Documenttranscriptie
SGH-E380
Gebruiksaanwijzing
Verkeersveiligheid voor alles
Gebruik de telefoon niet tijdens het rijden. Parkeer
eerst de auto.
Uitschakelen bij het tanken
Gebruik de telefoon niet bij een tankstation of in de
buurt van brandstoffen of chemicaliën.
Belangrijke
veiligheidsinformatie
Het niet opvolgen van deze richtlijnen
kan tot gevaarlijke situaties leiden en
kan in strijd met de wet zijn.
Uitschakelen in een vliegtuig
Mobiele telefoons kunnen storingen in elektronische
systemen veroorzaken. Het gebruik ervan in
vliegtuigen is gevaarlijk en niet toegestaan.
Uitschakelen in de nabijheid van medische
apparatuur
In ziekenhuizen en andere zorginstellingen wordt vaak
apparatuur gebruikt die niet bestand is tegen externe
radiosignalen. Houd u aan alle geldende regels of
voorschriften.
Storingen
De werking van een mobiele telefoon kan worden
verstoord door de radiosignalen van andere
apparatuur.
Waterbestendigheid
De telefoon is niet waterbestendig. Zorg ervoor dat
de telefoon droog blijft.
Stand van de telefoon
Gebruik de telefoon alleen in de normale stand
(tegen uw oor). Vermijd onnodig contact met de
antenne als de telefoon is ingeschakeld.
Alarmnummer bellen
Toets het alarmnummer in en druk op
.
De telefoon buiten het bereik van kleine
kinderen houden
Houd de telefoon en alle bijbehorende onderdelen
en accessoires buiten het bereik van kleine
kinderen.
Accessoires en batterijen
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde
accessoires en batterijen, zoals headsets en
datakabels voor de pc. Het gebruik van nietgoedgekeurde accessoires kan de telefoon
beschadigen en kan gevaarlijk zijn.
Belangrijke veiligheidsinformatie
Speciale voorschriften
Houd u aan speciale voorschriften en zet de
telefoon uit op plaatsen waar het gebruik van de
telefoon niet is toegestaan of gevaar of storingen
kan opleveren.
• De telefoon kan ontploffen als u de batterij
vervangt door een batterij van een onjuist type.
• Gooi oude batterijen weg volgens de geldende
richtlijnen.
Uw gehoor kan bij langdurige
blootstelling aan een hoog volume door
een headset worden beschadigd.
Deskundige technische service
Laat het onderhoud van de telefoon altijd over aan
gekwalificeerde technici.
Zie "Informatie met betrekking tot gezondheid en
veiligheid" op pagina 135 voor meer informatie
over veiligheid.
1
Over deze gebruiksaanwijzing
In deze gebruiksaanwijzing wordt op een beknopte
manier uitgelegd hoe u de telefoon moet gebruiken.
Raadpleeg "Aan de slag" en "Andere functies van de
telefoon gebruiken" om de belangrijkste functies
snel onder de knie te krijgen.
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende
pictogrammen gebruikt:
Deze informatie heeft betrekking op de veiligheid
of de functies van de telefoon. Neem deze
informatie zorgvuldig door.
Op de pagina waarnaar wordt verwezen, vindt u
meer informatie.
→
U moet op de navigatietoetsen drukken om naar
de betreffende optie te gaan en deze vervolgens
selecteren.
[ ]
< >
2
Een toets op de telefoon. Voorbeeld: [
]
Een functietoets, waarvan de functie in het
scherm van de telefoon wordt weergegeven.
Voorbeeld: <Menu>
• Camera en camcorder
U kunt de cameramodule op uw
telefoon gebruiken om een foto te
nemen of een video-opname te
maken.
Speciale functies op uw telefoon
• MP3-speler
U kunt uw telefoon gebruiken als
MP3-speler om muziekbestanden af
te spelen.
• Bluetooth
Met behulp van de gratis, draadloze
Bluetooth-technologie kunt u
mediabestanden en persoonlijke
gegevens verzenden en verbinding
maken met andere apparaten.
• Afdrukken van digitale gegevens
U kunt afbeeldingen, berichten en
andere persoonlijke gegevens
rechtstreeks vanaf de telefoon
afdrukken.
• Zien door wie u wordt gebeld
U kunt zien door wie u wordt gebeld,
doordat de foto van de beller wordt
weergegeven.
• Visitekaartje
U kunt visitekaartjes maken met uw
telefoonnummer en uw profiel. Met
dit elektronische visitekaartje kunt u
uzelf aan anderen voorstellen.
• MMS (Multimedia Message
Service)
U kunt MMS-berichten met een
combinatie van tekst, afbeeldingen,
video en geluid verzenden en
ontvangen.
Speciale functies op uw telefoon
• Offline modus
Zet de telefoon in de Offline modus
om de niet-draadloze functies te
gebruiken aan boord van een
vliegtuig.
• E-mail
U kunt e-mailberichten met
afbeeldingen, video en geluid in
bijlagen ontvangen en verzenden.
• Java
U kunt geïntegreerde Java™-games
spelen en nieuwe games
downloaden.
• Spraakrecorder
U kunt memo's of geluidsfragmenten
opnemen.
3
Inhoud
Uitpakken
6
Overzicht van de onderdelen
De telefoon
6
Toetsen, functies en locaties
Aan de slag
7
De eerste stappen bij de bediening van de telefoon
De telefoon gebruiksklaar maken ..................... 7
De telefoon aan- en uitzetten .......................... 8
Toetsen en display ......................................... 9
Toegang tot menufuncties.............................. 13
De instellingen aanpassen.............................. 14
Bellen en oproepen beantwoorden................... 18
Andere functies van de telefoon
gebruiken
18
Aan de slag met de camera, de MP3-speler, de
webbrowser en andere speciale functies
De camera gebruiken .................................... 18
4
Muziekbestanden afspelen .............................
Surfen op internet ........................................
De telefoonlijst gebruiken ..............................
Berichten verzenden .....................................
Berichten bekijken........................................
Bluetooth gebruiken .....................................
Tekst ingeven
20
21
22
24
26
28
30
ABC-stand, T9-stand, cijferstand en symboolstand
Telefoneren
33
Geavanceerde belfuncties
Menuopties
40
Een overzicht van alle menuopties
Problemen oplossen
132
Hulp bij het oplossen van problemen
Informatie met betrekking
tot gezondheid en veiligheid
135
Index
146
Overzicht van de menuopties
Druk in de standby-stand op <Menu> om de menustand te activeren.
1 Oproepenlijst
blz. 40
1 Laatste oproepen blz. 40
2 Gemiste oproepen blz. 41
blz. 41
3 Uitgaande
oproepen
blz. 41
4 Ontvangen
oproepen
blz. 41
5 Alles wissen
blz. 41
6 Gespreksduur
*
blz. 42
7 Gesprekskosten
2 Telefoonlijst
blz. 43
1 Lijst met contacten blz.
blz.
2 FDNcontactpersonen*
blz.
3 Contactpersoon
toevoegen
blz.
4 Groep
blz.
5 Snelkiezen
6 Mijn visitekaartje blz.
blz.
7 Eigen nummer
blz.
8 Beheer
9 Servicenummers* blz.
43
44
45
46
47
48
49
49
50
3 Extra’s
blz. 50
5 Berichten (vervolg)
1 MP3-speler
2 Spraakrecorder
3 Afbeelding
bewerken
4 Bluetooth
5 JAVA/Games
6 SIM-AT*
blz. 50
blz. 54
blz. 56
5 Instellingen
6 Infoberichten
7 Geheugenstatus
blz. 81
blz. 90
blz. 91
6 Mijn bestanden
blz. 91
4 Browser
blz. 62
1
2
3
4
5
6
blz. 62
blz. 64
blz. 65
blz. 65
blz. 65
blz. 67
1
2
3
4
5
6
blz. 91
blz. 93
blz. 95
blz. 95
blz. 96
blz. 97
Startpagina
Favorieten
URL ingeven
Buffer leegmaken
Instellingen server
Huidig profiel
5 Berichten
1
2
3
4
blz. 57
blz. 60
blz. 62
blz. 67
blz.
Bericht maken
blz.
Mijn berichten
Standaardberichtenblz.
blz.
Alles wissen
67
72
79
81
Afbeeldingen
Video's
Muziek
Geluiden
Andere bestanden
Geheugenstatus
8 Camera
1
2
3
4
blz. 106
blz.
Foto maken
blz.
Video opnemen
Ga naar Mijn foto's blz.
blz.
Ga naar Mijn
videoclips
106
112
116
116
9 Instellingen
blz. 116
1
2
3
4
5
6
7
8
9
blz. 116
blz. 117
blz. 121
blz. 123
blz. 124
blz. 125
blz. 129
blz. 131
blz. 131
Tijd en datum
Telefoon
Display
Geluid
Verlichting
Netwerkdiensten
Beveiliging
Geheugenstatus
Instellingen
terugzetten
7 Organizer
blz. 97
1
2
3
4
5
6
7
blz. 97
blz. 98
blz. 103
blz. 104
blz. 104
blz. 105 * Deze optie wordt alleen
blz. 106
weergegeven als deze door
Alarm
Agenda
Wereldklok
Calculator
Omrekenen
Timer
Stopwatch
de SIM-kaart wordt
ondersteund.
5
Uitpakken
Overzicht van de onderdelen
Telefoon
De telefoon
Toetsen, functies en locaties
Luidspreker
Cameralens
Hoofddisplay
Cameratoets
Extern
display
Reisadapter
Webtoegangstoets/
bevestigingstoets
Batterij
Gebruiksaanwijzing
Bij de lokale Samsung-dealer
kunt u diverse accessoires kopen.
de onderdelen die bij de telefoon
worden meegeleverd en de
accessoires die verkrijgbaar zijn bij
de Samsung-dealer kunnen per
land en per provider verschillen.
6
Aansluitpunt headset
Linkerfunctietoets
Volumetoetsen
Nummerkeuzetoets
Alfanumerieke
toetsen
Toetsen voor
speciale functies
Navigatietoetsen
(Omhoog/Omlaag/Links/Rechts)
Rechterfunctietoets
Aan/Uit/Menu afsluiten
Toets voor wissen
Microfoon
Aan de slag
Plaats de batterij.
De eerste stappen bij de bediening van de telefoon
Plaats het deksel
terug.
Informatie over de SIM-kaart
Als u bij een provider een abonnement afsluit, ontvangt
u een SIM-kaart (Subscriber Identity Module). Hierop
zijn uw abonnementsgegevens (PIN-code, beschikbare
extra diensten en dergelijke) opgeslagen.
De telefoon gebruiksklaar maken
Verwijder het deksel
van het
batterijcompartiment.
Plaats de SIM-kaart.
Als de telefoon al aan staat,
moet u deze eerst
uitschakelen door [
]
ingedrukt te houden.
Zorg ervoor dat de
goudkleurige
contactpunten op de kaart
naar beneden zijn gericht.
Sluit de reisadapter aan op de telefoon.
Steek de stekker van de adapter in een gewoon
stopcontact.
7
Aan de slag
Zodra de telefoon geheel is opgeladen (het
batterijsymbool knippert niet meer) moet u de
adapter uit het stopcontact halen.
Als de batterij zo zwak is dat de telefoon niet
meer gebruikt kan worden, wordt het toestel
automatisch uitgeschakeld. In dat geval moet u
de batterij weer opladen.
Haal de adapter los van de telefoon.
De telefoon aan- en uitzetten
Telefoon
aanzetten
1. Open de telefoon.
2. Houd [
Batterijsymbool
Als de batterij bijna leeg is:
• hoort u een waarschuwingstoon,
• wordt een melding weergegeven dat de
batterij bijna leeg is en
• knippert het batterijsymbool
.
8
Zet de telefoon
niet aan op
plaatsen waar
het gebruik van
mobiele
telefoons
verboden is.
] ingedrukt.
3. Geef indien nodig de PINcode in en druk op <OK>.
1. Open de telefoon.
2. Houd [
] ingedrukt.
Offline modus
U kunt de telefoon in de offline modus zetten.
In deze stand zijn de functies van de telefoon
waarvoor een netwerkverbinding nodig is,
uitgeschakeld. Deze modus is handig als u de
telefoon wilt gebruiken op een plaats waar u
geen mobiele apparatuur mag gebruiken, zoals
in een vliegtuig of in een ziekenhuis.
Druk op <Menu> en selecteer Instellingen →
Telefoon → Offline modus → Aan om over te
schakelen naar de offline modus.
In de offline modus kunt u niet-draadloze
functies gebruiken, zoals games, de agenda, de
camera en de MP3-speler.
Toetsen en display
Aan de slag
Telefoon
uitzetten
Toetsen
De functie uitvoeren die op de
onderste regel van het display
wordt aangegeven.
In de standby-stand: rechtstreeks
uw favoriete menu's openen.
blz. 117
In de menustand: door menuopties
bladeren.
In de standby-stand: de
webbrowser starten.
In de menustand: de gemarkeerde
menuoptie selecteren of de invoer
bevestigen.
9
Aan de slag
Zelf bellen of een oproep
beantwoorden.
In de standby-stand: de recent
gebelde nummers weergeven of de
nummers van gemiste of
ontvangen oproepen.
Tekens in het display wissen en
geselecteerde items in een
toepassing verwijderen.
Ingedrukt houden om de telefoon
aan of uit te zetten.
Een oproep beëindigen.
In de menustand: invoer annuleren
en teruggaan naar de standbystand.
10
Cijfers, letters en enkele speciale
tekens ingeven.
In de standby-stand: [1] ingedrukt
houden voor toegang tot uw
voicemail. Houd [0] ingedrukt om
een internationale toegangscode in
te voeren.
Speciale tekens ingeven.
In de standby-stand: [ ]
ingedrukt houden om de stille
modus in of uit te schakelen. Houd
[ ] ingedrukt om een pauze
tussen nummers in te voeren.
In de standby-stand: het menu
Camera openen: ingedrukt
houden om de camera aan te
zetten.
In de camerastand: een foto
nemen of een video-opname
maken.
Display
Indeling
Menu
Symbolen*
Contacten
Symbolen
hier worden diverse
symbolen
weergegeven.
Tekst en
afbeeldingen
hier worden
berichten, instructies
en ingevoerde
gegevens
weergegeven.
Functietoetsindicatoren
hier ziet u welke
functies momenteel
aan de toetsen zijn
toegewezen.
Sterkte ontvangstsignaal
In gesprek
Buiten bereik van uw
servicegebied; u kunt niet
bellen en geen oproepen
ontvangen
11
Aan de slag
Het volume van de telefoon
regelen.
In de standby-stand met de
telefoon open: het
toetstoonvolume aanpassen. Met
de telefoon gesloten: ingedrukt
houden om het externe display in
te schakelen.
Aan de slag
Alarm ingesteldblz. 97
Nieuw SMS-bericht
Nieuw voicemailbericht
Nieuw MMS-bericht
Nieuw e-mailbericht
Een van de postvakken IN is
vol
Doorschakelfunctie actief
blz. 125
Bluetooth actiefblz. 57
Gesynchroniseerd met een
computer
GPRS-netwerk
EDGE-netwerk
Thuiszone, als u zich hebt
aangemeld voor de
betreffende dienst
12
Kantoorzone, als u zich hebt
aangemeld voor de
betreffende dienst
Roamingnetwerk
Stille modus (trillen)
Stille modus (dempen)
Belsignaalblz. 123
• Geen: Melodie
•
: Trillen
•
: Melodie en trillen
•
: Eerst trillen dan
melodie
•
: Melodie daarna
trillen
Batterijsterkte
* De symbolen op het display kunnen per land en
provider verschillen.
Functietoetsen
De functie van een functietoets hangt
af van de context waarin deze wordt
gebruikt. Onderin het display ziet u
welke functie de toets op dat moment
vervult.
Kies
Druk op de
linkerfunctietoets om
de gemarkeerde
optie te selecteren.
Terug
Druk op de
rechterfunctietoets om
terug te keren naar het
vorige menuniveau.
Een optie 1. Druk op de desbetreffende
functietoets.
selecteren
Aan de slag
Toegang tot menufuncties
2. Druk op de navigatietoetsen
om naar de vorige of volgende
optie te gaan.
3. Druk op <Kies> of [
] om
de weergegeven functie of de
gemarkeerde optie te
bevestigen.
4. Gebruik voor het afsluiten een
van de volgende methoden:
• Druk op <Terug> om één
niveau omhoog te gaan.
• Druk op [ ] om terug te
keren naar de standbystand.
13
Aan de slag
Sneltoetsen Druk op de cijfertoets die
gebruiken overeenkomt met de gewenste
optie.
De instellingen aanpassen
Displaytaal
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Instellingen → Telefoon →
Taal.
2. Selecteer een taal.
Belmelodie
14
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Instellingen → Geluid →
Inkomende oproep →
Beltoon.
2. Selecteer een
beltooncategorie.
3. Selecteer een beltoon.
4. Druk op <Opslaan>.
Achtergrond
standbystand
U kunt op elk display een
achtergrond voor de standbystand instellen.
Voor het hoofddisplay:
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Instellingen → Display →
Achtergrond →
Hoofddisplay →
Hoofddisplay.
2. Selecteer een
afbeeldingscategorie.
3. Selecteer een afbeelding.
4. Druk op <Opslaan>.
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Instellingen → Display →
Achtergrond → Extern
display.
2. Selecteer een
afbeeldingstype.
3. Voor Klok bladert u naar
een type klok en drukt u op
<Opslaan>.
Druk Voor Tekst extern
display geeft u een
welkomstboodschap in en
drukt u op [
].
Voor
Achtergrondafbeelding
en selecteert u een
afbeeldingscategorie en
daarna een afbeelding.
Kleur
menustand
Aan de slag
Voor het externe display:
U kunt de kleur van de
displayonderdelen, zoals de
titelbalk en de markeringsbalk,
aanpassen.
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Instellingen → Display →
Kleur.
2. Selecteer een kleurpatroon.
Sneltoetsen
voor menu's
U kunt de navigatietoetsen
instellen als sneltoetsen om uw
favoriete menu's weer te geven.
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Instellingen → Telefoon →
Snelkoppelingen.
15
Aan de slag
Sneltoetsen
voor menu's
(vervolg)
Mijn menu
2. Selecteer een toets.
U kunt een menu instellen met
uw favoriete menuonderdelen.
Een onderdeel van Mijn menu
instellen:
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Instellingen → Telefoon →
Mijn menu.
2. Selecteer het onderdeel dat u
wilt wijzigen.
3. Selecteer het gewenste
menuonderdeel.
16
Toegang tot een onderdeel van
Mijn menu:
3. Selecteer het menu dat u
aan de toets wilt toewijzen.
1. Druk in de standby-stand op
[Omhoog].
2. Blader naar een onderdeel.
3. Druk op [
Stille modus
].
U kunt de telefoon in de stille
modus zetten zodat andere
mensen niet worden gestoord.
Houd in de standby-stand [ ]
ingedrukt.
U kunt de telefoon met een
wachtwoord beveiligen tegen
ongeoorloofd gebruik. Bij het
aanzetten van de telefoon
wordt u dan om het
wachtwoord gevraagd.
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Instellingen → Beveiliging
→ Wachtwoord wijzigen.
Aan de slag
Telefoonblokkering
4. Geef het nieuwe wachtwoord
nogmaals in en druk op
<OK>.
5. Selecteer Telefoonblokkering.
6. Selecteer Aanzetten.
7. Geef het wachtwoord in en
druk op <OK>.
2. Geef het
standaardwachtwoord
00000000 in en druk op
<OK>.
3. Geef een nieuw wachtwoord
van vier tot acht cijfers in en
druk op <OK>.
17
Bellen en oproepen
beantwoorden
Een oproep
tot stand
brengen
Andere functies van de telefoon
gebruiken
1. Geef een netnummer en
abonneenummer in.
Aan de slag met de camera, de MP3-speler, de
webbrowser en andere speciale functies
2. Druk op [
De camera gebruiken
].
3. Druk op [ ] om de oproep
te beëindigen.
Een oproep
beantwoorden
Het volume
aanpassen
tijdens een
gesprek
18
1. Druk op [ ] wanneer de
telefoon overgaat.
2. Druk op [ ] om de oproep
te beëindigen.
Druk op [Volume].
Een foto
nemen
1. Houd in de standby-stand
[ ] ingedrukt om de
camera aan te zetten.
2. Richt de lens op het
onderwerp en pas het beeld
naar wens aan.
3. Druk op [
] of [ ] om
de foto te nemen. De foto
wordt automatisch
opgeslagen.
Een foto
bekijken
3. Druk op [
] of [ ] om
de opname te starten.
4. Druk op [
], < > of
[ ] om de opname te
stoppen. De video-opname
wordt automatisch
opgeslagen.
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer Mijn
bestanden →
Afbeeldingen → Mijn
foto's.
5. Druk op < > als u nog een
video-opname wilt maken.
2. Selecteer de gewenste foto.
Een videoopname
maken
1. Houd in de standby-stand
[ ] ingedrukt om de
camera aan te zetten.
2. Druk op [1] om over te
schakelen naar de
videostand.
Andere functies van de telefoon gebruiken
4. Druk op <Terug> om nog
een foto te nemen.
Een videoopname
afspelen
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer Mijn
bestanden → Video's →
Mijn videoclips.
2. Selecteer de gewenste
video-opname.
19
Andere functies van de telefoon gebruiken
Muziekbestanden afspelen
Muziekbestanden
naar de
telefoon
kopiëren
20
U kunt de volgende methoden
gebruiken:
• Draadloos downloaden van
internetblz. 62
• Downloaden van een
computer met behulp van
het optionele programma
Samsung PC Studio
Gebruiksaanwijzing
Samsung PC Studio
• Ontvangen via Bluetooth
blz. 60
Een
afspeellijst
maken
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Extra’s → MP3-speler.
2. Druk op <Opties> en
selecteer Muziek
toevoegen.
3. Druk op [
] om de
gewenste bestanden te
selecteren en druk
vervolgens op <Voeg to.>.
Muziekbestanden
afspelen
1. Druk in het scherm van de
MP3-speler op [
].
2. Tijdens het afspelen kunt u
de volgende toetsen
gebruiken:
•
•
•
•
: hiermee
onderbreekt/hervat u het
afspelen.
Omhoog: hiermee opent
u de huidige afspeellijst.
Links: hiermee gaat u
terug naar het vorige
bestand. Als u de toets
ingedrukt houdt, gaat u
terug in een bestand.
Rechts: hiermee gaat u
naar het volgende
bestand. Als u de toets
ingedrukt houdt, gaat u
vooruit in een bestand.
Volume: hiermee regelt u
het volume.
3. Druk op [Omlaag] om het
afspelen te stoppen.
Surfen op internet
Andere functies van de telefoon gebruiken
•
Met de ingebouwde webbrowser kunt u
draadloos op internet surfen en kunt u een
groot aantal verschillende actuele diensten en
informatie opvragen en materiaal van websites
downloaden.
De browser
starten
Navigeren
op internet
Druk in de standby-stand op
[
] of druk op <Menu> en
selecteer Browser
→ Startpagina.
• Druk op [Omhoog] of
[Omlaag] om door de
browseritems te bladeren.
• Als u een item wilt
selecteren, drukt u op
<
> of [
].
21
Andere functies van de telefoon gebruiken
Navigeren
op internet
(vervolg)
• Als u terug wilt gaan naar de
vorige pagina, drukt u op
<Terug> of op [C].
• Houd [C] ingedrukt om terug
te gaan naar de startpagina.
• Als u de browseropties wilt
gebruiken, selecteert u
of drukt u op [ ].
• Als u andere telefoonmenu's
wilt gebruiken, drukt u op
[ ].
De telefoonlijst gebruiken
In het telefoongeheugen:
Een contact1. Geef in de standby-stand
persoon
een telefoonnummer in en
toevoegen
druk op [
].
2. Selecteer Telefoon →
Nieuw → een type nummer.
3. Geef de gegevens voor de
contactpersoon in:
Voornaam, Achternaam,
Mobiel, Privé, Kantoor, Fax,
Overig, E-mail, Afbeelding,
Beltoon, Groep en Notities.
4. Druk op [
] om de
contactpersoon op te slaan.
22
1. Geef in de standby-stand
een telefoonnummer in en
druk op [
].
2. Selecteer SIM → Nieuw.
3. Geef een naam in.
3. Selecteer een
contactpersoon.
4. Blader naar een nummer en
druk op [ ] om te bellen of
druk op [
] om de
contactgegevens te wijzigen.
4. Druk op [
] om de
contactpersoon op te slaan.
Contactpersonen
zoeken
1. Druk in de standby-stand op
<Contacten>.
2. Toets de beginletters van de
gewenste naam in.
23
Andere functies van de telefoon gebruiken
Op de SIM-kaart:
Andere functies van de telefoon gebruiken
Een
visitekaartje
maken en
verzenden
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Telefoonlijst → Mijn
visitekaartje.
2. Geef uw contactgegevens in.
3. Druk op [
] om het
visitekaartje op te slaan.
4. Als u het visitekaartje wilt
verzenden, drukt u op
<Opties> en selecteert u
Verzenden via → een
verzendmethode.
Berichten verzenden
Een SMSbericht
(tekstbericht)
verzenden
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Berichten → Bericht
maken → SMS-bericht.
2. Geef de tekst van het bericht
in en druk op [
].
3. Geef het abonneenummer in
voor de bestemming.
4. Druk op [
] om het
bericht te verzenden.
1.
Een MMSbericht
(multimediabericht)
2.
verzenden
24
Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Berichten → Bericht
maken → MMS-bericht.
Selecteer Onderwerp.
8. Druk op <Opties> en
selecteer Verzenden.
4. Selecteer Afbeelding of
video of Melodie.
9. Geef bestemmingsnummers
of -adressen in.
5. Als u Afbeelding of video
hebt gekozen, selecteert u
Afbeelding toevoegen of
Video toevoegen en voegt
u een afbeelding of een
videoclip toe.
Voor Melodie kiest u
Melodie toevoegen en
voegt u een
geluidsfragment toe.
10.Druk op [
] om het
bericht te verzenden.
6. Selecteer Tekst.
7. Geef de tekst van het bericht
in en druk op [
].
Verzenden
e-mailbericht
Andere functies van de telefoon gebruiken
3. Geef het onderwerp van het
bericht in en druk op [
].
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Berichten→ Bericht
maken → E-mail.
2. Selecteer Onderwerp.
3. Geef het onderwerp van het
e-mailbericht in en druk op
[
].
4. Selecteer Bericht.
25
Andere functies van de telefoon gebruiken
Verzenden
e-mailbericht
(vervolg)
5. Geef de tekst van het
e-mailbericht in en druk op
[
].
6. Selecteer Bijlage
toevoegen.
7. Voeg afbeeldingen,
videoclips,
geluidsfragmenten, muziekof documentbestanden toe.
8. Druk op <Opties> en
selecteer Verzenden.
9. Geef een of meer
e-mailadressen in.
10.Druk op [
] om het
e-mailbericht te verzenden.
26
Berichten bekijken
Een SMSbericht
bekijken
Wanneer een melding
verschijnt:
1. Druk op <Tonen>.
2. Selecteer het bericht in
Postvak IN.
Vanuit Postvak IN:
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Berichten → Mijn
berichten → Postvak IN.
2. Selecteer een SMS-bericht.
( ).
Wanneer een melding
verschijnt:
1. Druk op <Tonen>.
2. Selecteer het bericht in
Postvak IN.
Vanuit Postvak IN:
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Berichten → Mijn
berichten → Postvak IN.
2. Selecteer een MMS-bericht
( ).
Een
e-mailbericht
bekijken
Andere functies van de telefoon gebruiken
Een MMSbericht
bekijken
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Berichten → Mijn
berichten → E-mail
Postvak IN.
2. Selecteer Nieuwe mail
controleren.
3. Selecteer een e-mailbericht
of een berichtkop.
4. Druk, als u een berichtkop
hebt geselecteerd, op
<Opties> en selecteer
Ophalen om de tekst van
het e-mailbericht te lezen.
27
Andere functies van de telefoon gebruiken
Bluetooth gebruiken
De telefoon is uitgerust met Bluetoothtechnologie waardoor u de telefoon draadloos
met andere Bluetooth-apparaten kunt
verbinden zodat hiertussen
gegevensuitwisseling mogelijk is. Ook kunt u
hierdoor handsfree spreken en de telefoon op
afstand bedienen.
Bluetooth
activeren
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Extra’s → Bluetooth →
Aanzetten → Aan.
2. Selecteer Zichtbaarheid
van mijn telefoon → Aan.
Nu kunnen andere apparaten
uw telefoon vinden.
28
Een
Bluetoothapparaat
opzoeken en
koppelen
1. Druk in de standby-stand op
<Menu> en selecteer
Extra’s → Bluetooth →
Mijn apparaten → Nieuw
apparaat zoeken.
2. Selecteer een apparaat.
3. Geef een Bluetooth-PINcode in of, indien aanwezig,
de Bluetooth-PIN-code van
het andere apparaat. Druk
vervolgens op <OK>.
Wanneer de eigenaar van
het andere apparaat
dezelfde code intoetst, zijn
de apparaten gekoppeld.
1. Open een toepassing,
Telefoonlijst, Mijn
bestanden of Agenda.
2. Selecteer het item dat u wilt
verzenden.
3. Druk op <Opties> en
selecteer Verzenden via →
Bluetooth.
4. Selecteer een apparaat.
5. Toets, indien nodig, de
Bluetooth-PIN-code in en
druk op <OK>.
Gegevens
ontvangen
Andere functies van de telefoon gebruiken
Gegevens
verzenden
Als u gegevens wilt ontvangen
via Bluetooth, moet de
Bluetooth-functie op de
telefoon zijn ingeschakeld.
1. Als een apparaat toegang
probeert te krijgen tot uw
telefoon, drukt u op <Ja>
om de verbinding toe te
staan.
2. Druk, indien nodig, op <Ja>
om te bevestigen dat u
gegevens wilt ontvangen.
29
Tekst ingeven
ABC-stand, T9-stand, cijferstand en symboolstand
Bij bepaalde functies zoals Berichten,
Telefoonlijst of Agenda kunt u tekst ingeven in
de ABC-, T9-, cijfer- of symboolstand.
De ABC-stand gebruiken
Druk op de betreffende toets totdat het
gewenste teken op het scherm wordt
weergegeven.
Toets
Tekens weergegeven op volgorde
Hoofdletter
Kleine letter
De tekstinvoerstand wijzigen
Het symbool voor de tekstinvoerstand wordt
weergegeven wanneer de cursor in een
tekstveld staat.
• Houd [ ] ingedrukt om te schakelen tussen
de T9-stand (
) en de ABC-stand
(
).
• Druk op [ ] om heen en weer te schakelen
tussen hoofdletters en kleine letters of om
naar de cijferstand te schakelen (
).
• Houd [ ] ingedrukt om naar de
symboolstand (
) te schakelen.
30
(Een SMS-bericht opstellen in de GSM-alfabetcodering)
Een woord ingeven in de T9-stand
• Als u twee keer dezelfde letter of een andere
letter met dezelfde toets wilt ingeven, wacht
u tot de cursor automatisch naar rechts
schuift of drukt u op [Rechts]. Geef
vervolgens de volgende letter in.
• Druk op [ ] om een spatie in te voegen.
• Druk op de navigatietoetsen om de cursor te
verplaatsen.
• Druk op [C] om tekens één voor één te
verwijderen. Houd [C] ingedrukt om het hele
display leeg te maken.
1. Druk op [2] t/m [9] om te beginnen met het
ingeven van een woord. Druk de toets één
keer in voor elke letter.
Druk bijvoorbeeld op [4], [2], [5], [5] en
[6] om in de T9-stand het woord Hallo in te
voeren.
T9 voorspelt welk woord u wilt typen,
waardoor het voorspelde woord steeds als u
op een toets drukt, kan veranderen.
2. Geef het hele woord in voordat u tekens
wijzigt of verwijdert.
3. Ga verder met stap 4 als het gewenste
woord wordt weergegeven. Zo niet, drukt u
op [0] om alternatieve woorden voor de
ingedrukte toetsen weer te geven.
Zo worden bijvoorbeeld zowel voor Of als Me
[6] en [3] gebruikt.
De T9-stand gebruiken
Met de voorspellende T9-tekstinvoerstand hoeft
u slechts één keer op een toets te drukken om
een teken in te voeren.
Tekst ingeven
Andere bewerkingen in de ABC-stand
31
Tekst ingeven
4. Druk op [ ] om een spatie in te voegen. Nu
kunt u het volgende woord ingeven.
Andere bewerkingen in de T9-stand
• Druk op [1] om automatisch een punt of
apostrof in te voeren.
• Druk op de navigatietoetsen om de cursor te
verplaatsen.
• Druk op [C] om tekens één voor één te
wissen. Houd [C] ingedrukt om het hele
display leeg te maken.
Een nieuw woord toevoegen aan het
woordenboek van T9
Deze functie is mogelijk niet beschikbaar voor
alle talen.
1. Geef het woord in dat u wilt toevoegen.
32
2. Druk op [0] om alternatieve woorden weer
te geven voor de toetsen waarop u hebt
gedrukt. Als er geen alternatieve woorden
meer zijn, wordt op de onderste regel
Nieuw weergegeven.
3. Druk op <Nieuw>.
4. Gebruik de ABC-stand om het gewenste
woord in te voeren en druk op <Voeg toe>.
De cijferstand gebruiken
In de cijferstand kunt u cijfers ingeven.
Druk op de desbetreffende cijfertoetsen.
De symboolstand gebruiken
In de symboolstand kunt u symbolen en
speciale tekens invoegen.
Telefoneren
Geavanceerde belfuncties
Actie
Druk op
Een oproep tot stand brengen
Meer symbolen
weergeven
[Omhoog] of
[Omlaag].
1. Geef in de standby-stand het netnummer en
abonneenummer in.
Een symbool
selecteren
de desbetreffende
cijfertoets.
Symbolen wissen
[C].
De symbolen
invoegen
<OK>.
• Druk op [C] om het laatste cijfer te wissen
of houd [C] ingedrukt om alle cijfers te
wissen.
• Houd [ ] ingedrukt om een pauze tussen
nummers in te voeren.
2. Druk op [
3. Druk op [
].
] om de oproep te beëindigen.
33
Telefoneren
Een internationaal gesprek starten
1. Houd in de standby-stand [0] ingedrukt. Het
teken + verschijnt.
2. Toets achtereenvolgens het landnummer,
netnummer en abonneenummer in en druk
op [ ].
Laatst gebruikte nummers opnieuw
kiezen
1. Druk in de standby-stand op [ ] om de lijst
met recente nummers weer te geven.
2. Blader naar het gewenste nummer en druk
op [ ].
Een nummer kiezen uit de telefoonlijst
Als u een nummer hebt opgeslagen in de
telefoonlijst, kunt u dit nummer bellen door het
in de lijst te selecteren.blz. 43
34
U kunt ook met de functie voor snelkiezen uw
meest gebelde nummers toewijzen aan
bepaalde cijfertoetsen.blz. 47
U kunt een nummer snel bellen vanaf de SIMkaart door het locatienummer in te toetsen dat
u tijdens het opslaan van het nummer hebt
toegewezen.
1. Geef in de standby-stand het locatienummer
in van het telefoonnummer dat u wilt bellen
en druk op [ ].
2. Blader zonodig door de andere nummers.
3. Druk op <Bellen> of op [ ] om het
gewenste nummer te bellen.
Als u wordt gebeld, gaat de telefoon over en
wordt de afbeelding voor een inkomende
oproep weergegeven.
Druk op <OK> of [ ] om de oproep te
beantwoorden.
Tips bij het beantwoorden van een
oproep
• Wanneer de optie Met elke toets
antwoorden is ingeschakeld, kunt u op elke
toets drukken om een oproep te
beantwoorden, behalve op <Weiger> of
[ ].blz. 120
• Wanneer Klep ingeschakeld is
geselecteerd, hoeft u de telefoon alleen te
openen.blz. 121
• Druk op <Weiger> of op [ ] om een
oproep te weigeren.
• Houd [Volume] ingedrukt om een oproep te
weigeren of de beltoon uit te schakelen,
afhankelijk van de instelling van de
menuoptie Volumetoets.blz. 119
Telefoneren
Een oproep beantwoorden
Gemiste oproepen bekijken
Als u oproepen hebt gemist, ziet u in het
scherm hoeveel dit er zijn.
1. Druk op <Tonen>.
2. Blader indien nodig door de gemiste
oproepen.
3. Druk op [ ] om het gewenste nummer te
bellen.
De headset gebruiken
U kunt de headset gebruiken om te bellen en
oproepen te beantwoorden zonder de telefoon
vast te hoeven houden.
35
Telefoneren
Sluit de headset aan op het aansluitpunt aan de
linkerkant van de telefoon. De knop op de
headset werkt als volgt:
Actie
Druk op
Laatst gebelde
nummer herhalen
de knop, druk er
nogmaals op en houd
de knop ingedrukt.
Oproep beantwoorden Houd de knop
ingedrukt.
Gesprek beëindigen
Houd de knop
ingedrukt.
Beschikbare opties tijdens een
gesprek
Tijdens een gesprek kunt u een aantal functies
gebruiken.
36
Het volume regelen tijdens een
gesprek
Gebruik [Volume] om het volume van de
oortelefoon tijdens een gesprek te regelen.
Druk op [Volume omhoog] om het volume te
verhogen of op [Volume omlaag] om het te
verlagen.
Een gesprek in de wacht zetten en er
uit halen
Druk op <Wacht> om een gesprek in de wacht
te zetten. Druk op <Ophalen> om het gesprek
weer uit de wacht te halen.
Twee gesprekken voeren
U kunt twee gesprekken tegelijkertijd voeren
als deze functie door het netwerk wordt
ondersteund.
Een tweede oproep beantwoorden
U kunt een inkomende oproep beantwoorden
terwijl u al in gesprek bent, als deze functie
door het netwerk wordt ondersteund en als u de
wisselgesprekfunctie hebt ingeschakeld.
blz. 127
1. Druk op [ ] om de inkomende oproep aan
te nemen. Het eerste telefoongesprek wordt
automatisch in de wacht gezet.
2. Druk op <Wissel> om tussen de
gesprekken te schakelen.
Telefoneren
1. Druk op <Wacht> om de oproep in de
wacht te zetten.
2. Kies het tweede nummer op de gebruikelijke
manier.
3. Druk op <Wissel> om tussen de
gesprekken te schakelen.
4. Druk op <Opties> en selecteer Gesprek in
wacht beëindigen om het gesprek dat in
de wacht staat te beëindigen.
5. Druk op [ ] om het huidige gesprek te
beëindigen.
De tweede luidspreker gebruiken
Gebruik de tweede luidspreker om op een korte
afstand van de telefoon gesprekken te voeren.
Druk op [
] en vervolgens op <Ja> om de
tweede luidspreker te activeren. Druk nogmaals
op [
] om weer over te schakelen naar de
normale luidspreker.
Opties tijdens een gesprek
Druk op <Opties> om tijdens een gesprek de
volgende opties weer te geven:
37
Telefoneren
• Overschakelen naar headset/
Overschakelen naar telefoon: hiermee
schakelt u de oproep over naar een
Bluetooth-headset of handsfree carkit of
terug naar de telefoon.blz. 58
• Helderheid stem aan/Helderheid stem
uit: hiermee worden storende geluiden
onderdrukt en wordt de geluidskwaliteit
verhoogd, zodat uw gesprekspartner u
duidelijk kan verstaan, zelfs wanneer u zich
in een luidruchtige omgeving bevindt.
Als u de tweede luidspreker gebruikt, moet u
deze eerst uitschakelen voordat u de functie
Helderheid stem kunt gebruiken.
• Microfoon uit/Microfoon aan: hiermee
kunt u de microfoon van de telefoon
uitschakelen, zodat uw gesprekspartner u
niet kan horen, of vervolgens weer
inschakelen.
38
• Toetstonen uit/Toetstonen aan: hiermee
schakelt u de toetstonen in of uit.
Als u wilt kunnen communiceren met
antwoordapparaten of telefooncentrales,
moet u de optie Toetstonen aan selecteren.
• Telefoonlijst: hiermee opent u de
telefoonlijst.
• Toetstonen verzenden: hiermee verzendt
u de toetstonen (DTMF, Dual tone multifrequency) als groep. DTMF-toetstonen zijn
de tonen die op telefoons worden gebruikt
voor toonkiezen. U hoort deze tonen
wanneer u op de cijfertoetsen drukt. Deze
optie wordt gebruikt bij het ingeven van een
wachtwoord of rekeningnummer wanneer u
een geautomatiseerd systeem belt,
bijvoorbeeld van een bank.
• Verwijderen: hiermee wordt de verbinding
met de geselecteerde deelnemer verbroken.
• Gesprek in wacht beëindigen: hiermee
beëindigt u het gesprek dat in de wacht
staat.
• SIM-diensten: hiermee hebt u toegang tot
speciale diensten op diverse gebieden zoals
nieuws, weerberichten, ontspanning en
plaatsbepaling. Deze diensten worden
geleverd door de provider van uw SIM-kaart.
Deze optie is beschikbaar wanneer u een
SIM-kaart gebruikt die SIM-AT-menu's
ondersteunt.
Telefoneren
• Bericht: hiermee kunt u een inkomend
bericht lezen en een nieuw bericht
verzenden.blz. 67
• Deelnemen: hiermee brengt u een
multiparty-gesprek tot stand door een beller
in de wacht toe te voegen aan het huidige
gesprek. Er kunnen maximaal vijf personen
meedoen aan een multiparty-gesprek.
• Uit Mpty: hiermee kunt u een privégesprek
voeren met de geselecteerde deelnemer. De
andere deelnemers kunnen gewoon met
elkaar blijven praten. Kies na het beëindigen
van het privégesprek Deelnemen om allebei
terug te keren naar het multiparty-gesprek.
• Doorverbinden: hiermee verbindt u het
huidige gesprek door naar een
gesprekspartner die in de wacht staat. Met
deze optie kunnen de twee bellers met
elkaar praten, maar wordt uw verbinding
met het gesprek verbroken.
39
Menuopties
Een overzicht van alle menuopties
Oproepenlijst
(menu 1)
In dit menu kunt u zien welke nummers u hebt
gebeld, welke oproepen u hebt ontvangen of
gemist en wat de duur van de gesprekken is
geweest. U kunt ook de kosten van uw
oproepen bekijken, als deze functie door uw
SIM-kaart wordt ondersteund.
Druk in de standby-stand op <Menu> en
selecteer Oproepenlijst om dit menu te
openen.
Laatste oproepen (menu 1.1)
In dit menu worden de laatste oproepen
(uitgaande, ontvangen en gemiste oproepen)
weergegeven.
40
Oproepenlijst openen
1. Druk op [Links] of [Rechts] om naar een
ander type oproep te gaan.
2. Druk op [Omhoog] of [Omlaag] om door de
oproepenlijst te bladeren.
3. Druk op [ ] om een nummer te kiezen of
op [
] om de gegevens van de oproep te
bekijken.
Opties voor oproepgegevens
Druk in de oproepenlijst op <Opties> om de
volgende opties weer te geven:
• Details: hiermee geeft u de
oproepgegevens weer.
• Bellen: hiermee belt u het nummer.
• Toevoegen aan Telefoonlijst: hiermee
slaat u het nummer op in de telefoonlijst.
• Bericht zenden: hiermee kunt u een SMSof MMS-bericht verzenden.
In dit menu worden de laatste inkomende
oproepen weergegeven die u niet hebt
beantwoord.
Uitgaande oproepen (menu 1.3)
In dit menu worden de meest recent gekozen
nummers weergegeven.
In dit menu worden de meest recent ontvangen
oproepen weergegeven.
Alles wissen (menu 1.5)
Oproepenlijst (menu 1)
Gemiste oproepen (menu 1.2)
Ontvangen oproepen (menu 1.4)
Menuopties
• Wissen: hiermee wist u de geselecteerde
oproepenlijst of alle oproepenlijsten.
• Blokkeerlijst: hiermee geeft u nummers op
waarvan u geen oproepen wilt accepteren.
• Toegevoegd aan blokkeerlijst: hiermee
voegt u het nummer toe aan de blokkeerlijst.
• Details contactpersoon weergeven:
hiermee geeft u informatie weer over de
beller, als er informatie over de beller in de
telefoonlijst is vastgelegd.
In dit menu kunt u alle gegevens van elk type
oproep wissen.
1. Druk op [
] om de typen oproepen te
selecteren die u wilt wissen.
2. Druk op <Wissen>.
3. Druk op <Ja> om het wissen te bevestigen.
Gespreksduur (menu 1.6)
In dit menu wordt de tijdsduur van uitgaande
en inkomende gesprekken weergegeven. De
werkelijke duur op de rekening van uw provider
kan iets afwijken.
41
Menuopties
• Duur laatste gesprek: hiermee kunt u de
duur van het laatste gesprek bekijken.
• Totaal uitgaand: hiermee kunt u de totale
duur van alle uitgaande oproepen bekijken.
• Totaal ontvangen: hiermee kunt u de
totale duur van alle inkomende oproepen
bekijken.
• Tijdtellers op nul zetten: hiermee zet u de
gesprekstellers op nul. U moet hiervoor het
wachtwoord voor de telefoon ingeven.
Het wachtwoord is vooraf ingesteld op
00000000. U kunt dit wachtwoord wijzigen.
blz. 129
Gesprekskosten (menu 1.7)
Met deze netwerkfunctie worden de
gesprekskosten weergegeven. Dit menu is
alleen beschikbaar als uw SIM-kaart deze
functie ondersteunt. Deze functie is niet
bedoeld voor factureringsdoeleinden.
42
• Kosten laatste gesprek: hiermee kunt u
de kosten van de laatste oproep bekijken.
• Totale kosten: hiermee kunt u de totale
kosten van al uw gesprekken weergeven. Als
de totale kosten hoger uitvallen dan de
maximumkosten die zijn ingesteld bij
Maximumkosten instellen, moet u de
teller weer op nul zetten voordat u een
nieuwe oproep tot stand kunt brengen.
• Maximumkosten: hiermee kunt u bekijken
wat bij Maximumkosten instellen is
ingesteld voor de maximumkosten.
• Kostentellers op nul zetten: hiermee kunt
u de kostentellers terug op nul zetten.
• Maximumkosten instellen: hiermee kunt
u de maximaal toegestane kosten voor uw
oproepen instellen.
• Tarief: hiermee kunt u het tarief instellen
dat wordt toegepast bij de berekening van
de gesprekskosten.
(menu 2)
Lijst met contacten (menu 2.1)
In dit menu kunt u contactpersonen in de
telefoonlijst opzoeken.
Druk in de standby-stand op <Contacten>
voor snelle toegang tot dit menu.
Een contactpersoon zoeken
2. Selecteer de gewenste naam in de lijst.
3. Blader naar een nummer en druk op [ ]
om te bellen of op [
] om de
contactgegevens te wijzigen.
Opties voor de telefoonlijst
Telefoonlijst (menu 2)
U kunt telefoonnummers opslaan op de SIMkaart en in het telefoongeheugen. Hoewel beide
geheugens in fysiek opzicht gescheiden zijn,
vormen ze in de praktijk één geheel: de
Telefoonlijst.
Druk in de standby-stand op <Menu> en
selecteer Telefoonlijst om dit menu te
openen.
Menuopties
Telefoonlijst
Terwijl u de gegevens van een contactpersoon
bekijkt, kunt u op <Opties> drukken om de
volgende opties weer te geven:
• Wijzigen: hiermee kunt u de gegevens van
de contactpersoon bewerken.
• Bericht zenden: hiermee kunt u een SMSof MMS-bericht naar het geselecteerde
nummer verzenden of een MMS- of
e-mailbericht aan het geselecteerde adres.
• Kopiëren: hiermee kunt u het nummer naar
het telefoongeheugen, de SIM-kaart of de
FDN-lijst kopiëren.
1. Geef de eerste letters in van de naam die u
zoekt.
43
Menuopties
• Naar telefoon kopiëren: hiermee kopieert
u het e-mailadres met de naam naar een
nieuwe contactpersoon.
• Verzenden via: hiermee verzendt u de
contactgegevens via SMS, MMS, e-mail of
Bluetooth.
• Wissen: hiermee wist u de geselecteerde
contactpersoon.
• Markeren als standaardnummer:
hiermee stelt u het geselecteerde nummer in
als het standaardnummer voor de
contactpersoon.
• Afdrukken via Bluetooth: hiermee kunt u
de contactpersoon afdrukken door de
telefoon via Bluetooth met een printer te
verbinden. Sommige printers zijn mogelijk
niet compatibel met de telefoon.
44
FDN-contactpersonen (menu 2.2)
Met dit menu kunt u een lijst met contacten
samenstellen die kan worden gebruikt in de
FDN-modus (Fixed Dialling Number). Als uw
SIM-kaart deze functie ondersteunt, kan alleen
worden gebeld naar de opgegeven
telefoonnummers. U kunt de FDN-modus
activeren in het menu FDN-modus.blz. 130
Een contactpersoon toevoegen
1. Druk in het scherm FDN-contactpersonen op
<Opties> en selecteer Toevoegen.
2. Geef uw PIN2-code in en druk op <OK>.
3. Geef de gegevens van de contactpersoon in:
• Naam: hier geeft u de naam in.
• Telefoonnummer: hier kunt u een
nummer toevoegen.
• Locatie: hier wijst u een locatienummer
toe.
Opties voor contactpersonen
Contactpersoon toevoegen (menu 2.3)
In dit menu kunt u een nieuwe contactpersoon
aan de telefoonlijst toevoegen.
Contactpersonen opslaan in het
telefoongeheugen
1. Selecteer Telefoon.
2. Wijzig de instellingen of geef gegevens voor
de contactpersoon in:
• Voornaam/Achternaam: hier geeft u de
naam in.
Telefoonlijst (menu 2)
U kunt de opties voor contactpersonen
weergeven door in de FDN-lijst op <Opties> te
drukken.
• Mobiel/Privé/Kantoor/Fax/Overig:
hier kunt u een nummer toevoegen in de
gewenste categorie(ën). U kunt het type
nummer wijzigen of het nummer instellen
als het standaardnummer voor de
contactpersoon door op <Opties> te
drukken en Type wijzigen of Markeren
als standaardnummer te selecteren.
• E-mail: hier wijst u een e-mailadres toe.
Menuopties
4. Druk op <Opslaan> om de contactpersoon
op te slaan.
U kunt extensies instellen voor
domeinnamen en er een ophalen door op
<Opties> te drukken en Gewoon adres
te selecteren.
• Afbeelding: hiermee kunt u een
afbeelding aan de contactpersoon
toewijzen, die u ziet als u een oproep van
die persoon ontvangt.
• Beltoon: hier wijst u aan het nummer
een beltoon toe die u hoort als u een
oproep van die persoon ontvangt.
45
Menuopties
De instellingen die u opgeeft bij
Afbeelding en Beltoon hebben voorrang
boven groepsinstellingen.
• Groep: hier kunt u het nummer
toewijzen aan een belgroep.
• Notities: hier kunt u een notitie over de
persoon toevoegen.
3. Druk op <Opties> en selecteer Opslaan of
<Opslaan> om de contactpersoon op te
slaan.
Een contactpersoon opslaan op de SIMkaart
46
1. Selecteer SIM.
2. Geef de gegevens van de contactpersoon in.
• Naam: hier geeft u de naam in.
• Telefoonnummer: hier kunt u een
nummer toevoegen.
• Locatie: hier wijst u een locatienummer
toe.
U kunt alleen een afbeelding, een beltoon of
een groep toewijzen aan een contactpersoon
als de contactpersoon is opgeslagen in het
telefoongeheugen.
3. Druk op <Opslaan> om de contactpersoon
op te slaan.
Groep (menu 2.4)
Met dit menu kunt u de contactpersonen in
belgroepen indelen.
Leden toevoegen aan een belgroep
1. Selecteer een groep.
2. Druk op <Voeg toe>.
3. Druk op [
] om de gewenste
contactpersonen te selecteren.
4. Druk op <Opties> en selecteer
Toevoegen.
1. Blader naar een van de toetslocaties 2 t/m
9. De toets 1 is gereserveerd voor de
voicemailserver.
2. Druk op <Opties> en selecteer Toevoegen
→ Contact of FDN-contact.
3. Selecteer een contactpersoon in de lijst.
4. Selecteer een nummer als er meerdere
nummers voor de contactpersoon bestaan.
Snelkiezen (menu 2.5)
In dit menu kunt u de toetsen 2 tot en met 9
toewijzen aan 8 nummers die u het meest belt,
zodat u deze snel kunt kiezen.
Telefoonlijst (menu 2)
Nummers voor snelkiezen toewijzen
Druk in de lijst met groepen op <Opties> om
de volgende opties weer te geven:
• Tonen: hiermee geeft u de leden van de
geselecteerde groep weer.
• Toevoegen: hiermee voegt u een nieuwe
groep toe.
• Wijzigen: hiermee wijzigt u de
eigenschappen van de geselecteerde groep.
• Bericht zenden: hiermee verzendt u een
SMS-, MMS- of e-mailbericht naar de
gewenste leden.
• Wissen: hiermee wist u de geselecteerde
groep. Groepsleden worden echter niet
verwijderd uit de telefoonlijst.
Menuopties
Belgroepen beheren
Snelkeuzenummers beheren
Druk in het scherm Snelkiezen op <Opties>
om de volgende opties weer te geven:
• Toevoegen: hiermee wijst u een nummer
toe aan een nog niet toegewezen toets. U
kunt een contactpersoon uit de telefoonlijst
of de FDN-lijst selecteren.
• Tonen: hiermee geeft u de naam en het
nummer weer die aan een toets zijn
toegewezen.
47
Menuopties
• Wijzigen: hiermee wijst u een ander
nummer aan een toets toe.
• Verwijderen: hiermee wist u de snelkeuzeinstelling voor een toets.
Bellen met snelkiesnummers
Houd in de standby-stand de desbetreffende
toets ingedrukt.
Mijn visitekaartje (menu 2.6)
In dit menu kunt u een visitekaartje maken en
dit naar anderen verzenden.
Visitekaartje opslaan
De procedure voor het maken van een
visitekaartje is identiek aan die voor het
opslaan van een nummer in het
telefoongeheugen.blz. 45
48
Opties voor visitekaartjes
Als u een visitekaartje hebt opgeslagen, kunt u
op <Opties> drukken om de volgende opties
weer te geven:
• Wijzigen: hiermee kunt u het visitekaartje
bewerken.
• Verzenden via: hiermee verzendt u het
visitekaartje via SMS, MMS, e-mail of
Bluetooth.
• Visitekaartje uitwisselen: hiermee kunt u
via Bluetooth het visitekaartje met iemand
uitwisselen.
• Verwijderen: hiermee verwijdert u het
visitekaartje.
• Afdrukken via Bluetooth: hiermee drukt u
het visitekaartje af door de telefoon via
Bluetooth met een printer te verbinden.
Sommige printers zijn mogelijk niet
compatibel met de telefoon.
Beheer (menu 2.8)
In dit menu kunt u de telefoonlijst beheren.
• Nieuwe contactpersonen opslaan in:
hiermee kunt u een
standaardgeheugenlocatie selecteren waarin
contactpersonen moeten worden
opgeslagen. Als u Altijd vragen selecteert,
wordt u telkens wanneer u een nummer
opslaat, gevraagd een geheugenlocatie te
selecteren.
Telefoonlijst (menu 2)
Met deze functie kunt u zien wat uw eigen
telefoonnummers zijn en kunt u een naam
toewijzen aan elk van deze nummers.
Wijzigingen die u hier aanbrengt, zijn niet van
invloed op de daadwerkelijke abonneenummers
op uw SIM-kaart.
• Alles kopiëren: hiermee kunt u alle
contactpersonen die op de SIM-kaart zijn
opgeslagen naar het telefoongeheugen
kopiëren, of vice versa.
• Sorteren op: hiermee kunt u de
contactpersonen op voor- of achternaam
sorteren.
• Alles wissen: hiermee kunt u alle
contactpersonen in het telefoongeheugen,
op de SIM-kaart, in de FDN-lijst of overal in
één keer wissen.
• Geheugenstatus: hiermee bekijkt u
hoeveel contactpersonen u in de telefoonlijst
hebt opgeslagen.
Menuopties
Eigen nummer (menu 2.7)
49
Menuopties
Servicenummers (menu 2.9)
MP3-speler (menu 3.1)
In dit menu kunt u de lijst met SDN-nummers
(Service Dialling Numbers) bekijken die door de
provider zijn toegewezen. Hierin staan
bijvoorbeeld de alarmnummers, de nummers
voor inlichtingen en het voicemailnummer. Dit
menu is alleen beschikbaar als uw SIM-kaart
deze functie ondersteunt.
Gebruik dit menu om naar muziek te luisteren.
Eerst moet u de muziekbestanden opslaan in
het telefoongeheugen. Als u muziek van hoge
geluidskwaliteit wilt beluisteren, kunt u een
optionele Bluetooth-stereoheadset gebruiken.
1. Blader naar het gewenste nummer.
2. Druk op <Bellen> of [ ].
Extra’s
(menu 3)
In dit menu kunt u Java-games spelen,
muziekbestanden afspelen en foto's bewerken.
U kunt ook de functie Bluetooth gebruiken.
Druk in de standby-stand op <Menu> en
selecteer Extra’s om dit menu te openen.
50
Gewone headsets en Bluetooth-monoheadsets
zijn niet compatibel met de MP3-speler.
Muziekbestanden downloaden of
ontvangen
U kunt mp3-, aac-, aac+- en m4a-bestanden
afspelen.
U kunt met de volgende methoden
muziekbestanden in de telefoon opslaan:
• Draadloos downloaden van internet
blz. 62
Voeg de muziekbestanden toe aan de
afspeellijst zodat u ze kunt afspelen.
1. Druk in het scherm van de muziekspeler op
<Opties> en selecteer Muziek toevoegen.
2. Druk op [
] om de gewenste bestanden
toe te voegen en druk vervolgens op <Voeg
to.>.
Muziekbestanden afspelen
Toets
Extra’s (menu 3)
Een afspeellijst samenstellen
2. Selecteer Telefoon als u de luidspreker wilt
gebruiken.
Selecteer Bluetooth stereo headset als u
een Bluetooth-headset wilt gebruiken en de
telefoon wilt opzoeken en aansluiten op de
headset.
Tijdens het afspelen kunt u de volgende toetsen
gebruiken:
Menuopties
• Downloaden vanaf een computer met het
optionele programma Samsung PC Studio
Gebruiksaanwijzing voor Samsung PC
Studio
• Ontvangen via een actieve Bluetoothverbindingblz. 60
Functie
Hiermee onderbreekt of hervat u
het afspelen.
Links
Hiermee gaat u terug naar het
vorige bestand. Als u de toets
ingedrukt houdt, gaat u terug in
een bestand.
1. Druk in het scherm van de MP3-speler op
<Opties> en selecteer Afspelen via.
51
Menuopties
Toets
Functie
Toets
Functie
Rechts
Hiermee gaat u naar het volgende
bestand. Als u de toets ingedrukt
houdt, gaat u vooruit in een
bestand.
5
Hiermee wijzigt u de
achtergrondafbeelding.
Omhoog Hiermee opent u de huidige
afspeellijst.
52
Omlaag
Hiermee stopt u het afspelen.
Volume
Hiermee regelt u het volume.
1
Hiermee wijzigt u de herhaalstand.
2
Hiermee wijzigt u de animatie die
wordt weergegeven tijdens het
afspelen.
3
Hiermee wordt de muziek in
willekeurige volgorde afgespeeld.
Opties voor de MP3-speler
Druk in het scherm van de MP3-speler op
<Opties> om de volgende opties weer te
geven:
• Afspelen via: hiermee speelt u het
geselecteerde bestand af via de luidspreker
van de telefoon of via een Bluetooth stereo
headset.
• Afspelen/Pauze: hiermee kunt u het
afspelen starten of onderbreken.
• Overdragen naar Bluetooth stereo
headset/Overbrengen naar telefoon:
hiermee schakelt u de uitvoer van het geluid
over naar een Bluetooth-headset of naar de
eerste luidspreker van de telefoon.
Kleur: hiermee selecteert u een
kleurpatroon.
Volume: hiermee selecteert u een
volumeniveau.
• Details: hiermee geeft u de eigenschappen
van het bestand weer.
• Snelkoppelingen: hiermee geeft u de
functies weer van de toetsen die u tijdens
het afspelen kunt gebruiken.
Menuopties
Extra’s (menu 3)
• Playlist openen: hiermee opent u de
huidige afspeellijst of alle afspeellijsten.
• Verwijderen uit afspeellijst: hiermee
verwijdert u het geselecteerde bestand uit
de afspeellijst.
• Verzenden via: hiermee verzendt u het
bestand via e-mail of Bluetooth.
• Instellen als: hiermee kunt u het bestand
instellen als beltoon, als melodie voor een
vermelding in de telefoonlijst of als
alarmtoon.
• Instellingen: hiermee wijzigt u de
standaardinstellingen voor het afspelen van
muziekbestanden.
Herhaling: hiermee selecteert u een
herhaalstand.
Shuffle: hiermee worden de
muzieknummers in willekeurige volgorde
afgespeeld.
Visualisatie: hiermee wijzigt u de animatie
die wordt weergegeven tijdens het afspelen.
De afspeellijst openen
Druk in het scherm van de MP3-speler op
[Omhoog].
Druk op <Opties> om de volgende opties weer
te geven:
• Afspelen via: hiermee speelt u het
geselecteerde bestand af via de luidspreker
van de telefoon of een Bluetooth stereo
headset.
• Muziek toevoegen: hiermee voegt u
bestanden toe aan de afspeellijst.
53
Menuopties
• Nummer in playlist verplaatsen: hiermee
verplaatst u het geselecteerde bestand naar
de gewenste positie in de afspeellijst.
• Ga naar Playlists: hiermee krijgt u toegang
tot alle afspeellijsten.
• Verplaatsen naar: hiermee verplaatst u
het geselecteerde bestand naar een andere
afspeellijst.
• Kopiëren naar: hiermee kopieert u het
geselecteerde bestand naar een andere
afspeellijst.
• Verwijderen: hiermee verwijdert u het
geselecteerde bestand of alle bestanden uit
de afspeellijst.
Spraakrecorder (menu 3.2)
Via dit menu kunt u spraakmemo's opnemen.
Een spraakmemo kan maximaal één uur lang
zijn.
54
Een spraakmemo opnemen
1. Druk op [
] om de opname te starten.
2. Spreek uw boodschap in de microfoon in.
Druk op [
] als u de opname wilt
onderbreken of hervatten.
3. Wanneer u klaar bent, drukt u op
<Opslaan> of [Omlaag]. De spraakmemo
wordt automatisch opgeslagen.
4. Druk op [
] om de spraakmemo te
beluisteren of op [Omhoog] om nog een
memo op te nemen.
Een spraakmemo afspelen
1. Druk in het scherm Spraakrecorder op
<Opties> en selecteer Ga naar Mijn
spraakmemo's.
2. Selecteer een spraakmemo. De memo wordt
afgespeeld.
Toets
Functie
Links
Hiermee gaat u terug in een memo.
Rechts
Hiermee gaat u vooruit in een
memo.
Volume
Hiermee regelt u het volume.
Omlaag
Hiermee stopt u het afspelen.
Opties voor de spraakrecorder
Druk in het scherm Spraakrecorder op
<Opties> om de volgende opties weer te
geven:
• Opnemen: hiermee neemt u een nieuwe
spraakmemo op.
Extra’s (menu 3)
Hiermee onderbreekt of hervat u
het afspelen.
• Ga naar Mijn spraakmemo's: hiermee
geeft u de lijst met spraakmemo's weer.
• Instellingen: hiermee past u de
standaardinstellingen voor de
spraakrecorder aan.
Opnametijd: hiermee selecteert u de
opnametijd.
- Limiet voor MMS-berichten: hiermee
neemt u een spraakmemo op die moet
worden toegevoegd aan een MMS-bericht.
- Limiet voor e-mailberichten: hiermee
neemt u een spraakmemo op die moet
worden toegevoegd aan een e-mailbericht.
- 1 uur: hiermee neemt u een spraakmemo
op van maximaal 1 uur.
Volume: hiermee selecteert u een
volumeniveau.
Standaardnaam: hier wijzigt u het
standaardvoorvoegsel van bestandsnamen.
Visualisatie: hiermee wijzigt u de animatie
die wordt weergegeven tijdens het afspelen.
Menuopties
Tijdens het afspelen kunt u de volgende toetsen
gebruiken:
55
Menuopties
Afbeelding bewerken (menu 3.3)
Visuele effecten toevoegen
In dit menu kunt u uw foto's bewerken met
behulp van de verschillende bewerkopties.
U kunt foto's versieren door een kader of
afbeelding toe te voegen.
Effecten toepassen
1. Druk op <Opties> en selecteer Nieuwe
afbeelding → Openen of Foto maken.
2. Selecteer een foto of maak een nieuwe foto.
3. Druk op <Laden> of druk op <Opties> en
selecteer Laden.
4. Druk op <Opties> en selecteer Effecten →
een effect.
5. Druk op <Klaar>.
6. Druk op <Opties> en selecteer Opslaan
als.
7. Druk op <Ja>.
8. Geef een nieuwe bestandsnaam in en druk
op [
].
56
1. Selecteer een foto of maak een nieuwe foto.
2. Druk op <Laden> of druk op <Opties> en
selecteer Laden.
3. Druk op <Opties> en selecteer Invoegen
→ een type effect.
• Kader: hiermee voegt u een decoratief
kader toe.
• Clipart: hiermee voegt u een illustratie
toe.
• Emoticon: hiermee voegt u een
emoticon toe.
4. Selecteer een item.
5. Pas de plaats van het ingevoegde item aan
en druk op <Klaar>.
6. Druk op <Opties> en selecteer Opslaan
als.
Bluetooth (menu 3.4)
Extra’s (menu 3)
Met behulp van de Bluetooth-functie kunt u de
telefoon draadloos met andere Bluetoothapparaten verbinden zodat hiertussen
gegevensuitwisseling mogelijk is. Ook kunt u
hierdoor handsfree spreken en de telefoon op
afstand bedienen.
Met de Bluetooth-technologie kunt u gratis
draadloos verbinding maken tussen
elektronische apparaten die compatibel zijn met
Bluetooth. Het bereik is maximaal 10 meter.
Omdat de apparaten communiceren via
radiogolven, hoeft u het andere Bluetoothapparaat niet te kunnen zien.
• Als er voorwerpen tussen de apparaten staan,
is het mogelijk dat de maximaal werkbare
afstand tussen de apparaten afneemt.
• Het verdient aanbeveling de Bluetooth-functie
niet te gebruiken als u multimediafuncties
gebruikt, zoals de spraakrecorder, camera en
MP3-speler, en omgekeerd.
• Sommige apparaten zijn mogelijk niet
compatibel met de telefoon.
Menuopties
7. Druk op <Ja>.
8. Geef een nieuwe bestandsnaam in en druk
op [
].
De Bluetooth-functie instellen
Het menu Bluetooth bevat de volgende opties:
• Aanzetten: hiermee kunt u de Bluetoothfunctie aan- en uitzetten.
• Mijn apparaten: hiermee zoekt u naar
Bluetooth-apparaten waarmee u verbinding
kunt maken.
• Zichtbaarheid van mijn telefoon:
hiermee kunt u andere Bluetooth-apparaten
toestaan verbinding te maken met uw
telefoon.
57
Menuopties
• Naam van mijn telefoon: hiermee wijst u
een Bluetooth-apparaatnaam toe aan de
telefoon. Deze naam wordt vervolgens op
andere apparaten weergegeven.
• Veilige modus: hiermee bepaalt u of u om
bevestiging wordt gevraagd wanneer andere
apparaten toegang tot uw gegevens
proberen te krijgen.
• Bluetooth diensten: hiermee geeft u de
beschikbare Bluetooth-diensten weer.
Een Bluetooth-apparaat zoeken en
koppelen
1. Selecteer in het menu Bluetooth de optie
Mijn apparaten.
2. Selecteer Nieuw apparaat zoeken.
Nadat het zoeken is voltooid, wordt een lijst
weergegeven met apparaten waarmee u
verbinding kunt maken. De volgende
symbolen geven aan om wat voor type
apparaat het gaat:
58
•
Stereo headset •
Mobiele
telefoon
•
Computer
•
PDA
•
Onbekend
apparaat
•
Printer
•
Mono headset/Handsfree carkit
De kleur van het symbool duidt de status
van het apparaat aan.
• Grijs voor niet-gekoppelde apparaten
• Blauw voor gekoppelde apparaten
• Rood voor apparaten die momenteel
verbinding hebben met uw telefoon
3. Selecteer een apparaat.
4. Geef een Bluetooth-PIN-code in en druk op
<OK>. Dit is een eenmalige code die u niet
hoeft te onthouden.
Opties voor apparaten
Druk in de lijst met apparaten op <Opties> om
de volgende opties weer te geven:
• Verbinden: hiermee maakt u verbinding
met een headset of handsfree carkit.
• Verbinding verbroken: hiermee verbreekt
u de verbinding met het apparaat.
• Bestanden doorzoeken: hiermee kunt u
zoeken naar gegevens op het apparaat en
deze rechtstreeks importeren in de telefoon.
Extra’s (menu 3)
Sommige apparaten, met name headsets en
handsfree carkits, hebben een vaste BluetoothPIN-code, zoals 0000. Als voor het andere
apparaat deze code wordt gebruikt, moet u deze
ingeven.
• Servicelijst: hiermee opent u de lijst met
Bluetooth-diensten van het apparaat.
• Hernoemen: hiermee wijzigt u de naam
van het gekoppelde apparaat.
• Apparaat goedkeuren/Apparaat niet
goedkeuren: hiermee bepaalt u of u wilt
worden gevraagd om toestemming wanneer
andere apparaten verbinding proberen te
maken met de telefoon.
• Wissen: hiermee wist u het geselecteerde
apparaat of alle apparaten uit de lijst.
Menuopties
Wanneer de eigenaar van het andere
apparaat dezelfde code intoetst, zijn de
apparaten gekoppeld.
Gegevens verzenden via Bluetooth
1. Activeer de Bluetooth-functie.
2. Selecteer de toepassing waarin het item is
opgeslagen dat u wilt verzenden.
3. Blader naar het gewenste item en druk op
<Opties>.
4. Selecteer Verzenden via → Bluetooth.
59
Menuopties
De telefoon zoekt naar apparaten binnen het
bereik en er wordt een lijst met beschikbare
apparaten weergegeven.
5. Selecteer een apparaat.
6. Geef, indien nodig, de Bluetooth-PIN-code in
die vereist is voor het koppelen en druk op
<OK>.
Gegevens ontvangen via Bluetooth
Als u gegevens wilt ontvangen via Bluetooth,
moet de Bluetooth-functie op de telefoon zijn
geactiveerd en moet de zichtbaarheid van de
telefoon zijn ingeschakeld.
Als via een niet-goedgekeurd Bluetoothapparaat gegevens naar uw telefoon worden
verzonden, wordt een bevestigingsverzoek
weergegeven op de telefoon. Druk op <Ja> als
u de gegevens wilt ontvangen.
60
JAVA/Games (menu 3.5)
Dit menu biedt toegang tot de vooraf
geïnstalleerde Java-games en gedownloade
Java-toepassingen.
Een spel spelen
Kies een spelletje uit de lijst met games en volg
de instructies op het scherm. De procedure kan
van spel tot spel verschillen.
Opties voor Java-toepassingen
Druk in de lijst met toepassingen op <Opties>
om de volgende opties weer te geven:
• Start: hiermee start u de geselecteerde
toepassing.
• Wissen: hiermee wist u de geselecteerde
toepassing.
• Details: hiermee bekijkt u de
eigenschappen van de toepassing.
• Netwerk: hiermee past u een
verbindingsprofiel aan dat moet worden
gebruikt voor toepassingen waarvoor
netwerktoegang vereist is. De volgende
opties zijn beschikbaar:
APN: hier geeft u de naam voor het
toegangspunt van de gateway van het
netwerk in.
Gebruikersnaam: hier geeft u uw
gebruikersnaam in.
Wachtwoord: hier geeft u uw wachtwoord
in.
Proxy: hier geeft u aan of de telefoon een
proxyserver gebruikt om de webbrowser te
starten.
Proxy instellingen: hier kunt u de
volgende proxy-instellingen aanpassen:
Als de proxy is ingesteld op Aanzetten:
- IP-adres: hier geeft u het gateway-adres
in.
Menuopties
Extra’s (menu 3)
• Machtiging: hiermee stelt u de
machtigingen in voor diensten waarvoor
extra kosten worden berekend zoals
netwerktoegang en SMS.
• Blokkeren/Deblokkeren: hiermee
vergrendelt u de toepassing zodat deze niet
kan worden verwijderd, of heft u de
vergrendeling op.
• Upgrade: hiermee kunt u de toepassing
upgraden naar de nieuwste versie. Dit is niet
van toepassing op geïntegreerde games.
• Informatie verzenden via SMS-bericht:
hiermee verzendt u de URL van de
toepassing via SMS, behalve voor
geïntegreerde games.
• Geheugenstatus: hiermee geeft u
geheugengegevens voor toepassingen weer.
61
Menuopties
- Poort: hier geeft u het poortnummer in.
Als de proxy is ingesteld op Uitzetten:
- DNS1: hier geeft u het primaire adres in.
- DNS2: hier geeft u het secundaire adres
in.
SIM-AT (menu 3.6)
Dit menu is beschikbaar als u een SIM-AT-kaart
gebruikt die SAT-menu's (SIM Application
Toolkit) ondersteunt en aanvullende diensten
levert, zoals nieuws, weer, sport, ontspanning
en plaatsbepaling. Welke diensten beschikbaar
zijn, is afhankelijk van de diensten die uw
provider biedt. Neem voor meer informatie
contact op met uw provider of raadpleeg de
instructies bij uw SIM-kaart.
62
Browser
(menu 4)
Met behulp van de WAP-browser (Wireless
Application Protocol) kunt u met uw telefoon
draadloos op internet surfen. De webbrowser
maakt het mogelijk om toegang te krijgen tot
up-to-date informatie en allerlei soorten
mediacontent, zoals achtergronden, beltonen
en muziekbestanden.
Als u dit menu wilt openen, drukt u in de
standby-stand op <Menu> en selecteert u
Browser.
Startpagina (menu 4.1)
Met dit menu maakt de telefoon verbinding met
het netwerk en wordt de startpagina van de
internetprovider geladen. U kunt dit ook doen
door in de standby-stand [
] ingedrukt te
houden.
Druk op
Door de browseritems
bladeren
[Omhoog] of
[Omlaag].
Een browser-item
selecteren
<
Teruggaan naar de
vorige pagina
<Terug> of [C].
Teruggaan naar de
startpagina
Houd [C] ingedrukt.
> of [
].
Browseropties
1. Selecteer
of druk op [ ].
2. Selecteer een van de volgende
browseropties:
• Terug: hiermee gaat u terug naar de
vorige pagina.
Browser (menu 4)
Actie
• Startpagina: hiermee gaat u terug naar
de startpagina.
• Afsluiten: hiermee sluit u de
webbrowser af.
• Opnieuw laden: hiermee laadt u de
huidige pagina opnieuw.
• URL tonen: hiermee geeft u het adres
(URL) van de huidige webpagina weer.
• Info...: hiermee geeft u de versie- en
copyrightgegevens van de browser weer.
Menuopties
Navigeren met de webbrowser
Andere telefoonmenu's openen
Druk in een webpagina op [ ] om de volgende
opties weer te geven:
• URL ingeven: hier kunt u handmatig een
adres (URL) ingeven.
• Favorieten: hiermee schakelt u over naar
het menu Favorieten.
63
Menuopties
• Berichten: hiermee kunt u de berichten in
de map Mijn berichten bekijken. U kunt
ook een nieuw SMS-bericht maken en
verzenden.
• Mijn bestanden: hiermee schakelt u over
naar het menu Mijn bestanden.
De browser afsluiten
Druk op [ ] om de netwerkverbinding te
verbreken en de browser af te sluiten.
Favorieten (menu 4.2)
Gebruik dit menu om URL-adressen op te slaan
zodat u snel naar een webpagina kunt gaan of
om de vooraf gedefinieerde favorieten te
openen.
Favorieten toevoegen
1. Selecteer een lege locatie.
64
2. Geef een titel in voor de favoriet en druk op
[Omlaag].
3. Geef een URL-adres in en druk op [
].
Een pagina uit de favorieten openen
Als u een favoriet selecteert, wordt de
webbrowser gestart en de desbetreffende
webpagina geopend.
Opties voor favorieten
Druk in de lijst met favorieten op <Opties> om
de volgende opties weer te geven:
• Openen: hiermee gaat u naar de website.
• Wijzigen: hier wijzigt u het adres en de
naam van de favoriet.
• Wissen: hiermee wist u de geselecteerde
favoriet of alle favorieten.
Via dit menu kunt u handmatig het URL-adres
van een website ingeven en naar de website
gaan.
Met dit menu kunt u de buffer legen. Dit is een
tijdelijk geheugen waar webpagina's worden
opgeslagen die u onlangs hebt geopend.
Instellingen server (menu 4.5)
Met dit menu kunt u de servers voor de
webbrowser instellen. Neem voor informatie
over de instellingen contact op met uw provider.
Voor elke server zijn de volgende opties
beschikbaar:
• Profielnaam: hiermee wijst u een naam toe
aan het serverprofiel.
Browser (menu 4)
Buffer leegmaken (menu 4.4)
• URL startpagina: hier geeft u het adres
van de startpagina in.
• Drager: hier selecteert u de drager die u
wilt gebruiken voor elk type netwerkadres
dat u wilt bezoeken.
• Proxy: hier geeft u aan of de telefoon een
proxyserver gebruikt om de webbrowser te
starten.
• GPRS instellingen: hier kunt u de volgende
GPRS-netwerkinstellingen aanpassen:
Als de proxy is ingesteld op Aanzetten:
Proxy IP: hier geeft u het webgatewayadres in.
Proxy poort: hier geeft u het poortnummer
in.
APN: hier geeft u de naam in voor het
toegangspunt van de gateway van het
GPRS-netwerk.
Gebruikersnaam: hier geeft u uw
gebruikersnaam in.
Menuopties
URL ingeven (menu 4.3)
65
Menuopties
Wachtwoord: hier geeft u uw wachtwoord
in.
Als de proxy is ingesteld op Uitzetten:
DNS1: hier geeft u het primaire adres in.
DNS2: hier geeft u het secundaire adres in.
APN: hier geeft u de naam in voor het
toegangspunt van de gateway van het
GPRS-netwerk.
Gebruikersnaam: hier geeft u uw
gebruikersnaam in.
Wachtwoord: hier geeft u uw wachtwoord
in.
• GSM instellingen: hier kunt u de volgende
GSM-netwerkinstellingen aanpassen:
Als de proxy is ingesteld op Aanzetten:
Proxy IP: hier geeft u het webgatewayadres in.
Proxy poort: hier geeft u het poortnummer
in.
66
Inbelnummer: hier geeft u het
inbelnummer voor de PPP-server in.
Gebruikersnaam: hier geeft u uw
gebruikersnaam in.
Wachtwoord: hier geeft u uw wachtwoord
in.
Type data-oproep: hier selecteert u een
type data-oproep.
Als de proxy is ingesteld op Uitzetten:
DNS1: hier geeft u het primaire adres in.
DNS2: hier geeft u het secundaire adres in.
Inbelnummer: hier geeft u het
inbelnummer voor de PPP-server in.
Gebruikersnaam: hier geeft u uw
gebruikersnaam in.
Wachtwoord: hier geeft u uw wachtwoord
in.
Type data-oproep: hier selecteert u een
type data-oproep.
In dit menu kunt u een van de ingestelde
proxyservers activeren.
SMS (Short Message Service) is een dienst
waarmee u tekstberichten kunt verzenden en
ontvangen die afbeeldingen, geluidsfragmenten
en animaties kunnen bevatten.
Een SMS-bericht maken en verzenden
Berichten
(menu 5)
In het menu Berichten kunt u SMS-, MMS- en
e-mailberichten verzenden en ontvangen. U
kunt via dit menu ook server-, voicemail- en
infoberichten openen.
Druk in de standby-stand op <Menu> en
selecteer Berichten om dit menu te openen.
Bericht maken (menu 5.1)
Via dit menu kunt u SMS-, MMS- en
e-mailberichten opstellen en verzenden.
1. Geef een bericht in en druk op [
Berichten (menu 5)
SMS-bericht (menu 5.1.1)
Menuopties
Huidig profiel (menu 4.6)
].
• Het maximum aantal tekens dat in een
bericht is toegestaan, varieert per provider.
Als het maximumaantal in een bericht
wordt overschreden, wordt het bericht
gesplitst.
• U kunt gebruikmaken van verschillende
opties door op <Opties> te drukken.
volgende gedeelte
2. Geef het nummer van de bestemming in.
Als u het bericht naar meerdere ontvangers
wilt verzenden, vult u meerdere
bestemmingsvelden in.
67
Menuopties
3. Druk op [
] om het bericht te
verzenden.
Opties bij het opstellen van een SMSbericht
Druk tijdens het opstellen van een bericht op
<Opties> om de volgende opties weer te
geven:
• Alleen verzenden: hiermee verzendt u het
bericht.
• Opslaan en verzenden: hiermee wordt het
bericht in Verzonden items opgeslagen en
vervolgens verzonden.
• Invoegen: hiermee voegt u een
standaardbericht, vermelding uit de
telefoonlijst of een favoriet toe.
• Foto toevoegen/Animatie toevoegen/
Geluid toevoegen: hiermee kunt u een
eenvoudige afbeelding, animatie of melodie
toevoegen.
68
• Bijvoegen: hiermee voegt u visitekaartjes
of agenda-items toe als databestand.
• Opslaan in: hiermee slaat u het bericht op
in een andere berichtenmap.
• Invoertaal: hiermee wijzigt u de taal voor
de T9-invoerstand.
• Tekstopmaak: hiermee wijzigt u de
opmaak.
MMS-bericht (menu 5.1.2)
MMS (Multimedia Message Service) is een
service waarmee u berichten met een
combinatie van tekst, afbeeldingen, videoclips
en geluidsbestanden van de ene telefoon naar
een andere telefoon of naar een e-mailadres
kunt verzenden.
Een MMS-bericht maken en verzenden
1. Selecteer de regel Onderwerp.
• De maximaal toegestane grootte van een
bericht kan per provider verschillen.
• Afhankelijk van het type bestand of het
DRM-systeem (Digital Rights Management)
is het mogelijk dat bepaalde bestanden
niet kunnen worden doorgestuurd.
5. Selecteer de regel Melodie.
6. Selecteer Melodie toevoegen en voeg een
geluidsfragment toe.
7. Selecteer de regel Tekst.
Berichten (menu 5)
2. Geef het onderwerp van het bericht in en
druk op [
].
3. Selecteer de regel Afbeelding of video.
4. Selecteer Afbeelding toevoegen of Video
toevoegen en voeg een afbeelding of
videoclip toe.
8. Geef de tekst van het bericht in en druk op
[
].
9. Als u klaar bent, drukt u op <Opties> en
selecteert u Verzenden.
10.Geef een telefoonnummer of e-mailadres in.
Als u het bericht naar meerdere ontvangers
wilt verzenden, vult u meerdere
bestemmingsvelden in.
11.Druk op [
] om het bericht te
verzenden.
Opties bij het opstellen van een MMSbericht
Druk tijdens het opstellen van een bericht op
<Opties> om de volgende opties weer te
geven:
• Toevoegen: hiermee voegt u berichttekst of
het onderwerp van het bericht toe.
• Afbeelding toevoegen/Video toevoegen/
Melodie toevoegen: hiermee voegt u een
afbeelding, videoclip of geluidsfragment toe.
Menuopties
U kunt gebruikmaken van verschillende
opties door in elk veld op <Opties> te
drukken.volgende onderdeel
69
Menuopties
• Afbeelding wijzigen/Video wijzigen/
Geluid wijzigen: hiermee vervangt u een
item.
• Wijzigen: hiermee wijzigt u het onderwerp
of de tekst.
• Voorbeeld: hiermee geeft u het bericht
weer zoals het wordt weergegeven op de
telefoon van de ontvanger.
• Tonen: hiermee opent u de geselecteerde
bijlage.
Bijlagen uit de map Andere bestanden kunt
u niet op de telefoon openen.
• Verzenden: hiermee verzendt u het bericht.
• Opslaan in: hiermee slaat u het bericht op
in een andere berichtenmap.
• Pagina toevoegen: hiermee voegt u
pagina's toe. Blader naar een pagina door op
[Links] of [Rechts] te drukken.
• Pagina wissen: hiermee wist u een pagina.
70
• Pagina bewerken: hiermee wijzigt u
hoelang de pagina wordt weergegeven of
gaat u een pagina verder of terug.
• Bijvoegen: hiermee kunt u vermeldingen in
de telefoonlijst toevoegen als visitekaartjes
of agendagegevens als databestand
toevoegen, of documentbestanden die zijn
opgeslagen in de map Andere bestanden.
• Onderwerp verwijderen/Tekst
verwijderen/Media verwijderen/Geluid
verwijderen/Verwijderen: hiermee
verwijdert u een toegevoegd item.
E-mail (menu 5.1.3)
U kunt e-mailberichten met tekst, geluid en
afbeeldingen maken en verzenden. Als u deze
functie wilt gebruiken, moet u zich abonneren
op een e-mailservice en uw e-mailprofiel en account instellen.blz. 87, blz. 89
1. Selecteer de regel Onderwerp.
2. Geef het onderwerp van het e-mailbericht in
en druk op [
].
3. Selecteer de regel Bericht.
4. Geef de tekst van het e-mailbericht in en
druk op [
].
5. Selecteer de regel Bijlage toevoegen.
6. Voeg mediabestanden, documentbestanden
die in de map Andere bestanden zijn
opgeslagen of vermeldingen in de
telefoonlijst toe als visitekaartjes of voeg
agendagegevens toe als databestand.
7. Als u klaar bent, drukt u op <Opties> en
selecteert u Verzenden.
8. Geef een e-mailadres in.
Als u het e-mailbericht naar meerdere
ontvangers wilt verzenden, vult u meerdere
bestemmingsvelden in.
9. Druk op [
] om het e-mailbericht te
verzenden.
Opties bij het opstellen van een
e-mailbericht
Wanneer u een e-mailbericht opstelt, kunt u op
<Opties> drukken om de volgende opties weer
te geven:
• Toevoegen: hiermee voegt u het
onderwerp of de tekst van het e-mailbericht
toe.
Berichten (menu 5)
U kunt gebruikmaken van verschillende
opties door in elk veld op <Opties> te
drukken.volgende onderdeel
Afhankelijk van het type bestand of het DRMsysteem (Digital Rights Management) is het
mogelijk dat bepaalde bestanden niet kunnen
worden doorgestuurd.
Menuopties
Een e-mailbericht maken en verzenden
U kunt e-mailberichten maken en verzenden.
71
Menuopties
• Wijzigen: hiermee wijzigt u het onderwerp
of de tekst.
• Afbeelding toevoegen/Video's
toevoegen/Geluiden toevoegen/Muziek
toevoegen: hiermee voegt u
mediabestanden toe die zijn opgeslagen in
het telefoongeheugen.
• Ander bestand toevoegen: hiermee voegt
u documentbestanden toe die zijn
opgeslagen in de map Andere bestanden.
• Tonen/Afspelen: hiermee opent u de
geselecteerde bijlage.
Bijlagen uit de map Andere bestanden kunt
u niet op de telefoon openen.
• Verzenden: hiermee verzendt u het
e-mailbericht.
• Opslaan in: hiermee slaat u het
e-mailbericht op in een andere
berichtenmap.
72
• Bijvoegen: hiermee kunt u vermeldingen in
de telefoonlijst toevoegen als visitekaartjes
of agendagegevens toevoegen als
databestand.
• Onderwerp verwijderen/Bericht
verwijderen: hiermee verwijdert u het
onderwerp of de tekst.
• Alle bijlagen verwijderen: hiermee
verwijdert u alle bijlagen.
• Verwijderen: hiermee verwijdert u de
geselecteerde bijlage of alle bijlagen.
Mijn berichten (menu 5.2)
In dit menu kunt u de berichten openen die u
hebt ontvangen of verzonden, of waarvan het
verzenden is mislukt.
Tijdens het bekijken van een bericht kunt u op
<Opties> drukken om de volgende opties weer
te geven:
SMS-berichten
• Beantwoorden via: hiermee verzendt u
een antwoord naar de afzender via SMS of
MMS.
• Doorsturen: hiermee kunt u het bericht
naar anderen doorsturen.
• Wissen: hiermee wist u het bericht.
• Naar telefoon/Naar SIM: hiermee kunt u
berichten van de SIM-kaart naar het
telefoongeheugen verplaatsen en vice versa.
• Aan blokkeerlijst toevoegen: hiermee
voegt u het nummer van de afzender toe aan
de blokkeerlijst zodat de berichten van de
afzender worden geweigerd.
Berichten bekijken
De volgende symbolen kunnen in de lijst met
berichten worden weergegeven om het type
bericht aan te duiden:
•
SMS
•
MMS
•
MMS notification
•
Serverbericht
Met het symbool ! naast een bericht wordt
aangegeven dat het bericht een hoge prioriteit
heeft. Een grijs berichtsymbool betekent dat het
bericht een lage prioriteit heeft.
Berichten (menu 5)
Opties voor berichten
In deze map worden alle berichten opgeslagen
die u hebt ontvangen, met uitzondering van
e-mailberichten.
Menuopties
Postvak IN (menu 5.2.1)
73
Menuopties
• Adres overnemen: hiermee neemt u URL's,
e-mailadressen of telefoonnummers uit het
bericht over.
• Afdrukken via Bluetooth: hiermee kunt u
het bericht afdrukken door de telefoon via
Bluetooth met een printer te verbinden.
Sommige printers zijn mogelijk niet
compatibel met de telefoon.
• Blokkeren/Deblokkeren: hiermee
blokkeert u het bericht zodat dit niet kan
worden verwijderd, of heft u de blokkering
op.
MMS-berichten
• Ophalen: hiermee haalt u het MMS-bericht
op van de server.
• Beantwoorden via SMS-bericht: hiermee
stuurt u via SMS een antwoord naar de
afzender.
74
• Beantwoorden via MMS-bericht: hiermee
verzendt u een MMS-bericht als antwoord
naar de afzender of naar alle ontvangers.
• Doorsturen: hiermee stuurt u het bericht
door naar andere mensen.
• Wissen: hiermee verwijdert u het bericht of
alle berichten.
• Aan blokkeerlijst toevoegen: hiermee
voegt u het nummer van de afzender toe aan
de blokkeerlijst zodat de berichten van de
afzender worden geweigerd.
• Adres overnemen: hiermee neemt u URL's,
e-mailadressen of telefoonnummers uit het
bericht over.
• Bijgesloten items: hiermee slaat u
multimediacontent uit het bericht op in het
telefoongeheugen.
• Blokkeren/Deblokkeren: hiermee
blokkeert u het bericht zodat dit niet kan
worden verwijderd, of heft u de blokkering
op.
Menuopties
Concepten (menu 5.2.2)
Berichten (menu 5)
• Blokskeren/Deblokkeren: hiermee
blokkeert u het bericht zodat dit niet kan
worden verwijderd, of heft u de blokkering
op.
• Details: hiermee geeft u de details van het
bericht weer.
Serverberichten
• URL openen: hiermee maakt u verbinding
met het URL-adres in het bericht.
• Wissen: hiermee wist u het bericht.
• Adres overnemen: hiermee neemt u URL's,
e-mailadressen of telefoonnummers uit het
bericht over.
Configuratieberichten
• Installeren: hiermee past u de
configuratie-instelling uit het bericht toe op
de telefoon.
• Wissen: hiermee wist u het bericht.
Deze map bevat berichten die u hebt
opgeslagen om ze later te verzenden.
Wanneer u een SMS- of e-mailbericht
selecteert, wordt dit in de wijzigstand geopend
zodat u het kunt bewerken en/of verzenden.
Wanneer u een MMS-bericht selecteert, wordt
dit in de voorbeeldweergave geopend, zoals dat
gebeurt met berichten in het postvak IN. Als u
het MMS-bericht wilt bewerken, drukt u op
<Opties> en selecteert u Wijzigen.
75
Menuopties
Postvak UIT (menu 5.2.3)
In deze map worden berichten opgeslagen die
worden verzonden of waarvan het verzenden is
mislukt.
Tijdens het bekijken van een bericht kunt u op
<Opties> drukken om de volgende opties weer
te geven:
• Tonen/Afspelen: hiermee opent u de
geselecteerde bijlage.
• Aanmelden: hiermee worden de
bijgevoegde visitekaartjes en agenda-items
op de telefoon opgeslagen.
• Opslaan in Mijn bestanden: hiermee slaat
u de geselecteerde bijlage op.
• Opnieuw verzenden: hiermee doet u
opnieuw een poging het bericht te
verzenden.
• Doorsturen: hiermee stuurt u het bericht
door naar andere mensen.
• Wissen: hiermee wist u het bericht.
76
• Naar telefoon/Naar SIM: hiermee kunt u
berichten van de SIM-kaart naar het
telefoongeheugen verplaatsen en vice versa.
• Afdrukken via Bluetooth: hiermee kunt u
het bericht afdrukken door de telefoon via
Bluetooth met een printer te verbinden.
Sommige printers zijn mogelijk niet
compatibel met de telefoon.
• Blokkeren/Deblokkeren: hiermee
blokkeert u het bericht zodat dit niet kan
worden verwijderd, of heft u de blokkering
op.
• Details: hiermee geeft u de details van het
bericht weer.
Verzonden items (menu 5.2.4)
In deze map worden berichten opgeslagen die u
hebt verzonden.
Tijdens het bekijken van een bericht kunt u op
<Opties> drukken om de volgende opties weer
te geven:
• Blokkeren/Deblokkeren: hiermee
blokkeert u het bericht zodat dit niet kan
worden verwijderd, of heft u de blokkering
op.
• Details: hiermee geeft u de details van het
bericht weer.
Menuopties
Berichten (menu 5)
• Tonen/Afspelen: hiermee opent u de
geselecteerde bijlage.
• Aanmelden: hiermee worden de
bijgevoegde visitekaartjes en agenda-items
op de telefoon opgeslagen.
• Opslaan in Mijn bestanden: hiermee slaat
u de geselecteerde bijlage op.
• Doorsturen: hiermee stuurt u het bericht
door naar andere mensen.
• Wissen: hiermee wist u het geselecteerde
bericht.
• Naar telefoon/Naar SIM: hiermee kunt u
berichten van de SIM-kaart naar het
telefoongeheugen verplaatsen en vice versa.
• Afdrukken via Bluetooth: hiermee kunt u
het bericht afdrukken door de telefoon via
Bluetooth met een printer te verbinden.
Sommige printers zijn mogelijk niet
compatibel met de telefoon.
E-mail Postvak IN (menu 5.2.5)
In deze map worden e-mailberichten
opgeslagen die u hebt ontvangen.
Een e-mailbericht bekijken
1. Druk op <Kies> wanneer Nieuwe mail
controleren wordt weergegeven. De
telefoon maakt verbinding met de
e-mailserver en nieuwe e-mailberichten
worden gedownload.
De volgende pictogrammen kunnen in de
lijst worden weergegeven om de status van
het e-mailbericht aan te geven:
•
Opgehaald van de server
77
Menuopties
•
•
Wordt opgehaald
Ophalen mislukt
Met het symbool ! naast een bericht wordt
aangegeven dat het e-mailbericht een hoge
prioriteit heeft. Een grijs berichtsymbool
betekent dat het bericht een lage prioriteit
heeft.
2. Selecteer een e-mailbericht of een
berichtkop.
3. Druk op [Volume] om andere pagina's in het
e-mailbericht te bekijken.
Als u [Volume] ingedrukt houdt, gaat u naar
de eerste of laatste pagina.
4. Druk op [ ] of [ ] voor het volgende of
vorige e-mailbericht te bekijken.
Opties voor e-mailberichten
Wanneer u het e-mailbericht of de berichtkop
bekijkt, kunt u op <Opties> drukken om de
volgende opties weer te geven:
78
• Ophalen: hiermee haalt u de hoofdtekst van
het e-mailbericht op van de e-mailserver.
• Tonen/Afspelen: hiermee opent u de
geselecteerde bijlage.
• Aanmelden: hiermee worden de
bijgevoegde visitekaartjes en agenda-items
op de telefoon opgeslagen.
• Opslaan in Mijn bestanden: hiermee slaat
u de geselecteerde bijlage op.
• Antwoorden: hiermee kunt u de afzender
of alle ontvangers een antwoord sturen.
• Doorsturen: hiermee stuurt u het
e-mailbericht door naar andere mensen.
• Wissen: hiermee kunt u het e-mailbericht
uit het telefoongeheugen wissen of zowel uit
het telefoongeheugen als van de
e-mailserver verwijderen.
• Details: hiermee geeft u de eigenschappen
van het e-mailbericht weer.
Menuopties
Map (menu 5.2.6)
Via dit menu kunt u de berichten bekijken die u
tijdens het bekijken van de lijst met berichten
hebt verplaatst met de optie Verplaatsen naar
Map.
Berichten (menu 5)
• Aan blokkeerlijst toevoegen: hiermee
voegt u het e-mailadres van de afzender of
het onderwerp toe aan de blokkeerlijst,
zodat e-mailberichten van dat adres of met
dat onderwerp worden geweigerd.
• Adres overnemen: hiermee kunt u URL's,
e-mailadressen en telefoonnummers
overnemen.
• Bijgesloten items: hiermee slaat u de
geselecteerde bijlage of alle bijlagen van het
e-mailbericht op in het telefoongeheugen.
• Afdrukken via Bluetooth: hiermee kunt u
het e-mailbericht afdrukken door de telefoon
via Bluetooth met een printer te verbinden.
Sommige printers zijn mogelijk niet
compatibel met de telefoon.
• Blokkeren/Deblokkeren: hiermee
blokkeert u het bericht zodat dit niet kan
worden verwijderd, of heft u de blokkering
op.
Standaardberichten (menu 5.3)
Met dit menu kunt u standaardberichten maken
en gebruiken voor berichten of passages die u
veel gebruikt.
Standaard SMS-berichten (menu 5.3.1)
U kunt standaard SMS-berichten maken met
zinnen die u vaak gebruikt, zodat u deze kunt
ophalen en invoegen wanneer u een SMSbericht opstelt.
79
Menuopties
80
Standaardberichten maken
Standaard MMS-berichten (menu 5.3.2)
1. Selecteer een lege locatie.
2. Geef een bericht in en druk op [
].
Opties voor standaardberichten
Druk in de lijst met standaardberichten op
<Opties> om de volgende opties weer te
geven:
• Wijzigen: hiermee wijzigt u het
standaardbericht.
• Verzenden: hiermee maakt en verzendt u
een nieuw SMS-, MMS- of e-mailbericht met
behulp van het geselecteerde
standaardbericht.
• Wissen: hiermee verwijdert u het
geselecteerde standaardbericht
U kunt vooraf geïnstalleerde of eerder
opgeslagen standaard MMS-berichten
gebruiken bij het opstellen van een MMSbericht.
Standaardberichten maken
1. Druk op <Opties> en selecteer Maken.
2. Maak een standaardbericht zoals u een
MMS-bericht maakt.
3. Druk op <Opties> en selecteer Opslaan in
→ Standaardberichten.
Opties voor standaardberichten
Druk in de lijst met standaardberichten op
<Opties> om de volgende opties weer te
geven:
• Tonen: hiermee opent u het geselecteerde
standaardbericht.
Met dit menu kunt u alle berichten van elk type
tegelijk verwijderen.
1. Druk op [
] om de berichtenmappen te
selecteren die u wilt legen.
2. Druk op <Wissen>.
3. Druk op <Ja> om het wissen te bevestigen.
Met dit menu kunt u verschillende opties
instellen voor het gebruik van de
berichtenservice.
SMS-berichten (menu 5.5.1)
Berichten (menu 5)
Alles wissen (menu 5.4)
Instellingen (menu 5.5)
Menuopties
• Verzenden: hiermee verzendt u het
geselecteerde standaardbericht.
• Wijzigen: hiermee wijzigt u het
geselecteerde standaardbericht.
• Maken: hiermee voegt u een nieuw
standaardbericht toe.
• Wissen: hiermee wist u het geselecteerde
standaardbericht of alle standaardberichten.
Standaardberichten die vooraf zijn
geïnstalleerd, kunnen niet worden
verwijderd.
Via dit menu kunt u standaard SMS-instellingen
wijzigen.
• Verzendopties: hier stelt u de opties in
voor het verzenden van SMS-berichten:
Antwoordpad: hiermee kunt u bij uw
berichten een verzoek om een
leesbevestiging verzenden.
Vragen om ontvangstbevestiging:
hiermee kunt u instellen dat u op de hoogte
wordt gesteld wanneer berichten zijn
afgeleverd.
81
Menuopties
Ondersteunde tekenset: hier kunt u een
tekenset selecteren. Als u Auto selecteert,
wordt de tekenset gewijzigd van
GSM-alfabet in Unicode zodra u een
Unicode-teken ingeeft. Het gebruik van de
Unicode-tekenset brengt het maximaal
toegestane aantal tekens in een bericht
ongeveer tot de helft terug. Als dit menu niet
wordt weergegeven, wordt op uw telefoon
standaard Automatisch gebruikt als
tekenset.
Geldigheidsperiode: hier stelt u in hoelang
uw berichten op de SMS-server opgeslagen
moeten blijven.
Soort bericht: hier stelt u het
standaardberichttype in. De provider kan
berichten omzetten in de geselecteerde
indeling.
SMS-centrale: hier kunt u het nummer van
uw SMS-server opslaan of wijzigen.
82
• Tel.nummer blokkeren: hier slaat u de
telefoonnummers op waarvan u SMSberichten wilt weigeren.
MMS-berichten (menu 5.5.2)
Via dit menu kunt u standaard MMS-instellingen
wijzigen.
• Verzendopties: hier stelt u de opties voor
het verzenden van MMS-berichten in:
Vragen om ontvangstbevestiging: hier
stelt u in dat u op de hoogte wilt worden
gesteld wanneer uw berichten zijn
afgeleverd.
Adres verbergen: hier stelt u in dat uw
adres moet worden verborgen op de telefoon
van de ontvanger.
Vragen om leesbevestiging: hiermee kunt
u bij uw berichten een verzoek om een
leesbevestiging verzenden.
Prioriteit: hier stelt u de prioriteit voor uw
berichten in.
83
Berichten (menu 5)
Netwerk bij verblijf in buitenland: hier
geeft u op of nieuwe berichten automatisch
moeten worden opgehaald wanneer u zich in
het servicegebied van een ander netwerk
bevindt.
De volgende opties zijn beschikbaar voor
ontvangst binnen thuisnetwerk en ontvangst
in buitenland:
- Automatisch: berichten worden
automatisch opgehaald van de server.
- Weigeren: alle berichten worden
geweigerd.
- Handmatig: er wordt een melding op de
telefoon weergegeven. Met de optie
Ophalen kunt u nieuwe berichten
handmatig downloaden.
• Profiel MMS-berichten: hiermee stelt u
een MMS-profiel in en selecteert u het te
gebruiken profiel.
Huidig profiel: hier selecteert u een profiel.
Menuopties
Verlopen: hier stelt u in hoelang uw
berichten op de MMS-server opgeslagen
blijven.
Aflevertijd: hier stelt u in hoelang moet
worden gewacht voordat berichten worden
verzonden.
• Ontvangstopties: hier stelt u de opties in
voor het ontvangen van MMS-berichten:
Anoniem weigeren: hiermee weigert u
berichten van onbekende afzenders.
Reclame toestaan: hiermee accepteert u
reclame.
Bevestiging toegestaan: hier stelt u in dat
de afzender op de hoogte wordt gesteld
wanneer u zijn of haar bericht hebt
ontvangen.
Thuisnetwerk: hier geeft u op of nieuwe
berichten automatisch worden opgehaald
wanneer u zich in het servicegebied van uw
eigen provider bevindt.
Menuopties
Instellingen server: hiermee configureert
u MMS-profielen met verschillende MMSservers:
- Profielnaam: hier geeft u de naam in aan
het MMS-profiel.
- URL server: hier geeft u het adres van de
MMS-server in.
- Proxy: hier kunt u verbinding maken met
het GPRS-netwerk via de proxyserver.
- GPRS instellingen: hier kunt u de
instellingen aanpassen die worden gebruikt
om verbinding te maken met het GPRSnetwerk.
Als de proxy is ingesteld op Aanzetten:
IP-adres: hier geeft u het gateway-adres
in.
Poort: hier geeft u het poortnummer in.
APN: hier geeft u de naam van het
toegangspunt op dat u gebruikt voor het
adres van het GPRS-netwerk.
84
Gebruikersnaam: hier geeft u uw
gebruikersnaam in.
Wachtwoord: hier geeft u uw wachtwoord
in.
Als de proxy is ingesteld op Uitzetten:
DNS1: hier geeft u het primaire adres in.
DNS2: hier geeft u het secundaire adres
in.
APN: hier geeft u de naam van het
toegangspunt op dat u gebruikt voor het
adres van het GPRS-netwerk.
Gebruikersnaam: hier geeft u uw
gebruikersnaam in.
Wachtwoord: hier geeft u uw wachtwoord
in.
- Versie: hier selecteert u een beschikbare
OMA-versie en maximumgrootte voor het
verzenden of ontvangen van berichten.
Berichten (menu 5)
• Tel.nummer blokkeren: hier kunt u
telefoonnummers opgeven waarvan
berichten worden geweigerd. De nummers
die u hier opgeeft, worden ook toegevoegd
aan de SMS-blokkeerlijst.
• Berichtklasse: hier selecteert u het type
berichtinhoud dat u aan het bericht gaat
toevoegen of de grootte van het bericht.
Alleen tekst: u kunt alleen tekst toevoegen
tot 30 kB.
Kleine afbeelding: u kunt elk type item
toevoegen tot 30 kB, met uitzondering van
videofragmenten.
Gemiddelde afbeelding: u kunt elk type
item toevoegen tot 100 kB, met uitzondering
van videofragmenten.
Kleine video: u kunt elk type item
toevoegen tot 100 kB.
Gemiddelde video: u kunt elk type item
toevoegen tot 300 kB.
• Aanmaakmodus: hiermee selecteert u een
MMS-aanmaakmodus.
Waarschuwing: hiermee kunt u een bericht
maken met elk type inhoud en van elke
omvang, maar de telefoon waarschuwt u als
de inhoud en de omvang het maximum
overschrijden.
Vrij: hiermee kunt u berichten maken met
elk type inhoud en van elke omvang.
Beperkt: hiermee kunt u een bericht maken
met het type inhoud en de omvang die is
opgegeven in Berichtklasse.
Menuopties
Afhankelijk van de provider is het mogelijk
dat de maximumlimiet van 300 kB niet
wordt ondersteund. Als dat het geval is,
moet u het opnieuw proberen nadat u de
instelling hebt gewijzigd in 100 kB.
85
Menuopties
E-mailberichten (menu 5.5.3)
Via dit menu kunt u de e-mailinstellingen
wijzigen.
U kunt het e-mailprofiel en de instellingen voor
de e-mailaccount niet wijzigen tijdens het
ophalen of verzenden van e-mailberichten.
• Verzendopties: hier kunt u de opties
instellen voor het verzenden van
e-mailberichten:
Kopie naar jezelf sturen: hiermee
verzendt u een kopie van uw e-mailbericht
naar uw e-mailaccount.
Vragen om ontvangstbevestiging: hier
kunt u instellen dat u een melding van het
netwerk ontvangt wanneer uw
e-mailberichten zijn afgeleverd.
Vragen om leesbevestiging: hiermee
verzendt u een verzoek om een
leesbevestiging mee met het e-mailbericht.
86
Prioriteit: hiermee stelt u de prioriteit van
uw e-mailbericht in.
Handtekening toevoegen: hiermee kunt u
uw naam, telefoonnummer of een
eenvoudige memo aan uw e-mailberichten
toevoegen.
Naam wijzigen: hiermee geeft u de naam
in uw handtekening in.
Telefoonnummer wijzigen: hiermee
wijzigt u het telefoonnummer in uw
handtekening.
Notitie wijzigen: hiermee geeft u de vaste
regel in uw handtekening in.
• Ontvangstopties: hier kunt u de opties
instellen voor het ontvangen van
e-mailberichten:
Controle-interval: hier geeft u op hoe vaak
op de server moet worden gecontroleerd of
er e-mailberichten zijn binnengekomen.
• E-mailaccounts: hiermee stelt u uw
e-mailaccount in en selecteert u welke
account moet worden gebruikt:
Huidige account: hier selecteert u een
account.
Accountinstellingen: hiermee configureert
u e-mailaccounts met verschillende
e-mailservers. Druk op <Nieuw> of druk op
<Opties> en selecteer Nieuw als er al een
account is opgeslagen.
- Gebruiken: selecteer deze optie als u de
account wilt gebruiken en deze wilt
weergeven in E-mail Postvak IN.
- Accountnaam: hier geeft u een naam in
voor de geselecteerde account.
Druk op <Opties> en selecteer Volgende
of druk op [
].
- Gebruikersnaam: hier geeft u een
gebruikersnaam in.
- E-mailadres: hier geeft u uw e-mailadres
in.
Menuopties
Berichten (menu 5)
Als u Niet gebruiken selecteert, kunt u met
de functie Nieuwe mail controleren
handmatig nieuwe e-mailberichten
ontvangen.
Leesbevestiging verzenden: hier geeft u
op of de telefoon een leesbevestiging
verzendt voor inkomende e-mailberichten.
Als u Melden selecteert, wordt u gevraagd
of u een leesbevestiging wilt verzenden.
Ophaal-optie: hier stelt u in of alleen de
e-mailkopteksten worden gedownload of
zowel de berichtkoppen als de tekst van de
berichten.
Wis-optie: hiermee geeft u op of
e-mailberichten onmiddellijk worden gewist
of pas de volgende keer dat u verbinding
maakt met de server.
Op server bewaren: hiermee blijven
kopieën van e-mailberichten na het ophalen
op de server staan.
87
Menuopties
- Antwoordadres: hier geeft u het
e-mailadres in dat moet worden gebruikt
wanneer de ontvanger u een antwoord
stuurt.
Druk op <Opties> en selecteer Volgende
of druk op [
].
- SMTP server: hier geeft u het IP-adres of
de hostnaam van de server voor de
uitgaande e-mailberichten in.
- SMTP poort: hier geeft u het nummer van
de SMTP-poort in.
- SMTP-gebruikersnaam: hier geeft u de
SMTP-gebruikersnaam in.
- SMTP-wachtwoord: hier geeft u uw
SMTP-wachtwoord in.
- Servertype ophalen: hier selecteert u het
protocol voor de server voor inkomende
e-mailberichten. De overige opties zijn
afhankelijk van de instellingen voor het
protocoltype.
88
Als het protocoltype POP3 is:
- POP3 server: hier geeft u het IP-adres of
de hostnaam in van de server die uw
e-mailberichten ontvangt.
- POP3 poort: hier geeft u het nummer van
de POP3-poort in.
- Dezelfde gebruikersnaam en
wachtwoord: selecteer deze optie als u
dezelfde gebruikersnaam en hetzelfde
wachtwoord wilt gebruiken voor de server
voor uitgaande e-mailberichten.
- POP3-gebruikersnaam: hier geeft u de
POP3-gebruikersnaam in.
- POP3-wachtwoord: hier geeft u het
POP3-wachtwoord in.
- Inloggen bij APOP: wanneer u deze optie
selecteert, wordt er verbinding gemaakt
met de server door de APOPinlogprocedure te gebruiken.
89
Berichten (menu 5)
• E-mailprofielen: hiermee stelt u uw
e-mailprofiel in en selecteert u welk profiel
moet worden gebruikt.
Huidig profiel: hier selecteert u een profiel.
Instellingen server: hiermee kunt u
e-mailprofielen wijzigen met verschillende
e-mailservers. Stel voor elke profiel de
gewenste opties in:
- Profielnaam: hier geeft u een naam op
voor het e-mailprofiel.
- APN: hier geeft u de naam van het
toegangspunt op dat u gebruikt voor het
adres van het GPRS-netwerk.
- Gebruikersnaam: hier geeft u uw
gebruikersnaam in.
- Wachtwoord: hier geeft u uw wachtwoord
in.
- DNS1: hier geeft u het primaire adres in.
- DNS2: hier geeft u het secundaire adres
in.
Menuopties
Als het protocoltype IMAP4 is:
- IMAP4 server: hier geeft u het IP-adres
of de hostnaam in van de server die uw
e--mailberichten ontvangt.
- IMAP4 poort: hier geeft u het nummer
van de IMAP4-poort in.
- Dezelfde gebruikersnaam en
wachtwoord: selecteer deze optie als u
dezelfde gebruikersnaam en hetzelfde
wachtwoord wilt gebruiken voor de server
voor uitgaande e-mailberichten.
- IMAP4-gebruikersnaam: hier geeft u de
IMAP4-gebruikersnaam in.
- IMAP4-wachtwoord: hier geeft u het
IMAP4-wachtwoord in.
- Inclusief bijlagen: selecteer deze optie
om bijlagen te kunnen ontvangen bij
e-mailberichten.
- Limiet voor ophalen van e-mail: hier
stelt u het aantal berichtkoppen in dat u
kunt ophalen van de server.
Menuopties
• Blokkeerlijst: hier kunt u e-mailadressen of
onderwerpen opgeven zodat berichten van
die adressen of met die onderwerpen worden
geweigerd.
Serverberichten (menu 5.5.4)
U kunt de instellingen wijzigen voor het
ontvangen van serverberichten van de
draadloze webserver.
• Ontvangen: hiermee stelt u in hoe
serverberichten worden ontvangen.
• SMS-centrale: hier geeft u het adres in van
de server waarvan u serverberichten wilt
ontvangen.
Infoberichten (menu 5.6)
Via de infoberichtendienst kunt u korte
berichten ontvangen over diverse onderwerpen,
zoals het weer en het verkeer.
90
In dit menu kunt u de instellingen voor de
dienst wijzigen en de infoberichten weergeven.
• Lezen: hiermee opent u ontvangen
infoberichten.
In Huidige berichten blijven de
infoberichten bewaard totdat de telefoon
wordt uitgeschakeld. Druk op <Opties> en
selecteer Opslaan zodra een tekstmelding
wordt weergegeven. Het bericht wordt dan
opgeslagen in het vak Opgeslagen
berichten.
In Opgeslagen berichten worden de
infoberichten permanent opgeslagen.
• Aanzetten: hier geeft u op of u
infoberichten wilt ontvangen.
• Zenders ontvangen: hier geeft u de
kanalen op waarvan u infoberichten wilt
ontvangen. Neem voor meer informatie
contact op met uw provider.
Geheugenstatus (menu 5.7)
Mijn bestanden
(menu 6)
Via het menu Mijn bestanden kunt u foto’s,
video's, muziekbestanden en
geluidsfragmenten openen die in het
telefoongeheugen zijn opgeslagen.
Druk in de standby-stand op <Menu> en
selecteer Mijn bestanden om dit menu te
openen.
Dit menu bevat foto's die u hebt genomen en
afbeeldingen die u hebt gedownload, ontvangen
in berichten of geïmporteerd uit een computer.
Een foto of afbeelding bekijken
Mijn bestanden (menu 6)
Via dit menu kunt u zien hoeveel geheugen
momenteel wordt gebruikt voor elke
berichtenmap.
U kunt in dit menu ook een postvak selecteren
en openen.
Afbeeldingen (menu 6.1)
Menuopties
• Taal: hiermee kunt u de voorkeurstalen
selecteren waarin infoberichten worden
weergegeven.
1. Selecteer een map met afbeeldingen.
2. Selecteer een afbeelding.
Een diaserie bekijken
U kunt uw afbeeldingen in de vorm van een
diapresentatie bekijken, waarbij alle
afbeeldingen in de huidige map na elkaar
worden weergegeven.
1. Selecteer een map met afbeeldingen.
2. Druk op <Opties> en selecteer Diaserie.
3. Selecteer een tijdsinterval. De diapresentatie
begint.
91
Menuopties
4. Druk op <Terug> om de diapresentatie te
stoppen.
Opties voor afbeeldingen
Terwijl u een afbeelding bekijkt, kunt u op
<Opties> drukken om de volgende opties weer
te geven:
• Lijst: hiermee gaat u terug naar de lijst met
afbeeldingen.
• Verzenden via: hiermee verzendt u het
bestand via MMS, e-mail of Bluetooth.
• Instellen als: hiermee stelt u de afbeelding
in als achtergrond voor het display of als
afbeelding voor nummerweergave voor een
vermelding in de telefoonlijst.
• Wijzigen: hiermee kunt u een foto die u
met de camera van de telefoon heeft
gemaakt aanpassen met behulp van de
functie Afbeeldingen bewerken.blz. 56
92
• Verplaatsen naar Favoriete
afbeeldingen/Verplaatsen naar: hiermee
verplaatst u het bestand naar een andere
map.
• Wissen: hiermee verwijdert u het
geselecteerde bestand.
• Hernoemen: hiermee wijzigt u de naam
van het bestand.
• Diaserie: hiermee worden alle afbeeldingen
als diapresentatie weergegeven.
• Bluetooth-zichtbaarheid: hiermee deelt u
het bestand met andere Bluetoothapparaten.
• Afdrukken via: hiermee kunt u het bestand
afdrukken door de telefoon via USB of
Bluetooth met een printer te verbinden.
Videoclips afspelen
1. Selecteer een map met video's.
2. Selecteer een videoclip.
Tijdens het afspelen kunt u de volgende toetsen
gebruiken:
Toets
Functie
Hiermee onderbreekt of hervat u
het afspelen.
Video's (menu 6.2)
In dit menu worden videoclips weergegeven die
u hebt opgenomen of gedownload, die u in een
bericht hebt ontvangen of hebt geïmporteerd
uit een computer.
Mijn bestanden (menu 6)
• Blokkeren/Deblokkeren: hiermee
blokkeert u het bestand zodat het niet
verwijderd kan worden, of heft u de
blokkering op.
• Details: hiermee geeft u de eigenschappen
van het bestand weer.
Videoclips die zijn opgenomen met andere
apparaten, zoals camcorders, worden mogelijk
niet goed afgespeeld.
Menuopties
• Als u via USB wilt afdrukken, moet u eerst
de USB-modus instellen op Pictbridge.
blz. 120
• Sommige printers zijn mogelijk niet
compatibel met de telefoon.
Links
Hiermee gaat u terug naar het
vorige bestand. Als u de toets
ingedrukt houdt, gaat u terug in
een bestand.
93
Menuopties
Toets
Functie
Rechts
Hiermee gaat u naar het volgende
bestand. Als u de toets ingedrukt
houdt, gaat u vooruit in een
bestand.
Omhoog
Hiermee opent u de lijst met
bestanden.
Omlaag
Hiermee stopt u het afspelen.
Volume
Hiermee regelt u het volume.
Druk na het afspelen op < > om de volgende
opties weer te geven:
• Afspelen: hiermee speelt u het
geselecteerde bestand af.
• Verzenden via: hiermee verzendt u het
geselecteerde bestand via MMS, e-mail of
Bluetooth.
94
• Verplaatsen naar Favoriete video's/
Verplaatsen naar: hiermee verplaatst u
het bestand naar een andere map.
• Wissen: hiermee verwijdert u het
geselecteerde bestand.
• Hernoemen: hiermee wijzigt u de naam
van het bestand.
• Bluetooth-zichtbaarheid: hiermee deelt u
het geselecteerde bestand met andere
Bluetooth-apparaten.
• Blokkeren/Deblokkeren: hiermee
blokkeert u het bestand zodat het niet
verwijderd kan worden, of heft u de
blokkering op.
• Details: hiermee geeft u de eigenschappen
van het bestand weer.
In dit menu worden muziekbestanden
weergegeven die u hebt gedownload of die u uit
een computer hebt geïmporteerd.
Tijdens het afspelen van een geluidsfragment
kunt u op <Opties> drukken om de volgende
opties weer te geven:
• Lijst: hiermee gaat u terug naar de lijst met
geluiden.
• Verzenden via: hiermee verzendt u het
geselecteerde bestand via MMS, e-mail of
Bluetooth.
• Instellen als: hiermee kunt u het bestand
instellen als beltoon, als melodie voor een
vermelding in de telefoonlijst of als
alarmtoon.
• Ga naar Favoriete geluiden/Verplaatsen
naar: hiermee verplaatst u het bestand naar
een andere map.
• Wissen: hiermee wist u het bestand.
• Hernoemen: hiermee wijzigt u de naam
van het bestand.
1. Selecteer Muziek.
2. Selecteer een bestand. De MP3-speler wordt
geopend.blz. 51
Geluiden (menu 6.4)
Dit menu bevat de spraakmemo's die u hebt
opgenomen en geluidsfragmenten die u hebt
gedownload, ontvangen in berichten of
geïmporteerd uit een computer.
Geluidsbestanden afspelen
1. Selecteer een map met geluiden.
2. Selecteer een geluidsfragment. Zie
Spraakrecorderblz. 54 voor een
spraakmemo.
Mijn bestanden (menu 6)
Opties voor geluidsbestanden
Menuopties
Muziek (menu 6.3)
95
Menuopties
• Bluetooth-zichtbaarheid: hiermee deelt u
de geselecteerde bestanden met andere
Bluetooth-apparaten.
• Blokkeren/Deblokkeren: hiermee
blokkeert u het bestand zodat het niet
verwijderd kan worden, of heft u de
blokkering op.
• Details: hiermee geeft u de eigenschappen
van het bestand weer.
Andere bestanden (menu 6.5)
Bestanden die u hebt ontvangen maar die niet
worden ondersteund door uw telefoon, worden
opgeslagen in deze map. U kunt deze
bestanden niet openen op de telefoon.
Druk in de bestandenlijst op <Opties> om de
volgende opties weer te geven:
• Verzenden via: hiermee verzendt u het
bestand via MMS, e-mail of Bluetooth.
96
• Wissen: hiermee wist u het geselecteerde
bestand of alle bestanden.
• Hernoemen: hiermee wijzigt u de naam
van het bestand.
• Sorteren op: hiermee wijzigt u de
sorteervolgorde van de bestandenlijst.
• Bluetooth-zichtbaarheid: hiermee deelt u
de geselecteerde bestanden met andere
Bluetooth-apparaten.
• Afdrukken via: hiermee kunt u het bestand
afdrukken door de telefoon via USB of
Bluetooth met een printer te verbinden.
• Als u via USB wilt afdrukken, moet u eerst
de USB-modus instellen op Pictbridge.
blz. 120
• Sommige printers zijn mogelijk niet
compatibel met de telefoon.
U kunt de totale hoeveelheid geheugen
controleren en controleren hoeveel geheugen
wordt gebruikt door elke map met media-items.
U kunt in dit menu een map met media-items
selecteren en openen.
(menu 7)
U kunt in dit menu uw afspraken bijhouden. U
kunt uw telefoon ook als wekker, calculator,
converter, timer en stopwatch gebruiken.
Druk in de standby-stand op <Menu> en
selecteer Organizer om dit menu te openen.
Organizer (menu 7)
Geheugenstatus (menu 6.6)
Organizer
Menuopties
• Blokkeren/Deblokkeren: hiermee
blokkeert u het bestand zodat het niet
verwijderd kan worden, of heft u de
blokkering op.
• Details: hiermee geeft u de eigenschappen
van het bestand weer.
Alarm (menu 7.1)
Met dit menu kunt u een alarm instellen. Het
signaal voor een normaal alarm is hetzelfde als
het signaal dat is gekozen voor een inkomende
oproep. De wekker wordt niet beïnvloed door
uw geluidsinstellingen.
Een alarm instellen
1. Selecteer het type alarm.
2. Stel de alarmopties in.
• Alarm: hier schakelt u het alarm in.
97
Menuopties
• Alarmtijd: hier geeft u de tijd in waarop
het alarm moet afgaan.
• am/pm: hier selecteert u am of pm in
de 12-uursnotatie.
• Alarm voor dag: hier selecteert u de
dagen van de week waarop het alarm
moet afgaan.
• Alarmtoon: hier selecteert u een
alarmtoon.
3. Druk op <Opslaan>.
Een alarm uitzetten
• Als het geen wekalarm betreft, kunt u op
elke willekeurige toets drukken.
]
• Bij de wekker moet u op <OK> of [
drukken.
U kunt op een willekeurige toets, behalve op
], drukken om het alarm vijf
<OK> en [
minuten later opnieuw te laten afgaan. Dit
kunt u maximaal vijf keer doen.
98
Een alarm uitschakelen
1. Selecteer het alarm dat u wilt uitschakelen.
2. Selecteer Uit op de regel Alarm en druk op
<Opslaan>.
Het alarm laten afgaan als de telefoon
is uitgeschakeld
Selecteer in het scherm Alarm Automatisch
inschakelen → Aan.
Als de telefoon is uitgeschakeld op het tijdstip
dat het alarm moet afgaan, wordt de telefoon
ingeschakeld en gaat het alarm af.
Agenda (menu 7.2)
U kunt in dit menu uw afspraken bijhouden.
Items maken
U kunt afspraken, verjaardagen, andere
agenda-items en taken in de agenda opslaan. U
kunt meerdere items op een dag opslaan.
Afspraken of andere agenda-items ingeven
1. Selecteer een datum in de agenda.
2. Druk op <Opties> en selecteer Nieuw →
Afspraak of Varia.
3. Geef gegevens in of wijzig de instellingen:
• Onderwerp: hier geeft u de titel van het
item in.
• Details: hier geeft u de detailgegevens
voor het item in.
• Begindatum en Begintijd: hier geeft u
de begindatum en -tijd voor het item in.
• am/pm: hier selecteert u am of pm in
de 12-uursnotatie.
• Einddatum en Eindtijd: hier geeft u de
einddatum en -tijd voor het item in.
• am/pm: hier selecteert u am of pm in
de 12-uursnotatie.
• Locatie: (voor Afspraak) hier geeft u
gegevens in over de plaats van de
afspraak.
• Alarm: hier stelt u een alarm voor het
item in.
• voor: hier stelt u in hoelang voor de
begintijd van het item het alarm moet
afgaan om u te waarschuwen.
Organizer (menu 7)
Als u het menu Agenda opent, wordt de
agenda in de maandweergave weergegeven,
waarin de huidige datum wordt aangegeven
met een blauw vak.
• Druk op [Links] of [Rechts] om naar een
andere dag te gaan.
• Druk op [Omhoog] of [Omlaag] om naar een
andere week te gaan.
• Druk op de [Volume] om naar een andere
maand te gaan.
Menuopties
Een dag in de agenda selecteren
99
Menuopties
• Alarmtoon: hier selecteert u een
alarmtoon.
• Herhalen: (voor Afspraak) hier kunt u
een herhaalpatroon voor een afspraak
instellen.
• tot: (voor Afspraak) hier kunt u een
einddatum instellen voor het
herhaalpatroon van de afspraak.
4. Druk op <Opslaan> om het item op te
slaan.
Verjaardagen ingeven
1. Selecteer een datum in de agenda.
2. Druk op <Opties> en kies Nieuw →
Verjaardag.
3. Geef gegevens in of wijzig de instellingen:
• Gebeurtenis: hier geeft u de gegevens
van de verjaardag in.
• Datum: hier geeft u de datum in.
• Alarm: hier stelt u een alarm voor de
verjaardag in.
100
• voor: hier stelt u in hoelang voor de
verjaardag het alarm moet afgaan om u
te waarschuwen.
• Alarmtijd: hier geeft u de tijd in waarop
het alarm moet afgaan.
• am/pm: hier selecteert u am of pm in
de 12-uursnotatie.
• Alarmtoon: hier selecteert u een
alarmtoon.
• Ieder jaar herhalen: hiermee wordt u
elk jaar aan de verjaardag herinnerd.
4. Druk op <Opslaan> om de verjaardag op te
slaan.
Taken ingeven
1. Selecteer een datum in de agenda.
2. Druk op <Opties> en selecteer Nieuw →
Taak.
3. Geef gegevens in of wijzig de instellingen:
• Taak: hier geeft u de gegevens voor de
taak in.
Als u items in de agenda hebt ingevoerd,
worden onder aan de agenda de symbolen en
het aantal items op een dag weergegeven.
Afspraak
•
•
Taak
•
Verjaardag
Overig agenda-item
Items bekijken
1. Selecteer een datum in de agenda om de
items voor die dag weer te geven.
2. Selecteer een item om de gegevens ervan te
bekijken.
3. Druk op [Links] of [Rechts] om de andere
items voor de geselecteerde dag weer te
geven.
Tijdens het bekijken van een item kunt u op
<Opties> drukken om de volgende opties weer
te geven:
• Wijzigen: hiermee wijzigt u het item.
• Nieuw: hiermee voegt u een nieuw item
toe.
• Verzenden via: hiermee verzendt u het
item via SMS, MMS, e-mail of Bluetooth.
Organizer (menu 7)
De agenda raadplegen
•
Menuopties
• Begindatum: hier geeft u de begindatum
in.
• Einddatum: hier geeft u de einddatum
in.
• Prioriteit: hier stelt u de prioriteit in.
• Alarm: hier stelt u een alarm voor de
taak in.
• voor: hier stelt u in hoelang voor de taak
het alarm moet afgaan.
• Alarmtijd: hier geeft u de tijd in waarop
het alarm moet afgaan.
• am/pm: hier selecteert u am of pm in
de 12-uursnotatie.
• Alarmtoon: hier selecteert u een
alarmtoon.
4. Druk op <Opslaan> om de taak op te slaan.
101
Menuopties
• Weergave: hiermee wijzigt u de weergave
van de agenda.
• Afgehandeld/Niet uitgevoerd: hiermee
wijzigt u de status van de taak.
• Wissen: hiermee wist u het item.
• Afdrukken via Bluetooth: hiermee kunt u
de gegevens van het item afdrukken door de
telefoon via Bluetooth met een printer te
verbinden. Sommige printers zijn mogelijk
niet compatibel met de telefoon.
Opties voor de agenda
Druk in de agenda op <Opties> om de
volgende opties weer te geven:
• Weergave: hiermee wijzigt u de weergave
van de agenda.
• Nieuw: hiermee voegt u een nieuw item
toe.
• Ga naar: hiermee gaat u naar de huidige
datum of geeft u een bepaalde datum op.
102
• Lijst met agenda-items: hiermee sorteert
u items op type.
• Wissen: hiermee kunt u opgeslagen items
uit de agenda verwijderen. Er zijn
verschillende verwijderopties.
• Instellingen: hiermee kunt u de
standaardinstellingen voor de agenda
wijzigen.
Begindag: hier selecteert u met welke dag
van de week de kalender moet beginnen.
Standaard weergave: hier selecteert u de
standaard weergavevorm van de kalender.
• Gemist alarm agenda-item: hiermee
bekijkt u items waarvan u het alarm hebt
gemist.
• Geheugenstatus: hiermee kunt u
geheugeninformatie bekijken voor de in de
agenda opgeslagen items.
Weekweergave
In deze weergave kunt u items voor de
geselecteerde week bekijken. Een cel op het
rooster geeft aan of er informatie over het item
is. Selecteer een cel in de gewenste dag.
Organizer (menu 7)
U kunt de agendaweergave wijzigen in een
dagoverzicht of een weekoverzicht. Druk op
<Opties> en selecteer Weergave → een
weergavevorm.
Dagweergave
In deze weergave kunt u items voor de
geselecteerde datum bekijken. De volgende
symbolen kunnen verschijnen om de status van
het item aan te duiden:
•
Alarm ingesteld
•
Terugkerend item
•
Voltooide taak
•
Prioriteit taak (rood: hoog,
blauw: normaal en Grijs: laag)
Selecteer een item om de gegevens ervan te
bekijken.
Menuopties
Items in een andere weergave bekijken
Wereldklok (menu 7.3)
In dit menu kunt u zien hoe laat het is in een
ander deel van de wereld.
De wereldtijd bekijken
1. Druk in de wereldkaart op [Links] of [Rechts]
om op de bovenste of onderste regel naar de
gewenste plaats te bladeren. De tijdlijn
verschuift en de lokale tijd en datum van de
desbetreffende zone worden weergegeven.
2. Druk op [
] om de tijdzone op te slaan.
103
Menuopties
Zomertijd toepassen
1. Druk in de wereldkaart op <Opties> en
selecteer Zomertijd toepassen.
2. Druk op [
] om de gewenste tijdzones te
selecteren.
3. Druk op <Opslaan>.
Calculator (menu 7.4)
Met dit menu kunt u elementaire rekenkundige
functies uitvoeren, zoals optellen, aftrekken,
vermenigvuldigen en delen.
1. Geef het eerste getal in.
• Druk op [ ] om een decimaalteken in te
voeren.
• Druk op [ ] om een haakje in te voegen.
• Druk op [Volume] om de cursor te
verplaatsen.
2.
3.
4.
5.
• Druk op <Opties> om verdere
rekenkundige functies te gebruiken of om
over te schakelen naar het scherm van de
omrekenfunctie.
Druk op een van de navigatietoetsen om
toegang te krijgen tot de gewenste
rekenkundige functies.
Geef het tweede getal in.
Druk op [
] voor de uitkomst.
Herhaal zo nodig de procedure vanaf stap 2
om de berekening voort te zetten.
Omrekenen (menu 7.5)
Met dit menu kunt u veel voorkomende
omrekeningen uitvoeren, zoals van valuta's en
temperaturen.
Een omrekening uitvoeren
1. Selecteer een omrekenfunctie.
104
Druk op <Opties> om de volgende opties weer
te geven:
• Wissen: hiermee wist u de huidige
waarden.
Timer (menu 7.6)
Organizer (menu 7)
Omrekenopties
• Omkeren: hiermee keert u de omrekening
om.
• Wisselkoers: hiermee kunt u de lijst met
wisselkoersen wijzigen.
Menuopties
2. Druk op [Links] of [Rechts] om de
oorspronkelijke eenheid te selecteren en
druk op [Omlaag].
3. Geef de waarde in die u wilt omrekenen en
druk op [Omlaag].
• Druk op [ ] om een decimaalteken in te
voeren.
• Druk op [ ] om de temperatuur te
wijzigen in boven nul (+) of onder nul (-).
4. Druk op [Links] of [Rechts] om de beoogde
eenheid voor de omrekening te selecteren.
De overeenkomstige waarde voor het
ingevoerde getal wordt weergegeven.
In dit menu kunt u een periode opgeven
gedurende welke de telefoon aftelt. Op de
telefoon gaat een alarm af wanneer de
opgegeven periode is verstreken.
De timer starten
1. Druk op <Stel in>.
2. Geef de duur van aftelperiode in en druk op
<OK>.
3. Druk op [
] om het aftellen te starten.
De timer stoppen
• Druk op een willekeurige toets om de timer
te stoppen als deze afgaat.
105
Menuopties
• Druk in het scherm Timer op [
] om de
timer te stoppen voordat deze afgaat.
Stopwatch (menu 7.7)
Met dit menu kunt u de verstreken tijd meten.
De maximale tijd is tien uur.
1. Druk op [
] om de stopwatch te starten.
2. Druk op [
] om de tussentijd op te
nemen. U kunt dit maximaal vier keer doen.
Camera
(menu 8)
U kunt de in de telefoon ingebouwde
cameramodule gebruiken om foto's te nemen
en video-opnamen te maken.
Druk in de standby-stand op <Menu> en
selecteer Camera of druk op [ ].
106
• Maak geen foto's van personen zonder hun
toestemming.
• Maak geen foto's op plaatsen waar camera's
niet zijn toegestaan.
• Maak geen foto's op plaatsen waar u inbreuk
zou kunnen maken op de privacy van
anderen.
Foto maken (menu 8.1)
De camera maakt JPEG-foto's.
Als u in direct zonlicht of bij helder weer een foto
maakt, kunnen op de foto schaduwen
verschijnen.
Een foto maken als de telefoon is
geopend
1. Open het menu Foto maken of houd [ ]
ingedrukt om de camera in te schakelen.
2. Breng eventuele gewenste wijzigingen aan.
Druk op
Opties voor foto's
weergeven
<Opties>.
blz. 110
De foto verwijderen
[C] en vervolgens op
<Ja>.
Terugkeren naar de
fotostand
<Terug> of [
].
Druk in de fotostand op < > om de volgende
opties weer te geven:
• Video opnemen: hiermee schakelt u over
naar de videostand.
• Fotostand: hiermee kunt u een foto nemen
in de volgende standen:
Eén opname: hiermee maakt u een foto in
de normale stand. U kunt selecteren of een
foto automatisch moet worden opgeslagen.
Multishot: hiermee neemt u een reeks
foto's achter elkaar. U kunt selecteren
hoeveel foto's moeten worden genomen.
Mozaïek-opname: hiermee neemt u een
reeks foto's die u in één kader opslaat. U
kunt de indeling selecteren.
• Effecten: hiermee kunt u de kleurtoon
wijzigen of een speciaal effect toepassen.
• Kaders: hiermee kunt u een decoratief
kader toevoegen.
Camera (menu 8)
4. Actie
Cameraopties in de fotostand
Menuopties
• Druk op < > om de cameraopties weer
te geven.volgende onderdeel
• U kunt met de toetsen van uw telefoon de
camera-instellingen wijzigen of naar
andere standen overschakelen.
blz. 109
3. Druk op [
] of [ ] om de foto te
nemen. De foto wordt opgeslagen in de map
Mijn foto's.
107
Menuopties
• Timer: hiermee kunt u een vertraging
instellen voordat een foto wordt genomen.
• Ga naar Mijn foto's: hiermee wordt de map
Mijn foto's geopend.
• Camera-instellingen: hiermee kunt u de
standaardinstellingen voor het maken van
foto's wijzigen.
Foto-instellingen: hier kunt u de volgende
afbeeldingsinstellingen wijzigen:
- Grootte: hier selecteert u een
beeldgrootte.
- Kwaliteit: hier selecteert u de
beeldkwaliteit.
- Zoekermodus: hiermee selecteert u een
voorbeeldscherm.
- Scèneprogramma: hier kunt u instellen
of u de modus voor nachtopname wilt
gebruiken.
108
- Belichtingsmeting: hiermee kunt u een
methode selecteren om de belichting van
een opname aan te passen op basis van
een bepaald gedeelte van de opname.
- Witbalans: hier past u de kleurbalans van
de foto aan. U kunt de foto warmer of
koeler laten lijken.
- ISO: hiermee wijzigt u de ISO-instelling.
Met deze instelling bepaalt u de
gevoeligheid van de camera. Selecteer in
situaties met weinig licht een hogere ISOinstelling. Met een hogere ISO-waarde
werkt de sluiterknop van de camera sneller
en is de camera gevoeliger voor licht. Met
hogere ISO-instellingen kan een opname
vervormd raken.
Voorkeuren: hier kunt u de volgende
camera-instellingen wijzigen:
- Geluid sluiter: hier kunt u het geluid
selecteren dat u hoort wanneer u op de
sluiterknop drukt.
In de fotostand kunt u met de toetsen de
camera-instellingen aanpassen.
Toets
Functie
Links/Rechts
Hiermee past u het contrast
aan.
Functie
Omhoog/
Omlaag
Hiermee kunt u in- en
uitzoomen.
Volume
omhoog
Hiermee spiegelt u het beeld
verticaal.
Volume
omlaag
Hiermee geeft u het
spiegelbeeld weer.
1
Hiermee schakelt u over naar
de videostand.blz. 112
2
Hiermee wijzigt u de
beeldgrootte.
3
Hiermee wijzigt u de
beeldkwaliteit.
4
Hiermee wijzigt u de
fotostand.
Camera (menu 8)
Gebruik van de toetsen in de fotostand
Toets
Menuopties
- Geluid bij zoomen: hiermee schakelt u
het geluidseffect bij zoomen in of uit.
- Geluid bij contrastinstelling: hiermee
schakelt u het geluidseffect bij aanpassing
van het contrast in of uit.
- Standaardnaam: hier wijzigt u het
standaardvoorvoegsel van
bestandsnamen.
• Sneltoetsen camera: hiermee geeft u de
functies weer van de toetsen die u in de
fotostand kunt gebruiken.
109
Menuopties
Toets
Functie
5
Hiermee wijzigt u de
kleurtoon of past u een
speciaal effect toe.
6
Hiermee wijzigt u de
instelling van de witbalans.
7
Hiermee selecteert u een
decoratief kader.
8
Hiermee stelt u de
zelfontspanner in.
9
Hiermee wijzigt u de ISOinstellingen.
0
hiermee verplaatst u het
bestand naar de map Mijn
foto's.
Hiermee wijzigt u het
voorbeeldscherm.
110
Opties voor foto's
Als u een foto hebt opgeslagen, kunt u op
<Opties> drukken om de volgende opties weer
te geven:
• Zoeker: hiermee gaat u terug naar de
fotostand.
• Tonen: hiermee kunt u één foto uit een
reeks multishot-opnamen openen.
• Verzenden via: hiermee verzendt u het
bestand via MMS, e-mail of Bluetooth.
• Instellen als: hiermee kunt u de foto
instellen als achtergrond voor de schermen
of als afbeelding voor de nummerweergave
voor een vermelding in de telefoonlijst.
• Wijzigen: hiermee kunt u de afbeelding
bewerken via de functie Afbeelding
bewerken.blz. 56
• Wissen: hiermee wist u het bestand.
• Alles van Multishot wissen: hiermee wist
u de gewenste foto's van Multishot.
Een foto nemen als de telefoon is
gesloten
1. Houd [ ] ingedrukt. Het symbool
wordt
weergegeven.
2. Druk indien nodig op [Volume omhoog] om
over te schakelen naar de fotostand.
3. Breng eventuele gewenste wijzigingen aan.
• Druk op [Volume omhoog] om over te
schakelen naar de opnamestand.
• Druk op [Volume omlaag] om het
spiegelbeeld weer te geven.
4. Druk op [ ] om de foto te nemen. De foto
wordt automatisch opgeslagen.
Camera (menu 8)
• Als u via USB wilt afdrukken, moet u eerst
de USB-modus instellen op Pictbridge.
blz. 120
• Sommige printers zijn mogelijk niet
compatibel met de telefoon.
• Details: hiermee geeft u de eigenschappen
van het bestand weer.
Menuopties
• Hernoemen: hiermee wijzigt u de naam
van het bestand.
• Ga naar Mijn foto's: hiermee verplaatst u
het bestand naar de map Mijn foto's.
blz. 91
• Bluetooth-zichtbaarheid: hiermee deelt u
de geselecteerde bestanden met andere
Bluetooth-apparaten.
• Afdrukken via: hiermee kunt u het bestand
afdrukken door de telefoon via USB of
Bluetooth met een printer te verbinden.
• Blokkeren/Deblokkeren: hiermee
blokkeert u het bestand zodat het niet
verwijderd kan worden, of heft u de
blokkering op.
111
Menuopties
Video opnemen (menu 8.2)
U kunt een video opnemen van het beeld dat op
het camerascherm wordt weergegeven en deze
video opslaan.
Een video opnemen als de telefoon
geopend is
1. Open het menu Video opnemen.
2. Breng eventuele gewenste wijzigingen aan.
• Druk op < > om de cameraopties weer
te geven.volgende onderdeel
• U kunt met de toetsen van uw telefoon de
camera-instellingen wijzigen of naar
andere standen overschakelen.
blz. 114
3. Druk op [
] of [ ] om de opname te
starten.
112
4. Druk op [
], < > of [ ] om de
opname te stoppen. De video wordt
automatisch opgeslagen in de map Mijn
videoclips.
5. Actie
Druk op
De videoclip afspelen [
Opties voor videoclips <
weergeven
].
>.blz. 115
De videoclip
verwijderen
[C] en vervolgens op
<Ja>.
Terugkeren naar de
videostand
<
>.
Cameraopties in de videostand
Druk in de videostand op <
opties weer te geven:
> om de volgende
Selecteer Normaal om een video op te
nemen binnen de limiet van het geheugen
dat op dat moment beschikbaar is. De
videoclip wordt opgeslagen in de MP4indeling.
Grootte: hier selecteert u de framegrootte.
Kwaliteit: hier selecteert u de
beeldkwaliteit.
Geluid opnemen: hiermee kunt u een
videoclip met geluid opnemen.
Witbalans: hier past u de kleurbalans van
de video aan. U kunt de video warmer of
koeler laten lijken.
Geluid bij zoomen: hiermee schakelt u het
geluidseffect bij zoomen in of uit.
Geluid bij contrastinstelling: hiermee
schakelt u het geluidseffect bij aanpassing
van het contrast in of uit.
Standaardnaam: hier wijzigt u het
standaardvoorvoegsel van bestandsnamen.
Menuopties
Camera (menu 8)
• Foto maken: hiermee schakelt u over naar
de fotostand.
• Effecten: hiermee kunt u de kleurtoon
wijzigen of een speciaal effect toepassen.
• Timer: hiermee kunt u een vertraging
instellen voordat de video-opname wordt
gestart.
• Ga naar Mijn videoclips: hiermee
verplaatst u het bestand naar de map Mijn
videoclips.
• Camcorder-instellingen: hiermee kunt u
de volgende instellingen voor het opnemen
van een video wijzigen:
Videostand: hier selecteert u een
videostand voor de video.
Selecteer Limiet voor MMS-berichten of
Limiet voor e-mailberichten om een video
op te nemen die geschikt is voor een MMSof e-mailbericht. De videoclip wordt
opgeslagen in de 3GP-indeling.
113
Menuopties
• Sneltoetsen camcorder: hiermee geeft u
de functies weer van de toetsen die u kunt
gebruiken in de videostand.
Gebruik van de toetsen in de videostand
In de videostand kunt u met de toetsen van uw
telefoon de camera-instellingen aanpassen:
114
Toets
Functie
1
Hiermee schakelt u over naar
de fotostand.blz. 106
2
Hiermee wijzigt u de
kadergrootte.
3
Hiermee wijzigt u de
beeldkwaliteit.
Toets
Functie
Links/Rechts
Hiermee past u het contrast
aan.
4
Hiermee wijzigt u de
videostand voor de video.
Omhoog/
Omlaag
Hiermee kunt u in- en
uitzoomen.
5
Volume
omhoog
Hiermee spiegelt u het beeld
verticaal.
Hiermee wijzigt u de
kleurtoon of past u een
speciaal effect toe.
6
Volume
omlaag
Hiermee geeft u het
spiegelbeeld weer.
Hiermee wijzigt u de instelling
van de witbalans.
7
Hiermee kunt u het geluid inof uitschakelen.
8
Hiermee stelt u de
zelfontspanner in.
0
hiermee verplaatst u het
bestand naar de map Mijn
videoclips.
Opties voor videoclips
Wanneer u een videoclip hebt opgeslagen, kunt
u op < > drukken om de volgende opties
weer te geven:
• Zoeker: hiermee gaat u terug naar de
videostand.
• Verzenden via: hiermee verzendt u het
bestand via MMS, e-mail of Bluetooth.
• Wissen: hiermee wist u het bestand.
• Hernoemen: hiermee wijzigt u de naam
van het bestand.
• Ga naar Mijn videoclips: hiermee
verplaatst u het bestand naar de map Mijn
videoclips.blz. 93
• Bluetooth-zichtbaarheid: hiermee deelt u
het bestand met andere Bluetoothapparaten.
• Blokkeren/Deblokkeren: hiermee
blokkeert u het bestand zodat het niet
verwijderd kan worden, of heft u de
blokkering op.
• Details: hiermee geeft u de eigenschappen
van het bestand weer.
Camera (menu 8)
Functie
Menuopties
Toets
Een video opnemen als de telefoon
gesloten is
1. Houd [ ] ingedrukt. Het symbool
wordt weergegeven.
2. Druk indien nodig op [Volume omhoog] om
over te schakelen naar de videostand.
115
Menuopties
3. Breng eventuele gewenste wijzigingen aan.
• Druk op [Volume omhoog] om over te
schakelen naar de fotostand.
• Druk op [Volume omlaag] om het
spiegelbeeld weer te geven.
4. Druk op [ ] om de opname te starten.
5. Druk op [ ] om de opname te stoppen. De
videoclip wordt automatisch opgeslagen.
Instellingen
Ga naar Mijn foto's (menu 8.3)
Tijd en datum (menu 9.1)
Wanneer u dit menu opent, wordt een lijst met
de genomen foto's weergegeven.blz. 91
Gebruik dit menu om de huidige tijd en datum
op de telefoon in te stellen.
• Thuiszone: hier kunt u uw eigen tijdzone
instellen. Selecteer de stad die overeenkomt
met uw eigen tijdzone. (Voor Nederland kiest
u Rome.). Als u de zomertijd wilt instellen,
selecteert u Zomertijd instellen.
• Tijd: hier geeft u de huidige tijd in.
Ga naar Mijn videoclips (menu 8.4)
Wanneer u dit menu opent, wordt een lijst met
de opgenomen video's weergegeven.
blz. 93
116
(menu 9)
Met het menu Instellingen hebt u toegang tot
diverse opties waarmee u de instellingen van
uw telefoon kunt aanpassen aan uw voorkeuren
en behoeften. U kunt ook de oorspronkelijke
instellingen herstellen.
Druk in de standby-stand op <Menu> en
selecteer Instellingen om dit menu te openen.
U kunt veel functies van de telefoon aan uw
eigen wensen aanpassen.
Taal (menu 9.2.1)
Selecteer in dit menu de taal waarin tekst op
het display wordt weergegeven.
Instellingen (menu 9)
De tijdgegevens worden wellicht niet
bijgewerkt als u binnen een land van de ene
tijdzone naar de andere reist.
Telefoon (menu 9.2)
Menuopties
• am/pm: hier selecteert u am of pm in de
12-uursnotatie.
• Indeling tijd: hiermee selecteert u de
tijdnotatie.
• Datum: hier geeft u de huidige datum in.
• Indeling datum: hier selecteert u een
indeling voor de datum.
• Automatisch bijwerken: hiermee schakelt
u de functie in voor het automatisch
bijwerken van de tijd. Als u zich in het
buitenland bevindt, wordt via het netwerk de
MCC (Mobile Country Code) gelezen waarna
automatisch de huidige tijd van het
desbetreffende land wordt ingesteld.
Welkomtekst (menu 9.2.2)
In dit menu kunt u de tekst ingeven die kort als
begroeting wordt weergegeven wanneer de
telefoon wordt ingeschakeld.
Snelkoppelingen (menu 9.2.3)
U kunt de navigatietoetsen gebruiken als
sneltoetsen om rechtstreeks vanuit de standbystand bepaalde menu's te openen.
Een sneltoets toewijzen aan een menu
1. Selecteer de toets die u als sneltoets wilt
gebruiken.
117
Menuopties
2. Selecteer het menu dat u aan de toets wilt
toewijzen.
Opties voor sneltoetsen
Druk op <Opties> om de volgende opties weer
te geven:
• Wijzigen: hiermee kunt u een
sneltoetsmenu toewijzen of wijzigen.
• Verwijderen: hiermee kunt u de toewijzing
aan de geselecteerde sneltoets ongedaan
maken.
• Alles wissen: hiermee kunt u alle
toewijzingen aan sneltoetsen ongedaan
maken.
Mijn menu (menu 9.2.4)
U kunt een eigen menu instellen dat bestaat uit
uw favoriete menuopties. U kunt dit menu
gemakkelijk openen door in de stand-by stand
op [Omhoog] te drukken.
118
Het instellen van onderdelen in Mijn menu
1. Selecteer een onderdeel dat u wilt wijzigen.
2. Selecteer het gewenste menuonderdeel.
Opties voor menuopties
Druk op <Opties> om de volgende opties weer
te geven:
• Toewijzen: hiermee wijst u een item toe.
• Wijzigen: hiermee wijzigt u het
geselecteerde item.
• Verwijderen: hiermee kunt u het
geselecteerde item verwijderen.
• Alles wissen: hiermee verwijdert u alle
items.
Geavanceerde snelkoppeling (menu 9.2.5)
Met dit menu kunt u de functie Geavanceerde
snelkoppeling aanzetten, waarmee u de
toepassingen voor SMS-berichten, alarm,
agenda, calculator en omrekeningen kunt
gebruiken vanaf het kiesscherm.
Instellingen (menu 9)
1. Selecteer in het scherm Geavanceerd Aan
en druk op <Opslaan>.
2. Geef in de standby-stand het nummer in
voor de gewenste actie.
Geef bijvoorbeeld tijd in als 4 cijfers om een
alarm in te stellen of datum als 4 cijfers om
uw afspraken in te voeren.
3. Druk op een van de navigatietoetsen.
U kunt standaard de volgende toepassingen
openen:
• Omhoog: Alarmblz. 97
• Omlaag: Omrekenenblz. 104
• Links: SMSblz. 67
• Rechts: Agendablz. 98
Een geavanceerde sneltoets wijzigen
2. Selecteer het menu dat u aan de toets wilt
toewijzen.
Opties voor geavanceerde sneltoetsen
Druk op <Opties> om de volgende opties weer
te geven:
• Wijzigen: hiermee kunt u een
sneltoetsmenu toewijzen of wijzigen.
• Verwijderen: hiermee kunt u de toewijzing
aan de geselecteerde sneltoets ongedaan
maken.
• Alles wissen: hiermee kunt u alle
toewijzingen aan sneltoetsen ongedaan
maken.
Menuopties
Menu's openen met behulp van een
nummer
Volumetoets (menu 9.2.6)
In dit menu kunt u de instellingen voor de
volumetoets wijzigen.
1. Druk op [Omlaag] en selecteer de toets die u
als sneltoets wilt gebruiken.
119
Menuopties
• Functie volumetoets: hier stelt u in of de
beltoon wordt uitgeschakeld of de oproep
wordt geweigerd als u bij een inkomende
oproep [Volume] ingedrukt houdt. U kunt
ook instellen dat er een SMS-bericht naar de
beller wordt gestuurd als u een oproep
weigert.
• SMS-bericht: hier geeft u een bericht in dat
naar de beller moet worden gestuurd als u
een oproep weigert.
USB-instellingen (menu 9.2.7)
In dit menu kunt u selecteren welke USBmodus moet worden gebruikt als u de telefoon
via USB op een computer of printer aansluit.
• Modem: hier selecteert u of u uw telefoon
als modem wilt gebruiken.
• Pictbridge: hiermee kunt u uw telefoon
aansluiten op een printer die compatibel is
met PictBridge.
120
Overige instellingen (menu 9.2.8)
U kunt de functies voor automatische
nummerherhaling en beantwoording van
oproepen in- en uitschakelen.
• Autom. herhalen: hiermee kunt u instellen
dat maximaal tien keer wordt geprobeerd
een telefoonnummer opnieuw te bellen
wanneer het niet gelukt is verbinding te
krijgen.
• Met elke toets antwoorden: hiermee kunt
u een inkomende oproep beantwoorden door
op een willekeurige toets te drukken,
behalve <Weiger> en [ ].
• Helderheid stem: hiermee worden
storende geluiden onderdrukt en wordt de
geluidskwaliteit verhoogd, zodat uw
gesprekspartner u duidelijk kan verstaan,
zelfs wanneer u zich in een luidruchtige
omgeving bevindt.
Offline modus (menu 9.2.9)
Display (menu 9.3)
In dit menu kunt u de instellingen voor het
display en de verlichting wijzigen.
Achtergrond (menu 9.3.1)
Hier kunt u de achtergrondafbeelding wijzigen
die op elk display wordt weergegeven.
• Hoofddisplay: hiermee geeft u de volgende
opties voor het hoofddisplay weer.
Hoofddisplay: hiermee kunt u een
achtergrondafbeelding selecteren voor de
standby-stand.
Instellingen (menu 9)
Gebruik dit menu om de telefoon in de offlinestand of weer in de online-stand te zetten.
Menu-achtergrond: hiermee kunt u
instellen of dezelfde achtergrondafbeelding
wordt weergegeven in menu's.
Transparantie: hiermee kunt u de
transparantie van de achtergrondafbeelding
voor menu's aanpassen.
• Extern display: hiermee selecteert u een
afbeelding of tekst die moet worden
weergegeven op het externe display.
Klok: hier selecteert u een type klok.
Tekst extern display: hier geeft u de
gewenste tekst in.
Achtergrondafbeeldingen: hier selecteert
u een afbeelding.
Menuopties
• Klep ingeschakeld: hiermee kunt u een
inkomende oproep beantwoorden door de
telefoon te openen.
Tekstweergave (menu 9.3.2)
Hier kunt u de displayinstellingen wijzigen voor
de tekst die wordt weergegeven in de standbystand.
121
Menuopties
• Plaats van tekst: hier selecteert u een
plaats. Als u niet wilt dat tekst wordt
weergegeven in de standby-stand, selecteert
u Uit.
• Tekstopmaak: hier selecteert u een
lettertype.
• Tekstkleur: hier selecteert u een kleur voor
het lettertype.
U kunt het contrast van de helderheid voor het
hoofddisplay en het externe display aanpassen.
Pas deze instelling en de helderheid van het
display aan om het display in verschillende
lichtsituaties goed te kunnen bekijken.
Display bij kiezen nr. (menu 9.3.6)
Hier kunt u een kleurpatroon selecteren voor de
menustand.
In dit menu selecteert u de grootte en kleur
voor de cijfers die u ingeeft en de
achtergrondkleur die bij het kiezen van een
nummer op het display wordt weergegeven.
Helderheid (menu 9.3.4)
Agenda (menu 9.3.7)
U kunt de helderheid van het display aanpassen
aan wisselende lichtsituaties.
Met dit menu kunt u de kalender van de huidige
maand weergeven op het standby-scherm.
Kleur (menu 9.3.3)
122
Contrast (menu 9.3.5)
Geluid (menu 9.4)
Met dit menu kunt u de verschillende
geluidsinstellingen aanpassen.
Inkomende oproep (menu 9.4.1)
In dit menu kunt u een volumeniveau en
belsignaal voor inkomende oproepen
selecteren.
• Type belsignaal: hier kunt u instellen hoe u
wordt gewaarschuwd bij een inkomende
oproep.
• Beltoon: hiermee selecteert u een beltoon
voor de oproep.
• Volume: hier selecteert u een
beltoonvolume.
Toetstoon (menu 9.4.2)
Instellingen (menu 9)
Via dit menu kunt u instellen dat op de telefoon
meldingen worden weergegeven over gemiste
oproepen, met de informatie over de beller van
wie u het laatst een oproep hebt gemist.
Selecteer Ook op extern display om
bellergegevens weer te geven op het externe
display.
Menuopties
Beller-id weergeven (menu 9.3.8)
Met dit menu kunt u de toon selecteren die u
hoort bij het indrukken van een toets.
Met [Volume] kunt u in de standby-stand het
toetstoonvolume aanpassen.
Berichttoon (menu 9.4.3)
In dit menu kunt u de beltoon voor inkomende
berichten en e-mailberichten instellen.
• Beltoon: hier kunt u een van de vele
berichttonen selecteren.
• Type belsignaal: hier geeft u op hoe u wilt
worden gewaarschuwd wanneer er een
bericht binnenkomt.
123
Menuopties
• Herhaling: hier kunt u opgeven hoe vaak
de telefoon moet melden dat er een nieuw
bericht is.
Met dit menu kunt u instellen hoe de telefoon
reageert bij een bepaalde gebeurtenis als de
stille modus is ingeschakeld.
• Minutenteller: hiermee stelt u in dat de
telefoon tijdens een uitgaande oproep iedere
minuut een pieptoon laat horen om u op de
hoogte te houden van de gespreksduur.
• Verbindingstoon: hiermee stelt u in dat de
telefoon een pieptoon laat horen als een
uitgaande oproep wordt verbonden met het
systeem.
• Alarm tijdens oproep: hiermee stelt u in
dat de telefoon tijdens een oproep een
pieptoon laat horen wanneer u een nieuw
bericht ontvangt of wanneer het alarm moet
afgaan.
• Indicatietoon: hiermee stelt u in dat de
telefoon een pieptoon laat horen wanneer er
een pop-upvenster wordt weergegeven.
Overige tonen (menu 9.4.7)
Verlichting (menu 9.5)
Toon bij in-/uitschakelen (menu 9.4.4)
Met dit menu kunt u de melodie kiezen die u
hoort wanneer u de telefoon aan- of uitzet.
Klepsignaal (menu 9.4.5)
Met dit menu kunt u de toon kiezen die u hoort
bij het openen of sluiten van de telefoon.
Stille stand (menu 9.4.6)
Met dit menu kunt u de overige tonen opgeven
voor de telefoon.
124
Via dit menu kunt u de instellingen voor de
verlichting wijzigen.
Verlichting toetsen (menu 9.5.2)
Met dit menu kunt u de toetsenverlichting
instellen.
• Altijd: de verlichting van de toetsen is altijd
ingeschakeld.
• s Nachts: de verlichting van de toetsen
wordt alleen ingeschakeld tussen 5 uur 's
middags en 9 uur 's ochtends.
• Aangepast tijdstip: hier kunt u zelf
opgeven wanneer de toetsverlichting
ingeschakeld moet zijn.
Netwerkdiensten (menu 9.6)
Met dit menu geeft u de netwerkdiensten weer.
Neem contact op met uw provider voor
informatie over de beschikbaarheid van deze
diensten of voor een abonnement.
Instellingen (menu 9)
U kunt de instellingen wijzigen voor de
achtergrondverlichting of het display blijft
verlicht.
• Hoofdscherm aan: hier selecteert u
hoelang de achtergrondverlichting aan moet
blijven.
• Hoofdscherm dimmen: hier selecteert u
hoelang het display gedimd blijft nadat de
achtergrondverlichting is uitgeschakeld. Na
een bepaalde tijd wordt het display
uitgeschakeld.
Menuopties
Tijd achtergrondverlichting (menu 9.5.1)
Oproepen doorschakelen (menu 9.6.1)
Met deze netwerkdienst worden inkomende
oproepen doorgeschakeld naar een door u
opgegeven telefoonnummer.
1. Selecteer een doorschakeloptie:
• Altijd doorschakelen: oproepen worden
doorgeschakeld.
• In gesprek: hiermee worden oproepen
doorgeschakeld als u in gesprek bent.
125
Menuopties
2.
3.
4.
5.
126
• Geen antwoord: hiermee worden
oproepen doorgeschakeld als u niet
opneemt.
• Onbereikbaar: hiermee worden
oproepen doorgeschakeld als u zich
buiten uw servicegebied bevindt of als de
telefoon is uitgeschakeld.
• Alles annuleren: hiermee worden alle
doorschakelopties geannuleerd.
Selecteer de typen oproepen die u wilt
doorschakelen.
Selecteer Inschakelen Selecteer Uitzetten
om het doorschakelen van oproepen uit te
schakelen.
Ga naar de regel Doorschakelen naar.
Geef het nummer in waarnaar de oproepen
moeten worden doorgeschakeld en druk op
<OK>.
6. Als u Geen antwoord hebt geselecteerd,
gaat u naar de regel sec. en selecteert u
hoelang wordt gewacht voordat wordt
doorgeschakeld.
Oproepen blokkeren (menu 9.6.2)
Met deze netwerkdienst kunt u oproepen
blokkeren.
1. Selecteer een blokkeeroptie:
• Alle uitgaande: hiermee blokkeert u
uitgaande oproepen.
• Internationaal: hiermee blokkeert u
internationale oproepen.
• Internationaal behalve thuisland:
hiermee kunt u alleen bellen naar
nummers binnen het land waar u zich
bevindt (in het buitenland) en naar uw
eigen land.
• Alle inkomende: hiermee blokkeert u
inkomende oproepen.
Wisselgesprek (menu 9.6.3)
Menuopties
Deze netwerkdienst stelt u op de hoogte
wanneer iemand u probeert te bereiken terwijl
u in gesprek bent.
1. Selecteer de typen oproepen waarop de
wisselgesprekfunctie van toepassing is.
2. Selecteer Inschakelen Selecteer Uitzetten
om de functie Wisselgesprek uit te
schakelen.
Instellingen (menu 9)
• Inkomend in buitenland: hiermee
blokkeert u alle inkomende oproepen
wanneer u de telefoon buiten het
servicegebied van uw eigen provider
gebruikt.
• Alles annuleren: hiermee annuleert u
alle blokkeeropties, zodat u weer gewoon
nummers kunt bellen en oproepen kunt
ontvangen.
• Wachtwoord voor blokkeren
wijzigen: hiermee wijzigt u het
blokkeerwachtwoord dat u van uw
provider hebt gekregen.
2. Selecteer de typen oproepen die u wilt
blokkeren.
3. Selecteer Inschakelen Als u de
blokkeerfunctie wilt uitzetten, selecteert u
Uitzetten.
4. Geef het blokkeerwachtwoord in dat u hebt
gekregen van uw provider en druk op
<OK>.
Netwerk kiezen (menu 9.6.4)
Met deze netwerkdienst kunt u handmatig het
netwerk selecteren dat moet worden gebruikt
tijdens roaming buiten uw eigen netwerk. U
kunt hiermee ook het netwerk automatisch
laten kiezen.
U kunt alleen een ander netwerk kiezen als er
een geldige roamingovereenkomst bestaat
tussen de twee netwerken.
127
Menuopties
Beller-id (menu 9.6.5)
Met deze netwerkdienst kunt u uw
telefoonnummer verborgen houden voor
degene die u belt. Bij sommige providers kunt u
deze instelling echter niet wijzigen. Als u
Standaard selecteert, wordt de
standaardinstelling van het netwerk gebruikt.
Voicemailserver (menu 9.6.6)
Met dit menu kunt u het nummer van de
voicemailserver opslaan en uw
voicemailberichten openen.
U moet het nummer van de voicemailserver
opslaan voordat u toegang kunt krijgen tot de
server. Informeer bij uw provider naar het
nummer.
• Verbinding maken met voicemailserver:
hiermee maakt u verbinding met de
voicemailserver zodat u uw
voicemailberichten kunt beluisteren.
128
• Nummer voicemailserver: hier geeft u het
telefoonnummer van de voicemailserver in.
Band kiezen (menu 9.6.7)
U kunt de telefoon alleen gebruiken om te
bellen en gebeld te worden als de telefoon is
aangemeld bij een van de beschikbare
netwerken.
De telefoon is geschikt voor de volgende
netwerktypen: Een combinatie van GSM 900/
1800, GSM 1900 en een combinatie van GSM
900/1800/1900.
Welke band standaard wordt gebruikt, is
afhankelijk van het land waar u de telefoon
hebt aangeschaft. Wanneer u naar het
buitenland gaat, kan het zijn dat u op een
andere band moet overschakelen.
PIN wijzigen (menu 9.7.2)
Met dit menu kunt u de telefoon beveiligen
tegen ongeoorloofd gebruik door de
verschillende toegangscodes voor uw telefoon
en SIM-kaart te beheren.
In dit menu kunt u de PIN-code wijzigen. U
moet de PIN-controle hebben ingeschakeld om
deze functie te kunnen gebruiken.
PIN-controle (menu 9.7.1)
Met de PIN-code (Persoonlijk Identificatie
Nummer) van vier tot acht cijfers beveiligt u de
SIM-kaart tegen gebruik door onbevoegden. Als
deze functie is ingeschakeld, moet u steeds als
u de telefoon aanzet, de PIN-code ingeven.
Telefoon-blokkering (menu 9.7.3)
Instellingen (menu 9)
Als u driemaal een onjuiste PIN-/PIN2-code
ingeeft, wordt de SIM-kaart geblokkeerd. U kunt
deze blokkering opheffen door uw PUK-/PUK2code (Personal Unblocking Key) in te voeren.
Deze codes hebt u van uw provider gekregen.
Menuopties
Beveiliging (menu 9.7)
Telefoonblokkering is een functie waarmee u de
telefoon vergrendelt zodat deze niet
ongeoorloofd kan worden gebruikt.
Als deze functie is ingeschakeld, moet u steeds
als u de telefoon aanzet een wachtwoord van
vier tot acht cijfers ingeven.
Het wachtwoord is vooraf ingesteld op
00000000. Ga naar het menu Wachtwoord
wijzigen om het wachtwoord te wijzigen.
Wachtwoord wijzigen (menu 9.7.4)
In dit menu kunt u het wachtwoord voor de
telefoon wijzigen.
129
Menuopties
Privacy (menu 9.7.5)
Met dit menu kunt u de toegang tot MMSberichten en bestanden blokkeren. Als een
privacyoptie is ingeschakeld, moet u het
wachtwoord van de telefoon ingeven als u de
vergrendelde items of functies wilt gebruiken.
SIM blokkeren (menu 9.7.6)
Met de functie SIM blokkeren kunt u instellen
dat uw telefoon alleen werkt met de huidige
SIM-kaart door er een SIM-blokkeringscode aan
toe te wijzen. U moet de SIM-blokkeringscode
ingeven als u een andere SIM-kaart wilt
gebruiken.
FDN-modus (menu 9.7.7)
Als uw SIM-kaart de FDN-modus ondersteunt,
kunt u uw uitgaande gesprekken beperken tot
een bepaald aantal telefoonnummers.
130
Wanneer deze functie is ingeschakeld, kunt u
alleen bellen naar de telefoonnummers die op
de SIM-kaart zijn opgeslagen.
PIN2 wijzigen (menu 9.7.8)
Als uw SIM-kaart dit ondersteunt, kunt u met
de functie PIN2 wijzigen uw huidige PIN2-code
wijzigen.
Mobiel opsporen (menu 9.7.9)
Wanneer iemand uw telefoon probeert te
gebruiken met een andere SIM-kaart, wordt er
automatisch een vooraf ingesteld
opsporingsbericht verzonden naar uw vrienden
of familie. U kunt vervolgens nagaan vanaf welk
telefoonnummer de berichten zijn verzonden en
zodoende uw telefoon opsporen. Deze functie
komt van pas als uw telefoon is gestolen of als
u deze bent verloren.
Geheugenstatus (menu 9.8)
Instellingen (menu 9)
In het menu Mobiel opsporen kunt u de
volgende opties instellen voor het gebruik van
de functie. U moet het wachtwoord van de
telefoon ingeven om dit menu te kunnen
openen:
• Mobiel opsporen: hiermee kunt u de
functie voor telefoonopsporing aanzetten of
uitzetten. Druk op <OK> als u akkoord gaat
met de servicevoorwaarden en
overeenkomsten die op het scherm worden
weergegeven.
• Ontvangers: hier geeft u de
telefoonnummers op waarnaar het
opsporingsbericht moet worden verzonden.
• Afzender: hier geeft u de naam van de
afzender in.
• Bericht: hier kunt u de tekst van het vooraf
ingestelde opsporingsbericht bekijken.
Menuopties
De kosten voor het verzonden opsporingsbericht
zijn voor rekening van de gebruiker met de niettoegestane SIM-kaart. Als u zelf een andere
SIM-kaart in de telefoon wilt gebruiken, moet u
de functie Mobiel opsporen eerst uitzetten.
Via dit menu kunt u bekijken hoeveel geheugen
er wordt gebruikt voor het opslaan van
gegevens in Berichten, Mijn bestanden,
Agenda, Telefoonlijst en JAVA/Games. U kunt
ook de hoeveelheid gedeeld geheugen bekijken.
Instellingen terugzetten (menu 9.9)
In dit menu kunt u de oorspronkelijke
instellingen van de telefoon terugzetten.
1. Druk op [
] om de instellingscategorieën
te selecteren die u wilt terugzetten.
2. Druk op <Reset>.
131
3. Druk op <Ja> om het terugzetten van de
oorspronkelijke instellingen te bevestigen.
4. Geef het wachtwoord voor de telefoon in en
druk op <OK>.
Het wachtwoord is vooraf ingesteld op
00000000. U kunt dit wachtwoord wijzigen.
blz. 129
Problemen oplossen
Hulp bij het oplossen van problemen
U kunt uzelf de tijd en kosten van een onnodig
telefoontje naar een medewerker van de
klantenservice besparen, door eerst een aantal
eenvoudige controles uit te voeren die in dit
gedeelte worden besproken.
Als u de telefoon aanzet, kunnen de
volgende berichten worden weergegeven:
"SIM-kaart plaatsen"
• Controleer of de SIM-kaart op de juiste wijze
is geplaatst.
"Telefoon-blokkering"
• De automatische blokkeerfunctie is
ingeschakeld. U moet het wachtwoord van
de telefoon ingeven voordat u de telefoon
kunt gebruiken.
132
"Geen netwerk", "Fout: Netwerk niet
beschikbaar" of "Niet uitgevoerd" wordt
weergegeven.
• De verbinding met het netwerk is verbroken.
Het kan zijn dat het signaal te zwak is op de
plaats waar u zich bevindt.
Probeer het opnieuw vanaf een andere
locatie.
• U probeert een functie te gebruiken
waarvoor u geen abonnement hebt bij uw
provider. Neem contact op met uw provider
voor meer informatie.
Problemen oplossen
"Geef PIN in"
• U gebruikt de telefoon voor het eerst. U
moet de PIN-code ingeven die u bij de SIMkaart hebt gekregen.
• De functie PIN-controle is ingeschakeld.
Telkens wanneer u de telefoon inschakelt,
moet u de PIN-code ingeven. U kunt deze
functie uitschakelen met de menuoptie PINcontrole.
"Geef PUK in"
• U hebt driemaal een onjuiste PIN-code
ingevoerd. De SIM-kaart is nu geblokkeerd.
Toets de PUK-code in die u van uw provider
hebt gekregen.
U hebt een nummer ingetoetst, maar het is
niet gekozen.
• Zorg ervoor dat u op [ ] hebt gedrukt.
• Zorg ervoor dat u toegang hebt tot het juiste
mobiele netwerk.
• Zorg ervoor dat u de optie voor het
blokkeren van uitgaande oproepen niet hebt
ingesteld.
Iemand probeert u tevergeefs te bellen.
• Zorg ervoor dat de telefoon is ingeschakeld.
(Houd [ ] langer dan één seconde
ingedrukt.)
133
Problemen oplossen
• Zorg ervoor dat u het juiste mobiele netwerk
gebruikt.
• Zorg ervoor dat u de optie voor het
blokkeren van inkomende oproepen niet
hebt ingesteld.
Uw gesprekspartner hoort u niet.
• Zorg ervoor dat de microfoon is
ingeschakeld.
• Zorg ervoor dat u de telefoon dicht genoeg
bij uw mond houdt. De microfoon bevindt
zich aan de onderzijde van de telefoon.
De telefoon begint te piepen en het bericht
“Batterij bijna leeg” knippert op het
display.
• De batterij is niet voldoende opgeladen.
Laad de batterij weer op.
134
De geluidskwaliteit van de oproep is
slecht.
• Controleer de signaalsterkte op het display
(
). Hoe meer staafjes er worden
weergegeven, des te sterker is het signaal
(van sterk (
) tot zwak ( )).
• Ga wat dichter bij het raam staan als u zich
in een gebouw bevindt of houd de telefoon
anders vast.
Wanneer u een nummer uit de lijst met
contacten opnieuw kiest, wordt er geen
nummer gebeld.
• Controleer via de functie Lijst met
contacten of het nummer op de juiste
manier is opgeslagen.
• Sla het nummer zo nodig opnieuw op.
De batterij wordt niet goed opgeladen of
de telefoon wordt soms automatisch
uitgeschakeld.
• Maak de contactpunten voor het opladen van
de telefoon en de batterij schoon met een
schone, zachte doek.
Mocht u het probleem aan de hand van de
bovenstaande richtlijnen niet kunnen
oplossen, dan kunt u contact opnemen met
uw leverancier of de klantenservice van
Samsung. Zorg ervoor dat u de volgende
gegevens bij de hand hebt:
• Het typenummer en het serienummer van de
telefoon
• Uw garantie-informatie
• Een duidelijke beschrijving van het probleem
Neem vervolgens contact op met uw leverancier
of de klantenservice van Samsung.
Informatie met betrekking
tot gezondheid en veiligheid
SAR-certificeringsinformatie
Dit type telefoon voldoet aan de eisen van de
Europese Unie (EU) met betrekking tot
blootstelling aan radiogolven.
De mobiele telefoon zendt en ontvangt
radiosignalen. De telefoon is zodanig ontworpen
en gefabriceerd dat de limieten die door de EU
zijn vastgesteld voor blootstelling aan
radiogolven, niet worden overschreden. Deze
limieten maken deel uit van uitgebreide
richtlijnen en geven aan welke niveaus van
radiogolven (radiofrequentie-energie) zijn
toegestaan en geen gevaar opleveren voor de
volksgezondheid.
135
Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid
De richtlijnen zijn vastgesteld door
onafhankelijke wetenschappelijke organisaties
op basis van periodiek uitgevoerd en grondig
geëvalueerd wetenschappelijk onderzoek. De
vastgestelde limieten kennen een aanzienlijke
veiligheidsmarge om de veiligheid van
iedereen, ongeacht leeftijd en
gezondheidstoestand, te kunnen garanderen.
De blootstellingsnorm voor mobiele telefoons
wordt uitgedrukt in SAR (Specific Absorption
Rate). De door de EU aanbevolen SAR-limiet is
2,0 W/kg.*
* De SAR-limiet voor mobiele telefoons voor algemeen
gebruik is 2,0 watt/kilogram (W/kg) als gemiddelde per
tien gram lichaamsweefsel. In deze limiet is als extra
zekerheid een aanzienlijke veiligheidsmarge ingebouwd
waarbij ook rekening is gehouden met eventuele
meetafwijkingen. SAR-waarden kunnen variëren,
afhankelijk van de nationale rapportagevereisten en de
netwerkband.
136
De hoogste SAR-waarde voor dit type telefoon
was 0,906 W/kg.
SAR-tests worden uitgevoerd onder normale
gebruiksomstandigheden waarbij de telefoon
met maximale signaalsterkte op alle geteste
frequentiebanden uitzendt. Hoewel de SARwaarde is vastgesteld op basis van de maximale
signaalsterkte, kan het feitelijke SAR-niveau bij
gebruik van de telefoon ver onder deze norm
liggen. De telefoon werkt namelijk met
verschillende signaalsterkten en gebruikt nooit
meer dan de sterkte die nodig is om het
netwerk te kunnen bereiken. Over het
algemeen geldt dat hoe dichter u in de buurt
van een basisstation bent, hoe lager de
signaalsterkte van de telefoon is.
Voordat een nieuw type telefoon mag worden
verkocht, moet worden aangetoond dat de
telefoon voldoet aan de Europese R&TTErichtlijn.
Voorschriften voor het gebruik van
batterijen
• Gebruik nooit batterijen of opladers die
beschadigd zijn.
• Gebruik de batterij alleen op de
voorgeschreven manier.
• Als u de telefoon dicht bij het basisstation
van een netwerk gebruikt, wordt er minder
stroom verbruikt. De standby- en beltijd is
sterk afhankelijk van de signaalsterkte van
het mobiele netwerk en van de parameters
die door de provider zijn ingesteld.
• De oplaadtijd van de batterij is afhankelijk
van de resterende batterijlading en het
gebruikte type batterij en oplader. De
batterij kan honderden keren worden
opgeladen en ontladen, maar na verloop van
tijd gaat de kwaliteit van de batterij
achteruit. Als de gebruikstijd (standby- en
beltijd) steeds korter wordt, is het tijd om
een nieuwe batterij te kopen.
• Een volledig opgeladen batterij die niet
wordt gebruikt, wordt na verloop van tijd
automatisch ontladen.
• Gebruik alleen batterijen en opladers die
door Samsung zijn goedgekeurd. Als u de
oplader niet gebruikt, moet u de stekker uit
het stopcontact halen. Sluit de batterij niet
langer dan een week op een oplader aan.
Een batterij die wordt overladen, gaat
minder lang mee.
Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid
Een van de belangrijkste voorwaarden die in
deze richtlijn worden gesteld, is de
bescherming van de gezondheid en veiligheid
van de gebruiker en alle andere personen.
137
Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid
• Extreem hoge en lage temperaturen hebben
invloed op de laadcapaciteit van de batterij.
Het kan nodig zijn de batterij eerst te laten
afkoelen of opwarmen.
• Leg de batterij niet in een zeer warme of
koude ruimte, bijvoorbeeld in de auto bij
extreem zomer- of winterweer, om te
voorkomen dat de capaciteit en levensduur
van de batterij verminderen. Probeer de
batterij altijd op kamertemperatuur te
houden. Het kan zijn dat een telefoon met
een zeer warme of koude batterij tijdelijk
niet werkt, zelfs als de batterij volledig is
opgeladen. Li-ion-batterijen werken met
name niet goed bij temperaturen onder de
0° C (32° F).
138
• Voorkom kortsluiting in de batterij. Er kan
kortsluiting ontstaan wanneer een metalen
voorwerp, zoals een muntstuk, paperclip of
pen, ervoor zorgt dat de + en – polen van de
batterij (de metalen strips op de batterij)
direct contact maken. Dit kan bijvoorbeeld
gebeuren wanneer u een reservebatterij in
uw jaszak of tas bewaart. Door kortsluiting
kan de batterij (maar ook het voorwerp dat
de kortsluiting veroorzaakt) beschadigd
raken.
• Lever oude batterijen in bij een inzamelpunt
voor batterijen. Gooi ze nooit bij het gewone
afval en gooi ze niet in het vuur.
Met een mobiele telefoon hebt u de
mogelijkheid om bijna overal en altijd
mondeling te communiceren. Dit grote voordeel
brengt echter ook een belangrijke
verantwoordelijkheid met zich mee, een
verantwoordelijkheid die iedereen moet nemen.
Als u autorijdt, is het besturen van de auto uw
eerste verantwoordelijkheid. Het niet-handsfree
bellen tijdens het autorijden is dan ook in veel
landen verboden. Houd u aan de speciale
voorschriften die gelden in het betreffende
gebied of land, als u de mobiele telefoon tijdens
het rijden wilt gebruiken.
Gebruiksomgeving
Houd u altijd aan speciale voorschriften en
schakel de telefoon uit op plaatsen waar het
gebruik van de telefoon niet is toegestaan of
gevaar of storingen kan opleveren.
Wanneer u de telefoon of een van de
accessoires op een ander apparaat wilt
aansluiten, moet u de veiligheidsvoorschriften
in de gebruiksaanwijzing bij dat apparaat
nalezen. Gebruik alleen compatibele producten.
Evenals voor andere mobiele apparaten die
radiosignalen uitzenden, geldt dat u deze
telefoon voor een juiste werking en voor uw
persoonlijke veiligheid alleen in de normale
stand mag gebruiken (tegen uw oor, waarbij de
antenne over uw schouder wijst).
Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid
Verkeersveiligheid
Elektronische apparatuur
De meeste moderne elektronische apparaten
zijn afgeschermd tegen radiosignalen. Er
kunnen echter apparaten zijn die niet zijn
afgeschermd tegen de radiosignalen van uw
mobiele telefoon. Neem in dergelijke gevallen
contact op met de fabrikant voor een andere
oplossing.
139
Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid
Pacemakers
Andere medische apparaten
Fabrikanten van pacemakers adviseren om
tussen een mobiele telefoon en een pacemaker
een afstand van minimaal 15 cm aan te houden
om storingen in de pacemaker te voorkomen.
Deze aanbeveling stemt overeen met
onafhankelijk onderzoek en aanbevelingen van
Wireless Technology Research. Als u ook maar
een vermoeden hebt dat er storingen optreden,
moet u de telefoon onmiddellijk uitzetten.
Als u een ander medisch apparaat of hulpmiddel
gebruikt, neemt u contact op met de fabrikant
van dat apparaat om na te gaan of het
afdoende afgeschermd is tegen externe
radiosignalen.
U kunt ook uw huisarts of specialist om advies
vragen.
Schakel de telefoon uit in zorginstellingen waar
het gebruik van mobiele telefoons niet is
toegestaan.
Gehoorapparaten
Sommige digitale mobiele telefoons
veroorzaken storingen in bepaalde
gehoorapparaten. Als dit gebeurt, adviseren wij
u contact op te nemen met de fabrikant van uw
gehoorapparaat voor een andere oplossing.
140
Voertuigen
Radiosignalen kunnen invloed hebben op
onjuist geïnstalleerde of onvoldoende
afgeschermde elektronische systemen in
motorvoertuigen. Neem hierover contact op
met de fabrikant of dealer van uw auto.
Neem ook contact op met de fabrikant van de
apparatuur die in uw auto is geïnstalleerd.
Schakel de telefoon altijd uit op locaties waar is
aangegeven dat het gebruik van mobiele
telefoons niet toegestaan is.
Omgevingen met explosiegevaar
Schakel de telefoon uit in een omgeving met
explosiegevaar en houd u aan alle voorschriften
en instructies. Vonken kunnen in een dergelijke
omgeving een explosie of brand veroorzaken
met lichamelijk letsel of zelfs de dood tot
gevolg.
Het wordt aangeraden de telefoon uit te
schakelen bij een tankstation. Houd u aan de
voorschriften met betrekking tot het gebruik
van radioapparatuur in brandstofdepots (zowel
voor opslag als distributie), chemische
fabrieken en plaatsen waar met explosieven
wordt gewerkt.
Het wordt niet altijd duidelijk aangegeven of er
explosiegevaar is in een bepaalde omgeving.
Denk bijvoorbeeld aan het benedendek van een
schip, op- en overslaglocaties voor chemicaliën,
voertuigen die op LPG rijden, omgevingen waar
chemicaliën of kleine deeltjes in de lucht zitten,
zoals kruitkorrels, stof of metaalpoeder, en elk
ander gebied waar u normaal gesproken de
motor van uw voertuig moet uitzetten.
Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid
Verbod op mobiel bellen
Alarmnummer bellen
Evenals elke andere mobiele telefoon maakt
deze telefoon gebruik van radiosignalen,
mobiele en vaste netwerken en door de
gebruiker ingestelde functies. Het is dan ook
niet vanzelfsprekend dat u onder alle
omstandigheden verbinding kunt
krijgen.Vertrouw daarom voor essentiële
communicatie, zoals voor medische
noodgevallen, nooit alleen op uw mobiele
telefoon.
141
Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid
U kunt alleen bellen of gebeld worden als de
telefoon is ingeschakeld en u zich in een
servicegebied met voldoende signaalsterkte
bevindt. Het kan zijn dat het bellen van een
alarmnummer niet in alle mobiele netwerken
mogelijk is of niet mogelijk is wanneer bepaalde
netwerkdiensten en/of telefoonfuncties zijn
ingeschakeld. U kunt dit navragen bij uw
provider.
Zo belt u een alarmnummer:
1. Zet de telefoon aan als dat nog niet het
geval is.
2. Toets het alarmnummer in. Alarmnummers
kunnen per land verschillen.
3. Druk op [ ].
142
Als bepaalde functies zijn ingeschakeld, zoals
het blokkeren van gesprekken, moet u deze
functies misschien uitschakelen voordat u het
alarmnummer kunt bellen. Raadpleeg hiervoor
deze gebruiksaanwijzing of neem contact op
met uw provider.
Overige belangrijke
veiligheidsinformatie
• Laat de telefoon alleen door gekwalificeerde
technici repareren of in een voertuig
installeren. Onjuiste installatie of reparatie
kan gevaar opleveren en kan ertoe leiden
dat de garantie op de telefoon komt te
vervallen.
• Controleer regelmatig of de
telefoonapparatuur in uw auto goed is
gemonteerd en naar behoren werkt.
• Als u zich niet aan deze voorschriften houdt,
kan u het gebruik van mobiele diensten
tijdelijk of permanent worden ontzegd en
kunt u strafrechtelijk worden vervolgd.
Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid
• Bewaar of vervoer brandbare vloeistoffen en
gassen en explosief materiaal niet in
dezelfde ruimte als de telefoon of de
onderdelen of accessoires van de telefoon.
• Als er een airbag in uw voertuig zit, moet u
er rekening mee houden dat deze met flink
veel kracht wordt opgeblazen. Plaats geen
voorwerpen, dus ook niet de gemonteerde of
draagbare telefoonapparatuur, in de ruimte
rond de airbag of daar waar de airbag zal
uitklappen. Als draadloze apparatuur niet op
de juiste manier is geïnstalleerd, kan het
opblazen van de airbag ernstig lichamelijk
letsel veroorzaken.
• Schakel de telefoon uit voordat u in een
vliegtuig stapt. Het gebruik van een mobiele
telefoon in een vliegtuig kan gevaarlijk zijn
voor de besturing van het vliegtuig en is
daarom verboden.
Verzorging en onderhoud
De telefoon is een kwaliteitsproduct dat met
vakmanschap is gemaakt en voorzichtig
behandeld moet worden. Als u de volgende
aanbevelingen opvolgt, wordt er aan de
garantievoorwaarden voldaan en kunt u vele
jaren plezier hebben van dit product.
• Houd de telefoon en alle bijbehorende
onderdelen en accessoires buiten het bereik
van kleine kinderen en huisdieren. Zij
kunnen het apparaat beschadigen of stikken
in de kleine onderdelen.
• Houd de telefoon droog. Regen, vocht en
vloeistoffen bevatten mineralen die de
elektronica aantasten.
143
Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid
• Raak de telefoon niet met natte handen aan.
Hierdoor kunt u namelijk een elektrische
schok krijgen. Ook kan de telefoon
beschadigd raken.
• Gebruik of bewaar de telefoon niet in een
stoffige, vieze ruimte, aangezien de
bewegende onderdelen dan beschadigd
kunnen raken.
• Bewaar de telefoon niet in een extreem
warme ruimte. Door de hoge temperatuur
gaan elektronische apparaten minder lang
mee, kunnen batterijen beschadigd raken en
kan het plastic kromtrekken of smelten.
• Bewaar de telefoon niet in een koude ruimte.
Bij verplaatsing naar een warmere omgeving
kan zich condens in de telefoon vormen,
waardoor de elektronische componenten van
de telefoon beschadigd kunnen raken.
144
• Zorg dat u de telefoon niet laat vallen of
ergens tegen aan stoot. Als u ruw met de
telefoon omgaat, kunnen de interne
onderdelen beschadigd raken.
• Maak de telefoon niet schoon met bijtende
schoonmaak- of oplosmiddelen. Gebruik
alleen een zachte doek gedrenkt in een sopje
van water en zachte zeep.
• Verf de telefoon niet. Door de verf kunnen de
bewegende onderdelen van het apparaat
verstopt raken waardoor de telefoon niet
meer goed werkt.
• Leg de telefoon niet in of op
verwarmingsapparaten, zoals een
magnetron, fornuis of radiator. De telefoon
kan oververhit raken en ontploffen.
• Als de telefoon, de batterij, de oplader of
een van de accessoires niet goed werkt, gaat
u ermee naar het dichtstbijzijnde
geautoriseerde servicecentrum. Daar zal
men u van advies dienen en indien nodig
voor reparatie zorgen.
Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid
• Wanneer de telefoon of de batterij nat wordt,
verandert het label in de telefoon dat
waterschade aanduidt, van kleur. In dit geval
valt de reparatie van de telefoon niet meer
onder de garantie van de fabrikant, ook al is
de garantietermijn nog niet verstreken.
• Gebruik de flitser of de verlichting van de
telefoon niet vlakbij de ogen van mensen of
dieren. Dit kan oogbeschadigingen
opleveren.
• Gebruik alleen de meegeleverde of een
andere goedgekeurde antenne. Nietgoedgekeurde antennes of aangepaste
accessoires kunnen de telefoon beschadigen
en ertoe leiden dat de telefoon niet meer
voldoet aan de wettelijke bepalingen
omtrent radioapparatuur.
145
Index
A
ABC-stand, tekstinvoer • 30
Achtergrond • 121
Achtergrondafbeelding • 121
Actieve klep • 121
Afbeelding bewerken • 56
Afbeeldingen, gedownload • 91
Alarm • 97
Alarmnummer bellen • 141
Automatisch herhalen • 120
B
Band selecteren • 128
Batterij
bijna leeg, symbool • 8
opladen • 7
voorschriften • 137
Batterij bijna leeg, symbool • 8
Beantwoorden
oproep • 35
tweede oproep • 37
146
Belgroepen • 47
Beller-id • 128
Belsignaal
berichten • 123
inkomende gesprekken •
123
Berichten
begroeting • 117
configuratie • 75
e-mail • 70
info • 90
MMS • 68
server • 75
SMS • 67
Berichten maken
e-mail • 70
SMS • 67
Berichttoon • 123
Bestandsbeheer • 91
Beveiliging, oproepen • 129
Blokkeren
menuopties • 130
SIM-kaart • 130
telefoon • 129
Blokkeren, oproepen • 126
Bluetooth
instellingen • 57
ontvangen, gegevens • 60
verzenden, gegevens • 59
Browser, web- • 62
C
Calculator • 104
Camera
foto's • 106
video's • 112
Configuratieberichten • 75
D
Datum instellen • 117
E
E-mailberichten
bekijken • 77
instelling • 86
maken/verzenden • 71
verwijderen • 78
F
FDN-modus (Fixed Dialling
Number) • 130
Foto's
bekijken • 91
bewerken • 56
maken • 106
G
Geheugenstatus
berichten • 91
mijn bestanden • 97
telefoon • 131
telefoonlijst • 49
Geluiden, gedownloade • 95
Geluidsinstellingen • 123
Gemiste oproepen • 41
Gespreksduur • 41
Gesprekskosten • 42
Gezondheids- en
veiligheidsinformatie • 135
H
Herstellen, telefooninstellingen •
131
I
In- en uitschakelen
microfoon • 38
telefoon • 8
Infoberichten • 90
Internationale gesprekken • 34
Internet • 62
Index
Display
helderheid • 122
indeling • 11
instellingen • 121
symbolen • 11
taal • 117
Documentbestanden • 96
Doorschakelen, oproepen • 125
DTMF-tonen verzenden • 38
K
Kiesdisplay instellen • 122
Kleur • 122
Klok instellen • 116
L
Laatste nummer herhalen • 34
Luidspreker • 37
M
Met elke toets antwoorden • 120
Minuutsignaal • 124
MMS-berichten
bekijken • 73
instelling • 82
maken/verzenden • 68
verwijderen • 74
MP3-speler • 50
Multiparty-gesprek • 39
Muziek, gedownload • 95
147
Index
N
Namen
ingeven • 30
zoeken • 43
Netwerk selecteren • 127
Netwerkband, kiezen • 128
Netwerkdiensten • 124
Nummer herhalen
automatisch • 120
handmatig • 34
Nummers
opslaan • 45
zoeken • 43
Nummerweergave • 128
O
Offline modus • 9, 121
Omrekenen • 104
Ontvangen berichten
e-mail • 77
MMS/SMS • 73
Ontvangen oproepen • 41
148
Opnemen
spraakmemo's • 54
video's • 112
Oproepen
beantwoorden • 35
blokkeren • 126
doorschakelen • 125
in de wacht zetten • 36
nummer herhalen • 34
tot stand brengen • 33
weigeren • 35
wisselgesprek • 127
Oproepenlijsten
gemist • 41
ontvangen • 41
uitgaand • 41
P
PIN2-code wijzigen • 130
PIN-code wijzigen • 129
Postvak IN, berichten
e-mail • 77
MMS/SMS • 73
Postvak UIT, berichten • 76
Privacy • 130
Problemen oplossen • 132
R
Roaming • 127
S
Serverberichten • 75, 90
SIM-kaart
blokkeren • 130
plaatsen • 7
SMS-berichten
bekijken • 73
instelling • 81
maken/verzenden • 67
verwijderen • 73
Snelkiezen • 47
Spelletjes • 56, 60
Spraakrecorder
afspelen • 54
opnemen • 54
Standaardberichten, bericht • 79
T
T9-stand, tekstinvoer • 31
Taal selecteren • 117
Tekens ingeven • 30
Tekst ingeven • 30
Telefoon
aan- en uitzetten • 8
blokkeren • 129
display • 11
resetten • 131
symbolen • 11
uitpakken • 6
wachtwoord • 129
Telefoon opsporen • 130
Telefoonlijst
beheren • 49
bewerken • 43
opties • 43
snelkeuze • 47
toevoegen • 45
verwijderen • 49
zoeken • 43
Timer • 105
Toetstonen
aan/uit • 38
selecteren • 123
volume • 123
Toon bij in-/uitschakelen • 124
U
Uitgaande oproepen • 41
USB-instellingen • 120
V
Veiligheidsinformatie • 135
Verbindingstoon • 124
Verkeersveiligheid • 139
Verlichting, instellen
display • 125
toetsen • 125
Verlichtingsinstellingen • 124
Verzonden berichten • 76
Verzorging en onderhoud • 143
Video's
afspelen • 93
opnemen • 112
Visitekaartje • 48
Voicemailserver • 128
Index
Stille modus
ingeven • 16
instelling • 124
Stopwatch • 106
Symbolen, beschrijving • 11
W
Wachtstand, gesprek • 36
Wachtwoord
oproepen blokkeren • 127
telefoon • 129
Webbrowser
toegang • 62
Welkomtekst • 117
Wereldklok • 103
149
Index
Wisselgesprek • 127
Wissen
e-mail • 78, 81
items • 102
MMS • 74, 76, 81
oproepenlijst • 41
SMS • 73, 76, 81
telefoonlijst • 49
150
Conformiteitsverklaring (R&TTE-richtlijn)
Het volgende product:
GSM900/GSM1800/GSM1900 met Bluetooth
Draagbare mobiele telefoon
(Productbeschrijving)
SGH-E380
(Typenaam)
Gefabriceerd door:
- Samsung Electronics Co., Ltd, 94-1, Imsoo-Dong, Gumi City,
Kyung-Buk, Korea, 730-350
(naam en adres van fabrikant)
waarop deze verklaring van toepassing is, voldoet aan de
volgende standaarden en/of andere normatieve documenten.
Veiligheid
EMC
SAR
Netwerk
: EN 60950-1:2001
: EN 301 489-01 v1.4.1 (08-2002)
EN 301 489-07 v1.2.1 (08-2002)
EN 301 489-17 v1.2.1 (08-2002)
: EN 50360:2001
EN 50361:2001
: EN 301 511 v9.0.2 (03-2003)
EN 300 328 v1.6.1 (11-2004)
Hierbij verklaren we dat [alle essentiële radiotests zijn uitgevoerd
en dat] bovengenoemd product voldoet aan alle essentiële eisen
die er in Richtlijn 1999/5/EC aan worden gesteld.
De conformiteitsbeoordelingsprocedure waarnaar wordt
verwezen in Artikel 10 en die wordt beschreven in Bijlage [IV]
van Richtlijn 1999/5/EC is uitgevoerd in samenwerking met de
volgende aangemelde instantie(s):
BABT, Balfour House, Churchfield Road,
Walton-on-Thames, Surrey, KT12 2TD, UK
Kenmerk: 0168
De technische documentatie wordt beheerd door:
Samsung Electronics QA Lab.
en wordt op verzoek ter beschikking gesteld.
(Vertegenwoordiging in de EU)
Samsung Electronics Euro QA Lab.
Blackbushe Business Park, Saxony Way,
Yateley, Hampshire, GU46 6GG, UK
2006. 06. 07
Yong-Sang Park / verkoopmanager
(plaats en datum van uitgifte)
(naam en handtekening van bevoegde persoon)
* Dit is niet het adres van het Samsung Service Centre. Zie de garantiekaart of
neem contact op met de winkel waar u de telefoon hebt aangeschaft voor het
adres van het Samsung Service Centre.
* Sommige beschrijvingen in deze gebruiksaanwijzing kunnen afwijken van uw telefoon. Dit is afhankelijk
van het land waar u de telefoon gekocht heeft, de geïnstalleerde software of uw serviceprovider.
* Uw telefoon en de accessoires kunnen afwijken van de afbeeldingen in deze gebruiksaanwijzing.
Dit is afhankelijk van het land waar u de telefoon gekocht heeft.
* Drukfouten voorbehouden.
World Wide Web
http://www.samsungmobile.com
Printed in Korea
Code No.:GH68-11526A
Dutch. 09/2006. Rev. 1.0