7084 921-00
EFI / EFE / EFL
Bedieningsinstructies Pagina 52
Vrieskist
NL
52
Inhoud van deze bedieningsinstructies
Deze bedieningsinstructies bevatten belangrijke informatie nodig
voor het bedienen en controleren van het apparaat.
De bedieningsinstructies bestaan uit de volgende hoofdstukken:
• Beschrijving van het apparaat
• Inwerkingstelling
• Bediening
• Het apparaat uitschakelen
• Storingen/problemen oplossen
• Ontdooien
• Reiniging
• Technische gegevens
• Het apparaat opbergen na uitschakeling
• Verwijdering
• Verklaring van overeenstemming
Lees de bedieningsinstructies helemaal door en gebruik het pro-
duct niet voordat u de bedieningsinstructies volledig begrijpt.
Andere toepasselijke documenten
Ra a d p l e e g o o k de aanvul l e n d e doc u m e n t e n ( bv.
leveringsdocumenten) en relevante normen en wetten, zodat u
zeker weet dat u het apparaat veilig en correct gebruikt.
Archivering
Bewaar de bedieningsinstructies, inclusief de andere bijgeleverde
documenten, in de buurt van het apparaat.
Beoogd gebruik
Het apparaat is geschikt voor het bewaren van ijs en eten dat al
bevroren is.
Het apparaat is ontworpen voor gebruik in afgesloten ruimtes.
Alle andere soorten gebruik zijn niet toegestaan.
Voorzienbaar incorrect gebruik
Gebruik het apparaat niet voor de volgende doeleinden:
• Het apparaat is niet geschikt voor het bewaren en koelen
van medicijnen, bloedplasma, laboratoriumpreparaten of
soortgelijke bestanddelen en producten die vallen onder de
Richtlijn Medische apparaten 2007/47/EC.
• In mogelijk explosieve atmosferen.
• In gebieden waar het is blootgesteld aan spatwater of vocht
evenals aan rechtstreeks zonlicht.
Onjuist gebruik van het apparaat zal resulteren in het beschadigen
of bederven van de waren die erin worden bewaard.
Tips, opmerkingen en aanbevelingen
Geeft de gebruiker tips, opmerkingen en aanbevelingen ten
behoeve van het effi ciënte gebruik van het product
Andere symbolen
Instructies voor het ondernemen van handelingen vereisen dat de
gebruiker een handeling of procedure uitvoert. Voer de instructies
altijd individueel en in de getoonde volgorde uit.
Structuur van de instructies:
Instructie voor een handeling.
Details van resultaten indien nodig.
Structuur van de bedieningsinstructies
Waarschuwingen
Waarschuwingen hebben de volgende structuur:
SIGNAAL-
WOORD!
Bron van het gevaar.
Consequenties van niet-naleving.
Te ondernemen actie om het gevaar
te voorkomen.
Prioriteit van waarschuwingen
De waarschuwingen variëren afhankelijk van het type gevaar als
volgt:
GEVAAR!
Identificeert een situatie die direct gevaar
met zich meebrengt en die, indien deze
niet wordt afgewend, kan resulteren in
ernstig of dodelijk lichamelijk letsel.
WAAR-
SCHUWING!
Identificeert een gevaarlijke situatie
die, indien deze niet wordt afgewend,
kan resulteren in ernstig of dodelijk
lichamelijk letsel.
OPGELET!
Identificeert een gevaarlijke situatie die,
indien deze niet wordt afgewend, kan
resulteren in licht of middelmatig licha-
melijk letsel.
MEDEDELING
Identificeert een gevaarlijke situatie die,
indien deze niet wordt opgeheven, kan
resulteren in materiële schade.
Identificeert gevaarlijke brandbare stof-
fen.
NL
53
WAARSCHUWING: Als de voedingskabel is beschadigd,
moet deze worden vervangen door de fabrikant, de
onderhoudsmonteur of een soortgelijk gekwalifi ceerde
persoon om gevaar te vermijden.
Installeer, verbind en verwijder dit apparaat alleen zoals
omschreven in deze bedieningsinstructies.
Niet-beoogd gebruik
WAARSCHUWING: Ventilatieopeningen in het omhulsel
van het apparaat of in de structuur voor inbouw vrijhouden
van belemmeringen.
Bij het ontkoppelen van het apparaat van het lichtnet dient u
aan de stekker te trekken en niet aan de kabel.
Haal in het geval van een storing de stekker uit het
stopcontact of schakel de zekering uit.
Zorg ervoor dat voedsel dat te lang is bewaard niet wordt
geconsumeerd. Gooi voedsel dat te lang is bewaard op de
juiste manier weg.
WAARSCHUWING: Bewaar geen explosieve
bestanddelen als aerosolblikjes met ontvlambaar drijfgas in
dit apparaat.
Controleer of spuitbussen geen ontvlambaar drijfgas
bevatten voordat u ze in dit apparaat bewaart. Ontvlambaar
drijfgas wordt genoemd in de ingrediënten of het wordt
aangegeven met een vlamsymbool op de verpakking.
Gebruik de interne LED-verlichting niet om de ruimte te
verlichten. De interne LED-verlichting is alleen ontworpen
om het interieur van het apparaat te verlichten.
WAARSCHUWING: Gebruik geen elektrische apparaten
in de opbergcompartimenten voor voedsel van het
apparaat, tenzij dit wordt aanbevolen door de fabrikant..
Als u een afsluitbaar apparaat hebt, dient u de sleutel van
het apparaat buiten het bereik van kinderen te houden.
Veiligheidsinstructies
Gevaren voor de gebruiker
Bewaar de bedieningsinstructies at in de buurt van het
apparaat.
Geef de bedieningsinstructies door aan een eventuele
volgende eigenaar.
Het apparaat moet door twee mensen geïnstalleerd worden
om letsel en materiële schade te voorkomen.
Na het uitpakken dient u het apparaat te controleren op
eventuele beschadigingen.
Neem contact op met de leverancier indien het apparaat
beschadigd is. Verbind het apparaat niet aan de
hoofdvoeding.
Vermijd langdurig contact van de huid met koude
oppervlaktes (bv. gekoeld/bevroren producten). Neem
indien nodig veiligheidsmaatregelen (bv. handschoenen).
Gebruik het apparaat niet in mogelijk explosieve atmosferen.
Gebruik geen open vuur of andere ontstekingsbronnen in
het apparaat.
Gebruik geen elektrische kachels of stoomreinigers, open
vlammen of ontdooisprays om het apparaat te ontdooien.
Gebruik geen scherpe voorwerpen om ijs te verwijderen.
WAARSCHUWING: Het koelcircuit niet beschadigen.
Als het koelcircuit is beschadigd, dient u de ruimte goed te
ventileren en ontstekingsbronnen uit de buurt van het
apparaat te houden.
Eet ijs, met name ijslollies of ijsklontjes, niet direct nadat u
ze uit het apparaat heeft gehaald, aangezien u het risico
loopt op “verbranding” als gevolg van de zeer koude
temperaturen.
WAARSCHUWING: Het apparaat bevat ontvlambaar
materiaal en moet naar behoren worden gehanteerd,
onderhouden en vernietigd.
WAARSCHUWING: Gebruik geen mechanische
apparaten of andere middelen om het ontdooiproces te
versnellen, anders dan die door de fabrikant zijn aanbevolen.
Incorrect hanteren van
ontvlambare koelmiddelen
Zorg ervoor dat de circuitleidingen voor de koelmiddelen
niet beschadigd raken.
Geen open vuur of ontstekingsbronnen in het apparaat
toestaan.
Gebruik geen elektrische apparatuur in het apparaat (bv.
ijsmachines, etc.).
Als het koelmiddel lekt:
Houd open vlammen en ontstekingsbronnen uit de buurt
van het lekkende gebied.
Zorg ervoor dat de ruimte goed geventileerd wordt.
Breng de afdeling klantenservice op de hoogte.
Incorrecte installatie en reparatiewerk
Voer reparatiewerk en ander werk aan het apparaat alleen
uit wanneer de stekker zichtbaar uit het stopcontact is
getrokken.
Alle reparaties en ander werk aan het apparaat mogen
alleen uitgevoerd worden door personeel van de
klantenservice of ander getraind personeel.
Incorrecte opslag van
ontvlambare stoff en
Bewaar geen explosieve stoff en of spuitbussen met
ontvlambaar drijfgas (propaan, butaan, pentaan, etc.) in het
apparaat. Er is een gevaar dat lekkende gassen worden
ontstoken door elektrische componenten.
Controleer of spuitbussen geen ontvlambaar drijfgas
bevatten voordat u ze in dit apparaat bewaart. Ontvlambaar
drijfgas wordt genoemd in de ingrediënten of het wordt
aangegeven met een vlamsymbool op de verpakking.
Alcoholische dranken of andere verpakkingen die alcohol
bevatten dienen goed afgesloten te worden.
NL
54
Afmetingen apparaat
Model A B C D
EFE 1102 / 1152 825 751 461 -
EFE 1502 / 1552 825 625 660 -
EFE 1500 825 625 660 -
EFE 2200 825 835 660 -
EFE 2202 / 2252 825 835 660 -
EFE 3002 / 3052 825 1045 660 -
EFE 3000 825 1045 660 -
EFE 3802 / 3852 825 1255 660 -
EFE 3800 825 1255 660 -
EFE 4600 825 1465 660 -
EFE 4602 / 4652 825 1465 660 -
EFE 5100 825 1675 660 -
EFE 5102 / 5152 825 1675 660 -
EFE 6002 / 6052 825 1885 660 -
EFI 1403 / 1453 825 625 660 751
EFI 2103 / 2153 825 835 660 751
EFI 2803 / 2853 825 1045 660 751
EFI 3503 / 3553 825 1255 660 751
EFI 4403 / 4453 825 1465 660 751
EFI 4803 / 4853 825 1681 660 751
EFI 5603 / 5653 825 1885 660 751
Afmetingen apparaat
Model A B C D
EFL 1505 825 625 660 -
EFL 3005 825 1045 660 -
EFL 3805 825 1255 660 -
EFL 4605 825 1465 660 -
EFL 6005 825 1885 660 -
Beschrijving van het apparaat
1. Temperatuurdisplay
2. Binnenverlichting (afhankelijk van het model en opties)
3. Afvoer dooiwater
4. Temperatuurregeling
5. Aanknop binnenverlichting...(Optioneel)
6. Uitknop binnenverlichting...(Optioneel)
7. Type/gegevensplaatje
8. Compressorcompartiment ventilatierooster
Slot voor EFL
De vergrendeling is uitgerust met een
veilig mechanisme.
Het apparaat vergrendelen
1. Houd de knop ingedrukt.
2. Draai de sleutel 90°.
Slot voor
massieve deksels
Accessoires
Er is een cilinderslot verkrijgbaar om het apparaat te
beschermen tegen ongeautoriseerde toegang.
Om het cilinderslot te installeren:
Op versies met een afgedekt
sleutelgat: schuif de afdekking
van het sleutelgat opzij tot de
opening voor het
cilinderslotzichtbaar is.
Plaats het cilinderslot in de
opening.
Draai de sleutel.
Verwijder de sleutel.
EFE 1102 / 1152
EFE / EFI
NL
55
Inwerkingstelling
Uitpakken
Breng het verpakkingsmateriaal naar een officieel
verzamelpunt.
Reinig de binnenkant van het apparaat voordat u het de
eerste keer inschakelt, zie “Reiniging”.
GEVAAR!
Verpakkingsmateriaal en folie.
Verstikkingsgevaar.
Kinderen mogen niet met het
verpakkingsmateriaal spelen.
Elektrische verbinding
GEVAAR!
Incorrecte voedingsspanning.
Materiële schade of persoonlijk letsel.
Zorg ervoor dat de voedingsspanning
overeenkomt met de specificaties in
het hoofdstuk met de titel “Technische
gegevens”.
Zorg ervoor dat het stopcontact niet geblokkeerd
wordt door het apparaat en makkelijk bereikbaar
is.
Voeding (AC) en voltage van het werkpunt moeten
overeenkomen met de details op het
typeplaatje. Het typeplaatje bevindt zich aan
de achterkant van het apparaat.
Verbind het apparaat alleen aan een
stopcontact dat beschermd is door een
zekering geaard in overeenstemming met de
toepasselijke regelgeving.
Het stopcontact dient gezekerd te zijn met een 10 A-zekering
of hoger, het dient niet in de buurt te zijn van de achterkant van
het apparaat en het dient makkelijk bereikbaar te zijn.
Verbind het apparaat niet met verlengsnoeren of verdeeldozen.
Verbind het apparaat alleen met een goed geaard
stopcontact.
Het apparaat installeren
GEVAAR!
Ongeschikte verhouding tussen het
koelmiddel en het volume van de
installatieruimte.
Explosiegevaar.
Zorg ervoor dat de ruimte waarin u het
apparaat installeert een volume van
1 m³ per 8 g van R600a/R290
koelmiddel dat wordt gebruikt in het
apparaat heeft, zoals uiteengezet in
norm EN 378.
Vereisten voor de plaats van installatie:
Controleer of het volume van de installatieruimte groot
genoeg is ten opzichte van de koelcapaciteit van het
apparaat.
De koelcapaciteit wordt aangegeven op het typeplaatje.
• Geen direct zonlicht.
• Geen warmtebronnen zoals een fornuis of kachel in de
buurt.
• De vloer is horizontaal en vlak.
Manden
Er zijn manden verkrijgbaar als
accessoires.
Model Mand
Maximaal
draagvermogen
EFE 11 195 mm 12 kg
EFE
210 mm 28 kg
270 mm 31 kg
EFI
210 mm 28 kg
270 mm 25 kg
EFL
210 mm 47 kg
270 mm 54 kg
MEDEDELING
Overbelasting!
Materiële schade.
De ventilatieopening tussen de rand van de kist en de vloer
wordt gebruikt om de koelinstallatie van koele lucht te voorzien.
Zorg ervoor dat de ventilatieopening
tussen de onderkant van de kist en
de vloer niet geblokkeerd wordt.
Zorg ervoor dat de afstand tussen
het ventilatierooster en de muur
tenminste 50 mm is.
Zorg ervoor dat de ruimte tussen
het ventilatierooster en de muur niet
wordt geblokkeerd.
Zorg ervoor dat er geen vreemde
voorwerpen of stof in het
ventilatierooster zitten.
Het apparaat voert lucht af via de buitenwand.
Plaats geen voorwerpen direct naast de buitenwand van het
apparaat.
Zorg dat er een afstand van minstens 20 mm is tussen de
buitenwand van het apparaat en omringende voorwerpen.
m
i
n
.
20
m
m
min.
50mm
NL
56
Het apparaat in- en uitschakelen
Het wordt aanbevolen het apparaat te reinigen voordat u het de eerste
keer inschakelt (zie “Reiniging”).
Het apparaat inschakelen:
Het apparaat verbinden met het
spanningsnet - het apparaat is
ingeschakeld.
Het groene AAN-lampje (pijl) gaat
branden.
(optionele functies bij uitvoering)
Stel de gewenste temperatuur in, zie
“temperatuur instellen”
Het apparaat uitschakelen:
Trek de stekker uit het stopcontact of verwijder/schroef de
zekering los.
Bediening
MEDEDELING
Incorrecte kamertemperatuur.
Materiële schade en verminderde
koelcapaciteit.
Zorg ervoor dat de
kamertemperatuur overeenkomt met
de klimaatklasse van het apparaat,
zie “Technische gegevens”.
Bediening
De binnenverlichting in- en uitschakelen
(optionele functies bij uitvoering)
WAARSCHU-
WING!
Hoge lichtintensiteit.
Oogletsel.
Verwijder lichtkap niet.
Kijk niet in het licht door optische
lenzen.
De lichtintensiteit van de interne LED-verlichting komt overeen
met de laserklasse 1/1M.
De schakelaar voor de
binnenverlichting bevindt zich achter
het compressorcompartiment van het
ventilatierooster.
Duw de schakelaar door de linker
opening om de binnenverlichting aan te
zetten.
Duw de schakelaar door de rechter
opening om de binnenverlichting uit te
zetten.
Maximale vulhoogte
De markering aan de binnenkant van het apparaat geeft de
maximale vulhoogte aan.
Vul het apparaat niet verder dan de markering met bevroren
items.
De temperatuur instellen
De temperatuur kan onbeperkt worden
aangepast met de bedieningsknop. Er zitten
markeringen vlakbij de bedieningsknop.
Het apparaat koelt tot de laagste
temperatuur wanneer deze is ingesteld op
3 (***).
Om de temperatuur in
te stellen, draait u de
bedieningsknop met een
platte schroevendraaier naar
de gewenste instelling
(* tot ***).
Het apparaat uitschakelen
Het apparaat uitschakelen
Trek de stekker uit het stopcontact
of draai de bedieningsknop voor de
temperatuur tegen de klok in tot
deze in de Uit-positie staat.
Als u het apparaat met behulp van
de bedieningsknop voor de
temperatuur hebt uitgeschakeld,
wordt het apparaat niet losgekoppeld van de hoofdvoeding.
Voordat u het apparaat voor een langere
periode uitschakelt
Schakel het apparaat uit.
Trek de stekker uit het stopcontact of schakel de zekering uit.
Reinig het apparaat.
Zorg ervoor dat het apparaat aan de binnen- en buitenkant
droog is.
Er mag geen vocht in de binnenruimte achterblijven.
Als het deksel van de kist gesloten wordt terwijl het apparaat
voor een langere periode uitgeschakeld wordt, zullen er
geuren ontstaan aan de binnenkant.
Open het deksel en maak het ergens aan vast om te
voorkomen dat het deksel gesloten wordt.
Zorg ervoor dat de omgevingsomstandigheden voor opslag
overeenkomen met de specificaties in het hoofdstuk met de
titel “Het apparaat opbergen na uitschakeling”.
Temperatuurdisplay
De thermometer toont de hoogste temperatuur van het bevroren
volume bij de maximale vulhoogte.
Dit is zo ontworpen dat alleen temperaturen onder de 0°C
nauwkeurig worden weergegeven.
Intern type
Extern type
Interior light
switch ON/OFF
Binnenlichtschakelaar
AAN/UIT
NL
57
Reiniging
GEVAAR!
Als een incorrecte reinigingsmethode
wordt gebruikt, loopt u het risico op
een elektrische schok.
Levensgevaar.
Haal voordat u begint met reinigen
de stekker uit het stopcontact.
OPGELET!
Hete stoom.
Letsel en materiële schade.
Gebruik geen stoom/hogedrukreiniger.
Gebruik geen elektrische kachels of
stoomreinigers, open vlammen of
ontdooisprays.
Gebruik geen scherpe voorwerpen om
ijs te verwijderen. (Risico op schade
aan binnenkant)
MEDEDELING
Ongeschikte reinigingsproducten.
Schade aan het apparaat.
Gebruik geen geconcentreerde
reinigingsproducten zonder deze eerst
te verdunnen.
Gebruik alleen zachte doeken en
allesreiniger met een neutrale pH-waarde.
Gebruik aan de binnenkant van het
apparaat alleen reinigingsproducten die
geen gezondheidsgevaar vormen.
Reinig het apparaat elke 6 maanden.
Storingen/problemen oplossen
Neem contact op met uw dichtstbijzijnde klantenservice als er
zich problemen voordoen met het apparaat die u niet kunt
oplossen.
Om te garanderen dat uw probleem zo snel mogelijk wordt
opgelost, dient u het type (1),
onderhoudsnummer (2) en
serienummer (3) op het
typeplaatje door te geven
wanneer u contact opneemt
met de klantenservice. De
positie van het typeplaatje
wordt weergegeven in het
hoofdstuk met de titel “Be-
schrijving van het apparaat”.
Storingen Mogelijke
oorzaak
Oplossing
Apparaat koelt
niet.
De bedieningsknop
voor de temperatuur
staat in de Uit-
positie.
Zet de bedieningsknop
voor de temperatuur op een
koelpositie.
De stekker zit niet in
het stopcontact.
Stop de stekker in het
stopcontact.
De voeding is
onderbroken.
Controleer de voeding.
Controleer de zekeringen in
de voeding.
De
temperatuur
is niet laag
genoeg.
Incorrecte
temperatuur
ingesteld.
Stel de correcte
temperatuur in.
Het scherm van de
thermometer klopt
niet.
Controleer de temperatuur
met een andere
thermometer.
De vriezer wordt
onvoldoende
geventileerd.
Zorg ervoor dat er
voldoende ventilatie is.
Het apparaat is
te dicht bij een
warmtebron
geplaatst.
Verwijder de warmtebron.
Kies een geschikte
installatieplaats.
Verwijder alle bevroren items.
Plaats een geschikte emmer
onder de afvoeropening.
Verwijder de stop uit de
afvoeropening voor het dooiwater.
Zorg ervoor dat er tijdens het
reinigen geen water in het
ventilatierooster of elektrische
componenten stroomt.
Reinig de binnenruimte,
buitenkant en apparatuurdelen
van het apparaat met geschikte
doeken en een mix van lauw
water en allesreiniger.
Droog het apparaat met een geschikte doek.
Er mag geen vocht in de binnenruimte achterblijven.
Stofopbouw op het ventilatierooster zorgt voor een hoger
energieverbruik.
Verwijder stof van het ventilatierooster.
Ontdooien
Als het apparaat gedurende een langere periode aan heeft ge-
staan, kan er een laag vorst of ijs ontstaan op de wanden van het
vriesvak.
De laag vorst of ijs zal zich sneller vormen als het apparaat vaak
wordt geopend. Een dikke laag ijs verhoogt het energieverbruik.
U dient de vriezer daarom regelmatig te ontdooien.
OPGELET!
Hoge lichtintensiteit.
Oogletsel.
G
ebruik geen elektrische kachels of
stoomreinigers, open vlammen of
ontdooisprays.
Gebruik geen scherpe voorwerpen om
ijs te verwijderen. (Risico op schade
aan b
innenkant)
Ontdooien
Schakel het apparaat uit.
Trek de stekker uit het stopcontact of schakel de zekering uit.
Wikkel de bevroren waren in papier of dekens en bewaar ze
op een koele plek.
Veeg het dooiwater op in apparaten zonder waterafvoer.
Plaats een geschikte emmer onder de afvoeropening om het
dooiwater te verzamelen.
Verwijder de stop uit de afvoeropening
voor het dooiwater.
Laat het deksel tijdens het ontdooien
open.
Dweil het overgebleven dooiwater na
het ontdooien met een doek op.
Reinig het apparaat, zie “Reiniging”.
NL
58
Technische gegevens
Voedingsspanning
De precieze waarden voor de correcte voedingsspanning
staan op het typeplaatje.
Geluidsemissies van het apparaat
Het geluidsniveau van het apparaat in bedrijf is onder de 70 dB
(A) (relatief laag geluidsniveau 1 pW).
Klimaatklasse
De klimaatklasse geeft weer bij
welke kamertemperatuur het
apparaat gebruikt mag worden om
de maximale koelcapaciteit te
benutten en wat de maximale
vochtigheidsgraad in de omgeving
rond het apparaat mag zijn om te
garanderen dat er geen condens
wordt gevormd op de buitenwanden.
De klimaatklasse wordt aangegeven op het typeplaatje.
Klimaatklasse
Max. kamer-
temperatuur
Max. relatieve
vochtigheid
3 25
o
C 60 %
4 30
o
C 55 %
5 40
o
C 40 %
7 35 C 75 %
De minimale kamertemperatuur op de plaats van installatie is
10
o
C.
Specificatie Waarde
Stroomsoort Wisselstroom
Uitschakelstroom Tussen 10 en 16 A
Verklaring van overeenstemming
Het apparaat voldoet aan de relevante veiligheidsnormen en de
EU Richtlijnen 2014/30/EU en 2006/42/EU.
Het apparaat opbergen na uitschakeling
Zorg ervoor dat het apparaat aan de binnen- en buitenkant
droog is.
Er mag geen vocht in de binnenruimte achterblijven.
Zorg ervoor dat de kamertemperatuur tussen de -10 C en de
+50 C is.
MEDEDELING
Ongeschikte kamertemperatuur
tijdens opslag.
Materiële schade.
Zorg ervoor dat de kamertemperatuur
tussen de -10 C en de +50 C is.
Verwijdering
MEDEDELING
Lekkende koelmiddelen en olie.
Schade aan de omgeving.
Zorg ervoor dat het circuit voor de
koelmiddelen niet wordt
beschadigd wanneer u het
apparaat weggooit.
Het apparaat bevat recycleerbaar materiaal en ontvlambaar
materiaal.
Koppel het apparaat los van de voeding.
Snijd de voedingskabel door om het apparaat onbruikbaar te
maken.
Gooi het apparaat niet zomaar weg bij het ongesorteerde
huishoudelijk afval.
Zorg ervoor dat het apparaat wordt verwijderd op een
professionele en geschikte wijze, in overeenstemming met de
geldende lokale wet- en regelgeving.
NL
-
1
-
2
-
3
-
4
-
5
-
6
-
7
-
8
