Documenttranscriptie
2
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit
apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te
presteren, met innovatieve technologieën die het leven
gemakkelijker helpen maken – functies die gewone
apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten
de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt
profiteren.
ACCESSOIRES EN VERBRUIKSARTIKELEN
In de AEG webshop vindt u alles wat u nodig heeft om al
uw apparaten van AEG mooi te houden en perfect te
laten functioneren. Ook vindt u hier een groot aantal
accessoires die zijn ontworpen en gebouwd volgens de
hoge kwaliteitsnormen die u verwacht, van speciaal
kookgerei tot bestekmandjes en van flessenhouders tot
waszakken…
Bezoek onze webshop op
www.aeg.com/shop
Inhoud
3
INHOUD
4
7
8
8
10
12
14
16
16
20
22
Veiligheidsinformatie
Bedieningspaneel
Het eerste gebruik
Dagelijks gebruik
Nuttige aanwijzingen en tips
Onderhoud en reiniging
Problemen oplossen
Technische gegevens
Montage
Geluiden
Het milieu
In deze gebruiksaanwijzing worden de
volgende symbolen gebruikt:
Belangrijke informatie over uw persoonlijke
veiligheid en informatie over het voorkomen
van schade aan het apparaat.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden
4
Veiligheidsinformatie
VEILIGHEIDSINFORMATIE
In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarborgen is het van
belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze gebruiksaanwijzing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissingen en ongevallen te voorkomen is het belangrijk ervoor te zorgen dat alle mensen die het
apparaat gebruiken, volledig bekend zijn met de werking ervan en de veiligheidsvoorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt
verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het apparaat gedurende zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat.
Voor de veiligheid van mensen en eigendommen dient u zich aan de voorzorgsmaatregelen
uit dit instructieboekje te houden, de fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die door
het niet opvolgen van de aanwijzingen veroorzaakt is.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (waaronder begrepen kinderen)
met verminderde fysieke, zintuiglijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis,
tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon
of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van
het apparaat.
Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen.
• Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking.
• Als u het apparaat afdankt trek dan de stekker uit het stopcontact, snij de voedingskabel
door (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen een elektrische schok krijgen of zichzelf in het apparaat opsluiten.
• Als dit apparaat, dat voorzien is van een magnetische deursluiting, een ouder apparaat
vervangt, dat voorzien is van een veerslot (slot) op de deur of het deksel, zorg er dan voor
dat u het slot onbruikbaar maakt voordat u het oude apparaat weggooit. Dit voorkomt
dat kinderen er in opgesloten kunnen raken.
Algemene veiligheid
WAARSCHUWING!
Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies; dit geldt zowel voor losstaande als
ingebouwde modellen.
• Dit apparaat is bedoeld voor het bewaren van levensmiddelen en/of dranken in een gewoon huishouden, zoals uitgelegd in dit instructieboekje.
• Gebruik geen mechanische hulpmiddelen of kunstgrepen om het ontdooiproces te versnellen.
• Gebruik geen andere elektrische apparaten (bijvoorbeeld ijsmachines) in koelkasten, tenzij
ze voor dit doel goedgekeurd zijn door de fabrikant.
• Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt.
• Het koelmiddel isobutaan (R600a) bevindt zich in het koelcircuit van het apparaat, dit is
een natuurlijk gas dat weliswaar milieuvriendelijk is, maar ook uiterst ontvlambaar.
Veiligheidsinformatie
5
Controleer of de onderdelen van het koelcircuit tijdens transport en installatie van het
apparaat niet beschadigd zijn geraakt.
Indien het koelcircuit beschadigd is:
– open vuur en ontstekingsbronnen vermijden
– de ruimte waar het apparaat zich bevindt grondig ventileren
• Het is gevaarlijk om wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit product op enigerlei wijze te modificeren. Een beschadigd netsnoer kan kortsluiting, brand en/of een
elektrische schok veroorzaken.
WAARSCHUWING!
Alle elektrische onderdelen (netsnoer, stekker, compressor) mogen om gevaar te voorkomen
uitsluitend worden vervangen door een erkende onderhoudsdienst of gekwalificeerd onderhoudspersoneel.
1.
2.
•
•
•
•
Het netsnoer mag niet verlengd worden.
Verzeker u ervan dat de stekker niet platgedrukt of beschadigd wordt door de achterkant van het apparaat. Een platgedrukte of beschadigde stekker kan oververhit
raken en brand veroorzaken.
3. Verzeker u ervan dat u de stekker van het apparaat kunt bereiken.
4. Trek niet aan het snoer.
5. Als de stekker los zit, steek hem dan niet in het stopcontact. Dan bestaat er een risico op een elektrische schok of brand.
6. U mag het apparaat niet gebruiken zonder de afdekking van het lampje1) voor de
binnenverlichting.
Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst.
Haal geen artikelen uit het vriesvak en raak ze niet aan als uw handen vochtig/nat zijn,
dit kan uw huid beschadigen of vrieswonden veroorzaken.
Stel het apparaat niet langdurig bloot aan direct zonlicht.
Gloeilampjes2) gebruikt voor dit apparaat is een speciaal lampje voor huishoudelijke apparaten. De lampjes zijn niet geschikt voor de verlichting van ruimtes.
Dagelijks gebruik
•
•
•
•
•
•
Zet geen hete potten op de kunststof onderdelen in het apparaat.
Bewaar geen brandbare gassen of vloeistoffen in het apparaat, deze kunnen ontploffen.
Zet geen levensmiddelen direct tegen de luchtopening in de achterwand. 3)
Diepgevroren voedsel mag niet opnieuw worden ingevroren als het eenmaal ontdooid is.
Bewaar voorverpakte diepvriesproducten volgens de aanwijzingen van de fabrikant.
U dient zich strikt te houden aan de aanbevelingen van de fabrikant van het apparaat
met betrekking tot het bewaren van voedsel. Raadpleeg de betreffende aanwijzingen.
• Leg geen koolzuurhoudende of mousserende dranken in de vriezer, deze veroorzaken
druk op de fles die daardoor kan ontploffen, dit kan schade toebrengen aan het apparaat.
1) Als er een afdekking voor het lampje is voorzien.
2) Als er is voorzien in een lamp.
3) Als het apparaat vorstvrij is.
6
Veiligheidsinformatie
• IJslollies kunnen vrieswonden veroorzaken als ze rechtstreeks vanuit het apparaat geconsumeerd worden.
Onderhoud en reiniging
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• Maak het apparaat niet schoon met metalen voorwerpen.
• Gebruik geen scherpe voorwerpen om ijs van het apparaat te krabben. Gebruik een
kunststof schraper.
• Controleer de afvoer in de koelkast regelmatig op dooiwater. Maak de afvoer, indien nodig, schoon. Als de afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van het apparaat liggen.
Installatie
Voor de aansluiting van elektriciteit dienen de instructies in de desbetreffende paragrafen
nauwgezet te worden opgevolgd.
• Pak het apparaat uit en controleer of er beschadigingen zijn. Sluit het apparaat niet aan
als het beschadigd is. Meld mogelijke beschadigingen onmiddellijk bij de winkel waar u
het apparaat gekocht heeft. Gooi in dat geval de verpakking niet weg.
• Wij adviseren u om 4 uur te wachten voordat u het apparaat aansluit, dan kan de olie
terugvloeien in de compressor.
• Rond het apparaat dient adequate luchtcirculatie te zijn, anders kan dit tot oververhitting leiden. Om voldoende ventilatie te verkrijgen de instructies met betrekking tot de
installatie opvolgen.
• De achterkant dient zo mogelijk tegen een muur geplaatst te worden, teneinde te voorkomen dat hete onderdelen (compressor, condensator) aangeraakt kunnen worden en
brandwonden veroorzaken.
• Het apparaat mag niet vlakbij radiatoren of kooktoestellen geplaatst worden.
• Verzeker u ervan dat de stekker bereikbaar is nadat het apparaat geïnstalleerd is.
• Sluit het apparaat alleen aan op een drinkwaterleiding. 4)
Onderhoud
• Alle elektrotechnische werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van onderhoud aan het apparaat, dienen uitgevoerd te worden door een gekwalificeerd elektricien of competent persoon.
• Dit product mag alleen worden onderhouden door een erkend onderhoudscentrum en er
dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reserveonderdelen.
4) Indien er een wateraansluiting voorzien is.
Bedieningspaneel
7
Bescherming van het milieu
Dit apparaat bevat geen gassen die de ozonlaag kunnen beschadigen, niet in het koelcircuit
en evenmin in de isolatiematerialen. Het apparaat mag niet worden weggegooid bij het
normale huishoudelijke afval. Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen: het apparaat
moet weggegooid worden conform de van toepassing zijnde regels die u bij de lokale overheidsinstanties kunt verkrijgen. Voorkom beschadiging aan de koeleenheid, vooral aan de
achterkant bij de warmtewisselaar. De materialen die gebruikt zijn voor dit apparaat en die
voorzien zijn van het symbool zijn recyclebaar.
BEDIENINGSPANEEL
+2
1
2
+4
+5
+6
+8
3
1 Schakelaar ventilatiefunctie
Controlelampje ventilator
2 Temperatuurknop
Frostmatic-toets
3 Frostmatic-controlelampje
Inschakelen
Verwijder het label "Remove" (indien aanwezig) van de binnenkant van het vriesvak.
Steek de stekker in het stopcontact.
Uitschakelen
Haal de stekker uit het stopcontact om het apparaat uit te schakelen.
Temperatuurregeling
De temperatuur wordt automatisch geregeld.
Ga als volgt te werk om het apparaat in werking te stellen:
• Houd de thermostaatknop ingedrukt tot de LED van de gewenste temperatuur brandt. De
selectie loopt van +2°C tot +8°C. De temperatuur die wordt aangegeven door de LED
wordt telkens wanneer u op de knop drukt geselecteerd.
Een gemiddelde instelling is over het algemeen het meest geschikt.
De exacte instelling moet echter gekozen worden rekening houdend met het feit dat de
temperatuur in het apparaat afhankelijk is van:
• de omgevingstemperatuur
• hoe vaak de deur geopend wordt
8
Het eerste gebruik
• de hoeveelheid voedsel die bewaard wordt
• de plaats van het apparaat.
Als de omgevingstemperatuur lager is dan 16 °C, druk dan op de temperatuurregelaar totdat de LED gaat branden die correspondeert met de laagste temperatuur.
Frostmatic functie
U kunt de Frostmatic -functie inschakelen door op de Frostmatic -toets te drukken tot de
LED bij het Frostmatic -symbool gaat branden.
Om de Frostmatic -functie uit te schakelen blijft u op de Frostmatic -toets drukken tot de
gewenste temperatuur is geselecteerd.
HET EERSTE GEBRUIK
De binnenkant schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne
accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een
nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af.
Gebruik geen oplosmiddelen of schuurpoeders. Deze beschadigen de lak.
DAGELIJKS GEBRUIK
Dit apparaat wordt in Frankrijk verkocht.
In overeenstemming met de regelgeving die in dit land geldig is, moet hij worden geleverd
met een speciaal apparaat (zie afbeelding) dat in het onderste deel van de koelkast moet
worden geplaatst om de koudste zone daarvan aan te geven.
Dagelijks gebruik
9
Verplaatsbare schappen
De wanden van de koelkast zijn voorzien van een
aantal geleiders zodat de schappen op de gewenste plaats gezet kunnen worden.
Flessenrek
Plaats de flessen (met de openingen naar voren
gericht) in het voorgeplaatste schap.
Als het schap horizontaal geplaatst is, mogen alleen afgesloten flessen worden neergezet.
Dit schap voor een flessenhouder kan worden gekanteld om vooraf geopende flessen te bewaren.
Trek hiervoor de houder omhoog zodat deze omhoog draait en op het niveau erboven kan worden
geplaatst.
Het plaatsen van de deurschappen
Om het bewaren van voedselpakketten van verschillende afmetingen mogelijk te maken,
kunnen de schappen op verschillende hoogtes geplaatst worden.
Versvak
Sommige modellen hebben dit vak in het koelgedeelte, het is geschikt voor het optimaal
bewaren van verse levensmiddelen zoals vis, vlees, schelpdieren, enz.
Het vak zit in het onderste gedeelte, direct boven de groentenlade.
Luchtkoeling
Met de Dynamic Air Cooling- (DAC)-ventilator wordt voedsel snel gekoeld en wordt de temperatuur in het koelvak gelijkmatiger.
U kunt de ventilator inschakelen door op de betreffende schakelaar te drukken (zie 'Bedieningspaneel'). Het lampje van de ventilator gaat branden.
Schakel de ventilator in als de kamertemperatuur hoger dan 25° C is.
10
Nuttige aanwijzingen en tips
Kalender ingevroren voedsel
De symbolen geven verschillende soorten ingevroren levensmiddelen aan
De cijfers geven de bewaartijd in maanden aan voor de bijbehorende ingevroren levensmiddelen Of de hoogste of laagste waarde van de aangegeven bewaartijd van toepassing is,
hangt af van de kwaliteit van het voedsel en eventuele bereiding voordat het werd ingevroren.
Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en voor het voor een lange periode bewaren van ingevroren en diepgevroren voedsel.
Activeer om vers voedsel in te vriezen de functie Frostmatic ten minste 24 uur voordat u
het in te vriezen voedsel in het vriesvak legt.
Zet het schap in de vriezer op de middelste positie en houd het horizontaal.
Leg het in te vriezen voedsel op dat schap.
De maximale hoeveelheid levensmiddelen die in 24 uur kan worden ingevroren, wordt vermeld op de typeplaat, een etiket dat zich aan de binnenkant van het apparaat bevindt.
Het invriesproces duurt 24 uur: voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen voedsel toe.
Na 24 uur, wanneer het invriesproces is voltooid, stelt u de gewenste temperatuur weer in
(zie "Temperatuurregeling").
Het bewaren van ingevroren voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na een periode dat het niet gebruikt is inschakelt, het
apparaat minstens 2 uur op een hoge instelling laten werken voordat u er producten in
plaatst.
In het geval van onbedoelde ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen
dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder "tijdsduur" is vermeld, moet
het ontdooide voedsel snel geconsumeerd worden of onmiddellijk bereid worden en dan
weer worden ingevroren (nadat het afgekoeld is).
Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt, voordat het gebruikt wordt, in het koelvak of op
kamertemperatuur laten ontdooien, afhankelijk van de hoeveelheid tijd die hiervoor nodig
is.
Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks vanuit de vriezer gekookt worden als ze nog bevroren zijn: in dat geval zal de bereiding iets langer duren.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
Tips voor energiebesparing
• De deur niet vaker openen of open laten staan dan strikt noodzakelijk.
Nuttige aanwijzingen en tips
11
• Als de omgevingstemperatuur hoog is, de thermostaatknop op een lage temperatuur
staat en het apparaat volledig gevuld is, kan de compressor continu aan staan waardoor
er ijs op de verdamper ontstaat. Als dit gebeurt, zet u de thermostaatknop naar een warmere instelling om de koelkast automatisch te laten ontdooien en zo elektriciteitsverbruik te besparen.
Tips voor het koelen van vers voedsel
Om de beste prestatie te verkrijgen:
• Zet geen warm voedsel of verdampende vloeistoffen in de koelkast
• dek het voedsel af of verpak het, in het bijzonder als het een sterke geur heeft
• plaats het voedsel zodanig dat de lucht er vrijelijk omheen kan circuleren
Nuttige tips voor het koelen
Nuttige tips:
Vlees (alle soorten) in plastic zakken verpakken en op het glazen schap leggen, boven de
groentelade.
Bewaar het, voor de veiligheid, slechts een of maximaal twee dagen op deze manier.
Gekookt voedsel, koude schotels, enz.: deze moeten afgedekt worden en mogen op willekeurig welk schap gezet worden.
Fruit en groente: deze moeten zorgvuldig schoongemaakt worden en in de speciaal daarvoor bedoelde lade(n) geplaatst worden.
Boter en kaas: dit moet in speciale luchtdichte bakjes gelegd of in aluminiumfolie of plastic
zakjes gewikkeld worden om zoveel mogelijk lucht buiten te sluiten.
Melkflessen: deze moeten een afdekdop hebben en opgeslagen worden in het flessenrek in
de deur.
Bananen, aardappelen, uien en knoflook, indien niet verpakt, mogen niet in de koelkast bewaard worden.
Tips voor het invriezen
Om u te helpen om het beste van het invriesproces te maken, volgen hier een paar belangrijke tips:
• de maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden. is vermeld op het
typeplaatje;
• het invriesproces duurt 24 uur. Voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen
voedsel toe;
• vries alleen vers en grondig schoongemaakte levensmiddelen van uitstekende kwaliteit
in;
• bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan het snel en volledig worden ingevroren
en zo kunt u later alleen die hoeveelheid laten ontdooien die u nodig heeft;
• wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht
zijn;
• leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen het al ingevroren voedsel, om te voorkomen dat dit laatste warm wordt;
• smalle pakjes zijn makkelijker op te bergen dan dikke; zout maakt voedsel minder lang
houdbaar;
12
Onderhoud en reiniging
• water bevriest, als dit rechtstreeks uit het vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan de
huid vastvriezen;
• het is aan te bevelen de invriesdatum op elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe
lang het al bewaard is;
Tips voor het bewaren van ingevroren voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat te verkrijgen, dient u:
• er zich van te verzekeren dat de commercieel ingevroren levensmiddelen op geschikte
wijze door de detailhandelaar werden opgeslagen;
• ervoor te zorgen dat de ingevroren levensmiddelen zo snel mogelijk van de winkel naar
uw vriezer gebracht worden;
• de deur niet vaker te openen of open te laten staan dan strikt noodzakelijk.
• Als voedsel eenmaal ontdooid is, bederft het snel en kan het niet opnieuw worden ingevroren.
• Bewaar het voedsel niet langer dan de door de fabrikant aangegeven bewaarperiode.
ONDERHOUD EN REINIGING
LET OP!
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de stekker uit het stopcontact
trekken.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen; onderhoud en herladen mag alleen
uitgevoerd worden door bevoegde technici.
Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt:
• maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutrale zeep.
• controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren dat
ze schoon en vrij van restjes zijn.
• spoel ze af en maak ze grondig droog.
Trek niet aan leidingen en/of kabels aan de binnenkant van de kast en verplaats of beschadig ze niet.
Gebruik nooit schoonmaakmiddelen, schuurpoeders, erg geparfumeerde reinigingsproducten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het oppervlak beschadigen en een sterke geur achterlaten.
Maak de condensor (zwart rooster) en de compressor op de achterkant van het apparaat
schoon met een borstel. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat verbeteren en het
elektriciteitsverbruik besparen.
Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt.
Plaats de 2 bovenste rekken in hun oorspronkelijke positie nadat u ze hebt schoongemaakt.
Onderhoud en reiniging
13
Veel normaal verkrijgbare keukenreinigers bevatten chemicaliën die de kunststoffen die in
dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantasten/beschadigen. Daarom wordt het aanbevolen de
buitenkant van dit apparaat alleen schoon te maken met warm water met een beetje afwasmiddel.
Steek, na het schoonmaken van het apparaat, de stekker weer in het stopcontact.
Het Clean Air Control-filter vervangen
Voor optimale prestaties moet het Clean Air Control-filter eenmaal per jaar worden vervangen.
Nieuwe actieve filters zijn verkrijgbaar bij uw vakhandelaar.
Zie 'Montage van het Clean Air Control-filter' voor de instructies.
Het ontdooien van de koelkast
Rijp wordt elke keer als de compressormotor tijdens normale werking stopt, automatisch
van de verdamper van het koelvak verwijderd. Het dooiwater loopt via een gootje in een
speciale opvangbak aan de achterkant van het apparaat, boven de compressormotor, waar
het verdampt.
Het is belangrijk om het afvoergaatje van het
dooiwater in het midden van het koelvak regelmatig schoon te maken, om te voorkomen dat het
water overloopt en op het voedsel in de koelkast
gaat druppelen. Gebruik daarvoor de speciale reiniger, die al in het afvoergaatje zit.
Het ontdooien van de vriezer
Het vriesvak van dit model is een "no-frost"-type. Dit betekent dat zich in het vriesvak geen
ijs vormt als deze in bedrijf is, noch tegen de wanden noch op de levensmiddelen.
Het voorkomen van ijsvorming wordt gerealiseerd door een continue circulatie van koude
lucht in het vak, die aangedreven wordt door een automatisch geregelde ventilator.
Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt
Als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt, neem dan de volgende voorzorgsmaatregelen:
• trek de stekker uit het stopcontact
• verwijder al het voedsel,
• ontdooi de koelkast5), en maak het apparaat en alle accessoires schoon,
5) Indien nodig,
14
Problemen oplossen
• laat de deur/deuren op een kier staan om de vorming van onaangename luchtjes te
voorkomen.
Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan iemand om het zo nu en dan te controleren, om
te voorkomen dat het bewaarde voedsel bederft, als de stroom uitvalt.
PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Voordat u storingen opspoort, de stekker uit het stopcontact trekken.
Het opsporen van storingen die niet in deze handleiding vermeld zijn, dient te worden verricht door een gekwalificeerd technicus of competent persoon.
Er zijn tijdens de normale werking geluiden te horen (compressor, koelcircuit).
Probleem
Het apparaat werkt niet.
Het lampje brandt niet.
Het lampje werkt niet.
De compressor werkt continu.
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Het apparaat is uitgeschakeld.
Schakel het apparaat in.
De stekker zit niet goed in het
stopcontact.
Steek de stekker goed in het stopcontact.
Het apparaat krijgt geen stroom.
Er staat geen spanning op het
stopcontact.
Sluit een ander elektrisch apparaat aan op het stopcontact.
Neem contact op met een gekwalificeerd elektricien.
Het lampje staat in stand-by.
Sluit en open de deur.
Het lampje is stuk.
Zie 'Het lampje vervangen'.
De temperatuur is niet goed ingesteld.
Stel een hogere temperatuur in.
De deur is niet goed gesloten.
Zie 'De deur sluiten'.
De deur is te vaak open gedaan.
Laat de deur niet langer open
staan dan noodzakelijk.
De temperatuur van het product Laat het product afkoelen tot kais te hoog.
mertemperatuur voordat u het
opbergt.
De kamertemperatuur is te
hoog.
Verlaag de kamertemperatuur.
Er loopt water over de
achterkant van de koelkast.
Tijdens het automatische ontdooiproces ontdooit de rijp tegen de achterwand.
Dit is normaal.
Er loopt water in de koelkast.
De waterafvoer is verstopt.
Maak de waterafvoer schoon.
Producten verhinderen het water om in de wateropvangbak te
lopen.
Zorg ervoor dat de producten de
achterwand niet raken.
Problemen oplossen
Probleem
Mogelijke oorzaak
15
Oplossing
Er loopt water over de
vloer.
De dooiwaterafvoer loopt niet in Maak de dooiwaterafvoer vast op
de verdamperbak boven de com- de verdamperbak.
pressor.
De temperatuur in het apparaat is te laag.
De thermostaatknop is niet goed Stel een hogere temperatuur in.
ingesteld.
De temperatuur in het apparaat is te hoog.
De thermostaatknop is niet goed Stel een lagere temperatuur in.
ingesteld.
De deur is niet goed gesloten.
Zie 'De deur sluiten'.
De temperatuur van het product Laat het product afkoelen tot kais te hoog.
mertemperatuur voordat u het
opbergt.
Er zijn veel producten tegelijk
opgeborgen.
Berg minder producten tegelijk
op.
De temperatuur in de
koelkast is te hoog.
Er is geen koude luchtcirculatie
in het apparaat.
Zorg ervoor dat er koude luchtcirculatie in het apparaat is.
De temperatuur in het
vriesvak is te hoog.
Producten liggen te dicht op
elkaar.
Berg de producten zodanig op dat
er koude lucht kan circuleren.
Er is te veel rijp.
Het product is niet goed verpakt. Verpak het product op de juiste
manier.
De deur is niet goed gesloten.
Zie 'De deur sluiten'.
De thermostaatknop is niet goed Stel een hogere temperatuur in.
ingesteld.
Het lampje vervangen
LET OP!
Trek de stekker uit het stopcontact.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Verwijder de schroef van de afdekking
van het lampje.
Trek de achterste haak van de afdekking
naar buiten met behulp van een schroevendraaier en verwijder de afdekking
van het lampje door het omlaag te trekken.
Vervang het kapotte lampje door een
nieuw lampje met hetzelfde vermogen
dat specifiek bedoeld is voor huishoudelijke apparaten. (het maximale vermogen
wordt getoond op de afdekking van het lampje).
Plaats de afdekking van het lampje terug.
Draai de schroef van de afdekking van het lampje vast.
Steek de stekker in het stopcontact.
16
Technische gegevens
7.
Open de deur. Controleer of het lampje gaat branden.
De deur sluiten
1.
2.
3.
Maak de afdichtingen van de deur schoon.
Stel de deur, indien nodig, af. Raadpleeg "Montage".
Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen. Neem contact met de service-afdeling.
TECHNISCHE GEGEVENS
Afmetingen van de uitsparing
Hoogte
1750 mm
Breedte
600 mm
Diepte
645 mm
Tijdsduur
20 h
Spanning
230-240 V
Frequentie
50 Hz
De technische gegevens staan op het typeplaatje aan de linker binnenkant in het apparaat
en op het energielabel.
MONTAGE
WAARSCHUWING!
Lees voor uw eigen veiligheid en correcte werking van het apparaat eerst de "veiligheidsinformatie" aandachtig door, alvorens het apparaat te installeren.
Opstelling
Installeer dit apparaat op een plaats waar de omgevingstemperatuur overeenkomt met de
klimaatklasse die vermeld is op het typeplaatje van het apparaat:
Klimaatklasse
Omgevingstemperatuur
SN
+10°C tot + 32°C
N
+16°C tot + 32°C
ST
+16°C tot + 38°C
T
+16°C tot + 43°C
Plaats
Het apparaat moet verwijderd van hittebronnen, zoals radiatoren, boilers, direct zonlicht
enz., worden geïnstalleerd. Zorg ervoor dat lucht aan de achterkant van het keukenkastje
vrij kan circuleren. Als het apparaat onder een muur met een afdakje wordt geplaatst, moet
Montage
17
de minimale afstand tussen de bovenkant van de kast en de muur ten minste 100 mm bedragen om optimale prestaties te garanderen. Maar voor de beste prestaties kunt u het apparaat beter niet onder een afdakje zetten. De stelvoetjes aan de onderkant van het apparaat waarborgen een exact horizontale stand.
A
B
10 mm
10 mm
100 mm
WAARSCHUWING!
Het moet mogelijk zijn het apparaat van het lichtnet los te koppelen; de stekker moet daarom na installatie gemakkelijk toegankelijk zijn.
Elektrische aansluiting
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typeplaatje overeenkomen met de stroomtoevoer in uw huis.
Het apparaat moet geaard zijn. De netsnoerstekker is voorzien van een contact voor dit
doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aardepunt, in overeenstemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd
elektricien.
De fabrikant neemt geen verantwoordelijkheid op zich als de bovenstaande veiligheidsmaatregelen niet worden nageleefd.
Dit apparaat voldoet aan de EU. richtlijnen.
18
Montage
Afstandsstukken achterkant
In het apparaat vindt u twee afstandsstukken
die geplaatst moeten worden zoals aangegeven
op de afbeelding.
Draai de schroeven los en plaats het afstandsstuk
onder de kop van de schroef, draai daarna de
schroeven weer vast
Omkeerbaarheid van de deur
WAARSCHUWING!
Voordat werkzaamheden worden uitgevoerd, moet u zich ervan verzekeren dat de stekker
uit het stopcontact is getrokken.
Om de volgende handelingen uit te voeren, raden we aan dit te doen met de hulp van een
tweede persoon die de deuren van het apparaat tijdens de werkzaamheden stevig vasthoudt.
Om de draairichting van de deur te veranderen, gaat u als volgt te werk:
1. Schuif de onderste deur van het middenscharnier (H). Verwijder het middenscharnier door de bevestigingsschroeven
los te draaien.
H
Let erop dat u de plastic afstandshouder
onder het scharnier plaatst.
Montage
2.
3.
Schuif de bovendeur van de pen (G).
Schroef de pen (G) los en monteer deze
op de andere kant.
Verwijder de twee pluggen van de middelste kruisbalk en monteer ze op de tegenoverliggende zijde, over de gaten die
na het verwijderen van het scharnier
zichtbaar zijn.
19
G
4.
Verwijder de pluggen (1) aan de bovenzijde van beide deuren en verplaats ze
naar de andere kant.
5.
Verwijder het deksel (e) met behulp van
gereedschap, draai het onderste schare
nier (f) met een moersleutel van 10 mm
los en draai het scharnier aan de andere
kant weer vast.
2
Monteer het deksel (e) op de andere
1
5
kant.
Monteer de bovendeur op de pen (G).
f
Monteer het middelste scharnier (H) op
de opening van de bovenste deur. Zorg
4
dat de plastic afstandshouder onder het
3
scharnier wordt geplaatst. Monteer de
onderdeur op het onderste scharnier (f).
Monteer terwijl u de deuren enigszins schuin houdt, het middelste scharnier (H) op de
opening van de onderste deur.
Houd de deuren open terwijl u het middelste scharnier met twee schroeven vast draait.
6.
7.
8.
1
20
Geluiden
9.
Schroef het handvat los. Verwijder de
dop met een drevel. Installeer het handvat op de dop op de andere kant. Haal
de twee doppen uit het zakje met de accessoires en maak de na de verwijdering
van het handvat overgebleven gaten
hiermee dicht.
10. Verzeker u ervan dat de voorste plaat
van de deur evenwijdig is aan de voorste
plaat van de bovenkant.
11. Zet het apparaat op zijn plaats, zet het
waterpas, wacht minstens vier uur en
steek dan de stekker in het stopcontact.
Voer een eindcontrole uit en verzeker u ervan
dat:
• Alle schroeven zijn aangedraaid.
• De magnetische afdichtstrip vast zit aan de kast.
• De deur goed open en dicht gaat.
Als de omgevingstemperatuur laag is (bijv. in de winter), kan het zijn dat de pakking niet
precies op de kast past. Wacht in dat geval tot de pakking zich op een natuurlijke wijze zet.
GELUIDEN
Tijdens normaal gebruik hoort u geluiden (compressor, koelmiddelcirculatie).
SSS
RRR
!
HISSS!
OK
BRRR!
!
BB
U
BL
CLICK!
K!
IC
CL
CR
AC
K!
CLICK!
22
Het milieu
CRACK!
CRACK!
HET MILIEU
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt
waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit
product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen
voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u
contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product
hebt gekocht.