Croozer Kid 2008/2009 de handleiding

Type
de handleiding
Versie 08/2007
Gebruikshandleiding
Croozer Kid for 1
Croozer Kid for 2
Originele handleiding - Goed opbergen
GEVAAR
Dit vervoermiddel van Croozer voor kinderen mag niet worden gebruikt als deze gebruikshandleiding niet gelezen of gegre-
pen is. Als deze voorschriften niet worden opgevolgd, kan dit zwaar lichamelijk letsel of de dood tot gevolg hebben.
2
„Zwei plus zwei“ Marketing GmbH
Stolberger Straße 1
D-50933 Köln
Telefoon: +49 - 2 21 - 95 14 70 - 0
Fax: +49 - 2 21 - 95 14 70 - 20
Alle rechten m.b.t. deze handleiding zijn voorbehouden aan
„Zwei plus zwei“ Marketing GmbH.
Er mogen geen teksten, gegevens of afbeeldingen van
deze handleiding verveelvoudigd, gedistribueerd of zonder
toestemming voor commerciële doeleinden gebruikt of aan
derden doorgegeven worden.
Het is mogelijk om meer exemplaren van deze handleiding
bij „Zwei plus zwei“ Marketing GmbH te bestellen of te
downloaden van www.croozer.eu.
Deze handleiding werd zorgvuldig samengesteld. Als u toch
fouten ontdekt, dan stellen wij het zeer op prijs als u ons
daarover informeert.
Inhoudsopgave
1. Algemene informatie.........................................................
2. Overzicht van de onderdelen............................................
3. Veiligheid..........................................................................
3.1 Uitleg over symbolen en instructies...............................
3.2 Algemene veiligheidsinformatie.....................................
3.3 Veiligheidsinformatie voor alle vervoerssituaties...........
3.4 Veiligheidsinformatie voor het vervoer van zuigelingen...
3.5 Veiligheidsinformatie voor onderhoud en reparatie.......
3.6 Waarschuwing tegen onbevoegde wijzigingen..............
4. Beschrijving van het basismodel.......................................
4.1 Verpakkingsinhoud.........................................................
4.2 Montage en opvouwen...................................................
4.3 Wielbevestiging..............................................................
4.4 Het 2-in-1 overtrek.........................................................
4.5 Instappen.......................................................................
4.6 De duwstang monteren..................................................
4.7 Stoel...............................................................................
4.8 Veiligheidsgordels..........................................................
4.9 Bagagecompartimenten.................................................
4.10 Gleuven voor de babyzitting........................................
4.11 Bediening van de parkeerrem......................................
5. Gebruik als etsaanhanger...............................................
5.1 Veiligheidsinformatie voor het gebruik als etsaanhanger..
5.2 Prestatiekenmerken bij gebruik als etsaanhanger.........
5.3 Wettelijke bepalingen....................................................
5.4 De dissel aan het voertuig bevestigen...........................
5.5 De dissel aan de ets bevestigen..................................
5.6 De veiligheidsvlag monteren..........................................
5.7 Goed op het volgende letten..........................................
6. Gebruik als joggingwagen................................................
6.1 Veiligheidsinformatie voor het gebruik als joggingwagen...
6.2 Prestatiekenmerken bij gebruik als joggingwagen...........
6.3 De wielarmen monteren...................................................
6.4 Het joggingwiel monteren.................................................
6.5 Montage en gebruik van de veiligheidsriem.....................
6.6 Goed op het volgende letten............................................
7. Gebruik als buggy.............................................................
7.1 Veiligheidsinformatie voor het gebruik als buggy...........
7.2 Prestatiekenmerken bij gebruik als buggy........................
7.3 Het buggywiel monteren...................................................
7.4 Montage en gebruik van de veiligheidsriem.....................
7.5 Goed op het volgende letten............................................
8. Accessoires......................................................................
9. Onderhoud, verzorging en opslag....................................
10. Technische gegevens.....................................................
11. Garantie..........................................................................
3
4
4
4
5
5
6
6
6
7
7
7
10
11
12
13
14
14
15
16
16
17
17
18
18
18
20
23
23
25
25
25
25
26
27
27
28
28
28
28
29
29
30
30
31
31
3
1. Algemene informatie
Gebruiksdoel
Gebruik volgens het beoogde doel
Het voertuig werd ontworpen om binnen de hierboven
aangegeven prestatielimieten en voor privé-gebruik overdag
kinderen op openbare en geplaveide wegen te vervoeren.
Het is ook mogelijk om bagage in de daarvoor bestemde
bagagevakken te vervoeren, mits de vervoerde kinderen
daardoor geen gevaar lopen.
Als dit vervoermiddel voor kinderen als etsaanhanger bij
slecht zicht, bij schemering of in het donker wordt gebruikt,
moet de volgende verlichting worden gemonteerd:
Voor het model Kid for 1: een rood achterlicht, links
gemonteerd.
Voor het model Kid for 2: een rood achterlicht, links
gemonteerd plus een naar voren gerichte witte lamp,
links gemonteerd.
De montage van deze lampen staat in hoofdstuk 5.3
beschreven.
Het beoogde doel omvat ook de naleving van deze
aanwijzingen en van de voorgeschreven
onderhoudsinstructies.
Gebruik dat niet aan het beoogde doel voldoet
Elk gebruik dat verder gaat dan hierboven beschreven,
voldoet niet aan het beoogde doel.
Gebruik dat niet aan het beoogde doel voldoet, is met name
het vervoer van personen samen met dieren, het gebruik
van deze aanhanger op ongeplaveide wegen, commercieel
gebruik, overbelasting, te hoge snelheid en de onjuiste
recti catie van defecten.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die is
ontstaan door gebruik dat niet overeenkomt met het
beoogde doel – dit is voor risico van de gebruiker.
U bent de gelukkige eigenaar van dit vervoermiddel
voor kinderen!
Dit nieuwe vervoermiddel voor kinderen onderscheidt zich
door de uitstekende kwaliteit, het gebruiksgemak, de hoge
veiligheidsstandaard en de grote inzetbaarheid.
Dankzij het 3-in-1-systeem kunt u nu samen met uw kinderen
etsen, wandelen, trektochten maken of joggen, zonder dat u
een heel wagenpark in de garage, kelder of schuur hoeft
te parkeren.
Dit vervoermiddel voor kinderen bestaat uit een onderstel
(passagiersplaats met chassis, parkeerrem, beveiligingsriem,
2-in-1 overtrek, duwbeugel en twee wielen van 20“) en het
3-in-1-pakket:
Disselboom
Draaibare buggywiel van 8“
Joggingwiel van 16“ met wielarmen
Voor wie is deze handleiding bestemd?
Deze handleiding is bestemd voor de kopers en gebruikers
van de Croozer Kid for 1 en Croozer Kid for 2. De kopers en
gebruikers zijn verantwoordelijk voor de goede staat, het
voorgeschreven onderhoud en de installatie ervan.
Raadpleeg bij het gebruik van dit voertuig als etsaanhanger
ook de gebruiksaanwijzingen van de ets die de aanhanger
trekt en de speci caties over de toegestane totaalbelasting
van de ets.
Prestatiekenmerken
Belasting Croozer Kid for 1 35 kg, 1 kind
Belasting Croozer Kid for 2 45 kg, max. 2 kinderen
maximale leeftijd van de kinderen 6 jaar
maximale lengte van de kinderen 117 cm
4
2. Overzicht van de onderdelen
3. Veiligheid
In dit deel staat uitleg over de gebruikte symbolen en
veiligheidsaanwijzingen en over de algemene gevaren die
gepaard gaan met het gebruik van het voertuig. Verder leest
u de speci eke gevaren die voorkomen als het voertuig in
het gewone straatverkeer wordt gebruikt. Verder wordt ook
gewaarschuwd tegen eigen aangebrachte wijzigingen en
veranderingen.
Het deel ’Veiligheid’ is het belangrijkste onderdeel van deze
handleiding. Lees dit deel dus aandachtig door en let op alle
instructies.
3.1 Uitleg over symbolen en instructies
In deze handleiding staat een waarschuwing bij alle
onderdelen met een veiligheidsaspect.
Bij de opsomming van de risico’s is rekening gehouden
met de ernst van de mogelijke schade.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Instructies waar dit symbool bij staat kunnen materiaalschade
met zich meebrengen. Als deze instructies niet worden
opgevolgd, kan het voertuig schade oplopen.
TIP
Hier vindt u instructies die het gebruik van dit product
vergemakkelijken.
GEVAAR
Hier vindt u instructies die opgevolgd moeten worden,
omdat er anders gezondheidsrisico’s, mogelijk lichamelijk
letsel of de dood van de gebruikers en passagieren
mogelijk is.
5
3.2 Algemene veiligheidsinformatie
Belangrijke informatie
Lees voor het gebruik deze handleiding aandachtig
door. Als u de veiligheidsinformatie niet opvolgt, kan dit
gevaarlijk zijn voor de gezondheid, of kunnen de gebruiker
en de passagiers (fataal) lichamelijk letsel oplopen.
Let bij het gebruik van de aanhanger altijd op de plaatselijke
veiligheids- en ongelukpreventiemaatregelen alsook op de
verkeersregels, waardoor het gebruik van de aanhanger
soms beperkt wordt.
U bent zelf verantwoordelijk voor het veilige en
aangepaste gebruik van de aanhanger. Ga voor het eerst
met de aanhanger zonder kinderen en niet op de openbare
weg oefenen. Een lege aanhanger kiept sneller om dan
een volgeladen aanhanger als u aan één kant over een
hindernis rijdt. Een volgeladen aanhanger stelt hogere
eisen aan de remeigenschappen dan een lege aanhanger.
Rijd heel voorzichtig over hellingen en door bochten en ga
langzamer rijden.
Informatie over de te vervoeren kinderen
Laat uw kind nooit zonder toezicht in de aanhanger zitten.
Let er regelmatig op dat de kinderen goed gekleed zijn en
dat ze zich bij de geldende temperatuur (hitte, kou) op hun
gemak voelen.
Er mogen alleen kinderen vervoerd worden die zelfstandig
rechtop kunnen zitten, tenzij er een Weber-babyzitting
(apart verkrijgbaar) wordt gebruikt.
De maximale lichaamsgrootte van de te vervoeren kin-
deren is 117 cm en ze mogen niet ouder zijn dan 6 jaar.
In de Croozer Kid for 2 mogen maximaal 2 kinderen
vervoerd worden, in de Croozer Kid for 1, slechts één kind.
Let erop dat de kinderen niet met ledematen, kleding of
speelgoed met de wielen van de aanhanger of met het
achterwiel van de ets in aanraking komen.
Informatie over de aanhanger
De bagage moet goed bevestigd worden, zodat niets
tijdens de rit kan verschuiven. Niet goed bevestigde
bagage en overbelasting reduceren de stabiliteit van de
aanhanger, waardoor het voertuig moeilijker onder controle
te houden is.
De aanhangers mogen nooit door een motorvoertuig ge-
trokken worden.
De aanhangers mogen nooit op het dak van een
motorvoertuig vervoerd worden, ook niet wanneer ze
opgevouwen zijn.
Op verschillende plaatsen worden bij deze aanhanger
zelfzekerende borgmoeren gebruikt. Deze mogen, eenmaal
losgedraaid, niet opnieuw gebruikt worden. Ze verliezen
namelijk hun oorspronkelijke werking wanneer ze losgedraaid
zijn, waardoor de schroefverbinding plotseling los kan
raken met alle ernstige gevolgen van dien.
Gebruik de aanhanger nooit bij een temperatuur die lager
is dan -20°C en berg de aanhanger ook nooit bij deze
temperatuur op, anders zullen de schijven breken.
Bij het open- en dichtvouwen bestaat klemgevaar.
Informatie over de kinderen in de aanhanger
Als de aanhanger wordt omgebouwd van etsaanhanger
tot joggingwagen of buggy (oftewel wordt omgekeerd),
dan mogen geen kinderen in de aanhanger zitten. Tijdens
onderhouds- of installatietaken mogen geen kinderen in de
aanhanger zitten.
De toegestane belasting van de Croozer Kid for 2 is
beperkt tot 45 kg. De toegestane belasting van de
Kid for 1 is 35 kg. De maximale belasting mag nooit over
schreden worden. Deze belasting bestaat uit het gewicht
van het kind plus het gewicht van eventuele bagage.
Leg aan uw kind uit dat hij of zij niet in de aanhanger mag
huppelen, schommelen of er uit mag leunen.
Bij een hogere temperatuur geven de banden een
geurtje af. Deze geur wordt door het overtrekmateriaal
geabsorbeerd. Dat kan er vervolgens toe leiden dat er
geuroverlast voor de kinderen ontstaat.
Bewaar daarom de wielen altijd uit de buurt van de rest
van de aanhanger.
3.3 Veiligheidsinformatie voor alle
vervoerssituaties
Informatie over de te vervoeren kinderen
Vervoer nooit bagage naast het kind in de stoel.
Vervoer nooit dieren samen met uw kinderen.
Informatie over de aanhanger
Rijd voorzichtig over hindernissen. De aanhanger kan
omkiepen als er met één kant over oneffenheden wordt
gereden, ook bij zeer lage snelheden.
Mocht de aanhanger omkiepen, dan fungeert de
duwstang als veiligheidsstang. Zorg dus dat de duwstang
altijd gemonteerd is.
De veiligheidsriem die gebruikt moet worden voor de
joggingwagen- en buggystand, moet altijd aan de duwstang
bevestigd zijn. Als etsaanhanger wordt de veiligheidsriem
onder het bagageovertrek in de cabine gehangen.
Controleer vóór elk gebruik de bandenspanning.
De voorgeschreven druk is minimaal 30 psi (1,5 bar) en
maximaal 35 psi (2,5 bar). Ook als er een hogere banden
spanning toegestaan is, wordt toch door de fabrikant
aangeraden de banden niet harder dan 35 psi (2,5 bar) op
te pompen.
Gebruik geen persluchtapparatuur (zoals aanwezig
bij benzinepompen). Door het kleine volume van de
binnenbanden kunnen deze barsten.
Nooit over traptreden rijden.
Controleer vóór elke rit of de wielen goed ingebouwd zijn.
Controleer vóór elke rit of de carrosserievergrendeling
goed vast zit.
Controleer vóór elke rit of de veiligheidspennen van de
duwbeugel juist ingevoerd en vastgezet zijn.
Steek de veiligheidspen van het buggywiel altijd in het
voorziene gat van de lagerhuls van het buggywiel, wanneer
u het niet gebruikt. Zet de pen met de veiligheidsbeugel vast.
6
Informatie over de kinderen in de aanhanger
Vervoer uw kinderen nooit zonder goed afgestelde en
vastgemaakte veiligheidsgordels. Als er een ongeluk
gebeurt, kan uw kind zware of zelfs dodelijke verwondingen
oplopen. Zorg er altijd voor dat de veiligheidsgordels aan
de grootte van het kind worden aangepast.
Bij snelheden die hoger zijn dan stapvoets moet het
gesloten 2-in-1 overtrek gebruikt worden.
De plastic vensters van de aanhanger bieden enige
bescherming tegen uv-stralen. Bescherm ook de kinderen
alsof ze zich in de buitenlucht bevinden.
Wanneer de kinderen in- en uitstappen moet de aanhanger
op de parkeerremmen staan, zodat het niet plotseling kan
wegrollen.
3.4 Veiligheidsinformatie voor het vervoer
van zuigelingen
Kinderen die nog niet zelfstandig rechtop
kunnen zitten, mogen alleen met de Weber-babyzitting
(apart verkrijgbaar) vervoerd worden.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor het gebruik van
andere stoelhulpstukken of babyzittingen.
Let altijd op de veiligheidsinformatie in de handleiding
van de Weber-babyzitting.
3.5 Veiligheidsinformatie voor onderhoud
en reparatie
De voorgeschreven onderhoudswerkzaamheden
(zie hoofdstuk 9) zijn verplicht voor het veilige gebruik van
de aanhanger op de lange termijn.
Gebruik alleen originele reserveonderdelen. Laat alle
onderdelen die met de veiligheid te maken hebben, zoals
frame, wielen, dissel en overtrek alleen door een vakman
vervangen.
Controleer alle onderdelen die met de veiligheid te ma-
ken hebben, zoals frame, wielen, dissel, overtrek en
veiligheidsgordels regelmatig op schade of scheuren.
Zorg dat elk onderdeel bij de minste schade door een
vakman wordt vervangen.
Scheuren in het overtrek zijn zeer gevaarlijk. Het kind kan
door scheuren in het overtrek met de wielen of de weg in
aanraking komen.
Als u ziet dat het overtrek is gescheurd, neem dan contact
op met een vakman, die het overtrek kan repareren of
vervangen.
Probeer nooit gebogen elementen die belangrijk zijn voor
de veiligheid, zoals bijv. het frame, de wielen of de dissel,
recht te buigen. Zorg dat deze delen door een vakman
vervangen worden. Dit onderdeel kan namelijk breken.
Aanbevolen wordt de wielen elk jaar door een vakman
te laten onderhouden.
3.6 Waarschuwing tegen zelf uitgevoerde
wijzigingen en toevoegingen
Zelf uitgevoerde wijzigingen of veranderingen aan het
voertuig zijn om veiligheidsredenen niet toegestaan en
leiden ertoe dat de garantie vervalt.
Het is niet toegelaten om een autokinderstoel of andere
niet uitdrukkelijk door de fabrikant goedgekeurde stoeltjes
of stoelsteunen te monteren.
Monteer geen toevoegingen, zoals bagagedragers.
Het is niet toegestaan om extra aanhangers aan de
duwstang of aan andere plaatsen van de aanhanger te
bevestigen en deze mee te trekken.
7
4. Beschrijving van het basismodel
4.1 Verpakkingsinhoud
Passagiercompartiment, wielen van 20“, duwbeugel,
veiligheidsvlag, duwbeugel, veiligheidsriem, etsdissel,
tweede koppeling voor de etsdissel, buggywiel van 8“,
joggingwiel van 16“ met wielarmen
4.2 Montage en opvouwen
Het basiselement monteren
Maak voorafgaand aan de montage van het basiselement
de transportbeveiliging aan de achterkant van het voertuig
los. Vouw de riem op en berg hem op in de bijbehorende tas
onder het dak van het overtrek.
De transportbeveiliging kunt u bij het opvouwen gebruiken om
ervoor te zorgen dat het voertuig niet per ongeluk in elkaar
klapt.
Bij de montage van het passagiercompartiment trekt u met
één hand de bovenste framebuis naar boven, terwijl u met de
andere hand het onderste framegedeelte tegenhoudt.
8
Houd de bovenste framebuis in de juiste positie en trek het
zitframe naar achteren.
Sluit vervolgens de vergrendeling aan de linkerkant (kijkend in
de rijrichting). De linkervergrendeling is juist gesloten als het
rode palelement over de naar boven gerichte framebuis klikt.
Sluit vervolgens de vergrendeling aan de rechterkant: trek de
rode schuifknop naar achteren en druk tegelijkertijd de
vergrendeling naar buiten.
Laat de rode schuifknop los. De bout past in het bijbehorende
gat in de naar boven gerichte framebuis. Soms moet u de
vergrendeling bij de losgelaten schuifknop iets heen en weer
bewegen.
GEVAAR
Controleer vóór elke rit of beide carrosserievergrendelingen
goed vastzitten. Anders kan het passagiercompartiment
ongewild in elkaar klappen en daarbij uw kind verwonden
of kunt u de controle over het voertuig verliezen.
De bout is een extra beveiliging om ervoor te zorgen dat het
geheel niet per ongeluk in elkaar klapt.
Controleer of de bout goed vast zit door het geheel naar
achteren te trekken zonder de schuifknop te gebruiken.
9
Het basiselement opklappen
Maak eerst de bout van de rechtervergrendeling los, door de
schuifknop naar achteren te trekken. Duw de vergrendeling
naar binnen.
Haal de linker vergrendeling los.
Druk het zitframe naar voren en haal de bovenste framebuis
naar beneden.
Trek het overtrek rechts en links naar buiten. Anders ontstaat
het gevaar dat het tussen de framebuizen vastgeklemd raakt
en beschadigd wordt.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Probeer nooit het passagierscompartiment op te klappen
zonder dat u de vergrendelingen loshaalt.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Bij een hogere temperatuur geven de banden een geurtje
af. Deze geur wordt door het overtrekmateriaal
geabsorbeerd. Dat kan er vervolgens toe leiden dat er
geuroverlast voor de kinderen ontstaat.
Bewaar de wielen daarom altijd uit de buurt van de rest
van de aanhanger.
10
4.3 Wielbevestiging
De wielen van de Croozer-modellen zijn uitgerust met
zogenaamde drukknop-assen. Wanneer u op de rubberen
doppen in het midden van de wielen drukt, gaan de
kogelkleppen los die de as in de houder bevestigen. Alleen
wanneer de rubberen dop ingedrukt is, kunnen de wielen
gemonteerd of verwijderd worden.
TIP
Het wiel wordt het beste gemonteerd wanneer het voertuig
op zijn zijkant ligt.
Als u een wiel wilt monteren, steekt u de wielas zo ver moge-
lijk in de ashouder, terwijl u de rubberen dop ingedrukt houdt.
Laat de rubberen dop los. Controleer door het wiel heen en
weer te trekken of hij in de houder vast zit en niet losgehaald
kan worden.
De parkeerremmen (zie hoofdstuk 4.11) moeten los staan
voordat de wielen aangebracht kunnen worden.
Let er altijd op dat de ashouder vrij is. Het overtrek mag
niet over de ringvormige zijvlakken van de ashouder liggen,
anders kan de wielas niet ver genoeg in de houder gestoken
worden, waardoor de arrêteerkogel niet goed vastgezet kan
worden.
GEVAAR
Controleer vóór elke rit of de wielen goed in de houder vast
zitten en dat ze er niet afgetrokken kunnen worden zonder
dat op de rubberen knop wordt geduwd.
11
4.4 Het 2-in-1 overtrek
De Croozer-modellen hebben een 2-in-1 overtrek waarmee de
zitruimte van de passagiers comfortabel gemaakt kan worden.
Het overtrek dekt de toegangsopening af en, indien helemaal
gesloten, biedt het bescherming tegen regen, wind en kou.
Het 2-in-1 overtrek bestaat uit een oprolbaar doorzichtig
venster met daaronder een net dat bescherming biedt tegen
insecten. Het doorzichtige venster zit aan de bovenkant aan
de stof van het 2-in-1 overtrek vastgenaaid en aan de
onderkant heeft het klittenbandsluitingen.
In opgerolde toestand wordt het doorzichtige venster onder de
rubberen riempjes aan de zijkant vastgezet.
Het hele 2-in-1 overtrek kan ook opgerold en met een centrale
riem vastgezet worden. Daarvoor moet het doorzichtige
venster uitgerold en aan het stoffen frame vastgezet zijn.
Als de bevestigingsriem niet wordt gebruikt, kan hij in de tas
van de transportbeveiliging opgeborgen worden
(zie hoofdstuk 4.2).
Het 2-in-1 overtrek wordt aan weerszijden met een dubbele
klittenbandsluiting gesloten. Eerst wordt het klittenband van
het 2-in-1 overtrek op het klittenband van het voertuig gedrukt.
Dan wordt de tegensluiting van het voertuig aan de buitenkant
op het klittenband van het 2-in-1 overtrek gedrukt.
Tussen beide dubbele klittenbandsluitingen in bevinden zich
nog eens drie klittenbandsluitingen voor wanneer het
2-in-1 overtrek opgerold aan het frame bevestigd moet
worden.
Het 2-in-1 overtrek openen:
Open eerst bij beide klittenbandsluitingen de buitenste
carrosserieriempjes. Trek het 2-in-1 overtrek aan beide
onderste hoeken gelijkmatig naar boven.
12
Voor extra ventilatie van de Croozer, met name wanneer het
buiten warm is, kan ook het bagageovertrek opgerold en met
een klittenbandsluiting vastgezet worden.
Voor reparatie- en reinigingsdoeleinden kan het
2-in-1 overtrek ook helemaal afgenomen worden.
Open dan de drukknoppen aan weerszijden en maak
de bevestigingsriem aan de binnenkant los.
De drukknoppen zijn aan weerszijden op een riempje
aangebracht. U kunt de drukknoppen gemakkelijker weer
sluiten door onder de riempjes tegen de knoppen aan te drukken.
TIP
Aanbevolen wordt zeer lange spatborden aan het
achterwiel en een rubberen spatbord aan de trek ets te
monteren, zodat de voorkant van het voertuig niet zo vuil
wordt.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Als men sneller dan stapvoets rijdt, moet het
2-in-1 overtrek worden gesloten. Zodoende kan uw kind
niet door insecten of opgeworpen steentjes verwond raken.
GEVAAR
De plastic vensters van de aanhanger bieden slechts enige
bescherming tegen uv-stralen. Bescherm de kinderen
tegen de zon, alsof ze zich in de buitenlucht bevinden.
4.5 Instappen
Let erop dat uw kind tijdens het instappen niet op het voorste
materiaalvlak gaat staan. Anders gaat op den duur de
onderste naad van de instapopening kapot.
13
4.6 De duwstang monteren
Als zich aan de uiteinden van de bovenste framebuizen vóór
de eerste montage van de duwstang transportbeveiligingen
bevinden, dan haalt u deze weg.
Schuif het achterste deel van het 2-in-1 overtrek iets naar
voren, zodat het dwarsgat vrij is.
Steek beide uiteinden van de duwstang gelijktijdig in de
uiteinden van de bovenste framebuizen. De greep van de
duwstang is naar boven gericht.
Schuif de uiteinden van de duwstang naar binnen totdat het
niet verder gaat, zodat de dwarsgaten van het handvat en die
van de framebuis tegen elkaar aan liggen.
Zet de duwstang vast door beide bevestigingspennen door de
genoemde uitgelijnde gaten in de duwstang en de framebuis
te steken. Zet de borgpen vast door de beugel over de pen te
halen.
TIP
Vanwege de fabrikagetoleranties kan het voorkomen dat de
duwstang niet zo makkelijk in de framebuizen gestoken kan
worden. Als dit het geval is, gebruik dan wat siliconenspray.
GEVAAR
Controleer altijd of de duwbeugel met beide borgpennen
vastgezet is, anders kan de duwbeugel losraken, waardoor
de aanhanger per ongeluk weg kan rollen, wat een ernstig
ongeluk kan veroorzaken
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Mocht het voertuig omkiepen, dan dient de duwstang als
veiligheidsstang. Laat de duwstang dus altijd zitten, ook als
het voertuig als etsaanhanger wordt gebruikt.
Trek het achterste deel van het 2-in-1 overtrek weer terug
over de borgpen. Controleer of de drukknoppen waarmee het
2-in-1 overtrek vast zit, ook dicht zijn (zie hoofdstuk 4.4).
14
4.7 Stoel
De stoel van het Croozer-voertuig wordt met verstelbare
riemen aan het frame bevestigd. De spanning van de zitstof
kan met de verstelbare riemen gewijzigd worden.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
De riemen van de stoel moeten strak, maar niet al te strak
aangetrokken zijn. Als de riemen te strak zijn
aangetrokken, kan het zijn dat de Croozer niet
goed opgevouwen kan worden.
In het bovenste deel van de rugleuning zijn de
Croozer-voertuigen uitgerust met een kussen dat
u kunt verwijderen en schoon kunt maken.
4.8 Veiligheidsgordels
Dankzij het beproefde 5-punts gordelsysteem van de Croozer,
kunnen uw kinderen veilig en comfortabel vastgezet worden.
Ga als volgt te werk om de gordel om het kind te bevestigen:
Zet het kind op de stoel wanneer de riemen los zijn.
Let erop dat de kruisgordel zich tussen de benen van het
kind in bevindt.
Maak de gordel vast door de steker van de
schouder-heupgordelcombinatie in de gesp te steken.
Beide delen van de veiligheidsgordel moeten met een
duidelijke klik vastgezet worden. Controleer of de gordels
goed zijn bevestigd door eraan te trekken.
Verstel de lengte van de drie gordels.
15
Zorg ervoor dat de gesp zich onder de borst van het kind
bevindt.
De gordels moeten om het lichaam van het kind passen,
zonder dat er enige druk op het lichaam wordt uitgeoefend.
GEVAAR
Zorg dat de veiligheidsgordels altijd goed bevestigd zijn.
Als er een ongeluk gebeurt, kan uw kind anders zware of
zelfs dodelijke verwondingen oplopen. Zorg er altijd voor
dat de veiligheidsgordels aan de grootte van het kind
worden aangepast.
GEVAAR
Controleer vóór elke rit alle gespen. In het ernstigste geval
houden de gordels het kind niet tegen, wat de
bovengenoemde ernstige gevolgen kan hebben.
4.9 Bagagecompartimenten
De Croozer-modellen hebben een groot bagagecompartiment
achter de stoel, een kleine binnentas bij de achterste
framesluiting en twee kleine nettasjes naast de stoel.
GEVAAR
De bagage moet goed bevestigd worden, zodat niets
tijdens de rit kan verschuiven. Niet goed bevestigde
bagage en overbelasting reduceren de stabiliteit van het
voertuig, waardoor het moeilijker onder controle te houden is.
GEVAAR
De bagagetassen mogen slechts met een beperkt gewicht
geladen worden. Let ook op de aanwijzingen over de
belasting in hoofdstukken 6.6 en 7.5.
GEVAAR
Vervoer geen zware of grote voorwerpen in het grote
bagagecompartiment van het voertuig wanneer u
tegelijkertijd ook kinderen vervoert (kans op ongelukken
tijdens het remmen).
16
4.10 Gleuven voor de babyzitting
De Croozer-modellen zijn uitgerust met de volgende gleuven
voor de bevestiging van een Weber-babyzitting:
in de Croozer Kid for 1: 2 gleuven in de stoel en 2 gleuven
bij de voeten
in de Croozer Kid for 2: 5 gleuven in de stoel en 2 gleuven
bij de voeten
Vraag bij de winkelier naar de Weber-babyzitting.
4.11 Bediening van de parkeerrem
Elk wiel van het Croozer-voertuig heeft een parkeerrem.
Beide parkeerremmen moeten apart aangetrokken worden.
Wilt u een rem aantrekken, dan trekt u met de hand de hendel
aan de rode knop naar boven, tot het voorste deel van de
hendel in de schijf van het wiel steekt. Als de hendel niet
meteen naadloos past, trekt u het voertuig iets naar voren
of naar achteren.
Als u de rem wilt loshalen drukt u de remhendel helemaal
naar beneden.
GEVAAR
Gebruik altijd beide parkeerremmen. Parkeren met slechts
één rem is niet afdoende.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Als u de rem met de voet activeert, kan dit schade aan het
remmechaniek en aan de wielen veroorzaken.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
De parkeerrem is niet geschikt voor het afremmen van een
voertuig.
17
5. Gebruik als etsaanhanger
Compleet opgestelde etsaanhanger met dissel en
veiligheidsvlag
5.1 Veiligheidsinformatie voor het gebruik
als etsaanhanger
Algemene veiligheidsinformatie voor het
gebruik als etsaanhanger:
Belangrijke informatie
Lees altijd de veiligheidsinformatie in het hoofdstuk
„Veiligheid“ aan het begin van deze handleiding goed door.
Trek de aanhanger alleen als u er voldoende ervaring en
kracht voor hebt. U moet minstens 16 jaar oud zijn om
kinderen in de etsaanhanger te vervoeren.
Zorg ervoor dat de ets veilig en goed onderhouden is.
Aanbevolen wordt de ets regelmatig door een vakman te
laten onderhouden.
Als u eraan twijfelt of uw ets geschikt is om een
aanhanger te trekken, raadpleeg dan een vakman.
Aanbevolen wordt om een lang achterspatbord en een
achteruitkijkspiegel met spatrand op de ets te monteren.
Let bij het gebruik van deze aanhanger ook op de
informatie in de handleiding van de ets. Controleer of de
ets geschikt is om een aanhanger te trekken en wat het
maximumgewicht van ets plus aanhanger is.
Als u de ets met aanhanger gaat parkeren, dan moet
u ervoor zorgen dat het geheel veilig staat. Door de
aanhanger aan de ets te koppelen, verandert het
zwaartepunt van de ets, waardoor bepaalde standers niet
goed meer functioneren. De ets kan dan omvallen. De
aanhanger en de ets kunnen beschadigd raken.
Raadpleeg bij twijfel altijd een vakman.
Informatie over de te vervoeren kinderen
Vervoer geen zware of grote voorwerpen in de
bagageruimte van de aanhanger wanneer u
tegelijkertijd kinderen vervoert (kans op ongelukken
tijdens het remmen).
Aanbevolen wordt dat de etser en de te vervoeren
kinderen die zelfstandig rechtop kunnen zitten, een
passende en geschikte helm dragen.
Informatie over de aanhanger
Bij gebruik als etsaanhanger mag het buggywiel nooit aan
de bumper bevestigd worden.
Let erop dat de straal bij een bocht naar rechts kleiner is.
Wanneer het achterwiel van de ets in aanraking komt met
de dissel, bestaat er kans op ongelukken en lichamelijk
letsel.
Let erop dat bij achterwaartse manoeuvres de aanhanger
niet onder een hoek van meer dan 90° tot de ets wordt
geduwd, anders kan de verbinding beschadigd worden.
Let erop dat de dissel goed op het voertuig gemonteerd
en bevestigd is (zie hoofdstuk 5.4).
Informatie over de kinderen in de aanhanger
Let erop dat de aanhanger alleen los- en vastgemaakt mag
worden als er geen kinderen in de aanhanger zitten.
Rij nooit zonder dat het 2-in-1 overtrek gesloten is, anders
kan uw kind door insecten, opgeworpen steentjes of vuil
gewond raken.
Vóór elke rit:
Let erop dat de dissel goed op het voertuig gemonteerd en
bevestigd is, zie hoofdstuk...
Controleer of de verbinding met de ets goed vast zit. Als
deze verbinding niet goed tot stand is gebracht, kan de
aanhanger van de achteras losraken.
Let erop dat de dissel goed op de ets gemonteerd en
bevestigd is (zie hoofdstuk 5.5).
Controleer vóór elk gebruik de werking van alle
waarschuwingselementen: spaakre ectoren, re ectoren
aan de voor- en achterkant, de veiligheidsvlag en zo nodig
ook de verlichting.
Let op: bij schemering en wanneer het donker is, moeten
de ets en de aanhanger met de voorgeschreven ver-
lichting uitgerust zijn (zie hoofdstuk 1 „Doelmatig gebruik“).
Zorg bij elk gebruik dat de maximale belasting van de
aanhanger niet wordt overschreden en dat de steunbelas
ting binnen de limieten ligt.
Tijdens de rit:
Rijd altijd voorzichtig en let altijd goed op de weg vóór
u. Zorg dat u nooit volop op de rem moet gaan staan.
Als u volop op de rem gaat staan, bestaat de kans dat
het achterwiel van de ets zijwaarts verschuift, waardoor
u de controle over het geheel verliest.
De toegestane maximumsnelheid voor het rijden met deze
aanhanger is 25 km/h. Door de bocht dient u stapvoets te
rijden!
Bedenk goed dat het stuur- en remgedrag van uw ets
door het trekken van een aanhanger anders wordt.
Vermijd om met één wiel over hindernissen te rijden, met
name door bochten! De aanhanger kan omkiepen, zelfs
wanneer u stapvoets rijdt!
18
5.2 Prestatiekenmerken bij gebruik als
etsaanhanger
Maximumsnelheid 25 km/uur
Topsnelheid in bochten Stapvoets
Toegelaten belasting van
disselkoppeling
(door de belasting te verdelen) 1 tot 10 kg
Toegelaten grootte van het
achterwiel van de trekkende ets 26 of 28 Zoll
5.3 Wettelijke bepalingen
Als dit vervoermiddel voor kinderen als etsaanhanger bij
slecht zicht, bij schemering of in het donker wordt gebruikt,
moet de volgende verlichting worden gemonteerd:
Voor het model Kid for 1: een rood achterlicht, links
gemonteerd
Voor het model Kid for 2: een rood achterlicht, links
gemonteerd plus een naar voren gerichte witte lamp,
links gemonteerd
Batterijlichten zorgen voor een goede verlichting van de
aanhanger.
Het achterlicht kan aan een riem boven-achter bevestigd
worden.
Het voorlicht kan aan de voorste bumper worden bevestigd.
Let erop dat de lampen loodrecht en in de rijrichting worden
gemonteerd.
Vraag de vakhandelaar naar de meest geschikte verlichting
en de montage daarvan.
5.4 De dissel aan het voertuig bevestigen
De dissel wordt altijd aan de linkerkant bevestigd, kijkend in
de rijrichting.
Wanneer de dissel voor het eerst wordt gemonteerd, wordt
aangeraden het voertuig op een horizontaal en schoon
oppervlak op zijn achterkant te leggen. Zo kunt u het
bevestigingssysteem van de dissel beter overzien en
ermee vertrouwd raken.
Voor de verdere montage moet het voertuig aan de
voorkant opgetild worden.
Verwijder eerst de borgpen uit de disselhouder onder
de voorste bumper.
19
De dissel wordt zo aan het voertuig bevestigd, dat het gat aan
de achterkant naar boven wijst.
Duw het achterste einde van de dissel in het achterste einde
van de disselhouder.
De zijbouten moeten in de geleidergleuven van de
disselhouder vast komen te zitten.
Druk de dissel naar boven, zodat de bouten in de
geleidergleuven naar boven schuiven.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Zorg dat de riempjes waar de borgpen mee vast zit, niet
beklemd raken.
Druk de dissel helemaal in de disselhouder, zodat u de
borgpen onder de dissel door in beide gaten onderin de
disselhouder kunt steken. Steek de borgpen van buiten
naar binnen door de gaten in de disselhouder.
20
Zet de borgpen vast door de beugel over de pen te halen.
Goed gemonteerde dissel, gezien vanaf de onderkant.
Raadpleeg de vakhandelaar. Hij kan de dissel op verzoek op
de juiste wijze monteren.
GEVAAR
Controleer altijd of de borgpen door de bevestigingsbeugel
tegengehouden wordt.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Let erop dat de niet gebruikte borgpen aan de rechterkant
van het voertuig in de rechterdisselhouder bevestigd en
vastgezet is, zoals eerder beschreven. Een losse,
neerhangende borgpen kan van het voertuig afgerukt
worden of het voertuig beschadigen.
GEVAAR
Let erop dat de dissel altijd juist gemonteerd is, anders kan
de dissel losraken, wat een ernstig of fataal ongeluk tot
gevolg kan hebben.
5.5 De dissel aan de ets bevestigen
Het verbindingsstuk aan de ets bevestigen
Monteer de dissel en het verbindingsstuk altijd aan de
linkerzijde van de ets, kijkend in de etsrichting.
Het verbindingsstuk moet altijd zo bevestigd worden dat het
vierkant vanuit de as gezien verticaal naar beneden wijst.
Alleen wanneer het uitvaleinde of andere kenmerken van uw
ets deze verticale bevestiging onmogelijk maken, mag het
verbindingsstuk horizontaal, naar achteren wijzend, worden
bevestigd.
21
GEVAAR
Gezien de verschillende mogelijke uitvaleinden, kan het
heel soms voorkomen dat het verbindingsstuk in geen
enkele stand juist bevestigd kan worden. Als u niet zeker
bent van de juiste bevestiging van het verbindingsstuk
aan de ets, dient u de vakhandelaar te raadplegen.
GEVAAR
Als de Croozer achter een ets aan wordt getrokken, hangt
de veiligheid van uw kind en van uzelf af van de juiste
montage van het verbindingsstuk. Ga dus bijzonder
zorgvuldig te werk. Fiets nooit met een onjuist verbonden
of los zittend verbindingsstuk. Raadpleeg bij twijfel altijd
de vakhandelaar!
De koppeling met de snelspanner aan de ets
monteren
Demonteer de snelspanner en steek de snelspanneras door
het verbindingsstuk. Duw de snelspanner dan weer door de
holle as en schroef de instelmoer vast. Draai de instelmoer
van de geopende snelspanner naar rechts, totdat de
drukvlakken van de snelspanner tegen het uitvaleinde
aan liggen.
Sluit de snelspannerhendel.
De snelspanner is alleen goed ingesteld als u een duidelijke
weerstand voelt wanneer u hem sluit. De weerstand moet
ca. 60° vóór het einde van de hendelbeweging voelbaar zijn.
Als het te makkelijk of te moeilijk is om de snelspanner te
gebruiken, kunt u de instelmoer op de andere naafzijde iets
aan- of losdraaien.
GEVAAR
Als u niet zeker weet hoe u de snelspanner bij de montage
moet gebruiken, roep dan de hulp in van uw vakhandelaar.
TIP
Voor etsen met een te korte snelspanner, is een speciale
snelspanner met langere as verkrijgbaar.
GEVAAR
De draad van de instelmoer van de snelspanner moet met
minstens 5 volle slagen op de snelspanneras geschroefd
worden, zodat er voldoende klemkracht op het geheel
wordt uitgeoefend. Een te korte snelspanneras kan ervoor
zorgen dat het achterwiel per ongeluk losraakt, hetgeen tot
beschadigingen en ongevallen zal leiden. Raadpleeg bij
twijfel altijd de vakhandelaar!
22
Het verbindingsstuk aan een ets met askoppeling
monteren
Als u het verbindingsstuk wilt monteren aan een ets met
askoppeling, ga dan als volgt te werk:
Demonteer de linker asmoer. Plaats het koppelingselement
op de as, schroef de asmoer er weer op en draai hem stevig
vast.
GEVAAR
De asmoer moet met minstens 5 volledige slagen op de
asdraad geschroefd worden, zodat er voldoende
klemkracht op het geheel wordt uitgeoefend. Een te korte
draad kan ervoor zorgen dat het achterwiel per ongeluk
losraakt, hetgeen tot beschadigingen en ongevallen zal
leiden. Raadpleeg bij twijfel altijd de vakhandelaar!
De dissel op het verbindingsstuk monteren
Schuif het vierkante disselverbindingselement zover mogelijk
over het op de ets gemonteerde verbindingsstuk.
Steek de borgpen door de uitgelijnde gaten in het verbin-
dingsstuk en het vierkante disselverbindingselement. Zet de
borgpen vast door de beugel over de pen te halen.
Leg de veiligheidsriem om de kettingdrager van de ets af,
zoals staat afgebeeld. Bevestig de veerhaak aan de D-ring
van de dissel.
GEVAAR
Raadpleeg voor het gebruik van een ets met as altijd de
vakhandelaar. Er bestaan achterwielnaven met borgringen
waar onvoldoende klemkracht op uitgeoefend kan worden.
De vakhandelaar heeft daar speciale borgringen voor.
U mag de aangebrachte borgringen nooit verwijderen,
omdat ze ervoor zorgen dat de achterwielas niet kan
verschuiven.
23
GEVAAR
Zet de dissel altijd met de veiligheidsriem vast. Als de
dissel losraakt van het verbindingsstuk, blijft de aanhanger
alsnog met de ets verbonden.
GEVAAR
Controleer afgezien daarvan altijd of de koppeling goed is
gemonteerd. Als de verbinding losraakt, kan de dissel in de
spaken van het etswiel terechtkomen. Dit zorgt voor kans
op een ongeluk en lichamelijk lestel voor de etser!
5.6 De veiligheidsvlag monteren
De veiligheidsvlag wordt in een gat bovenaan in de framebuis
linksachter gestoken. In de stoffen bespanning is hier een
gaatje voorzien. Trek het gaatje in de juiste stand, zodat u de
veiligheidsvlag erin kunt steken.
Steek de veiligheidsvlag er zo ver mogelijk in.
5.7 Goed op het volgende letten
Let op alle veiligheidsinformatie aan het begin van dit
hoofdstuk en de algemene veiligheidsinformatie aan het
begin van de handleiding.
Gewichtsverdeling, draagvermogen van de
disselkoppeling
De positionering van de zitplaats in het Croozer-voertuig is
zo gekozen dat de gewichtsverdeling optimaal is wanneer er
alleen kinderen in zitten.
Alleen het gewicht van de bagage is daarnaast van invloed
op de gewichtsverdeling. De fabrikant heeft de in
hoofdstuk 4.9 beschreven bagagevakken voor het vervoer
van bagage aangebracht. Het vervoer van bagage naast het
kind op de stoel is verboden. Aanbevolen wordt ook geen
bagage in de voetruimte te vervoeren.
Het is belangrijk om het draagvermogen te controleren als u
zware bagage samen met een licht kind wilt vervoeren of als
u de Croozer als aanhanger gebruikt.
Het draagvermogen van de koppeling van de aanhanger mag
voor een veilig rijgedrag niet meer dan 1 tot 10 kg bedragen.
Het draagvermogen is het gewicht dat op de koppeling drukt,
wanneer de aanhanger beladen is.
Als u niet zeker bent van het draagvermogen, dan kunt u een
weegschaal gebruiken:
Plaats de weegschaal naast de dissel van de ingeladen
aanhanger.
Ga op de weegschaal staan en noteer uw gewicht.
Til de dissel aan de koppeling ca. 30 cm van de grond af.
Het aangegeven gewicht mag niet meer dan 1 tot 10 kg hoger
zijn dan uw eigen gewicht.
GEVAAR
Vermijd om met één wiel over hindernissen te rijden, met
name door bochten! De aanhanger kan omkiepen, zelfs
wanneer u stapvoets rijdt!
Compleet gemonteerde dissel
24
Geschiktheid van de ets
Raadpleeg altijd de handleiding van de trekkende ets,
waarin staat vermeld wat het maximale
belastingsvermogen van de ets is.
Voorbeeld 1: De fabrikant zegt: “Deze ets is geschikt voor
het trekken van een aanhanger zonder remmen met een
totale massa van 40 kg“. Dan is de maximale belasting van de
aanhanger 26,7 kg, omdat de aanhanger zelf 13,3 kg weegt
(Voorbeeld Kid for 1).
Voorbeeld 2: De fabrikant zegt: “De toegestane totale
belasting van de ets van 120 kg mag niet overtroffen worden.
Let er a.u.b. op dat de totale belasting ook niet overtroffen
mag worden wanneer u een aanhanger aan de ets kop-
pelt“. Als u in dit geval het maximale belastingsgewicht wilt
vaststellen, moet u van de toegelaten totale belasting eerst
het gewicht van de ets (plus alle bijkomende onderdelen en
tassen), dan uw eigen gewicht en dan het lege gewicht van
de aanhanger aftrekken.
Als de ets bijv. 15 kg weegt en de etser 72 kg, dan mag
er maximaal 19,7 kg op de aanhanger worden gelegd
(120 – 15 – 72 – 13,3 = 19,7).
De gewichtinformatie over uw aanhanger staat in
hoofdstuk 10 “Technische gegevens“..
GEVAAR
Als er in de handleiding van uw ets geen informatie staat
over het gebruik van aanhangers, dan wil dat niet zeggen
dat er geen beperkingen op dat gebruik bestaan.
Raadpleeg in dat geval altijd uw vakhandelaar.
Vóór elke rit
GEVAAR
Bij gebruik als etsaanhanger mag het buggywieltje
(zie hoofdstuk 7) nooit aan de bumper bevestigd zijn.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Steek de borgpen voor het buggywiel altijd in het voorziene
gat van de lagerhuls voor het buggywiel en zet de pen met
de veiligheidsbeugel vast. Anders kan een los neerhangende
borgpen de onderkant van het voertuig beschadigen.
Tijdens de rit
Let op alle veiligheidsinformatie aan het begin van dit
hoofdstuk en de algemene veiligheidsinformatie aan het
begin van de handleiding.
GEVAAR
Pas er bij het maken van bochten en het rangeren op dat
de hoek tussen de ets en de aanhanger nooit groter wordt
dan 90°. De koppeling kan anders beschadigd worden.
25
6. Gebruik als joggingwagen
6.1 Veiligheidsinformatie voor het gebruik
als joggingwagen
Lees altijd de veiligheidsinformatie in het hoofdstuk
„Veiligheid“ aan het begin van deze handleiding.
Inspecteer vóór elk gebruik de montage van alle onder-
delen, vooral van de wielen en de duwstang.
Bij gebruik als joggingwagen mag het buggywiel nooit aan
de bumper bevestigd zijn.
Parkeer het voertuig alleen op een horizontaal oppervlak.
Trek altijd beide parkeerremmen aan wanneer de
joggingwagen stil staat. Parkeren met slechts één rem is
niet afdoende.
Als u het voertuig gaat parkeren, dan moet u ervoor zorgen
dat het geheel veilig staat.
Wanneer u de joggingwagen duwt, dient u altijd de aan
de duwbeugel bevestigde veiligheidsriem om uw pols te
wikkelen.
Skeeleren met de joggingwagen is niet toegestaan.
Ga eerst eens oefenen zonder kinderen, maar wel met
volledige bepakking en niet op de openbare weg, zodat
u aan de bewegingen van de wagen kunt wennen.
De parkeerrem is niet geschikt voor het afremmen van
een voertuig.
Om te vermijden dat het voertuig naar achteren omkiept,
mag het bagagevak achteraan het voertuig niet te zwaar
beladen worden (zie hoofdstuk 6.6).
Nooit over traptreden rijden.
6.2 Prestatiekenmerken bij gebruik als
joggingwagen
Topsnelheid op een rechte weg 15 km/uur
Topsnelheid in bochten Stapvoets
Topsnelheid op hellingen Stapvoets
6.3 De wielarmen monteren
Let op! De linker- en rechterwielarmen zijn verschillend. De
in de rijrichting gezien linker wielarm heeft aan de achterkant
een gat dat bij de montage naar boven gericht moet zijn.
De wielarmen worden op dezelfde manier als de dissel
gemonteerd en vastgezet (zie hoofdstuk 5.5).
GEVAAR
Controleer altijd of beide borgpennen door de
bevestigingsbeugel tegengehouden worden.
GEVAAR
Let erop dat de wielarmen altijd juist gemonteerd zijn.
Anders kunnen ze losraken, wat tot een zwaar ongeluk
kan leiden.
GEVAAR
U mag met de buggy niet skeeleren!
26
6.4 Het joggingwiel monteren
De as van het joggingwiel heeft twee vlakken.
Open de snelspannerhendel van het joggingwiel zover
mogelijk. Schuif het joggingwiel zo in de uitvaleinden van de
wielarmen, dat de asvlakken parallel aan de gleuf van de
uitvaleinden liggen.
Draai de afstelmoer van de geopende snelspanner naar
rechts, totdat de drukvlakken van de snelspanner tegen het
uitvaleinde aan liggen.
Sluit de snelspanner.
Als het joggingwiel niet in het uitvaleinde geschoven kan wor-
den, draait u de afstelmoer van de snelspanner naar links.
Schuif het joggingwiel zo ver mogelijk in het uitvaleinde naar
binnen en zet hem in de rijrichting.
De snelspanner is alleen goed ingesteld als u een duidelijke
weerstand voelt wanneer u hem sluit. Deze weerstand moet
circa 60° vóór de eindafstelling van de snelspannerhendel
gevoeld worden.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Let op de juiste klemkracht van de snelspanner. Als hij niet
vast genoeg ingesteld is, zit het joggingwiel los en kan
het wiel in het ergste geval van het voertuig losraken. Als
de snelspanner te hard aangedraaid is, worden de plastic
uitvaleinden beschadigd, waardoor het geheel niet goed
zal functioneren.
Als u het joggingwiel wilt afnemen, haalt u de snelspanner los
en draait u de afstelmoer los door deze 2 tot 3 slagen naar
links te draaien.
TIP
Als het joggingwiel niet goed vooruit draait, kunt u het wiel
opnieuw uitlijnen.
De snelspanner mag in de gesloten toestand niet precies naar
de uitvaleinden gericht zijn. In deze stand kan niet voldoende
klemkracht opgebouwd worden.
27
6.5 Montage en gebruik van de
veiligheidsriem
Om te vermijden dat het voertuig per ongeluk wegrolt, is het
uitgerust met een veiligheidsriem.
Deze riem bevindt zich in de kleine binnentas bij de achterste
framesluiting (zie hoofdstuk 4.9).
Leg de veiligheidsriem met het korte einde om de duwbeugel
en monteer daarna de duwbeugel zoals in hoofdstuk 4.4 staat
beschreven.
Tijdens de rit wikkelt u het losse uiteinde om uw pols.
Als de veiligheidsriem niet nodig is, bijv. als het voertuig als
etsaanhanger wordt gebruikt, dan bergt u het op onder het
bagageovertrek in de binnenruimte, zodat de riem niet
rondvliegt.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Let erop dat kinderen tijdens het in- en uitstappen niet op
de wielarmen gaan staan. Bij tussenstops mogen ze ook
niet op de wielarmen zitten. De wielarmen kunnen
beschadigd worden.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Steek de borgpen voor het buggywiel altijd in het voorziene
gat van de lagerhuls voor het buggywiel en zet de pen met
de veiligheidsbeugel vast. Anders kan een los neerhangende
borgpen de onderkant van het voertuig beschadigen.
GEVAAR
Bij gebruik als etsaanhanger mag het buggywieltje
(zie hoofdstuk 7) nooit aan de bumper bevestigd zijn.
GEVAAR
Wanneer u de joggingwagen duwt, dient u altijd de aan
de duwbeugel bevestigde veiligheidsriem om uw pols te
wikkelen. Zodoende wordt voorkomen dat het voertuig per
ongeluk wegrolt.
GEVAAR
Om te vermijden dat het voertuig naar achteren omkiept,
mogen de bagagevakken achteraan het voertuig niet te
zwaar beladen worden. U controleert dat als volgt: Druk de
duwstang ca. 150 mm naar beneden. Het voertuig moet
naar de oorspronkelijke stand terugvallen en mag niet naar
achteren omkiepen.
6.6 Goed op het volgende letten
Let op alle veiligheidsinformatie aan het begin van dit hoof-
dstuk en de algemene veiligheidsinformatie aan het begin van
de handleiding.
28
7. Gebruik als buggy
7.1 Veiligheidsinformatie voor het gebruik
als buggy
Lees altijd de veiligheidsinformatie in het hoofdstuk
„Veiligheid“ aan het begin van deze handleiding.
Inspecteer vóór elk gebruik de montage van alle
onderdelen, vooral van de wielen en de duwstang.
Parkeer het voertuig alleen op een horizontaal oppervlak.
Trek altijd de beide parkeerremmen aan wanneer de buggy
stil staat. Parkeren met slechts één rem is niet afdoende.
Wanneer u de buggy duwt, dient u altijd de veiligheidsriem
om uw pols te wikkelen.
Skeeleren is met de buggy niet toegestaan.
Joggen is met de buggy niet toegestaan.
De parkeerrem is niet geschikt voor het afremmen van een
voertuig.
Om te vermijden dat het voertuig naar achteren omkiept,
mag het bagagevak achteraan het voertuig niet te zwaar
beladen worden (zie hoofdstuk 7.5).
Nooit over traptreden rijden.
7.2 Prestatiekenmerken bij gebruik als
buggy
Maximumsnelheid Stapvoets
7.3 Het buggywiel monteren
Wanneer het buggywiel voor het eerst wordt gemonteerd,
wordt aangeraden het voertuig op een horizontaal en schoon
oppervlak op zijn achterkant te leggen. Zo kunt u het
bevestigingssysteem van het buggywiel beter overzien
en ermee vertrouwd raken.
Voor de verdere montage moet het voertuig aan de voorkant
opgetild worden.
Nadat u de borgpen uit het gat hebt getrokken, steekt u de
bout van het buggywiel in de huls onderaan de bumper, tot hij
niet verder gaat.
Steek de borgpen door het dwarsgat van de huls.
GEVAAR
Het is niet toegestaan om met de buggy te skeeleren of te
joggen!
29
Zet de borgpen vast door de beugel over de pen te halen.
7.4 Montage en gebruik van de
veiligheidsriem
Om te vermijden dat het voertuig per ongeluk wegrolt, is het
uitgerust met een veiligheidsriem.
Deze riem bevindt zich in de kleine binnentas bij de achterste
framesluiting (zie hoofdstuk 4.9).
Leg de veiligheidsriem met het korte einde om de duwbeugel
en monteer daarna de duwbeugel zoals in hoofdstuk 4.4 staat
beschreven.
Tijdens de rit wikkelt u het losse uiteinde om uw pols.
Als de veiligheidsriem niet nodig is, bijv. als het voertuig als
etsaanhanger wordt gebruikt, dan bergt u het op onder het
bagageovertrek in de binnenruimte, zodat de riem niet
rondvliegt.
7.5 Goed op het volgende letten
Let op alle veiligheidsinformatie aan het begin van dit
hoofdstuk en de algemene veiligheidsinformatie aan het
begin van de handleiding.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Let er op dat de borgpen van de disselhouders aan de
disselhouders bevestigd zijn, zoals in hoofdstuk 5.5 staat
beschreven. Losse, neerhangende borgpennen kunnen
losgerukt worden of het voertuig beschadigen.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Zorg ervoor dat het buggywiel niet tegen de stoeprand of
andere obstakels stoot. De bevestigingsbout dan namelijk
kapot gaan.
GEVAAR
Om te vermijden dat het voertuig naar achteren omkiept,
mogen de bagagevakken achteraan het voertuig niet te
zwaar beladen worden. U controleert dat als volgt: Druk de
duwstang ca. 150 mm naar beneden. Het voertuig moet
naar de oorspronkelijke stand terugvallen en mag niet naar
achteren omkiepen.
GEVAAR
Wanneer u de buggy duwt, dient u altijd de aan de
duwbeugel bevestigde veiligheidsriem om uw pols te
wikkelen. Zodoende wordt voorkomen dat het voertuig
per ongeluk wegrolt.
30
8. Accessoires
Weber babyzitting
Inlas voor de Weber babyzitting
Gewatteerde babysteun
Ligdekentje
Zonnekap
Wintervoetenzak
Combivoetenzak
Regenovertrek
Voetenmat
Askoppeling
Verlichting
9. Onderhoud, verzorging en
opslag
GEVAAR
Als de arrêteerkogel en de drukknoppen niet regelmatig
onderhouden worden, kunnen ze op den duur niet goed
meer functioneren. Daardoor kan het wiel losraken,
waardoor ernstige ongelukken kunnen gebeuren.
GEVAAR
Als de dissel op de één of andere manier beschadigd is,
moet hij vervangen worden, zodat hij niet zal breken of
een ongeluk veroorzaken.
Raadpleeg bij twijfel altijd een vakman.
Maak regelmatig de wielassen, de arrêteerkogels en de
drukknoppen schoon. Smeer wat vet of olie op de
arrêteerkogels en de drukknoppen.
Wielen
Laat de wielen (banden, velgen, spaakspanning, aslagers)
minstens eenmaal per jaar door de vakhandelaar controleren.
Maak de wielen regelmatig schoon en bewerk ze vooral
tijdens de wintermaanden met zuurvrije vaseline.
Overtrek
Controleer het overtrek regelmatig op mogelijke beschadiging
(zoals scheuren).
GEVAAR
Scheuren in het overtrek kunnen gevaarlijk zijn. Het kind
kan door scheuren in het overtrek met de wielen of de weg
in aanraking komen.
Als u een scheur in het overtrek opmerkt, dient u onmiddellijk
contact met de vakhandelaar op te nemen. Het overtrek
kan dan gerepareerd of vervangen worden.
Maak het overtrek regelmatig met huishoudzeep of met een
zacht schoonmaakmiddel en wat warm water schoon. Gebruik
nooit een verdunning of wasbenzine.
Opslag
Plaats de Croozer in een droge en goed geventileerde ruimte.
Droog het voertuig eerst goed af, voordat u het opbergt,
omdat er anders schimmel en vochtvlekken kunnen ontstaan.
Plaats het voertuig zo veel mogelijk uit direct zonlicht, zodat
de kleuren niet verbleken.
Zorg ervoor dat de etsaanhanger niet lange tijd aan de ets
gekoppeld blijft.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Niet alleen bevatten de banden rubber, maar ook een groot
aantal chemische substanties die de fysieke kenmerken
ervan verbeteren. Deze stoffen kunnen in ongunstige
omstandigheden vlekken op de voor- en zijpanelen
veroorzaken. Verder geven de banden bij een hogere
temperatuur een geurtje af. Deze geur wordt door het
overtrekmateriaal geabsorbeerd. Dat kan er vervolgens
toe leiden dat er geuroverlast voor de kinderen ontstaat.
Bewaar daarom de wielen altijd uit de buurt van de rest
van de aanhanger.
Algemeen onderhoud
Zorg goed voor deze aanhanger.
Alle gelakte, verchroomde of verzinkte onderdelen (incl. de
schroefverbindingen) moeten regelmatig schoongemaakt
en met in de handel verkrijgbare verzorgingsproducten
beschermd worden.
Vraag bij de vakhandelaar naar de meest geschikte
verzorgingsproducten.
Dissel
Controleer de dissels regelmatig op mogelijke beschadiging
(zoals scheuren).
31
10. Technische gegevens
L x B x H, zonder dissel
(Croozer Kid for 1) 103 x 73,5 x 85 cm
(Croozer Kid for 2) 106 x 88 x 85 cm
L x B x H, opgeklapt
(Croozer Kid for 1) 111 x 73 x 29 cm
(Croozer Kid for 2) 112 x 87,5 x 30 cm
Leeggewicht van het onderstel
(Croozer Kid for 1) 13,3 kg
(Croozer Kid for 2) 14,6 kg
Belasting
(Croozer Kid for 1) 35 kg
(Croozer Kid for 2) 45 kg
Wielgrootte voor het onderstel 20“
Maat van het joggingwiel 16“
Maat van het buggywiel 8“
11. Garantie
De garantie geldt altijd voor fabrieksfouten. Schade die
ontstaat als gevolg van onjuist gebruik, geweld, onvoldoende
onderhoud of normale slijtage wordt niet gedekt door deze
garantie.
De duur van de wettelijke garantie is afhankelijk van de
wettelijke bepalingen in elk individueel land.
Onze producten bevatten elementen of onderdelen die bij
gewoon gebruik zullen slijten. Deze slijtage varieert sterk
al naar gelang de soort en de mate van gebruik en ook
het gegeven onderhoud en de verzorging van het product.
Met name bij intensief gebruik (dagelijks en in allerlei
weersomstandigheden, e.d.) kunnen individuele onderdelen
of elementen beginnen te slijten voordat de wettelijke
garantieperiode is verstreken. Aangezien het product
vervro egd is versleten als gevolg van het gebruik,
betekent dit niet dat het product zelf defect is.
Wij hebben daarom ter informatie de volgende tabel
samengesteld, waarin de elementen staan vermeld die veel
zullen slijten plus de voornaamste factoren die van invloed
zijn op de mate van deze slijtage.
Ongeacht:
het soort gebruik
de gebruiksintensiteit
verzorging en onderhoud
zullen de componenten en elementen van een voertuig
slijten, zie de volgende tabel.
Het hangt erg van het onderhoud en de verzorging van de
produkten af hoe snel de slijtagelimiet wordt bereikt, maar
natuurlijk ook van het soort gebruik en de gebruiksintensiteit,
zoals:
Het aantal afgelegde kilometers
Belasting door:
Passagiers
Bagage
De rijstijl:
De intensiteit waarmee versneld en geremd wordt
Snelle bochten nemen
De weersomstandigheden:
Uv-stralen
Vochtigheidsgraad
Vuil
Temperatuur
Zoute lucht
Contact met zout water
Met zout bestrooide straten
De opslag
Het onderhoud:
Tijd tussen twee onderhoudsbeurten
Onderhoudsmiddelen
Opslag
Onderhoud en inspectie
Lees de volgende tabel (‘Slijtagefactoren’) goed door. Hier
ziet u duidelijk aangegeven welke factoren met name van
invloed zijn op de mate van slijtage van elk individuele
onderdeel.
32
Factoren die de slijtage van de voertuigen versnellen:
www.croozer.eu
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32

Croozer Kid 2008/2009 de handleiding

Type
de handleiding