BESCHRIJVING
Fundamentele gezondheidsvoorschriften en veilig-
heidseisen:
Het apparaat is ontworpen volgens de ATEX-richtlijn en
de normen EN/IEC 60079-0, EN/IEC 60079-7.
Dit apparaat is ontworpen voor installatie in een potentieel
explosieve atmosfeer, veroorzaakt door gassen, dampen
of mist van groep II (categorie 3G).
De G3-serie bestaat uit elektronische besturingssystemen
die zijn bedoeld om een veldbusaansluiting mogelijk te
maken met pneumatische verdeelstukken.
Raadpleeg de specifieke instructies en het onderhoudsblad
voor de 501 of 502 ECEx/ATEX-serie.
Verzeker u ervan dat u alle specifieke gebruiksvoorwaarden
beschreven in de sectie “SPECIALE VOORWAARDEN
VOOR VEILIG GEBRUIK” BEGRIJPT.
CLASSIFICATIE
II 3 G Ex ec IIC T4 Gc
TYPE
G3******0***
SPECIALE VOORWAARDEN VOOR VEILIG GEBRUIK
:
Het apparaat moet geïnstalleerd worden in een bedie-
ningskast met een beschermingsgraad IP54 volgens
de normen EN/IEC 60079-0 en EN/IEC 60079-7.
Voor toepassing met gas en stof (zone 2 en 22) De
schakelkast moet conform EN 60079-31 zijn en voor-
zien zijn van bescherming klasse IP54 of minimaal
IP65, afhankelijk van de stofcategorie.
Validatie door een externe partij (een erkende instantie)
van de volledige schakelkast is vereist voor IECEx.
ASCO™ of NUMATICS™ of ASCO-NUMATICS™-
componenten mogen uitsluitend toegepast worden binnen
de op de naamplaat of in de documentatie aangegeven
technische specificaties.
De interne temperatuur van de kast mag de minimum tem-
peratuur van -10°C en de maximum temperatuur van +50°C
niet overschrijden. De schakelkast moet bestand zijn tegen
het volledige bereik van de omgevingstemperatuur, even-
als tegen het totale energieverbruik van alle geïnstalleerde
elektrische apparaten.
Demonteer geen onderdelen van het apparaat, behalve
bij het vervangen van reserveonderdelen. Het mag alleen
worden vervangen door identieke vervangende IECEx/
ATEX-onderdelen. Anders is de garantie van de fabrikant
niet langer geldig.
Aan de specificaties van IP54 moet worden voldaan wan-
neer het apparaat in de kast wordt geïnstalleerd. Alle be-
vestigingen en externe elektrische en pneumatische aan-
sluitingen dienen te worden afgedicht volgens de relevante
IP54-code.
Verwijder geen stekers uit lasuiteinden wanneer de
elektriciteit is ingeschakeld
Het vermogen van de beschermende aardleiding moet
gelijk zijn aan het minimum vermogen van de voedings-
leiding. Zorg ervoor dat er een equipotentiale verbinding
is tussen het apparaat en de schakelkast via een kabel.
Max. voedingsspanning mag 26,4 VDC niet overschrijden.
Er dient bescherming te worden toegepast om de
voedingsspanning te beperken tot 140% van de
nominale spanning.
Alle 0 Volt van voedingen moeten een aardaansluiting
hebben.
De apparatuur mag uitsluitend worden gebruikt in een
gebied met ten minste vervuilingsgraad 2, zoals gedefi-
nieerd in de norm IEC 60664-1.
Elektrische aansluitingen:
Alle stekeraansluitingen moeten worden voorzien van reten-
tiemechanismen of frictiehouders volgens EN/IEC 60079-7.
Elektrische aansluitingen moeten door gekwalificeerd
personeel worden vastgezet om te waarborgen dat ze niet
gemakkelijk kunnen losraken of gedraaid raken en dat
de contactdruk van de elektrische aansluitingen constant
blijft tijdens de normale werking.
Er moet worden gezorgd voor veilige elektrische aanslui-
tingen alvorens het apparaat op de voeding aan te sluiten:
1- De juiste stekeraansluiting moet worden gebruikt,
2- De inwendige/uitwendige stekeraansluiting moet op
de juiste wijze met de bijbehorende inwendige/uit-
wendige stekeraansluiting zijn verbonden,
3- Vastschroeven:
a. Voor een rond type aansluiting moet de moer worden
vastgedraaid.
b. Voor een aansluiting van het type klemmenstrook
moeten de draden goed worden vastgemaakt, zo-
dat de kabel niet kan losschieten als er spanning
op komt.
Potentieel gevaar voor elektrostatische lading:
Er dienen veiligheidsmaatregelen te worden geno-
men tegen de effecten van circulerende stroom,
gegenereerd door losse magnetische velden.
Voorkom opbouw van elektrostatische lading in het apparaat.
Als u gebruik maakt van vervangende onderdelen:
- Gebruik alleen identieke reserveonderdelen met
IECEx/ATEX-codes.
- Neem aanwijzingen in het instructieblad voor demon-
tage en montage strikt in acht.
- Voer, na montage van het vervangende product, een
massacontinuïteitstest uit zoals beschreven in het
instructieblad voor G3 IECEx/ATEX.
Let op: als u deze vervangingsprocedure niet in acht
neemt komt het hele certificaat voor het com-
plete apparaat te vervallen.
WERKING
Voorkom materiële schade of lichamelijk letsel door de
stuurklep niet aan te raken.
Ook bij normaal gebruik kan deze heet worden.
AVENTICS
TM
G3-SERIE
G3
NL
BESKRIVELSE
Viktige helse- og sikkerhetskrav:
Dette apparatet er designet i samsvar med ATEX-direktivet
og følgende standarder EN/IEC 60079-0, EN/IEC 60079-7.
Apparatet er utformet til installasjon i potensielle eksplo-
sive atmosfærer forårsaket av gasser, damper eller tåke i
gruppe II (kategori 3G).
G3-serier er elektronisk kontrollsystemet som er skal gi
tilkobling mellom Fieldbus og pneumatiske manifold.til-
kobling.
Se det spesifikke instruksjons- og vedlikeholdsbladet for
501 eller 502 IECEx/ATEX-serier.
Sørg for at du forstår alle spesifikke bruksforhold slik de
er beskrevet i delen ”SPESIELLE VILKÅR FOR SIKKER
BRUK”.
KLASSIFISERING
II 3 G Ex ec IIC T4 Gc
TYPE
G3******0***
SPESIELLE VILKÅR FOR SIKKER BRUK
:
Enheten skal installeres i et automatikkskap med en ver-
negrad av IP54 i samsvar med standarder EN/IEC 60079-0
og EN/IEC 60079-7.
For bruksområder med gass og støv (sone 2 og 22).
Kontrollskapet må være i samsvar med EN 60079-31
i tillegg med en beskyttelsesgrad på minst IP54 eller
IP65, avhengig av støv-klasse.
En bekreftelse fra en tredjepart (Kontrollorgan) om et
komplett kontrollskap er påkrevd for IECEx.
ASCO™ eller NUMATICS™ eller ASCO-NUMATICS™-
komponenter er beregnet på bruk i overenstemmelse med
de tekniske karakteregenskapene som er spesifisert på
navneplaten eller i dokumentasjonen.
Den innvendige temperaturen i skapet kan ikke være kal-
dere enn -10°C eller varmere enn +50°C. Skapet må være
konstruert for å tåle hele spekteret med omgivelsestem-
peraturer, samt det samlede energiforbruket til alt montert
elektrisk utstyr.
Ingen komponent i enheten kan demonteres, med unntak
av skifte av reservedeler. Det er bare tillat å bytte ut deler
med identiske IECEx/ATEX-reservedeler.
Enheten må monteres i skapet i henhold til spesifikasjon
IP54. Alle festeanordninger og eksterne elektro- og trykk-
luftskoplinger må være forseglet i henhold til den aktuelle
IP54-koden.
Plugger må ikke tas ut av kontaktene mens de er
strømførende
Dimensjonen på den beskyttende jordledningen må være
lik minimumsmålet for strømledningen. Sørg for at det er
en ekvipotensial forbindelse, ved bruk av kabling, mellom
enheten og kontrollskapet.
Maks. nettspenning må ikke overskride 26,4 V likestrøm.
Vern bør brukes for å begrense forsyningsspennin-
gen til 140 % av merkespenningen.
All 0 volt fra strømforsyninger må tilkobles jord.
Utstyret skal bare brukes i et område med minst foru-
rensningsgrad 2, som definert i standard IEC 60664-1.
Elektrisk tilkoblinger:
Alle pluggkontakter må være utstyrt med sikringsmekanis-
mer eller friksjonsholdere i samsvar med EN/IEC 60079-7.
Elektriske koplinger må være sikret av kvalifisert perso-
nale for å være sikker på at de ikke lett kan løsne eller
vris, og at kontakttrykket i de elektriske koplingene hol-
der seg konstant under normal drift.
Trygge elektrisk tilkoblinger må være sikret før du akti-
verer apparatet:
1- Riktig støpselkontakt må brukes,
2- Hann-/hunnkontakten må sitte skikkelig inn i tilhø-
rende hunn-/hannkontakten,
3- Tilstramming:
a. For runde tilkoblingstyper må mutteren strammes til.
b. For tilkoblingstyper av rekkeklemmer må lednin-
gene festes ordentlig slik at tilkoblingen ikke kan
løsne dersom ledninger er under strekk.
Potensiell fare for elektrostatisk ladning:
Det må tas forholdsregler for å verne mot effektene av
strøm i lukkede kretser som genereres av spredemag-
netfelt.
Avoid any build-up of electrostatic charges in the apparatus.
Ved bruk av reservedeler:
- Bruk bare identiske reservedeler med IECEx/ATEX-
koder.
- Reglene for demontering og montering i instruksjonbla-
det må overholdes nøye.
- Etter at reserveproduktet er montert skal det utføres
en kontinuitetstest av masse som beskrevet i instruk-
sjonsbladet for G3 IECEx/ATEX.
Merk: Manglende overholdelse av denne erstatnings-
prosedyren vil ugyldiggjøre hele sertifikatet for
apparatet i sin helhet.
BRUK
For å forhindre materielle skader eller personskader, ikke
ta på pilotventilen.
Denne ventilen kan bli varm under normale driftsforhold.
AVENTICS
TM
G3-SERIE
G3
NO
20 21
Visit our website at www.emerson.com/aventics Visit our website at www.emerson.com/aventics
531324-001
531324-001