Documenttranscriptie
Uit veiligheidsoverwegingen moet u dit
apparaat in het dashboard van de auto
installeren. Raadpleeg de bijgeleverde
handleiding voor installatie/aansluitingen voor
meer informatie over de installatie en
aansluitingen.
Dit label bevindt zich aan de onderkant van het
apparaat.
Opmerking voor klanten: de volgende
informatie is enkel van toepassing voor
apparaten die verkocht worden in landen
die de EU-richtlijnen in acht nemen
De fabricant van dit product is Sony
Corporation, 1-7-1 Konan Minato-ku Tokyo,
108-0075 Japan. De geauthoriseerde
vertegenwoordiging voor EMC en produkt
veiligheid is Sony Deutschland GmbH,
Hedelfinger Strasse 61, 70327 Stuttgart,
Duitsland. Voor service- of garantiezaken
verwijzen wij u graag naar de addressen in de
afzonderlijke service/garantie documenten.
Dit symbool op de batterij of verpakking wijst erop dat de
meegeleverde batterij van dit product niet als
huishoudelijk afval behandeld mag worden. Op sommige
batterijen kan dit symbool voorkomen in combinatie met
een chemisch symbool. De chemische symbolen voor
kwik (Hg) of lood (Pb) worden toegevoegd als de batterij
meer dan 0,0005 % kwik of 0,004 % lood bevat. Door
deze batterijen op juiste wijze af te voeren, voorkomt u
voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden
kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. Het recycleren van materialen draagt bij
tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen.
In het geval dat de producten om redenen van veiligheid,
prestaties dan wel in verband met data-integriteit een
permanente verbinding met batterij vereisen, dient deze
batterij enkel door gekwalificeerd servicepersoneel
vervangen te worden. Om ervoor te zorgen dat de batterij
op een juiste wijze zal worden behandeld, dient het
product aan het eind van zijn levenscyclus overhandigd te
worden aan het desbetreffende inzamelingspunt voor de
recyclage van elektrisch en elektronisch materiaal.
Voor alle andere batterijen verwijzen we u naar het
gedeelte over hoe de batterij veilig uit het product te
verwijderen. Overhandig de batterij bij het desbetreffende
inzamelingspunt voor de recyclage van batterijen.
Voor meer details in verband met het recyclen van dit
product of batterij, neemt u contact op met de
gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast
met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar
u het product hebt gekocht.
Verwijdering van oude elektrische
en elektronische apparaten
(Toepasbaar in de Europese Unie en
andere Europese landen met
gescheiden inzamelingssystemen)
ZAPPIN en Quick-BrowZer zijn handelsmerken
van Sony Corporation.
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudelijk
afval mag worden behandeld. Het moet echter naar een
plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische
apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit
product op de correcte manier wordt verwerkt, voorkomt u
voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden
kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling.
De recycling van materialen draagt bij tot het vrijwaren
van natuurlijke bronnen. Voor meer details in verband met
het recyclen van dit product, neemt u contact op met de
gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met
de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het
product hebt gekocht.
SensMe en het SensMe-logo zijn
handelsmerken of gedeponeerde
handelsmerken van Sony
Ericsson Mobile
Communications AB.
Accessoire waarop dit van toepassing is: Afstandsbediening
2
Verwijdering van oude batterijen (in
de Europese Unie en andere
Europese landen met afzonderlijke
inzamelingssystemen)
12 TONE ANALYSIS en het
bijbehorende logo zijn
handelsmerken van Sony
Corporation.
Muziekherkenningstechnologie en verwante
gegevens worden verschaft door Gracenote®.
Gracenote is de industrienorm op het gebied van
muziekherkenningstechnologie en verwante
levering van inhoud. Ga voor meer informatie naar
www.gracenote.com.
Cd- en muziekverwante gegevens van Gracenote,
Inc., copyright © 2000-2010 Gracenote. Gracenote
Software, copyright © 2000-2010 Gracenote. Dit
product en deze service vallen mogelijk onder één
of meer octrooien van Gracenote. Raadpleeg de
website van Gracenote voor een niet-volledige lijst
van de desbetreffende Gracenote-octrooien.
Gracenote, CDDB, MusicID, het Gracenote-logo
en -logotype en het logo "Powered by Gracenote"
zijn handelsmerken of gedeponeerde
handelsmerken van Gracenote in de Verenigde
Staten en/of andere landen.
Microsoft, Windows, Windows Vista en
Windows Media en de bijbehorende logo's zijn
handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken
van Microsoft Corporation in de Verenigde
Staten en/of andere landen.
Dit product wordt beschermd door bepaalde
intellectuele eigendomsrechten van Microsoft
Corporation. Het gebruik of de verspreiding van
dergelijke technologie buiten dit product om is
verboden zonder een licentie van Microsoft of een
erkend dochterbedrijf van Microsoft.
iPhone, iPod, iPod classic, iPod nano en iPod
touch zijn handelsmerken van Apple Inc.,
gedeponeerd in de VS en andere landen.
Apple, Macintosh en iTunes zijn handelsmerken
van Apple Inc., gedeponeerd in de Verenigde
Staten en andere landen.
MPEG Layer-3 audio-codeertechnologie en
-patenten gebruikt onder licentie van Fraunhofer
IIS en Thomson.
Opmerking over de lithiumbatterij
Stel de batterij niet bloot aan extreem hoge
temperaturen, zoals direct zonlicht, vuur, enzovoort.
Waarschuwing als het contactslot van
de auto geen ACC-positie heeft
Zorg ervoor dat u de functie voor automatisch
uitschakelen instelt (pagina 27).
Hiermee wordt het apparaat na de ingestelde
tijdsduur automatisch volledig uitgeschakeld
nadat u het apparaat hebt uitgeschakeld. Zo
voorkomt u dat de accu leegraakt.
Als u de functie voor automatisch uitschakelen
niet instelt, houdt u (SOURCE/OFF) ingedrukt
totdat het scherm verdwijnt wanneer u het
contactslot uitzet.
3
Inhoudsopgave
Aan de slag
USB-apparaten
Disks die kunnen worden afgespeeld op dit
apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Het apparaat opnieuw instellen . . . . . . . . . . . . . 6
De DEMO-stand annuleren . . . . . . . . . . . . . . . . 6
De kaartafstandsbediening voorbereiden. . . . . . 6
De klok instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Het voorpaneel verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . 7
Het voorpaneel bevestigen . . . . . . . . . . . . . . 7
Een USB-apparaat afspelen . . . . . . . . . . . . . . 14
Display-items . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen . . . . 15
Genieten van muziek die bij uw stemming past
— SensMe™. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Voordat u de functie SensMe™ in gebruik
neemt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
"SensMe™ Setup" en "Content Transfer" op
uw computer installeren . . . . . . . . . . . . . . . 16
Een USB-apparaat registreren met "SensMe™
Setup" . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Tracks overzetten naar het USB-apparaat met
"Content Transfer" . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Tracks op het kanaal afspelen
— SensMe™ channels . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Bedieningselementen en algemene
handelingen
Hoofdeenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
RM-X151 Kaartafstandsbediening . . . . . . . 10
Radio
Zenders opslaan en ontvangen. . . . . . . . . . . . . 11
Automatisch opslaan — BTM . . . . . . . . . . 11
Handmatig opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
De opgeslagen zenders ontvangen . . . . . . . 11
Automatisch afstemmen . . . . . . . . . . . . . . . 11
RDS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Overzicht. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
AF en TA instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
PTY selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
CT instellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
CD
Een CD afspelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Display-items . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen . . . . 14
4
iPod
Een iPod afspelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Display-items . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Albums, podcasts, genres, afspeellijsten en
artiesten overslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen . . . .
Een iPod rechtstreeks bedienen
— Passagiersbediening . . . . . . . . . . . . . . . . . .
18
19
19
19
20
Zoeken naar een track
Zoeken naar een track op naam
— Quick-BrowZer™ . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Zoeken door items over te slaan
— Jump-stand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Zoeken op alfabetische volgorde
— Alfabetisch zoeken . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Zoeken naar een track door te luisteren naar een
gedeelte van een track — ZAPPIN™ . . . . . . . 21
In het geval van weergave van "SensMe™
channels" . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Genieten van de verlichting in
gevarieerde kleuren
Een andere kleur voor het display en de toetsen
kiezen
—Dynamic Color Illuminator . . . . . . . . . . . . . 22
De kleur van het display en de toetsen
aanpassen — Custom Color . . . . . . . . . . . . 22
Geavanceerde kleurinstelling . . . . . . . . . . . . . 23
Synchronisatie SensMe™ Channels
— SensMe™ Channels Kleur. . . . . . . . . . . 23
De kleur veranderen met sound-synchronisatie
— Sound Synchronization . . . . . . . . . . . . . 23
Heldere kleur weergeven
— White Menu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Opstarteffect
— Start White . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Andere functies
Optionele apparaten gebruiken . . . . . . . . . . . . 28
Randapparatuur voor audio . . . . . . . . . . . . 28
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Opmerkingen over disks . . . . . . . . . . . . . .
Afspeelvolgorde van MP3-/WMA-/AACbestanden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Informatie over iPod . . . . . . . . . . . . . . . . .
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Het apparaat verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . .
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Foutmeldingen/berichten . . . . . . . . . . . . . .
28
28
29
29
29
30
31
32
34
Geluidsinstellingen en het
installatiemenu
De geluidsinstellingen wijzigen . . . . . . . . . . . 24
De geluidskenmerken aanpassen . . . . . . . . 24
Genieten van geavanceerde sound-functies
— Advanced Sound Engine . . . . . . . . . . . . . . 24
De geluidskwaliteit selecteren
— EQ7 Preset . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
De equalizercurve aanpassen
— EQ7 Setting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Het geluid optimaliseren door middel van
Time Alignment
— Listening Position . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
De luisterpositie aanpassen . . . . . . . . . . . . . 26
DM+ Advanced. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
De achterluidsprekers als subwoofer
gebruiken — Rear Bass Enhancer . . . . . . . 26
Instelitems aanpassen — SET . . . . . . . . . . . . . 26
Ondersteuningssite
Als u vragen hebt of de recentste ondersteuningsinformatie over dit
product wilt hebben, gaat u naar de onderstaande website:
http://support.sony-europe.com/
Levert informatie over:
• Modellen en fabrikanten van compatibele digitale audiospelers
• Ondersteunde MP3-/WMA-/AAC-bestanden
• Systeemvereisten voor de software op de bijgeleverde CD-ROM
5
Aan de slag
Disks die kunnen worden
afgespeeld op dit apparaat
De kaartafstandsbediening
voorbereiden
Verwijder het beschermende laagje.
U kunt CD-DA's (ook met CD TEXT) en
CD-R's/CD-RW's (MP3-/WMA/AAC-bestanden
(pagina 29)) afspelen met dit apparaat.
Soorten disks
Label op de disk
CD-DA
MP3
WMA
AAC
Het apparaat opnieuw instellen
Voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt of
na het vervangen van de accu of het wijzigen van
de aansluitingen, moet u het apparaat opnieuw
instellen.
Maak het voorpaneel los (pagina 7) en druk met
een puntig voorwerp, zoals een balpen, op de
RESET-toets (pagina 8).
Opmerking
Als u op de RESET-toets drukt, worden de
klokinstelling en bepaalde opgeslagen gegevens
gewist.
De DEMO-stand annuleren
U kunt het demonstratiescherm annuleren dat
wordt weergegeven tijdens het uitschakelen.
6
1
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2
Draai de regelknop tot "DEMO" wordt
weergegeven en druk op de
regelknop.
3
Selecteer "DEMO-OFF" door de
regelknop te draaien en er vervolgens
op te drukken.
Het instellen is voltooid.
4
Druk op
(BACK).
Het display keert terug naar de normale
ontvangst-/weergavestand.
Tip
Zie pagina 29 voor meer informatie over het
vervangen van de batterij.
De klok instellen
De digitale klok werkt met een 24-uursaanduiding.
1
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2
Draai de regelknop tot "CLOCK ADJ"
wordt weergegeven en druk
vervolgens op de regelknop.
De aanduiding voor het uur gaat knipperen.
3
Stel de uren en minuten in door de
regelknop te draaien.
Als u de digitale aanduiding wilt verplaatsen,
drukt u op (SEEK) –/+.
4
Druk op de selectietoets na het
instellen van de minuten.
Het instellen is voltooid en de klok begint te
lopen.
Als u de klok wilt weergeven, drukt u op
(DSPL). Druk nogmaals op (DSPL) als u naar
het vorige scherm wilt terugkeren.
Tip
U kunt de klok automatisch instellen met de RDSfunctie (pagina 13).
Het voorpaneel verwijderen
U kunt ter voorkoming van diefstal het
voorpaneel van het apparaat verwijderen.
Waarschuwingstoon
Het voorpaneel bevestigen
Plaats opening A van het voorpaneel op pin B
van het apparaat en duw de linkerzijde
voorzichtig naar binnen.
Druk op (SOURCE/OFF) op het apparaat (of
plaats een disk) als u het wilt gaan gebruiken.
Als u de contactschakelaar in de stand OFF zet
zonder dat u het voorpaneel hebt verwijderd,
klinkt gedurende enkele seconden de
waarschuwingstoon.
U hoort de waarschuwingstoon alleen als de
ingebouwde versterker wordt gebruikt.
1
Houd (SOURCE/OFF) ingedrukt.
Het apparaat wordt uitgeschakeld.
2
Druk op (OPEN).
Het voorpaneel wordt omlaag geklapt.
3
Schuif het voorpaneel naar rechts en
trek de linkerzijde van het voorpaneel
voorzichtig naar u toe.
Opmerking
Plaats niets op de binnenkant van het voorpaneel.
Opmerkingen
• Laat het voorpaneel niet vallen en druk niet te hard
op het voorpaneel en het display.
• Stel het voorpaneel niet bloot aan hitte/hoge
temperaturen of vocht. Laat het voorpaneel niet
achter in een geparkeerde auto of op het
dashboard/de hoedenplank.
• Verwijder het voorpaneel niet terwijl het USBapparaat wordt afgespeeld, anders kunnen de USBgegevens worden beschadigd.
7
Bedieningselementen en algemene handelingen
Hoofdeenheid
Voorpaneel verwijderd
In dit gedeelte vindt u informatie over de locatie
van bedieningselementen en instructies voor
algemene handelingen.
Bekijk de betreffende pagina's voor meer
informatie.
A SEEK +/– toetsen
Radio:
Automatisch afstemmen op zenders
(indrukken); handmatig zoeken naar zenders
(ingedrukt houden).
CD/USB:
Tracks overslaan (indrukken); tracks blijven
overslaan (indrukken, vervolgens binnen
1 seconde nogmaals indrukken en
vasthouden); een track snel terug-/
vooruitspoelen (ingedrukt houden).
SensMe™:
Tracks overslaan (indrukken); teruggaan/snel
vooruit in een track (ingedrukt houden).
B SOURCE/OFF toets
Druk op deze toets als u het apparaat wilt
inschakelen/een andere bron wilt kiezen
(Radio/CD/USB/SensMe™*1/AUX).
Houd de toets 1 seconde ingedrukt als u het
apparaat wilt uitschakelen.
Houd de toets meer dan 2 seconden
ingedrukt als u het apparaat en het scherm
wilt uitschakelen.
C
(BROWSE) toets pagina 20
De Quick-BrowZer™-stand verlaten.
D Regelknop/selectietoets pagina 24, 26
Volume aanpassen (draaien); instelitems
selecteren (indrukken en draaien).
8
E Ontvanger voor de
kaartafstandsbediening
F Display
G OPEN toets pagina 7, 13
H USB-aansluiting pagina 14, 17, 18
Kan worden aangesloten op het
USB-apparaat.
I
(BACK)/MODE toets pagina 11, 20
Indrukken als u wilt terugkeren naar het
vorige scherm/de radioband wilt selecteren
(FM/MW/LW).
Ingedrukt houden als u de
passagiersbediening wilt inschakelen/
annuleren.
J ZAP toets pagina 21
De ZAPPIN™-stand openen.
K COLOR toets pagina 22
Als u vooraf ingestelde kleuren wilt
selecteren (indrukken); als u uw eigen
kleureninstellingen wilt registreren
(ingedrukt houden).
L AF (alternatieve frequenties)/
TA (verkeersinformatie)/
PTY (programmatype) toets
pagina 12
AF en TA instellen (indrukken); PTY
selecteren (ingedrukt houden) in RDS.
N DSPL (display)/SCRL (rollen) toets
pagina 11, 13, 15, 19, 20
Display-items wijzigen (indrukken); het
display-item rollen (ingedrukt houden).
O AUX-ingang pagina 28
Een draagbaar audioapparaat aansluiten.
P RESET toets pagina 6
Q Z (uitwerpen) toets
De disk uitwerpen.
R Disksleuf
Plaats de disk (met het label omhoog) en het
afspelen begint.
*1 Wanneer een USB-apparaat dat is ingesteld voor
de SensMe™-functie, is aangesloten.
*2 Deze toets beschikt over een voelstip.
Opmerkingen
• Sluit tijdens het uitwerpen/inbrengen van een disk
geen USB-apparaten aan om schade aan de disk te
voorkomen.
• Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het scherm
verdwijnt, kunt u het apparaat pas weer bedienen
met de kaartafstandsbediening als u het activeert
door op (SOURCE/OFF) op het apparaat te drukken
of een disk plaatst.
M Cijfertoetsen
Radio:
De opgeslagen zenders ontvangen
(indrukken); zenders opslaan (ingedrukt
houden).
CD/USB/SensMe™:
(1)/(2): ALBUM –/+ (tijdens het afspelen
van MP3/WMA/AAC)
Albums overslaan/andere SensMe™kanalen kiezen (indrukken); albums
blijven overslaan (ingedrukt houden).
(3): REP*2 pagina 14, 15, 19
(4): SHUF pagina 14, 15, 19
(6): PAUSE
Afspelen onderbreken. Druk nogmaals
als u wilt annuleren.
9
RM-X151
Kaartafstandsbediening
1
2
3
OFF
SOURCE
ATT
SEL
MODE
Verwijder het beschermende laagje vóór gebruik
(pagina 6).
6
7
8
+
9
–
4
5
SCRL
DSPL
1
2
3
4
5
6
+
VOL
–
q;
qa
A OFF toets
Uitschakelen; de bron stoppen.
B SOURCE toets
Druk op deze toets als u het apparaat wilt
inschakelen; een andere bron wilt kiezen
(Radio/CD/USB/SensMe™*1/AUX).
C < (.)/, (>) toetsen
Radio/CD/USB/SensMe™ bedienen,
dezelfde functie als (SEEK) –/+ op het
apparaat.
Installatie, geluidsinstelling, enz. kunnen
worden bediend met < ,.
D DSPL (scherm) toets
Display-items wijzigen.
E VOL (volume) +*2/– toets
Het volume aanpassen.
F ATT toets (dempen)
Het geluid dempen. Druk nogmaals als u wilt
annuleren.
G SEL (select) toets
Dezelfde functie als de selectietoets op het
apparaat.
H MODE toets
Indrukken als u de radioband wilt selecteren
(FM/MW/LW).
Ingedrukt houden als u de
passagiersbediening wilt inschakelen/
annuleren.
I M (+)/m (–) toetsen
CD/USB/SensMe™ bedienen, dezelfde
functie als de toetsen (1)/(2)
(ALBUM –/+) op het apparaat.
Installatie, geluidsinstelling, enz. kunnen
worden bediend met M m.
J SCRL (rollen) toets
Het display-item rollen.
K Cijfertoetsen
De opgeslagen zenders ontvangen
(indrukken); zenders opslaan (ingedrukt
houden).
*1 Wanneer een USB-apparaat dat is ingesteld voor
de SensMe™-functie, is aangesloten.
*2 Deze toets beschikt over een voelstip.
10
Radio
Zenders opslaan en ontvangen
Let op
Als u afstemt op zenders tijdens het rijden,
vermijd dan ongelukken, gebruik de BTMfunctie (geheugen voor beste afstemming).
Tip
Als u de frequentie kent van de zender die u wilt
beluisteren, houdt u (SEEK) +/– ingedrukt tot de
frequentie ongeveer is bereikt en vervolgens stemt u
nauwkeurig op de gewenste frequentie af door
herhaaldelijk op (SEEK) +/– te drukken (handmatig
afstemmen).
RDS
Automatisch opslaan — BTM
Overzicht
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE/OFF)
tot "TUNER" wordt weergegeven.
Wijzig de band door herhaaldelijk op
(MODE) te drukken. U kunt FM1, FM2,
FM3, MW of LW selecteren.
FM-zenders met de RDS-dienst
(radiogegevenssysteem) sturen onhoorbare
digitale informatie mee met het gewone
radioprogrammasignaal.
2
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
3
Draai de regelknop tot "BTM" wordt
weergegeven en druk op de
regelknop.
Het apparaat slaat de zenders in de volgorde
van frequentie op onder de cijfertoetsen.
Er klinkt een pieptoon wanneer de instelling
is opgeslagen.
Handmatig opslaan
1
Als u de zender ontvangt die u wilt
opslaan, houdt u een cijfertoets ((1)
tot en met (6)) ingedrukt tot "MEMO"
wordt weergegeven.
Display-items
A Radioband, Functie
B TA/TP*1
C Frequentie*2 (Programmaservicenaam),
Voorkeuzenummer, Klok, RDS-gegevens
*1 "TA" knippert tijdens de verkeersinformatie. "TP"
gaat branden als dergelijke zenders worden
ontvangen.
*2 Als u de RDS-zender ontvangt, wordt " *" links van
de frequentieaanduiding weergegeven.
Opmerking
Als u een andere zender onder dezelfde cijfertoets
probeert op te slaan, wordt de eerder opgeslagen
zender vervangen.
Als u de display-items C wilt wijzigen, drukt u
op (DSPL).
Tip
Als een RDS-zender wordt opgeslagen, wordt de
AF-/TA-instelling ook opgeslagen (pagina 12).
Dit apparaat biedt automatisch RDS-diensten op
de volgende manier:
De opgeslagen zenders ontvangen
1
Selecteer de band en druk vervolgens
op een cijfertoets ((1) tot en met (6)).
Automatisch afstemmen
1
Selecteer de band en zoek de zender
door op (SEEK) +/– te drukken.
Het zoeken stopt wanneer een zender wordt
ontvangen. Herhaal deze procedure tot de
zender van uw keuze wordt ontvangen.
RDS-diensten
AF (alternatieve frequenties)
Hiermee wordt de zender met het sterkste
signaal in een netwerk geselecteerd en wordt
opnieuw op deze zender afgestemd. Als u deze
functie gebruikt, kunt u onafgebroken naar
hetzelfde programma luisteren tijdens een lange
rit zonder dat u steeds handmatig op dezelfde
zender hoeft af te stemmen.
TA (verkeersinformatie)/
TP (verkeersprogramma)
Hiermee ontvangt u de actuele
verkeersinformatie/-programma's. De huidige
bron wordt onderbroken door eventuele
verkeersinformatie/-programma's.
vervolg op volgende pagina t
11
PTY (programmatypen)
Hiermee geeft u het ontvangen programmatype
weer. Hiermee zoekt u ook naar het
geselecteerde programmatype.
CT (kloktijd)
Met de CT-gegevens van de RDS-uitzending
wordt de klok ingesteld.
Opmerkingen
• In bepaalde landen/regio's zijn wellicht niet alle
RDS-functies beschikbaar.
• RDS functioneert wellicht niet als het
ontvangstsignaal zwak is of als de zender waarop u
hebt afgestemd, geen RDS-gegevens verzendt.
AF en TA instellen
1
Druk herhaaldelijk op (AF/TA) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
Selecteer
Actie
AF-ON
AF inschakelen en TA
uitschakelen.
TA-ON
TA inschakelen en AF
uitschakelen.
AF/TA-ON
AF en TA beide inschakelen.
AF/TA-OFF
AF en TA beide uitschakelen.
RDS-zenders met de AF- en TAinstelling opslaan
Op een regionaal programma
afgestemd blijven — REGIONAL
Als de AF-functie is ingeschakeld: met de
fabrieksinstelling van het apparaat wordt
ontvangst tot een bepaalde regio beperkt, zodat er
niet automatisch wordt overgeschakeld naar een
andere regionale zender met een sterkere
frequentie.
Wanneer u het ontvangstgebied van het regionale
programma verlaat, stelt u tijdens FM-ontvangst
"REG-OFF" in bij de instellingen (pagina 27).
Opmerking
Deze functie werkt niet in het Verenigd Koninkrijk en
sommige andere gebieden.
Local Link-functie (alleen voor het
Verenigd Koninkrijk)
Met deze functie kunt u andere lokale zenders in
het gebied selecteren, ook als deze niet zijn
opgeslagen onder de cijfertoetsen.
1 Druk tijdens FM-ontvangst op een cijfertoets
((1) tot en met (6)) waaronder een lokale
zender is opgeslagen.
2 Druk binnen 5 seconden nogmaals op de
cijfertoets van de lokale zender.
Herhaal dit tot de lokale zender wordt
ontvangen.
PTY selecteren
1
U kunt RDS-zenders vooraf instellen met de
AF-/TA-instelling. Als u de BTM-functie
gebruikt, worden alleen RDS-zenders met
dezelfde AF-/TA-instelling opgeslagen.
Als u handmatig vooraf instelt, kunt u zowel
RDS- als niet-RDS-zenders instellen met de
bijbehorende AF-/TA-instelling.
1 Stel AF/TA in en sla de zender vervolgens op
met BTM of handmatig.
Noodberichten ontvangen
Als AF of TA is ingeschakeld, wordt de
geselecteerde bron automatisch onderbroken
door de noodberichten.
Tip
Als u het volume aanpast tijdens een verkeersbericht,
wordt dat volume opgeslagen in het geheugen voor
volgende verkeersberichten, onafhankelijk van het
normale volume.
12
Houd (AF/TA) (PTY) ingedrukt tijdens
FM-ontvangst.
De naam van het huidige programmatype
verschijnt als de zender PTY-gegevens
uitzendt.
2
Draai de regelknop tot het gewenste
programmatype wordt weergegeven
en druk op de regelknop.
Het apparaat begint te zoeken naar een zender
die het geselecteerde programmatype
uitzendt.
Programmatypen
NEWS (Nieuws), AFFAIRS (Actualiteiten),
INFO (Informatie), SPORT (Sport),
EDUCATE (Educatieve programma's),
DRAMA (Toneel), CULTURE (Cultuur),
SCIENCE (Wetenschap), VARIED (Diversen),
POP M (Populaire muziek), ROCK M (Rockmuziek), EASY M (Easy Listening), LIGHT M
(Licht klassiek), CLASSICS (Klassiek),
OTHER M (Ander type muziek), WEATHER
(Weerberichten), FINANCE (Financiën),
CHILDREN (Kinderprogramma's), SOCIAL A
(Sociale zaken), RELIGION (Religie),
PHONE IN (Phone In), TRAVEL (Reizen),
LEISURE (Ontspanning), JAZZ (Jazz-muziek),
COUNTRY (Country-muziek), NATION M
(Nationale muziek), OLDIES (Oldies),
FOLK M (Folk-muziek), DOCUMENT
(Documentaires)
CD
Een CD afspelen
1
2
3
Druk op (OPEN).
Plaats de CD (met het label omhoog).
Sluit het voorpaneel.
Het afspelen start automatisch.
De CD uitwerpen
1 Druk op (OPEN).
2 Druk op Z.
De CD wordt uitgeworpen.
3 Sluit het voorpaneel.
Display-items
Opmerking
U kunt deze functie niet gebruiken in bepaalde landen/
regio's waar geen PTY-gegevens beschikbaar zijn.
CT instellen
1
Stel "CT-ON" in bij de instellingen
(pagina 27).
Opmerkingen
• Het is mogelijk dat de CT-functie niet werkt, ook al
wordt er wel een RDS-zender ontvangen.
• Er kan een verschil zijn tussen de tijd van de
CT-functie en de werkelijke tijd.
A Bron
B Tracknaam*1, disk-/artiestennaam*1,
artiestennaam*1, albumnummer*2,
albumnaam*1, tracknummer/verstreken
speelduur, klok
*1 De informatie over een CD TEXT, MP3/WMA/AAC
wordt weergegeven.
*2 Het albumnummer wordt alleen weergegeven als
het album wordt gewijzigd.
Als u de display-items B wilt wijzigen, drukt u
op (DSPL).
Tip
De weergegeven items zijn afhankelijk van het
disktype, de opname-indeling en de instellingen.
13
Herhaaldelijk en willekeurig
afspelen
1
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk
op (3) (REP) of (4) (SHUF) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
Selecteer
USB-apparaten
Ga naar de ondersteuningssite voor meer
informatie over de compatibiliteit van het USBapparaat.
Ondersteuningssite
Actie
TRACK
track herhaaldelijk
afspelen.
ALBUM*
album herhaaldelijk
afspelen.
SHUF ALBUM*
album in willekeurige
volgorde afspelen.
SHUF DISC
disk in willekeurige
volgorde afspelen.
* Bij het afspelen van een MP3/WMA/AAC-bestand.
Na 3 seconden is de instelling voltooid.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u " OFF" of "SHUF
OFF".
http://support.sony-europe.com/
• USB-apparaten van het type MSC
(massaopslag) en MTP (Media Transfer
Protocol) die voldoen aan de USB-norm,
kunnen worden gebruikt.
• De bijbehorende codecs zijn MP3 (.mp3),
WMA (.wma) en AAC (.m4a) en AAC (.mp4).
• U kunt het beste een reservekopie van de
gegevens op een USB-apparaat maken.
Opmerking
Sluit het USB-apparaat aan nadat u de motor hebt
gestart.
Afhankelijk van het USB-apparaat kan storing of
schade ontstaan wanneer het apparaat wordt
aangesloten voordat de motor wordt gestart.
Een USB-apparaat afspelen
1
Verschuif de klep van de USBaansluiting.
2
Sluit het USB-apparaat aan op de
USB-aansluiting.
Wanneer u een kabel gebruikt, moet u de
kabel gebruiken die bij het USB-apparaat is
geleverd voor de aansluiting.
Het afspelen wordt gestart.
14
Als er al een USB-apparaat is aangesloten, kunt u
het afspelen starten door herhaaldelijk op
(SOURCE/OFF) te drukken tot "USB" wordt
weergegeven.
U kunt het afspelen stoppen door
(SOURCE/OFF) 1 seconde ingedrukt te houden.
• Als u een MP3-/WMA-/AAC-bestand met VBR
(variabele bitsnelheid) afspeelt of snel vooruit-/
terugspoelt, wordt de verstreken speelduur wellicht
niet nauwkeurig weergegeven.
• Het afspelen van de volgende MP3-/WMA-/AACbestanden wordt niet ondersteund.
– compressie zonder gegevensverlies (lossless)
– auteursrechtelijk beveiligd
Het USB-apparaat verwijderen
1 Stop het afspelen van het USB-apparaat.
2 Verwijder het USB-apparaat.
Als u uw USB-apparaat verwijdert tijdens het
afspelen, kunnen de gegevens op het USBapparaat beschadigd worden.
Opmerkingen
• Gebruik geen USB-apparaten die zo groot of zwaar
zijn dat ze kunnen vallen als ze worden blootgesteld
aan trillingen of een losse aansluiting kunnen
veroorzaken.
• Verwijder het voorpaneel niet terwijl het USBapparaat wordt afgespeeld, anders kunnen de USBgegevens worden beschadigd.
• Dit apparaat kan geen USB-apparaten via een USB
HUB herkennen.
Display-items
Herhaaldelijk en willekeurig
afspelen
1
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk
op (3) (REP) of (4) (SHUF) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
Selecteer
Actie
TRACK
track herhaaldelijk
afspelen.
ALBUM
album herhaaldelijk
afspelen.
SHUF ALBUM
album in willekeurige
volgorde afspelen.
SHUF DEVICE
apparaat in willekeurige
volgorde afspelen.
Na 3 seconden is de instelling voltooid.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u " OFF" of "SHUF
OFF".
A Bron
B Tracknaam, artiestennaam, albumnummer*,
albumnaam, tracknummer/verstreken
speelduur, klok
* Het albumnummer wordt alleen weergegeven als
het album wordt gewijzigd.
Als u de display-items B wilt wijzigen, drukt u
op (DSPL).
Opmerkingen
• Welke items worden weergegeven is afhankelijk van
het USB-apparaat, de opname-indeling en de
instellingen. Ga naar de ondersteunings-site voor
meer informatie.
• Het maximumaantal gegevens dat kan worden
weergegeven, is als volgt.
– mappen (albums): 128
– bestanden (tracks) per map: 500
• Laat een USB-apparaat niet in een geparkeerde
auto achter, omdat dit een storing tot gevolg kan
hebben.
• Het kan enige tijd duren voordat het afspelen wordt
gestart, afhankelijk van het aantal opgenomen
gegevens.
• DRM-bestanden (beheer van digitale rechten)
kunnen mogelijk niet worden afgespeeld.
15
"Content Transfer" voert zowel de analyse als
de overdracht van tracks uit.
Genieten van muziek die bij uw
stemming past — SensMe™
Content
Transfer
De functies van Sony's unieke "SensMe™
channels" groeperen tracks automatisch op
verschillende kanalen en bieden u de
mogelijkheid intuïtief van muziek te genieten.
Voordat u de functie SensMe™ in
gebruik neemt
Hier volgt de basisprocedure die u moet volgen
voordat u kunt genieten van de SensMe™functie op het apparaat.
4 Het USB-apparaat aansluiten en op dit
apparaat van de SensMe™-functie
genieten
Sluit het ingestelde USB-apparaat aan. U kunt
dan op dit apparaat van "SensMe™ channels"
genieten.
1 "SensMe™ Setup" en "Content
Transfer" op uw computer installeren
Installeer om te beginnen "SensMe™ Setup"
en "Content Transfer" van de bijgeleverde
CD-ROM.
SensMe™
Setup
Content
Transfer
2 Een USB-apparaat registreren met
"SensMe™ Setup"
Schakel de SensMe™-functie op dit apparaat
in door een USB-apparaat op uw computer
aan te sluiten en de registratie uit te voeren
met "SensMe™ Setup".
SensMe™
Setup
Tip
U kunt de registratie uitvoeren samen met de
installatieprocedure of na de installatie.
3 Tracks overzetten naar het USBapparaat met "Content Transfer"
Tracks kunnen alleen op verschillende
kanalen worden gegroepeerd als patronen van
het geluid van tracks zijn geanalyseerd door
12 TONE ANALYSIS™, geladen in "Content
Transfer".
Sleep, terwijl het USB-apparaat is aangesloten
op uw computer, tracks van Windows
Explorer of iTunes, enz. naar "Content
Transfer".
16
"SensMe™ Setup" en "Content
Transfer" op uw computer
installeren
U kunt alleen met de bijgeleverde software
("SensMe™ Setup" en "Content Transfer") de
SensMe™-functie op dit apparaat inschakelen.
Installeer de software op uw computer van de
bijgeleverde CD-ROM.
1
Plaats de bijgeleverde CD-ROM in uw
computer.
De Installation Wizard wordt automatisch
gestart.
2
Voltooi de installatie door de
instructies op het display te volgen.
Een USB-apparaat registreren met
"SensMe™ Setup"
Tracks op het kanaal afspelen
— SensMe™ channels
U kunt alleen de SensMe™-functie op dit
apparaat inschakelen als u het USB-apparaat
registreert.
"SensMe™ channels" groepeert tracks op hun
melodie automatisch in kanalen. U kunt een
kanaal selecteren en afspelen, dat past bij uw
stemming, activiteit, enz.
Als de registratie niet samen met de
installatieprocedure is uitgevoerd, volg dan
onderstaande stappen.
1
Start "SensMe™ Setup" op uw
computer.
2
Sluit een USB-apparaat aan op uw
computer.
3
Voltooi de registratie volgens de
instructies op het display.
1
Sluit een USB-apparaat aan dat is
ingesteld voor de SensMe™-functie.
2
Druk herhaaldelijk op (SOURCE/OFF)
tot "SENSME CH" wordt weergegeven.
De lijst van het kanaal wordt weergegeven en
de meest melodische of ritmische gedeelten*
van tracks worden in willekeurige volgorde
afgespeeld.
* Zullen misschien niet juist worden gedetecteerd.
Tip
Als u een geregistreerd USB-apparaat aansluit waar
geanalyseerde tracks op staan, kunt u de registratie
van het USB-apparaat weer ongedaan maken.
Tracks overzetten naar het USBapparaat met "Content Transfer"
U kunt alleen de SensMe™-functie op dit
apparaat inschakelen als met "Content Transfer"
tracks zijn geanalyseerd en zijn overgebracht
naar het geregistreerde USB-apparaat.
1
2
Sluit het geregistreerde USB-apparaat
aan op uw computer.
Breng voor USB-apparaten een verbinding tot
stand met de MSC-stand.
"Content Transfer" start automatisch.
Als er een melding wordt weergegeven, ga
dan te werk volgens de instructies op het
display.
Sleep tracks uit Windows Explorer of
iTunes, enz. naar "Content Transfer".
De analyse en de overdracht van tracks
beginnen.
3
Met de regelknop een track selecteren
van de lijst van het kanaal.
• Een ander kanaal kiezen
Selecteer het kanaal van uw keuze door op
(1)/(2) (ALBUM –/+) te drukken.
• Een andere track kiezen
Druk op (SEEK) +/– totdat de track van uw
keuze wordt weergegeven en druk daarna op de
regelknop.
Het afspelen begint vanaf het begin van de
actuele track.
Als u 10 seconden lang geen
bedieningshandeling verricht, keert het display
terug naar de normale weergavestand.
Zie voor informatie over de
bedieningshandelingen de Help van "Content
Transfer".
Opmerkingen
• Afhankelijk van de track zal deze misschien niet
goed worden gedetecteerd of worden gegroepeerd
op een kanaal met tracks met een andere stemming.
• Als er veel tracks staan op het aangesloten USBapparaat, zal het door het lezen van gegevens
misschien enige tijd duren voordat "SensMe™
channels" start.
Opmerking
De track-analyse door by 12 TONE ANALYSIS™ kan,
afhankelijk van de computeromgeving, wat tijd in
beslag nemen.
Tip
Tracks worden in willekeurige volgorde afgespeeld. De
volgorde zal iedere keer dat u het kanaal selecteert,
anders zijn.
vervolg op volgende pagina t
17
Lijst van het kanaal
x Aanbevolen, Shuffle All
"MORNING" (5:00 – 9:59)
"DAYTIME" (10:00 – 15:59)
"EVENING" (16:00 – 18:59)
"NIGHT" (19:00 – 23:59)
"MIDNIGHT" (0:00 – 4:59)
Tracks die voor ieder tijdstip van de dag worden
aanbevolen.
Stel de klok (pagina 6) in zodat het kanaal
nauwkeurig wordt weergegeven.
iPod
Zie voor informatie over de geschiktheid van uw
iPod "Informatie over iPod" (pagina 29) of ga
naar de ondersteunings-site.
In deze gebruiksaanwijzing wordt "iPod"
gebruikt als algemene verwijzing naar de iPodfuncties van de iPod en iPhone, tenzij anders
aangegeven in de tekst of afbeeldingen.
Ondersteuningssite
"SHUFFLE ALL": Speelt alle geanalyseerde
tracks in willekeurige volgorde.
x Basiskanalen
Speelt tracks af op muziektype.
http://support.sony-europe.com/
Een iPod afspelen
"ENERGETIC": Vrolijke tracks.
Zet het volume van het apparaat zachter voordat
u de iPod aansluit.
"RELAX": Kalme tracks.
1
Verschuif de klep van de USBaansluiting.
2
Sluit de iPod met de USB-kabel en de
dockconnector aan op de USBaansluiting.
"MELLOW": Melancholieke tracks.
"UPBEAT": Blije tracks voor een betere
stemming.
"EMOTIONAL": Ballads.
"LOUNGE": Lounge-muziek.
"DANCE": Ritme en rap, rhythm-n-bluestracks.
"EXTREME": Intense rock-tracks.
x Kanalen voor in de auto
Speelt tracks die geschikt zijn tijdens het rijden.
"FREEWAY": Snelle, vrolijke tracks.
"CHILLOUT DRIVE": Ingetogen, helende
ballad-tracks.
"WEEKEND TRIP": Heerlijke, opgewekte en
blije tracks.
"MIDNIGHT CRUISE": Jazz of piano-tracks
met een volwassen gemoedsgesteldheid.
"PARTY RIDE": Up-tempo en live-tracks.
"MORNING COMMUTE": Opgewekte en
luchtige tracks.
"GOIN’ HOME": Warme en ontspannende
tracks.
18
De iPod wordt automatisch ingeschakeld en
het display wordt als volgt op het scherm van
de iPod weergegeven.*
Tip
Voor aansluiting van de dockconnector adviseren wij
de RC-100IP USB-kabel (niet bijgeleverd) te
gebruiken.
De tracks op de iPod worden automatisch
afgespeeld vanaf het punt dat het laatst is
afgespeeld.
Als er al een iPod is aangesloten, kunt u het
afspelen starten door herhaaldelijk op
(SOURCE/OFF) te drukken tot "USB"
verschijnt. ("iPod" wordt weergegeven
wanneer een iPod wordt herkend.)
* In het geval dat een iPod touch of iPhone wordt
aangesloten, of de iPod de vorige keer is afgespeeld
met passagiersbediening, wordt het logo niet op het
display weergegeven.
3
Pas het volume aan.
U kunt het afspelen stoppen door
(SOURCE/OFF) 1 seconde ingedrukt te houden.
De iPod verwijderen
1 Stop het afspelen van de iPod.
2 Verwijder de iPod.
Waarschuwing voor iPhone
Als u een iPhone via USB aansluit, wordt het
telefoonvolume geregeld op de iPhone zelf. Voorkom
dat er plotseling harde geluiden klinken na een
gesprek, verhoog niet tijdens een telefoongesprek het
volume op het apparaat.
Display-items
A Bronaanduiding (iPod)
B Tracknaam, artiestennaam, albumnaam,
tracknummer/verstreken speelduur, klok
Als u de display-items B wilt wijzigen, drukt u
op (DSPL).
Tip
Als album/podcast/genre/artiest/afspeellijst wordt
gewijzigd, wordt het itemnummer tijdelijk
weergegeven.
Opmerking
Het is mogelijk dat sommige letters die zijn
opgeslagen in de iPod niet juist worden weergegeven.
Albums, podcasts, genres,
afspeellijsten en artiesten
overslaan
Actie
Handeling
Overslaan
Opmerkingen
• Verwijder het voorpaneel niet terwijl de iPod wordt
afgespeeld, anders kunnen de gegevens worden
beschadigd.
• Dit apparaat kan geen iPod via een USB HUB
herkennen.
Druk op (1)/(2)
(ALBUM –/+)
[druk een keer voor ieder item]
Blijven
overslaan
Houd (1)/(2) (ALBUM –/+)
ingedrukt
[ingedrukt houden tot het
gewenste punt]
Tips
• Wanneer de contactsleutel in de ACC-positie is
gezet en het apparaat is ingeschakeld, wordt de
iPod opgeladen.
• Als de iPod wordt losgekoppeld tijdens het afspelen,
wordt "NO DEV" op het display van het apparaat
weergegeven.
Herhaaldelijk en willekeurig
afspelen
De stand Resuming
Wanneer de iPod is aangesloten op de
dockconnector, wordt de stand van dit apparaat
gewijzigd in de stand Resuming en wordt het
afspelen gestart in de stand die is ingesteld met
de iPod.
In de stand Resuming werken de volgende
toetsen niet.
– (3) (REP)
– (4) (SHUF)
1
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk
op (3) (REP) of (4) (SHUF) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
Selecteer
Actie
TRACK
track herhaaldelijk
afspelen.
ALBUM
album herhaaldelijk
afspelen.
PODCAST
podcast herhaaldelijk
afspelen.
ARTIST
artiest herhaaldelijk
afspelen.
vervolg op volgende pagina t
19
Selecteer
Actie
PLAYLIST
afspeellijst herhaaldelijk
afspelen.
GENRE
genre herhaaldelijk
afspelen.
Zoeken naar een track
Zoeken naar een track op naam
— Quick-BrowZer™
SHUF ALBUM
album in willekeurige
volgorde afspelen.
U kunt gemakkelijk op categorie zoeken naar een
track op een CD of USB-apparaat.
SHUF PODCAST
podcast in willekeurige
volgorde afspelen.
1
SHUF ARTIST
artiest in willekeurige
volgorde afspelen.
Druk op
(BROWSE).
De Quick-BrowZer-stand op het apparaat
wordt geactiveerd en er wordt een lijst met
zoekcategorieën weergegeven.
SHUF PLAYLIST
afspeellijst in
willekeurige volgorde
afspelen.
2
Selecteer de zoekcategorie van uw
keuze door de regelknop te draaien en
bevestig deze met een druk op de
regelknop.
SHUF GENRE
genre in willekeurige
volgorde afspelen.
3
SHUF DEVICE
apparaat in willekeurige
volgorde afspelen.
Herhaal stap 2 tot de gewenste track is
geselecteerd.
Het afspelen wordt gestart.
Na 3 seconden is de instelling voltooid.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u " OFF" of "SHUF
OFF."
Een iPod rechtstreeks bedienen
— Passagiersbediening
Terugkeren naar het vorige display
Druk op
De Quick-BrowZer-stand verlaten
Druk op
(BROWSE).
Opmerking
Wanneer u de Quick-BrowZer-stand opent, wordt de
instelling voor herhaaldelijk/willekeurig afspelen
geannuleerd.
U kunt een iPod die is aangesloten op de
dockconnector rechtstreeks bedienen.
Zoeken door items over te slaan
— Jump-stand
1
Wanneer er veel items in een categorie staan,
kunt u het item van uw keuze snel zoeken.
Houd tijdens het afspelen (MODE)
ingedrukt.
"MODE IPOD" wordt weergegeven en u kunt
de iPod rechtstreeks bedienen.
1
Het display-item wijzigen.
Druk op (DSPL).
De display-items worden als volgt gewijzigd:
Tracknaam t Artiestennaam t Albumnaam
t MODE IPOD t Klok
De passagiersbediening verlaten
Houd (MODE) ingedrukt.
"MODE AUDIO" wordt weergegeven en de
weergavestand wordt gewijzigd in de stand
Resuming.
Opmerkingen
• Het volume kan alleen worden aangepast op het
apparaat.
• Als u deze stand annuleert, wordt de instelling voor
herhalen uitgeschakeld.
20
(BACK).
Druk op (SEEK) + in de QuickBrowZer-stand.
Het volgende display wordt weergegeven.
A Huidig itemnummer
B Totaalaantal items in de huidige laag
De itemnaam wordt weergegeven.
2
Selecteer het item van uw keuze of een
naburig item door de regelknop te
draaien.
Er worden gedeelten in stappen van 10% van
het totaalaantal items overgeslagen.
3
Druk op de selectietoets.
Het display keert terug naar de QuickBrowZer-stand en het geselecteerde item
wordt weergegeven.
4
Selecteer het item van uw keuze door
de regelknop te draaien en er
vervolgens op te drukken.
Het afspelen wordt gestart als het
geselecteerde item een track is.
De Jump-stand annuleren
Druk op
(BACK) of (SEEK) –.
Opmerking
Indien er gedurende 7 seconden geen handeling
wordt uitgevoerd, wordt de Jump-stand geannuleerd.
Zoeken op alfabetische volgorde
— Alfabetisch zoeken
Zoeken naar een track door te
luisteren naar een gedeelte van
een track — ZAPPIN™
U kunt zoeken naar een track die u wilt
beluisteren door korte gedeelten van tracks op
een CD of USB-apparaat op volgorde af te
spelen.
De ZAPPIN-stand is geschikt voor het zoeken
naar een track in de standen voor willekeurige
volgorde of willekeurige volgorde herhalen.
1
Als een iPod op het apparaat is aangesloten, kunt
u alfabetisch zoeken naar een item van uw keuze.
1
Druk op (SEEK) + in de QuickBrowZer-stand.
Er wordt een alfabetische lijst weergegeven.
Druk op (ZAP) tijdens het afspelen.
Nadat "ZAPPIN" is weergegeven in het
display, wordt het afspelen gestart vanaf een
gedeelte van de volgende track.
Het gedeelte wordt afgespeeld zo lang als is
ingesteld, waarna u een klik hoort en het
volgende gedeelte wordt gestart.
Track
2
3
Selecteer de eerste letter van het item
van uw keuze door de regelknop te
draaien en druk vervolgens op de
regelknop.
Er wordt een lijst van items die beginnen met
de letter van uw keuze in alfabetische
volgorde weergegeven.
Als er geen song is die met de letter van uw
keuze begint, wordt "NOT FOUND"
weergegeven.
Selecteer het item van uw keuze door
de regelknop te draaien en er
vervolgens op te drukken.
Het afspelen wordt gestart als het
geselecteerde item een track is.
Alfabetisch zoeken annuleren
Druk op
(BACK) of (SEEK) –.
Er wordt een lijst van zoekcategorieën
weergegeven.
Opmerkingen
• In Alfabetisch zoeken, wordt een symbool of
lidwoord (de/het/een) voor de geselecteerde letter
van het item weggelaten.
• Afhankelijk van het zoekitem dat u kiest, bestaat de
kans dat alleen de Jump-stand beschikbaar is.
• Indien er gedurende 5 seconden geen handeling
wordt uitgevoerd, wordt Alfabetisch zoeken
geannuleerd.
• Alfabetisch zoeken kan wat tijd in beslag nemen,
afhankelijk van het aantal tracks.
Op (ZAP)
gedrukt.
2
Het gedeelte van elke track
dat wordt afgespeeld in de
ZAPPIN-stand.
Druk op de selectietoets of op (ZAP)
wanneer een track wordt afgespeeld
die u wilt beluisteren.
De track die u selecteert, wordt in normale
weergavestand vanaf het begin afgespeeld.
Herhaal stap 1 en 2 als u nogmaals naar een
track wilt zoeken in de ZAPPIN-stand.
In het geval van weergave van
"SensMe™ channels"
Als de track die u zoekt, is overgezet door
"Content Transfer", worden de meest melodische
of ritmische gedeelten* van tracks afgespeeld.
Zie voor informatie over de SensMe™-functie
pagina 16.
* Zal misschien niet juist worden gedetecteerd.
Tips
• U kunt een afspeeltijd selecteren van ongeveer
6 seconden/15 seconden/30 seconden (pagina 27).
U kunt niet selecteren welk gedeelte van de track
wordt afgespeeld.
• Druk in de ZAPPIN-stand op (SEEK) +/– als u een
track wilt overslaan.
• Druk op (1)/(2) (ALBUM –/+) in de ZAPPIN-stand
als u een album wilt overslaan.
• Als u op
(BACK) drukt, bevestigt u ook welke
track u wilt afspelen.
21
Genieten van de verlichting in
gevarieerde kleuren
Een andere kleur voor het
display en de toetsen kiezen
—Dynamic Color Illuminator
Met Dynamic Color Illuminator kunt u de kleur
van het display en toetsen van het hoofdtoestel
aanpassen aan het interieur van de auto.
U kunt een keuze maken uit 12
voorkeuzekleuren, speciale kleuren en 5
voorkeuzepatronen.
x Voorkeuzekleuren
"RED", "AMBER", "M_AMBER", "YELLOW",
"WHITE", "LIGHT GREEN", "GREEN",
"LIGHT BLUE", "SKY BLUE", "BLUE",
"PURPLE", "PINK".
x Voorkeuzepatronen
"RAINBOW", "OCEAN", "SUNSET",
"FOREST", "RANDOM".
1
2
Zie pagina27 voor informatie over de DIMMER.
1
Houd (COLOR) ingedrukt.
De speciale DAY/NIGHT-kleurweergave
varieert uitgaande van de DIMMERinstelling.
Zie pagina 22 als u de DAY/NIGHTkleurstand wilt wijzigen.
2
Draai de regelknop tot "BASE COLOR"
wordt weergegeven en druk op de
regelknop.*
U kunt een voorkeuzekleur kiezen en deze
verder aanpassen.
Als u een voorkeuzekleur niet wilt aanpassen,
gaat u rechtstreeks naar stap 5.
* Wanneer u "BASE COLOR" selecteert, wordt
speciale kleur overschreven.
3
Maak een keuze uit "RGB RED", "RGB
GREEN", of "RGB BLUE", door de
regelknop te draaien en druk daarna
op de regelknop.
4
Selecteer het kleurbereik door de
regelknop te draaien en druk op de
regelknop.
Aanpasbaar kleurbereik: "0" – "32".
U kunt niet voor alle kleurbereiken
tegelijkertijd "0" instellen.
5
Druk op
(BACK).
Het display keert terug naar de normale
ontvangst-/weergavestand.
Druk op (COLOR).
Selecteer de voorkeuzekleur van uw
keuze door de regelknop te draaien en
er vervolgens op te drukken.
Het display keert terug naar de normale
ontvangst-/weergavestand.
Opmerking
Als u de regelknop snel draait, zullen de kleur van de
display en de knoppen misschien te snel veranderen.
Tip
U kunt de stand voor de voorkeuzekleur bereiken
vanuit het installatiemenu.
De kleur van het display en de
toetsen aanpassen — Custom
Color
U kunt een speciale kleur voor het display en
toetsen registreren.
Over kleurstand DAY/NIGHT
U kunt verschillende kleuren instellen voor DAY/
NIGHT.
De kleurveranderingen van het display voor
DAY/NIGHT zijn de volgende.
22
* Alleen beschikbaar wanneer de bedieningskabel
voor de verlichting is aangesloten.
Kleurstand
DIMMER
DAY
OFF of AUTO (schakel
de hoofdverlichting uit*)
NIGHT
ON of AUTO (schakel
de hoofdverlichting in*)
Kleurstand DAY/NIGHT wijzigen.
1 Selecteer "DAY/NIGHT" in stap 2.
2 Selecteer "DAY" of "NIGHT".
3 Pas het voorkeuzekanaal aan in stap 2 tot 5.
Tip
U kunt de kleurstand DAY/NIGHT instellen vanuit het
installatiemenu.
Geavanceerde kleurinstelling
Synchronisatie SensMe™
Channels — SensMe™ Channels
Kleur
De kleur van het display en de toetsen op het
hoofdapparaat verandert op basis van het
SensMe™ channel.
Opmerking
Zal misschien niet juist worden gesynchroniseerd.
Heldere kleur weergeven
— White Menu
U kunt het menu duidelijker weergeven (White)
zonder gevolgen voor de kleurinstelling.
1
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2
Draai de regelknop tot "WHITE MENU"
wordt weergegeven en druk op de
regelknop.
1
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2
Draai de regelknop tot "SENSME
COLR" wordt weergegeven en druk op
de regelknop.
3
3
Selecteer "SENSME-ON", door de
regelknop te draaien en druk op de
regelknop.
Selecteer "WHITE-ON", door de
regelknop te draaien en druk op de
regelknop.
4
4
Druk op
(BACK).
De instelling is voltooid en het display keert
terug naar de normale ontvangst-/
weergavestand.
Druk op
(BACK).
De instelling is voltooid en het display keert
terug naar de normale ontvangst-/
weergavestand.
U kunt SensMe™ Channels Color annuleren
door "OFF" te selecteren in stap 3.
Opmerking
Wanneer SensMe™ Channels Color voor de
SensMe™-bron is ingesteld op "ON", geldt SensMe™
Channels Color en gelden niet de vooraf ingestelde
instellingen voor kleur/patroon. De instelling kleur/
patroon verandert in de vooraf ingestelde instelling
voor kleur/patroon als u SensMe™ Channels Color
uitschakelt of een andere bron inschakelt dan
SensMe™.
U kunt White Menu annuleren door "OFF" te
selecteren in stap 3.
Opstarteffect
— Start White
Wanneer u (SOURCE/OFF) op aan duwt,
worden het display en de toetsen op het
hoofdapparaat één keer wit, en daarna verschijnt
de kleur die als speciale kleur is gekozen. U kunt
steeds van dit effect genieten als de bron wordt
ingeschakeld.
1
De kleur veranderen met soundsynchronisatie — Sound
Synchronization
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2
Draai de regelknop tot "START
WHITE" wordt weergegeven en druk
op de regelknop.
De kleur verandert op basis van de
synchronisatie van de muziek die speelt.
Wanneer u een voorkeuzepatroon selecteert of
tracks afspeelt in het SensMe channel, wordt
sound-synchronisatie geactiveerd.
3
Selecteer "WHITE-ON", door de
regelknop te draaien en druk op de
regelknop.
4
Druk op
(BACK).
De instelling is voltooid en het display keert
terug naar de normale ontvangst-/
weergavestand.
1
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2
Draai de regelknop tot "SOUND SYNC"
wordt weergegeven en druk op de
regelknop.
3
Selecteer "SYNC-ON" door de
regelknop te draaien en druk op de
regelknop.
4
Druk op
(BACK).
De instelling is voltooid en het display keert
terug naar de normale ontvangst-/
weergavestand.
U kunt Start White annuleren door "OFF" te
selecteren in stap 3.
23
Geluidsinstellingen en het
installatiemenu
De geluidsinstellingen wijzigen
De geluidskenmerken aanpassen
1
Druk tijdens ontvangst/weergave op
de selectietoets.
2
Draai de regelknop tot het gewenste
menu-item wordt weergegeven en
druk op de regelknop.
3
Selecteer de instelling door de
regelknop te draaien en druk op de
regelknop.
4
24
Druk op
(BACK).
De instelling is voltooid en het display keert
terug naar de normale ontvangst-/
weergavestand.
Genieten van geavanceerde
sound-functies — Advanced
Sound Engine
Advanced Sound Engine, Sony's nieuwe soundengine, creëert met digitale signaalverwerking
een ideaal sound-field in de auto. Advanced
Sound Engine omvat de volgende functies: EQ7,
Listening Position, DM+ Advanced, Rear Bass
Enhancer.
De geluidskwaliteit selecteren
— EQ7 Preset
U kunt een equalizercurve selecteren uit
7 equalizercurven ("XPLOD", "VOCAL",
"EDGE", "CRUISE", "SPACE", "GRAVITY",
"CUSTOM" of "OFF").
1
Druk tijdens ontvangst/weergave op
de selectietoets.
De volgende items kunnen worden ingesteld
(volg de paginaverwijzing voor meer informatie):
2
Draai de regelknop tot "EQ7 PRESET"
wordt weergegeven en druk op de
regelknop.
EQ7 PRESET (pagina 24)
EQ7 SETTING (pagina 24)
POSITION
POSITION (instelling luisterpositie)
(pagina 25)
ADJUST POS*1 (aanpassing luisterpositie)
(pagina 26)
SW POSITION*1 (Subwooferpositie)
(pagina 25)
BALANCE
De geluidsbalans aanpassen: "RIGHT-15" –
"CENTER" – "LEFT-15".
FADER
De relatieve niveau aanpassen: "FRONT-15" –
"CENTER" – "REAR-15".
DM+ (pagina 26)
REARBAS ENH (Rear Bass Enhancer)
(pagina 26)
SUBW LEVEL (subwooferniveau)
Past het subwoofervolume aan: "+10 dB" –
"0 dB" – "–10 dB".
("ATT" wordt weergegeven bij de laagste
instelling.)
AUX VOLUME*2 (AUX-volumeniveau)
Past het volumeniveau aan voor aangesloten
randapparatuur: "+18 dB" – "0 dB" – "–8 dB".
Dankzij deze instelling is het niet nodig om het
volumeniveau tussen bronnen aan te passen.
3
Draai de regelknop tot de gewenste
equalizercurve wordt weergegeven en
druk op de regelknop.
4
Druk op
(BACK).
Het display keert terug naar de normale
ontvangst-/weergavestand.
*1 Verborgen wanneer "POSITION" op "OFF" is
ingesteld.
*2 Wanneer AUX-bron is ingeschakeld (pagina 28).
U kunt de equalizercurve annuleren door "OFF"
te selecteren in stap 3.
Tip
Voor iedere bron kan de equalizercurve in het
geheugen worden opgeslagen.
De equalizercurve aanpassen
— EQ7 Setting
Met "CUSTOM" bij EQ7 kunt u uw eigen
equalizerinstellingen maken.
1
Selecteer een bron en druk op de
selectietoets.
2
Draai de regelknop tot "EQ7 SETTING"
wordt weergegeven en druk op de
regelknop.
3
Draai de regelknop tot "BASE" wordt
weergegeven en druk op de
regelknop.
U kunt een equalizercurve kiezen als basis om
verder aan te passen.
Als u een vooraf ingestelde equalizercurve
niet wilt aanpassen, gaat u rechtstreeks naar
stap 5.
4
Selecteer de equalizercurve door de
regelknop te draaien en druk op de
regelknop.
5
De equalizercurve instellen.
1 Selecteer het frequentiebereik door de
regelknop te draaien en druk op de
regelknop.
BAND1: 63 Hz
BAND2: 160 Hz
BAND3: 400 Hz
BAND4: 1 kHz
BAND5: 2,5 kHz
BAND6: 6,3 kHz
BAND7: 16,0 kHz
2 Pas het volumeniveau aan door de
regelknop te draaien en druk op de
regelknop.
Het volume kan worden aangepast in
stappen van 1 dB, van -6 dB tot +6 dB.
6
De opties voor "POSITION" worden hieronder
genoemd.
"FRONT L" (1): Voor links
"FRONT R" (2): Voor
rechts
"FRONT" (3): Midden voor
"ALL" (4): In het midden
van uw auto
"OFF": Geen positie
ingesteld
U kunt ook de subwooferpositie bij benadering
instellen vanaf uw luisterpositie, als:
– de subwoofer is aangesloten
– de luisterpositie is ingesteld op "FRONT L",
"FRONT R", "FRONT" of "ALL".
De opties voor "SW POSITION" worden
hieronder genoemd.
"NEAR" (A): Dichtbij
"NORMAL" (B): Normaal
"FAR" (C): Ver
1
Druk tijdens ontvangst/weergave op
de selectietoets.
Herhaal stap 1 en 2 als u andere
frequentiebereiken wilt aanpassen.
2
Druk twee keer op
(BACK).
De equalizercurve wordt opgeslagen in
"CUSTOM" en het display keert terug naar de
normale ontvangst-/weergavestand.
Draai de regelknop tot "POSITION"
wordt weergegeven en druk op de
regelknop.
3
Draai de regelknop en kies uit "FRONT
L", "FRONT R", "FRONT" of "ALL", en
druk op de regelknop.
4
Draai de regelknop tot "SW POSITION"
wordt weergegeven en druk op de
regelknop.
Als u "FRONT L", "FRONT R", "FRONT" of
"ALL" selecteert in stap 3 hierboven, kunt u
de subwooferpositie instellen.
Maak een keuze uit "NEAR", "NORMAL" of
"FAR", door de regelknop te draaien en druk
daarna op de regelknop.
5
Druk op
(BACK).
Het display keert terug naar de normale
ontvangst-/weergavestand.
Het geluid optimaliseren door
middel van Time Alignment
— Listening Position
Het apparaat kan de geluidslokalisatie wijzigen
door het uitsturen van geluid uit elk van de
luidsprekers te vertragen en aan te passen aan uw
positie en een natuurlijk sound-field simuleren
dat u het gevoel geeft dat u er middenin zit waar
u ook in de auto zit.
U kunt luisterpositie annuleren door "OFF" te
selecteren in stap 3.
25
De luisterpositie aanpassen
U kunt de instelling voor luisterpositie erg
nauwkeurig afregelen.
1
Druk tijdens ontvangst/weergave op
de selectietoets.
2
Draai de regelknop tot "ADJUST POS"
wordt weergegeven en druk op de
regelknop.
3
Pas de luisterpositie aan door de
regelknop te draaien en druk op de
regelknop.
Aanpasbaar bereik: "+3" – "CENTER" –
"–3".
4
Druk op
(BACK).
Het display keert terug naar de normale
ontvangst-/weergavestand.
DM+ Advanced
DM+ Advanced verbetert digitaal
gecomprimeerd geluid door hoge frequenties die
verloren zijn gegaan in het compressieproces te
herstellen.
De achterluidsprekers als
subwoofer gebruiken — Rear Bass
Enhancer
Rear Bass Enhancer laat de bass-sound toenemen
door de instelling van het laagdoorlaatfilter
(pagina 27) op de achterluidsprekers toe te
passen. Door middel van deze functie kunnen de
achterluidsprekers werken als subwoofer als er
geen subwoofer is aangesloten.
1
Druk tijdens ontvangst/weergave op
de selectietoets.
2
Draai de regelknop tot "REARBAS
ENH" wordt weergegeven en druk op
de regelknop.
3
Draai de regelknop en kies uit "1", "2"
of "3", en druk op de regelknop.
4
Druk op
(BACK).
Het display keert terug naar de normale
ontvangst-/weergavestand.
Instelitems aanpassen — SET
1
Druk tijdens de weergave op de
selectietoets.
1
2
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
Draai de regelknop tot "DM+" wordt
weergegeven en druk op de
regelknop.
2
3
Draai de regelknop tot het gewenste
item wordt weergegeven en druk op de
regelknop.
Selecteer "ON", door de regelknop te
draaien en druk op de regelknop.
3
4
Druk op
(BACK).
Het display keert terug naar de normale
weergaveststand.
Selecteer de instelling door de
regelknop te draaien en druk op de
regelknop.*
Het instellen is voltooid.
4
Druk op
(BACK).
Het display keert terug naar de normale
ontvangst-/weergavestand.
Tip
Voor iedere bron kan de DM+ instelling in het
geheugen worden opgeslagen.
* Voor de instelling Custom Color is het nodig dat u
nog meer stappen uitvoert (pagina 22).
Opmerking
Welke items worden weergegeven is afhankelijk van
de bron en de instelling.
26
De volgende items kunnen worden ingesteld
(volg de paginaverwijzing voor meer informatie):
CLOCK ADJ (klok aanpassen) (pagina 6)
CT (kloktijd)
De CT-functie inschakelen: "ON", "OFF"
(pagina 12, 13).
BEEP
De pieptoon inschakelen: "ON", "OFF".
AUX-A*1 (AUX-audio)
Het AUX-bronscherm inschakelen: "ON",
"OFF" (pagina 28).
AUTO OFF
Automatisch uitschakelen na de gewenste tijd
wanneer het apparaat is uitgeschakeld: "NO",
"30S (Seconden)", "30M (Minuten)", "60M
(Minuten)".
DEMO (demonstratie)
De demonstratie inschakelen: "ON", "OFF".
DIMMER
De helderheid van het display wijzigen.
– "AT": het display automatisch dimmen
wanneer u de lichten aanzet. (Alleen
beschikbaar wanneer de bedieningskabel voor
de verlichting is aangesloten.)
– "ON": het display dimmen.
– "OFF": de dimmer uitschakelen.
CONTRAST
Het contrast van het display aanpassen. Het
contrast niveau kan in 7 stappen worden
aangepast.
COLOR (Voorkeuzekleur)
Selecteert de voorkeuzekleur van het display en
de toetsen op het hoofdapparaat (pagina 22).
CUSTOM COLR (Speciale kleur)
Selecteert een voorkeuzekleur kiezen die u
verder kunt aanpassen (pagina 22).
SENSME COLR (SensMe-kleur)
Verandert de kleur op basis van de SensMe
channels: "ON", "OFF".
SOUND SYNC
Selecteert de kleur met sound-synchronisatie:
"ON", "OFF".
WHITE MENU
Stelt het effect in wanneer een andere bron
wordt gekozen: "ON", "OFF".
START WHITE
Stelt de opstartkleur in: "ON", "OFF".
MOTION DSPL (Bewegingsdisplay)
– "SA": bewegende patronen en spectrum
analyzer weergeven.
– "ON": bewegende patronen weergeven.
– "OFF": het bewegingsdisplay uitschakelen.
AUTO SCROLL
Lange items automatisch laten rollen: "ON",
"OFF".
LOCAL (lokale zoekfunctie)
– "ON": alleen afstemmen op krachtige zenders.
– "OFF": afstemmen met normale ontvangst.
MONO*2 (monostand)
Mono-ontvangststand selecteren voor een betere
FM-ontvangst: "ON", "OFF".
REGIONAL*2
De ontvangst beperken tot een specifieke regio:
"ON", "OFF" (pagina 12).
ZAPPIN TIME
De afspeeltijd voor de ZAPPIN-functie
selecteren.
– "Z.TIME-1 (ongeveer 6 seconden)",
"Z.TIME-2 (ongeveer 15 seconden)",
"Z.TIME-3 (ongeveer 30 seconden)".
ZAPPIN BEEP
Heeft de pieptoon tussen passage van tracks:
"ON", "OFF".
LPF FREQ (frequentie van laagdoorlaatfilter)
Selecteert de kantelfrequentie van de
subwoofer: "50Hz", "60Hz", "80Hz", "100Hz",
"120Hz".
LPF SLOPE (steilheid laagdoorlaatfilter)
Selecteert de LPF-steilheid: "1", "2", "3".
SUBW PHASE (fase subwoofer)
De fase van de subwoofer selecteren: "NORM",
"REV".
HPF FREQ (frequentie hoogdoorlaatfilter)
De kantelfrequentie van de voor-/
achterluidspreker selecteren: "OFF", "50Hz",
"60Hz", "80Hz", "100Hz", "120Hz".
HPF SLOPE (steilheid hoogdoorlaatfilter)
Selecteert de HPF-steilheid (werkt alleen als
HPF FREQ niet op "OFF" is ingesteld): "1", "2",
"3".
LOUDNESS (Dynamic Loudness)
Hoge en lage tonen versterken voor helder
geluid bij lagere volumeniveaus: "ON", "OFF".
BTM (pagina 11)
*1 Wanneer het apparaat is uitgeschakeld.
*2 Wanneer FM wordt ontvangen.
27
Andere functies
Aanvullende informatie
Optionele apparaten gebruiken
Voorzorgsmaatregelen
Randapparatuur voor audio
Door een optioneel draagbaar audioapparaat aan
te sluiten op de AUX-ingang (stereo miniaansluiting) op het apparaat en vervolgens de
bron te selecteren, kunt u het audioapparaat
beluisteren via de autoluidsprekers. Het volume
kan worden aangepast voor elk verschil tussen
het apparaat en het draagbare audioapparaat.
Volg de onderstaande procedure:
Een draagbaar audioapparaat
aansluiten
1 Schakel het draagbare audioapparaat uit.
2 Verlaag het volume op het apparaat.
3 Sluit het draagbare audioapparaat aan.
Verbindingskabel*
(niet bijgeleverd)
* Gebruik een rechte stekker.
Het volumeniveau aanpassen
Pas het volume voor elk aangesloten
audioapparaat aan voordat u het afspelen start.
1 Verlaag het volume op het apparaat.
2 Druk herhaaldelijk op (SOURCE/OFF) tot
"AUX" wordt weergegeven.
Daarna wordt "AUX FRONT IN"
weergegeven.
3 Start het afspelen op het draagbare
audioapparaat met een niet te hard volume.
4 Stel uw gebruikelijke luistervolume in op het
apparaat.
5 Het ingangsniveau aanpassen (pagina 24).
28
• Laat het apparaat afkoelen als de auto geparkeerd
heeft gestaan in de volle zon.
• De elektrisch bediende antenne schuift
automatisch uit.
Condensvorming
Als er vocht condenseert in het apparaat, verwijdert
u de disk en wacht u ongeveer een uur tot het
apparaat is gedroogd; anders kan de werking van het
apparaat worden verstoord.
Hoge geluidskwaliteit behouden
Mors geen vloeistof op het apparaat of de disks.
Opmerkingen over disks
• Stel een disk niet bloot aan direct zonlicht of
warmtebronnen, zoals die van de verwarming in
de auto, en laat een disk niet achter in een auto die
in de volle zon staat geparkeerd.
• Veeg een disk van het midden
naar de buitenrand schoon met
een doekje voordat u deze
afspeelt. Gebruik geen
oplosmiddelen zoals benzine,
thinner en in de handel
verkrijgbare
reinigingsmiddelen.
• Dit apparaat is ontworpen voor
het afspelen van disks die voldoen aan de CDnorm (Compact Disc). DualDiscs en sommige
muziekdisks die zijn gecodeerd met
copyrightbeveiligingstechnologieën voldoen niet
aan de CD-norm (Compact Disc) en kunnen
daarom mogelijk niet worden afgespeeld met dit
apparaat.
• Disks die NIET kunnen worden afgespeeld
met dit apparaat
– Disks waarop labels, stickers, tape of papier zijn
geplakt. Hierdoor kan de werking worden
verstoord of de disk worden beschadigd.
– Disks met afwijkende vormen (bijvoorbeeld
hart, vierkant, ster). Als u dit toch probeert, kan
het apparaat worden beschadigd.
– 8-cm-disks.
Opmerkingen over CD-R's/CD-RW's
• Het maximumaantal: (alleen CD-R/CD-RW)
– mappen (albums): 150 (inclusief hoofdmap)
– bestanden (tracks) en mappen: 300 (misschien
minder dan 300 als de map-/bestandsnaam veel
tekens bevat)
– tekens die kunnen worden weergegeven voor de
naam van een map/bestand: 32 (Joliet)/64
(Romeo)
• Als een disk met Multi Session (meerdere sessies)
begint met een CD-DA-sessie, wordt deze herkend
als een CD-DA-disk en worden andere sessies niet
afgespeeld.
• Disks die NIET kunnen worden afgespeeld
met dit apparaat
– CD-R's/CD-RW's met slechte opnamekwaliteit.
– CD-R's/CD-RW's die zijn opgenomen met een
incompatibel opnameapparaat.
– CD-R's/CD-RW's die onjuist zijn gefinaliseerd.
– CD-R's/CD-RW's die niet zijn opgenomen in de
muziek-CD-indeling of MP3-indeling conform
ISO9660 Level 1/Level 2, Joliet/Romeo of Multi
Session (meerdere sessies).
Afspeelvolgorde van MP3-/WMA-/
AAC-bestanden
MP3/WMA/AAC
Map
(album)
MP3-/WMA-/
AAC-bestand
(track)
Informatie over iPod
• U kunt de volgende iPod-modellen aansluiten.
Werk de software van uw iPod bij naar de laatste
versie vóór gebruik.
Made for
– iPod touch (2e generatie)
– iPod touch (1e generatie)
– iPod classic
– iPod met video*
– iPod nano (5e generatie)
– iPod nano (4e generatie)
– iPod nano (3e generatie)
– iPod nano (2e generatie)
– iPod nano (1e generatie)*
– iPhone 3GS
– iPhone 3G
– iPhone
* Passagiersbediening is niet beschikbaar voor iPod
nano (1e generatie) of iPod met video.
• "Made for iPod" en "Made for iPhone" betekent
dat een elektronisch accessoire speciaal is
ontworpen voor aansluiting op respectievelijk een
iPod en een iPhone en dat de ontwikkelaar van
het accessoire verklaart dat het accessoire voldoet
aan de prestatienormen van Apple.
• Apple is niet verantwoordelijk voor de werking
van dit apparaat of voor het voldoen aan de
veiligheids- en overheidsvoorschriften.
Met alle vragen of problemen met betrekking tot dit
apparaat die niet aan bod komen in deze
gebruiksaanwijzing, kunt u terecht bij uw Sonyhandelaar.
Onderhoud
De lithiumbatterij van de
kaartafstandsbediening vervangen
Onder normale omstandigheden gaat de batterij
ongeveer 1 jaar mee. (Afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden kan de levensduur
korter zijn.)
Wanneer de batterij verzwakt, wordt het bereik
van de kaartafstandsbediening kleiner. Vervang
de batterij door een nieuwe CR2025lithiumbatterij. Bij een andere batterij bestaat er
brand- of explosiegevaar.
+ zijde omhoog
2
c
1
vervolg op volgende pagina t
29
Opmerkingen over de lithiumbatterij
• Houd de lithiumbatterij buiten het bereik van
kinderen. Raadpleeg meteen een arts wanneer een
batterij wordt ingeslikt.
• Veeg de batterij schoon met een droge doek voor
een goed contact.
• Houd bij het plaatsen van de batterij rekening met
de juiste polariteit.
• Houd de batterij niet vast met een metalen tang.
Hierdoor kan er kortsluiting ontstaan.
Het apparaat verwijderen
1
Verwijder de beschermende rand.
1 Maak het voorpaneel los (pagina 7).
2 Duw de zijkanten van de beschermende
rand naar binnen en trek de beschermende
rand naar buiten.
WAARSCHUWING
Bij oneigenlijk gebruik kan de batterij
ontploffen.
Probeer niet de batterij op te laden of te
openen; werp ook een lege batterij nooit in
het vuur.
x
Zekeringen vervangen
Vervang een zekering altijd
door een identiek exemplaar.
Als de zekering doorbrandt,
moet u de voedingsaansluiting
controleren en de zekering
vervangen. Brandt de zekering
vervolgens nogmaals door, dan
kan er sprake zijn van een
defect in het apparaat.
Raadpleeg in dat geval de
dichtstbijzijnde Sonyhandelaar.
Zekering (10 A)
2
Verwijder het apparaat.
1 Plaats beide ontgrendelingssleutels
tegelijkertijd en duw hierop tot deze
vastklikken.
Aansluitingen schoonmaken
De werking van het apparaat kan worden verstoord
als de aansluitingen tussen het apparaat en het
voorpaneel niet schoon zijn. U kunt dit voorkomen
door het voorpaneel (pagina 7) los te maken en de
aansluitingen te reinigen met een wattenstaafje.
Gebruik hierbij niet te veel kracht. Anders kunnen
de aansluitingen worden beschadigd.
Haakje wijst
naar binnen.
2 Maak het apparaat los door de
ontgrendelingssleutels naar u toe te
trekken.
Hoofdeenheid
Achterkant van
het voorpaneel
Opmerkingen
• Uit veiligheidsoverwegingen moet u de motor
uitschakelen en de sleutel uit de contactschakelaar
halen voordat u de aansluitingen reinigt.
• Raak de aansluitingen nooit rechtstreeks aan met
uw vingers of een metalen voorwerp.
30
3 Schuif het apparaat uit de houder.
Technische gegevens
Tuner
FM
Afstembereik: 87,5 – 108,0 MHz
Antenne-aansluiting:
Aansluiting voor externe antenne
Tussenfrequentie: 150 kHz
Bruikbare gevoeligheid: 10 dBf
Selectiviteit: 75 dB bij 400 kHz
Signaal/ruis-afstand: 70 dB (mono)
Scheiding: 40 dB bij 1 kHz
Frequentiebereik: 20 – 15.000 Hz
MW/LW
Afstembereik:
MW: 531 – 1.602 kHz
LW: 153 – 279 kHz
Antenne-aansluiting:
Aansluiting voor externe antenne
Tussenfrequentie: 25 kHz
Gevoeligheid: MW: 26 µV, LW: 45 µV
CD-speler
Signaal/ruis-afstand: 120 dB
Frequentiebereik: 10 – 20.000 Hz
Snelheidsfluctuaties: Minder dan meetbare waarden
Het is mogelijk dat niet alle vermelde accessoires
verkrijgbaar zijn bij uw Sony-handelaar. Neem
contact op met uw Sony-handelaar voor meer
informatie.
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
Systeemvereisten voor de software op
de bijgeleverde CD-ROM
Computer
• CPU/RAM
– IBM PC/AT-compatibele machine
– CPU: Intel Pentium III Processor 450 MHz of hoger
– RAM: 256 MB of meer (Voor Windows XP),
512 MB of meer (Voor Windows Vista of later)
• CD-ROM-drive
• USB-poort
Besturingssysteem
Windows XP, Windows Vista, Windows 7
Ga voor informatie over geschikte edities of geschikt
Service Pack naar de volgende ondersteunings-site:
http://support.sony-europe.com/
Beeldscherm
Hoge kleuren (16-bit) of Meer, 800 × 600 beeldpunten
of meer
Overige
USB-speler
Internet-verbinding
Interface: USB (Full-speed)
Maximale voeding: 500 mA
Opmerkingen
• De volgende systeemomgevingen worden niet
ondersteund.
– Niet-IBM PC type computers, zoals Macintosh,
enz.
– Zelfgebouwde computers
– Computers met een geüpgrade
besturingssysteem
– Een multi-display-omgeving
– Een multi-boot-omgeving
– Een virtuele-machineomgeving
• Afhankelijk van de conditie van de computer zal de
werking misschien onmogelijk zijn, zelfs als de
omgeving voldoet aan de aanbevelingen.
Versterker
Uitgang: Luidsprekeruitgangen
Luidsprekerimpedantie: 4 – 8 ohm
Maximaal uitgangsvermogen: 52 W × 4 (aan 4 ohm)
Algemeen
Uitgangen:
Audio-uitgangen (voor/achter)
Subwooferuitgang (mono)
Relaisaansluiting elektrische antenne
Aansluiting versterker
Ingangen:
ATT-bedieningsaansluiting telefoon
Afstandsbedieningsingang
Antenne-ingang
AUX-ingang (stereo mini-aansluiting)
USB-signaalingang
Voeding: 12 V gelijkstroom accu (negatieve aarde)
Afmetingen: Ongev. 178 × 50 × 180 mm (b/h/d)
Montageafmetingen: Ongeveer 182 × 53 × 162 mm
(b/h/d)
Gewicht: Ongeveer 1,3 kg
Bijgeleverd accessoire:
Kaartafstandsbediening: RM-X151
Onderdelen voor installatie en aansluitingen (1 set)
Optionele accessoires/apparatuur:
USB-verbindingskabel voor iPod: RC-100IP
31
Problemen oplossen
De onderstaande controlelijst kan u helpen bij het
oplossen van problemen die zich met het apparaat
kunnen voordoen.
Voordat u de onderstaande controlelijst doorneemt,
moet u eerst de aanwijzingen voor aansluiting en
gebruik controleren.
Als het probleem niet is opgelost, gaat u naar de
volgende ondersteunings-site.
Ondersteuningssite
http://support.sony-europe.com/
Algemeen
Het apparaat wordt niet van stroom voorzien.
• Controleer de aansluiting of de zekering.
• Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het display
verdwijnt, kan het apparaat niet worden bediend met
de afstandsbediening.
t Schakel het apparaat in.
De elektrisch bediende antenne schuift niet uit.
De elektrisch bediende antenne heeft geen relaisdoos.
Geen geluid.
• De ATT-functie is ingeschakeld of de Telephone
ATT-functie (wanneer de interfacekabel of een
autotelefoon is aangesloten op de ATT-kabel) is
ingeschakeld.
• De positie van de faderregelaar "FADER" is niet
ingesteld op een systeem met 2 luidsprekers.
Geen pieptoon.
• De pieptoon is uitgeschakeld (pagina 27).
• Er is een optionele versterker aangesloten en u
gebruikt de ingebouwde versterker niet.
De geheugeninhoud is gewist.
• De RESET-toets is ingedrukt.
t Sla opnieuw op in het geheugen.
• De voedingskabel of de accu is losgekoppeld of niet
juist aangesloten.
Opgeslagen zenders en de juiste tijd zijn
gewist.
De zekering is doorgebrand.
Maakt geluid wanneer de stand van de
contactslot wordt gewijzigd.
De kabels zijn niet goed verbonden met de
voedingsaansluiting voor accessoires van de auto.
Tijdens het afspelen of radio-ontvangst wordt
de demonstratie gestart.
Als er 5 minuten geen handeling wordt uitgevoerd en
"DEMO-ON" is ingesteld, wordt de demonstratie
gestart.
t Stel "DEMO-OFF" in (pagina 27).
32
Het display verdwijnt van/verschijnt niet in het
display-venster.
• De dimmer is ingesteld op "DIMMER-ON"
(pagina 27).
• Het display verdwijnt als u op (SOURCE/OFF) drukt
en deze toets ingedrukt houdt.
t Houd (SOURCE/OFF) op het apparaat ingedrukt
tot het display verschijnt.
• De aansluitingen zijn vuil (pagina 30).
De functie voor automatisch uitschakelen
werkt niet.
Het apparaat is ingeschakeld. De functie voor het
automatisch uitschakelen wordt geactiveerd nadat het
apparaat is uitgeschakeld.
t Schakel het apparaat uit.
Radio-ontvangst
De zenders kunnen niet worden ontvangen.
Het geluid is gestoord.
De aansluiting is niet juist.
t Sluit de bedieningskabel elektrische antenne
(blauw) of voedingskabel voor accessoires (rood)
aan op de voedingskabel van de autoantenneversterker (alleen als uw auto is uitgerust
met een FM/MW/LW-antenne in de achter- of
zijruit).'
t Controleer de aansluiting van de auto-antenne.
t Als de automatische antenne niet uitschuift,
controleert u de aansluiting van de
bedieningskabel van de elektrische antenne.
Er kan niet worden afgestemd op
voorkeuzezenders.
• Sla de juiste frequentie op in het geheugen.
• Het signaal van de uitzending is te zwak.
Er kan niet automatisch worden afgestemd op
zenders.
• De lokale zoekfunctie is niet correct ingesteld.
t Het afstemmen wordt te vaak onderbroken:
Stel "LOCAL-ON" in (pagina 27).
t Het afstemmen stopt niet bij een zender:
Stel "LOCAL-OFF" in (pagina 27).
• Het signaal van de uitzending is te zwak.
t Stem handmatig af.
Tijdens FM-ontvangst knippert de aanduiding
"ST".
• Stem nauwkeurig af op de frequentie.
• Het signaal van de uitzending is te zwak.
t Stel "MONO-ON" in (pagina 27).
Een stereo-uitzending van een FM-programma
wordt mono weergegeven.
Het apparaat staat in de mono-ontvangststand.
t Stel "MONO-OFF" in (pagina 27).
RDS
SEEK begint na enkele seconden weergave.
De zender is geen TP-zender of heeft een zwak
signaal.
t Schakel TA uit (pagina 12).
Geen verkeersinformatie.
• Schakel TA in (pagina 12).
• De zender is een TP-zender, maar zendt toch geen
verkeersinformatie uit.
t Stem af op een andere zender.
PTY geeft "- - - - - - - -" weer.
• De huidige zender is geen RDS-zender.
• Geen RDS-gegevens ontvangen.
• De zender geeft het programmatype niet door.
De programmaservicenaam knippert.
Er is geen alternatieve frequentie voor de huidige
zender.
t Druk op (SEEK) +/– terwijl de
programmaservicenaam knippert. "PI SEEK" wordt
weergegeven en het apparaat gaat zoeken naar een
andere frequentie met dezelfde PI-gegevens
(programma-identificatie).
USB afspelen
U kunt items niet via een USB HUB afspelen.
Dit apparaat kan geen USB-apparaten via een USB
HUB herkennen.
Items kunnen niet worden afgespeeld.
Een USB-apparaat functioneert niet.
t Sluit het opnieuw aan.
Het duurt langer totdat het USB-apparaat wordt
afgespeeld.
Het USB-apparaat bevat bestanden met een
ingewikkelde boomstructuur.
Er klinkt een pieptoon.
Tijdens het afspelen is het USB-apparaat
losgekoppeld.
t Voordat u een USB-apparaat loskoppelt, is het
belangrijk dat u ter bescherming van de gegevens
eerst het afspelen stopt.
Het geluid wordt onderbroken.
Het geluid kan worden onderbroken bij een hoge
bitsnelheid van meer dan 320 kbps.
CD's afspelen
Het lukt niet de CD te plaatsen.
• Er zit al een CD in het apparaat.
• Er is te veel kracht gebruikt bij het plaatsen van de
CD of de CD is niet goed geplaatst.
De CD wordt niet afgespeeld.
• CD defect of vuil.
• De CD-R's/CD-RW's zijn niet geschikt voor
audiogebruik (pagina 29).
MP3-/WMA-/AAC-bestanden kunnen niet
worden afgespeeld.
De disk is niet compatibel met de MP3-/WMA-/AACindeling en -versie. Ga naar de ondersteunings-site
voor meer informatie over disks en indelingen die
kunnen worden afgespeeld.
MP3-/WMA-/AAC-bestanden worden minder
snel afgespeeld dan andere bestanden.
Bij de volgende disks duurt het langer voordat het
afspelen wordt gestart:
– disks opgenomen met een ingewikkelde structuur.
– disks die in Multi Session (meerdere sessies) zijn
opgenomen.
– disks waaraan gegevens kunnen worden toegevoegd.
De display-items rollen niet.
• Bij sommige disks met heel veel tekens zullen de
tekens misschien niet rollen.
• "AUTO SCROLL" is ingesteld op "OFF".
t Stel "A.SCRL-ON" (pagina 27).
t Houd (DSPL) (SCRL) ingedrukt.
Het geluid verspringt.
• Het apparaat is niet goed geïnstalleerd.
t Installeer het apparaat onder een hoek van minder
dan 45° op een stabiele plaats in de auto.
• CD defect of vuil.
De bedieningstoetsen werken niet.
De disk wordt niet uitgeworpen.
Druk op de RESET-toets (pagina 6).
33
Foutmeldingen/berichten
CHECKING
Het apparaat controleert de aansluiting van een USBapparaat.
t Wacht tot de controle van de aansluiting is voltooid.
ERROR
• De disk is vuil of is omgekeerd geplaatst.
t Reinig de disk of plaats deze op de juiste manier.
• Er is een lege disk in het apparaat geplaatst.
• De disc kan niet worden afgespeeld wegens een
probleem.
t Plaats een andere disk.
• Het USB-apparaat is niet automatisch herkend.
t Sluit het opnieuw aan.
• Druk op Z als u de disk wilt uitnemen.
FAILURE
De luidsprekers of versterkers zijn niet correct
aangesloten.
t Raadpleeg de handleiding voor installatie/
aansluitingen van dit model en controleer de
aansluitingen.
HUBS NO SUPRT
Een USB HUB wordt niet ondersteund door dit
apparaat.
INVALID
Het aangesloten USB-apparaat bevat niet een
muziekbestand voor de SensMe™-functie.
L. SEEK +/–
De lokale zoekfunctie is ingeschakeld tijdens
automatisch afstemmen.
NO AF
Er is geen alternatieve frequentie voor de huidige
zender.
t Druk op (SEEK) +/– terwijl de
programmaservicenaam knippert. Het apparaat gaat
zoeken naar een andere frequentie met dezelfde PIgegevens (programma-identificatie) ("PI SEEK"
wordt weergegeven).
NO CHANNEL
Het aangesloten USB-apparaat bevat niet een lijst van
het kanaal voor de SensMe™-functie.
NO DEV (geen apparaat)
USB is geselecteerd als bron terwijl er geen USBapparaat is aangesloten. Een USB-apparaat of een
USB-kabel is losgeraakt tijdens het afspelen.
t Het is belangrijk dat u een USB-apparaat en een
USB-kabel aansluit.
NO MUSIC
De disc of het USB-apparaat bevat geen
muziekbestanden.
t Plaats een muziek-CD in het apparaat.
t Sluit een USB-apparaat aan waarop
muziekbestanden staan.
NO NAME
Er is geen naam voor de disk/artiest/track of het album
naar de track geschreven.
34
NOT FOUND
Er is geen item dat begint met de geselecteerde letter in
Alfabetisch zoeken.
NO TP
Het apparaat blijft zoeken naar beschikbare
TP-zenders.
OFFSET
Er is wellicht een interne storing.
t Controleer de verbinding. Vraag uw Sonyhandelaar advies, als de foutmelding in het display
blijft staan.
OVERLOAD
Het USB-apparaat is overbelast.
t Koppel het USB-apparaat los en wijzig de bron
door te drukken op (SOURCE/OFF).
t Dit geeft aan dat het USB-apparaat buiten gebruik
is of dat een apparaat is aangesloten dat niet wordt
ondersteund.
READ
Alle track- en albuminformatie op de disc wordt
gelezen.
t Wacht totdat het lezen is voltooid en het afspelen
automatisch wordt gestart. Afhankelijk van de
diskstructuur kan dit meer dan een minuut duren.
RESET
Dit apparaat of het USB-apparaat kan niet worden
gebruikt wegens een probleem.
t Druk op de RESET-toets (pagina 6).
S-CH NO SUPRT (SensMe™ channel Not Support)
Het aangesloten USB-apparaat wordt niet ondersteund.
t Ga naar de ondersteuningssite voor meer informatie
over de compatibiliteit van het USB-apparaat.
USB NO SUPRT (geen USB-ondersteuning)
Het aangesloten USB-apparaat wordt niet ondersteund.
t Ga naar de ondersteuningssite voor meer informatie
over de compatibiliteit van het USB-apparaat.
"
" of "
"
Tijdens het snel terug- of vooruitspoelen hebt u het
begin of het einde van de disc bereikt en nu kunt u niet
verder.
" "
Het teken kan niet worden weergegeven met het
apparaat.
Vraag uw Sony-handelaar advies, als deze
oplossingen niet helpen.
Als u het apparaat ter reparatie wegbrengt omdat
CD's niet goed worden afgespeeld, kunt u het beste
de disk meenemen waarmee het probleem is
begonnen.