Documenttranscriptie
Gebruikersinformatie
Informations
pour l’utilisateur
Inbouwoven
ZKB 7513
ZKB 7514
Four
encastrable
Inhoud
Waarschuwingen en belangrijke adviezen voor de veiligheid ........................................................ 3
Beschrijving van het apparaat ....................................................................................................... 5
Bedieningsknoppen ...................................................................................................................... 6
Voordat u de oven in gebruik neemt .............................................................................................. 8
Gebruik van de oven ................................................................................................................... 9
Bak- en braadtabellen ................................................................................................................ 13
Reiniging en onderhoud ............................................................................................................. 15
Als er iets verkeerd gaat ............................................................................................................. 19
Technische gegevens ................................................................................................................ 20
Instructies voor de installateur ..................................................................................................... 20
Instructies voor de inbouw .......................................................................................................... 22
Service en onderdelen ............................................................................................................... 23
Garantie/serviceafdeling ............................................................................................................. 24
Europese garantie ...................................................................................................................... 26
Handleiding voor de gebruiksaanwijzing
Veiligheidsvoorschriften
)
Stap-voor-stap-handleiding
Aanwijzingen en Tips
Dit apparaat voldoet aan de volgende EG-richtlijnen:
2006/95(Laagspanningsrichtlijn);
2004/108 (EMC Richtlijn);
en daaropvolgende wijzigingen.
2
Nederlands
Waarschuwingen en belangrijke adviezen voor de
veiligheid
Bewaar de bij dit apparaat geleverde gebruiksaanwijzing zorgvuldig. Als het apparaat aan
derden geschonken of verkocht wordt, of als u het apparaat bij verhuizing in de oude woning achterlaat, is het belangrijk dat de nieuwe eigenaar/eigenaresse over deze gebruiksaanwijzing en de adviezen kan beschikken.
Deze aanwijzingen zijn bedoeld voor de veiligheid van de gebruiker en diens huisgenoten.
Lees ze dus aandachtig door, voordat u het apparaat aansluit en/of in gebruik neemt.
Installatie
De installatie moet verricht worden door
vakkundig personeel, met inachtneming
van de geldende voorschriften. De afzonderlijke installatiewerkzaamheden zijn beschreven in de instructies voor de
installateur.
• Laat de installatie en aansluiting uitvoeren door een vakman, overeenkomstig de
hem, dankzij zijn vakkennis bekende richtlijnen.
• Ook eventueel naar aanleiding van voor
de installatie noodzakelijke wijzigingen
aan de elektriciteitsvoorziening moeten
door een vakman aangebracht worden.
•
•
•
•
•
Bediening
Deze oven is ontworpen voor de bereiding
van gerechten; gebruik hem nooit voor
andere doeleinden.
• Pas, bij het openen van de ovendeur, tijdens of na afloop van de bereiding op voor
de hete luchtstroom, die uit de oven naar
buiten komt.
• Tijdens de werking van de oven extra voorzichtig zijn. Door de grote hitte van de
verwarmingselementen zijn de roosters en
andere delen erg heet.
•
•
Indien u - om welke reden dan ook - aluminiumfolie voor voedingsmiddelen in de
oven gebruikt, laat dit dan nooit in direct
contact komen met de bodem van de
oven.
Ga bij het schoonmaken van de oven voorzichtig te werk: sproei nooit vloeistof op
het vetfilter (indien aanwezig), het
verwarmingselement
en
de
thermostaatsensor.
Het is gevaarlijk veranderingen van welke
aard ook aan te brengen aan het apparaat of aan de kenmerken ervan.
Tijdens het bak-, braad- en grillproces
worden de ovendeur en de andere onderdelen van het apparaat erg heet, houd kinderen daarom uit de buurt van het apparaat. Bij de aansluiting van elektrische
apparaten op stopcontacten in de buurt
van de oven, moet u er op letten dat
aansluitkabels niet in aanraking komen
met hete kooktoestellen of vastgeklemd
raken in de hete deur van de oven.
Gebruik altijd ovenwanten om vuurvaste,
hete schotels of schalen uit de oven te
halen.
3
•
•
•
•
•
•
Een regelmatige reiniging voorkomt de achteruitgang van het oppervlaktemateriaal van
de oven.
Schakel voordat u de oven schoonmaakt
de stroom uit of trek de stekker uit het stopcontact.
Verzeker u ervan dat de oven in de stand
«UIT» staat, als de oven niet meer gebruikt
wordt.
Deze oven is vervaardigd als afzonderlijk
apparaat of als combinatieapparaat met een
elektrische kookplaat, voor aansluiting aan
enkelfase 230 V.
Het apparaat mag niet schoongemaakt worden met een stoomreiniger.
Gebruik geen schuurmiddelen of scherpe
metalen schrapers. U kunt daarmee krassen
op het glas van de deur veroorzaken en dat
kan leiden tot het barsten van het glas.
Veiligheid van kinderen
Dit apparaat is bestemd voor gebruik door
volwassenen. Het is gevaarlijk om het door
kinderen te laten gebruiken of hen ermee te
laten spelen.
• Houd kinderen uit de buurt, zolang de oven
in werking is. Ook nadat u de oven heeft uitgeschakeld, blijft de deur nog lange tijd heet.
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door
kinderen of andere personen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis,
tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor
hun veiligheid verantwoordelijke persoon of
tenzij zij van een dergelijke persoon instructies hebben ontvangen over het gebruik van
het apparaat.
•
4
Klantenservice
Laat inspectie- en/of herstelwerkzaamheden
uitvoeren door een ELECTROLUX Service
en laat geen andere dan originele DISTRIPARTS onderdelen plaatsen.
• Tracht in geval van een storing of defect, dit
apparaat nooit zelf te repareren. Reparaties
die door niet-deskundige personen uitgevoerd worden, kunnen tot schade of letsel
leiden.
•
Het symbool
op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar
moet worden afgegeven bij een verzamelpunt
waar elektrische en elektronische apparatuur
wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit
product op de juiste manier wordt verwijderd,
voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen voor
mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalverwerking.
Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen
van dit product, kunt u contact opnemen met de
gemeente, de gemeentereiniging of de winkel
waar u het product hebt gekocht.
Beschrijving van het apparaat
2 3
4 5
1
6
7
8
9
1.
2.
3.
4.
5.
Bedieningspaneel
Controlelampje thermostaat
Thermostaatknop
Functieknop
Bedrijfscontrolelampje
6.
7.
8.
9.
Luchtopeningen voor koelventilator
Grill
Oven lampje
Typeplaatje
Toebehoren
Braadslede
Kantelveilig rooster
5
Bedieningsknoppen
Functieknop
0
De oven staat uit
Boven- en onderwarmte - De warmte
komt van zowel de bovenste als de onderste verwarmingselementen, zodat er
in de gehele ovenruimte een gelijkmatige
temperatuur heerst
Onderwarmte - De oven geeft alleenvan
onder een matige warmte af.
Bovenwarmte - De oven geeft alleenvan
boven een matige warmte af.
Grill - Kan gebruikt worden om kleine hoeveelheden te grillen
Bedrijfscontrolelampje
Het bedrijfscontrolelampje gaat branden als de
functieknop wordt ingesteld.
Thermostaatknop
Draai de thermostaatknop tegen de klok in om
temperaturen tussen 50°C en 230 °C (MAX) te
kiezen.
Controlelampje thermostaat
Het controlelampje van de thermostaat gaat branden als er aan de thermostaatknop wordt gedraaid.
Het lampje blijft branden tot de juiste temperatuur
bereikt is. Daarna gaat het aan en uit om aan te
geven dat de temperatuur wordt gehandhaafd.
6
Veiligheidsthermostaat
Om gevaarlijke oververhitting te voorkomen (door
onjuist gebruik van het apparaat of defecte onderdelen), is de oven voorzien van een veiligheidsthermostaat, die de stroomtoevoer onderbreekt. Zodra de temperatuur gezakt is, wordt de
oven automatisch weer ingeschakeld.
Als de veiligheidsthermostaat vanwege onjuist
gebruik is geactiveerd, hoeft u, nadat de oven is
afgekoeld, alleen de fout te verhelpen; wordt de
thermostaat daarentegen geactiveerd vanwege
een defect onderdeel, dan dient u contact op te
nemen met onze service-afdeling.
Koelventilator
De oven is voorzien van een koelventilator, die
bedoeld is om het voorpaneel, de knoppen en
de handgreep van de ovendeur koel te houden.
De ventilator wordt automatisch ingeschakeld als
de oven geactiveerd wordt. Warme lucht wordt
door de opening vlakbij de handgreep van de
ovendeur naar buiten geblazen. De ventilator
wordt uitgeschakeld, als de functieknop in de UITstand 0 wordt gezet.
7
Voordat u de oven in gebruik neemt
Verwijder al het verpakkingsmateriaal,
zowel van de buitenkant als de binnenkant van de oven, voordat u de oven in
gebruik neemt.
Voordat u de oven in gebruik neemt, moet deze
leeg worden verwarmd.
Gedurende deze tijd kan er een onaangenaam
luchtje ontstaan. Dit is volkomen normaal. Het
wordt veroorzaakt door fabricageresten.
Zorg ervoor dat de ruimte goed geventileerd is.
1. Draai de functieknop op bereiding
)
met Boven- en onderwarmte .
2. Draai de thermostaatknop op MAX.
3. Zet een raam open voor ventilatie.
4. Laat de lege oven ongeveer 45 minuten werken.
Deze procedure dient herhaald te worden met
de grillfunctie gedurende ongeveer 5-10
minuten.
Laat de oven daarna afkoelen. Maak een
doek vochtig met warm water en wat
mild reinigingsmiddel en maak daarmee
de binnenkant van de oven schoon.
Maak, voordat u de oven voor het eerst
gebruikt, ook alle toebehoren grondig
schoon.
8
Om de ovendeur te openen, altijd de
handgreep in het midden vasthouden.
Gebruik van de oven
De oven is voorzien van een exclusief systeem
dat zorgt voor natuurlijke luchtcirculatie en de
constante recirculatie van stoom.
Dit systeem maakt het mogelijk om in een stoom
bevattende atmosfeer voedsel te bereiden en
houdt de gerechten zacht van binnen en
knapperig van buiten. Bovendien worden de
bereidingstijd en het energieverbruik tot een
minimum beperkt. Tijdens de bereiding kan er
stoom ontstaan die kan ontsnappen als u de
ovendeur opent. Dit is volkomen normaal.
Doe echter altijd een stap van de oven
vandaan als u de ovendeur opent, zodat
de stoom of hitte in de oven kan
ontsnappen.
Let op! - Leg geen voorwerpen op de
bodem van de oven en dek tijdens de
bereiding geen enkel deel van de oven
af met aluminiumfolie, dit kan
oververhitting veroorzaken, wat de
bakresultaten beïnvloedt en het email
van de oven kan beschadigen. Zet
pannen, hittebestendige pannen en
aluminium bakplaten altijd op het rooster
dat in de geleiders is geschoven.
Wanneer voedsel verwarmd wordt,
ontstaat er stoom, net als in een ketel.
Als de stoom in aanraking komt met de
glazen deur van de oven, condenseert
hij en ontstaan er waterdruppels.
Om de condensvorming te beperken, de lege
oven altijd 10 minuten voorverwarmen.
Wij adviseren u, de waterdruppels na elke
bereiding af te vegen.
Tijdens de bereiding de ovendeur altijd gesloten houden. Doe een stap
naar achteren bij het openen van de
ovendeur, die kiept. Laat hem niet open
4
3
2
1
vallen - ondersteun de deur met de handgreep totdat hij helemaal open is.
De oven heeft vier inzetniveaus. De inzetniveaus worden vanaf de bodem van
de oven geteld, zoals getoond in de afbeelding.
Het is belangrijk dat deze roosters correct
geplaatst zijn, zoals aangegeven in de afbeelding.
Zet nooit kookgerei direct op de bodem
van de oven.
Onderwarmte
Deze functie is vooral nuttig bij het blind bakken
van taartbodems. Deze functie kan eveneens
gebruikt worden om bij quiches of vlaaien te
zorgen dat het basisdeeg gaar is.
Het controlelampje van de thermostaat
blijft branden tot de juiste temperatuur
is bereikt. Daarna gaat het aan en uit
om aan te geven dat de temperatuur
wordt gehandhaafd.
Alleen bovenste ovenelement
Deze functie is geschikt voor het afmaken van
gekookt voedsel, bijv. lasagna, gehakt met een
korst van aardappelpuree, bloemkool met kaas
enz.
9
Grillen
-
-
-
De meeste gerechten moeten op het rooster
in de grillpan geplaatst worden om maximale
luchtcirculatie mogelijk te maken en om het
voedsel boven het vet en de jus te houden.
Voedsel zoals vis, lever en niertjes kunnen
direct op de grillpan geplaatst worden, indien
gewenst.
Voedsel moet goed afgedroogd worden voor
het grillen om lekken te voorkomen. Strijk
mager vlees en vis licht in met een beetje
olie of gesmolten boter om ze mals te houden tijdens de bereiding.
Overige ingrediënten zoals tomaten en
champignons kunnen onder de grill geplaatst
worden tijdens het grillen van vlees.
Bij het roosteren van brood raden we u aan
het bovenste inzetniveau te gebruiken.
Het voedsel moet tijdens de bereiding, indien nodig, omgedraaid worden.
Grill
De kleine grill zorgt voor snelle, directe hitte in het
middelste gedeelte van de grillpan. Door de kleine
grill te gebruiken voor de bereiding van kleine
hoeveelheden kunt u energie besparen.
1. Draai de functieknop op
.
2. Draai de thermostaatknop op de gewenste
temperatuur.
3. Pas het niveau van het rooster en de grillpan
aan voor de verschillende diktes van het
voedsel en volg de aanwijzingen voor het
grillen op.
Het grillelement wordt door de thermostaat
geregeld. Tijdens de bereiding gaat de grill aan
en uit om oververhitting te voorkomen.
Boven- en onderwarmte
-
10
Het middelste niveau maakt de beste warmteverdeling mogelijk. Om de onderkant van het
gerecht extra te bruinen hoeft u alleen het
rooster maar lager te zetten. Om de bovenkant van het gerecht extra te bruinen, het rooster hoger zetten.
- Het materiaal en de afwerking van de bakplaten en schalen is van invloed op de mate
waarin het voedsel een bruin korstje krijgt.
Emaillen servies, donker, zwaar of antiaanbak servies zorgen voor een betere bruinering, platen van glanzend aluminium of gepolijst staal reflecteren de warmte en hebben een negatieve invloed op het bruinen.
- Plaats de schalen altijd in het midden van
het rooster om een gelijkmatige bruinering
te garanderen.
- Zet schalen op bakplaten van de juiste afmeting om morsen op de bodem van de oven
te voorkomen en het schoonmaken makkelijker te maken.
- Plaats schalen, blikken of bakplaten niet
direct op de bodem van de oven, deze wordt
erg heet en kan beschadigd raken. Als u
deze instelling gebruikt komt de warmte van
zowel het bovenste als het onderste element.
Hiermee kunt u op één enkel niveau gerechten bereiden, dit is met name geschikt voor
gerechten die extra bruinering vergen, zoals
quiches en vlaaien.
Gratins, lasagne en ovenschotels die ook wat extra
bruinering aan de bovenkant vergen kunnen ook
heel goed bereid worden met boven- en onderwarmte.
Aanwijzingen en tips
-
Het wordt aangeraden het middelste niveau
te gebruiken Om het bruineren te verminderen het rooster lager zetten Om het bruineren
te vermeerderen, het rooster hoger zettten
- Het materiaal en de afwerking van de bakplaat en de schalen is van invloed op de mate
waarin het voedsel een bruin korstje krijgt
Emailgoed, donker of zware bakvormen zorgen voor een betere bruining.
- Zet gerechten altijd in het midden van het rooster om gelijkmatige bruining te garanderen.
- Zet schalen op platen van de juiste afmeting
om morsen op de bodem van de oven te voorkomen en schoonmaakwerkzaamheden te
verminderen.
Bakken:
Taart en gebak vereisen gewoonlijk een gematigde temperatuur (150°C-200°C) en daarom is
het nodig om de oven ongeveer 10 minuten voor
te verwarmen.
Doe de ovendeur niet open, voordat 3/4 van de
baktijd verstreken is.
Kruimeldeeg moet in een springvorm of op een
bakblik tot 2/3 van de baktijd gebakken worden en
daarna gegarneerd, voordat het kan worden
afgebakken. Deze extra baktijd hangt af van de
soort en hoeveelheid van de garnering.
Biscuitdeeg moet moeilijk van de lepel lopen. De
baktijd zou door te veel vloeistof onnodig langer
duren.
Als er twee bakblikken met gebak tegelijkertijd in
de oven worden geschoven, dan moet er tussen
de blikken een niveau vrijgelaten worden.
Als er twee bakblikken met gebak tegelijkertijd in
de oven worden geschoven, dan moeten de blikken na ongeveer 2/3 van de baktijd van boven
naar beneden verwisseld en omgedraaid worden.
11
Braden:
Neem geen braadstukken die minder wegen dan
1 kg. Kleinere stukken kunnen tijdens het braden
uitdrogen. Donker vlees, dat van buiten goed
gebraden maar van binnen roze tot rood moet
blijven, moet bij een hogere temperatuur (200°CMAX) gebraden worden.
Licht vlees, gevogelte, en vis daarentegen op
een lagere temperatuur (150°C-175°C). Ingrediënten voor de saus alleen bij korte bereidingstijd al aan het begin in de braadslee doen. Anders
deze pas het laatste half uur toevoegen.
Of het vlees gaar is, kunt u controleren met een
lepel: als het vlees niet ingedrukt wordt, dan is het
goed gaar. Rosbief en ossenhaas, die van binnen roze moeten blijven, moeten op een hogere
temperatuur in kortere tijd gebraden worden.
Als u vlees direct op het rooster braadt, de braadslede op het onderste niveau schuiven om de sappen op te vangen.
Het braadstuk minstens 15 minuten laten staan,
voordat u het aansnijdt, zodat het vleesvocht niet
kan weglopen.
Om rookvorming in de oven te beperken, verdient het aanbeveling een beetje water in de
braadslede te gieten. Om condensvorming te voorkomen, een paar keer water toevoegen. Borden
kunnen tot zij geserveerd worden in de oven op
de laagste temperatuur warm gehouden worden.
Let op!
Bekleed de oven niet met aluminiumfolie en zet geen braadsleden of bakplaat op de bodem van de oven, anders kan het email van de oven door
de oplopende hitte beschadigd worden.
12
Bereidingstijden
De bereidingstijden kunnen onderling verschillend
zijn, vanwege de verschillende samenstelling, ingrediënten en hoeveelheid vocht van de afzonderlijke gerechten.
Noteer de instellingsgegevens van de eerste
bereidingsexperimenten om ervaring op te doen
als u deze gerechten later nog eens wilt bereiden.
Op basis van uw eigen ervaringen kunt u de aangegeven waardes individueel aanpassen.
Bak- en braadtabellen
Boven- en onderwarmte
Tijden zijn exclusief voorverwarmen.
De lege oven altijd 10 minuten voorverwarmen.
SOORT
GERECHT
GEBAK
Schuimtaart
Zandtaartdeeg
Kwarktaart
Appelcake (appeltaart)
Strudel
Jamtaart
Fruitcake
Biscuitgebak
Kerstcake
Pruimentaart
Kleine cake
Koekjes
Schuimpjes
Koffiebroodjes
Soesjes
BROOD EN PIZZA
Witbrood
Roggebrood
Broodjes
Pizza
OVENSCHOTELS
Hartige taart
Groentetaart
Quiche
Lasagne
Cannelloni
VLEES
Rund
Varken
Kalf
Rosbief
rood
medium
doorbakken
Varkensbraadstuk
Varkensschouder
Lam
Kip
Kalkoen
Eend
Gans
Konijn
Haas
Fazant
Gehaktbrood
Vis
Forel/zeebrasem
Tonijn/zalm
Boven- en
onderwarmte
4
3
2
1
temp °C
Bereidingstijd in
minuten
OPMERKINGEN
2
2
1
1
2
2
2
1
1
1
3
2
2
2
2 of 3
170
170
175
170
180
190
170
170
150
175
170
160
135
200
210
45-60
20-30
60-80
90-120
60-80
40-45
60-70
30-40
120-150
50-60
20-35
20-30
60-90
12~20
25-35
In cakevorm
In cakevorm
In cakevorm
In cakevorm
Op bakplaat
In cakevorm
In cakevorm
In cakevorm
In cakevorm
In broodvorm
Op bakplaat
Op bakplaat
Op bakplaat
Op bakplaat
Op bakplaat
1
1
2
2
195
190
200
200
60-70
30-45
25-40
20-30
In broodvorm
Op bakplaat
Op bakplaat
2
2
1
2
2
200
200
210
200
200
40-50
45-60
30-40
25-35
25-35
In bakvorm
In bakvorm
In bakvorm
In bakvorm
In bakvorm
2
2
2
190
180
190
50-70
100-130
90-120
Op rooster
Op rooster
Op rooster
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
210
210
210
180
180
190
190
180
175
175
190
190
190
180
50-60
60-70
70-80
120-150
100-120
110-130
70-85
210-240
120-150
150-200
60-80
150-200
90-120
150
Op rooster
Op rooster
Op rooster
Met zwoerd
2 stuks
Bout
Heel
Heel
Heel
Heel
In stukken
In stukken
Heel
In broodvorm
1
2
190
190
40-55
35-60
3-4 vissen
4-6 filets
13
Grillen
Tijden zijn exclusief voorverwarmen.
De lege oven altijd 10 minuten voorverwarmen.
SOORT GERECHT
Hoeveelheid
Stuks
Tournedos
Biefstuk
Worstjes
Varkenskarbonades
Kip (in twee helften)
Kebabs
Kip (borst)
Hamburger*
*Voorverwarmen 5’00'’
Vis (filets)
Sandwiches
Toast
g.
Grillen
4
3
2
1
temp.°C
Bereidingstijd in
minuten
1e kant
2e kant
4
4
8
4
2
4
4
6
800
600
/
600
1000
/
400
600
3
3
3
3
3
3
3
2
MAX
MAX
MAX
MAX
MAX
MAX
MAX
MAX
12~15
10~12
12~15
12~16
30~35
10~15
12~15
20-30
12~14
6~8
10~12
12~14
25~30
10~12
12~14
4
4~6
4~6
400
/
/
3
3
3
MAX
MAX
MAX
12~14
5~7
2~4
10~12
/
2~3
De aangegeven temperaturen zijn richtlijnen. Misschien moeten de temperaturen aangepast worden
aan persoonlijke wensen.
14
Reiniging en onderhoud
Trek voordat u de oven gaat schoonmaken altijd eerst de stekker uit het
stopcontact en laat de oven afkoelen.
Het apparaat mag niet schoongemaakt worden met een stoomreiniger.
Let op: Voor elke reinigingshandeling de stekker van het apparaat absoluut uit het stopcontact halen.
Voor een lange levensduur van het apparaat is
het noodzakelijk de volgende reinigingswerkzaamheden regelmatig uit de voeren:
- Maak de oven pas schoon als deze is afgekoeld.
- Maak de geëmailleerde delen schoon met
een sopje.
- Gebruik geen schuurmiddelen.
- Droog de onderdelen van roestvrij staal en
de glasplaat met een zachte doek.
- Gebruik bij hardnekkige vlekken normaal
verkrijgbare reinigingsmiddelen voor roestvrij staal of warme azijn.
Het email van de oven is uiterst duurzaam en
in hoge mate resistent. De inwerking van hete
fruitzuren (citroenen, pruimen of dergelijke)
kunnen echter op de oppervlakken van email
blijvende matte en ruwe vlekken achterlaten.
Dergelijke vlekken op het hoogglanzende oppervlak van het email hebben echter geen invloed op de functies van de oven. Reinig de
oven grondig na elk gebruik. Zo kunt u verontreinigingen het makkelijkst verwijderen. Verder
inbranden wordt daardoor voorkomen.
Schoonmaakmiddelen
Voordat u welke schoonmaakmiddelen dan ook
voor uw oven gebruikt, moet u controleren of
ze geschikt zijn en of hun gebruik wordt aanbevolen door de fabrikant.
Schoonmaakmiddelen met bleekmiddel mogen
NIET worden gebruikt omdat zij de toplaag van
de oppervlakken dof kunnen maken. Ook het
gebruik van ruwe schuurmiddelen moet worden
vermeden.
Buitenkant
Neem regelmatig het bedieningspaneel, de
ovendeur en de afdichting af met een zachte,
goed uitgewrongen doek met warm water en wat
vloeibaar reinigingsmiddel.
Om beschadigen of verzwakken van de glasplaten van de deur te voorkomen, moet u het
gebruik van de volgende middelen vermijden:
• Was- en bleekmiddelen
• Geïmpregneerde sponsjes die niet geschikt
zijn voor pannen met antiaanbaklaag
• Schuursponsjes van staalwol
• Chemische ovensponsjes of spuitbussen
• Roestverwijderaars
• Vlekkenverwijderaars voor bad en gootsteen
Maak het binnen- en buitenvenster van de deur
schoon met een warm sopje. Mocht het binnenvenster van de deur erg verontreinigd zijn, dan
is het gebruik van een speciaal reinigingsmiddel aan te bevelen. Gebruik geen verfkrabber
om aangekoekt vuil te verwijderen.
Maak de ovendeur NIET schoon terwijl de glasplaten warm zijn. Als deze
voorzorgsmaatregel niet wordt nageleefd, dan kan de glasplaat versplinteren.
Als de glasplaat van de deur gebarsten
is of diepe krassen heeft, dan wordt het
glas minder sterk en moet het worden
vervangen om te voorkomen dat het
verbrijzelt. Neem contact op met onze
service-afdeling die u graag advies zal
geven.
15
Ovenruimte
De emaillen bodem van de ovenruimte kunt u het
best schoonmaken als de oven nog warm is.
Veeg de oven na elk gebruik schoon met een
zachte doek gedrenkt in warm water met een
afwasmiddel. Af en toe is het echter nodig de
oven grondiger schoon te maken, gebruik daarvoor een in de handel verkrijgbare ovenreiniger.
16
Reiniging van de ovendeur
Voordat u de ovendeur gaat schoonmaken, raden wij u aan deze los te maken van de oven.
Ga als volgt te werk:
1. zet de ovendeur helemaal open;
2. ga naar de scharnieren waarmee de deur
aan de oven is bevestigd (Afb. A);
3. maak de kleine hendels op de scharnieren
los en draai ze (Afb. B);
4. pak de deur aan beide kanten vast, draai
deze vervolgens langzaam naar de oven toe
totdat hij half dicht is (Afb. C);
5. trek dan de deur zachtjes los van zijn plek
(Afb. C);
6. leg de deur op een stevige ondergrond;
Maak het glas van de deur alleen schoon met
warm zeepsop en een zachte doek. Gebruik
nooit agressieve schuurmiddelen. Zet, nadat de
schoonmaak voltooid is, de ovendeur weer op
zijn plaats, volg de procedure in de omgekeerde volgorde.
Apparaten van roestvrij staal of aluminium:
Wij adviseren u de ovendeur alleen schoon te
maken met een natte spons en hem daarna af
te drogen met een zachte doek.
Gebruik nooit staalwol, zuren of bijtende producten, deze kunnen het ovenoppervlak beschadigen. Maak het bedieningspaneel van de oven
net zo voorzichtig schoon.
Maak de ovendeur NIET schoon terwijl de glasplaten warm zijn. Als deze
voorzorgsmaatregel niet wordt nageleefd, dan kan de glasplaat versplinteren.
Als de glasplaat van de deur gebarsten is of diepe krassen heeft, dan wordt het glas minder sterk
en moet het worden vervangen om te voorkomen dat het verbrijzelt. Neem contact op met onze
service-afdeling die u graag advies zal geven.
Afb. A
Afb. B
Afb. C
17
Vervangen van het ovenlampje
Trek de stekker uit het stopcontact
Als het ovenlampje moet worden vervangen, dan
moet dit voldoen aan de volgende eisen:
- Vermogen: 25 W,
- Voltage: 230 V (50 Hz),
- Hittebestendig tot 300° C,
- Soort aansluiting: E14.
Deze lampjes zijn verkrijgbaar bij onze serviceafdeling.
De kapotte lamp vervangen:
1. Zorg ervoor dat de stekker uit het stopcontact is gehaald.
2. Druk het glazen dekseltje in en draai het tegen de klok in.
3. Verwijder het kapotte lampje en vervang dit
door een nieuw.
4. Zet het glazen dekseltje terug en steek de stekker weer in het stopcontact.
18
Hulp bij storingen
Als het apparaat niet goed werkt, lees dan eerst onderstaande aanwijzingen, voordat u contact
opneemt met onze service-afdeling:
PROBLEEM
OPLOSSING
De oven schakelt niet in.
Controleer of zowel de bereidingsfunctie als de
temperatuur zijn ingesteld
of
Controleer, of het apparaat goed aangesloten is en
of de zekering in de huisinstallatie in orde is.
Het controlelampje thermostaat
gaat niet branden.
Stel een temperatuur in met de thermostaatknop
of
Stel een functie in met de functieknop.
Het ovenlampje gaat niet branden.
Stel een bereidingsfunctie
of
Controleer het lampje en vervang het, indien
nodig (zie “Reiniging en onderhoud”)
De bereiding van de gerechten
duurt te lang of ze worden te snel
gaar.
De temperatuur moet aangepast worden
of
Volg het advies in de instructies op, met name het
hoofdstuk „Gebruik van de oven“.
Stoom en condenswater slaan neer
op de gerechten en de deur van de
oven.
Na afloop van de bereiding de gerechten niet langer dan 15-20 minuten in de oven laten staan.
19
Technische gegevens
Vermogen verwarmingselementen
Inbouw
Onderwarmte
1000 W
Hoogte
Bovenwarmte
800 W
Boven-/onderwarmte
1800 W
Grill
1650 W
onder bovenkant
in kolom
593 mm
580 mm
Breedte
560 mm
Diepte
550 mm
Ovenlampje
25 W
Oven
Koelventilator
25 W
Hoogte
335 mm
Breedte
405 mm
Diepte
Oveninhoud
410 mm
56 l
Totale aansluitwaarde
Spanning (50 Hz)
1850 W
230 V
Instructies voor de installateur
Inbouw en installatie moeten uitgevoerd worden met strikte inachtneming
van de geldende voorschriften. Elke
ingreep mag slechts plaatsvinden als
het apparaat uitgeschakeld is. Ingrepen mogen uitsluitend verricht worden
door een erkend installateur.
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden als de veiligheidsvoorschriften niet opgevolgd worden.
Elektrische aansluiting
Let voor het aansluiten op het volgende:
- De zekering en de huisinstallatie moeten op
de max. belasting van het apparaat berekend zijn (zie typeplaatje).
- De huisinstallatie moet voorzien zijn van een
aardaansluiting overeenkomstig de geldende voorschriften.
20
-
Het stopcontact of de meerpolige contactverbreker moeten ook na voltooiing van de
installatie van het apparaat makkelijk bereikbaar zijn.
Dit apparaat wordt geleverd met een aansluitsnoer.
Aan het snoer moet een geschikte stekker
gemonteerd worden, in overeenstemming met
de elektrische belasting zoals gespecificeerd op
het typeplaatje. De stekker moet in een geschikte wandcontactdoos gestoken worden. Indien u een directe aansluiting op de elektriciteitsvoorziening (hoofdleiding) wenst, moet u een
omnipolaire schakelaar, met een minimumafstand van 3 mm tussen de contactpunten,
tussen het apparaat en de hoofdleiding monteren, die geschikt is voor de vereiste belasting
en die in overeenstemming is met de geldende
voorschriften. De groen-gele aardingsdraad
mag niet onderbroken worden door de schakelaar en dient 2-3 cm langer te zijn dan de andere draden.
Het aanwezige netsnoer met stekker moet
aangesloten worden op een geaard stopcontact
(230 V~, 50 Hz). Dit stopcontact moet overeenkomstig de voorschriften geïnstalleerd zijn.
Als aansluitsnoer zijn, met inachtneming van
de nominale doorsneden, volgende types geschikt: H07 RN-F, H05 RN-F, H05 RR-F, H05
VV-F, H05 V2V2-F (T90), H05 BB-F.
Het aansluitsnoer moet in ieder geval zodanig geplaatst zijn, dat het nergens 50°C (boven
kamertemperatuur) bereikt.
Na de aansluiting moeten de verwarmingselementen gecontroleerd worden, door ze ongeveer 3 minuten te laten werken.
Klemmenbord
De oven is voorzien van een makkelijk toegankelijk klemmenbord, dat berekend is voor de
werking op een éénfase-stroomvoorziening van
230 V.
Letter L
Letter N
-
of E -
Onder stroom staande klem
Neutrale klem
Aardeklem
21
Instructies voor de inbouw
Afb. A
Afb. B
550 M
Ovenafmetingen (Afb. A)
Instructies voor de inbouw
Voor een onberispelijke werking van het ingebouwde apparaat moet het inbouwmeubel resp.
de uitsparing waarin het apparaat moet worden
ingebouwd geschikte afmetingen hebben (Afb.
B-C).
560
Afb. C
Bevestiging in het meubel
-
22
Open de ovendeur;
De oven met behulp van de vier meegeleverde afstandsstukken aan het meubel
bevestigen (afb. D - A) - deze passen precies
in de daarvoor bedoelde gaten van het frame
- en draai daarna vier houten schroeven aan
(afb. D - B).
Afb. D
IN
- 57
593
Voor een onberispelijke werking van het ingebouwde apparaat moet het inbouwmeubel resp.
de uitsparing waarin het apparaat moet worden
ingebouwd geschikte afmetingen hebben.
In overeenstemming met de geldende voorschriften moeten alle delen, die de bescherming tegen aanraking van onder spanning staande en
geïsoleerde delen garanderen, zodanig bevestigd zijn, dat ze niet zonder gereedschap verwijderd kunnen worden.
Hierbij hoort ook de bevestiging van eventuele
afsluitende kanten aan het begin of einde van
een rij inbouwapparaten.
De bescherming tegen aanraking moet in ieder
geval door het inbouwen gegarandeerd zijn.
Het apparaat kan met de achterkant resp. zijkant tegen hogere keukenmeubelen, apparaten
of wanden geplaatst worden. Aan de andere zijkant mogen er echter geen andere apparaten of
meubelen van dezelfde hoogte als het apparaat
geplaatst worden.
0
100
80÷
Service en onderdelen
Als het probleem na de beschreven controles niet
kan worden opgelost, bel dan de dichtstbijzijnde
klantenservice van de fabrikant en vermeld de
aard van het defect, het model van het apparaat
(Mod.), het Productienummer (Prod. Nr.) evenals
het fabricagenummer (Ser. Nr.), die u op het
typeplaatje van de oven vindt.
De originele vervangingsonderdelen van de
fabrikant, die voorzien van het volgende
merkteken, vindt u uitsluitend bij de centrale van
onze klantenservice of bij
geautoriseerde
onderdelenwinkels.
23
Garantie/serviceafdeling
België
WAARBORGVOORWAARDEN
Onze toestellen worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het
voorkomen dat er een defect optreedt. Onze klantendienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als
buiten de waarborgtermijn. De levensduur van het toestel wordt daardoor niet negatief beïnvloed.
Onderstaande waarborgvoorwaarden zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk
Wetboek. De daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet.
Ook de waarborgverplichtingen van de verkoper naar de eindgebruiker blijven onaangetast.
Voor dit toestel verlenen wij waarborg volgens onderstaande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan het
toestel die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf de datum van levering aan de eindgebruiker.
Deze waarborgvoorwaarden zijn niet van toepassing in geval van professioneel of daarmee gelijk te
stellen gebruik.
2. De waarborgprestatie houdt in dat het toestel kosteloos wordt teruggebracht in de toestand die het
had voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen worden hersteld of vervangen. Kosteloos
vervangen onderdelen worden ons eigendom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden, om mogelijke verdere schade te voorkomen.
4. Voor een beroep op waarborg dient het aankoopbewijs met aankoop- en/of leveringsdatum te worden overlegd.
5. De waarborg heeft geen betrekking op schade aan kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch)
glas, kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig gebruik
6. De waarborg heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de
waarde en deugdelijkheid van het toestel onbeduidend zijn.
7. De waarborg geldt evenmin voor schade veroorzaakt door:
- chemische en elektrochemische inwerking van water,
- abnormale milieuomstandigheden in het algemeen
- voor het toestel oneigenlijke bedrijfsomstandigheden
- contact met agressieve stoffen.
8. De waarborg heeft geen betrekking op gebreken door transportschade die buiten onze
verantwoordelijkheid is ontstaan, niet vakkundige installatie of montage, verkeerd gebruik, gebrekkig
onderhoud, of het niet in acht nemen van de gebruiks- of montageaanwijzingen.
9. Het recht op waarborg vervalt wanneer het defect werd veroorzaakt door herstelling of ingrepen
door derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer het toestel voorzien werd van
toebehoren of onderdelen die niet origineel zijn en daardoor een defect veroorzaken.
10. Toestellen die gemakkelijk kunnen worden vervoerd dienen te worden overhandigd of gezonden
naar onze klantendienst. Herstelling ter plaatse kan slechts worden gevraagd voor grote of
ingebouwde toestellen.
11. Indien het toestel zodanig is ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst dat de benodigde
tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30 minuten bedraagt, dan worden de hierdoor
ontstane extra kosten aan de gebruiker in rekening gebracht. Schade die ontstaat door abnormale inof uitbouw komt ten laste van de gebruiker.
12. Indien binnen de waarborgperiode de herstelling van hetzelfde gebrek meermaals mislukt of de
24
herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg met de gebruiker een gelijkwaardige
vervanging geleverd. In geval van vervanging behouden we ons het recht voor om een vergoeding
te rekenen naar rato van de verstreken gebruiksperiode.
13. Herstelling onder waarborg heeft geen verlenging van de waarborgtermijn noch aanvang van een
nieuwe waarborgtermijn tot gevolg.
14. Op herstellingen geven wij een waarborg van 12 maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek.
15. Verdere of andere rechten, in het bijzonder vergoeding van schade ontstaan buiten het toestel, zijn
uitgesloten voor zover een aansprakelijkheid niet wettelijk is vastgelegd.
In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de aankoopwaarde van het toestel niet
overtreffen.
Deze waarborgvoorwaarden gelden voor in België gekochte en/of in gebruik zijnde toestellen. Indien
een toestel naar het buitenland wordt gebracht dient de gebruiker na te gaan of het toestel voldoet aan de
technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, installatievoorschriften, gassoort,
klimaatomstandigheden) in het betreffende land. Voor in het buitenland aangeschafte toestellen dient de
gebruiker zich zelf te vergewissen van de bepalingen in België. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen
vallen niet onder de waarborg, en kunnen niet altijd worden aangebracht.
Ook na afloop van de waarborgtermijn staat onze klantendienst u ter beschikking.
Adres van onze klantenservice
BELGIË
Electrolux Home Products Belgium
ELECTROLUX SERVICE
Bergensesteenweg 719 1502 Lembeek
E-mail:
[email protected]
Consumer services
Tel:
Fax:
02/363.04.44
02/363.04.00
02/363.04.60
GRAND-DUCHÉ DE LUXEMBOURG
ELECTROLUX HOME PRODUCTS
Consumer services
Rue de Bitbourg. 7 L-1273 Luxembourg-Hamm
E-mail:
[email protected]
0035242431-1
0035242431-360
25
Europese garantie
Dit apparaat wordt door Electrolux in elk van de achter in deze handleiding genoemde landen
gedurende de in het bij het apparaat behorende garantiebewijs genoemdeb periode of anderszins
bij de wet gegarandeerd. Als u van een van deze landen verhuist naar een ander van de hieronder
genoemde landen, verhuist de garantie op het apparaat met u mee. De volgende beperkingen zijn
hierop van toepassing:
• De garantie op het apparaat begint op de datum van eerste aankoop van het apparaat. Deze
datum dient te worden aangetoond door overlegging van een geldig, door de verkoper van het
apparaat afgegeven ankoopbewijs.
• De garantie op het apparaat geldt voor dezelfde periode en in dezelfde mate voor arbeidsloon
en onderdelen als van toepassing in uw nieuwe land van vestiging op dit specifieke model of
deze specifieke serie apparaten.
• De garantie op het apparaat is persoonlijk, geldt dus voor de oorspronkelijke koper van het
apparaat en kan niet worden overgedragen op een andere gebruiker.
• Het apparaat wordt geïnstalleerd en gebruikt in overeenstemming met de door Electrolux
afgegeven instructies en wordt alleen in huis gebruikt, dat wil zeggen, het apparaat wordt niet
gebruikt voor commerciële doeleinden.
• Het apparaat wordt geïnstalleerd in overeenstemming met alle relevante voorschriften die in
uw nieuwe land van vestiging van kracht zijn.
De voorwaarden van deze Europese garantie tasten geen van de aan u bij de wet verleende
rechten aan.
26
www.zanker.de
52
35698-2402
11/09 R.0