Documenttranscriptie
U bent zojuist in het bezit gekomen van een vitrokeramische halogeen-kookplaat, voorzien van een
elektronisch bedieningspaneel met tiptoetsen. Hiermee zult u nu ten volle de vier belangrijke voordelen
van het halogeenkooksysteem kunnen benutten:
• Efficiëntie
De infrarood-stralen zorgen voor een onmiddellijke hitte-overbrenging. De snelle temperatuurstijging
en de lage thermische inertie van de halogeenzones maken een zeer nauwkeurige afstelling mogelijk.
• Het gemak
Het halogeen-kooksysteem biedt u weer het gemak van de visuele waarneming zoals bij het koken
op gas. De lichtsterkte van de lampen en de lengte van de lichtkolom stemmen, net als de lengte van
een gasvlam, overeen met de verhittingskracht. De duidelijk onderscheiden tussenruimten en
vermogens van de kookzones en de vier tijdschakelaars (TSG 640) zorgen voor een groot
gebruiksgemak.
• Het design
De, onder het glas van de verhittingszone, geïntegreerde bedieningszone zorgt voor een perfekt glad
oppervlak waarop geen enkele oneffenheid aanwezig is.
• De veiligheid
De temperatuur van de halogeenlampen neemt onmiddellijk af bij afstelling op een lagere
verhittingskracht. De restwarmte-indicators blijven, zelfs na uitschakeling, verlicht zolang de
temperatuur van de zones nog boven 60 °C is.
Inhalt .....................................................................................S. 27
Table of contents ..................................................................................... P. 39
Indice ..................................................................................... P. 51
Indice ....................................................................................P. 62
14
Inhoud
Omschrijving van de kookplaat TSG 640 .............................................................................. 16-17
Omschrijving van de kookplaat TSG 620 - TSG 600 .............................................................18-19
Bediening .................................................................................................................................20-21
• Stroominschakeling ...................................................................................................................... 20
• Vergrendeling van de afstellingen ................................................................................................ 20
• Veiligheidssystemen ..................................................................................................................... 21
Gebruik van de zones .................................................................................................................. 22
• Omschrijving van de zones .......................................................................................................... 22
• Afstelling van de zones ................................................................................................................ 22
• Te gebruiken pannen .................................................................................................................... 22
Onderhoud en voorzorgen .......................................................................................................... 23
TECHNISCH GEDEELTE VOOR DE INSTALLATEUR ............................................................24-25
Demonstratieprogramma met ontsteking van de kookzones
Voor een eerste kennismaking met uw kookplaat, raden we u aan meteen het demonstratieprogramma
in werking te stellen. Hiervoor drukt u op:
– toets
om de kookplaat in werking te stellen, vervolgens op
– toets
gedurende 2 seconden, om het bedieningspaneel aan te zetten, en dan opnieuw op
– toets
en terwijl u op deze toets blijft drukken, drukt u achtereenvolgens op het ondergedeelte
van alle vier toetsen (ongeacht welke volgorde).
Laat de toets
los.
Gedurende het demonstratieprogramma:
· gaan de zones achtereenvolgens aan en uit, te beginnen bij de rechter voorzone, de rechter
achterzone, de linker voorzone en de linker achterzone;
· de bij elke zone behorende lichtkolom wordt tegelijk met de zone verlicht.
· de bij de linker voorzone behorende tijdschakelaar gaat eveneens aan (bij de TSG 640).
Voor beëindiging van het demonstratieprogramma drukt u op de toets
.
Belangrijk! U moet ongeveer 2 seconden wachten tussen twee drukken op de toetsen
en
.
15
Omschrijving van de kookplaat TSG 640
Haloring
1 800W
Quickring
1 200W
Haloring
2 400W
Quickring
1 200W
De kookplaat is voorzien van
• twee halogeenzones “Haloring” met circulaire lampen voor een perfecte aanpassing aan de
kookruimte van de pannen:
– Rechts achter, een extra krachtige zone van 2400 W, Ø 210 mm voor de grote pannen ; de centrale
weerstand van 800 W, Ø 120 mm kan voor de kleinere pannen gebruikt worden.
– Links achter, een zone van 1800 W voorzien van een rond lampje en weerstanden.
• twee straalzones “Quickring” : links voor en rechts voor een zone van 1200 W - Ø 145 mm.
• vier restwarmte-indicators naast elke zone. Zelfs na uitschakeling blijft de indicator verlicht zolang
de bijbehorende zone nog warm, op een temperatuur boven 60 °C is.
• vier tijdschakelaars, waarmee de zones afzonderlijk of gelijktijdig geprogrammeerd kunnen worden
voor verschillende kooktijden tot maximaal 3 uur.
• een elektronisch bedieningspaneel met tiptoetsen. De met de zones overeenstemmende toetsen
zijn in één oogopslag herkenbaar, aangezien de tekening van de bedieningstoetsen identiek is aan
die van de zones.
16
Bedieffingspaneel TSG 640
Aan/uit lampje
Om de zones te kunnen bedienen
moet het lampje verlicht zijn
Inschakeltoets
Om de spanning van
de kookplaat aan of uit
te zetten
Toetsen voor
programmering
van de kooktijd
Om (desgewenst) de
kooktijd van de zones
te programmeren
V. 1 - zone rechts achter
V. 2 - zone rechts voor
Aan/uit toets
Controlelampje
Om, door er 2 seconden
op te drukken, het
bedieningspaneel aan te
zetten en om (facultatief) de afstellingen te
vergrendelen
Lampje brandt :
de kookplaat staat
onder spanning
Bedieningstoets
linker/achterzone
met gegradueerde
lichtkolom die de
verhittingskracht
aangeeft
Bedieningstoets
rechter/achterzone
met gegradueerde
lichtkolom die de
verhittingskracht
aangeeft
Bedieningstoets
linker/voorzone
met gegradueerde
lichtkolom die de
verhittingskracht
aangeeft
Bedieningstoets
rechter/voorzone
met gegradueerde
lichtkolorn die de
verhittingskracht
aangeeft
Bedieningstoets voor de centrale zone van
de brander die zich rechtsachter bevindt
en
Controlelampje voor de centrale zone
Voor het in werking stellen van de centrale zone van de halogeenzone die zich rechtsachter
bevindt, dient u te drukken op de bij de zone behorende toets; de “Haloring” gaat branden. Vervolgens
drukt u op de kleine toets voor het behouden van de kleine zone; het dichstbijzijnde controlelampje
gaat branden.
17
Omschrijving van de kookplaat TSG 600
Quickring
1 700W
Quickring
1 200W
Quickring
2 100W
Quickring
1 200W
De kookplaat is voorzien van :
•vier straalzones “Quickring”:
– Links voor en rechts voor een zone van 1200 W, Ø 145 mm
– Rechts achter, een extra krachtige zone van 2100 W, Ø 210 mm.
– Links achter, een zone van 1700 W, Ø 180 mm
• vier restwarmte-indicators naast elke zone. Zelfs na uitschakeling blijft de indicator verlicht zolang
de bijbehorende zone nog warm, op een temperatuur boven 60 °C is.
• een elektronisch bedieningspaneel met tiptoetsen. De met de zones overeenstemmende toetsen
zijn in één oogopslag herkenbaar, aangezien de tekening van de bedieningstoetsen identiek is aan
die van de zones.
Omschrijving van de kookplaat TSG 620
Haloring
1 800W
Quickring
1 200W
Haloring
2 400W
Quickring
1 200W
De kookplaat is voorzien van :
•twee halogeenzones “Haloring” met circulaire lampen voor een perfecte aanpassing aan de kookruimte van de pannen:
– Rechts achter, een extra krachtige zone van 2400 W, Ø 210 mm
– Links achter, een zone van 1800 W, Ø 180 mm.
• twee straalzones “Quickring” : links voor en rechts voor een zone van 1200 W - Ø 145 mm.
• vier restwarmte-indicators naast elke zone. Zelfs na uitschakeling blijft de indicator verlicht zolang
de bijbehorende zone nog warm, op een temperatuur boven 60 °C is.
• een elektronisch bedieningspaneel met tiptoetsen. De met de zones overeenstemmende toetsen
zijn in één oogopslag herkenbaar, aangezien de tekening van de bedieningstoetsen identiek is aan
die van de zones.
18
Bedieningspaneel TSG 600 - TSG 620
Aan/uit lampje
Om de zones te kunnen bedienen
moet het lampje verlicht zijn.
Inschakeltoets
Om de spanning van
de kookplaat aan of uit
te zetten
Controlelampje
Lampje brandt:
de kookplaat staat
onder spanning
Aan/uit toets
Om, door er 2 seconden op te drukken, het
bedieningspaneel aan
te zetten en om (facultatief) de afstellingen te
vergrendelen
Bedieningstoets
linker/achterzone
met gegradueerde
lichtkolom die de
verhittingskracht
aangeeft
Bedieningstoets
rechter/achterzone
met gegradueerde
lichtkolom die de
verhittingskracht
aangeeft
Bedieningstoets
linker/voorzone
met gegradueerde
lichtkolom die de
verhittingskracht
aangeeft
Bedieningstoets
rechter/voorzone
met gegradueerde
lichtkolom die de
verhittingskracht
aangeeft
19
Bediening
Aan/uit
Voor het aanzetten van de kookplaat moet u uw vinger 2 seconden op de toets
houden. Het
controlelampje dat zich links van de toets bevindt aat branden. Vervolgens het bedieningspaneel
activeren door 2 seconden op de toets
, te drukken. Het controlelampje dat zicht naast deze
toets bevindt, gaat branden : de zones kunnen nu bediend worden.
Bediening van de zones
Elke zone wordt bediend d.m.v. een uit twee delen
bestaand bedienings-orgaan ;
• een bovengedeelte
• een ondergedeelte
Voor het in werking stellen van de zone en verhoging van de verhittingssterkte dient
u op het bovengedeelte van de bij de gekozen zone behorende toets te drukken. De
verhittingssterkte neemt toe naarmate u uw vinger op de toets houdt en wordt met uiterste
nauwkeurigheid gevisualiseerd middels de lengte van de lichtkolom (15 graduaties). Voor vermindering
van de verhittingssterkte dient u op het ondergedeelte te drukken.
Voor snelle afstelling op maximale verhittingssterkte -voor straalzones - dient u kort op het
ondergedeelte van de toets te drukken : de 15 kolomgraduaties wil worden nu onmiddellijk
verlicht (de zone functioneert op volle kracht).
Voor uitschakeling van de zone dient u gelijktijdig op het boven-en ondergedeelte van
de toets te drukken : de verhittingskracht wordt nu onmiddellijk op nul teruggebracht en de
lichtkolom gaat uit;
ook kunt u alleen op het ondergedeelte drukken : de verhittingskracht, resp. lichtkolom,
nemen geleidelijk af tot het nulpunt.
Een kooktijd programmeren TSG 640
De kookzones kunnen afzonderlijk of gelijktijdig geprogrammeerd worden, voor verschillende kooktijden
tot maximaal 3 uur. Na de verhittingskracht ingesteld te hebben, gaat u als volgt te werk
om de kooktijd te programmeren:
• druk op de programmeertoets, die bij de betreffende zone hoort (het bij behorende
lampje knippert), en u ziet 0.00 verschijnen: de afstelling gebeurt in stappen van 10
seconden van 0.00 tot 9.50 (van 0 tot 9 min. 50 sec.) en daarna in stappen van een minuut
van 0.10 tot 3.00 (van 10 min. tot 3 uur).
• druk op het bovengedeelte van de bedieningstoets van de zone tot u de gewenste
kooktijd heeft. De cijfers van de minuten en de seconden verschijnen.
• bevestig de programmering door een tweede maal op de programmeertoets te drukken.
Het bij de zone behorende lampje blijft branden. De tijdschakelaar begint meteen af te
tellen tot aan het einde van de kooktijd. Van 3 uur tot 10 min wordt de aftelling in stappen
van een minuut weergegeven en vervolgens in stappen van een seconde van 9 min. 59
sec. tot 0.
Het is mogelijk alle kookzones gelijktijdig voor verschillende tijdsduren te programmeren. De in het
venster zichtbare aftelling heeft betrekking op de kookzone die aangegeven wordt door het lampje
dat het felste brandt. Na het beëindigen van de kooktijd, wordt het vermogen van de zone automatisch
uitgeschakeld en zakt de lichtkolom weer naar 0. Een geluidssignaal geeft het einde van de kooktijd
aan. Als een tweede zone geprogrammeerd was, hoeft u slechts op de bijbehorende tijdschakelaar
te drukken om de aftelling hiervoor in het venster te zien.
20
Bediening
Vergrendeling van de afstellingen
Bij werking van de kookplaat is het mogelijk het bedieningspaneel te vergrendelen teneinde
ongewenste wijziging van de afstellingen (door kleine kinderen of bij het schoonmaken) te voorkomen.
Hiervoor hoeft u alleen maar uw vinger op toets
te plaatsen, het lampje links van de toets zal
nu uitgaan.
Voor wijziging van de verhittingskracht of uitschakeling van de kookplaat dient u 2 seconden op
toets
te drukken : de afstellingen kunnen nu weer opnieuw gewijzigd worden.
Het schoonmaken
Maak de kookplaat spanningsloos door op de
toets te drukken. Als u tijdens het schoonmaken
op de inschakeltoets drukt, schakel de spanning dan opnieuw uit.
Veiligheidssystemen
Ter bescherming van de elektronische elementen van de kookplaat, is er in verschillende
veiligheidssystemen voorzien. Wanneer, nadat u de kookplaat onder spanning heeft gebracht,
gedurende 30 seconden geen enkele toets gebruikt wordt, zal de aan/uit indicator van het
bedieningspaneel weer uitgaan : het bedieningspaneel is uit.
Knippersignaal
Een voorwerp (pan, bestek, ... ) dat, langer dan 10 seconden op de bedieningszone geplaatst wordt,
kan een geluidssignaal veroorzaken dat gevolgd wordt door het knipperen van de 4 lichtkolommen,
het uitgaan van de bedieningspaneelindicator en het uitschakelen van de in werking zijnde zone (s);
· om het geluidsignaal te stoppen, de oorzaak van de functiestoornis wegnemen,
· om het knipperen te stoppen, 2 seconden op de
toets drukken : hierdoor zal de
bedieningspaneel-indicator weer aangaan en kunnen de zones opnieuw bediend worden.
Oververhitting
Een verkeerd gebruik van de kookplaat kan tot oververhitting van de elektronische elementen leiden.
In dit geval zal een thermische veilig-heid het gebruik van de twee rechterzones tijdelijk onmogelijk
maken. De inschakeling van het veiligheidssysteem wordt aangegeven door het (rupsgewijs) knipperen
van de twee onderste lichtkolommen.
Wanneer de temperatuur weer op normaal niveau is, wordt het rups-knippersysteem gestopt en
zullen de eerste graduaties van de rechter zones gaan knipperen.
Om deze buiten werking te stellen, handelt u op dezelfde wijze als voor het uitschakelen van de toets
drukken. De twee rechterzones kunnen nu zonodig weer opnieuw gebruikt worden.
21
Gebruik van de zones
Omschrijving van de zones
De kookplaat is uitgerust met twee soorten zones : halogeenzones en straalzones.
De halogeenzones hebben één circulaire kwartaire lampe waarin het wolfraamfilament “beschermd”
wordt door halogeengas en een cirkelvormige weerstand. De zones zijn bij werking onmiddellijk
zichtbaar en geven gelijk hitte af.
Ze worden aangeraden voor snel aan te braden spijzen of snel te warmen kleine hoeveelheden.
De straalzones hebben cirkelvormige weerstanden met een filament dat roodgloeiend wordt. Ze zijn
bij werking minder snel zichtbaar dan de halogeenzones en worden vooral aangeraden voor het
sudderen van gerechten.
De halogeen- en straalzones worden bediend d.m.v. een bedieningssysteem met elektronisch
geregelde energietoevoer : de zones verhitten niet continu maar met vooraf bepaalde tussenpozen.
Instelling van de zones
De lichtkolommen zijn onderverdeeld in 15 graduaties overeenkomstig de diverse graden van verhitting.
Zeer hoog (biefstuk, water koken ...)
Hoog (vis, pannekoeken, omelet ...)
Matig - Stoven (pasta, rijst na het kooken, aardappelen,
pot-au-feu, kalfsragoüt, groenten, vruchten, soep, zuurkool...)
Zacht (indikken van sausjes, roereieren, warm houden
van gerechten...)
Zeer zacht (gesmolten boter, gesmolten chocolade...)
Te gebruiken pannen
Elk soort kookgerei kan gebruikt worden. Niettemin raden wij u pannen aan met een dikke, zeer
platte bodem - bijv. “sandwich” bodem van koper en roestvrij staal, of gevlakte bodem. Nooit pannen
met ruwe bodems gebruiken daar deze het glas zouden kunnen krassen.
Voor een optimaal rendement dient de diameter van de pannen minstens gelijk te zijn aan de op het
glas afgebeelde verhittingszone. Dit bespaart aanzienlijk stroom en verkort de kooktijd. Tevens wordt
aangeraden een deksel op de pannen te plaatsen om de temperatuur sneller te laten oplopen.
22
Onderhoud
Onderhoud
Het vitrokeramische glas van het kookgedeelte is zeer glad en porievrij. Het is bestand tegen thermische
schokken (ongevoelig voor temperatuurverschillen) en mechanische schokken. Voor het behoud van
alle kwaliteiten raden wij u aan het glas als volgt te onderhouden:
• Voor het normale onderhoud hoeft u het glas slechts met een vochtige spons af te nemen en met
een stuk keukenrol na te drogen. Als de kookplaat vuil is, maak deze dan schoon met een
reinigingsmiddel* met schoon water afnemen en afdrogen. Als de kookplaat schoon is kunt u een
raamwasmiddel gebruiken : dit laat een onzichtbaar laagje achter dat het oppervlak tegen eventuele
overkokende vloeistoffen beschermt. Wacht met reinigen bij voorkeur totdat het toestel lauw of koud is.
• Klontvormige vuile plekken dient u met een scheermeskrabbertje te verwijderen. Doe dit zo
snel mogelijk, zonder te wachten tot het toestel afgekoeld is, om aanzetten te voorkomen. Zorg er voor
de dat u de kookplaat altijd met schoon water naspoelt en afdroogt, want anders zouden kookresten
bij het volgende gebruik kunnen aanzetten.
Voorzorgsmaatregelen
Nooit schuurmiddelen gebruiken, zelfs geen zachte, daar deze onuitwisbare krassen op het glas
achterlaten. Alles wat kan smelten zoals plastic voorwerpen, aluminiumfolie, suiker of produkten
met hoog suikergehalte, dient uit de buurt van de kookplaat gehouden te worden. Indien per
ongeluk toch iets op de kookplaat gesmolten is, moet men dit onmiddellijk met een scheerineskrabbertje
verwijderen (terwijl het oppervlak nog warm is,) teneinde beschadiging van het oppervlak te voorkomen.
Zorg ervoor dat er geen water op het bedieningspaneel achterblijft, teneinde ongewenste
bedieningsopdrachten te voorkomen. Geen warme pannen op het bedieningspaneel plaatsen.
De kookplaat mag uitsluitend gebruikt worden om op te koken. Plaats geen voorwerpen op de
kookplaat als deze niet in gebruik is. Gebruik de kookplaat niet om dingen op te plaatsen (bestek,
pannen, theedoeken, ... ) en ook niet als snijplank. Aluminium verpakkingen, aluminiumfolie,
plastic bakjes mogen niet op lauwe of warme gedeelten geplaatst worden.
Beschadigingen van de kookplaat voortvloeiend uit verkeerde behandelingen worden niet door de
garantie gedekt.
Waarschuwing
• Wanneer het glasoppervlak een barst vertoont, dient u onmiddellijk de stekker uit het stopcontact
de verwijderen.
• Niet strak inde halogeenlamper van de kookplaten kijken.
* Impact
23
BERICHT AAN DE INSTALLATEUR
Lees deze handleiding aandachtig door, er staan namelijk zeer belangrijke instrukties in met
het oog op de veiligheid bij de installatie, het gebruik en het onderhoud.
Waar de kookplaat te plaatsen
· Neem het toestel uit de verpakking en kontroleer of het niet beschadigd is. Raadpleeg, in geval
van twijfel, een deskundig persoon.
Hou de verpakkingselementen (plastic zakken, piepschuim, schroeven enz.) buiten het bereik
van kinderen, daar deze gevaar kunnen opleveren.
· De installatie moet door een deskundig installateur gebeuren volgens de instructies van de fabrikant.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade toegebracht aan personen, dieren of goederen
ten gevolge van een foutieve installatie van het toestel.
De kookplaat wordt ingebouwd in een werkblad door er een opening in te zagen met de maten welke
overeenkomen met die van de kookplaat. Allerlei materialen zijn geschikt : metselwerk, tegels, hout,
metaal, kunststof en andere gelijksoortige materialen allen sommige soorten kunststof zijn echter af
te raden wanneer verwarming van ongeveer 100°C ze zou vervormen. Zorg ervoor een ruimte van 5
cm, te bewaren tussen de achterkant van de opening en de achterzijde van het onderbouwmeubel,
om oververhitting van de muur te voorkomen, vooral wanneer deze van kunststof is.
Let er vooral op dat de dichting rondom de rand van het kookvlak goed wordt aangebracht om
insijpeling in het meubel onder de kookplaat te voorkomen.
Zeer belangrijk
Het is beslist noodzakelijk de keramische kookplaat in een vlak en waterpas liggend werkblad in te
bouwen. Vervormingen, veroorzaakt door een slechte inbouw, kunnen de eigenschappen van de
kookplaat en zijn prestaties aantasten.
De inbouwhoogte stelt U in staat, afhankelijk van het merk keuken en de dikte van het aanrechtblad,
de lade eronder te handhaven.
Inwerkingstelling
Inwerkingstelling type X - CEI 335-2-6
Waarschuwing alvorens het eerste gebruik. De voor de. pakkingen gebruikte lijm kan tijdens de
opslag vette sporen op het glas achterlaten. Wij raden u aan deze vetsporen met een normaal
reiniging-smiddel (niet schurende glanscreme) te verwijderen alvorens het toestel in gebruik te nemen.
Gedurende de eerste uren kan er zich een lichte reuk van rubber onwikkelen die echter snel zal
verdwijnen.
Als de plaat boven een oven gdinstalleerd wordt, is het absoluut noodzakelijk - ten einde oververhitting
van de elektronische componenten van de kookplaat te voorkomen - om een ruimte van 560 mm
breed bij 8 mm hoog vrij te laten tussen de hoge pakkingen van de oven en de onderkant van het
werkblad.
Installeer bij voorkeur geen afwasmachine onder de kookplaat. Mocht dit toch het geval zijn,
breng dan een waterdichte scheiding aan tussen de twee apparaten.
50
518
650
15
17
8 mm
40
0
560
24
49
Elektrische aansluiting
• De elektrische veiligheid van dit toestel is slechts verzekerd als het korrekt op een
aardingsvoorziening is aangesloten, overeenkomstig de voor elektriciteit geldende
veiligheidsnormen.
Het is absoluut noodzakelijk te controleren of aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarden
voldaan is: in geval van twiffel dient men zich te wenden tot een deskundig persoon voor een
zorgvuldige inspectie van de elektrische installatie.
De Fabrikant kan in geen geval aansprakelijk worden gesteld voor schade die kan optreden
bij het ontbreken van een aardingsinstallatie.
• Kontroleer, alvorens het toestel aan te sluiten, of de technische kenmerken, vermeld op het
typeplaatje, overeenkomen met de kenmerken van de elektrische installatie (veiligheids-elementen)
berekend zijn op het, maximale vermogen van het toestel.
• U kunt tijdens de installatie de kookplaat op twee manieren aansluiten:
– met een stekker, bij de installatie moet gezorgd worden voor een meerpolige schakelaar met een
openings-afstand tussen de kontakten van minstens 3 mm.
– of met behulp van een aansluitdoos, gebruik een stekker die goedgekeurd is in het land waar het
toestel geïnstalleerd wordt. Gebruik geen verloopstekkers, meervoudige stekkers of verlengsnoeren.
OVEREENKOMSTIG de CE RICHTLIJNEN:
- CEM: CEE 89/336
- DBT: 73-23
BELANGKRIJKE OPMERKINGEN (U.T.E. voorschriften)
• Gebruik uitsluitend snoeren van HAR. H05. RRF kwaliteit, voorzien van een stekker die voldoet aan
de, in het land waar het apparaat geïnstalleerd wordt, geldende regelingen. Het stopkontakt moet
bereikbaar zijn.
Elektrische aansluitingen
1
2
3
4
L
1
N
2
3
4
L1
5
L2
1
2
L1
L2
1
2
L1
L2
1
2
3
L1
L2
L3
1
2
3
L1
L2
1
2
L
5
3
4
5
N
3
4
5
L3
3
4
5
N
4
5
N1
N2
4
5
N
Spanning
Frequentie
Zekeringen
Doorsneden
FR-AT-BE-DE-GP-ES-IE-IL-IS-IT-LURE-FI-GB-GR-PT-SE-MA-NZ-NL
230V-1+N~50/60 Hz
20 A
2,5 mm²
FR-BE-NO
230V-2~50/60 Hz
20 A
2,5 mm²
FR-BE-CH-DE-AT-ES-IL-IT-NZ-PT-MALU-SE-IS-NL
400V2-N~50/60 Hz
16 A
1,5 mm²
FR-BE-NO
230V3~50/60 Hz
25 A / 2,5 mm²
16 A / 1,5 mm²*
FR-AT-BE-DE-ES-IL-IS-IT-LU-PT-SE-MA-NZ-CH-DK-NL
400V3+N~50/60 Hz
16 A
1,5 mm²
NL
230V2+2-N~50/60 Hz
16 A
1,5 mm²
CY-AU-NZ-KW-MT
240V-1+N~50/60 Hz
20 A / 2,5 mm²*
25 A / 2,5 mm²
* Voor TSG 600
Het is GEVAARLIJK het apparaat in werking te stenen ZONDER de Massa de AARDE verbonden te
hebben.
• Na het apparaat op het snoer aangesloten te hebben, alle schroeven van de aansluitklennnen
weer vast draaien.
25