DRIVe
2
Werking en gebruik
Start-stopsysteem
Aan-/Uit-knop en displaymelding AUTO START.
Het start-/stopsysteem wordt automatisch
geactiveerd na een reguliere sleutelstart van
de motor. De bestuurder wordt hierop geat-
tendeerd door het brandende groene lampje
in de Aan/Uit-knop.
Alle andere autosystemen zoals de verlichting,
radio e.d. werken ook na een auto-stop als
vanouds, zij het dat er mogelijk beperkingen
gelden voor de werking van bepaalde appara-
tuur (zoals het ventilatortoerental van de kli-
maatregeling of het volume van het audiosys-
teem).
Auto-stop motor
Voor een auto-stop van de motor dient de
auto stil te staan:
• Zet de versnellingspook in de neutrale
stand en laat de koppeling opkomen – de
motor wordt afgezet.
De displaymelding AUTO START herinnert u
eraan – en attendeert u erop – dat er een auto-
stop van de motor heeft plaatsgevonden.
Auto-start motor
De versnellingspook staat in de neutrale
stand:
• Bedien het koppelingspedaal – de motor
slaat aan.
• Bedien het gaspedaal – de motor slaat aan.
• Op een aflopende helling: Zorg dat de auto
sneller dan stapvoets rijdt – de motor slaat
aan.
U hoeft vervolgens slechts een versnelling in
te schakelen om verder te rijden.
Rijstijl
Met het start-stopsysteem hebt u de mogelijk-
heid zich een milieubewustere rijstijl aan te
meten door, zo nodig, de auto uit een
bepaalde versnelling te halen waarna een
auto-stop van de motor plaatsvindt.
Schakelindicator
Een belangrijk gegeven voor
een milieubewuste rijstijl is
het kiezen van de juiste ver-
snelling en tijdig schakelen.
Daarvoor beschikt u over de
schakelindicator (GSI – Gear Shift Indicator) –
die het optimale tijdstip voor op- en terug-
schakelen aangeeft.
De indicator maakt gebruik van een pijl
omhoog of omlaag op het onderste informa-
tiedisplay van het instrumentenpaneel.
Tips voor milieubewust en zuinig rijden
Hier volgen enkele tips waarmee u het brand-
stofverbruik kunt verlagen zonder dat dit voor
u langere reistijden of minder rijplezier
inhoudt.
• Een skibox en lastdragers verhogen de
luchtweerstand waardoor het brandstofver-
bruik toeneemt – verwijder dergelijke uit-
rusting daarom altijd wanneer u die niet
nodig hebt.
Na een reguliere sleutelstart en na iedere
auto-stop van de motor, dient de auto eerst
een snelheid van 5 km/h te hebben bereikt
voordat het automatische
start-stop sys-
teem opnieuw geactiveerd kan worden –
bovendien moet aan andere voorwaarden
zijn voldaan, zie pagina 4.
DRIVE-09W20.fm Page 2 Friday, October 2, 2009 7:18 AM