NL
56
groene LED voortdurend. De laadtijd bedraagt
ca. 1 uur als de accu leeg is. Tijdens het laden
kan het accupack wat warm worden, dat is echter
normaal. Als de rode LED na het insteken van de
accu knippert, is de accu defect. Trek
onmiddellijk de netstekker van de lader uit het
stopcontact en verwijder de defecte accu. De
defecte accu mag niet meer worden gebruikt!
Indien de rode LED brandt bij ingestoken accu, is
de laadtemperatuur niet bereikt of overschreden.
Verwijder in dit geval de netstekker van de lader
uit het stopcontact en laadt de accu in een
omgeving met een hogere of lagere temperatuur.
Als het accu-pack niet kan opgeladen worden,
vergewis U zich dan dat de
netspanning aan het stopcontact voorhanden is
en dat een perfect contact van de laadcontacten
van de oplader verzekerd is.
Als het laden van het accu-pack nog altijd niet
mogelijk is, gelieve dan
de oplader
en het accu-pack
aan onze service-afdeling te sturen.
In het belang van een lange levensduur van het
accupack is het raadzaam om op tijd voor het
herladen van het accupack te zorgen. Dit is in ieder
geval noodzakelijk wanneer u vaststelt dat het
vermogen van de accuschroevendraaier vermindert.
Ontlaadt het accupack nooit helemaal. Dat leidt tot
een defect van het accupack!
6.2 Koppelafstelling (fig. 4, pos. 1)
Let op! Stelring voor het koppel enkel bij
stilstand instellen.
De accuschroevendraaier is voorzien van een
mechanische koppelafstelling.
Het koppel voor een bepaalde schroefgrootte wordt
aan de stelring ingesteld. Het koppel is afhankelijk
van meerdere factoren:
van de aard en de hardheid van het te bewerken
materiaal
van de aard en de lengte van de gebruikte
schroeven
van de eisen die aan de schroefverbinding
gesteld worden.
Het bereiken van het koppel wordt door het ratelend
ontkoppelen van de koppeling gesignaleerd.
6.3 Boren (fig. 4, pos. 1)
Om te boren brengt U de instelring voor het koppel in
de laatste stand ”boor” (fig. 1). In de stand ”boren” is
de slipkoppeling buiten werking. Tijdens het boren is
het maximumkoppel beschikbaar.
6.4 Draairichtingsschakelaar (fig. 5, pos. 3)
Met behulp van de schuifschakelaar boven de in-
/uitschakelaar kunt U de draairichting van Uw accu-
schroefmachine instellen en de machine tegen
ongewild inschakelen beveiligen. U kunt kiezen
tussen links- en rechtsdraaiend. Teneinde een
beschadiging van het drijfwerk te voorkomen mag
alleen in stilstand op een ander draairichting
omgeschakeld worden. Als de schuifschakelaar in
het midden staat, is de in-/uitschakelaar
geblokkeerd.
6.5 In-/uitschakelaar (fig. 5, pos. 4)
Met de in-/uitschakelaar kunt U de snelheid traploos
regelen. Hoe meer U de schakelaar indrukt, hoe
hoger is het toerental van Uw accu-schroefmachine.
6.6 Verschakelen versnelling 1 - versnelling 2
(fig. 6, pos. 7)
Naargelang van de stand van de omschakelaar kunt
u met een hoger of lager toerental werken. Het
overschakelen naar een ander toerental mag enkel
in stilstand gebeuren teneinde het
aandrijfmechanisme niet te beschadigen.
6.7 Accucapaciteitsaanduiding (fig. 7, pos. 2)
Druk op de schakelaar voor
accucapaciteitsaanduiding (a). De
accucapaciteitsaanduiding (2) signaleert de
laadtoestand van de accu aan de hand van 3 LEDs.
Alle 3 LED’s branden:
de accu is vol geladen.
2 LED’s branden:
de accu beschikt over een voldoende restlading.
1 LED brandt:
de accu is leeg, laad de accu.
6.8 LED-licht (fig. 7, pos. 10)
Het LED-licht (10) maakt het verlichten van de plaats
waar u moet schroeven of boren mogelijk als er niet
voldoende licht is. Het LED-licht (10) gaat
automatisch branden zodra u op de AAN/UIT-
schakelaar (4) drukt.