28
4 Functies van Huisautomatisering
22.5 (+2)
18.5 °C
20.5 °C20.5 °C
1
2
4
3
1
2
4
3
5
1) Door te drukken op de toetsen
-
en
+
selecteer je Centrale
thermische regeling/Zones.
2) Om de Manuele werkwijze in te stellen en de temperatuur te
regelen, de toetsen
-
en
+
gebruiken en vervolgens op OK
drukken om te bevestigen.
3) Om de Wekelijkse modaliteit in te stellen; op OK drukken om te
bevestigen (het laatste wekelijks programma dat geselecteerd
werd op de Centrale van Thermische regeling wordt ingesteld).
4) Door te drukken op de toets
+
stel je de bescherming in (antivries
voor de winter of thermische bescherming voor de zomer);
Door te drukken op de toets
-
schakel je de installatie uit.
1) Door te drukken op de toetsen
-
en
+
selecteer je Zones/Centrale
thermische regeling.
2) Om de Manuele werkwijze in te stellen en de temperatuur te
regelen, de toetsen
-
en
+
gebruiken en vervolgens op OK
drukken om te bevestigen.
3) Om de Automatische werkwijze in te stellen; op OK drukken om te
bevestigen (op deze manier herstel je de modaliteit ingesteld op de
Centrale thermische regeling voor die zone).
4) Door te drukken op de toets
+
stel je de bescherming in (antivries
voor de winter of thermische bescherming voor de zomer);
Door te drukken op de toets
-
schakel je de zone uit.
5) Visualiseert de huidige staat van de zone.
Je kunt de temperatuur op verschillende niveaus instellen in de verschil-
lende zones waarin de installatie is onderverdeeld.
ZONE: 01
CENTRALE THERM. REG.