Whirlpool HR 86 T.1 IX Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

HR 86 T.1/HA
HR 86 T.1 IX/HA
NL
OVEN
Inhoud
Het installeren, 2-4
Plaatsing
Elektrische aansluiting
Technische gegevens
Servicedienst
Beschrijving van het apparaat, 5
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
Starten en gebruik, 6
De oven starten
De elektronische programmeur, 7
Programmas, 8-10
Kookprogrammas
Praktische kooktips
Kooktabel
Kookplaat, 11
Type kookplaat
Aanzetten kookplaat glaskeramiek
Praktische tips voor het gebruik van de
glaskeramische kookplaat
Voorzorgsmaatregelen en advies, 12
Algemene veiligheid
Afvalverwijdering
Energiebesparing en milieubehoud
Onderhoud en verzorging, 13
De elektrische stroom afsluiten
Reinigen van het apparaat
De ovendeur reinigen
Vervangen van het lampje
Montage van de Kit Glijders
Gebruiksaanwijzingen
Deutsch, 14
DE
Nederlands,
1
NL
ÅëëçíéêÜ, 28
GR
Ðó ññêèé, 41
RS
2
NL
Ventilatie
Om een goede ventilatie te kunnen garanderen is het
noodzakelijk de achterkant van het meubel te verwijderen.
Het is aan te raden de oven op twee houten balken te
plaatsen of eventueel op een enkele plank die een opening
heeft van tenminste 45 x 560 mm (zie afbeeldingen).
Centreren en bevestigen
Regel de 4 stelvoetjes aan de zijkant van de oven in
overeenkomst met de 4 gaten in de lijst, afhankelijk
van de dikte van de zijkant van het meubel:
als de dikte 20 mm is: verwijder
het regelbare gedeelte van het
stelvoetje
(zie afbeelding);
als de dikte 18 mm is: gebruik
de eerste gleuf zoals door de
fabriek is voorzien
(zie afbeelding);
als de dikte 16 mm is: gebruik
de tweede gleuf
(zie afbeelding).
Om het apparaat aan het keukenkastje te bevestigen:
open de ovendeur en schroef de 4 houtschroeven in
de 4 gaten in de zijrand.
!!
!!
! Alle beschermende onderdelen moeten zodanig
worden bevestigd dat ze niet kunnen worden
verwijderd zonder gereedschap te gebruiken.
!!
!!
! Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele
raadpleging in de toekomst. Wanneer u het product
weggeeft, verkoopt, of wanneer u verhuist, dient u dit
boekje bij het apparaat te bewaren zodat alle nodige
informatie voorhanden blijft.
! Lees de instructies aandachtig door: u vindt er
belangrijke informatie betreffende installatie, gebruik
en veiligheid.
Plaatsing
!!
!!
! Het verpakkingsmateriaal is geen speelgoed voor
kinderen en dient daarom te worden verwijderd volgens
de geldende normen voor gescheiden afvalinzameling
(zie Voorzorgsmaatregelen en advies).
!!
!!
! De installatie moet worden uitgevoerd door een
bevoegde installateur en volgens de instructies van
de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade
berokkenen aan personen, dieren of dingen.
Inbouw
Voor een goede werking van het apparaat moet het
keukenmeubel de juiste kenmerken hebben:
de zijkanten van de kastjes die aan de oven
grenzen moeten hittebestendig zijn;
in het bijzonder moet, in geval van meubels met fineer,
de lijm bestand zijn tegen temperaturen van 100°C;
voor het inbouwen van de oven, zowel onder het
aanrecht (zie figuur) als in stapelbouw, dient het
meubel de volgende afmetingen te hebben:
!!
!!
! Nadat het apparaat is ingebouwd, mag er geen
contact meer mogelijk zijn met de elektrische
onderdelen.
Het energieverbruik dat staat aangegeven op het
typeplaatje is gebaseerd op dit soort installatie.
Installatie
560 mm.
45 mm.
595
558
min
45
min
575-585
min
560
+4 -0
480
+4 -0
555
580
500
39
15
595
23
572
543545
3
NL
Elektrische aansluiting
De keuken moet aan het elektrische net worden
aangesloten. Deze functioneert met de wisselstroom,
de spanning en de frequentie die aangegeven staan
op het typeplaatje (zie volgende pagina).
De kookplaat wordt aan het fornuis verbonden met een
speciale aansluiting.
INBOUWPLAAT
INBOUWFORNUIS
WIT ROOD GEELBLAUW GROEN
Slechts op
enkele modellen
aanwezig
Nadat u de kookplaat heeft aangesloten, dient u de
metalen bescherming weer op zijn plaats te doen. Als
de kookplaat wordt verwijderd moet u de rode dop, die
oorspronkelijk op de rode connector zat, weer op zijn
plaats doen.
Monteren voedingskabel
1. Licht de lipjes aan de
zijkant van het deksel
van het klemmenbord op
met een
schroevendraaier: trek
het deksel van het
klemmenbord open ( zie
afb.).
2. Draai de schroef van
de kabelklem los en
verwijder hem met
behulp van een
schroevendraaier (zie
afbeelding).
3. Verwijder de
schroeven van de
contacten L-N-
en
bevestig de draden
onder de koppen van de
schroeven met
inachtneming van de
kleuren: Blauw (N) Bruin
(L) Geel-Groen (
).
Het klemmenbord is ingesteld voor een verbinding
op 400 V driefasenstroom (zie afbeeldingen onder).
400V 3N~H05RR-F
5x2.5 CEI-UNEL 35363
Als de elektrische installatie andere eigenschappen
heeft (zie afbeeldingen onder), dient u de
elektrische verbinding tot stand te brengen door
middel van de verbindings-U-bouten in doos P.
230V 1N~H07RN-F 3x4
CEI-UNEL 35364
400V 2N~H05RR-F
4x2.5 CEI-UNEL 35363
3. Maak de voedingskabel vast aan de speciale
kabelklem.
4. Maak het deksel van het klemmenbord dicht.
NL3L1L2
1
3
2
4
5
N
L2
L3
L1
P
NL
1
3
2
4
5
NL2L1
1
3
2
4
5
4
NL
Het aansluiten van de voedingskabel aan het
elektrische net
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die
genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
typeplaatje(zie hiernaast). Wanneer het apparaat
rechtstreeks op het net wordt aangesloten moet u tussen
het apparaat en het net een meerpolige schakelaar
aanbrengen met een afstand tussen de contacten van
minstens 3 mm, aangepast aan het elektrische vermogen
en voldoend aan de geldende normen (de aarding mag
niet worden onderbroken door de schakelaar). De
voedingskabel moet zodanig worden geplaatst dat hij
nergens een temperatuur bereikt van 50°C hoger dan de
kamertemperatuur.
!!
!!
! De installateur is verantwoordelijk voor een correcte
elektrische aansluiting en het in acht nemen van de
veiligheidsnormen.
Vóór het aansluiten moet u controleren dat:
de contactdoos geaard is en voldoet aan de geldende
normen;
de contactdoos in staat is het maximale vermogen
van het apparaat te verdragen, zoals aangegeven
op het typeplaatje (zie onder);
de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje (zie onder);
de contactdoos en de stekker overeenkomen. Als
dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de
contactdoos te vervangen; gebruik geen
verlengsnoeren of dubbelstekkers.
!!
!!
! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de
elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te
bereiken zijn.
!!
!!
! De kabel mag niet gebogen of samengedrukt worden.
!!
!!
! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd
en mag alleen door erkende monteurs worden
vervangen (zie Service).
!!
!!
!
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteldDe fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteldDe fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld
wanneer deze normen niet worden nageleefd.wanneer deze normen niet worden nageleefd.
wanneer deze normen niet worden nageleefd.wanneer deze normen niet worden nageleefd.
wanneer deze normen niet worden nageleefd.
TYPEPLAATJE
Afmetingen
breedte 43,5 cm
hoogte 32 cm
diepte 41,5 cm
Inhoud
liter 58
Elektrische
aansluitingen
spanning 230V/400V~ 3N 50Hz of
maximaal opgenomen vermogen
10800W
ENERGY
LABEL
Richtlijn 2002/40/EG op het etiket
van elektrische ovens. Norm EN
50304
Energieverbruik convectie Natuurlijk
- verwarmingsfunctie:
Traditioneel;
Energieverbruikverklaring Klasse
geforceerde convectie -
verwarmingsfunctie: Gebak
Deze apparatuur voldoet aan de
volgende EU voorschriften:
73/23/EEG van 19/02/73
(Laagspanning) en daaropvolgende
wijzigingen - 89/336/EEG van
03/05/89 (Elektromagnetische
Compatibiliteit) en daaropvolgende
wijzigingen - 93/68/EEG van
22/07/93 en daaropvolgende
wijzigingen. 2002/96/EG
Servicedienst
Wendt u nooit tot niet erkende monteurs.
Dit dient u door te geven:
Het soort storing;
Het model apparaat (Mod.)
Het serienummer (S/N)
Deze laatste informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat
5
NL
Bedieningspaneel
Rooster GRILL
Rooster LEKPLAAT
GLEUVEN om
roosters in te
schuiven
positie 5
positie 4
positie 3
positie 2
positie 1
Beschrijving van
het apparaat
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
Knop
PROGRAMMA'S
Knop
KOOKPLATEN DUBBELE DIAMETER
Knop
KOOKPLATEN
Controlelampje
KOOKPLATEN
Knop
KOOKPLATEN DUBBELE
DIAMETER
Knop
KOOKPLATEN
THERMOSTAATKNOP
ELEKTRONISCHE
Programmering
Controlelampje
THERMOSTAAT
6
NL
Starten en gebruik
! Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven
minstens een uur leeg te laten functioneren, op
maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat u
de oven hebt uitgedaan, opent u de ovendeur en lucht
u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door het
verdampen van de middelen die worden gebruikt om
de oven te beschermen.
bij de apparaten voorzien van elektronische
programmering moet voor gebruik van de
elektrische oven de knop
(op de display
verschijnt het symbool
) worden ingedrukt
voordat u de gewenste kookfunctie gaat kiezen.
De oven starten
1. Door aan de knop PROGRAMMAS te draaien
kunt u het gewenste kookprogramma kiezen.
2. Kies de temperatuur door aan de knop
THERMOSTAAT te draaien. Een lijst met kooktijden en
aanbevolen kooktemperaturen kunt u terugvinden in
de Kooktabel (zie Programmas).
3. Als het controlelampje THERMOSTAAT aan is,
bevindt de oven zich in de verwarmingsfase en is
bezig de ingestelde temperatuur te bereiken.
4. Tijdens het koken kunt u nog altijd:
- het kookprogramma veranderen met behulp van de
knop PROGRAMMAS;
- de temperatuur veranderen met behulp van de knop
THERMOSTAAT;
- het koken onderbreken door de knop
PROGRAMMAS weer op stand 0 te zetten.
! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u
riskeert hiermee het email te beschadigen.
! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde
roosters.
Ventilator
Teneinde de hitte aan de buitenkant van de oven te
beperken, zijn enkele modellen voorzien van een
ventilator. Hierdoor ontstaat een luchtstroom die
tussen het bedieningspaneel en de ovendeur naar
buiten komt.
! Aan het einde van de kooktijd blijft de ventilator
draaien totdat de oven voldoende is afgekoeld.
Ovenverlichting
Deze gaat werken door de knop PROGRAMMAS op
te draaien. Ze blijft aan wanneer u een
kookprogramma selecteert.
8
NL
Kookprogrammas
! U kunt voor alle programmas een temperatuur
instellen
tussen de 60°C en MAX, behalve voor:
BARBECUE (hierbij is het aanbevolen alleen MAX
te gebruiken);
GRATINEREN (hierbij is het aanbevolen niet meer
dan 200°C in te stellen).
Programma RIJZEN
De oven bereikt en behoudt een temperatuur van
40°C onafhankelijk van de stand van de knop
THERMOSTAAT. Dit programma is ideaal voor het
rijzen van beslag dat bakkersgist bevat.
Programma TRADITIONELE OVEN
De onderste en bovenste verwarmingselementen
gaan aan. Met deze traditionele kookwijze is het beter
een enkel rooster te gebruiken: met meerdere roosters
riskeert u een slechte temperatuursverspreiding.
Programma GEBAK OVEN
Het achterste verwarmingselement gaat aan en de
ventilator gaat werken zodat een gelijkmatige, zachte
warmte wordt gecreëerd. Deze functie is aanbevolen
voor het bakken van kwetsbare gerechten (vooral
taarten die moeten rijzen) en kleine gerechten die u
op 3 hoogtes tegelijkertijd kookt.
Programma FAST COOKING
Alle verwarmingselementen gaan aan en de ventilator
gaat werken zodat een gelijkmatige en constante
warmte wordt gegarandeerd.
Bij dit programma wordt de oven niet voorverwarmd.
Deze functie is vooral geschikt voor het snel koken
van kant en klare gerechten (diepvries en
voorgekookt). De beste resultaten verkrijgt u als u een
enkel rooster gebruikt.
Programma MULTIKOKEN
Alle verwarmingselementen gaan aan (onder, boven
en cirkelvormig) en de ventilator gaat draaien.
Aangezien de warmte in de hele oven constant is,
zorgt de lucht dat de gerechten op gelijkmatige wijze
gekookt en gebakken worden. Hier is het
mogelijkmaximaal twee roosters tegelijk te gebruiken.
Programma PIZZA OVEN
De onderste en cirkelvormige verwarmingselementen
gaan aan en de ventilator gaat draaien. Met deze
combinatie wordt de oven snel warm dankzij het
aanzienlijke vermogen dat vooral van onderaf komt.
Indien u meerdere roosters gebruikt moet u de
gerechten halverwege de kooktijd omwisselen.
Programma BARBECUE
Het bovenste verwarmingselement gaat aan en het
braadspit (waar aanwezig) gaat draaien. Het koken
onder de grill is vooral aan te raden voor gerechten
die een hoge temperatuur aan de buitenkant nodig
hebben. Kook met de ovendeur dicht.
Programma GRATINEREN
Het bovenste verwarmingselement gaat aan en de
ventilator en het braadspit (waar aanwezig) gaan
draaien. Hiermee wordt de rechtstreekse bovenhitte
van de grill gecombineerd met de circulatie van de
lucht in de oven.
Eventueel verbranden van de buitenkant wordt zo
vermeden; de warmte dringt gemakkelijker door naar
de binnenkant. Kook met de ovendeur dicht.
Programmas
9
NL
Praktische kooktips
! Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit
de standen 1 en 5: in deze standen zou de hete lucht
de fijne gerechten kunnen verbranden.
! Bij de functies BARBECUE of GRATINEREN, in het
bijzonder wanneer u het draaispit gebruikt, raden wij u
aan de lekplaat op stand 1 te zetten om eventueel vet
of jus op te vangen.
MULTIKOKEN
Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de gerechten
die meer warmte nodig hebben op stand 2.
Plaats de lekplaat op de onderste stand en het
rooster op de hoogste.
BARBECUE
Plaats de grill op stand 3 of 4, plaats de gerechten
op het midden van de grill.
We raden u aan het energieniveau op de hoogste
stand te zetten. Het is normaal dat het bovenste
verwarmingselement niet constant aan blijft: zijn
werking wordt geregeld door een thermostaat.
PIZZA OVEN
Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet
hem op het bijgeleverde ovenrooster.
Bij gebruik van de lekplaat is de bereidingstijd
langer en krijgt u waarschijnlijk geen krokante
pizza.
Bij zeer gevulde pizzas raden wij aan de
mozzarella of andere kaas pas halverwege de
kooktijd toe te voegen.
Het braadspit (slechts op enkele modellen aanwezig)
Voor het activeren van het
braadspit ( zie afb.) gaat u
als volgt te werk:
1. plaats de lekplaats in positie 1;
2. zet de steun van het braadspit op de 3e stand en
steek de vleespen in het gat achterin de oven;
3. activeer het braadspit met de knop PROGRAMMAS
op de positie
of ;
! Wanneer u de ovendeur opent als het programma
is gestart, zal het braadspit stoppen met draaien.
10
NL
Kooktabel
Programma's Gerechten Gewicht
(kg)
Roosterstanden Voorverwar
ming
(minuten)
Aangeraden
temperatuur
Kooktijd
(minuten)
Rijzen
Rijzen van deeg met bakkersgist
(brioches, brood, suikertaart,
croissants, enz.)
Traditionele
Oven
Eend
Braadstuk
Varkensrollade
Koekjes (kruimeldeeg)
Vruchtentaart
1
1
1
-
1
3
3
3
3
3
15
15
15
15
15
200
200
200
180
180
65-75
70-75
70-80
15-20
30-35
Gebak Oven
Taarten
Vruchtentaart
Plum-cake
Cake
Gevulde flensjes (op 2 roosters)
Kleine cakejes (op 2 roosters)
Kaaskoekjes (op 2 roosters)
Soesjes (op 3 roosters)
Koekjes (op 3 roosters)
Schuimgebak (op 3 roosters)
0.5
1
0.7
0.5
1.2
0.6
0.4
0.7
0.7
0.5
3
2 of 3
3
3
2 en 4
2 en 4
2 en 4
1 en 3 en 5
1 en 3 en 5
1 en 3 en 5
15
15
15
15
15
15
15
15
15
15
180
180
180
160
200
190
210
180
180
90
20-30
40-45
40-50
25-30
30-35
20-25
15-20
20-25
20-25
180
Diepvries
Pizza
Courgettes en garnalen in deeg
Spinaziequiche
Saucijzenbroodjes
Lasagne
Gebakken broodjes
Kip-snacks
0.3
0.4
0.5
0.3
0.5
0.4
0.4
2
2
2
2
2
2
2
-
-
-
-
-
-
-
250
200
220
200
200
180
220
12
20
30-35
25
35
25-30
15-20
Voorgekookte gerechten
Kippenvleugels
0.4
2
-
200
20-25
Fast cooking
Verse etenswaren
Koekjes (kruimeldeeg)
Plum-cake
Kaaskoekjes
0.3
0.6
0.2
2
2
2
-
-
-
200
180
210
15-18
45
10-12
Multikoken
Pizza (op 2 roosters)
Lasagne
Lamsvlees
Kip + gebakken aardappels
Makreel
Plum-cake
Soesjes (op 2 roosters)
Koekjes (op 2 roosters)
Cake (op 1 rooster)
Cake (op 2 roosters)
Quiche
1
1
1
1+1
1
1
0.5
0.5
0.5
1
1.5
2 en 4
3
2
2 en 4
2
2
2 en 4
2 en 4
2
2 en 4
3
15
10
10
15
10
10
10
10
10
10
15
230
180
180
200
180
170
190
180
170
170
200
15-20
30-35
40-45
60-70
30-35
40-50
20-25
10-15
15-20
20-25
25-30
Pizza oven
Pizza
Braadstuk
Kip
0.5
1
1
3
2
2 of 3
15
10
10
220
220
180
15-20
25-30
60-70
Tong en inktvis
Calamari- en garnalenspiesjes
Inktvis
Kabeljauwfilet
Gegrilde groenten
Kalfsbiefstuk
Worstjes
Hamburgers
Makreel
Tosti (of geroosterd brood)
0.7
0.6
0.6
0.8
0.4
0.8
0.6
0.6
1
n.° 4 en 6
4
4
4
4
3 of 4
4
4
4
4
4
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Max
Max
Max
Max
Max
Max
Max
Max
Max
Max
10-12
8-10
10-15
10-15
15-20
15-20
15-20
10-12
15-20
3-5
Barbecue
Met braadspit (waar aanwezig)
Kalfsvlees aan het spit
Kip aan het spit
Lamsvlees aan het spit
1.0
1.5
1.0
-
-
-
-
-
-
Max
Max
Max
80-90
70-80
70-80
Gegrilde kip
Inktvis
1.5
1.5
2
2
10
10
200
200
55-60
30-35
Gratineren
Met braadspit (waar aanwezig)
Kalfsvlees aan het spit
Lamsvlees aan het spit
Kip (aan het spit) +
aardappelen (op de lekplaat)
1.5
1.5
1.5
-
-
-
-
2
10
10
10
10
200
200
200
200
70-80
70-80
70-75
70-75
11
NL
Kookplaat
Type kookplaten
Bij de oven hoort een kookplaat die
samengesteld kan zijn uit twee
verschillende
verwarmingselementen: elektrische
kookplaten van gietijzer (zie
afbeelding 1) of glaskeramische
kookplaten die zowel traditioneel
kunnen zijn (zie afbeelding 2) als
verlengbaar (zie afbeelding 3).
Aanzetten kookplaat glaskeramiek
Traditioneel kookgedeelte
De traditionele straalelementen (A) zijn gemaakt van
cirkelvormige verwarmingselementen die pas zon tiental
seconden na ontsteking rood worden.
Ieder kookgedeelte heeft zijn eigen bedieningsknop
waarmee u 9 verschillende temperaturen kunt kiezen,
met een minimumwaarde van 1 tot een maximumwaarde
van 9.
Verlengbaar kookgedeelte
De verlengbare straalelementen (B) herkent u aan het
dubbele verwarmingsgedeelte. U kunt alleen het
binnenste gedeelte aansteken of beide gedeelten.
Door middel van de bedieningsknop kunt u kiezen
tussen twee stroomsterktes; deze gaan beide van een
minimumwaarde van 1 tot een maximumwaarde van 9:
door de knop met de klok mee te draaien van 1 naar 9
stelt u een lagere stroomsterkte in.
door de knop te draaien tot aan het einde
(
AA
AA
A), te
herkennen aan een lichte klik, stelt u de maximum
stroomsterkte in, die geregeld kan worden tussen 9
en 1 door de knop tegen de klok in te draaien. Om de
minimum stroomsterkte weer in te stellen, moet u de
knop weer op stand 0 terugbrengen.
In het geval van dubbele kookgedeeltes, zal het eerste
deel van de draaiing het kleinere (binnenste)
kookgedeelte activeren. Om zowel het binnenste als het
buitenste gedeelte te activeren moet u de knop tot aan
het einde doordraaien (
AA
AA
A) en een stroomsterkte kiezen
tussen 9 en 1.
Controlelampjes resterende warmte (slechts op
enkele modellen aanwezig)
De warmtecontrolelampjes (C) geven aan dat het
betreffende kookgedeelte warmer is dan 60°C, ook
nadat het verwarmingselement is uitgeschakeld.
Aangeraden stroomsterktes voor verschillend gebruik:
Stroomsterkte Straalelement
0Uit
1 Boter of chocolade smelten
2 en 3 Vloeistoffen o
p
warmen
4 Crèmes of sausen bereiden
5Vlees stoven
6 Pasta of ri
j
st koken
7 en 8 Vlees, vis, eieren o
p
hoo
g
vuur koken
9Bakken
)
Beide kook
g
edeeltes aanzetten
Praktische tips voor het gebruik van de
glaskeramische kookplaat
De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat
vetvlekjes achter op het glas. Voordat u de kookplaat
gebruikt, raden wij u aan de vlekken te verwijderen met
een niet-schurend schoonmaakmiddel. Gedurende de
eerste uren van gebruik is het mogelijk dat u een
rubbergeur ruikt, die echter snel wegtrekt.
Teneinde optimale resultaten te bereiken van de
kookplaat:
gebruik pannen met een platte bodem die perfect
aansluiten op het verwarmgedeelte;
gebruik pannen die groot genoeg zijn om de
kookplaat geheel te bedekken teneinde alle
beschikbare hitte te benutten;
houdt de bodem van de pannen altijd schoon en
droog zodat ze goed aansluiten op het kookvlak. Dit
verlengt de levensduur van zowel de pannen als het
kookgedeelte.
vermijdt dezelfde pannen te gebruiken die u ook op
een gasfornuis gebruikt: de warmteconcentratie van
gasbranders kan de bodem van pannen vervormen,
waardoor ze niet goed meer aansluiten;
laat nooit een kookgedeelte aan staan zonder een
pan erop. De verhitting, die snel het maximum niveau
bereikt, zou de verwarmingselementen kunnen
beschadigen.
C
A
A
A
A
C
A
A
B
B
afbeelding 2
afbeelding 3
afbeelding 1
12
NL
Voorzorgsmaatregelen
en advies
Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de
geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze
aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u
dient ze derhalve goed door te nemen.
Algemene veiligheidsmaatregelen
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel
gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden
geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg
gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of als
het onweert.
Maak gebruik van de handgrepen aan de zijkant van
de oven als u het apparaat moet verplaatsen.
Raak de oven niet blootsvoets of met natte handen of
voeten aan.
Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag
uitsluitend worden gebruikt door volwassenen en
alleen volgens de instructies die beschreven staan in
deze handleiding.
Gedurende het gebruik van de oven worden de
verwarmingselementen en enkele delen van de
ovendeur heet. Raak ze niet aan en houdt kinderen
op afstand.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van de oven
terechtkomen.
Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
Pak het handvat van de ovendeur alleen in het midden
vast: aan de zijkant zou het heet kunnen zijn.
Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven te
zetten en eruit te halen.
Plaats geen aluminiumfolie op de bodem van de oven.
Plaats geen brandbaar materiaal in de oven: als de
oven plotseling aan zou worden gezet, zou dit
materiaal vlam kunnen vatten.
Controleer altijd dat de knoppen in de positie l/
¡
staan als de oven niet gebruikt wordt.
Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan het
snoer te trekken.
Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud uit
als de stekker nog in het stopcontact zit.
Als de oven defect is, mag u nooit aan het interne
systeem sleutelen om een reparatie proberen uit te
voeren. Neem contact op met de Technische Dienst
(zie Service).
Plaats geen zware voorwerpen op de open ovendeur.
De glaskeramische kookplaat is bestand tegen
mechanische stoten. Hij kan echter worden
beschadigd (of barsten) als hij wordt geraakt door
een puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap.
Als dit gebeurt, moet u onmiddellijk het apparaat
afsluiten van de elektrische stroom en contact
opnemen met de Technische Dienst.
Als het oppervlak van de kookplaat gebarsten is moet
u het apparaat uitschakelen om te voorkomen dat u
een elektrische schok krijgt.
Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte
aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat
het wordt uitgeschakeld.
Houdt voorwerpen die kunnen smelten op afstand van
de kookplaat, zoals b.v. plastic, aluminium of
suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic of
aluminium verpakkingen of folie: als u ze op het nog
warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u een zware
schade aanrichten.
Plaats geen metalen voorwerpen (messen, lepels,
deksels enz.) op de kookplaat aangezien zij heet
kunnen worden.
Afvalverwijdering
Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: houdt u
aan de plaatselijke normen, zodat het
verpakkingsmateriaal hergebruikt kan worden.
De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernietiging
van Electrische en Electronische Apparatuur (WEEE),
vereist dat oude huishoudelijke electrische apparaten
niet mogen vernietigd via de normale ongesorteerde
afvalstroom. Oude apparaten moeten apart worden
ingezameld om zo het hergebruik van de gebruikte
materialen te optimaliseren en de negatieve invloed
op de gezondheid en het milieu te reduceren. Het
symbool op het product van de afvalcontainer met
een kruis erdoor herinnert u aan uw verplichting, dat
wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat apart
moet worden ingezameld.
Consumenten moeten contact opnemen met de
locale autoriteiten voor informatie over de juiste wijze
van vernietiging van hun oude apparaat.
Energiebesparing en milieubesef
Door de oven te gebruiken vanaf het late middaguur
tot aan de vroege ochtend zorgt u ervoor dat uw
elektriciteitscentrale minder wordt belast tijdens het
spitsuur. De optie waarmee u programmas
voorprogrammeert, in het bijzonder de uitgestelde
kooktijd (zie Programmas) en de verlate
automatische reiniging (zie Onderhoud en
verzorging), kunnen u hierbij helpen.
Houd bij de functies BARBECUE en GRATINEREN
altijd de ovendeur dicht: dit om betere resultaten te
bereiken en voor een grotere energiebesparing (circa
10%).
Houdt de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed
aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan komen.
13
NL
Onderhoud en verzorging
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige handeling
overgaat.
Schoonmaken van de oven
De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij staal als de
rubberen afdichtingen, kunnen met een spons en een sopje
worden afgenomen. Als de vlekken moeilijk te verwijderen zijn,
kunt u een speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Na het
reinigen dient u alles goed af te spoelen en te drogen. Gebruik
geen schuurmiddelen of bijtende producten.
De binnenkant van de oven kunt u het beste direct na
gebruik schoonmaken, als hij nog lauw is. Gebruik warm
water en een schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en
droog met een zachte doek. Gebruik geen
schuurmiddelen.
De accessoires kunnen gewoon worden afgewassen
(eventueel ook in de vaatwasser), met uitzondering van de
geleiders.
Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het reinigen
van het apparaat.
De ovendeur reinigen
Reinig het glas van de deur met een spons en niet schurende
producten. Droog met een zachte doek. Gebruik geen ruwe
schurende materialen of scherpe schrapertjes die het
oppervlak zouden kunnen krassen waardoor als gevolg het
glas zou kunnen barsten. U kunt voor een grondige reiniging
de ovendeur verwijderen:
1. open de deur volledig (zie afbeelding).
2. til de hendeltjes op die zich aan de scharnieren bevinden
en draai ze (zie afb.);
3. pak de deur aan de zijkanten
beet en sluit hem langzaam, maar
niet helemaal. Druk op de klemmen
FF
FF
F, trek dan de deur naar u toe en
haal hem uit zijn voegen (zie
afbeelding).
Zet de deur weer op zijn plaats
door deze handelingen in
omgekeerde volgorde uit te voeren.
Controleer de afdichtingen
Controleer regelmatig de staat van de afdichting rondom de
ovendeur. In het geval de afdichtingen beschadigd zijn, dient
u zich tot de dichtstbijzijnde Technische Dienst te wenden (zie
Service). Gebruik de oven niet voordat de reparatie is
uitgevoerd.
Vervangen van het lampje
Voor het vervangen van het ovenlampje:
1. Schroef het
glazen lampenkapje
los.
2. Schroef het
lampje los en
vervang het met
eenzelfde soort
lampje: sterkte 25W,
fitting E 14.
3. Plaats het deksel
er weer op (zie afb.).
Montage van de Kit Glijders
Zo monteert u de glijders:
1. Schroef de twee
schroeven A los (zie
afbeelding). Als de oven
voorzien is van
zelfreinigende panelen
zullen deze tijdelijk van hun
plaats zijn.
2. Vervang de schroeven A met de schroeven en
afstandsleiders (B+C) die zich in de kit bevinden.
3. Schroef de nieuwe schroeven B en desbetreffende
afstandsleiders C weer vast en zet de zelfreinigende panelen
weer op hun plaats.
4. Zet de twee
verbindingen D van de
glijder vast in de speciale
gaten aan de zijkant van de
oven (zie afbeelding). De
gaten voor de linkerglijder
bevinden zich aan de
bovenkant, de gaten voor
de rechterglijder aan de
onderkant.
5. Zet de glijder vast op de afstandsleider C.
Plaats de geleiders nooit in stand 5.
F
F
B
C
A
A
D

Documenttranscriptie

Gebruiksaanwijzingen OVEN Inhoud NL Nederlands, 1 DE Deutsch, 14 RS Ðóññêèé, 41 GR ÅëëçíéêÜ, 28 Het installeren, 2-4 Plaatsing Elektrische aansluiting Technische gegevens Servicedienst Beschrijving van het apparaat, 5 Aanzichttekening Bedieningspaneel Starten en gebruik, 6 De oven starten De elektronische programmeur, 7 Programma’s, 8-10 HR 86 T.1/HA HR 86 T.1 IX/HA Kookprogramma’s Praktische kooktips Kooktabel Kookplaat, 11 Type kookplaat Aanzetten kookplaat glaskeramiek Praktische tips voor het gebruik van de glaskeramische kookplaat Voorzorgsmaatregelen en advies, 12 Algemene veiligheid Afvalverwijdering Energiebesparing en milieubehoud Onderhoud en verzorging, 13 De elektrische stroom afsluiten Reinigen van het apparaat De ovendeur reinigen Vervangen van het lampje Montage van de Kit Glijders NL Installatie ! Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele raadpleging in de toekomst. Wanneer u het product weggeeft, verkoopt, of wanneer u verhuist, dient u dit boekje bij het apparaat te bewaren zodat alle nodige informatie voorhanden blijft. ! Lees de instructies aandachtig door: u vindt er belangrijke informatie betreffende installatie, gebruik en veiligheid. Ventilatie Om een goede ventilatie te kunnen garanderen is het noodzakelijk de achterkant van het meubel te verwijderen. Het is aan te raden de oven op twee houten balken te plaatsen of eventueel op een enkele plank die een opening heeft van tenminste 45 x 560 mm (zie afbeeldingen). Plaatsing . 560 mm 45 m m. ! Het verpakkingsmateriaal is geen speelgoed voor kinderen en dient daarom te worden verwijderd volgens de geldende normen voor gescheiden afvalinzameling (zie Voorzorgsmaatregelen en advies). ! De installatie moet worden uitgevoerd door een bevoegde installateur en volgens de instructies van de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade berokkenen aan personen, dieren of dingen. Inbouw Voor een goede werking van het apparaat moet het keukenmeubel de juiste kenmerken hebben: • de zijkanten van de kastjes die aan de oven grenzen moeten hittebestendig zijn; Centreren en bevestigen Regel de 4 stelvoetjes aan de zijkant van de oven in overeenkomst met de 4 gaten in de lijst, afhankelijk van de dikte van de zijkant van het meubel: als de dikte 20 mm is: verwijder het regelbare gedeelte van het stelvoetje (zie afbeelding); • in het bijzonder moet, in geval van meubels met fineer, de lijm bestand zijn tegen temperaturen van 100°C; • voor het inbouwen van de oven, zowel onder het aanrecht (zie figuur) als in stapelbouw, dient het meubel de volgende afmetingen te hebben: als de dikte 18 mm is: gebruik de eerste gleuf zoals door de fabriek is voorzien (zie afbeelding); 580 39 500 0 +4 -0 560 +4 -0 48 575-585 min 45 572 23 m in 555 15 als de dikte 16 mm is: gebruik de tweede gleuf (zie afbeelding). 595 53 558 min 54 NL 595 ! Nadat het apparaat is ingebouwd, mag er geen contact meer mogelijk zijn met de elektrische onderdelen. Het energieverbruik dat staat aangegeven op het typeplaatje is gebaseerd op dit soort installatie. 2 Om het apparaat aan het keukenkastje te bevestigen: open de ovendeur en schroef de 4 houtschroeven in de 4 gaten in de zijrand. ! Alle beschermende onderdelen moeten zodanig worden bevestigd dat ze niet kunnen worden verwijderd zonder gereedschap te gebruiken. Elektrische aansluiting N NL 400V 3N~H05RR-F 5x2.5 CEI-UNEL 35363 L3 L2 L1 1 3 5 De keuken moet aan het elektrische net worden aangesloten. Deze functioneert met de wisselstroom, de spanning en de frequentie die aangegeven staan op het typeplaatje (zie volgende pagina). De kookplaat wordt aan het fornuis verbonden met een speciale aansluiting. Het klemmenbord is ingesteld voor een verbinding op 400 V driefasenstroom (zie afbeeldingen onder). INBOUWPLAAT 2 4 Slechts op enkele modellen aanwezig P N BLAUW WIT ROOD GEEL L3 GROEN L2 INBOUWFORNUIS Nadat u de kookplaat heeft aangesloten, dient u de metalen bescherming weer op zijn plaats te doen. Als de kookplaat wordt verwijderd moet u de rode dop, die oorspronkelijk op de rode connector zat, weer op zijn plaats doen. Als de elektrische installatie andere eigenschappen heeft (zie afbeeldingen onder), dient u de elektrische verbinding tot stand te brengen door middel van de verbindings-U-bouten in doos P. 230V 1N~H07RN-F 3x4 CEI-UNEL 35364 N Monteren voedingskabel L 1 3 5 2 4 400V 2N~H05RR-F 4x2.5 CEI-UNEL 35363 N L2 L1 1 3 5 2 4 1. Licht de lipjes aan de zijkant van het deksel van het klemmenbord op met een schroevendraaier: trek het deksel van het klemmenbord open ( zie afb.). 2. Draai de schroef van de kabelklem los en verwijder hem met behulp van een schroevendraaier (zie afbeelding). 3. Verwijder de schroeven van de en contacten L-Nbevestig de draden onder de koppen van de schroeven met inachtneming van de kleuren: Blauw (N) Bruin (L) Geel-Groen ( ). L1 3. Maak de voedingskabel vast aan de speciale kabelklem. 4. Maak het deksel van het klemmenbord dicht. 3 NL Het aansluiten van de voedingskabel aan het elektrische net Gebruik voor de voedingskabel een stekker die genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het typeplaatje(zie hiernaast). Wanneer het apparaat rechtstreeks op het net wordt aangesloten moet u tussen het apparaat en het net een meerpolige schakelaar aanbrengen met een afstand tussen de contacten van minstens 3 mm, aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend aan de geldende normen (de aarding mag niet worden onderbroken door de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig worden geplaatst dat hij nergens een temperatuur bereikt van 50°C hoger dan de kamertemperatuur. ! De installateur is verantwoordelijk voor een correcte elektrische aansluiting en het in acht nemen van de veiligheidsnormen. TYPEPLAATJE Afmetingen breedte 43,5 cm hoogte 32 cm diepte 41,5 cm Inhoud liter 58 Elektrische aansluitingen spanning 230V/400V~ 3N 50Hz of maximaal opgenomen vermogen 10800W Richtlijn 2002/40/EG op het etiket van elektrische ovens. Norm EN 50304 ENERGY LABEL Energieverbruik convectie Natuurlijk - verwarmingsfunctie: Traditioneel; Energieverbruikverklaring Klasse geforceerde convectie verwarmingsfunctie: Gebak Vóór het aansluiten moet u controleren dat: • de contactdoos geaard is en voldoet aan de geldende normen; • de contactdoos in staat is het maximale vermogen van het apparaat te verdragen, zoals aangegeven op het typeplaatje (zie onder); • de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan aangegeven op het typeplaatje (zie onder); • de contactdoos en de stekker overeenkomen. Als dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de contactdoos te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers. ! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te bereiken zijn. ! De kabel mag niet gebogen of samengedrukt worden. ! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs worden vervangen (zie Service). ! De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld wanneer deze normen niet worden nageleefd. Servicedienst  Wendt u nooit tot niet erkende monteurs. Dit dient u door te geven: • Het soort storing; • Het model apparaat (Mod.) • Het serienummer (S/N) Deze laatste informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat 4 Deze apparatuur voldoet aan de volgende EU voorschriften: 73/23/EEG van 19/02/73 (Laagspanning) en daaropvolgende wijzigingen - 89/336/EEG van 03/05/89 (Elektromagnetische Compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen - 93/68/EEG van 22/07/93 en daaropvolgende wijzigingen. 2002/96/EG Beschrijving van het apparaat Aanzichttekening NL GLEUVEN om roosters in te schuiven Bedieningspaneel Rooster GRILL positie 5 positie 4 positie 3 positie 2 positie 1 Rooster LEKPLAAT Bedieningspaneel Controlelampje KOOKPLATEN Knop KOOKPLATEN Knop KOOKPLATEN DUBBELE DIAMETER Knop KOOKPLATEN DUBBELE DIAMETER Knop KOOKPLATEN THERMOSTAATKNOP Knop PROGRAMMA'S Controlelampje THERMOSTAAT ELEKTRONISCHE Programmering 5 Starten en gebruik NL ! Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven minstens een uur leeg te laten functioneren, op maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat u de oven hebt uitgedaan, opent u de ovendeur en lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door het verdampen van de middelen die worden gebruikt om de oven te beschermen.  bij de apparaten voorzien van elektronische programmering moet voor gebruik van de elektrische oven de knop (op de display verschijnt het symbool ) worden ingedrukt voordat u de gewenste kookfunctie gaat kiezen. De oven starten 1. Door aan de knop PROGRAMMA’S te draaien kunt u het gewenste kookprogramma kiezen. 2. Kies de temperatuur door aan de knop THERMOSTAAT te draaien. Een lijst met kooktijden en aanbevolen kooktemperaturen kunt u terugvinden in de Kooktabel (zie Programma’s). 3. Als het controlelampje THERMOSTAAT aan is, bevindt de oven zich in de verwarmingsfase en is bezig de ingestelde temperatuur te bereiken. 4. Tijdens het koken kunt u nog altijd: - het kookprogramma veranderen met behulp van de knop PROGRAMMA’S; - de temperatuur veranderen met behulp van de knop THERMOSTAAT; - het koken onderbreken door de knop PROGRAMMA’S weer op stand “0” te zetten. ! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u riskeert hiermee het email te beschadigen. ! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde roosters. 6 Ventilator Teneinde de hitte aan de buitenkant van de oven te beperken, zijn enkele modellen voorzien van een ventilator. Hierdoor ontstaat een luchtstroom die tussen het bedieningspaneel en de ovendeur naar buiten komt. ! Aan het einde van de kooktijd blijft de ventilator draaien totdat de oven voldoende is afgekoeld. Ovenverlichting Deze gaat werken door de knop PROGRAMMA’S op te draaien. Ze blijft aan wanneer u een kookprogramma selecteert. Programma’s NL Kookprogramma’s ! U kunt voor alle programma’s een temperatuur instellen tussen de 60°C en MAX, behalve voor: • BARBECUE (hierbij is het aanbevolen alleen MAX te gebruiken); • GRATINEREN (hierbij is het aanbevolen niet meer dan 200°C in te stellen). Programma RIJZEN De oven bereikt en behoudt een temperatuur van 40°C onafhankelijk van de stand van de knop THERMOSTAAT. Dit programma is ideaal voor het rijzen van beslag dat bakkersgist bevat. Programma TRADITIONELE OVEN De onderste en bovenste verwarmingselementen gaan aan. Met deze traditionele kookwijze is het beter een enkel rooster te gebruiken: met meerdere roosters riskeert u een slechte temperatuursverspreiding. Programma GEBAK OVEN Het achterste verwarmingselement gaat aan en de ventilator gaat werken zodat een gelijkmatige, zachte warmte wordt gecreëerd. Deze functie is aanbevolen voor het bakken van kwetsbare gerechten (vooral taarten die moeten rijzen) en kleine gerechten die u op 3 hoogtes tegelijkertijd kookt. Programma FAST COOKING Alle verwarmingselementen gaan aan en de ventilator gaat werken zodat een gelijkmatige en constante warmte wordt gegarandeerd. Bij dit programma wordt de oven niet voorverwarmd. Deze functie is vooral geschikt voor het snel koken van kant en klare gerechten (diepvries en voorgekookt). De beste resultaten verkrijgt u als u een enkel rooster gebruikt. 8 Programma MULTIKOKEN Alle verwarmingselementen gaan aan (onder, boven en cirkelvormig) en de ventilator gaat draaien. Aangezien de warmte in de hele oven constant is, zorgt de lucht dat de gerechten op gelijkmatige wijze gekookt en gebakken worden. Hier is het mogelijkmaximaal twee roosters tegelijk te gebruiken. Programma PIZZA OVEN De onderste en cirkelvormige verwarmingselementen gaan aan en de ventilator gaat draaien. Met deze combinatie wordt de oven snel warm dankzij het aanzienlijke vermogen dat vooral van onderaf komt. Indien u meerdere roosters gebruikt moet u de gerechten halverwege de kooktijd omwisselen. Programma BARBECUE Het bovenste verwarmingselement gaat aan en het braadspit (waar aanwezig) gaat draaien. Het koken onder de grill is vooral aan te raden voor gerechten die een hoge temperatuur aan de buitenkant nodig hebben. Kook met de ovendeur dicht. Programma GRATINEREN Het bovenste verwarmingselement gaat aan en de ventilator en het braadspit (waar aanwezig) gaan draaien. Hiermee wordt de rechtstreekse bovenhitte van de grill gecombineerd met de circulatie van de lucht in de oven. Eventueel verbranden van de buitenkant wordt zo vermeden; de warmte dringt gemakkelijker door naar de binnenkant. Kook met de ovendeur dicht. Het braadspit (slechts op enkele modellen aanwezig) Voor het activeren van het braadspit ( zie afb.) gaat u als volgt te werk: Praktische kooktips NL ! Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit de standen 1 en 5: in deze standen zou de hete lucht de fijne gerechten kunnen verbranden. ! Bij de functies BARBECUE of GRATINEREN, in het bijzonder wanneer u het draaispit gebruikt, raden wij u aan de lekplaat op stand 1 te zetten om eventueel vet of jus op te vangen. MULTIKOKEN 1. plaats de lekplaats in positie 1; 2. zet de steun van het braadspit op de 3e stand en steek de vleespen in het gat achterin de oven; 3. activeer het braadspit met de knop PROGRAMMA’S op de positie of ; ! Wanneer u de ovendeur opent als het programma is gestart, zal het braadspit stoppen met draaien. • Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de gerechten die meer warmte nodig hebben op stand 2. • Plaats de lekplaat op de onderste stand en het rooster op de hoogste. BARBECUE • Plaats de grill op stand 3 of 4, plaats de gerechten op het midden van de grill. • We raden u aan het energieniveau op de hoogste stand te zetten. Het is normaal dat het bovenste verwarmingselement niet constant aan blijft: zijn werking wordt geregeld door een thermostaat. PIZZA OVEN • Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet hem op het bijgeleverde ovenrooster. Bij gebruik van de lekplaat is de bereidingstijd langer en krijgt u waarschijnlijk geen krokante pizza. • Bij zeer gevulde pizza’s raden wij aan de mozzarella of andere kaas pas halverwege de kooktijd toe te voegen. 9 NL Kooktabel Programma's Rijzen Traditionele Oven Gebak Oven Fast cooking Multikoken Pizza oven Barbecue Gratineren 10 Gerechten Rijzen van deeg met bakkersgist (brioches, brood, suikertaart, croissants, enz.) Eend Braadstuk Varkensrollade Koekjes (kruimeldeeg) Vruchtentaart Taarten Vruchtentaart Plum-cake Cake Gevulde flensjes (op 2 roosters) Kleine cakejes (op 2 roosters) Kaaskoekjes (op 2 roosters) Soesjes (op 3 roosters) Koekjes (op 3 roosters) Schuimgebak (op 3 roosters) Diepvries Pizza Courgettes en garnalen in deeg Spinaziequiche Saucijzenbroodjes Lasagne Gebakken broodjes Kip-snacks Voorgekookte gerechten Kippenvleugels Verse etenswaren Koekjes (kruimeldeeg) Plum-cake Kaaskoekjes Pizza (op 2 roosters) Lasagne Lamsvlees Kip + gebakken aardappels Makreel Plum-cake Soesjes (op 2 roosters) Koekjes (op 2 roosters) Cake (op 1 rooster) Cake (op 2 roosters) Quiche Pizza Braadstuk Kip Tong en inktvis Calamari- en garnalenspiesjes Inktvis Kabeljauwfilet Gegrilde groenten Kalfsbiefstuk Worstjes Hamburgers Makreel Tosti (of geroosterd brood) Met braadspit (waar aanwezig) Kalfsvlees aan het spit Kip aan het spit Lamsvlees aan het spit Gegrilde kip Inktvis Met braadspit (waar aanwezig) Kalfsvlees aan het spit Lamsvlees aan het spit Kip (aan het spit) + aardappelen (op de lekplaat) Gewicht Roosterstanden (kg) Voorverwar ming (minuten) Aangeraden temperatuur Kooktijd (minuten) 1 1 1 1 0.5 1 0.7 0.5 1.2 0.6 0.4 0.7 0.7 0.5 3 3 3 3 3 3 2 of 3 3 3 2 en 4 2 en 4 2 en 4 1 en 3 en 5 1 en 3 en 5 1 en 3 en 5 15 15 15 15 15 15 15 15 15 15 15 15 15 15 15 200 200 200 180 180 180 180 180 160 200 190 210 180 180 90 65-75 70-75 70-80 15-20 30-35 20-30 40-45 40-50 25-30 30-35 20-25 15-20 20-25 20-25 180 0.3 0.4 0.5 0.3 0.5 0.4 0.4 2 2 2 2 2 2 2 - 250 200 220 200 200 180 220 12 20 30-35 25 35 25-30 15-20 0.4 2 - 200 20-25 0.3 0.6 0.2 1 1 1 1+1 1 1 0.5 0.5 0.5 1 1.5 0.5 1 1 0.7 0.6 0.6 0.8 0.4 0.8 0.6 0.6 1 n.° 4 en 6 2 2 2 2 en 4 3 2 2 en 4 2 2 2 en 4 2 en 4 2 2 en 4 3 3 2 2 of 3 4 4 4 4 3 of 4 4 4 4 4 4 15 10 10 15 10 10 10 10 10 10 15 15 10 10 - 200 180 210 230 180 180 200 180 170 190 180 170 170 200 220 220 180 Max Max Max Max Max Max Max Max Max Max 15-18 45 10-12 15-20 30-35 40-45 60-70 30-35 40-50 20-25 10-15 15-20 20-25 25-30 15-20 25-30 60-70 10-12 8-10 10-15 10-15 15-20 15-20 15-20 10-12 15-20 3-5 1.0 1.5 1.0 1.5 1.5 2 2 10 10 Max Max Max 200 200 80-90 70-80 70-80 55-60 30-35 1.5 1.5 1.5 - 2 10 10 10 10 200 200 200 200 70-80 70-80 70-75 70-75 Kookplaat Type kookplaten Aangeraden stroomsterktes voor verschillend gebruik: Bij de oven hoort een kookplaat die samengesteld kan zijn uit twee verschillende verwarmingselementen: elektrische kookplaten van gietijzer (zie afbeelding 1) of glaskeramische kookplaten die zowel traditioneel kunnen zijn (zie afbeelding 2) als verlengbaar (zie afbeelding 3). afbeelding 1 Stroomsterkte Straalelement 0 Uit 1 Boter of chocolade smelten 2 en 3 A A C B afbeelding 3 afbeelding 2 A A B A C Aanzetten kookplaat glaskeramiek Traditioneel kookgedeelte De traditionele straalelementen (A) zijn gemaakt van cirkelvormige verwarmingselementen die pas zo’n tiental seconden na ontsteking rood worden. Ieder kookgedeelte heeft zijn eigen bedieningsknop waarmee u 9 verschillende temperaturen kunt kiezen, met een minimumwaarde van 1 tot een maximumwaarde van 9. Vloeistoffen opwarmen 4 Crèmes of sausen bereiden 5 Vlees stoven 6 Pasta of rijst koken 7 en 8 A NL Vlees, vis, eieren op hoog vuur koken 9 Bakken ) Beide kookgedeeltes aanzetten Praktische tips voor het gebruik van de glaskeramische kookplaat  De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat vetvlekjes achter op het glas. Voordat u de kookplaat gebruikt, raden wij u aan de vlekken te verwijderen met een niet-schurend schoonmaakmiddel. Gedurende de eerste uren van gebruik is het mogelijk dat u een rubbergeur ruikt, die echter snel wegtrekt. Teneinde optimale resultaten te bereiken van de kookplaat: • gebruik pannen met een platte bodem die perfect aansluiten op het verwarmgedeelte; Verlengbaar kookgedeelte De verlengbare straalelementen (B) herkent u aan het dubbele verwarmingsgedeelte. U kunt alleen het binnenste gedeelte aansteken of beide gedeelten. Door middel van de bedieningsknop kunt u kiezen tussen twee stroomsterktes; deze gaan beide van een minimumwaarde van 1 tot een maximumwaarde van 9: • door de knop met de klok mee te draaien van 1 naar 9 stelt u een lagere stroomsterkte in. A), te • door de knop te draaien tot aan het einde (A herkennen aan een lichte klik, stelt u de maximum stroomsterkte in, die geregeld kan worden tussen 9 en 1 door de knop tegen de klok in te draaien. Om de minimum stroomsterkte weer in te stellen, moet u de knop weer op stand 0 terugbrengen. In het geval van dubbele kookgedeeltes, zal het eerste deel van de draaiing het kleinere (binnenste) kookgedeelte activeren. Om zowel het binnenste als het buitenste gedeelte te activeren moet u de knop tot aan A) en een stroomsterkte kiezen het einde doordraaien (A tussen 9 en 1. Controlelampjes resterende warmte (slechts op enkele modellen aanwezig) De warmtecontrolelampjes (C) geven aan dat het betreffende kookgedeelte warmer is dan 60°C, ook nadat het verwarmingselement is uitgeschakeld. • gebruik pannen die groot genoeg zijn om de kookplaat geheel te bedekken teneinde alle beschikbare hitte te benutten; • houdt de bodem van de pannen altijd schoon en droog zodat ze goed aansluiten op het kookvlak. Dit verlengt de levensduur van zowel de pannen als het kookgedeelte. • vermijdt dezelfde pannen te gebruiken die u ook op een gasfornuis gebruikt: de warmteconcentratie van gasbranders kan de bodem van pannen vervormen, waardoor ze niet goed meer aansluiten; • laat nooit een kookgedeelte aan staan zonder een pan erop. De verhitting, die snel het maximum niveau bereikt, zou de verwarmingselementen kunnen beschadigen. 11 Voorzorgsmaatregelen en advies NL  Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient ze derhalve goed door te nemen. Algemene veiligheidsmaatregelen • Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel gebruik binnenshuis. • Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of als het onweert. • Maak gebruik van de handgrepen aan de zijkant van de oven als u het apparaat moet verplaatsen. • Raak de oven niet blootsvoets of met natte handen of voeten aan. • Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag uitsluitend worden gebruikt door volwassenen en alleen volgens de instructies die beschreven staan in deze handleiding. • Gedurende het gebruik van de oven worden de verwarmingselementen en enkele delen van de ovendeur heet. Raak ze niet aan en houdt kinderen op afstand. • Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine keukenapparaten op warme delen van de oven terechtkomen. • Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij. • Pak het handvat van de ovendeur alleen in het midden vast: aan de zijkant zou het heet kunnen zijn. • Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven te zetten en eruit te halen. • Plaats geen aluminiumfolie op de bodem van de oven. • Plaats geen brandbaar materiaal in de oven: als de oven plotseling aan zou worden gezet, zou dit materiaal vlam kunnen vatten. • Controleer altijd dat de knoppen in de positie “l”/”¡” staan als de oven niet gebruikt wordt. • Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan het snoer te trekken. • Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact zit. • Als de oven defect is, mag u nooit aan het interne systeem sleutelen om een reparatie proberen uit te voeren. Neem contact op met de Technische Dienst (zie Service). • Plaats geen zware voorwerpen op de open ovendeur. • De glaskeramische kookplaat is bestand tegen mechanische stoten. Hij kan echter worden beschadigd (of barsten) als hij wordt geraakt door een puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap. 12 Als dit gebeurt, moet u onmiddellijk het apparaat afsluiten van de elektrische stroom en contact opnemen met de Technische Dienst. • Als het oppervlak van de kookplaat gebarsten is moet u het apparaat uitschakelen om te voorkomen dat u een elektrische schok krijgt. • Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat het wordt uitgeschakeld. • Houdt voorwerpen die kunnen smelten op afstand van de kookplaat, zoals b.v. plastic, aluminium of suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic of aluminium verpakkingen of folie: als u ze op het nog warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u een zware schade aanrichten. • Plaats geen metalen voorwerpen (messen, lepels, deksels enz.) op de kookplaat aangezien zij heet kunnen worden. Afvalverwijdering • Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: houdt u aan de plaatselijke normen, zodat het verpakkingsmateriaal hergebruikt kan worden. • De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernietiging van Electrische en Electronische Apparatuur (WEEE), vereist dat oude huishoudelijke electrische apparaten niet mogen vernietigd via de normale ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten moeten apart worden ingezameld om zo het hergebruik van de gebruikte materialen te optimaliseren en de negatieve invloed op de gezondheid en het milieu te reduceren. Het symbool op het product van de “afvalcontainer met een kruis erdoor” herinnert u aan uw verplichting, dat wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden ingezameld. Consumenten moeten contact opnemen met de locale autoriteiten voor informatie over de juiste wijze van vernietiging van hun oude apparaat. Energiebesparing en milieubesef • Door de oven te gebruiken vanaf het late middaguur tot aan de vroege ochtend zorgt u ervoor dat uw elektriciteitscentrale minder wordt belast tijdens het ‘spitsuur’. De optie waarmee u programma’s voorprogrammeert, in het bijzonder de “uitgestelde kooktijd” (zie Programma’s) en de “verlate automatische reiniging” (zie Onderhoud en verzorging), kunnen u hierbij helpen. • Houd bij de functies BARBECUE en GRATINEREN altijd de ovendeur dicht: dit om betere resultaten te bereiken en voor een grotere energiebesparing (circa 10%). • Houdt de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan komen. Onderhoud en verzorging De elektrische stroom afsluiten Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige handeling overgaat. Vervangen van het lampje NL Voor het vervangen van het ovenlampje: Schoonmaken van de oven • De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met een spons en een sopje worden afgenomen. Als de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Na het reinigen dient u alles goed af te spoelen en te drogen. Gebruik geen schuurmiddelen of bijtende producten. • De binnenkant van de oven kunt u het beste direct na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw is. Gebruik warm water en een schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en droog met een zachte doek. Gebruik geen schuurmiddelen. • De accessoires kunnen gewoon worden afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser), met uitzondering van de geleiders.  Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het reinigen van het apparaat. Montage van de Kit Glijders Zo monteert u de glijders: De ovendeur reinigen Reinig het glas van de deur met een spons en niet schurende producten. Droog met een zachte doek. Gebruik geen ruwe schurende materialen of scherpe schrapertjes die het oppervlak zouden kunnen krassen waardoor als gevolg het glas zou kunnen barsten. U kunt voor een grondige reiniging de ovendeur verwijderen: 1. open de deur volledig (zie afbeelding). 2. til de hendeltjes op die zich aan de scharnieren bevinden en draai ze (zie afb.); 1. Schroef het glazen lampenkapje los. 2. Schroef het lampje los en vervang het met eenzelfde soort lampje: sterkte 25W, fitting E 14. 3. Plaats het deksel er weer op (zie afb.). A A 1. Schroef de twee schroeven A los (zie afbeelding). Als de oven voorzien is van zelfreinigende panelen zullen deze tijdelijk van hun plaats zijn. 2. Vervang de schroeven A met de schroeven en afstandsleiders (B+C) die zich in de kit bevinden. C B F F 3. pak de deur aan de zijkanten beet en sluit hem langzaam, maar niet helemaal. Druk op de klemmen F, trek dan de deur naar u toe en haal hem uit zijn voegen (zie afbeelding). Zet de deur weer op zijn plaats door deze handelingen in omgekeerde volgorde uit te voeren. Controleer de afdichtingen Controleer regelmatig de staat van de afdichting rondom de ovendeur. In het geval de afdichtingen beschadigd zijn, dient u zich tot de dichtstbijzijnde Technische Dienst te wenden (zie Service). Gebruik de oven niet voordat de reparatie is uitgevoerd. 3. Schroef de nieuwe schroeven B en desbetreffende afstandsleiders C weer vast en zet de zelfreinigende panelen weer op hun plaats. 4. Zet de twee verbindingen D van de glijder vast in de speciale gaten aan de zijkant van de oven (zie afbeelding). De gaten voor de linkerglijder bevinden zich aan de D bovenkant, de gaten voor de rechterglijder aan de onderkant. 5. Zet de glijder vast op de afstandsleider C.  Plaats de geleiders nooit in stand 5. 13
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56

Whirlpool HR 86 T.1 IX Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor

in andere talen