magische modi gebruiken
De modus Foto in beweging gebruiken
In de modus Foto in beweging kunt u een serie foto's maken en
combineren en vervolgens een gebied selecteren om een GIF-
animatie te maken. Deze modus is alleen beschikbaar wanneer u
een geheugenkaart in de camera plaatst.
1
Scroll op het startscherm naar <Magisch>.
2
Selecteer .
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
•
De camera maakt meerdere foto's terwijl het statuslampje
knippert.
5
Druk op [ / / / ] om naar een gebied te scrollen
waar u een animatie wilt maken.
6
Draai de [Zoomknop] naar links of rechts om het gebied
te verkleinen of te vergroten.
Annuleer Opslaan
Afmeting kader
7
Druk op [ ] om de foto op te slaan.
•
De camera slaat een GIF-animatiebestand op en een
JPGbestand met de eerste scène van het GIF-bestand. U
kunt het JPG-bestand niet weergeven op uw camera. Als u
het bestand wilt weergeven, sluit u uw camera aan op een
pc. (
pag. 96)
•
In de modus Foto in beweging wordt de resolutie automatisch
ingesteld op .
•
Gebruik een statief om te voorkomen dat de camera beweegt.
•
In de modus Foto in beweging kan het opslaan van bestanden
langer duren.
Opnameopties
Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in de opnamemodus.
De resolutie en beeldkwaliteit selecteren
56
De resolutie selecteren
…………………… 56
Een beeldkwaliteit selecteren
…………… 57
De timer gebruiken
………………………… 58
Opnamen in het donker maken
………… 59
Rode ogen voorkomen
…………………… 59
De flitser gebruiken
…………………… 59
De ISO-waarde aanpassen
……………… 61
De scherpstelling aanpassen
…………… 62
Macro gebruiken
………………………… 62
Meebewegende autofocus gebruiken
…… 63
Het scherpstelgebied aanpassen
………… 64
Gezichtsdetectie gebruiken
…………… 65
Gezichten detecteren
…………………… 65
Een zelfportret maken
…………………… 66
Een foto van een lachend gezicht maken
66
Knipperende ogen detecteren
…………… 67
Slimme gezichtsherkenning gebruiken
…… 67
Gezichten als favoriet registreren
(Mijn ster)
………………………………… 68
Helderheid en kleur aanpassen
………… 69
De belichting handmatig aanpassen (EV)
69
Compenseren voor tegenlicht (ACB)
……… 70
De lichtmeetmethode wijzigen
…………… 70
Een instelling voor Witbalans selecteren
71
Serieopnamen
………………………… 73
Afbeeldingen aanpassen
……………… 74
Het geluid van de zoom verminderen
75
Beschikbare opname-instellingen per
opnamemodus
…………………………… 76
Opnameopties
56
De resolutie en beeldkwaliteit selecteren
Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de resolutie en beeldkwaliteit kunt aanpassen.
De videoresolutie instellen
1
Druk in de video-opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Filmformaat.
3
Selecteer een optie.
Pictogram
Beschrijving
1280 X 720: HD-bestanden om af te spelen op een
HDTV.
640 X 480: SD-bestanden om af te spelen op een
analoge TV.
320 X 240: plaatsen op een webpagina.
Om te delen (alleen ST200F/ST201F/ST205F):
Op een website plaatsen via het draadloos netwerk
(maximaal 30 seconden).
De resolutie selecteren
Als u de resolutie verhoogt, zullen de foto's en video's meer
pixels bevatten en daardoor groter kunnen worden afgedrukt
en weergegeven. Bij een hoge resolutie neemt ook de
bestandsgrootte toe.
De fotoresolutie instellen
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Fotoformaat.
3
Selecteer een optie.
Pictogram
Beschrijving
4608 X 3456: afdrukken op A1-papier.
4608 X 3072: afdrukken op A1-papier in de
verhouding 3:2 (breed).
4608 X 2592: afdrukken op A1-formaat in
panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een HDTV.
3648 X 2736: afdrukken op A2-papier.
2592 X 1944: afdrukken op A4-papier.
1984 X 1488: afdrukken op A5-papier.
1920 X 1080: afdrukken op A5-formaat in
panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een HDTV.
1024 X 768: bij een e-mail voegen.
Opnameopties
57
De resolutie en beeldkwaliteit selecteren
Een beeldkwaliteit selecteren
De kwaliteitsinstellingen voor de foto en video instellen.
Een hogere beeldkwaliteit resulteert in grotere bestanden.
De fotokwaliteit instellen
De camera comprimeert de foto's die u maakt en slaat deze op in
JPEG-indeling.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Kwalit..
3
Selecteer een optie.
Pictogram Beschrijving
Superhoog: foto's maken met superhoge kwaliteit.
Hoog: foto's maken met hoge kwaliteit.
Normaal: foto's maken met normale kwaliteit.
De videokwaliteit instellen
De camera comprimeert de video's die u opneemt en slaat ze op
in de indeling MP4 (H.264).
1
Druk in de video-opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Framesnelheid.
3
Selecteer een optie.
Pictogram Beschrijving
30 fps: 30 frames per seconde opnemen.
15 fps: 15 frames per seconde opnemen.
Opnameopties
58
De timer gebruiken
Hier vindt u informatie over hoe u de zelfontspanner instelt om met een vertraging een foto te maken.
3
Druk op de [Ontspanknop] om de timer te starten.
•
Het AF-hulplampje/timerlampje gaat knipperen. De camera
maakt na de ingestelde tijdsduur automatisch een foto.
•
Druk op de [Ontspanknop] of [ ] om de timer te annuleren.
•
Afhankelijk van de geselecteerde opties voor gezichtsdetectie, is de
timerfunctie mogelijk niet beschikbaar.
•
In sommige modi kunt u ook de timeroptie instellen door op [ ]
te drukken en vervolgens Timer te selecteren.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
Timer
Terug Select.
Uit
10 sec
2 sec
Dubbel
2
Selecteer een optie.
Pictogram Beschrijving
Uit: de timer is niet actief.
10 sec: een foto maken na een vertraging van
10 seconden.
2 sec: een foto maken na een vertraging van
2 seconden.
Dubbel: een foto maken na een vertraging van
10 seconden en nog een foto maken na een
vertraging van 2 seconden.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare
opties verschillen.
Opnameopties
59
Opnamen in het donker maken
Hier vindt u informatie over hoe u 's nachts of bij weinig licht foto's kunt maken.
De flitser gebruiken
Gebruik de flitser wanneer u foto's in het donker maakt of
wanneer u meer licht in de foto's wilt hebben.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
Flitser
Terug Select.
Uit
Auto
Rode ogen
Invulflits
Langz sync
Anti-rode ogen
2
Selecteer een optie.
Pictogram Beschrijving
Uit:
•
Er wordt niet geflitst.
•
De camera geeft een waarschuwing weer dat de
camera beweegt
wanneer u foto's maakt bij
weinig licht.
Auto: de camera selecteert een geschikte flitseroptie
voor de scène die is gedetecteerd in de modus Smart
Auto.
Auto: De flitser wordt automatisch gebruikt wanneer
het onderwerp of de achtergrond donker is.
Rode ogen voorkomen
Als de flitser afgaat wanneer u in het donker een foto van een
persoon neemt, kan er een rode gloed in de ogen verschijnen.
U kunt dit voorkomen door Rode ogen of Anti-rode ogen te
selecteren. Zie 'De flitser gebruiken' voor de flitseropties.
Vóór correctie
Na correctie
Opnameopties
60
Opnamen in het donker maken
•
Er zijn geen flitseropties beschikbaar bij serieopnamen of als u
Zelfportret of Knipperen selecteert.
•
Zorg ervoor dat uw onderwerp zich binnen de aanbevolen afstand
van de flitser bevindt. (pag. 144)
•
Als licht van de flitser wordt gereflecteerd of als er veel stof in de
lucht is, kunnen er kleine vlekjes op de foto komen.
•
In sommige modi kunt u ook de flitseroptie instellen door op
[ ] te drukken en vervolgens Flitser te selecteren.
Pictogram Beschrijving
Rode ogen:
•
De flitser gaat twee keer af als het onderwerp of de
achtergrond te donker is om het rode-ogeneffect
te verminderen.
•
Er zit een korte tijd tussen de twee flitsen. Beweeg
de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd.
Invulflits:
•
Er wordt altijd geflitst.
•
De camera past automatisch de intensiteit van het
licht aan.
Langz sync:
•
Er wordt geflitst en de sluiter blijft langer open.
•
Deze optie wordt aanbevolen wanneer u het
omgevingslicht wilt gebruiken om meer details in de
achtergrond zichtbaar te maken.
•
Gebruik een statief om te voorkomen dat de foto's
onscherp worden.
•
De camera geeft een waarschuwing weer dat de
camera beweegt
wanneer u foto's maakt bij
weinig licht.
Anti-rode ogen:
•
De flitser wordt geactiveerd wanneer het onderwerp of
de achtergrond donker is en de camera corrigeert de
rode ogen met de geavanceerde software-analyse.
•
Er zit een korte tijd tussen de twee flitsen. Beweeg
de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare
opties verschillen.
Opnameopties
61
Opnamen in het donker maken
De ISO-waarde aanpassen
De ISO-waarde is een eenheid voor de mate waarin film gevoelig
is voor licht, zoals gedefinieerd door de International Organization
for Standardization (ISO). Hoe hoger de ISO-waarde, des te
gevoeliger wordt de camera voor licht. Gebruik een hogere ISO-
waarde om betere foto's te maken en bewegingsonscherpte te
voorkomen wanneer u de flitser niet gebruikt.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer ISO.
3
Selecteer een optie.
•
Selecteer om een geschikte ISO-waarde te gebruiken op
basis van de helderheid van het onderwerp en de lichtval.
Hogere ISO-waarden kunnen zorgen voor meer ruis in beelden.
Opnameopties
62
De scherpstelling aanpassen
Hier vindt u informatie over het aanpassen van de scherpstelling van de camera om deze aan te passen aan het onderwerp en de
opnameomstandigheden.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
Focus
Terug Select.
Normaal (AF)
Macro
2
Selecteer een optie.
Pictogram
Beschrijving
Normaal (AF): Scherpstellen op een onderwerp
dat zich op een afstand van 80 cm of meer bevindt.
Of op een afstand van 200 cm of meer, wanneer u
gebruikmaakt van de zoom.
Macro: stel scherp op een onderwerp dat 5-80 cm van
de camera is verwijderd. 150–200 cm wanneer u de
zoom gebruikt.
Auto macro:
•
Automatisch scherpstellen op een onderwerp verder
weg dan 5 cm. Of op een afstand van 150 cm of
meer, wanneer u gebruikmaakt van de zoom.
•
De optie wordt automatisch ingesteld in bepaalde opnamemodi.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare opties verschillen.
In sommige modi kunt u ook de scherpsteloptie instellen door op [ ]
te drukken en vervolgens Focus te selecteren.
Macro gebruiken
Gebruik macro om foto's van dichtbij te maken, bijvoorbeeld van
bloemen of insecten.
•
Probeer de camera stevig vast te houden, om te voorkomen dat de
foto's onscherp worden.
•
Schakel de flitser uit als de afstand tot het onderwerp minder dan
40 cm bedraagt.
Opnameopties
63
De scherpstelling aanpassen
•
Als u geen scherpstelgebied selecteert, wordt het scherpstelkader
weergegeven in het midden van het scherm.
•
Het volgen van een onderwerp kan in de volgende gevallen
mislukken:
- Het onderwerp is te klein.
- Het onderwerp beweegt te veel.
- Er is sprake van tegenlicht of u maakt foto's op een donkere
plaats.
- Kleuren of patronen van het onderwerp komen overeen met de
achtergrond.
- Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het
geval is.
- De camera trilt erg.
•
Wanneer een onderwerp niet kan worden gevolgd, wordt het
scherpstelkader weergegeven als een kader met één witte lijn ( ).
•
Als de camera het onderwerp niet volgt, moet u het te volgen
onderwerp opnieuw selecteren.
•
Als de camera niet kan scherpstellen, wordt het scherpstelkader
weergegeven als een kader met één rode lijn ( ).
•
Als u deze functie gebruikt, is het niet mogelijk om de opties voor
gezichtsdetectie, timer, serieopnamen en Intelli-zoom in te stellen.
Meebewegende autofocus gebruiken
Met Tracking AF kunt u het onderwerp volgen en automatisch
scherp in beeld houden, ook wanneer u beweegt.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Scherpstelgebied Tracking AF.
3
Stel scherp op het onderwerp dat u wilt volgen en druk
op [
].
•
Er verschijnt een scherpstelkader rond het onderwerp dat het
onderwerp volgt als u de camera beweegt.
•
Een wit kader betekent dat de camera het onderwerp volgt.
•
Een groen kader wanneer u de [Ontspanknop] half indrukt,
betekent dat het onderwerp scherp in beeld is.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Opnameopties
64
De scherpstelling aanpassen
Het scherpstelgebied aanpassen
U kunt betere foto's krijgen door een scherpstelgebied te kiezen
op basis van de locatie van het onderwerp in de scène.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Scherpstelgebied.
3
Selecteer een optie.
Pictogram
Beschrijving
Centrum AF: scherpstellen op het midden van het
kader (voor onderwerpen die zich in het midden of in
de buurt van het midden bevinden).
Multi AF: scherpstellen op een of meer van
9 mogelijke gebieden.
Tracking AF: stel scherp op en beweeg mee met het
onderwerp. (pag. 63)
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare
opties verschillen.
Opnameopties
65
Gezichtsdetectie gebruiken
Bij gebruik van de opties voor gezichtsdetectie worden de gezichten van mensen automatisch door de camera gedetecteerd. Wanneer u
op een menselijk gezicht scherpstelt, past de camera de belichting automatisch aan. Gebruik Knipperen om gesloten ogen te detecteren
of Smile shot om een lachend gezicht op te nemen. Ook kunt u Slimme gez.herkenning gebruiken om gezichten te registreren en ze bij
het scherpstellen prioriteit te geven.
Gezichten detecteren
De camera kan automatisch maximaal 10 gezichten in één scène
detecteren.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Gezichtsdetectie Normaal.
Het gezicht dat zich het
dichtst bij de camera of
het dichtst bij het midden
van de scène bevindt,
wordt weergegeven in een
wit scherpstelkader en de
overige gezichten worden
weergegeven in grijze
scherpstelkaders.
Hoe dichter u bij de onderwerpen bent, des te sneller de camera gezichten
detecteert.
•
Wanneer de camera een gezicht detecteert, wordt het gedetecteerde
gezicht automatisch gevolgd.
•
Gezichtsdetectie is mogelijk in de volgende gevallen niet effectief:
- De afstand tussen de camera en het onderwerp is te groot (het
scherpstelkader wordt oranje weergegeven voor Smile shot en
Knipperen).
- Het is te licht of te donker.
- Het onderwerp kijkt niet in de richting van de camera.
- Het onderwerp draagt een zonnebril of een masker.
- De gezichtsuitdrukking van het onderwerp verandert drastisch.
- Het onderwerp heeft tegenlicht of de lichtomstandigheden zijn
veranderlijk.
•
Gezichtsdetectie is niet beschikbaar wanneer u Tracking AF instelt.
•
Afhankelijk van de opname-instellingen kunnen de beschikbare opties
voor gezichtsdetectie verschillen.
•
Afhankelijk van de geselecteerde opties voor gezichtsdetectie, is de
timerfunctie mogelijk niet beschikbaar.
•
Als opties voor gezichtsdetectie instelt, wordt het AF-gebied
automatisch ingesteld op Multi AF.
•
Afhankelijk van de opties voor gezichtsherkenning die u hebt
geselecteerd, zijn serieopties niet beschikbaar.
•
Als u de optie Slimme gez. herkenning instelt en foto's van
gedetecteerde gezichten neemt, worden ze in de gezichtenlijst
geregistreerd.
•
In de afspeelmodus kunt u geregistreerde gezichten op volgorde van
prioriteit weergeven. (pag. 80) Ook als gezichten zijn geregistreerd,
worden ze mogelijk niet geclassificeerd in de afspeelmodus.
•
Een gezicht dat met de optie Slimme gez. herkenning wordt
gedetecteerd, komt mogelijk niet in de gezichtenlijst of in Smart
Album voor.
Opnameopties
66
Gezichtsdetectie gebruiken
Een zelfportret maken
Maak foto's van uzelf. De camera stelt de scherpstelafstand in op
close-up en geeft een pieptoon weer wanneer dit gereed is.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Gezichtsdetectie Zelfportret.
3
Stel de opname samen met de lens naar u toe gericht.
4
Wanneer u een korte piep hoort, drukt u op de
[Ontspanknop].
Wanneer gezichten zich in het midden
bevinden, piept de camera snel.
Als u Volume uitschakelt in de geluidsinstellingen, geeft de camera geen
pieptoon weer. (pag. 125)
Een foto van een lachend gezicht maken
De camera neemt automatisch een foto wanneer er een lachend
gezicht wordt gedetecteerd.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Gezichtsdetectie Smile shot.
3
Stel de opname samen.
•
De camera neemt automatisch een foto wanneer er een
lachend gezicht wordt gedetecteerd.
De camera herkent de lach
eerder wanneer het onderwerp
breeduit lacht.
Opnameopties
67
Gezichtsdetectie gebruiken
Slimme gezichtsherkenning gebruiken
De camera registreert automatisch gezichten die u vaak fotografeert. De
functie Slimme gezichtsherkenning stelt automatisch eerst scherp op die
gezichten en op favoriete gezichten. De functie Slimme gezichtsherkenning
is alleen beschikbaar bij gebruik van een geheugenkaart.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Gezichtsdetectie Slimme gez.herkenning.
• : gezichten die u hebt geregistreerd als favorieten.
(Zie pagina 68 voor informatie over het registreren van gezichten
als favorieten.)
•
: gezichten die automatisch door de camera zijn geregistreerd.
•
De camera herkent en registreert gezichten mogelijk niet goed in extreme
lichtomstandigheden, bij grote veranderingen in de houding of gezichtsuitdrukking
van het onderwerp of als het onderwerp al dan niet een bril draagt.
•
De camera kan maximaal 12 gezichten automatisch registreren. Als
de camera een nieuw gezicht herkent terwijl er al 12 gezichten zijn
geregistreerd, zal de camera automatisch het gezicht met de laagste
prioriteit door het nieuwe vervangen.
Knipperende ogen detecteren
Als de camera gesloten ogen detecteert, worden er automatisch
2 foto's na elkaar gemaakt.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Gezichtsdetectie Knipperen.
Opnameopties
68
Gezichtsdetectie gebruiken
4
Zodra u klaar bent met het maken van de foto's, wordt
de gezichtenlijst weergegeven.
•
Uw favoriete gezichten worden in de gezichtenlijst met een
gemarkeerd.
•
U kunt maximaal 8 favoriete gezichten registreren.
•
De flitser wordt niet geactiveerd wanneer u een favoriet gezicht
registreert.
•
Als u een gezicht twee keer registreert, kunt u een van deze
gezichten uit de lijst verwijderen.
Uw favoriete gezichten weergeven
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Smart FR wijzigen Gezichtenlijst.
•
Als u de classificatie van uw favoriete gezichten wilt wijzigen, drukt u
op [ ] en selecteert u Rangorde wijzigen. (pag. 80)
•
Als u een favoriet gezicht wilt verwijderen, drukt u op [ ] en
selecteert u Mijn ster annuleren. (pag. 81)
Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster)
U kunt uw favoriete gezichten registreren om deze gezichten bij
de scherpstelling en belichting prioriteit te geven. Deze functie is
alleen bij gebruik van een geheugenkaart beschikbaar.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Smart FR wijzigen Mijn ster.
3
Lijn het gezicht van het onderwerp uit met de ovalen
richtlijn en druk op de [Ontspanknop] om het gezicht te
registreren.
InstellenAnnuleer
•
Maak bij het registreren van gezichten een foto per persoon tegelijk.
•
Maak 5 foto's van het gezicht van het onderwerp voor de beste
resultaten: van de voorkant, van links, van rechts, van boven en
van onderen.
•
Wanneer u foto's maakt van links, van rechts, van boven en van
onderen, moet u het onderwerp vertellen zijn of haar gezicht niet
meer dan 30 graden te draaien.
•
U kunt een gezicht registreren, zelfs als u maar één foto van het
gezicht van het onderwerp maakt.
Opnameopties
69
Helderheid en kleur aanpassen
Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de helderheid en kleur kunt aanpassen om een betere beeldkwaliteit te bereiken.
3
Selecteer een waarde om de belichting aan te passen.
•
De foto wordt lichter naarmate de belichting wordt verhoogd.
Annuleer Instellen
EV : +1
4
Druk op [ ] om uw instellingen op te slaan.
•
Nadat u de belichting hebt aangepast, wordt deze instelling
automatisch opgeslagen. Mogelijk moet dit later weer worden
aangepast om onder- of overbelichting te voorkomen.
•
Als u niet weet wat de juiste belichting moet zijn, selecteert u
AEB (Auto Exposure Bracket). De camera neemt 3 foto's achter
elkaar, elk met een andere belichting: normaal, onderbelicht en
overbelicht. (pag. 73)
De belichting handmatig aanpassen (EV)
Afhankelijk van de intensiteit van het omgevingslicht kunnen foto's
te licht of te donker uitvallen. U kunt dan de belichting aanpassen
om een beter resultaat te krijgen.
Donkerder (-)
Neutraal (0)
Helderder (+)
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer EV.
Opnameopties
70
Helderheid en kleur aanpassen
De lichtmeetmethode wijzigen
De lichtmetingsmodus heeft betrekking op de manier waarop een
camera de hoeveelheid licht meet. De helderheid en belichting
van de foto's varieert met de gekozen lichtmeetmethode.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer L.meting.
3
Selecteer een optie.
Pictogram Beschrijving
Multi:
•
De camera verdeelt het frame onder in diverse
gebieden en meet de lichtintensiteit in elk gebied.
•
Geschikt voor algemene foto's.
Spot:
•
De camera meet alleen de lichtintensiteit in het
uiterste midden van het kader.
•
Als een onderwerp zich niet midden in het beeld
bevindt, kan de foto verkeerd belicht worden.
•
Geschikt voor een onderwerp met tegenlicht.
Centr. gewogen:
•
De camera bepaalt een gemiddelde voor de
lichtmeting van het gehele beeld, maar met
nadruk op het midden.
•
Geschikt voor foto's waarbij het onderwerp zich in
het midden van het beeld bevindt.
Compenseren voor tegenlicht (ACB)
Wanneer de lichtbron zich achter uw onderwerp bevindt of
er sprake is van hoog contrast tussen het onderwerp en de
achtergrond, ziet het onderwerp er in de foto waarschijnlijk donker
uit. Schakel in dat geval de optie Auto Contrast Balance (ACB) in.
▲Zonder ACB ▲Met ACB
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer ACB.
3
Selecteer een optie.
Pictogram Beschrijving
Uit: automatische contrastverbetering (ACB) is
uitgeschakeld.
Aan: automatische contrastverbetering (ACB) is
ingeschakeld.
•
De ACB-functie is altijd ingeschakeld in de modus Smart Auto.
•
De functie ACB is niet beschikbaar wanneer u opties voor serieopnamen instelt.
Opnameopties
71
Helderheid en kleur aanpassen
Een instelling voor Witbalans selecteren
De kleur van uw foto is afhankelijk van het type en de kwaliteit
van de lichtbron. Als u wilt dat uw foto's realistische kleuren
hebben, selecteert u een witbalansinstelling die geschikt is voor
de lichtomstandigheden, zoals Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt
of Kunstlicht.
Auto witbalans
Daglicht
Bewolkt
Kunstlicht
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Witbalans.
3
Selecteer een optie.
Pictogram
Beschrijving
Auto witbalans: automatisch de witbalans instellen
op basis van de lichtomstandigheden.
Daglicht: voor foto's buitenshuis op een zonnige dag.
Bewolkt: voor foto's buitenshuis op een bewolkte
dag of in de schaduw.
TL-licht H: voor foto's bij daglichtlampen of drie-
wegfluorescentielampen.
TL-licht L: voor foto's bij wit TL-licht.
Kunstlicht: voor foto's binnenshuis bij gloeilamp- of
halogeenlampverlichting.
Aangep. instelling: instellingen voor de witbalans
gebruiken die u hebt ingesteld. (pag. 72)
Opnameopties
72
Helderheid en kleur aanpassen
Uw eigen witbalansinstelling configureren
U kunt de witbalans aanpassen door een foto te maken
van een wit oppervlak, zoals een stuk papier, onder de
lichtomstandigheden waarin u een foto wilt maken. De functie
voor witbalans helpt u om de kleuren in uw foto te laten
overeenkomen met de werkelijke scène.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Witbalans Aangep. instelling.
3
Richt de lens op een wit stuk papier en druk op de
[Ontspanknop].
Opnameopties
73
Serieopnamen
Het kan lastig zijn foto's te maken van snel bewegende onderwerpen, of natuurlijke gezichtsuitdrukkingen en gebaren van uw onderwerpen
in foto's vast te leggen. Het kan ook moeilijk zijn om de belichting correct aan te passen en een juiste belichtingsbron te selecteren.
Selecteer in deze gevallen een van de modi voor serieopnamen.
Pictogram
Beschrijving
Bewegingsopname: Terwijl u de [Ontspanknop]
ingedrukt houdt, maakt de camera
-foto's
(5 foto's per seconde; met een maximum van 30 foto's).
AEB:
•
3 foto's achter elkaar maken, elk met een andere
belichting. normaal, onderbelicht en overbelicht.
•
Gebruik een statief om onscherpe foto's te
voorkomen.
•
U kunt de flitser en timer alleen gebruiken als u 1 opname selecteert.
•
Als u Bewegingsopname selecteert, stelt de camera de resolutie in
op en de ISO-waarde op Auto.
•
Afhankelijk van de geselecteerde optie voor gezichtsdetectie zijn
bepaalde opties voor serieopnamen niet beschikbaar.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Snelheid.
3
Selecteer een optie.
Pictogram
Beschrijving
1 opname: één foto maken.
Continu:
•
Terwijl u de [Ontspanknop] ingedrukt houdt, blijft
de camera achter elkaar foto's maken.
•
Het maximumaantal foto's is afhankelijk van de
capaciteit van de geheugenkaart.
Opnameopties
74
Afbeeldingen aanpassen
U kunt de scherpte, kleurverzadiging en het contrast van uw foto's aanpassen.
4
Druk op [ / ] om de waarden aan te passen.
Scherpte Beschrijving
-
De randen van uw foto's verzachten (geschikt
voor fotobewerking op de computer).
+
De randen verscherpen om de foto's
duidelijker te maken. Hierdoor kan ook de
beeldruis in de foto's toenemen.
Contrast Beschrijving
-
De kleuren en helderheid verlagen.
+
De kleuren en helderheid verhogen.
Kleurverzadiging Beschrijving
-
De kleurverzadiging verlagen.
+
De kleurverzadiging verhogen.
5
Druk op [ ] om de instellingen op te slaan.
Selecteer 0 als u geen effect wilt toepassen (geschikt voor afdrukken).
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Beeld aanpassen.
3
Selecteer een optie.
•
Scherpte
•
Contrast
•
Kleurverz.
Beeld aanpassen
Scherpte
Contrast
Kleurverz.
Annuleer
Instellen
Opnameopties
75
1
Druk in de video-opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Spraak.
3
Selecteer een optie.
Pictogram Beschrijving
Sound Alive Aan: de Sound Alive-functie
inschakelen om het zoomgeluid te verminderen.
Sound Alive Uit: de Sound Alive-functie
uitschakelen om het zoomgeluid op te nemen.
Dempen: er wordt geen geluid opgenomen.
•
Blokkeer de microfoon niet wanneer u de functie Sound Alive
gebruikt.
•
Opnamen die worden gemaakt met Sound Alive, kunnen anders
klinken dan de daadwerkelijke geluiden.
•
In de modus Beeld in beeld kunt u geen opties instellen voor
Sound Alive.
Het geluid van de zoom verminderen
Wanneer u tijdens het opnemen van video's gebruikmaakt van de zoom, kan de camera het geluid van de zoom in de video' opnemen.
Gebruik de functie Sound Alive om het zoomgeluid te verminderen.
Opnameopties
76
Beschikbare opname-instellingen per opnamemodus
Zie 'Opnameopties' voor meer informatie over opname-instellingen.
Smart Auto Programma Slimme film Film Scène
Live
Panorama
Beeld in
beeld
Beautyshot
Intelligent
portret
Resolutie
O O O O O
O O
Kwalit.
O O O O
- O O
Timer
O
O -
Flitser
O - -
-
ISO-waarde
- O - - - - - - -
Macro
O
O
- -
Scherpstelgebied
- O - - - - - - -
Gezichtsdetectie
O - -
- -
EV
- O - O - - - - -
ACB
O - - - - - - -
Lichtmeting
- O - O - - - - -
Witbalans
- O - O - - - - -
Drive
- O - - - - - - -
Beeld aanpassen
- O - - - - -
-
Sound Alive
- - O O - - - - -
Digitale zoom
- O - -
- - - -
Intelligent zoomen
- -
- - - -
OIS
O O O O O - O O O
: In deze modi zijn sommige opties beperkt of is een bepaalde optie standaard ingesteld.
O : De optie is beschikbaar in deze modus.
Opnameopties
77
Beschikbare opname-instellingen per opnamemodus
Nachtopname
Close-up
opname
Magisch
kader
Grappig
gezicht
Fotofilter Filmfilter
Gesplitste
opname
Artistiek
pens.
Foto in
beweging
Resolutie
O O
O
Kwalit.
O O O O O
O O
Timer
O O
O O
Flitser
-
-
-
ISO-waarde
- - - - - - - - -
Macro
-
- - -
- -
Scherpstelgebied
- - - - - - - - -
Gezichtsdetectie
- - -
- - - - -
EV
- - - - - - - - -
ACB
- - - - - - - - -
Lichtmeting
- - - - - - - - -
Witbalans
- - - - - - - - -
Drive
- - - - - - - - -
Beeld aanpassen
- - - -
-
-
Sound Alive
- - - - -
- - -
Digitale zoom
- - - - - - - - -
Intelligent zoomen
- - - - - - - - -
OIS
O O - O O O O O O
: In deze modi zijn sommige opties beperkt of is een bepaalde optie standaard ingesteld.
O : De optie is beschikbaar in deze modus.
Afspelen/bewerken
Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt weergeven of afspelen en hoe u foto's en
video's kunt bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een computer, fotoprinter of televisie
aansluit.
Foto's of video's weergeven in de
afspeelmodus
…………………………… 79
De afspeelmodus starten
……………… 79
Foto's weergeven
………………………… 84
Een video afspelen
…………………… 87
Foto's bewerken
………………………… 89
Het formaat van foto's wijzigen
………… 89
Portretten automatisch bijsnijden
……… 89
Een foto draaien
………………………… 90
Smart filter-effecten toepassen
…………… 90
Foto's aanpassen
……………………… 91
Een afdrukbestelling maken (DPOF)
…… 93
Bestanden op een tv weergeven
…… 94
Bestanden overbrengen naar een
Windows-computer
……………………… 95
Bestanden overbrengen met Intelli-Studio
96
Bestanden overbrengen door de camera
aan te sluiten als verwisselbare schijf
98
De camera loskoppelen
(voor Windows XP)
……………………… 99
Bestanden overbrengen naar een
Mac-computer
………………………………100
Foto's met een PictBridge-fotoprinter
afdrukken
……………………………………101
Afspelen/bewerken
79
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Hier vindt u informatie over hoe u foto's, video's en spraakmemo's kunt afspelen en hoe u bestanden beheert.
Fotobestandsinformatie
Bestandsgegevens
Actief geheugen
Album/Inzoomen
Pictogram Beschrijving
Huidig bestand/totaal aantal bestanden
Mapnaam – Bestandsnaam
GIF-bestand
Beveiligd bestand.
Afdrukbestelling ingesteld (DPOF)
Als u bestandsgegevens op het scherm wilt weergeven, drukt u op [ ].
De afspeelmodus starten
Bekijk foto's en video's die op de camera zijn opgeslagen.
1
Druk op [ ].
•
Het recentste bestand wordt weergegeven.
•
Als de camera is uitgeschakeld, wordt deze ingeschakeld en
wordt het recentste bestand weergegeven.
2
Druk op [ / ] om door de bestanden te scrollen.
•
Houd [ / ] ingedrukt om snel door de bestanden te
scrollen.
•
Als u bestanden in het interne geheugen wilt weergeven, verwijdert u
de geheugenkaart.
•
U kunt bestanden die zijn opgenomen met andere camera's, mogelijk
niet bewerken of afspelen, wegens niet-ondersteunde formaten
(afbeeldingsformaat, enzovoort) of codecs. Gebruik een computer of
ander apparaat om deze bestanden te bewerken of af te spelen.
Afspelen/bewerken
80
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Uw favoriete gezichten classificeren
U kunt uw favoriete gezichten classificeren. De functie voor
favoriete gezichten is alleen beschikbaar als u een geheugenkaart
in de camera plaatst.
1
Druk in de afspeelmodus op [ ].
2
Selecteer Gezichtenlijst.
WijzigenTerug
Gezichtenlijst
3
Druk op [ ].
4
Selecteer Rangorde wijzigen.
5
Selecteer een gezicht en raak [ ] aan.
6
Druk op [ / ] om de classificatie van het gezicht te
wijzigen en druk op [
].
Videobestandsinformatie
Afspelen Vastleggen
Album
Bestandsinformatie
Pictogram Beschrijving
Huidig bestand/totaal aantal bestanden
Mapnaam – Bestandsnaam
Huidige afspeeltijd
Lengte van de video
Beveiligd bestand
Als u bestandsgegevens op het scherm wilt weergeven, drukt u op [ ].
Afspelen/bewerken
81
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Bestanden op categorie bekijken in Smart Album
Geef bestanden weer op categorie, zoals datum, gezicht of
bestandstype.
1
Draai in de afspeelmodus de [Zoomknop] naar links.
•
U kunt Smart Album ook openen door naar <Album> op het
startscherm te scrollen en
te selecteren.
2
Druk op [ ].
3
Selecteer Filter →een categorie.
Alles
Datum
Gezichtenlijst
Best.type
Terug Select.
Filter
Pictogram Beschrijving
Alles: bestanden normaal weergeven.
Datum: bestanden weergeven op volgorde van
opslagdatum.
Gezichtenlijst: bestanden weergeven op herkende
en favoriete gezichten. (Maximaal 20 personen)
Best.type: bestanden weergeven op bestandstype.
Favoriete gezichten verwijderen
U kunt uw favoriete gezichten verwijderen. De functie voor
favoriete gezichten is alleen beschikbaar als u een geheugenkaart
in de camera plaatst.
1
Druk in de afspeelmodus op [ ].
2
Selecteer Gezichtenlijst.
3
Druk op [ ].
4
Selecteer Mijn ster annuleren.
5
Selecteer een gezicht en druk op [ ].
6
Druk op [ ].
7
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
Afspelen/bewerken
82
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Bestanden als miniatuur weergeven
Bekijk miniaturen van bestanden.
Draai de afspeelmodus de [Zoomknop] naar links
om miniaturen weer te geven (12 per keer). Draai de
[Zoomknop] nog een of twee keer naar links om
meer miniaturen weer te geven (24 per keer). Draai de
[Zoomknop] naar rechts om naar de vorige weergave
terug te keren.
Menu
• U kunt bestanden ook weergeven als miniaturen door naar
<Album> op het startscherm te scrollen en
te selecteren.
Druk op [ / / / ] om door de bestanden te scrollen.
4
Scroll naar een gewenste lijst en druk vervolgens op
[
] om de lijst te openen.
5
Scroll naar een gewenst bestand en druk vervolgens op
[
] om het bestand te openen.
6
Draai de [Zoomknop] naar links om naar de vorige
weergave terug te keren.
Het kan enige tijd duren voordat de camera Smart Album opent, de
categorie wijzigt of de bestanden opnieuw indeelt.
Afspelen/bewerken
83
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Bestanden beveiligen
Beveilig uw bestanden om te voorkomen dat ze per ongeluk
worden verwijderd.
1
Druk in de afspeelmodus op [ ].
2
Selecteer Beveiligen Aan.
U kunt een beveiligd bestand niet verwijderen of draaien.
Bestanden wissen
Selecteer bestanden die u wilt verwijderen in de afspeelmodus.
Eén bestand verwijderen
U kunt één bestand selecteren en dit verwijderen.
1
Selecteer een bestand in de afspeelmodus en druk
op [ ].
2
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
U kunt ook meerdere bestanden wissen in de afspeelmodus door op
[ ] en vervolgens Wissen Wissen Ja te selecteren.
Meerdere bestanden verwijderen
U kunt meerdere bestanden selecteren en deze tegelijk
verwijderen.
1
Druk in de afspeelmodus op [ ].
•
Druk in de miniatuurweergave op [ ], selecteer
Wissen Select. en ga vervolgens door naar stap 3, of
druk op [
], selecteer Select. en ga vervolgens door naar
stap 3.
2
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Meer wissen.
3
Scroll naar de bestanden die u wilt verwijderen en druk
op [ ].
•
Druk nogmaals op [ ] om de selectie te annuleren.
4
Druk op [ ].
5
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
Afspelen/bewerken
84
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Foto's weergeven
Vergroot een deel van een foto of geef foto's weer als diashow.
Een foto vergroten
Draai in de afspeelmodus de [Zoomknop] naar rechts
om een deel van een foto te vergroten. Draai de
[Zoomknop] naar links om uit te zoomen.
Vergroot gebied
Bijsnijden
Alle bestanden verwijderen
U kunt alle bestanden selecteren en deze tegelijk verwijderen.
1
Druk in de afspeelmodus op [ ].
•
Druk in de miniatuurweergave op [ ], selecteer
Wissen Alles wissen, en ga vervolgens door naar stap
3, of druk op [
], selecteer Alles wissen, en ga vervolgens
door naar stap 3.
2
Selecteer Wissen Alles wissen.
3
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
•
Alle niet-beveiligde bestanden worden verwijderd.
Bestanden naar een geheugenkaart kopiëren
Kopieer bestanden van het interne geheugen naar een
geheugenkaart.
1
Druk in de afspeelmodus op [ ].
2
Selecteer Kopie.
Afspelen/bewerken
85
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Panoramafoto's weergeven
Bekijk foto's die zijn gemaakt in de modus Live Panorama.
1
Druk in de afspeelmodus op [ / ] om naar de
gewenste panoramafoto te scrollen.
•
De volledige panoramafoto wordt weergegeven op het scherm.
2
Druk op [ ].
•
De camera scrollt automatisch van links naar rechts door
de foto voor een horizontale panoramafoto en van boven
naar beneden voor een verticale panoramafoto. De camera
schakelt vervolgens over naar de afspeelmodus.
•
Druk tijdens het weergeven van een panoramafoto op [ ]
om te pauzeren of hervatten.
•
Druk tijdens het weergeven van een panoramafoto op
[
/ / / ] om de foto horizontaal of verticaal te
bewegen, afhankelijk van de richting waarin u hebt bewogen
tijdens het maken van de foto.
3
Druk op [ ] om terug te gaan naar de
afspeelmodus.
De camera beweegt alleen automatisch door de panoramafoto wanneer de
langste zijde van de foto minstens twee keer zo lang is als de korte zijde.
Functie Beschrijving
Het vergrote gebied
verplaatsen
Druk op [ / / / ]].
De vergrote foto
bijsnijden
Druk op [ ] en selecteer Ja. (De
bijgesneden foto wordt opgeslagen als een
nieuw bestand. De oorspronkelijke foto blijft
in zijn oorspronkelijke vorm bewaard.)
Als u foto's weergeeft die zijn gemaakt met een andere camera, kan de
zoomverhouding verschillen.
Afspelen/bewerken
86
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Een diashow afspelen
Effecten en audio toevoegen aan een diashow met uw foto's.
De diashowfunctie werkt niet voor video's en GIF-bestanden.
1
Druk in de afspeelmodus op [ ].
2
Selecteer Opties voor diashow.
3
Selecteer een effect voor de diashow.
•
Ga naar stap 4 als u een diashow zonder effecten wilt starten.
* Standaard
Optie Beschrijving
Afsp.mod.
Instellen of de diashow wordt herhaald.
(Eenmaal afspelen*, Herhalen)
Interval
•
Het interval tussen foto's instellen.
(1 sec*, 3 sec, 5 sec, 10 sec)
•
U moet de optie Effect instellen op Uit om een
interval in te stellen.
Muziek
Achtergrondmuziek instellen.
Effect
•
Een scèneovergangseffect instellen tussen
foto's. (Uit, Kalm*, Zonnig, Ontspannen,
Levendig, Zacht)
•
Selecteer Uit om de effecten te annuleren.
•
Als u de optie Effect gebruikt, wordt het interval
tussen foto's ingesteld op 1 seconde.
Bewegende foto's weergeven
GIF-animatiebestanden herhaaldelijk weergeven die zijn
vastgelegd in de modus Foto in beweging.
1
Druk in de afspeelmodus op [ / ] om naar het
gewenste GIF-bestand te scrollen.
2
Druk op [ ].
•
Het GIF-bestand wordt herhaaldelijk afgespeeld.
3
Druk op [ ] om terug te gaan naar de afspeelmodus.
Afspelen/bewerken
87
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
4
Druk op [ ].
5
Selecteer Diashow starten.
6
Geef de diashow weer.
•
Druk op [ ] om de diashow te onderbreken.
•
Druk nogmaals op [ ] om de diashow te hervatten.
•
Druk op [ ] en druk op [ / ] om de diashow te stoppen en
terug te gaan naar de afspeelmodus.
•
Draai [Zoomknop] naar links of rechts om het volumeniveau aan
te passen.
Een video afspelen
In de afspeelmodus kunt u een video weergeven en vervolgens
delen van de afgespeelde video opnemen of bijsnijden. U kunt
de opgenomen of bijgesneden segmenten opslaan als nieuwe
bestanden.
1
Selecteer een video in de afspeelmodus en druk op [ ].
2
Geef de video weer.
Huidige afspeelduur/
lengte van video
Pauze Stop
Functie Beschrijving
Terugspoelen
Druk op [ ]. Wanneer u op [ ]
drukt, spoelt de camera terug met een
snelheid die 2X, 4X en 8X zo groot is.
Het afspelen
onderbreken of hervatten
Druk op [ ].
Vooruitspoelen
Druk op [ ]. Wanneer u op [ ] drukt,
spoelt de camera vooruit met een
snelheid die 2X, 4X en 8X zo groot is.
Het volume aanpassen
Draai de [Zoomknop] naar links of
rechts.
Afspelen/bewerken
88
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Afzonderlijke beelden uit een video opslaan
1
Druk tijdens het afspelen van een video op [ ] op het
punt waarop u een beeld wilt opnemen.
2
Druk op [ ].
•
De resolutie van het opgenomen beeld is gelijk aan die van de
originele video.
•
Het opgenomen beeld wordt als nieuw bestand opgeslagen.
Een video bijsnijden
1
Selecteer in de afspeelmodus een video en druk op
[
].
2
Selecteer Video bijsn..
3
Druk op [ ] om de video af te spelen.
4
Druk op [ ] [ ] op het punt waarop u het bijsnijden
wilt beginnen.
5
Druk op [ ] om het afspelen van de video te hervatten.
6
Druk op [ ] [ ] op het punt waarop u het bijsnijden
wilt beëindigen.
7
Druk op [ ] om bij te snijden.
8
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
•
De oorspronkelijke video moet ten minste 10 seconden lang zijn.
•
De camera slaat het bewerkte bestand op als een nieuw bestand.
Afspelen/bewerken
89
Foto's bewerken
Hier vindt u informatie over het bewerken van foto's.
•
De camera slaat bewerkte foto's op als nieuwe bestanden.
•
Wanneer u foto's bewerkt, converteert de camera deze automatisch naar een lagere resolutie. Foto's die handmatig worden gedraaid of waarvan het formaat
handmatig wordt aangepast, worden niet automatisch geconverteerd naar een lagere resolutie.
Portretten automatisch bijsnijden
U kunt close-up portretten ophalen en opslaan uit
landschapsopnamen.
1
Selecteer in de afspeelmodus een foto en druk op
[
].
2
Selecteer Intelligent portret.
•
De camera detecteert het gezicht van een onderwerp, snijdt
de foto rondom het gezicht bij en slaat 2 bijgesneden foto's
op met opeenvolgende bestandsnamen.
De functie Intelligent portret functioneert niet als:
- Er geen gezicht wordt gedetecteerd.
- Er meer dan 2 gezichten worden gedetecteerd.
- Het gedetecteerde oppervlak dat wordt ingenomen door het gezicht,
groter is dan een bepaald percentage.
Het formaat van foto's wijzigen
U kunt het formaat van een foto wijzigen en de foto als een nieuw
bestand opslaan.
1
Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk
op [
].
2
Selecteer Res.wijz.
3
Selecteer een optie.
Terug Select.
2592 X 1944
1984 X 1488
1024 X 768
Res.wijz
De beschikbare opties voor formaat wijzigen verschillen, afhankelijk van het
originele formaat van de foto.
Afspelen/bewerken
90
Foto's bewerken
Een foto draaien
1
Scroll op het startscherm naar <Album>.
2
Selecteer .
3
Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto.
4
Selecteer Draaien een optie.
5
Druk op [ ] om op te slaan.
Annuleer Opslaan
Draaien : Rechts 90 gr.
•
De camera overschrijft het originele bestand.
•
Druk in de afspeelmodus op [ ] en selecteer vervolgens
Draaien om een foto te draaien.
Smart filter-effecten toepassen
Pas speciale effecten toe op uw foto's.
1
Scroll op het startscherm naar <Album>.
2
Selecteer .
3
Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto.
4
Selecteer Smart filter een optie.
Terug Instellen
Smart filter: Miniatuur
Optie Beschrijving
Normaal
Geen effect
Miniatuur
Een effect toepassen om het onderwerp in
miniatuur weer te geven.
Vignetten
Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke
vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Afspelen/bewerken
91
Foto's bewerken
Foto's aanpassen
Hier vindt u informatie over het aanpassen van de helderheid,
contrast of verzadiging of het corrigeren van het rode-ogeneffect.
Als het midden van een foto donker is, kunt u deze lichter maken.
De camera slaat een bewerkte foto op als een nieuw bestand,
maar converteert de foto mogelijk naar een lagere resolutie.
•
U kunt tegelijk de helderheid, het contrast en de kleurverzadiging
aanpassen en Smart filter-effecten toepassen.
•
U kunt niet tegelijk de effecten ACB, Gezichtretouch. en Anti-rode
ogen toepassen.
De helderheid, het contrast en de kleurverzadiging
aanpassen
1
Scroll op het startscherm naar <Album>.
2
Selecteer .
3
Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto.
4
Selecteer een optie voor aanpassen.
Pictogram Beschrijving
Helderheid
Contrast
Kleurverz.
Optie Beschrijving
Aquarel
Het effect van een waterverfschilderij toepassen.
Olieverf
Het effect van een olieverfschilderij toepassen.
Cartoon
Het effect van een striptekening toepassen.
Kruisfilter
Lijnen toevoegen die naar buiten lopen van
heldere objecten om het visuele effect van een
kruisfilter te imiteren.
Schets
Een schetseffect van een pen toepassen.
Softfocus
Onzuiverheden op het gezicht verhullen of
droomachtige effecten toevoegen.
Visoog
Objecten die in de buurt zijn, vervormen om
de visuele effecten van een vissenooglens te
imiteren.
Oude film
Het effect van een oude film toepassen.
Halftoonstip
Een halftooneffect toepassen.
Klassiek
Een zwart-witeffect toepassen.
Retro
Een sepiatinteffect toepassen.
Zoomopname
De randen van een foto vervagen om de
onderwerpen in het midden te benadrukken.
5
Druk op [ ] om op te slaan.
Afspelen/bewerken
92
Foto's bewerken
5
Druk op [ / ] om de optie aan te passen.
6
Druk op [ ].
7
Druk op [ ] om op te slaan.
Donkere onderwerpen aanpassen (ACB)
1
Scroll op het startscherm naar <Album>.
2
Selecteer .
3
Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto.
4
Selecteer ACB.
5
Druk op [ ] om op te slaan.
Gezichten retoucheren
1
Scroll op het startscherm naar <Album>.
2
Selecteer .
3
Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto.
4
Selecteer Gezichtretouch..
5
Druk op [ / ] om de optie aan te passen.
•
Hoe hoger het nummer, des te helderder de huidskleur.
6
Druk op [ ] om op te slaan.
Rode ogen verwijderen
1
Scroll op het startscherm naar <Album>.
2
Selecteer .
3
Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto.
4
Selecteer Anti-rode ogen.
5
Druk op [ ] om op te slaan.
Afspelen/bewerken
93
Foto's bewerken
Een afdrukbestelling maken (DPOF)
Selecteer foto's die u wilt afdrukken en sla afdrukopties op in
de DPOF-indeling (Digital Print Order Format). Deze gegevens
worden opgeslagen in de map MISC op uw geheugenkaart zodat
u eenvoudig kunt afdrukken op printers die compatibel zijn met
DPOF.
1
Selecteer in de afspeelmodus een foto die u wilt
afdrukken en druk op [
].
2
Selecteer DPOF.
3
Druk op [ / ] om het aantal opties te selecteren en
druk op [
].
•
U kunt de geheugenkaart meenemen naar een printshop die DPOF
(Digital Print Order Format) ondersteunt, maar u kunt ook uw foto's
thuis rechtstreeks op een DPOF-compatibele printer afdrukken.
•
Foto's met afmetingen die groter zijn dan het papier, worden
mogelijk afgesneden aan de linker- en rechterkant. Zorg ervoor dat
de afmetingen van uw foto overeenkomen met het papier dat u
selecteert.
•
U kunt geen DPOF-opties instellen voor foto's in het interne
geheugen.
•
Als u het afdrukformaat opgeeft, kunt u alleen foto's afdrukken met
DPOF 1.1-compatibele printers.
Afspelen/bewerken
94
Bestanden op een tv weergeven
U kunt foto's of video's bekijken door de camera met de A/V-kabel op een televisie aan te sluiten.
7
Schakel de televisie in en selecteer de A/V-videobron
met de afstandsbediening van de televisie.
8
Schakel de camera in.
•
De camera schakelt automatisch over naar de afspeelmodus
als u deze aansluit op een televisie.
9
Bekijk foto's of speel video's af met behulp van de
cameraknoppen.
•
Afhankelijk van het model van televisie wordt er mogelijk digitale ruis
weergegeven of wordt een deel van het beeld niet weergegeven.
•
Afhankelijk van de televisie-instellingen kan het voorkomen dat de
beelden niet gecentreerd op het scherm worden weergegeven.
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Selecteer Connectiviteit Video.
4
Selecteer een video-uitvoersignaal voor uw land of regio.
(pag. 126)
5
Schakel de camera en de televisie uit.
6
Sluit de camera met de A/V-kabel op de televisie aan.
VideoAudio
Afspelen/bewerken
95
Bestanden overbrengen naar een Windows-computer
Bestanden overbrengen naar een Windows-computer, de bestanden bewerken met Intelli-Studio en ze uploaden naar het web.
•
De vereisten zijn slechts aanbevelingen. Het werkt mogelijk niet
correct wanneer de computer voldoet aan de vereisten, afhankelijk
van de toestand van de computer.
•
Als uw computer niet aan de vereisten voldoet, worden video's
mogelijk niet naar behoren afgespeeld of duurt het langer om video's
te bewerken.
•
Installeer DirectX 9.0c of een nieuwere versie voordat u Intelli-Studio
gebruikt.
•
Windows XP, Windows Vista of Windows 7 moet zijn geïnstalleerd op
uw computer als u de camera wilt aansluiten als verwisselbare schijf.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door
het gebruik van niet-geschikte computers zoals samengestelde computers.
Vereisten
Item Vereisten
Processor
Intel® Pentium®4 3,2 GHz of hoger/
AMD Athlon™ FX 2,6 GHz of hoger
RAM
Minimaal 512 MB RAM
(1 GB of meer aanbevolen)
Besturingssysteem*
Windows XP SP2, Windows Vista of
Windows 7
Vaste-schijfruimte
250 MB of meer (1 GB of meer aanbevolen)
Overig
•
CD-ROM-station
•
1024 X 768 pixels, beeldscherm met
ondersteuning voor 16-bits kleuren
(1280 X 1024 pixels, ondersteuning voor
32-bits kleuren aanbevolen)
•
USB 2.0-poort
•
nVIDIA Geforce 7600GT of hoger/
ATI X1600-reeks of hoger
•
Microsoft DirectX 9.0c of hoger
* Een 32-bits versie van Intelli-Studio wordt geïnstalleerd; zelfs op 64-bits
edities van Windows XP, Windows Vista en Windows 7.
Afspelen/bewerken
96
Bestanden overbrengen naar een Windows-computer
6
Schakel de camera in.
•
Wanneer het pop-upvenster voor de installatie van Intelli-
studio op het computerscherm wordt weergegeven, volgt u
de instructies op het scherm om de installatie te voltooien.
•
Wanneer Intelli-Studio op uw computer is geïnstalleerd,
herkent de computer de camera en wordt Intelli-Studio
automatisch geopend.
Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u
Computer in het pop-upvenster.
7
Selecteer een doelmap op de computer en selecteer Ja.
•
Nieuwe bestanden die worden opgeslagen op de camera,
worden automatisch overgebracht naar de geselecteerde
map.
•
Als de camera geen nieuwe bestanden bevat, wordt het
pop-upvenster voor het opslaan van nieuwe bestanden niet
weergegeven.
Voor Windows Vista en Windows 7: selecteer Run iLinker.exe in het
venster voor automatisch starten om Intelli-Studio te starten. Als Run iLinker.
exe niet wordt weergegeven op de computer, klikt u op Computer
Intelli-studio. Volg hierna de aanwijzingen op het scherm om de
installatie van Intelli-studio te voltooien.
Bestanden overbrengen met Intelli-Studio
U kunt Intelli-Studio downloaden van de gekoppelde webpagina
en het op uw computer installeren. Wanneer u de camera aansluit
op een computer waarop Intelli-Studio is geïnstalleerd, wordt het
programma automatisch gestart.
Terwijl de camera met de USB-kabel op de computer is aangesloten, wordt
de batterij opgeladen.
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Selecteer Connectiviteit Pc-software Aan.
4
Schakel de camera uit.
5
Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel.
U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw
camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden
beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van
gegevens.
Afspelen/bewerken
97
Bestanden overbrengen naar een Windows-computer
Intelli-Studio gebruiken
Met Intelli-Studio kunt u bestanden afspelen en bewerken. Selecteer Help Help in de werkbalk van het programma voor meer
informatie.
•
U kunt de firmware van uw camera bijwerken. Selecteer hiervoor Web Support (Webondersteuning) Upgrade firmware for the connected device (Firmware voor
het aangesloten apparaat bijwerken) op de programmawerkbalk.
•
U kunt bestanden niet rechtstreeks op de camera bewerken. Breng bestanden over naar een map op de computer om ze te bewerken.
•
Intelli-Studio ondersteunt de volgende indelingen:
- Video's: MP4 (Video: H.264, Audio: AAC), WMV (WMV 7/8/9), AVI (MJPEG)
- Foto's: JPG, GIF, BMP, PNG, TIFF
13
14
15
12
6
7
9
8
10
1 3 4 5 2
11
Afspelen/bewerken
98
Bestanden overbrengen naar een Windows-computer
Nr. Beschrijving
1
Menu's openen.
2
Bestanden in de geselecteerde map weergeven.
3
Overschakelen naar de Fotobewerkingsmodus.
4
Overschakelen naar de Videobewerkingsmodus.
5
Overschakelen naar de Deelmodus (bestanden verzenden
per e-mail of uploaden naar websites, zoals Flickr of
YouTube).
6
De miniaturen in de lijst vergroten of verkleinen.
7
Een bestandstype selecteren.
8
Bestanden in de geselecteerde map op de computer
weergeven.
9
Bestanden op de aangesloten camera weergeven of
verbergen.
10
Bestanden in de geselecteerde map op de camera
weergeven.
11
Bestanden als miniaturen of op een kaart weergeven.
12
Bladeren door mappen die zijn opgeslagen op de camera.
13
Bladeren door mappen die zijn opgeslagen op de
computer.
14
Naar de vorige of volgende map gaan.
15
Bestanden afdrukken, bestanden weergeven op een kaart,
bestanden opslaan in Mijn map of gezichten registreren.
Bestanden overbrengen door de camera aan
te sluiten als verwisselbare schijf
Sluit de camera aan op de computer als verwisselbare schijf.
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Selecteer Connectiviteit Pc-software Uit.
4
Schakel de camera uit.
5
Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel.
U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw
camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden
beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van
gegevens.
Afspelen/bewerken
99
Bestanden overbrengen naar een Windows-computer
De camera loskoppelen (voor Windows XP)
Voor Windows Vista en Windows 7 gelden vergelijkbare
methoden voor het loskoppelen van de camera.
1
Controleer of het statuslampje niet knippert.
•
Het statuslampje knippert wanneer er bestanden worden
overgedragen. Wacht tot het lampje stopt met knipperen.
2
Klik op op de werkbalk rechtsonder in het scherm
van de computer.
3
Klik op het pop-upbericht.
4
Klik op het berichtveld waarin wordt aangegeven dat het
apparaat veilig is verwijderd.
5
Verwijder de USB-kabel.
De camera kan niet veilig worden verwijderd zolang Intelli-Studio actief is. Sluit
het programma af voordat u de camera loskoppelt.
6
Schakel de camera in.
•
De camera wordt automatisch herkend.
Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u
Computer in het pop-upvenster.
7
Selecteer op de computer Deze computer
Verwisselbare schijf DCIM →100PHOTO.
8
Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de
computer op.
Afspelen/bewerken
100
Bestanden overbrengen naar een Mac-computer
Wanneer u de camera aansluit op een Macintosh-computer, wordt het apparaat automatisch herkend door de computer. U kunt de
bestanden rechtstreeks van de camera overbrengen naar de computer zonder programma's te installeren.
Mac OS 10.4 of hoger wordt ondersteund.
2
Schakel de camera in.
•
De computer herkent de camera automatisch en geeft een
pictogram van een verwisselbare schijf weer.
Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u
Computer in het pop-upvenster.
3
Dubbelklik op het pictogram van de verwisselbare schijf.
4
Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de
computer op.
1
Sluit de camera met de USB-kabel aan op een
Macintosh-computer.
U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw
camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden
beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van
gegevens.
Afspelen/bewerken
101
Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken
Druk foto's af met een PictBridge-compatibele printer door de camera rechtstreeks op de printer aan te sluiten.
Afdrukopties instellen
Druk op [ ] om de afdrukinstellingen te configureren.
Printen
Formaat
Lay-out
Type
Kwalit.
Datum afdrukken
Afsl. Select.
Optie Beschrijving
Printen
Selecteren of alleen de huidige foto of alle foto's
moeten worden afgedrukt.
Formaat
Het afdrukformaat instellen.
Lay-out
Het aantal foto's instellen dat op een vel papier moet
worden afgedrukt.
Type
De papiersoort instellen.
Kwalit.
De afdrukkwaliteit instellen.
Datum afdrukken
Instellen of de datum moet worden afgedrukt.
Best.naam
Instellen of de bestandsnaam moet worden
afgedrukt.
Reset
De instellingen terugzetten op de standaardwaarden.
Bepaalde opties worden mogelijk niet door alle printers ondersteund.
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Selecteer Connectiviteit USB Printer.
4
Schakel de printer in en sluit de camera aan op de
printer met de USB-kabel.
5
Als de camera is uitgeschakeld, drukt u op [POWER] of
[
] om deze in te schakelen.
•
De printer herkent de camera automatisch.
6
Druk op [ / ] om een bestand te selecteren dat u wilt
afdrukken.
•
Druk op [ ] om afdrukopties in te stellen.
Zie 'Afdrukopties instellen'.
7
Druk op [ ] om af te drukken.
•
Het afdrukken begint. Druk op [ ] om het afdrukken te
annuleren.
Verbinding maken met een WLAN en
netwerkinstellingen configureren
…………103
Verbinding maken met een WLAN
…… 103
De aanmeldingsbrowser gebruiken
…… 104
Tips over netwerkverbinding
…………… 105
Tekst invoeren
………………………… 106
Foto's of video's verzenden naar een
smartphone
………………………………107
Een smartphone gebruiken als externe
ontspanknop
………………………………108
Websites voor het delen van foto's of
video's gebruiken
…………………………110
Een website openen
…………………… 110
Foto's of video's uploaden
…………… 110
Foto's of video's via e-mail verzenden
…112
E-mailinstellingen wijzigen
……………… 112
Foto's of video's via e-mail verzenden
113
Foto's uploaden naar een cloudserver
…115
Automatische back-up gebruiken om
foto's of video's te verzenden
…………116
Het programma voor Automatische
back-up installeren op uw pc
………… 116
Foto's of video's verzenden naar een pc
116
Foto's of video's weergeven op een tv
met TV Link-functionaliteit
…………………118
Foto's verzenden via Wi-Fi Direct
…………120
Over de WOL-functie Wake on LAN
……121
Draadloos netwerk
(alleen ST200F/ST201F/ST205F)
Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
103
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Hier wordt beschreven hoe u verbinding maakt via een toegangspunt wanneer u zich binnen het bereik van een WLAN bevindt. U kunt ook
netwerkinstellingen configureren.
Pictogram
Beschrijving
Ad-hoctoegangspunt
Beveiligd toegangspunt
WPS-toegangspunt
Signaalsterkte
Druk op [ ] om opties voor de AP-instelling te openen
•
Wanneer u een beveiligd toegangspunt selecteert, wordt een
pop-upvenster weergegeven. Geef de vereiste wachtwoorden
in om verbinding te maken met de WLAN. Zie 'Tekst invoeren'
voor meer informatie over het ingeven van tekst. (pag. 106)
•
Wanneer een aanmeldingspagina verschijnt, zie
"De aanmeldingsbrowser gebruiken". (pag. 104)
•
Wanneer u een niet-beveiligd toegangspunt selecteert, maakt
de camera verbinding met het WLAN.
•
Als u een toegangspunt selecteert dat wordt ondersteund
door het WPS-profiel, selecteert u WPS PIN en geeft u een
PIN-code in op het toegangspunt. U kunt ook verbinding
maken met een toegangspunt dat wordt ondersteund door het
WPS-profiel door WPS PBC te selecteren op de camera en
vervolgens de knop WPS te selecteren op het toegangspunt.
Verbinding maken met een WLAN
1
Scroll op het startscherm naar <Wi-Fi>.
2
Selecteer , , , of .
3
Druk op [ ] en selecteer vervolgens Wi-Fi-instelling.
•
Druk in sommige modi op [ ] of volg de instructies
op het scherm totdat het scherm Wi-Fi-instelling wordt
weergegeven.
•
De camera zoekt automatisch naar beschikbare toegangspunten.
4
Raak een toegangspunt aan.
Wi-Fi-instelling
Samsung 2
Samsung 1
Samsung 3
Samsung 4
Samsung 5
Terug
Select.
•
Selecteer WPS PBC om verbinding te maken met een WPS-
toegangspunt.
•
Selecteer Vernieuwen om de lijst met voor verbinding
beschikbare toegangspunten te vernieuwen.
•
Selecteer Draadloos netwerk toevoegen om handmatig
een toegangspunt toe te voegen.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
104
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
De aanmeldingsbrowser gebruiken
U kunt uw aanmeldingsgegevens ingeven via de
aanmeldingsbrowser wanneer u verbinding maakt met bepaalde
toegangspunten, sites voor delen of cloudservers.
Knop Beschrijving
[
/ / /
]
Naar een item gaan of door de pagina scrollen.
[ ]
Een item selecteren.
[ ]
Hiermee hebt u toegang tot de volgende opties:
•
Vorige pagina: naar de vorige pagina gaan.
•
Volg. pagina: naar de volgende pagina gaan.
•
Opn. laden: de pagina opnieuw laden.
•
Stop: stoppen met het laden van de pagina.
•
Afsl.: de aanmeldingsbrowser sluiten
[ ]
De aanmeldingsbrowser sluiten
•
Bepaalde items kunt u niet selecteren afhankelijk van de pagina
waarmee u bent verbonden. Dit is normaal en wijst niet op een
defect.
•
De aanmeldingsbrowser wordt mogelijk niet automatisch gesloten
nadat u zich hebt aangemeld bij bepaalde pagina's. In dit geval sluit
u de aanmeldingsbrowser door op [ ] te drukken en gaat u verder
met de gewenste bewerking.
•
Het laden van de aanmeldingspagina kan langer duren wegens het
paginaformaat of de netwerksnelheid. In dit geval wacht u tot het
invoervenster voor aanmeldingsgegevens wordt weergegeven.
Netwerkopties instellen
1
Ga op het scherm Wi-Fi-instelling naar een
toegangspunt en druk op [
].
2
Raak elke optie aan en geef de vereiste informatie in.
Optie Beschrijving
Verificatie
Selecteer een netwerkverificatietype.
Gegevenscod.
Selecteer een coderingstype.
Netwerkwachtwoord
Geef het netwerkwachtwoord in.
IP-instelling
Het IP-adres handmatig instellen.
Het IP-adres handmatig instellen
1
Ga op het scherm Wi-Fi-instelling naar een
toegangspunt en druk op [
].
2
Selecteer IP-instelling Handmatig.
3
Raak elke optie aan en geef de vereiste informatie in.
Optie Beschrijving
IP
Hier voert u het statische IP-adres in.
Subnetmasker
Hier voert u het subnetmasker in.
Gateway
Hier voert u de gateway in.
DNS-server
Hier voert u het DNS-adres in.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
105
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
• Als u geen verbinding met een WLAN kunt maken, probeert u een
ander toegangspunt uit de lijst met beschikbare toegangspunten.
• In bepaalde landen kunt u ook verbinding maken met gratis WLAN's.
• Er kan een aanmeldingspagina worden weergegeven wanneer
u gratis WLAN's selecteert die worden geleverd door bepaalde
netwerkproviders. Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord in
om verbinding te maken met de WLAN. Neem contact op met de
netwerkproviders voor informatie over het registreren of de service.
• Wees voorzichtig wanneer u persoonlijke gegevens ingeeft om
verbinding te maken met een toegangspunt. Geef geen betalings-
of creditcardgegevens in op uw camera. De fabrikant is niet
aansprakelijk voor problemen die ontstaan wanneer u dergelijke
informatie ingeeft.
• De beschikbare netwerkverbindingen kunnen verschillen per land.
• De WLAN-functie van uw camera moet voldoen aan de wetten op
het gebied van radiozendingen in uw regio. We raden u daarom aan
de WLAN-functie alleen te gebruiken in het land waar u de camera
hebt gekocht.
• De procedure voor het aanpassen van de netwerkinstellingen kan
verschillen, afhankelijk van de netwerkomstandigheden.
• Probeer geen toegang te krijgen tot een netwerk dat u niet mag
gebruiken.
• Voordat u verbinding maakt met een netwerk, moet u ervoor zorgen
dat de batterij volledig is opgeladen.
• Wanneer een DHCP-server niet beschikbaar is, moet u een bestand
autoip.txt maken en dit kopiëren naar de geplaatste geheugenkaart
om verbinding met het netwerk te maken met Auto IP.
Tips over netwerkverbinding
• De kwaliteit van de netwerkverbinding wordt bepaald door het
toegangspunt.
• Hoe groter de afstand tussen uw camera en het toegangspunt, hoe
langer het duurt om verbinding te maken met het netwerk.
• Als een apparaat in de buurt hetzelfde radiofrequentiesignaal gebruikt
als uw camera, kan uw verbinding hierdoor worden verstoord.
• Als uw toegangspunt geen Nederlandse naam heeft, kan de camera
mogelijk het apparaat niet vinden of kan de naam onjuist worden
weergegeven.
• Neem contact op met uw netwerkbeheerder of
netwerkserviceprovider voor netwerkinstellingen of een wachtwoord.
• Als een WLAN moet worden geverifieerd door de serviceprovider,
kunt u mogelijk geen verbinding met het betreffende WLAN maken.
Neem contact op met uw netwerkserviceprovider om verbinding te
maken met het WLAN.
• Afhankelijk van het coderingstype kan het aantal cijfers in het
wachtwoord verschillen.
• Een WLAN-verbinding is wellicht niet mogelijk in alle omgevingen.
• Mogelijk geeft de camera een WLAN-printer weer in de lijsten met
toegangspunten. U kunt echter geen verbinding met het netwerk
maken via een printer.
• U kunt uw camera niet tegelijkertijd verbinden met een netwerk en
aansluiten op een tv. U kunt ook geen foto's of video's op een tv
bekijken wanneer u verbinding hebt gemaakt met een netwerk.
• Er kunnen aanvullende kosten gelden om verbinding te maken met
een netwerk. De kosten verschillen op basis van de voorwaarden
van uw abonnement.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
106
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Tekst invoeren
Hier wordt beschreven hoe u tekst kunt invoeren. Met de
pictogrammen in de onderstaande tabel kunt u de cursor
bewegen, hoofdletters in- en uitschakelen enzovoort. Druk op
[
/ / / ] om naar een gewenste toets te gaan en druk
vervolgens op [
] om deze toets in te geven.
Terug Backspace
Gereed
Pictogram
Beschrijving
De laatste letter verwijderen.
De cursor verplaatsen.
In de ABC-modus schakelt u hoofdletters in of uit.
Geef '.com' in.
Pictogram
Beschrijving
Schakelen tussen de symboolstand en ABC-stand.
Een spatie invoeren.
Gereed
De weergegeven tekst opslaan.
Zie de handleiding voor het ingeven van tekst.
•
U kunt alleen tekst in het Engelse alfabet invoeren, ongeacht de
schermtaal.
•
Druk om direct naar Gereed te gaan op [ ].
•
U kunt maximaal 64 tekens ingeven.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
107
Foto's of video's verzenden naar een smartphone
De camera kan via een WLAN verbinding maken met smartphones die de functie MobileLink ondersteunen. U kunt eenvoudig foto's of
video's verzenden naar uw smartphone.
•
De functie MobileLink wordt ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het besturingssysteem
Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10.1-inch Galaxy Tab. Mogelijk
wordt deze functie ook ondersteund door andere toestellen met Android 2.2 of hoger, maar Samsung kan de werking daarvan niet garanderen.
•
U moet de applicatie installeren op het apparaat voordat u deze functie gebruikt. U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps of Android Market.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken.
•
U kunt max. 1000 best. weergeven en max. 100 best. tegelijk verzenden.
5
Selecteer vanaf de smartphone de bestanden die u van
de camera naar de smartphone wilt verzenden.
6
Selecteer Copy op de smartphone.
•
De camera verzendt de bestanden.
1
Scroll op het startscherm van de camera naar <Wi-Fi>.
2
Selecteer op de camera.
•
Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om de
applicatie te downloaden, selecteert u OK.
3
Schakel de applicatie Samsung MobileLink in op de
smartphone.
•
Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera
te selecteren en aan te sluiten.
•
De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding
maken.
4
Selecteer OK op de camera.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
108
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
De camera maakt verbinding met een smartphone via een WLAN. Gebruik de smartphone als externe ontspanner met de functie Remote
Viewfinder. De opgenomen foto wordt weergegeven op de smartphone.
•
De functie Remote Viewfinder wordt ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het
besturingssysteem Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10.1-inch
Galaxy Tab. Mogelijk wordt deze functie ook ondersteund door andere toestellen met Android 2.2 of hoger, maar Samsung kan de werking daarvan niet garanderen.
•
U moet de applicatie installeren op het apparaat voordat u deze functie gebruikt. U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps of Android Market.
4
Stel de volgende opnameopties in op de smartphone.
Pictogram
Beschrijving
Flitsoptie
Timerinstelling
Fotoformaat
•
Wanneer u gebruikmaakt van deze functie, zijn sommige
knoppen niet beschikbaar op uw camera.
•
De zoomknop en de ontspanknop op uw smartphone werken
niet als u deze functie gebruikt.
•
De modus Remote Viewfinder ondersteunt alleen de
fotoformaten
en .
1
Scroll op het startscherm van de camera naar <Wi-Fi>.
2
Selecteer op de camera.
•
Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om de
applicatie te downloaden, selecteert u OK.
3
Schakel de functie Remote Viewfinder in op uw
smartphone.
•
Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera
te selecteren en aan te sluiten.
•
De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding
maken.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
109
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
5
Blijf aanraken op de smartphone om scherp te
stellen.
•
De scherpstelling is automatisch ingesteld op Multi AF.
6
Druk op om de foto te maken.
•
De foto wordt opgeslagen in uw camera.
•
Raak de foto onder aan het scherm aan om deze op te slaan
op de smartphone. Het formaat van de foto wordt gewijzigd
in 640 X 360.
•
Als u deze functie gebruikt, kan de ideale afstand tussen de camera
en de smartphone variëren, afhankelijk van de omgeving.
•
De smartphone moet zich binnen een afstand van 7 m van de
camera bevinden als u deze functie wilt gebruiken.
•
Het duurt enige tijd om de foto te maken nadat u op op de
smartphone hebt gedrukt.
•
De functie Remote Viewfinder wordt in de volgende gevallen
uitgeschakeld:
- Er is een inkomende oproep op de smartphone.
- De camera of de smartphone wordt uitgeschakeld.
- Het geheugen is vol.
- De verbinding van een van de apparaten met het WLAN is
verbroken.
- De Wi-Fi-verbinding is zwak of instabiel.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
110
Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken
Upload uw foto's of video's naar websites voor het delen van bestanden. Beschikbare websites worden weergegeven op de camera.
Foto's of video's uploaden
1
Open de website met uw camera.
2
Scroll naar de bestanden die u wilt uploaden en
druk op [
].
•
U kunt maximaal 20 foto's selecteren en de totale grootte mag
maximaal 10 MB zijn.
3
Selecteer
Upload
.
•
Als u bent verbonden met Facebook, selecteert u
Upload
Uploaden.
•
Als u verbinding hebt gemaakt met Facebook, kunt u uw
opmerkingen ingeven door het vak Opmerking te selecteren.
Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst
'Tekst invoeren'. (pag. 106)
Een website openen
1
Scroll op het startscherm naar <Wi-Fi>.
2
Selecteer .
3
Selecteer een website.
•
De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt.
•
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 103)
4
Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord op en
selecteer Aanmelding.
•
Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst
"Tekst invoeren". (pag. 106)
•
U kunt een gebruikersnaam in de lijst selecteren door
een gebruikersnaam te selecteren.
•
Als u zich eerder bij de website hebt aangemeld, wordt u
mogelijk automatisch aangemeld.
Als u deze functie wilt gebruiken, moet u een bestaande account op de
website voor het delen van bestanden hebben.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
111
Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken
•
De maximale fotoresolutie die u kunt uploaden, is 2M, en de langste
video die u kunt uploaden, duurt 30 seconden bij een resolutie
van of is een video die is opgenomen met . Als de
geselecteerde foto een hogere resolutie dan 2M heeft, wordt deze
automatisch verkleind tot een lagere resolutie.
•
De manier waarop foto's of video's moeten worden geüpload, is
afhankelijk van de geselecteerde website.
•
Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen
toegang tot een website krijgt, neemt u contact op met uw
netwerkbeheerder of uw netwerkserviceprovider.
•
De datum waarop geüploade foto's of video's zijn opgenomen, kan
automatisch worden gebruikt als naam voor de foto's of video's.
•
De snelheid waarmee u foto’s kunt uploaden en webpagina’s kunt
openen, is afhankelijk van de snelheid van uw internetverbinding.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
•
U kunt in de afspeelmodus ook foto's en video's uploaden naar
websites voor het delen van bestanden door op [ ] te
drukken en vervolgens Delen (Wi-Fi) en een gewenste website te
selecteren.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
112
Foto's of video's via e-mail verzenden
U kunt de instellingen in het e-mailmenu wijzigen en foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail.
6
Selecteer het vak E-mail, geef uw naam in en selecteer
Terug.
7
Selecteer OK om de wijzigingen op te slaan.
•
Als u uw gegevens wilt verwijderen, selecteert u Reset aan.
Een e-mailwachtwoord instellen
1
Scroll op het startscherm naar <Wi-Fi>.
2
Selecteer .
3
Druk op [ ].
4
Selecteer Wachtwoord instellen Aan.
•
Selecteer Uit om het wachtwoord uit te schakelen.
5
Klik op [ ] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven.
•
Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op
[
] drukt.
6
Voer een wachtwoord van 4 cijfers in.
7
Voer het wachtwoord nogmaals in.
8
Klik op [ ] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven.
•
Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op
[
] drukt.
E-mailinstellingen wijzigen
In het e-mailmenu kunt u de instellingen voor het opslaan van uw
gegevens of het opslaan van e-mailadressen wijzigen. U kunt
ook het e-mailwachtwoord instellen of wijzigen. Lees voor meer
informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 106)
Uw gegevens opslaan
1
Scroll op het startscherm naar <Wi-Fi>.
2
Selecteer .
3
Druk op [ ].
4
Selecteer Instelling afzender.
5
Selecteer het vak Naam, geef uw naam in en selecteer
Terug.
Naam
E-mail
Terug
OK
Reset
Instelling afzender
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
113
Foto's of video's via e-mail verzenden
Als u uw wachtwoord niet meer weet, kunt u dit opnieuw instellen door
Reset te selecteren op het scherm voor het instellen van het wachtwoord.
Wanneer u de gegevens opnieuw instelt, worden eerder opgeslagen
instelgegevens van de gebruiker, e-mailadres en recent verzonden e-maillijst
verwijderd.
Het e-mailwachtwoord wijzigen
1
Scroll op het startscherm naar <Wi-Fi>.
2
Selecteer .
3
Druk op [ ].
4
Selecteer Wachtwoord wijzigen.
5
Voer uw huidige wachtwoord van 4 cijfers in.
6
Voer een nieuw wachtwoord van 4 cijfers in.
7
Voer het nieuwe wachtwoord nogmaals in.
8
Klik op [ ] wanneer het pop-upvenster wordt
weergegeven.
•
Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op
[
] drukt.
Foto's of video's via e-mail verzenden
U kunt foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via
e-mail. Zie 'Tekst invoeren' voor meer informatie over het ingeven
van tekst. (p. 106)
1
Scroll op het startscherm naar <Wi-Fi>.
2
Selecteer .
3
Selecteer het vak Naam (e-mail), geef uw naam in en
selecteer Terug.
•
Als u uw gegevens eerder hebt opgeslagen, worden deze
automatisch ingevoegd. (pag. 112)
•
Als u een adres uit de lijst met eerdere afzenders wilt
gebruiken, selecteert u
een adres.
4
Selecteer het vak Ontvanger, geef uw naam in en
selecteer Terug.
•
Als u een adres uit de lijst met eerdere ontvangers wilt
gebruiken, selecteert u
een adres.
•
Selecteer om meer ontvangers toe te voegen. U kunt
maximaal 30 ontvangers invoeren.
•
Selecteer om een adres uit de lijst te verwijderen.
5
Selecteer Volgende.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
114
Foto's of video's via e-mail verzenden
•
Zelfs als het erop lijkt dat een foto is overgedragen, kunnen fouten
met de e-mailaccount van de ontvanger ervoor zorgen dat de foto
wordt geweigerd of herkend als spam.
•
U kunt geen e-mail verzenden als er geen netwerkverbinding
beschikbaar is of als de instellingen van uw e-mailaccount onjuist zijn.
•
De maximale fotoresolutie die u kunt verzenden, is 2M, en de langste
video die u kunt uploaden, duurt 30 seconden bij een resolutie
van of is een video die is opgenomen met . Als de
geselecteerde foto een hogere resolutie dan 2M heeft, wordt deze
automatisch verkleind tot een lagere resolutie.
•
Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen e-mail
kunt verzenden, neemt u contact op met uw netwerkbeheerder of uw
netwerkserviceprovider.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
•
U kunt in de afspeelmodus ook een e-mail verzenden door op
[ ] te drukken en vervolgens Delen (Wi-Fi) E-mail te
selecteren.
6
Scroll naar de bestanden die u wilt verzenden en druk
op [
].
•
U kunt maximaal 20 foto's selecteren en de totale grootte mag
maximaal 10 MB zijn.
7
Selecteer
Next
.
8
Selecteer het vak Opmerking, geef uw opmerkingen in
en selecteer Terug.
9
Selecteer Verzenden.
•
De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt, om de e-mail te verzenden.
•
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 103)
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
115
Foto's uploaden naar een cloudserver
U kunt uw foto's uploaden naar SkyDrive. Om foto's te uploaden, moet u de Microsoft-website bezoeken en u registreren voordat u uw
camera aansluit.
4
Meld u aan met uw gebruikersnaam en wachtwoord.
•
Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst
'Tekst invoeren'. (pag. 106)
•
Zie 'De aanmeldingsbrowser gebruiken' als u bent verbonden
met SkyDrive. (pag. 104)
5
Scroll naar de foto's die u wilt uploaden en druk op [ ].
6
Selecteer
Upload
.
•
U kunt foto's ook uploaden naar een cloudserver in de afspeelmodus
door op [ ] te drukken en vervolgens Delen (Wi-Fi)
een
cloudserver te selecteren.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
1
Scroll op het startscherm van de camera naar <Wi-Fi>.
2
Selecteer .
•
U kunt de uploadgrootte van foto's wijzigen door op [ ] te
drukken en Uploadgrootte afb. te selecteren.
3
Selecteer SkyDrive.
•
Wanneer u foto's uploadt naar SkyDrive, wordt het formaat
van de foto's gewijzigd in 2M terwijl de oorspronkelijke
verhouding behouden blijft.
•
Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om
een account te maken, selecteert u OK.
•
De camera probeert verbinding te maken met een WLAN via
het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt.
•
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 103)
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
116
Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
U kunt foto's of video's die u met de camera hebt opgenomen, draadloos verzenden naar een pc. De functie Automatische back-up werkt
alleen met het Windows-besturingssysteem.
Foto's of video's verzenden naar een pc
1
Scroll op het startscherm van de camera naar <Wi-Fi>.
2
Selecteer .
•
U moet de informatie voor de back-up-pc configureren om
de functie Automatische back-up te gebruiken. Zie 'Het
programma voor Automatische back-up installeren op uw pc'
voor meer informatie. (pag. 116)
3
Druk op [ ] om opties in te stellen.
•
Als u uw pc automatisch wilt uitschakelen nadat de overdracht
is voltooid, selecteert u Pc afsluiten na back-up Aan.
4
Druk op [ ] om de back-up te starten.
•
Als u het verzenden wilt annuleren, drukt u op [ ].
•
U kunt geen afzonderlijke bestanden selecteren om back-ups
van te maken. Deze functie maakt alleen een back-up van
nieuwe bestanden op de camera.
•
De voortgang van de back-up wordt weergegeven op de
monitor van de pc.
•
Wanneer de overdracht is voltooid, wordt de camera na
ongeveer 30 seconden automatisch uitgeschakeld. Selecteer
Annuleer om terug te gaan naar het vorige scherm en te
voorkomen dat de camera automatisch wordt uitgeschakeld.
Het programma voor Automatische back-up
installeren op uw pc
1
Installeer Intelli-Studio op de pc. (pag. 96)
2
Sluit de camera met de USB-kabel op de pc aan.
3
Klik op OK in het pop-upvenster.
•
Het programma Automatische back-up wordt geïnstalleerd
op de pc. Volg de instructies op het scherm om de installatie
te voltooien.
4
Verwijder de USB-kabel.
5
Sluit de camera weer met de USB-kabel op de pc aan.
•
De camera slaat informatie over de pc op, zodat de camera
bestanden kan verzenden naar de pc.
Voordat u het programma installeert, moet u ervoor zorgen dat de pc is
verbonden met een netwerk. Als er geen internetverbinding beschikbaar is,
moet u het programma installeren vanaf de bijgeleverde cd.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
117
Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
•
Als de pc de WOL-functie (Wake on LAN) ondersteunt, kunt u de pc
automatisch inschakelen door op uw camera naar de pc te zoeken.
(pag. 121)
•
Wanneer u op de camera verbinding maakt met het WLAN,
selecteert u het toegangspunt dat is verbonden met de pc.
•
De camera zoekt naar de beschikbare toegangspunten, zelfs als u
weer verbinding maakt met hetzelfde toegangspunt.
•
Als u de camera uitschakelt of de batterij verwijdert terwijl u
bestanden verzendt, wordt de bestandsoverdracht onderbroken.
•
Wanneer u deze functie gebruikt, is alleen [POWER] beschikbaar
op uw camera.
•
U kunt slechts één camera tegelijk verbinden met de pc om
bestanden te verzenden.
•
De back-up wordt mogelijk geannuleerd vanwege
netwerkomstandigheden.
•
Foto' of video' kunnen maar één keer naar een pc worden
verzonden. Bestanden kunnen niet opnieuw worden verzonden, zelfs
niet als u uw camera opnieuw aansluit op een andere pc.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
•
U moet Windows Firewall en eventuele andere firewalls uitschakelen
voordat u deze functie gebruikt.
•
U kunt maximaal 1000 bestanden verzenden.
•
In de pc-software moet de servernaam worden ingegeven in het
Latijnse alfabet en mag de naam niet meer dan 48 tekens bevatten.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
118
Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit
TV Link is een technologie voor het delen van mediabestanden tussen een camera en een tv die verbinding hebben met hetzelfde
toegangspunt. Met deze technologie kunt u uw foto's of video's op een breedbeeld-tv of ander apparaat weergeven.
4
Zoek op de tv naar de camera en blader door de
gedeelde foto's of video's.
•
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de tv voor informatie
over het zoeken naar de camera en het bladeren door foto's
of video's op de tv.
•
Afhankelijk van het type tv of de netwerkverbinding kan het
voorkomen dat video's niet vloeiend worden afgespeeld. Als
dit gebeurt, neemt u de video opnieuw op met de kwaliteit
of en speelt u de video opnieuw af. Als video's
niet vloeiend op uw televisie worden afgespeeld via de
draadloze verbinding, sluit u de camera met een A/V-kabel
aan op de televisie.
AP
1
Scroll op het startscherm naar <Wi-Fi>.
2
Selecteer .
•
Als het begeleidende bericht wordt weergegeven,
drukt u op [
].
•
De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt.
•
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 103)
3
Maak op uw tv verbinding met een draadloos netwerk
via een toegangspunt.
•
Raadpleeg de gebruikershandleiding van de tv voor meer
informatie.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
119
Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit
•
U kunt maximaal 1000 foto's delen.
•
Op een tv-scherm kunt u alleen foto's of video's bekijken die u met
de camera hebt opgenomen.
•
Het bereik van de draadloze verbinding tussen uw camera en
een tv kan verschillen, afhankelijk van de specificaties van het
toegangspunt.
•
Als de camera is verbonden met 2 tv's, wordt er mogelijk langzamer
afgespeeld.
•
Foto's of video's worden met hun originele grootte gedeeld.
•
U kunt deze functie alleen gebruiken met tv's met de TV Link-functie.
•
Gedeelde foto's of video's worden niet opgeslagen op de tv, maar u
kunt ze opslaan volgens de tv-specificaties.
•
Het overbrengen van foto's of video's naar de tv kan enige tijd duren,
afhankelijk van de netwerkverbinding, het aantal bestanden dat u wilt
delen of de grootte van de bestanden.
•
Als u de camera op ongebruikelijke wijze uitschakelt terwijl u foto's of
video's op een tv bekijkt (bijvoorbeeld door de batterij te verwijderen),
gaat de tv ervan uit dat de verbinding met de camera nog intact is.
•
De volgorde van foto's of video's op de camera kan afwijken van
die op de tv.
•
Afhankelijk van het aantal foto's of video's dat u wilt delen, kan
het enige tijd duren om uw foto's of video's te laden en de
instelprocedure uit te voeren.
•
Als u tijdens de weergave van foto's of video's op de tv voortdurend
de afstandsbediening van de tv gebruikt of andere handelingen op
de tv uitvoert, werkt deze functie mogelijk niet correct.
•
Als u bestanden op de camera sorteert of de volgorde van de
bestanden wijzigt terwijl u de bestanden op een tv bekijkt, moet u
de instelprocedure herhalen om de lijst met bestanden op de tv bij
te werken.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
120
Foto's verzenden via Wi-Fi Direct
Als de camera via een WLAN is verbonden met een apparaat dat de functie Wi-Fi Direct ondersteunt, kunt u foto's verzenden naar het
apparaat. Deze functie wordt mogelijk niet ondersteund op bepaalde apparaten.
1
Schakel op het toestel de optie Wi-Fi Direct in.
2
Scroll op de camera in de afspeelmodus naar een foto.
3
Druk op [ ] en selecteer vervolgens
Delen (Wi-Fi) Wi-Fi Direct.
•
In de weergave met één afbeelding kunt u slechts één foto
tegelijk verzenden.
•
In de miniatuurweergave kunt u meerdere foto's selecteren door
naar miniaturen te scrollen en op [
] te drukken. Selecteer
Next wanneer u klaar bent met het selecteren van foto's.
4
Selecteer het apparaat in de lijst met Wi-Fi Direct-
apparaten op de camera.
•
Zorg ervoor dat de optie Wi-Fi Direct van het apparaat is
ingeschakeld.
•
U kunt ook uw camera selecteren in de lijst met Wi-Fi Direct-
apparaten op het apparaat.
5
Geef op het toestel de camera toestemming om
verbinding te maken met het toestel.
•
De foto wordt verzonden naar het apparaat.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
•
Als u de verbindingspoging annuleert voordat deze is voltooid, kan de
camera mogelijk niet opnieuw verbinding maken met het apparaat. In
dit geval moet u het apparaat bijwerken met de nieuwste firmware.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
121
Over de WOL-functie Wake on LAN
Met de WOL-functie kunt u een pc automatisch inschakelen of wekken met uw camera. Deze functie is beschikbaar voor desktop-pc's van
Samsung uit de afgelopen 5 jaar (niet beschikbaar voor all-in-one-pc's).
Als u andere wijzigingen dan de beschreven wijzigingen aanbrengt in de BIOS-instellingen van uw pc, kan uw pc worden beschadigd. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor
schade als gevolg van het wijzigen van de BIOS-instellingen van uw pc.
De pc instellen om wakker te worden uit de slaapmodus
1
Klik op Start en open het Control Panel
(Configuratiescherm).
2
Configureer de netwerkverbinding.
•
Windows 7:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum)
Change adapter settings (Adapterinstellingen wijzigen).
•
Windows Vista:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum)
Manage network connections (Netwerkverbindingen beheren).
•
Windows XP:
Klik op Network and Internet Connection (Netwerk-
en Internet-verbindingen) Network Connection
(Netwerkverbindingen).
3
Klik met de rechtermuisknop op Local Area (LAN-
verbinding) en klik op Properties (Eigenschappen).
4
Klik op Configure (Configureren) het tabblad Power
manage (Energiebeheer) Allow this device to wake
the computer (Dit apparaat mag de computer uit stand-by
halen).
5
Klik op OK.
6
Start de pc opnieuw op.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
122
Over de WOL-functie Wake on LAN
De pc automatisch laten inschakelen
1
Schakel de pc in en druk op F2 terwijl de pc wordt
opgestart.
•
Het BIOS-instelmenu wordt weergegeven.
2
Selecteer het tabblad Advanced (Geavanceerd)
Power management Setup (Energiebeheer instellen).
3
Selecteer Resume on PME (Hervatten bij PME)
Enabled (Ingeschakeld).
4
Druk op F10 om uw wijzigingen op te slaan en door te gaan
met opstarten.
5
Klik op Start en open het Control Panel
(Configuratiescherm).
6
Configureer de netwerkverbinding.
•
Windows 7:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum)
Change adapter settings (Adapterinstellingen wijzigen).
•
Windows Vista:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum) Manage
network connections (Netwerkverbindingen beheren).
•
Windows XP:
Klik op Network and Internet Connection (Netwerken
Internet-verbindingen) Network Connection
(Netwerkverbindingen).
7
Selecteer stuurprogramma's voor de netwerkadapter.
8
Klik op het tabblad Advanced (Geavanceerd) en stel de
WOL-menu's in
•
U kunt deze functie niet gebruiken met een firewall of als er een
beveiligingsprogramma is geïnstalleerd.
•
Als u de computer wilt inschakelen met de WOL-functie, moet de
computer een actieve verbinding hebben met het LAN. Zorg ervoor
dat het lampje op de LAN-poort van de computer brandt, wat
aangeeft dat de LAN-verbinding actief is.
•
Afhankelijk van het model van uw pc is het mogelijk dat de camera de
pc alleen kan wekken.
•
Afhankelijk van het besturingssysteem of de stuurprogramma's van uw
pc kunnen de namen van het WOL-instelmenu verschillen.
- voorbeelden van het instellen van menunamen: Enable PME, Wake
on LAN enzovoort.
- voorbeelden van het instellen van menuwaarden: Enable, Magic
packet enzovoort.
Instellingen
Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te
configureren.
Instellingenmenu
……………………………………… 124
Het instellingenmenu openen
……………………… 124
Geluid
……………………………………………… 125
Display
……………………………………………… 125
Connectiviteit
………………………………………… 126
Algemeen
…………………………………………… 127
Instellingen
124
Instellingenmenu
Hier vindt u informatie waarmee u de instellingen van de camera kunt configureren.
4
Selecteer een item.
Terug Select.
Middel
Aan
Geluid 1
Uit
Aan
Volume
Piepjes
Sl.toon
Begingeluid
AF-geluid
Geluid
5
Selecteer een optie.
Terug Select.
Uit
Laag
Middel
Hoog
Volume
6
Druk op [ ] om naar het vorige scherm terug te
keren.
Het instellingenmenu openen
1
Scroll op het startscherm naar <Basis>.
2
Selecteer .
3
Selecteer een menu.
Instellingen
Geluid
Display
Connectiviteit
Algemeen
Optie Beschrijving
Geluid: verschillende camerageluiden en het volume
instellen. (pag. 125)
Display: de scherminstellingen aanpassen. (pag. 125)
Connectiviteit: hiermee kunt u de verbindingsopties
instellen. (pag. 126)
Algemeen: hiermee kunt u de instellingen voor het
camerasysteem aanpassen, zoals geheugenindeling
en standaardbestandsnaam. (pag. 127)
Instellingen
125
Instellingenmenu
Geluid
* Standaard
Item Beschrijving
Volume
Hiermee stelt u het volume van alle geluiden in.
(Uit, Laag, Middel*, Hoog)
Piepjes
Hiermee stelt u een geluid in dat wordt afgespeeld
als u op de knoppen drukt of schakelt tussen
modi. (Uit, Aan*)
Sl.toon
Hiermee stelt u in dat de camera een geluid
afspeelt als u op de ontspanknop drukt.
(Uit, Geluid 1*, Geluid 2, Geluid 3)
Begingeluid
Hiermee stelt u in dat de camera een geluid
afspeelt als u de camera inschakelt.
(Uit*, Vliegen, Lasershow, Wolken)
AF-geluid
Instellen dat een geluid wordt afgespeeld wanneer
u de ontspanknop half indrukt. (Uit, Aan*)
Display
* Standaard
Item Beschrijving
Beginafbeelding
Hier stelt u in of er een afbeelding wordt
weergegeven wanneer de camera wordt
ingeschakeld en zo ja, welke.
•
Uit*: er wordt geen afbeelding weergegeven.
•
Logo: een standaardafbeelding uit het interne
geheugen weergeven.
•
Gebr.afb: selecteer Gebr.afb. uit de foto's die u
hebt vastgelegd in het geheugen.
•
De camera slaat per keer slechts één
gebruikersfoto in het interne geheugen op.
•
Als u een nieuwe foto selecteert als
gebruikersfoto of als u de camera opnieuw
instelt, wordt de huidige afbeelding gewist.
Achtergronden
De achtergrond van het startscherm instellen
met de gewenste afbeelding.
(Galerie met achtergronden, Album)
Richtlijn
Hiermee selecteert u een raster om u te helpen bij
de compositie van een scène. (Uit*, 3 X 3, 2 X 2,
Kruis, Diagonaal)
Datum/tijd
weergeven
Instellen of de datum en tijd op het scherm van de
camera worden weergegeven. (Uit*, Aan)
Functiebeschrijving
Hiermee wordt een korte beschrijving van een
optie of menu weergegeven. (Uit, Aan*)
Instellingen
126
Instellingenmenu
* Standaard
Item Beschrijving
Helderh. scherm
Hiermee past u de helderheid van het scherm aan.
(Auto*, Donker, Normaal, Licht)
Normaal is de vaste waarde voor de
afspeelmodus, zelfs als Auto is geselecteerd.
Snel tonen
Hiermee stelt u in hoe lang een gemaakte foto
wordt weergegeven voordat u teruggaat naar de
Opnamemodus. (Uit, Aan*)
Spaarstand
Als u 30 seconden lang geen bewerkingen
uitvoert, schakelt de camera automatisch over op
de spaarstand. (Uit*, Aan)
•
Druk in de spaarstand op een andere knop
dan de [POWER] om de camera weer te
gebruiken.
•
Zelfs als u de spaarstand niet inschakelt,
wordt het scherm 30 seconden na de laatste
bewerking gedimd om stroom te besparen.
Connectiviteit
* Standaard
Item Beschrijving
Video
Het video-uitgangssignaal voor uw land of regio
instellen.
•
NTSC: Canada, Japan, Korea, Mexico, Taiwan,
Verenigde Staten, Enzovoort
•
PAL (ondersteunt alleen BDGHI): Australië,
België, China, Denemarken, Duitsland, Finland,
Frankrijk, Italië, Koeweit, Maleisië, Nederland,
Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oostenrijk,
Singapore, Spanje, Thailand, Verenigd
Koninkrijk, Zweden, Zwitserland, Enzovoort
USB
De modus selecteren die wordt gebruikt als u
de camera met een USB-kabel aansluit op een
computer of printer.
•
Computer*: sluit de camera op een computer
aan om bestanden over te brengen.
•
Printer: de camera aansluiten op een printer
om bestanden af te drukken.
•
Selecteer een modus: selecteer handmatig
de USB-modus wanneer u de camera aansluit
op een apparaat.
Pc-software
Hiermee stelt u in dat Intelli-Studio automatisch
wordt gestart wanneer u de camera aansluit op
uw computer. (Uit, Aan*)
Instellingen
127
Instellingenmenu
Algemeen
* Standaard
Item Beschrijving
Apparaatgegevens
(alleen ST200F/
ST201F/ST205F)
Het Mac-adres en serienummer van de camera
weergeven.
Language
Een taal voor de tekst op het scherm instellen.
Tijdzone
De tijdzone voor uw locatie instellen. Als u naar
een ander land gaat, selecteert u Bezoek en
selecteert u de juiste tijdzone. (Thuis*, Bezoek)
Datum/tijd
aanpassen
Hiermee stelt u de datum en tijd in.
Datumtype
Hiermee stelt u een datumnotatie in.
(JJJJ/MM/DD, MM/DD/JJJJ, DD/MM/JJJJ)
De standaarddatumnotatie kan afwijken,
afhankelijk van de geselecteerde taal.
Type tijd
De tijdnotatie instellen. (12 uur, 24 uur)
De standaardtijdnotatie kan afwijken, afhankelijk
van de geselecteerde taal.
* Standaard
Item Beschrijving
Bestandsnr.
De naamgeving van bestanden opgeven.
•
Op nul: instellen dat de bestandsnummering
weer bij 0001 begint wanneer er een
nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst, een
geheugenkaart wordt geformatteerd of alle
bestanden worden verwijderd.
•
Serie*: instellen dat de bestandsnummering
doorloopt wanneer er een nieuwe
geheugenkaart wordt geplaatst, een
geheugenkaart wordt geformatteerd of alle
bestanden worden verwijderd.
•
De standaardnaam van de eerste map is
100PHOTO en de standaardnaam van het
eerste bestand is SAM_0001.
•
Het bestandsnummer wordt steeds met één
verhoogd, van SAM_0001 tot SAM_9999.
•
Het mapnummer wordt steeds met één
verhoogd, van 100PHOTO tot 999PHOTO.
•
Het maximum aantal bestanden dat in een
map kan worden opgeslagen, is 9999.
•
De camera definieert bestandsnamen
volgens de DCF-norm (Design rule for
Camera File system). Als u bestandsnamen
wijzigt, kan de camera deze bestanden
mogelijk niet meer weergeven.
Instellingen
128
Instellingenmenu
* Standaard
Item Beschrijving
Afdruk
Instellen of de datum en tijd moeten worden
weergegeven op gemaakte foto's.
(Uit*, Datum, Datum/tijd)
•
De datum en tijd worden in de
rechterbenedenhoek van de foto
weergegeven.
•
Mogelijk drukken sommige printermodellen
de datum en tijd niet correct af.
•
De datum en tijd worden niet op de foto
weergegeven als:
- U Tekst selecteert in de modus Scène.
- U Live Panorama, Beeld in beeld, Intelligent
portret, Grappig gezicht of Foto in
beweging selecteert.
Automatisch uit
Hiermee stelt u in dat de camera automatisch
wordt uitgeschakeld als u gedurende een
bepaalde periode geen bewerkingen uitvoert.
(Uit, 1 min, 3 min*, 5 min, 10 min)
•
Uw instellingen worden niet gewijzigd
wanneer u de batterij vervangt.
•
De camera wordt niet automatisch
uitgeschakeld als de camera is aangesloten
op een computer, printer of WLAN of als u
een diashow of video's afspeelt.
AF-lamp
Instellen dat op donkere locaties automatisch
een lampje wordt ingeschakeld zodat u beter
kunt scherpstellen. (Uit, Aan*)
* Standaard
Item Beschrijving
Formatt.
Formatteer het interne geheugen en de
geheugenkaart. Wanneer u formatteert, worden
alle bestanden verwijderd, ook beveiligde
bestanden. (Ja, Nee)
Er kunnen fouten optreden als u een
geheugenkaart door een ander merk camera,
door een computer of in een geheugenkaartlezer
laat formatteren. Formatteer geheugenkaarten
in de camera voordat u ze gebruikt om beelden
op te slaan.
Reset
Reset menu's en opnameopties. De instellingen
voor datum en tijd, taal en video-uitvoer worden
niet gereset. (Ja, Nee)
Bijlagen
Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties en
onderhoud.
Foutmeldingen
……………………………………… 130
Cameraonderhoud
……………………………… 132
De camera reinigen
………………………………… 132
De camera gebruiken of opbergen
………………… 133
Geheugenkaarten
…………………………………… 134
De batterij
…………………………………………… 137
Voordat u contact opneemt met een
servicecenter
………………………………………… 141
Cameraspecificaties
………………………………… 144
Woordenlijst
…………………………………… 148
Verklaring in officiële talen
………………………… 154
Index
……………………………………………… 156
Bijlagen
130
Foutmeldingen
Als een van de volgende foutmeldingen verschijnt, kunt u de onderstaande oplossingen proberen.
Foutmelding Mogelijke oplossing
Apparaat
losgekoppeld.
De netwerkverbinding is verbroken tijdens het
overbrengen van foto's. Selecteer een ander
TV Link-apparaat.
Bestandsfout
Verwijder het beschadigde bestand of neem
contact op met een servicecenter.
Bestandssysteem
wordt niet
ondersteund.
De FAT-bestandsstructuur van de geplaatste
geheugenkaart wordt niet ondersteund door
de camera. Formatteer de geheugenkaar in de
camera.
Initialisatie mislukt.
•
Schakel de apparaten met TV Link op het
netwerk in.
•
De camera kan geen apparaat met de functie
TV Link vinden.
Ongeldig
wachtwoord.
Het wachtwoord voor het overdragen van
bestanden naar een andere camera is onjuist.
Voer het juiste wachtwoord in.
Batterij bijna leeg
Plaats een opgeladen batterij of laad de batterij
op.
Geheugen vol
Verwijder onnodige bestanden of plaats een
nieuwe geheugenkaart.
Foutmelding Mogelijke oplossing
Kaartfout
•
Schakel de camera uit en weer in.
•
Verwijder de geheugenkaart en plaats deze
weer terug.
•
Formatteer de geheugenkaart.
Kaart wordt niet
ondersteund.
De geplaatste geheugenkaart wordt
niet ondersteund door de camera.
Plaats een microSD-, microSDHC-, of
microSDXCgeheugenkaart.
Verbinding is niet
gelukt.
•
De camera kan geen verbinding met het
netwerk maken via het geselecteerde
toegangspunt. Selecteer een ander
toegangspunt en probeer het opnieuw.
•
De camera kan geen verbinding maken
met de andere camera. Probeer opnieuw
verbinding te maken.
DCF Full Error
Bestandsnamen komen niet met de DCF-
norm overeen. Breng de bestanden op de
geheugenkaart over naar een computer en
formatteer de kaart. Open vervolgens het menu
Instellingen en selecteer Bestandsnr.
Op nul. (pag. 127)
Bijlagen
131
Foutmeldingen
Foutmelding Mogelijke oplossing
Geen foto
Maak foto's of plaats een geheugenkaart met
foto's in de camera.
Foto-overdracht
mislukt.
De netwerkverbinding is verbroken tijdens het
overbrengen van foto's. Schakel de functie
TV Link weer in.
Foto-ontvangst
mislukt.
De camera kan een foto niet ontvangen van de
verzendende camera. Vraag de ander om het
bestand opnieuw te verzenden.
Overdracht mislukt.
•
De camera kan geen foto verzenden naar
de andere camera. Probeer opnieuw te
verzenden.
•
De camera kan geen e-mail verzenden
of foto's overdragen naar een apparaat
met de functie TV Link. Controleer de
netwerkverbinding en probeer het opnieuw.
Bijlagen
132
Cameraonderhoud
Camerabody
Veeg de behuizing voorzichtig schoon met een zachte, droge
doek.
•
Gebruik nooit benzeen, thinner of alcohol om het apparaat te
reinigen. Deze oplosmiddelen kunnen de camera beschadigen of
defecten veroorzaken.
•
Druk niet op de lenskap en gebruik geen blaaskwastje op de
lenskap.
De camera reinigen
Cameralens en -scherm
Verwijder stof met behulp van een blaaskwastje en veeg
de lens met een zachte doek voorzichtig af. Voor eventueel
achtergebleven stof brengt u lensreinigingsvloeistof op een stuk
lensreinigingspapier aan en veegt u de lens voorzichtig schoon.
Bijlagen
133
Cameraonderhoud
Gebruik op het strand of aan de waterkant
• Bescherm de camera tegen zand en vuil wanneer u deze op
het strand of in een andere, soortgelijke omgeving gebruikt.
• Uw camera is niet waterbestendig. Gebruik de batterij, adapter
of geheugenkaart niet met natte handen. Als u de camera
gebruikt met natte handen, kan de camera beschadigd raken.
Camera voor langere tijd opbergen
• Als u de camera langere tijd opbergt, moet u de camera samen
met absorberend materiaal, zoals silicagel, in een afgesloten
houder plaatsen.
• Haal de batterijen uit de camera wanneer u de camera langere
tijd opbergt. Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van
tijd gaan lekken of roesten en ernstige schade aan uw camera
veroorzaken.
• Batterijen die niet worden gebruikt, ontladen zich na verloop van
tijd en moeten vóór gebruik opnieuw worden opgeladen.
• De huidige datum en tijd kunnen worden geïnitialiseerd wanneer
de camera wordt ingeschakeld nadat de camera en batterij
gedurende langer dan 40 uur gescheiden zijn geweest.
Wees voorzichtig bij gebruik in vochtige omgevingen
Als u de camera overbrengt van een koude naar een warme
omgeving, kan er condensvorming optreden op de lens of
de interne onderdelen van de camera. In dit geval moet u
de camera uitschakelen en ten minste 1 uur wachten. Als er
condensvorming optreedt op de geheugenkaart, moet u de kaart
uit de camera halen en wachten tot al het vocht is verdampt
voordat u de kaart terugplaatst.
De camera gebruiken of opbergen
Ongeschikte plaatsen voor het gebruiken of opbergen
van de camera
• Stel de camera niet bloot aan zeer hoge of lage temperaturen.
• Gebruik de camera niet in zeer vochtige omgevingen of
omgevingen waar de luchtvochtigheid snel verandert.
• Stel de camera niet bloot aan direct zonlicht en bewaar de
camera niet op warme locaties met slechte ventilatie, zoals in
een auto die in de zon staat.
• Bescherm de camera en het scherm tegen stoten, ruw gebruik
en sterke trillingen om ernstige schade te voorkomen.
• Gebruik of bewaar de camera niet op stoffige, vuile, vochtige of
slecht-geventileerde plaatsen, om schade aan bewegende en
interne onderdelen te voorkomen.
• Gebruik de camera niet in de buurt van brandstoffen, brandbare
stoffen of ontvlambare chemicaliën. Bewaar geen ontvlambare
vloeistoffen, gassen en explosief materiaal in dezelfde ruimte als
de camera of de accessoires van de camera.
• Berg de camera niet op met mottenballen.
Bijlagen
134
Cameraonderhoud
•
Bij lage temperaturen kan het langer duren voordat de camera is ingeschakeld,
kunnen kleuren tijdelijk veranderen of kunnen nabeelden worden weergegeven.
Deze omstandigheden duiden niet op defecten en worden verholpen als u de
camera weer bij normale temperaturen gebruikt.
•
Verf of metaal aan de buitenzijde van de camera kan allergieën, jeuk, eczeem of
bultjes veroorzaken bij mensen met een gevoelige huid. Als u last hebt van een
van deze symptomen, stop dan onmiddellijk met het gebruik van de camera en
raadpleeg een arts.
•
Steek geen vreemde voorwerpen in de compartimenten, sleuven en openingen
van de camera. Schade als gevolg van onjuist gebruik wordt mogelijk niet door
de garantie gedekt.
•
Laat geen ongekwalificeerd personeel reparatie- of onderhoudswerkzaamheden aan
de camera uitvoeren en probeer dit ook niet zelf te doen. Alle schade die voortvloeit
uit ongekwalificeerd onderhoud of reparatie, wordt niet gedekt door de garantie.
Geheugenkaarten
Ondersteunde geheugenkaarten
Uw camera ondersteunt microSD-geheugenkaarten (Secure
Digital), microSDHC-geheugenkaarten (Secure Digital High
Capacity) en microSDXC-geheugenkaarten (Secure Digital
eXtended Capacity).
Als u gegevens wilt lezen met een
computer of een geheugenkaartlezer,
moet u de geheugenkaart plaatsen in een
geheugenkaartadapter.
Overige aandachtspunten
•
Zwaai de camera niet aan de polslus heen en weer. Hierdoor kunt u uzelf of
anderen verwonden of schade aan uw camera veroorzaken.
•
Verf de camera niet, omdat verf tussen de bewegende onderdelen kan gaan zitten
en de werking van het apparaat kan beïnvloeden.
•
Schakel de camera uit als u deze niet gebruikt.
•
De camera bevat kwetsbare onderdelen. Zorg daarom dat u de camera niet
blootstelt aan schokken.
•
Bewaar de camera in de houder om het scherm te beschermen tegen externe
druk. Houd de camera uit de buurt van zand, scherp gereedschap of kleingeld
om te voorkomen dat er krassen op de camera komen.
•
Gebruik de camera niet als het scherm gebarsten of beschadigd is. Gebarsten
glas of acryl kan letsel aan uw handen en gezicht veroorzaken. Breng de camera
naar een servicecenter van Samsung om de camera te laten repareren.
•
Leg camera's, batterijen, opladers of accessoires nooit in de buurt van, op of in
verwarmingsapparaten, zoals magnetrons, kachels of radiatoren. Deze apparaten
kunnen worden vervormd en oververhit raken en brand of een ontploffing
veroorzaken.
•
Stel de lens niet bloot aan direct zonlicht. Hierdoor kan de beeldsensor verkleuren
of defect raken.
•
Bescherm de lens tegen vingerafdrukken en krassen. Reinig de lens met een
zachte, schone doek.
•
Als de camera een schok opvangt, wordt de camera mogelijk uitgeschakeld. Dit
gebeurt om de geheugenkaart te beschermen. Schakel de camera weer in om de
camera te gebruiken.
•
De camera kan warm worden tijdens het gebruik. Dit is normaal en is niet van
invloed op de levensduur of prestaties van uw camera.
Bijlagen
135
Cameraonderhoud
Capaciteit van de geheugenkaart
De geheugencapaciteit verschilt, afhankelijk van de
opnamemodus en de opnameomstandigheden. De volgende
capaciteiten zijn gebaseerd op een microSD-kaart van 1 GB:
Foto
Formaat Superhoog Hoog Normaal
105 206 303
117 230 337
140 275 406
166 323 469
319 607 858
522 954 1336
742 1336 1878
1582 2505 3006
Video
Formaat 30fps 15fps
1280 X 720
Ongeveer
14 min. 55 sec.
Ongeveer
28 min. 54 sec.
640 X 480
Ongeveer
34 min. 55 sec.
Ongeveer
65 min. 40 sec.
320 X 240
Ongeveer
134 min. 34 sec.
Ongeveer
231 min. 14 sec.
Om te delen
(alleen ST200F/
ST201F/ST205F)
Ongeveer
134 min. 34 sec.
Ongeveer
231 min. 14 sec.
* De bovenstaande cijfers zijn gemeten zonder gebruik van de zoomfunctie.
Bij gebruik van de zoomfunctie kan de beschikbare opnametijd afwijken
van de vermelde waarden. Om de totale opnameduur te bepalen, zijn er
verschillende video's achter elkaar opgenomen.
Bijlagen
136
Cameraonderhoud
• Voorkom dat geheugenkaarten in contact komen met vloeistoffen,
vuil of vreemde stoffen. Veeg zo nodig de geheugenkaart met
een zachte doek schoon voordat u de geheugenkaart in de
camera plaatst.
• Voorkom dat geheugenkaarten en de geheugenkaartsleuf
in contact komen met vloeistoffen, vuil of vreemde stoffen.
Dergelijke stoffen kunnen ervoor zorgen dat geheugenkaarten of
de camera niet goed meer werken.
• Wanneer u een geheugenkaart bij u draagt, moet u een hoesje
gebruiken om de kaart tegen elektrostatische ontlading te
beschermen.
• Breng belangrijke gegevens over naar andere media, zoals een
vaste schijf, CD of DVD.
• Als u de camera langere tijd gebruikt, kan de geheugenkaart
warm worden. Dit is normaal en wijst niet op een defect.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten
• Vermijd blootstelling van geheugenkaarten aan zeer lage of
hoge temperaturen (onder 0 °C/32 °F en boven
40 °C/104 °F). Extreme temperaturen kunnen ervoor zorgen
dat geheugenkaarten niet goed werken.
• Plaats een geheugenkaart in de juiste richting. Als u een
geheugenkaart in de verkeerde richting plaatst, kunnen camera
en geheugenkaart worden beschadigd.
• Gebruik geen geheugenkaarten die in een andere camera of
door een computer zijn geformatteerd. Formatteer een dergelijke
geheugenkaart opnieuw in uw eigen camera.
• Schakel de camera uit wanneer u een geheugenkaart plaatst of
verwijdert.
• Verwijder de geheugenkaart niet en schakel uw camera niet
uit wanneer het lampje knippert, omdat de gegevens hierdoor
kunnen worden beschadigd.
• Wanneer de levensduur van een geheugenkaart is verlopen, kunt
u geen foto's meer opslaan op de kaart. Gebruik een nieuwe
geheugenkaart.
• Zorg dat geheugenkaarten niet buigen, vallen of aan zware
klappen of druk worden blootgesteld.
• Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt of opbergt in de buurt
van krachtige magnetische velden.
• Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt op locaties met hoge
temperaturen of luchtvochtigheid of in de buurt van bijtende
stoffen.
Bijlagen
137
Cameraonderhoud
Levensduur van de batterij
Gemiddelde opnameduur/
Aantal foto's
Testomstandigheden(bij een volledig
opgeladen batterij)
Foto's
Ongeveer 125 min/
Ongeveer 250 foto's
De levensduur is gemeten onder de
volgende omstandigheden: in de modus
Programma, in het donker, resolutie van
, kwaliteit Hoog, OIS ingeschakeld.
1. Stel de flitser in op Invulflits, maak
één foto en zoom in of uit.
2. Stel de flitser in op Uit, maak één foto
en zoom in of uit.
3. Voer stap 1 en 2 uit. Wacht
30 seconden tussen de stappen.
Herhaal het proces na 5 minuten en
schakel de camera 1 minuut uit.
4. Herhaal stap 1 tot 3.
Video's
Ongeveer 90 min
Neem video's op met de resolutie
en 30 FPS.
•
De bovenstaande cijfers zijn volgens de normen van Samsung gemeten en
kunnen afwijken van resultaten bij daadwerkelijk gebruik.
•
Er zijn verschillende video's achter elkaar opgenomen om de totale opnameduur
te bepalen.
•
Wanneer u netwerkfuncties gebruikt, raakt de batterij sneller leeg.
De batterij
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen.
Batterijspecificaties
Specificatie Beschrijving
Model
BP85A
Type
Lithium-ionbatterij
Capaciteit
850 mAh
Voltage
3.7 V
Oplaadduur* (wanneer de camera is
uitgeschakeld)
Ongeveer 200 min.
* Duurt mogelijk langer als u de batterij aansluit op een computer om de
batterij op te laden.
Bijlagen
138
Cameraonderhoud
Aandachtspunten voor het gebruik van de batterij
Bescherm batterijen, opladers en geheugenkaarten tegen
schade
Voorkom dat batterijen in aanraking komen met metalen
voorwerpen. Dit kan een verbinding vormen tussen de plus- en
minpolen van uw batterijen en tijdelijke of permanente schade aan
de batterijen en brand of een schok veroorzaken.
De batterij opladen
• Controleer als het indicatielampje uit is of de batterij op de juiste
wijze is geplaatst.
• Als camera tijdens het opladen is ingeschakeld, wordt de
batterij mogelijk niet volledig opgeladen. Schakel de camera uit
voordat u de batterij oplaadt.
• Gebruik de camera niet als de batterij wordt opgeladen. Dit kan
brand of een schok veroorzaken.
• Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te
halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt.
• Wacht ten minste 10 minuten voordat u de camera inschakelt
nadat de batterij is opgeladen.
• Als u de camera aansluit op een externe voedingsbron terwijl
de batterij helemaal leeg is, wordt de camera uitgeschakeld
wanneer u bepaalde functies gebruikt die veel stroom
verbruiken. Laad de batterij op om de camera op normale wijze
te gebruiken.
Melding Batterij bijna leeg
Als de batterij volledig is ontladen, wordt het batterijpictogram
rood en verschijnt de melding 'Batterij bijna leeg'.
De batterij gebruiken
• Vermijd blootstelling van batterijen aan zeer lage of hoge
temperaturen (onder 0 °C/32 °F en boven 40 °C/104 °F).
Extreme temperaturen kunnen de laadcapaciteit van de
batterijen beperken.
• Als u de camera langere tijd gebruikt, kan het gebied rond de
batterijklep warm worden. Dit heeft geen invloed op de normale
werking van de camera.
• Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te
halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt.
• Bij temperaturen onder 0 °C/32 °F kunnen de capaciteit en
gebruiksduur van de batterij afnemen.
• Bij lage temperaturen kan de batterijcapaciteit afnemen, maar
de gewone capaciteit wordt hersteld bij gebruik bij hogere
temperaturen.
Bijlagen
139
Cameraonderhoud
• Als u de voedingskabel opnieuw aansluit nadat de batterij
volledig is opgeladen, brandt het statuslampje ongeveer
30 minuten.
• Met het gebruik van de flitser en het opnemen van video's
raakt de batterij snel leeg. Laad de batterij op totdat het rode
indicatielampje uitgaat.
• Als het indicatielampje knippert of niet brandt, sluit u de kabel
opnieuw aan of verwijdert u de batterij en plaatst u deze
opnieuw in de camera.
• Als u de batterij oplaadt wanneer de kabel oververhit is of de
temperatuur te hoog is, kan het indicatielampje rood knipperen.
Nadat de batterij is afgekoeld, wordt het opladen gestart.
• Als u batterijen overlaadt, kan de gebruiksduur van de batterij
korter worden. Wanneer het opladen is voltooid, haalt u de
kabel uit de camera.
•
Buig het netsnoer niet en plaats geen zware voorwerpen op het
netsnoer. Als u dit wel doet, kan het netsnoer worden beschadigd.
De batterij opladen terwijl er een computer is aangesloten
• Gebruik alleen de meegeleverde USB-kabel.
• In de volgende gevallen wordt de batterij mogelijk niet
opgeladen:
-
Wanneer u een USB-hub gebruikt.
-
Wanneer er andere USB-apparaten op de computer zijn
aangesloten.
-
Wanneer u de kabel op de poort aan de voorzijde van de
computer aansluit.
-
Wanneer de USB-poort van de computer de stroomuitvoernorm
niet ondersteunt (5 V, 500 mA).
Behandel batterijen en opladers voorzichtig en voer deze
af volgens de voorschriften
• Gooi batterijen nooit in open vuur. Houd u aan alle lokale
regelgevingen bij het weggooien van gebruikte batterijen.
• Leg batterijen of camera's nooit in of op verwarmingsapparaten,
zoals een magnetron, kachel of radiator. Batterijen kunnen
exploderen als ze te heet worden.
Bijlagen
140
Cameraonderhoud
Onzorgvuldig of verkeerd gebruik van de batterij kan
lichamelijk letsel of de dood tot gevolg hebben. Volg
voor uw eigen veiligheid de onderstaande instructies
voor het juiste gebruik van de batterij:
•
De batterij kan vlam vatten of exploderen als deze niet
op de juiste wijze wordt gebruikt. Als u vervormingen,
scheuren of andere afwijkingen in de batterij opmerkt,
stopt u onmiddellijk het gebruik hiervan en neemt u
contact op met een servicecenter.
•
Gebruik alleen authentieke, door de fabrikant aanbevolen
batterijopladers en -adapters en laad de batterij alleen op
volgens de procedures die in deze gebruiksaanwijzing
zijn vermeld.
•
Plaats de batterij niet te dicht bij warmtebronnen en stel
de batterij niet bloot aan extreem warme omgevingen,
zoals een gesloten auto in de zon.
•
Plaats de batterij niet in een magnetron.
•
Bewaar of gebruik de batterij niet in een hete, vochtige
omgeving, zoals een badkamer of douche.
•
Plaats de batterij niet langere tijd op ontvlambare
oppervlakken, zoals matrassen, tapijten of elektrische
dekens.
•
Als het apparaat is ingeschakeld, moet u het niet langere
tijd in een afgesloten ruimte achterlaten.
•
Zorg ervoor dat de polen van de batterij niet in contact
komen met metalen voorwerpen, zoals halskettingen,
munten, sleutels en horloges.
•
Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant
aanbevolen lithium-ionbatterijen ter vervanging.
•
Haal de batterij niet uit elkaar of maak er geen gaten in
met een scherp voorwerp.
•
Stel de batterij niet bloot aan hoge druk of extreme
krachten.
•
Stel de batterij niet bloot aan hevige klappen,
bijvoorbeeld door deze van grote hoogte te laten vallen.
•
Stel de batterij niet bloot aan temperaturen boven de
60 °C (140 °F).
•
Stel de batterij niet bloot aan vocht of vloeistoffen.
•
De batterij mag niet worden blootgesteld aan overmatige
warmte zoals zonneschijn, vuur of dergelijke zaken.
Richtlijnen voor afvoer
•
Wees zorgvuldig als u de batterij weggooit.
•
Gooi de batterij nooit in een open vuur.
•
Regelgeving kan per land of regio verschillen. Zorg dat
u zich houdt aan alle lokale en nationale regelgevingen
wanneer u de batterij weggooit.
Richtlijnen voor het opladen van de batterij
Laad de batterij alleen op volgens de procedure in
deze gebruiksaanwijzing. De batterij kan ontbranden
of exploderen als deze niet op de juiste wijze wordt
opgeladen.
Bijlagen
141
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Wanneer u problemen met de camera ondervindt, kunt u eerst de volgende procedures uitvoeren voordat u contact opneemt met een
servicecenter. Als u het probleem hiermee niet kunt oplossen, kunt u contact opnemen met uw plaatselijke dealer of servicecenter.
Wanneer u uw camera naar een servicecenter brengt, neem dan ook de onderdelen mee die de oorzaak kunnen zijn van de fout, zoals de geheugenkaart of de batterij.
Situatie Mogelijke oplossing
Er kunnen geen foto's
worden gemaakt.
•
Er is geen ruimte op de geheugenkaart.
Verwijder onnodige bestanden of plaats
een nieuwe kaart.
•
Formatteer de geheugenkaart.
•
De geheugenkaart is defect. Koop een
nieuwe geheugenkaart.
•
Controleer of de camera is ingeschakeld.
•
Laad de batterij op.
•
Controleer of de batterij op de juiste wijze
is geplaatst.
De camera loopt vast.
Verwijder de batterij en plaats deze weer
terug.
De camera wordt
warm.
De camera kan warm worden tijdens het
gebruik. Dit is normaal en is niet van invloed
op de levensduur of prestaties van uw
camera.
De flitser werkt niet.
•
Mogelijk is de flitseroptie ingesteld op Uit.
(pag. 59)
•
In sommige modi kunt u de flitser niet
gebruiken.
Situatie Mogelijke oplossing
De camera kan niet
worden ingeschakeld.
•
Controleer of de batterij in de camera is
geplaatst.
•
Controleer of de batterij correct in de
camera is geplaatst. (pag. 17)
•
Laad de batterij op.
De camera
wordt plotseling
uitgeschakeld.
•
Laad de batterij op.
•
Uw camera kan in de Spaarstand
staan of in de modus Automatisch uit.
(pag. 126, 128)
•
De camera wordt mogelijk uitgeschakeld
om te voorkomen dat de geheugenkaart
door een harde schok beschadigd raakt.
Schakel de camera weer in.
De batterij raakt snel
leeg.
•
De batterij raakt bij lage temperaturen
(onder 0 °C/32 °F) sneller leeg. Houd
de batterij warm door deze in uw zak te
steken.
•
Als u de flitser gebruikt of video's
opneemt, raakt de batterij snel leeg. Laad
de batterij indien nodig weer op.
•
Batterijen zijn verbruiksartikelen die na
verloop van tijd moeten worden vervangen.
Koop een nieuwe batterij als de gebruiksduur
van de batterij aanzienlijk afneemt.
Bijlagen
142
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Situatie Mogelijke oplossing
Er wordt onverwachts
geflitst.
De flitser wordt mogelijk geactiveerd
vanwege statische elektriciteit. Dit duidt niet
op een defect van de camera.
De datum en tijd zijn
onjuist.
Stel de datum en tijd in bij de
scherminstellingen. (pag. 127)
Het scherm of de
knoppen werken niet.
Verwijder de batterij en plaats deze weer
terug.
Het camerascherm
reageert niet goed.
Als u de camera bij zeer lage temperaturen
gebruikt, kan het camerascherm verkleuren
of slecht functioneren. Voor betere
prestaties van het scherm moet de camera
bij normale temperaturen worden gebruikt.
Er is een fout met
de geheugenkaart
opgetreden.
•
Schakel de camera uit en weer in.
•
Verwijder de geheugenkaart en plaats
deze weer terug.
•
Formatteer de geheugenkaart.
Zie 'Aandachtspunten bij gebruik van
geheugenkaarten' voor meer informatie.
(pag. 136)
Er kunnen geen
bestanden worden
afgespeeld.
Als u de naam van een bestand wijzigt,
kan de camera het bestand mogelijk niet
afspelen (de bestandsnaam moet voldoen
aan de DCF-norm). In dergelijke gevallen
kunt u de bestanden op een computer
afspelen.
Situatie Mogelijke oplossing
De foto is onscherp.
•
Controleer of de ingestelde
scherpsteloptie voor close-upfoto's
geschikt is. (pag. 62)
•
Controleer of de lens schoon is. Reinig
de lens indien nodig. (pag. 132)
•
Zorg ervoor dat het onderwerp zich
binnen het bereik van de flitser bevindt.
(pag. 144)
De kleuren in de foto
zijn anders dan de
daadwerkelijke kleuren.
Een onjuiste witbalans kan voor
onrealistische kleuren zorgen. Selecteer
de juiste witbalansoptie voor de lichtbron.
(pag. 71)
De foto is te licht.
De foto is overbelicht.
•
Schakel de flitser uit. (pag. 59)
•
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 61)
•
Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 69)
De foto is te donker.
De foto is onderbelicht.
•
Schakel de flitser in. (pag. 59)
•
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 61)
•
Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 69)
Bijlagen
143
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Situatie Mogelijke oplossing
De foto's worden
niet op de televisie
weergegeven.
•
Controleer of de camera correct op de
televisie is aangesloten met de A/V-kabel.
•
Controleer of de geheugenkaart foto's
bevat.
De computer herkent
de camera niet.
•
Controleer of de USB-kabel op de juiste
wijze is geplaatst.
•
Controleer of de camera is ingeschakeld.
•
Controleer of het besturingssysteem
wordt ondersteund.
De computer verbreekt
de verbinding met
de camera tijdens
het overbrengen van
bestanden.
De bestandsoverdracht kan door statische
elektriciteit worden gestoord. Koppel de
USB-kabel los en sluit deze weer aan.
De computer kan geen
video's afspelen.
Video's kunnen mogelijk niet worden
afgespeeld met bepaalde videospelers.
Installeer en gebruik het programma Intelli-
Studio op uw computer voor het afspelen
van videobestanden die u met uw camera
hebt opgenomen. (pag. 96)
Situatie Mogelijke oplossing
Intelli-Studio werkt niet
naar behoren.
•
Sluit Intelli-Studio af en start het
programma opnieuw.
•
U kunt Intelli-Studio niet gebruiken op
Macintosh-computers.
•
Controleer of Pc-software is ingesteld op
Aan in het instellingenmenu. (pag. 126)
•
Afhankelijk van de specificaties en
omgeving van de computer wordt het
programma mogelijk niet automatisch
gestart. Klik in dit geval op de computer
op start Alle programma's
SAMSUNG Intelli-Studio
Intelli-Studio.
Uw televisie of computer
kan geen foto's of
video's weergeven die
zijn opgeslagen op een
microSDXCgeheugenkaart.
microSDXC-geheugenkaarten gebruiken
het exFAT-bestandssysteem. Zorg ervoor
dat het externe apparaat compatibel is met
het exFAT-bestandssysteem voordat u de
camera aansluit op het apparaat.
Uw computer herkent een
microSDXCgeheugenkaart
niet.
microSDXC-geheugenkaarten gebruiken
het exFAT-bestandssysteem. Als u
microSDXC-geheugenkaarten wilt
gebruiken op een Windows XP-computer,
kunt u het stuurprogramma voor het
exFATbestandssysteem downloaden en
bijwerken via de website van Microsoft.
Bijlagen
144
Cameraspecificaties
Sluitertijd
•
Auto: 1/8-1/2000 sec.
•
Programma: 1-1/2000 sec.
•
Nacht: 16-1/2000 sec.
Belichting
Regeling Programma AE
Lichtmeting Multi, Spot, Centr. gewogen, Gezichtsdetectie
Compensatie ±2EV (1/3 EV Stap)
ISO-equivalent
Auto, ISO 80, ISO 100, ISO 200, ISO 400, ISO 800,
ISO 1600, ISO 3200
Flitser
Modus
Smart Auto, Auto, Rode ogen, Invulflits, Langz sync,
Uit, Anti-rode ogen
Bereik
•
Groothoek: 0,3–3,7 m (ISO Auto)
•
Tele: 0,5–2,0 m (ISO Auto)
Oplaadtijd Ongeveer 4,5 sec.
Trillingsreductie
Optische beeldstabilisatie (OIS)
Beeldsensor
Type 1/2,3" (ongeveer 7,76 mm) CCD
Effectieve pixels Ongeveer 16,1 megapixel
Totaal aantal pixels Ongeveer 16,4 megapixel
Lens
Brandpuntsafstand
Samsung 10X Zoom Lens f = 4,85–48,5 mm
(equivalent van 35-mm film: 27–270 mm)
Diafragmabereik F3,1 (W)–F5,6 (T)
Digitale zoom
Fotomodus: 1,0–5,0X
(optische zoom X digitale zoom: 50,0X,
optische zoom X Intelli zoom: 20,0X)
Scherm
Type TFT LCD
Functionaliteit 3.0" (7.62 cm) 460K
Scherpstelling
Type
TTL-autofocus (Centrum AF, Multi AF, Tracking AF,
Gezichtsdetectie AF, Slimme gezichtsherkenning AF)
Bereik
Groothoek (G) Tele (T)
Normaal (AF) 80 cm - oneindig 200 cm - oneindig
Macro 5–80 cm 150–200 cm
Auto macro 5 cm - oneindig 150 cm - oneindig
Bijlagen
145
Cameraspecificaties
Effect
Opnamemodus
voor foto's
•
Fotofilter (Smart filter): Miniatuur, Vignetten, Aquarel,
Olieverf, Cartoon, Kruisfilter, Schets, Softfocus,
Visoog, Oude film, Halftoonstip, Klassiek, Retro,
Zoomopname
•
Beeld aanpassen: Scherpte, Contrast, Kleurverz.
Opnamemodus
voor video's
Filmfilter (Smart filter): Miniatuur, Vignetten,
Halftoonstip, Schets, Visoog, Klassiek, Retro,
Paleteffect 1, Paleteffect 2, Paleteffect 3,
Paleteffect 4
Witbalans
Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt, TL-licht H, TL-licht L, Kunstlicht,
Aangep. instelling
Datering
Uit, Datum, Datum/tijd
Opnemen
Foto's
•
Modi: Smart Auto (Portret, Nachtportret, Portretfoto
met tegenlicht, Nacht, Tegenl., Landschap, Wit,
Natuurlijk groen, Blauwe lucht, Zonsondergang,
Macro, Macro tekst, Macro kleur, Statief, Actie,
Vuurwerk), Programma, Scène (Landschap, Zon
onder, Dageraad, Tegenl., Strand/sneeuw, Tekst),
Live Panorama, Beeld in beeld, Beautyshot,
Intelligent portret, Nachtopname, Close-up
opname, Magisch kader, Grappig gezicht,
Fotofilter, Gesplitste opname, Artistiek penseel,
Foto in beweging
•
Serie: 1 opname, Continu, Bewegingsopname,
AEB
•
Timer: Uit, 10 sec, 2 sec, Dubbel (10 sec, 2 sec)
Video's
•
Modi: Slimme film (Landschap, Blauwe lucht,
Natuurlijk groen, Zonsondergang), Film, Beeld in
beeld, Filmfilter
•
Bestandsindeling: MP4 (H.264)
(Max. opnameduur: 20 min)
•
Formaat: 1280 X 720, 640 X 480, 320 X 240,
Om te delen (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
•
Framesnelheid: 30fps, 15fps
•
Sound Alive: Sound Alive Aan, Sound Alive Uit,
Dempen
•
OIS: Aan, Uit
•
Video bewerken (intern): Opnemen onderbreken
Bijlagen
146
Cameraspecificaties
Afspelen
Foto's
•
Type: Eén foto, Miniaturen, Diashow met muziek en
effecten, Video, Smart Album*
* Smart Album-categorie: Alles, Datum,
Gezichtenlijst, Best.type
•
Bewerken: Res.wijz, Draaien, Beeld aanpassen,
Smart filter, Bijsnijden
•
Effect: Beeld aanpassen (Helderheid, Contrast,
Kleurverz., ACB, Gezichtretouch., Anti-rode ogen),
Smart filter (Normaal, Miniatuur, Vignetten, Aquarel,
Olieverf, Cartoon, Kruisfilter, Schets, Softfocus,
Visoog, Oude film, Halftoonstip, Klassiek, Retro,
Zoomopname)
Video's Bewerken: foto's maken, tijd bijsnijden
Opslag
Media
•
Intern geheugen: Ongeveer 16 MB
•
Extern geheugen (optioneel):
microSD-kaart (1-2 GB gegarandeerd),
microSDHC-kaart (tot 32 GB gegarandeerd),
microSDXC-kaart (tot 64 GB gegarandeerd)
De interne geheugencapaciteit kan van deze
specificaties afwijken.
Bestandsindeling
•
Foto: JPEG (DCF), EXIF 2.21, DPOF 1.1,
PictBridge 1.0, GIF
•
Videoclip: MP4 (Video: MPEG-4.AVC/H.264,
Audio: AAC)
Beeldformaat
Voor microSD van 1 GB: Aantal foto's
Superhoog
Hoog Normaal
4608 X 3456 105 206 303
4608 X 3072 117 230 337
4608 X 2592 140 275 406
3648 X 2736 166 323 469
2592 X 1944 319 607 858
1984 X 1488 522 954 1336
1920 X 1080 742 1336 1878
1024 X 768 1582 2505 3006
Deze waarden zijn gemeten onder de
standaardcondities van Samsung en kunnen variëren,
afhankelijk van opnameomstandigheden en camera-
instellingen.
Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F)
Delen op sociale netwerken, E-mail, MobileLink, Remote Viewfinder, Cloud,
Automatische back-up, TV Link, Verificatiebrowser, Wi-Fi Direct
Bijlagen
147
Cameraspecificaties
Bedrijfstemperatuur
0–40° C
Bedrijfsluchtvochtigheid
5-85 %
Software
Intelli-Studio
Specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd voor betere
prestaties.
Interface
Digitale uitvoer USB 2.0
Audio-invoer/-
uitvoer
Interne luidspreker (mono), microfoon (mono)
Video-uitvoer A/V: NTSC, PAL (instelbaar)
Gelijkstroom
aansluiting
5 V
Voedingsbron
Oplaadbare
batterij
Lithium-ionbatterij (BP85A, 850 mAh)
Connectortype Micro USB (5-pins)
Afhankelijk van uw regio kan de voedingsbron verschillen.
Afmetingen (B x H x D)
99,6 X 58,3 X 18,9 mm (zonder uitstekende delen)
Gewicht
142,3 g (zonder batterij en geheugenkaart)
Bijlagen
148
Woordenlijst
Compositie
Met compositie wordt de plaatsing van de verschillende
elementen in het beeld bedoeld. Meestal levert een compositie
volgens de regel van derden een plezierig resultaat.
DCF (Design rule for Camera File system)
Een specificatie voor het definiëren van een bestandsindeling
en bestandssysteem voor digitale camera's die is ontwikkeld
door de Japan Electronics and Information Technology Industries
Association (JEITA).
Scherptediepte
De afstand tussen het dichtstbijzijnde en verste punt waarop kan
worden scherpgesteld in een foto. De scherptediepte verschilt
per diafragma, brandpuntsafstand en afstand tussen de camera
en het onderwerp. Als u bijvoorbeeld een kleiner diafragma
selecteert, wordt de scherptediepte vergroot en wordt de
achtergrond van een compositie vaag.
Digitale zoom
Een functie die op kunstmatige wijze de beschikbare hoeveelheid
zoom met de zoomlens vergroot (optisch zoomen). Als u de
digitale zoomfunctie gebruikt, wordt de beeldkwaliteit minder
wanneer de vergroting wordt verhoogd.
Automatische contrastverbetering (ACB)
Deze functie verbetert automatisch het contrast van uw beelden
wanneer het onderwerp tegenlicht heeft of als er veel contrast is
tussen uw onderwerp en de achtergrond.
Opnamereeks met verschillende belichtingen (AEB)
Deze functie maakt automatisch meerdere beelden met
verschillenden belichtingen om u te helpen een goedbelicht beeld
te maken.
Autofocus (AF)
Een systeem dat automatisch de cameralens scherpstelt op het
onderwerp. Uw camera gebruikt het contrast om automatisch
scherp te stellen.
Diafragma
Het diafragma bepaalt de hoeveelheid licht die de sensor van de
camera bereikt.
Bewegingsonscherpte (vaag)
Als de camera wordt bewogen wanneer de sluiter is geopend,
kan het volledige beeld vaag lijken. Dit komt vaker voor wanneer
de sluitertijd laag is. Voorkom bewegingsonscherpte door de
gevoeligheid te verhogen, de flitser te gebruiken of een hogere
sluitertijd. U kunt ook een statief of de DIS- of OIS-functie
gebruiken om de camera te stabiliseren.
Bijlagen
149
Woordenlijst
Belichting
De hoeveelheid licht die de sensor van de camera mag bereiken.
Belichting wordt bepaald door een combinatie van sluitertijd,
diafragma en ISO-waarde.
Flitser
Een flitslamp die ervoor zorgt dat er voldoende belichting is in
omstandigheden met weinig licht.
Brandpuntsafstand
De afstand van het brandpunt van de lens tot het beeldvlak
(in millimeters). Grotere brandpuntsafstanden resulteren in een
kleinere beeldhoek en een grotere weergave van het onderwerp.
Kleinere brandpuntsafstanden resulteren in een grotere
beeldhoek.
H.264/MPEG-4
Een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door
de internationale standaardisatieorganisaties ISO/IEC en ITU-T.
Deze codec zorgt ervoor dat goede videokwaliteit wordt geleverd
met lage bitsnelheden ontwikkeld door het Joint Video Team
(JVT).
Digitale afdrukbestelling (DPOF)
Een indeling voor het schrijven van afdrukgegevens, zoals
geselecteerde beelden en het aantal afdrukken, op een
geheugenkaart. Printers die compatibel zijn met DPOF, soms
verkrijgbaar in fotowinkels, kunnen de informatie lezen van de
kaart voor eenvoudig afdrukken.
Belichtingswaarde (EV)
Alle combinaties van de camerasluitertijd en diafragma die
resulteren in dezelfde belichting.
EV-compensatie
Met deze functie kunt u snel de belichtingswaarde aanpassen
die wordt berekend door de camera, in beperkte stappen, om de
belichting van uw foto's te verbeteren. Stel de EV-compensatie in
op -1,0 EV om de waarde een stap donkerder in te stellen en op
1,0 EV om de waarde een stap lichter te maken.
Exif (Exchangeable Image File Format)
Een specificatie voor het definiëren van een
beeldbestandsindeling voor digitale camera's die is gemaakt door
de Japan Electronic Industries Development Association (JEIDA).
Bijlagen
150
Woordenlijst
Macro
Met deze functie kunt u close-upfoto's maken van zeer kleine
voorwerpen. Als u de macrofunctie gebruikt, kan de camera goed
scherpstellen op kleine voorwerpen met een verhouding op bijna
ware grootte (1:1).
Lichtmeting
De lichtmeting heeft betrekking op de manier waarop een camera
de hoeveelheid licht meet om de belichting in te stellen.
MJPEG (Motion JPEG)
Een video-indeling die wordt gecomprimeerd als een JPEG-
beeld.
Ruis
Verkeerd geïnterpreteerde pixels in een digitaal beeld die mogelijk
worden weergegeven als verkeerd geplaatste of willekeurige,
heldere pixels. Ruis treedt meestal op wanneer foto's worden
gemaakt met een hoge gevoeligheid of wanneer de gevoeligheid
automatisch wordt ingesteld op een donkere locatie.
OIS (Optical Image Stabilization; Optische beeldstabilisatie)
Deze functie compenseert in real-time trillingen en schudden
tijdens de opname. Er treedt geen kwaliteitsvermindering van het
beeld op in vergelijking met de functie Digitale beeldstabilisatie.
Beeldsensor
Het fysieke deel van een digitale camera die een fotosite bevat
voor elke pixel in het beeld. Elke fotosite neemt de helderheid
van het licht op dat de fotosite bereikt tijdens een belichting.
Algemene sensortypen zijn CCD (Charge-coupled Device) en
CMOS (Complementary Metal Oxide Semiconductor).
ISO-waarde
De gevoeligheid van een camera voor licht, gebaseerd op de
equivalente filmsnelheid gebruikt in een filmcamera. Met hogere
ISO-waarden gebruikt de camera een hogere sluitertijd, waardoor
vervaging kan worden verminderd die wordt veroorzaakt door het
bewegen van de camera en weinig licht. Beelden met een hoge
gevoeligheid zijn echter veel gevoeliger voor ruis.
JPEG (Joint Photographic Experts Group)
Een lossy-methode van compressie voor digitale beelden. JPEG-
beelden worden gecomprimeerd om de algehele bestandsgrootte
te verminderen met minimale afname van de beeldresolutie.
LCD (Liquid Crystal Display)
Een visuele display die algemeen wordt gebruikt in consumenten
elektronica. Dit display heeft een aparte achtergrondverlichting
nodig zoals CCFL of LED, om kleuren te kunnen reproduceren.
Bijlagen
151
Woordenlijst
Vignetten
Een vermindering van de helderheid of de verzadiging van een
beeld bij de randen in vergelijking met het midden van het beeld.
Vignetten kan de aandacht richten op onderwerpen die in het
midden van een beeld zijn geplaatst.
Witbalans (kleurbalans)
Een aanpassing van de intensiteit van kleuren (meestal de
primaire kleuren rood, groen en blauw) in een beeld. Het doel van
het aanpassen van de witbalans, of kleurbalans, is de kleuren van
een beeld correct weergeven.
Optische zoom
Dit is een algemene zoomfunctie waarmee beelden kunnen
worden vergroot met een lens en waarmee de beeldkwaliteit niet
vermindert.
Quality
Een uitdrukking van het compressieniveau dat is gebruikt in
een digitaal beeld. Beelden met een hogere kwaliteit hebben
een lager compressieniveau, wat meestal resulteert in grotere
bestanden.
Resolutie
Het aantal pixels in een digitaal beeld. Beelden met hoge resolutie
bevatten meer pixels en bevatten meer details dan beelden met
lage resolutie.
Sluitertijd
De sluitertijd is de hoeveelheid tijd die nodig is om de sluiter
te openen en te sluiten. Dit is een belangrijke factor voor de
helderheid van een foto, aangezien hiermee de hoeveelheid licht
wordt geregeld die door het diafragma op de beeldsensor valt.
Met een kortere sluitertijd valt er minder licht naar binnen en wordt
de foto donkerder, maar is het ook eenvoudiger om de beweging
van het onderwerp te bevriezen.
Bijlagen
152
Correcte afvoer van dit product
(inzameling en recycling van elektrische en
elektronische apparatuur)
(Van toepassing in de Europese Unie en andere Europese
landen waar afval gescheiden wordt ingezameld.)
Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal
duidt erop dat het product en zijn elektronische accessoires
(bv. lader, headset, USB-kabel) niet met ander huishoudelijk afval
verwijderd mogen worden aan het einde van hun gebruiksduur. Om
mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door
ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u deze artikelen
van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier
recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt
bevorderd. Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met
de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de gemeente
waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze deze artikelen
milieuvriendelijk kunnen laten recyclen. Zakelijke gebruikers moeten
contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden
van de koopovereenkomst nalezen. Dit product en zijn elektronische
accessoires mogen niet met ander bedrijfsafval voor verwijdering
worden gemengd.
PlanetFirst duidt op het streven van Samsung
Electronics naar een duurzame ontwikkeling en sociale
verantwoordelijkheid door middel van milieubewuste
bedrijfsvoering.
Correcte afvoer van de batterijen in dit product
(Van toepassing op de Europese Unie en andere Europese
landen met afzonderlijke inzamelingssystemen voor accu’s
en batterijen)
Dit merkteken op de accu, gebruiksaanwijzing of verpakking geeft aan
dat de accu in dit product aan het einde van de levensduur niet samen
met ander huishoudelijk afval mag worden weggegooid. De chemische
symbolen Hg, Cd of Pb geven aan dat het kwik-, cadmium- of
loodgehalte in de accu hoger is dan de referentieniveaus in de Richtlijn
2006/66/EC. Indien de gebruikte accu niet op de juiste wijze wordt
behandeld, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid van
mensen of het milieu.
Ter bescherming van de natuurlijke hulpbronnen en ter bevordering van
het hergebruik van materialen, verzoeken wij u afgedankte accu’s en
batterijen te scheiden van andere soorten afval en voor recycling aan
te bieden bij het gratis inzamelingssysteem voor accu’s en batterijen in
uw omgeving.
Deze apparatuur mag in alle EU-landen worden gebruikt.
In Frankrijk mag deze apparatuur alleen binnenshuis worden
gebruikt.
Bijlagen
153
Conformiteitsverklaring
en de Eco-designrichtlijn (2009/125/EC) geïmplementeerd
door regelgevingen (EC) No 278/2009 voor externe
stroomvoorzieningen.
Vertegenwoordiger in de EU
Samsung Electronics Euro QA Lab.
Blackbushe Business Park
Saxony Way, Yateley, Hampshire
GU46 6GG, UK
(JAAR VAN BEGIN AANBRENGEN CE-
MARKERING 2012)
02.14.2012
(plaats en datum van afgifte)
Joong-Hoon Choi / Lab. Manager
(naam en handtekening van gemachtigde
persoon)
* Dit is niet het adres van het Samsung Servicecenter. Voor het
adres of telefoonnummer van het Samsung Servicecenter
raadpleegt u de garantiekaart of neemt u contact op met de
winkel waar u uw product hebt gekocht.
Productdetails
Voor het volgende
Product : DIGITALE CAMERA
Model(len) : ST200F, ST201F, ST205F
Verklaring en van toepassing zijnde standaarden
Wij verklaren hierbij dat het/de bovenstaande product(en)
voldoet/voldoen aan de benodigde vereisten en andere
bepalingen van de R&TTE-richtlijn (1999/5/EC), de
Laagspanningsrichtlijn (2006/95/EC) en de EMC-richtlijn
(2004/108/EC) door toepassing van:
EN 60950-1:2006+A1:2010 EN 55024:1998+A1:2001+A2:2003
EN 55022:2006+A1 :2007
EN 61000-3-2:2006 +A1:2009 +A2:2009
EN 61000-3-3:2008 EN 300 328 v1.7.1
EN 301 489-1 v1.8.1 EN 301 489-17 V2.1.1
EN62311 :2008
Bijlagen
154
Verklaring in officle talen
Land Verklaring
Cesky
SamsungElectronicstímtoprohlašuje,žetentodigitálnífotoaparátjeveshoděsezákladnímipožadavkyadalšími
příslušnýmiustanovenímisměrnice1999/5/ES.
Dansk
SamsungElectronicserklærerherved,atdigitalekameraeroverholderdevæsentligekravogøvrigerelevantekravidirektiv1999/5/
EF.
Deutsch
HiermiterklärtSamsungElectronic,dasssichdieDigitalkamerainÜbereinstimmungmitdengrundlegendenAnforderungenundden
übrigeneinschlägigenBestimmungenderRichtlinie1999/5/EGbendet.
Eesti
KäesolevagakinnitabSamsungElectronicsdigitaalkaameravastavustdirektiivi1999/5/EÜpõhinõuetelejanimetatuddirektiivist
tulenevateleteisteleasjakohastelesätetele.
English
Hereby,SamsungElectronicsdeclaresthatthisdigitalcameraisincompliancewiththeessentialrequirementsandotherrelevant
provisionsofDirective1999/5/EC.
Español
PormediodelapresenteSamsungElectronicsdeclaraquelacámaradigitalcumpleconlosrequisitosesencialesycualesquiera
otrasdisposicionesaplicablesoexigiblesdelaDirectiva1999/5/CE.
Ελληνική
ΜΕΤΗΝΠΑΡΟΥΣΑηSamsungElectronicsΔΗΛΩΝΕΙΟΤΙηψηφιακήφωτογραφικήμηχανήΣΥΜΜΟΡΦΩΝΕΤΑΙΠΡΟΣΤΙΣ
ΟΥΣΙΩΔΕΙΣΑΠΑΙΤΗΣΕΙΣΚΑΙΤΙΣΛΟΙΠΕΣΣΧΕΤΙΚΕΣΔΙΑΤΑΞΕΙΣΤΗΣΟΔΗΓΙΑΣ1999/5/ΕΚ.
Français
ParlaprésenteSamsungElectronicdéclarequel'appareilphotonumériqueestconformeauxexigencesessentiellesetauxautres
dispositionspertinentesdeladirective1999/5/CE.
Italiano
ConlapresenteSamsungElectronicsdichiarachequestafotocameradigitaleèconformeairequisitiessenzialieallealtredisposizioni
stabilitedallaDirettiva1999/5/CE.
Latviski
AršoSamsungElectronicsdeklarē,kadigitālākameraatbilstDirektīvas1999/5/EKbūtiskajāmprasībāmuncitiemartosaistītajiem
noteikumiem.
Lietuvių
ŠiuoSamsungElectronicsdeklaruoja,kadšisskaitmeninisfotoaparatas,atitinkaesminiusreikalavimusirkitas1999/5/EBDirektyvos
nuostatas.
Nederlands
HierbijverklaartSamsungElectronicsdatdedigitalecamerainovereenstemmingismetdeessentiëleeisenendeandererelevante
bepalingenvanrichtlijn1999/5/EG.
Malti
Hawnhekk,SamsungElectronics,tiddikjaralidinil-kameradiġitalihikonformimar-rekwiżitiessenzjaliuma'dispożizzjonijietrilevanti
oħrajnta'Direttiva1999/5/KE.
Bijlagen
155
Verklaring in officiële talen
Land Verklaring
Magyar
ASamsungElectronicskijelenti,hogyezadigitálisfényképezőgépmegfelelaz1999/5/EKirányelvalapvetõkövetelményeinekés
egyébvonatkozóelõírásainak.
Polski
NiniejszymrmaSamsungElectronicsoświadcza,żetenaparatcyfrowyjestzgodnyzzasadniczymiwymogamiorazpozostałymi
stosownymipostanowieniamiDyrektywy1999/5/WE.
Português
SamsungElectronicsdeclaraqueestacâmeradigitalestáconformeosrequisitosessenciaiseoutrasdisposiçõesdaDirectiva
1999/5/CE.
Slovensko
SamsungElectronicsizjavlja,dajetadigitalnifotoaparatvskladuzbistvenimizahtevamiinostalimirelevantnimidoločilidirektive
1999/5/ES.
Slovensky
SamsungElectronicstýmtovyhlasuje,žetentodigitálnyfotoaparátspĺňazákladnépožiadavkyavšetkypríslušnéustanovenia
Smernice1999/5/ES.
Suomi
SamsungElectronicsvakuuttaatätenettätämädigitaalikameraondirektiivin1999/5/EYoleellistenvaatimustenjasitäkoskevien
direktiivinmuidenehtojenmukainen.
Svenska
HärmedintygarSamsungElectronicsattdessadigitalkamerorståriöverensstämmelsemeddeväsentligaegenskapskravochövriga
relevantabestämmelsersomframgåravdirektiv1999/5/EG.
Български
СнастоящотоSamsungElectronicsдекларира,четозицифровфотоапаратевсъответствиесъссъщественитеизискванияи
другитеприложимиразпоредбинаДиректива1999/5/ЕК.
Română
Prinprezenta,SamsungElectronics,declarăcăaceastăcamerăfotodigitalăesteînconformitatecucerinţeleesenţialeşialte
prevederirelevantealeDirectivei1999/5/CE.
Norsk
SamsungElectronicserklærerhervedatdettedigitalkameraeterisamsvarmeddegrunnleggendekravogøvrigerelevantekravi
direktiv1999/5/EF.
Türkiye
Bubelgeile,SamsungElectronicsbudijitalkameranın1999/5/ECYönetmeliginintemelgerekliliklerineveilgilihükümlerineuygun
olduğunubeyaneder.
Íslenska
HérmeðlýsirSamsungElectronicsþvíyraðþessistafrænamyndavélséísamræmiviðgrunnkröfurogönnurákvæðitilskipunar
1999/5/EB.
Bijlagen
156
Index
A
Aansluiten op een computer
Mac 100
Windows 95
Afdruk 128
AF-geluid 125
AF-hulplampje
Instellingen 128
Locatie 15
AF-lamp 128
Afspeelknop 16
Afspeelmodus 79
Afzonderlijke beelden uit een
video opslaan 88
Artistiek penseel-modus 53
Automatische back-up 116
Automatische
contrastverbetering (ACB)
Afspeelmodus 92
Opnamemodus 70
A/V-poort 15
B
Batterij
Let op 138
Opladen 18
Plaatsen 17
Beautyshot-modus 45
Beeldaanpassing
ACB 92
Contrast
Afspeelmodus 91
Opnamemodus 74
Helderheid
Afspeelmodus 91
Opnamemodus 69
Kleurverzadiging
Afspeelmodus 91
Opnamemodus 74
Rode ogen 92
Scherpte 74
Beeld in beeld-modus 44
Beeldkwaliteit 57
Beginafbeelding 125
Belichting 69
Bestanden beveiligen 83
Bestanden overbrengen
Automatische back-up 116
E-mail 112
Mac 100
Windows 95
Bestanden weergeven
Bewegende foto's 86
Diashow 86
Miniaturen 82
Panoramafoto’s 85
Smart Album 81
Televisie 94
Bestanden wissen 83
Bewegingsopname 73
C
Camera loskoppelen 99
Cameraonderhoud 132
Cameraspecificaties 144
Close-upmodus 47
Contrast
Afspeelmodus 91
Opnamemodus 74
D
Datum/tijd aanpassen 127
Diashow 86
Digitale afdrukbestelling
(DPOF) 93
Digitale zoom 31
Draadloos netwerk 103
Draaien 90
F
Filmfiltermodus 51
Filmmodus 40
Flitser
Anti-rode ogen 60
Auto 59
Invulflits 60
Langzame synchronisatie 60
Bijlagen
157
Off 59
Rode ogen 60
Formatteren 128
Fotofiltermodus 49
Foto's afdrukken 101
Foto's bewerken 89
Foutmeldingen 130
Functieknop 16
G
Geheugenkaart
Aandachtspunt 136
Plaatsen 17
Geluidsinstellingen 29
Gesplitste opnamemodus 52
Gezichten retoucheren
Afspeelmodus 92
Opnamemodus 45
Gezichtsdetectie 65
Grappig gezicht-modus 48
H
Helderheid
Afspeelmodus 91
Opnamemodus 69
Helderheid scherm 126
I
Instellingen 127
Intelligent zoomen 32
Intelli-studio 97
ISO-waarde 61
K
Kleurverzadiging
Afspeelmodus 91
Opnamemodus 74
Knipperen 67
L
Lichtmeting
Centr. gewogen 70
Multi 70
Spot 70
Live Panorama, modus 42
M
Macro 62
Menuknop 16
Mijn ster
Annuleren 81
Classificeren 80
Registreren 68
Miniaturen 82
Modus Intelligent portret 46
Modus Magisch kader 48
O
Ontspanknop 15
Ontspanknop half indrukken
34
Opladen 18
Opnamereeks met
verschillende belichtingen
(AEB) 73
Optionele accessoires 14
Optische beeldstabilisatie
(OIS) 33
P
PictBridge 101
Pictogrammen
Afspeelmodus 79
Opnamemodus 21
Portretten maken
Anti-rode ogen 60
Gezichtsdetectie 65
Knipperen 67
Rode ogen 60
Index
Bijlagen
158
Index
Slimme gez.herkenning 67
Smile shot 66
Zelfportret 66
Power-knop 15
Programmamodus 38
R
Reinigen
Camerabody 132
Lens 132
Scherm 132
Remote Viewfinder 108
Reset 128
Resolutie
Afspeelmodus 89
Opnamemodus 56
Richtlijn 125
Rode ogen
Afspeelmodus 92
Opnamemodus 59
S
Scènemodus 41
Schermtype 28
Scherpstelgebied
Centrum AF 64
Multi AF 64
Tracking AF 64
Scherpte 74
Serieopnamen
Bewegingsopname 73
Continu 73
Opnamereeks met
verschillende belichtingen
(AEB) 73
Servicecenter 141
Slimme gez.herkenning 67
Smart Album 81
Smart Auto-modus 37
Smart filmmodus 39
Smart filter
Afspeelmodus 90
Smart Filter
Opnamemodus voor foto's 49
Video-opname, modus 51
Smile shot 66
Snel tonen 126
Spaarstand 126
Startscherm 22
Statiefbevestigingspunt 15
Statuslampje 16
T
Taalinstellingen 127
Tijdinstellingen 19
Tijdzone-instellingen 19
,
127
Timer
Opnamemodus 58
Timerlampje 15
TV Link 118
U
Uitpakken 14
USB-poort 15
V
Vergroten 84
Video 126
Afspeelmodus 87
Opnamemodus 40
Video's bewerken
Bijsnijden 88
Opnemen 88
Bijlagen
159
Index
W
Website
Foto's of video's uploaden
110
Openen 110
Witbalans 71
Z
Zelfportret 66
Zoom
Zoomfunctie gebruiken 31
Zoomgeluidinstellingen 75
Zoomknop 16
Raadpleegvoorklantenserviceofbijvragendegarantie-informatie
diemethetproductismeegeleverdofbezoekonzewebsite
www.samsung.com.

Documenttranscriptie

In deze gebruiksaanwijzing vindt u uitgebreide aanwijzingen voor het gebruik van uw camera. Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door. Klik op een onderwerp Algemene problemen oplossen Beknopt overzicht Inhoud Basisfuncties Uitgebreide functies Opnameopties Afspelen/bewerken ST200/ST200F/ST201/ST201F/ST205F Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) Instellingen Bijlagen Index Informatie over gezondheid en veiligheid Houd u altijd aan de volgende voorzorgsmaatregelen en gebruikstips om gevaarlijke situaties te vermijden en ervoor te zorgen dat de camera optimaal werkt. Voorkom oogletsel bij het nemen van foto's. Gebruik de flitser van de camera niet vlakbij (op minder dan 1 m afstand van) de ogen van mensen of dieren. Als u de flitser dicht bij de ogen van het onderwerp gebruikt, kunt u tijdelijke of permanente schade aan het gezichtsvermogen veroorzaken. Waarschuwing—situaties die bij u of anderen letsel kunnen veroorzaken Haal de camera niet uit elkaar en probeer de camera niet te repareren. Dit kan een schok veroorzaken of de camera beschadigen. Houd de camera buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Houd de camera en alle bijbehorende onderdelen en accessoires buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Kleine onderdelen vormen verstikkingsgevaar of kunnen schadelijk zijn wanneer deze worden ingeslikt. Bewegende onderdelen en accessoires kunnen ook fysiek gevaar opleveren. Gebruik de camera niet dichtbij ontvlambare of explosieve gassen en vloeistoffen. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Plaats geen ontvlambare materialen in de camera en bewaar dergelijke materialen niet in de buurt van de camera. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Stel de camera niet gedurende lange tijd aan direct zonlicht of hoge temperaturen bloot. Langdurige blootstelling aan zonlicht of extreme temperaturen kan permanente schade aan interne onderdelen van het toestel veroorzaken. Raak de camera niet met natte handen aan. Dit kan een schok veroorzaken. 1 Informatie over gezondheid en veiligheid Voorkom dat de camera of oplader wordt bedekt door kleden of kleding. Dit kan oververhitting van de camera of brand veroorzaken. Vermijd storing van pacemakers. Bewaar minimaal 15 cm afstand tussen de camera en pacemakers om mogelijke storing van de pacemaker te voorkomen, overeenkomstig de aanbevelingen van de onafhankelijke onderzoeksgroep Wireless Technology Research. Als u vermoedt dat de camera storing veroorzaakt bij een pacemaker of ander medisch apparaat, moet u de camera onmiddellijk uitschakelen en voor instructies contact op te nemen met de fabrikant van de pacemaker of het medische apparaat. Gebruik het netsnoer en de oplader niet tijdens een onweersbui. Dit kan een elektrische schok veroorzaken. Als er vloeistoffen of vreemde voorwerpen in de camera komen, moet u meteen alle voedingsbronnen, zoals de batterij of oplader, loskoppelen en vervolgens contact opnemen met een servicecenter van Samsung. Houd u aan alle regelgeving die het gebruik van camera's in bepaalde omgevingen beperkt. • Voorkom storing met andere elektronische apparatuur. • Schakel de camera uit voordat u aan boord van een vliegtuig gaat. De camera kan storing in de apparatuur van het vliegtuig veroorzaken. Houd u aan alle voorschriften van de luchtvaartmaatschappij en zet de camera uit als dit door het vliegtuigpersoneel wordt gevraagd. • Schakel de camera uit in de nabijheid van medische apparatuur. De camera kan storing veroorzaken in medische apparaten in ziekenhuizen of zorginstellingen. Volg alle voorschriften, waarschuwingsmededelingen en aanwijzingen van medisch personeel. 2 Informatie over gezondheid en veiligheid Gebruik batterijen niet voor doeleinden waarvoor de batterijen niet zijn bedoeld. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Voorzichtig—situaties die kunnen resulteren in beschadiging van de camera of andere apparatuur Haal de batterijen uit de camera wanneer u deze voor langere tijd opbergt. Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan lekken of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken. Raak de flitser niet aan wanneer deze wordt gebruikt. De flitser wordt zeer heet en kan brandwonden veroorzaken. Als u de AC-oplader gebruikt, moet u de camera uitschakelen voor u de voedingsbron van de AC-oplader loskoppelt. Anders kunt u brand of een schok veroorzaken. Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant aanbevolen lithium-ionbatterijen ter vervanging. Zorg dat u de batterij niet beschadigt of verhit. Hierdoor kan brand ontstaan of persoonlijk letsel worden veroorzaakt. Laat de stekker van de oplader niet in het stopcontact zitten als u de oplader niet gebruikt. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen, opladers, kabels en accessoires. • Niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of accessoires kunnen de camera beschadigen, letsel veroorzaken of ertoe leiden dat batterijen exploderen. • Samsung is niet aansprakelijk voor schade of letsel veroorzaakt door niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of accessoires. Gebruik voor het opladen van de batterijen geen elektriciteitssnoeren of stekkers die beschadigd zijn, of een loshangend stopcontact. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Zorg dat de AC-oplader niet in contact komt met de plus- en minpolen van de batterij. Dit kan brand of een schok veroorzaken. 3 Informatie over gezondheid en veiligheid Forceer de cameraonderdelen niet en oefen geen kracht uit op de camera. Dit kan leiden tot camerastoringen. Voorkom storing met andere elektronische apparatuur. De camera zendt RF-signalen (Radio Frequency) uit die storing kunnen veroorzaken in elektronische apparatuur die niet of niet voldoende is beschermd, zoals pacemakers, gehoorapparaten, medische apparatuur en andere apparatuur thuis of in de auto. Vraag advies bij de fabrikant van uw elektronische apparatuur om mogelijke problemen met storing op te lossen. Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde apparaten of accessoires om ongewenste storingen te voorkomen. Wees voorzichtig bij het aansluiten van snoeren en adapters en het plaatsen van batterijen en geheugenkaarten. Door het forceren van aansluitingen, het niet op de juiste manier aansluiten van snoeren of het niet op de juiste manier plaatsen van batterijen en geheugenkaarten kunt u poorten, aansluitingen en accessoires beschadigen. Gebruik de camera in de normale gebruikspositie. Raak de interne antenne van de camera niet aan. Houd kaarten met magnetische stroken uit de buurt van het camera-etui. Informatie die is opgeslagen op de kaart kan worden beschadigd of gewist. Gegevensoverdracht en verantwoordelijkheden • Gegevens die via een WLAN worden verzonden, kunnen Gebruik nooit een beschadigde oplader, batterij of geheugenkaart. Dit kan een schok, camerastoring of brand veroorzaken. in verkeerde handen vallen, dus vermijd het verzenden van gevoelige gegevens in openbare ruimten of via open netwerken. • De fabrikant van de camera is niet aansprakelijk voor gegevensoverdracht waarmee inbreuk wordt gemaakt op auteursrechten, handelsmerken, intellectueeleigendomsrechten of regelgeving met betrekking tot de openbare zedelijkheid. Controleer voor gebruik of de camera naar behoren functioneert. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor verlies van bestanden of schade die kan voortkomen uit defecten aan de camera of onjuist gebruik. Steek het smalle uiteinde van de USB-kabel in de camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens. 4 Overzicht van de gebruiksaanwijzing Basisfuncties Copyrightinformatie • Microsoft Windows en het Windows-logo zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation. • Mac is een geregistreerd handelsmerk van Apple Corporation. • microSD™, microSDHC™ en microSDXC™ zijn geregistreerde handelsmerken van SD Association. • Wi-Fi®, het Wi-Fi CERTIFIED-logo en het Wi-Fi-logo zijn geregistreerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance. • Handelsmerken en handelsnamen in deze gebruiksaanwijzing zijn het eigendom van de betreffende eigenaars. 13 Hier vindt u informatie over de indeling en pictogrammen van de camera en basisfuncties voor het maken van opnamen. Uitgebreide functies 36 Hier vindt u informatie over het maken van foto's en het opnemen van video's door een modus te selecteren. Opnameopties 55 Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in de opnamemodus. Afspelen/bewerken 78 Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt weergeven of afspelen en hoe u foto's en video's kunt bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een computer, fotoprinter of televisie aansluit. • Cameraspecificaties of de inhoud van deze gebruiksaanwijzing kunnen bij een upgrade van camerafuncties zonder kennisgeving worden gewijzigd. • U kunt de camera het beste gebruiken in het land waar u deze hebt aangeschaft. • Gebruik deze camera op een verantwoorde manier en leef alle wet- en regelgeving met betrekking tot het gebruik van de camera na. • Het is niet toegestaan om enig deel van deze gebruiksaanwijzing zonder vooraf gegeven toestemming te hergebruiken of verspreiden. • Raadpleeg voor informatie over de Open Source-licentie het bestand 'OpenSourceInfo.pdf' op de meegeleverde CD-ROM. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 102 Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken. Instellingen 123 Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te configureren. Bijlagen Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties en onderhoud. 5 129 Symbolen in deze gebruiksaanwijzing Symbool Onderwerp, achtergrond en compositie • Onderwerp: het hoofdobject van een scène, zoals een persoon, dier of stilleven • Achtergrond: de objecten rond het onderwerp • Compositie: de combinatie van onderwerp en achtergrond Functie Aanvullende informatie Veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen [ ] Cameraknoppen. [Ontspanknop] staat bijvoorbeeld voor de sluiterknop. ( ) Paginanummer van verwante informatie → De volgorde van de opties of menu's die u moet selecteren om een stap uit te voeren, bijvoorbeeld: selecteer Gezichtsdetectie → Normaal (betekent selecteer Gezichtsdetectie en selecteer vervolgens Normaal). * Voetnoot Achtergrond Compositie Onderwerp Belichting (Helderheid) De hoeveelheid licht die de camera binnenkomt, bepaalt de belichting. De belichting kan worden aangepast met sluitertijd, diafragmawaarde en ISO-waarde. Wanneer u de belichting verandert, worden de foto's donkerder of lichter. Uitdrukkingen in deze gebruiksaanwijzing Op de ontspanknop drukken • Druk de [Ontspanknop] half in: druk de sluiterknop tot halverwege in • Druk op de [Ontspanknop]: druk de sluiterknop helemaal in  Normale belichting Druk de [Ontspanknop] half in Druk op de [Ontspanknop] 6  Overbelicht (te helder) Algemene problemen oplossen Hier vindt u informatie waarmee u algemene problemen kunt oplossen door opnameopties in te stellen. De ogen van het Dit wordt veroorzaakt door een reflectie van de flitser van de camera. onderwerp zijn rood. • Stel de flitsoptie in op Rode ogen of Anti-rode ogen. (pag. 59) • Als de foto al is gemaakt, selecteert u Anti-rode ogen in het bewerkingsmenu. (pag. 92) Foto's bevatten stofvlekken. Als u de flitser gebruikt, worden stofdeeltjes in de lucht mogelijk vastgelegd op foto's. • Schakel de flitser uit of neem geen foto's op stoffige plaatsen. • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 61) Foto's zijn onscherp. Vervaging kan optreden als u foto's maakt bij weinig licht of de camera niet goed vasthoudt. Gebruik de functie OIS of druk de [Ontspanknop] half in om ervoor te zorgen dat de camera op het onderwerp scherpstelt. (pag. 34) Bij nachtopnamen zijn foto's onscherp. Om meer licht binnen te laten, gebruikt de camera een langere sluitertijd. Hierdoor kan het moeilijk worden om de camera lang genoeg stabiel te houden om een duidelijke foto vast te leggen en kan de camera gaan trillen. • Selecteer de modus Nachtopname. (pag. 47) • Schakel de flitser in. (pag. 59) • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 61) • Gebruik een statief om te voorkomen dat de camera beweegt. Het onderwerp is te donker door tegenlicht. Als de lichtbron zich achter het onderwerp bevindt of als er een groot contrast is tussen de lichte en donkere gebieden, kan het onderwerp te donker worden. • Maak geen foto's tegen de zon in. • Selecteer Tegenl. in de modus Scène. (pag. 41) • Stel de flitseroptie in op Invulflits. (pag. 59) • Pas de belichting aan. (pag. 69) • Stel de optie Automatische contrastverbetering (ACB) in. (pag. 70) • Stel de lichtmeting in op Spot als een onderwerp zich in het midden van het kader bevindt. (pag. 70) 7 Beknopt overzicht Foto's van mensen maken • • • • Modus Beeld in beeld  44 Modus Beautyshot  45 Modus Intelligent portret  46 Rode ogen/Anti-rode ogen (rode ogen voorkomen of corrigeren)  59 • Gezichtsdetectie  65 • Zelfportret  66 's Nachts of in het donker foto's maken • Modus Scène > Zon onder, Dageraad  41 • Modus Nachtopname  47 • Flitseropties  59 De belichting aanpassen (helderheid) • ISO-waarde (de lichtgevoeligheid aanpassen)  61 • EV (de belichting aanpassen)  69 • ACB (compenseren voor onderwerpen tegen heldere achtergronden)  70 • L.meting  70 • AEB (3 foto's van dezelfde scène maken, maar met verschillende belichtingen)  73 Foto's van de omgeving maken • Modus Scène > Landschap  41 • Modus Live Panorama  42 • ISO-waarde (de lichtgevoeligheid aanpassen)  61 Actiefoto's maken • Continu, Bewegingsopname  73 Foto's van tekst, insecten en bloemen maken • Modus Scène > Tekst  41 • Modus Close-up opname  47 • Macro  62 Effecten toepassen op foto's • • • • • • • Modus Magisch kader  48 Modus Grappig gezicht  48 Modus Fotofilter  49 Modus Gesplitste opname  52 Modus Artistiek penseel  53 Modus Foto in beweging  54 Beeld aanpassen (om Scherpte, Contrast of Kleurverz. aan te passen)  91 Effecten toepassen op video's • Modus Filmfilter  51 8 Bewegingsonscherpte voorkomen • Optische beeldstabilisatie (OIS)  33 • Bestanden op categorie bekijken in Smart Album  81 • Bestanden weergeven als miniaturen  82 • Alle bestanden op de geheugenkaart verwijderen  83 • Foto's als diashow weergeven  86 • Bestanden weergeven op een televisie  94 • De camera op een computer aansluiten  95 • Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken (alleen ST200F/ST201F/ ST205F)  110 • Foto's of video's via e-mail verzenden (alleen ST200F/ST201F/ST205F)  113 • Geluid en volume aanpassen  125 • De helderheid van het scherm aanpassen  126 • De schermtaal wijzigen  127 • De datum en tijd instellen  127 • Voordat u contact opneemt met een servicecenter  141 Inhoud Basisfuncties .................................................................... 13 Uitgebreide functies ......................................................... 36 Uitpakken ...................................................................... 14 Indeling van de camera ................................................. 15 De batterij en geheugenkaart plaatsen ......................... 17 De batterij opladen en de camera inschakelen ............ 18 De batterij opladen ....................................................... 18 De camera inschakelen ................................................ 18 De eerste instellingen uitvoeren .................................... 19 Uitleg over de pictogrammen ....................................... 21 Het startscherm gebruiken ........................................... 22 Het startscherm openen ............................................... 22 Pictogrammen op het startscherm ................................. 23 Achtergrond instellen .................................................... 25 Opties of menu's selecteren ......................................... 26 Het scherm en geluid instellen . .................................... 28 Het schermtype instellen . ............................................. 28 Het geluid instellen ....................................................... 29 Foto's maken . ............................................................... 30 Zoomen ...................................................................... 31 Bewegingsonscherpte voorkomen (OIS) . ....................... 33 Tips om betere foto's te maken .................................... 34 Basismodi gebruiken .................................................... 37 De Smart Auto-modus gebruiken .................................. 37 De Programmamodus gebruiken ................................... 38 De Smart filmmodus gebruiken ..................................... 39 De Filmmodus gebruiken .............................................. 40 De Scènemodus gebruiken .......................................... 41 De modus Live Panorama gebruiken ............................. 42 Scènemodi gebruiken ................................................... 44 De modus Beeld in beeld gebruiken .............................. 44 De Beautyshot-modus gebruiken .................................. 45 De modus Intelligent portret gebruiken ........................... 46 De modus Nachtopname gebruiken .............................. 47 De Close-upmodus gebruiken ...................................... 47 Magische modi gebruiken . ........................................... 48 De Magische kadermodus gebruiken . ........................... 48 De modus Grappig gezicht gebruiken ............................ 48 De Fotofiltermodus ...................................................... 49 De Filmfiltermodus gebruiken . ...................................... 51 De modus Gesplitste opname gebruiken ....................... 52 De modus Artistiek penseel gebruiken ........................... 53 De modus Foto in beweging gebruiken .......................... 54 9 Inhoud Opnameopties .................................................................. 55 Gezichtsdetectie gebruiken .......................................... 65 Gezichten detecteren ................................................... 65 Een zelfportret maken ................................................... 66 Een foto van een lachend gezicht maken ....................... 66 Knipperende ogen detecteren ....................................... 67 Slimme gezichtsherkenning gebruiken ........................... 67 Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) . ................... 68 Helderheid en kleur aanpassen .................................... 69 De belichting handmatig aanpassen (EV) ........................ 69 Compenseren voor tegenlicht (ACB) .............................. 70 De lichtmeetmethode wijzigen ....................................... 70 Een instelling voor Witbalans selecteren ......................... 71 Serieopnamen ............................................................... 73 Afbeeldingen aanpassen . ............................................. 74 Het geluid van de zoom verminderen ........................... 75 Beschikbare opname-instellingen per opnamemodus .............................................................. 76 De resolutie en beeldkwaliteit selecteren ..................... 56 De resolutie selecteren ................................................. 56 Een beeldkwaliteit selecteren . ....................................... 57 De timer gebruiken ........................................................ 58 Opnamen in het donker maken .................................... 59 Rode ogen voorkomen ................................................. 59 De flitser gebruiken . ..................................................... 59 De ISO-waarde aanpassen ........................................... 61 De scherpstelling aanpassen ........................................ 62 Macro gebruiken .......................................................... 62 Meebewegende autofocus gebruiken ............................ 63 Het scherpstelgebied aanpassen .................................. 64  10 Inhoud Afspelen/bewerken .......................................................... 78 Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) .. 102 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus ........ 79 De afspeelmodus starten .............................................. 79 Foto's weergeven . ....................................................... 84 Een video afspelen ....................................................... 87 Foto's bewerken . .......................................................... 89 Het formaat van foto's wijzigen ...................................... 89 Portretten automatisch bijsnijden ................................... 89 Een foto draaien . ......................................................... 90 Smart filter-effecten toepassen ...................................... 90 Foto's aanpassen ........................................................ 91 Een afdrukbestelling maken (DPOF) ............................... 93 Bestanden op een tv weergeven .................................. 94 Bestanden overbrengen naar een Windows-computer . ..................................................... 95 Bestanden overbrengen met Intelli-Studio . ..................... 96 Bestanden overbrengen door de camera aan te sluiten als verwisselbare schijf . ................................................ 98 De camera loskoppelen (voor Windows XP) ................... 99 Bestanden overbrengen naar een Mac-computer ..... 100 Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken . ..... 101 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren ................................ 103 Verbinding maken met een WLAN ............................... 103 De aanmeldingsbrowser gebruiken .............................. 104 Tips over netwerkverbinding ........................................ 105 Tekst invoeren . .......................................................... 106 Foto's of video's verzenden naar een smartphone .... 107 Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop ............................................................... 108 Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken . ................................................................... 110 Een website openen .................................................. 110 Foto's of video's uploaden .......................................... 110 Foto's of video's via e-mail verzenden ....................... 112 E-mailinstellingen wijzigen ........................................... 112 Foto's of video's via e-mail verzenden .......................... 113 Foto's uploaden naar een cloudserver ....................... 115 Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden .................................................. 116 Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc .................................................................. 116 Foto's of video's verzenden naar een pc ...................... 116 Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit . ................................................ 118 Foto's verzenden via Wi-Fi Direct ............................... 120 Over de WOL-functie Wake on LAN ........................... 121  11 Inhoud Instellingen ...................................................................... 123 Instellingenmenu ......................................................... 124 Het instellingenmenu openen ...................................... 124 Geluid ....................................................................... 125 Display ...................................................................... 125 Connectiviteit ............................................................. 126 Algemeen . ................................................................ 127 Bijlagen . .......................................................................... 129 Foutmeldingen ............................................................ 130 Cameraonderhoud ...................................................... 132 De camera reinigen .................................................... 132 De camera gebruiken of opbergen .............................. 133 Geheugenkaarten ...................................................... 134 De batterij .................................................................. 137 Voordat u contact opneemt met een servicecenter ... 141 Cameraspecificaties . .................................................. 144 Woordenlijst ................................................................. 148 Verklaring in officiële talen . ......................................... 154 Index ............................................................................ 156  12 Basisfuncties Hier vindt u informatie over de indeling en pictogrammen van de camera en basisfuncties voor het maken van opnamen. Uitpakken ……………………………………… 14 Opties of menu's selecteren ………………… 26 Indeling van de camera ……………………… 15 Het scherm en geluid instellen ……………… 28 De batterij en geheugenkaart plaatsen … … 17 Het schermtype instellen … ………………… 28 Het geluid instellen … ……………………… 29 De batterij opladen en de camera inschakelen … ………………………………… 18 Foto's maken … ……………………………… 30 De batterij opladen … ……………………… 18 De camera inschakelen ……………………… 18 Zoomen ……………………………………… 31 Bewegingsonscherpte voorkomen (OIS) … … 33 De eerste instellingen uitvoeren … ………… 19 Tips om betere foto's te maken … ………… 34 Uitleg over de pictogrammen … …………… 21 Het startscherm gebruiken … ……………… 22 Het startscherm openen … ………………… 22 Pictogrammen op het startscherm … ……… 23 Achtergrond instellen ………………………… 25 Uitpakken De productverpakking bevat de volgende onderdelen. Optionele accessoires Camera Oplaadbare batterij Gebruiksaanwijzing op cd-rom AC-adapter/ USB-kabel Camera-etui A/V-kabel Batterijoplader Geheugenkaart/ Geheugenkaartadapter Polslus • De afbeeldingen kunnen enigszins afwijken van de onderdelen die Snelstartgids bij uw product zijn geleverd. • Afhankelijk van het model kunnen er verschillende items in de doos zitten. • U kunt optionele accessoires aanschaffen bij een wederverkoper of een servicecenter van Samsung. Samsung is niet verantwoordelijk voor problemen die door het gebruik van nietgoedgekeurde accessoires ontstaan. Basisfuncties 14 Indeling van de camera Zorg dat u vertrouwd bent met de diverse onderdelen en functies van de camera voordat u begint. Microfoon Ontspanknop Power-knop Luidspreker Flitser AF-hulplampje/Timerlampje Lens Interne antenne* * Vermijd contact met de interne antenne tijdens het gebruik van het draadloze netwerk. (alleen ST200F/ST201F/ST205F) USB- en A/V-aansluiting Voor aansluiting van USB-kabel en A/V-kabel Statiefbevestigingspunt Batterijklep Een geheugenkaart en batterij plaatsen Basisfuncties 15 Indeling van de camera Zoomknop • In de opnamemodus: in- en uitzoomen • In de afspeelmodus: inzoomen op een deel van de foto, bestanden als miniaturen weergeven of het volume aanpassen Statuslampje • Knippert: wanneer de camera een foto of video opslaat, wordt gelezen door een computer of printer, als het beeld onscherp is of als er een probleem is met het opladen van de batterij (op de ST200F/ST201F/ST205F, wanneer de camera verbinding maakt met WLAN of een foto verzendt) • Licht op: wanneer de camera is aangesloten op een computer, wanneer de batterij wordt opgeladen of wanneer het beeld is scherpgesteld Knop De polslus bevestigen Scherm Beschrijving Knoppen (Bekijk de onderstaande tabel) Knop Het startscherm openen. Opties of menu's openen. De afspeelmodus openen. Bestanden verwijderen in de afspeelmodus. Beschrijving Basisfuncties Overige functies De schermoptie wijzigen. Omhoog De macro-optie wijzigen. Omlaag De flitseroptie wijzigen. Naar links De timeroptie wijzigen. Naar rechts De gemarkeerde optie of het gemarkeerde menu bevestigen. Basisfuncties 16 De batterij en geheugenkaart plaatsen Hier vindt u informatie over het in de camera plaatsen van de batterij en een optionele geheugenkaart. De batterij en geheugenkaart verwijderen Duw voorzichtig tegen de kaart totdat deze uit de camera loskomt en trek de kaart vervolgens uit de sleuf. Geheugenkaart Zorg dat bij het plaatsen van een geheugenkaart de goudkleurige contactpunten omhoog zijn gericht. Batterij vergrendeling Geheugenkaart Plaats de batterij met het Samsung-logo naar boven. Oplaadbare batterij Druk op de vergrendeling om de batterij los te maken. U kunt het interne geheugen gebruiken voor tijdelijke opslag als er geen geheugenkaart is geplaatst. Oplaadbare batterij Basisfuncties 17 De batterij opladen en de camera inschakelen De batterij opladen De camera inschakelen Voordat u de camera voor het eerst gaat gebruiken, moet de batterij worden opgeladen. Sluit het kleine uiteinde van de USB-kabel aan op de camera en sluit het andere uiteinde van de USB-kabel aan op de AC-adapter. Druk op [POWER] om de camera in- of uit te schakelen. • Het scherm voor de eerste instellingen verschijnt wanneer u de camera voor het eerst inschakelt. (pag. 19) Statuslampje • Rode lampje brandt: bezig met opladen • Rode lampje uit: volledig opgeladen • Rode lampje knippert: fout opgetreden De camera inschakelen in de afspeelmodus Druk op [ ]. De camera wordt ingeschakeld en gaat direct naar de afspeelmodus. Gebruik alleen de AC-adapter en de USB-kabel die bij de camera zijn geleverd. Als u een andere AC-adapter (zoals SAC-48) gebruikt, is het mogelijk dat de batterij van de camera niet kan worden opgeladen of niet correct werkt. Als u uw camera inschakelt door [ ] ingedrukt te houden totdat het statuslampje knippert, geeft de camera geen enkel geluid. Basisfuncties 18 De eerste instellingen uitvoeren Wanneer u de camera voor het eerst inschakelt, wordt het scherm voor de eerste installatie weergegeven. Volg de onderstaande stappen om de basisinstellingen van de camera te configureren. 1 Controleer of Language is gemarkeerd en druk op [ ] of [ ]. 4 Druk op [ op [ / ] om Thuis te selecteren en druk ]. • Als u naar een ander land gaat, selecteert u Bezoek en selecteert u een nieuwe tijdzone. 5 Druk op [ op [ / ]→[ ] om een tijdzone te selecteren en druk ]. Tijdzone : Thuis 2 Druk op [ druk op [ 3 Druk op [ [ ] of [ / ] om een taal te selecteren en ]. Londen ] om Tijdzone te selecteren en druk op ]. Annuleer Instellen • Het scherm kan afwijken, afhankelijk van de geselecteerde taal. Basisfuncties 19 De eerste instellingen uitvoeren 6 Druk op [ druk op [ ] om Datum/tijd aanpassen te selecteren en ] of [ ]. [ Uur Min. druk op [ Zomertijd 11 Druk op [ [ Annuleer 7 8 Druk op [ ] of [ 12 Druk op [ druk op [ Instellen • Het scherm kan afwijken, afhankelijk van de geselecteerde taal. Druk op [ / ] of [ 10 Druk op [ Datum/tijd aanpassen Jaar Maand Dag 9 Druk op [ ] om een item te selecteren. 13 Druk op [ / ] om de datum, tijd en zomertijd in te stellen en druk op [ ]. Basisfuncties 20 ] om Datumtype te selecteren en druk op ]. / ] om een datumnotatie te selecteren en ]. ] om Type tijd te selecteren en druk op ]. / ] om een tijdnotatie te selecteren en ]. ] om de eerste configuratie te voltooien. Uitleg over de pictogrammen Welke pictogrammen worden weergegeven op het scherm, is afhankelijk van de geselecteerde modus en de ingestelde opties. 1 2 Opnameopties (rechts) Pictogram Beschrijving Intelli-zoom aan 2 Fotoresolutie Videoresolutie Lichtmeting 3 1 Opnameopties (links) Pictogram Beschrijving Opnamemodus Belichtingswaarde ISO-waarde Witbalans Framesnelheid Flitser Sound Alive Aan Optische beeldstabilisatie (OIS) Autofocusinstelling Beeldaanpassing (contrast, scherpte en kleurverzadiging) Timer 3 Opnamegegevens Pictogram Beschrijving Huidige datum Huidige tijd Resterend aantal foto's Geheugenkaart geplaatst • : volledig opgeladen : gedeeltelijk opgeladen • : leeg (opladen) • Diafragmawaarde Sluitertijd Beschikbare opnametijd Autofocuskader Bewegingsonscherpte Gezichtsdetectie Zoomindicator Gezichtstint Fotoresolutie als de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld Optie voor serieopnamen Zoomverhouding Basisfuncties 21 Het startscherm gebruiken Met de pictogrammen op het startscherm kunt u een opnamemodus selecteren of het instellingenmenu openen. Het startscherm openen Nr. Beschrijving 1 Huidig startscherm • Draai de [Zoomknop] naar links of rechts om over te schakelen naar een ander startscherm. • Druk op [ ] om naar de naam van het startscherm te scrollen en druk op [ / ] om over te schakelen naar een ander startscherm. • Druk herhaaldelijk op [ / ] om over te schakelen naar een ander startscherm. 2 Moduspictogrammen • Druk op [ / / / ] om naar een gewenste modus te scrollen en druk op [ ] om de modus te openen. Druk in de opname- of afspeelmodus op [ ]. Druk nogmaals op [ ] om naar de vorige modus terug te keren. 1 Album Basis Wi-Fi Smart Auto Programma Slimme film Film 2 Scène Terug Live Instellingen Panorama Pagina bewegen Basisfuncties 22 Het startscherm gebruiken Pictogrammen op het startscherm <Wi-Fi> (alleen ST200F/ST201F/ST205F) Pictogram Beschrijving <Basis> MobileLink: foto's of video's verzenden naar een smartphone. (pag. 107) Pictogram Beschrijving Smart Auto: een foto maken met een scènemodus automatisch geselecteerd door de camera. (pag. 37) Remote Viewfinder: een smartphone gebruiken als externe ontspanknop en een voorbeeld op uw smartphone weergeven van een afbeelding op uw camera. (pag. 108) Programma: een foto maken met instellingen die u handmatig hebt aangepast. (pag. 38) Slimme film: een video opnemen met een scènemodus automatisch geselecteerd door de camera. (pag. 39) Film: een video opnemen. (pag. 40) Scène: een foto maken met vooraf ingestelde opties voor een specifieke scène. (pag. 41) Live Panorama: een serie foto's maken en deze combineren om een panoramisch beeld te maken. (pag. 42) Instellingen: instellingen aanpassen aan uw voorkeuren. (pag. 124) Basisfuncties 23 Delen op sociale netwerken: foto's of video's uploaden naar websites voor het delen van bestanden. (pag. 110) E-mail: foto's of video's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail. (pag. 112) Cloud: foto's uploaden naar een cloudserver. (pag. 115) Automatische back-up: foto's of video's die u met de camera hebt opgenomen, draadloos verzenden naar een pc. (pag. 116) TV Link: foto's of video's die u hebt opgenomen met de camera, weergeven op een breedbeeldtelevisie. (pag. 118) Het startscherm gebruiken <Scène> <Magisch> Pictogram Beschrijving Pictogram Beschrijving Beeld in beeld: hiermee combineert u een zelfportret met de gewenste achtergrondafbeelding tot één foto. (pag. 44) Magisch kader: een foto maken met verschillende kadereffecten. (pag. 48) Beautyshot: een portretfoto maken met opties voor het verhullen van onzuiverheden op het gezicht. (pag. 45) Grappig gezicht: een foto maken met grappige gezichtseffecten. (pag. 48) Intelligent portret: automatisch 2 extra portretten opslaan met de functies voor gezichtsdetectie. (pag. 46) Fotofilter: een foto maken met verschillende filtereffecten. (pag. 49) Nachtopname: een nachtscène opnemen door de sluitertijd aan te passen. (pag. 47) Filmfilter: een video opnemen met verschillende filtereffecten. (pag. 51) Close-up opname: close-upfoto's van onderwerpen maken. (pag. 47) Gesplitste opname: meerdere foto's maken en deze indelen met voorgedefinieerde indelingen. (pag. 52) Artistiek pens.: een foto maken en een video opslaan waarin wordt weergegeven hoe het filtereffect moet worden toegepast. (pag. 53) Foto in beweging: een serie foto's maken en combineren en vervolgens een gebied selecteren om een GIF-animatie te maken. (pag. 54) <Album> Pictogram Beschrijving Album: bestanden op categorie weergeven in Smart Album. (pag. 81) Foto-editor: foto's bewerken met verschillende effecten. (pag. 91) Basisfuncties 24 Het startscherm gebruiken 5 Scroll naar de gewenste achtergrond en druk op [ Achtergrond instellen 1 Scroll op het startscherm naar <Basis>. 2 Selecteer . 3 Selecteer Display → Achtergronden. 4 Selecteer een optie. opgegeven gebied instellen als achtergrond. Draai de [Zoomknop] naar links of rechts om het gebied te verkleinen of te vergroten. Druk op [ / / / ] om het gebied te verplaatsen. 6 Druk op [ ] om op te slaan. U kunt de foto die u bekijkt, ook instellen als achtergrond door op [ ] te drukken en Achtergrond instellen te selecteren in de afspeelmodus. Optie Beschrijving Galerie met achtergronden Selecteer de gewenste achtergrond in de standaardgalerie. Stel een foto die u hebt gemaakt, in als achtergrond. Album ]. • Als u een foto selecteert die u hebt gemaakt, kunt u een De achtergrond van het startscherm instellen met de gewenste afbeelding. Basisfuncties 25 Opties of menu's selecteren Als u een optie of een menu wilt selecteren, drukt u op [ 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer een optie of menu. • Druk op [ • Druk op [ ]. ] of [ ] om omhoog of omlaag te gaan. ] of [ ] om naar links of rechts te gaan. ] en drukt u vervolgens op [ / / / ] of [ ]. Teruggaan naar het vorige menu Druk op [ ] om terug te gaan naar het vorige menu. Druk de [Ontspanknop] half in om terug te gaan naar de opnamemodus. 3 Druk op [ ] om de gemarkeerde optie of het gemarkeerde menu te bevestigen. Basisfuncties 26 Opties of menu's selecteren  oorbeeld: een witbalansoptie selecteren in de V Programmamodus: 4 Druk op [ / ] om Witbalans te selecteren en druk ]. op [ ] of [ 1 Scroll op het startscherm naar <Basis>. 2 Selecteer . ]. 3 Druk op [ EV Witbalans ISO Flitser Focus EV Scherpstelgebied Witbalans Afsl. ISO 5 Druk op [ Flitser Focus Select. / ] om een witbalansoptie te selecteren. Scherpstelgebied Afsl. Select. Witbalans : Daglicht Terug 6 Druk op [ Basisfuncties 27 Select. ] om uw instellingen op te slaan. Het scherm en geluid instellen Hier vindt u informatie over hoe u de basisinstellingen van het scherm en het geluid kunt aanpassen. Het schermtype instellen De weergave van opties instellen In sommige modi kunt u de weergave van opties uitschakelen of inschakelen. U kunt een type weergave selecteren voor de opnameof afspeelmodus. Elk type geeft andere opname- of afspeelgegevens weer. Bekijk de onderstaande tabel. Druk meerdere malen op [ ]. • De optieweergave uitschakelen. • De optieweergave inschakelen. Landschap Druk herhaaldelijk op [ Modus Opnemen ] om het schermtype te wijzigen. Optieweergave Paneel uit Type weergave ▲ Bijvoorbeeld in de modus Scène • Alle informatie over opnameopties verbergen. • Alle informatie over opnameopties weergeven. • Alle informatie over het huidige bestand verbergen. • Alle informatie over het huidige bestand verbergen, Afspelen behalve algemene informatie. • Alle informatie over het huidige bestand weergeven. Basisfuncties 28 Het scherm en geluid instellen Het geluid instellen Schakel het geluid in of uit dat de camera maakt wanneer u functies uitvoert. 1 Scroll op het startscherm naar <Basis>. 2 Selecteer . 3 Selecteer Geluid → Piepjes. 4 Selecteer een optie. Optie Beschrijving Uit De camera laat geen geluiden horen. Aan De camera laat geluiden horen. Basisfuncties 29 Foto's maken Hier vindt u informatie over hoe u snel en eenvoudig foto's kunt in de Smart Auto-modus. 1 Scroll op het startscherm naar <Basis>. 2 Selecteer . 3 Plaats het onderwerp in het kader. 5 Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken. 6 Druk op [ ] om de gemaakte foto weer te geven. • Als u de foto wilt verwijderen, drukt u op [ ] en selecteert u Ja. 7 Druk op [ ] om terug te gaan naar de opnamemodus. Zie pagina 34 voor tips om betere foto's te maken. 4 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. • Een groen kader betekent dat het onderwerp scherp in beeld is. • Een rood kader betekent dat het onderwerp niet scherp in beeld is. Basisfuncties 30 Foto's maken Zoomen Digitale zoom U kunt close-upfoto's maken door in te zoomen. De digitale zoomfunctie wordt standaard ondersteund in de opnamemodus. Als u inzoomt op een onderwerp in de opnamemodus en de zoomaanduiding bevindt zich in het digitale bereik, gebruikt de camera de digitale zoomfunctie. U kunt tot 50 keer inzoomen als u zowel de optische zoomfunctie (10X) als de digitale zoomfunctie (5X) gebruikt. Optisch bereik Zoomindicator Zoomverhouding Digitaal bereik Uitzoomen Inzoomen • De digitale zoomfunctie is niet beschikbaar met de optie Tracking AF. • Als u een foto maakt met de digitale zoomfunctie, kan de fotokwaliteit lager zijn dan normaal. Wanneer u de zoomknop draait, kan de zoomverhouding op het scherm ongelijk worden gewijzigd. Basisfuncties 31 Foto's maken Intelligent zoomen Intelligent zoomen instellen Als de zoomindicator zich in het bereik voor intelligent zoomen bevindt, gebruikt de camera de intelligente zoomfunctie. De resolutie van de foto verschilt afhankelijk van de zoomverhouding als u de intelligente zoomfunctie gebruikt. U kunt tot 20 keer inzoomen als u zowel de optische als de intelligente zoomfunctie gebruikt. Optisch bereik Fotoresolutie als de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer Intelli-zoom. 3 Selecteer een optie. Zoomindicator Bereik intelligent zoomen • Intelli-zoom is niet beschikbaar me de optie Tracking AF. • Met de intelligente zoomfunctie kunt u foto's maken met minder kwaliteitsverlies dan met de digitale zoomfunctie. De fotokwaliteit kan echter wel minder zijn dan bij gebruik van de optische zoomfunctie. • De intelligente zoomfunctie is alleen beschikbaar als u de 4:3-beeldverhouding instelt. Als u een andere beeldverhouding instelt terwijl de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld, wordt de intelligente zoomfunctie automatisch uitgeschakeld. Basisfuncties 32 ]. Pictogram Beschrijving Uit: de intelligente zoomfunctie is uitgeschakeld. Aan: de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld. Foto's maken Bewegingsonscherpte voorkomen (OIS) • In de volgende omstandigheden werkt OIS mogelijk niet goed: In de opnamemodus kunt u de bewegingsonscherpte optisch beperken.  Vóór correctie -- Wanneer u de camera beweegt om een bewegend onderwerp te volgen. -- Wanneer u de digitale zoomfunctie gebruikt. -- Wanneer de camera te veel trilt. -- Wanneer u een langzame sluitertijd gebruikt (bijvoorbeeld voor nachtopnamen). -- Wanneer de batterij bijna leeg is. -- Wanneer u een close-upfoto maakt. • Als u de OIS-functie met een statief gebruikt, kunnen de foto's onscherp worden door de trilling van de OIS-sensor. Schakel de OIS-functie uit wanneer u een statief gebruikt. • Als de camera valt of een schok krijgt, wordt het scherm wazig. Als dit gebeurt, moet u de camera uitschakelen en weer inschakelen.  Na correctie 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer OIS. 3 Selecteer een optie. ]. Pictogram Beschrijving Uit: OIS is uitgeschakeld. Aan: OIS is ingeschakeld. Basisfuncties 33 Tips om betere foto's te maken     De camera op de juiste manier vasthouden     Bewegingsonscherpte voorkomen Zorg ervoor dat niets de lens, flitser of microfoon blokkeert.     De ontspanknop half indrukken Stel de OIS-optie (Optische beeldstabilisatie) in om de bewegingsonscherpte optisch te reduceren. (pag. 33)     Als wordt weergegeven Druk de [Ontspanknop] half in en pas de scherpstelling aan. De camera past de scherpstellingen en belichting automatisch aan. Bewegingsonscherpte De camera stelt de diafragmawaarde en sluitertijd automatisch in. Scherpstelkader • Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken als het scherpstelkader groen is. • Pas de compositie aan en druk de [Ontspanknop] nogmaals half in als het scherpstelkader rood is. Zorg dat bij opnamen in het donker de flitseroptie niet is ingesteld op Langz sync of Uit. Het diafragma blijft langer open en het kan moeilijk zijn om de camera lang genoeg stabiel te houden om een scherpe foto te maken. • Gebruik een statief of stel de flitser in op Invulflits. (pag. 59) • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 61) Basisfuncties 34     Voorkomen dat het onderwerp niet scherp is In de volgende gevallen kan het moeilijk zijn om scherp te stellen op het onderwerp: -- Er is weinig contrast tussen het onderwerp en de achtergrond (als het onderwerp bijvoorbeeld kleren draagt met kleuren die lijken op de achtergrondkleur). -- De lichtbron achter het onderwerp is te fel. -- Het onderwerp glanst of weerspiegelt. -- Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het geval is. -- Het onderwerp bevindt zich niet in het midden van het kader. • Als u foto's maakt bij weinig licht Schakel de flitser in. (pag. 59) • Als onderwerpen snel bewegen Gebruik de functie Continu of Bewegingsopname. (pag. 73) De scherpstelvergrendeling gebruiken Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. Wanneer het onderwerp scherp in beeld is, kunt u het kader verschuiven om de compositie aan te passen. Druk wanneer u klaar bent de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken. Basisfuncties 35 Uitgebreide functies Hier vindt u informatie over het maken van foto's en het opnemen van video's door een modus te selecteren. Basismodi gebruiken ………………………… 37 Magische modi gebruiken …………………… 48 De Smart Auto-modus gebruiken …………… De Programmamodus gebruiken …………… De Smart filmmodus gebruiken … ………… De Filmmodus gebruiken … ………………… De Scènemodus gebruiken … ……………… De modus Live Panorama gebruiken … …… De Magische kadermodus gebruiken … …… De modus Grappig gezicht gebruiken … …… De Fotofiltermodus … ……………………… De Filmfiltermodus gebruiken … …………… De modus Gesplitste opname gebruiken …… De modus Artistiek penseel gebruiken ……… De modus Foto in beweging gebruiken … … 37 38 39 40 41 42 Scènemodi gebruiken ……………………… 44 De modus Beeld in beeld gebruiken ………… De Beautyshot-modus gebruiken …………… De modus Intelligent portret gebruiken ……… De modus Nachtopname gebruiken ………… De Close-upmodus gebruiken ……………… 44 45 46 47 47 48 48 49 51 52 53 54 Basismodi gebruiken U kunt foto's maken of video's opnemen met basismodi. U kunt ook de scènemodus en de modus Live Panorama gebruiken. De Smart Auto-modus gebruiken Pictogram In de Smart Auto-modus kiest de camera automatisch camerainstellingen die bij het gedetecteerde type scène passen. De Smart Auto-modus is handig als u niet bekend bent met de camera-instellingen voor de diverse scènes. 1 2 Selecteer . 3 Plaats het onderwerp in het kader. Scroll op het startscherm naar <Basis>. Beschrijving Landschappen 's nachts Portretten 's nachts Landschappen met tegenlicht Portretten met tegenlicht Portretten Close-upfoto's van objecten • De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram voor de desbetreffende scène wordt linksboven in het scherm weergegeven. De pictogrammen worden hieronder weergegeven. Close-upfoto's van tekst Zonsondergangen Heldere luchten Bossen Close-upfoto's van gekleurde onderwerpen De camera is gestabiliseerd of op een statief geplaatst (bij opnamen in het donker) Onderwerpen die veel bewegen Vuurwerk (als een statief wordt gebruikt) Pictogram Beschrijving Landschappen Scènes met een helderwitte achtergrond Uitgebreide functies 37 Basismodi gebruiken 4 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 5 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. • Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden de standaardinstellingen voor de Smart Auto-modus gebruikt. • Ook als er een gezicht wordt gedetecteerd, is het mogelijk dat de camera geen portretmodus selecteert, afhankelijk van de positie van het onderwerp en de lichtval. • Afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals het trillen van de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp, kan het voorkomen dat de camera de juiste scène niet selecteert. • Zelfs als u een statief gebruikt, kan het voorkomen dat de camera de modus niet detecteert als het onderwerp beweegt. • In de Smart Auto-modus verbruikt de camera meer batterijlading, omdat de camera de instellingen vaak wijzigt om de juiste scènes te selecteren. De Programmamodus gebruiken In de Programmamodus kunt u de meeste opties instellen, met uitzondering van de sluitertijd en de diafragmawaarde, die automatisch worden ingesteld door de camera. 1 Scroll op het startscherm naar <Basis>. 2 Selecteer . 3 Stel de gewenste opties in. • Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 55) 4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 5 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Uitgebreide functies 38 Basismodi gebruiken De Smart filmmodus gebruiken Pictogram In de Smart filmmodus kiest de camera automatisch camerainstellingen die bij de gedetecteerde scène passen. 1 Scroll op het startscherm naar <Basis>. 2 Selecteer . 3 Plaats het onderwerp in het kader. Beschrijving Landschappen Zonsondergangen Heldere luchten Bossen • De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram voor de desbetreffende scène wordt linksboven in het scherm weergegeven. 4 Druk op de [Ontspanknop] om de opname te starten. 5 Druk nogmaals op de [Ontspanknop] om de opname te stoppen. • Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden de standaardinstellingen voor de Smart filmmodus gebruikt. • Afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals het trillen van de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp, kan het voorkomen dat de camera de juiste scène niet selecteert. Uitgebreide functies 39 Basismodi gebruiken De Filmmodus gebruiken In de Filmmodus kunt u instellingen aanpassen om HD-video's van maximaal 20 minuten op te nemen. De camera slaat opgenomen video's op als MP4-bestanden (H.264-bestanden). • H.264 (MPEG-4 part10/AVC) is een video-indeling met 1 Scroll op het startscherm naar <Basis>. 2 Selecteer . 3 Stel de gewenste opties in. • Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 55) hoge compressie die is ontwikkeld door de internationale standaardisatieorganisaties ISO-IEC en ITU-T. • Sommige geheugenkaarten bieden mogelijk geen ondersteuning voor opnamen met high-definition kwaliteit. Stel in dat geval een lagere resolutie in. • Geheugenkaarten met langzame schrijfsnelheden bieden geen ondersteuning voor video's met een hoge resolutie. Gebruik voor het opnemen van video's met een hoge resolutie geheugenkaarten met een hogere schrijfsnelheid. • Als u de OIS-functie activeert terwijl u een video opneemt, neemt de camera mogelijk het bedieningsgeluid van de OIS-functie op. • Als u de zoomfunctie gebruikt wanneer u een video opneemt, neemt de camera mogelijk het geluid van de zoomfunctie op. Gebruik de Sound Alive-functie om het geluid van de zoomfunctie te beperken. (pag. 75) 4 Druk op de [Ontspanknop] om de opname te starten. 5 Druk nogmaals op de [Ontspanknop] om de opname te stoppen. Uitgebreide functies 40 Basismodi gebruiken De Scènemodus gebruiken Opnemen onderbreken U kunt tijdens het opnemen van een video de opname tijdelijk onderbreken. Met deze functie kunt u verschillende scènes opnemen in één video. • Druk op [ • Druk op [ In de Scènemodus kunt u een foto maken met opties die al vooraf zijn ingesteld voor een bepaalde scène. 1 Scroll op het startscherm naar <Basis>. 2 Selecteer . 3 Selecteer een scène. ] om de opname te onderbreken. ] om de opname te hervatten. Landschap Paneel uit Uitgebreide functies 41 Basismodi gebruiken Optie Beschrijving De modus Live Panorama gebruiken Landschap Stillevens en landschapsfoto's maken. Zon onder Zonsondergangen met natuurlijke rood- en geeltinten vastleggen. In de modus Live Panorama kunt u een brede panoramascène vastleggen in één foto. Maak een serie foto's en combineer deze om een panoramisch beeld te maken. Dageraad Zonsopgangen vastleggen. Tegenl. Onderwerpen met tegenlicht vastleggen. Onderbelichting van onderwerpen beperken Strand/sneeuw die wordt veroorzaakt door zonlicht dat wordt gereflecteerd door zand of sneeuw. Tekst Tekst in drukwerk of elektronische documenten duidelijk leesbaar vastleggen. 4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 5 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.  Opnamevoorbeeld 1 Scroll op het startscherm naar <Basis>. 2 Selecteer . 3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. • Breng de camera op één lijn met de uiterste linker-, rechter-, onder- of bovenkant van de scène die u wilt vastleggen. 4 Houd de [Ontspanknop] ingedrukt om de opname te starten. Uitgebreide functies 42 Basismodi gebruiken 5 Houd de [Ontspanknop] ingedrukt en beweeg de camera langzaam in de richting waarin de rest van de panoramaopname moet worden vastgelegd. • Wanneer de beeldzoeker is uitgelijnd met de volgende scène, legt de camera de volgende foto automatisch vast. 6 Wanneer u klaar bent, laat u de [Ontspanknop] los. • Wanneer u alle benodigde opnamen heeft vastgelegd, combineert de camera deze tot één panoramafoto. Uitgebreide functies 43 • Voor de beste resultaten bij het vastleggen van panoramafoto's moet u het volgende vermijden: -- De camera te snel of te langzaam bewegen. -- De camera te weinig bewegen om het volgende beeld vast te leggen. -- De camera met ongelijkmatige snelheden bewegen. -- De camera schudden. -- De richting van de camera wijzigen terwijl een foto wordt vastgelegd. -- Opnemen op donkere locaties. -- Bewegende onderwerpen in de buurt vastleggen. -- Opnameomstandigheden waar de helderheid of kleur van het licht verandert. • Als u de modus Live Panorama selecteert, worden de digitale en optische zoomfuncties uitgeschakeld. Als u de Panoramamodus selecteert terwijl de lens is ingezoomd, zoomt de camera automatisch uit naar de standaardpositie. • In de modus Live Panorama zijn bepaalde opnameopties niet beschikbaar. • De camera kan de opname stoppen vanwege de compositie van de opname of beweging van het onderwerp. • Mogelijk legt de camera in de modus Live Panorama de laatste scène niet volledig vast als u de camerabeweging niet exact stopt op het punt waar u de scène wilt beëindigen. Als u de volledige scène wilt vastleggen, beweegt u de camera iets verder dan het punt waar u de scène wilt eindigen. Scènemodi gebruiken Foto's vastleggen door geschikte modi voor verschillende scènes te selecteren. 4 Druk op [ De modus Beeld in beeld gebruiken In de modus Beeld in beeld kunt u een achtergrondfoto op volledige grootte maken of selecteren en een kleinere foto of video invoegen op de voorgrond. ] om de foto in te stellen als achtergrondafbeelding. • Als u een achtergrondfoto opnieuw wilt maken, drukt u op [ ]. 1 Scroll op het startscherm naar <Scène>. 2 Selecteer . • Als u het uiteindelijke videoformaat wilt instellen wanneer u een video invoegt, drukt u op [ ] en selecteert u Filmformaat → het gewenste videoformaat. 3 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen en druk vervolgens op de [Ontspanknop] om een achtergrondfoto te maken. • Als u een achtergrondfoto wilt selecteren uit uw Opnieuw 5 Druk op [ Kader bewegen ] en vervolgens op [ invoegpunt te wijzigen. opgeslagen foto's, drukt u op [ ] en selecteert u Afbeelding selecteren → de gewenste foto. U kunt geen videobestanden of foto's selecteren die zijn vastgelegd in de modus Live Panorama. / / / ] om het ] en vervolgens op [ / / / grootte van het invoegpunt te wijzigen. ] om de 6 Druk op [ 7 Druk op [ Uitgebreide functies 44 ] om de instelling op te slaan. Scènemodi gebruiken 8 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen en druk vervolgens op de [Ontspanknop] om een foto te maken en in te voegen. • Het venster voor invoegen wordt groter wanneer u de [Ontspanknop] indrukt zodat u kunt bepalen of het onderwerp scherp in beeld is. • Als u een video wilt opnemen, drukt u op [ ]. Druk nogmaals op [ ] om de opname te stoppen en de video in te voegen. • Wanneer u achtergrondfoto's maakt, wordt de resolutie automatisch ingesteld op en worden alle gemaakte foto's opgeslagen. • De uiteindelijke foto's of video's voor Beeld in beeld worden opgeslagen als één gecombineerd bestand. De ingevoegde foto's en video's worden niet afzonderlijk opgeslagen. • Wanneer u een afbeelding invoegt, wordt de resolutie voor het gecombineerde bestand automatisch ingesteld op . • Wanneer u een video invoegt, wordt de resolutie voor het gecombineerde bestand automatisch ingesteld op of lager. • Wanneer u een achtergrondfoto maakt, wordt een verticale foto die is gemaakt in verticale positie, horizontaal weergegeven zonder automatisch draaien. • De maximale grootte van het venster voor invoegen is 1/4 van het scherm en de beeldverhouding blijf.t gelijk wanneer u de grootte aanpast. • De maximale lengte voor een video die u wilt invoegen, is 20 minuten. • Het beschikbare zoombereik in de modus Beeld in beeld is mogelijk kleiner dan in andere opnamemodi. • In de modus Beeld in beeld kunt u geen opties instellen voor Sound Alive. • Wanneer u een van uw opgeslagen foto's selecteert als achtergrondfoto, kunnen zwarte balken worden weergegeven aan de randen van de afbeelding, afhankelijk van de beeldverhouding. De Beautyshot-modus gebruiken In de Beautyshot-modus kunt u een portret maken met opties voor het verdoezelen van onzuiverheden op het gezicht. 1 Scroll op het startscherm naar <Scène>. 2 Selecteer . 3 Druk op [ / ] om Gezichtretouch. aan te passen. • Verhoog bijvoorbeeld de instelling Gezichtretouch. om meer onzuiverheden te verbergen. Gezichtretouch. : 2 Paneel uit ]. 4 Druk op [ 5 Selecteer Gezichtstint. Uitgebreide functies 45 Scènemodi gebruiken 6 Druk op [ / ] om Gezichtretouch. aan te passen. • Verhoog bijvoorbeeld de instelling voor de gezichtstint om de huid lichter te laten lijken. Gezichtstint : 2 Annuleer Instellen 7 Druk op [ ] om de instelling op te slaan. 8 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 9 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. De modus Intelligent portret gebruiken In de modus Intelligent portret detecteert de camera het gezicht van een onderwerp. Het gezicht wordt automatisch vergroot, de foto rondom het gezicht wordt bijgesneden en de oorspronkelijke foto's en 2 portretten worden opgeslagen in 3 afzonderlijke bestanden. U kunt de modus Intelligent portret gebruiken om close-up portretten van afzonderlijke personen uit landschapsopnamen te halen en op te slaan. 1 Scroll op het startscherm naar <Scène>. 2 Selecteer . 3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 4 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. • De oorspronkelijke foto en de 2 bijgesneden foto's worden opgeslagen met opeenvolgende bestandsnamen. • De modus Intelligent portret slaat alleen de originele foto op als: -- Er geen gezicht wordt gedetecteerd. -- Er meer dan 2 gezichten worden gedetecteerd. -- Het gedetecteerde oppervlak dat wordt ingenomen door het gezicht, groter is dan een bepaald percentage. • De bijgesneden foto's behouden dezelfde hoogte-breedteverhouding (16:9) als de oorspronkelijke foto, of de omgekeerde hoogtebreedteverhouding (9:16). • In de modus Intelligent portret kan het opslaan van bestanden langer duren. Uitgebreide functies 46 Scènemodi gebruiken De modus Nachtopname gebruiken De Close-upmodus gebruiken In de Nachtopnamemodus kunt u een lange sluitertijd gebruiken om de sluiter langer open te laten staan. Gebruik een hogere diafragmawaarde om overbelichting te voorkomen. In de modus Close-up opname kunt u close-ups maken van onderwerpen zoals bloemen of insecten. 1 Scroll op het startscherm naar <Scène>. 2 Selecteer . 3 Druk op [ / ] om de sluitertijd aan te passen. 1 Scroll op het startscherm naar <Scène>. 2 Selecteer . 3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. Sluitertijd : 1 sec Paneel uit 4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 4 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. 5 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Gebruik een statief om onscherpe foto's te voorkomen. Uitgebreide functies 47 Magische modi gebruiken U kunt een foto maken of een video opnemen met verschillende effecten. De Magische kadermodus gebruiken De modus Grappig gezicht gebruiken In de modus Magisch kader kunt u verschillende kadereffecten toepassen op uw foto's. De vorm en het uiterlijk van de foto's verandert afhankelijk van het kader dat u selecteert. U kunt een foto maken met effecten die het gezicht vervormen. 1 Scroll op het startscherm naar <Magisch>. 2 Selecteer . 3 Selecteer het gewenste kader. 1 Scroll op het startscherm naar <Magisch>. 2 Selecteer . 3 Richt de camera op een gezicht. 4 Selecteer het gewenste effect. Muurschildering Paneel uit Paneel uit 4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 5 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. In de Magische kadermodus wordt de resolutie automatisch ingesteld op . Uitgebreide functies 48 Magische modi gebruiken ]. 5 Druk op [ 6 Selecteer Vervormingsniveau. 7 Druk op [ / ] om Vervormingsniveau aan te passen. 8 Druk op [ ] om de instelling op te slaan. 9 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 10 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. De Fotofiltermodus Pas allerlei filtereffecten op uw foto's toe om unieke afbeeldingen te maken. Miniatuur Vignetten Visoog Schets • De modus Grappig gezicht werkt niet als er geen gezicht wordt gedetecteerd. • Wanneer meerdere gezichten worden gedetecteerd, wordt het effect alleen op het dichtstbijzijnde gezicht toegepast. 1 Scroll op het startscherm naar <Magisch>. 2 Selecteer . 3 Selecteer een effect. Uitgebreide functies 49 Magische modi gebruiken 4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de Optie Beschrijving Miniatuur Een effect toepassen om het onderwerp in miniatuur weer te geven. Vignetten Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen. Aquarel Het effect van een waterverfschilderij toepassen. Olieverf Het effect van een olieverfschilderij toepassen. Cartoon Het effect van een striptekening toepassen. Kruisfilter Lijnen toevoegen die naar buiten lopen van heldere objecten om het visuele effect van een kruisfilter te imiteren. Schets Een schetseffect van een pen toepassen. Softfocus Onzuiverheden op het gezicht verhullen of droomachtige effecten toevoegen. Visoog De randen van het kader donkerder maken en nabije objecten vervormen om de visuele effecten van een vissenooglens te imiteren. Oude film Het effect van een oude film toepassen. Halftoonstip Een halftooneffect toepassen. Klassiek Een zwart-witeffect toepassen. Retro Een sepiatinteffect toepassen. Zoomopname De randen van een foto vervagen om de onderwerpen in het midden te benadrukken. [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 5 Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken. Uitgebreide functies 50 Afhankelijk van de optie die u selecteert, kan de resolutie automatisch worden gewijzigd in of lager. Magische modi gebruiken De Filmfiltermodus gebruiken Optie Beschrijving Pas allerlei filtereffecten op uw video's toe om unieke afbeeldingen te maken. Paleteffect 1 Een heldere look maken met een scherp contrast en sterke kleur. Paleteffect 2 Scènes helder en duidelijk maken. Paleteffect 3 Een zachte bruine tint toepassen. Paleteffect 4 Een koud en eenkleurig effect toepassen. 1 Scroll op het startscherm naar <Magisch>. 2 Selecteer . 3 Selecteer een effect. Optie Beschrijving Miniatuur Een effect toepassen om het onderwerp in miniatuur weer te geven. Vignetten Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen. Halftoonstip Een halftooneffect toepassen. Schets Een schetseffect van een pen toepassen. Visoog Objecten die in de buurt zijn, vervormen om de visuele effecten van een vissenooglens te imiteren. Klassiek Een zwart-witeffect toepassen. Retro Een sepiatinteffect toepassen. 4 Druk op de [Ontspanknop] om de opname te starten. 5 Druk nogmaals op de [Ontspanknop] om de opname te stoppen. • Als u Miniatuur selecteert, wordt de opnametijd voor miniaturen ook weergegeven. Deze is korter dan de daadwerkelijke opnametijd. Uitgebreide functies 51 • Als u Miniatuur selecteert, kunt u geen geluid voor de video opnemen. • Afhankelijk van de optie die u selecteert, kan de opnamesnelheid worden gewijzigd in worden gewijzigd in . De opnameresolutie kan automatisch of lager. Magische modi gebruiken 4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de De modus Gesplitste opname gebruiken In de modus Gesplitste opname kunt u meerdere foto's maken en deze indelen met voorgedefinieerde indelingen. 1 Scroll op het startscherm naar <Magisch>. 2 Selecteer . 3 Selecteer een stijl voor splitsen. [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 5 Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken. • Herhaal stap 4 en 5 om de rest van de foto' te maken. • Als u een foto opnieuw wilt maken, drukt u op [ ]. • Als u de scherpte van de scheidingslijn wilt aanpassen, drukt u op [ ] en selecteert u Lijnvervaging → de gewenste waarde. • Als u op een gedeelte van de opname een Smart filter-effect wilt toepassen, drukt u op [ ] en selecteert u Smart filter → de gewenste optie. U kunt verschillende Smart filter-effecten toepassen of de afzonderlijke gedeelten van de opname. Paneel uit Uitgebreide functies 52 • In de modus Gesplitste opname wordt de resolutie automatisch ingesteld op of lager. • Het beschikbare zoombereik in de modus Gesplitste opname is mogelijk kleiner dan in andere opnamemodi. Magische modi gebruiken De modus Artistiek penseel gebruiken 4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de In de modus Artistiek penseel kunt u een foto maken en vervolgens een video bekijken waarin wordt uitgelegd hoe u een filtereffect kunt toepassen. 5 Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te 1 Scroll op het startscherm naar <Magisch>. 2 Selecteer . 3 Selecteer een filter. [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. maken. • Nadat u de foto hebt gemaakt, wordt automatisch de video gestart waarin wordt uitgelegd hoe u het filter kunt toepassen. • In de modus Artistiek penseel wordt de resolutie automatisch ingesteld op of lager. • In de modus Artistiek penseel worden de foto met het filtereffect en de video waarin wordt uitgelegd hoe u het filter toepast, allebei opgeslagen. • Het beschikbare zoombereik in de modus Artistiek penseel is mogelijk kleiner dan in andere opnamemodi. • In de modus Artistiek penseel kan het langer duren om een foto op te slaan. • U kunt een video die is vastgelegd in de modus Artistiek pens., niet uploaden via de draadloze netwerkfunctie op uw camera. (ST200F/ST201F/ST205F) Aquarel Paneel uit Optie Beschrijving Aquarel Het effect van een waterverfschilderij toepassen. Cartoon Het effect van een striptekening toepassen. Schets Een schetseffect van een pen toepassen. Uitgebreide functies 53 Magische modi gebruiken 6 Draai de [Zoomknop] naar links of rechts om het gebied De modus Foto in beweging gebruiken In de modus Foto in beweging kunt u een serie foto's maken en combineren en vervolgens een gebied selecteren om een GIFanimatie te maken. Deze modus is alleen beschikbaar wanneer u een geheugenkaart in de camera plaatst. te verkleinen of te vergroten. 1 Scroll op het startscherm naar <Magisch>. 2 Selecteer . 3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de Afmeting kader Annuleer [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 7 Druk op [ 4 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. • De camera maakt meerdere foto's terwijl het statuslampje Opslaan ] om de foto op te slaan. • De camera slaat een GIF-animatiebestand op en een knippert. 5 Druk op [ / / / ] om naar een gebied te scrollen waar u een animatie wilt maken. JPGbestand met de eerste scène van het GIF-bestand. U kunt het JPG-bestand niet weergeven op uw camera. Als u het bestand wilt weergeven, sluit u uw camera aan op een pc. (pag. 96) • In de modus Foto in beweging wordt de resolutie automatisch ingesteld op . • Gebruik een statief om te voorkomen dat de camera beweegt. • In de modus Foto in beweging kan het opslaan van bestanden langer duren. Uitgebreide functies 54 Opnameopties Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in de opnamemodus. De timer gebruiken …………………………… 58 Knipperende ogen detecteren … …………… 67 Slimme gezichtsherkenning gebruiken ……… 67 Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) … ………………………………… 68 Opnamen in het donker maken … ………… 59 Helderheid en kleur aanpassen ……………… 69 De resolutie en beeldkwaliteit selecteren … 56 De resolutie selecteren … …………………… 56 Een beeldkwaliteit selecteren … …………… 57 Rode ogen voorkomen ……………………… 59 De flitser gebruiken … ……………………… 59 De ISO-waarde aanpassen … ……………… 61 De scherpstelling aanpassen … …………… 62 De belichting handmatig aanpassen (EV) …… Compenseren voor tegenlicht (ACB) ………… De lichtmeetmethode wijzigen … …………… Een instelling voor Witbalans selecteren … … 69 70 70 71 Macro gebruiken … ………………………… 62 Meebewegende autofocus gebruiken … …… 63 Het scherpstelgebied aanpassen …………… 64 Serieopnamen ………………………………… 73 Gezichtsdetectie gebruiken … ……………… 65 Beschikbare opname-instellingen per opnamemodus … …………………………… 76 Gezichten detecteren … …………………… 65 Een zelfportret maken … …………………… 66 Een foto van een lachend gezicht maken …… 66 Afbeeldingen aanpassen … ………………… 74 Het geluid van de zoom verminderen … …… 75 De resolutie en beeldkwaliteit selecteren Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de resolutie en beeldkwaliteit kunt aanpassen. De resolutie selecteren De videoresolutie instellen Als u de resolutie verhoogt, zullen de foto's en video's meer pixels bevatten en daardoor groter kunnen worden afgedrukt en weergegeven. Bij een hoge resolutie neemt ook de bestandsgrootte toe. 1 Druk in de video-opnamemodus op [ 2 Selecteer Filmformaat. 3 Selecteer een optie. De fotoresolutie instellen 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer Fotoformaat. 3 Selecteer een optie. ]. Pictogram Beschrijving ]. 1280 X 720: HD-bestanden om af te spelen op een HDTV. 640 X 480: SD-bestanden om af te spelen op een analoge TV. Pictogram Beschrijving 320 X 240: plaatsen op een webpagina. 4608 X 3456: afdrukken op A1-papier. Om te delen (alleen ST200F/ST201F/ST205F): Op een website plaatsen via het draadloos netwerk (maximaal 30 seconden). 4608 X 3072: afdrukken op A1-papier in de verhouding 3:2 (breed). 4608 X 2592: afdrukken op A1-formaat in panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een HDTV. 3648 X 2736: afdrukken op A2-papier. 2592 X 1944: afdrukken op A4-papier. 1984 X 1488: afdrukken op A5-papier. 1920 X 1080: afdrukken op A5-formaat in panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een HDTV. 1024 X 768: bij een e-mail voegen. Opnameopties 56 De resolutie en beeldkwaliteit selecteren Een beeldkwaliteit selecteren De videokwaliteit instellen De camera comprimeert de video's die u opneemt en slaat ze op in de indeling MP4 (H.264). De kwaliteitsinstellingen voor de foto en video instellen. Een hogere beeldkwaliteit resulteert in grotere bestanden. De fotokwaliteit instellen De camera comprimeert de foto's die u maakt en slaat deze op in JPEG-indeling. 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer Kwalit.. 3 Selecteer een optie. Pictogram ]. 1 Druk in de video-opnamemodus op [ 2 Selecteer Framesnelheid. 3 Selecteer een optie. Pictogram ]. Beschrijving 30 fps: 30 frames per seconde opnemen. 15 fps: 15 frames per seconde opnemen. Beschrijving Superhoog: foto's maken met superhoge kwaliteit. Hoog: foto's maken met hoge kwaliteit. Normaal: foto's maken met normale kwaliteit. Opnameopties 57 De timer gebruiken Hier vindt u informatie over hoe u de zelfontspanner instelt om met een vertraging een foto te maken. 1 Druk in de opnamemodus op [ 3 Druk op de [Ontspanknop] om de timer te starten. ]. • Het AF-hulplampje/timerlampje gaat knipperen. De camera maakt na de ingestelde tijdsduur automatisch een foto. Timer • Druk op de [Ontspanknop] of [ ] om de timer te annuleren. • Afhankelijk van de geselecteerde opties voor gezichtsdetectie, is de Uit 10 sec 2 sec timerfunctie mogelijk niet beschikbaar. • In sommige modi kunt u ook de timeroptie instellen door op [ Dubbel Terug te drukken en vervolgens Timer te selecteren. Select. 2 Selecteer een optie. Pictogram Beschrijving Uit: de timer is niet actief. 10 sec: een foto maken na een vertraging van 10 seconden. 2 sec: een foto maken na een vertraging van 2 seconden. Dubbel: een foto maken na een vertraging van 10 seconden en nog een foto maken na een vertraging van 2 seconden. Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare opties verschillen. Opnameopties 58 ] Opnamen in het donker maken Hier vindt u informatie over hoe u 's nachts of bij weinig licht foto's kunt maken. Rode ogen voorkomen De flitser gebruiken Als de flitser afgaat wanneer u in het donker een foto van een persoon neemt, kan er een rode gloed in de ogen verschijnen. U kunt dit voorkomen door Rode ogen of Anti-rode ogen te selecteren. Zie 'De flitser gebruiken' voor de flitseropties. Gebruik de flitser wanneer u foto's in het donker maakt of wanneer u meer licht in de foto's wilt hebben. 1 Druk in de opnamemodus op [ ]. Flitser  Vóór correctie Uit Auto Rode ogen Invulflits Langz sync Anti-rode ogen  Na correctie Terug Select. 2 Selecteer een optie. Pictogram Beschrijving Uit: • Er wordt niet geflitst. • De camera geeft een waarschuwing weer dat de camera beweegt wanneer u foto's maakt bij weinig licht. Auto: de camera selecteert een geschikte flitseroptie voor de scène die is gedetecteerd in de modus Smart Auto. Auto: de flitser wordt automatisch gebruikt wanneer het onderwerp of de achtergrond donker is. Opnameopties 59 Opnamen in het donker maken Pictogram Beschrijving • Er zijn geen flitseropties beschikbaar bij serieopnamen of als u Rode ogen: • De flitser gaat twee keer af als het onderwerp of de achtergrond te donker is om het rode-ogeneffect te verminderen. • Er zit een korte tijd tussen de twee flitsen. Beweeg de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd. Invulflits: • Er wordt altijd geflitst. • De camera past automatisch de intensiteit van het licht aan. Langz sync: • Er wordt geflitst en de sluiter blijft langer open. • Deze optie wordt aanbevolen wanneer u het omgevingslicht wilt gebruiken om meer details in de achtergrond zichtbaar te maken. • Gebruik een statief om te voorkomen dat de foto's onscherp worden. • De camera geeft een waarschuwing weer dat de camera beweegt wanneer u foto's maakt bij weinig licht. Anti-rode ogen: • De flitser wordt geactiveerd wanneer het onderwerp of de achtergrond donker is en de camera corrigeert de rode ogen met de geavanceerde software-analyse. • Er zit een korte tijd tussen de twee flitsen. Beweeg de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd. Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare opties verschillen. Opnameopties 60 Zelfportret of Knipperen selecteert. • Zorg ervoor dat uw onderwerp zich binnen de aanbevolen afstand van de flitser bevindt. (pag. 144) • Als licht van de flitser wordt gereflecteerd of als er veel stof in de lucht is, kunnen er kleine vlekjes op de foto komen. • In sommige modi kunt u ook de flitseroptie instellen door op [ ] te drukken en vervolgens Flitser te selecteren. Opnamen in het donker maken De ISO-waarde aanpassen De ISO-waarde is een eenheid voor de mate waarin film gevoelig is voor licht, zoals gedefinieerd door de International Organization for Standardization (ISO). Hoe hoger de ISO-waarde, des te gevoeliger wordt de camera voor licht. Gebruik een hogere ISOwaarde om betere foto's te maken en bewegingsonscherpte te voorkomen wanneer u de flitser niet gebruikt. 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer ISO. 3 Selecteer een optie. ]. • Selecteer om een geschikte ISO-waarde te gebruiken op basis van de helderheid van het onderwerp en de lichtval. Hogere ISO-waarden kunnen zorgen voor meer ruis in beelden. Opnameopties 61 De scherpstelling aanpassen Hier vindt u informatie over het aanpassen van de scherpstelling van de camera om deze aan te passen aan het onderwerp en de opnameomstandigheden. 1 Druk in de opnamemodus op [ Macro gebruiken ]. Gebruik macro om foto's van dichtbij te maken, bijvoorbeeld van bloemen of insecten. Focus Normaal (AF) Macro Terug Select. 2 Selecteer een optie. Pictogram Beschrijving Normaal (AF): Scherpstellen op een onderwerp dat zich op een afstand van 80 cm of meer bevindt. Of op een afstand van 200 cm of meer, wanneer u gebruikmaakt van de zoom. Macro: stel scherp op een onderwerp dat 5-80 cm van de camera is verwijderd. 150–200 cm wanneer u de zoom gebruikt. • Probeer de camera stevig vast te houden, om te voorkomen dat de Auto macro: • Automatisch scherpstellen op een onderwerp verder weg dan 5 cm. Of op een afstand van 150 cm of meer, wanneer u gebruikmaakt van de zoom. • De optie wordt automatisch ingesteld in bepaalde opnamemodi. foto's onscherp worden. • Schakel de flitser uit als de afstand tot het onderwerp minder dan 40 cm bedraagt. Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare opties verschillen. In sommige modi kunt u ook de scherpsteloptie instellen door op [ te drukken en vervolgens Focus te selecteren. Opnameopties 62 ] De scherpstelling aanpassen Meebewegende autofocus gebruiken • Als u geen scherpstelgebied selecteert, wordt het scherpstelkader Met Tracking AF kunt u het onderwerp volgen en automatisch scherp in beeld houden, ook wanneer u beweegt. weergegeven in het midden van het scherm. • Het volgen van een onderwerp kan in de volgende gevallen ]. 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer Scherpstelgebied → Tracking AF. 3 Stel scherp op het onderwerp dat u wilt volgen en druk op [ ]. • Er verschijnt een scherpstelkader rond het onderwerp dat het onderwerp volgt als u de camera beweegt. • Een wit kader betekent dat de camera het onderwerp volgt. • Een groen kader wanneer u de [Ontspanknop] half indrukt, betekent dat het onderwerp scherp in beeld is. 4 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Opnameopties 63 mislukken: -- Het onderwerp is te klein. -- Het onderwerp beweegt te veel. -- Er is sprake van tegenlicht of u maakt foto's op een donkere plaats. -- Kleuren of patronen van het onderwerp komen overeen met de achtergrond. -- Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het geval is. -- De camera trilt erg. • Wanneer een onderwerp niet kan worden gevolgd, wordt het scherpstelkader weergegeven als een kader met één witte lijn ( ). • Als de camera het onderwerp niet volgt, moet u het te volgen onderwerp opnieuw selecteren. • Als de camera niet kan scherpstellen, wordt het scherpstelkader weergegeven als een kader met één rode lijn ( ). • Als u deze functie gebruikt, is het niet mogelijk om de opties voor gezichtsdetectie, timer, serieopnamen en Intelli-zoom in te stellen. De scherpstelling aanpassen Het scherpstelgebied aanpassen U kunt betere foto's krijgen door een scherpstelgebied te kiezen op basis van de locatie van het onderwerp in de scène. 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer Scherpstelgebied. 3 Selecteer een optie. ]. Pictogram Beschrijving Centrum AF: scherpstellen op het midden van het kader (voor onderwerpen die zich in het midden of in de buurt van het midden bevinden). Multi AF: scherpstellen op een of meer van 9 mogelijke gebieden. Tracking AF: stel scherp op en beweeg mee met het onderwerp. (pag. 63) Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare opties verschillen. Opnameopties 64 Gezichtsdetectie gebruiken Bij gebruik van de opties voor gezichtsdetectie worden de gezichten van mensen automatisch door de camera gedetecteerd. Wanneer u op een menselijk gezicht scherpstelt, past de camera de belichting automatisch aan. Gebruik Knipperen om gesloten ogen te detecteren of Smile shot om een lachend gezicht op te nemen. Ook kunt u Slimme gez.herkenning gebruiken om gezichten te registreren en ze bij het scherpstellen prioriteit te geven. • Wanneer de camera een gezicht detecteert, wordt het gedetecteerde gezicht automatisch gevolgd. • Gezichtsdetectie is mogelijk in de volgende gevallen niet effectief: -- De afstand tussen de camera en het onderwerp is te groot (het scherpstelkader wordt oranje weergegeven voor Smile shot en Knipperen). -- Het is te licht of te donker. -- Het onderwerp kijkt niet in de richting van de camera. -- Het onderwerp draagt een zonnebril of een masker. -- De gezichtsuitdrukking van het onderwerp verandert drastisch. -- Het onderwerp heeft tegenlicht of de lichtomstandigheden zijn veranderlijk. • Gezichtsdetectie is niet beschikbaar wanneer u Tracking AF instelt. • Afhankelijk van de opname-instellingen kunnen de beschikbare opties voor gezichtsdetectie verschillen. • Afhankelijk van de geselecteerde opties voor gezichtsdetectie, is de timerfunctie mogelijk niet beschikbaar. • Als opties voor gezichtsdetectie instelt, wordt het AF-gebied automatisch ingesteld op Multi AF. • Afhankelijk van de opties voor gezichtsherkenning die u hebt geselecteerd, zijn serieopties niet beschikbaar. • Als u de optie Slimme gez. herkenning instelt en foto's van gedetecteerde gezichten neemt, worden ze in de gezichtenlijst geregistreerd. • In de afspeelmodus kunt u geregistreerde gezichten op volgorde van prioriteit weergeven. (pag. 80) Ook als gezichten zijn geregistreerd, worden ze mogelijk niet geclassificeerd in de afspeelmodus. • Een gezicht dat met de optie Slimme gez. herkenning wordt gedetecteerd, komt mogelijk niet in de gezichtenlijst of in Smart Album voor. Gezichten detecteren De camera kan automatisch maximaal 10 gezichten in één scène detecteren. ]. 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer Gezichtsdetectie → Normaal. Opnameopties 65 Het gezicht dat zich het dichtst bij de camera of het dichtst bij het midden van de scène bevindt, wordt weergegeven in een wit scherpstelkader en de overige gezichten worden weergegeven in grijze scherpstelkaders. Hoe dichter u bij de onderwerpen bent, des te sneller de camera gezichten detecteert. Gezichtsdetectie gebruiken Een zelfportret maken Een foto van een lachend gezicht maken Maak foto's van uzelf. De camera stelt de scherpstelafstand in op close-up en geeft een pieptoon weer wanneer dit gereed is. De camera neemt automatisch een foto wanneer er een lachend gezicht wordt gedetecteerd. ]. 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer Gezichtsdetectie → Zelfportret. 3 Stel de opname samen met de lens naar u toe gericht. 4 Wanneer u een korte piep hoort, drukt u op de ]. 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer Gezichtsdetectie → Smile shot. 3 Stel de opname samen. • De camera neemt automatisch een foto wanneer er een [Ontspanknop]. lachend gezicht wordt gedetecteerd. De camera herkent de lach eerder wanneer het onderwerp breeduit lacht. Wanneer gezichten zich in het midden bevinden, piept de camera snel. Als u Volume uitschakelt in de geluidsinstellingen, geeft de camera geen pieptoon weer. (pag. 125) Opnameopties 66 Gezichtsdetectie gebruiken Knipperende ogen detecteren Slimme gezichtsherkenning gebruiken Als de camera gesloten ogen detecteert, worden er automatisch 2 foto's na elkaar gemaakt. De camera registreert automatisch gezichten die u vaak fotografeert. De functie Slimme gezichtsherkenning stelt automatisch eerst scherp op die gezichten en op favoriete gezichten. De functie Slimme gezichtsherkenning is alleen beschikbaar bij gebruik van een geheugenkaart. ]. 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer Gezichtsdetectie → Knipperen. ]. 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer Gezichtsdetectie → Slimme gez.herkenning. • : gezichten die u hebt geregistreerd als favorieten. (Zie pagina 68 voor informatie over het registreren van gezichten als favorieten.) • : gezichten die automatisch door de camera zijn geregistreerd. • De camera herkent en registreert gezichten mogelijk niet goed in extreme lichtomstandigheden, bij grote veranderingen in de houding of gezichtsuitdrukking van het onderwerp of als het onderwerp al dan niet een bril draagt. • De camera kan maximaal 12 gezichten automatisch registreren. Als de camera een nieuw gezicht herkent terwijl er al 12 gezichten zijn geregistreerd, zal de camera automatisch het gezicht met de laagste prioriteit door het nieuwe vervangen. Opnameopties 67 Gezichtsdetectie gebruiken Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) U kunt uw favoriete gezichten registreren om deze gezichten bij de scherpstelling en belichting prioriteit te geven. Deze functie is alleen bij gebruik van een geheugenkaart beschikbaar. 4 Zodra u klaar bent met het maken van de foto's, wordt de gezichtenlijst weergegeven. • Uw favoriete gezichten worden in de gezichtenlijst met een gemarkeerd. 1 2 Selecteer Smart FR wijzigen → Mijn ster. 3 Lijn het gezicht van het onderwerp uit met de ovalen Druk in de opnamemodus op [ ]. • U kunt maximaal 8 favoriete gezichten registreren. • De flitser wordt niet geactiveerd wanneer u een favoriet gezicht registreert. • Als u een gezicht twee keer registreert, kunt u een van deze gezichten uit de lijst verwijderen. richtlijn en druk op de [Ontspanknop] om het gezicht te registreren. Uw favoriete gezichten weergeven ]. 1 Druk in de opnamemodus op [ Selecteer Smart FR wijzigen → Gezichtenlijst. 2 • Als u de classificatie van uw favoriete gezichten wilt wijzigen, drukt u Annuleer op [ Instellen ] en selecteert u Rangorde wijzigen. (pag. 80) • Als u een favoriet gezicht wilt verwijderen, drukt u op [ selecteert u Mijn ster annuleren. (pag. 81) • Maak bij het registreren van gezichten een foto per persoon tegelijk. • Maak 5 foto's van het gezicht van het onderwerp voor de beste resultaten: van de voorkant, van links, van rechts, van boven en van onderen. • Wanneer u foto's maakt van links, van rechts, van boven en van onderen, moet u het onderwerp vertellen zijn of haar gezicht niet meer dan 30 graden te draaien. • U kunt een gezicht registreren, zelfs als u maar één foto van het gezicht van het onderwerp maakt. Opnameopties 68 ] en Helderheid en kleur aanpassen Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de helderheid en kleur kunt aanpassen om een betere beeldkwaliteit te bereiken. 3 Selecteer een waarde om de belichting aan te passen. De belichting handmatig aanpassen (EV) Afhankelijk van de intensiteit van het omgevingslicht kunnen foto's te licht of te donker uitvallen. U kunt dan de belichting aanpassen om een beter resultaat te krijgen. • De foto wordt lichter naarmate de belichting wordt verhoogd. EV : +1 Annuleer  Donkerder (-)  Neutraal (0)  Helderder (+) 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer EV. 4 Druk op [ Instellen ] om uw instellingen op te slaan. • Nadat u de belichting hebt aangepast, wordt deze instelling ]. automatisch opgeslagen. Mogelijk moet dit later weer worden aangepast om onder- of overbelichting te voorkomen. • Als u niet weet wat de juiste belichting moet zijn, selecteert u AEB (Auto Exposure Bracket). De camera neemt 3 foto's achter elkaar, elk met een andere belichting: normaal, onderbelicht en overbelicht. (pag. 73) Opnameopties 69 Helderheid en kleur aanpassen Compenseren voor tegenlicht (ACB) De lichtmeetmethode wijzigen Wanneer de lichtbron zich achter uw onderwerp bevindt of er sprake is van hoog contrast tussen het onderwerp en de achtergrond, ziet het onderwerp er in de foto waarschijnlijk donker uit. Schakel in dat geval de optie Auto Contrast Balance (ACB) in. De lichtmetingsmodus heeft betrekking op de manier waarop een camera de hoeveelheid licht meet. De helderheid en belichting van de foto's varieert met de gekozen lichtmeetmethode. 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer L.meting. 3 Selecteer een optie. Pictogram ▲ Zonder ACB Pictogram Beschrijving Multi: • De camera verdeelt het frame onder in diverse gebieden en meet de lichtintensiteit in elk gebied. • Geschikt voor algemene foto's. ▲ Met ACB 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer ACB. 3 Selecteer een optie. ]. ]. Spot: • De camera meet alleen de lichtintensiteit in het uiterste midden van het kader. • Als een onderwerp zich niet midden in het beeld bevindt, kan de foto verkeerd belicht worden. • Geschikt voor een onderwerp met tegenlicht. Beschrijving Uit: automatische contrastverbetering (ACB) is uitgeschakeld. Aan: automatische contrastverbetering (ACB) is ingeschakeld. • De ACB-functie is altijd ingeschakeld in de modus Smart Auto. • De functie ACB is niet beschikbaar wanneer u opties voor serieopnamen instelt. Opnameopties 70 Centr. gewogen: • De camera bepaalt een gemiddelde voor de lichtmeting van het gehele beeld, maar met nadruk op het midden. • Geschikt voor foto's waarbij het onderwerp zich in het midden van het beeld bevindt. Helderheid en kleur aanpassen Een instelling voor Witbalans selecteren De kleur van uw foto is afhankelijk van het type en de kwaliteit van de lichtbron. Als u wilt dat uw foto's realistische kleuren hebben, selecteert u een witbalansinstelling die geschikt is voor de lichtomstandigheden, zoals Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt of Kunstlicht. 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer Witbalans. 3 Selecteer een optie. ]. Pictogram Beschrijving Auto witbalans: automatisch de witbalans instellen op basis van de lichtomstandigheden. Daglicht: voor foto's buitenshuis op een zonnige dag. Bewolkt: voor foto's buitenshuis op een bewolkte dag of in de schaduw. Auto witbalans Daglicht TL-licht H: voor foto's bij daglichtlampen of driewegfluorescentielampen. TL-licht L: voor foto's bij wit TL-licht. Kunstlicht: voor foto's binnenshuis bij gloeilamp- of halogeenlampverlichting. Bewolkt Aangep. instelling: instellingen voor de witbalans gebruiken die u hebt ingesteld. (pag. 72) Kunstlicht Opnameopties 71 Helderheid en kleur aanpassen Uw eigen witbalansinstelling configureren U kunt de witbalans aanpassen door een foto te maken van een wit oppervlak, zoals een stuk papier, onder de lichtomstandigheden waarin u een foto wilt maken. De functie voor witbalans helpt u om de kleuren in uw foto te laten overeenkomen met de werkelijke scène. ]. 1 Druk in de opnamemodus op [ Selecteer Witbalans → Aangep. instelling. 2 3 Richt de lens op een wit stuk papier en druk op de [Ontspanknop]. Opnameopties 72 Serieopnamen Het kan lastig zijn foto's te maken van snel bewegende onderwerpen, of natuurlijke gezichtsuitdrukkingen en gebaren van uw onderwerpen in foto's vast te leggen. Het kan ook moeilijk zijn om de belichting correct aan te passen en een juiste belichtingsbron te selecteren. Selecteer in deze gevallen een van de modi voor serieopnamen. Pictogram Beschrijving Bewegingsopname: Terwijl u de [Ontspanknop] ingedrukt houdt, maakt de camera -foto's (5 foto's per seconde; met een maximum van 30 foto's). 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer Snelheid. 3 Selecteer een optie. AEB: • 3 foto's achter elkaar maken, elk met een andere belichting. normaal, onderbelicht en overbelicht. • Gebruik een statief om onscherpe foto's te voorkomen. ]. • U kunt de flitser en timer alleen gebruiken als u 1 opname selecteert. • Als u Bewegingsopname selecteert, stelt de camera de resolutie in Pictogram Beschrijving op 1 opname: één foto maken. Continu: • Terwijl u de [Ontspanknop] ingedrukt houdt, blijft de camera achter elkaar foto's maken. • Het maximumaantal foto's is afhankelijk van de capaciteit van de geheugenkaart. Opnameopties 73 en de ISO-waarde op Auto. • Afhankelijk van de geselecteerde optie voor gezichtsdetectie zijn bepaalde opties voor serieopnamen niet beschikbaar. Afbeeldingen aanpassen U kunt de scherpte, kleurverzadiging en het contrast van uw foto's aanpassen. 1 Druk in de opnamemodus op [ 2 Selecteer Beeld aanpassen. 3 Selecteer een optie. ]. 4 Druk op [ / ] om de waarden aan te passen. Scherpte • Scherpte • Contrast • Kleurverz. Beschrijving - De randen van uw foto's verzachten (geschikt voor fotobewerking op de computer). + De randen verscherpen om de foto's duidelijker te maken. Hierdoor kan ook de beeldruis in de foto's toenemen. Contrast Beschrijving Beeld aanpassen - De kleuren en helderheid verlagen. Scherpte + De kleuren en helderheid verhogen. Contrast Kleurverzadiging Kleurverz. Annuleer Instellen Beschrijving - De kleurverzadiging verlagen. + De kleurverzadiging verhogen. 5 Druk op [ ] om de instellingen op te slaan. Selecteer 0 als u geen effect wilt toepassen (geschikt voor afdrukken). Opnameopties 74 Het geluid van de zoom verminderen Wanneer u tijdens het opnemen van video's gebruikmaakt van de zoom, kan de camera het geluid van de zoom in de video' opnemen. Gebruik de functie Sound Alive om het zoomgeluid te verminderen. 1 Druk in de video-opnamemodus op [ 2 Selecteer Spraak. 3 Selecteer een optie. Pictogram ]. Beschrijving Sound Alive Aan: de Sound Alive-functie inschakelen om het zoomgeluid te verminderen. Sound Alive Uit: de Sound Alive-functie uitschakelen om het zoomgeluid op te nemen. Dempen: er wordt geen geluid opgenomen. • Blokkeer de microfoon niet wanneer u de functie Sound Alive gebruikt. • Opnamen die worden gemaakt met Sound Alive, kunnen anders klinken dan de daadwerkelijke geluiden. • In de modus Beeld in beeld kunt u geen opties instellen voor Sound Alive. Opnameopties 75 Beschikbare opname-instellingen per opnamemodus Zie 'Opnameopties' voor meer informatie over opname-instellingen. Smart Auto Programma Slimme film Film Scène Live Panorama Beeld in beeld Beautyshot Intelligent portret O Resolutie O O O O O   O Kwalit.  O O O O  - O O Timer  O   O -    Flitser  O - -  -    - O - - - - - - -  O  O  - -   ISO-waarde Macro Scherpstelgebied - O - - - - - - - Gezichtsdetectie  O - -  - -   - O - O - - - - -  O - - - - - - - Lichtmeting - O - O - - - - - Witbalans - O - O - - - - - Drive - O - - - - - - - Beeld aanpassen - O - - - - -  - Sound Alive - - O O - - - - - Digitale zoom - O - -  - - - - Intelligent zoomen   - -  - - - - OIS O O O O O - O O O EV ACB  : In deze modi zijn sommige opties beperkt of is een bepaalde optie standaard ingesteld. O : De optie is beschikbaar in deze modus. Opnameopties 76 Beschikbare opname-instellingen per opnamemodus Nachtopname Close-up opname Magisch kader Grappig gezicht Fotofilter Filmfilter Gesplitste opname Artistiek pens. Foto in beweging Resolutie O O Kwalit. O O  O      O O O  O O Timer O  O  O O     Flitser  -    -   - ISO-waarde - - - - - - - - - Macro -  - - -  - -  Scherpstelgebied - - - - - - - - - Gezichtsdetectie - - -  - - - - - EV - - - - - - - - - ACB - - - - - - - - - Lichtmeting - - - - - - - - - Witbalans - - - - - - - - - Drive - - - - - - - - - Beeld aanpassen - - - -  -   - Sound Alive - - - - -  - - - Digitale zoom - - - - - - - - - Intelligent zoomen - - - - - - - - - OIS O O - O O O O O O  : In deze modi zijn sommige opties beperkt of is een bepaalde optie standaard ingesteld. O : De optie is beschikbaar in deze modus. Opnameopties 77 Afspelen/bewerken Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt weergeven of afspelen en hoe u foto's en video's kunt bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een computer, fotoprinter of televisie aansluit. Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus … ……………………………… 79 Bestanden overbrengen naar een Windows-computer … ……………………… 95 De afspeelmodus starten … ………………… 79 Foto's weergeven …………………………… 84 Een video afspelen … ……………………… 87 Bestanden overbrengen met Intelli-Studio …… 96 Bestanden overbrengen door de camera aan te sluiten als verwisselbare schijf … …… 98 De camera loskoppelen (voor Windows XP) … ……………………… 99 Foto's bewerken ……………………………… 89 Het formaat van foto's wijzigen ……………… Portretten automatisch bijsnijden …………… Een foto draaien … ………………………… Smart filter-effecten toepassen ……………… Foto's aanpassen …………………………… Een afdrukbestelling maken (DPOF) ………… 89 89 90 90 91 93 Bestanden op een tv weergeven … ………… 94 Bestanden overbrengen naar een Mac-computer …………………………………100 Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken ………………………………………101 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Hier vindt u informatie over hoe u foto's, video's en spraakmemo's kunt afspelen en hoe u bestanden beheert. De afspeelmodus starten Fotobestandsinformatie Bekijk foto's en video's die op de camera zijn opgeslagen. 1 Druk op [ Actief geheugen ]. • Het recentste bestand wordt weergegeven. • Als de camera is uitgeschakeld, wordt deze ingeschakeld en Bestandsgegevens wordt het recentste bestand weergegeven. 2 Druk op [ • Houd [ / ] om door de bestanden te scrollen. Album/Inzoomen / ] ingedrukt om snel door de bestanden te scrollen. Pictogram • Als u bestanden in het interne geheugen wilt weergeven, verwijdert u de geheugenkaart. • U kunt bestanden die zijn opgenomen met andere camera's, mogelijk niet bewerken of afspelen, wegens niet-ondersteunde formaten (afbeeldingsformaat, enzovoort) of codecs. Gebruik een computer of ander apparaat om deze bestanden te bewerken of af te spelen. Beschrijving Huidig bestand/totaal aantal bestanden Mapnaam – Bestandsnaam GIF-bestand Beveiligd bestand. Afdrukbestelling ingesteld (DPOF) Als u bestandsgegevens op het scherm wilt weergeven, drukt u op [ Afspelen/bewerken 79 ]. Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Videobestandsinformatie Uw favoriete gezichten classificeren U kunt uw favoriete gezichten classificeren. De functie voor favoriete gezichten is alleen beschikbaar als u een geheugenkaart in de camera plaatst. 1 Druk in de afspeelmodus op [ 2 Selecteer Gezichtenlijst. Bestandsinformatie Album Afspelen Pictogram ]. Gezichtenlijst Vastleggen Beschrijving Huidig bestand/totaal aantal bestanden Mapnaam – Bestandsnaam Huidige afspeeltijd Terug Lengte van de video Beveiligd bestand Als u bestandsgegevens op het scherm wilt weergeven, drukt u op [ ]. Wijzigen 3 Druk op [ ]. 4 Selecteer Rangorde wijzigen. 5 Selecteer een gezicht en raak [ ] aan. 6 Druk op [ / ] om de classificatie van het gezicht te wijzigen en druk op [ Afspelen/bewerken 80 ]. Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Favoriete gezichten verwijderen Bestanden op categorie bekijken in Smart Album U kunt uw favoriete gezichten verwijderen. De functie voor favoriete gezichten is alleen beschikbaar als u een geheugenkaart in de camera plaatst. ]. 1 Druk in de afspeelmodus op [ 2 Selecteer Gezichtenlijst. 3 Druk op [ ]. 4 Selecteer Mijn ster annuleren. 5 Selecteer een gezicht en druk op [ ]. 6 Druk op [ ]. 7 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, Geef bestanden weer op categorie, zoals datum, gezicht of bestandstype. 1 Draai in de afspeelmodus de [Zoomknop] naar links. • U kunt Smart Album ook openen door naar <Album> op het startscherm te scrollen en te selecteren. 2 3 Selecteer Filter → een categorie. Druk op [ ]. Filter Alles Datum Gezichtenlijst Best.type selecteert u Ja. Terug Pictogram Select. Beschrijving Alles: bestanden normaal weergeven. Datum: bestanden weergeven op volgorde van opslagdatum. Gezichtenlijst: bestanden weergeven op herkende en favoriete gezichten. (Maximaal 20 personen) Best.type: bestanden weergeven op bestandstype. Afspelen/bewerken 81 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus 4 Scroll naar een gewenste lijst en druk vervolgens op [ ] om de lijst te openen. Bestanden als miniatuur weergeven Bekijk miniaturen van bestanden. 5 Scroll naar een gewenst bestand en druk vervolgens op [ Draai de afspeelmodus de [Zoomknop] naar links om miniaturen weer te geven (12 per keer). Draai de [Zoomknop] nog een of twee keer naar links om meer miniaturen weer te geven (24 per keer). Draai de [Zoomknop] naar rechts om naar de vorige weergave terug te keren. ] om het bestand te openen. 6 Draai de [Zoomknop] naar links om naar de vorige weergave terug te keren. Het kan enige tijd duren voordat de camera Smart Album opent, de categorie wijzigt of de bestanden opnieuw indeelt. Menu • U kunt bestanden ook weergeven als miniaturen door naar <Album> op het startscherm te scrollen en Druk op [ Afspelen/bewerken 82 / / / te selecteren. ] om door de bestanden te scrollen. Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Bestanden beveiligen Beveilig uw bestanden om te voorkomen dat ze per ongeluk worden verwijderd. 1 Druk in de afspeelmodus op [ 2 Selecteer Beveiligen → Aan. Meerdere bestanden verwijderen U kunt meerdere bestanden selecteren en deze tegelijk verwijderen. 1 Druk in de afspeelmodus op [ ]. ]. • Druk in de miniatuurweergave op [ ], selecteer Wissen → Select. en ga vervolgens door naar stap 3, of druk op [ ], selecteer Select. en ga vervolgens door naar stap 3. U kunt een beveiligd bestand niet verwijderen of draaien. 2 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Meer wissen. 3 Scroll naar de bestanden die u wilt verwijderen en druk Bestanden wissen op [ Selecteer bestanden die u wilt verwijderen in de afspeelmodus. Eén bestand verwijderen U kunt één bestand selecteren en dit verwijderen. 1 Selecteer een bestand in de afspeelmodus en druk op [ ]. • Druk nogmaals op [ ] om de selectie te annuleren. 4 5 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, Druk op [ ]. selecteert u Ja. ]. 2 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Ja. U kunt ook meerdere bestanden wissen in de afspeelmodus door op [ ] en vervolgens Wissen → Wissen → Ja te selecteren. Afspelen/bewerken 83 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Alle bestanden verwijderen U kunt alle bestanden selecteren en deze tegelijk verwijderen. 1 Druk in de afspeelmodus op [ ]. • Druk in de miniatuurweergave op [ ], selecteer Wissen → Alles wissen, en ga vervolgens door naar stap 3, of druk op [ ], selecteer Alles wissen, en ga vervolgens door naar stap 3. Foto's weergeven Vergroot een deel van een foto of geef foto's weer als diashow. Een foto vergroten Draai in de afspeelmodus de [Zoomknop] naar rechts om een deel van een foto te vergroten. Draai de [Zoomknop] naar links om uit te zoomen. 2 Selecteer Wissen → Alles wissen. 3 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Ja. Vergroot gebied • Alle niet-beveiligde bestanden worden verwijderd. Bestanden naar een geheugenkaart kopiëren Kopieer bestanden van het interne geheugen naar een geheugenkaart. 1 Druk in de afspeelmodus op [ 2 Selecteer Kopie. Bijsnijden ]. Afspelen/bewerken 84 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Functie Het vergrote gebied verplaatsen De vergrote foto bijsnijden Panoramafoto's weergeven Beschrijving Druk op [ / / / Bekijk foto's die zijn gemaakt in de modus Live Panorama. ]]. Druk op [ ] en selecteer Ja. (De bijgesneden foto wordt opgeslagen als een nieuw bestand. De oorspronkelijke foto blijft in zijn oorspronkelijke vorm bewaard.) Als u foto's weergeeft die zijn gemaakt met een andere camera, kan de zoomverhouding verschillen. 1 Druk in de afspeelmodus op [ / ] om naar de gewenste panoramafoto te scrollen. • De volledige panoramafoto wordt weergegeven op het scherm. 2 Druk op [ ]. • De camera scrollt automatisch van links naar rechts door de foto voor een horizontale panoramafoto en van boven naar beneden voor een verticale panoramafoto. De camera schakelt vervolgens over naar de afspeelmodus. • Druk tijdens het weergeven van een panoramafoto op [ ] om te pauzeren of hervatten. • Druk tijdens het weergeven van een panoramafoto op [ / / / ] om de foto horizontaal of verticaal te bewegen, afhankelijk van de richting waarin u hebt bewogen tijdens het maken van de foto. 3 Druk op [ ] om terug te gaan naar de afspeelmodus. De camera beweegt alleen automatisch door de panoramafoto wanneer de langste zijde van de foto minstens twee keer zo lang is als de korte zijde. Afspelen/bewerken 85 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Een diashow afspelen Bewegende foto's weergeven GIF-animatiebestanden herhaaldelijk weergeven die zijn vastgelegd in de modus Foto in beweging. Effecten en audio toevoegen aan een diashow met uw foto's. De diashowfunctie werkt niet voor video's en GIF-bestanden. 1 Druk in de afspeelmodus op [ ]. 1 Druk in de afspeelmodus op [ 2 Selecteer Opties voor diashow. 3 Selecteer een effect voor de diashow. / ] om naar het gewenste GIF-bestand te scrollen. 2 Druk op [ ]. 3 Druk op [ ] om terug te gaan naar de afspeelmodus. • Het GIF-bestand wordt herhaaldelijk afgespeeld. • Ga naar stap 4 als u een diashow zonder effecten wilt starten. * Standaard Optie Beschrijving Afsp.mod. Instellen of de diashow wordt herhaald. (Eenmaal afspelen*, Herhalen) • Het interval tussen foto's instellen. Interval (1 sec*, 3 sec, 5 sec, 10 sec) • U moet de optie Effect instellen op Uit om een interval in te stellen. Muziek Achtergrondmuziek instellen. • Een scèneovergangseffect instellen tussen Effect Afspelen/bewerken 86 foto's. (Uit, Kalm*, Zonnig, Ontspannen, Levendig, Zacht) • Selecteer Uit om de effecten te annuleren. • Als u de optie Effect gebruikt, wordt het interval tussen foto's ingesteld op 1 seconde. Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus ]. 4 Druk op [ 5 Selecteer Diashow starten. 6 Geef de diashow weer. Een video afspelen In de afspeelmodus kunt u een video weergeven en vervolgens delen van de afgespeelde video opnemen of bijsnijden. U kunt de opgenomen of bijgesneden segmenten opslaan als nieuwe bestanden. • Druk op [ ] om de diashow te onderbreken. • Druk nogmaals op [ ] om de diashow te hervatten. • Druk op [ ] en druk op [ / ] om de diashow te stoppen en terug te gaan naar de afspeelmodus. • Draai [Zoomknop] naar links of rechts om het volumeniveau aan te passen. 1 Selecteer een video in de afspeelmodus en druk op [ 2 Geef de video weer. Huidige afspeelduur/ lengte van video Pauze Stop Functie Beschrijving Terugspoelen Druk op [ ]. Wanneer u op [ ] drukt, spoelt de camera terug met een snelheid die 2X, 4X en 8X zo groot is. Het afspelen Druk op [ onderbreken of hervatten ]. Vooruitspoelen Druk op [ ]. Wanneer u op [ ] drukt, spoelt de camera vooruit met een snelheid die 2X, 4X en 8X zo groot is. Het volume aanpassen Draai de [Zoomknop] naar links of rechts. Afspelen/bewerken 87 ]. Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Een video bijsnijden Afzonderlijke beelden uit een video opslaan 1 Selecteer in de afspeelmodus een video en druk op 1 Druk tijdens het afspelen van een video op [ 2 Selecteer Video bijsn.. 3 Druk op [ ] om de video af te spelen. 4 Druk op [ ] → [ ] op het punt waarop u het bijsnijden 2 Druk op [ [ ]. wilt beginnen. 5 Druk op [ 6 Druk op [ ] om het afspelen van de video te hervatten. ]→[ wilt beëindigen. ] op het punt waarop u een beeld wilt opnemen. ] op het punt waarop u het bijsnijden 7 Druk op [ ] om bij te snijden. 8 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Ja. • De oorspronkelijke video moet ten minste 10 seconden lang zijn. • De camera slaat het bewerkte bestand op als een nieuw bestand. Afspelen/bewerken 88 ]. • De resolutie van het opgenomen beeld is gelijk aan die van de originele video. • Het opgenomen beeld wordt als nieuw bestand opgeslagen. Foto's bewerken Hier vindt u informatie over het bewerken van foto's. • De camera slaat bewerkte foto's op als nieuwe bestanden. • Wanneer u foto's bewerkt, converteert de camera deze automatisch naar een lagere resolutie. Foto's die handmatig worden gedraaid of waarvan het formaat handmatig wordt aangepast, worden niet automatisch geconverteerd naar een lagere resolutie. Het formaat van foto's wijzigen Portretten automatisch bijsnijden U kunt het formaat van een foto wijzigen en de foto als een nieuw bestand opslaan. U kunt close-up portretten ophalen en opslaan uit landschapsopnamen. 1 Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk 1 Selecteer in de afspeelmodus een foto en druk op 2 Selecteer Res.wijz. 3 Selecteer een optie. 2 Selecteer Intelligent portret. op [ [ ]. ]. • De camera detecteert het gezicht van een onderwerp, snijdt de foto rondom het gezicht bij en slaat 2 bijgesneden foto's op met opeenvolgende bestandsnamen. Res.wijz 2592 X 1944 1984 X 1488 1024 X 768 Terug Select. De beschikbare opties voor formaat wijzigen verschillen, afhankelijk van het originele formaat van de foto. Afspelen/bewerken 89 De functie Intelligent portret functioneert niet als: -- Er geen gezicht wordt gedetecteerd. -- Er meer dan 2 gezichten worden gedetecteerd. -- Het gedetecteerde oppervlak dat wordt ingenomen door het gezicht, groter is dan een bepaald percentage. Foto's bewerken Een foto draaien Smart filter-effecten toepassen 1 Scroll op het startscherm naar <Album>. 2 Selecteer . 3 Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto. 4 Selecteer Draaien → een optie. 5 Druk op [ ] om op te slaan. Pas speciale effecten toe op uw foto's. 1 Scroll op het startscherm naar <Album>. 2 Selecteer . 3 Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto. 4 Selecteer Smart filter → een optie. Smart filter: Miniatuur Draaien : Rechts 90 gr. Terug Annuleer Instellen Opslaan • De camera overschrijft het originele bestand. • Druk in de afspeelmodus op [ ] en selecteer vervolgens Draaien om een foto te draaien. Optie Beschrijving Normaal Geen effect Miniatuur Een effect toepassen om het onderwerp in miniatuur weer te geven. Vignetten Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen. Afspelen/bewerken 90 Foto's bewerken Foto's aanpassen Optie Beschrijving Aquarel Het effect van een waterverfschilderij toepassen. Olieverf Het effect van een olieverfschilderij toepassen. Cartoon Het effect van een striptekening toepassen. Kruisfilter Lijnen toevoegen die naar buiten lopen van heldere objecten om het visuele effect van een kruisfilter te imiteren. Schets Een schetseffect van een pen toepassen. Softfocus Onzuiverheden op het gezicht verhullen of droomachtige effecten toevoegen. Visoog Objecten die in de buurt zijn, vervormen om de visuele effecten van een vissenooglens te imiteren. Oude film Het effect van een oude film toepassen. Halftoonstip Een halftooneffect toepassen. Klassiek Een zwart-witeffect toepassen. Retro Een sepiatinteffect toepassen. Zoomopname De randen van een foto vervagen om de onderwerpen in het midden te benadrukken. 5 Druk op [ ] om op te slaan. Hier vindt u informatie over het aanpassen van de helderheid, contrast of verzadiging of het corrigeren van het rode-ogeneffect. Als het midden van een foto donker is, kunt u deze lichter maken. De camera slaat een bewerkte foto op als een nieuw bestand, maar converteert de foto mogelijk naar een lagere resolutie. • U kunt tegelijk de helderheid, het contrast en de kleurverzadiging aanpassen en Smart filter-effecten toepassen. • U kunt niet tegelijk de effecten ACB, Gezichtretouch. en Anti-rode ogen toepassen. De helderheid, het contrast en de kleurverzadiging aanpassen 1 Scroll op het startscherm naar <Album>. 2 Selecteer . 3 Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto. 4 Selecteer een optie voor aanpassen. Pictogram Beschrijving Helderheid Contrast Kleurverz. Afspelen/bewerken 91 Foto's bewerken 5 Druk op [ 6 Druk op [ 7 Druk op [ / Gezichten retoucheren ] om de optie aan te passen. ]. ] om op te slaan. Donkere onderwerpen aanpassen (ACB) 1 Scroll op het startscherm naar <Album>. 2 Selecteer . 3 Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto. 4 Selecteer ACB. 5 Druk op [ ] om op te slaan. 1 Scroll op het startscherm naar <Album>. 2 Selecteer . 3 Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto. 4 Selecteer Gezichtretouch.. 5 Druk op [ / ] om de optie aan te passen. • Hoe hoger het nummer, des te helderder de huidskleur. 6 Druk op [ ] om op te slaan. Rode ogen verwijderen 1 Scroll op het startscherm naar <Album>. 2 Selecteer . 3 Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto. 4 Selecteer Anti-rode ogen. 5 Druk op [ ] om op te slaan. Afspelen/bewerken 92 Foto's bewerken Een afdrukbestelling maken (DPOF) Selecteer foto's die u wilt afdrukken en sla afdrukopties op in de DPOF-indeling (Digital Print Order Format). Deze gegevens worden opgeslagen in de map MISC op uw geheugenkaart zodat u eenvoudig kunt afdrukken op printers die compatibel zijn met DPOF. 1 Selecteer in de afspeelmodus een foto die u wilt afdrukken en druk op [ 2 Selecteer DPOF. / 3 Druk op [ druk op [ ]. ] om het aantal opties te selecteren en ]. • U kunt de geheugenkaart meenemen naar een printshop die DPOF (Digital Print Order Format) ondersteunt, maar u kunt ook uw foto's thuis rechtstreeks op een DPOF-compatibele printer afdrukken. • Foto's met afmetingen die groter zijn dan het papier, worden mogelijk afgesneden aan de linker- en rechterkant. Zorg ervoor dat de afmetingen van uw foto overeenkomen met het papier dat u selecteert. • U kunt geen DPOF-opties instellen voor foto's in het interne geheugen. • Als u het afdrukformaat opgeeft, kunt u alleen foto's afdrukken met DPOF 1.1-compatibele printers. Afspelen/bewerken 93 Bestanden op een tv weergeven U kunt foto's of video's bekijken door de camera met de A/V-kabel op een televisie aan te sluiten. 1 Scroll op het startscherm naar <Basis>. 2 Selecteer . 3 Selecteer Connectiviteit → Video. 4 Selecteer een video-uitvoersignaal voor uw land of regio. (pag. 126) 5 Schakel de camera en de televisie uit. 6 Sluit de camera met de A/V-kabel op de televisie aan. Audio 7 Schakel de televisie in en selecteer de A/V-videobron met de afstandsbediening van de televisie. 8 Schakel de camera in. • De camera schakelt automatisch over naar de afspeelmodus als u deze aansluit op een televisie. 9 Bekijk foto's of speel video's af met behulp van de cameraknoppen. • Afhankelijk van het model van televisie wordt er mogelijk digitale ruis weergegeven of wordt een deel van het beeld niet weergegeven. • Afhankelijk van de televisie-instellingen kan het voorkomen dat de Video beelden niet gecentreerd op het scherm worden weergegeven. Afspelen/bewerken 94 Bestanden overbrengen naar een Windows-computer Bestanden overbrengen naar een Windows-computer, de bestanden bewerken met Intelli-Studio en ze uploaden naar het web. Vereisten • De vereisten zijn slechts aanbevelingen. Het werkt mogelijk niet correct wanneer de computer voldoet aan de vereisten, afhankelijk van de toestand van de computer. • Als uw computer niet aan de vereisten voldoet, worden video's mogelijk niet naar behoren afgespeeld of duurt het langer om video's te bewerken. • Installeer DirectX 9.0c of een nieuwere versie voordat u Intelli-Studio gebruikt. • Windows XP, Windows Vista of Windows 7 moet zijn geïnstalleerd op uw computer als u de camera wilt aansluiten als verwisselbare schijf. Item Vereisten Processor Intel® Pentium®4 3,2 GHz of hoger/ AMD Athlon™ FX 2,6 GHz of hoger RAM Minimaal 512 MB RAM (1 GB of meer aanbevolen) Besturingssysteem* Windows XP SP2, Windows Vista of Windows 7 Vaste-schijfruimte 250 MB of meer (1 GB of meer aanbevolen) • CD-ROM-station • 1024 X 768 pixels, beeldscherm met Overig ondersteuning voor 16-bits kleuren (1280 X 1024 pixels, ondersteuning voor 32-bits kleuren aanbevolen) • USB 2.0-poort • nVIDIA Geforce 7600GT of hoger/ ATI X1600-reeks of hoger • Microsoft DirectX 9.0c of hoger * Een 32-bits versie van Intelli-Studio wordt geïnstalleerd; zelfs op 64-bits edities van Windows XP, Windows Vista en Windows 7. Afspelen/bewerken 95 De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door het gebruik van niet-geschikte computers zoals samengestelde computers. Bestanden overbrengen naar een Windows-computer Bestanden overbrengen met Intelli-Studio U kunt Intelli-Studio downloaden van de gekoppelde webpagina en het op uw computer installeren. Wanneer u de camera aansluit op een computer waarop Intelli-Studio is geïnstalleerd, wordt het programma automatisch gestart. Terwijl de camera met de USB-kabel op de computer is aangesloten, wordt de batterij opgeladen. 1 2 Selecteer . 3 Selecteer Connectiviteit → Pc-software → Aan. 4 Schakel de camera uit. 5 Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel. 6 Schakel de camera in. • Wanneer het pop-upvenster voor de installatie van Intelli- studio op het computerscherm wordt weergegeven, volgt u de instructies op het scherm om de installatie te voltooien. • Wanneer Intelli-Studio op uw computer is geïnstalleerd, herkent de computer de camera en wordt Intelli-Studio automatisch geopend. Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u Computer in het pop-upvenster. Scroll op het startscherm naar <Basis>. U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens. 7 Selecteer een doelmap op de computer en selecteer Ja. • Nieuwe bestanden die worden opgeslagen op de camera, worden automatisch overgebracht naar de geselecteerde map. • Als de camera geen nieuwe bestanden bevat, wordt het pop-upvenster voor het opslaan van nieuwe bestanden niet weergegeven. Afspelen/bewerken 96 Voor Windows Vista en Windows 7: selecteer Run iLinker.exe in het venster voor automatisch starten om Intelli-Studio te starten. Als Run iLinker. exe niet wordt weergegeven op de computer, klikt u op → Computer → Intelli-studio. Volg hierna de aanwijzingen op het scherm om de installatie van Intelli-studio te voltooien. Bestanden overbrengen naar een Windows-computer Intelli-Studio gebruiken Met Intelli-Studio kunt u bestanden afspelen en bewerken. Selecteer Help → Help in de werkbalk van het programma voor meer informatie. • U kunt de firmware van uw camera bijwerken. Selecteer hiervoor Web Support (Webondersteuning) → Upgrade firmware for the connected device (Firmware voor het aangesloten apparaat bijwerken) op de programmawerkbalk. • U kunt bestanden niet rechtstreeks op de camera bewerken. Breng bestanden over naar een map op de computer om ze te bewerken. • Intelli-Studio ondersteunt de volgende indelingen: -- Video's: MP4 (Video: H.264, Audio: AAC), WMV (WMV 7/8/9), AVI (MJPEG) -- Foto's: JPG, GIF, BMP, PNG, TIFF 1 2 3 4 5 15 6 14 7 13 8 9 10 12 11 Afspelen/bewerken 97 Bestanden overbrengen naar een Windows-computer 1 Menu's openen. Bestanden overbrengen door de camera aan te sluiten als verwisselbare schijf 2 Bestanden in de geselecteerde map weergeven. Sluit de camera aan op de computer als verwisselbare schijf. 3 Overschakelen naar de Fotobewerkingsmodus. 4 Overschakelen naar de Videobewerkingsmodus. 5 Overschakelen naar de Deelmodus (bestanden verzenden per e-mail of uploaden naar websites, zoals Flickr of YouTube). 6 De miniaturen in de lijst vergroten of verkleinen. 7 Een bestandstype selecteren. 8 Bestanden in de geselecteerde map op de computer weergeven. 1 Scroll op het startscherm naar <Basis>. 2 Selecteer . 3 Selecteer Connectiviteit → Pc-software → Uit. 4 Schakel de camera uit. 5 Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel. 9 Bestanden op de aangesloten camera weergeven of verbergen. Nr. Beschrijving 10 Bestanden in de geselecteerde map op de camera weergeven. U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens. 11 Bestanden als miniaturen of op een kaart weergeven. 12 Bladeren door mappen die zijn opgeslagen op de camera. 13 Bladeren door mappen die zijn opgeslagen op de computer. 14 Naar de vorige of volgende map gaan. 15 Bestanden afdrukken, bestanden weergeven op een kaart, bestanden opslaan in Mijn map of gezichten registreren. Afspelen/bewerken 98 Bestanden overbrengen naar een Windows-computer 6 Schakel de camera in. De camera loskoppelen (voor Windows XP) • De camera wordt automatisch herkend. Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u Computer in het pop-upvenster. Voor Windows Vista en Windows 7 gelden vergelijkbare methoden voor het loskoppelen van de camera. 1 Controleer of het statuslampje niet knippert. • Het statuslampje knippert wanneer er bestanden worden overgedragen. Wacht tot het lampje stopt met knipperen. 7 Selecteer op de computer Deze computer → 2 Klik op Verwisselbare schijf → DCIM → 100PHOTO. 8 Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de op de werkbalk rechtsonder in het scherm van de computer. computer op. 3 Klik op het pop-upbericht. 4 Klik op het berichtveld waarin wordt aangegeven dat het apparaat veilig is verwijderd. 5 Verwijder de USB-kabel. De camera kan niet veilig worden verwijderd zolang Intelli-Studio actief is. Sluit het programma af voordat u de camera loskoppelt. Afspelen/bewerken 99 Bestanden overbrengen naar een Mac-computer Wanneer u de camera aansluit op een Macintosh-computer, wordt het apparaat automatisch herkend door de computer. U kunt de bestanden rechtstreeks van de camera overbrengen naar de computer zonder programma's te installeren. Mac OS 10.4 of hoger wordt ondersteund. 1 Sluit de camera met de USB-kabel aan op een 2 Schakel de camera in. Macintosh-computer. • De computer herkent de camera automatisch en geeft een pictogram van een verwisselbare schijf weer. U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens. Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u Computer in het pop-upvenster. 3 Dubbelklik op het pictogram van de verwisselbare schijf. 4 Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de computer op. Afspelen/bewerken 100 Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken Druk foto's af met een PictBridge-compatibele printer door de camera rechtstreeks op de printer aan te sluiten. 1 Scroll op het startscherm naar <Basis>. 2 Selecteer . 3 Selecteer Connectiviteit → USB → Printer. 4 Schakel de printer in en sluit de camera aan op de Afdrukopties instellen Druk op [ ] om de afdrukinstellingen te configureren. Printen Formaat Lay-out printer met de USB-kabel. Type Kwalit. Datum afdrukken Afsl. 5 Select. Optie Beschrijving Printen Selecteren of alleen de huidige foto of alle foto's moeten worden afgedrukt. Formaat Het afdrukformaat instellen. Lay-out Het aantal foto's instellen dat op een vel papier moet worden afgedrukt. afdrukken. Type De papiersoort instellen. • Druk op [ Kwalit. De afdrukkwaliteit instellen. Als de camera is uitgeschakeld, drukt u op [POWER] of [ ] om deze in te schakelen. • De printer herkent de camera automatisch. 6 Druk op [ / ] om een bestand te selecteren dat u wilt ] om afdrukopties in te stellen. Zie 'Afdrukopties instellen'. 7 Druk op [ ] om af te drukken. • Het afdrukken begint. Druk op [ annuleren. Datum afdrukken Instellen of de datum moet worden afgedrukt. ] om het afdrukken te Best.naam Instellen of de bestandsnaam moet worden afgedrukt. Reset De instellingen terugzetten op de standaardwaarden. Bepaalde opties worden mogelijk niet door alle printers ondersteund. Afspelen/bewerken 101 Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken. Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren … …………103 Verbinding maken met een WLAN … …… De aanmeldingsbrowser gebruiken … …… Tips over netwerkverbinding ……………… Tekst invoeren … ………………………… 103 104 105 106 Foto's of video's verzenden naar een smartphone ……………………………………107 Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop … ………………………………108 Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken … …………………………110 Een website openen ……………………… 110 Foto's of video's uploaden … …………… 110 Foto's of video's via e-mail verzenden … …112 E-mailinstellingen wijzigen ………………… 112 Foto's of video's via e-mail verzenden …… 113 Foto's uploaden naar een cloudserver … …115 Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden ………………116 Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc … ………… 116 Foto's of video's verzenden naar een pc …… 116 Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit ……………………118 Foto's verzenden via Wi-Fi Direct ……………120 Over de WOL-functie Wake on LAN … ……121 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren Hier wordt beschreven hoe u verbinding maakt via een toegangspunt wanneer u zich binnen het bereik van een WLAN bevindt. U kunt ook netwerkinstellingen configureren. Verbinding maken met een WLAN 1 Scroll op het startscherm naar <Wi-Fi>. , of . 2 Selecteer , , Druk op [ ] en selecteer vervolgens Wi-Fi-instelling. 3 • Druk in sommige modi op [ ] of volg de instructies op het scherm totdat het scherm Wi-Fi-instelling wordt weergegeven. • De camera zoekt automatisch naar beschikbare toegangspunten. 4 Raak een toegangspunt aan. Wi-Fi-instelling Samsung 1 Samsung 2 Samsung 3 Samsung 4 Samsung 5 Terug Select. • Selecteer WPS PBC om verbinding te maken met een WPS- Pictogram Beschrijving Ad-hoctoegangspunt Beveiligd toegangspunt WPS-toegangspunt Signaalsterkte Druk op [ ] om opties voor de AP-instelling te openen • Wanneer u een beveiligd toegangspunt selecteert, wordt een pop-upvenster weergegeven. Geef de vereiste wachtwoorden in om verbinding te maken met de WLAN. Zie 'Tekst invoeren' voor meer informatie over het ingeven van tekst. (pag. 106) • Wanneer een aanmeldingspagina verschijnt, zie "De aanmeldingsbrowser gebruiken". (pag. 104) • Wanneer u een niet-beveiligd toegangspunt selecteert, maakt de camera verbinding met het WLAN. • Als u een toegangspunt selecteert dat wordt ondersteund door het WPS-profiel, selecteert u WPS PIN en geeft u een PIN-code in op het toegangspunt. U kunt ook verbinding maken met een toegangspunt dat wordt ondersteund door het WPS-profiel door WPS PBC te selecteren op de camera en vervolgens de knop WPS te selecteren op het toegangspunt. toegangspunt. • Selecteer Vernieuwen om de lijst met voor verbinding beschikbare toegangspunten te vernieuwen. • Selecteer Draadloos netwerk toevoegen om handmatig een toegangspunt toe te voegen. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 103 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren De aanmeldingsbrowser gebruiken Netwerkopties instellen 1 Ga op het scherm Wi-Fi-instelling naar een toegangspunt en druk op [ ]. 2 Raak elke optie aan en geef de vereiste informatie in. Optie Beschrijving Verificatie Selecteer een netwerkverificatietype. Gegevenscod. Selecteer een coderingstype. U kunt uw aanmeldingsgegevens ingeven via de aanmeldingsbrowser wanneer u verbinding maakt met bepaalde toegangspunten, sites voor delen of cloudservers. Knop Beschrijving / / / [ [ Het IP-adres handmatig instellen. [ ] Het IP-adres handmatig instellen 1 Ga op het scherm Wi-Fi-instelling naar een toegangspunt en druk op [ ]. [ ] Naar een item gaan of door de pagina scrollen. Een item selecteren. ] Netwerkwachtwoord Geef het netwerkwachtwoord in. IP-instelling ] Hiermee hebt u toegang tot de volgende opties: • Vorige pagina: naar de vorige pagina gaan. • Volg. pagina: naar de volgende pagina gaan. • Opn. laden: de pagina opnieuw laden. • Stop: stoppen met het laden van de pagina. • Afsl.: de aanmeldingsbrowser sluiten de aanmeldingsbrowser sluiten • Bepaalde items kunt u niet selecteren afhankelijk van de pagina 2 3 Raak elke optie aan en geef de vereiste informatie in. Selecteer IP-instelling → Handmatig. Optie Beschrijving IP Hier voert u het statische IP-adres in. Subnetmasker Hier voert u het subnetmasker in. Gateway Hier voert u de gateway in. DNS-server Hier voert u het DNS-adres in. waarmee u bent verbonden. Dit is normaal en wijst niet op een defect. • De aanmeldingsbrowser wordt mogelijk niet automatisch gesloten nadat u zich hebt aangemeld bij bepaalde pagina's. In dit geval sluit u de aanmeldingsbrowser door op [ ] te drukken en gaat u verder met de gewenste bewerking. • Het laden van de aanmeldingspagina kan langer duren wegens het paginaformaat of de netwerksnelheid. In dit geval wacht u tot het invoervenster voor aanmeldingsgegevens wordt weergegeven. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 104 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren Tips over netwerkverbinding • De kwaliteit van de netwerkverbinding wordt bepaald door het toegangspunt. • Hoe groter de afstand tussen uw camera en het toegangspunt, hoe langer het duurt om verbinding te maken met het netwerk. • Als een apparaat in de buurt hetzelfde radiofrequentiesignaal gebruikt als uw camera, kan uw verbinding hierdoor worden verstoord. • Als uw toegangspunt geen Nederlandse naam heeft, kan de camera mogelijk het apparaat niet vinden of kan de naam onjuist worden weergegeven. • Neem contact op met uw netwerkbeheerder of netwerkserviceprovider voor netwerkinstellingen of een wachtwoord. • Als een WLAN moet worden geverifieerd door de serviceprovider, kunt u mogelijk geen verbinding met het betreffende WLAN maken. Neem contact op met uw netwerkserviceprovider om verbinding te maken met het WLAN. • Afhankelijk van het coderingstype kan het aantal cijfers in het wachtwoord verschillen. • Een WLAN-verbinding is wellicht niet mogelijk in alle omgevingen. • Mogelijk geeft de camera een WLAN-printer weer in de lijsten met toegangspunten. U kunt echter geen verbinding met het netwerk maken via een printer. • U kunt uw camera niet tegelijkertijd verbinden met een netwerk en aansluiten op een tv. U kunt ook geen foto's of video's op een tv bekijken wanneer u verbinding hebt gemaakt met een netwerk. • Er kunnen aanvullende kosten gelden om verbinding te maken met een netwerk. De kosten verschillen op basis van de voorwaarden van uw abonnement. • Als u geen verbinding met een WLAN kunt maken, probeert u een ander toegangspunt uit de lijst met beschikbare toegangspunten. • In bepaalde landen kunt u ook verbinding maken met gratis WLAN's. • Er kan een aanmeldingspagina worden weergegeven wanneer u gratis WLAN's selecteert die worden geleverd door bepaalde netwerkproviders. Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord in om verbinding te maken met de WLAN. Neem contact op met de netwerkproviders voor informatie over het registreren of de service. • Wees voorzichtig wanneer u persoonlijke gegevens ingeeft om verbinding te maken met een toegangspunt. Geef geen betalingsof creditcardgegevens in op uw camera. De fabrikant is niet aansprakelijk voor problemen die ontstaan wanneer u dergelijke informatie ingeeft. • De beschikbare netwerkverbindingen kunnen verschillen per land. • De WLAN-functie van uw camera moet voldoen aan de wetten op het gebied van radiozendingen in uw regio. We raden u daarom aan de WLAN-functie alleen te gebruiken in het land waar u de camera hebt gekocht. • De procedure voor het aanpassen van de netwerkinstellingen kan verschillen, afhankelijk van de netwerkomstandigheden. • Probeer geen toegang te krijgen tot een netwerk dat u niet mag gebruiken. • Voordat u verbinding maakt met een netwerk, moet u ervoor zorgen dat de batterij volledig is opgeladen. • Wanneer een DHCP-server niet beschikbaar is, moet u een bestand autoip.txt maken en dit kopiëren naar de geplaatste geheugenkaart om verbinding met het netwerk te maken met Auto IP. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 105 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren Tekst invoeren Pictogram Beschrijving Hier wordt beschreven hoe u tekst kunt invoeren. Met de pictogrammen in de onderstaande tabel kunt u de cursor bewegen, hoofdletters in- en uitschakelen enzovoort. Druk op [ / / / ] om naar een gewenste toets te gaan en druk vervolgens op [ ] om deze toets in te geven. Schakelen tussen de symboolstand en ABC-stand. Een spatie invoeren. Gereed De weergegeven tekst opslaan. Zie de handleiding voor het ingeven van tekst. • U kunt alleen tekst in het Engelse alfabet invoeren, ongeacht de schermtaal. • Druk om direct naar Gereed te gaan op [ • U kunt maximaal 64 tekens ingeven. Gereed Terug Backspace Pictogram Beschrijving De laatste letter verwijderen. De cursor verplaatsen. In de ABC-modus schakelt u hoofdletters in of uit. Geef '.com' in. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 106 ]. Foto's of video's verzenden naar een smartphone De camera kan via een WLAN verbinding maken met smartphones die de functie MobileLink ondersteunen. U kunt eenvoudig foto's of video's verzenden naar uw smartphone. • De functie MobileLink wordt ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het besturingssysteem Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10.1-inch Galaxy Tab. Mogelijk wordt deze functie ook ondersteund door andere toestellen met Android 2.2 of hoger, maar Samsung kan de werking daarvan niet garanderen. • U moet de applicatie installeren op het apparaat voordat u deze functie gebruikt. U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps of Android Market. • Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. • U kunt max. 1000 best. weergeven en max. 100 best. tegelijk verzenden. 1 Scroll op het startscherm van de camera naar <Wi-Fi>. 2 Selecteer op de camera. • Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om de applicatie te downloaden, selecteert u OK. 3 5 Selecteer vanaf de smartphone de bestanden die u van de camera naar de smartphone wilt verzenden. 6 Selecteer Copy op de smartphone. • De camera verzendt de bestanden. Schakel de applicatie Samsung MobileLink in op de smartphone. • Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera te selecteren en aan te sluiten. • De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding maken. 4 Selecteer OK op de camera. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 107 Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop De camera maakt verbinding met een smartphone via een WLAN. Gebruik de smartphone als externe ontspanner met de functie Remote Viewfinder. De opgenomen foto wordt weergegeven op de smartphone. • De functie Remote Viewfinder wordt ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het besturingssysteem Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10.1-inch Galaxy Tab. Mogelijk wordt deze functie ook ondersteund door andere toestellen met Android 2.2 of hoger, maar Samsung kan de werking daarvan niet garanderen. • U moet de applicatie installeren op het apparaat voordat u deze functie gebruikt. U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps of Android Market. 1 Scroll op het startscherm van de camera naar <Wi-Fi>. 2 Selecteer op de camera. • Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om de applicatie te downloaden, selecteert u OK. 3 Schakel de functie Remote Viewfinder in op uw smartphone. • Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera te selecteren en aan te sluiten. • De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding maken. 4 Stel de volgende opnameopties in op de smartphone. Pictogram Beschrijving Flitsoptie Timerinstelling Fotoformaat • Wanneer u gebruikmaakt van deze functie, zijn sommige knoppen niet beschikbaar op uw camera. • De zoomknop en de ontspanknop op uw smartphone werken niet als u deze functie gebruikt. • De modus Remote Viewfinder ondersteunt alleen de fotoformaten Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 108 en . Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop 5 Blijf aanraken op de smartphone om scherp te stellen. • De scherpstelling is automatisch ingesteld op Multi AF. 6 Druk op om de foto te maken. • De foto wordt opgeslagen in uw camera. • Raak de foto onder aan het scherm aan om deze op te slaan op de smartphone. Het formaat van de foto wordt gewijzigd in 640 X 360. • Als u deze functie gebruikt, kan de ideale afstand tussen de camera en de smartphone variëren, afhankelijk van de omgeving. • De smartphone moet zich binnen een afstand van 7 m van de camera bevinden als u deze functie wilt gebruiken. • Het duurt enige tijd om de foto te maken nadat u op op de smartphone hebt gedrukt. • De functie Remote Viewfinder wordt in de volgende gevallen uitgeschakeld: -- Er is een inkomende oproep op de smartphone. -- De camera of de smartphone wordt uitgeschakeld. -- Het geheugen is vol. -- De verbinding van een van de apparaten met het WLAN is verbroken. -- De Wi-Fi-verbinding is zwak of instabiel. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 109 Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken Upload uw foto's of video's naar websites voor het delen van bestanden. Beschikbare websites worden weergegeven op de camera. Een website openen Foto's of video's uploaden 1 Scroll op het startscherm naar <Wi-Fi>. 2 Selecteer . 3 Selecteer een website. 1 Open de website met uw camera. 2 Scroll naar de bestanden die u wilt uploaden en druk op [ ]. • U kunt maximaal 20 foto's selecteren en de totale grootte mag • De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 103) maximaal 10 MB zijn. 3 Selecteer Upload. • Als u bent verbonden met Facebook, selecteert u Upload → Uploaden. • Als u verbinding hebt gemaakt met Facebook, kunt u uw opmerkingen ingeven door het vak Opmerking te selecteren. Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 106) 4 Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord op en selecteer Aanmelding. • Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst "Tekst invoeren". (pag. 106) • U kunt een gebruikersnaam in de lijst selecteren door een gebruikersnaam te selecteren. • Als u zich eerder bij de website hebt aangemeld, wordt u mogelijk automatisch aangemeld. → Als u deze functie wilt gebruiken, moet u een bestaande account op de website voor het delen van bestanden hebben. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 110 Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken • De maximale fotoresolutie die u kunt uploaden, is 2M, en de langste video die u kunt uploaden, duurt 30 seconden bij een resolutie van of is een video die is opgenomen met . Als de geselecteerde foto een hogere resolutie dan 2M heeft, wordt deze automatisch verkleind tot een lagere resolutie. • De manier waarop foto's of video's moeten worden geüpload, is afhankelijk van de geselecteerde website. • Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen toegang tot een website krijgt, neemt u contact op met uw netwerkbeheerder of uw netwerkserviceprovider. • De datum waarop geüploade foto's of video's zijn opgenomen, kan automatisch worden gebruikt als naam voor de foto's of video's. • De snelheid waarmee u foto’s kunt uploaden en webpagina’s kunt openen, is afhankelijk van de snelheid van uw internetverbinding. • Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. • U kunt in de afspeelmodus ook foto's en video's uploaden naar websites voor het delen van bestanden door op [ ] te drukken en vervolgens Delen (Wi-Fi) en een gewenste website te selecteren. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 111 Foto's of video's via e-mail verzenden U kunt de instellingen in het e-mailmenu wijzigen en foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail. E-mailinstellingen wijzigen 6 Selecteer het vak E-mail, geef uw naam in en selecteer In het e-mailmenu kunt u de instellingen voor het opslaan van uw gegevens of het opslaan van e-mailadressen wijzigen. U kunt ook het e-mailwachtwoord instellen of wijzigen. Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 106) 7 Selecteer OK om de wijzigingen op te slaan. Uw gegevens opslaan 1 Scroll op het startscherm naar <Wi-Fi>. 2 Selecteer . ]. 3 Druk op [ 4 Selecteer Instelling afzender. 5 Selecteer het vak Naam, geef uw naam in en selecteer Terug. Terug. • Als u uw gegevens wilt verwijderen, selecteert u Reset aan. Een e-mailwachtwoord instellen 1 Scroll op het startscherm naar <Wi-Fi>. 2 Selecteer . ]. 3 Druk op [ 4 Selecteer Wachtwoord instellen → Aan. • Selecteer Uit om het wachtwoord uit te schakelen. 5 Klik op [ [ Naam E-mail OK Terug ] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven. • Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op Instelling afzender Reset ] drukt. 6 Voer een wachtwoord van 4 cijfers in. 7 Voer het wachtwoord nogmaals in. 8 Klik op [ ] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven. • Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op [ ] drukt. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 112 Foto's of video's via e-mail verzenden Als u uw wachtwoord niet meer weet, kunt u dit opnieuw instellen door Reset te selecteren op het scherm voor het instellen van het wachtwoord. Wanneer u de gegevens opnieuw instelt, worden eerder opgeslagen instelgegevens van de gebruiker, e-mailadres en recent verzonden e-maillijst verwijderd. Het e-mailwachtwoord wijzigen 1 Scroll op het startscherm naar <Wi-Fi>. 2 Selecteer . ]. 3 Druk op [ 4 Selecteer Wachtwoord wijzigen. 5 Voer uw huidige wachtwoord van 4 cijfers in. 6 Voer een nieuw wachtwoord van 4 cijfers in. 7 Voer het nieuwe wachtwoord nogmaals in. 8 Klik op [ ] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven. • Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op [ ] drukt. Foto's of video's via e-mail verzenden U kunt foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail. Zie 'Tekst invoeren' voor meer informatie over het ingeven van tekst. (p. 106) 1 Scroll op het startscherm naar <Wi-Fi>. 2 Selecteer . 3 Selecteer het vak Naam (e-mail), geef uw naam in en selecteer Terug. • Als u uw gegevens eerder hebt opgeslagen, worden deze automatisch ingevoegd. (pag. 112) • Als u een adres uit de lijst met eerdere afzenders wilt gebruiken, selecteert u → een adres. 4 Selecteer het vak Ontvanger, geef uw naam in en selecteer Terug. • Als u een adres uit de lijst met eerdere ontvangers wilt gebruiken, selecteert u → een adres. om meer ontvangers toe te voegen. U kunt maximaal 30 ontvangers invoeren. • Selecteer om een adres uit de lijst te verwijderen. • Selecteer 5 Selecteer Volgende. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 113 Foto's of video's via e-mail verzenden 6 Scroll naar de bestanden die u wilt verzenden en druk op [ ]. • U kunt maximaal 20 foto's selecteren en de totale grootte mag maximaal 10 MB zijn. 7 8 Selecteer het vak Opmerking, geef uw opmerkingen in Selecteer Next. en selecteer Terug. 9 Selecteer Verzenden. • De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt, om de e-mail te verzenden. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 103) • Zelfs als het erop lijkt dat een foto is overgedragen, kunnen fouten met de e-mailaccount van de ontvanger ervoor zorgen dat de foto wordt geweigerd of herkend als spam. • U kunt geen e-mail verzenden als er geen netwerkverbinding beschikbaar is of als de instellingen van uw e-mailaccount onjuist zijn. • De maximale fotoresolutie die u kunt verzenden, is 2M, en de langste video die u kunt uploaden, duurt 30 seconden bij een resolutie van of is een video die is opgenomen met . Als de geselecteerde foto een hogere resolutie dan 2M heeft, wordt deze automatisch verkleind tot een lagere resolutie. • Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen e-mail kunt verzenden, neemt u contact op met uw netwerkbeheerder of uw netwerkserviceprovider. • Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. • U kunt in de afspeelmodus ook een e-mail verzenden door op [ ] te drukken en vervolgens Delen (Wi-Fi) → E-mail te selecteren. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 114 Foto's uploaden naar een cloudserver U kunt uw foto's uploaden naar SkyDrive. Om foto's te uploaden, moet u de Microsoft-website bezoeken en u registreren voordat u uw camera aansluit. 1 Scroll op het startscherm van de camera naar <Wi-Fi>. . 2 Selecteer • U kunt de uploadgrootte van foto's wijzigen door op [ ] te drukken en Uploadgrootte afb. te selecteren. 3 Selecteer SkyDrive. • Wanneer u foto's uploadt naar SkyDrive, wordt het formaat van de foto's gewijzigd in 2M terwijl de oorspronkelijke verhouding behouden blijft. • Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om een account te maken, selecteert u OK. • De camera probeert verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 103) 4 Meld u aan met uw gebruikersnaam en wachtwoord. • Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 106) • Zie 'De aanmeldingsbrowser gebruiken' als u bent verbonden met SkyDrive. (pag. 104) 5 6 Selecteer Upload. Scroll naar de foto's die u wilt uploaden en druk op [ ]. • U kunt foto's ook uploaden naar een cloudserver in de afspeelmodus door op [ ] te drukken en vervolgens Delen (Wi-Fi) → een cloudserver te selecteren. • Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 115 Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden U kunt foto's of video's die u met de camera hebt opgenomen, draadloos verzenden naar een pc. De functie Automatische back-up werkt alleen met het Windows-besturingssysteem. Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc 1 Installeer Intelli-Studio op de pc. (pag. 96) 2 Sluit de camera met de USB-kabel op de pc aan. 3 Klik op OK in het pop-upvenster. Foto's of video's verzenden naar een pc 1 Scroll op het startscherm van de camera naar <Wi-Fi>. 2 Selecteer . • U moet de informatie voor de back-up-pc configureren om de functie Automatische back-up te gebruiken. Zie 'Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc' voor meer informatie. (pag. 116) • Het programma Automatische back-up wordt geïnstalleerd op de pc. Volg de instructies op het scherm om de installatie te voltooien. 4 Verwijder de USB-kabel. 5 Sluit de camera weer met de USB-kabel op de pc aan. • De camera slaat informatie over de pc op, zodat de camera bestanden kan verzenden naar de pc. Voordat u het programma installeert, moet u ervoor zorgen dat de pc is verbonden met een netwerk. Als er geen internetverbinding beschikbaar is, moet u het programma installeren vanaf de bijgeleverde cd. 3 Druk op [ ] om opties in te stellen. • Als u uw pc automatisch wilt uitschakelen nadat de overdracht is voltooid, selecteert u Pc afsluiten na back-up → Aan. 4 Druk op [ ] om de back-up te starten. • Als u het verzenden wilt annuleren, drukt u op [ ]. • U kunt geen afzonderlijke bestanden selecteren om back-ups van te maken. Deze functie maakt alleen een back-up van nieuwe bestanden op de camera. • De voortgang van de back-up wordt weergegeven op de monitor van de pc. • Wanneer de overdracht is voltooid, wordt de camera na ongeveer 30 seconden automatisch uitgeschakeld. Selecteer Annuleer om terug te gaan naar het vorige scherm en te voorkomen dat de camera automatisch wordt uitgeschakeld. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 116 Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden • Als de pc de WOL-functie (Wake on LAN) ondersteunt, kunt u de pc automatisch inschakelen door op uw camera naar de pc te zoeken. (pag. 121) • Wanneer u op de camera verbinding maakt met het WLAN, selecteert u het toegangspunt dat is verbonden met de pc. • De camera zoekt naar de beschikbare toegangspunten, zelfs als u weer verbinding maakt met hetzelfde toegangspunt. • Als u de camera uitschakelt of de batterij verwijdert terwijl u bestanden verzendt, wordt de bestandsoverdracht onderbroken. • Wanneer u deze functie gebruikt, is alleen [POWER] beschikbaar op uw camera. • U kunt slechts één camera tegelijk verbinden met de pc om bestanden te verzenden. • De back-up wordt mogelijk geannuleerd vanwege netwerkomstandigheden. • Foto' of video' kunnen maar één keer naar een pc worden verzonden. Bestanden kunnen niet opnieuw worden verzonden, zelfs niet als u uw camera opnieuw aansluit op een andere pc. • Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. • U moet Windows Firewall en eventuele andere firewalls uitschakelen voordat u deze functie gebruikt. • U kunt maximaal 1000 bestanden verzenden. • In de pc-software moet de servernaam worden ingegeven in het Latijnse alfabet en mag de naam niet meer dan 48 tekens bevatten. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 117 Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit TV Link is een technologie voor het delen van mediabestanden tussen een camera en een tv die verbinding hebben met hetzelfde toegangspunt. Met deze technologie kunt u uw foto's of video's op een breedbeeld-tv of ander apparaat weergeven. 1 Scroll op het startscherm naar <Wi-Fi>. 2 Selecteer . • Als het begeleidende bericht wordt weergegeven, drukt u op [ ]. • De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 103) 3 Maak op uw tv verbinding met een draadloos netwerk 4 Zoek op de tv naar de camera en blader door de gedeelde foto's of video's. • Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de tv voor informatie over het zoeken naar de camera en het bladeren door foto's of video's op de tv. • Afhankelijk van het type tv of de netwerkverbinding kan het voorkomen dat video's niet vloeiend worden afgespeeld. Als dit gebeurt, neemt u de video opnieuw op met de kwaliteit of en speelt u de video opnieuw af. Als video's niet vloeiend op uw televisie worden afgespeeld via de draadloze verbinding, sluit u de camera met een A/V-kabel aan op de televisie. via een toegangspunt. • Raadpleeg de gebruikershandleiding van de tv voor meer informatie. AP Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 118 Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit • U kunt maximaal 1000 foto's delen. • Op een tv-scherm kunt u alleen foto's of video's bekijken die u met de camera hebt opgenomen. • Het bereik van de draadloze verbinding tussen uw camera en een tv kan verschillen, afhankelijk van de specificaties van het toegangspunt. • Als de camera is verbonden met 2 tv's, wordt er mogelijk langzamer afgespeeld. • Foto's of video's worden met hun originele grootte gedeeld. • U kunt deze functie alleen gebruiken met tv's met de TV Link-functie. • Gedeelde foto's of video's worden niet opgeslagen op de tv, maar u kunt ze opslaan volgens de tv-specificaties. • Het overbrengen van foto's of video's naar de tv kan enige tijd duren, afhankelijk van de netwerkverbinding, het aantal bestanden dat u wilt delen of de grootte van de bestanden. • Als u de camera op ongebruikelijke wijze uitschakelt terwijl u foto's of video's op een tv bekijkt (bijvoorbeeld door de batterij te verwijderen), gaat de tv ervan uit dat de verbinding met de camera nog intact is. • De volgorde van foto's of video's op de camera kan afwijken van die op de tv. • Afhankelijk van het aantal foto's of video's dat u wilt delen, kan het enige tijd duren om uw foto's of video's te laden en de instelprocedure uit te voeren. • Als u tijdens de weergave van foto's of video's op de tv voortdurend de afstandsbediening van de tv gebruikt of andere handelingen op de tv uitvoert, werkt deze functie mogelijk niet correct. • Als u bestanden op de camera sorteert of de volgorde van de bestanden wijzigt terwijl u de bestanden op een tv bekijkt, moet u de instelprocedure herhalen om de lijst met bestanden op de tv bij te werken. • Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 119 Foto's verzenden via Wi-Fi Direct Als de camera via een WLAN is verbonden met een apparaat dat de functie Wi-Fi Direct ondersteunt, kunt u foto's verzenden naar het apparaat. Deze functie wordt mogelijk niet ondersteund op bepaalde apparaten. 1 Schakel op het toestel de optie Wi-Fi Direct in. 2 Scroll op de camera in de afspeelmodus naar een foto. ] en selecteer vervolgens 3 Druk op [ Delen (Wi-Fi) → Wi-Fi Direct. • In de weergave met één afbeelding kunt u slechts één foto tegelijk verzenden. • In de miniatuurweergave kunt u meerdere foto's selecteren door naar miniaturen te scrollen en op [ ] te drukken. Selecteer Next wanneer u klaar bent met het selecteren van foto's. 4 Selecteer het apparaat in de lijst met Wi-Fi Directapparaten op de camera. • Zorg ervoor dat de optie Wi-Fi Direct van het apparaat is ingeschakeld. • U kunt ook uw camera selecteren in de lijst met Wi-Fi Direct- apparaten op het apparaat. 5 Geef op het toestel de camera toestemming om verbinding te maken met het toestel. • De foto wordt verzonden naar het apparaat. • Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. • Als u de verbindingspoging annuleert voordat deze is voltooid, kan de camera mogelijk niet opnieuw verbinding maken met het apparaat. In dit geval moet u het apparaat bijwerken met de nieuwste firmware. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 120 Over de WOL-functie Wake on LAN Met de WOL-functie kunt u een pc automatisch inschakelen of wekken met uw camera. Deze functie is beschikbaar voor desktop-pc's van Samsung uit de afgelopen 5 jaar (niet beschikbaar voor all-in-one-pc's). Als u andere wijzigingen dan de beschreven wijzigingen aanbrengt in de BIOS-instellingen van uw pc, kan uw pc worden beschadigd. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade als gevolg van het wijzigen van de BIOS-instellingen van uw pc.     De pc instellen om wakker te worden uit de slaapmodus 1 Klik op Start en open het Control Panel 3 Klik met de rechtermuisknop op Local Area (LAN- 2 Configureer de netwerkverbinding. 4 Klik op Configure (Configureren) → het tabblad Power (Configuratiescherm). • Windows 7: Klik op Network and Internet (Netwerk en internet) → Network and Sharing Center (Netwerkcentrum) → Change adapter settings (Adapterinstellingen wijzigen). • Windows Vista: Klik op Network and Internet (Netwerk en internet) → Network and Sharing Center (Netwerkcentrum) → Manage network connections (Netwerkverbindingen beheren). • Windows XP: Klik op Network and Internet Connection (Netwerken Internet-verbindingen) → Network Connection (Netwerkverbindingen). verbinding) en klik op Properties (Eigenschappen). manage (Energiebeheer) → Allow this device to wake the computer (Dit apparaat mag de computer uit stand-by halen). 5 Klik op OK. 6 Start de pc opnieuw op. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 121 Over de WOL-functie Wake on LAN     De pc automatisch laten inschakelen 1 Schakel de pc in en druk op F2 terwijl de pc wordt opgestart. • Het BIOS-instelmenu wordt weergegeven. 2 Selecteer het tabblad Advanced (Geavanceerd) → Power management Setup (Energiebeheer instellen). 3 Selecteer Resume on PME (Hervatten bij PME) → Enabled (Ingeschakeld). 4 Druk op F10 om uw wijzigingen op te slaan en door te gaan met opstarten. 5 Klik op Start en open het Control Panel (Configuratiescherm). 6 Configureer de netwerkverbinding. • Windows 7: Klik op Network and Internet (Netwerk en internet) → Network and Sharing Center (Netwerkcentrum) → Change adapter settings (Adapterinstellingen wijzigen). • Windows Vista: Klik op Network and Internet (Netwerk en internet) → Network and Sharing Center (Netwerkcentrum) → Manage network connections (Netwerkverbindingen beheren). • Windows XP: Klik op Network and Internet Connection (Netwerken Internet-verbindingen) → Network Connection (Netwerkverbindingen). 7 Selecteer stuurprogramma's voor de netwerkadapter. 8 Klik op het tabblad Advanced (Geavanceerd) en stel de WOL-menu's in • U kunt deze functie niet gebruiken met een firewall of als er een beveiligingsprogramma is geïnstalleerd. • Als u de computer wilt inschakelen met de WOL-functie, moet de computer een actieve verbinding hebben met het LAN. Zorg ervoor dat het lampje op de LAN-poort van de computer brandt, wat aangeeft dat de LAN-verbinding actief is. • Afhankelijk van het model van uw pc is het mogelijk dat de camera de pc alleen kan wekken. • Afhankelijk van het besturingssysteem of de stuurprogramma's van uw pc kunnen de namen van het WOL-instelmenu verschillen. -- voorbeelden van het instellen van menunamen: Enable PME, Wake on LAN enzovoort. -- voorbeelden van het instellen van menuwaarden: Enable, Magic packet enzovoort. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) 122 Instellingen Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te configureren. Instellingenmenu ………………………………………… 124 Het instellingenmenu openen … ……………………… 124 Geluid … ……………………………………………… 125 Display … ……………………………………………… 125 Connectiviteit …………………………………………… 126 Algemeen … …………………………………………… 127 Instellingenmenu Hier vindt u informatie waarmee u de instellingen van de camera kunt configureren. 4 Selecteer een item. Het instellingenmenu openen 1 Scroll op het startscherm naar <Basis>. 2 Selecteer . 3 Selecteer een menu. Geluid Volume Middel Piepjes Aan Sl.toon Geluid 1 Begingeluid Instellingen Uit AF-geluid Geluid Terug Display Aan Select. 5 Selecteer een optie. Connectiviteit Algemeen Volume Uit Laag Optie Beschrijving Middel Geluid: verschillende camerageluiden en het volume instellen. (pag. 125) Hoog Terug Display: de scherminstellingen aanpassen. (pag. 125) Connectiviteit: hiermee kunt u de verbindingsopties instellen. (pag. 126) 6 Druk op [ Algemeen: hiermee kunt u de instellingen voor het camerasysteem aanpassen, zoals geheugenindeling en standaardbestandsnaam. (pag. 127) Instellingen 124 keren. Select. ] om naar het vorige scherm terug te Instellingenmenu Geluid Display * Standaard Beschrijving Volume Hiermee stelt u het volume van alle geluiden in. (Uit, Laag, Middel*, Hoog) Piepjes Hiermee stelt u een geluid in dat wordt afgespeeld als u op de knoppen drukt of schakelt tussen modi. (Uit, Aan*) Sl.toon Hiermee stelt u in dat de camera een geluid afspeelt als u op de ontspanknop drukt. (Uit, Geluid 1*, Geluid 2, Geluid 3) Begingeluid Hiermee stelt u in dat de camera een geluid afspeelt als u de camera inschakelt. (Uit*, Vliegen, Lasershow, Wolken) AF-geluid * Standaard Item Item Beginafbeelding Beschrijving Hier stelt u in of er een afbeelding wordt weergegeven wanneer de camera wordt ingeschakeld en zo ja, welke. • Uit*: er wordt geen afbeelding weergegeven. • Logo: een standaardafbeelding uit het interne geheugen weergeven. • Gebr.afb: selecteer Gebr.afb. uit de foto's die u hebt vastgelegd in het geheugen. • De camera slaat per keer slechts één gebruikersfoto in het interne geheugen op. • Als u een nieuwe foto selecteert als gebruikersfoto of als u de camera opnieuw instelt, wordt de huidige afbeelding gewist. Instellen dat een geluid wordt afgespeeld wanneer u de ontspanknop half indrukt. (Uit, Aan*) Achtergronden De achtergrond van het startscherm instellen met de gewenste afbeelding. (Galerie met achtergronden, Album) Richtlijn Hiermee selecteert u een raster om u te helpen bij de compositie van een scène. (Uit*, 3 X 3, 2 X 2, Kruis, Diagonaal) Datum/tijd weergeven Instellen of de datum en tijd op het scherm van de camera worden weergegeven. (Uit*, Aan) Functiebeschrijving Hiermee wordt een korte beschrijving van een optie of menu weergegeven. (Uit, Aan*) Instellingen 125 Instellingenmenu * Standaard Item Helderh. scherm Snel tonen Beschrijving Hiermee past u de helderheid van het scherm aan. (Auto*, Donker, Normaal, Licht) Connectiviteit * Standaard Item Beschrijving Video Het video-uitgangssignaal voor uw land of regio instellen. • NTSC: Canada, Japan, Korea, Mexico, Taiwan, Verenigde Staten, Enzovoort • PAL (ondersteunt alleen BDGHI): Australië, België, China, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Italië, Koeweit, Maleisië, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oostenrijk, Singapore, Spanje, Thailand, Verenigd Koninkrijk, Zweden, Zwitserland, Enzovoort USB De modus selecteren die wordt gebruikt als u de camera met een USB-kabel aansluit op een computer of printer. • Computer*: sluit de camera op een computer aan om bestanden over te brengen. • Printer: de camera aansluiten op een printer om bestanden af te drukken. • Selecteer een modus: selecteer handmatig de USB-modus wanneer u de camera aansluit op een apparaat. Pc-software Hiermee stelt u in dat Intelli-Studio automatisch wordt gestart wanneer u de camera aansluit op uw computer. (Uit, Aan*) Normaal is de vaste waarde voor de afspeelmodus, zelfs als Auto is geselecteerd. Hiermee stelt u in hoe lang een gemaakte foto wordt weergegeven voordat u teruggaat naar de Opnamemodus. (Uit, Aan*) Als u 30 seconden lang geen bewerkingen uitvoert, schakelt de camera automatisch over op de spaarstand. (Uit*, Aan) Spaarstand • Druk in de spaarstand op een andere knop dan de [POWER] om de camera weer te gebruiken. • Zelfs als u de spaarstand niet inschakelt, wordt het scherm 30 seconden na de laatste bewerking gedimd om stroom te besparen. Instellingen 126 Instellingenmenu Algemeen * Standaard * Standaard Item Item De naamgeving van bestanden opgeven. • Op nul: instellen dat de bestandsnummering weer bij 0001 begint wanneer er een nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst, een geheugenkaart wordt geformatteerd of alle bestanden worden verwijderd. • Serie*: instellen dat de bestandsnummering doorloopt wanneer er een nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst, een geheugenkaart wordt geformatteerd of alle bestanden worden verwijderd. Beschrijving Apparaatgegevens Het Mac-adres en serienummer van de camera (alleen ST200F/ weergeven. ST201F/ST205F) Language Een taal voor de tekst op het scherm instellen. Tijdzone De tijdzone voor uw locatie instellen. Als u naar een ander land gaat, selecteert u Bezoek en selecteert u de juiste tijdzone. (Thuis*, Bezoek) Datum/tijd aanpassen Hiermee stelt u de datum en tijd in. Datumtype Hiermee stelt u een datumnotatie in. (JJJJ/MM/DD, MM/DD/JJJJ, DD/MM/JJJJ) Bestandsnr. De standaarddatumnotatie kan afwijken, afhankelijk van de geselecteerde taal. De tijdnotatie instellen. (12 uur, 24 uur) Type tijd Beschrijving De standaardtijdnotatie kan afwijken, afhankelijk van de geselecteerde taal. Instellingen 127 • De standaardnaam van de eerste map is 100PHOTO en de standaardnaam van het eerste bestand is SAM_0001. • Het bestandsnummer wordt steeds met één verhoogd, van SAM_0001 tot SAM_9999. • Het mapnummer wordt steeds met één verhoogd, van 100PHOTO tot 999PHOTO. • Het maximum aantal bestanden dat in een map kan worden opgeslagen, is 9999. • De camera definieert bestandsnamen volgens de DCF-norm (Design rule for Camera File system). Als u bestandsnamen wijzigt, kan de camera deze bestanden mogelijk niet meer weergeven. Instellingenmenu * Standaard Item Beschrijving * Standaard Item Instellen of de datum en tijd moeten worden weergegeven op gemaakte foto's. (Uit*, Datum, Datum/tijd) Formatteer het interne geheugen en de geheugenkaart. Wanneer u formatteert, worden alle bestanden verwijderd, ook beveiligde bestanden. (Ja, Nee) • De datum en tijd worden in de Afdruk rechterbenedenhoek van de foto weergegeven. • Mogelijk drukken sommige printermodellen de datum en tijd niet correct af. • De datum en tijd worden niet op de foto weergegeven als: -- U Tekst selecteert in de modus Scène. -- U Live Panorama, Beeld in beeld, Intelligent portret, Grappig gezicht of Foto in beweging selecteert. Formatt. Reset Hiermee stelt u in dat de camera automatisch wordt uitgeschakeld als u gedurende een bepaalde periode geen bewerkingen uitvoert. (Uit, 1 min, 3 min*, 5 min, 10 min) Automatisch uit • Uw instellingen worden niet gewijzigd wanneer u de batterij vervangt. • De camera wordt niet automatisch uitgeschakeld als de camera is aangesloten op een computer, printer of WLAN of als u een diashow of video's afspeelt. AF-lamp Beschrijving Instellen dat op donkere locaties automatisch een lampje wordt ingeschakeld zodat u beter kunt scherpstellen. (Uit, Aan*) Instellingen 128 Er kunnen fouten optreden als u een geheugenkaart door een ander merk camera, door een computer of in een geheugenkaartlezer laat formatteren. Formatteer geheugenkaarten in de camera voordat u ze gebruikt om beelden op te slaan. Reset menu's en opnameopties. De instellingen voor datum en tijd, taal en video-uitvoer worden niet gereset. (Ja, Nee) Bijlagen Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties en onderhoud. Foutmeldingen …………………………………………… 130 Cameraonderhoud ……………………………………… 132 De camera reinigen … ………………………………… 132 De camera gebruiken of opbergen … ………………… 133 Geheugenkaarten ……………………………………… 134 De batterij … …………………………………………… 137 Voordat u contact opneemt met een servicecenter … ………………………………………… 141 Cameraspecificaties … ………………………………… 144 Woordenlijst ……………………………………………… 148 Verklaring in officiële talen ……………………………… 154 Index ……………………………………………………… 156 Foutmeldingen Als een van de volgende foutmeldingen verschijnt, kunt u de onderstaande oplossingen proberen. Foutmelding Mogelijke oplossing Foutmelding Mogelijke oplossing • Verwijder de geheugenkaart en plaats deze Apparaat losgekoppeld. De netwerkverbinding is verbroken tijdens het overbrengen van foto's. Selecteer een ander TV Link-apparaat. • Formatteer de geheugenkaart. Bestandsfout Verwijder het beschadigde bestand of neem contact op met een servicecenter. Bestandssysteem wordt niet ondersteund. De FAT-bestandsstructuur van de geplaatste geheugenkaart wordt niet ondersteund door de camera. Formatteer de geheugenkaar in de camera. • Schakel de camera uit en weer in. Kaartfout Kaart wordt niet ondersteund. weer terug. De geplaatste geheugenkaart wordt niet ondersteund door de camera. Plaats een microSD-, microSDHC-, of microSDXCgeheugenkaart. • De camera kan geen verbinding met het Verbinding is niet gelukt. DCF Full Error • Schakel de apparaten met TV Link op het netwerk maken via het geselecteerde toegangspunt. Selecteer een ander toegangspunt en probeer het opnieuw. • De camera kan geen verbinding maken met de andere camera. Probeer opnieuw verbinding te maken. Initialisatie mislukt. netwerk in. • De camera kan geen apparaat met de functie TV Link vinden. Bestandsnamen komen niet met de DCFnorm overeen. Breng de bestanden op de geheugenkaart over naar een computer en formatteer de kaart. Open vervolgens het menu Instellingen en selecteer Bestandsnr. → Op nul. (pag. 127) Ongeldig wachtwoord. Het wachtwoord voor het overdragen van bestanden naar een andere camera is onjuist. Voer het juiste wachtwoord in. Batterij bijna leeg Plaats een opgeladen batterij of laad de batterij op. Geheugen vol Verwijder onnodige bestanden of plaats een nieuwe geheugenkaart. Bijlagen 130 Foutmeldingen Foutmelding Mogelijke oplossing Geen foto Maak foto's of plaats een geheugenkaart met foto's in de camera. Foto-overdracht mislukt. De netwerkverbinding is verbroken tijdens het overbrengen van foto's. Schakel de functie TV Link weer in. Foto-ontvangst mislukt. De camera kan een foto niet ontvangen van de verzendende camera. Vraag de ander om het bestand opnieuw te verzenden. • De camera kan geen foto verzenden naar de andere camera. Probeer opnieuw te verzenden. Overdracht mislukt. • De camera kan geen e-mail verzenden of foto's overdragen naar een apparaat met de functie TV Link. Controleer de netwerkverbinding en probeer het opnieuw. Bijlagen 131 Cameraonderhoud De camera reinigen Cameralens en -scherm Camerabody Veeg de behuizing voorzichtig schoon met een zachte, droge doek. Verwijder stof met behulp van een blaaskwastje en veeg de lens met een zachte doek voorzichtig af. Voor eventueel achtergebleven stof brengt u lensreinigingsvloeistof op een stuk lensreinigingspapier aan en veegt u de lens voorzichtig schoon. • Gebruik nooit benzeen, thinner of alcohol om het apparaat te reinigen. Deze oplosmiddelen kunnen de camera beschadigen of defecten veroorzaken. • Druk niet op de lenskap en gebruik geen blaaskwastje op de lenskap. Bijlagen 132 Cameraonderhoud De camera gebruiken of opbergen Gebruik op het strand of aan de waterkant • Bescherm de camera tegen zand en vuil wanneer u deze op het strand of in een andere, soortgelijke omgeving gebruikt. Ongeschikte plaatsen voor het gebruiken of opbergen van de camera • Uw camera is niet waterbestendig. Gebruik de batterij, adapter • Stel de camera niet bloot aan zeer hoge of lage temperaturen. • Gebruik de camera niet in zeer vochtige omgevingen of omgevingen waar de luchtvochtigheid snel verandert. • Stel de camera niet bloot aan direct zonlicht en bewaar de of geheugenkaart niet met natte handen. Als u de camera gebruikt met natte handen, kan de camera beschadigd raken. Camera voor langere tijd opbergen camera niet op warme locaties met slechte ventilatie, zoals in een auto die in de zon staat. • Bescherm de camera en het scherm tegen stoten, ruw gebruik en sterke trillingen om ernstige schade te voorkomen. • Gebruik of bewaar de camera niet op stoffige, vuile, vochtige of slecht-geventileerde plaatsen, om schade aan bewegende en interne onderdelen te voorkomen. • Gebruik de camera niet in de buurt van brandstoffen, brandbare stoffen of ontvlambare chemicaliën. Bewaar geen ontvlambare vloeistoffen, gassen en explosief materiaal in dezelfde ruimte als de camera of de accessoires van de camera. • Berg de camera niet op met mottenballen. • Als u de camera langere tijd opbergt, moet u de camera samen met absorberend materiaal, zoals silicagel, in een afgesloten houder plaatsen. • Haal de batterijen uit de camera wanneer u de camera langere tijd opbergt. Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan lekken of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken. • Batterijen die niet worden gebruikt, ontladen zich na verloop van tijd en moeten vóór gebruik opnieuw worden opgeladen. • De huidige datum en tijd kunnen worden geïnitialiseerd wanneer de camera wordt ingeschakeld nadat de camera en batterij gedurende langer dan 40 uur gescheiden zijn geweest. Wees voorzichtig bij gebruik in vochtige omgevingen Als u de camera overbrengt van een koude naar een warme omgeving, kan er condensvorming optreden op de lens of de interne onderdelen van de camera. In dit geval moet u de camera uitschakelen en ten minste 1 uur wachten. Als er condensvorming optreedt op de geheugenkaart, moet u de kaart uit de camera halen en wachten tot al het vocht is verdampt voordat u de kaart terugplaatst. Bijlagen 133 Cameraonderhoud Overige aandachtspunten • Bij lage temperaturen kan het langer duren voordat de camera is ingeschakeld, • Zwaai de camera niet aan de polslus heen en weer. Hierdoor kunt u uzelf of anderen verwonden of schade aan uw camera veroorzaken. • Verf de camera niet, omdat verf tussen de bewegende onderdelen kan gaan zitten en de werking van het apparaat kan beïnvloeden. • Schakel de camera uit als u deze niet gebruikt. • De camera bevat kwetsbare onderdelen. Zorg daarom dat u de camera niet blootstelt aan schokken. • Bewaar de camera in de houder om het scherm te beschermen tegen externe druk. Houd de camera uit de buurt van zand, scherp gereedschap of kleingeld om te voorkomen dat er krassen op de camera komen. • Gebruik de camera niet als het scherm gebarsten of beschadigd is. Gebarsten glas of acryl kan letsel aan uw handen en gezicht veroorzaken. Breng de camera naar een servicecenter van Samsung om de camera te laten repareren. • Leg camera's, batterijen, opladers of accessoires nooit in de buurt van, op of in verwarmingsapparaten, zoals magnetrons, kachels of radiatoren. Deze apparaten kunnen worden vervormd en oververhit raken en brand of een ontploffing veroorzaken. • Stel de lens niet bloot aan direct zonlicht. Hierdoor kan de beeldsensor verkleuren of defect raken. • Bescherm de lens tegen vingerafdrukken en krassen. Reinig de lens met een zachte, schone doek. • Als de camera een schok opvangt, wordt de camera mogelijk uitgeschakeld. Dit gebeurt om de geheugenkaart te beschermen. Schakel de camera weer in om de camera te gebruiken. • De camera kan warm worden tijdens het gebruik. Dit is normaal en is niet van invloed op de levensduur of prestaties van uw camera. kunnen kleuren tijdelijk veranderen of kunnen nabeelden worden weergegeven. Deze omstandigheden duiden niet op defecten en worden verholpen als u de camera weer bij normale temperaturen gebruikt. • Verf of metaal aan de buitenzijde van de camera kan allergieën, jeuk, eczeem of bultjes veroorzaken bij mensen met een gevoelige huid. Als u last hebt van een van deze symptomen, stop dan onmiddellijk met het gebruik van de camera en raadpleeg een arts. • Steek geen vreemde voorwerpen in de compartimenten, sleuven en openingen van de camera. Schade als gevolg van onjuist gebruik wordt mogelijk niet door de garantie gedekt. • Laat geen ongekwalificeerd personeel reparatie- of onderhoudswerkzaamheden aan de camera uitvoeren en probeer dit ook niet zelf te doen. Alle schade die voortvloeit uit ongekwalificeerd onderhoud of reparatie, wordt niet gedekt door de garantie. Geheugenkaarten Ondersteunde geheugenkaarten Uw camera ondersteunt microSD-geheugenkaarten (Secure Digital), microSDHC-geheugenkaarten (Secure Digital High Capacity) en microSDXC-geheugenkaarten (Secure Digital eXtended Capacity). Bijlagen 134 Als u gegevens wilt lezen met een computer of een geheugenkaartlezer, moet u de geheugenkaart plaatsen in een geheugenkaartadapter. Cameraonderhoud Capaciteit van de geheugenkaart Video De geheugencapaciteit verschilt, afhankelijk van de opnamemodus en de opnameomstandigheden. De volgende capaciteiten zijn gebaseerd op een microSD-kaart van 1 GB: Formaat 30fps 15fps 1280 X 720 Ongeveer 14 min. 55 sec. Ongeveer 28 min. 54 sec. 640 X 480 Ongeveer 34 min. 55 sec. Ongeveer 65 min. 40 sec. 320 X 240 Ongeveer 134 min. 34 sec. Ongeveer 231 min. 14 sec. Ongeveer 134 min. 34 sec. Ongeveer 231 min. 14 sec. Foto Formaat Superhoog Hoog Normaal 105 206 303 117 230 337 140 275 406 Om te delen (alleen ST200F/ ST201F/ST205F) 166 323 469 319 607 858 522 954 1336 742 1336 1878 1582 2505 3006 * De bovenstaande cijfers zijn gemeten zonder gebruik van de zoomfunctie. Bij gebruik van de zoomfunctie kan de beschikbare opnametijd afwijken van de vermelde waarden. Om de totale opnameduur te bepalen, zijn er verschillende video's achter elkaar opgenomen. Bijlagen 135 Cameraonderhoud Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten • Vermijd blootstelling van geheugenkaarten aan zeer lage of hoge temperaturen (onder 0 °C/32 °F en boven 40 °C/104 °F). Extreme temperaturen kunnen ervoor zorgen dat geheugenkaarten niet goed werken. • Plaats een geheugenkaart in de juiste richting. Als u een geheugenkaart in de verkeerde richting plaatst, kunnen camera en geheugenkaart worden beschadigd. • Gebruik geen geheugenkaarten die in een andere camera of door een computer zijn geformatteerd. Formatteer een dergelijke geheugenkaart opnieuw in uw eigen camera. • Schakel de camera uit wanneer u een geheugenkaart plaatst of verwijdert. • Verwijder de geheugenkaart niet en schakel uw camera niet uit wanneer het lampje knippert, omdat de gegevens hierdoor kunnen worden beschadigd. • Wanneer de levensduur van een geheugenkaart is verlopen, kunt u geen foto's meer opslaan op de kaart. Gebruik een nieuwe geheugenkaart. • Zorg dat geheugenkaarten niet buigen, vallen of aan zware klappen of druk worden blootgesteld. • Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt of opbergt in de buurt van krachtige magnetische velden. • Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt op locaties met hoge temperaturen of luchtvochtigheid of in de buurt van bijtende stoffen. • Voorkom dat geheugenkaarten in contact komen met vloeistoffen, vuil of vreemde stoffen. Veeg zo nodig de geheugenkaart met een zachte doek schoon voordat u de geheugenkaart in de camera plaatst. • Voorkom dat geheugenkaarten en de geheugenkaartsleuf in contact komen met vloeistoffen, vuil of vreemde stoffen. Dergelijke stoffen kunnen ervoor zorgen dat geheugenkaarten of de camera niet goed meer werken. • Wanneer u een geheugenkaart bij u draagt, moet u een hoesje gebruiken om de kaart tegen elektrostatische ontlading te beschermen. • Breng belangrijke gegevens over naar andere media, zoals een vaste schijf, CD of DVD. • Als u de camera langere tijd gebruikt, kan de geheugenkaart warm worden. Dit is normaal en wijst niet op een defect. Bijlagen 136 De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens. Cameraonderhoud De batterij Levensduur van de batterij Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen. Batterijspecificaties Specificatie Beschrijving Model BP85A Type Lithium-ionbatterij Capaciteit 850 mAh Voltage 3.7 V Gemiddelde opnameduur/ Aantal foto's Testomstandigheden(bij een volledig opgeladen batterij) De levensduur is gemeten onder de volgende omstandigheden: in de modus Programma, in het donker, resolutie van , kwaliteit Hoog, OIS ingeschakeld. Foto's Oplaadduur* (wanneer de camera is Ongeveer 200 min. uitgeschakeld) 1. Stel de flitser in op Invulflits, maak één foto en zoom in of uit. Ongeveer 125 min/ Ongeveer 250 foto's 2. Stel de flitser in op Uit, maak één foto en zoom in of uit. 3. Voer stap 1 en 2 uit. Wacht 30 seconden tussen de stappen. Herhaal het proces na 5 minuten en schakel de camera 1 minuut uit. * Duurt mogelijk langer als u de batterij aansluit op een computer om de batterij op te laden. 4. Herhaal stap 1 tot 3. Video's Ongeveer 90 min Neem video's op met de resolutie en 30 FPS. • De bovenstaande cijfers zijn volgens de normen van Samsung gemeten en kunnen afwijken van resultaten bij daadwerkelijk gebruik. • Er zijn verschillende video's achter elkaar opgenomen om de totale opnameduur te bepalen. • Wanneer u netwerkfuncties gebruikt, raakt de batterij sneller leeg. Bijlagen 137 Cameraonderhoud Melding Batterij bijna leeg Aandachtspunten voor het gebruik van de batterij Bescherm batterijen, opladers en geheugenkaarten tegen schade Voorkom dat batterijen in aanraking komen met metalen voorwerpen. Dit kan een verbinding vormen tussen de plus- en minpolen van uw batterijen en tijdelijke of permanente schade aan de batterijen en brand of een schok veroorzaken. Als de batterij volledig is ontladen, wordt het batterijpictogram rood en verschijnt de melding 'Batterij bijna leeg'. De batterij gebruiken • Vermijd blootstelling van batterijen aan zeer lage of hoge temperaturen (onder 0 °C/32 °F en boven 40 °C/104 °F). Extreme temperaturen kunnen de laadcapaciteit van de batterijen beperken. • Als u de camera langere tijd gebruikt, kan het gebied rond de batterijklep warm worden. Dit heeft geen invloed op de normale werking van de camera. • Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt. • Bij temperaturen onder 0 °C/32 °F kunnen de capaciteit en gebruiksduur van de batterij afnemen. • Bij lage temperaturen kan de batterijcapaciteit afnemen, maar de gewone capaciteit wordt hersteld bij gebruik bij hogere temperaturen. De batterij opladen • Controleer als het indicatielampje uit is of de batterij op de juiste wijze is geplaatst. • Als camera tijdens het opladen is ingeschakeld, wordt de batterij mogelijk niet volledig opgeladen. Schakel de camera uit voordat u de batterij oplaadt. • Gebruik de camera niet als de batterij wordt opgeladen. Dit kan brand of een schok veroorzaken. • Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt. • Wacht ten minste 10 minuten voordat u de camera inschakelt nadat de batterij is opgeladen. • Als u de camera aansluit op een externe voedingsbron terwijl de batterij helemaal leeg is, wordt de camera uitgeschakeld wanneer u bepaalde functies gebruikt die veel stroom verbruiken. Laad de batterij op om de camera op normale wijze te gebruiken. Bijlagen 138 Cameraonderhoud • Als u de voedingskabel opnieuw aansluit nadat de batterij volledig is opgeladen, brandt het statuslampje ongeveer 30 minuten. • Met het gebruik van de flitser en het opnemen van video's raakt de batterij snel leeg. Laad de batterij op totdat het rode indicatielampje uitgaat. • Als het indicatielampje knippert of niet brandt, sluit u de kabel opnieuw aan of verwijdert u de batterij en plaatst u deze opnieuw in de camera. • Als u de batterij oplaadt wanneer de kabel oververhit is of de temperatuur te hoog is, kan het indicatielampje rood knipperen. Nadat de batterij is afgekoeld, wordt het opladen gestart. • Als u batterijen overlaadt, kan de gebruiksduur van de batterij korter worden. Wanneer het opladen is voltooid, haalt u de kabel uit de camera. • Buig het netsnoer niet en plaats geen zware voorwerpen op het netsnoer. Als u dit wel doet, kan het netsnoer worden beschadigd.  ehandel batterijen en opladers voorzichtig en voer deze B af volgens de voorschriften • Gooi batterijen nooit in open vuur. Houd u aan alle lokale regelgevingen bij het weggooien van gebruikte batterijen. • Leg batterijen of camera's nooit in of op verwarmingsapparaten, zoals een magnetron, kachel of radiator. Batterijen kunnen exploderen als ze te heet worden. De batterij opladen terwijl er een computer is aangesloten • Gebruik alleen de meegeleverde USB-kabel. • In de volgende gevallen wordt de batterij mogelijk niet opgeladen: -- Wanneer u een USB-hub gebruikt. -- Wanneer er andere USB-apparaten op de computer zijn aangesloten. -- Wanneer u de kabel op de poort aan de voorzijde van de computer aansluit. -- Wanneer de USB-poort van de computer de stroomuitvoernorm niet ondersteunt (5 V, 500 mA). Bijlagen 139 Cameraonderhoud Onzorgvuldig of verkeerd gebruik van de batterij kan lichamelijk letsel of de dood tot gevolg hebben. Volg voor uw eigen veiligheid de onderstaande instructies voor het juiste gebruik van de batterij: • De batterij kan vlam vatten of exploderen als deze niet op de juiste wijze wordt gebruikt. Als u vervormingen, scheuren of andere afwijkingen in de batterij opmerkt, stopt u onmiddellijk het gebruik hiervan en neemt u contact op met een servicecenter. • Gebruik alleen authentieke, door de fabrikant aanbevolen batterijopladers en -adapters en laad de batterij alleen op volgens de procedures die in deze gebruiksaanwijzing zijn vermeld. • Plaats de batterij niet te dicht bij warmtebronnen en stel de batterij niet bloot aan extreem warme omgevingen, zoals een gesloten auto in de zon. • Plaats de batterij niet in een magnetron. • Bewaar of gebruik de batterij niet in een hete, vochtige omgeving, zoals een badkamer of douche. • Plaats de batterij niet langere tijd op ontvlambare oppervlakken, zoals matrassen, tapijten of elektrische dekens. • Als het apparaat is ingeschakeld, moet u het niet langere tijd in een afgesloten ruimte achterlaten. • Zorg ervoor dat de polen van de batterij niet in contact komen met metalen voorwerpen, zoals halskettingen, munten, sleutels en horloges. • Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant aanbevolen lithium-ionbatterijen ter vervanging. Bijlagen 140 • Haal de batterij niet uit elkaar of maak er geen gaten in met een scherp voorwerp. • Stel de batterij niet bloot aan hoge druk of extreme krachten. • Stel de batterij niet bloot aan hevige klappen, bijvoorbeeld door deze van grote hoogte te laten vallen. • Stel de batterij niet bloot aan temperaturen boven de 60 °C (140 °F). • Stel de batterij niet bloot aan vocht of vloeistoffen. • De batterij mag niet worden blootgesteld aan overmatige warmte zoals zonneschijn, vuur of dergelijke zaken. Richtlijnen voor afvoer • Wees zorgvuldig als u de batterij weggooit. • Gooi de batterij nooit in een open vuur. • Regelgeving kan per land of regio verschillen. Zorg dat u zich houdt aan alle lokale en nationale regelgevingen wanneer u de batterij weggooit. Richtlijnen voor het opladen van de batterij Laad de batterij alleen op volgens de procedure in deze gebruiksaanwijzing. De batterij kan ontbranden of exploderen als deze niet op de juiste wijze wordt opgeladen. Voordat u contact opneemt met een servicecenter Wanneer u problemen met de camera ondervindt, kunt u eerst de volgende procedures uitvoeren voordat u contact opneemt met een servicecenter. Als u het probleem hiermee niet kunt oplossen, kunt u contact opnemen met uw plaatselijke dealer of servicecenter. Wanneer u uw camera naar een servicecenter brengt, neem dan ook de onderdelen mee die de oorzaak kunnen zijn van de fout, zoals de geheugenkaart of de batterij. Situatie Mogelijke oplossing Situatie • Controleer of de batterij in de camera is De camera kan niet worden ingeschakeld. • Er is geen ruimte op de geheugenkaart. geplaatst. • Controleer of de batterij correct in de camera is geplaatst. (pag. 17) • Laad de batterij op. • Er kunnen geen foto's worden gemaakt. • Laad de batterij op. • Uw camera kan in de Spaarstand De camera wordt plotseling uitgeschakeld. staan of in de modus Automatisch uit. (pag. 126, 128) • De camera wordt mogelijk uitgeschakeld om te voorkomen dat de geheugenkaart door een harde schok beschadigd raakt. Schakel de camera weer in. • De batterij raakt bij lage temperaturen De batterij raakt snel leeg. Mogelijke oplossing (onder 0 °C/32 °F) sneller leeg. Houd de batterij warm door deze in uw zak te steken. • Als u de flitser gebruikt of video's opneemt, raakt de batterij snel leeg. Laad de batterij indien nodig weer op. • Batterijen zijn verbruiksartikelen die na verloop van tijd moeten worden vervangen. Koop een nieuwe batterij als de gebruiksduur van de batterij aanzienlijk afneemt. • • • • Verwijder onnodige bestanden of plaats een nieuwe kaart. Formatteer de geheugenkaart. De geheugenkaart is defect. Koop een nieuwe geheugenkaart. Controleer of de camera is ingeschakeld. Laad de batterij op. Controleer of de batterij op de juiste wijze is geplaatst. De camera loopt vast. Verwijder de batterij en plaats deze weer terug. De camera wordt warm. De camera kan warm worden tijdens het gebruik. Dit is normaal en is niet van invloed op de levensduur of prestaties van uw camera. • Mogelijk is de flitseroptie ingesteld op Uit. De flitser werkt niet. Bijlagen 141 (pag. 59) • In sommige modi kunt u de flitser niet gebruiken. Voordat u contact opneemt met een servicecenter Situatie Mogelijke oplossing Er wordt onverwachts geflitst. De flitser wordt mogelijk geactiveerd vanwege statische elektriciteit. Dit duidt niet op een defect van de camera. Situatie De datum en tijd zijn onjuist. Stel de datum en tijd in bij de scherminstellingen. (pag. 127) Het scherm of de knoppen werken niet. Verwijder de batterij en plaats deze weer terug. Het camerascherm reageert niet goed. Als u de camera bij zeer lage temperaturen gebruikt, kan het camerascherm verkleuren of slecht functioneren. Voor betere prestaties van het scherm moet de camera bij normale temperaturen worden gebruikt. • Controleer of de ingestelde De foto is onscherp. Er is een fout met de geheugenkaart opgetreden. Er kunnen geen bestanden worden afgespeeld. deze weer terug. Een onjuiste witbalans kan voor (pag. 71) De foto is te licht. De foto is overbelicht. • Schakel de flitser uit. (pag. 59) • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 61) • Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 69) De foto is te donker. De foto is onderbelicht. • Schakel de flitser in. (pag. 59) • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 61) • Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 69) • Formatteer de geheugenkaart. Zie 'Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten' voor meer informatie. (pag. 136) scherpsteloptie voor close-upfoto's geschikt is. (pag. 62) • Controleer of de lens schoon is. Reinig de lens indien nodig. (pag. 132) • Zorg ervoor dat het onderwerp zich binnen het bereik van de flitser bevindt. (pag. 144) De kleuren in de foto onrealistische kleuren zorgen. Selecteer zijn anders dan de de juiste witbalansoptie voor de lichtbron. daadwerkelijke kleuren. • Schakel de camera uit en weer in. • Verwijder de geheugenkaart en plaats Mogelijke oplossing Als u de naam van een bestand wijzigt, kan de camera het bestand mogelijk niet afspelen (de bestandsnaam moet voldoen aan de DCF-norm). In dergelijke gevallen kunt u de bestanden op een computer afspelen. Bijlagen 142 Voordat u contact opneemt met een servicecenter Situatie De foto's worden niet op de televisie weergegeven. Mogelijke oplossing Situatie • Controleer of de camera correct op de • Sluit Intelli-Studio af en start het televisie is aangesloten met de A/V-kabel. • Controleer of de geheugenkaart foto's bevat. programma opnieuw. • U kunt Intelli-Studio niet gebruiken op Macintosh-computers. • Controleer of Pc-software is ingesteld op • Controleer of de USB-kabel op de juiste De computer herkent de camera niet. Aan in het instellingenmenu. (pag. 126) wijze is geplaatst. • Controleer of de camera is ingeschakeld. Intelli-Studio werkt niet • Afhankelijk van de specificaties en naar behoren. omgeving van de computer wordt het programma mogelijk niet automatisch gestart. Klik in dit geval op de computer op start → Alle programma's → SAMSUNG → Intelli-Studio → Intelli-Studio. • Controleer of het besturingssysteem wordt ondersteund. De computer verbreekt De bestandsoverdracht kan door statische de verbinding met de camera tijdens elektriciteit worden gestoord. Koppel de het overbrengen van USB-kabel los en sluit deze weer aan. bestanden. Video's kunnen mogelijk niet worden afgespeeld met bepaalde videospelers. De computer kan geen Installeer en gebruik het programma Intellivideo's afspelen. Studio op uw computer voor het afspelen van videobestanden die u met uw camera hebt opgenomen. (pag. 96) Mogelijke oplossing Uw televisie of computer kan geen foto's of video's weergeven die zijn opgeslagen op een microSDXCgeheugenkaart. microSDXC-geheugenkaarten gebruiken het exFAT-bestandssysteem. Zorg ervoor dat het externe apparaat compatibel is met het exFAT-bestandssysteem voordat u de camera aansluit op het apparaat. microSDXC-geheugenkaarten gebruiken het exFAT-bestandssysteem. Als u Uw computer herkent een microSDXC-geheugenkaarten wilt microSDXCgeheugenkaart gebruiken op een Windows XP-computer, niet. kunt u het stuurprogramma voor het exFATbestandssysteem downloaden en bijwerken via de website van Microsoft. Bijlagen 143 Cameraspecificaties Beeldsensor Sluitertijd Type 1/2,3" (ongeveer 7,76 mm) CCD Effectieve pixels Ongeveer 16,1 megapixel • Auto: 1/8-1/2000 sec. • Programma: 1-1/2000 sec. • Nacht: 16-1/2000 sec. Totaal aantal pixels Ongeveer 16,4 megapixel Belichting Lens Regeling Programma AE Samsung 10X Zoom Lens f = 4,85–48,5 mm (equivalent van 35-mm film: 27–270 mm) Lichtmeting Multi, Spot, Centr. gewogen, Gezichtsdetectie Diafragmabereik F3,1 (W)–F5,6 (T) Compensatie ±2EV (1/3 EV Stap) digitale zoom Fotomodus: 1,0–5,0X (optische zoom X digitale zoom: 50,0X, optische zoom X Intelli zoom: 20,0X) ISO-equivalent Auto, ISO 80, ISO 100, ISO 200, ISO 400, ISO 800, ISO 1600, ISO 3200 Brandpuntsafstand Flitser Scherm Type TFT LCD Functionaliteit 3.0" (7.62 cm) 460K Modus Smart Auto, Auto, Rode ogen, Invulflits, Langz sync, Uit, Anti-rode ogen Bereik • Groothoek: 0,3–3,7 m (ISO Auto) • Tele: 0,5–2,0 m (ISO Auto) Oplaadtijd Ongeveer 4,5 sec. Scherpstelling Type Bereik TTL-autofocus (Centrum AF, Multi AF, Tracking AF, Gezichtsdetectie AF, Slimme gezichtsherkenning AF) Normaal (AF) Trillingsreductie Optische beeldstabilisatie (OIS) Groothoek (G) Tele (T) 80 cm - oneindig 200 cm - oneindig Macro 5–80 cm 150–200 cm Auto macro 5 cm - oneindig 150 cm - oneindig Bijlagen 144 Cameraspecificaties Effect Opnemen Opnamemodus voor foto's • Fotofilter (Smart filter): Miniatuur, Vignetten, Aquarel, Olieverf, Cartoon, Kruisfilter, Schets, Softfocus, Visoog, Oude film, Halftoonstip, Klassiek, Retro, Zoomopname • Beeld aanpassen: Scherpte, Contrast, Kleurverz. Opnamemodus voor video's Filmfilter (Smart filter): Miniatuur, Vignetten, Halftoonstip, Schets, Visoog, Klassiek, Retro, Paleteffect 1, Paleteffect 2, Paleteffect 3, Paleteffect 4 Foto's • Modi: Smart Auto (Portret, Nachtportret, Portretfoto met tegenlicht, Nacht, Tegenl., Landschap, Wit, Natuurlijk groen, Blauwe lucht, Zonsondergang, Macro, Macro tekst, Macro kleur, Statief, Actie, Vuurwerk), Programma, Scène (Landschap, Zon onder, Dageraad, Tegenl., Strand/sneeuw, Tekst), Live Panorama, Beeld in beeld, Beautyshot, Intelligent portret, Nachtopname, Close-up opname, Magisch kader, Grappig gezicht, Fotofilter, Gesplitste opname, Artistiek penseel, Foto in beweging • Serie: 1 opname, Continu, Bewegingsopname, AEB • Timer: Uit, 10 sec, 2 sec, Dubbel (10 sec, 2 sec) Video's • Modi: Slimme film (Landschap, Blauwe lucht, Natuurlijk groen, Zonsondergang), Film, Beeld in beeld, Filmfilter • Bestandsindeling: MP4 (H.264) (Max. opnameduur: 20 min) • Formaat: 1280 X 720, 640 X 480, 320 X 240, Om te delen (alleen ST200F/ST201F/ST205F) • Framesnelheid: 30fps, 15fps • Sound Alive: Sound Alive Aan, Sound Alive Uit, Dempen • OIS: Aan, Uit • Video bewerken (intern): Opnemen onderbreken Witbalans Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt, TL-licht H, TL-licht L, Kunstlicht, Aangep. instelling Datering Uit, Datum, Datum/tijd Bijlagen 145 Cameraspecificaties Afspelen Foto's Video's Voor microSD van 1 GB: Aantal foto's • Type: Eén foto, Miniaturen, Diashow met muziek en effecten, Video, Smart Album* *S  mart Album-categorie: Alles, Datum, Gezichtenlijst, Best.type • Bewerken: Res.wijz, Draaien, Beeld aanpassen, Smart filter, Bijsnijden • Effect: Beeld aanpassen (Helderheid, Contrast, Kleurverz., ACB, Gezichtretouch., Anti-rode ogen), Smart filter (Normaal, Miniatuur, Vignetten, Aquarel, Olieverf, Cartoon, Kruisfilter, Schets, Softfocus, Visoog, Oude film, Halftoonstip, Klassiek, Retro, Zoomopname) Beeldformaat Bewerken: foto's maken, tijd bijsnijden Opslag Media Bestandsindeling • Intern geheugen: Ongeveer 16 MB • Extern geheugen (optioneel): microSD-kaart (1-2 GB gegarandeerd), microSDHC-kaart (tot 32 GB gegarandeerd), microSDXC-kaart (tot 64 GB gegarandeerd) De interne geheugencapaciteit kan van deze specificaties afwijken. Superhoog Hoog Normaal 4608 X 3456 105 206 303 4608 X 3072 117 230 337 4608 X 2592 140 275 406 3648 X 2736 166 323 469 2592 X 1944 319 607 858 1984 X 1488 522 954 1336 1920 X 1080 742 1336 1878 1024 X 768 1582 2505 3006 Deze waarden zijn gemeten onder de standaardcondities van Samsung en kunnen variëren, afhankelijk van opnameomstandigheden en camerainstellingen. Draadloos netwerk (alleen ST200F/ST201F/ST205F) Delen op sociale netwerken, E-mail, MobileLink, Remote Viewfinder, Cloud, Automatische back-up, TV Link, Verificatiebrowser, Wi-Fi Direct • Foto: JPEG (DCF), EXIF 2.21, DPOF 1.1, PictBridge 1.0, GIF • Videoclip: MP4 (Video: MPEG-4.AVC/H.264, Audio: AAC) Bijlagen 146 Cameraspecificaties Interface Bedrijfstemperatuur Digitale uitvoer USB 2.0 Audio-invoer/uitvoer 0–40° C Interne luidspreker (mono), microfoon (mono) Video-uitvoer A/V: NTSC, PAL (instelbaar) Software Gelijkstroom aansluiting 5V Intelli-Studio Bedrijfsluchtvochtigheid 5-85 % Specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd voor betere prestaties. Voedingsbron Oplaadbare batterij Lithium-ionbatterij (BP85A, 850 mAh) Connectortype Micro USB (5-pins) Afhankelijk van uw regio kan de voedingsbron verschillen. Afmetingen (B x H x D) 99,6 X 58,3 X 18,9 mm (zonder uitstekende delen) Gewicht 142,3 g (zonder batterij en geheugenkaart) Bijlagen 147 Woordenlijst Automatische contrastverbetering (ACB) Deze functie verbetert automatisch het contrast van uw beelden wanneer het onderwerp tegenlicht heeft of als er veel contrast is tussen uw onderwerp en de achtergrond. Compositie Met compositie wordt de plaatsing van de verschillende elementen in het beeld bedoeld. Meestal levert een compositie volgens de regel van derden een plezierig resultaat. Opnamereeks met verschillende belichtingen (AEB) Deze functie maakt automatisch meerdere beelden met verschillenden belichtingen om u te helpen een goedbelicht beeld te maken. DCF (Design rule for Camera File system) Een specificatie voor het definiëren van een bestandsindeling en bestandssysteem voor digitale camera's die is ontwikkeld door de Japan Electronics and Information Technology Industries Association (JEITA). Autofocus (AF) Een systeem dat automatisch de cameralens scherpstelt op het onderwerp. Uw camera gebruikt het contrast om automatisch scherp te stellen. Diafragma Het diafragma bepaalt de hoeveelheid licht die de sensor van de camera bereikt. Bewegingsonscherpte (vaag) Als de camera wordt bewogen wanneer de sluiter is geopend, kan het volledige beeld vaag lijken. Dit komt vaker voor wanneer de sluitertijd laag is. Voorkom bewegingsonscherpte door de gevoeligheid te verhogen, de flitser te gebruiken of een hogere sluitertijd. U kunt ook een statief of de DIS- of OIS-functie gebruiken om de camera te stabiliseren. Scherptediepte De afstand tussen het dichtstbijzijnde en verste punt waarop kan worden scherpgesteld in een foto. De scherptediepte verschilt per diafragma, brandpuntsafstand en afstand tussen de camera en het onderwerp. Als u bijvoorbeeld een kleiner diafragma selecteert, wordt de scherptediepte vergroot en wordt de achtergrond van een compositie vaag. Digitale zoom Een functie die op kunstmatige wijze de beschikbare hoeveelheid zoom met de zoomlens vergroot (optisch zoomen). Als u de digitale zoomfunctie gebruikt, wordt de beeldkwaliteit minder wanneer de vergroting wordt verhoogd. Bijlagen 148 Woordenlijst Digitale afdrukbestelling (DPOF) Een indeling voor het schrijven van afdrukgegevens, zoals geselecteerde beelden en het aantal afdrukken, op een geheugenkaart. Printers die compatibel zijn met DPOF, soms verkrijgbaar in fotowinkels, kunnen de informatie lezen van de kaart voor eenvoudig afdrukken. Belichting De hoeveelheid licht die de sensor van de camera mag bereiken. Belichting wordt bepaald door een combinatie van sluitertijd, diafragma en ISO-waarde. Flitser Een flitslamp die ervoor zorgt dat er voldoende belichting is in omstandigheden met weinig licht. Belichtingswaarde (EV) Alle combinaties van de camerasluitertijd en diafragma die resulteren in dezelfde belichting. EV-compensatie Met deze functie kunt u snel de belichtingswaarde aanpassen die wordt berekend door de camera, in beperkte stappen, om de belichting van uw foto's te verbeteren. Stel de EV-compensatie in op -1,0 EV om de waarde een stap donkerder in te stellen en op 1,0 EV om de waarde een stap lichter te maken. Exif (Exchangeable Image File Format) Een specificatie voor het definiëren van een beeldbestandsindeling voor digitale camera's die is gemaakt door de Japan Electronic Industries Development Association (JEIDA). Brandpuntsafstand De afstand van het brandpunt van de lens tot het beeldvlak (in millimeters). Grotere brandpuntsafstanden resulteren in een kleinere beeldhoek en een grotere weergave van het onderwerp. Kleinere brandpuntsafstanden resulteren in een grotere beeldhoek. H.264/MPEG-4 Een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door de internationale standaardisatieorganisaties ISO/IEC en ITU-T. Deze codec zorgt ervoor dat goede videokwaliteit wordt geleverd met lage bitsnelheden ontwikkeld door het Joint Video Team (JVT). Bijlagen 149 Woordenlijst Beeldsensor Het fysieke deel van een digitale camera die een fotosite bevat voor elke pixel in het beeld. Elke fotosite neemt de helderheid van het licht op dat de fotosite bereikt tijdens een belichting. Algemene sensortypen zijn CCD (Charge-coupled Device) en CMOS (Complementary Metal Oxide Semiconductor). Macro Met deze functie kunt u close-upfoto's maken van zeer kleine voorwerpen. Als u de macrofunctie gebruikt, kan de camera goed scherpstellen op kleine voorwerpen met een verhouding op bijna ware grootte (1:1). ISO-waarde De gevoeligheid van een camera voor licht, gebaseerd op de equivalente filmsnelheid gebruikt in een filmcamera. Met hogere ISO-waarden gebruikt de camera een hogere sluitertijd, waardoor vervaging kan worden verminderd die wordt veroorzaakt door het bewegen van de camera en weinig licht. Beelden met een hoge gevoeligheid zijn echter veel gevoeliger voor ruis. JPEG (Joint Photographic Experts Group) Een lossy-methode van compressie voor digitale beelden. JPEGbeelden worden gecomprimeerd om de algehele bestandsgrootte te verminderen met minimale afname van de beeldresolutie. LCD (Liquid Crystal Display) Een visuele display die algemeen wordt gebruikt in consumenten elektronica. Dit display heeft een aparte achtergrondverlichting nodig zoals CCFL of LED, om kleuren te kunnen reproduceren. Lichtmeting De lichtmeting heeft betrekking op de manier waarop een camera de hoeveelheid licht meet om de belichting in te stellen. MJPEG (Motion JPEG) Een video-indeling die wordt gecomprimeerd als een JPEGbeeld. Ruis Verkeerd geïnterpreteerde pixels in een digitaal beeld die mogelijk worden weergegeven als verkeerd geplaatste of willekeurige, heldere pixels. Ruis treedt meestal op wanneer foto's worden gemaakt met een hoge gevoeligheid of wanneer de gevoeligheid automatisch wordt ingesteld op een donkere locatie. OIS (Optical Image Stabilization; Optische beeldstabilisatie) Deze functie compenseert in real-time trillingen en schudden tijdens de opname. Er treedt geen kwaliteitsvermindering van het beeld op in vergelijking met de functie Digitale beeldstabilisatie. Bijlagen 150 Woordenlijst Optische zoom Dit is een algemene zoomfunctie waarmee beelden kunnen worden vergroot met een lens en waarmee de beeldkwaliteit niet vermindert. Quality Een uitdrukking van het compressieniveau dat is gebruikt in een digitaal beeld. Beelden met een hogere kwaliteit hebben een lager compressieniveau, wat meestal resulteert in grotere bestanden. Vignetten Een vermindering van de helderheid of de verzadiging van een beeld bij de randen in vergelijking met het midden van het beeld. Vignetten kan de aandacht richten op onderwerpen die in het midden van een beeld zijn geplaatst. Witbalans (kleurbalans) Een aanpassing van de intensiteit van kleuren (meestal de primaire kleuren rood, groen en blauw) in een beeld. Het doel van het aanpassen van de witbalans, of kleurbalans, is de kleuren van een beeld correct weergeven. Resolutie Het aantal pixels in een digitaal beeld. Beelden met hoge resolutie bevatten meer pixels en bevatten meer details dan beelden met lage resolutie. Sluitertijd De sluitertijd is de hoeveelheid tijd die nodig is om de sluiter te openen en te sluiten. Dit is een belangrijke factor voor de helderheid van een foto, aangezien hiermee de hoeveelheid licht wordt geregeld die door het diafragma op de beeldsensor valt. Met een kortere sluitertijd valt er minder licht naar binnen en wordt de foto donkerder, maar is het ook eenvoudiger om de beweging van het onderwerp te bevriezen. Bijlagen 151 Correcte afvoer van dit product (inzameling en recycling van elektrische en elektronische apparatuur) (Van toepassing in de Europese Unie en andere Europese landen waar afval gescheiden wordt ingezameld.) Correcte afvoer van de batterijen in dit product (Van toepassing op de Europese Unie en andere Europese landen met afzonderlijke inzamelingssystemen voor accu’s en batterijen) Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal duidt erop dat het product en zijn elektronische accessoires (bv. lader, headset, USB-kabel) niet met ander huishoudelijk afval verwijderd mogen worden aan het einde van hun gebruiksduur. Om mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u deze artikelen van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd. Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de gemeente waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze deze artikelen milieuvriendelijk kunnen laten recyclen. Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden van de koopovereenkomst nalezen. Dit product en zijn elektronische accessoires mogen niet met ander bedrijfsafval voor verwijdering worden gemengd. PlanetFirst duidt op het streven van Samsung Electronics naar een duurzame ontwikkeling en sociale verantwoordelijkheid door middel van milieubewuste bedrijfsvoering. Dit merkteken op de accu, gebruiksaanwijzing of verpakking geeft aan dat de accu in dit product aan het einde van de levensduur niet samen met ander huishoudelijk afval mag worden weggegooid. De chemische symbolen Hg, Cd of Pb geven aan dat het kwik-, cadmium- of loodgehalte in de accu hoger is dan de referentieniveaus in de Richtlijn 2006/66/EC. Indien de gebruikte accu niet op de juiste wijze wordt behandeld, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid van mensen of het milieu. Ter bescherming van de natuurlijke hulpbronnen en ter bevordering van het hergebruik van materialen, verzoeken wij u afgedankte accu’s en batterijen te scheiden van andere soorten afval en voor recycling aan te bieden bij het gratis inzamelingssysteem voor accu’s en batterijen in uw omgeving. Deze apparatuur mag in alle EU-landen worden gebruikt. In Frankrijk mag deze apparatuur alleen binnenshuis worden gebruikt. Bijlagen 152 Conformiteitsverklaring   Productdetails en de Eco-designrichtlijn (2009/125/EC) geïmplementeerd door regelgevingen (EC) No 278/2009 voor externe stroomvoorzieningen. Voor het volgende Product : DIGITALE CAMERA Model(len) : ST200F, ST201F, ST205F   Vertegenwoordiger in de EU   Verklaring en van toepassing zijnde standaarden Wij verklaren hierbij dat het/de bovenstaande product(en) voldoet/voldoen aan de benodigde vereisten en andere bepalingen van de R&TTE-richtlijn (1999/5/EC), de Laagspanningsrichtlijn (2006/95/EC) en de EMC-richtlijn (2004/108/EC) door toepassing van: EN 60950-1:2006+A1:2010 EN 55024:1998+A1:2001+A2:2003 EN 55022:2006+A1 :2007 EN 61000-3-2:2006 +A1:2009 +A2:2009 EN 61000-3-3:2008 EN 300 328 v1.7.1 EN 301 489-1 v1.8.1 EN 301 489-17 V2.1.1 EN62311 :2008 Samsung Electronics Euro QA Lab. Blackbushe Business Park Saxony Way, Yateley, Hampshire GU46 6GG, UK (JAAR VAN BEGIN AANBRENGEN CE- 02.14.2012 Joong-Hoon Choi / Lab. Manager (plaats en datum van afgifte) (naam en handtekening van gemachtigde persoon) MARKERING 2012) * Dit is niet het adres van het Samsung Servicecenter. Voor het adres of telefoonnummer van het Samsung Servicecenter raadpleegt u de garantiekaart of neemt u contact op met de winkel waar u uw product hebt gekocht. Bijlagen 153 Verklaring in officiële talen Land Verklaring Cesky Samsung Electronics tímto prohlašuje, že tento digitální fotoaparát je ve shodě se základními požadavky a dalšími příslušnými ustanoveními směrnice 1999/5/ES. Dansk Samsung Electronics erklærer herved, at digitale kameraer overholder de væsentlige krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/ EF. Deutsch Hiermit erklärt Samsung Electronic, dass sich die Digitalkamera in Übereinstimmung mit den grundlegenden Anforderungen und den übrigen einschlägigen Bestimmungen der Richtlinie 1999/5/EG befindet. Eesti Käesolevaga kinnitab Samsung Electronics digitaalkaamera vastavust direktiivi 1999/5/EÜ põhinõuetele ja nimetatud direktiivist tulenevatele teistele asjakohastele sätetele. English Hereby, Samsung Electronics declares that this digital camera is in compliance with the essential requirements and other relevant provisions of Directive 1999/5/EC. Español Por medio de la presente Samsung Electronics declara que la cámara digital cumple con los requisitos esenciales y cualesquiera otras disposiciones aplicables o exigibles de la Directiva 1999/5/CE. Ελληνική ΜΕ ΤΗΝ ΠΑΡΟΥΣΑ η Samsung Electronics ΔΗΛΩΝΕΙ ΟΤΙ η ψηφιακή φωτογραφική μηχανή ΣΥΜΜΟΡΦΩΝΕΤΑΙ ΠΡΟΣ ΤΙΣ ΟΥΣΙΩΔΕΙΣ ΑΠΑΙΤΗΣΕΙΣ ΚΑΙ ΤΙΣ ΛΟΙΠΕΣ ΣΧΕΤΙΚΕΣ ΔΙΑΤΑΞΕΙΣ ΤΗΣ ΟΔΗΓΙΑΣ 1999/5/ΕΚ. Français Par la présente Samsung Electronic déclare que l'appareil photo numérique est conforme aux exigences essentielles et aux autres dispositions pertinentes de la directive 1999/5/CE. Italiano Con la presente Samsung Electronicsdichiara che questa fotocamera digitale è conforme ai requisiti essenziali e alle altre disposizioni stabilite dalla Direttiva 1999/5/CE. Latviski Ar šo Samsung Electronics deklarē, ka digitālā kamera atbilst Direktīvas 1999/5/EK būtiskajām prasībām un citiem ar to saistītajiem noteikumiem. Lietuvių Šiuo Samsung Electronics deklaruoja, kad šis skaitmeninis fotoaparatas, atitinka esminius reikalavimus ir kitas 1999/5/EB Direktyvos nuostatas. Nederlands Hierbij verklaart Samsung Electronics dat de digitale camera in overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EG. Malti Hawnhekk, Samsung Electronics, tiddikjara li din il-kamera diġitali hi konformi mar-rekwiżiti essenzjali u ma' dispożizzjonijiet rilevanti oħrajn ta' Direttiva 1999/5/KE. Bijlagen 154 Verklaring in officiële talen Land Verklaring Magyar A Samsung Electronics kijelenti, hogy ez a digitális fényképezőgép megfelel az 1999/5/EK irányelv alapvetõ követelményeinek és egyéb vonatkozó elõírásainak. Polski Niniejszym firma Samsung Electronics oświadcza, że ten aparat cyfrowy jest zgodny z zasadniczymi wymogami oraz pozostałymi stosownymi postanowieniami Dyrektywy 1999/5/WE. Português Samsung Electronics declara que esta câmera digital está conforme os requisitos essenciais e outras disposições da Directiva 1999/5/CE. Slovensko Samsung Electronics izjavlja, da je ta digitalni fotoaparat v skladu z bistvenimi zahtevami in ostalimi relevantnimi določili direktive 1999/5/ES. Slovensky Samsung Electronics týmto vyhlasuje, že tento digitálny fotoaparát spĺňa základné požiadavky a všetky príslušné ustanovenia Smernice 1999/5/ES. Suomi Samsung Electronics vakuuttaa täten että tämä digitaalikamera on direktiivin 1999/5/EY oleellisten vaatimusten ja sitä koskevien direktiivin muiden ehtojen mukainen. Svenska Härmed intygar Samsung Electronicsatt dessa digitalkameror står i överensstämmelse med de väsentliga egenskapskrav och övriga relevanta bestämmelser som framgår av direktiv 1999/5/EG. Български С настоящото Samsung Electronics декларира, че този цифров фотоапарат е в съответствие със съществените изисквания и другите приложими разпоредби на Директива 1999/5/ЕК. Română Prin prezenta, Samsung Electronics, declară că această cameră foto digitală este în conformitate cu cerinţele esenţiale şi alte prevederi relevante ale Directivei 1999/5/CE. Norsk Samsung Electronicserklærer herved at dette digitalkameraet er i samsvar med de grunnleggende krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/EF. Türkiye Bu belge ile, Samsung Electronics bu dijital kameranın 1999/5/EC Yönetmeliginin temel gerekliliklerine ve ilgili hükümlerine uygun olduğunu beyan eder. Íslenska Hér með lýsir Samsung Electronics því yfir að þessi stafræna myndavél sé í samræmi við grunnkröfur og önnur ákvæði tilskipunar 1999/5/EB. Bijlagen 155 Index A B Bestanden beveiligen 83 Aansluiten op een computer Batterij Bestanden overbrengen Mac 100 Windows 95 Afdruk 128 AF-geluid 125 AF-hulplampje Instellingen 128 Locatie 15 AF-lamp 128 Afspeelknop 16 Afspeelmodus 79 Afzonderlijke beelden uit een video opslaan 88 Artistiek penseel-modus 53 Automatische back-up 116 Automatische contrastverbetering (ACB) Afspeelmodus 92 Opnamemodus 70 A/V-poort 15 Let op 138 Opladen 18 Plaatsen 17 Beautyshot-modus 45 Beeldaanpassing ACB 92 Contrast Afspeelmodus 91 Opnamemodus 74 Helderheid Afspeelmodus 91 Opnamemodus 69 Kleurverzadiging Afspeelmodus 91 Opnamemodus 74 Rode ogen 92 Scherpte 74 Automatische back-up 116 E-mail 112 Mac 100 Windows 95 Bestanden weergeven Bewegende foto's 86 Diashow 86 Miniaturen 82 Panoramafoto’s 85 Smart Album 81 Televisie 94 Bestanden wissen 83 Bewegingsopname 73 C Beeld in beeld-modus 44 Camera loskoppelen 99 Beeldkwaliteit 57 Cameraonderhoud 132 Beginafbeelding 125 Cameraspecificaties 144 Belichting 69 Close-upmodus 47 Bijlagen 156 Contrast Afspeelmodus 91 Opnamemodus 74 D Datum/tijd aanpassen 127 Diashow 86 Digitale afdrukbestelling (DPOF) 93 Digitale zoom 31 Draadloos netwerk 103 Draaien 90 F Filmfiltermodus 51 Filmmodus 40 Flitser Anti-rode ogen 60 Auto 59 Invulflits 60 Langzame synchronisatie 60 Index Off 59 Rode ogen 60 Grappig gezicht-modus 48 Formatteren 128 H Fotofiltermodus 49 Helderheid Afspeelmodus 91 Opnamemodus 69 Foto's afdrukken 101 Foto's bewerken 89 Foutmeldingen 130 Functieknop 16 G Geheugenkaart Aandachtspunt 136 Plaatsen 17 Lichtmeting Centr. gewogen 70 Multi 70 Spot 70 Live Panorama, modus 42 M Ontspanknop 15 Ontspanknop half indrukken 34 Opladen 18 Opnamereeks met verschillende belichtingen (AEB) 73 I Macro 62 Optionele accessoires 14 Instellingen 127 Menuknop 16 Optische beeldstabilisatie (OIS) 33 Intelligent zoomen 32 Mijn ster Intelli-studio 97 ISO-waarde 61 Gesplitste opnamemodus 52 K Gezichten retoucheren Kleurverzadiging Gezichtsdetectie 65 O Helderheid scherm 126 Geluidsinstellingen 29 Afspeelmodus 92 Opnamemodus 45 L Afspeelmodus 91 Opnamemodus 74 Annuleren 81 Classificeren 80 Registreren 68 Miniaturen 82 Modus Intelligent portret 46 Modus Magisch kader 48 P PictBridge 101 Pictogrammen Afspeelmodus 79 Opnamemodus 21 Portretten maken Anti-rode ogen 60 Gezichtsdetectie 65 Knipperen 67 Rode ogen 60 Knipperen 67 Bijlagen 157 Index Slimme gez.herkenning 67 Smile shot 66 Zelfportret 66 Power-knop 15 Programmamodus 38 R Reinigen Camerabody 132 Lens 132 Scherm 132 Remote Viewfinder 108 Reset 128 Resolutie Afspeelmodus 89 Opnamemodus 56 S Afspeelmodus 90 Scènemodus 41 Smart Filter Schermtype 28 Opnamemodus voor foto's 49 Video-opname, modus 51 Scherpstelgebied Centrum AF 64 Multi AF 64 Tracking AF 64 Timer Opnamemodus 58 Timerlampje 15 TV Link 118 Smile shot 66 U Snel tonen 126 Uitpakken 14 Scherpte 74 Spaarstand 126 USB-poort 15 Serieopnamen Startscherm 22 Bewegingsopname 73 Continu 73 Opnamereeks met verschillende belichtingen (AEB) 73 Rode ogen Smart Auto-modus 37 V Statuslampje 16 Vergroten 84 Video 126 Taalinstellingen 127 Slimme gez.herkenning 67 Smart Album 81 Statiefbevestigingspunt 15 T Servicecenter 141 Richtlijn 125 Afspeelmodus 92 Opnamemodus 59 Smart filter Tijdinstellingen 19 Tijdzone-instellingen 19, 127 Smart filmmodus 39 Bijlagen 158 Afspeelmodus 87 Opnamemodus 40 Video's bewerken Bijsnijden 88 Opnemen 88 Index W Website Foto's of video's uploaden 110 Openen 110 Witbalans 71 Z Zelfportret 66 Zoom Zoomfunctie gebruiken 31 Zoomgeluidinstellingen 75 Zoomknop 16 Bijlagen 159 Raadpleeg voor klantenservice of bij vragen de garantie-informatie die met het product is meegeleverd of bezoek onze website www.samsung.com.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161

Samsung SAMSUNG ST200F Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor