Electrolux EN3454MFX Handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Handleiding
INHOUDSOPGAVE
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE............................................................................. 16
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.................................................................... 17
3. BEDIENINGSPANEEL..................................................................................... 19
4. DAGELIJKS GEBRUIK.....................................................................................20
5. ONDERHOUD EN REINIGING........................................................................ 21
6. PROBLEEMOPLOSSING.................................................................................22
7. MONTAGE .......................................................................................................24
8. TECHNISCHE GEGEVENS............................................................................. 26
WE DENKEN AAN U
Bedankt voor het kopen van een Electrolux-apparaat. U koos voor een product
dat jaren professionele ervaring en innovatie bevat. Ingenieus en stijlvol, het werd
ontworpen met u in het achterhoofd. Wanneer u het gebruikt, kunt u er op
vertrouwen dat u keer op keer fantastische resultaten zult krijgen.
Welkom bij Electrolux.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.electrolux.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registerelectrolux.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.electrolux.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens
bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer.
Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
NEDERLANDS 15
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt
door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik.
Bewaar de instructies altijd op een veilige en
toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of
een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Reiniging en onderhoud van het apparaat mag niet
worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en
gooi het op passende wijze weg.
1.2 Algemene veiligheid
Dit apparaat is bedoeld voor huishoudelijk gebruik of
gelijksoortige toepassingen zoals:
Boerderijen, personeelskeukens in winkels,
kantoren of andere werkomgevingen
Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en
andere woonomgevingen
Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies;
dit geldt zowel voor losstaande als ingebouwde
modellen.
Gebruik geen mechanische of andere middelen om
het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen
die door de fabrikant zijn aanbevolen.
Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt.
www.electrolux.com16
Gebruik geen elektrische apparaten in de koelkast,
tenzij deze door de fabrikant worden aanbevolen.
Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat
te reinigen.
Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte
doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Bewaar geen explosieve substanties zoals
spuitbussen met drijfgas in dit apparaat.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de
fabrikant, een erkende serviceverlener of een
gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde
gevaarlijke situaties te voorkomen.
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Montage
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
Verwijder de verpakking en de
transportbouten.
Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
Wees altijd voorzichtig bij het
verplaatsen van het apparaat omdat
het zwaar is. Gebruik altijd
veiligheidshandschoenen en gesloten
schoeisel.
Zorg ervoor dat rond het apparaat
lucht kan circuleren.
Bij de eerste installatie of na het
omdraaien van de deur moet u
minstens 4 uur wachten voordat u het
apparaat op de stroom aansluit.
Hierdoor kan de olie terug in de
compressor stromen.
Trek de stekker uit het stopcontact
voordat u handelingen aan het
apparaat uitvoert (bijv. het omdraaien
van de deur).
Installeer het apparaat niet in de
nabijheid van radiatoren, fornuizen,
ovens of kookplaten.
Installeer het apparaat niet op een
plaats met direct zonlicht.
Gebruik dit apparaat niet in ruimtes
die te vochtig of te koud zijn, zoals
bijgebouwen, garages of wijnkelders.
Til de voorkant van het apparaat op
als u hem wilt verplaatsen, om
krassen op de vloer te voorkomen.
2.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de
netstroom.
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Zorg dat u de elektrische onderdelen
(hoofdstekker, kabel, compressor)
NEDERLANDS 17
niet beschadigt. Neem contact met de
erkende servicedienst of een
elektricien om de elektrische
onderdelen te wijzigen.
De stroomkabel moet lager blijven
dan het niveau van de stopcontact.
Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer
na installatie bereikbaar is.
Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel,
brandwonden of elektrische
schokken.
De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
Plaats geen elektrische apparaten
(bijv. ijsmachines) in het apparaat
tenzij uitdrukkelijk geschikt verklaard
door de fabrikant.
Zorg ervoor dat u het koelcircuit niet
beschadigt. Het bevat isobutaan
(R600a), aardgas met een hoge
ecologische compatibiliteit. Dit gas is
ontvlambaar.
Als er schade aan het koelcircuit
optreedt, zorg er dan voor dat er zich
geen vlammen en andere
ontstekingsbronnen in de kamer
bevinden. Ventileer de kamer goed.
Zet geen hete items op de
kunststofonderdelen van het
apparaat.
Plaats geen koolzuurhoudende
dranken in het vriesvak. Dit zal extra
druk in de drankfles veroorzaken.
Bewaar geen ontvlambare gassen en
vloeistoffen in het apparaat.
Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door
ontvlambare producten in, bij of op
het apparaat.
Raak de compressor of condensator
niet aan. Ze zijn heet.
Zorg ervoor dat u nooit met natte of
vochtige handen items uit het vriesvak
verwijderd of aanraakt.
Vries ontdooide voedingswaren nooit
opnieuw in.
Bewaar de voedingswaren volgens de
instructies op de verpakking.
2.4 Binnenverlichting
Het type lampje gebruikt voor dit
apparaat is niet geschikt voor de
verlichting van huishoudelijke ruimten.
2.5 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade
aan het apparaat.
Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat
koolwaterstoffen. Enkel bevoegde
personen mogen de eenheid
onderhouden en herladen.
Controleer regelmatig de afvoer van
het apparaat en reinig het indien
nodig. Indien de afvoer verstopt is, zal
er water op de bodem van het
apparaat liggen.
2.6 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snij het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
Verwijder de deur om te voorkomen
dat kinderen en huisdieren opgesloten
raken in het apparaat.
Het koelcircuit en de
isolatiematerialen van dit apparaat
zijn ozonvriendelijk.
Het isolatieschuim bevat ontvlambare
gassen. Neem contact met uw
plaatselijke overheid voor informatie
m.b.t. correcte afvalverwerking van
het apparaat.
Veroorzaak geen schade aan het deel
van de koeleenheid dat zich naast de
warmtewisselaar bevindt.
www.electrolux.com18
3. BEDIENINGSPANEEL
1
2
3
4
1
Temperatuurschaal
2
EcoMode-pictogram
3
FastFreeze-pictogram
4
Temperatuurtoets
3.1 Inschakelen
1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Druk om het apparaat aan te zetten
op de temperatuurtoets totdat alle
ledlampjes gaan branden.
Na circa 3 seconden gaan
de ledlampjes uit en wordt
de temperatuur ingesteld op
de standaard instelling
(EcoMode). Ledaanduiding
naast het symbool EcoMode
brandt.
3.2 Uitschakelen
1. Zet het apparaat uit door 3 seconden
de temperatuurtoets ingedrukt te
houden.
Alle ledlampjes zullen uitgaan.
2. Trek de stekker uit het stopcontact
om de stroomtoevoer naar het
apparaat af te sluiten.
3.3 Temperatuurregelaar
Druk op de temperatuurtoets om de
temperatuur te reguleren. Bij iedere druk
op de toets gaat de ingestelde
temperatuur met 1 stand omhoog en
gaat het overeenkomende ledlampje
branden. Druk herhaaldelijk op de
temperatuurknop tot de vereiste
temperatuur is geselecteerd. De
instelling wordt vastgezet.
De selectie loopt van +2°C
tot +8°C.
Koudste instelling: +2°C.
Warmste instelling: +8°C
Meest geschikte instelling:
EcoMode (+3 tot +4°C).
Houd bij de instellingskeuze rekening
met het feit dat de temperatuur in het
apparaat afhankelijk is van:
de kamertemperatuur
de frequentie waarmee de deur
wordt geopend
de hoeveelheid etenswaren die
wordt bewaard
de plek van het apparaat.
3.4 Slaapmodus van het
display
Als er binnen 30 seconden geen
interactie met het apparaat is, schakelt
het display naar de slaapmodus. Alleen
het ledlampje dat overeenkomt met de
huidige ingestelde temperatuur brandt
NEDERLANDS 19
zwak. Alle andere ledlampjes zijn uit.
Druk op de temperatuurtoets om deze
modus uit te schakelen.
3.5 EcoMode
In deze modus wordt de temperatuur
ingesteld tussen de +3 en +4°C.
Dit is de beste temperatuur
om voedsel correct te
bewaren bij een minimaal
energieverbruik.
Om de modus EcoMode in te schakelen
drukt u herhaaldelijk op de
temperatuurknop totdat het LED-lampje
naast het pictogram EcoMode gaat
branden.
3.6 FastFreeze-functie
Als u een grote hoeveelheid warme
etenswaren in het koelvak wilt opbergen
(bijvoorbeeld nadat u boodschappen
heeft gedaan) of de temperatuur in het
vriesvak snel laat dalen om verse
etenswaren snel in te vriezen, raden wij
aan de FastFreeze-functie in te
schakelen voor de juiste opslag van
etenswaren.
Druk voor het activeren van deze functie
de temperatuurtoets herhaaldelijk in
totdat het ledlampje naast het
FastFreeze-pictogram gaat branden.
Ook gaat het ledlampje dat overeenkomt
met +2°C branden.
Deze functie stopt
automatisch na 52 uur. Als
de functie uitschakelt, is de
voorgaande
temperatuurinstelling
hersteld.
U kunt deze functie op elk
moment uitschakelen door
op de temperatuurtoets te
drukken en een nieuwe
temperatuur in te stellen.
Deze functie hoort zowel bij
het koel- en vriesvak.
3.7 Indicator voor open deur
(alleen beschikbaar op
geselecteerde modellen)
Als de deur gedurende circa 5 minuten
open is blijven staan, activeert de
indicator voor open deur. De
temperatuurtoets en het ledlampje van
de huidige ingestelde temperatuur
knipperen.
U kunt deze indicator
uitschakelen door de deur te
sluiten of om de
temperatuurtoets te drukken.
4. DAGELIJKS GEBRUIK
4.1 Invriezen van vers voedsel
Het vriesvak is geschikt voor het
invriezen van vers voedsel en om
diepvriesvoedsel langere tijd te bewaren.
Om vers voedsel in te vriezen, activeer
de FastFreeze-functie ten minste 24 uur
voordat u het in te vriezen voedsel in het
vriesvak legt.
Plaats het verse in te vriezen voedsel het
onderste vak.
De maximale hoeveelheid voedsel die in
24 uur ingevroren kan worden, staat
vermeld op het typeplaatje, een etiket
dat zich aan de binnenkant van het
apparaat bevindt.
Het invriesproces duurt 24 uur. voeg
tijdens deze periode geen ander voedsel
toe om in te vriezen.
Wanneer het invriesproces is voltooid, de
vereiste temperatuur weer instellen (zie
"FastFreeze-functie").
In deze conditie komt de
temperatuur in het
koelkastgedeelte mogelijk
onder de 0°C. Als dit het
geval is, stelt u de
thermostaatknop weer in op
een warmere instelling.
www.electrolux.com20
4.2 Het bewaren van
ingevroren voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na
een periode dat het niet gebruikt is
inschakelt, dient u het apparaat minstens
2 uur te laten werken met de FastFreeze
functie ingeschakeld.
Als er grote hoeveelheden voedsel
bewaard moeten worden, dient u alle
laden en korven uit het apparaat te
verwijderen en het voedsel op het glazen
schap te zetten, hiermee verkrijgt u het
beste resultaat.
In het geval van onbedoelde
ontdooiing, bijvoorbeeld als
de stroom langer is
uitgevallen dan de duur die
op de kaart met technische
kenmerken onder "tijdsduur"
is vermeld, moet het
ontdooide voedsel snel
geconsumeerd worden of
onmiddellijk bereid worden
en dan weer worden
ingevroren (nadat het
afgekoeld is)
4.3 Voedsel bewaren in het
koelvak
Dek het voedsel af of verpak het, in het
bijzonder als het een sterke geur heeft.
Plaats het voedsel zodanig dat de lucht
er vrij omheen kan circuleren.
Bewaar het voedsel op alle schappen
met een afstand van minstens 20 mm
van de achterwand en minstens 15 mm
van de deur.
4.4 FREESTORE
Met de FREESTORE-functie worden
etenswaren snel gekoeld en wordt de
temperatuur in het koelvak gelijkmatiger
behouden. Het wordt aangeraden de
functie FREESTORE in te schakelen als
de kamertemperatuur hoger dan 25° C
is.
Om het FREESTORE-apparaat in te
schakelen drukt u op de knop die erop
zit.
Het groene lampje gaat aan.
Als u het apparaat
uitschakelt, vergeet dan niet
ook de ventilator uit te zetten
door nogmaals op de knop
te drukken.
Het groene lampje gaat uit.
5. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
5.1 De binnenkant
schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste
keer gebruikt, wast u de binnenkant en
de interne accessoires met lauwwarm
water en een beetje neutrale zeep om de
typische geur van een nieuw product
weg te nemen. Droog daarna grondig af.
LET OP!
Gebruik geen
reinigingsmiddelen,
schuurpoeders, chloor of
reinigers op oliebasis. Deze
beschadigen de afwerking.
5.2 Periodieke reiniging
LET OP!
Trek niet aan leidingen en/of
kabels aan de binnenkant
van de kast en verplaats of
beschadig ze niet.
NEDERLANDS 21
LET OP!
Zorg ervoor dat u het
koelsysteem niet beschadigt.
LET OP!
Til de voorkant van de
koelkast op als u hem wilt
verplaatsen, om krassen op
de vloer te voorkomen.
Het apparaat moet regelmatig worden
schoongemaakt:
1. Maak de binnenkant en de
accessoires schoon met lauw water
en wat neutrale zeep.
2. Controleer de afdichtingen
regelmatig en wrijf ze schoon om u
ervan te verzekeren dat ze schoon
en vrij van restjes zijn.
3. Spoel ze af en maak ze grondig
droog.
4. Maak indien toegankelijk de
condensor en de compressor aan de
achterkant van het apparaat schoon
met een borstel.
Deze handeling zal de prestatie van
het apparaat verbeteren en het
elektriciteitsverbruik besparen.
5.3 Ontdooien
Uw apparaat is rijpvrij. Dit betekent dat er
geen rijp gevormd wordt als het vriesvak
werkt, noch op de binnenwanden, noch
op het voedsel. Dit komt door de
continue circulatie van koude lucht
binnen het vak door een automatisch
aangedreven ventilator. Het dooiwater
loopt via een gootje in een speciale
opvangbak aan de achterkant van het
apparaat, boven de compressormotor,
waar het verdampt.
Het is belangrijk om het afvoergaatje van
het dooiwater in het midden van het
koelvak regelmatig schoon te maken om
te voorkomen dat het water overloopt en
op het voedsel in de koelkast gaat
druppelen.
5.4 Periodes dat het apparaat
niet gebruikt wordt
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen als het apparaat
gedurende lange tijd niet gebruikt wordt:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Verwijder al het voedsel.
3. Maak het apparaat en alle
toebehoren schoon.
4. Laat de deur/deuren open staan om
onaangename luchtjes te
voorkomen.
6. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
6.1 Problemen oplossen
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat maakt la‐
waai.
Het apparaat is niet stevig
en stabiel geplaatst.
Controleer of het apparaat
stabiel staat.
www.electrolux.com22
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Er is een hoorbaar of
zichtbaar alarm.
De kist is kortgeleden
aangezet of de tempera‐
tuur is nog steeds te
hoog.
Zie 'Deur Open Alarm' of
'Alarm Hoge Temperatuur'.
De temperatuur in het ap‐
paraat is te hoog.
Zie 'Deur Open Alarm' of
'Alarm Hoge Temperatuur'.
Het lampje werkt niet. Het lampje staat in de
stand-by-stand.
Sluit en open de deur.
Het lampje werkt niet. Het lampje is stuk. Neem contact op met de
dichtstbijzijnde klantenservi‐
ce.
De compressor werkt con‐
tinu.
De temperatuur is niet
goed ingesteld.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Bediening/bedieningspa‐
neel'.
Er worden veel producten
tegelijk geplaatst.
Wacht een paar uur en con‐
troleer dan nogmaals de
temperatuur.
De omgevingstempera‐
tuur is te hoog.
Zie het typeplaatje voor de
klimaatklasse.
Het voedsel dat in het ap‐
paraat werd geplaatst,
was te warm.
Laat voedsel afkoelen tot ka‐
mertemperatuur voordat u
het opslaat.
De functie FastFreeze is
ingeschakeld.
Raadpleeg de "functie Fast‐
Freeze".
De compressor start niet
onmiddellijk na het druk‐
ken op FastFreeze of na
het veranderen van de
temperatuur.
Dit is normaal, er is geen
storing.
De compressor start na een
korte tijd.
Er loopt water in de koel‐
kast.
De waterafvoer is ver‐
stopt.
Reinig de waterafvoer.
Producten verhinderen
dat het water in de water‐
opvangbak loopt.
Zorg ervoor dat de produc‐
ten de achterwand niet ra‐
ken.
Er ligt water op de vloer. De dooiwaterafvoer is niet
aangesloten op de ver‐
damperbak boven de
compressor.
Maak de dooiwaterafvoer
vast op de verdamperbak.
NEDERLANDS 23
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De temperatuur kan niet
worden ingesteld.
De functie FastFreeze of
ShoppingMode is inge‐
schakeld.
Schakel FastFreeze or
ShoppingMode handmatig
uit, of wacht tot de functie
automatisch reset om de
temperatuur in te stellen. Zie
"FastFreeze of ShoppingMo‐
de functie".
De temperatuur in het ap‐
paraat is te laag/hoog.
De temperatuurknop is
niet goed ingesteld.
Stel een hogere/lagere tem‐
peratuur in.
De temperatuur van het
voedsel is te hoog.
Laat het voedsel afkoelen tot
kamertemperatuur voordat u
het conserveert.
Er werden veel producten
tegelijk geplaatst.
Conserveer minder produc‐
ten tegelijk.
De functie FastFreeze is
ingeschakeld.
Raadpleeg de "functie Fast‐
Freeze".
Er bevindt zich teveel con‐
denswater op de achter‐
wand van de koelkast.
De deur is te vaak geo‐
pend.
Open de deur alleen als het
nodig is.
De deur is niet volledig
gesloten.
Zorg ervoor dat de deur vol‐
ledig gesloten is.
Het bewaarde voedsel
was niet ingepakt.
Verpak voedsel in geschikte
materiaal voordat u het in
het apparaat plaatst.
Deur gaat niet makkelijk
open.
U probeerde de deur na
het sluiten meteen weer
te openen.
Wacht een paar seconden
tussen het sluiten en weer
openen van de deur.
Bel, wanneer het advies niet
tot resultaten leidt, de
dichtstbijzijnde
klantenservice voor dit merk.
6.2 Het lampje vervangen
Het apparaat is uitgerust met een LED-
binnenlampje dat een lange levensduur
heeft.
Alleen een onderhoudsmonteur mag de
verlichting vervangen. Neem contact op
met de klantenservice.
7. MONTAGE
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
7.1 Opstelling
Het apparaat moet geïnstalleerd worden
op een droge, goed geventileerde plaats
binnen waar de omgevingstemperatuur
www.electrolux.com24
overeenkomt met de klimaatklasse die
vermeld is op het typeplaatje van het
apparaat:
Kli‐
maat‐
klasse
Omgevingstemperatuur
SN +10°C tot + 32°C
N +16°C tot + 32°C
ST +16°C tot + 38°C
T +16°C tot + 43°C
7.2 Locatie
Het moet mogelijk zijn het
apparaat van de
hoofdstroomtoevoer af te
halen. De stekker moet
daarom na installatie
gemakkelijk toegankelijk zijn.
Het apparaat moet ver van hittebronnen,
zoals radiatoren, boilers, direct zonlicht
enz., vandaan worden geïnstalleerd.
Zorg er voor dat lucht vrij kan circuleren
aan de achterkant van het keukenkastje.
Als het apparaat onder een wandkast
wordt geplaatst, moet de minimale
afstand tussen de bovenkant van de kast
en de wandkast ten minste 100mm
bedragen om optimale prestaties te
garanderen. Voor de beste prestatie kunt
u het apparaat echter beter niet onder
een wandkast zetten. Met de verstelbare
pootjes onderop de kast zorgt u ervoor
dat het apparaat waterpas staat.
A
B
100 mm
min
20 mm
7.3 Nivellering
Zorg ervoor dat het apparaat waterpas
staat wanneer u het plaatst. Deze stand
kan bereikt worden met de twee
afstelbare voetjes die aan de voorkant en
onderkant van het apparaat bevestigd
zijn.
7.4 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
Zorg er vóór het aansluiten voor dat
het voltage en de frequentie op het
typeplaatje overeenkomen met de
stroomtoevoer in uw huis.
Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact. De netsnoerstekker is
voorzien van een contact voor dit doel
Als het stopcontact niet geaard is,
sluit het apparaat dan aan op een
afzonderlijk aardepunt, in
overeenstemming met de geldende
regels, raadpleeg hiervoor een
gekwalificeerd elektricien
De fabrikant kan niet aansprakelijk
gesteld worden als bovenstaande
veiligheidsvoorschriften niet
opgevolgd worden.
Dit apparaat voldoet aan de EEG-
richtlijnen.
7.5 Omkeerbaarheid van de
deur
Als u de openingsrichting van de deur
wenst te wijzigen, neemt u contact op
met de dichtstbijzijnde klantenservice.
Een vakman van de klantenservice zal
de draairichting van de deuren op uw
kosten veranderen.
NEDERLANDS 25
8. TECHNISCHE GEGEVENS
Hoogte 1850 mm
Breedte 595 mm
Diepte 647 mm
Maximale bewaartijd bij
stroomuitval
18 u
Spanning 230 – 240 V
Tijd 50 Hz
De technische gegevens staan op het
typeplaatje aan de binnen- of buitenkant
van het apparaat en op het energielabel.
9. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
elektronische apparaten. Gooi apparaten
gemarkeerd met het symbool niet weg
met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de
gemeente.
www.electrolux.com26

Documenttranscriptie

NEDERLANDS 15 INHOUDSOPGAVE 1. VEILIGHEIDSINFORMATIE............................................................................. 16 2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.................................................................... 17 3. BEDIENINGSPANEEL..................................................................................... 19 4. DAGELIJKS GEBRUIK.....................................................................................20 5. ONDERHOUD EN REINIGING........................................................................ 21 6. PROBLEEMOPLOSSING.................................................................................22 7. MONTAGE .......................................................................................................24 8. TECHNISCHE GEGEVENS............................................................................. 26 WE DENKEN AAN U Bedankt voor het kopen van een Electrolux-apparaat. U koos voor een product dat jaren professionele ervaring en innovatie bevat. Ingenieus en stijlvol, het werd ontworpen met u in het achterhoofd. Wanneer u het gebruikt, kunt u er op vertrouwen dat u keer op keer fantastische resultaten zult krijgen. Welkom bij Electrolux. Ga naar onze website voor: Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie: www.electrolux.com/webselfservice Registreer uw product voor een betere service: www.registerelectrolux.com Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat: www.electrolux.com/shop KLANTENSERVICE Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer. Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje. Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu-informatie Wijzigingen voorbehouden. 16 1. www.electrolux.com VEILIGHEIDSINFORMATIE Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige en toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik. 1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen • • • • Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen. Laat kinderen niet met het apparaat spelen. Reiniging en onderhoud van het apparaat mag niet worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht. Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en gooi het op passende wijze weg. 1.2 Algemene veiligheid • • • • Dit apparaat is bedoeld voor huishoudelijk gebruik of gelijksoortige toepassingen zoals: – Boerderijen, personeelskeukens in winkels, kantoren of andere werkomgevingen – Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en andere woonomgevingen Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies; dit geldt zowel voor losstaande als ingebouwde modellen. Gebruik geen mechanische of andere middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen. Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt. NEDERLANDS • • • • • 17 Gebruik geen elektrische apparaten in de koelkast, tenzij deze door de fabrikant worden aanbevolen. Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te reinigen. Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen. Bewaar geen explosieve substanties zoals spuitbussen met drijfgas in dit apparaat. Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant, een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen. 2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN 2.1 Montage WAARSCHUWING! Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren. • • • • • • • Verwijder de verpakking en de transportbouten. Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat. Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat. Wees altijd voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat omdat het zwaar is. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel. Zorg ervoor dat rond het apparaat lucht kan circuleren. Bij de eerste installatie of na het omdraaien van de deur moet u minstens 4 uur wachten voordat u het apparaat op de stroom aansluit. Hierdoor kan de olie terug in de compressor stromen. Trek de stekker uit het stopcontact voordat u handelingen aan het apparaat uitvoert (bijv. het omdraaien van de deur). • • • • Installeer het apparaat niet in de nabijheid van radiatoren, fornuizen, ovens of kookplaten. Installeer het apparaat niet op een plaats met direct zonlicht. Gebruik dit apparaat niet in ruimtes die te vochtig of te koud zijn, zoals bijgebouwen, garages of wijnkelders. Til de voorkant van het apparaat op als u hem wilt verplaatsen, om krassen op de vloer te voorkomen. 2.2 Aansluiting op het elektriciteitsnet WAARSCHUWING! Gevaar voor brand en elektrische schokken. • • • • • Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. Zorg ervoor dat de parameters op het vermogensplaatje overeenkomen met elektrische vermogen van de netstroom. Gebruik altijd een juist geïnstalleerd schokbestendig stopcontact. Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren. Zorg dat u de elektrische onderdelen (hoofdstekker, kabel, compressor) 18 www.electrolux.com • • • niet beschadigt. Neem contact met de erkende servicedienst of een elektricien om de elektrische onderdelen te wijzigen. De stroomkabel moet lager blijven dan het niveau van de stopcontact. Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is. Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker. • • 2.4 Binnenverlichting • • • • • • • • • • • De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd. Plaats geen elektrische apparaten (bijv. ijsmachines) in het apparaat tenzij uitdrukkelijk geschikt verklaard door de fabrikant. Zorg ervoor dat u het koelcircuit niet beschadigt. Het bevat isobutaan (R600a), aardgas met een hoge ecologische compatibiliteit. Dit gas is ontvlambaar. Als er schade aan het koelcircuit optreedt, zorg er dan voor dat er zich geen vlammen en andere ontstekingsbronnen in de kamer bevinden. Ventileer de kamer goed. Zet geen hete items op de kunststofonderdelen van het apparaat. Plaats geen koolzuurhoudende dranken in het vriesvak. Dit zal extra druk in de drankfles veroorzaken. Bewaar geen ontvlambare gassen en vloeistoffen in het apparaat. Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat. Raak de compressor of condensator niet aan. Ze zijn heet. Zorg ervoor dat u nooit met natte of vochtige handen items uit het vriesvak verwijderd of aanraakt. Het type lampje gebruikt voor dit apparaat is niet geschikt voor de verlichting van huishoudelijke ruimten. 2.5 Onderhoud en reiniging WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of schade aan het apparaat. 2.3 Gebruik WAARSCHUWING! Gevaar op letsel, brandwonden of elektrische schokken. Vries ontdooide voedingswaren nooit opnieuw in. Bewaar de voedingswaren volgens de instructies op de verpakking. • • • Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht. Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen. Enkel bevoegde personen mogen de eenheid onderhouden en herladen. Controleer regelmatig de afvoer van het apparaat en reinig het indien nodig. Indien de afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van het apparaat liggen. 2.6 Verwijdering WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of verstikking. • • • • • • Haal de stekker uit het stopcontact. Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg. Verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen en huisdieren opgesloten raken in het apparaat. Het koelcircuit en de isolatiematerialen van dit apparaat zijn ozonvriendelijk. Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen. Neem contact met uw plaatselijke overheid voor informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van het apparaat. Veroorzaak geen schade aan het deel van de koeleenheid dat zich naast de warmtewisselaar bevindt. NEDERLANDS 19 3. BEDIENINGSPANEEL 1 8° 5° 2 2° 3 4 1 Temperatuurschaal 2 EcoMode-pictogram 3 FastFreeze-pictogram 4 Temperatuurtoets 3.1 Inschakelen gaat het overeenkomende ledlampje branden. Druk herhaaldelijk op de temperatuurknop tot de vereiste temperatuur is geselecteerd. De instelling wordt vastgezet. 1. Steek de stekker in het stopcontact. 2. Druk om het apparaat aan te zetten op de temperatuurtoets totdat alle ledlampjes gaan branden. Na circa 3 seconden gaan de ledlampjes uit en wordt de temperatuur ingesteld op de standaard instelling (EcoMode). Ledaanduiding naast het symbool EcoMode brandt. 3.2 Uitschakelen 1. Zet het apparaat uit door 3 seconden de temperatuurtoets ingedrukt te houden. Alle ledlampjes zullen uitgaan. 2. Trek de stekker uit het stopcontact om de stroomtoevoer naar het apparaat af te sluiten. 3.3 Temperatuurregelaar Druk op de temperatuurtoets om de temperatuur te reguleren. Bij iedere druk op de toets gaat de ingestelde temperatuur met 1 stand omhoog en De selectie loopt van +2°C tot +8°C. Koudste instelling: +2°C. Warmste instelling: +8°C Meest geschikte instelling: EcoMode (+3 tot +4°C). Houd bij de instellingskeuze rekening met het feit dat de temperatuur in het apparaat afhankelijk is van: • de kamertemperatuur • de frequentie waarmee de deur wordt geopend • de hoeveelheid etenswaren die wordt bewaard • de plek van het apparaat. 3.4 Slaapmodus van het display Als er binnen 30 seconden geen interactie met het apparaat is, schakelt het display naar de slaapmodus. Alleen het ledlampje dat overeenkomt met de huidige ingestelde temperatuur brandt 20 www.electrolux.com zwak. Alle andere ledlampjes zijn uit. Druk op de temperatuurtoets om deze modus uit te schakelen. 3.5 EcoMode In deze modus wordt de temperatuur ingesteld tussen de +3 en +4°C. Dit is de beste temperatuur om voedsel correct te bewaren bij een minimaal energieverbruik. Om de modus EcoMode in te schakelen drukt u herhaaldelijk op de temperatuurknop totdat het LED-lampje naast het pictogram EcoMode gaat branden. 3.6 FastFreeze-functie Als u een grote hoeveelheid warme etenswaren in het koelvak wilt opbergen (bijvoorbeeld nadat u boodschappen heeft gedaan) of de temperatuur in het vriesvak snel laat dalen om verse etenswaren snel in te vriezen, raden wij aan de FastFreeze-functie in te schakelen voor de juiste opslag van etenswaren. Druk voor het activeren van deze functie de temperatuurtoets herhaaldelijk in totdat het ledlampje naast het FastFreeze-pictogram gaat branden. Ook gaat het ledlampje dat overeenkomt met +2°C branden. Deze functie stopt automatisch na 52 uur. Als de functie uitschakelt, is de voorgaande temperatuurinstelling hersteld. U kunt deze functie op elk moment uitschakelen door op de temperatuurtoets te drukken en een nieuwe temperatuur in te stellen. Deze functie hoort zowel bij het koel- en vriesvak. 3.7 Indicator voor open deur (alleen beschikbaar op geselecteerde modellen) Als de deur gedurende circa 5 minuten open is blijven staan, activeert de indicator voor open deur. De temperatuurtoets en het ledlampje van de huidige ingestelde temperatuur knipperen. U kunt deze indicator uitschakelen door de deur te sluiten of om de temperatuurtoets te drukken. 4. DAGELIJKS GEBRUIK 4.1 Invriezen van vers voedsel Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en om diepvriesvoedsel langere tijd te bewaren. Om vers voedsel in te vriezen, activeer de FastFreeze-functie ten minste 24 uur voordat u het in te vriezen voedsel in het vriesvak legt. Plaats het verse in te vriezen voedsel het onderste vak. De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden, staat vermeld op het typeplaatje, een etiket dat zich aan de binnenkant van het apparaat bevindt. Het invriesproces duurt 24 uur. voeg tijdens deze periode geen ander voedsel toe om in te vriezen. Wanneer het invriesproces is voltooid, de vereiste temperatuur weer instellen (zie "FastFreeze-functie"). In deze conditie komt de temperatuur in het koelkastgedeelte mogelijk onder de 0°C. Als dit het geval is, stelt u de thermostaatknop weer in op een warmere instelling. NEDERLANDS 4.2 Het bewaren van ingevroren voedsel Als u het apparaat voor het eerst of na een periode dat het niet gebruikt is inschakelt, dient u het apparaat minstens 2 uur te laten werken met de FastFreeze functie ingeschakeld. Als er grote hoeveelheden voedsel bewaard moeten worden, dient u alle laden en korven uit het apparaat te verwijderen en het voedsel op het glazen schap te zetten, hiermee verkrijgt u het beste resultaat. In het geval van onbedoelde ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder "tijdsduur" is vermeld, moet het ontdooide voedsel snel geconsumeerd worden of onmiddellijk bereid worden en dan weer worden ingevroren (nadat het afgekoeld is) Bewaar het voedsel op alle schappen met een afstand van minstens 20 mm van de achterwand en minstens 15 mm van de deur. 4.4 FREESTORE Met de FREESTORE-functie worden etenswaren snel gekoeld en wordt de temperatuur in het koelvak gelijkmatiger behouden. Het wordt aangeraden de functie FREESTORE in te schakelen als de kamertemperatuur hoger dan 25° C is. Om het FREESTORE-apparaat in te schakelen drukt u op de knop die erop zit. Het groene lampje gaat aan. Als u het apparaat uitschakelt, vergeet dan niet ook de ventilator uit te zetten door nogmaals op de knop te drukken. Het groene lampje gaat uit. 4.3 Voedsel bewaren in het koelvak Dek het voedsel af of verpak het, in het bijzonder als het een sterke geur heeft. 5. ONDERHOUD EN REINIGING WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 5.1 De binnenkant schoonmaken Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af. 21 Plaats het voedsel zodanig dat de lucht er vrij omheen kan circuleren. LET OP! Gebruik geen reinigingsmiddelen, schuurpoeders, chloor of reinigers op oliebasis. Deze beschadigen de afwerking. 5.2 Periodieke reiniging LET OP! Trek niet aan leidingen en/of kabels aan de binnenkant van de kast en verplaats of beschadig ze niet. 22 www.electrolux.com LET OP! Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt. LET OP! Til de voorkant van de koelkast op als u hem wilt verplaatsen, om krassen op de vloer te voorkomen. Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt: 1. Maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutrale zeep. 2. Controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren dat ze schoon en vrij van restjes zijn. 3. Spoel ze af en maak ze grondig droog. 4. Maak indien toegankelijk de condensor en de compressor aan de achterkant van het apparaat schoon met een borstel. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat verbeteren en het elektriciteitsverbruik besparen. 5.3 Ontdooien Uw apparaat is rijpvrij. Dit betekent dat er geen rijp gevormd wordt als het vriesvak werkt, noch op de binnenwanden, noch op het voedsel. Dit komt door de continue circulatie van koude lucht binnen het vak door een automatisch aangedreven ventilator. Het dooiwater loopt via een gootje in een speciale opvangbak aan de achterkant van het apparaat, boven de compressormotor, waar het verdampt. Het is belangrijk om het afvoergaatje van het dooiwater in het midden van het koelvak regelmatig schoon te maken om te voorkomen dat het water overloopt en op het voedsel in de koelkast gaat druppelen. 5.4 Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt Neem de volgende voorzorgsmaatregelen als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt: 1. Trek de stekker uit het stopcontact. 2. Verwijder al het voedsel. 3. Maak het apparaat en alle toebehoren schoon. 4. Laat de deur/deuren open staan om onaangename luchtjes te voorkomen. 6. PROBLEEMOPLOSSING WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 6.1 Problemen oplossen Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Het apparaat maakt la‐ waai. Het apparaat is niet stevig Controleer of het apparaat en stabiel geplaatst. stabiel staat. NEDERLANDS Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Er is een hoorbaar of zichtbaar alarm. De kist is kortgeleden aangezet of de tempera‐ tuur is nog steeds te hoog. Zie 'Deur Open Alarm' of 'Alarm Hoge Temperatuur'. 23 De temperatuur in het ap‐ Zie 'Deur Open Alarm' of paraat is te hoog. 'Alarm Hoge Temperatuur'. Het lampje werkt niet. Het lampje staat in de stand-by-stand. Sluit en open de deur. Het lampje werkt niet. Het lampje is stuk. Neem contact op met de dichtstbijzijnde klantenservi‐ ce. De compressor werkt con‐ De temperatuur is niet tinu. goed ingesteld. Raadpleeg het hoofdstuk 'Bediening/bedieningspa‐ neel'. Er worden veel producten Wacht een paar uur en con‐ tegelijk geplaatst. troleer dan nogmaals de temperatuur. De omgevingstempera‐ tuur is te hoog. Zie het typeplaatje voor de klimaatklasse. Het voedsel dat in het ap‐ Laat voedsel afkoelen tot ka‐ paraat werd geplaatst, mertemperatuur voordat u was te warm. het opslaat. De functie FastFreeze is ingeschakeld. Raadpleeg de "functie Fast‐ Freeze". De compressor start niet onmiddellijk na het druk‐ ken op FastFreeze of na het veranderen van de temperatuur. Dit is normaal, er is geen storing. De compressor start na een korte tijd. Er loopt water in de koel‐ kast. De waterafvoer is ver‐ stopt. Reinig de waterafvoer. Producten verhinderen dat het water in de water‐ opvangbak loopt. Zorg ervoor dat de produc‐ ten de achterwand niet ra‐ ken. Er ligt water op de vloer. De dooiwaterafvoer is niet Maak de dooiwaterafvoer aangesloten op de ver‐ vast op de verdamperbak. damperbak boven de compressor. 24 www.electrolux.com Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing De temperatuur kan niet worden ingesteld. De functie FastFreeze of ShoppingMode is inge‐ schakeld. Schakel FastFreeze or ShoppingMode handmatig uit, of wacht tot de functie automatisch reset om de temperatuur in te stellen. Zie "FastFreeze of ShoppingMo‐ de functie". De temperatuur in het ap‐ paraat is te laag/hoog. De temperatuurknop is niet goed ingesteld. Stel een hogere/lagere tem‐ peratuur in. De temperatuur van het voedsel is te hoog. Laat het voedsel afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het conserveert. Er werden veel producten Conserveer minder produc‐ tegelijk geplaatst. ten tegelijk. De functie FastFreeze is ingeschakeld. Raadpleeg de "functie Fast‐ Freeze". Er bevindt zich teveel con‐ De deur is te vaak geo‐ denswater op de achter‐ pend. wand van de koelkast. Open de deur alleen als het nodig is. De deur is niet volledig gesloten. Zorg ervoor dat de deur vol‐ ledig gesloten is. Het bewaarde voedsel was niet ingepakt. Verpak voedsel in geschikte materiaal voordat u het in het apparaat plaatst. U probeerde de deur na het sluiten meteen weer te openen. Wacht een paar seconden tussen het sluiten en weer openen van de deur. Deur gaat niet makkelijk open. Bel, wanneer het advies niet tot resultaten leidt, de dichtstbijzijnde klantenservice voor dit merk. Alleen een onderhoudsmonteur mag de verlichting vervangen. Neem contact op met de klantenservice. 6.2 Het lampje vervangen Het apparaat is uitgerust met een LEDbinnenlampje dat een lange levensduur heeft. 7. MONTAGE WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 7.1 Opstelling Het apparaat moet geïnstalleerd worden op een droge, goed geventileerde plaats binnen waar de omgevingstemperatuur NEDERLANDS overeenkomt met de klimaatklasse die vermeld is op het typeplaatje van het apparaat: Kli‐ maat‐ klasse Omgevingstemperatuur SN +10°C tot + 32°C N +16°C tot + 32°C ST +16°C tot + 38°C T +16°C tot + 43°C 25 7.3 Nivellering Zorg ervoor dat het apparaat waterpas staat wanneer u het plaatst. Deze stand kan bereikt worden met de twee afstelbare voetjes die aan de voorkant en onderkant van het apparaat bevestigd zijn. 7.2 Locatie Het moet mogelijk zijn het apparaat van de hoofdstroomtoevoer af te halen. De stekker moet daarom na installatie gemakkelijk toegankelijk zijn. 100 mm min Het apparaat moet ver van hittebronnen, zoals radiatoren, boilers, direct zonlicht enz., vandaan worden geïnstalleerd. Zorg er voor dat lucht vrij kan circuleren aan de achterkant van het keukenkastje. Als het apparaat onder een wandkast wordt geplaatst, moet de minimale afstand tussen de bovenkant van de kast en de wandkast ten minste 100mm bedragen om optimale prestaties te garanderen. Voor de beste prestatie kunt u het apparaat echter beter niet onder een wandkast zetten. Met de verstelbare pootjes onderop de kast zorgt u ervoor dat het apparaat waterpas staat. 7.4 Aansluiting op het elektriciteitsnet • • • • Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typeplaatje overeenkomen met de stroomtoevoer in uw huis. Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. De netsnoerstekker is voorzien van een contact voor dit doel Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aardepunt, in overeenstemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd elektricien De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden als bovenstaande veiligheidsvoorschriften niet opgevolgd worden. Dit apparaat voldoet aan de EEGrichtlijnen. 7.5 Omkeerbaarheid van de deur 20 mm A B Als u de openingsrichting van de deur wenst te wijzigen, neemt u contact op met de dichtstbijzijnde klantenservice. Een vakman van de klantenservice zal de draairichting van de deuren op uw kosten veranderen. 26 www.electrolux.com 8. TECHNISCHE GEGEVENS Hoogte 1850 mm Spanning 230 – 240 V Breedte 595 mm Tijd 50 Hz Diepte 647 mm Maximale bewaartijd bij stroomuitval 18 u De technische gegevens staan op het typeplaatje aan de binnen- of buitenkant van het apparaat en op het energielabel. 9. MILIEUBESCHERMING Recycle de materialen met het symbool . Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen. Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van elektrische en elektronische apparaten. Gooi apparaten gemarkeerd met het symbool niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56

Electrolux EN3454MFX Handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Handleiding