Tunturi CF30 Handleiding

Categorie
Fitness, gymnastiek
Type
Handleiding
23
NL
HANDLEIDING
•
CF30
OPMERKINGEN EN ADVIEZEN
Deze gids is een essentieel onderdeel van uw
crosstrainer. Lees deze gids zorgvuldig door vóórdat
u begint met monteren, gebruiken of onderhouden
van uw crosstrainer. Bewaar de gids op een handige
plaats. U kunt er, nu en in de toekomst, nuttige
informatie uithalen die u nodig heeft voor het
gebruik en het onderhoud van de apparatuur. Volg
de instructies altijd met zorg op.
GEZONDHEID
•
Laat uw conditie door uw huisarts controleren
voordat u begint met trainen.
•
Bij misselijkheid, duizeligheid of andere abnormale
symptomen moet u direct stoppen met de training
en een arts raadplegen.
•
Om spierpijn te voorkomen, begint u de training
met een warming up en sluit u die af met cooling-
down langzaam peddelen met geringe weerstand).
U sluit de training af met stretch oefeningen.
DE TRAININGSRUIMTE
•
Plaats de trainer op een vlakke en stevige
ondergrond. Bescherm de vloer onder de trainer
tegen beschadiging.
•
Zorg voor voldoende ventilatie tijdens de training,
maar zorg dat u niet op de tocht zit.
•
Tijdens de training is de toegestane
gebruikstemperatuur tussen +10º en +35°C; voor
opslag gelden de temperaturen tussen -15° en
+40°C. De luchtvochtigheid in de trainings- of
opslagruimte mag nooit hoger dan 90 % zijn.
HET GEBRUIK VAN DE TRAINER
•
Ouders en verzorgers van kinderen moeten er
rekening mee houden dat kinderen speels zijn en
graag alles uitproberen. Dit kan ertoe leiden dat
de trainer wordt gebruikt op een manier waarvoor
deze niet bedoeld is. Als kinderen de trainer mogen
gebruiken moet u als ouder of verantwoordelijke
rekening houden met de lichamelijke en psychische
ontwikkeling en vooral de aard van het kind. Vertel
kinderen duidelijk hoe de trainer moet worden
gebruikt en houd toezicht. De trainer is geen geval
bedoeld als speelgoed.
•
Controleer voor de training of het apparaat goed
functioneert. Train nooit op een defect apparaat.
•
De trainer mag uitsluitend door één persoon
tegelijk gebruikt worden.
•
Pak bij het op- en afstappen de vaste handsteun
vast.
•
Draag tijdens de training de juiste kleding en
geschikte schoenen.
•
Gebruik de trainer alleen als alle afschermingen en
omkastingen geplaatst zijn.
•
Voer alleen die onderhoudsverrichtingen en
afstellingen uit die in deze handleiding beschreven
zijn. Volg de onderhoudsinstructies van de
handleiding nauwkeurig op.
•
Gebruik de trainer uitsluitend voor het doel
waarvoor deze is gemaakt en zoals hierna
beschreven wordt.
•
Zorg ervoor dat de monitor niet met water in
aanraking komt. Veeg de monitor altijd af met een
zachte en absorberende doek als er zweetdruppels
op gevallen zijn. Reinig de monitor niet met
oplosmiddelen.
•
Druk op de toetsen met uw vingertoppen; nagels
kunnen de toetsmembranen beschadigen.
•
Houd de monitor uit de zon; door zonlicht kunnen
kleuren van de monitor verbleken.
•
De trainer is geschikt voor personen met een
lichaamsgewicht tot maximaal 150 kg.
•
Nadere informatie over de garantie op uw
trainingstoestel vindt u in het bijgesloten
garantieboekje. De garantie vervalt bij schade
ontstaan tijdens de verzending of door het niet
volgen van de in deze handleiding gegeven
instructies betreffende het monteren, afstellen en
onderhoud van het apparaat.
OPMERKING OVER VEILIGHEID BIJ UNITS MET
ELEKTRISCHE STROOMTOEVOER
Voordat het apparaat wordt aangesloten op het
elektriciteitsnetwerk moet u ervoor zorgen dat
het plaatselijke voltage past bij het voltage dat
staat aangegeven op de typeplaat: het apparaat
werkt op 230 V of 115 V (Noord-Amerikaanse
versie). BELANGRIJK! Het apparaat moet worden
aangesloten op een geaarde wandcontactdoos.
Gebruik geen verlengsnoeren bij het aansluiten van
de apparatuur op het elektriciteitsnetwerk. Schakel
altijd de stroom uit en verwijder de stekker van het
apparaat altijd onmiddellijk na het trainen uit het
stopcontact!
Om het risico op brandwonden, brand, elektrische
schok of verwondingen bij mensen te beperken:
1. De apparatuur mag nooit onbemand
worden achtergelaten als deze is aangesloten op
het elektriciteitsnetwerk. Verwijder de stekker van
het apparaat altijd uit het stopcontact wanneer het
apparaat niet wordt gebruikt, vóór het uitvoeren
van onderhoudswerkzaamheden of reparaties en
wanneer het apparaat wordt verplaatst.
2. Gebruik het apparaat niet als dit is afgedekt
onder een deken of ander brandbaar materiaal. Dit
kan oververhitting en brand, elektrische schokken of
verwondingen veroorzaken.
INHOUD
OPMERKINGEN EN ADVIEZEN ..............................23
HET MONTEREN .....................................................52
CONDITIETRAINEN .................................................24
MONITOR .................................................................25
ONDERHOUD ..........................................................27
VERPLAATSEN ........................................................28
TECHNISCHE GEGEVENS .....................................28
24
HANDLEIDING
•
CF30
3. Sluit het apparaat niet aan op een
stroombron, of gebruik het apparaat niet als
er enige sprake is van beschadiging van het
elektriciteitssnoer of het apparaat zelf.
4. Sluit het apparaat niet aan op een
stroombron of gebruik het apparaat niet in de
buitenlucht of op vochtige locaties.
5. Houd het elektriciteitssnoer uit de buurt
van hete voorwerpen.
6. Laat het elektriciteitssnoer niet onder het
tapijt doorlopen en plaats geen voorwerpen op het
snoer. Zorg er ook voor dat het snoer niet onder het
apparaat door loopt.
7. Maak geen aanpassingen aan het snoer
(bijvoorbeeld verlengen) tussen de transformator en
het apparaat.
OPMERKING OVER HET MONTEREN VAN HET
APPARAAT
Begin met het uitpakken van de apparatuur. De
gedetailleerde montage-instructies vindt u achter
in deze gids. Volg de instructies in de volgorde die
wordt aangegeven.
Controleer de inhoud van het pakket voordat u
begint met de montage. Als er een onderdeel
ontbreekt, neem dan contact op met de dealer.
Vermeld het model, het serienummer van het
apparaat en het nummer van het ontbrekende
onderdeel. Achter in deze gids vindt u de
onderdelenlijst. De inhoud van het hardwarepakket
is aangegeven met een * in de lijst met onderdelen.
De aanwijzingen ’links’, ’rechts’, ’voor’ en ’achter’ zijn
gegeven vanuit de gebruikspositie van het apparaat.
Bewaar het montagegereedschap; mogelijk heeft
u het later nodig, bijvoorbeeld voor het afstellen
van het apparaat. NB: voor de montage zijn twee
mensen nodig.
De verpakking bevat een zakje met silicaatkorrels
dat de apparatuur tijdens opslag en transport
heeft beschermd tegen vocht. Dit zakje kan na het
uitpakken van het apparaat worden weggegooid.
Houd rondom de apparatuur ten minste een
bewegingsruimte van 100cm. Wij raden u ook aan
om het pakket uit te pakken en het product te
monteren op een beschermde ondergrond.
WELKOM IN DE WERELD VAN
TUNTURI TRAINING!
Uw keuze toont aan, dat u echt in uw gezondheid
en conditie wilt investeren. Het bewijst ook, dat
u kwaliteit en stijl belangrijk vindt en waardeert.
Met deze Tunturi crosstrainer heeft u een veilig,
motiverend kwaliteitsproduct als trainingspartner
gekozen. Wat uw trainingsdoel ook is, wij zijn ervan
overtuigd dat de keuze van deze trainer de juiste is
om uw doel te bereiken. Meer informatie over het
gebruik van uw trainingsapparatuur en efficiënte
training kunt u vinden op Tunturi’s website WWW.
TUNTURI.NL.
CONDITIETRAINEN
Trainen op een fi etstrainer is een uitstekende
aérobe oefening, die in principe licht maar langdurig
van aard is. Aérobe inspanning vergroot het zuurstof
opnamevermogen van het lichaam, waardoor
uithoudingsvermogen en de conditie verbeteren.
Door de verbeterde zuurstofopname neemt ook het
vet verbrandings vermogen van het lichaam toe.
Een fi t lichaam verbrandt dus ook in rust meer vet.
Aërobe training is bovenal aangenaam. Transpireren
is uitstekend, maar het is niet de bedoeling dat u
buiten adem raakt. Tijdens de training kunt u nog
normaal spreken, u gaat dus niet hijgen. Om een
goede basisconditie op te bouwen moet u minstens
drie keer per week dertig minuten trainen. Om een
bepaald conditieniveau te handhaven zijn enkele
trainingen per week voldoende. De conditie kan
eenvoudig verder worden verbeterd door het aantal
trainingen per week te verhogen.
TRAINEN OM AFTEVALLEN
Omdat inspanning de enige manier is om het
energieverbruik (vetverbranding) van het lichaam
te verhogen, wordt u voor uw training beloond met
gewichtsverlies. Zeker als u de training combineert
met gezonde voeding. Wie wil afvallen kan het best
beginnen met een dagelijkse training van ongeveer
dertig minuten en dat geleidelijk opbouwen tot
hooguit een uur. Zeker bij overgewicht is het
verstandig om altijd in een rustig tempo en met
weinig weerstand te beginnen om het hart- en
vaatsysteem niet te zwaar te belasten. Als de
conditie beter wordt, kunnen trapsnelheid en
weerstand geleidelijk worden verhoogd. De
doelmatigheid van een training is te controleren aan
de hand van de hartslag. Met de hartslagmeter kunt
u de hartslag tijdens de training eenvoudig meten
en zo controleren of de training voldoende effectief
is zonder dat het lichaam te zwaar wordt belast.
TRAININGS NIVEAU
Hartslag kan telemetrisch worden gemeten. De
CF30 hebben een ingebouwde hartslagontvanger.
De hartslag borstband is als accessoire verkrijgbaar
bij uw Tunturi dealer.
Dit is het meest betrouwbare systeem, dat werkt
met een borstband met meerdere elektrodes
waarvan de gemeten waarden draadloos
doorgeseind worden naar de monitor. Als u een
pacemaker gebruikt, mag u de borstband alleen met
toestemming van een arts gebruiken. Wanneer u
uw hartslag tijdens de training op deze manier wilt
controleren, moeten de geribbelde elektroden aan
de binnenzijde van de borstband vochtig gemaakt
worden (water).
Plaats de zender juist onder de borst met de
elastische band strak genoeg om tijdens het
peddelen de elektroden contact te laten houden
met de huid, maar niet zo strak dat normaal
ademen wordt belemmerd. De zender geeft de
25
NL
HANDLEIDING
•
CF30
hartslag automatisch door aan de monitor die
zich niet verder dan één meter van de borstband
mag bevinden. Wanneer de zender verder van de
monitor verwijderd is, wordt het signaal te zwak
om te ontvangen. Let er ook op dat niet meerdere
personen met een borstband om, binnen een
straal van één meter rond de monitor staan, want
de monitor ontvangt dan van elke elektrode een
signaal en telt deze dan bij elkaar op.
Denkt u eraan wat de trainingskleding betreft,
dat bepaalde in de kleding gebruikte vezels (zoals
polyester of polyamide) statische electriciteit
veroorzaken, wat bij de hartslagmeting problemen
veroorzaken kan. Denkt u eraan dat mobiele
telefoons, een teevee of andere electronische
apparaten een electromagnetisch veld om zich
heen vormen, wat bij de hartslagmeting problemen
veroorzaken kan.
HARTSLAGMETING MET HANDSENSOREN
De hartslag wordt gemeten door middel van
twee sensoren op de stuurstang. Wanneer beide
handen op de sensoren rusten, toont de display
de hartslag van dat moment. Een te droge of te
vochtige huid verzwakken het functioneren van de
polsslagmeting.
Het beste resultaat bereikt u om uw algehele fitness
te verbeteren door, efficiënt, niet te zwaar en niet
te licht te trainen. Deze manier van trainen wordt
aërobe- of uithoudingstraining, genoemd. Tijdens
de training produceert uw lichaam de energie
die nodig is om vet met behulp van zuurstof te
verbranden. Hierdoor vermindert de hoeveelheid
vetweefsel in uw lichaam. Wat uw doel, uw streven
ook met het trainen is, u bereikt het beste resultaat
door te trainen op een niveau dat u aankunt.
Daarvoor is, zoals gezegd, uw hartslag de beste
graadmeter. Om te beginnen dient u te weten
wat uw maximale hartslag is: dit is de hartslag die
bij mèèr inspanning niet meer hoger wordt. Als u
niet weet wat uw maximale hartslag is, kunt u de
volgende formule als leidraad nemen:
220 - DE LEEFTIJD
Dit zijn gemiddelde waarden en het maximum
varieert van persoon tot persoon. De maximale
hartslag daalt per jaar met gemiddeld èèn punt. Als
u tot de eerder genoemde risicogroepen behoort,
vraag dan een arts om de juiste hoogte van uw
maximale hartslag. Om u te helpen met uw training,
hebben wij drie verschillende hartslag niveaus
geselecteerd.
BEGINNER
•
50 tot 60 % van de maximale hartslag
Dit niveau is ook geschikt voor mensen die lijnen,
mensen die herstellende zijn van een ziekte en
mensen die lang niet getraind hebben. Drie
trainingen van tenminste een halfuur per week
zijn aan te bevelen. Regelmatig trainen stimuleert
bij een beginner de ademhaling en bloedsomloop
in sterke mate en zorgt al snel voor een merkbaar
resultaat.
MIDDELMATIGE
•
60 tot 70 % van de maximale
hartslag
Een perfect niveau om fitness te verbeteren en
op peil te houden. Zelfs een redelijk normale
inspanning -minimaal 3 trainingen van 30 minuten
per week- heeft een positief effect op hart en
longen. Om uw conditie verder te verbeteren kunt
u het aantal keren trainen per week verhogen of
de duur van uw training verlengen. Verhoog echter
nooit beide tegelijkertijd!
GEVORDERDE
•
70 tot 80 % van de maximale
hartslag
Trainen op dit niveau is alleen weggelegd voor
wie ècht fit is en wie gewend is aan langdurige
uithoudingsvermogen, trainingen. Rust is in
een fitness programma net zo belangrijk als de
trainingen zelf. Traint u bijvoorbeeld drie weken
achter elkaar zeer regelmatig, dan is het goed om
het de week daarna wat rustiger aan te doen.
MONITOR
KNOPPEN
1. KEUZEWIEL
U kunt het keuzewiel op twee manieren gebruiken:
A) Draaien aan het wiel (+/-). Door het wiel rechtsom
te draaien, kunt u menu’s naar rechts schuiven en
de waarden of de weerstand verhogen. Door het
wiel linksom te draaien, kunt u menu’s naar links
schuiven en de waarden of de weerstand verlagen.
B) Het wiel indrukken (ENTER). Door het wiel in te
drukken, kunt u de keuze bevestigen die u eerder
hebt gemaakt door aan het wiel te draaien.
2. START/STOP
Hiermee wordt de training gestart, gepauzeerd
en beëindigd. Tijdens de training kunt u, door één
keer op deze knop te drukken, de Pauze-stand
activeren. Als u opnieuw op de knop drukt, gaat het
programma weer verder.
26
HANDLEIDING
•
CF30
3. RESET
Eén keer kort indrukken: hiermee keert u terug naar
het programmamenu. Lang indrukken: hiermee
wordt de meter opnieuw gestart.
4. RECOVERY
Berekent de index van uw herstelhartslag.
5. BODY FAT
Berekent uw ‘body mass index’ (BMI) en laat het
percentage lichaamsvet zien.
BEELDSCHERM
Tijd (mm:ss), snelheid (km/u of ml/u), RPM
(omwentelingen per min.), afstand (km of ml),
energieverbruik (kcal), vermogen (W) en hartslag
(slagen per minuut) worden getoond.
PROGRAMMA’S
1.MANUAL PROGRAMMA
Stel een streeftijd en/of -afstand en/of
-energieverbruik en/of bovenste hartslaggrens in
door middel van het KEUZEWIEL.
Start de training door de START/STOP-knop in te
drukken.
Als u streefdoelen/streefdoelen heeft ingesteld,
dan zullen die streefdoelen/streefdoelen beginnen
met aftellen. De weerstand kunt u instellen met het
KEUZEWIEL.
2. VOORGEPROGRAMMEERDE PROGRAMMA’S
Het profiel van het voorgeprogrammeerde
programma wordt gedurende twee seconden
getoond terwijl u door de programma’s bladert.
Selecteer het gewenste voorgeprogrammeerde
programma met behulp van het KEUZEWIEL.
Stel een trainingstijd en/of streefafstand en/of
-energieverbruik en/of bovenste hartslaggrens in
door middel van het KEUZEWIEL.
Start de training door de START/STOP-knop in te
drukken.
Als u streefdoelen/streefdoelen heeft ingesteld, dan
zullen die streefdoelen/streefdoelen beginnen met
aftellen. Tijdens de training kunt u de weerstand
aanpassen door gebruik te maken van het
KEUZEWIEL.
3. USER PROGRAMMA
Het programmaprofiel dat als laatste is gebruikt,
verschijnt in beeld. U kunt beginnen met trainen
volgens uw persoonlijke trainingsstreefdoelen die
in het geheugen zijn opgeslagen (door de START/
STOP-knop in te drukken), of u kunt het programma
aanpassen. De balk met het programmaprofiel
(1/16) dat nu kan worden aangepast, knippert.
Als u het programma wilt aanpassen, pas dan de
instellingen in de knipperende balk aan en bevestig
uw keuze. Vervolgens gaat de volgende balk
knipperen. Na de laatste balk verschijnt de eerste
balk weer op het scherm. Door 2 seconden lang
de ENTER-knop ingedrukt te houden, voltooit u de
aanpassingen in het profiel. Nu is het programma
ingesteld met uw opgeslagen persoonlijke
trainingsgegevens (streefdoelen voor tijd, afstand,
energieverbruik en hartslaggrens). U kunt uw
streefdoelen naar behoefte aanpassen. Start de
training door de START/STOP-knop in te drukken.
Als u streefdoelen/streefdoelen heeft ingesteld, dan
zullen die streefdoelen/streefdoelen beginnen met
aftellen. Tijdens de training kunt u de weerstand
aanpassen door gebruik te maken van het
KEUZEWIEL.
4. TARGET HR
Kies één van de vier verschillende
trainingsintensiteiten (55%, 75%, 90% of TARGET).
Als u TARGET kiest, dan kunt u een streefdoel voor
uw hartslag invoeren.
Start de training door de START/STOP-knop in te
drukken.
Tijdens de training zal de apparatuur automatisch
de weerstand aanpassen, zodat uw streefdoel kan
worden bereikt en vastgehouden.
5. CONSTANT WATT
Stel een streefdoel in voor het vermogen in watt en
een streeftijd en/of -afstand en/of -energieverbruik
en/of bovenste hartslaggrens door middel van het
KEUZEWIEL.
Start de training door de START/STOP-knop in te
drukken.
Als u streefdoelen/streefdoelen heeft ingesteld,
dan zullen die streefdoelen/streefdoelen beginnen
met aftellen. Tijdens de training zal de apparatuur
automatisch de weerstand aanpassen, afhankelijk
van uw trapsnelheid, zodat het streefdoel voor
het vermogen wordt bereikt en vastgehouden.
U kunt het streefvermogen veranderen met het
KEUZEWIEL.
6. RECOVERY
Begin met de herstelberekening na de training. Druk
hiervoor op de RECOVERY-knop. De berekening
van de herstelhartslag kan alleen worden gestart
als de hartslagmeting is ingeschakeld en de
hartslagwaarde wordt getoond op het scherm.
Deze meting duurt 60 seconden. Na 60 seconden
verschijnt op het scherm uw herstelindex op een
schaal van F1 tot F6 (F1 = beste resultaat). Om terug
te keren naar het hoofdmenu drukt u één keer op de
RECOVERY-knop.
7. BODY FAT
Druk op de BODY FAT-knop om te beginnen met
de meting. Houd beide handen op de handgrepen
en wacht gedurende 8 seconden. De meter toont
gedurende 30 seconden het adviessymbool voor
lichaamsvet, het percentage lichaamsvet en de BMI.
GEBRUIKERSGEGEVENS INSTELLEN
Net na het herstarten van de meter of het
terugzetten van de meter (lang ingedrukt
houden), kunt u het gebruikersmenu binnengaan.
Selecteer de gebruiker en bevestig uw keuze.
Stel uw geslacht, leeftijd, lengte en gewicht in.
27
NL
HANDLEIDING
•
CF30
Bevestig uw keuze met het keuzewiel. Gegevens
over persoonlijke trainingsstreefdoelen (tijd,
afstand, energieverbruik, hartslaggrens)
zullen worden opgeslagen in het geheugen
en standaard worden opgehaald wanneer de
betreffende gebruiker wordt geselecteerd. Als u
uw persoonlijke trainingsgegevens aanpast, zullen
deze veranderingen automatisch in het geheugen
worden opgeslagen.
AANVULLENDE OPMERKINGEN
1. Voor het instellen van de snelheid en afstand
kunt u kiezen voor metrische of Engelse eenheden.
Dit kunt u instellen door gebruik te maken van de
KM/ML-schakelaar die zich aan de achterkant van
de meter bevindt. Het elektriciteitssnoer moet
opnieuw in het stopcontact worden gestoken om
de verandering door te voeren.
2. Als u niet aan het trainen bent en er worden geen
knoppen ingedrukt, dan schakelt de meter na ca.
vier minuten automatisch over naar de slaapstand.
Op het scherm wordt de kamertemperatuur
weergegeven.
3. Als de START/STOP-knop wordt ingedrukt, wordt
de training maximaal 4 minuten gepauzeerd. Als
de knop daarna opnieuw wordt ingedrukt, kunt
u doorgaan met de gepauzeerde trainingssessie
en kunt u hierbij gebruik maken van de eerder
gebruikte trainingsgegevens.
4. Het invoeren van trainingsstreefdoelen (tijd,
afstand, energieverbruik, hartslaggrens) is alleen
mogelijk wanneer het apparaat in de STOP-stand
staat (niet tijdens de training).
5. Als u uw gebruikersgegevens niet steeds wilt
veranderen als u begint met een training, druk
dan op START/STOP om het bewerken van de
gebruikersgegevens over te slaan. Op deze manier
wordt de training begonnen in de handmatige
stand (Manual).
6. Deze apparatuur kan niet worden gebruikt voor
therapeutische doeleinden.
7. Het energieverbruik wordt berekend op basis van
gemiddelde waarden. Het energieverbruik wordt
weergegeven in kilocalorieën. Om dit om te rekenen
in joules gebruikt u de volgende formule: 1 Kcal =
4,187 KJ.
8. Als u traint met een hartslagmeting (met een
borstriem of hartslagmeter in de handgrepen), kunt
u een maximale hartslaggrens instellen. Wanneer
deze grens wordt overschreven tijdens het trainen,
zal de meter een alarmsignaal afgeven.
9. Voorgeprogrammeerde programma’s zijn
verdeeld in 16 stappen. De duur van één stap is
afhankelijk van de tijd die is ingesteld voor de hele
training. Als er geen tijd is ingesteld, dan duurt één
stap 100 meter in afstand.
10. Als u streefdoelen heeft ingesteld die aftellen,
dan klinkt er een signaal en wordt de training
automatisch stopgezet wanneer een van de
streefdoelen de nulwaarde bereikt. U kunt de
training hervatten door te drukken op START/STOP.
11. NB: de herstelindex staat in verhouding tot de
hartslagfrequentie, zowel aan het begin als aan het
einde van de meting.
12. Bij het HRC-programma wordt het bereik van het
hartslagstreefdoel (55%, 75% en 90%) berekend als
percentage van de maximale hartslag zoals die geldt
voor uw leeftijd (berekeningsformule: maximale
hartslag = 220 – leeftijd).
13. De weerstand wordt tijdens het HRC-programma
elke 30 seconden verhoogd en elke 15 seconden
verlaagd, indien nodig.
BODY FAT is een persoonlijke meting. Het resultaat
is gebaseerd op de gemiddelde waarden zoals die
gelden voor de Europese bevolkingsgroep.
B.M.I. (Body Mass Index) tabel:
LAAG < 20
LAAG / GEMIDDELD 20 – 24
GEMIDDELD 24 - 26,5
GEMIDDELD / HOOG > 26,5
Formule voor BMI = gewicht (kg) / lengte^2 (m)
LICHAAMSVET % (gemiddelde Europese bevolking)
tabel:
Man:
LAAG < 13
LAAG / GEMIDDELD 13 – 26
GEMIDDELD 26 – 30
GEMIDDELD / HOOG > 30
Wrouv:
LAAG < 23
LAAG / GEMIDDELD 23 – 36
GEMIDDELD 36 – 40
GEMIDDELD / HOOG > 40
ONDERHOUD
De Tunturi apparaten hebben weinig onderhoud
nodig. Het is raadzaam om zo nu en dan te
controleren of alle bouten en moeren nog goed vast
zitten. U kunt het
apparaat schoonhouden door het af te nemen
met een vochtige doek. Gebruik echter geen
oplosmiddelen.
•
Verwijder de kunststof behuizing van het apparaat
nooit!
•
De elektromagnetische weerstand genereert
een magnetisch veld dat bijvoorbeeld horloges
of de magneetstrip op bank- en creditcards kan
beschadigen als deze in direct contact komen met
de magneten. Probeer daarom nooit het gedeelte
28
HANDLEIDING
•
CF30
met de elektromagnetische weerstand te openen of
te demonteren!
•
Het elektromagnetische weerstand
systeem is gebaseerd op het opwekken van
elektromagnetische kracht. Het weerstand niveau
en de veranderingen daarvan worden elektronisch
gemeten en weergegeven, op het beeldscherm, in
Watts. Hierdoor hoeft uw Tunturi fietscrosstrainer
niet opnieuw gekalibreerd te worden wanneer
deze gemonteerd, onderhouden of gebruikt wordt,
geheel volgens de instructies in deze handleiding.
GEBRUIKSSTORINGEN
BELANGRIJK! Ondanks voortdurende
kwaliteitscontroles, kunnen er defecten of storingen
optreden die het gevolg zijn van het niet goed
functioneren van onderdelen die in de looptrainer
zijn gebruikt. In de meeste gevallen is het onnodig
om het gehele apparaat ter reparatie aan te bieden,
aangezien de storing meestal kan worden opgelost
door het vervangen van het defecte onderdeel.
Mochten er storingen optreden bij het gebruik
van de trainer, neem dan onmiddellijk contact op
met uw Tunturi dealer. Vermeldt daarbij altijd het
model en het serienummer van uw Tunturi trainer,
de eventuele storingscode en door wie de trainer is
geïnstalleerd.
Indien u merkt dat er iets niet in orde is met de
looptrainer, schakelt u direct de looptrainer uit door
de aan- en uitknop in te drukken. Wacht vervolgens
één minuut en schakel de looptrainer weer aan. Op
deze manier moeten incidentele fouten hersteld zijn
en kan de looptrainer opnieuw worden gebruikt.
Indien de looptrainer na het aan- en uitschakelen
door de aan- en uitknop nog steeds niet goed
functioneert, neem dan contact op met uw Tunturi
dealer voor onderhoud.
Vermeldt bij het bestellen van onderdelen het
model, het serienummer van het apparaat en het
nummer van het onderdeel. Op de laatste pagina’s
van deze gids vindt u de onderdelenlijst.
VERPLAATSEN
De CF30 is uitgerust met transportwielen. Verplaats
de CF30 op de hieronder beschreven wijze om
gevaarlijke situaties te vermijden.
Schakel bij het verplaatsen van het apparaat altijd
eerst de elektriciteit uit en neem de stekker uit het
stopcontact!
Voor het verplaatsen van het apparaat zijn twee
volwassenen nodig, die zich aan beide zijden
aan de voorkant van het apparaat opstellen en
de handgrepen stevig vastpakken. U moet dan
de voorkant van het apparaat zo optillen dat de
achterkant steunt op de transportwielen.
Verplaats het apparaat met behulp van de
transportwielen en laat het daarna voorzichtig
zakken.
BELANGRIJK! Extra voorzichtigheid is geboden
bij het verplaatsen van de trainer over een oneffen
vloer of over een drempel. Ook mag de trainer
beslist nooit op de wielen over een trap gereden
worden, in dit geval moet de trainer worden
opgetild. Pas op dat de vloer niet beschadigt
wanneer u het toestel verplaatst. Bescherm tere
vloermaterialen zoals parketvloeren enz.
Plaats de trainer in een droge, stofvrije ruimte met
minimale temperatuurverschillen om storingen te
voorkomen.
TECHNISCHE GEGEVENS
Lengte ..........................................160 cm
Breedte.........................................61 cm
Hoogte.........................................165 cm
Gewicht .......................................62 kg
De CF30 voldoet aan de eisen van EUs EMC
Directieven betreffende elektromagnetische
compatibiliteit (89/336/EEC) en elektrische
apparatuur ontworpen voor gebruik binnen
bepaalde spanningslimieten (73/23/EEC). Daarom is
dit product met de CE label voorzien.
De CF30 voldoet aan de EN-957-normen voor
trainingsapparatuur, precisieklasse A. De
nauwkeurigheid van de meting van het vermogen
wordt tijdens het productieproces gecontroleerd
door de rem van het apparaat af te stellen met
een dynamometer. De berekening van het
trainingsvermogen is gebaseerd op de toersnelheid
en het moment.
De CF30 voldoet aan EN precisie- en
veiligheidsnormen (Norm SA, EN-957, deel 1 en 9).
Tunturi is gerechtigd om specificaties te veranderen
zonder daarover nader te berichten.
BELANGRIJK! De garantie vervalt bij schade als
gevolg van het niet volgen van de instructies in
deze gids betreffende het monteren, het instellen en
het onderhouden van de apparatuur. De instructies
dienen bij het in elkaar zetten, het onderhoud en
het gebruik, zo zorgvuldig mogelijk te worden
gevolgd. Veranderingen of modificaties, welke niet
door Tunturi Oy Ltd zijn goedgekeurd, laten de
Tunturi Oy Ltd product aansprakelijkheid geheel
vervallen.
WIJ WENSEN U VEEL PLEZIERIGE
TR AIN I NGEN MET UW N I EUW E TUNTU R I
TRAININGSPARTNER!

Documenttranscriptie

HANDLEIDING Inhoud OPMERKINGEN EN ADVIEZEN...............................23 HET MONTEREN......................................................52 CONDITIETRAINEN..................................................24 MONITOR..................................................................25 ONDERHOUD...........................................................27 VERPLAATSEN.........................................................28 TECHNISCHE GEGEVENS......................................28 OPMERKINGEN EN ADVIEZEN Deze gids is een essentieel onderdeel van uw crosstrainer. Lees deze gids zorgvuldig door vóórdat u begint met monteren, gebruiken of onderhouden van uw crosstrainer. Bewaar de gids op een handige plaats. U kunt er, nu en in de toekomst, nuttige informatie uithalen die u nodig heeft voor het gebruik en het onderhoud van de apparatuur. Volg de instructies altijd met zorg op. GEZONDHEID • Laat uw conditie door uw huisarts controleren voordat u begint met trainen. • Bij misselijkheid, duizeligheid of andere abnormale symptomen moet u direct stoppen met de training en een arts raadplegen. • Om spierpijn te voorkomen, begint u de training met een warming up en sluit u die af met coolingdown langzaam peddelen met geringe weerstand). U sluit de training af met stretch oefeningen. DE TRAININGSRUIMTE • Plaats de trainer op een vlakke en stevige ondergrond. Bescherm de vloer onder de trainer tegen beschadiging. • Zorg voor voldoende ventilatie tijdens de training, maar zorg dat u niet op de tocht zit. • Tijdens de training is de toegestane gebruikstemperatuur tussen +10º en +35°C; voor opslag gelden de temperaturen tussen -15° en +40°C. De luchtvochtigheid in de trainings- of opslagruimte mag nooit hoger dan 90 % zijn. HET GEBRUIK VAN DE TRAINER • Ouders en verzorgers van kinderen moeten er rekening mee houden dat kinderen speels zijn en graag alles uitproberen. Dit kan ertoe leiden dat de trainer wordt gebruikt op een manier waarvoor deze niet bedoeld is. Als kinderen de trainer mogen gebruiken moet u als ouder of verantwoordelijke rekening houden met de lichamelijke en psychische ontwikkeling en vooral de aard van het kind. Vertel kinderen duidelijk hoe de trainer moet worden gebruikt en houd toezicht. De trainer is geen geval bedoeld als speelgoed. • Controleer voor de training of het apparaat goed functioneert. Train nooit op een defect apparaat. • CF30 NL • De trainer mag uitsluitend door één persoon tegelijk gebruikt worden. • Pak bij het op- en afstappen de vaste handsteun vast. • Draag tijdens de training de juiste kleding en geschikte schoenen. • Gebruik de trainer alleen als alle afschermingen en omkastingen geplaatst zijn. • Voer alleen die onderhoudsverrichtingen en afstellingen uit die in deze handleiding beschreven zijn. Volg de onderhoudsinstructies van de handleiding nauwkeurig op. • Gebruik de trainer uitsluitend voor het doel waarvoor deze is gemaakt en zoals hierna beschreven wordt. • Zorg ervoor dat de monitor niet met water in aanraking komt. Veeg de monitor altijd af met een zachte en absorberende doek als er zweetdruppels op gevallen zijn. Reinig de monitor niet met oplosmiddelen. • Druk op de toetsen met uw vingertoppen; nagels kunnen de toetsmembranen beschadigen. • Houd de monitor uit de zon; door zonlicht kunnen kleuren van de monitor verbleken. • De trainer is geschikt voor personen met een lichaamsgewicht tot maximaal 150 kg. • Nadere informatie over de garantie op uw trainingstoestel vindt u in het bijgesloten garantieboekje. De garantie vervalt bij schade ontstaan tijdens de verzending of door het niet volgen van de in deze handleiding gegeven instructies betreffende het monteren, afstellen en onderhoud van het apparaat. Opmerking over veiligheid bij units met elektrische stroomtoevoer Voordat het apparaat wordt aangesloten op het elektriciteitsnetwerk moet u ervoor zorgen dat het plaatselijke voltage past bij het voltage dat staat aangegeven op de typeplaat: het apparaat werkt op 230 V of 115 V (Noord-Amerikaanse versie). BELANGRIJK! Het apparaat moet worden aangesloten op een geaarde wandcontactdoos. Gebruik geen verlengsnoeren bij het aansluiten van de apparatuur op het elektriciteitsnetwerk. Schakel altijd de stroom uit en verwijder de stekker van het apparaat altijd onmiddellijk na het trainen uit het stopcontact! Om het risico op brandwonden, brand, elektrische schok of verwondingen bij mensen te beperken: 1. De apparatuur mag nooit onbemand worden achtergelaten als deze is aangesloten op het elektriciteitsnetwerk. Verwijder de stekker van het apparaat altijd uit het stopcontact wanneer het apparaat niet wordt gebruikt, vóór het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden of reparaties en wanneer het apparaat wordt verplaatst. 2. Gebruik het apparaat niet als dit is afgedekt onder een deken of ander brandbaar materiaal. Dit kan oververhitting en brand, elektrische schokken of verwondingen veroorzaken. 23 3. Sluit het apparaat niet aan op een stroombron, of gebruik het apparaat niet als er enige sprake is van beschadiging van het elektriciteitssnoer of het apparaat zelf. 4. Sluit het apparaat niet aan op een stroombron of gebruik het apparaat niet in de buitenlucht of op vochtige locaties. 5. Houd het elektriciteitssnoer uit de buurt van hete voorwerpen. 6. Laat het elektriciteitssnoer niet onder het tapijt doorlopen en plaats geen voorwerpen op het snoer. Zorg er ook voor dat het snoer niet onder het apparaat door loopt. 7. Maak geen aanpassingen aan het snoer (bijvoorbeeld verlengen) tussen de transformator en het apparaat. Opmerking over het monteren van het apparaat Begin met het uitpakken van de apparatuur. De gedetailleerde montage-instructies vindt u achter in deze gids. Volg de instructies in de volgorde die wordt aangegeven. Controleer de inhoud van het pakket voordat u begint met de montage. Als er een onderdeel ontbreekt, neem dan contact op met de dealer. Vermeld het model, het serienummer van het apparaat en het nummer van het ontbrekende onderdeel. Achter in deze gids vindt u de onderdelenlijst. De inhoud van het hardwarepakket is aangegeven met een * in de lijst met onderdelen. De aanwijzingen ’links’, ’rechts’, ’voor’ en ’achter’ zijn gegeven vanuit de gebruikspositie van het apparaat. Bewaar het montagegereedschap; mogelijk heeft u het later nodig, bijvoorbeeld voor het afstellen van het apparaat. NB: voor de montage zijn twee mensen nodig. De verpakking bevat een zakje met silicaatkorrels dat de apparatuur tijdens opslag en transport heeft beschermd tegen vocht. Dit zakje kan na het uitpakken van het apparaat worden weggegooid. Houd rondom de apparatuur ten minste een bewegingsruimte van 100cm. Wij raden u ook aan om het pakket uit te pakken en het product te monteren op een beschermde ondergrond. WELKOM IN DE WERELD VAN HANDLEIDING • CF30 TUNTURI TRAINING! 24 Uw keuze toont aan, dat u echt in uw gezondheid en conditie wilt investeren. Het bewijst ook, dat u kwaliteit en stijl belangrijk vindt en waardeert. Met deze Tunturi crosstrainer heeft u een veilig, motiverend kwaliteitsproduct als trainingspartner gekozen. Wat uw trainingsdoel ook is, wij zijn ervan overtuigd dat de keuze van deze trainer de juiste is om uw doel te bereiken. Meer informatie over het gebruik van uw trainingsapparatuur en efficiënte training kunt u vinden op Tunturi’s website www. tunturi . nl . CONDITIETRAINEN Trainen op een fi etstrainer is een uitstekende aérobe oefening, die in principe licht maar langdurig van aard is. Aérobe inspanning vergroot het zuurstof opnamevermogen van het lichaam, waardoor uithoudingsvermogen en de conditie verbeteren. Door de verbeterde zuurstofopname neemt ook het vet verbrandings vermogen van het lichaam toe. Een fi t lichaam verbrandt dus ook in rust meer vet. Aërobe training is bovenal aangenaam. Transpireren is uitstekend, maar het is niet de bedoeling dat u buiten adem raakt. Tijdens de training kunt u nog normaal spreken, u gaat dus niet hijgen. Om een goede basisconditie op te bouwen moet u minstens drie keer per week dertig minuten trainen. Om een bepaald conditieniveau te handhaven zijn enkele trainingen per week voldoende. De conditie kan eenvoudig verder worden verbeterd door het aantal trainingen per week te verhogen. TRAINEN OM AFTEVALLEN Omdat inspanning de enige manier is om het energieverbruik (vetverbranding) van het lichaam te verhogen, wordt u voor uw training beloond met gewichtsverlies. Zeker als u de training combineert met gezonde voeding. Wie wil afvallen kan het best beginnen met een dagelijkse training van ongeveer dertig minuten en dat geleidelijk opbouwen tot hooguit een uur. Zeker bij overgewicht is het verstandig om altijd in een rustig tempo en met weinig weerstand te beginnen om het hart- en vaatsysteem niet te zwaar te belasten. Als de conditie beter wordt, kunnen trapsnelheid en weerstand geleidelijk worden verhoogd. De doelmatigheid van een training is te controleren aan de hand van de hartslag. Met de hartslagmeter kunt u de hartslag tijdens de training eenvoudig meten en zo controleren of de training voldoende effectief is zonder dat het lichaam te zwaar wordt belast. TRAININGS NIVEAU Hartslag kan telemetrisch worden gemeten. De CF30 hebben een ingebouwde hartslagontvanger. De hartslag borstband is als accessoire verkrijgbaar bij uw Tunturi dealer. Dit is het meest betrouwbare systeem, dat werkt met een borstband met meerdere elektrodes waarvan de gemeten waarden draadloos doorgeseind worden naar de monitor. Als u een pacemaker gebruikt, mag u de borstband alleen met toestemming van een arts gebruiken. Wanneer u uw hartslag tijdens de training op deze manier wilt controleren, moeten de geribbelde elektroden aan de binnenzijde van de borstband vochtig gemaakt worden (water). Plaats de zender juist onder de borst met de elastische band strak genoeg om tijdens het peddelen de elektroden contact te laten houden met de huid, maar niet zo strak dat normaal ademen wordt belemmerd. De zender geeft de HANDLEIDING hartslag automatisch door aan de monitor die zich niet verder dan één meter van de borstband mag bevinden. Wanneer de zender verder van de monitor verwijderd is, wordt het signaal te zwak om te ontvangen. Let er ook op dat niet meerdere personen met een borstband om, binnen een straal van één meter rond de monitor staan, want de monitor ontvangt dan van elke elektrode een signaal en telt deze dan bij elkaar op. Denkt u eraan wat de trainingskleding betreft, dat bepaalde in de kleding gebruikte vezels (zoals polyester of polyamide) statische electriciteit veroorzaken, wat bij de hartslagmeting problemen veroorzaken kan. Denkt u eraan dat mobiele telefoons, een teevee of andere electronische apparaten een electromagnetisch veld om zich heen vormen, wat bij de hartslagmeting problemen veroorzaken kan. HARTSLAGMETING MET HANDSENSOREN De hartslag wordt gemeten door middel van twee sensoren op de stuurstang. Wanneer beide handen op de sensoren rusten, toont de display de hartslag van dat moment. Een te droge of te vochtige huid verzwakken het functioneren van de polsslagmeting. M I D D E L M AT I G E hartslag • CF30 NL • 60 tot 70 % van de maximale Een perfect niveau om fitness te verbeteren en op peil te houden. Zelfs een redelijk normale inspanning -minimaal 3 trainingen van 30 minuten per week- heeft een positief effect op hart en longen. Om uw conditie verder te verbeteren kunt u het aantal keren trainen per week verhogen of de duur van uw training verlengen. Verhoog echter nooit beide tegelijkertijd! G E VO R D E R D E hartslag • 70 tot 80 % van de maximale Trainen op dit niveau is alleen weggelegd voor wie ècht fit is en wie gewend is aan langdurige uithoudingsvermogen, trainingen. Rust is in een fitness programma net zo belangrijk als de trainingen zelf. Traint u bijvoorbeeld drie weken achter elkaar zeer regelmatig, dan is het goed om het de week daarna wat rustiger aan te doen. MONITOR Het beste resultaat bereikt u om uw algehele fitness te verbeteren door, efficiënt, niet te zwaar en niet te licht te trainen. Deze manier van trainen wordt aërobe- of uithoudingstraining, genoemd. Tijdens de training produceert uw lichaam de energie die nodig is om vet met behulp van zuurstof te verbranden. Hierdoor vermindert de hoeveelheid vetweefsel in uw lichaam. Wat uw doel, uw streven ook met het trainen is, u bereikt het beste resultaat door te trainen op een niveau dat u aankunt. Daarvoor is, zoals gezegd, uw hartslag de beste graadmeter. Om te beginnen dient u te weten wat uw maximale hartslag is: dit is de hartslag die bij mèèr inspanning niet meer hoger wordt. Als u niet weet wat uw maximale hartslag is, kunt u de volgende formule als leidraad nemen: 220 - DE LEEFTIJD Dit zijn gemiddelde waarden en het maximum varieert van persoon tot persoon. De maximale hartslag daalt per jaar met gemiddeld èèn punt. Als u tot de eerder genoemde risicogroepen behoort, vraag dan een arts om de juiste hoogte van uw maximale hartslag. Om u te helpen met uw training, hebben wij drie verschillende hartslag niveaus geselecteerd. BEGINNER • 50 tot 60 % van de maximale hartslag Dit niveau is ook geschikt voor mensen die lijnen, mensen die herstellende zijn van een ziekte en mensen die lang niet getraind hebben. Drie trainingen van tenminste een halfuur per week zijn aan te bevelen. Regelmatig trainen stimuleert bij een beginner de ademhaling en bloedsomloop in sterke mate en zorgt al snel voor een merkbaar resultaat. KNOPPEN 1. KEUZEWIEL U kunt het keuzewiel op twee manieren gebruiken: A) Draaien aan het wiel (+/-). Door het wiel rechtsom te draaien, kunt u menu’s naar rechts schuiven en de waarden of de weerstand verhogen. Door het wiel linksom te draaien, kunt u menu’s naar links schuiven en de waarden of de weerstand verlagen. B) Het wiel indrukken (ENTER). Door het wiel in te drukken, kunt u de keuze bevestigen die u eerder hebt gemaakt door aan het wiel te draaien. 2. START/STOP Hiermee wordt de training gestart, gepauzeerd en beëindigd. Tijdens de training kunt u, door één keer op deze knop te drukken, de Pauze-stand activeren. Als u opnieuw op de knop drukt, gaat het programma weer verder. 25 3. Reset Eén keer kort indrukken: hiermee keert u terug naar het programmamenu. Lang indrukken: hiermee wordt de meter opnieuw gestart. 4. RECOVERY Berekent de index van uw herstelhartslag. 5. Body Fat Berekent uw ‘body mass index’ (BMI) en laat het percentage lichaamsvet zien. BEELDSCHERM Tijd (mm:ss), snelheid (km/u of ml/u), RPM (omwentelingen per min.), afstand (km of ml), energieverbruik (kcal), vermogen (W) en hartslag (slagen per minuut) worden getoond. PROGRAMMA’S 1.MANUAL PROGRAMMA Stel een streeftijd en/of -afstand en/of -energieverbruik en/of bovenste hartslaggrens in door middel van het KEUZEWIEL. Start de training door de START/STOP-knop in te drukken. Als u streefdoelen/streefdoelen heeft ingesteld, dan zullen die streefdoelen/streefdoelen beginnen met aftellen. De weerstand kunt u instellen met het KEUZEWIEL. 2. VOORGEPROGRAMMEERDE PROGRAMMA’S Het profiel van het voorgeprogrammeerde programma wordt gedurende twee seconden getoond terwijl u door de programma’s bladert. Selecteer het gewenste voorgeprogrammeerde programma met behulp van het KEUZEWIEL. Stel een trainingstijd en/of streefafstand en/of -energieverbruik en/of bovenste hartslaggrens in door middel van het KEUZEWIEL. Start de training door de START/STOP-knop in te drukken. Als u streefdoelen/streefdoelen heeft ingesteld, dan zullen die streefdoelen/streefdoelen beginnen met aftellen. Tijdens de training kunt u de weerstand aanpassen door gebruik te maken van het KEUZEWIEL. HANDLEIDING • CF30 3. USER PROGRAMMA 26 Het programmaprofiel dat als laatste is gebruikt, verschijnt in beeld. U kunt beginnen met trainen volgens uw persoonlijke trainingsstreefdoelen die in het geheugen zijn opgeslagen (door de START/ STOP-knop in te drukken), of u kunt het programma aanpassen. De balk met het programmaprofiel (1/16) dat nu kan worden aangepast, knippert. Als u het programma wilt aanpassen, pas dan de instellingen in de knipperende balk aan en bevestig uw keuze. Vervolgens gaat de volgende balk knipperen. Na de laatste balk verschijnt de eerste balk weer op het scherm. Door 2 seconden lang de ENTER-knop ingedrukt te houden, voltooit u de aanpassingen in het profiel. Nu is het programma ingesteld met uw opgeslagen persoonlijke trainingsgegevens (streefdoelen voor tijd, afstand, energieverbruik en hartslaggrens). U kunt uw streefdoelen naar behoefte aanpassen. Start de training door de START/STOP-knop in te drukken. Als u streefdoelen/streefdoelen heeft ingesteld, dan zullen die streefdoelen/streefdoelen beginnen met aftellen. Tijdens de training kunt u de weerstand aanpassen door gebruik te maken van het KEUZEWIEL. 4. TARGET HR Kies één van de vier verschillende trainingsintensiteiten (55%, 75%, 90% of TARGET). Als u TARGET kiest, dan kunt u een streefdoel voor uw hartslag invoeren. Start de training door de START/STOP-knop in te drukken. Tijdens de training zal de apparatuur automatisch de weerstand aanpassen, zodat uw streefdoel kan worden bereikt en vastgehouden. 5. CONSTANT WATT Stel een streefdoel in voor het vermogen in watt en een streeftijd en/of -afstand en/of -energieverbruik en/of bovenste hartslaggrens door middel van het KEUZEWIEL. Start de training door de START/STOP-knop in te drukken. Als u streefdoelen/streefdoelen heeft ingesteld, dan zullen die streefdoelen/streefdoelen beginnen met aftellen. Tijdens de training zal de apparatuur automatisch de weerstand aanpassen, afhankelijk van uw trapsnelheid, zodat het streefdoel voor het vermogen wordt bereikt en vastgehouden. U kunt het streefvermogen veranderen met het KEUZEWIEL. 6. RECOVERY Begin met de herstelberekening na de training. Druk hiervoor op de RECOVERY-knop. De berekening van de herstelhartslag kan alleen worden gestart als de hartslagmeting is ingeschakeld en de hartslagwaarde wordt getoond op het scherm. Deze meting duurt 60 seconden. Na 60 seconden verschijnt op het scherm uw herstelindex op een schaal van F1 tot F6 (F1 = beste resultaat). Om terug te keren naar het hoofdmenu drukt u één keer op de RECOVERY-knop. 7. BODY FAT Druk op de BODY FAT-knop om te beginnen met de meting. Houd beide handen op de handgrepen en wacht gedurende 8 seconden. De meter toont gedurende 30 seconden het adviessymbool voor lichaamsvet, het percentage lichaamsvet en de BMI. GEBRUIKERSGEGEVENS INSTELLEN Net na het herstarten van de meter of het terugzetten van de meter (lang ingedrukt houden), kunt u het gebruikersmenu binnengaan. Selecteer de gebruiker en bevestig uw keuze. Stel uw geslacht, leeftijd, lengte en gewicht in. HANDLEIDING Bevestig uw keuze met het keuzewiel. Gegevens over persoonlijke trainingsstreefdoelen (tijd, afstand, energieverbruik, hartslaggrens) zullen worden opgeslagen in het geheugen en standaard worden opgehaald wanneer de betreffende gebruiker wordt geselecteerd. Als u uw persoonlijke trainingsgegevens aanpast, zullen deze veranderingen automatisch in het geheugen worden opgeslagen. AANVULLENDE OPMERKINGEN 1. Voor het instellen van de snelheid en afstand kunt u kiezen voor metrische of Engelse eenheden. Dit kunt u instellen door gebruik te maken van de KM/ML-schakelaar die zich aan de achterkant van de meter bevindt. Het elektriciteitssnoer moet opnieuw in het stopcontact worden gestoken om de verandering door te voeren. 2. Als u niet aan het trainen bent en er worden geen knoppen ingedrukt, dan schakelt de meter na ca. vier minuten automatisch over naar de slaapstand. Op het scherm wordt de kamertemperatuur weergegeven. 3. Als de START/STOP-knop wordt ingedrukt, wordt de training maximaal 4 minuten gepauzeerd. Als de knop daarna opnieuw wordt ingedrukt, kunt u doorgaan met de gepauzeerde trainingssessie en kunt u hierbij gebruik maken van de eerder gebruikte trainingsgegevens. 4. Het invoeren van trainingsstreefdoelen (tijd, afstand, energieverbruik, hartslaggrens) is alleen mogelijk wanneer het apparaat in de STOP-stand staat (niet tijdens de training). 5. Als u uw gebruikersgegevens niet steeds wilt veranderen als u begint met een training, druk dan op START/STOP om het bewerken van de gebruikersgegevens over te slaan. Op deze manier wordt de training begonnen in de handmatige stand (Manual). 6. Deze apparatuur kan niet worden gebruikt voor therapeutische doeleinden. 7. Het energieverbruik wordt berekend op basis van gemiddelde waarden. Het energieverbruik wordt weergegeven in kilocalorieën. Om dit om te rekenen in joules gebruikt u de volgende formule: 1 Kcal = 4,187 KJ. 8. Als u traint met een hartslagmeting (met een borstriem of hartslagmeter in de handgrepen), kunt u een maximale hartslaggrens instellen. Wanneer deze grens wordt overschreven tijdens het trainen, zal de meter een alarmsignaal afgeven. 9. Voorgeprogrammeerde programma’s zijn verdeeld in 16 stappen. De duur van één stap is afhankelijk van de tijd die is ingesteld voor de hele training. Als er geen tijd is ingesteld, dan duurt één • CF30 NL stap 100 meter in afstand. 10. Als u streefdoelen heeft ingesteld die aftellen, dan klinkt er een signaal en wordt de training automatisch stopgezet wanneer een van de streefdoelen de nulwaarde bereikt. U kunt de training hervatten door te drukken op START/STOP. 11. NB: de herstelindex staat in verhouding tot de hartslagfrequentie, zowel aan het begin als aan het einde van de meting. 12. Bij het HRC-programma wordt het bereik van het hartslagstreefdoel (55%, 75% en 90%) berekend als percentage van de maximale hartslag zoals die geldt voor uw leeftijd (berekeningsformule: maximale hartslag = 220 – leeftijd). 13. De weerstand wordt tijdens het HRC-programma elke 30 seconden verhoogd en elke 15 seconden verlaagd, indien nodig. BODY FAT is een persoonlijke meting. Het resultaat is gebaseerd op de gemiddelde waarden zoals die gelden voor de Europese bevolkingsgroep. B.M.I. (Body Mass Index) tabel: LAAG < 20 LAAG / GEMIDDELD 20 – 24 GEMIDDELD 24 - 26,5 GEMIDDELD / HOOG > 26,5 Formule voor BMI = gewicht (kg) / lengte^2 (m) LICHAAMSVET % (gemiddelde Europese bevolking) tabel: Man: LAAG < 13 LAAG / GEMIDDELD 13 – 26 GEMIDDELD 26 – 30 GEMIDDELD / HOOG > 30 Wrouv: LAAG < 23 LAAG / GEMIDDELD 23 – 36 GEMIDDELD 36 – 40 GEMIDDELD / HOOG > 40 ONDERHOUD De Tunturi apparaten hebben weinig onderhoud nodig. Het is raadzaam om zo nu en dan te controleren of alle bouten en moeren nog goed vast zitten. U kunt het apparaat schoonhouden door het af te nemen met een vochtige doek. Gebruik echter geen oplosmiddelen. • Verwijder de kunststof behuizing van het apparaat nooit! • De elektromagnetische weerstand genereert een magnetisch veld dat bijvoorbeeld horloges of de magneetstrip op bank- en creditcards kan beschadigen als deze in direct contact komen met de magneten. Probeer daarom nooit het gedeelte 27 met de elektromagnetische weerstand te openen of te demonteren! • Het elektromagnetische weerstand systeem is gebaseerd op het opwekken van elektromagnetische kracht. Het weerstand niveau en de veranderingen daarvan worden elektronisch gemeten en weergegeven, op het beeldscherm, in Watts. Hierdoor hoeft uw Tunturi fietscrosstrainer niet opnieuw gekalibreerd te worden wanneer deze gemonteerd, onderhouden of gebruikt wordt, geheel volgens de instructies in deze handleiding. GEBRUIKSSTORINGEN BELANGRIJK! Ondanks voortdurende kwaliteitscontroles, kunnen er defecten of storingen optreden die het gevolg zijn van het niet goed functioneren van onderdelen die in de looptrainer zijn gebruikt. In de meeste gevallen is het onnodig om het gehele apparaat ter reparatie aan te bieden, aangezien de storing meestal kan worden opgelost door het vervangen van het defecte onderdeel. Mochten er storingen optreden bij het gebruik van de trainer, neem dan onmiddellijk contact op met uw Tunturi dealer. Vermeldt daarbij altijd het model en het serienummer van uw Tunturi trainer, de eventuele storingscode en door wie de trainer is geïnstalleerd. Indien u merkt dat er iets niet in orde is met de looptrainer, schakelt u direct de looptrainer uit door de aan- en uitknop in te drukken. Wacht vervolgens één minuut en schakel de looptrainer weer aan. Op deze manier moeten incidentele fouten hersteld zijn en kan de looptrainer opnieuw worden gebruikt. Indien de looptrainer na het aan- en uitschakelen door de aan- en uitknop nog steeds niet goed functioneert, neem dan contact op met uw Tunturi dealer voor onderhoud. Vermeldt bij het bestellen van onderdelen het model, het serienummer van het apparaat en het nummer van het onderdeel. Op de laatste pagina’s van deze gids vindt u de onderdelenlijst. VERPLAATSEN De CF30 is uitgerust met transportwielen. Verplaats de CF30 op de hieronder beschreven wijze om gevaarlijke situaties te vermijden. HANDLEIDING • CF30 Schakel bij het verplaatsen van het apparaat altijd eerst de elektriciteit uit en neem de stekker uit het stopcontact! 28 Voor het verplaatsen van het apparaat zijn twee volwassenen nodig, die zich aan beide zijden aan de voorkant van het apparaat opstellen en de handgrepen stevig vastpakken. U moet dan de voorkant van het apparaat zo optillen dat de achterkant steunt op de transportwielen. Verplaats het apparaat met behulp van de transportwielen en laat het daarna voorzichtig zakken. B E L A N G R I J K ! Extra voorzichtigheid is geboden bij het verplaatsen van de trainer over een oneffen vloer of over een drempel. Ook mag de trainer beslist nooit op de wielen over een trap gereden worden, in dit geval moet de trainer worden opgetild. Pas op dat de vloer niet beschadigt wanneer u het toestel verplaatst. Bescherm tere vloermaterialen zoals parketvloeren enz. Plaats de trainer in een droge, stofvrije ruimte met minimale temperatuurverschillen om storingen te voorkomen. TECHNISCHE GEGEVENS Lengte ..........................................160 cm Breedte.........................................61 cm Hoogte.........................................165 cm Gewicht .......................................62 kg De CF30 voldoet aan de eisen van EUs EMC Directieven betreffende elektromagnetische compatibiliteit (89/336/EEC) en elektrische apparatuur ontworpen voor gebruik binnen bepaalde spanningslimieten (73/23/EEC). Daarom is dit product met de CE label voorzien. De CF30 voldoet aan de EN-957-normen voor trainingsapparatuur, precisieklasse A. De nauwkeurigheid van de meting van het vermogen wordt tijdens het productieproces gecontroleerd door de rem van het apparaat af te stellen met een dynamometer. De berekening van het trainingsvermogen is gebaseerd op de toersnelheid en het moment. De CF30 voldoet aan EN precisie- en veiligheidsnormen (Norm SA, EN-957, deel 1 en 9). Tunturi is gerechtigd om specificaties te veranderen zonder daarover nader te berichten. BELANGRIJK! De garantie vervalt bij schade als gevolg van het niet volgen van de instructies in deze gids betreffende het monteren, het instellen en het onderhouden van de apparatuur. De instructies dienen bij het in elkaar zetten, het onderhoud en het gebruik, zo zorgvuldig mogelijk te worden gevolgd. Veranderingen of modificaties, welke niet door Tunturi Oy Ltd zijn goedgekeurd, laten de Tunturi Oy Ltd product aansprakelijkheid geheel vervallen. W ij wensen u veel ple z ierige trainingen met uw nieuwe T unturi trainings partner !
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60

Tunturi CF30 Handleiding

Categorie
Fitness, gymnastiek
Type
Handleiding