Panasonic nn e 205 de handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
de handleiding
NI-1
Nederlands
Uw magnetronoven controleren
Pak uw magnetron uit, verwijder al het ver-
pakkingsmateriaal en controleer de magnetron op
schade, zoals deuken, beschadigde deurvergren-
delingen of barsten in de deur. Waarschuw uw
dealer onmiddellijk als u beschadigingen aantreft.
Een beschadigde magnetronoven mag niet gein-
stalleerd worden.
Aarding
BELANGRIJK: DIT APPARAAT DIENT VOOR UW
PERSOONLIJKE VEILIGHEID JUIST GEAARD
AANGESLOTEN TE WORDEN.
Indien uw stopcontact niet is geaard, is het de per-
soonlijke veranwoordelijkheid van de klant om het
te laten vervangen door een juist geaarde wand-
contactdoos.
Bedrijfsspanning
Het voltage dient in overeenstemming te zijn met
de op het label van de oven opgegeven spanning.
Wanneer een hogere spanning gebruikt wordt, kan
dit brand of andere beschadigingen veroorzaken.
Plaatsen van de oven
1. Zet het toestel op een platte, stevige onder-
grond.
2. Wanneer deze oven geinstalleerd is, moet het
toestel gemakkelijk gescheiden kunnen worden
van de stroomtoevoer door de stekker los te
trekken of door een schakelaar te gebruiken.
3. De magnetronoven kan alleen op de juiste wijze
functioneren, indien er voldoende ventilatie is.
Plaatsing op een meubel:
a. Boven de magnetronoven moet een ruimte
vrij gelaten worden van 15 cm, aan de
achterzijde 10 cm, aan de zijkant 5 cm, en
aan de andere zijkant een ruimte van meer
dan 40 cm.
b. Wanneer een van de zijden van de mag-
netronoven tegen een wand staat, mogen
de andere zijde of de bovenkant niet
geblokkeerd zijn.
4. Plaats de magnetronoven niet vlak naast andere
elektrische apparatuur of een gasfornuis.
5. Verwijder de voetjes van de magnetronoven niet.
6. Deze magnetronoven is uitsluitend bestemd voor
huishoudelijk gebruik. Niet buitenshuis gebruiken.
7. Het is af te raden de magnetronoven in een
vochtige omgeving te gebruiken.
8. Het netsnoer mag niet in aanraking komen met
de buitenzijde van de oven Houdt het snoer uit de
buurt van warme of hete oppervlakken. Laat het
snoer niet over de rand van een tafel of aanrecht
hangen. Dompel het snoer, de stekker of de oven
niet onder in water.
9. De ventilatie-openingen bovenop en achterop de
magnetronoven mogen niet geblokkeerd worden.
Indien deze openingen geblokkeerd zijn terwijl de
magnetronoven in gebruik is, kan hij oververhit
raken. Een thermische beveiliging zal in dit geval
de magnetronoven buiten werking stellen en de
oven weer inschakelen zodra hij is afgekoeld.
Plaatsing op een meubel
Installatie en aansluiting
WAARSCHUWING
Belangrijke Veiligheidsinstructies
1. De deurafdichtingen en de plaatsen
hieromheen moeten worden schoongemaakt
met een vochtige doek. Het apparaat moet
gecontroleerd worden op beschadigingen aan
de deurafdichtingen en de plaatsen rondom
deze afdichtingen; indien er sprake van
beschadiging is, mag het apparaat niet gebruikt
worden totdat het door een door de fabrikant
erkende onderhoudstechnicus gerepareerd is.
2. Probeer niet zelf reparaties uit te voeren aan
de ovendeur, het bedieningspaneel, de vei-
ligheids-vergrendelingsschakelaars of welk
ander deel van de magnetronoven dan ook.
Verwijder de behuizing van de magnetron-oven
niet; deze biedt bescherming tegen bloot-
stelling aan magnetron-energie. Reparaties
mogen uitsluitend door gekwalificeerd servi-
cepersoneel worden uitgevoerd.
3. Gebruik dit apparaat niet, indien het NET-
SNOER en/of de STEKKER beschadigd zijn.
Indien het apparaat niet goed functioneert,
beschadigd of gevallen is, mogen in verband
met de veiligheid reparaties uitsluitend uitge-
voerd worden door onderhoudspersoneel welke
door de fabrikant erkend zijn.
4. Indien het netsnoer beschadigd is, moet dit
direct vervangen worden door gekwalificeerde
technici om mogelijke schade/letsel te
voorkomen.
5. Kinderen mogen de magnetronoven uitsluitend
onder toezicht gebruiken wanneer ze goed
ingelicht zijn, zodat ze de oven op veilige wijze
kunnen bedienen en zich bewust zijn van de
gevaren van onjuist gebruik.
6. Ontploffingsgevaar bestaat indien voedsel of
dranken in een gesloten blik of fles verwarmd
worden.
Vrije
ruimte
10cm
15cm
5cm
Nl-2
Veiligheidsinstructies
Gebruik van uw magnetronoven
1. Gebruik de oven uitsluitend voor het bereiden
van voedsel. Deze magnetronoven is speciaal
ontworpen voor het opwarmen en bereiden
van voedsel. Gebruik de magnetronoven niet
om chemische of andere niet eetbare pro-
ducten te verwarmen.
2. Voor gebruik dient u er zich van te verzekeren
dat alle te gebruiken hulpmiddelen
(schalen/bakvormen enz.) geschikt zijn voor
gebruik in de magnetronoven.
3. Gebruik de magnetronoven niet om kranten-
papier, kleding of andere materialen te dro-
gen. Ze kunnen vlam vatten.
4. Gebruik de magnetronoven niet om voorwer-
pen (anders dan de accessoires) in op te
bergen.
5. Gebruik het apparaat niet ZONDER DAT ZICH
HIERIN VOEDSEL BEVINDT. Het apparaat
kan hierdoor beschadigd raken.
6. Als er rook in uw oven ontstaat, druk dan op
de ST
OP/WISTOETS of zet de TIMER-
schakelaar terug in de nul-stand en laat de
deur gesloten. Trek de stekker uit het stopcon-
tact of schakel de elektriciteitsvoorziening uit.
Ovenlicht
Voor vervanging van de lamp van de oven moet
u contact opnemen met uw dealer.
Accessoires
Er wordt een aantal toebehoren bij deze mag-
netronoven geleverd. Volg altijd de instructies op
van het betreffende toebehoren.
Glazen draaiplateau
1. Gebruik de magnetronoven niet zonder de
draai-steun en het glazen draaiplateau.
2. Gebruik uitsluitend het glazen draaiplateau
dat speciaal voor deze magnetronoven ont-
worpen is.
3. Als het glazen draaiplateau heet is, moet het
eerst afkoelen voordat u het schoonmaakt of
in water onderdompelt.
4. Het glazen draaiplateau kan in beide richtin-
gen draaien.
5. Indien het voedsel in de schaal op het plateau
de wanden van de oven raakt, waardoor het
draaien stopt, gaat het draaiplateau automa-
tisch in de tegengestelde richting draaien. Dit
is normaal.
6. Bereid geen voedsel direct op het glazen
draaiplateau.
Draai-steun
1. De draai-steun en de ovenbodem moeten
regelmatig worden gereinigd om ongewenste
geluiden en het ophopen van voedselresten
te voorkomen.
2. Tijdens het koken moet de draai-steun altijd
samen met het glazen draaiplateau worden
gebruikt.
NI-3
Belangrijke informatie
1) Kooktijden
De in het kookboek vermelde kooktijden zijn
bij benadering gegeven. Factoren, die invloed
hebben op de kookduur, zijn: de begin-
temperatuur, de hoeveelheid voedsel en de
materialen die voor het koken worden
gebruikt.
Begin met de minimale kooktijd om te voor-
komen dat het voedsel te gaar wordt. Als
het voedsel niet gaar genoeg geworden is,
kunt u het altijd nog wat langer bereiden.
OPMERKING: Als u het voedsel langer
kookt dan de aanbevolen kooktijden, kan
het bederven, en in extreme gevallen zelfs
vlam vatten en de magnetronoven
beschadigen.
2) Kleine hoeveelheden voedsel
Kleine hoeveelheden voedsel met een gering
vochtgehalte kunnen uitdro-
gen, aanbranden of zelfs ver-
branden als ze te lang
doorkoken. Indien het
voedsel in de oven vlam vat,
moet de ovendeur gesloten
blijven, de magnetronoven uit
gezet worden en moet de stekker uit het
stopcontact worden genomen.
3) Eieren
Kook met de magnetron geen ongepelde
eieren en verwarm geen hardgekookte
eieren. Eieren kunnen omwille van de druk
ontploffen, zelfs na hun opwarming in de
magnetron.
4) Niet-poreuze schil
Voedsel zonder poreuze schil, zoals
aardappelen, eierdooiers en worstjes, moeten
doorprikt worden alvorens ze met de
magnetronoven te bereiden. Zo voorkomt u
dat ze exploderen.
5) Vleesthermometer
Indien u gebruik maakt van een vleesther-
mometer voor vlees en gevogelte, gebruik
deze dan alleen wanneer het voedsel
buiten de magnetronoven is. Gebruik geen
conventionele vleesthermometer binnen de
magnetronoven, omdat vonken kunnen
optreden.
6) Vloeistoffen
Indien vloeistoffen, zoals soep, sauzen en
dranken opgewarmd worden in uw magne-
tronoven, kunnen deze zonder te gaan borre-
len heter worden dan het kookpunt.
Hierdoor kan de hete vloeistof plotseling gaan
overkoken. Om dit te voorkomen, kunnen de
volgende stappen ondernomen worden:
a) Gebruik geen rechte glazen of bekers met
smalle of toelopende bovenkant.
b) Niet te lang verwarmen.
c) Roer de vloeistof om alvorens deze in de
oven te plaatsen en roer halverwege de
opwarmtijd nogmaals om.
d) Laat de vloeistof na het verwarmen nog even
in de oven staan en roer goed om voordat u
de vloeistof uit de oven haalt.
7) Papier/kunststof
Als u voedsel gaat verwarmen in kunststof
of papieren bakjes, dient u de oven regel-
matig te controleren omdat deze bakjes bij
oververhitting vlam kunnen
vatten.
Gebruik geen gerecycled pa-
pier (b.v. keukenrol), tenzij het
papierproduct gekenmerkt is
als zijnde veilig voor gebruik in
een magnetronoven.
Onzuiverheden in recycled papier
kunnen in de magnetron
vonken en/of brand veroorzaken.
Verwijder metalen sluitingen van braadzakken
voordat u deze in de oven plaatst.
8) Keukengerei/folie
Verwarm nooit gesloten potjes of flessen
omdat deze kunnen exploderen.
Gebruik geen metalen bakjes of schotels met
metalen randen tijdens de magnetron-functie.
Hierdoor kunnen er vonken ontstaan
Bij gebruik van aluminiumfolie, vleesspiesen
of andere metalen voorwerpen, moet de af-
stand tot de ovenwanden minimaal 2 cm
bedragen om vonkoverslag te voorkomen.
9) Zuigflessen/potjes babyvoeding
De speen of deksel moeten verwijderd wor-
den van zuigflessen of potjes babyvoedsel
alvorens ze in de magnetronoven te plaatsen.
Schud zuigflessen goed en roer de inhoud
van de potjes met babyvoeding een paar
maal om.
Controleer de temperatuur van het voedsel
voor het nuttigen zorgvuldig om een
mogelijke verbranding te voorkomen.
Nederlands
Nl-4
De magnetron-oven
[1] Deur-ontgrendelknop
Indrukken om de deur te openen. Indien u de deur tijdens het koken opent, wordt het
kookproces tijdelijk onderbroken, zonder dat de eerder ingevoerde instellingen verdwij-
nen. Het kookproces zal hervatten van zodra de deur gesloten is.
[2] Doorkijkvenster
[3] Veiligheids-deurvergrendelingssystem
[4] Ventilatie-openingen
[5] Bedieningspaneel
[6] Glazen draaiplateau
[7] Draai-steun
[8] Externe ventilatie-openingen
[5]
[2]
[3]
[4]
[6]
[7]
[8]
[1]
NI-5
Nederlands
(1) Functieschakelaar magnetronvermogen / ontdooien
(2) Timer-schakalaar
(3) Deur-ontgrendeltoets
Bedieningspanelen
*Opmerking:
De uitvoering van het bedieningspaneel kan afwijken van de afbeelding (afhankelijk van de kleur).
De functies zijn echter dezelfde.
NN-E205 / NN-E235 / NN-E245*
(1)
(2)
(3)
NI-6
Koken met de magnetronoven
800 W
600 W
360 W
270 W
90 W
Wattage
Draai de functieschakelaar
om het gewenste
vermogen te selecteren.
Stel het vermogen voor het ontdooien,
m.b.v. de schakelaar, in.
Stel de tijd voor het ontdooien, m.b.v. de timer-
schakelaar in. Als de deur gesloten is, zal het
ontdooien onmiddellijk starten. Voor het instellen van
korte ontdooitijen dient de timer-schakelaar eerst op
2 minuten ingesteld te worden en vervolgens op de
gewenste ontdooitijd.
Stel, d.m.v. het draaien van de
timer-schakelaar, de kooktijd in. Als
de deur gesloten is, zal het
kookproces onmiddellijk starten.
Voor het instellen van korte
kooktijden dient de timer-
schakelaar eerst op 2 minuten
ingesteld te worden en vervolgens
op de gewenste kooktijd.
Opmerkingen:
1. Indien u het gerecht tijdens de bereiding wilt controleren, kunt u gewoon de deur openen. De
magnetronoven stopt het proces automatisch. Om het kookproces te vervolgen, dient de deur
gesloten te worden.
2. Om het kookproces te beëindigen, draait u de timer-schakelaar op nul. M.b.v. de timer-schakelaar
kunt u de bereidingstijd op ieder moment van het kookproces wijzigen.
3. Zodra u het gerecht, nadat het kookproces afgerond is, uit de magnetron neemt, dient de timer-
schakelaar op nul gesteld te worden.
4. Het glazen draaiplateau dient tijdens het gebruik van de magnetron, altijd op de juiste positie
geplaatst te zijn.
Hoog
Midden
Laag
Ontdooien
Opwarmen
Het vermogen voor het ontdooien is 270 W.
Ontdooien
NI-7
Tips Voor Het Ontdooien
NAGAARTIJDEN
Afzonderlijke porties voedsel kunnen praktisch
onmiddellijk na het ontdooien bereid worden. Het
is normaal dat grotere porties voedsel in het mid-
den nog bevroren zijn. Alvorens te gaan bereiden
minimaal een uur laten staan. Tijdens de rust-
tijd, wordt de temperatuur gelijkmatig verdeeld en
wordt het voedsel door geleiding ontdooid.
Opmerking: Indien het voedsel niet onmiddellijk
bereid wordt, moet het in de koelkast bewaard
worden. Ontdooid voedsel mag nooit opnieuw
ingevroren worden zonder dat het eerst gekookt
is.
BRAADSTUK EN GEVOGELTE
Plaats de braadstukken bij voorkeur op een
omgekeerd bord of plastic rooster, zodat ze niet
in hun sappen komen te liggen. Het is van essen-
tieel belang om delicate of uitstekende delen van
dit vlees af te dekken met kleine stukjes folie, om
te voorkomen dat deze delen gaan koken. Het is
niet gevaarlijk om kleine stukjes folie in uw mag-
netron te gebruiken, mits zij niet in contact
komen met de wanden van de magnetron.
GEHAKT OF BROKJES VLEES EN VIS
Omdat de buitenkant van dit soort voedsel snel
ontdooit, moeten zij van elkaar gescheiden wor-
den; breek het blok in regelmatige stukken tijdens
het ontdooien en verwijder de stukjes die reeds
ontdooid zijn.
KLEINE PORTIES VOEDSEL
Koteletten en stukken kip moeten zo snel mogelijk
van elkaar gescheiden worden, zodat zij gelijk-
matig en volledig ontdooien. Vettige delen en de
uiteinden ontdooien sneller. Leg deze in de buurt
van het midden van het draaiplateau of dek ze af.
Ontdooien
BROOD
Voor brood is de standaard insteltijd noodzakelijk
om deze geheel te ontdooien. De standaard
insteltijd kan verkort worden door de sneden
uiteen te halen of het brood in twee te snijden.
Nederlands
NI-8
Vragen en antwoorden
V: Waarom kan de oven niet
worden ingeschakeld?
A: Controleer het volgende wanneer de oven niet kan wor-
den ingeschakeld:
1. Is de stekker goed aangesloten? Neem de stekker
uit het stopcontact, wacht tien seconden en steek
de stekker weer in het stopcontact.
2. Controleer de zekering en de stroomonderbreker.
Schakel de stroomonderbreker in of vervang de zek
ering als hij uitgeschakeld resp. doorgeslagen is.
3. Indien de stroomonderbreker of de zekering in orde
zijn, probeer dan een ander apparaat op het stop
contact aan te sluiten. Indien het andere apparaat
werkt, is er waarschijnlijk een probleem met de
oven. Indien het andere apparaat niet werkt, is er
waarschijnlijk een probleem met het stopcontact.
Indien het er naar uitziet dat er een probleem met
de oven is, moet contact opgenomen worden met
een erkend servicecentrum.
A: Er kan een bepaalde mate van storing op de radio en TV
optreden wanneer de magnetronoven wordt gebruikt.
Deze storing is gelijk aan het soort interferentie dat
veroorzaakt wordt door kleine huishoudelijke apparaten
zoals mixers, stofzuigers, haardrogers e.d. Dit duidt niet
op een storing in uw magnetronoven.
A: Wanneer u de magnetronoven gebruikt met een ander
vermogen dan 800 W (MAX. vermogen) schakelt de
oven automatisch lagere vermogensniveaus is. Dit gaat
gepaard met klik-geluiden en het dimmen van de ver-
lichting.
A: De warmte afkomstig van het bereiden van het voedsel
verwarmt de lucht in de oven. Deze warme lucht wordt
de oven uitgeleid via het luchtstroompatroon in de oven.
Deze lucht bevat geen magnetronstraling. De ventilatie-
openingen van de oven mogen nooit geblokkeerd wor-
den.
V: Waarom dimt het oven-
licht?
V: Soms komt er warme
lucht uit de ventilatie-
openingen van de oven.
Waarom?
V: Mijn magnetronoven
stoort mijn TV-toestel. Is
dit normaal?
Dit produkt voldoet aan de Europese standaard (EN 55011) voor EMC interferentie 's
(EMC = Elektromagnetische Compabiliteit) Overeenkomstig deze standaard behoort dit
produkt tot de groep 2 apparatuur, klasse B en voldoet deze aan alle vereiste normen.
Groep 2 houdt in dat de Frequentie energie wordt opgewekt in de vorm van elektromag-
netische straling bedoeld voor het verwarmen en koken van voedsel. Groep B wil zeggen
dat dit produkt toegepast kan worden voor normaal huishoudelijk gebruik.
Dit apparaat voldoet aan de vereisten van richtlijn 2002/96/EG van het
Europees Parlement en de Raad betreffende afgedankte elektrische en
elektronische apparatuur (AEEA).
Deze richtlijn bepaalt het kader voor de inzameling, verwijdering en recy-
clage van afgedankte apparatuur.
NI-9
Nederlands
Verzorging van uw magnetronoven
Technische specificaties
De specificaties kunnen zonder nadere aankondiging worden gewijzigd.
Netvoeding 230 V, 50 Hz
Stroomverbruik: Magnetron; 1100 W
Capaciteit: Magnetron; 800 W (IEC-60705)
Buitenafmetingen: 455 (B) x 315 (D) x 260 (H) mm
Binnenafmetingen: 315 (B) x 294 (D) x 203 (H) mm
Gewicht: 12 kg
1. Zet de oven uit alvorens hem te reinigen.
2. Houd de deurafdichtingen en de plaatsen
hieromheen schoon. Als er spatten en
gemorste vloeistoffen vast zijn gaan zitten op
de ovenwanden, deurafdichtingen en de
plaatsen hieromheen, moeten deze worden
schoongemaakt met een vochtige doek. Als
zij zeer vuil zijn geworden mag gebruik
gemaakt worden van een mild reinigingsmid-
del. Het gebruik van agressieve reinig-
ingsmiddelen of schuursponsjes wordt niet
aanbevolen.
GEBRUIK GEEN COMMERCIËLE OVEN-
REINIGERS.
3. De buitenzijde van de oven moet worden
schoongemaakt met een vochtige doek. Ter
voorkoming van schade aan de onderdelen
binnen in de oven, mag er geen water via de
ventilatie-openingen naar binnen sijpelen.
4. Indien het bedieningspaneel vuil wordt, moet
dit met een zachte, droge doek gereinigd
worden. Gebruik geen agressieve reinig-
ingsmiddelen of schuursponsjes op het bedi-
eningspaneel. Bij het reinigen van het bedi-
eningspaneel moet de ovendeur open blijven
om te voorkomen dat de oven per ongeluk
wordt ingeschakeld. Na het schoonmaken
moet de STOP/WISTOETS worden aangetipt
om het uitleesvenster weer op de kloktijd te
stellen of draai de TIMER-SCHAKELAAR
terug naar de NUL-STAND.
5. Indien er aan de binnenkant van de oven-
deur of rondom de buitenkant hiervan
stoomvorming plaatsvindt, veeg deze dan
weg met een zachte doek. Dit kan het geval
zijn, wanneer de magnetronoven wordt
gebruikt in een ruimte met een hoge
vochtigheidsgraad; dit duidt niet op foutief
functioneren van het apparaat.
6. Van tijd tot tijd moet het glazen draaiplateau
verwijderd worden om het schoon te maken.
Reinig het plateau in warm water met een
afwasmiddel of in een vaatwasmachine.
7. De draai-steun en de ovenbodem moeten
regelmatig worden gereinigd om ongewenste
geluiden te voorkomen. Verwijder het vuil op
de bodem van de magnetronoven met een
mild schoonmaakmiddel en heet water, en
maak hem daarna droog met een schone
doek. De draai-steun moet worden afge-
wassen in een mild sopje. Bij een regelmatig
gebruik zetten zich kookdampen vast op de
bodem en/of de wielen van de draai-steun,
maar tasten deze op geen enkele wijze aan.
Wanneer u de draai-steun uit de uitsparing in
de grondplaat haalt om hem schoon te
maken, let er dan goed op dat de draai-steun
weer in de juiste positie terug geplaatst
wordt.
8. De magnetronoven mag uitsluitend door ge-
kwalificeerd servicepersoneel worden gere-
pareerd. Neem voor onderhoud en reparaties
van de oven contact op met de dichtstbijzi-
jnde erkende verdeler.
9. Gebruik geen stoomreiniger voor het reini-
gen.
10. Als u de oven niet schoon houdt, is het
mogelijk dat de kwaliteit van de oppervlakken
vermindert waardoor de levensduur van het
toestel verkort en er mogelijk gevaarlijke situ-
aties ontstaan.
11. Houd ventilatie-openingen altijd vrij.
Controleer dat stof of andere materialen de
ventilatie-openingen boven-, onder- of
achteraan de oven niet blokkeren. Een
blokkering van de ventilatie-openingen kan
leiden tot oververhitting en de werking van
de oven hinderen.

Documenttranscriptie

Installatie en aansluiting 5cm 15cm 10cm Vrije ruimte Plaatsing op een meubel 4. Plaats de magnetronoven niet vlak naast andere elektrische apparatuur of een gasfornuis. 5. Verwijder de voetjes van de magnetronoven niet. 6. Deze magnetronoven is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik. Niet buitenshuis gebruiken. 7. Het is af te raden de magnetronoven in een vochtige omgeving te gebruiken. 8. Het netsnoer mag niet in aanraking komen met de buitenzijde van de oven Houdt het snoer uit de buurt van warme of hete oppervlakken. Laat het snoer niet over de rand van een tafel of aanrecht hangen. Dompel het snoer, de stekker of de oven niet onder in water. 9. De ventilatie-openingen bovenop en achterop de magnetronoven mogen niet geblokkeerd worden. Indien deze openingen geblokkeerd zijn terwijl de magnetronoven in gebruik is, kan hij oververhit raken. Een thermische beveiliging zal in dit geval de magnetronoven buiten werking stellen en de oven weer inschakelen zodra hij is afgekoeld. WAARSCHUWING Belangrijke Veiligheidsinstructies 1. De deurafdichtingen en de plaatsen hieromheen moeten worden schoongemaakt met een vochtige doek. Het apparaat moet gecontroleerd worden op beschadigingen aan de deurafdichtingen en de plaatsen rondom deze afdichtingen; indien er sprake van beschadiging is, mag het apparaat niet gebruikt worden totdat het door een door de fabrikant erkende onderhoudstechnicus gerepareerd is. 2. Probeer niet zelf reparaties uit te voeren aan de ovendeur, het bedieningspaneel, de veiligheids-vergrendelingsschakelaars of welk ander deel van de magnetronoven dan ook. Verwijder de behuizing van de magnetron-oven niet; deze biedt bescherming tegen blootstelling aan magnetron-energie. Reparaties mogen uitsluitend door gekwalificeerd servicepersoneel worden uitgevoerd. 3. Gebruik dit apparaat niet, indien het NETSNOER en/of de STEKKER beschadigd zijn. Indien het apparaat niet goed functioneert, beschadigd of gevallen is, mogen in verband met de veiligheid reparaties uitsluitend uitgevoerd worden door onderhoudspersoneel welke door de fabrikant erkend zijn. 4. Indien het netsnoer beschadigd is, moet dit direct vervangen worden door gekwalificeerde technici om mogelijke schade/letsel te voorkomen. 5. Kinderen mogen de magnetronoven uitsluitend onder toezicht gebruiken wanneer ze goed ingelicht zijn, zodat ze de oven op veilige wijze kunnen bedienen en zich bewust zijn van de gevaren van onjuist gebruik. 6. Ontploffingsgevaar bestaat indien voedsel of dranken in een gesloten blik of fles verwarmd worden. NI-1 Nederlands Uw magnetronoven controleren Pak uw magnetron uit, verwijder al het verpakkingsmateriaal en controleer de magnetron op schade, zoals deuken, beschadigde deurvergrendelingen of barsten in de deur. Waarschuw uw dealer onmiddellijk als u beschadigingen aantreft. Een beschadigde magnetronoven mag niet geinstalleerd worden. Aarding BELANGRIJK: DIT APPARAAT DIENT VOOR UW PERSOONLIJKE VEILIGHEID JUIST GEAARD AANGESLOTEN TE WORDEN. Indien uw stopcontact niet is geaard, is het de persoonlijke veranwoordelijkheid van de klant om het te laten vervangen door een juist geaarde wandcontactdoos. Bedrijfsspanning Het voltage dient in overeenstemming te zijn met de op het label van de oven opgegeven spanning. Wanneer een hogere spanning gebruikt wordt, kan dit brand of andere beschadigingen veroorzaken. Plaatsen van de oven 1. Zet het toestel op een platte, stevige ondergrond. 2. Wanneer deze oven geinstalleerd is, moet het toestel gemakkelijk gescheiden kunnen worden van de stroomtoevoer door de stekker los te trekken of door een schakelaar te gebruiken. 3. De magnetronoven kan alleen op de juiste wijze functioneren, indien er voldoende ventilatie is. Plaatsing op een meubel: a. Boven de magnetronoven moet een ruimte vrij gelaten worden van 15 cm, aan de achterzijde 10 cm, aan de zijkant 5 cm, en aan de andere zijkant een ruimte van meer dan 40 cm. b. Wanneer een van de zijden van de magnetronoven tegen een wand staat, mogen de andere zijde of de bovenkant niet geblokkeerd zijn. Veiligheidsinstructies Gebruik van uw magnetronoven Accessoires 1. Gebruik de oven uitsluitend voor het bereiden van voedsel. Deze magnetronoven is speciaal ontworpen voor het opwarmen en bereiden van voedsel. Gebruik de magnetronoven niet om chemische of andere niet eetbare producten te verwarmen. Er wordt een aantal toebehoren bij deze magnetronoven geleverd. Volg altijd de instructies op van het betreffende toebehoren. 2. Voor gebruik dient u er zich van te verzekeren dat alle te gebruiken hulpmiddelen (schalen/bakvormen enz.) geschikt zijn voor gebruik in de magnetronoven. 2. Gebruik uitsluitend het glazen draaiplateau dat speciaal voor deze magnetronoven ontworpen is. 3. Gebruik de magnetronoven niet om krantenpapier, kleding of andere materialen te drogen. Ze kunnen vlam vatten. 4. Gebruik de magnetronoven niet om voorwerpen (anders dan de accessoires) in op te bergen. 5. Gebruik het apparaat niet ZONDER DAT ZICH HIERIN VOEDSEL BEVINDT. Het apparaat kan hierdoor beschadigd raken. 6. Als er rook in uw oven ontstaat, druk dan op de STOP/WISTOETS of zet de TIMERschakelaar terug in de nul-stand en laat de deur gesloten. Trek de stekker uit het stopcontact of schakel de elektriciteitsvoorziening uit. Ovenlicht Voor vervanging van de lamp van de oven moet u contact opnemen met uw dealer. Nl-2 Glazen draaiplateau 1. Gebruik de magnetronoven niet zonder de draai-steun en het glazen draaiplateau. 3. Als het glazen draaiplateau heet is, moet het eerst afkoelen voordat u het schoonmaakt of in water onderdompelt. 4. Het glazen draaiplateau kan in beide richtingen draaien. 5. Indien het voedsel in de schaal op het plateau de wanden van de oven raakt, waardoor het draaien stopt, gaat het draaiplateau automatisch in de tegengestelde richting draaien. Dit is normaal. 6. Bereid geen voedsel direct op het glazen draaiplateau. Draai-steun 1. De draai-steun en de ovenbodem moeten regelmatig worden gereinigd om ongewenste geluiden en het ophopen van voedselresten te voorkomen. 2. Tijdens het koken moet de draai-steun altijd samen met het glazen draaiplateau worden gebruikt. Belangrijke informatie • Begin met de minimale kooktijd om te voorkomen dat het voedsel te gaar wordt. Als het voedsel niet gaar genoeg geworden is, kunt u het altijd nog wat langer bereiden. OPMERKING: Als u het voedsel langer kookt dan de aanbevolen kooktijden, kan het bederven, en in extreme gevallen zelfs vlam vatten en de magnetronoven beschadigen. 2) Kleine hoeveelheden voedsel • Kleine hoeveelheden voedsel met een gering vochtgehalte kunnen uitdrogen, aanbranden of zelfs verbranden als ze te lang doorkoken. Indien het voedsel in de oven vlam vat, moet de ovendeur gesloten blijven, de magnetronoven uit gezet worden en moet de stekker uit het stopcontact worden genomen. 3) Eieren • Kook met de magnetron geen ongepelde eieren en verwarm geen hardgekookte eieren. Eieren kunnen omwille van de druk ontploffen, zelfs na hun opwarming in de magnetron. 4) Niet-poreuze schil • Voedsel zonder poreuze schil, zoals aardappelen, eierdooiers en worstjes, moeten doorprikt worden alvorens ze met de magnetronoven te bereiden. Zo voorkomt u dat ze exploderen. 5) Vleesthermometer • Indien u gebruik maakt van een vleesthermometer voor vlees en gevogelte, gebruik deze dan alleen wanneer het voedsel buiten de magnetronoven is. Gebruik geen conventionele vleesthermometer binnen de magnetronoven, omdat vonken kunnen optreden. 6) Vloeistoffen • Indien vloeistoffen, zoals soep, sauzen en dranken opgewarmd worden in uw magnetronoven, kunnen deze zonder te gaan borrelen heter worden dan het kookpunt. a) b) c) d) Hierdoor kan de hete vloeistof plotseling gaan overkoken. Om dit te voorkomen, kunnen de volgende stappen ondernomen worden: Gebruik geen rechte glazen of bekers met smalle of toelopende bovenkant. Niet te lang verwarmen. Roer de vloeistof om alvorens deze in de oven te plaatsen en roer halverwege de opwarmtijd nogmaals om. Laat de vloeistof na het verwarmen nog even in de oven staan en roer goed om voordat u de vloeistof uit de oven haalt. 7) Papier/kunststof • Als u voedsel gaat verwarmen in kunststof of papieren bakjes, dient u de oven regelmatig te controleren omdat deze bakjes bij oververhitting vlam kunnen vatten. • Gebruik geen gerecycled papier (b.v. keukenrol), tenzij het papierproduct gekenmerkt is als zijnde veilig voor gebruik in een magnetronoven. Onzuiverheden in recycled papier kunnen in de magnetron vonken en/of brand veroorzaken. • Verwijder metalen sluitingen van braadzakken voordat u deze in de oven plaatst. 8) Keukengerei/folie • Verwarm nooit gesloten potjes of flessen omdat deze kunnen exploderen. • Gebruik geen metalen bakjes of schotels met metalen randen tijdens de magnetron-functie. Hierdoor kunnen er vonken ontstaan • Bij gebruik van aluminiumfolie, vleesspiesen of andere metalen voorwerpen, moet de afstand tot de ovenwanden minimaal 2 cm bedragen om vonkoverslag te voorkomen. 9) Zuigflessen/potjes babyvoeding • De speen of deksel moeten verwijderd worden van zuigflessen of potjes babyvoedsel alvorens ze in de magnetronoven te plaatsen. • • Schud zuigflessen goed en roer de inhoud van de potjes met babyvoeding een paar maal om. Controleer de temperatuur van het voedsel voor het nuttigen zorgvuldig om een mogelijke verbranding te voorkomen. NI-3 Nederlands 1) Kooktijden • De in het kookboek vermelde kooktijden zijn bij benadering gegeven. Factoren, die invloed hebben op de kookduur, zijn: de begintemperatuur, de hoeveelheid voedsel en de materialen die voor het koken worden gebruikt. De magnetron-oven [6] [8] [2] [4] [5] [1] [7] [3] [1] Deur-ontgrendelknop Indrukken om de deur te openen. Indien u de deur tijdens het koken opent, wordt het kookproces tijdelijk onderbroken, zonder dat de eerder ingevoerde instellingen verdwijnen. Het kookproces zal hervatten van zodra de deur gesloten is. [2] Doorkijkvenster [3] Veiligheids-deurvergrendelingssystem [4] Ventilatie-openingen [5] Bedieningspaneel [6] Glazen draaiplateau [7] Draai-steun [8] Externe ventilatie-openingen Nl-4 Bedieningspanelen Nederlands NN-E205 / NN-E235 / NN-E245* (1) (2) (3) (1) (2) (3) Functieschakelaar magnetronvermogen / ontdooien Timer-schakalaar Deur-ontgrendeltoets *Opmerking: De uitvoering van het bedieningspaneel kan afwijken van de afbeelding (afhankelijk van de kleur). De functies zijn echter dezelfde. NI-5 Koken met de magnetronoven Wattage Hoog 800 W Midden 600 W Laag 360 W Ontdooien 270 W Opwarmen 90 W • Draai de functieschakelaar om het gewenste vermogen te selecteren. • Stel, d.m.v. het draaien van de timer-schakelaar, de kooktijd in. Als de deur gesloten is, zal het kookproces onmiddellijk starten. Voor het instellen van korte kooktijden dient de timerschakelaar eerst op 2 minuten ingesteld te worden en vervolgens op de gewenste kooktijd. Opmerkingen: 1. Indien u het gerecht tijdens de bereiding wilt controleren, kunt u gewoon de deur openen. De magnetronoven stopt het proces automatisch. Om het kookproces te vervolgen, dient de deur gesloten te worden. 2. Om het kookproces te beëindigen, draait u de timer-schakelaar op nul. M.b.v. de timer-schakelaar kunt u de bereidingstijd op ieder moment van het kookproces wijzigen. 3. Zodra u het gerecht, nadat het kookproces afgerond is, uit de magnetron neemt, dient de timerschakelaar op nul gesteld te worden. 4. Het glazen draaiplateau dient tijdens het gebruik van de magnetron, altijd op de juiste positie geplaatst te zijn. Ontdooien Het vermogen voor het ontdooien is 270 W. • Stel het vermogen voor het ontdooien, m.b.v. de schakelaar, in. NI-6 • Stel de tijd voor het ontdooien, m.b.v. de timerschakelaar in. Als de deur gesloten is, zal het ontdooien onmiddellijk starten. Voor het instellen van korte ontdooitijen dient de timer-schakelaar eerst op 2 minuten ingesteld te worden en vervolgens op de gewenste ontdooitijd. Ontdooien NAGAARTIJDEN Afzonderlijke porties voedsel kunnen praktisch onmiddellijk na het ontdooien bereid worden. Het is normaal dat grotere porties voedsel in het midden nog bevroren zijn. Alvorens te gaan bereiden minimaal een uur laten staan. Tijdens de rusttijd, wordt de temperatuur gelijkmatig verdeeld en wordt het voedsel door geleiding ontdooid. Opmerking: Indien het voedsel niet onmiddellijk bereid wordt, moet het in de koelkast bewaard worden. Ontdooid voedsel mag nooit opnieuw ingevroren worden zonder dat het eerst gekookt is. Nederlands Tips Voor Het Ontdooien GEHAKT OF BROKJES VLEES EN VIS Omdat de buitenkant van dit soort voedsel snel ontdooit, moeten zij van elkaar gescheiden worden; breek het blok in regelmatige stukken tijdens het ontdooien en verwijder de stukjes die reeds ontdooid zijn. KLEINE PORTIES VOEDSEL BRAADSTUK EN GEVOGELTE Plaats de braadstukken bij voorkeur op een omgekeerd bord of plastic rooster, zodat ze niet in hun sappen komen te liggen. Het is van essentieel belang om delicate of uitstekende delen van dit vlees af te dekken met kleine stukjes folie, om te voorkomen dat deze delen gaan koken. Het is niet gevaarlijk om kleine stukjes folie in uw magnetron te gebruiken, mits zij niet in contact komen met de wanden van de magnetron. Koteletten en stukken kip moeten zo snel mogelijk van elkaar gescheiden worden, zodat zij gelijkmatig en volledig ontdooien. Vettige delen en de uiteinden ontdooien sneller. Leg deze in de buurt van het midden van het draaiplateau of dek ze af. BROOD Voor brood is de standaard insteltijd noodzakelijk om deze geheel te ontdooien. De standaard insteltijd kan verkort worden door de sneden uiteen te halen of het brood in twee te snijden. NI-7 Vragen en antwoorden V: Waarom kan de oven niet worden ingeschakeld? A: Controleer het volgende wanneer de oven niet kan worden ingeschakeld: 1. Is de stekker goed aangesloten? Neem de stekker uit het stopcontact, wacht tien seconden en steek de stekker weer in het stopcontact. 2. Controleer de zekering en de stroomonderbreker. Schakel de stroomonderbreker in of vervang de zek ering als hij uitgeschakeld resp. doorgeslagen is. 3. Indien de stroomonderbreker of de zekering in orde zijn, probeer dan een ander apparaat op het stop contact aan te sluiten. Indien het andere apparaat werkt, is er waarschijnlijk een probleem met de oven. Indien het andere apparaat niet werkt, is er waarschijnlijk een probleem met het stopcontact. Indien het er naar uitziet dat er een probleem met de oven is, moet contact opgenomen worden met een erkend servicecentrum. V: Mijn magnetronoven stoort mijn TV-toestel. Is dit normaal? A: Er kan een bepaalde mate van storing op de radio en TV optreden wanneer de magnetronoven wordt gebruikt. Deze storing is gelijk aan het soort interferentie dat veroorzaakt wordt door kleine huishoudelijke apparaten zoals mixers, stofzuigers, haardrogers e.d. Dit duidt niet op een storing in uw magnetronoven. V: Waarom dimt het ovenlicht? A: Wanneer u de magnetronoven gebruikt met een ander vermogen dan 800 W (MAX. vermogen) schakelt de oven automatisch lagere vermogensniveaus is. Dit gaat gepaard met klik-geluiden en het dimmen van de verlichting. V: Soms komt er warme lucht uit de ventilatieopeningen van de oven. Waarom? A: De warmte afkomstig van het bereiden van het voedsel verwarmt de lucht in de oven. Deze warme lucht wordt de oven uitgeleid via het luchtstroompatroon in de oven. Deze lucht bevat geen magnetronstraling. De ventilatieopeningen van de oven mogen nooit geblokkeerd worden. Dit produkt voldoet aan de Europese standaard (EN 55011) voor EMC interferentie 's (EMC = Elektromagnetische Compabiliteit) Overeenkomstig deze standaard behoort dit produkt tot de groep 2 apparatuur, klasse B en voldoet deze aan alle vereiste normen. Groep 2 houdt in dat de Frequentie energie wordt opgewekt in de vorm van elektromagnetische straling bedoeld voor het verwarmen en koken van voedsel. Groep B wil zeggen dat dit produkt toegepast kan worden voor normaal huishoudelijk gebruik. Dit apparaat voldoet aan de vereisten van richtlijn 2002/96/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA). Deze richtlijn bepaalt het kader voor de inzameling, verwijdering en recyclage van afgedankte apparatuur. NI-8 Verzorging van uw magnetronoven 1. Zet de oven uit alvorens hem te reinigen. GEBRUIK GEEN COMMERCIËLE OVENREINIGERS. 3. De buitenzijde van de oven moet worden schoongemaakt met een vochtige doek. Ter voorkoming van schade aan de onderdelen binnen in de oven, mag er geen water via de ventilatie-openingen naar binnen sijpelen. 4. Indien het bedieningspaneel vuil wordt, moet dit met een zachte, droge doek gereinigd worden. Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen of schuursponsjes op het bedieningspaneel. Bij het reinigen van het bedieningspaneel moet de ovendeur open blijven om te voorkomen dat de oven per ongeluk wordt ingeschakeld. Na het schoonmaken moet de STOP/WISTOETS worden aangetipt om het uitleesvenster weer op de kloktijd te stellen of draai de TIMER-SCHAKELAAR terug naar de NUL-STAND. 5. Indien er aan de binnenkant van de ovendeur of rondom de buitenkant hiervan stoomvorming plaatsvindt, veeg deze dan weg met een zachte doek. Dit kan het geval zijn, wanneer de magnetronoven wordt gebruikt in een ruimte met een hoge vochtigheidsgraad; dit duidt niet op foutief functioneren van het apparaat. 6. Van tijd tot tijd moet het glazen draaiplateau verwijderd worden om het schoon te maken. Reinig het plateau in warm water met een afwasmiddel of in een vaatwasmachine. 7. De draai-steun en de ovenbodem moeten regelmatig worden gereinigd om ongewenste geluiden te voorkomen. Verwijder het vuil op de bodem van de magnetronoven met een mild schoonmaakmiddel en heet water, en maak hem daarna droog met een schone doek. De draai-steun moet worden afgewassen in een mild sopje. Bij een regelmatig gebruik zetten zich kookdampen vast op de bodem en/of de wielen van de draai-steun, maar tasten deze op geen enkele wijze aan. Wanneer u de draai-steun uit de uitsparing in de grondplaat haalt om hem schoon te maken, let er dan goed op dat de draai-steun weer in de juiste positie terug geplaatst wordt. 8. De magnetronoven mag uitsluitend door gekwalificeerd servicepersoneel worden gerepareerd. Neem voor onderhoud en reparaties van de oven contact op met de dichtstbijzijnde erkende verdeler. 9. Gebruik geen stoomreiniger voor het reinigen. 10. Als u de oven niet schoon houdt, is het mogelijk dat de kwaliteit van de oppervlakken vermindert waardoor de levensduur van het toestel verkort en er mogelijk gevaarlijke situaties ontstaan. 11. Houd ventilatie-openingen altijd vrij. Controleer dat stof of andere materialen de ventilatie-openingen boven-, onder- of achteraan de oven niet blokkeren. Een blokkering van de ventilatie-openingen kan leiden tot oververhitting en de werking van de oven hinderen. Technische specificaties Netvoeding 230 V, 50 Hz Stroomverbruik: Capaciteit: Buitenafmetingen: Binnenafmetingen: Gewicht: Magnetron; Magnetron; 1100 W 800 W (IEC-60705) 455 (B) x 315 (D) x 260 (H) mm 315 (B) x 294 (D) x 203 (H) mm 12 kg De specificaties kunnen zonder nadere aankondiging worden gewijzigd. NI-9 Nederlands 2. Houd de deurafdichtingen en de plaatsen hieromheen schoon. Als er spatten en gemorste vloeistoffen vast zijn gaan zitten op de ovenwanden, deurafdichtingen en de plaatsen hieromheen, moeten deze worden schoongemaakt met een vochtige doek. Als zij zeer vuil zijn geworden mag gebruik gemaakt worden van een mild reinigingsmiddel. Het gebruik van agressieve reinigingsmiddelen of schuursponsjes wordt niet aanbevolen.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137

Panasonic nn e 205 de handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
de handleiding