Whirlpool PCCF 80211250 X Gebruikershandleiding

Categorie
Ovens
Type
Gebruikershandleiding
Gebrauchsanweisung
Instructions for use
Mode d’emploi
Gebruiksaanwijzing
Istruzioni per l’uso
Brugsanvisning
Bruksanvisning
Käyttöohje
Manual de utilização
Instrucciones para el uso
Instrukcje użytkowania
Használati utasítás
ИнструкциЯ за употреба
Návod k použití
Návod na použitie
Instruc∑iuni de utilizare
Инструкции по эксплуатации
52
Geachte klant,
u heeft een nieuw product uit onze nieuwe serie elektrische fornuizen gekocht. Wij hopen dat ons
product aan uw verwachtingen zal voldoen. Wij adviseren u deze handleiding door te lezen en het
apparaat volgens de aanwijzingen te gebruiken.
BELANGRIJKE INFORMATIE,
AANWIJZINGEN EN AANBEVELINGEN
Controleer of de gegevens van de nominale spanning, die op het typenplaatje zijn vermeld,
overeenkomen met die van uw elektriciteitsnet
Het fornuis moet aangesloten worden op het elektriciteitsnet volgens het bijgevoegde aansluitschema.
De installatie, instellingen, reparaties en wijzigingen van het apparaat moeten altijd door erkende
vakman uitgevoerd worden (zie Garantiebewijs).
De uitgevoerde werkzaamheden moeten in het Garantiebewijs van het apparaat vermeld worden.
Voor de elektrische aansluiting moet voor het apparaat een voorziening worden aangebracht waarmee
het apparaat losgekoppeld kan worden van het elektriciteitsnet. De afstand tussen de contacten van
deze voorziening moet minstens 3 mm bedragen (verder in de tekst als hoofdschakelaar genoemd).
Het fornuis is uitsluitend bedoeld voor het bereiden met warmte van levensmiddelen. Het mag niet
gebruikt worden om een ruimte te verwarmen, dit leidt tot oververhitting en dus tot beschadiging van
het apparaat. De garantie geldt niet voor defecten die ontstaan zijn door verkeerd gebruik van het
apparaat.
Het is verboden brandstoffen vlakbij de kookzones, de verwarmingselementen van de oven en in de
opbergruimte van het fornuis te bewaren.
Verzeker u ervan dat de voedingskabels van andere apparaten niet in contact komen met de kookplaat
of met andere hete delen van het fornuis.
Als het fornuis niet in werking is, moet u ervoor zorgen dat alle schakelaars uitgeschakeld zijn.
Wij adviseren om elke twee jaar een onderhoudsbedrijf te vragen de werking van het apparaat te
controleren en het deskundige onderhoud uit te voeren.
Daardoor voorkomt u eventuele storingen en wordt de levensduur van het fornuis verlengd.
Tijdens reinigings- en reparatiewerkzaamheden moet de hoofdschakelaar uitgeschakeld worden.
Wanneer zich een storing voordoet in het elektrische deel van het apparaat, dan mag deze niet zelf
repareren. Schakel het apparaat uit en vraag een erkende elektricien om de reparatie uit te voeren.
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor eventuele schade, als de in deze
gebruiksaanwijzing vermelde bindende aanwijzingen en aanbevelingen niet opgevolgd zijn.
Gebruik accesoires die tekenen van slijtage of beschadiging niet meer.
Gebruik voor de reiniging van het apparaat geen stoomreiniger.
53
1. Bedieningsknop kookzone linksvoor
2. Bedieningsknop kookzone linksachter
3. Bedieningsknop kookzone rechtsachter
4. Bedieningsknop kookzone rechtsvoor
5. Oventhermostaat
6. Functiekeuzetoets oven
7. Controlelampje thermostaat
8. Controlelampje algemene werking
9. Digitale timer
10. Bedieningstoetsen timer
AANWIJZINGEN VOOR DE
INGEBRUIKNEMING VAN HET FORNUIS
Voordat u het apparaat kunt gebruiken moeten alle verpakkingsmaterialen verwijderd worden.
Verschillende onderdelen van de verpakking kunnen gerecycled worden.
Houdt u aan de landelijk geldende voorschriften.
Het wordt aanbevolen het fornuis en de accessoires vóór het gebruik schoon te maken.
Schakel het apparaat pas in, met de hoofdschakelaar, nadat alle oppervlakken goed droog geworden zijn
en volg de aanwijzingen voor het gebruik op.
Wij maken u erop attent dat het niet toegestaan is de elektrische delen van het fornuis te reinigen en te
verwijderen, tenzij dit vermeld is in het hoofdstuk over de reiniging.
OVEN
Zet de functieschakelaar van de oven in de stand voor boven- en onderwarmte. Zet de thermostaat op
250 °C en laat de oven met gesloten deur gedurende 1 uur werken. Verzeker u ervan dat de ruimte goed
geventileerd is. Op die manier worden de luchtjes die de oven verspreidt, verwijderd.
BEDIENINGSPANEEL
54
BEDIENING VAN DE BRANDERS
Het apparaat mag, in overeenstemming met deze handleiding, uitsluitend gebruikt worden door
volwassenen. Laat kinderen niet zonder toezicht aanwezig zijn in de ruimte waarin het fornuis
geïnstalleerd wordt.
Het elektrische fornuisvereist voortdurend toezicht.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (inclusief kinderen) met beperkte lichamelijke,
zintuiglijke of verstandelijke beperkingen of die onvoldoende ervaring en kennis van het apparaat
hebben om het op veilige wijze te gebruiken, tenzij zij onder toezicht staan van iemand die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
Zorg ervoor dat kinderen niet met het apparaat gaan spelen.
GLASKERAMISCHE KOOKPLAAT MET KOOKZONES
De kookplaten van het fornuis hebben een regelknop met zes standen. De hoogste stand is "6", de
laagste is stand "1".
De elektrische kookplaten zijn bedoeld voor de bereiding van levensmiddelen. Het gebruik van pannen
met een platte bodem wordt aanbevolen.
Bij oververhitting van de kookzone onder de gaskeramische kookplaat wordt deze door een
temperatuurregelaar uitgeschakeld. Het controlelampje van de restwarmte, dat op het voorste deel
van de kookplaat zit, geeft de verhoogde temperatuur aan, ook als het apparaat uitgeschakeld is.
FOYER DE CUISSON A DOUBLE CIRCUIT
Het middelste deel van de kookplaat Ø 120mm wordt
geregeld door de regelknop naar rechts te draaien, van 0 naar 700W.
Als u de knop helemaal naar rechts draait, wordt de kookplaat Ø 180mm ingeschakeld. Deze wordt dan
tot het maximumvermogen van 1700W verhit,afhankelijk van het gekozen niveau van 1 (laag) tot 9
(maximum). Als u de knop op de stand 0 zet, worden beide delen van de kookzone uitgeschakeld.
Bij oververhitting van de Het controlelampje van de restwarmte, dat op het voorste deel van de kookplaat
zit, signaleert de verhoogde temperatuur van de oppervlakte vande kookzone, ook als het apparaat is
uitgeschakeld.
Om energie te besparen kunt u gebruikmaken van de restwarmte van de kookzone. Het controlelampje
gaat pas uit als de kookplaat zodanig is afgekoeld, dat er geen gevaar voor brandwonden meer is.
kookzone onder de gaskeramische kookplaat wordt de kookplaat door een temperatuurregelaar
uitgeschakeld.
WAARSCHUWING:
Ø 180 / 120 mm - 1700 / 700 kW
Ø 145 / 250 mm - 2000 / 1200 kW
55
ENKELE ADVIEZEN VOOR HET GEBRUIK VAN GLASKERAMISCHE PLATEN:
Gebruik pannen met vlakke bodem zonder verontreinigingen die krassen zouden kunnen veroorzaken.
De bodem van de pan dient minstens even groot te zijn als de doorsnede van de kookzone, om te
voorkomen dat de temperatuurregelaar de kookplaat uitschakelt vanwege oververhitting.
Gebruik tijdens de bereiding een deksel op de pan, regel de temperatuur zodanig, dat u het deksel niet
hoeft te verschuiven of verwijderen.
De glaskeramische kookplaat mag niet gebruikt worden om de ruimte te verwarmen.
Verwijder gemorste levensmiddelen onmiddellijk tijdens de bereiding. Maak de kookplaat meteen na
gebruik schoon.
Besteed met name aandacht aan aangekoekte resten van levensmiddelen met een hoog suikergehalte,
deze kunnen ma verloop van tijd de structuur van de kookplaat aantasten.
Metaalachtig glanzende verkleuringen onstaan door het gebruik van aluminium pannen of het gebruik
van een ongeschikt reinigingsmiddel, de vlekken kunnen door herhaalde reiniging verwijderd worden.
Krassen op de kookplaat kunnen veroorzaakt zijn door zandkorrels van schoongemaakte groente, of
resten ongeschikte reinigingsmiddelen in poedervorm of ruwe doekjes.
Als de plaat vervuild is met aarde, zand of andere schuurmiddelen, veeg deze dan weg met een zacht
vochtig doekje en reinig de plaat met een vloeibaar reinigingsmiddel dat geschikt is voor glaskeramische
oppervlakken. Gebruik geen schuursponsjes of andere schurende producten.
OVEN
BINNENRUIMTE VAN OVEN
De oven heeft rechte wanden en geleiders aan de zijkant voor het plaatsen van de accessoires (rooster
van oven, bakblik). In de oven zit bovenin een grillelement. Onder de bodem van de oven zit het onderste
verwarmingselement. In de achterwand van de oven - onder het distributiedeksel - zitten het ronde
verwarmingselement en de ventilator.
Door de knop weer terug te draaien wordt de ingestelde temperatuur verlaagd.
IN- EN UITSCHAKELEN VAN DE OVEN
Draai de ovenfunctieknop op de gewenste functie. De knop kan in beide richtingen gedraaid worden. De
temperatuur kan ingesteld worden door de de knop van de thermostaat naar rechts te draaien van 50 °C -
250 °C.
Als u de knop verderdraait dan de nulstand kan de thermostaat beschadigd raken!
Het bakblik dat in de geleiders is geplaatst mag met max. 3 kg belast worden. Het rooster met
braadpan of bakblik mag met max. 7 kg belast worden.
De bakblikken en braadpannen zijn niet geschikt om levensmiddelen langdurig te bewaren (langer dan
48 uur). Als u de levensmiddelen langer wilt bewaren, doe ze dan in een geschikte houder.
OPMERKING:
56
Verlichting van de oven die bij de instelling
van alle ovenfuncties brandt.
Statische verwarming van de oven met het
bovenste en onderste verwarmingselement.
De thermostaat kan ingesteld worden op de
temperatuur van 50 - 250 °C.
Verwarming van de oven met alleen het
onderste verwarmingselement. De warmte
wordt door een natuurlijke convectie
verspreid, de thermostaat kan ingesteld
worden op de temperatuur van 50 -250 °C.
Aanbeveling: Deze functie is geschikt voor
de slotfase van de bereiding van gerechten die
een hogere temperatuur van onderaf vereisen
Verwarming van de oven met alleen het
bovenste verwarmingselement. De warmte
wordt door een natuurlijke convectie
versrpeid, de thermostaat kan ingesteld
worden op de temperatuur van 50 -250 °C.
Aanbeveling: Deze functie is geschikt voor
de laatste bereidingsfase van gerechten die
een hogere temperatuur voor de bovenkant
of een bruin korstje vereisen.
Grill met infraroodfunctie. De thermostaat
moet ingesteld worden op de hoogste
ttemperatuur.
Grill met ventilator. De temperatuur in het
bovenste deel van de oven is hoger door de
luchtcirculatie (boven het rooster of de
opvangbak). De thermostaat kan ingesteld
worden op de temperatuur van 150-250°C.
Aanbeveling: Deze functie is geschikt voor
het grillen of braden van grote stukken vlees
bij hogere temperatuur. De deur van de oven
moet gesloten blijven.
De warmte afkomstig van het bovenste en
onderste verwarmingselement wordt door
een ventilator verdeeld. De luchtcirculatie
zorgt voor een gelijkmatige temperatuur in de
hele oven. De thermostaat kan ingesteld
worden op de temperatuur van 50 - 250°C.
Aanbeveling: Deze functie is ook geschikt
ook voor het gelijktijdig bereiden van twee
gerechten op verschillende steunhoogtes, op
dezelfde temperatuur.
Het onderste verwarmingselement verwarmt
samen met het ronde verwarmingselement en
de ventilator. De temperatuur kan met de
thermostaat ingesteld worden.
Aanbeveling: De functie is geschikt voor een
snelle voorverwarming van de oven. Na het
bereiken van de gewenste temperatuur de
oven instellen op de gewenste functie.
Verwarming van de oven met het ronde
verwarmingselement en de ventilator. De
luchtcirculatie zorgt voor een gelijkmatige
temperatuur in de hele oven. De thermostaat
kan ingesteld worden opdetemperatuur van
50 - 250 °C.
Aanbeveling: De functie is geschikt voor de
gelijktijdige bereiding van twee gerechten op
verschillende steunhoogtes. (geschikt voor het
bakken van een groot brood of van grotere
hoeveelheden van een gerecht).
Deze functie kan gebruikt worden door het
voorzichtig drogen en ontdooien van
levensmiddelen.
Aanbeveling: De functie is geschikt voor het
ontdooien van gerechten of kant-en-klare
maaltijden.
De warmte afkomstig van het onderste
verwarmingselement wordt door de
ventilator verdeeld. De luchtcirculatie zorgt
voor een gelijkmatige temperatuur in de hele
oven. De thermostaat kan ingesteld worden
tussen 50 - 250 °C.
Het onderste verwarmingselement - Aqua
clean kan ook gebruikt worden voor de
reiniging van de oven. Details over de
reiniging vindt u in het hoofdstuk "Reiniging en
onderhoud".
AQUA Clean (zie hoofdstuk „Reiniging").
OVEN- FUNCTIES
57
AANBEVELINGEN EN ADVIEZEN
Ter informatie zijn de aanbevolen temperaturen voor typische bereiding van gerechten vermeld.
50-70° C drogen
80-100° C steriliseren
130-150° C stoven
180-220° C deeg bakken
220-250° C vlees braden
Ideale temperaturen voor alle soorten gerechten kunnen aangepast worden aan persoonlijke
voorkeuren.
In sommige gevallen wordt aanbevolen de oven voor de bereiding voor te verwarmen. Tijdens het
voorverwarmen blijft het thermostaatlampje branden. Bij het bereiken van de ingestelde temperatuur
gaat het lampje van de thermostaat uit.
Schuif het rooster met het bakblik of de opvangbak bij voorkeur in de tweede geleider van onderen.
Alle bereidingen moetenmet gesloten deur uitgevoerd worden om de temperatuur in de oven niet te
verstoren. Het openen van de deur leidt tot langere bereidingsduur of de gerechten zouden kunnen
aanbranden.
GRILLEN OP ROOSTER
Leg het gerecht op het rooster.
Schuif het rooster in de geleiders in de zijwanden van de oven.
Om de jus op te vangen kunt u een opvangbak op een lagere
steunhoogte zetten of op de bodem van de oven.
Tijdens het grillen moet de ovendeur gesloten blijven.
Bij het gebruik van de grill worden de toegankelijke delen (deur van oven
enz.) erg heet. Houd kinderen op veilige afstand.
LETOP:
58
De digitale tijdprogrammaregelaar is bedoeld voor het uitschakelen van de oven na verloop van een van te
voren ingestelde tijdsduur. Het in- en uitschakelen van de digitale programmaregelaar wordt aangegeven
door het aangaan van het symbool (8 - pan) in het het midden van het display. Op het display wordt de tijd
continu weergegeven. De digitale programmaregelaar wordt alleen elektrisch gevoed, als de stroom
wordt onderbroken en als deze weer wordt hersteld blijft de regelaar uitgeschakeld (de cijfers 0.00 +
symbool 6 knipperen) en de tijd moet opnieuw ingesteld worden.
1. Knop voor instelling van geluidssignaal
2. Knop voor instelling van bereidingsduur
3. Knop voor instelling van uitschakeling
4. Knop voor instelling (-)
5. Knop voor instelling (+)
6. Symbool “A” - blijft branden vanaf het begin tot het einde van de
bereiding. Symbool “A”- knippert als de bereiding voltooid is.
7. Symbool - kookwekker
8. Symbool brandt als de oven in werking is
OVEN WERKT MET TWEE FUNCTIES
Zonder het gebruik van de digitale programmaregelaar (in dat geval moet op het display het symbool
van de pan (8) branden - als dat niet het geval is, druk dan tegelijkertijd op de knoppen 2 en 3, anders
wordt de oven niet ingeschakeld). De functies van de oven kunnen met twee knoppen - thermostaat
en ovenfunctieknop geregeld worden.
Met gebruik van de digitale programmaregelaar (zie de volgende procedure voor het gebruik). Stel de
temperatuur en de werking in met de bedieningsknoppen van de oven.
INSTELLING TIJDSTIP VAN DIGITALE PROGRAMMAREGELAAR
Na de aansluiting van het apparaat op het elektriciteitsnet knipperen op het scherm de cijfers 0.00. Druk
gelijktijdig op de toetsen 2 en 3 om het tijdstip in te stellen (0.00 en symbool 8 gaan branden). Stel
vervolgens het tijdstip in met de toetsen 4 en 5.
HANDMATIGE BEDIENING VAN DE OVEN
Als u de oven zonder programmering wilt gebruiken, dan moet symbool 6 gedoofd zijn.
Controleer dus altijd het programmeeruur: als symbool 6 brandt, druk dan gelijktijdig op de toetsen 4 en
5. Pas nadat het symbool 6 gedoofd is, kunt u de oven zonder programmering gebruiken!
Met behulp van de digitale programmeerregelaar kunt u de werking van de oven op twee manieren
programmeren:
HALFAUTOMATISCH
- de oven wordt onmiddellijk ingeschakeld en gaat na afloop van de bereiding automatisch uit.
AUTOMATISCH
- instelling voor automatisch inschakelen en uitschakelen van de oven.
HALFAUTOMATISCHE WERKING
Met deze programmeringswijze kunt u de werkingstijd van de oven instellen (duur). Maximale instelling is
23 uur en 59 minuten!
PROCEDURE HALFAUTOMATISCHE WERKING
Verklarend voorbeeld:
Duur 1 uur 20 minuten (1.20).
Instelling tijdsduur:
Druk op toets 2 (0.00 en symbool 8 gaan branden) en druk op toets 5 tot 1.20 wordt weergegeven.
Tijdens de instelling gaat ook symbool 6 branden. Na 5 seconden gaan op het display het tijdstip en
symbool 6 branden.
Schakel de oven in: stel met de betreffende knop het verwarmingssysteem en de
bereidingstemperatuur in.
BEDIENING VAN DE OVEN MET DIGITALE
PROGRAMMA-REGELAAR
59
De oven wordt onmiddellijk ingeschakeld (de bereiding begint); tijdens de bereiding blijven de
symbolen 6 en 8 branden.
Na afloop van de ingestelde bereidingstijd in dit geval over 1 uur en 20 minuten de oven wordt
automatisch uitgeschakeld (bereiding is voltooid), er klinkt een geluidssignaal dat u uit kunt schakelen
door op de toetsen 1, 2 of 3 te drukken.
- Na 2 minuten wordt het geluidssignaal automatisch uitgeschakeld.
- symbool 8 dooft
- symbool 6 knippert.
Schakel de oven uit en druk gelijktijdig op de toetsen 2 en 3 om symbool 6 uit te schakelen.
Zodra symbool 6 gedoofd is, kan de oven handmatig bediend worden.
AUTOMATISCHE WERKING
Bij deze programmeringswijze kan de werkingstijd van de oven (werkingsduur) en het eindtijdstip van de
werking worden ingesteld. Maximale instelling in- en uitschakeling is 23 uur en 59 minuten (instelling
uitschakeling = uur + 23 uur en 59 minuten).
Als de oven niet met de speciale knoppen worden ingeschakeld, zal hij
niet automatisch werken!
PROCEDURE AUTOMATISCHE WERKING
Verklarend voorbeeld:
Bereidingsduur is 1 uur 20 minuten (1.20), uitschakeling om 13.52 uur.
Controleer of het ingestelde tijdstip overeenkomt met het exacte tijdstip.
Instelling werkingsduur:
Druk op toets 2 (0.00 en symbool 8 gaan branden), druk op toets 5 tot 1.20 verschijnt (tijdens de
instelling gaat ook symbool 6 branden). Na 5 seconden gaan op het display het tijdstip en de symbolen 6
en 8 branden.
Instelling uitschakeling:
Druk op toets 3 - het eerst mogelijke tijdstiip van uitschakeling gaat branden (tijdstip + ingestelde
bereidingstijd). Stel met de toetsen 4 en 5 de tijd 3.52 in - het gewenste tijdstip van uitschakeling. Na
voltooiing van de instelling gaan na 5 seconden op het display het tijdstip en symbool 6 branden.
Symbool 8 dooft (gaat weer branden als de oven weer wordt ingeschakeld).
Schakel de oven in. Stel met de betreffende knoppen het verwarmingssysteem en de
bereidingstemperatuur in.
De oven wordt automatisch ingeschakeld (in dit geval om 12.32) (aanvang bereiding, hij blijft 1 uur en
20 minuten werken en wordt om 13.52 uitgeschakeld. Tijdens de bereiding blijft symbool 8 branden.
- Als de oven uitgeschakeld wordt: klinkt er een geluidssignaal dat u uit kunt schakelen door op de
toetsen 1, 2 of 3 te drukken. Na 2 minuten wordt het geluidssignaal automatisch uitgeschakeld,
- symbool 8 dooft
- symbool 6 knippert.
Schakel de oven uit en druk tegelijkertijd op de toetsen 2 en 3 om symbool 6 uit te schakelen. Als
symbool 6 gedoofd is, kan de oven handmatig gebruikt worden.
KOOKWEKKER
Een andere functie van de digitale programmaregelaar is de kookwekker, deze kunt u inschakelen door op
toets 1 te drukken. Op het display gaat 0.00 branden. Stel het gewenste tijdstip in met de toetsen 4 en 5.
Op het display gaat symbool 7 branden. De ingestelde tijd kan voortdurende gecontroleerd worden door
op toets 1 te drukken. Na afloop van de ingestelde tijd klinkt er een geluidssignaal, dat u met toets 1,
2 of
3 uit kunt schakelen.
INSTELLEN VAN TOONHOOGTE
De digitale programmaregelaar moet ingesteld worden op basis van het huidige tijdstip
Door op de linker toets 4 te drukken kan de toonhoogte van het signaal op 3 mogelijke niveaus
gekozen worden.
De ingestelde toonhoogte wordt opgeslagen in de digitale programmeerregelaar tot de volgende
wijziging of tot de voeding wordt onderbroken, daarna staat de toonhoogte weer op het hoogste
niveau.
Om wijzigingen aan te kunnen brengen moet altijd 5 seconden gewacht
worden om de wijziging op te slaan.a
OPMERKING:
WAARSCHUWING:
60
UITSCHUIFBARE GELEIDERS
Volg voor de reiniging en het onderhoud de volgende aanwijzingen op:
Draai alle knoppen op de stand "uit".
De hoofdschakelaar moet in de stand "uit" staan.
Wacht tot de kookplaten zijn afgekoeld.
GLASKERAMISCHE PLAAT
Reinig de oppervlakte van de kookplaat met een vochtig doekje of spons en maak hem zorgvuldig droog.
Gebruik, om hardnekkig vuil te verwijderen aanbevolen reinigingsmiddelen. Maak de kookplaat, nadat deze
is afgekoeld, na ieder gebruik schoon. Ook kleine verontreinigingen kunnen bij het volgende gebruik
inbranden. Gebruik schuurmiddelen, staalwol, pannensponsjes ruwe kant, reinigingspasta's en evenmin
sponzen en washandjes die u voor andere doeleinden gebruikt. Deze middelen kunnen krassen
veroorzaken op het glaskeramische oppervlak. Gebruik voor het schoonmaken uitsluitend speciale
reinigingsmiddelen voor glaskeramische kookplaten.
GLASKERAMISCHE PLAAT
De glaskeramische plaat ziet er mooi uit en is makkelijk in gebruik. De volgende adviezen en aanbevelingen
zullen u helpen de kookplaat in goede staat te houden zodat u er lang van zult kunnen genieten.
Aanwijzingen voor het gebruik van glaskeramische kookplaten:
Gebruik pannen met vlakke bodem zonder onzuiverheden die krassen kunnen veroorzaken.
De bodem van de pan dient minstens zo groot te zijn als de doorsnede van de kookzone, om te
voorkomen dat de temperatuurregelaar de plaat tijdens de bereiding uitschakelt vanwege oververhitting.
Gebruik tijdens de bereiding een deksel, regel de temperatuur zodanig dat u deze niet hoeft te
verschuiven of verwijderen.
De glaskeramische kookplaat mag niet gebruikt worden om de ruimte te verwarmen.
Verwijder tijdens de bereiding onmiddellijk eventuele etensresten van de kookplaat, en maak de plaat
meteen na gebruik schoon.
Zorg er in ieder geval voor dat u etensresten met een hoog suikergehalte zo snel mogelijk verwijderd,
deze kunnen de structuur van de kookplaat mettertijd aantasten.
Metaalachtig glanzende verkleuringen onstaan door het gebruik van aluminium pannen of door het
gebruik van ongeschikte reinigingsmiddelen, de vlekken kunnen door herhaalde reiniging verwijderd
worden.
WAARSCHUWING!
REINIGING EN ONDERHOUD VAN
FORNUIS
Krassen op de kookplaat kunnen veroorzaakt zijn door zandkorrels van schoongemaakte groente, of
resten ongeschikte reinigingsmiddelen in poedervorm of ruwe doekjes.
Als de plaat vervuild is met aarde, zand of andere schuurmiddelen, veeg deze dan weg met een zacht
vochtig doekje en reinig de plaat met een vloeibaar reinigingsmiddel dat geschikt is voor glaskeramische
oppervlakken. Gebruik geen schuursponsjes of andere schurende producten.
Wij ontraden het gebruik van corrosieve ovenreinigingsspuitbussen of vlekkenverwijderaars.
Tijdens het koken mogen de randen van de pannen niet tegen de rand van de glaskeramische kookplaat
aankomen, laat hier ook geen pannen op staan.
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor
defecten van de glaskeramische plaat die veroorzaakt zijn door
het gebruik van ongeschikte pannen of door ongeschikt of
onjuist onderhoud.
METAALACHTIG GLANZENDE VERKLEURINGEN
Deze ontstaan door het gebruik van aluminium pannen of door het gebruik van ongeschikte
reinigingsmiddellen.
Deze vlekken kunnen door herhaaldelijk schoonmaken verdwijnen.
Kleurveranderingen van de glaskeramische kookplaat zijn vooral te wijten aan ingebrande etensresten die
niet tijdig werden verwijderd. Zij hebben geen invloed op de werking van de glaskeramische kookplaat, er
is geen sprake van aantasting van het materiaal.
Vlekken van gerechten met een hoog suikergehalte die niet onmiddellijk verwijderd worden kunnen leiden
tot onherstelbare schade aan de glaskeramische kookplaat.
SLIJTAGE VAN DE DECORATIE
Kan veroorzaakt worden door agressieve reinigingsmiddelen, door het langdurig schuiven met pannen over
het oppervlak van de kookplaat, hierdoor ontstaat een donkere plek.
OVEN
Reinig de oven met een wasmiddel of een speciaal middel voor ovenreiniging. Maak het vuil vochtig, borstel
ze weg en veeg ze af met een doekje. Verwijder de aangebrande resten niet met scherpe metalen
voorwerpen.
Reinig de accessoires van de oven met een spons met afwasmiddel of was ze af in de afwasmaschine
(rooster, opvangbak enz.).
AQUA CLEAN
Wij adviseren u voor een dagelijkse reiniging van de oven (na ieder gebruik) de volgende procedure uit te
voeren: draai de functiekeuzeknop van de afgekoelde oven op de stand
.
Zet de knop van de
thermostaat op 50° C. Giet in de opvangbak 0,4 l water en zet deze op de onderste geleiders. Na 30
minuten worden de resten van gerechten die op het emaille van de ovenwanden zitten zacht en kunt u
deze met een vochtig doekje afvegen.
VERVANGEN VAN HET LAMPJE IN DE OVEN
Zet alle bedieningsknoppen op “uitgeschakeld” en trek de stekker uit het stopcontact of schakel de
hoofdschakelaar uit.
draai het glazen kapje van het lampje naar links
schroef het defecte lampje los en schroef het nieuwe lampje erin
zet het glazen kapje terug
Gebruik voor de verlichting uitsluitend een lampje van T 300 °C, E 14,
230 V~, 25 W.
1. Glazen kapje
2. Lampje
3. Fitting
4. Achterwand van de oven
OPMERKING:
61
62
KLACHTEN
Wanneer zich een storing voordoet bij het apparaat tijdens de garantieperiode, repareer deze niet zelf. Stel
de winkel waar u het apparaat gekocht hebt op de hoogte van de klacht, of de geautoriseerde klantenservice
of een andere technische dienst in de Garantievoorwaarden is vermeld. Volg de aanwijzingen op die vermeld
zijn in het Garantiebewijs en de Garantievoorwaarden. Zonder correct ingevuld Garantiebewijs wordt de
klacht niet in behandeling genomen.
VERWERKING EN RECYCLING VAN DE
VERPAKKING
Karton, verpakkinspapier: - inleveren bij centra voor gescheiden inzameling - in containers voor papier
gooien
Houten pallet: - centrum voor afvalverwerking - andere verwerking
Verpakkingsfolies en PE-zakjes: - containers voor kunststof
VERWERKING VAN
AFGEDANKT APPARAAT
Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG inzake Afgedankte
Elektrische en Elektronische apparatuur (Waste Electrical and Electronic Equipment - WEEE). Deze richtlijn
voorziet in een enkel Europees (CE) kader voor de verwerking en recycling van afgedankte apparaten.
Het apparaat bevat waardevolle stoffen die hergebruikt kunnen worden.
AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE EN
AFSTELLING
De installatie dient uitgevoerd te worden overeenkomstig geldende plaatselijke normen en
voorschriften. De installatie van het fornuis moet uitgevoerd worden door een gekwalificeerde
technicus.
AANSLUITING VAN HET APPARAAT OP HET ELEKTRICITEITSNET:
De installatie dient uitgevoerd te worden in overeenstemming met de geldende plaatselijke normen en
voorschriften. De aansluiting van het apparaat op het elektriciteitsnet dient uitgevoerd te worden door een
gekwalificeerd technicus. Voor de aansluting van het apparaat op het elektriciteitsnet moet een voorziening
worden aangebracht met een afstand van de losgekoppelde contacten van minstens 3 mm. Aanbevolen wordt
een aansluiting van het fornuis is een 3 fase aansluiting met netsnoer type H05RR-F5G-1,5, die aangepast is
volgens afb. 9. De uiteinden van de draden moeten bestand zijn tegen uitrafelen met geperste eindstukken.
Voor de 1-fase-aansluiting gebruik maken van een netsnoer van het type H05RR-F3G-4, de uiteinden van de
geleiders moeten bevestigd worden volgens afb. 5. Om de uiteinden van de draden aan te sluiten onder de
koppen van de schroeven in het klemmenbord de draden in het klemmenbord plaatsen en blokkeren met
een klem (afb. 5). Sluit het deksel van het klemmenbord.
Voor de aansluiting van het fornuis adviseren wij het gebruik van de voedingskabel:
- Cu 3 x 4 mm2 min. voor 1-fase-aansluiting (beveiligingsschakelaar 35 - 38 A vafhankelijk van het type)
- Cu 5 x 1,5 mm2 min. voor driefase-aansluiting (beveiligingsschakelaar 3x16 A)
63
Tijdens elke demontage en montage van het elektrische fornuis, behalve het dagelijks gebruik, moet de
stekker van het apparaat altijd uit het stopcontact gehaald worden. Verzeker u ervan dat het apparaat uit
staat.
Voor de installatie van het apparaat moeten, voor de goede werking, de volgende handelingen
verricht worden:
controle van de correcte aansluiting op het elektriciteitsnet,
controle van de juiste werking van de verwarmingselementen, bedienings- en regelelementen,
demonstratie voor de klant van alle functies van het apparaat en het gebruik en het onderhoud.
BELANGRIJKE AANWIJZING
Het elektrische fornuis is een apparaat van klasse I volgens de beschermingsgraad tegen ongevallen
veroorzaakt door elektrische stroom en dient met een veiligheidsschakelaar aan het elektriciteitsnet
gekoppeld te zijn.
WAARSCHUWING:
64
PLAATSING
Het elektrische fornuis is bedoeld voor huishoudelijk
gebruik. Het kan in ingebouwd worden in een keuken
zonder zijtussenruimten (minimale breedte 500 mm).
Het fornuis kan tussen kasten met die bestand zijn
tegen een temperatuur van 100 °C geplaatst worden of
met warmteisolerend materiaal bekleed zijn het is
verboden om het fornuis op een sokkel te plaatsen. "X"
is de minimumafstand 650 mm tot de afzuigkap,
volgens aanbeveling van de fabrikant.
IN HOOGTE VERSTELLEN VAN HET FORNUIS
Het fornuis is voorzien van 4 stelschroeven waarmee
het waterpas gezet kan worden of in hoogte versteld
kan worden.
PROCEDURE:
kantel het fornuis op zijn zijkant
draai de plastic schroeven in de voorste en
achterste gaten op de onderkant
kantel het fornuis op de andere kant en draai de schroeven in de openingen aan de andere kant van
het fornuis
stel et fornuis verder af met een schroevendraaier vanuit de opbergruimte van het fornuis.
De afstelling in hoogte (met de schroeven) is niet nodig als de hoogte en de afstelling van het
apparaat zonder plastic schroeven goed zijn.
De fabrikant behoudt zich het recht voor om kleine wijzigingen in de gebruiksaanwijzing aan te
brengen die uit innovatieve of technologische wijzigingen van het product voortvloeien en die geen
invloed hebben op de werking van het apparaat.
WAARSCHUWING:
OPMERKING:
65
Tijdentabel - OVEN
Gerecht Functie Voorverwarming
Inzethoogte
(vanaf de bodem)
Temperatuur
(°C)
Bereidingstijd
(minuten)
VLEES
rund-, varkens- en kalfsvlees
(1 kg)
Statisch X 2 180 - 210 70 - 90
Ventilator - 2 170 - 190 70 - 90
kip, konijn, eend (~1 kg)
Statisch X 2 180 - 210 55 - 75
Ventilator - 2 170 - 190 55 - 75
schapen-, geiten-, lamsvlees
(~1 kg)
Statisch X 2 180 - 210 70 - 90
Ventilator - 2 170 - 190 70 - 90
gans (~2 kg)
Statisch X 1 190 - 210 100 - 120
Ventilator - 1 170 - 190 100 - 120
VIS HEEL (van ~ 0,8 tot 1 kg)
brasem, forel, zalm
Statisch X 2 170 - 180 45 - 55
Ventilator - 2 160 - 170 45 - 55
VISFILET (van ~ 0,5 tot 0,7 kg)
zwaardvis, tonijn, kabeljauw
Statisch X 2 170 - 180 35 - 45
Ventilator - 2 160 - 170 35 - 45
GROENTE (van ~ 0,5 tot 0,7 kg)
gevulde paprika
Statisch X 2 160 - 170 40 - 50
Ventilator - 2 150 - 160 40 - 50
gevulde aardappelen
Statisch X 2 160 - 170 55 - 65
Ventilator - 2 150 - 160 55 - 60
gebakken aardappelen
Statisch X 2 200 - 210 55 - 65
Ventilator - 2 190 - 200 50 - 60
TAARTEN enz.
gerezen taart (broze taart)
Statisch X 2 150 - 170 35 - 45
Ventilator - 2 150 - 160 30 - 40
Hartige taart met vulling (kaas)
Statisch X 2 165 - 175 60 - 70
Ventilator - 2 150 - 160 60 - 70
grote taart met lagen
Statisch X 2 170 - 180 35 - 45
Ventilator - 2 160 - 170 35 - 45
strudel
Statisch X 2 170 - 180 35 - 45
Ventilator - 2 160 - 170 30 - 40
koekjes
Statisch X 2 160 - 170 15 - 25
Ventilator - 2 150 - 160 15 - 20
zoet gebak
Statisch X 2 160 - 170 30 - 40
Ventilator - 2 150 - 160 25 - 35
hartige taarten
(Quiche Lorraine)
Statisch X 2 170 - 180 40 - 50
Ventilator - 1 160 - 170 40 - 50
lasagne
Statisch X 2 170 - 180 40 - 50
Ventilator - 2 160 - 170 40 - 50
pizza
Statisch X 2 220 - 250 15 - 20
Ventilator - 2 200 - 225 15 - 20
taarten met vulling
(ananas, perzik)
Statisch X 2 160 - 170 30 - 40
Ventilator - 2 160 - 170 30 - 40
schuimpjes
Statisch X 2 80 - 100 60 - 90
Ventilator - 2 50 - 75 60 - 90
soufflé
Statisch X 2 160 - 180 55 - 65
Ventilator - 2 150 - 160 50 - 60
Opmerking: De bereidingstijden en -temperaturen zijn indicatief
66
Tijdentabel - GRILL
Levensmiddel Functie
Voorverwarming
(5 minuten)
Inzethoogte
(vanaf de bodem)
Temperatuur
(°C)
Bereidingstijd
(minuten)
VLEES
klapstuk Grill X 3 Maximum 20 - 30
varkenskoteletten
Grill X 3 Maximum 15 - 20
saucijsjes Grill X 3 Maximum 20 - 30
vis
Grill X 3 Maximum 15 - 25
kippenboutjes Grill X 3 Maximum 20 - 30
kebab
Grill X 3 Maximum 20 - 30
varkensribstuk Grill X 3 Maximum 30 - 40
1/2 kip
Grill X 3 Maximum 40 - 50
Opmerking: De bereidingstemperaturen en -tijden zijn indicatief
TECHNISCHE GEGEVENS
ELEKTRISCH FORNUIS
PCCF 30201050 W
PCCF 30201050 X
PCCF 50201250 W
PCCF 50201250 X
PCCF 80211250 W
PCCF 80211250 X
Afmetingen: hoogte / breedte / diepte 850 / 500 / 605 850 / 500 / 605 850 / 500 / 605
Kookplaat - elektrische kookzones
Linksachter Ø 145 mm (kW) 1,2 1,2 1,2
Linksvoor Ø 180/120 mm (kW)
1,7 1,7 / 0,7 1,7 / 0,7
Rechtsachter Ø 145 / 250 mm (kW)
1,7 2,0 / 1,2 2,0 / 1,2
Rechtsvoor Ø 145 mm (kW)
1,2 1,2 1,2
Oven
Bovenste verwarmingselement (kw)
0,75 0,75 0,75
Onderste verwarmingselement (kw)
1,10 1,10 1,10
Grillverwarmingselement (kw)
1,85 1,85 1,85
Rond verwarmingselement (kw)
- - 2,00
Ventilator (w)
- 30 (35) 30 (35)
Verlichting (w)
25 25 25
Min. / Max temperatuur in oven
50 / 250° C 50 / 250° C 50 / 250° C
Voedingsspanning
230 / 400 V ~ 230 / 400 V ~ 230 / 400 V ~
Totaal vermogen apparaat (kw)
7,7 8,1 9,3
TOEBEHOREN
Rooster + + +
Opvangbak + + +
Bakblik + + +
Schrapertje + + +
Uitschuifbare geleiders +
67
INFORMATIEBLAD
Model
PCCF 30201050 W
PCCF 30201050 X
PCCF 50201250 W
PCCF 50201250 X
PCCF 80211250 W
PCCF 80211250 X
A - Het meest efficiënt
B
C
D
E
F
G - Het minst efficiënt
A A A
Energieverbruik (kW/h)
0,79 0,79
Bereidingstijd bij standaardbelasting (min)
52,3 53,1
Energieverbruik (kW/h)
079 0,79
Bereidingstijd bij standaardbelasting (min)
47 44,3
Bruikbare inhoud van de oven
49 45 42
Afmetingen van de oven
KLEIN
MIDDELGROOT
GROOT
Geluidsemissie (dB)
46 46
Laagste energieverbruik (stand-by) (W)
Oppervlakte grootste bakblik (cm
2
)
1230 1230 1230

Documenttranscriptie

Gebrauchsanweisung Instructions for use Mode d’emploi Gebruiksaanwijzing Istruzioni per l’uso Instrukcje użytkowania Használati utasítás ИнструкциЯ за употреба Brugsanvisning Bruksanvisning Käyttöohje Manual de utilização Instrucciones para el uso Návod k použití Návod na použitie Instruc∑iuni de utilizare Инструкции по эксплуатации Geachte klant, u heeft een nieuw product uit onze nieuwe serie elektrische fornuizen gekocht. Wij hopen dat ons product aan uw verwachtingen zal voldoen. Wij adviseren u deze handleiding door te lezen en het apparaat volgens de aanwijzingen te gebruiken. BELANGRIJKE INFORMATIE, AANWIJZINGEN EN AANBEVELINGEN • Controleer of de gegevens van de nominale spanning, die op het typenplaatje zijn vermeld, overeenkomen met die van uw elektriciteitsnet • Het fornuis moet aangesloten worden op het elektriciteitsnet volgens het bijgevoegde aansluitschema. • De installatie, instellingen, reparaties en wijzigingen van het apparaat moeten altijd door erkende vakman uitgevoerd worden (zie Garantiebewijs). • De uitgevoerde werkzaamheden moeten in het Garantiebewijs van het apparaat vermeld worden. • Voor de elektrische aansluiting moet voor het apparaat een voorziening worden aangebracht waarmee het apparaat losgekoppeld kan worden van het elektriciteitsnet. De afstand tussen de contacten van deze voorziening moet minstens 3 mm bedragen (verder in de tekst als hoofdschakelaar genoemd). • Het fornuis is uitsluitend bedoeld voor het bereiden met warmte van levensmiddelen. Het mag niet gebruikt worden om een ruimte te verwarmen, dit leidt tot oververhitting en dus tot beschadiging van het apparaat. De garantie geldt niet voor defecten die ontstaan zijn door verkeerd gebruik van het apparaat. • Het is verboden brandstoffen vlakbij de kookzones, de verwarmingselementen van de oven en in de opbergruimte van het fornuis te bewaren. • Verzeker u ervan dat de voedingskabels van andere apparaten niet in contact komen met de kookplaat of met andere hete delen van het fornuis. • Als het fornuis niet in werking is, moet u ervoor zorgen dat alle schakelaars uitgeschakeld zijn. • Wij adviseren om elke twee jaar een onderhoudsbedrijf te vragen de werking van het apparaat te controleren en het deskundige onderhoud uit te voeren. • Daardoor voorkomt u eventuele storingen en wordt de levensduur van het fornuis verlengd. • Tijdens reinigings- en reparatiewerkzaamheden moet de hoofdschakelaar uitgeschakeld worden. • Wanneer zich een storing voordoet in het elektrische deel van het apparaat, dan mag deze niet zelf repareren. Schakel het apparaat uit en vraag een erkende elektricien om de reparatie uit te voeren. • De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor eventuele schade, als de in deze gebruiksaanwijzing vermelde bindende aanwijzingen en aanbevelingen niet opgevolgd zijn. • Gebruik accesoires die tekenen van slijtage of beschadiging niet meer. • Gebruik voor de reiniging van het apparaat geen stoomreiniger. 52 BEDIENINGSPANEEL 1. Bedieningsknop kookzone linksvoor 6. Functiekeuzetoets oven 2. Bedieningsknop kookzone linksachter 7. Controlelampje thermostaat 3. Bedieningsknop kookzone rechtsachter 8. Controlelampje algemene werking 4. Bedieningsknop kookzone rechtsvoor 9. Digitale timer 5. Oventhermostaat 10. Bedieningstoetsen timer AANWIJZINGEN VOOR DE INGEBRUIKNEMING VAN HET FORNUIS Voordat u het apparaat kunt gebruiken moeten alle verpakkingsmaterialen verwijderd worden. Verschillende onderdelen van de verpakking kunnen gerecycled worden. Houdt u aan de landelijk geldende voorschriften. Het wordt aanbevolen het fornuis en de accessoires vóór het gebruik schoon te maken. Schakel het apparaat pas in, met de hoofdschakelaar, nadat alle oppervlakken goed droog geworden zijn en volg de aanwijzingen voor het gebruik op. Wij maken u erop attent dat het niet toegestaan is de elektrische delen van het fornuis te reinigen en te verwijderen, tenzij dit vermeld is in het hoofdstuk over de reiniging. OVEN Zet de functieschakelaar van de oven in de stand voor boven- en onderwarmte. Zet de thermostaat op 250 °C en laat de oven met gesloten deur gedurende 1 uur werken. Verzeker u ervan dat de ruimte goed geventileerd is. Op die manier worden de luchtjes die de oven verspreidt, verwijderd. 53 BEDIENING VAN DE BRANDERS WAARSCHUWING: • Het apparaat mag, in overeenstemming met deze handleiding, uitsluitend gebruikt worden door volwassenen. Laat kinderen niet zonder toezicht aanwezig zijn in de ruimte waarin het fornuis geïnstalleerd wordt. • Het elektrische fornuisvereist voortdurend toezicht. • Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (inclusief kinderen) met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke beperkingen of die onvoldoende ervaring en kennis van het apparaat hebben om het op veilige wijze te gebruiken, tenzij zij onder toezicht staan van iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. • Zorg ervoor dat kinderen niet met het apparaat gaan spelen. GLASKERAMISCHE KOOKPLAAT MET KOOKZONES • De kookplaten van het fornuis hebben een regelknop met zes standen. De hoogste stand is "6", de laagste is stand "1". • De elektrische kookplaten zijn bedoeld voor de bereiding van levensmiddelen. Het gebruik van pannen met een platte bodem wordt aanbevolen. • Bij oververhitting van de kookzone onder de gaskeramische kookplaat wordt deze door een temperatuurregelaar uitgeschakeld. Het controlelampje van de restwarmte, dat op het voorste deel van de kookplaat zit, geeft de verhoogde temperatuur aan, ook als het apparaat uitgeschakeld is. FOYER DE CUISSON A DOUBLE CIRCUIT Het middelste deel van de kookplaat Ø 120mm wordt geregeld door de regelknop naar rechts te draaien, van 0 naar 700W. Als u de knop helemaal naar rechts draait, wordt de kookplaat Ø 180mm ingeschakeld. Deze wordt dan tot het maximumvermogen van 1700W verhit,afhankelijk van het gekozen niveau van 1 (laag) tot 9 (maximum). Als u de knop op de stand 0 zet, worden beide delen van de kookzone uitgeschakeld. Bij oververhitting van de Het controlelampje van de restwarmte, dat op het voorste deel van de kookplaat zit, signaleert de verhoogde temperatuur van de oppervlakte vande kookzone, ook als het apparaat is uitgeschakeld. Om energie te besparen kunt u gebruikmaken van de restwarmte van de kookzone. Het controlelampje gaat pas uit als de kookplaat zodanig is afgekoeld, dat er geen gevaar voor brandwonden meer is. kookzone onder de gaskeramische kookplaat wordt de kookplaat door een temperatuurregelaar uitgeschakeld. Ø 180 / 120 mm - 1700 / 700 kW Ø 145 / 250 mm - 2000 / 1200 kW 54 ENKELE ADVIEZEN VOOR HET GEBRUIK VAN GLASKERAMISCHE PLATEN: • Gebruik pannen met vlakke bodem zonder verontreinigingen die krassen zouden kunnen veroorzaken. • De bodem van de pan dient minstens even groot te zijn als de doorsnede van de kookzone, om te voorkomen dat de temperatuurregelaar de kookplaat uitschakelt vanwege oververhitting. • Gebruik tijdens de bereiding een deksel op de pan, regel de temperatuur zodanig, dat u het deksel niet hoeft te verschuiven of verwijderen. • De glaskeramische kookplaat mag niet gebruikt worden om de ruimte te verwarmen. • Verwijder gemorste levensmiddelen onmiddellijk tijdens de bereiding. Maak de kookplaat meteen na gebruik schoon. • Besteed met name aandacht aan aangekoekte resten van levensmiddelen met een hoog suikergehalte, deze kunnen ma verloop van tijd de structuur van de kookplaat aantasten. • Metaalachtig glanzende verkleuringen onstaan door het gebruik van aluminium pannen of het gebruik van een ongeschikt reinigingsmiddel, de vlekken kunnen door herhaalde reiniging verwijderd worden. • Krassen op de kookplaat kunnen veroorzaakt zijn door zandkorrels van schoongemaakte groente, of resten ongeschikte reinigingsmiddelen in poedervorm of ruwe doekjes. • Als de plaat vervuild is met aarde, zand of andere schuurmiddelen, veeg deze dan weg met een zacht vochtig doekje en reinig de plaat met een vloeibaar reinigingsmiddel dat geschikt is voor glaskeramische oppervlakken. Gebruik geen schuursponsjes of andere schurende producten. OVEN BINNENRUIMTE VAN OVEN De oven heeft rechte wanden en geleiders aan de zijkant voor het plaatsen van de accessoires (rooster van oven, bakblik). In de oven zit bovenin een grillelement. Onder de bodem van de oven zit het onderste verwarmingselement. In de achterwand van de oven - onder het distributiedeksel - zitten het ronde verwarmingselement en de ventilator. Door de knop weer terug te draaien wordt de ingestelde temperatuur verlaagd. IN- EN UITSCHAKELEN VAN DE OVEN Draai de ovenfunctieknop op de gewenste functie. De knop kan in beide richtingen gedraaid worden. De temperatuur kan ingesteld worden door de de knop van de thermostaat naar rechts te draaien van 50 °C 250 °C. Als u de knop verderdraait dan de nulstand kan de thermostaat beschadigd raken! OPMERKING: • Het bakblik dat in de geleiders is geplaatst mag met max. 3 kg belast worden. Het rooster met braadpan of bakblik mag met max. 7 kg belast worden. • De bakblikken en braadpannen zijn niet geschikt om levensmiddelen langdurig te bewaren (langer dan 48 uur). Als u de levensmiddelen langer wilt bewaren, doe ze dan in een geschikte houder. 55 OVEN- FUNCTIES Aanbeveling: Deze functie is ook geschikt ook voor het gelijktijdig bereiden van twee gerechten op verschillende steunhoogtes, op dezelfde temperatuur. Verlichting van de oven die bij de instelling van alle ovenfuncties brandt. Statische verwarming van de oven met het bovenste en onderste verwarmingselement. De thermostaat kan ingesteld worden op de temperatuur van 50 - 250 °C. Het onderste verwarmingselement verwarmt samen met het ronde verwarmingselement en de ventilator. De temperatuur kan met de thermostaat ingesteld worden. Aanbeveling: De functie is geschikt voor een snelle voorverwarming van de oven. Na het bereiken van de gewenste temperatuur de oven instellen op de gewenste functie. Verwarming van de oven met alleen het onderste verwarmingselement. De warmte wordt door een natuurlijke convectie verspreid, de thermostaat kan ingesteld worden op de temperatuur van 50 -250 °C. Aanbeveling: Deze functie is geschikt voor de slotfase van de bereiding van gerechten die een hogere temperatuur van onderaf vereisen Verwarming van de oven met het ronde verwarmingselement en de ventilator. De luchtcirculatie zorgt voor een gelijkmatige temperatuur in de hele oven. De thermostaat kan ingesteld worden opdetemperatuur van 50 - 250 °C. Aanbeveling: De functie is geschikt voor de gelijktijdige bereiding van twee gerechten op verschillende steunhoogtes. (geschikt voor het bakken van een groot brood of van grotere hoeveelheden van een gerecht). Verwarming van de oven met alleen het bovenste verwarmingselement. De warmte wordt door een natuurlijke convectie versrpeid, de thermostaat kan ingesteld worden op de temperatuur van 50 -250 °C. Aanbeveling: Deze functie is geschikt voor de laatste bereidingsfase van gerechten die een hogere temperatuur voor de bovenkant of een bruin korstje vereisen. Deze functie kan gebruikt worden door het voorzichtig drogen en ontdooien van levensmiddelen. Aanbeveling: De functie is geschikt voor het ontdooien van gerechten of kant-en-klare maaltijden. Grill met infraroodfunctie. De thermostaat moet ingesteld worden op de hoogste ttemperatuur. Grill met ventilator. De temperatuur in het bovenste deel van de oven is hoger door de luchtcirculatie (boven het rooster of de opvangbak). De thermostaat kan ingesteld worden op de temperatuur van 150-250°C. Aanbeveling: Deze functie is geschikt voor het grillen of braden van grote stukken vlees bij hogere temperatuur. De deur van de oven moet gesloten blijven. De warmte afkomstig van het onderste verwarmingselement wordt door de ventilator verdeeld. De luchtcirculatie zorgt voor een gelijkmatige temperatuur in de hele oven. De thermostaat kan ingesteld worden tussen 50 - 250 °C. Het onderste verwarmingselement - Aqua clean kan ook gebruikt worden voor de reiniging van de oven. Details over de reiniging vindt u in het hoofdstuk "Reiniging en onderhoud". AQUA Clean (zie hoofdstuk „Reiniging"). De warmte afkomstig van het bovenste en onderste verwarmingselement wordt door een ventilator verdeeld. De luchtcirculatie zorgt voor een gelijkmatige temperatuur in de hele oven. De thermostaat kan ingesteld worden op de temperatuur van 50 - 250°C. 56 AANBEVELINGEN EN ADVIEZEN Ter informatie zijn de aanbevolen temperaturen voor typische bereiding van gerechten vermeld. 50-70° C 80-100° C 130-150° C 180-220° C 220-250° C drogen steriliseren stoven deeg bakken vlees braden • Ideale temperaturen voor alle soorten gerechten kunnen aangepast worden aan persoonlijke voorkeuren. • In sommige gevallen wordt aanbevolen de oven voor de bereiding voor te verwarmen. Tijdens het voorverwarmen blijft het thermostaatlampje branden. Bij het bereiken van de ingestelde temperatuur gaat het lampje van de thermostaat uit. • Schuif het rooster met het bakblik of de opvangbak bij voorkeur in de tweede geleider van onderen. • Alle bereidingen moetenmet gesloten deur uitgevoerd worden om de temperatuur in de oven niet te verstoren. Het openen van de deur leidt tot langere bereidingsduur of de gerechten zouden kunnen aanbranden. GRILLEN OP ROOSTER • Leg het gerecht op het rooster. • Schuif het rooster in de geleiders in de zijwanden van de oven. • Om de jus op te vangen kunt u een opvangbak op een lagere steunhoogte zetten of op de bodem van de oven. • Tijdens het grillen moet de ovendeur gesloten blijven. LETOP: Bij het gebruik van de grill worden de toegankelijke delen (deur van oven enz.) erg heet. Houd kinderen op veilige afstand. 57 BEDIENING VAN DE OVEN MET DIGITALE PROGRAMMA-REGELAAR De digitale tijdprogrammaregelaar is bedoeld voor het uitschakelen van de oven na verloop van een van te voren ingestelde tijdsduur. Het in- en uitschakelen van de digitale programmaregelaar wordt aangegeven door het aangaan van het symbool (8 - pan) in het het midden van het display. Op het display wordt de tijd continu weergegeven. De digitale programmaregelaar wordt alleen elektrisch gevoed, als de stroom wordt onderbroken en als deze weer wordt hersteld blijft de regelaar uitgeschakeld (de cijfers 0.00 + symbool 6 knipperen) en de tijd moet opnieuw ingesteld worden. 1. 2. 3. 4. 5. 6. Knop voor instelling van geluidssignaal Knop voor instelling van bereidingsduur Knop voor instelling van uitschakeling Knop voor instelling (-) Knop voor instelling (+) Symbool “A” - blijft branden vanaf het begin tot het einde van de bereiding. Symbool “A”- knippert als de bereiding voltooid is. 7. Symbool - kookwekker 8. Symbool brandt als de oven in werking is OVEN WERKT MET TWEE FUNCTIES • Zonder het gebruik van de digitale programmaregelaar (in dat geval moet op het display het symbool van de pan (8) branden - als dat niet het geval is, druk dan tegelijkertijd op de knoppen 2 en 3, anders wordt de oven niet ingeschakeld). De functies van de oven kunnen met twee knoppen - thermostaat en ovenfunctieknop geregeld worden. • Met gebruik van de digitale programmaregelaar (zie de volgende procedure voor het gebruik). Stel de temperatuur en de werking in met de bedieningsknoppen van de oven. INSTELLING TIJDSTIP VAN DIGITALE PROGRAMMAREGELAAR Na de aansluiting van het apparaat op het elektriciteitsnet knipperen op het scherm de cijfers 0.00. Druk gelijktijdig op de toetsen 2 en 3 om het tijdstip in te stellen (0.00 en symbool 8 gaan branden). Stel vervolgens het tijdstip in met de toetsen 4 en 5. HANDMATIGE BEDIENING VAN DE OVEN Als u de oven zonder programmering wilt gebruiken, dan moet symbool 6 gedoofd zijn. Controleer dus altijd het programmeeruur: als symbool 6 brandt, druk dan gelijktijdig op de toetsen 4 en 5. Pas nadat het symbool 6 gedoofd is, kunt u de oven zonder programmering gebruiken! Met behulp van de digitale programmeerregelaar kunt u de werking van de oven op twee manieren programmeren: HALFAUTOMATISCH - de oven wordt onmiddellijk ingeschakeld en gaat na afloop van de bereiding automatisch uit. AUTOMATISCH - instelling voor automatisch inschakelen en uitschakelen van de oven. HALFAUTOMATISCHE WERKING Met deze programmeringswijze kunt u de werkingstijd van de oven instellen (duur). Maximale instelling is 23 uur en 59 minuten! PROCEDURE HALFAUTOMATISCHE WERKING Verklarend voorbeeld: Duur 1 uur 20 minuten (1.20). • Instelling tijdsduur: Druk op toets 2 (0.00 en symbool 8 gaan branden) en druk op toets 5 tot 1.20 wordt weergegeven. Tijdens de instelling gaat ook symbool 6 branden. Na 5 seconden gaan op het display het tijdstip en symbool 6 branden. • Schakel de oven in: stel met de betreffende knop het verwarmingssysteem en de bereidingstemperatuur in. 58 • De oven wordt onmiddellijk ingeschakeld (de bereiding begint); tijdens de bereiding blijven de symbolen 6 en 8 branden. • Na afloop van de ingestelde bereidingstijd in dit geval over 1 uur en 20 minuten de oven wordt automatisch uitgeschakeld (bereiding is voltooid), er klinkt een geluidssignaal dat u uit kunt schakelen door op de toetsen 1, 2 of 3 te drukken. - Na 2 minuten wordt het geluidssignaal automatisch uitgeschakeld. - symbool 8 dooft - symbool 6 knippert. Schakel de oven uit en druk gelijktijdig op de toetsen 2 en 3 om symbool 6 uit te schakelen. Zodra symbool 6 gedoofd is, kan de oven handmatig bediend worden. AUTOMATISCHE WERKING Bij deze programmeringswijze kan de werkingstijd van de oven (werkingsduur) en het eindtijdstip van de werking worden ingesteld. Maximale instelling in- en uitschakeling is 23 uur en 59 minuten (instelling uitschakeling = uur + 23 uur en 59 minuten). WAARSCHUWING: Als de oven niet met de speciale knoppen worden ingeschakeld, zal hij niet automatisch werken! PROCEDURE AUTOMATISCHE WERKING Verklarend voorbeeld: Bereidingsduur is 1 uur 20 minuten (1.20), uitschakeling om 13.52 uur. • Controleer of het ingestelde tijdstip overeenkomt met het exacte tijdstip. • Instelling werkingsduur: Druk op toets 2 (0.00 en symbool 8 gaan branden), druk op toets 5 tot 1.20 verschijnt (tijdens de instelling gaat ook symbool 6 branden). Na 5 seconden gaan op het display het tijdstip en de symbolen 6 en 8 branden. • Instelling uitschakeling: Druk op toets 3 - het eerst mogelijke tijdstiip van uitschakeling gaat branden (tijdstip + ingestelde bereidingstijd). Stel met de toetsen 4 en 5 de tijd 3.52 in - het gewenste tijdstip van uitschakeling. Na voltooiing van de instelling gaan na 5 seconden op het display het tijdstip en symbool 6 branden. Symbool 8 dooft (gaat weer branden als de oven weer wordt ingeschakeld). • Schakel de oven in. Stel met de betreffende knoppen het verwarmingssysteem en de bereidingstemperatuur in. • De oven wordt automatisch ingeschakeld (in dit geval om 12.32) (aanvang bereiding, hij blijft 1 uur en 20 minuten werken en wordt om 13.52 uitgeschakeld. Tijdens de bereiding blijft symbool 8 branden. - Als de oven uitgeschakeld wordt: klinkt er een geluidssignaal dat u uit kunt schakelen door op de toetsen 1, 2 of 3 te drukken. Na 2 minuten wordt het geluidssignaal automatisch uitgeschakeld, - symbool 8 dooft - symbool 6 knippert. Schakel de oven uit en druk tegelijkertijd op de toetsen 2 en 3 om symbool 6 uit te schakelen. Als symbool 6 gedoofd is, kan de oven handmatig gebruikt worden. KOOKWEKKER Een andere functie van de digitale programmaregelaar is de kookwekker, deze kunt u inschakelen door op toets 1 te drukken. Op het display gaat 0.00 branden. Stel het gewenste tijdstip in met de toetsen 4 en 5. Op het display gaat symbool 7 branden. De ingestelde tijd kan voortdurende gecontroleerd worden door op toets 1 te drukken. Na afloop van de ingestelde tijd klinkt er een geluidssignaal, dat u met toets 1, 2 of 3 uit kunt schakelen. INSTELLEN VAN TOONHOOGTE • De digitale programmaregelaar moet ingesteld worden op basis van het huidige tijdstip • Door op de linker toets 4 te drukken kan de toonhoogte van het signaal op 3 mogelijke niveaus gekozen worden. • De ingestelde toonhoogte wordt opgeslagen in de digitale programmeerregelaar tot de volgende wijziging of tot de voeding wordt onderbroken, daarna staat de toonhoogte weer op het hoogste niveau. OPMERKING: Om wijzigingen aan te kunnen brengen moet altijd 5 seconden gewacht worden om de wijziging op te slaan.a 59 UITSCHUIFBARE GELEIDERS REINIGING EN ONDERHOUD VAN FORNUIS Volg voor de reiniging en het onderhoud de volgende aanwijzingen op: • Draai alle knoppen op de stand "uit". • De hoofdschakelaar moet in de stand "uit" staan. • Wacht tot de kookplaten zijn afgekoeld. GLASKERAMISCHE PLAAT Reinig de oppervlakte van de kookplaat met een vochtig doekje of spons en maak hem zorgvuldig droog. Gebruik, om hardnekkig vuil te verwijderen aanbevolen reinigingsmiddelen. Maak de kookplaat, nadat deze is afgekoeld, na ieder gebruik schoon. Ook kleine verontreinigingen kunnen bij het volgende gebruik inbranden. Gebruik schuurmiddelen, staalwol, pannensponsjes ruwe kant, reinigingspasta's en evenmin sponzen en washandjes die u voor andere doeleinden gebruikt. Deze middelen kunnen krassen veroorzaken op het glaskeramische oppervlak. Gebruik voor het schoonmaken uitsluitend speciale reinigingsmiddelen voor glaskeramische kookplaten. GLASKERAMISCHE PLAAT De glaskeramische plaat ziet er mooi uit en is makkelijk in gebruik. De volgende adviezen en aanbevelingen zullen u helpen de kookplaat in goede staat te houden zodat u er lang van zult kunnen genieten. WAARSCHUWING! Aanwijzingen voor het gebruik van glaskeramische kookplaten: • Gebruik pannen met vlakke bodem zonder onzuiverheden die krassen kunnen veroorzaken. • De bodem van de pan dient minstens zo groot te zijn als de doorsnede van de kookzone, om te voorkomen dat de temperatuurregelaar de plaat tijdens de bereiding uitschakelt vanwege oververhitting. • Gebruik tijdens de bereiding een deksel, regel de temperatuur zodanig dat u deze niet hoeft te verschuiven of verwijderen. • De glaskeramische kookplaat mag niet gebruikt worden om de ruimte te verwarmen. • Verwijder tijdens de bereiding onmiddellijk eventuele etensresten van de kookplaat, en maak de plaat meteen na gebruik schoon. • Zorg er in ieder geval voor dat u etensresten met een hoog suikergehalte zo snel mogelijk verwijderd, deze kunnen de structuur van de kookplaat mettertijd aantasten. • Metaalachtig glanzende verkleuringen onstaan door het gebruik van aluminium pannen of door het gebruik van ongeschikte reinigingsmiddelen, de vlekken kunnen door herhaalde reiniging verwijderd worden. 60 • Krassen op de kookplaat kunnen veroorzaakt zijn door zandkorrels van schoongemaakte groente, of resten ongeschikte reinigingsmiddelen in poedervorm of ruwe doekjes. • Als de plaat vervuild is met aarde, zand of andere schuurmiddelen, veeg deze dan weg met een zacht vochtig doekje en reinig de plaat met een vloeibaar reinigingsmiddel dat geschikt is voor glaskeramische oppervlakken. Gebruik geen schuursponsjes of andere schurende producten. • Wij ontraden het gebruik van corrosieve ovenreinigingsspuitbussen of vlekkenverwijderaars. • Tijdens het koken mogen de randen van de pannen niet tegen de rand van de glaskeramische kookplaat aankomen, laat hier ook geen pannen op staan. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor defecten van de glaskeramische plaat die veroorzaakt zijn door het gebruik van ongeschikte pannen of door ongeschikt of onjuist onderhoud. METAALACHTIG GLANZENDE VERKLEURINGEN Deze ontstaan door het gebruik van aluminium pannen of door het gebruik van ongeschikte reinigingsmiddellen. Deze vlekken kunnen door herhaaldelijk schoonmaken verdwijnen. Kleurveranderingen van de glaskeramische kookplaat zijn vooral te wijten aan ingebrande etensresten die niet tijdig werden verwijderd. Zij hebben geen invloed op de werking van de glaskeramische kookplaat, er is geen sprake van aantasting van het materiaal. Vlekken van gerechten met een hoog suikergehalte die niet onmiddellijk verwijderd worden kunnen leiden tot onherstelbare schade aan de glaskeramische kookplaat. SLIJTAGE VAN DE DECORATIE Kan veroorzaakt worden door agressieve reinigingsmiddelen, door het langdurig schuiven met pannen over het oppervlak van de kookplaat, hierdoor ontstaat een donkere plek. OVEN Reinig de oven met een wasmiddel of een speciaal middel voor ovenreiniging. Maak het vuil vochtig, borstel ze weg en veeg ze af met een doekje. Verwijder de aangebrande resten niet met scherpe metalen voorwerpen. Reinig de accessoires van de oven met een spons met afwasmiddel of was ze af in de afwasmaschine (rooster, opvangbak enz.). AQUA CLEAN Wij adviseren u voor een dagelijkse reiniging van de oven (na ieder gebruik) de volgende procedure uit te voeren: draai de functiekeuzeknop van de afgekoelde oven op de stand . Zet de knop van de thermostaat op 50° C. Giet in de opvangbak 0,4 l water en zet deze op de onderste geleiders. Na 30 minuten worden de resten van gerechten die op het emaille van de ovenwanden zitten zacht en kunt u deze met een vochtig doekje afvegen. VERVANGEN VAN HET LAMPJE IN DE OVEN • Zet alle bedieningsknoppen op “uitgeschakeld” en trek de stekker uit het stopcontact of schakel de hoofdschakelaar uit. • draai het glazen kapje van het lampje naar links • schroef het defecte lampje los en schroef het nieuwe lampje erin • zet het glazen kapje terug OPMERKING: Gebruik voor de verlichting uitsluitend een lampje van T 300 °C, E 14, 230 V~, 25 W. 1. Glazen kapje 2. Lampje 3. Fitting 4. Achterwand van de oven 61 KLACHTEN Wanneer zich een storing voordoet bij het apparaat tijdens de garantieperiode, repareer deze niet zelf. Stel de winkel waar u het apparaat gekocht hebt op de hoogte van de klacht, of de geautoriseerde klantenservice of een andere technische dienst in de Garantievoorwaarden is vermeld. Volg de aanwijzingen op die vermeld zijn in het Garantiebewijs en de Garantievoorwaarden. Zonder correct ingevuld Garantiebewijs wordt de klacht niet in behandeling genomen. VERWERKING EN RECYCLING VAN DE VERPAKKING Karton, verpakkinspapier: - inleveren bij centra voor gescheiden inzameling - in containers voor papier gooien Houten pallet: - centrum voor afvalverwerking - andere verwerking Verpakkingsfolies en PE-zakjes: - containers voor kunststof VERWERKING VAN AFGEDANKT APPARAAT Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG inzake Afgedankte Elektrische en Elektronische apparatuur (Waste Electrical and Electronic Equipment - WEEE). Deze richtlijn voorziet in een enkel Europees (CE) kader voor de verwerking en recycling van afgedankte apparaten. Het apparaat bevat waardevolle stoffen die hergebruikt kunnen worden. AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE EN AFSTELLING De installatie dient uitgevoerd te worden overeenkomstig geldende plaatselijke normen en voorschriften. De installatie van het fornuis moet uitgevoerd worden door een gekwalificeerde technicus. AANSLUITING VAN HET APPARAAT OP HET ELEKTRICITEITSNET: De installatie dient uitgevoerd te worden in overeenstemming met de geldende plaatselijke normen en voorschriften. De aansluiting van het apparaat op het elektriciteitsnet dient uitgevoerd te worden door een gekwalificeerd technicus. Voor de aansluting van het apparaat op het elektriciteitsnet moet een voorziening worden aangebracht met een afstand van de losgekoppelde contacten van minstens 3 mm. Aanbevolen wordt een aansluiting van het fornuis is een 3 fase aansluiting met netsnoer type H05RR-F5G-1,5, die aangepast is volgens afb. 9. De uiteinden van de draden moeten bestand zijn tegen uitrafelen met geperste eindstukken. Voor de 1-fase-aansluiting gebruik maken van een netsnoer van het type H05RR-F3G-4, de uiteinden van de geleiders moeten bevestigd worden volgens afb. 5. Om de uiteinden van de draden aan te sluiten onder de koppen van de schroeven in het klemmenbord de draden in het klemmenbord plaatsen en blokkeren met een klem (afb. 5). Sluit het deksel van het klemmenbord. Voor de aansluiting van het fornuis adviseren wij het gebruik van de voedingskabel: - Cu 3 x 4 mm2 min. voor 1-fase-aansluiting (beveiligingsschakelaar 35 - 38 A vafhankelijk van het type) - Cu 5 x 1,5 mm2 min. voor driefase-aansluiting (beveiligingsschakelaar 3x16 A) 62 BELANGRIJKE AANWIJZING Tijdens elke demontage en montage van het elektrische fornuis, behalve het dagelijks gebruik, moet de stekker van het apparaat altijd uit het stopcontact gehaald worden. Verzeker u ervan dat het apparaat uit staat. Voor de installatie van het apparaat moeten, voor de goede werking, de volgende handelingen verricht worden: • controle van de correcte aansluiting op het elektriciteitsnet, • controle van de juiste werking van de verwarmingselementen, bedienings- en regelelementen, demonstratie voor de klant van alle functies van het apparaat en het gebruik en het onderhoud. WAARSCHUWING: Het elektrische fornuis is een apparaat van klasse I volgens de beschermingsgraad tegen ongevallen veroorzaakt door elektrische stroom en dient met een veiligheidsschakelaar aan het elektriciteitsnet gekoppeld te zijn. 63 PLAATSING Het elektrische fornuis is bedoeld voor huishoudelijk gebruik. Het kan in ingebouwd worden in een keuken zonder zijtussenruimten (minimale breedte 500 mm). Het fornuis kan tussen kasten met die bestand zijn tegen een temperatuur van 100 °C geplaatst worden of met warmteisolerend materiaal bekleed zijn het is verboden om het fornuis op een sokkel te plaatsen. "X" is de minimumafstand 650 mm tot de afzuigkap, volgens aanbeveling van de fabrikant. IN HOOGTE VERSTELLEN VAN HET FORNUIS Het fornuis is voorzien van 4 stelschroeven waarmee het waterpas gezet kan worden of in hoogte versteld kan worden. PROCEDURE: • kantel het fornuis op zijn zijkant • draai de plastic schroeven in de voorste en achterste gaten op de onderkant • kantel het fornuis op de andere kant en draai de schroeven in de openingen aan de andere kant van het fornuis • stel et fornuis verder af met een schroevendraaier vanuit de opbergruimte van het fornuis. OPMERKING: De afstelling in hoogte (met de schroeven) is niet nodig als de hoogte en de afstelling van het apparaat zonder plastic schroeven goed zijn. WAARSCHUWING: De fabrikant behoudt zich het recht voor om kleine wijzigingen in de gebruiksaanwijzing aan te brengen die uit innovatieve of technologische wijzigingen van het product voortvloeien en die geen invloed hebben op de werking van het apparaat. 64 Tijdentabel - OVEN Gerecht Functie Voorverwarming Inzethoogte (vanaf de bodem) Temperatuur (°C) Bereidingstijd (minuten) Statisch Ventilator Statisch Ventilator Statisch Ventilator Statisch Ventilator X X X X - 2 2 2 2 2 2 1 1 180 - 210 170 - 190 180 - 210 170 - 190 180 - 210 170 - 190 190 - 210 170 - 190 70 - 90 70 - 90 55 - 75 55 - 75 70 - 90 70 - 90 100 - 120 100 - 120 X - 2 2 170 - 180 160 - 170 45 - 55 45 - 55 X - 2 2 170 - 180 160 - 170 35 - 45 35 - 45 X X X - 2 2 2 2 2 2 160 - 170 150 - 160 160 - 170 150 - 160 200 - 210 190 - 200 40 - 50 40 - 50 55 - 65 55 - 60 55 - 65 50 - 60 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 1 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 150 - 170 150 - 160 165 - 175 150 - 160 170 - 180 160 - 170 170 - 180 160 - 170 160 - 170 150 - 160 160 - 170 150 - 160 170 - 180 160 - 170 170 - 180 160 - 170 220 - 250 200 - 225 160 - 170 160 - 170 80 - 100 50 - 75 160 - 180 150 - 160 35 - 45 30 - 40 60 - 70 60 - 70 35 - 45 35 - 45 35 - 45 30 - 40 15 - 25 15 - 20 30 - 40 25 - 35 40 - 50 40 - 50 40 - 50 40 - 50 15 - 20 15 - 20 30 - 40 30 - 40 60 - 90 60 - 90 55 - 65 50 - 60 VLEES rund-, varkens- en kalfsvlees (1 kg) kip, konijn, eend (~1 kg) schapen-, geiten-, lamsvlees (~1 kg) gans (~2 kg) VIS HEEL (van ~ 0,8 tot 1 kg) brasem, forel, zalm Statisch Ventilator VISFILET (van ~ 0,5 tot 0,7 kg) zwaardvis, tonijn, kabeljauw Statisch Ventilator GROENTE (van ~ 0,5 tot 0,7 kg) gevulde paprika gevulde aardappelen gebakken aardappelen Statisch Ventilator Statisch Ventilator Statisch Ventilator TAARTEN enz. Statisch X Ventilator Statisch X Hartige taart met vulling (kaas) Ventilator Statisch X grote taart met lagen Ventilator Statisch X strudel Ventilator Statisch X koekjes Ventilator Statisch X zoet gebak Ventilator Statisch X hartige taarten (Quiche Lorraine) Ventilator Statisch X lasagne Ventilator Statisch X pizza Ventilator Statisch X taarten met vulling (ananas, perzik) Ventilator Statisch X schuimpjes Ventilator Statisch X soufflé Ventilator Opmerking: De bereidingstijden en -temperaturen zijn indicatief gerezen taart (broze taart) 65 Tijdentabel - GRILL Functie Voorverwarming (5 minuten) Inzethoogte (vanaf de bodem) Temperatuur (°C) Bereidingstijd (minuten) klapstuk Grill X 3 Maximum 20 - 30 varkenskoteletten Grill X 3 Maximum 15 - 20 saucijsjes Grill X 3 Maximum 20 - 30 vis Grill X 3 Maximum 15 - 25 kippenboutjes Grill X 3 Maximum 20 - 30 kebab Grill X 3 Maximum 20 - 30 varkensribstuk Grill X 3 Maximum 30 - 40 1/2 kip Grill X 3 Maximum 40 - 50 Levensmiddel VLEES Opmerking: De bereidingstemperaturen en -tijden zijn indicatief TECHNISCHE GEGEVENS PCCF 30201050 W PCCF 30201050 X PCCF 50201250 W PCCF 50201250 X PCCF 80211250 W PCCF 80211250 X 850 / 500 / 605 850 / 500 / 605 850 / 500 / 605 Linksachter Ø 145 mm (kW) 1,2 1,2 1,2 Linksvoor Ø 180/120 mm (kW) 1,7 1,7 / 0,7 1,7 / 0,7 Rechtsachter Ø 145 / 250 mm (kW) 1,7 2,0 / 1,2 2,0 / 1,2 Rechtsvoor Ø 145 mm (kW) 1,2 1,2 1,2 Bovenste verwarmingselement (kw) 0,75 0,75 0,75 Onderste verwarmingselement (kw) 1,10 1,10 1,10 Grillverwarmingselement (kw) 1,85 1,85 1,85 ELEKTRISCH FORNUIS Afmetingen: hoogte / breedte / diepte Kookplaat - elektrische kookzones Oven Rond verwarmingselement (kw) - - 2,00 Ventilator (w) - 30 (35) 30 (35) Verlichting (w) 25 25 25 Min. / Max temperatuur in oven 50 / 250° C 50 / 250° C 50 / 250° C 230 / 400 V ~ 230 / 400 V ~ 230 / 400 V ~ 7,7 8,1 9,3 Rooster + + + Opvangbak + + + Bakblik + + + Schrapertje + + + Voedingsspanning Totaal vermogen apparaat (kw) TOEBEHOREN Uitschuifbare geleiders + 66 INFORMATIEBLAD PCCF 30201050 W PCCF 50201250 W PCCF 80211250 W PCCF 30201050 X PCCF 50201250 X PCCF 80211250 X Model A - Het meest efficiënt B C D E F G - Het minst efficiënt A A Energieverbruik 0,79 0,79 52,3 53,1 (kW/h) Bereidingstijd bij standaardbelasting (min) Energieverbruik (kW/h) Bereidingstijd bij standaardbelasting (min) Bruikbare inhoud van de oven 49 A 079 0,79 47 44,3 45 42 46 46 1230 1230 Afmetingen van de oven KLEIN MIDDELGROOT GROOT Geluidsemissie (dB) Laagste energieverbruik (stand-by) (W) Oppervlakte grootste bakblik (cm2) 1230 67
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88

Whirlpool PCCF 80211250 X Gebruikershandleiding

Categorie
Ovens
Type
Gebruikershandleiding