•
In het scherm gaat het symbool
aan.
• Het indicatielampje
gaat uit.
•
Het deurvergrendelingssymbool
gaat uit.
• Haal het wasgoed uit het apparaat.
Zorg ervoor dat de trommel leeg is.
• Laat de deur iets open staan om de
vorming van schimmel en onaangena-
me luchtjes te voorkomen.
• Draai de waterkraan dicht.
• Druk een paar seconden op de knop
voor
om het apparaat uit te schake-
len.
Het wasprogramma is voltooid, maar
er staat water in de trommel:
– De trommel draait regelmatig om kreuk-
vorming van het wasgoed te voorko-
men.
–
Het indicatielampje van de deur
brandt. De deur blijft vergrendeld.
– U moet het water afvoeren om de deur
te kunnen openen.
Om het water weg te pompen:
1.
De centrifugeersnelheid zo nodig
verlagen. Als u
instelt,
pompt het apparaat alleen.
2.
Druk op . Het apparaat voert
het water af en centrifugeert.
3.
Als het programma is voltooid, gaat
het deurvergrendelingssymbool
uit en kunt u de deur openen.
4.
Druk een paar seconden op de
knop voor
om het apparaat uit
te schakelen.
Na ongeveer 18 uur begint het
apparaat automatisch met het af-
voeren van water en centrifugeren
(behalve bij het wolprogramma).
9.11 AUTO OFF-optie
De AUTO OFF-optie schakelt het appa-
raat automatisch uit om stroom te bespa-
ren als:
• Er een programma is geselecteerd,
maar na 5 minuten van de instelling nog
niet op de
toets is gedrukt.
Druk opnieuw op de toets
om het
apparaat in te schakelen.
• 5 minuten na afloop van het waspro-
gramma
Druk opnieuw op de toets
om het
apparaat in te schakelen.
De tijd van het laatst ingestelde pro-
gramma wordt weergegeven op het
display
Draai aan de programmaknop om een
nieuwe cyclus in te stellen.
10. AANWIJZINGEN EN TIPS
10.1 Voor u het wasgoed in de
trommel doet
• Verdeel het wasgoed in: wit, bont, syn-
thetisch, fijne was en wol.
• Volg de wasinstructies die u op de was-
labels van het wasgoed vindt.
• Was witte en bonte artikelen niet sa-
men.
• Sommige bonte weefsels kunnen uitlo-
pen als zij de eerste keer worden ge-
wassen. We raden daarom aan om dit
soort kleding de eerste keer dan ook
apart te wassen.
• Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen,
haakjes en drukknopen. Rol riemen op.
• Maak alle zakken leeg en vouw alle arti-
kelen open.
• Draai meerlagige stoffen, wollen en kle-
ding met geverfde opdrukken binnen-
stebuiten.
• Verwijder hardnekkige vlekken.
• Was delen met zware vervuiling met
een speciaal wasmiddel.
• Wees voorzichtig met gordijnen. Verwij-
der de haken of stop de gordijnen in
een zak of kussensloop.
• Niet in de machine wassen:
– Wasgoed zonder zomen of met
scheuren
– Beugelbeha's.
– Gebruik een waszakje om kleine
stuks wasgoed te wassen.
16
www.electrolux.com