Zanussi zcg 998 x Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

NL
FR
DE
Notice d'installation et d'utilisation des cuisinières à gaz, mixtes et
électrique. Séries:
Handleiding voor installatie en gebruik van
gas-, gemengde en elektrische fornuizen. Serie:
Installations- und Bedienungsanleitung
für Gas-, Kombi- und Elektroherde. Serie:
GB
Instructions for use and maintenance of gas, gas-electric and electric
cookers. Series:
10
- Wij wensen U van harte te bedanken voor het kiezen van één
van de kwaliteits-produkten van ons bedrijf en het is onze
nadrukkelijke wens dat dit apparaat zal beantwoorden aan de
hoge eisen die U er terecht tijdens de aankoop aan heeft
gesteld. U wordt daarom verzocht de instructies in deze
handleiding goed te lezen en nauwgezet op te volgen; het
spreekt vanzelf dat uitsluitend die paragrafen in beschouwing
dienen te worden genomen die betrekking hebben op
accessoires en bedieningsknoppen welke op Uw apparaat
aanwezig zijn. De fabrikant onthoudt zich van elke
aansprakelijkheid voor schade aan personen of zaken
veroorzaakt door een slechte installatie of een niet juist
gebruik van het apparaat.
- Ons bedrijf houdt zich het recht voor om, ook zonder
kennisgeving vooraf, met het oog op technische verbeteringen
en/of een steeds betere kwaliteit van het produkt, veranderingen
aan te brengen, die in ieder geval op generlei wijze ongemak
bij de gebruiker zullen veroorzaken.
- Voor het bestellen van vervanging-sonderdelen dient het nr.
van het model en het serienummer dat op het speciale plaatje
staat afgedrukt op het bij uw wederverkoper ingediende verzoek
te worden vermeld. Het plaatje is zichtbaar door de
bordenopwarm-ruimte te openen (indien aanwezig) of bevindt
zich aan de achterkant van de fornuizen.
- HET APPARAAT STEMT OVEREEN MET DE RICHTLIJNEN:
- EEG 90/396
- EEG 73/23 en 93/68
- EEG 89/336 (Radiostoringen)
- EEG 89/109 (Contact met levens-middelen)
VOOROPSTELLING
- Uitsluitend de gedeelten en hoofdstukken met betrekking tot
de accessoires aanwezig in het door u gekochte fornuis zijn
van belang in deze handleiding.
Inleiding
NL
Nominale buitenafmetingen
Hoogte bij de kookplaat mm 885
Diepte bij gesloten deur mm 689
Diepte bij geopende deur mm 1060
Breedte mm 970
Nuttige afmetingen oven
Breedte mm 745
Diepte mm 440
Hoogte mm 330
Inhoud L 108
VERMOGEN VAN DE ELEMENTEN
weerstand onder 1,65 kW
weerstand boven 1,15 kW
ronde ovenweerstand 2,5 kW
grill 2,4 kW
ventilator 25 W
ovenverlichting 15 W
Cat.: zie plaatje met serienummer op de omslag; Klasse 1
Fornuis van het type "X"
TOEBEHOREN
De fornuizen kunnen voorts, afhankelijk van het model, zijn
uitgerust met:
- Een beveiligingsinrichting voor één of meer branders van de
kookplaat
- Elektrische ontsteking van de bovenste branders
- Met zelfreinigend email beklede oven-wanden
- Draaispit
- Mechanische keukenwekker
- Panbescherming
- Programmering einde kooktijd met digitale klok
- Programmering einde kooktijd met één enkele knop
- Elektronische programmering
Voor de POSITIES VAN DE BRANDERS zie figuur 1 op het
eind van deze handleiding.
Voor het ELEKTRISCHE SCHEMA zie figuur 2 op het eind van
deze handleiding.
Het elektrische vermogen staat vermeld op het plaatje met het
serienummer. Dit plaatje is zichtbaar door de
bordenopwarmruimte te openen (indien aanwezig) of bevindt
zich aan de achterkant van het fornuis.
Een kopie van het plaatje is op de omslag van de handleiding
geplakt.
Inleiding
GASBRANDERS (inspuiters en vermogen)
Gas Brander Inspuiter gereduceerd nominaal
vermogen vermogen
(kW) (kW)
G20 hulp 70 0,40 0,90
20 halfsnel 99 0,40 1,85
mbar snel 126 0,85 3,00
kroon 155 1,85 4,00
G25 hulp 70 0,40 0,80
25 halfsnel 99 0,40 1,70
mbar snel 126 0,85 2,70
kroon 155 1,85 3,60
G30 hulp 48 0,40 0,90
28-30 halfsnel 68 0,40 1,85
mbar snel 86 0,85 3,00
G31 kroon 99 1,85 3,60
37
mbar
11
INSTALLATIE
De installatie moet worden uitgevoerd door een deskundige,
die zich aan de geldende normen dient te houden.
Vóór de installatie controleren of de karakteristieken van het
lokale gas-distributienet (aard en druk van het gas)
overeenstemmen met de afstelling van het apparaat.
De afstellingsvoorwaarden van het apparaat staan op het etiket
op de omslag beschreven.
Dit apparaat is niet aangesloten op een afvoerinrichting voor
verbrandingsprodukten. Deze zal moeten worden geïnstalleerd
en aangesloten overeenkomstig de geldende
installatievoorschriften.
Dit apparaat mag uitsluitend in permanent geventileerde ruimtes
en overeenkomstig de nationaal geldende normen worden
geïnstalleerd en functioneren.
VENTILATIE VAN DE RUIMTE
Voor een juiste verbranding van het gas en een goede ventilatie
dienen de ruimtes waarin gasapparaten worden geïnstalleerd
goed te worden gelucht.
Vooral de toevoer van de lucht, noodzakelijk voor de verbranding
mag nooit minder dan 2 m
3
/h per elke kW nominaal
geïnstalleerde capaciteit bedragen.
PLAATSING
Het fornuis ontdoen van alle verpakkingsaccessoires, met
inbegrip van de folies die verchroomde of inox gedeelten
bedekken.
Het fornuis op een droge, makkelijk toegankelijke en tochtvrije
plek plaatsen. De noodzakelijke afstand van warmtegevoelige
wanden (hout, linoleum, papier enz.) in acht nemen.
Het fornuis moet vrijstaand worden geïnstalleerd (klasse 1).
AANSLUITING OP DE GASTOEVOER
Alvorens over te gaan tot aansluiting op het gasnet controleren
of de afstelling van het fornuis overeenkomt met het type gas
waar hij mee zal worden gevoed. Als dit niet het geval mocht
zijn moet het fornuis worden aangepast zoals beschreven in de
paragraaf "Aanpassing aan de verschillende gassen". De
aansluiting op het gasnet wordt aan de rechterkant uitgevoerd.
Als de slang achter de keuken langs moet lopen, moet deze
langs de onderkant van het fornuis lopen omdat hier de
temperatuur ongeveer 50°C zal bedragen.
- Niet flexibele aansluiting (zie fig. 3-A-B):
De aansluiting op het gas kan met een metalen pijp (A) worden
uitgevoerd. Hiertoe de slangaansluiting (indien al gemonteerd)
verwijderen en het niet flexibele verloopstuk op het met
schroefdraad uitgevoerde verloopstuk van het inlaatstuk
draaien; het voor de niet-flexibele verbinding te gebruiken
verloopstuk bevindt zich, indien niet reeds op het inlaatstuk
gemonteerd, bij de andere accessoires van het fornuis.
- Aansluiting met rubberen slang op slanghouder (zie fig. 3-B
en C):
Deze aansluiting wordt uitgevoerd met een rubberen slang
waarop het conformiteitsmerk met de geldende normen staat
afgedrukt. Deze slang moet op de aangegeven datum worden
vervangen en dient aan beide uiteinden met behulp van
genormaliseerde slangklemmen bevestigd en over de volledige
lengte voor inspectie toegankelijk te zijn.
- Aansluiting met een flexibele metalen slang (A):
Deze aansluiting wordt uitgevoerd met een slang
overeenkomstig de geldende nationale normen, die, met
plaatsing van de speciale sluitende pakking op het verloopstuk
wordt geschroefd.
- Na installatie de goede afsluiting van de verbindingen
controleren.
- Voor het functioneren met B/P controleren of de gasdruk
overeenkomt met die vermeld op het plaatje met serienummer.
BELANGRIJK:
- Uitsluitend genormaliseerde rubberen slangen gebruiken. Voor
gebruik bij LPG een slang en drukregelaar overeenkomstig de
geldende nationale normen gebruiken
- Knikken in de slang voorkomen en een gepaste afstand ten
opzichte van de warme wanden in acht nemen.
- Verwijzingen naar de installatie-voorwaarden voor de
aansluiting van het apparaat op het gas:
België: ISO 7-1
AANPASSING AAN VERSCHILLENDE GASTYPES
Als het fornuis niet afgesteld mocht zijn voor het specifieke
aanwezige type gas, moet hij in deze volgorde worden
aangepast:
- vervanging van de inspuiters (raadpleeg de tabel op pag. 9);
- afstelling van de primaire lucht;
- afstelling van de "minima";
HET VERVANGEN VAN DE INSPUITERS VAN DE
BRANDERS VAN DE KOOKPLAAT (Afb. 4)
- schuif de roosters, vlamverdelers en branders naar boven om
ze te verwijderen;
bij branders met een buisje voor de regeling van de lucht (afb.
4a):
- vervang de inspuiters (B) met gebruikmaking van een
pijpsleutel van 7 mm;
bij branders ZONDER buisje voor de regeling van de lucht
(afb. 4b):
- schroef de spatrand achter los;
- schuif de roosters, vlamverdelers en branders naar boven
om ze te verwijderen;
- draai de 4 (bovenste) bevestigingsschroeven van de
kookplaat los en til hem op;
- verwijder de mengbuizen en vervang de inspuiters met
gebruikmaking van een pijpsleutel van 7 mm.
BELANGRIJKE AANBEVELINGEN:
- draai de inspuiters nooit al te vast aan;
- controleer, na de vervanging, alle inspuiters op lekkages.
REGELING VAN DE LUCHT VAN DE BRANDERS
- schuif de roosters, vlamverdelers en branders naar boven om
ze te verwijderen;
bij branders met een buisje voor de regeling van de lucht (afb.
4a):
- draai beves ZONDER buisje voor de regeling van de lucht
(afb. 4 b):
- schroef de spatrand achter los;
- draai de 4 bovenste bevestigingsschroeven van de kookplaat
los en til hem op;
- draai bevestigingsschroef C van de buis voor de regeling van
de lucht A, los;
- verplaats regelbuis A tot de afstand H overeenstemt met de
waarde aangegeven in de volgende tabel;
- draai schroef C weer vast om de buis voor de regeling van de
lucht A te blokkeren;
- plaats de brander weer terug.
De volgende tabel gebruiken voor de afstelling van de in mm.
uitgedrukte afstand H van fig. 4A voor de kookplaat.
De volgende tabel gebruiken voor de afstelling van de in mm.
uitgedrukte afstand H van fig. 4B voor de kookplaat.
InstallatieNL
Brandertype G20 20mbar G30 28-30mbar
G25 25mbar G31 37mbar
Hulpbrander 50 50
Halfsnelle br. 50 50
Snelbrander 48 45
Kroonbrander 47 45
12
Om het functioneren van de brander te controleren:
- De brander ontsteken en de vlam in de hoogste stand zetten;
- De tong van de vlam moet helder en zonder gele punten zijn,
maar desalniettemin goed aan de brander gehecht. Als er teveel
lucht wordt toegevoerd, zal de vlam zich losmaken, hetgeen
gevaarlijk kan zijn. Als daarentegen de luchttoevoer gering is
zal de vlam gele punten vertonen en kan er roetvorming
optreden.
AFSTELLING VAN HET "MINIMUM" VAN DE BRANDERS
VAN DE KOOKPLAAT
Als het fornuis op vloeibaar gas moet werken (B/P), moet de
by-pass van de kraantjes volledig worden dichtgedraaid.
Het fornuis kan met kraantjes van het type "A", die de by-pass
binnenin hebben (toegang wordt verkregen met behulp van een
kleine schroevedraaier in staafje) of type "B" die de by-pass
buiten hebben, aan de rechterkant (toegang is rechtstreeks).
Zie fig. 5.
In beide gevallen wordt als volgend te werk gegaan:
- De brander ontsteken met de vlam in de maximale stand;
- de knop verwijderen door te trekken, zonder het frontpaneel
als hefboom te gebruiken, daar die beschadigd zou kunnen
raken;
- met een kleine schroevedraaier de by-pass ongeveer 3 slagen
losdraaien (de schroevedraaier linksom draaien);
het staafje van de kraan nogmaals tot het eind linksom draaien:
de vlam zal nu zo hoog mogelijk zijn;
- de by-pass uiterst langzaam, zonder druk uit te oefenen op de
as van de schroevedraaier weer dichtdraaien, tot de vlam op
het oog tot 3/4 is verminderd. De vlam moet echter, ook bij
lichte tocht, voldoende stabiel zijn.
AANSLUITING OP HET ELEKTRICI-TEITSTNET
Alvorens tot de aansluiting over te gaan, controleren of:
- de netspanning overeen stemt met die aangegeven op het
plaatje met het serienummer;
- de aardaansluiting efficiënt is.
Als het stopcontact niet eenvoudig toegankelijk is dient de
installateur een onderbrekingsschakelaar met contact-openingen
van minimaal 3 mm. te installeren.
Als het apparaat met een kabel zonder stekker is uitgevoerd,
moet de te gebruiken stekker genormaliseerd zijn en dient er
rekening mee te worden gehouden dat:
- de geel-groene draad voor de aardaansluiting moet worden
gebruikt;
- de blauwe draad een neutrale leider is;
- de bruine draad voor de fase is;
- de kabel niet met wanden warmer dan 75°C in aanraking mag
komen;
- bij vervanging, de kabel van het H05RR-F of H05V2V2-F type
dient te zijn, met een geschikte doorsnede (zie schema’s fig.
2)
- als het apparaat zonder kabel mocht zijn geleverd, dient een
kabel van het H05RR-F of H05V2V2-F type met een geschikte
doorsnede te worden gebruikt (zie schema’s fig. 2).
BELANGRIJK: de fabrikant onthoudt zich van enige
verantwoordelijkheid voor schade veroorzaakt door het niet
naleven van de voorschriften en geldende normen. Het wordt
aanbevolen de correcte aansluiting van de aardverbinding van
het apparaat te controleren (zie schema’s fig. 2).
FORNUIZEN UITGERUST MET ELEKTRISCHE ONTSTEKING
De juiste afstanden tussen de elektrode en de brander zijn
vermeld in de figuren 4B-C-D.
Als er geen vonking plaatsvindt is het beter niet te vaak te
proberen: de generator zou beschadigd kunnen raken. Mogelijke
oorzaken van het afwijkend- of niet goed functioneren kunnen
zijn:
- natte, aangekoekte of kapotte ontstekingsstift;
- verkeerde afstand tussen brander en elektrode;
- draad naar de ontstekingsstift kapot of zonder isolatie;
- vonk ontlaadt naar de massa (in andere gedeelten van het
fornuis);
- de generator of de microschakelaar kapot;
- luchtophoping in de leidingen (vooral na lange periodes van
stilstand);
- verkeerd gas-luchtmengsel (slechte carburatie).
DE BEVEILIGINGSINRICHTING
De juiste afstand tussen het uiteinde van het gevoelige element
van het warmtekoppel en de brander is aangegeven in de figuren
4B-C-D.
Om de efficiëntie van de klep te controleren als volgt te werk
gaan:
- de brander aansteken en gedurende 3 min. laten branden;
- de brander doven door de knop in de sluitingsstand te plaatsen
(
);
- na 90 seconden de wijzer van de knop op de stand "open"
plaatsen.
- de knop in deze stand laten en een brandende lucifer bij de
brander houden: DEZE MOET NIET GAAN BRANDEN.
Tijd noodzakelijk om tijdens het ontsteken de magneet te
bekrachtigen: ongeveer 10 seconden;
Tijd noodzakelijk voor de automatische ingreep na het doven
van de vlam: niet meer dan 90 seconden.
WAARSCHUWINGEN
- Alvorens tot technische ingrepen op het fornuis over te gaan
dient de stekker uit het stopcontact te worden verwijderd en
de gastoevoer onderbroken.
- De controle op eventuele lekkages dient niet met behulp van
een lucifer te worden uitgevoerd. Als men niet de beschikking
heeft over een speciaal controleapparaat, kan schuim of
zeepsop worden gebruikt.
- Bij het sluiten van de kookplaat erop toezien dat de draden
van de ontstekingsstiften (indien aanwezig) zich niet in de
nabijheid van de inspuiters bevinden, om te voorkomen dat zij
daarop komen te rusten.
InstallatieNL
Brandertype G20 20mbar G30 28-30mbar
G25 25mbar G31 37mbar
Hulpbrander 3 4
Halfsnelle br. 3 4
Snelbrander 4 6
Kroonbrander 56
13
GEBRUIK VAN HET FORNUIS
VENTILATIE VAN DE RUIMTE
Het gebruik van een apparaat voor het koken op gas zal leiden
tot de produktie van warmte en vocht in de ruimte waar het
apparaat zich bevindt. Er moet op worden toegezien dat het
fornuis altijd goed is geventileerd: de natuurlijke
ontluchtingsopeningen geopend laten, of een gedwongen
afzuigkap installeren.
Bij een langer en intensief gebruik kan een extra ventilatie
noodzakelijk blijken, zoals bijvoorbeeld het openen van een
raam, of een meer efficiënte ventilatie, door bijvoorbeeld het
vermogen van de afzuigkap te vergroten.
ONTSTEKING VAN DE BRANDERS OP DE KOOKPLATEN
- Op de knop drukken en naar links draaien tot aan het symbool
op het bedienings-paneel (hoogste stand van de vlam);
- tegelijkertijd een brandende lucifer bij de kop van de brander
houden en de knop gedurende ongeveer 10 sec. ingedrukt
houden;
- als een lagere vlam gewenst is de knop nogmaals linksom
draaien en de wijzer op het symbool
(laagste stand van de
vlam).
VOOR BRANDERS VAN DE PLAAT DIE MET EEN
BEVEILIGINGSINRICHTING ZIJN UITGERUST
- Drukken en linksom draaien tot het symbool
op het
bedieningspaneel (hoogste stand van de vlam);
- een brandende lucifer bij de brander houden en de knop
gedurende 10 sec. ongeveer ingedrukt houden;
- vervolgens de knop loslaten en controleren of de brander blijft
branden. Als dit niet het geval mocht zijn, de bovenstaande
handeling herhalen.
DE BEVEILIGINGSINRICHTING
De branders die met deze inrichting zijn uitgerust hebben het
voordeel dat ze beschermd zijn bij het ongewenst doven van de
vlam. Als dit mocht gebeuren zal de gastoevoer naar de bewuste
brander namelijk automatisch worden onderbroken, en op die
wijze zullen de gevaren, verbonden aan het vrijkomen van
onverbrand gas worden voorkomen: vanaf het moment dat de
vlam dooft tot het onderbreken van de gastoevoer mogen niet
meer dan 90 seconden voor die van de kookplaat.
BIJ FORNUIZEN UITGERUST MET ELEKTRISCHE
ONTSTEKING
Hetgeen hierboven is gezegd blijft gehandhaafd, maar de lucifer
is vervangen door een vonk die wordt verkregen door (ook
meerdere malen) op de knop te drukken die zich op het
bedieningspaneel bevindt, of door op de knop van de brander
te drukken die moet worden aangestoken.
Als hetzelfde euvel zich opnieuw voordoet, moet tot het ontsteken
met de hand worden overgegaan en de servicedienst worden
gebeld.
LET OP
- Het is normaal dat het ontsteken moeizaam gaat als het fornuis
langere tijd niet is gebruikt. Enkele minuten zullen genoeg zijn
om de lucht die zich in de leiding heeft opgehoopt te
verwijderen;
- het is in ieder geval noodzakelijk een overdreven uitstroming
van onverbrand gas uit de branders te voorkomen. Als de
ontsteking niet binnen een redelijke tijd zou mogen lukken,
dient, na de knop op de sluitstand te hebben geplaatst ( )
dezelfde handeling te worden herhaald;
HET GEBRUIK VAN DE BRANDERS VAN DE KOOKPLAAT
Altijd potten en pannen met een voor de bewuste brander
geschikte diameter gebruiken. De vlammen dienen namelijk niet
onder de bodem van de pan uit te komen. Wij raden aan:
- voor een hulpbrander = pot of pan van minstens 8 cm. en met
gebruikmaking van het bijgesloten reduktierooster.
- voor de halfsnelle brander = pot of pan van tenminste 14 cm.
- voor snelbrander of kroon = pot of pan van tenminste 22 cm.
NOTA: de knop nooit in een stand halverwege het symbool voor
de maximale vlam
en de gesloten stand ( ) plaatsen.
HET GEBRUIK VAN DE ELEKTRISCHE GRILL
- De knoppenbescherming bevestigen (zie fig. 6);
- de weerstand aandoen;
- de levensmiddelen op het rooster plaatsen;
- alles zo hoog mogelijk in de oven plaatsen;
- de druippan hier onmiddellijk onder plaatsen;
- de deur voorzichtig sluiten en tegen de knoppenbescherming
laten rusten;
- na enkele minuten het voedsel omdraaien om de andere kant
aan de infrarode stralen bloot te stellen.
De grill moet uitsluitend op zijn nominale caloriecapaciteit te
worden gebruikt.
LET OP: de bereikbare onderdelen kunnen heet zijn tijdens
het gebruik van de grill! Kinderen uit de buurt houden.
De weerstand van de grill, die bovenin de oven is geplaatst,
wordt in werking gesteld door de knop van de thermostaat of
van de functiekeuzes rechtsom te draaien tot het grillsymbool
op het bedieningspaneel.
Het oplichten van het rode controlelampje zal op de
inwerkingstelling van de weerstand wijzen.
Ter oriëntatie kan de volgende tabel worden gebruikt, waarbij
dient te worden opgemerkt dat er variaties mogelijk zijn
afhankelijk van de kwaliteit en de hoeveelheid van de te koken
gerechten en ieders persoonlijke voorkeur.
ELEKTRISCHE MULTIFUNCTIEOVEN
Dankzij de verschillende, door een enkele knop bediende en
door een thermostaat gecontroleerde warmte-elementen, biedt
deze oven verscheidene kookmogelijk-heden, gebaseerd op drie
fundamentele warmtebron principes:
a) Gedwongen warmtespreiding (geventileerde oven)
b) Spontane warmtespreiding (convectie- of statische oven)
c) Infrarode stralen (grill).
Vanuit stand 0 (uit) krijgen we bij het rechtsom draaien van de
keuzeknop achtereenvolgens de volgende standen:
- symbool
: ontsteking ovenverlichting en rode controlelampje,
werking van de ventilator.
- symbool
: conventionele kookwijze "statische" oven, de
oventemperatuur wordt geregeld met behulp van de
thermostaatknop.
- symbool
: koken met geventileerde oven, op één of twee
niveaus, de oventemperatuur wordt geregeld met behulp van
de thermostaatknop.
- symbool : koken met geventileerde oven, op één of twee
niveaus, de oventemperatuur wordt geregeld met behulp van
de thermostaatknop.
- symbool
: ontsteking van de grill (bovenin de oven), de
thermostaatknop moet in de stand van de
maximumtemperatuur staan.
Voor de gebruikerNL
Te grilleren Niveau Tijdsduur in minuten
levensmiddelen
1e zijde 2e zijde
Dikke vleessoorten 2 7 - 8 5 - 6
Hamburger 2 8 - 10 7 - 9
Worstjes 2 8 - 10 8 - 10
Flinke vis 2 7 - 9 6 - 8
Geroosterd brood 2 5 - 7 -
14
- symbool : ontsteking van de grill (bovenin de oven), de
thermostaatknop moet in de stand van de
maximumtemperatuur staan. Het draaispit is ingeschakeld.
- symbool
: koken met geventileerde oven en ontsteking van
de grill (bovenin de oven), de oventemperatuur wordt geregeld
met behulp van de thermostaatknop. Het draaispit is
ingeschakeld.
In alle standen, met uitzondering van de 0 stand, zal het rode
controlelampje en de ovenverlichting branden.
NOTA - Het gele controlelampje zal gaan branden afhankelijk
van de werking van de thermostaat.
Alvorens de te koken levensmiddelen in de oven te plaatsen,
moet de oven gedurende ten minste 10 minuten worden
voorverwarmd.
- Het rooster van de oven dient om de normale ovenschotels,
voor gebak of gebraden gerechten op te zetten, of om
rechtstreeks vlees op te grilleren.
- De druippan dient uitsluitend voor het opvangen van sappen
afkomstig van de gerechten, en mag nooit als kookpan te
worden gebruikt.
- Als met de geventileerde oven wordt gekookt is het mogelijk
Voor de gebruikerNL
Stand
thermostaatknop
Temperatuur in °C
70 77 75
100 97 95
120 124 121
150 153 150
180 182 175
210 207 204
230 232 227
250 253 244
tegelijkertijd twee roosters te gebruiken. Er moet evenwel
rekening worden gehouden met de mogelijkheid dat de
kooktijden kunnen variëren als de gerechten onderling, voor
wat betreft de aard en hoeveelheid, verschillen.
Gebaktabel
Soort gebak Niveau Temperatuur °C Duur kooktijd in minuten
Statische werking Geventileerde werk.
Statische werking Geventileerde werking
Panettone
Cake 2 2 160 - 180 150 - 170 50 - 65
Vruchtentaart 2 2 160 - 180 150 - 170 45 - 55
Biscuit 2 2 170 - 190 150 - 170 15 - 20
Taartbodem 2 2 170 - 190 160 - 170 20 - 25
Appeltaart 2 2 170 - 190 150 - 170 50 - 65
Ricotta-taart 2 2 180 - 200 150 - 170 65 - 75
Biscuit taart 2 2 170 - 190 160 - 180 30 - 40
Gerezen taarten 2 2 170 - 190 160 - 180 35 - 45
Gerezen biscuits 2 2 170 - 190 150 - 170 25 - 35
Pizza 2 2 200 - 210 180 - 200 25 - 40
Beignets 2 2 190 - 210 * 180 - 200 35 - 45
Bitterkoekjes 2 2 120 - 140 * 100 - 120 * 40 - 60
Vleestabel
Soort vlees Niveau Temperatuur °C Duur kooktijd in minuten
Statische werking Geventileerde werk.
Statische werking Geventileerde werking
Varkensgebraad
(1 kg) 2 2 190 - 210 165 - 180 90 - 120
Varkensfilet
( 1 kg) 2 2 180 - 200 165 - 180 70 - 80
Grote gehaktbal
(1 kg)
2 2 190 - 210 170 - 190 55 - 70
Rundergebraad
(1 kg) 2 2 190 - 210 170 - 190 100 - 120
Rosbief ( 1 kg) 2 2 200 - 220 * 180 - 190 * 35 - 45
Kalfsgebraad
( 1 kg)
2 2 190 - 210 165 - 180 100 - 120
Gans (3,5 - 5 kg) 2 2 180 - 200 165 - 180 150 - 180
Kip ( 1 kg) 2 2 180 - 200 165 - 180 55 - 70
Kalkoen (3,5 - 5 kg) 2 2 180 - 200 165 - 180 180 - 220
Vis ( 1,5 kg) 2 2 190 - 210 165 - 180 45 - 70
Ter oriëntatie kan de volgende tabel worden gebruikt, waarbij dient te worden opgemerkt dat er variaties mogelijk zijn afhankelijk
van de kwaliteit en de hoeveelheid van de te koken gerechten en ieders persoonlijke voorkeur.
De aanwijzingen hebben betrekking op een koude oven. Voorverwarmen zal slechts in enkele gevallen - in de tabel aangegeven met een
*- noodzakelijk zijn. In dat geval zal de kooktijd 5/10 minuten korter zijn.
15
HET GEBRUIK VAN HET DRAAISPIT
- Plaats de knoppenbescherming zoals getoond in afbeelding 6;
- rijg het te braden vlees op de spies en zet het in het midden
vast met behulp van de twee grote vorkklemmen;
- steek de punt van de spies in de aangedreven naaf op het
frame (zie afb. 7);
- verwijder de handgreep van de spies
- plaats het draagframe van de spies op de middelste richel
van de oven en plaats de aandrijfas in de naaf van het
elektromotortje (zie afb. 8);
- plaats de druippan op de onderste richel van de oven en
vergeet niet er een beetje water in te doen;
- schakel het grillelement in;
- sluit de deur zachtjes tot hij tegen de knoppenbescherming leunt;
- bevochtig zo nu en dan het vlees. Verwijder, als het koken is
voltooid, het frame van de naaf van het motortje en draai de
handgreep weer vast op de spies.
MONTAGE VAN DE MULTISPIES
- Verwijder de standaard vorkklemmen;
- plaats de flenzen en zet ze vast zoals getoond in afbeelding 9;
- rijg het voedsel op de pennen;
- steek de pennen in de flenzen zoals getoond in afbeelding 9;
- LET OP: de twee identieke flenzen “A” moeten op de
uiteinden worden gemonteerd.
OVENS MET THERMOSTAAT
Als tijdens het koken een afwijkend gedrag van de temperatuur
wordt waargenomen, dient een technicus te worden
gewaarschuwd om de thermostaat te laten controleren.
GEBRUIK VAN DE KEUKENWEKKER (fig. 10)
De noodzakelijk geachte tijd voor het koken instellen door de
knop van de keukenwekker rechtsom te draaien. Aan het eind
van de ingestelde tijd zal een alarm afgaan.
PROGRAMMERING VAN HET EIND VAN DE KOOKTIJD MET
EEN DIGITALE KLOK (fig. 11)
De programmering maakt het mogelijk de kooktijd van de oven
in te stellen. Als het te koken gerecht voorts niet continu in de
gaten hoeft te worden gehouden, kan dit ook in afwezigheid
van de gebruiker gebeuren.
Werking:
- De digitale klok gelijk zetten (als dit niet al het geval zou zijn,
bijv. vanwege een stroomstoring) door op het knopje A te
drukken en rechtsom draaien.
- Het gerecht in de oven zetten.
- De lengte van de kooktijd op display D programmeren door de
ring rechtsom te draaien (max. tijd = 210 min.)
- De thermostaatknop op de gewenste temperatuur en de
keuzeschakelaar op de verkozen kookmethode instellen.
- Aan het eind van de kooktijd zal een alarmsignaal hoorbaar
zijn en zal het koken automatisch worden onderbroken; het
geluidssignaal doen stoppen door met behulp van de ring B
het symbool
naar het midden van de display D te brengen.
- De thermostaat en de keuzeschakelaar op de nulstand zetten.
BELANGRIJK
Om te koken zonder programmering dient het symbool op
het scherm D te worden afgebeeld, anders zal de oven niet
handbediend kunnen functioneren.
PROGRAMMEREN VAN HET EINDE VAN DE KOOKTIJD MET
EEN ENKELE KNOP (ZONDER KLOK) (fig. 12)
Maakt het mogelijk de duur van de kooktijd in te stellen.
Werking:
- De knop op de gewenste kooktijd instellen (max. 120 min. bij
een elektrische oven; max. 100 min. bij een gasoven).
- De temperatuur met behulp van de thermostaatknop instellen
en de keuzeschakelaar op de gekozen kookmethode instellen.
Voor de gebruikerNL
- Als de keuzeknop van de programmering op het symbool 0
staat is de kooktijd beëindigd. De kooktijd wordt automatisch
onderbroken.
- De thermostaatknop op het symbool terugzetten.
- De keuzeknop op het symbool 0 terugzetten.
N.B.: Als de programmering niet wordt gebruikt, zal de oven
uitsluitend functioneren indien de keuzeknop van de
programmering in de handbediende stand staat.
GEBRUIK VAN DE ELEKTRONISCHE PROGRAMMERING
(fig. 13)
Maakt het mogelijk de begintijd en de duur van de kooktijd in de
oven te programmeren. Als het te koken gerecht voorts niet
continu hoeft te worden gecontroleerd, kan dit ook in afwezigheid
van de gebruiker gebeuren. Tijdens de installatie of na een
stroomonderbreking, zal de display knipperen; dit betekent dat
de juiste tijd moet worden ingesteld, omdat anders de
programmering niet juist zal zijn.
INSTELLING VAN DE TIJD
- Door tegelijkertijd op de 2 toetsen (DUUR KOOKTIJD, EINDE
KOOKTIJD
) en op de toets "+" of "-" te drukken kan de tijd worden
ingesteld. Met deze operatie zullen eventuele voorheen
ingestelde programma’s worden verwijderd en zal het symbool
AUTO knipperen.
NOTA: als het symbool AUTO knippert is het niet mogelijk de
oven handbediend te gebruiken.
TOETSEN "+" EN "-"
- Door op de toetsen "+" of "-" te drukken zal de tijd vooruit of
achteruit gaan, met een snelheid, overeenkomstig de duur van
de druk die op de toets wordt uitgeoefend.
HANDBEDIEND FUNCTIONEREN
- De toets HANDBEDIEND indrukken: het AUTO symbool zal uitgaan
(als hij knipperde of continu brandde), het symbool PAN zal
gaan branden, en het is dus mogelijk de oven in werking te
stellen door de thermostaatknop en de keuzeknop te draaien
volgens de instructies van de handleiding.
AUTOMATISCH FUNCTIONERING MET INSTELLING
KOOKTIJD EN EINDE KOOKTIJD
- Bijvoorbeeld: het is 9.25; we willen dat de oven om 11.00
aangaat en dat het koken om 12.00 stopt (kooktijd 1 uur).
- Op de toets DUUR KOOKTIJD drukken en binnen 5 seconden op
de toets "+" drukken, tot 01.00 wordt afgebeeld, eventueel de
afgebeelde tijd met de toets "-" aanpassen. De symbolen AUTO
en PAN zullen permanent branden.
- Op de toets EINDE KOOKTIJD drukken en binnen 5 seconden op
de toets "+" drukken tot de display "12.00" aangeeft. Het
symbool PAN zal uitgaan, terwijl AUTO zal blijven branden.
- De thermostaatknop van de oven op de gewenste temperatuur
instellen, en de keuzeknop voor de kookmethode op de
gewenste kookwijze; het rode controlelampje zal oplichten, de
ovenverlichting zal gaan branden en de programmering is voor
het gebruik ingesteld: om 11.00 zal de oven automatisch
aangaan en zal het PAN symbool gaan branden.
- Op het eind van de kooktijd (12.00 uur) zal het AUTO symbool
gaan knipperen en zal PAN doven terwijl een geluidssignaal
het einde van de kooktijd kenbaar maakt: om dit signaal te
doen stoppen kan een willekeurige toets worden ingedrukt.
- Vervolgens de thermostaatknop van de oven en de keuzeknop
op "uit" stand.
SEMIAUTOMATISCH FUNCTIONEREN MET INSTELLING
DUUR KOOKTIJD
- Bijvoorbeeld: het is 11.35; we willen dat de oven vanaf dit
ogenblik gedurende 25 minuten functioneert.
- Op de toets DUUR KOOKTIJD drukken en binnen 5 seconden op
de toets "+" drukken, tot 00.25 wordt afgebeeld, eventueel de
afgebeelde tijd met de toets "-" aanpassen. De symbolen AUTO
en PAN zullen permanent branden.
- De thermostaatknop van de oven op de gewenste temperatuur
instellen, en de keuzeknop voor de kookmethode op de
16
gewenste kookwijze; het rode controlelampje zal oplichten, de
ovenverlichting zal gaan branden en de oven zal in werking
treden.
- Na verloop van 25 minuten zullen de oven en het PAN symbool
uitgaan, het AUTO symbool zal gaan knipperen en het
geluidssignaal zal het eind van de kooktijd kenbaar maken:
om dit signaal te stoppen kan een willekeurige knop worden
ingedrukt.
- Vervolgens de thermostaatknop van de oven en de keuzeknop
op de "uit" stand zetten.
KEUKENWEKKER
- Op de toets KEUKENWEKKER drukken en de gewenste tijd
instellen met behulp van de toets "+" of "-".
- Tijdens de werking van de keukenwekker zal het KLOK symbool
branden.
- Bij het aflopen van de kooktijd zal het geluidssignaal gaan
werken en zal het KLOK symbool uitgaan.
GELUIDSSIGNAAL
- Het geluidssignaal zal aan het eind van de programmering in
werking treden en duurt 7 minuten.
- Om dit signaal te onderbreken kan een willekeurige toets
worden ingedrukt.
- Het is mogelijk de frequentie van het geluidssignaal te
veranderen door, zonder eerst een functie te selecteren, op
de toets "-" te drukken. Er kunnen tot maximaal 3 verschillende
signalen worden gekozen. Zolang de toets "-" ingedrukt blijft
zal het geselecteerde signaal blijven klinken.
AANVANG PROGRAMMA EN CONTROLE
- Het programma zal ongeveer 4 seconden na beëindiging van
de instelling beginnen.
- Het is mogelijk een programma op elk gewenst moment te
controleren door op de overeenkomstige toets te drukken.
FOUTEN TIJDENS DE PROGRAMMERING
- Bijvoorbeeld: om 12.15 wordt een DUUR KOOKTIJD van 30
minuten ingesteld terwijl de tijd voor het EINDE KOOKTIJD op
12.30 wordt geprogrammeerd.
- De fout in de programmering kan worden hersteld door de
duur of de tijd van beëindiging te veranderen, of door op de
toets HANDBEDIEND te drukken en vervolgens de
programmering op de juiste wijze te herhalen.
ANNULERING VAN EEN PROGRAMMA
- Een programma kan worden verwijderd door op de toets DUUR
KOOKTIJD
en vervolgens op de toets "-" te drukken tot op de
display de tijd 0.00 wordt afgebeeld.
BELANGRIJK:
OP HET EIND VAN ELKE GEPRO-GRAMMEERD
KOOKPROGRAMMA WORDT AANBEVOLEN OP DE TOETS
TE DRUKKEN, ANDERS ZAL DE OVEN NIET
HANDBEDIEND FUNCTIONEREN.
ALGEMENE AANBEVELINGEN EN OPMERKINGEN
- De elektrische aansluiting moet altijd worden verbroken
alvorens werkzaamheden binnen de oven uit te voeren of op
plaatsen waar de mogelijkheid bestaat met gedeelten onder
spanning in aanraking te komen.
- De bordenopwarmruimte niet gebruiken om brandbare
vloeistoffen of niet-hitte bestendige voorwerpen zoals hout,
papier, spuitbussen, lucifers, enz. in op te bergen.
- Regelmatig de rubberen toevoerslang controleren en erop
toezien dat zij niet te dicht langs hete wanden loopt, geen
knikken heeft of ingeklemd is, en verder in goede staat verkeert.
Op uiterlijk de aangegeven datum moet de slang worden
vervangen en moeten de twee uiteinden met behulp van
genormaliseerde slangeklemmen worden bevestigd.
- Mochten de kraantjes na verloop van tijd stroever gaan draaien,
dan dient men zich tot de Servicedienst te wenden.
- De geëmailleerde of verchroomde delen moeten met lauw
zeepsop of met niet schurende schoonmaakmiddelen worden
schoongemaakt. De bovenste branders en de vlamverdelers
kunnen daarentegen ook met een metalen borsteltje worden
ontkoekt. Goed afdrogen.
- Geen schuurmiddelen gebruiken voor het schoonmaken van
geëmailleerde of verchroomde delen.
- De kookplaat moet tijdens het schoonmaken niet overstromen.
Erop toezien dat er geen water of ander materiaal in de
openingen van de branderhouders komt, daar dit gevaar op
zou kunnen opleveren.
- De ontstekingsstiften voor de elektrische ontsteking moeten
na elk gebruik schoon worden gemaakt en afgedroogd; vooral
als er is gemorst of overgekookt.
- Niet tegen de geëmailleerde delen en ontstekingsstiften (indien
aanwezig) stoten.
- Als het fornuis niet wordt gebruikt, wordt het aanbevolen de
hoofdkraan (of de kraan aan de muur) van het gas te sluiten.
- U MAG HET HANDVAT VAN DE OVENDEUR NOOIT
GEBRUIKEN OM HET FORNUIS MEE OP TE TILLEN
- Een eventuele overmatige verhitting van de buitenwanden van
de oven zal de beveiligingsinrichting in werking doen treden.
Deze de elektrische voeding zal onderbreken. Het herstel van
de voeding gebeurt automatisch zodra de buitentemperatuur
van de oven weer binnen de vastgestelde limieten zal zijn
teruggekeerd. Er wordt echter op gewezen dat een eventuele
regelmatige interventie van de beveiliging door een abnormale
gebruikssituatie (bijv. een defect aan de thermostaat die de
temperatuur binnen de oven regelt) veroorzaakt wordt. In zo’n
geval dient de hulp van de technicus te worden ingeroepen.
- Als de oven en grill voor de eerste keer worden aangestoken is het
mogelijk dat een typische brandlucht wordt waargenomen en kan
er rook uit de ovenmond zelf komen. Dit is het gevolg van de
oppervlakte-behandeling. Het wordt aanbevolen de oven eerst leeg
te laten functioneren, alvorens er gerechten in te bereiden.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade
aan personen of zaken als gevolg van een slechte installatie of
een niet juist gebruik van het fornuis.
Bij afwijkingen, en vooral als er gaslekken of
stroomdispersies worden geconstateerd, dient onmiddellijk
een technicus te worden geraadpleegd.
Voor de gebruikerNL
31
SR A
RR
C
SCHEMA DES BRANCHEMENTS
AANSLUITSCHEMA
ANSCHLUSSPLAN
CONNECTION DIAGRAM
230 V BIPHASE / TWEEFASIG / ZWEIPHASIG / TWO-PHASE
Section câble
Doorsneede kabel
Leiterquerschnitt
Wire gauge:
> 3,5 kW 3x2,5 mm
2
2,2 - 3,5 kW 3x1,5 mm
2
0 - 2,2 kW 3x1 mm
2
1 2
LN
5
3
A
B
C D
A
C
4
B
4
A
mm 4
mm 3
H
B
A
C
A
B
6
1
2
Auxiliaire
Hulpbrander
Hilfsbrenner
Auxiliary
Triple flamme
Kroonbrander
Kranzbrenner
Ultra-rapid
4
C
4
D
mm 4
mm 3
Figures / Afbeeldingen / Figuren / Figures
A = Auxiliaire/Hulpbrander/Hilfsbrenner/Auxiliary
SR = Semi-rapide/Halfsnelle br./Normalbrenner/Semi-rapid
R = Rapide/Snelbrander/Schnellbrenner/Rapid
C = Triple flamme/Kroonbrander/Kranzbrenner/Ultra-rapid
B = BOUGIE
ONSTEKINGSSTIFT
ZÜNDKERZE
SPARK PLUG
A = THERMOCOUPLE
WARMTEKOPPEL
THERMOELEMENT
THERMOCOUPLE
32
15
45
60
30
A
D
12
FONTIONNEMENT MANUEL
HANDBEDIEND
MANUELLER BETRIEB
MANUAL USE
MINUTEUR
MINUTENTELLER
KURZZEITWECKER
MINUTE MINDER
FIN CUISSON
EINDE KOOKTIJD
ENDE GARZEIT
END OF COOKING
DUREE CUISSON
DUUR KOOKTIJD
GARZEIT
COOKING DURATION
Symbole CLOCHE
Symbool KLOK
Symbol GLOCKE
BELL symbol
Fonction automatique
Automatisch
Automatikbetrieb
Automatic
Symbole CASSEROLE
Symbool PAN
Symbol TOPF
SAUCEPAN symbol
7
8
A
A
A
A
9
10
11
13
Figures / Afbeeldingen / Figuren / Figures
33
GARANTIEBEPALINGEN EN SERVICE VOOR DE
BENELUX (B-NL en L)
Bij aanspraak op kosteloos herstel dient het origineel van de betreffende aankoopnota of
kwitantie te worden getoond of meegezonden
Algemene Garantiebepalingen
1. De fabrikant verleent één jaar garantie op het op de bijbehorende koopnota vermelde apparaat,
gerekend vanaf de koopdatum. Indien zich binnen deze periode een storing voordoet, welke het
gevolg is van een materiaal- en/of constructiefout, heeft de koper het recht op kosteloos herstel.
1a.Voor stofzuigers, bedoeld voor huishoudelijk gebruik, geldt een algemene garantieperiode van twee
jaar. Accessoires zijn aan directe slijtage onderhevig; deze verbruiksartikelen zijn derhalve van
garantie uitgesloten.
2. De fabrikant verleent één jaar garantie op door haar servicedienst uitgevoerde
herstelwerkzaamheden en het daarbij nieuw aangebrachte materiaal, gerekend vanaf de
hersteldatum. Indien zich binnen deze periode een storing voordoet, welke het directe gevolg is van
de uitgevoerde herstelwerkzaamheden of het daarbij nieuw aangebrachte materiaal, heeft de koper
het recht op kosteloos herstel. Door de uitvoering van herstelwerkzaamheden wordt de algemene
garantieperiode, welke het gehele apparaat omvat, niet verlengd.
3. Servicebezoeken aan huis worden alleen gebracht voor grote, moeilijk transporteerbare apparaten,
per definitie: wasautomaten, droogtrommelautomaten, afwasautomaten, koelkasten,
diepvrieskasten/-kisten, ovens, fornuizen en inbouwapparaten.
3a.De regeling als bedoeld onder punt 3 geldt ook voor caravankoelkasten, mits de plaats waar zich
het apparaat bevindt binnen de landsgrenzen ligt en over normale, voor het autoverkeer
opengestelde wegen bereikbaar is. Voorts dient ten tijde van het bezoek het apparaat en de
eigenaar, of diens gemachtigde plaatsvervanger, op de afgesproken bezoekplaats aanwezig te zijn.
4. Indien, naar het oordeel van de fabrikant, het apparaat zoals bedoeld onder punt 3 naar haar
servicewerkplaats getransporteerd moet worden, dan geschiedt dit transport op de door de fabrikant
vastgestelde wijze en voor rekening en risico van de fabrikant.
5. Alle niet onder punt 3 en 3a genoemde apparaten, alsmede apparaten welke wel de betreffende
functionele eigenschappen hebben maar daarnaast juist bedoeld zijn voor gemakkelijk transport,
dienen franco aan het adres van de servicedienst verzonden of aangeboden te worden. Binnen de
algemene garantieperiode vindt terugzending voor rekening van de fabrikant plaats.
6. Indien een onder garantie en binnen de algemene garantieperiode vallend defect aan een apparaat
niet hersteld kan worden, vindt kosteloze vervanging van het apparaat plaats.
Garantie-uitbreidingen
7. Voor koel/vries-motorcompressoren (exclusief startrelais en motorbeveiliging) geldt een aflopende
garantieperiode, in gelijke percentages van twintig procent per jaar, van vijf jaar na koopdatum van
het op de bijbehorende koopnota vermelde apparaat, met inachtname van volledig kosteloos herstel
binnen de algemene garantieperiode. Na de algemene garantieperiode worden bezoek-.
arbeidsloon- en bijkomende materiaalkosten in rekening gebracht.
34
Garantie uitsluitingen
8. Het kosteloos uitvoeren van herstel- en/of vervangingswerkzaamheden, zoals bedoeld in de
betreffende hieraan voorafgaande punten, is niet van toepassing indien:
- de aankoopnota of kwitantie, waaruit tenminste de aankoopdatum en de identificatie van het
apparaat blijkt, niet getoond kan worden of meegezonden werd:
- het apparaat voor andere, of ook voor andere dan de huishoudelijke doeleinden, waarvoor het
apparaat bestemd is, gebruikt wordt;
- het apparaat niet volgens de aanwijzingen in het installatievoorschrift of de gebruiksaanwijzing
genstalleerd, bediend, behandeld of gebruikt wordt;
- het apparaat op ondeskundige wijze door daartoe niet bevoegde personen hersteld of gewijzigd
werd.
8a.Indien het apparaat zodanig ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst is dat de
benodigde tijd voor het uit- en inbouwen samen meer dan dertig minuten bedraagt, dan worden de
hierdoor ontstane extra kosten aan de eigenaar in rekening gebracht.
8b.Schade welke ontstaat door het, met toestemming van de eigenaar, op abnormale wijze uit-of
inbouwen van een apparaat, kan niet op de fabrikant of haar servicedienst verhaald worden.
8c.Beschadigingen, zoals krassen en deuken of zoals breuk van uit- of afneembare delen, welke niet
ten tijde van de aflevering ter kennis van de fabrikant gebracht worden, vallen niet onder garantie.
Belangrijk advies
De constructie van dit apparaat is zodanig, dat de veiligheid daarvan gewaarborgd is.
Ondeskundige reparaties kunnen echter de veiligheid in gevaar brengen. Terwille van een blijvende
veiligheid, en ook om mogelijke schade te voorkomen, is het raadzaam dat reparaties uitsluitend
verricht worden door personen die daarvoor de vereiste vakbekwaamheid bezitten. Wij adviseren u
herstel- en/of controlewerkzaamheden door uw vakhandelaar of door ELGROEP SERVICE te laten
uitvoeren en uitsluitend originele DISTRIPARTS onderdelen te laten plaatsen.
Nederland België Luxembourg/
Luxemburg
Vennootsweg 1 Bergensesteenweg 719 ELECTROLUX Luxembourg s.à.r.l.
2404 CG Alphen aan den Rijn 1502 Lembeek 7, rue de Bitbourg
Postbus 120 L-1273 Luxembourg-Hamm
2400 AC Alphen aan den Rijn
Storingsmeldingen op Tuisherstellingen: Service aprés-vente
werkdagen tijdens
kantooruren:
Tel.: 0172-46 83 00 Tel.: 02 - 3630444 Tel.: 00352 - 042 431 1
Fax: 0172 - 46 83 66 Fax: 02 - 3630500 Fax: 00352 - 42 431 460
Onderdelenverkoop op
werkdagen tijdens
kantooruren: Wisselstukken:
Tel.: 0172 - 46 84 00 Tel.: 02 - 3630555
Fax: 0172 - 46 83 76 Fax: 02 - 3630500
Telex: 22915 eluxbe
DISTRI
PARTS
ELGROEP
SERVICE
ELGROEP
SERVICE
ELGROEP
SERVICE
ED. 03.08.2000
334841/01B1/40
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13

Zanussi zcg 998 x Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor