Dolmar AT1827H de handleiding

Categorie
Grastrimmers
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

37
NEDERLANDS (Originele instructies)
Verklaring van het onderdelenoverzicht
TECHNISCHE GEGEVENS
Als gevolg van ons doorlopende onderzoeks- en ontwikkelingsprogramma, zijn de technische gegevens van dit
gereedschap onderhevig aan veranderingen zonder voorafgaande kennisgeving.
Specificaties en accu’s kunnen van land tot land verschillen.
Gewicht, inclusief de accu, volgens de EPTA-procedure 01/2003
Symbolen
END017-3
Hieronder staan de symbolen die voor het gereedschap
worden gebruikt. Zorg ervoor dat u weet wat ze
betekenen alvorens de accu te gebruiken.
.................. Besteed bijzondere zorg en aandacht!
........ Lees de gebruiksaanwijzing.
.................. Gevaar: wees bedacht op opgeworpen
voorwerpen.
.................. De afstand tussen het gereedschap en
omstanders moet minstens 15 meter te
zijn.
.......... Houd omstanders uit de buurt.
.......... Blijf minstens 15 meter uit de buurt.
.................. Voorkom terugslag.
.................. Draag een veiligheidshelm,
veiligheidsbril en gehoorbescherming.
.................. Draag veiligheidshandschoenen.
.................. Draag stevige schoenen met
antislipzolen. Veiligheidsschoenen met
stalen neuzen worden aanbevolen.
.................. Stel het gereedschap niet bloot aan
vocht.
.................. Toegestaan maximumtoerental.
............. Alleen voor EU-landen
Geef elektrisch gereedschap en accu’s
niet met het huisvuil mee!
Volgens de Europese richtlijn 2012/19/
EU inzake oude elektrische en
elektronische apparaten, 2006/66/EC
inzake batterijen en accu’s en oude
batterijen en accu’s en de toepassing
daarvan binnen de nationale
wetgeving, dienen gebruikt elektrisch
gereedschap en accu’s gescheiden te
worden ingezameld en te worden
afgevoerd naar een recyclebedrijf dat
voldoet aan de geldende milieu-eisen.
BELANGRIJKE
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
GEB092-4
WAARSCHUWING! Lees alle
veiligheidswaarschuwingen en alle instructies. Het
1. Bedrijfslampje
2. Aan/uit-schakelaar
3. Accu
4. Voorhandgreep
5. Klemmoer
6. Vergrendelring
7. Beschermkap
8. Nylondraad-snijkop
9. Rode deel
10. Knop
11. Ster-merkteken
12. Uit-vergrendelknop
13. Schacht
14. Vergrendelring
15. Zeskantbout
16. Schroeven
17. Meskapje
18. Nylondraadopening
19. Uitsparing voor het uitsteeksel op
de nylondraad-snijkop
20. Veer
21. Spoelhouder
22. Nylondraad
23. Klem voor nylondraad
24. Draadspoel
25. Schouderriem
26. Haak
27. Motorhuis
28. Vergrendelknop
Model AT-1827H
Onbelast toerental 7.800 min
-1
Totale lengte 1.229 mm - 1.433 mm
Maaidiameter met nylondraad-snijkop 260 mm
Nettogewicht 2,9 kg 3,1 kg
Nominale spanning 18 volt gelijkstroom
Standaardaccu(’s)
Waarschuwing: Gebruik uitsluitend de
aangegeven accu(’s).
AP-181/AP-1815 AP-183
Cd
Ni-MH
Li-ion
38
niet volgen van de waarschuwingen en instructies kan
leiden tot elektrische schokken, brand en/of ernstig letsel.
Bewaar alle waarschuwingen en
instructies om in de toekomst te kunnen
raadplegen.
1. Zorg dat u vertrouwd bent met de
bedieningselementen en het juiste gebruik van het
gereedschap.
2. Na het uitschakelen van de motor blijft het
snijgarnituur nog even ronddraaien.
3. Laat in geen geval het gereedschap gebruiken
door kinderen of personen die niet bekend zijn
met de instructies.
4. Onderbreek het gebruik van het gereedschap
wanneer andere personen, met name kinderen, of
huisdieren in de buurt komen.
5. Gebruik het gereedschap alleen bij daglicht of
voldoende kunstlicht.
6. Vóór gebruik van het gereedschap en na iedere
botsing, controleert u op tekenen van slijtage of
beschadiging, en repareert u het gereedschap zo
nodig.
7. Wees voorzichtig dat u geen letsel oploopt door
het mesje voor het op lengte afsnijden van de
nylondraad. Nadat u de nylondraad hebt
uitgetrokken, zet u het gereedschap altijd eerst
terug rechtop voordat u hem inschakelt.
8. Monteer nooit een metalen snijgarnituur.
9. Dit gereedschap is niet geschikt voor gebruik door
personen (waaronder kinderen) met een
verminderd lichamelijk, zintuiglijk of geestelijk
vermogen, of gebrek aan kennis en ervaring,
behalve indien zij instructies hebben gehad en
onder toezicht staan van een persoon die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Kinderen
dienen onder toezicht te staan om ervoor te
zorgen dat zij niet met het gereedschap spelen.
10. Gebruik het gereedschap met de hoogstmogelijke
zorg en aandacht.
11. Gebruik het gereedschap alleen als u in goede
lichamelijke conditie bent. Werk altijd rustig en
voorzichtig. Gebruik uw gezond verstand en denk
eraan dat de gebruiker van het gereedschap
verantwoordelijk is voor ongelukken en gevaren
die personen of hun eigendommen kunnen
overkomen.
12. Bedien het gereedschap nooit wanneer u
vermoeid bent, zich ziek voelt, of onder invloed
bent van alcohol of drugs.
13. Het gereedschap moet onmiddellijk uitgeschakeld
worden als tekenen van een ongebruikelijke
werking merkbaar zijn.
Bedoeld gebruik van het gereedschap
1. Gebruik het juiste gereedschap. De
accugraskantmaaier is uitsluitend bedoeld voor
het maaien van gras en kleine onkruiden. Het mag
niet worden gebruikt voor enig ander doel, zoals
heggen snoeien, aangezien dit tot letsel kan
leiden.
Persoonlijke-veiligheidsuitrusting (zie afb. 1 en 2)
1. Draag geschikte kleding. De te dragen kleding
dient functioneel en geschikt te zijn, d.w.z.
nauwsluitend zonder te hinderen. Draag geen
juwelen of kleding die verstrikt kunnen raken in
hoog gras. Draag een haarbedekking om lang haar
uit de weg te houden.
2. Draag altijd stevige schoenen met een antislipzool
wanneer u het gereedschap gebruikt. Dit
beschermt u tegen letsel en garandeert dat u
stevig staat.
3. Draag een veiligheidsbril of een spatscherm.
Elektrische veiligheid en accu
1. Vermijd gevaarlijke omgevingen. Gebruik het
gereedschap niet op vochtige of natte plaatsen en
stel het niet bloot aan regen. Als water
binnendringt in het gereedschap, wordt de kans
op een elektrische schok groter.
2. Laad alleen op met de acculader aanbevolen door
de fabrikant. Een acculader die geschikt is voor
een bepaald type accu, kan brandgevaar
opleveren indien gebruikt met een ander type
accu.
3. Gebruik het gereedschap uitsluitend met de
daarvoor bestemde accu. Als u een andere accu
erin gebruikt, kan dit leiden tot persoonlijk letsel
of brand.
4. Werp de accu niet in een vuur. De accu kan
exploderen. Raadpleeg de lokale regelgeving voor
mogelijke speciale verwerkingsvereisten.
5. Open of vervorm de accu niet. Het elektrolyt is
agressief en kan letsel toebrengen aan de ogen en
huid. Het kan giftig zijn bij inslikken.
Het gereedschap inschakelen (zie afb. 3)
1. Controleer of er geen kinderen of andere mensen
aanwezig zijn binnen een werkbereik van 15 meter
en let ook op of er geen dieren in de
werkomgeving zijn. Als dat het geval is, stopt u
met het gebruik van het gereedschap.
2. Controleer voor gebruik altijd of het gereedschap
veilig is om te gebruiken. Controleer de veiligheid
van het snijgarnituur en de beschermkap, en
controleer of de aan/uit-schakelaar goed werkt en
gemakkelijk kan worden bediend. Controleer of de
handgrepen schoon en droog zijn en test de
werking van de aan/uit-schakelaar.
3.
Controleer op beschadigde onderdelen voordat u
het gereedschap verder gebruikt. Een
beschermkap of ander onderdeel day beschadigd
is, moet nauwkeurig worden onderzocht om te
beoordelen of het goed werkt en zijn beoogde
functie kan uitvoeren. Controleer of bewegende
delen goed uitgelijnd zijn en niet vastgelopen zijn,
of onderdelen niet kapot zijn en stevig
gemonteerd zijn, en enige andere situatie die van
invloed kan zijn op de werking van het
gereedschap. Een beschermkap of ander
onderdeel dat beschadigd is, dient vakkundig te
worden gerepareerd of vervangen door een
erkend servicecentrum, behalve indien anders
aangegeven in deze gebruiksaanwijzing.
39
4. Schakel de motor alleen in wanneer de handen en
voeten uit de buurt van het snijgarnituur zijn.
5. Controleer vóór het starten of het snijgarnituur
geen contact maakt met harde voorwerpen, zoals
takken, stenen, enz., omdat tijdens het starten het
snijgarnituur zal ronddraaien.
Gebruiksmethode
1. Gebruik het gereedschap nooit met beschadigde
beschermkappen of zonder aangebrachte
beschermkappen.
2. Gebruik het gereedschap alleen bij goed licht en
zicht. Wees in de winter bedacht op gladde of
natte plaatsen, ijs en sneeuw (gevaar voor
uitglijden). Zorg er altijd voor dat u stevig staat.
3. Wees voorzichtig uw handen en voeten niet te
verwonden aan het snijgarnituur.
4. Houd altijd handen en voeten uit de buurt van het
snijgarnituur, met name bij het inschakelen van de
motor.
5. Maai nooit boven heuphoogte.
6. Sta nooit op een ladder met draaiend
gereedschap.
7. Werk nooit op onstabiele oppervlakken.
8. Reik niet te ver. Zorg altijd voor een stevige stand
en goede lichaamsbalans.
9. Verwijder zand, stenen, nagels, enz. die u binnen
uw werkbereik vindt. Vreemde voorwerpen
kunnen het snijgarnituur beschadigen en
opgeworpen worden waardoor ernstig persoonlijk
letsel kan worden veroorzaakt.
10. Als het snijgarnituur stenen of andere harde
voorwerpen raakt, moet u de motor onmiddellijk
uitschakelen en het snijgarnituur controleren.
11. Voordat u begint te maaien, moet het snijgarnituur
op maximaal toerental draaien.
12. Houd tijdens gebruik het gereedschap altijd met
twee handen vast. Houd het gereedschap tijdens
het gebruik nooit met slechts één hand vast. Zorg
er altijd voor dat u stevig staat.
13. De volledige veiligheidsuitrusting, zoals een
beschermkap die bij het gereedschap wordt
geleverd, moeten tijdens het werk worden
gebruikt.
14. Behalve in noodgevallen mag u het gereedschap
nooit op de grond laten vallen of weggooien
omdat hierdoor het gereedschap zwaar
beschadigd kan raken.
15. Sleep het gereedschap nooit over de grond
wanneer u het wilt verplaatsen omdat hierdoor het
gereedschap kan worden beschadigd.
16. Verwijder altijd de accu uit het gereedschap:
iedere keer als u het gereedschap onbeheerd
achterlaat;
voordat u een verstopping opheft;
voordat u het gereedschap controleert, reinigt
of er werkzaamheden aan gaat verrichten;
voordat u enige afstelling maakt, een
accessoire vervangt of het gereedschap
opbergt;
als het gereedschap op ongebruikelijke manier
begint te trillen;
wanneer u het gereedschap gaat vervoeren.
17. Forceer het gereedschap niet. Het gereedschap
werkt beter en met een kleinere kans op letsel op
de manier waarvoor het is ontworpen.
Onderhoudsinstructies
1. De toestand van het snijgarnituur, de
veiligheidsuitrusting moet worden gecontroleerd
voor aanvang van de werkzaamheden.
2. Schakel de motor uit en verwijder de accu voordat
u onderhoudswerkzaamheden uitvoert, het
snijgarnituur vervangt, of het gereedschap
schoonmaakt.
3. Verwijder na gebruik de accu van het gereedschap
en controleer op beschadigingen.
4. Controleer op loszittende bevestigingen en
beschadigde onderdelen, zoals bijna half-
doorgescheurd in het snijgarnituur.
5. Wanneer het gereedschap niet wordt gebruikt,
bergt u het op op een droge plaats die op slot kan
of buiten bereik van kinderen ligt.
6. Gebruik uitsluitend de door de fabrikant
aanbevolen vervangingsonderdelen en
accessoires.
7. Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen altijd vrij
zijn van vuil.
8. Inspecteer en onderhoud het gereedschap
regelmatig, met name vóór en na gebruik. Laat het
gereedschap alleen repareren door een erkend
servicecentrum.
9. Houd de handgrepen droog, schoon en vrij van
olie en vetten.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
WAARSCHUWING:
Laat u NIET misleiden door een vals gevoel van
comfort en bekendheid met het gereedschap (na
veelvuldig gebruik) en neem alle
veiligheidsvoorschriften van het betreffende product
altijd strikt in acht. VERKEERD GEBRUIK of het niet
volgen van de veiligheidsinstructies in deze
gebruiksaanwijzing kan leiden tot ernstig persoonlijk
letsel.
BELANGRIJKE
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES ENC007-7
VOOR ACCU’S
1. Alvorens de accu in gebruik te nemen, leest u
eerst alle instructies en
waarschuwingsopschriften op (1) de acculader, (2)
de accu en (3) het apparaat waarin de accu wordt
aangebracht.
2. Haal de accu niet uit elkaar.
3. Als de gebruikstijd aanzienlijk korter is geworden,
stopt u onmiddellijk met het gebruik. Anders kan
dit leiden tot kans op oververhitting, mogelijke
brandwonden en zelfs een explosie.
4. Als de elektrolyt in uw ogen komt, wast u deze uit
met schoon water en raadpleegt u onmiddellijk
een arts. Dit kan leiden tot verlies van
gezichtsvermogen.
5. Sluit de accu niet kort:
40
(1) Raak de accupolen niet aan met enig
geleidend materiaal.
(2) Bewaar de accu niet op een plaats waar deze
in aanraking kan komen met andere metalen
voorwerpen, zoals spijkers, munten, enz.
(3) Stel de accu niet bloot aan water of regen.
Kortsluiting van de accu kan leiden tot een hoge
stroomsterkte, oververhitting, mogelijke
brandwonden en zelfs een defect.
6. Bewaar het gereedschap en de accu niet op
plaatsen waar de temperatuur kan oplopen tot
50 °C of hoger.
7. Werp de accu niet in een vuur, zelfs niet als deze
al ernstig beschadigd of helemaal versleten is. De
accu kan in een vuur exploderen.
8. Wees voorzichtig dat u de accu niet laat vallen of
ergens tegenaan stoot.
9. Gebruik nooit een beschadigde accu.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
Tips voor een lange levensduur van de
accu
1. Laad de accu op voordat deze volledig leeg is.
Wanneer u merkt dat het gereedschap minder
vermogen heeft, stopt u met het gebruik ervan en
laadt u eerst de accu op.
2. Laad nooit een volledig opgeladen accu op.
Te lang opladen verkort de levensduur van de
accu.
3. Laad de accu op bij een omgevingstemperatuur
van 10 °C tot 40 °C. Laat een warme accu eerst
afkoelen voordat u deze oplaadt.
4. Laad de accu ieder half jaar op als u deze
gedurende een lange tijd niet gebruikt.
BESCHRIJVING VAN DE
ONDERDELEN (zie afb. 4)
BESCHRIJVING VAN DE
FUNCTIES
WAARSCHUWING:
Zorg ervoor dat het gereedschap is uitgeschakeld
en dat de accu is verwijderd voordat u de werking
van het gereedschap aanpast of controleert. Als het
gereedschap niet wordt uitgeschakeld en de accu niet
uit het gereedschap wordt verwijderd, kan dat na per
ongeluk inschakelen leiden tot ernstig persoonlijk
letsel.
De accu aanbrengen en verwijderen (zie
afb. 5)
LET OP:
Schakel het gereedschap altijd uit voordat u de accu
aanbrengt of verwijdert.
Houd het gereedschap en de accu stevig vast
tijdens het aanbrengen of verwijderen van de accu.
Als u het gereedschap en de accu niet stevig
vasthoudt, kunnen deze uit uw handen glippen en
beschadigd raken, of kan persoonlijk letsel worden
veroorzaakt.
Om de accu te verwijderen verschuift u de knop aan de
voorkant van de accu en schuift u tegelijkertijd de accu
van het gereedschap af.
Om de accu aan te brengen, lijnt u de lip op de accu uit
met de groef in de behuizing en duwt u de accu op zijn
plaats. Steek de accu zo ver mogelijk erin tot u een
klikgeluid hoort. Als u het rode deel aan de bovenkant van
de knop kunt zien, is de accu niet goed aangebracht.
LET OP:
Breng de accu altijd helemaal aan totdat het rode deel
niet meer zichtbaar is. Als u dit niet doet, kan de accu
per ongeluk uit het gereedschap vallen en u of anderen
in uw omgeving verwonden.
Breng de accu niet met kracht aan. Als de accu niet
gemakkelijk erin kan worden geschoven, wordt deze
niet goed aangebracht.
Accubeveiligingssysteem (lithiumionaccu
met een ster-merkteken) (zie afb. 6)
Lithiumionaccu’s met een ster-merkteken zijn uitgerust
met een beveiligingssysteem. Dit systeem schakelt
automatisch de voeding naar het gereedschap uit om de
levensduur van de accu te verlengen.
Het gereedschap zal tijdens gebruik automatisch stoppen
wanneer het gereedschap en/of de accu zich in een van
de volgende omstandigheden bevinden:
Overbelasting:
Het gereedschap wordt gebruikt op een manier die
ertoe leidt dat een abnormaal hoge stroomsterkte uit
de accu wordt getrokken.
Laat in die situatie de aan/uit-schakelaar van het
gereedschap los en stop het gebruik dat ertoe leidde
dat het gereedschap overbelast werd. Knijp daarna
opnieuw de aan/uit-schakelaar in om het
gereedschap weer in te schakelen.
Als het gereedschap niet wordt ingeschakeld, is de
accu oververhit. In die situatie laat u de accu eerst
afkoelen voordat u opnieuw de aan/uit-schakelaar
inknijpt.
Lage accuspanning:
De resterende acculading is te laag en het
gereedschap wordt niet ingeschakeld. Verwijder in
die situatie de accu en laad hem op.
In- en uitschakelen
WAARSCHUWING:
Controleer altijd, voordat u de accu in het
gereedschap steekt, of de aan/uit-schakelaar op de
juiste manier schakelt en weer terugkeert naar de
uit-stand nadat deze is losgelaten. Knijp de aan/uit-
schakelaar niet hard in zonder de uit-
vergrendelknop te bedienen. Hierdoor kan de aan/
uit-schakelaar stuk gaan. Het gebruik van
gereedschap met een schakelaar die niet goed werkt,
kan leiden tot verlies van controle en ernstige
verwondingen.
Om te voorkomen dat de aan/uit-schakelaar per ongeluk
wordt bediend, is een uit-vergrendelknop aangebracht.
Om het gereedschap te starten, schuift u de uit-
vergrendelknop naar voren en knijpt u de aan/uit-
schakelaar in. Laat de aan/uit-schakelaar los om het
gereedschap te stoppen (zie afb. 7).
41
Bedrijfslampje (zie afb. 8)
Tijdens gebruik van het gereedschap geeft het
bedrijfslampje de toestand van de acculading aan.
In het geval het gereedschap overbelast is en tijdens
gebruik is gestopt, brandt het bedrijfslampje rood.
Raadpleeg onderstaande tabel voor de toestand van de
accu en het gereedschap, alsmede de te nemen
maatregelen voor iedere status van het bedrijfslampje.
Opmerking 1: Het moment waarop het bedrijfslampje gaat branden varieert met de temperatuur in het werkgebied en de
toestand van de accu.
012443
De schachtlengte afstellen
WAARSCHUWING:
Laat voordat u de schachtlengte afstelt eerst de aan/
uit-schakelaar los en verwijder de accu vanaf de
graskantmaaier. Als u de aan/uit-schakelaar niet
loslaat en de accu niet verwijdert, kan persoonlijk letsel
worden veroorzaakt.
Om de lengte van de schacht af te stellen, draait u de
vergrendelring linksom tot de as is ontgrendeld en trekt u
de schacht uit of duwt u hem in tot de gewenste lengte
(zie afb. 9).
Nylondraad-snijkop
KENNISGEVING:
Het aanvoeren van nylondraad zal niet goed werken
wanneer de nylondraad-snijkop niet draait.
De nylondraad-snijkop is een enkele-draadkop uitgerust
met een stoot-aanvoermechanisme.
Om ervoor te zorgen dat de nylondraad aangevoerd
wordt, moet de snijkop op de grond gestoten worden
terwijl het gereedschap is ingeschakeld. Terwijl de
nylondraad uit de snijkop komt wordt hij automatisch
afgesneden op de juiste lengte door de mesjes in de
beschermkap (zie afb. 10).
OPMERKING:
Als de nylondraad niet automatisch wordt aangevoerd
wanneer de snijkop op de grond wordt gestoten, volgt u
de procedures die zijn beschreven onder “De
nylondraad-snijkop aanbrengen of verwijderen” en
“Een nieuwe nylondraad op de spoel wikkelen” om de
nylondraad opnieuw op te wikkelen of te vervangen.
Stoot het gereedschap niet tegen een betonnen of
asfalt ondergrond. Als u tegen dergelijke ondergronden
stoot, kan het gereedschap worden beschadigd.
DE ONDERDELEN MONTEREN
WAARSCHUWING:
Controleer altijd of het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu is verwijderd alvorens
enige werkzaamheden aan het gereedschap te
verrichten. Als het gereedschap niet wordt
uitgeschakeld en de accu niet uit het gereedschap
wordt verwijderd, kan dat na per ongeluk inschakelen
leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
Start het gereedschap nooit voordat het op de
juiste wijze is gemonteerd. Door het gereedschap in
een gedeeltelijk gemonteerde toestand te laten
werken, kan dat na per ongeluk inschakelen leiden tot
ernstig persoonlijk letsel.
De voorhandgreep aanbrengen (zie
afb. 11)
Plaats de voorhandgreep op de voorhandgreephouder en
zet hem vast met een zeskantbout en de klemmoer die bij
de graskantmaaier werden geleverd, zoals aangegeven in
de afbeelding. Op dit moment moet de zeskantbout
worden aangebracht vanaf de zijkant waar zich het
boutkopvergrendelhuis bevindt, en moet de klemmoer
worden aangebracht vanaf de tegenoverliggende zijkant.
OPMERKING:
In het montagegebied van de voorhandgreep zit een
sleuf van rand tot rand . Door deze sleuf kunt u
gemakkelijk de voorhandgreep aanbrengen op de
voorhandgreephouder.
De hoek van de voorhandgreep is verstelbaar. Om de
hoek van de voorhandgreep te verstellen, draait u de
klemmoer linksom los, plaatst u de voorhandgreep onder
de gewenste hoek overeenkomstig uw werkzaamheden
en draait u de klemmoer weer rechtsom vast.
De beschermkap aanbrengen
LET OP:
Wees tijdens het aanbrengen van de beschermkap
voorzichtig het mesje voor het afsnijden van de
nylondraad aan de binnenkant van de
beschermkap niet aan te raken. Aanraking van het
mesje kan leiden tot persoonlijk letsel.
Breng de beschermkap aan door hem zodanig op het
motorhuis te plaatsen dat de nylondraad niet bekneld zit
tussen de beschermkap en het motorhuis, en zet hem
vervolgens vast met behulp van de twee schroeven.
Voordat u de graskantmaaier start, haalt u het meskapje
van het mesje af (zie afb. 12).
Bedrijfslampje Toestand van accu/gereedschap Te nemen maatregelen
Het bedrijfslampje knippert rood. Dit geeft het juiste tijdstip aan om de
accu te vervangen wanneer de accu
bijna leeg is.
Laad de accu zo spoedig mogelijk op.
Het bedrijfslampje brandt rood.
(Opmerking 1)
Deze functie treedt in werking wanneer
de acculading bijna opgebruikt is. Op
dat moment stopt het gereedschap
onmiddellijk.
Laad de accu op.
Het bedrijfslampje brandt rood.
(Opmerking 1)
Het gereedschap stopt automatisch als
gevolg van overbelasting.
Schakel het gereedschap uit.
42
De nylondraad-snijkop aanbrengen of
verwijderen
WAARSCHUWING:
Voordat u de nylondraad-snijkop (d.w.z. het
spoeldeksel en de spoel) aanbrengt of verwijdert,
controleert u of het gereedschap is uitgeschakeld
en de accu van het gereedschap is verwijderd. Als
het gereedschap niet wordt uitgeschakeld en de accu
niet uit het gereedschap wordt verwijderd, kan dat
leiden tot persoonlijk letsel.
LET OP:
Bij het aanbrengen of verwijderen van de
nylondraad-snijkop, let u erop niet het mesje in de
beschermkap aan te raken. Aanraking van het mesje
kan leiden tot persoonlijk letsel.
Om de nylondraad-snijkop (de spoel en het spoeldeksel)
vanaf de graskantmaaier te verwijderen, duwt u met
kracht de vergrendelnokken aan beide zijkanten van het
spoeldeksel naar binnen en tilt u het spoeldeksel eraf (zie
afb. 13 en 14).
KENNISGEVING:
Zorg ervoor dat de veer is aangebracht in het
spoelhouder.
Om een nylondraad-snijkop (de spoel en het spoeldeksel)
met een nieuw gewikkelde nylondraad aan te brengen op
de graskantmaaier, lijnt u de nylondraadopening uit met
de uitsparing voor het uitsteeksel op de nylondraad-
snijkop en drukt u hem erin tot een klik wordt gehoord (zie
afb. 15).
Een nieuwe nylondraad op de spoel
wikkelen
Verwijder de spoel vanaf het spoeldeksel en haal de
resterende nylondraad van de spoel af (zie afb. 16).
Steek een nylondraad in de klem, zoals aangegeven in de
afbeelding (zie afb. 17).
Wikkel hem strak en vlak rond de spoel in de richting van
de pijl op de spoel, zodat het oppervlak van de
gewikkelde nylondraad uniform is over het hele
wikkeloppervlak (zie afb. 18).
Zet de nylondraad tijdelijk vast in de inkeping aangegeven
in de afbeelding (zie afb. 19).
Steek het uiteinde van de nylondraad dor de
nylondraadopening in het spoeldeksel (zie afb. 20).
Nadat de nylondraad-snijkop weer is aangebracht op de
graskantmaaier, controleert u of de nylondraad wordt
aangevoerd door op de spoel te duwen en aan de
nylondraad te trekken (zie afb. 21).
BEDRIJF
De schouderriem bevestigen (zie afb. 22)
Haak de schouderriem in een gat in de voorhandgreep.
Bediening
LET OP:
Maai lang gras niet in één keer. Als u lang gras in
één keer vlak boven de wortels maait, kan het lange
gras zich rond de as van de motor van de
graskantmaaier wikkelen waardoor de motor
overbelast wordt en de graskantmaaier wordt
beschadigd.
LET OP:
Zorg ervoor dat tijdens gebruik de spoel van de
graskantmaaier niet de grond raakt. Als de spoel de
grond raakt, kan de motor overbelast worden en de
graskantmaaier worden beschadigd (zie afb. 23 en
24).
LET OP:
Duw de graskantmaaier niet het dichtbegroeide gras in
(zie afb. 25).
LET OP:
Zorg ervoor dat de graskantmaaier niet de grond in
maait (zie afb. 26).
Gras maaien naast een boom, betonblok,
tuinmuur, siersteen of dergelijke (zie
afb. 27)
Houd de graskantmaaier schuin zonder dat hij de grond
raakt en maai het gras met de punt van de nylondraad die
de grond raakt. Bij deze werkzaamheden is een soepele
aanvoer van de nylondraad belangrijk omdat de
nylondraad sneller slijt dan gebruikelijk.
OPMERKING:
Als de graskantmaaier te dicht bij een boom,
betonblok, tuinmuur, siersteen of dergelijke komt
tijdens het maaien van grasranden of soortgelijke
werkzaamheden, kan de nylondraad halverwege
binnenin het spoeldeksel worden afgesneden. Als dat
gebeurt verwijdert u de spoel uit het spoeldeksel en
plaatst u de nylondraad opnieuw volgens de
beschrijvingen onder “De nylondraad-snijkop
aanbrengen of verwijderen” en “Een nieuwe
nylondraad op de spoel wikkelen”. Als u tijdens gebruik
met de punt van de nylondraad maait, krijgt u de beste
resultaten en daarom wordt het aangeraden om het
gereedschap meer dan 5 cm verwijderd te houden van
een boom, betonblok, tuinmuur, siersteen en
dergelijke.
Schakel de graskantmaaier in voordat deze het te maaien
gras raakt.
Maai het gras met de punt van de nylondraad door de
graskantmaaier van rechts naar links te bewegen en
langzaam vooruit te gaan, waarbij u de graskantmaaier
onder een hoek van 30° ten opzichte van de grond houdt.
Maai hoog gras in lagen en begin altijd bovenaan en werk
stapsgewijs omlaag.
Het gereedschap gebruiken als een
grasschaar
Door het gereedschap als een grasschaar te gebruiken
kunt u langs de randen van een betonblok, stenen en
dergelijke maaien (zie afb. 28).
Om het gereedschap als een grasschaar te gebruiken,
houdt u de schacht van de graskantmaaier met één hand
vast en draait u de vergrendelring linksom om de schacht
te ontgrendelen. Draai de schacht met het motorhuis 180°
en draai daarna de vergrendelring rechtsom vast tot hij de
schacht vergrendelt (zie afb. 29).
43
OPMERKING:
Voordat u de schacht draait moet u hem helemaal
inschuiven of uitschuiven.
Nadat u het gereedschap in de grasschaar-stand hebt
gezet, let u erop dat de schacht met het motorhuis
goed zijn vergrendeld.
Voor een goed afwerkresultaat beweegt u de snijkop
parallel aan de rand waarlangs u wilt maaien (zie afb. 30).
Gras maaien in een krappe ruimte of op
een helling
WAARSCHUWING:
Let bij het maaien van gras op een helling goed op
stenen, gras en andere vreemde voorwerpen die door
de snijkop worden opgeworpen.
Zorg ervoor dat u bij het maaien van gras op een
helling altijd stevig en stabiel staat.
Om gemakkelijker te kunnen werken in een krappe ruimte
met een beperkte hoogte, zoals bij het maaien van gras
onder het dek van een veranda of iets dergelijks, drukt u
de vergrendelknop in en kantelt u de snijkop omlaag
zodat de schacht parallel aan de grond is. Door de hoek
van de snijkop op deze manier goed af te stellen, kunt u
gemakkelijker het gras op een helling maaien (zie
afb. 31).
ONDERHOUD
WAARSCHUWING:
Zorg er altijd voor dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu is verwijderd, voordat u
een inspectie of onderhoud aan het gereedschap
uitvoert. Als het gereedschap niet wordt uitgeschakeld
en de accu niet uit het gereedschap wordt verwijderd,
kan dat na per ongeluk inschakelen leiden tot ernstig
persoonlijk letsel.
KENNISGEVING:
Gebruik nooit benzine, wasbenzine, thinner, alcohol,
enz. Dit kan leiden tot verkleuren, vervormen of
barsten.
Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het
gereedschap te handhaven, dienen alle reparaties,
onderhoud en afstellingen te worden uitgevoerd door een
erkend Dolmar-servicecentrum, en altijd met
gebruikmaking van originele Dolmar-
vervangingsonderdelen.
VERKRIJGBARE ACCESSOIRES
LET OP:
Deze accessoires of hulpstukken worden aanbevolen
voor gebruik met het Dolmar-gereedschap dat in deze
gebruiksaanwijzing wordt beschreven. Het gebruik van
andere accessoires of hulpstukken kan gevaar voor
persoonlijk letsel opleveren. Gebruik de accessoires of
hulpstukken uitsluitend voor de aangegeven
gebruiksdoeleinden.
Mocht u meer informatie willen hebben over deze
accessoires, dan kunt u contact opnemen met uw
plaatselijke Dolmar-servicecentrum.
Nylondraad-snijkop
Nylondraad
Schouderriem
Veiligheidsbril
Diverse types originele Dolmar-accu’s en -acculaders
OPMERKING:
Sommige items op de lijst kunnen zijn inbegrepen in de
doos van het gereedschap als standaard toebehoren.
Zij kunnen van land tot land verschillen.
Geluid
ENG905-1
De typische, A-gewogen geluidsniveaus zijn gemeten
volgens EN786:
Geluidsdrukniveau (L
pA
): 82 dB (A)
Geluidsvermogenniveau (L
WA
): 88,5 dB (A)
Onzekerheid (K): 2,5 dB (A)
Draag gehoorbescherming.
Trilling
ENG904-1
De trillingsemissiewaarde is bepaald volgens EN786:
Trillingsemissie (a
h
): 2,5 m/s
2
of minder
Onzekerheid (K): 1,5 m/s
2
ENG901-1
De opgegeven trillingsemissiewaarde is gemeten
volgens de standaardtestmethode en kan worden
gebruikt om dit gereedschap te vergelijken met andere
gereedschappen.
De opgegeven trillingsemissiewaarde kan ook worden
gebruikt voor een beoordeling vooraf van de
blootstelling.
WAARSCHUWING:
De trillingsemissie tijdens het gebruik van het elektrisch
gereedschap in de praktijk kan verschillen van de
opgegeven trillingsemissiewaarde afhankelijk van de
manier waarop het gereedschap wordt gebruikt.
Zorg ervoor dat veiligheidsmaatregelen worden
getroffen ter bescherming van de operator die zijn
gebaseerd op een schatting van de blootstelling onder
praktijkomstandigheden (rekening houdend met alle
fasen van de bedrijfscyclus, zoals de tijdsduur
gedurende welke het gereedschap is uitgeschakeld en
stationair draait, naast de ingeschakelde tijdsduur).
Alleen voor Europese landen
ENH222-1
EU-verklaring van conformiteit
Ondergetekenden, Tamiro Kishima en Rainer
Bergfeld, als erkende vertegenwoordigers van Dolmar
GmbH, verklaren dat de DOLMAR-machine(s):
Aanduiding van de machine:
Accugraskantmaaier
Modelnr./Type: AT-1827H
Technische gegevens: zie de tabel “TECHNISCHE
GEGEVENS”.
in serie zijn geproduceerd en
Voldoen aan de volgende Europese richtlijnen:
2000/14/EC en 2006/42/EC
En zijn gefabriceerd in overeenstemming met de
volgende normen of genormaliseerde documenten:
EN60745, EN60335
De technische documentatie wordt bewaard door:
Dolmar GmbH,
Jenfelder Straße 38, Abteilung FZ,
D-22045 Hamburg
44
De conformiteitsbeoordelingsprocedure vereist door
Richtlijn 2000/14/EC was is Overeenstemming met annex
VI.
Officiële instantie:
TÜV Rheinland LGA Products GmbH
Tillystraße 2
90431 Nürnberg, Duitsland
Identificatienummer 0197
Gemeten geluidsvermogenniveau: 88,5 dB (A)
Gegarandeerd geluidsvermogenniveau: 91 dB (A)
23.9.2011
Tamiro Kishima Rainer Bergfeld
Hoofddirecteur Hoofddirecteur

Documenttranscriptie

NEDERLANDS (Originele instructies) Verklaring van het onderdelenoverzicht 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. Bedrijfslampje Aan/uit-schakelaar Accu Voorhandgreep Klemmoer Vergrendelring Beschermkap Nylondraad-snijkop Rode deel Knop Ster-merkteken Uit-vergrendelknop Schacht Vergrendelring Zeskantbout Schroeven Meskapje Nylondraadopening Uitsparing voor het uitsteeksel op de nylondraad-snijkop 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26. 27. 28. Veer Spoelhouder Nylondraad Klem voor nylondraad Draadspoel Schouderriem Haak Motorhuis Vergrendelknop TECHNISCHE GEGEVENS Model AT-1827H Onbelast toerental 7.800 min-1 Totale lengte 1.229 mm - 1.433 mm Maaidiameter met nylondraad-snijkop Nettogewicht Nominale spanning Standaardaccu(’s) Waarschuwing: Gebruik uitsluitend de aangegeven accu(’s). 260 mm 2,9 kg 3,1 kg 18 volt gelijkstroom AP-181/AP-1815 AP-183 • Als gevolg van ons doorlopende onderzoeks- en ontwikkelingsprogramma, zijn de technische gegevens van dit gereedschap onderhevig aan veranderingen zonder voorafgaande kennisgeving. • Specificaties en accu’s kunnen van land tot land verschillen. • Gewicht, inclusief de accu, volgens de EPTA-procedure 01/2003 Symbolen END017-3 Hieronder staan de symbolen die voor het gereedschap worden gebruikt. Zorg ervoor dat u weet wat ze betekenen alvorens de accu te gebruiken. .................. Besteed bijzondere zorg en aandacht! ........ Lees de gebruiksaanwijzing. .................. Gevaar: wees bedacht op opgeworpen voorwerpen. .................. De afstand tussen het gereedschap en omstanders moet minstens 15 meter te zijn. .......... Houd omstanders uit de buurt. .......... Blijf minstens 15 meter uit de buurt. .................. Voorkom terugslag. .................. Draag stevige schoenen met antislipzolen. Veiligheidsschoenen met stalen neuzen worden aanbevolen. .................. Stel het gereedschap niet bloot aan vocht. .................. Toegestaan maximumtoerental. Cd Ni-MH ............. Alleen voor EU-landen Li-ion Geef elektrisch gereedschap en accu’s niet met het huisvuil mee! Volgens de Europese richtlijn 2012/19/ EU inzake oude elektrische en elektronische apparaten, 2006/66/EC inzake batterijen en accu’s en oude batterijen en accu’s en de toepassing daarvan binnen de nationale wetgeving, dienen gebruikt elektrisch gereedschap en accu’s gescheiden te worden ingezameld en te worden afgevoerd naar een recyclebedrijf dat voldoet aan de geldende milieu-eisen. .................. Draag een veiligheidshelm, veiligheidsbril en gehoorbescherming. BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES .................. Draag veiligheidshandschoenen. WAARSCHUWING! Lees alle veiligheidswaarschuwingen en alle instructies. Het GEB092-4 37 niet volgen van de waarschuwingen en instructies kan leiden tot elektrische schokken, brand en/of ernstig letsel. Bewaar alle waarschuwingen en instructies om in de toekomst te kunnen raadplegen. 1. Zorg dat u vertrouwd bent met de bedieningselementen en het juiste gebruik van het gereedschap. 2. Na het uitschakelen van de motor blijft het snijgarnituur nog even ronddraaien. 3. Laat in geen geval het gereedschap gebruiken door kinderen of personen die niet bekend zijn met de instructies. 4. Onderbreek het gebruik van het gereedschap wanneer andere personen, met name kinderen, of huisdieren in de buurt komen. 5. Gebruik het gereedschap alleen bij daglicht of voldoende kunstlicht. 6. Vóór gebruik van het gereedschap en na iedere botsing, controleert u op tekenen van slijtage of beschadiging, en repareert u het gereedschap zo nodig. 7. Wees voorzichtig dat u geen letsel oploopt door het mesje voor het op lengte afsnijden van de nylondraad. Nadat u de nylondraad hebt uitgetrokken, zet u het gereedschap altijd eerst terug rechtop voordat u hem inschakelt. 8. Monteer nooit een metalen snijgarnituur. 9. Dit gereedschap is niet geschikt voor gebruik door personen (waaronder kinderen) met een verminderd lichamelijk, zintuiglijk of geestelijk vermogen, of gebrek aan kennis en ervaring, behalve indien zij instructies hebben gehad en onder toezicht staan van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Kinderen dienen onder toezicht te staan om ervoor te zorgen dat zij niet met het gereedschap spelen. 10. Gebruik het gereedschap met de hoogstmogelijke zorg en aandacht. 11. Gebruik het gereedschap alleen als u in goede lichamelijke conditie bent. Werk altijd rustig en voorzichtig. Gebruik uw gezond verstand en denk eraan dat de gebruiker van het gereedschap verantwoordelijk is voor ongelukken en gevaren die personen of hun eigendommen kunnen overkomen. 12. Bedien het gereedschap nooit wanneer u vermoeid bent, zich ziek voelt, of onder invloed bent van alcohol of drugs. 13. Het gereedschap moet onmiddellijk uitgeschakeld worden als tekenen van een ongebruikelijke werking merkbaar zijn. Bedoeld gebruik van het gereedschap 1. Gebruik het juiste gereedschap. De accugraskantmaaier is uitsluitend bedoeld voor het maaien van gras en kleine onkruiden. Het mag niet worden gebruikt voor enig ander doel, zoals heggen snoeien, aangezien dit tot letsel kan leiden. 38 Persoonlijke-veiligheidsuitrusting (zie afb. 1 en 2) 1. Draag geschikte kleding. De te dragen kleding dient functioneel en geschikt te zijn, d.w.z. nauwsluitend zonder te hinderen. Draag geen juwelen of kleding die verstrikt kunnen raken in hoog gras. Draag een haarbedekking om lang haar uit de weg te houden. 2. Draag altijd stevige schoenen met een antislipzool wanneer u het gereedschap gebruikt. Dit beschermt u tegen letsel en garandeert dat u stevig staat. 3. Draag een veiligheidsbril of een spatscherm. Elektrische veiligheid en accu 1. Vermijd gevaarlijke omgevingen. Gebruik het gereedschap niet op vochtige of natte plaatsen en stel het niet bloot aan regen. Als water binnendringt in het gereedschap, wordt de kans op een elektrische schok groter. 2. Laad alleen op met de acculader aanbevolen door de fabrikant. Een acculader die geschikt is voor een bepaald type accu, kan brandgevaar opleveren indien gebruikt met een ander type accu. 3. Gebruik het gereedschap uitsluitend met de daarvoor bestemde accu. Als u een andere accu erin gebruikt, kan dit leiden tot persoonlijk letsel of brand. 4. Werp de accu niet in een vuur. De accu kan exploderen. Raadpleeg de lokale regelgeving voor mogelijke speciale verwerkingsvereisten. 5. Open of vervorm de accu niet. Het elektrolyt is agressief en kan letsel toebrengen aan de ogen en huid. Het kan giftig zijn bij inslikken. Het gereedschap inschakelen (zie afb. 3) 1. Controleer of er geen kinderen of andere mensen aanwezig zijn binnen een werkbereik van 15 meter en let ook op of er geen dieren in de werkomgeving zijn. Als dat het geval is, stopt u met het gebruik van het gereedschap. 2. Controleer voor gebruik altijd of het gereedschap veilig is om te gebruiken. Controleer de veiligheid van het snijgarnituur en de beschermkap, en controleer of de aan/uit-schakelaar goed werkt en gemakkelijk kan worden bediend. Controleer of de handgrepen schoon en droog zijn en test de werking van de aan/uit-schakelaar. 3. Controleer op beschadigde onderdelen voordat u het gereedschap verder gebruikt. Een beschermkap of ander onderdeel day beschadigd is, moet nauwkeurig worden onderzocht om te beoordelen of het goed werkt en zijn beoogde functie kan uitvoeren. Controleer of bewegende delen goed uitgelijnd zijn en niet vastgelopen zijn, of onderdelen niet kapot zijn en stevig gemonteerd zijn, en enige andere situatie die van invloed kan zijn op de werking van het gereedschap. Een beschermkap of ander onderdeel dat beschadigd is, dient vakkundig te worden gerepareerd of vervangen door een erkend servicecentrum, behalve indien anders aangegeven in deze gebruiksaanwijzing. 4. Schakel de motor alleen in wanneer de handen en voeten uit de buurt van het snijgarnituur zijn. 5. Controleer vóór het starten of het snijgarnituur geen contact maakt met harde voorwerpen, zoals takken, stenen, enz., omdat tijdens het starten het snijgarnituur zal ronddraaien. Gebruiksmethode 1. Gebruik het gereedschap nooit met beschadigde beschermkappen of zonder aangebrachte beschermkappen. 2. Gebruik het gereedschap alleen bij goed licht en zicht. Wees in de winter bedacht op gladde of natte plaatsen, ijs en sneeuw (gevaar voor uitglijden). Zorg er altijd voor dat u stevig staat. 3. Wees voorzichtig uw handen en voeten niet te verwonden aan het snijgarnituur. 4. Houd altijd handen en voeten uit de buurt van het snijgarnituur, met name bij het inschakelen van de motor. 5. Maai nooit boven heuphoogte. 6. Sta nooit op een ladder met draaiend gereedschap. 7. Werk nooit op onstabiele oppervlakken. 8. Reik niet te ver. Zorg altijd voor een stevige stand en goede lichaamsbalans. 9. Verwijder zand, stenen, nagels, enz. die u binnen uw werkbereik vindt. Vreemde voorwerpen kunnen het snijgarnituur beschadigen en opgeworpen worden waardoor ernstig persoonlijk letsel kan worden veroorzaakt. 10. Als het snijgarnituur stenen of andere harde voorwerpen raakt, moet u de motor onmiddellijk uitschakelen en het snijgarnituur controleren. 11. Voordat u begint te maaien, moet het snijgarnituur op maximaal toerental draaien. 12. Houd tijdens gebruik het gereedschap altijd met twee handen vast. Houd het gereedschap tijdens het gebruik nooit met slechts één hand vast. Zorg er altijd voor dat u stevig staat. 13. De volledige veiligheidsuitrusting, zoals een beschermkap die bij het gereedschap wordt geleverd, moeten tijdens het werk worden gebruikt. 14. Behalve in noodgevallen mag u het gereedschap nooit op de grond laten vallen of weggooien omdat hierdoor het gereedschap zwaar beschadigd kan raken. 15. Sleep het gereedschap nooit over de grond wanneer u het wilt verplaatsen omdat hierdoor het gereedschap kan worden beschadigd. 16. Verwijder altijd de accu uit het gereedschap: – iedere keer als u het gereedschap onbeheerd achterlaat; – voordat u een verstopping opheft; – voordat u het gereedschap controleert, reinigt of er werkzaamheden aan gaat verrichten; – voordat u enige afstelling maakt, een accessoire vervangt of het gereedschap opbergt; – als het gereedschap op ongebruikelijke manier begint te trillen; – wanneer u het gereedschap gaat vervoeren. 17. Forceer het gereedschap niet. Het gereedschap werkt beter en met een kleinere kans op letsel op de manier waarvoor het is ontworpen. Onderhoudsinstructies 1. De toestand van het snijgarnituur, de veiligheidsuitrusting moet worden gecontroleerd voor aanvang van de werkzaamheden. 2. Schakel de motor uit en verwijder de accu voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert, het snijgarnituur vervangt, of het gereedschap schoonmaakt. 3. Verwijder na gebruik de accu van het gereedschap en controleer op beschadigingen. 4. Controleer op loszittende bevestigingen en beschadigde onderdelen, zoals bijna halfdoorgescheurd in het snijgarnituur. 5. Wanneer het gereedschap niet wordt gebruikt, bergt u het op op een droge plaats die op slot kan of buiten bereik van kinderen ligt. 6. Gebruik uitsluitend de door de fabrikant aanbevolen vervangingsonderdelen en accessoires. 7. Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen altijd vrij zijn van vuil. 8. Inspecteer en onderhoud het gereedschap regelmatig, met name vóór en na gebruik. Laat het gereedschap alleen repareren door een erkend servicecentrum. 9. Houd de handgrepen droog, schoon en vrij van olie en vetten. BEWAAR DEZE INSTRUCTIES. WAARSCHUWING: Laat u NIET misleiden door een vals gevoel van comfort en bekendheid met het gereedschap (na veelvuldig gebruik) en neem alle veiligheidsvoorschriften van het betreffende product altijd strikt in acht. VERKEERD GEBRUIK of het niet volgen van de veiligheidsinstructies in deze gebruiksaanwijzing kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel. BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES ENC007-7 VOOR ACCU’S 1. Alvorens de accu in gebruik te nemen, leest u eerst alle instructies en waarschuwingsopschriften op (1) de acculader, (2) de accu en (3) het apparaat waarin de accu wordt aangebracht. 2. Haal de accu niet uit elkaar. 3. Als de gebruikstijd aanzienlijk korter is geworden, stopt u onmiddellijk met het gebruik. Anders kan dit leiden tot kans op oververhitting, mogelijke brandwonden en zelfs een explosie. 4. Als de elektrolyt in uw ogen komt, wast u deze uit met schoon water en raadpleegt u onmiddellijk een arts. Dit kan leiden tot verlies van gezichtsvermogen. 5. Sluit de accu niet kort: 39 (1) 6. 7. 8. 9. Raak de accupolen niet aan met enig geleidend materiaal. (2) Bewaar de accu niet op een plaats waar deze in aanraking kan komen met andere metalen voorwerpen, zoals spijkers, munten, enz. (3) Stel de accu niet bloot aan water of regen. Kortsluiting van de accu kan leiden tot een hoge stroomsterkte, oververhitting, mogelijke brandwonden en zelfs een defect. Bewaar het gereedschap en de accu niet op plaatsen waar de temperatuur kan oplopen tot 50 °C of hoger. Werp de accu niet in een vuur, zelfs niet als deze al ernstig beschadigd of helemaal versleten is. De accu kan in een vuur exploderen. Wees voorzichtig dat u de accu niet laat vallen of ergens tegenaan stoot. Gebruik nooit een beschadigde accu. BEWAAR DEZE INSTRUCTIES. Tips voor een lange levensduur van de accu 1. Laad de accu op voordat deze volledig leeg is. Wanneer u merkt dat het gereedschap minder vermogen heeft, stopt u met het gebruik ervan en laadt u eerst de accu op. 2. Laad nooit een volledig opgeladen accu op. Te lang opladen verkort de levensduur van de accu. 3. Laad de accu op bij een omgevingstemperatuur van 10 °C tot 40 °C. Laat een warme accu eerst afkoelen voordat u deze oplaadt. 4. Laad de accu ieder half jaar op als u deze gedurende een lange tijd niet gebruikt. BESCHRIJVING VAN DE ONDERDELEN (zie afb. 4) BESCHRIJVING VAN DE FUNCTIES WAARSCHUWING: • Zorg ervoor dat het gereedschap is uitgeschakeld en dat de accu is verwijderd voordat u de werking van het gereedschap aanpast of controleert. Als het gereedschap niet wordt uitgeschakeld en de accu niet uit het gereedschap wordt verwijderd, kan dat na per ongeluk inschakelen leiden tot ernstig persoonlijk letsel. De accu aanbrengen en verwijderen (zie afb. 5) LET OP: • Schakel het gereedschap altijd uit voordat u de accu aanbrengt of verwijdert. • Houd het gereedschap en de accu stevig vast tijdens het aanbrengen of verwijderen van de accu. Als u het gereedschap en de accu niet stevig vasthoudt, kunnen deze uit uw handen glippen en beschadigd raken, of kan persoonlijk letsel worden veroorzaakt. 40 Om de accu te verwijderen verschuift u de knop aan de voorkant van de accu en schuift u tegelijkertijd de accu van het gereedschap af. Om de accu aan te brengen, lijnt u de lip op de accu uit met de groef in de behuizing en duwt u de accu op zijn plaats. Steek de accu zo ver mogelijk erin tot u een klikgeluid hoort. Als u het rode deel aan de bovenkant van de knop kunt zien, is de accu niet goed aangebracht. LET OP: • Breng de accu altijd helemaal aan totdat het rode deel niet meer zichtbaar is. Als u dit niet doet, kan de accu per ongeluk uit het gereedschap vallen en u of anderen in uw omgeving verwonden. • Breng de accu niet met kracht aan. Als de accu niet gemakkelijk erin kan worden geschoven, wordt deze niet goed aangebracht. Accubeveiligingssysteem (lithiumionaccu met een ster-merkteken) (zie afb. 6) Lithiumionaccu’s met een ster-merkteken zijn uitgerust met een beveiligingssysteem. Dit systeem schakelt automatisch de voeding naar het gereedschap uit om de levensduur van de accu te verlengen. Het gereedschap zal tijdens gebruik automatisch stoppen wanneer het gereedschap en/of de accu zich in een van de volgende omstandigheden bevinden: • Overbelasting: Het gereedschap wordt gebruikt op een manier die ertoe leidt dat een abnormaal hoge stroomsterkte uit de accu wordt getrokken. Laat in die situatie de aan/uit-schakelaar van het gereedschap los en stop het gebruik dat ertoe leidde dat het gereedschap overbelast werd. Knijp daarna opnieuw de aan/uit-schakelaar in om het gereedschap weer in te schakelen. Als het gereedschap niet wordt ingeschakeld, is de accu oververhit. In die situatie laat u de accu eerst afkoelen voordat u opnieuw de aan/uit-schakelaar inknijpt. • Lage accuspanning: De resterende acculading is te laag en het gereedschap wordt niet ingeschakeld. Verwijder in die situatie de accu en laad hem op. In- en uitschakelen WAARSCHUWING: • Controleer altijd, voordat u de accu in het gereedschap steekt, of de aan/uit-schakelaar op de juiste manier schakelt en weer terugkeert naar de uit-stand nadat deze is losgelaten. Knijp de aan/uitschakelaar niet hard in zonder de uitvergrendelknop te bedienen. Hierdoor kan de aan/ uit-schakelaar stuk gaan. Het gebruik van gereedschap met een schakelaar die niet goed werkt, kan leiden tot verlies van controle en ernstige verwondingen. Om te voorkomen dat de aan/uit-schakelaar per ongeluk wordt bediend, is een uit-vergrendelknop aangebracht. Om het gereedschap te starten, schuift u de uitvergrendelknop naar voren en knijpt u de aan/uitschakelaar in. Laat de aan/uit-schakelaar los om het gereedschap te stoppen (zie afb. 7). Bedrijfslampje (zie afb. 8) Tijdens gebruik van het gereedschap geeft het bedrijfslampje de toestand van de acculading aan. In het geval het gereedschap overbelast is en tijdens gebruik is gestopt, brandt het bedrijfslampje rood. Bedrijfslampje Raadpleeg onderstaande tabel voor de toestand van de accu en het gereedschap, alsmede de te nemen maatregelen voor iedere status van het bedrijfslampje. Toestand van accu/gereedschap Te nemen maatregelen Het bedrijfslampje knippert rood. Dit geeft het juiste tijdstip aan om de accu te vervangen wanneer de accu bijna leeg is. Het bedrijfslampje brandt rood. (Opmerking 1) Deze functie treedt in werking wanneer Laad de accu op. de acculading bijna opgebruikt is. Op dat moment stopt het gereedschap onmiddellijk. Het bedrijfslampje brandt rood. (Opmerking 1) Het gereedschap stopt automatisch als Schakel het gereedschap uit. gevolg van overbelasting. Laad de accu zo spoedig mogelijk op. Opmerking 1: Het moment waarop het bedrijfslampje gaat branden varieert met de temperatuur in het werkgebied en de toestand van de accu. 012443 verrichten. Als het gereedschap niet wordt uitgeschakeld en de accu niet uit het gereedschap De schachtlengte afstellen wordt verwijderd, kan dat na per ongeluk inschakelen leiden tot ernstig persoonlijk letsel. WAARSCHUWING: • Start het gereedschap nooit voordat het op de • Laat voordat u de schachtlengte afstelt eerst de aan/ juiste wijze is gemonteerd. Door het gereedschap in uit-schakelaar los en verwijder de accu vanaf de een gedeeltelijk gemonteerde toestand te laten graskantmaaier. Als u de aan/uit-schakelaar niet werken, kan dat na per ongeluk inschakelen leiden tot loslaat en de accu niet verwijdert, kan persoonlijk letsel ernstig persoonlijk letsel. worden veroorzaakt. Om de lengte van de schacht af te stellen, draait u de De voorhandgreep aanbrengen (zie vergrendelring linksom tot de as is ontgrendeld en trekt u afb. 11) de schacht uit of duwt u hem in tot de gewenste lengte (zie afb. 9). Plaats de voorhandgreep op de voorhandgreephouder en zet hem vast met een zeskantbout en de klemmoer die bij Nylondraad-snijkop de graskantmaaier werden geleverd, zoals aangegeven in de afbeelding. Op dit moment moet de zeskantbout KENNISGEVING: worden aangebracht vanaf de zijkant waar zich het • Het aanvoeren van nylondraad zal niet goed werken boutkopvergrendelhuis bevindt, en moet de klemmoer wanneer de nylondraad-snijkop niet draait. worden aangebracht vanaf de tegenoverliggende zijkant. De nylondraad-snijkop is een enkele-draadkop uitgerust OPMERKING: met een stoot-aanvoermechanisme. • In het montagegebied van de voorhandgreep zit een Om ervoor te zorgen dat de nylondraad aangevoerd sleuf van rand tot rand . Door deze sleuf kunt u wordt, moet de snijkop op de grond gestoten worden gemakkelijk de voorhandgreep aanbrengen op de terwijl het gereedschap is ingeschakeld. Terwijl de voorhandgreephouder. nylondraad uit de snijkop komt wordt hij automatisch De hoek van de voorhandgreep is verstelbaar. Om de afgesneden op de juiste lengte door de mesjes in de hoek van de voorhandgreep te verstellen, draait u de beschermkap (zie afb. 10). klemmoer linksom los, plaatst u de voorhandgreep onder OPMERKING: de gewenste hoek overeenkomstig uw werkzaamheden • Als de nylondraad niet automatisch wordt aangevoerd en draait u de klemmoer weer rechtsom vast. wanneer de snijkop op de grond wordt gestoten, volgt u de procedures die zijn beschreven onder “De De beschermkap aanbrengen nylondraad-snijkop aanbrengen of verwijderen” en “Een nieuwe nylondraad op de spoel wikkelen” om de LET OP: nylondraad opnieuw op te wikkelen of te vervangen. • Wees tijdens het aanbrengen van de beschermkap • Stoot het gereedschap niet tegen een betonnen of voorzichtig het mesje voor het afsnijden van de asfalt ondergrond. Als u tegen dergelijke ondergronden nylondraad aan de binnenkant van de stoot, kan het gereedschap worden beschadigd. beschermkap niet aan te raken. Aanraking van het mesje kan leiden tot persoonlijk letsel. Breng de beschermkap aan door hem zodanig op het DE ONDERDELEN MONTEREN motorhuis te plaatsen dat de nylondraad niet bekneld zit WAARSCHUWING: tussen de beschermkap en het motorhuis, en zet hem • Controleer altijd of het gereedschap is vervolgens vast met behulp van de twee schroeven. uitgeschakeld en de accu is verwijderd alvorens Voordat u de graskantmaaier start, haalt u het meskapje enige werkzaamheden aan het gereedschap te van het mesje af (zie afb. 12). 41 De nylondraad-snijkop aanbrengen of verwijderen WAARSCHUWING: • Voordat u de nylondraad-snijkop (d.w.z. het spoeldeksel en de spoel) aanbrengt of verwijdert, controleert u of het gereedschap is uitgeschakeld en de accu van het gereedschap is verwijderd. Als het gereedschap niet wordt uitgeschakeld en de accu niet uit het gereedschap wordt verwijderd, kan dat leiden tot persoonlijk letsel. LET OP: • Bij het aanbrengen of verwijderen van de nylondraad-snijkop, let u erop niet het mesje in de beschermkap aan te raken. Aanraking van het mesje kan leiden tot persoonlijk letsel. Om de nylondraad-snijkop (de spoel en het spoeldeksel) vanaf de graskantmaaier te verwijderen, duwt u met kracht de vergrendelnokken aan beide zijkanten van het spoeldeksel naar binnen en tilt u het spoeldeksel eraf (zie afb. 13 en 14). KENNISGEVING: • Zorg ervoor dat de veer is aangebracht in het spoelhouder. Om een nylondraad-snijkop (de spoel en het spoeldeksel) met een nieuw gewikkelde nylondraad aan te brengen op de graskantmaaier, lijnt u de nylondraadopening uit met de uitsparing voor het uitsteeksel op de nylondraadsnijkop en drukt u hem erin tot een klik wordt gehoord (zie afb. 15). Een nieuwe nylondraad op de spoel wikkelen Verwijder de spoel vanaf het spoeldeksel en haal de resterende nylondraad van de spoel af (zie afb. 16). Steek een nylondraad in de klem, zoals aangegeven in de afbeelding (zie afb. 17). Wikkel hem strak en vlak rond de spoel in de richting van de pijl op de spoel, zodat het oppervlak van de gewikkelde nylondraad uniform is over het hele wikkeloppervlak (zie afb. 18). Zet de nylondraad tijdelijk vast in de inkeping aangegeven in de afbeelding (zie afb. 19). Steek het uiteinde van de nylondraad dor de nylondraadopening in het spoeldeksel (zie afb. 20). Nadat de nylondraad-snijkop weer is aangebracht op de graskantmaaier, controleert u of de nylondraad wordt aangevoerd door op de spoel te duwen en aan de nylondraad te trekken (zie afb. 21). BEDRIJF De schouderriem bevestigen (zie afb. 22) Haak de schouderriem in een gat in de voorhandgreep. Bediening LET OP: • Maai lang gras niet in één keer. Als u lang gras in één keer vlak boven de wortels maait, kan het lange gras zich rond de as van de motor van de graskantmaaier wikkelen waardoor de motor 42 overbelast wordt en de graskantmaaier wordt beschadigd. LET OP: • Zorg ervoor dat tijdens gebruik de spoel van de graskantmaaier niet de grond raakt. Als de spoel de grond raakt, kan de motor overbelast worden en de graskantmaaier worden beschadigd (zie afb. 23 en 24). LET OP: • Duw de graskantmaaier niet het dichtbegroeide gras in (zie afb. 25). LET OP: • Zorg ervoor dat de graskantmaaier niet de grond in maait (zie afb. 26). Gras maaien naast een boom, betonblok, tuinmuur, siersteen of dergelijke (zie afb. 27) Houd de graskantmaaier schuin zonder dat hij de grond raakt en maai het gras met de punt van de nylondraad die de grond raakt. Bij deze werkzaamheden is een soepele aanvoer van de nylondraad belangrijk omdat de nylondraad sneller slijt dan gebruikelijk. OPMERKING: • Als de graskantmaaier te dicht bij een boom, betonblok, tuinmuur, siersteen of dergelijke komt tijdens het maaien van grasranden of soortgelijke werkzaamheden, kan de nylondraad halverwege binnenin het spoeldeksel worden afgesneden. Als dat gebeurt verwijdert u de spoel uit het spoeldeksel en plaatst u de nylondraad opnieuw volgens de beschrijvingen onder “De nylondraad-snijkop aanbrengen of verwijderen” en “Een nieuwe nylondraad op de spoel wikkelen”. Als u tijdens gebruik met de punt van de nylondraad maait, krijgt u de beste resultaten en daarom wordt het aangeraden om het gereedschap meer dan 5 cm verwijderd te houden van een boom, betonblok, tuinmuur, siersteen en dergelijke. Schakel de graskantmaaier in voordat deze het te maaien gras raakt. Maai het gras met de punt van de nylondraad door de graskantmaaier van rechts naar links te bewegen en langzaam vooruit te gaan, waarbij u de graskantmaaier onder een hoek van 30° ten opzichte van de grond houdt. Maai hoog gras in lagen en begin altijd bovenaan en werk stapsgewijs omlaag. Het gereedschap gebruiken als een grasschaar Door het gereedschap als een grasschaar te gebruiken kunt u langs de randen van een betonblok, stenen en dergelijke maaien (zie afb. 28). Om het gereedschap als een grasschaar te gebruiken, houdt u de schacht van de graskantmaaier met één hand vast en draait u de vergrendelring linksom om de schacht te ontgrendelen. Draai de schacht met het motorhuis 180° en draai daarna de vergrendelring rechtsom vast tot hij de schacht vergrendelt (zie afb. 29). OPMERKING: • Voordat u de schacht draait moet u hem helemaal inschuiven of uitschuiven. • Nadat u het gereedschap in de grasschaar-stand hebt gezet, let u erop dat de schacht met het motorhuis goed zijn vergrendeld. Voor een goed afwerkresultaat beweegt u de snijkop parallel aan de rand waarlangs u wilt maaien (zie afb. 30). Gras maaien in een krappe ruimte of op een helling WAARSCHUWING: • Let bij het maaien van gras op een helling goed op stenen, gras en andere vreemde voorwerpen die door de snijkop worden opgeworpen. • Zorg ervoor dat u bij het maaien van gras op een helling altijd stevig en stabiel staat. Om gemakkelijker te kunnen werken in een krappe ruimte met een beperkte hoogte, zoals bij het maaien van gras onder het dek van een veranda of iets dergelijks, drukt u de vergrendelknop in en kantelt u de snijkop omlaag zodat de schacht parallel aan de grond is. Door de hoek van de snijkop op deze manier goed af te stellen, kunt u gemakkelijker het gras op een helling maaien (zie afb. 31). ONDERHOUD WAARSCHUWING: • Zorg er altijd voor dat het gereedschap is uitgeschakeld en de accu is verwijderd, voordat u een inspectie of onderhoud aan het gereedschap uitvoert. Als het gereedschap niet wordt uitgeschakeld en de accu niet uit het gereedschap wordt verwijderd, kan dat na per ongeluk inschakelen leiden tot ernstig persoonlijk letsel. KENNISGEVING: Gebruik nooit benzine, wasbenzine, thinner, alcohol, enz. Dit kan leiden tot verkleuren, vervormen of barsten. Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het gereedschap te handhaven, dienen alle reparaties, onderhoud en afstellingen te worden uitgevoerd door een erkend Dolmar-servicecentrum, en altijd met gebruikmaking van originele Dolmarvervangingsonderdelen. VERKRIJGBARE ACCESSOIRES LET OP: • Deze accessoires of hulpstukken worden aanbevolen voor gebruik met het Dolmar-gereedschap dat in deze gebruiksaanwijzing wordt beschreven. Het gebruik van andere accessoires of hulpstukken kan gevaar voor persoonlijk letsel opleveren. Gebruik de accessoires of hulpstukken uitsluitend voor de aangegeven gebruiksdoeleinden. Mocht u meer informatie willen hebben over deze accessoires, dan kunt u contact opnemen met uw plaatselijke Dolmar-servicecentrum. • Nylondraad-snijkop • Nylondraad • Schouderriem • Veiligheidsbril • Diverse types originele Dolmar-accu’s en -acculaders OPMERKING: • Sommige items op de lijst kunnen zijn inbegrepen in de doos van het gereedschap als standaard toebehoren. Zij kunnen van land tot land verschillen. Geluid ENG905-1 De typische, A-gewogen geluidsniveaus zijn gemeten volgens EN786: Geluidsdrukniveau (LpA): 82 dB (A) Geluidsvermogenniveau (LWA): 88,5 dB (A) Onzekerheid (K): 2,5 dB (A) Draag gehoorbescherming. Trilling ENG904-1 De trillingsemissiewaarde is bepaald volgens EN786: Trillingsemissie (ah): 2,5 m/s2 of minder Onzekerheid (K): 1,5 m/s2 ENG901-1 • De opgegeven trillingsemissiewaarde is gemeten volgens de standaardtestmethode en kan worden gebruikt om dit gereedschap te vergelijken met andere gereedschappen. • De opgegeven trillingsemissiewaarde kan ook worden gebruikt voor een beoordeling vooraf van de blootstelling. WAARSCHUWING: • De trillingsemissie tijdens het gebruik van het elektrisch gereedschap in de praktijk kan verschillen van de opgegeven trillingsemissiewaarde afhankelijk van de manier waarop het gereedschap wordt gebruikt. • Zorg ervoor dat veiligheidsmaatregelen worden getroffen ter bescherming van de operator die zijn gebaseerd op een schatting van de blootstelling onder praktijkomstandigheden (rekening houdend met alle fasen van de bedrijfscyclus, zoals de tijdsduur gedurende welke het gereedschap is uitgeschakeld en stationair draait, naast de ingeschakelde tijdsduur). Alleen voor Europese landen ENH222-1 EU-verklaring van conformiteit Ondergetekenden, Tamiro Kishima en Rainer Bergfeld, als erkende vertegenwoordigers van Dolmar GmbH, verklaren dat de DOLMAR-machine(s): Aanduiding van de machine: Accugraskantmaaier Modelnr./Type: AT-1827H Technische gegevens: zie de tabel “TECHNISCHE GEGEVENS”. in serie zijn geproduceerd en Voldoen aan de volgende Europese richtlijnen: 2000/14/EC en 2006/42/EC En zijn gefabriceerd in overeenstemming met de volgende normen of genormaliseerde documenten: EN60745, EN60335 De technische documentatie wordt bewaard door: Dolmar GmbH, Jenfelder Straße 38, Abteilung FZ, D-22045 Hamburg 43 De conformiteitsbeoordelingsprocedure vereist door Richtlijn 2000/14/EC was is Overeenstemming met annex VI. Officiële instantie: TÜV Rheinland LGA Products GmbH Tillystraße 2 90431 Nürnberg, Duitsland Identificatienummer 0197 Gemeten geluidsvermogenniveau: 88,5 dB (A) Gegarandeerd geluidsvermogenniveau: 91 dB (A) 23.9.2011 Tamiro Kishima Hoofddirecteur 44 Rainer Bergfeld Hoofddirecteur
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84

Dolmar AT1827H de handleiding

Categorie
Grastrimmers
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor