HSE 42, HSE 52
Nederlands
215
1) Veiligheid werkplek
a) Houd uw werkomgeving schoon en
goed verlicht. Een rommelig of
onverlicht werkgebied kan leiden tot
ongevallen.
b) Niet met elektrisch gereedschap
werken in een omgeving waar
explosiegevaar bestaat en waarin
zich brandbare vloeistoffen, gassen
of stoffen bevinden. Elektrisch
gereedschap genereert vonken die
stof of dampen tot ontsteking
kunnen brengen.
c) Kinderen en andere personen
tijdens het werken met elektrisch
gereedschap op afstand houden.
Als de aandacht wordt afgeleid,
kunt u de controle over het apparaat
verliezen.
2) Elektrische veiligheid
a) De aansluitsteker van het
elektrische gereedschap moet in
het stopcontact passen. Aan de
steker mogen op geen enkele wijze
wijzigingen worden aangebracht.
Gebruik geen verloopstekers in
combinatie met geaard elektrisch
gereedschap. Ongewijzigde stekers
en passende contactdozen
beperken het risico op een
elektrische schok.
b) Voorkom lichaamscontact met
geaarde oppervlakken, zoals
bijvoorbeeld buizen, verwarmingen,
fornuizen en koelkasten. Er is een
hoger risico op een elektrische
schok wanneer uw lichaam geaard
is.
c) Elektrisch gereedschap
beschermen tegen regen of vocht.
Het binnendringen van water/vocht
in elektrisch gereedschap verhoogt
de kans op een elektrische schok.
d) De netkabel niet voor andere
doeleinden gebruiken, bijv. om het
elektrische gereedschap te dragen,
op te hangen of om de steker uit de
contactdoos te trekken. De netkabel
uit de buurt houden van
hittebronnen, olie, scherpe randen
of bewegende delen van het
apparaat. Beschadigde of in de war
geraakte netkabels verhogen de
kans op een elektrische schok.
e) Bij het buitenshuis werken met
elektrisch gereedschap, alleen
verlengkabels gebruiken die
geschikt zijn voor gebruik
buitenshuis. Het gebruik van voor
buiten geschikte verlengkabels
beperkt het risico op een elektrische
schok.
f) Als werken met elektrisch
gereedschap in een vochtige
omgeving onvermijdelijk is, maak
dan gebruik van een
aardlekschakelaar. Het gebruik van
een aardlekschakelaar verkleint de
kans op een elektrische schok.
3) Veiligheid van personen
a) Wees alert, let goed op wat u doet
en ga met overleg te werk bij het
werken met elektrisch
gereedschap. Gebruik geen
elektrisch gereedschap als u moe of
onder de invloed van drugs, alcohol
of medicijnen bent. Eén moment
van onoplettendheid bij het gebruik
van het elektrische gereedschap
kan leiden tot ernstig letsel.
b) Draag persoonlijke beschermende
uitrusting en altijd een
veiligheidsbril. Draag altijd een
veiligheidsbril. Het dragen van
persoonlijke beschermende
uitrusting zoals een stofmasker,
werkschoenen met stroeve zool,
een veiligheidshelm of
gehoorbescherming, afhankelijk
van de aard en het gebruik van het
elektrische gereedschap,
vermindert de kans op letsel.
c) Voorkom het per ongeluk
inschakelen. Controleer of het
elektrische gereedschap is
uitgeschakeld voordat de steker in
het stopcontact wordt gestoken
en/of de accu wordt aangesloten,
het gereedschap wordt opgepakt of
gedragen. Als bij het dragen van het
elektrische gereedschap uw vinger
op de schakelaar ligt of als het
gereedschap ingeschakeld op het
lichtnet wordt aangesloten, kan dit
leiden tot ongevallen.
d) Afstelgereedschap of
schroefsleutels verwijderen voordat
het elektrische gereedschap wordt
ingeschakeld. Afstelgereedschap of
een sleutel dat/die in een draaiend
deel van het apparaat zit kan leiden
tot letsel.