52
NL
BE
Voorzorgsmaatregelen en advies
Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de
geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze
aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient ze
derhalve goed door te nemen.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EU
Richtlijnen: 2006/95/EEG van 12/12/06
(Laagspanning) en daaropvolgende wijzigingen - 89/336/EEG
van 03/05/89 (Elektromagnetische Compatibiliteit) en
daaropvolgende wijzigingen - 93/68/EEG van 22/07/93 en
daaropvolgende wijzigingen. EEG/90/336 van 29/06/90 (Gas)
en successievelijke modificaties.
2002/96/EC
Algemene veiligheidsmaatregelen
Dit is een inbouwapparaat van klasse 3.
Gasfornuizen hebben voor een goede
werking behoefte aan een regelmatige
luchtverversing. Cont
roleer dat bij het
installeren aan de vereisten wordt voldaan
beschreven in de paragraaf Plaatsing.
Deze instructies gelden alleen voor
de
landen wiens symbolen in de
gebruiksaanwijzing en op het typeplaatje
staan.
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel gebruik
binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst,
ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als het
in aanraking komt met regen of onweer.
Raak het apparaat niet aan als u blootsvoets bent of met
natte of vochtige handen of voeten.
Controleer altijd dat de knoppen in de stand l/
¡ staan
als de oven niet wordt gebruikt.
Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag
uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen
volgens de instructies die beschreven staan in deze
handleiding. Gebruik het kookvlak niet om voorwerpen op
te plaatsen en ook niet als snijplank.
Het glaskeramische kookvlak is bestand tegen
mechanische stoten. Het kan echter worden beschadigd
(of barsten) als het wordt geraakt door een puntig object,
bijvoorbeeld door gereedschap. Als dit gebeurt moet u
onmiddellijk het apparaat afsluiten van de elektrische
stroom en contact opnemen met de Technische Dienst.
Als het oppervlak van de kookplaat gebarsten is moet u het
apparaat uitschakelen om te voorkomen dat u een
elektrische schok krijgt.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van de kookplaat
terechtkomen.
Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte
aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat u het
uitschakelt. De resterende warmte wordt aangeduid door
een aanwijzer (zie Starten en gebruik).
Houdt voorwerpen die kunnen smelten op afstand van de
kookplaat, zoals bv. plastic, aluminium of suikerhoudende
etenswaren. Let vooral op plastic of aluminium
verpakkingen en folie:
als u ze op het nog warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt
u een zware schade aanrichten.
Richt de handvaten van de pannen altijd naar de
binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per ongeluk
tegen stoot.
Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan het
snoer te trekken.
Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud uit als
de stekker nog in het stopcontact zit.
Als de kookplaat halogene kookzones heeft
moet u vermijden er lang naar te kijken.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen
(kinderen inbegrepen) met een beperkt lichamelijk,
sensorieel of geestelijk vermogen of personen die niet de
nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat, tenzij
onder toezicht van een persoon die verantwoordelijk is voor
hun veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het apparaat
werkt.
Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen.
Afvalverwijdering
Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: houd u aan de
plaatselijke normen, zodat het verpakkingsmateriaal
hergebruikt kan worden.
De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernietiging van
Electrische en Electronische Apparatuur (WEEE), vereist
dat oude huishoudelijke electrische apparaten niet mogen
vernietigd via de normale ongesorteerde afvalstroom. Oude
apparaten moeten apart worden ingezameld om zo het
hergebruik van de gebruikte materialen te optimaliseren en
de negatieve invloed op de gezondheid en het milieu te
reduceren. Het symbool op het product van de
afvalcontainer met een kruis erdoor herinnert u aan uw
verplichting, dat wanneer u het apparaat vernietigt, het
apparaat apart moet worden ingezameld.
Consumenten mogen hun apparaat naar publieke
afvalstortplaatsen brengen of, als de nationale wetgeving
dit toestaat, naar de handelaar brengen als er een
soortgelijk nieuw product wordt gekocht.
Alle fabrikanten van grote huishoudelijke apparaten zijn
aktief bezig met het creëren van systemen om het
inzamelen en de verwijdering van oude producten te
regelen.