17
NEDERLANDS
Verklaring van algemene gegevens
1 Knop
2 Accu
3 Oplaadlampje
4 O-ring
5Sok
6Pen
7 Trekschakelaar
8 Omkeerschakelaar
9 Aantrekkoppel
10 Aantrektijd
11 Seconden
12 Juist aantrekkoppel voor
13 Snellader
TECHNISCHE GEGEVENS
Model 6911HD
Capaciteiten
Standaardbout..................................................M8 – M14
Trekvaste bout .................................................. M6 – M12
Vierkant .............................................................. 12,7 mm
Toerental onbelast (min
-1
) ................................. 0 – 1 800
Aantal slagen per minuut................................... 0 – 2 500
Maximaal aantrekkoppel............................... 1 200 kg•cm
Totale lengte ........................................................221 mm
Netto gewicht.......................................................... 1,8 kg
Nominale spanning............................................D.C. 12 V
• In verband met ononderbroken research en ontwikke-
ling behouden wij ons het recht voor bovenstaande
technische gegevens te wijzigen zonder voorafgaande
kennisgeving.
• Opmerking: De technische gegevens kunnen van land
tot land verschillen.
Veiligheidswenken
Volg veiligheidshalve de bijgevoegde veiligheidsvoor-
schriften nauwkeurig op.
BELANGRIJKE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR
GEBRUIK VAN DE BATTERIJLADER EN HET
BATTERIJPAK
1. BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN — In deze
gebruiksaanwijzing staan belangrijke veilig-
heids- en bedieningsvoorschriften betreffende
de batterijlader (snellader).
2. Lees alle voorschriften en waarschuwingen
betreffende (1) de batterijlader, (2) het batterijpak
en (3) het gereedschap aandachtig door alvo-
rens de batterijlader in gebruik te nemen.
3. LET OP — Om het gevaar voor ongelukken te
verminderen, dient u met de snellader uitslui-
tend MAKITA oplaadbare batterijen te laden. Bat-
terijen van andere merken kunnen gaan barsten
en hierdoor verwondingen of schade veroorza-
ken.
4. Stel de batterijlader niet bloot aan regen of
sneeuw.
5. Het gebruik van accessoires die niet door de
fabrikant van de batterijlader worden verkocht of
aanbevolen, kan brandgevaar, elektrische schok
of verwondingen veroorzaken.
6. Om de stekker en het netsnoer niet te beschadi-
gen, trekt u het netsnoer uit het stopkontakt
door de stekker vast te pakken.
7. Let op dat het snoer zodanig op de grond ligt,
dat niemand erop kan stappen of erover kan
struikelen en dat er niets op het snoer geplaatst
wordt.
8. Gebruik in geen geval de batterijlader als het
netsnoer of de stekker beschadigd is. Vervang
deze onmiddellijk.
9. Gebruik de batterijlader ook niet als deze geval-
len is, aan een zware stoot heeft blootgestaan, of
als u vermoedt dat hij beschadigd is. Laat in
deze gevallen de batterijlader eerst nakijken.
10. Haal de batterijlader of het batterijpak niet uit
elkaar; laat eventuele servicebeurten of repara-
ties uitsluitend vakkundig uitvoeren. Het onjuist
opnieuw in elkaar zetten kan namelijk elektri-
sche schok of brandgevaar opleveren.
11. Om gevaar voor elektrische schok te verminde-
ren, trekt u de stekker uit het stopkontakt alvo-
rens de batterijlader te reinigen of een
onderhoudsbeurt te geven. Door de batterijlader
alleen maar uit te schakelen, vermindert u dit
gevaar niet.
12. De acculader is niet bedoeld voor gebruik door
kleine kinderen of geestelijk gestoorden waarop
geen toezicht wordt gehouden.
13. Houd toezicht op kleine kinderen om te voorko-
men dat ze met de acculader spelen.
14. Als de gebruiksduur van de accu bijzonder kort
geworden is, moet u het gebruik ervan onmiddel-
lijk stopzetten omdat er anders gevaar is voor
oververhitting, brandwonden en zelfs een explo-
sie.
15. Als er elektrolyt in uw ogen is terechtgekomen,
moet u deze spoelen met schoon water en
onmiddellijk de hulp van een dokter inroepen.
Elektrolyt in de ogen kan blindheid veroorzaken.
BIJGEVOEGDE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR
GEBRUIK VAN DE BATTERIJLADER EN HET
BATTERIJPAK
1. Laad het batterijpak niet op als de temperatuur
LAGER is dan 10°C of HOGER dan 40°C.
2. Gebruik voor het laden nooit een step-up trans-
formator, een dynamo of een gelijkstroombron.
3. Zorg dat de ventilatiegaten van de batterijlader
niet afgesloten worden of verstopt raken.
4. Bedek altijd de polen van de accu met het accu-
deksel wanneer u de accu niet gebruikt.
5. Voorkom kortsluiting van het batterijpak:
(1) Raak de aansluitklemmen nooit aan met
geleidend materiaal.
(2) Bewaar het batterijpak niet op een plaats
waar ook andere metalen voorwerpen zoals
spijkers, munten e.d. worden bewaard.
(3) Stel het batterijpak niet bloot aan water of
regen.
Kortsluiting van het batterijpak kan leiden tot
een grote stroomafgifte, oververhitting, brand-
wonden of zelfs tot defecten.