Op die manier kunt u gemakkelijk gebruikmaken van de
volgende diensten voor Garmin toestellen:
• Software-updates
• Productregistratie
Garmin Express instellen
1
Sluit het toestel met een USB-kabel aan op uw computer.
2
Ga naar garmin.com/express.
3
Volg de instructies op het scherm.
De software van het halsbandtoestel bijwerken
Voordat u de software van het halsbandtoestel kunt bijwerken,
moet u het halsbandtoestel aansluiten op een computer (De
halsband op een computer aansluiten, pagina 6).
OPMERKING: Alleen pc. Als u de software bijwerkt, gaan uw
gegevens of instellingen niet verloren.
1
Ga naar www.garmin.com/products/webupdater.
2
Volg de instructies op het scherm.
Toestelonderhoud
LET OP
Bewaar het toestel niet op een plaats waar het langdurig aan
extreme temperaturen kan worden blootgesteld, omdat dit
onherstelbare schade kan veroorzaken.
Gebruik geen chemische reinigingsmiddelen, oplosmiddelen en
insectenwerende middelen die plastic onderdelen en
oppervlakken kunnen beschadigen.
Breng de beschermkap van de USB-poort goed aan om
beschadiging van de poort te voorkomen.
Het toestel schoonmaken
1
Veeg het toestel schoon met een doek die is bevochtigd met
een mild schoonmaakmiddel.
2
Veeg de behuizing vervolgens droog.
Laat het toestel na reiniging helemaal drogen.
Het kompas op het handheld-toestel
kalibreren
Het toestel is voorzien van een elektronisch kompas met drie
assen. Mogelijk moet u het kompas kalibreren nadat u het
handheld-toestel in een voertuig hebt gebruikt, het handheld-
toestel hebt blootgesteld aan een magneet of wanneer de
temperatuur is veranderd.
LET OP
Kalibreer het elektronische kompas buiten. Zorg dat u zich niet
in de buurt bevindt van objecten die invloed uitoefenen op
magnetische velden, zoals voertuigen, gebouwen of
elektriciteitskabels.
1
Draai het keuzewiel voor de intensiteit naar N.
2
Selecteer de toonknop.
3
Selecteer de onderste trainingsknop.
4
Richt het toestel naar het noorden.
5
Draai de toestel zoals weergegeven op het scherm.
Het toestel trilt en er verschijnt een vinkje op het scherm
wanneer de kalibratie is voltooid.
Pro 550 Plus handheldtoestel - specificaties
Batterijtype Oplaadbare, vervangbare lithium-
ionbatterij
Levensduur van batterij 60 uur bij normaal gebruik
Bedrijfstemperatuurbereik Van -20° tot 60°C (van -4° tot 140°F)
Laadtemperatuurbereik Van 0° tot 40°C (van 32° tot 104°F)
Opslagtemperatuurbereik
(minder dan 1 maand)
Van -20° tot 50°C (van -4° tot 122°F)
Opslagtemperatuurbereik
(minder dan 3 maanden)
Van -20° tot 40°C (van -4° tot 104°F)
Opslagtemperatuurbereik
(minder dan 1 jaar)
Van -20° tot 20°C (van -4° tot 68°F)
Draadloze frequentie/draadloos
protocol
162 MHz @ 31.70 dBm, 2.4 GHz @
6.97 dBm
Waterbestendigheid IEC 60529 IPX7
1
Draadloos bereik 14,5 km (9 mi)
TT
™
15 halsbandtoestel - specificaties
Batterijtype Oplaadbare, vervangbare lithium-ionbatterij
Levensduur van batterij Tussen 20 en 40 uur.
De levensduur van de batterij wordt
bepaald door het type handheldtoestel dat
wordt gebruikt.
Bedrijfstemperatuurbereik Van -20° tot 60°C (van -4° tot 140°F)
Laadtemperatuurbereik Van 0° tot 40°C (van 32° tot 104°F)
ANT
®
draadloos bereik Tot 10 m (32,8 ft)
VHF-radiobereik Tot 14,48 km (9 mi)
Draadloze frequenties/
protocollen
169 MHz @ 26.84 dBm; 2.4 GHz @ 6.16
dBm
Waterbestendigheid 1 ATM
2
TT 15 Mini halsbandtoestel - specificaties
Batterijtype Oplaadbare, vervangbare lithium-
ionbatterij
Levensduur van batterij Maximaal 16 tot 30 uur, bij normaal
gebruik
Bedrijfstemperatuurbereik Van -20° tot 60°C (van -4° tot 140°F)
Laadtemperatuurbereik Van 5° tot 40°C (van 41° tot 104°F)
ANT draadloos bereik Tot 5 m (16,4 ft)
VHF-radiobereik Tot 6,44 km (4 mi)
Draadloze frequenties/
draadloze protocollen
155 MHz @ 32.93 dBm, 2.4 GHz @
1.82 dBm
Waterbestendigheid 1 ATM
2
Het batterijniveau van het halsbandtoestel
controleren
1
Schakel het handheld-toestel in (Het toestel inschakelen,
pagina 2).
2
Stel het keuzewiel voor de intensiteit in op V of een
genummerde stand.
3
Druk op een trainingsknop.
Het batterij-indicatielampje gaat branden. De kleur van het
statuslampje geeft het oplaadniveau van de batterij aan.
Groen De batterij is opgeladen.
Geel De batterij moet binnenkort worden opgeladen.
Rood De batterij is bijna leeg en moet onmiddellijk worden
opgeladen.
Knippert rood De batterij is uitgeput en moet worden opgeladen. Het
toestel werkt niet.
Het batterijniveau van het halsbandtoestel
controleren
1
Als het halsbandtoestel niet is gekoppeld, koppelt u het
halsbandtoestel met het handheld-toestel (Een
1
Het toestel is bestand tegen incidentele blootstelling aan water tot een diepte
van 1 meter gedurende maximaal 30 minuten. Ga voor meer informatie naar
www.garmin.com/waterrating.
2
Het toestel is bestand tegen druk tot een diepte van maximaal 10 meter. Ga voor
meer informatie naar www.garmin.com/waterrating.
Toestelinformatie 5