Marantec Comfort 50 de handleiding

Type
de handleiding
www.marantec.com
Gebruiksaanwzing
Uitgave: 05.20201
NL
Aandrijfsysteem voor garagedeuren
Comfort 50, 60
·
2 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
Inhoudsopgave
1. Veiligheidsinformatie .................................3
1.1 Bedoeld gebruik ................................3
1.2 Doelgroepen ....................................3
1.3 Algemene veiligheidsinstructies ..................3
2. Productinformatie ................................... 4
2.1 Leveromvang aandrving ........................4
2.2 Technische gegevens ............................5
2.3 Deurvarianten ..................................6
2.4 Toepassingsvoorbeeld ...........................6
3. Montage .............................................7
3.1 Veiligheidsinstructies voor montage ..............7
3.2 Montagevoorbereidingen ........................7
3.3 Montage van aandrving .........................7
3.4 Aansluiting .................................... 11
3.5 Afronden van de montage .......................16
4. Inbedrfstelling .....................................17
4.1 Veiligheidsinstructies voor inbedrfstelling .......17
4.2 Overzicht van besturing .........................17
4.3 Fabrieksinstellingen ............................18
4.4 Snelprogrammering ............................18
4.5 Functiecontrole ................................19
4.6 Speciale programmering ........................20
5. Bediening .......................................... 23
5.1 Veiligheidsinstructies voor bediening .............23
5.2 Handzender ...................................24
5.3 Ontgrendeling .................................25
6. Verzorging ......................................... 25
7. Onderhoud ......................................... 25
7.1 Onderhoudswerkzaamheden door de exploitant ...25
7.2 Onderhoudswerkzaamheden door gekwaliceerd,
geschoold vakpersoneel ........................26
8. Demontage ........................................ 26
9. Recycling .......................................... 26
10. Opheffen van storingen ............................. 26
11. Blage ............................................. 28
11.1 Produsenterklæring ............................28
11.2 Radiograsche conformiteit .....................28
Over dit document
Originele handleiding.
Onderdeel van het product.
Absoluut lezen en bewaren.
Auteursrechtelk beschermd.
Reproductie, ook als uittreksel, alleen met onze toestemming.
Wzigingen die dienen voor de technische vooruitgang zn
voorbehouden.
Alle maataanduidingen in millimeter.
Afbeeldingen zn niet op schaal.
Veiligheidsinstructies
WAARSCHUWING!
Veiligheidsinstructie b een gevaar, dat tot de dood of zwaar
letsel kan leiden.
VOORZICHTIG!
Veiligheidsinstructie b een gevaar, dat tot licht of middelmatig
letsel kan leiden.
OPMERKING
Veiligheidsinstructie b een gevaar, dat tot beschadiging of
vernieling van het product kan leiden.
Uitleg van symbolen
Handeling
Controle
Lst, opsomming
Verwzing naar andere locaties in dit document
Verwzingen naar separate documenten die moeten worden
opgevolgd
) Fabrieksinstelling
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 3
NL
1. Veiligheidsinformatie
WAARSCHUWING!
Levensgevaardoorhetnietopvolgenvandegebruiksaanwzing!
Deze handleiding bevat belangrke informatie voor een veilige
omgang met het product. Er wordt speciale aandacht besteed
aan mogelke gevaren.
Lees deze handleiding zorgvuldig door.
De veiligheidsinstructies in deze handleiding moeten worden
opgevolgd.
De handleiding vr toegankelk opbergen.
1.1 Bedoeld gebruik
Het aandrfsysteem is uitsluitend bedoeld voor het openen en
sluiten van deuren.
Gebruik is uitsluitend toegestaan:
B sectionale en zwenkdeuren met gewichtscompensatie en
valbeveiliging.
In droge ruimten.
In het particuliere toepassingsgebied.
In technisch probleemloze toestand.
Na correcte montage.
In overeenstemming met de specicaties in de technische
gegevens.
„2.2 Technische gegevens“
Elk ander gebruik geldt als niet bedoeld gebruik.
1.2 Doelgroepen
1.2.1 Exploitant
De exploitant is verantwoordelk voor het gebouw waarin het
product wordt gebruikt. De exploitant heeft de volgende taken:
Kennis en bewaren van de gebruiksaanwzing.
Instrueren van iedereen die het deursysteem gebruikt.
Zorgen dat het deursysteem regelmatig wordt gecontroleerd en
onderhouden door gekwaliceerd personeel.
Zorgen dat controles en onderhoud in het logboek worden
gedocumenteerd.
Bewaren van het logboek.
1.2.2 Vakpersoneel
Gekwaliceerd vakpersoneel is verantwoordelk voor montage,
inbedrfstelling, onderhoud, reparatie, demontage en recycling.
Eisen aan gekwaliceerd vakpersoneel:
Kennis van de algemene en speciale veiligheids- en
ongevalpreventievoorschriften.
Kennis van de geldende elektrotechnische voorschriften.
Opleiding m.b.t. het gebruik en de verzorging van geschikte
veiligheidsuitrusting.
Kennis m.b.t. de toepassing van de volgende normen
EN 12635 („Industriële, bedrfs- en garagedeuren en hekken -
Installatie en gebruik“),
EN 12453 („Industriële, bedrfs- en garagedeuren en hekken -
Gebruiksveiligheid van aangedreven deuren - Eisen“),
EN 12445 („Industriële, bedrfs- en garagedeuren en
hekken - Gebruiksveiligheid van aangedreven deuren -
Beproevingsmethoden“).
EN 13241-1 („Industriële en commerciële garagedeuren en
-poorten - Productnorm - Deel 1: Producten zonder vuur of
rookweerstandkarakteristieken“)
Elektrotechnische werkzaamheden alleen laten uitvoeren door
gekwaliceerde elektromonteurs conform DINVDE0100.
Eisen aan gekwaliceerde elektromonteurs:
Kennis van grondbeginselen van de elektrotechniek.
Kennis van landspecieke bepalingen en normen.
Kennis van de van toepassing znde veiligheidsvoorschriften.
Kennis van deze gebruiksaanwzing.
1.2.3 Gebruiker
Geïnstrueerde gebruikers bedienen en onderhouden het product.
Eisen aan geïnstrueerde gebruikers:
Gebruikers worden door de exploitant geïnstrueerd m.b.t. hun
werkzaamheden.
Gebruikers worden geïnstrueerd m.b.t. het veilig gebruik van
het product.
Kennis van deze gebruiksaanwzing.
Voor de volgende personen gelden speciale eisen:
Kinderen van 8 jaar en ouder.
Personen met verminderde fysieke, sensorische of mentale
capaciteiten.
Personen met gebrek aan ervaring en kennis.
Deze gebruikers mogen het product alleen bedienen.
Bzondere eisen:
Gebruikers staan onder toezicht.
Gebruikers worden geïnstrueerd m.b.t. het veilig gebruik van
het product.
Gebruikers begrpen de gevaren b de omgang met het product.
Kinderen mogen niet spelen met het product.
1.3 Algemene veiligheidsinstructies
Personen of voorwerpen mogen niet worden bewogen door de deur.
In de volgende gevallen accepteert de fabrikant geen
aansprakelkheid voor schade. De garantie voor het product en
accessoires vervalt b:
Het niet opvolgen van deze gebruikshandleiding.
Niet bedoeld en ondeskundig gebruik.
Inzet van niet gekwaliceerd personeel.
Ombouwwerkzaamheden of wzigingen aan het product.
Toepassing van reserveonderdelen, die niet door de fabrikant
zn geproduceerd of vrgegeven.
Het product wordt volgens de in de inbouwverklaring opgegeven
richtlnen en normen geproduceerd. Het product heeft de fabriek
in een veiligheidstechnisch probleemloze toestand verlaten.
Uitgesloten van de garantie zn batteren, accu‘s, zekeringen en
lichtmiddelen.
Meer veiligheidsinstructies staan in de betreffende paragrafen
van het document.
„3.1 Veiligheidsinstructies voor montage“
„4.1 Veiligheidsinstructies voor inbedrfstelling“
„5.1 Veiligheidsinstructies voor bediening“
4 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
2. Productinformatie
2.1 Leveromvangaandrving
Controleer op basis van de tabel de leveringsomvang van uw
productvariant.
Landspecieke afwkingen zn mogelk.
Pos.
1
1x
2
1x
3
1x
4
1x
5
1x
Pos. #1 A B
6
2x 2x
7
1x 1x
8
2x 2x
9
1x
Pos. #1 A B
10
1x
11
1x
Pos. #2 A B
12
4x 4x
13
1x 1x
14
1x 1x
15
1x 1x
16
1x
17
1x
18
4x
Pos. #3
19
6x
20
6x
21
6x
Pos. Waarschuwingslabels
18
1x
19
1x
Pos. Handzender
20
1x
21
1x
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 5
NL
2.2 Technische gegevens
Elektrische gegevens
Netspanning, land- specieke
afwkingen mogelk*
V
EU 230
JP 100
US 120
Netfrequentie * Hz 50 / 60
Stroomopname* A
EU 1,1
JP 2,5
US 2,1
Vermogensopname bedrf** kW 0,25
Vermogensopname stand-by** W ca. 8
Inschakelduur min KB 2
Stuurspanning V DC 24
Beschermingsgraad aandrving IP 20
Veiligheidsklasse II
* De aandrvingsspecieke waarden kunt u vinden op het
typeplaatje van het motoraggregaat.
** Zonder aangesloten accessoires
Mechanische gegevens
Max. trek- en drukkracht
Comfort 50
Comfort 60
N
N
550
650
Max. loopsnelheid mm/s 160
Openingstd, deurspeciek s ca. 14
Omgevingsgegevens
Afmetingen aandrfsysteem
125
180
330
Gewicht (totaal) kg 5,1
Geluidsdrukniveau dB(A) < 70
Omgevingsgegevens
Temperatuurbereik
°C -20
°C +60
Toepassingsbereik Comfort
50 60
kanteldeur
max. deurbreedte
max. deurgewicht
mm
kg
3.500
80
3.500
100
enkelwandige
sectionaaldeuren
max. deurbreedte
max. deurgewicht
mm
kg
5.000
80
5.000
100
dubbelwandige
sectionaaldeuren
max. deurbreedte
max. deurgewicht
mm
kg
3.500
80
3.500
100
Kantel- en luifeldeuren
max. deurbreedte
max. deurhoogte
max. deurgewicht
mm
mm
kg
3.500
2.250
80
3.500
2.250
100
max. cycli per uur. cph 2 2
max. cycli per dag cpd 16 16
6 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
2.3 Deurvarianten
De leveromvang met de betreffende aandrfrails is geschikt voor de
volgende deurvarianten.
Uitzwenkende kanteldeur (zwenkdeur)
2.3 / 1
Sectionale deur
2.3 / 2
Voor de hierna volgende deurvarianten zn speciale accessoires
vereist.
Niet uitzwenkende kanteldeur
2.3 / 3
Verticale sectionale deur
2.3 / 4
2.4 Toepassingsvoorbeeld
2.4 / 1
1
4
1
3
2
De deurinstallatie is afgebeeld als voorbeeld en kan afhankelk van
het deurtype en de uitrusting afwken. De afgebeelde installatie
bestaat uit de volgende componenten:
1 Fotocel
2 Sleutelschakelaar
3 Kolom (voor codeschakelaar, transponder, …)
4 Signaallamp
Meer informatie over accessoires kunt u vinden op de
internetpagina van de fabrikant.
B de montage en bekabeling van deursensoren, bedienings- en
veiligheidselementen, moeten de betreffende handleidingen
van de fabrikant worden opgevolgd.
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 7
NL
B garages zonder tweede ingang:
Rust de garagedeur uit met een noodontkoppeling om in geval
van een storing toch de garage in te kunnen.
Wanneer een ontgrendelingsset wordt gebruikt:
Controleer de juiste werking van de deurvergrendelingen.
De deurvergrendelingen mogen in geen geval buiten werking
worden gesteld.
Als er geen ontkoppelingsset wordt gebruikt:
Verwder de deurvergrendelingen of stel de
deurvergrendelingen buiten werking.
INFORMATIE
Voor gebruik en installatie van toehoren dienen de bbehorende
documenten in acht te worden genomen.
3.3 Montagevanaandrving
3.3 / 1
3.3 / 2
3.3 / 2 a
ø 5
3. Montage
3.1 Veiligheidsinstructies voor montage
WAARSCHUWING!
Gevaardoornietopvolgenvanmontage-instructie!
Dit hoofdstuk bevat belangrke informatie over veilige montage
van het product.
Lees dit hoofdstuk voor de montage zorgvuldig door.
De veiligheidsinstructies opvolgen.
De montage uitvoeren zoals is beschreven.
Montage uitsluitend door gekwaliceerd vakpersoneel.
„1.2.2 Vakpersoneel“
Elektrotechnische werkzaamheden alleen laten uitvoeren door
gekwaliceerde elektromonteurs.
„1.2.2 Vakpersoneel“
Voor de montage moet worden gezorgd, dat de elektrische
voeding onderbroken is en blft. De voedingsspanning wordt
pas ingeschakeld nadat hier naar wordt gevraagd in de
betreffende montagestap.
Lokale veiligheidsvoorschriften moeten in worden opgevolgd.
Stroom- en besturingskabels moeten absoluut gescheiden
worden gelegd. De stuurspanning is 24 V DC.
De deur moet zich mechanisch in een goede toestand bevinden:
De deur blft stilstaan in elke positie.
De deur kan eenvoudig worden bewogen.
De deur opent en sluit correct.
Alle pulsgevers en besturingsinrichtingen (bv .
radiocodeschakelaars) moeten binnen het zichtveld van de
deur op veilige afstand van bewegende onderdelen van de
deur worden geïnstalleerd. Houd rekening met een minimale
montagehoogte van 1,5 meter.
Er mag alleen bevestigingsmateriaal worden gebruikt dat
geschikt is voor de bouwmaterialen van het gebouw.
3.2 Montagevoorbereidingen
Voor aanvang van de montage moeten altd de volgende
werkzaamheden worden uitgevoerd.
Leveromvang
Controleer om welke productvariant het gaat en of de
leveromvang compleet is.
Zorgt dat een geschikte aandrfrail beschikbaar is.
Controleer of de benodigde accessoires voor uw
montagesituatie aanwezig zn.
Garage
Controleer of uw garage een geschikte stroomaansluiting en
een netscheidingsinrichting heeft.
Deurinstallatie
Verwder alle niet benodigde onderdelen van de deur
(bv. koorden, kettingen, hoekstukken etc.).
Stel alle apparatuur buiten bedrf die niet nodig is na de
installatie van het aandrfsysteem.
8 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
4x
10
3.3 / 2 b
ø 5
4x
10
OPMERKING
Mogelkeschadeaandeaandrving!
Er mag geen geweld worden gebruikt omdat de vertanding dan
kan beschadigen.
De geleiderail moet voorzichtig op de aandrving worden
gemonteerd.
3.3 / 3
3.3 / 3 a
1x
4x
3.3 / 3 b
1x
4x
3.3 / 4
1x
1x
10
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 9
NL
WAARSCHUWING!
Letselgevaardoorondeskundigehantering!
Vallende onderdelen kunnen tot zwaar letsel leiden.
Beveilig het aandrfsysteem tot aan de bevestiging tegen
vallen.
3.3 / 5
OPMERKING
Mogelkeschadeaanhetdeurblad!
De bovenkant van het deurblad moet op zn hoogste punt van de
openingsbaan 10-50 mm onder de horizontale onderkant van de
geleiderail liggen.
De bevestigingsplaat latei/deurkozn voor de geleiderail moet
in het midden boven het deurbevestigingsproel worden
gemonteerd.
3.3 / 6
10 - 50
ø 10
3.3 / 7
2x
2x
2x
13
3.3 / 8
1.
2.
3.
1x
1x
3.3 / 9
1.
2.
10 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
3.3 / 10
1.
2.
1x
2x
25
3.3 / 11
3.3 / 12
a
b
5-10
3.3 / 12 a
1x
1x
10
a = 90°
b = 9 Nm
3.3 / 12 b
5-10
1.
2.
2.
4x
20
3.3 / 13
3.3 / 14
1.
2.
3.
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 11
NL
3.4 Aansluiting
WAARSCHUWING!
Levensgevaardooreenelektrischeschok!
Het aanraken van spanningvoerende onderdelen kan tot een
elektrische schok, verbrandingen of de dood leiden.
Zorg ervoor dat de stroomvoorziening tdens de
werkzaamheden afgesloten is en blft.
OPMERKING
Gevaar voor materiële schade door ondeskundige montage van
deaandrving!
Externe spanning b de aansluiting XB03 leidt tot vernieling van
de totale elektronica.
Op de klemmen 1, 2 en 4 (XB03) alleen potentiaalvre
contacten aansluiten.
3.4 / 1
0,14 - 1,5 mm
2
8 - 9
Voor het eenvoudig aansluiten is klem XB03 uitgevoerd als
insteekverbinding.
De kabel moet op geschikte wze voor de klem worden gestript.
3.3 / 15
< 90
ø 10
3.3 / 16
2x
2x
2x
3.3 / 17
< 1800
Tip:
De handkabel kan met een zelfklevende kabelhouder op de deur
worden bevestigd.
Dit verhindert dat de handkabel blft haken en beschadigingen
veroorzaakt (bv . b dakdragersystemen).
12 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
3.4.1 Overzicht besturingsaansluitingen
3.4.1 / 1
XB03 XB72XW40
XB03 Aansluiting
„3.4.3 Aansluiting potentiaalvre
schakelaar (XB03)“
XB72 Aansluiting modulaire antenne
„3.4.2 Aansluiting moduleontvanger
(XB72)“
XW40 Aansluiting MS-BUS voor uitbreidingsmodule
3.4.2 Aansluiting moduleontvanger (XB72)
Aansluitmogelkheden:
Moduleontvanger Multi-Bit
Moduleontvanger bi∙linked
3.4.2 / 1
3.4.3 Aansluitingpotentiaalvreschakelaar(XB03)
Productvoorbeelden:
Drukschakelaar
Sleutelschakelaar
Plafondtrekschakelaar
Transpondersysteem
Inductielusdetector
Mogelke functies:
Puls – openen/stoppen/sluiten van een deur
Puls OPEN – openen van een deur
3.4.3 / 1
3
1
2
4
70
71
XB03
3.4.3 / 2
M19E010e
1 GND
2 Puls
Sb1 Pulsschakelaar
3.4.3 / 3
XB03
3
1
2
4
70
71
NO
COM
XB03
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 13
NL
3.4.4 / 3
XB03
3
1
2
4
70
71
+ -
1 2
XB03
3.4.4 Aansluiting schakelaar met voedingsspanning (XB03)
Productvoorbeelden:
Draadloze ontvanger
Transpondersysteem
Inductielusdetector
Mogelke functies:
Puls – openen/stoppen/sluiten van een deur
Puls OPEN – openen van een deur
3.4.4 / 1
3
1
2
4
70
71
XB03
3.4.4 / 2
M19E010e
1 GND
2 Puls
3 24 V DC / max. 50 mA
S1 Maakcontact potentiaalvr
14 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
3.4.5 Aansluiting 2-draads fotocel (XB03)
Mogelke functie:
Aanrakingsloze hindernisdetectie in richting OPEN
3.4.5 / 1
3
1
2
4
70
71
XB03
3.4.5 / 2
M19E010e
70 GND
71 Fotocel
RX Fotocel ontvanger
TX Fotocel zender
3.4.5 / 3
TX
1
2
2
1
RX
XB03
3
1
2
4
70
71
XB03
Een aangesloten fotocel wordt automatisch herkend door de
besturing, zodra de voedingsspanning is aangesloten. De fotocel
kan naderhand worden geprogrammeerd.
Ongewenste fotocellen moeten worden losgekoppeld, voordat
de voedingsspanning wordt aangesloten, omdat de besturing ze
anders herkent.
Menu 9 – Fotocel
Deur keert kort om:
Het aandrfsysteem beweegt de deur kort in de
tegengestelde richting.
Deur keert langdurig om:
Het aandrfsysteem beweegt de deur naar de
eindpositie OPEN.
1 ) Gebruik zonder fotocel
2
2-draads-fotocel
(aansluiting XB03 – klem 70/71)
Deurbeweging DICHT: deur keert langdurig om
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 15
NL
3.4.6 Aansluiting 4-draads fotocel (XB03)
Mogelke functie:
Aanrakingsloze hindernisdetectie in richting OPEN
3.4.6 / 1
XB03
3
1
2
4
70
71
XB03
3.4.6 / 2
M19E010e
3 24 V DC / max. 50 mA
70 GND
71 Fotocel
RX Fotocel ontvanger
TX Fotocel zender
3.4.6 / 3
TX RX
XB03
3
1
2
4
70
71
+ +-
-
13
14
XB03
Menu 9 – Fotocel
Deur keert kort om:
Het aandrfsysteem beweegt de deur kort in de
tegengestelde richting.
Deur keert langdurig om:
Het aandrfsysteem beweegt de deur naar de
eindpositie OPEN.
1 ) Gebruik zonder fotocel
3
Fotocel van derden
(aansluiting XB03 – klem 70/71)
Deurbeweging DICHT: deur keert langdurig om
16 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
3.4.7 Aansluiting loopdeurcontact (XB03)
Voorbeelden:
Loopdeurcontact 8,2kΩ
3.4.7 / 1
3
1
2
4
70
71
XB03
3.4.7 / 2
8,2 k
M19E010e
1 GND
4 Houdcircuit, actief na reset
Sb4 Loopdeurcontact 8,2kΩ
3.4.7 / 3
XB03
3
2
70
71
4
1
8K2
XB03
Na het aansluiten van een accessoires en het daarna inschakelen
van de netspanning, herkend de besturing een accessoire
automatisch.
De deur moet gesloten zn, zodat het loopdeurcontact correct kan
worden herkend.
Het loopdeurcontact (8,2 kΩ) moet voldoen aan Cat. 2, PL c volgens
EN 13849-1.
3.5 Afronden van de montage
Het waarschuwingsbord tegen beknelling permanent
aanbrengen op een opvallende locatie.
Het instructiebord voor de noodontgrendeling aanbrengen b
de handkabel.
Zorg dat na de montage geen onderdelen van de deur uitsteken
in openbare voetpaden of straten.
3.5 / 1
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 17
NL
4. Inbedrfstelling
4.1 Veiligheidsinstructiesvoorinbedrfstelling
WAARSCHUWING!
Gevaardoornietopvolgenvandeinbedrfstellingsinstructies!
Dit hoofdstuk bevat belangrke informatie over de veilige
inbedrfstelling van het product.
Lees dit hoofdstuk voor de inbedrfstelling zorgvuldig door.
De veiligheidsinstructies opvolgen.
De inbedrfstelling uitvoeren zoals beschreven.
Inbedrfstelling uitsluitend door gekwaliceerd vakpersoneel.
„1.2.2 Vakpersoneel“
Ramen, deuren en poorten met krachtaandrving, moeten vóór de
eerste inbedrfstelling en indien nodig, maar minimaal een keer
per jaar, door gekwaliceerd vakpersoneel worden gecontroleerd
met een hiervoor bestemde sluitkrachtmeter (schriftelke
bewsvoering).
De exploitant van de deurinstallatie of de plaatsvervanger hiervan,
moet na de inbedrfstelling van de installatie worden geïnstrueerd
m.b.t. de bediening.
Kinderen mogen niet spelen met de deurbesturing of de
handzender.
Er mogen geen personen of objecten aanwezig zn binnen de
gevarenzone van de deur.
Voordat u door de deuropening moet zn gewaarborgd dat de
deur in deurpositie OPEN staat.
Alle bestaande noodstopvoorzieningen moeten worden
gecontroleerd.
Houd rekening met mogelke knel- en schaarpunten van de
deurinstallatie.
Nooit grpen naar een bewegende deur, in de geleiderails of in
bewegende onderdelen.
De voorschriften van EN 13241-1 („Industrie-, bedrfs- en deuren
en poorten - Productnorm“) moeten worden opgevolgd.
4.2 Overzicht van besturing
Bedieningsonderdelen
Ledweergave
Deur in de richting OPEN bewegen, waarden
verhogen
Deur in de richting DICHT bewegen, waarden
verlagen
P
Programmering starten, waarden bevestigen
en opslaan
Legenda
Ledje uit
Ledje brandt
Ledje knippert langzaam
Ledje knippert snel
Ledje knippert ritmisch
Deurpositie OPEN
Afstandsbediening
Bedrfsklaar
Deurpositie DICHT
Weergave van de waarde (voorbeeld menu´s)
1 9
2 10
3 11
4 12
5 13
18 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
Weergave van de waarde (voorbeeld menu´s)
6 14
7 15
8
De weergave van de waarden kan als volgt plaatsvinden:
langzaam knipperend (menu´s)
Snel knipperend (parameters)
ritmisch knipperend (foutnummers)
4.3 Fabrieksinstellingen
Door middel van een reset kan de aandrving naar de
fabrieksinstellingen worden teruggezet.
„Menu 11 – RESET“
4.4 Snelprogrammering
Voor een correcte inbedrfstelling van het aandrfsysteem moet de
snelprogrammering worden uitgevoerd.
Voorwaarden:
De deur bevindt zich in de deurpositie DICHT.
De geleideslede is gekoppeld.
Als er in de programmeermodus binnen 120 seconden geen van
de toetsen wordt ingedrukt, dan springt de besturing terug naar
de bedrfstoestand. Er wordt een overeenkomstige melding
weergegeven.
„10. Opheffen van storingen“
Voer de snelprogrammering uit.
Na de snelprogrammering moet een functionele test worden
uitgevoerd.
„4.5 Functiecontrole“
OPMERKING
Gevaar voor beschadiging van het motoraggregaat door botsing
metdegeleidesleden!
B het instellen van de garagdeurpositie OPEN, mag de
geleideslede niet met maximale snelheid naar de eindpositie
worden bewogen!
Bedien de deur voorzichtig, met geringe snelheid, naar de
deurpositie OPEN.
Snelprogrammering
1. Programmering van de deurpositie OPEN
Besturing bevindt zich in de
Bedrfsmodus.
P
P > 3 sec. <10 sec.:
Begin van de
snelprogrammering.
Deur in de positie OPEN
bewegen.
P
Eindpositie OPEN opslaan.
2. Programmering van de deurpositie DICHT
Deur in de positie DICHT
bewegen.
P
Eindpositie DICHT opslaan.
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 19
NL
Snelprogrammering
3. Programmeren van de afstandsbediening
Alleen versie bi•linked:
Programmeertoets van
handzender indrukken.
Handzender bedienen.
Handzender loslaten.
P
Afstandsbediening opslaan.
Einde van de
snelprogrammering.
Besturing bevindt zich in de
bedrfsmodus.
4.5 Functiecontrole
4.5.1 Controlerenvandeaandrfkracht
1.
Besturing bevindt zich in de
bedrfsmodus.
2.
De deur moet opengaan
en naar de opgeslagen
eindpositie OPEN bewegen.
3.
De deur moet dicht gaan
en naar de opgeslagen
eindpositie DICHT bewegen.
4.
Het aandrfsysteem moet
de deur in de richting OPEN
resp. in de richting DICHT
bewegen.
5.
Het aandrfsysteem moet
stoppen.
6.
Het aandrfsysteem loopt in
de tegengestelde richting.
4.5.2 Inleerprocedurevoordeaandrfkracht
Het aandrfsysteem leert de maximaal benodigde aandrfkracht
tdens de eerst zes deurbewegingen na het instellen van de deur.
Het aandrfsysteem (met gekoppelde deur) zonder
onderbreking drie keer van de deurpositie DICHT naar de
deurpositie OPEN en terug bewegen.
20 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
4.6 Speciale programmering
WAARSCHUWING!
Letselgevaardoorverkeerdingesteldedeurkrachten!
Ter bescherming van personen, moeten de deurkrachten binnen
bepaalde grenswaarden blven. Worden parameters gewzigd,
kunnen deze grenswaarden worden overschreden. Na wzigen
van instellingen moeten de deurkrachten daarom worden
gecontroleerd om een veilige werking te waarborgen.
Controleer de automatische uitschakeling.
„4.5.3 Controle van de uitschakelautomaat“
Na een reset worden alle parameters teruggezet naar de
fabrieksinstellingen. Aangesloten en correct werkende
veiligheidselementen worden na de reset opnieuw herkend.
Aangesloten accessoires moeten na een reset opnieuw worden
geprogrammeerd.
Voor het waarborgen van een probleemloze werking van de
besturing:
Alle gewenste functies opnieuw programmeren.
De afstandsbediening opnieuw inleren.
Het aandrfsysteem een keer naar de deurpositie OPEN en
DICHT bewegen.
Een aangesloten fotocel wordt automatisch herkend door de
besturing, zodra de voedingsspanning is aangesloten. De fotocel
kan naderhand worden geprogrammeerd.
Ongewenste fotocellen moeten worden losgekoppeld, voordat
de voedingsspanning wordt aangesloten, omdat de besturing ze
anders herkent.
„3.4.5 Aansluiting 2-draads fotocel (XB03)“
„3.4.6 Aansluiting 4-draads fotocel (XB03)“
Na wzigingen in de programmeermodus, moet een
functiecontrole worden uitgevoerd.
„4.5 Functiecontrole“
4.5.3 Controle van de uitschakelautomaat
WAARSCHUWING!
Letselgevaarbgebruikzonderautomatischeuitschakeling!
Ter bescherming van personen, is de aandrving uitgerust met
een automatische uitschakeling.
Het product mag alleen worden gebruikt als de correcte werking
van de automatische uitschakeling is gewaarborgd.
Controleer de automatische uitschakeling OPEN en DICHT.
De aandrfkracht moet door gekwaliceerd vakpersoneel
worden gecontroleerd met behulp van een sluitkrachtmeter.
Uitschakelautomaat OPEN
Belast de deur tdens de loopbeweging in het midden van de
onderkant met een gewicht van 20 kg:
De deur moet onmiddellk stoppen.
Uitschakelautomaat DICHT
Plaats een 50 mm hoog hindernis op de grond.
Laat de deur op de hindernis lopen:
Het aandrfsysteem moet b het raken van de hindernis
stoppen en omkeren.
De instellingen van de aandrfkracht OPEN en DICHT blven b
onderbreking van de netspanning nog steeds opgeslagen.
Alleen door een reset worden de parameters weer teruggezet naar
de fabrieksinstellingen.
„Menu 11 - RESET“
4.5.4 Controle van de fotocel
Fotocel
Controleer alle fotocellen individueel, door het activeren
hiervan.
Controleer alle aangesloten fotocellen direct voor de
deurpositie DICHT.
Bzonderhedenvoorkoznfotocellen
De werking van een aangesloten koznfotocel moet boven de
montagepositie zn. Onder de montagepositie wordt de werking
door de besturing verborgen.
B het aansluiten van meerdere fotocellen reageren alle
fotocellen net zo als b een eventuele koznfotocel.
4.5.5 Controle van het loopdeurcontact
Open de loopdeur.
Bedien de deur: Het aandrfsysteem mag niet bewegen.
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 21
NL
4.6.1 Programmering van de speciale functies
Programmeerproces
1.
Besturing bevindt zich in de
bedrfsmodus.
2.
P
P > 10 sec.:
Begin van de programmering
van de uitgebreide
aandrffuncties.
Weergave van het eerste
menu.
3.
Selectie van het gewenste
menu (voorbeeld Menu 5).
4.
P
Bevestiging van het
gewenste menu.
Weergave van de ingestelde
parameterwaarde
(voorbeeld 4).
5.
Wziging van de
parameterwaarde
(voorbeeld 5).
6.
P
Opslaan van de
parameterwaarde.
De besturing schakelt over
naar de menuweergave.
7.
Selectie van het volgende
gewenste menu.
Voortzetting van de
programmering.
of
P
P > 5 sec:
Beëindigen van de
programmering.
Alle gewzigde parameters
worden opgeslagen.
De besturing bevindt zich in
de bedrfsmodus.
4.6.2 Overzicht van de speciale functies
Menu
1
Automatisch sluiten
2
Tussenpositie OPEN
3
Radio – Tussenpositie OPEN
4
Radio – Aandrvingsverlichting
5
Uitschakelautomaat OPEN
6
Uitschakelautomaat DICHT
7
Snelheid OPEN
8
Snelheid DICHT
9
Fotocel
10
Krachtontlasting in de positie
deur DICHT (Backjump)
22 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
Menubeschrving
Menu 3 – Radio Tussenpositie OPEN
Ledje 1 knippert snel -> knop op handzender
indrukken -> ledje 3 knippert mee -> de functie is
geprogrammeerd.
Menu 4 – Radio AandrvingsverlichtingAAN/UIT
Ledje 1 knippert snel -> knop op handzender
indrukken -> ledje 3 knippert mee -> de functie is
geprogrammeerd.
Menu 5 – Uitschakelautomaat OPEN
(Dit menu is alleen toegankelk voor gekwaliceerd,
geschoold personeel.)
Gevoeligheid in stappen van 1 - 15
(Hoe lager het niveau, des te gevoeliger de
uitschakelautomaat).
) 11
Menu 6 – Uitschakelautomaat DICHT
(Dit menu is alleen toegankelk voor gekwaliceerd,
geschoold personeel.)
Gevoeligheid in stappen van 1 - 15
(Hoe lager het niveau, des te gevoeliger de
uitschakelautomaat).
) 7
Menu 7 – Snelheid OPEN
(Dit menu is alleen toegankelk voor gekwaliceerd,
geschoold personeel.)
Stappen van 6 – 15.
) 15
Menu
11
RESET
4.6.3 Inhoud van de speciale functies
Menubeschrving
Menu 1 – Automatisch sluiten
(Dit menu is alleen toegankelk voor gekwaliceerd,
geschoold personeel.)
De aandrvingsverlichting knippert tdens de
voorwaarschuwing en de deurbeweging.
1 ) Gedeactiveerd
2
Openingstd 15 /
voorwaarschu-
wingstd 5
Verlenging van de
openingstd uitsluitend
door een puls
(Knop, handzender).
3
Openingstd 30 /
Voorwaarschu-
wingstd 5
4
Openingstd 60 /
Voorwaarschu-
wingstd 8
5
Openingstd 15 /
Voorwaarschu-
wingstd 5
Annuleren van de
openingstd na
passeren van de fotocel.
6
Openingstd 30 /
Voorwaarschu-
wingstd 5
7
Openingstd 60 /
Voorwaarschu-
wingstd 8
8
Openingstd
oneindig /
Voorwaarschu-
wingstd 3
Sluiten na passeren
van de fotocel /
sluitverhindering.
Menu 2 – Tussenpositie OPEN
Instellen met de toetsen + (OPEN) en – (DICHT).
Magneetslotfunctie met automatisch sluiten is
mogelk.
Er kan alleen maar de laatst geprogrammeerde
tussenpositie worden gebruikt.
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 23
NL
Menubeschrving
Menu 8 – Snelheid DICHT
(Dit menu is alleen toegankelk voor gekwaliceerd,
geschoold personeel.)
Stappen van 6 – 15.
) 13
Menu 9 – Fotocel
(Dit menu is alleen toegankelk voor gekwaliceerd,
geschoold personeel.)
Deur keert kort om:
Het aandrfsysteem beweegt de deur kort in de
tegengestelde richting.
Deur keert langdurig om:
Het aandrfsysteem beweegt de deur naar de
eindpositie OPEN.
1 ) Gebruik zonder fotocel
2
2-draads-fotocel
(aansluiting XB03 – klem 70/71)
Deurbeweging DICHT: deur keert langdurig om
3
Fotocel van derden
(aansluiting XB03 – klem 70/71)
Deurbeweging DICHT: deur keert langdurig om
Menu 10 – Krachtontlasting in de positie deur DICHT
(backjump)
(Dit menu is alleen toegankelk voor gekwaliceerd,
geschoold personeel.)
1 ) Backjump niet actief
2 Backjump actief - Kort
3 Backjump actief - Medium
Menu 11 – RESET
1 ) Geen reset
2 Reset besturing
5. Bediening
5.1 Veiligheidsinstructies voor bediening
WAARSCHUWING!
Gevaardoornietopvolgenvanbedieningsinstructies!
Dit hoofdstuk bevat belangrke informatie voor het veilig
bedienen van het product.
Lees dit hoofdstuk vóór de bediening zorgvuldig door.
De veiligheidsinstructies opvolgen.
Gebruik het product zoals beschreven.
De besturingseenheid of de handzender mag alleen worden
bediend als geen personen of objecten aanwezig zn binnen het
bewegingsbereik van de deur.
De besturingseenheid en de handzender mogen niet door
kinderen of onbevoegden worden gebruikt.
De handzender mag niet per ongeluk worden bediend
(bv. in uw broekzak).
In de looproute van deur en handkabel mag geen hindernis
aanwezig zn. Anders kan de handkabel blven haken en tot
beschadigingen leiden (bv . b dakdragersystemen).
24 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
Coderingwzigen(alleenmulti-bit)
1.
Overdrachtsstekker in de
handzender steken.
2.
Een van de twee buitenste
pennen met de middelste pen
kortsluiten (bv. met behulp van
een schroevendraaier).
3.
Gewenste toets op de
handzender indrukken.
LED knippert.
4.
LED brandt.
Codering is voltooid.
5.
Overdrachtsstekker verwderen.
Na een nieuwe codering van de handzender moet ook de
aandrving opnieuw worden geprogrammeerd.
B zenders met meerdere kanalen moet het codeerproces voor
iedere toets apart worden uitgevoerd.
Meer informatie over de extra functies van de meegeleverde
bi·linked-handzender vindt u in de desbetreffende
documentatie.
5.2 Handzender
De aandrving werkt met de meegeleverde afstandsbediening via
een impulsvolgorde.
Bediening met de handzender
1.
Besturing bevindt zich in de
bedrfsmodus.
2.
1. Impuls:
De deur gaat open en
beweegt in de richting OPEN.
3.
2. Impuls.
Het aandrfsysteem stopt.
4.
3. Impuls:
De deur beweegt in de
tegengestelde richting
DICHT.
Codering overdragen (alleen multi-bit)
1.
Handzender met
overdrachtsstekker verbinden.
2.
Masterzender bedienen.
Toets ingedrukt houden.
LED brandt.
3.
Toets van de nieuw te coderen
handzender bedienen.
LED knippert.
4.
LED brandt.
Codering is voltooid.
5.
Overdrachtsstekker verwderen.
B zenders met verschillende toetsen, kan elke knop worden
toegewezen aan een individuele functie.
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 25
NL
5.3 Ontgrendeling
VOORZICHTIG!
Letselgevaardoorongecontroleerdedeurbewegingen!
B het bedienen van de ontgrendeling kunnen ongecontroleerde
bewegingen van de deur ontstaan, bv. als de deurveren zwak of
gebroken zn of als de deur niet in balans is.
Beweeg de deur in ontgrendelde toestand voorzichtig en
alleen met matige snelheid!
OPMERKING
Materiële schade door ongecontroleerde bewegingen van de
deur!
B het handmatig openen van de deur kan de geleideslede tegen
de railaanslag stoten.
Beweeg de deur in ontgrendelde toestand voorzichtig en met
matige snelheid!
5.3 / 1
5.3 / 2
6. Verzorging
WAARSCHUWING!
Letselgevaardooreenelektrischeschok!
Contact met de netspanning kan leiden tot een elektrische
schok.
Voor reinigingswerkzaamheden het aandrfsysteem
altd scheiden van de stroomvoorziening. Zorg dat de
stroomverzorging tdens de reinigingswerkzaamheden
onderbroken blft.
OPMERKING
Materiëleschadedoorverkeerdgebruik!
Nooit gebruiken voor het reinigen van de aandrving:
directe waterstraal, hogedrukreiniger, zuur of loog.
De behuizing uitwendig reinigen met een vochtige, zachte en
pluisvre doek.
B sterke vervuilingen kan de behuizing met een mild afwasmiddel
worden gereinigd.
7. Onderhoud
7.1 Onderhoudswerkzaamheden door de
exploitant
Schade of sltage aan een deursysteem mag alleen worden
verholpen door gekwaliceerd, geschoold vakpersoneel.
Om een storingsvre werking te garanderen moet de deurinstallatie
regelmatig worden gecontroleerd en eventueel worden hersteld.
Voor werkzaamheden aan de deur moet de aandrving altd worden
losgekoppeld van het elektriciteitsnet.
Controleer iedere maand of het aandrfsysteem omkeert
wanneer de deur een hindernis raakt. Zet daarvoor,
overeenkomstig de looprichting van de deur, een 50 mm hoge/
brede hindernis in de dagopening.
Controleer de instelling van de uitschakelautomaat OPEN en
DICHT.
„4.5.3 Controle van de uitschakelautomaat“
Controleer alle bewegende onderdelen van het deur- en
aandrfsysteem.
Controleer de deurinstallatie op sltage of beschadiging.
Controleer of de deur licht met de hand te bedienen is.
Controleer alle aansluitkabels op beschadigingen.
Een beschadigde aansluitkabel moeten door de fabrikant zelf,
zn klantendienst of een gelkwaardig gekwaliceerd persoon
worden vervangen om gevaar te voorkomen.
26 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
10. Opheffen van storingen
Storingen zonder storingsmelding
Ledweergave brandt niet.
Spanning ontbreekt.
Controleren of er netspanning aanwezig is.
Stroomaansluiting controleren.
Thermische beveiliging in de nettransformator is
geactiveerd.
Nettransformator laten afkoelen.
Besturingseenheid defect.
Aandrfsysteem laten controleren.
Geen reactie na impuls.
Aansluitklemmen voor schakelaar “impuls”
overbrugd, bv. door kortsluiting in de kabels of in de
systeemstekkers.
Eventueel bekabelde sleutelschakelaars of
binnendrukknoppen b wze van proef van de
besturingseenheid loskoppelen: kabel uit bus
XB03 trekken, kortsluitstekker insteken en
bekabelingsfout zoeken.
„3.4.3 Aansluiting potentiaalvre schakelaar
(XB03)“
Geen reactie na impuls van de handzender.
Modulaire antenne niet ingestoken.
Modulaire antenne met besturingseenheid
verbinden.
„3.5 Afronden van de montage“
Handzendercodering komt niet overeen met
ontvangercodering.
Handzender opnieuw programmeren.
„4.4 Snelprogrammering“
Batter van de handzender leeg.
Nieuwe batter plaatsen.
„5.2 Handzender“
Handzender of besturingselektronica van de
modulaire antenne defect.
Alle 3 de componenten laten controleren.
Aandrfsysteemkeertombonderbrekingvandefotocelin
hoekproelstaanderail.
Programmering niet correct uitgevoerd.
Reset van de veiligheidselementen uitvoeren.
„Menu 11 - RESET“
Snelprogrammering opnieuw uitvoeren.
„4.4 Snelprogrammering“
7.2 Onderhoudswerkzaamheden door
gekwaliceerd,geschooldvakpersoneel
Elektrisch bediende ramen, deuren en poorten moeten b
behoefte, maar minstens jaarlks, worden gecontroleerd door
gekwaliceerd, geschoold vakpersoneel met een daarvoor
geschikte sluitkrachtmeettoestel (moet worden gedocumenteerd).
Controleer de aandrfkracht met een daarvoor bestemd
sluitkrachtmeetapparaat.
Vervang eventueel beschadigde of versleten onderdelen.
8. Demontage
Demontage uitsluitend door gekwaliceerd vakpersoneel.
„1.2.2 Vakpersoneel“
WAARSCHUWING!
Levensgevaardooreenelektrischeschok!
Het aanraken van spanningvoerende onderdelen kan tot een
elektrische schok, verbrandingen of de dood leiden.
Zorg dat de stroomvoorziening tdens de demontage is
onderbroken en blft.
WAARSCHUWING!
Letselgevaardoorondeskundigehantering!
De grootte en het gewicht van het product verlangen b de
demontage veel kracht. Valt het product, is zwaar letsel
mogelk.
Beveilig het aandrfsysteem vóór de demontage tegen
vallen.
Alle geldende voorschriften voor veilig werken opvolgen.
De demontage moet in omgekeerde volgorde van de montage
worden uitgevoerd.
„3. Montage“
9. Recycling
Recycling uitsluitend door gekwaliceerd vakpersoneel.
„1.2.2 Vakpersoneel“
Oude apparaten en batteren mogen niet worden
afgevoerd met het huishoudelk afval!
Gooi oude apparaten weg via een inzamelpunt voor elektronisch
afval of via uw dealer.
Gooi gebruikte batteren weg via een inzamelbak voor lege
batteren of via uw dealer.
Gooi het verpakkingsmateriaal in de containers voor karton,
papier en plastic.
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 27
NL
Storingen met storingsmeldingen
Het systeem geeft gedetecteerde storingen
aan met een foutmelding (bv. fotmelding 7).
De besturing schakelt over naar de
meldingsmodus.
In de bedrfsmodus kan door op de P-toets
te drukken de laatste foutmelding worden
weergegeven.
Foutmelding 1
Kortsluitstekker verwderd, stoptoets echter niet
aangesloten.
Stoptoets aansluiten of kortsluitstekker insteken.
„3.4.3 Aansluiting potentiaalvre schakelaar
(XB03)“
Aandrfsysteem ontgrendeld of ruststroomcircuit
onderbroken.
Aandrfsysteem vergrendelen.
Foutmelding 2
Deur loopt te stroef, onregelmatig of blokkeert.
Deurbeweging controleren en zorgen dat de deur
soepel loopt.
Uitschakelautomaat te gevoelig ingesteld.
Uitschakelautomaat door de vakhandelaar laten
controleren.
„Menu 5 - Uitschakelautomaat OPEN“
„Menu 6 - Uitschakelautomaat DICHT“
Foutmelding 3
Stroomsensor voor de Uitschakelautomaat defect.
Aandrving laten controleren.
Foutmelding 4
Te lage spanning, aandrfsysteem overbelast b
instelling max. kracht stap 16.
Externe stroomvoorziening laten controleren.
Foutmelding 5
Fotocel onderbroken of defect.
Hindernis verwderen of fotocel laten controleren.
Fotocel geprogrammeerd, maar niet aangesloten.
Fotocel uitschakelen of aansluiten.
Storingen met storingsmeldingen
Foutmelding 6
Deur loopt te stroef, onregelmatig of blokkeert.
Deurbeweging controleren en zorgen dat de deur
soepel loopt.
Instelling van de deurpositie DICHT is onjuist.
Deurpositie OPEN en DICHT controleren en indien
nodig opnieuw instellen.
Deur controleren.
Foutmelding 7
Na 120 seconden zonder toetsbediening sluit de
programmeermodus vanzelf af.
Start de programmering opnieuw.
Foutmelding 8
Overtemperatuur door oververhitting.
Aggregaat laten afkoelen.
Foutmelding 9
Impuls toerentalsensor niet aanwezig,
aandrfsysteem blokkeert.
Aandrfsysteem laten controleren.
Foutmelding 10
Deur loopt stroef of deur blokkeert.
Zorgen dat de deur soepel loopt.
Maximale aandrfkracht te laag ingesteld.
De maximale aandrfkracht laten
controleren door gekwaliceerd, geschoold
vakpersoneel met behulp van een geschikte
sluitkrachtmeetapparaat.
Foutmelding 11
Looptdbegrenzing.
Aandrfsysteem laten controleren.
Foutmelding 12
De opschuifbeveiliging heeft gereageerd, mogelke
poging tot braak.
Deursysteem op beschadiging controleren.
28 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
Følgende krav fra EU-direktiv 2006/42/EF overholdes:
Generelle hovedprinsipper, nr. 1.1.2, 1.1.3, 1.1.5, 1.1.6, 1.2.1, 1.2.2, 1.2.3,
1.2.6, 1.3.1, 1.3.4, 1.3.7, 1.3.8, 1.3.9, 1.4.1, 1.4.3, 1.5.1, 1.5.4, 1.5.6, 1.5.8,
1.5.14, 1.7
Videre erklærer vi at den spesielle dokumentasjonen for denne
ufullstendige maskinen er opprettet i henhold til vedlegg VII del B,
og vi forplikter oss til å sende denne elektronisk til enkeltstatlige
organer etter begrunnet krav.
Fullmektig for sammensetting av teknisk dokumentasjon:
Marantec Antriebs- und Steuerungstechnik GmbH & Co. KG,
Remser Brook 11 · 33428 Marienfeld · Germany
Tel. +49 (5247) 705-0
Ufullstendige maskiner jamfør EU-direktivet 2006/42/EF er kun
til installasjon i eller kobling med andre maskiner eller andre
ufullstendige maskiner eller anlegg, slik at disse sammen danner
en maskin i betydningen av ovennevnte direktiv og forskrifter.
Derfor kan dette produktet først brukes når det konstateres at den
komplette maskinen / anlegget, som dette er installert i, samsvarer
med bestemmelsene i ovennevnte EU-direktiv.
Ved endring på produktet som ikke er avklart med oss, mister
denne erklæringen sin gyldighet.
Marienfeld, 16-07-2020 M. Hörmann
Directie
11.2 Radiograscheconformiteit
Hierb verklaart
Marantec Antriebs- und Steuerungstechnik GmbH & Co KG,
dat het type radiograsche installatie voldoet aan
Richtln 2014/53/EU.
1. Digital 168, Digital 179, Digital 921, Digital 941, Digital 991
2. Digital 382, Digital 384, Digital 392, Digital 564, Digital 572,
Digital 663
De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring is beschikbaar
op het volgende internetadres:
marantec.group/conformity
11. Blage
11.1 Produsenterklæring
Installasjonserklæring
jamfør maskindirektivet 2006/42/EF for installasjonen av en
ufullstendig maskin i henhold til vedlegg II, del 1B
Konformitetserklæring
jamfør direktivet om elektromagnetisk kompatibilitet 2014/30/EU
og RoHS 2011/65/EU + 2015/863/EU + 2017/2102/EU.
Produsent:
Marantec Antriebs und Steuerungstechnik GmbH & Co. KG
Remser Brook 11, 33428 Marienfeld, Germany
Herved erklærer vi at følgende listede produkt
Produktbeskrivelse: Deuraandrving
Typebetegnelse: Comfort 50, 60
Revisiestand: R01, R10
som ufullstendig maskin kun skal installeres i et portsystem,
og er utviklet, konstruert og produsert i samsvar med følgende
retningslinjer:
Maskindirektivet 2006/42/EF
Direktivet om elektromagnetisk kompatibilitet 2014/30/EU
RoHs direktiv 2011/65/EU + 2015/863/EU + 2017/2102/EU
Utover dette oppfylles kravene til lavspenningsdirektivet 2014/35/
EU jamfør vedlegg I del 1.5.1 i maskindirektivet 2006/42/EF.
Brukte og relaterte normer:
EN 12453
Porter - Sikkerhet ved bruk for maskindrevne porter: Krav og
testmetoder
EN 12604
Porter - Mekaniske aspekter: Krav og testmetoder
EN ISO 13849-1, PL „c“, cat. 2
Veiligheid van machines - Veiligheidsgerelateerde delen van
besturingssystemen - Deel 1: Algemene beginselen voor het
ontwerp
EN 60335-1
Sikkerhet av elektriske apparater for bruk i hjemmet og
lignende formål - del 1: Generelle krav
EN 60335-2-95
Huishoudelke en soortgelke elektrische toestellen - Veiligheid
– Deel 2-95: Bzondere eisen voor aandrfmechanismen voor
verticaal bewegende deuren voor woonhuizen
EN 61000-6-2
Elektromagnetisk kompatibilitet (EMC) — del6-2: Generisk norm
– Immunitet for industrimiljø
EN 61000-6-3
Elektromagnetisk kompatibilitet (EMC) — del6-3: Generisk norm
— Emisjonsnorm for boliger, handels- og lette industri-miljøer
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 29
NL
30 Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL)
Gebruiksaanwzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 31
NL
1 - NL 360385 - M - 0.5 - 0113
Typeplaatje motor
Model (A) _____________________________________________________________________________________________
Productiemaand / -jaar (B) _____________________________________________________________________________________________
Art. nr. Product (C) _____________________________________________________________________________________________
Revisie. (D) _____________________________________________________________________________________________
Art. nr. Verkoopproduct (E) _____________________________________________________________________________________________
Serienummer (F) _____________________________________________________________________________________________
Remser Brook 11
DE - 33428 Marienfeld
MADE IN GERMANY
A B
C
D
/
E
F

Documenttranscriptie

www.marantec.com NL Gebruiksaanwijzing Uitgave: 05.20201 Aandrijfsysteem voor garagedeuren Comfort 50, 60 · Inhoudsopgave Over dit document 1. Veiligheidsinformatie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 1.1 Bedoeld gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 1.2 Doelgroepen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 1.3 Algemene veiligheidsinstructies. . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 2. Productinformatie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 2.1 Leveromvang aandrijving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 2.2 Technische gegevens. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 2.3 Deurvarianten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 2.4 Toepassingsvoorbeeld. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 – – – – – – 3. 4. 5. Montage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 3.1 Veiligheidsinstructies voor montage . . . . . . . . . . . . . . 7 3.2 Montagevoorbereidingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 3.3 Montage van aandrijving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 3.4 Aansluiting. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 3.5 Afronden van de montage. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 – – Veiligheidsinstructies WAARSCHUWING! Veiligheidsinstructie bij een gevaar, dat tot de dood of zwaar letsel kan leiden. Inbedrijfstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 4.1 Veiligheidsinstructies voor inbedrijfstelling . . . . . . . . 17 4.2 Overzicht van besturing. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 4.3 Fabrieksinstellingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 4.4 Snelprogrammering. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 4.5 Functiecontrole. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19 4.6 Speciale programmering. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 Bediening. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23 5.1 Veiligheidsinstructies voor bediening. . . . . . . . . . . . . 23 5.2 Handzender . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 5.3 Ontgrendeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 6. Verzorging. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 7. Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 7.1 Onderhoudswerkzaamheden door de exploitant . . . 25 7.2 Onderhoudswerkzaamheden door gekwalificeerd, geschoold vakpersoneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 8. Demontage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 9. Recycling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 10. Opheffen van storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 11. Bijlage. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 11.1 Produsenterklæring. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 11.2 Radiografische conformiteit. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 Originele handleiding. Onderdeel van het product. Absoluut lezen en bewaren. Auteursrechtelijk beschermd. Reproductie, ook als uittreksel, alleen met onze toestemming. Wijzigingen die dienen voor de technische vooruitgang zijn voorbehouden. Alle maataanduidingen in millimeter. Afbeeldingen zijn niet op schaal. VOORZICHTIG! Veiligheidsinstructie bij een gevaar, dat tot licht of middelmatig letsel kan leiden. OPMERKING Veiligheidsinstructie bij een gevaar, dat tot beschadiging of vernieling van het product kan leiden. Uitleg van symbolen • Handeling ✓ Controle – Lijst, opsomming ➔ Verwijzing naar andere locaties in dit document  Verwijzingen naar separate documenten die moeten worden opgevolgd ) Fabrieksinstelling 2 Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL 1. – EN 12445 („Industriële, bedrijfs- en garagedeuren en hekken - Gebruiksveiligheid van aangedreven deuren Beproevingsmethoden“). – EN 13241-1 („Industriële en commerciële garagedeuren en -poorten - Productnorm - Deel 1: Producten zonder vuur of rookweerstandkarakteristieken“) Veiligheidsinformatie WAARSCHUWING! Levensgevaar door het niet opvolgen van de gebruiksaanwijzing! Deze handleiding bevat belangrijke informatie voor een veilige omgang met het product. Er wordt speciale aandacht besteed aan mogelijke gevaren. • Lees deze handleiding zorgvuldig door. • De veiligheidsinstructies in deze handleiding moeten worden opgevolgd. • De handleiding vrij toegankelijk opbergen. Elektrotechnische werkzaamheden alleen laten uitvoeren door gekwalificeerde elektromonteurs conform DIN VDE 0100. Eisen aan gekwalificeerde elektromonteurs: – Kennis van grondbeginselen van de elektrotechniek. – Kennis van landspecifieke bepalingen en normen. – Kennis van de van toepassing zijnde veiligheidsvoorschriften. – Kennis van deze gebruiksaanwijzing. 1.2.3 Gebruiker 1.1 Bedoeld gebruik Het aandrijfsysteem is uitsluitend bedoeld voor het openen en sluiten van deuren. Gebruik is uitsluitend toegestaan: – Bij sectionale en zwenkdeuren met gewichtscompensatie en valbeveiliging. – In droge ruimten. – In het particuliere toepassingsgebied. – In technisch probleemloze toestand. – Na correcte montage. – In overeenstemming met de specificaties in de technische gegevens. ➔ „2.2 Technische gegevens“ Elk ander gebruik geldt als niet bedoeld gebruik. 1.2 Doelgroepen 1.2.1 Exploitant De exploitant is verantwoordelijk voor het gebouw waarin het product wordt gebruikt. De exploitant heeft de volgende taken: – Kennis en bewaren van de gebruiksaanwijzing. – Instrueren van iedereen die het deursysteem gebruikt. – Zorgen dat het deursysteem regelmatig wordt gecontroleerd en onderhouden door gekwalificeerd personeel. – Zorgen dat controles en onderhoud in het logboek worden gedocumenteerd. – Bewaren van het logboek. 1.2.2 Vakpersoneel Gekwalificeerd vakpersoneel is verantwoordelijk voor montage, inbedrijfstelling, onderhoud, reparatie, demontage en recycling. Eisen aan gekwalificeerd vakpersoneel: – Kennis van de algemene en speciale veiligheids- en ongevalpreventievoorschriften. – Kennis van de geldende elektrotechnische voorschriften. – Opleiding m.b.t. het gebruik en de verzorging van geschikte veiligheidsuitrusting. – Kennis m.b.t. de toepassing van de volgende normen – EN 12635 („Industriële, bedrijfs- en garagedeuren en hekken Installatie en gebruik“), – EN 12453 („Industriële, bedrijfs- en garagedeuren en hekken Gebruiksveiligheid van aangedreven deuren - Eisen“), Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) Geïnstrueerde gebruikers bedienen en onderhouden het product. Eisen aan geïnstrueerde gebruikers: – Gebruikers worden door de exploitant geïnstrueerd m.b.t. hun werkzaamheden. – Gebruikers worden geïnstrueerd m.b.t. het veilig gebruik van het product. – Kennis van deze gebruiksaanwijzing. Voor de volgende personen gelden speciale eisen: – Kinderen van 8 jaar en ouder. – Personen met verminderde fysieke, sensorische of mentale capaciteiten. – Personen met gebrek aan ervaring en kennis. Deze gebruikers mogen het product alleen bedienen. Bijzondere eisen: – Gebruikers staan onder toezicht. – Gebruikers worden geïnstrueerd m.b.t. het veilig gebruik van het product. – Gebruikers begrijpen de gevaren bij de omgang met het product. – Kinderen mogen niet spelen met het product. 1.3 Algemene veiligheidsinstructies Personen of voorwerpen mogen niet worden bewogen door de deur. In de volgende gevallen accepteert de fabrikant geen aansprakelijkheid voor schade. De garantie voor het product en accessoires vervalt bij: – Het niet opvolgen van deze gebruikshandleiding. – Niet bedoeld en ondeskundig gebruik. – Inzet van niet gekwalificeerd personeel. – Ombouwwerkzaamheden of wijzigingen aan het product. – Toepassing van reserveonderdelen, die niet door de fabrikant zijn geproduceerd of vrijgegeven. Het product wordt volgens de in de inbouwverklaring opgegeven richtlijnen en normen geproduceerd. Het product heeft de fabriek in een veiligheidstechnisch probleemloze toestand verlaten. Uitgesloten van de garantie zijn batterijen, accu‘s, zekeringen en lichtmiddelen. Meer veiligheidsinstructies staan in de betreffende paragrafen van het document. ➔ „3.1 Veiligheidsinstructies voor montage“ ➔ „4.1 Veiligheidsinstructies voor inbedrijfstelling“ ➔ „5.1 Veiligheidsinstructies voor bediening“ 3 2. 2.1 • Pos. Productinformatie A B 10 1x – 11 – 1x Leveromvang aandrijving Controleer op basis van de tabel de leveringsomvang van uw productvariant. Landspecifieke afwijkingen zijn mogelijk. Pos. Pos. 1 1x 1x 2 A B 12 4x 4x 13 1x 1x 14 1x 1x 15 1x 1x 16 1x – 17 1x – 18 – 4x Pos. 1x 4 1x 5 Pos. 6x 20 6x 21 6x Pos. 1x 1x 6 2x 2x 19 7 1x 1x Pos. 2x 1x Waarschuwingslabels 18 B 9 #1 #3 19 A 8 #2 1x 3 4 #1 Handzender 20 1x 21 1x 2x – Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL Omgevingsgegevens 2.2 Technische gegevens Elektrische gegevens Netspanning, land-­specifieke afwijkingen mogelijk* V Netfrequentie * Hz Stroomopname* A EU JP US 230 100 120 1,1 2,5 2,1 Vermogensopname bedrijf** kW 0,25 Vermogensopname stand-by** W ca. 8 Inschakelduur min KB 2 Stuurspanning V DC 24 Beschermingsgraad aandrijving IP 20 Veiligheidsklasse II * De aandrijvingsspecifieke waarden kunt u vinden op het typeplaatje van het motoraggregaat. ** Zonder aangesloten accessoires Mechanische gegevens Max. trek- en drukkracht – Comfort 50 – Comfort 60 Max. loopsnelheid Openingstijd, deurspecifiek N N 550 650 mm/s 160 s ca. 14 kg 5,1 dB(A) < 70 -20 °C +60 Temperatuurbereik 50 / 60 EU JP US  °C Toepassingsbereik Comfort 50 60 mm kg 3.500 80 3.500 100 mm kg 5.000 80 5.000 100 mm kg 3.500 80 3.500 100 Kantel- en luifeldeuren – max. deurbreedte – max. deurhoogte – max. deurgewicht mm mm kg 3.500 2.250 80 3.500 2.250 100 max. cycli per uur. cph 2 2 max. cycli per dag cpd 16 16 kanteldeur – max. deurbreedte – max. deurgewicht enkelwandige sectionaaldeuren – max. deurbreedte – max. deurgewicht dubbelwandige ­sectionaaldeuren – max. deurbreedte – max. deurgewicht Omgevingsgegevens 125 Afmetingen aandrijfsysteem 180 Gewicht (totaal) Geluidsdrukniveau 330 Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 5 2.3 Deurvarianten 2.4 Toepassingsvoorbeeld De leveromvang met de betreffende aandrijfrails is geschikt voor de volgende deurvarianten. 2.4 / 1 Uitzwenkende kanteldeur (zwenkdeur) 2.3 / 1 4 Sectionale deur 1 2 2.3 / 2 3 1 Voor de hierna volgende deurvarianten zijn speciale accessoires vereist. Niet uitzwenkende kanteldeur 2.3 / 3 De deurinstallatie is afgebeeld als voorbeeld en kan afhankelijk van het deurtype en de uitrusting afwijken. De afgebeelde installatie bestaat uit de volgende componenten: 1 Fotocel 2 Sleutelschakelaar 3 Kolom (voor codeschakelaar, transponder, …) 4 Signaallamp  Meer informatie over accessoires kunt u vinden op de internetpagina van de fabrikant.  Bij de montage en bekabeling van deursensoren, bedienings- en veiligheidselementen, moeten de betreffende handleidingen van de fabrikant worden opgevolgd. Verticale sectionale deur 2.3 / 4 6 Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL 3. Montage 3.1 Veiligheidsinstructies voor montage WAARSCHUWING! Gevaar door niet opvolgen van montage-instructie! Dit hoofdstuk bevat belangrijke informatie over veilige montage van het product. • Lees dit hoofdstuk voor de montage zorgvuldig door. • De veiligheidsinstructies opvolgen. • De montage uitvoeren zoals is beschreven. Montage uitsluitend door gekwalificeerd vakpersoneel. ➔ „1.2.2 Vakpersoneel“ Elektrotechnische werkzaamheden alleen laten uitvoeren door gekwalificeerde elektromonteurs. ➔ „1.2.2 Vakpersoneel“ – – – – – – Voor de montage moet worden gezorgd, dat de elektrische voeding onderbroken is en blijft. De voedingsspanning wordt pas ingeschakeld nadat hier naar wordt gevraagd in de betreffende montagestap. Lokale veiligheidsvoorschriften moeten in worden opgevolgd. Stroom- en besturingskabels moeten absoluut gescheiden worden gelegd. De stuurspanning is 24 V DC. De deur moet zich mechanisch in een goede toestand bevinden: – De deur blijft stilstaan in elke positie. – De deur kan eenvoudig worden bewogen. – De deur opent en sluit correct. Alle pulsgevers en besturingsinrichtingen (bijv . radiocodeschakelaars) moeten binnen het zichtveld van de deur op veilige afstand van bewegende onderdelen van de deur worden geïnstalleerd. Houd rekening met een minimale montagehoogte van 1,5 meter. Er mag alleen bevestigingsmateriaal worden gebruikt dat geschikt is voor de bouwmaterialen van het gebouw. Bij garages zonder tweede ingang: • Rust de garagedeur uit met een noodontkoppeling om in geval van een storing toch de garage in te kunnen. Wanneer een ontgrendelingsset wordt gebruikt: • Controleer de juiste werking van de deurvergrendelingen. De deurvergrendelingen mogen in geen geval buiten werking worden gesteld. Als er geen ontkoppelingsset wordt gebruikt: • Verwijder de deurvergrendelingen of stel de deurvergrendelingen buiten ­werking. INFORMATIE Voor gebruik en installatie van toehoren dienen de bijbehorende documenten in acht te worden genomen. 3.3 Montage van aandrijving 3.3 / 1 3.3 / 2 3.3 / 2 a 3.2 Montagevoorbereidingen Voor aanvang van de montage moeten altijd de volgende werkzaamheden worden uitgevoerd. Leveromvang • Controleer om welke productvariant het gaat en of de leveromvang compleet is. • Zorgt dat een geschikte aandrijfrail beschikbaar is. • Controleer of de benodigde accessoires voor uw montagesituatie aanwezig zijn. ø5 Garage • Controleer of uw garage een geschikte stroomaansluiting en een netscheidingsinrichting heeft. Deurinstallatie • Verwijder alle niet benodigde onderdelen van de deur (bijv. koorden, kettingen, hoekstukken etc.). • Stel alle apparatuur buiten bedrijf die niet nodig is na de installatie van het aandrijfsysteem. Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 7 3.3 / 3 4x 3.3 / 3 a 10 1x 3.3 / 2 b 4x ø5 3.3 / 3 b 1x 4x 4x 10 3.3 / 4 OPMERKING Mogelijke schade aan de aandrijving! Er mag geen geweld worden gebruikt omdat de vertanding dan kan beschadigen. • De geleiderail moet voorzichtig op de aandrijving worden ­gemonteerd. 1x 1x 10 8 Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL WAARSCHUWING! Letselgevaar door ondeskundige hantering! Vallende onderdelen kunnen tot zwaar letsel leiden. • Beveilig het aandrijfsysteem tot aan de bevestiging tegen vallen. 3.3 / 7 2x 2x 3.3 / 5 2x 13 3.3 / 8 1x 2. OPMERKING Mogelijke schade aan het deurblad! De bovenkant van het deurblad moet op zijn hoogste punt van de openingsbaan 10-50 mm onder de horizontale onderkant van de geleiderail liggen. • De bevestigingsplaat latei/deurkozijn voor de geleiderail moet in het midden boven het deurbevestigingsprofiel worden ­gemonteerd. 1. 1x 3. 3.3 / 9 3.3 / 6 2. 10 - 50 ø 10 Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 1. 9 3.3 / 12 b 3.3 / 10 2. 1. 1x 4x 2x 20 25 5-10 2. 1. 2. 3.3 / 11 3.3 / 13 3.3 / 12 3.3 / 14 3.3 / 12 a 1x a 1x 5-10 10 a = 90° b = 9 Nm b 3. 2. 1.  10 Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL 3.4 Aansluiting 3.3 / 15 WAARSCHUWING! < 90 Levensgevaar door een elektrische schok! Het aanraken van spanningvoerende onderdelen kan tot een elektrische schok, verbrandingen of de dood leiden. • Zorg ervoor dat de stroomvoorziening tijdens de werkzaamheden afgesloten is en blijft. ø 10 OPMERKING Gevaar voor materiële schade door ondeskundige montage van de aandrijving! Externe spanning bij de aansluiting XB03 leidt tot vernieling van de totale elektronica. • Op de klemmen 1, 2 en 4 (XB03) alleen potentiaalvrije contacten aansluiten. 3.3 / 16 2x 3.4 / 1 2x 0,14 - 1,5 mm2 8-9 2x 3.3 / 17 – < 1800 – Voor het eenvoudig aansluiten is klem XB03 uitgevoerd als insteekverbinding. De kabel moet op geschikte wijze voor de klem worden gestript. Tip: De handkabel kan met een zelfklevende kabelhouder op de deur worden bevestigd. Dit verhindert dat de handkabel blijft haken en beschadigingen veroorzaakt (bijv . bij dakdragersystemen). Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 11 3.4.1 Overzicht besturingsaansluitingen 3.4.1 / 1 XB03 XW40 XB72 3.4.3 Aansluiting potentiaalvrije schakelaar (XB03) Productvoorbeelden: – Drukschakelaar – Sleutelschakelaar – Plafondtrekschakelaar – Transpondersysteem – Inductielusdetector Mogelijke functies: – Puls – openen/stoppen/sluiten van een deur – Puls OPEN – openen van een deur 3.4.3 / 1 71 70 4 2 1 3 XB03 XB03 Aansluiting ➔ „3.4.3 Aansluiting potentiaalvrije schakelaar (XB03)“ XB72 Aansluiting modulaire antenne ➔ „3.4.2 Aansluiting moduleontvanger (XB72)“ XW40 3.4.3 / 2 M19E010e Aansluiting MS-BUS voor uitbreidingsmodule 3.4.2 Aansluiting moduleontvanger (XB72) Aansluitmogelijkheden: – Moduleontvanger Multi-Bit – Moduleontvanger bi∙linked 3.4.2 / 1 1 GND 2 Puls Sb1 Pulsschakelaar 3.4.3 / 3 NO COM 71 70 4 2 1 3 XB03 XB03 12 Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL 3.4.4 Aansluiting schakelaar met voedingsspanning (XB03) 3.4.4 / 3 Productvoorbeelden: – Draadloze ontvanger – Transpondersysteem – Inductielusdetector Mogelijke functies: – Puls – openen/stoppen/sluiten van een deur – Puls OPEN – openen van een deur + - 1 2 3.4.4 / 1 71 70 4 2 1 3 71 70 4 2 1 3 XB03 XB03 XB03 3.4.4 / 2 M19E010e 1 GND 2 Puls 3 24 V DC / max. 50 mA S1 Maakcontact potentiaalvrij Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 13 3.4.5 Aansluiting 2-draads fotocel (XB03) 3.4.5 / 3 Mogelijke functie: Aanrakingsloze hindernisdetectie in richting OPEN TX RX 3.4.5 / 1 1 2 2 71 70 4 2 1 3 1 XB03 71 70 4 2 1 3 XB03 XB03 3.4.5 / 2 M19E010e Een aangesloten fotocel wordt automatisch herkend door de besturing, zodra de voedingsspanning is aangesloten. De fotocel kan naderhand worden geprogrammeerd. Ongewenste fotocellen moeten worden losgekoppeld, voordat de voedingsspanning wordt aangesloten, omdat de besturing ze anders herkent. Menu 9 – Fotocel Deur keert kort om: Het aandrijfsysteem beweegt de deur kort in de ­tegengestelde richting. 14 70 GND 71 Fotocel RX Fotocel ontvanger TX Fotocel zender Deur keert langdurig om: Het aandrijfsysteem beweegt de deur naar de eindpositie OPEN. 1 ) Gebruik zonder fotocel 2 2-draads-fotocel (aansluiting XB03 – klem 70/71) Deurbeweging DICHT: deur keert langdurig om Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL 3.4.6 Aansluiting 4-draads fotocel (XB03) 3.4.6 / 3 Mogelijke functie: Aanrakingsloze hindernisdetectie in richting OPEN TX RX 3.4.6 / 1 + - + - 13 14 71 70 4 2 1 3 XB03 XB03 71 70 4 2 1 3 XB03 XB03 3.4.6 / 2 M19E010e Menu 9 – Fotocel Deur keert kort om: Het aandrijfsysteem beweegt de deur kort in de ­tegengestelde richting. Deur keert langdurig om: Het aandrijfsysteem beweegt de deur naar de eindpositie OPEN. 3 24 V DC / max. 50 mA 70 GND 71 Fotocel RX Fotocel ontvanger TX Fotocel zender Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 1 ) Gebruik zonder fotocel 3 Fotocel van derden (aansluiting XB03 – klem 70/71) Deurbeweging DICHT: deur keert langdurig om 15 3.4.7 Aansluiting loopdeurcontact (XB03) 3.5 Voorbeelden: – Loopdeurcontact 8,2 kΩ • • 3.4.7 / 1 • Afronden van de montage Het waarschuwingsbord tegen beknelling permanent aanbrengen op een opvallende locatie. Het instructiebord voor de noodontgrendeling aanbrengen bij de handkabel. Zorg dat na de montage geen onderdelen van de deur uitsteken in openbare voetpaden of straten. 71 70 4 2 1 3 XB03 3.5 / 1 3.4.7 / 2 M19E010e 8,2 kΩ 1 GND 4 Houdcircuit, actief na reset Sb4 Loopdeurcontact 8,2 kΩ 3.4.7 / 3 8K2 71 70 4 2 1 3 XB03 XB03 Na het aansluiten van een accessoires en het daarna inschakelen van de netspanning, herkend de besturing een accessoire automatisch. De deur moet gesloten zijn, zodat het loopdeurcontact correct kan worden herkend. Het loopdeurcontact (8,2 kΩ) moet voldoen aan Cat. 2, PL c volgens EN 13849-1. 16 Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL 4. Inbedrijfstelling Legenda Ledje uit 4.1 Veiligheidsinstructies voor inbedrijfstelling WAARSCHUWING! Gevaar door niet opvolgen van de inbedrijfstellingsinstructies! Dit hoofdstuk bevat belangrijke informatie over de veilige inbedrijfstelling van het product. • Lees dit hoofdstuk voor de inbedrijfstelling zorgvuldig door. • De veiligheidsinstructies opvolgen. • De inbedrijfstelling uitvoeren zoals beschreven. Inbedrijfstelling uitsluitend door gekwalificeerd vakpersoneel. ➔ „1.2.2 Vakpersoneel“ Ramen, deuren en poorten met krachtaandrijving, moeten vóór de eerste inbedrijfstelling en indien nodig, maar minimaal een keer per jaar, door gekwalificeerd vakpersoneel worden gecontroleerd met een hiervoor bestemde sluitkrachtmeter (schriftelijke bewijsvoering). De exploitant van de deurinstallatie of de plaatsvervanger hiervan, moet na de inbedrijfstelling van de installatie worden geïnstrueerd m.b.t. de bediening. – – – – – – – Kinderen mogen niet spelen met de deurbesturing of de handzender. Er mogen geen personen of objecten aanwezig zijn binnen de gevarenzone van de deur. Voordat u door de deuropening moet zijn gewaarborgd dat de deur in deurpositie OPEN staat. Alle bestaande noodstopvoorzieningen moeten worden gecontroleerd. Houd rekening met mogelijke knel- en schaarpunten van de deurinstallatie. Nooit grijpen naar een bewegende deur, in de geleiderails of in bewegende onderdelen. De voorschriften van EN 13241-1 („Industrie-, bedrijfs- en deuren en poorten - Productnorm“) moeten worden opgevolgd. Ledje brandt Ledje knippert langzaam Ledje knippert snel Ledje knippert ritmisch Deurpositie OPEN Afstandsbediening Bedrijfsklaar Deurpositie DICHT Weergave van de waarde (voorbeeld menu´s) 1 9 2 10 3 11 4 12 5 13 4.2 Overzicht van besturing Bedieningsonderdelen Ledweergave Deur in de richting OPEN bewegen, waarden verhogen Deur in de richting DICHT bewegen, waarden verlagen P Programmering starten, waarden bevestigen en opslaan Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 17 Snelprogrammering Weergave van de waarde (voorbeeld menu´s) 1. Programmering van de deurpositie OPEN 6 14 Besturing bevindt zich in de Bedrijfsmodus. 7 15 P P > 3 sec. <10 sec.: Begin van de ­snelprogrammering. 8 Deur in de positie OPEN bewegen. De weergave van de waarden kan als volgt plaatsvinden: – langzaam knipperend (menu´s) – Snel knipperend (parameters) – ritmisch knipperend (foutnummers) P Eindpositie OPEN opslaan. 4.3 Fabrieksinstellingen Door middel van een reset kan de aandrijving naar de fabrieksinstellingen worden teruggezet. ➔ „Menu 11 – RESET“ 2. Programmering van de deurpositie DICHT Deur in de positie DICHT bewegen. 4.4 Snelprogrammering Voor een correcte inbedrijfstelling van het aandrijfsysteem moet de snelprogrammering worden uitgevoerd. Voorwaarden: – De deur bevindt zich in de deurpositie DICHT. – De geleideslede is gekoppeld. P Eindpositie DICHT opslaan. Als er in de programmeermodus binnen 120 seconden geen van de toetsen wordt ingedrukt, dan springt de besturing terug naar de b ­ edrijfstoestand. Er wordt een overeenkomstige melding weergegeven. ➔ „10. Opheffen van storingen“ • Voer de snelprogrammering uit. ✓ Na de snelprogrammering moet een functionele test worden ­uitgevoerd. ➔ „4.5 Functiecontrole“ OPMERKING Gevaar voor beschadiging van het motoraggregaat door botsing met de geleidesleden! Bij het instellen van de garagdeurpositie OPEN, mag de geleideslede niet met maximale snelheid naar de eindpositie worden bewogen! • Bedien de deur voorzichtig, met geringe snelheid, naar de deurpositie OPEN. 18 Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL Snelprogrammering 4.5 Functiecontrole 3. Programmeren van de afstandsbediening Alleen versie bi•linked: Programmeertoets van handzender indrukken. 4.5.1 Controleren van de aandrijfkracht 1. Besturing bevindt zich in de bedrijfsmodus. 2. De deur moet opengaan en naar de opgeslagen eindpositie OPEN bewegen. 3. De deur moet dicht gaan en naar de opgeslagen eindpositie DICHT bewegen. 4. Het aandrijfsysteem moet de deur in de richting OPEN resp. in de richting DICHT bewegen. Handzender bedienen. Handzender loslaten. P Afstandsbediening opslaan. Einde van de ­snelprogrammering. Besturing bevindt zich in de bedrijfsmodus. 5. 6. Het aandrijfsysteem moet stoppen. Het aandrijfsysteem loopt in de tegengestelde richting. 4.5.2 Inleerprocedure voor de aandrijfkracht Het aandrijfsysteem leert de maximaal benodigde aandrijfkracht tijdens de eerst zes deurbewegingen na het instellen van de deur. • Het aandrijfsysteem (met gekoppelde deur) zonder onderbreking drie keer van de deurpositie DICHT naar de deurpositie OPEN en terug bewegen. Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 19 4.5.3 Controle van de uitschakelautomaat WAARSCHUWING! Letselgevaar bij gebruik zonder automatische uitschakeling! Ter bescherming van personen, is de aandrijving uitgerust met een automatische uitschakeling. Het product mag alleen worden gebruikt als de correcte werking van de automatische uitschakeling is gewaarborgd. • Controleer de automatische uitschakeling OPEN en DICHT. • De aandrijfkracht moet door gekwalificeerd vakpersoneel worden gecontroleerd met behulp van een sluitkrachtmeter. Uitschakelautomaat OPEN Belast de deur tijdens de loopbeweging in het midden van de onderkant met een gewicht van 20 kg: De deur moet onmiddellijk stoppen. • Uitschakelautomaat DICHT • Plaats een 50 mm hoog hindernis op de grond. • Laat de deur op de hindernis lopen: Het aandrijfsysteem moet bij het raken van de hindernis stoppen en omkeren. De instellingen van de aandrijfkracht OPEN en DICHT blijven bij ­onderbreking van de netspanning nog steeds opgeslagen. Alleen door een reset worden de parameters weer teruggezet naar de fabrieksinstellingen. ➔ „Menu 11 - RESET“ 4.5.4 Controle van de fotocel Fotocel • Controleer alle fotocellen individueel, door het activeren hiervan. • Controleer alle aangesloten fotocellen direct voor de deurpositie DICHT. Bijzonderheden voor kozijnfotocellen – De werking van een aangesloten kozijnfotocel moet boven de montagepositie zijn. Onder de montagepositie wordt de werking door de besturing verborgen. – Bij het aansluiten van meerdere fotocellen reageren alle fotocellen net zo als bij een eventuele kozijnfotocel. 4.6 Speciale programmering WAARSCHUWING! Letselgevaar door verkeerd ingestelde deurkrachten! Ter bescherming van personen, moeten de deurkrachten binnen bepaalde grenswaarden blijven. Worden parameters gewijzigd, kunnen deze grenswaarden worden overschreden. Na wijzigen van instellingen moeten de deurkrachten daarom worden gecontroleerd om een veilige werking te waarborgen. • Controleer de automatische uitschakeling. ➔ „4.5.3 Controle van de uitschakelautomaat“ Na een reset worden alle parameters teruggezet naar de fabrieksinstellingen. Aangesloten en correct werkende veiligheidselementen worden na de reset opnieuw herkend. Aangesloten accessoires moeten na een reset opnieuw worden geprogrammeerd. Voor het waarborgen van een probleemloze werking van de besturing: • Alle gewenste functies opnieuw programmeren. • De afstandsbediening opnieuw inleren. • Het aandrijfsysteem een keer naar de deurpositie OPEN en DICHT bewegen. Een aangesloten fotocel wordt automatisch herkend door de besturing, zodra de voedingsspanning is aangesloten. De fotocel kan naderhand worden geprogrammeerd. Ongewenste fotocellen moeten worden losgekoppeld, voordat de voedingsspanning wordt aangesloten, omdat de besturing ze anders herkent. ➔ „3.4.5 Aansluiting 2-draads fotocel (XB03)“ ➔ „3.4.6 Aansluiting 4-draads fotocel (XB03)“ ✓ Na wijzigingen in de programmeermodus, moet een functiecontrole worden uitgevoerd. ➔ „4.5 Functiecontrole“ 4.5.5 Controle van het loopdeurcontact • • 20 Open de loopdeur. Bedien de deur: Het aandrijfsysteem mag niet bewegen. Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL 4.6.1 Programmering van de speciale functies Programmeerproces 1. Besturing bevindt zich in de bedrijfsmodus. 2. P > 10 sec.: Begin van de p ­ rogrammering van de uitgebreide ­aandrijffuncties. Weergave van het eerste menu. P 3. Selectie van het gewenste menu (voorbeeld Menu 5). 4. Bevestiging van het gewenste menu. Weergave van de ingestelde parameterwaarde (voorbeeld 4). P Menu 1 Automatisch sluiten 2 Tussenpositie OPEN 3 Radio – Tussenpositie OPEN 4 Radio – Aandrijvingsverlichting 5 Uitschakelautomaat OPEN 6 Uitschakelautomaat DICHT 7 Snelheid OPEN 8 Snelheid DICHT 9 Fotocel 10  rachtontlasting in de positie K deur DICHT (Backjump) Wijziging van de ­parameterwaarde (voorbeeld 5). 5. 6. 4.6.2 Overzicht van de speciale functies P Opslaan van de ­parameterwaarde. De besturing schakelt over naar de menuweergave. Selectie van het volgende gewenste menu. Voortzetting van de ­programmering. of 7. P P > 5 sec: Beëindigen van de ­programmering. Alle gewijzigde parameters worden opgeslagen. De besturing bevindt zich in de bedrijfsmodus. Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 21 Menubeschrijving Menu 11 Menu 3 – Radio Tussenpositie OPEN RESET Ledje 1 knippert snel -> knop op handzender indrukken -> ledje 3 knippert mee -> de functie is geprogrammeerd. 4.6.3 Inhoud van de speciale functies Menu 4 – Radio Aandrijvingsverlichting AAN / UIT Menubeschrijving Menu 1 – Automatisch sluiten (Dit menu is alleen toegankelijk voor gekwalificeerd, geschoold personeel.) Ledje 1 knippert snel -> knop op handzender indrukken -> ledje 3 knippert mee -> de functie is geprogrammeerd. De aandrijvingsverlichting knippert tijdens de voorwaarschuwing en de deurbeweging. 1 ) Gedeactiveerd 2 Openingstijd 15 / voorwaarschuwingstijd 5 3 Openingstijd 30 / Voorwaarschuwingstijd 5 4 Openingstijd 60 / Voorwaarschuwingstijd 8 5 Openingstijd 15 / Voorwaarschuwingstijd 5 6 Openingstijd 30 / Voorwaarschuwingstijd 5 7 Openingstijd 60 / Voorwaarschuwingstijd 8 8 Openingstijd ­oneindig / Voorwaarschuwingstijd 3 Menu 5 – U  itschakelautomaat OPEN (Dit menu is alleen toegankelijk voor gekwalificeerd, geschoold personeel.) Verlenging van de openingstijd uitsluitend door een puls (Knop, handzender). Gevoeligheid in stappen van 1 - 15 (Hoe lager het niveau, des te gevoeliger de ­uitschakelautomaat). ) 11 Menu 6 – U  itschakelautomaat DICHT (Dit menu is alleen toegankelijk voor gekwalificeerd, geschoold personeel.) Annuleren van de openingstijd na passeren van de fotocel. Sluiten na passeren van de fotocel / sluitverhindering. Menu 2 – Tussenpositie OPEN Gevoeligheid in stappen van 1 - 15 (Hoe lager het niveau, des te gevoeliger de ­uitschakelautomaat). ) 7 Menu 7 – S  nelheid OPEN (Dit menu is alleen toegankelijk voor gekwalificeerd, geschoold personeel.) Stappen van 6 – 15. ) 15 Instellen met de toetsen + (OPEN) en – (DICHT). Magneetslotfunctie met automatisch sluiten is mogelijk. Er kan alleen maar de laatst geprogrammeerde ­tussenpositie worden gebruikt. 22 Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL Menubeschrijving Menu 8 – Snelheid DICHT (Dit menu is alleen toegankelijk voor gekwalificeerd, geschoold personeel.) 5. Bediening 5.1 Veiligheidsinstructies voor bediening Stappen van 6 – 15. ) 13 WAARSCHUWING! Gevaar door niet opvolgen van bedieningsinstructies! Dit hoofdstuk bevat belangrijke informatie voor het veilig bedienen van het product. • Lees dit hoofdstuk vóór de bediening zorgvuldig door. • De veiligheidsinstructies opvolgen. • Gebruik het product zoals beschreven. Menu 9 – Fotocel (Dit menu is alleen toegankelijk voor gekwalificeerd, geschoold personeel.) Deur keert kort om: Het aandrijfsysteem beweegt de deur kort in de ­tegengestelde richting. Deur keert langdurig om: Het aandrijfsysteem beweegt de deur naar de eindpositie OPEN. 1 ) Gebruik zonder fotocel 2 2-draads-fotocel (aansluiting XB03 – klem 70/71) Deurbeweging DICHT: deur keert langdurig om 3 Fotocel van derden (aansluiting XB03 – klem 70/71) Deurbeweging DICHT: deur keert langdurig om – – – – De besturingseenheid of de handzender mag alleen worden bediend als geen personen of objecten aanwezig zijn binnen het bewegingsbereik van de deur. De besturingseenheid en de handzender mogen niet door kinderen of onbevoegden worden gebruikt. De handzender mag niet per ongeluk worden bediend (bijv. in uw broekzak). In de looproute van deur en handkabel mag geen hindernis aanwezig zijn. Anders kan de handkabel blijven haken en tot beschadigingen leiden (bijv . bij dakdragersystemen). Menu 10 – Krachtontlasting in de positie deur DICHT (backjump) (Dit menu is alleen toegankelijk voor gekwalificeerd, geschoold personeel.) 1 ) Backjump niet actief 2 Backjump actief - Kort 3 Backjump actief - Medium Menu 11 – RESET 1 ) Geen reset 2 Reset besturing Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 23 Codering wijzigen (alleen multi-bit) 5.2 Handzender De aandrijving werkt met de meegeleverde afstandsbediening via een impulsvolgorde. 1. Overdrachtsstekker in de ­handzender steken. 2. Een van de twee buitenste pennen met de middelste pen ­kortsluiten (bijv. met behulp van een schroevendraaier). 3. Gewenste toets op de handzender indrukken. LED knippert. 4. LED brandt. Codering is voltooid. 5. Overdrachtsstekker verwijderen. Bediening met de handzender 1. 2. 3. 4. Besturing bevindt zich in de bedrijfsmodus. 1. Impuls: De deur gaat open en beweegt in de richting OPEN. 2. Impuls. Het aandrijfsysteem stopt. 3. Impuls: De deur beweegt in de ­tegengestelde richting DICHT. Codering overdragen (alleen multi-bit) 1. Handzender met ­overdrachtsstekker verbinden. 2. Masterzender bedienen. Toets ingedrukt houden. LED brandt. 3. Toets van de nieuw te coderen handzender bedienen. LED knippert. 4. LED brandt. Codering is voltooid. 5. Overdrachtsstekker verwijderen. Na een nieuwe codering van de handzender moet ook de aandrijving opnieuw worden geprogrammeerd. Bij zenders met meerdere kanalen moet het codeerproces voor iedere toets apart worden uitgevoerd.  Meer informatie over de extra functies van de meegeleverde bi·linked-handzender vindt u in de desbetreffende documentatie. Bij zenders met verschillende toetsen, kan elke knop worden ­toegewezen aan een individuele functie. 24 Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL 5.3 Ontgrendeling 6. VOORZICHTIG! Verzorging WAARSCHUWING! Letselgevaar door ongecontroleerde deurbewegingen! Bij het bedienen van de ontgrendeling kunnen ongecontroleerde bewegingen van de deur ontstaan, bijv. als de deurveren zwak of gebroken zijn of als de deur niet in balans is. • Beweeg de deur in ontgrendelde toestand voorzichtig en alleen met matige snelheid! Letselgevaar door een elektrische schok! Contact met de netspanning kan leiden tot een elektrische schok. • Voor reinigingswerkzaamheden het aandrijfsysteem altijd scheiden van de stroomvoorziening. Zorg dat de stroomverzorging tijdens de reinigingswerkzaamheden onderbroken blijft. OPMERKING Materiële schade door ongecontroleerde bewegingen van de deur! Bij het handmatig openen van de deur kan de geleideslede tegen de railaanslag stoten. • Beweeg de deur in ontgrendelde toestand voorzichtig en met matige snelheid! 5.3 / 1 OPMERKING Materiële schade door verkeerd gebruik! Nooit gebruiken voor het reinigen van de aandrijving: directe waterstraal, hogedrukreiniger, zuur of loog. • De behuizing uitwendig reinigen met een vochtige, zachte en pluisvrije doek. Bij sterke vervuilingen kan de behuizing met een mild afwasmiddel worden gereinigd. 7. Onderhoud 7.1 Onderhoudswerkzaamheden door de exploitant Schade of slijtage aan een deursysteem mag alleen worden verholpen door gekwalificeerd, geschoold vakpersoneel. Om een storingsvrije werking te garanderen moet de deurinstallatie regelmatig worden gecontroleerd en eventueel worden hersteld. Voor werkzaamheden aan de deur moet de aandrijving altijd worden losgekoppeld van het elektriciteitsnet. 5.3 / 2 Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) • Controleer iedere maand of het aandrijfsysteem omkeert wanneer de deur een hindernis raakt. Zet daarvoor, overeenkomstig de looprichting van de deur, een 50 mm hoge/ brede hindernis in de dagopening. • Controleer de instelling van de uitschakelautomaat OPEN en DICHT. ➔ „4.5.3 Controle van de uitschakelautomaat“ • Controleer alle bewegende onderdelen van het deur- en ­aandrijfsysteem. • Controleer de deurinstallatie op slijtage of beschadiging. • Controleer of de deur licht met de hand te bedienen is. • Controleer alle aansluitkabels op beschadigingen. Een beschadigde aansluitkabel moeten door de fabrikant zelf, zijn klantendienst of een gelijkwaardig gekwalificeerd persoon worden vervangen om gevaar te voorkomen. 25 7.2 Onderhoudswerkzaamheden door gekwalificeerd, geschoold vakpersoneel Elektrisch bediende ramen, deuren en poorten moeten bij behoefte, maar minstens jaarlijks, worden gecontroleerd door gekwalificeerd, geschoold vakpersoneel met een daarvoor geschikte sluitkrachtmeettoestel (moet worden gedocumenteerd). • Controleer de aandrijfkracht met een daarvoor bestemd sluitkrachtmeetapparaat. • Vervang eventueel beschadigde of versleten onderdelen. 8. Demontage Demontage uitsluitend door gekwalificeerd vakpersoneel. ➔ „1.2.2 Vakpersoneel“ WAARSCHUWING! Levensgevaar door een elektrische schok! Het aanraken van spanningvoerende onderdelen kan tot een elektrische schok, verbrandingen of de dood leiden. • Zorg dat de stroomvoorziening tijdens de demontage is onderbroken en blijft. WAARSCHUWING! Letselgevaar door ondeskundige hantering! De grootte en het gewicht van het product verlangen bij de demontage veel kracht. Valt het product, is zwaar letsel mogelijk. • Beveilig het aandrijfsysteem vóór de demontage tegen vallen. • Alle geldende voorschriften voor veilig werken opvolgen. De demontage moet in omgekeerde volgorde van de montage worden uitgevoerd. ➔ „3. Montage“ 9. Recycling Recycling uitsluitend door gekwalificeerd vakpersoneel. ➔ „1.2.2 Vakpersoneel“  ude apparaten en batterijen mogen niet worden O afgevoerd met het huishoudelijk afval! • • • 26 Gooi oude apparaten weg via een inzamelpunt voor elektronisch afval of via uw dealer. Gooi gebruikte batterijen weg via een inzamelbak voor lege ­batterijen of via uw dealer. Gooi het verpakkingsmateriaal in de containers voor karton, papier en plastic. 10. Opheffen van storingen Storingen zonder storingsmelding Ledweergave brandt niet. Spanning ontbreekt. • Controleren of er netspanning aanwezig is. • Stroomaansluiting controleren. Thermische beveiliging in de nettransformator is ­geactiveerd. • Nettransformator laten afkoelen. Besturingseenheid defect. • Aandrijfsysteem laten controleren. Geen reactie na impuls. Aansluitklemmen voor schakelaar “impuls” ­overbrugd, bijv. door kortsluiting in de kabels of in de ­systeemstekkers. • Eventueel bekabelde sleutelschakelaars of binnendrukknoppen bij wijze van proef van de besturingseenheid loskoppelen: kabel uit bus XB03 trekken, kortsluitstekker insteken en bekabelingsfout zoeken. ➔ „3.4.3 Aansluiting potentiaalvrije schakelaar (XB03)“ Geen reactie na impuls van de handzender. Modulaire antenne niet ingestoken. • Modulaire antenne met besturingseenheid verbinden. ➔ „3.5 Afronden van de montage“ Handzendercodering komt niet overeen met ­ontvangercodering. • Handzender opnieuw programmeren. ➔ „4.4 Snelprogrammering“ Batterij van de handzender leeg. • Nieuwe batterij plaatsen. ➔ „5.2 Handzender“ Handzender of besturingselektronica van de modulaire antenne defect. • Alle 3 de componenten laten controleren. Aandrijfsysteem keert om bij onderbreking van de fotocel in hoekprofiel staande rail. Programmering niet correct uitgevoerd. • Reset van de veiligheidselementen uitvoeren. ➔ „Menu 11 - RESET“ • Snelprogrammering opnieuw uitvoeren. ➔ „4.4 Snelprogrammering“ Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL Storingen met storingsmeldingen Storingen met storingsmeldingen Het systeem geeft gedetecteerde storingen aan met een foutmelding (bijv. fotmelding 7). De besturing schakelt over naar de ­meldingsmodus. In de bedrijfsmodus kan door op de P-toets te drukken de laatste foutmelding worden ­weergegeven. Foutmelding 6 Foutmelding 1 Kortsluitstekker verwijderd, stoptoets echter niet ­aangesloten. • Stoptoets aansluiten of kortsluitstekker insteken. ➔ „3.4.3 Aansluiting potentiaalvrije schakelaar (XB03)“ Aandrijfsysteem ontgrendeld of ruststroomcircuit ­onderbroken. • Aandrijfsysteem vergrendelen. Foutmelding 2 Deur loopt te stroef, onregelmatig of blokkeert. • Deurbeweging controleren en zorgen dat de deur soepel loopt. Uitschakelautomaat te gevoelig ingesteld. • Uitschakelautomaat door de vakhandelaar laten controleren. ➔ „Menu 5 - Uitschakelautomaat OPEN“ ➔ „Menu 6 - Uitschakelautomaat DICHT“ Foutmelding 3 Stroomsensor voor de Uitschakelautomaat defect. • Aandrijving laten controleren. Deur loopt te stroef, onregelmatig of blokkeert. • Deurbeweging controleren en zorgen dat de deur soepel loopt. Instelling van de deurpositie DICHT is onjuist. • Deurpositie OPEN en DICHT controleren en indien nodig opnieuw instellen. • Deur controleren. Foutmelding 7 Na 120 seconden zonder toetsbediening sluit de ­programmeermodus vanzelf af. • Start de programmering opnieuw. Foutmelding 8 Overtemperatuur door oververhitting. • Aggregaat laten afkoelen. Foutmelding 9 Impuls toerentalsensor niet aanwezig, aandrijfsysteem blokkeert. • Aandrijfsysteem laten controleren. Foutmelding 10 Deur loopt stroef of deur blokkeert. • Zorgen dat de deur soepel loopt. Foutmelding 4 Te lage spanning, aandrijfsysteem overbelast bij instelling max. kracht stap 16. • Externe stroomvoorziening laten controleren. Maximale aandrijfkracht te laag ingesteld. • De maximale aandrijfkracht laten controleren door gekwalificeerd, geschoold vakpersoneel met behulp van een geschikte sluitkrachtmeetapparaat. Foutmelding 11 Foutmelding 5 Fotocel onderbroken of defect. • Hindernis verwijderen of fotocel laten controleren. Fotocel geprogrammeerd, maar niet aangesloten. • Fotocel uitschakelen of aansluiten. Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) Looptijdbegrenzing. • Aandrijfsysteem laten controleren. Foutmelding 12 De opschuifbeveiliging heeft gereageerd, mogelijke poging tot braak. • Deursysteem op beschadiging controleren. 27 11. Bijlage 11.1 Produsenterklæring Installasjonserklæring jamfør maskindirektivet 2006/42/EF for installasjonen av en ufullstendig maskin i henhold til vedlegg II, del 1B Konformitetserklæring jamfør direktivet om elektromagnetisk kompatibilitet 2014/30/EU og RoHS 2011/65/EU + 2015/863/EU + 2017/2102/EU. Produsent: Marantec Antriebs und Steuerungstechnik GmbH & Co. KG Remser Brook 11, 33428 Marienfeld, Germany Herved erklærer vi at følgende listede produkt Produktbeskrivelse: Typebetegnelse: Revisiestand: Deuraandrijving Comfort 50, 60 R01, R10 Følgende krav fra EU-direktiv 2006/42/EF overholdes: Generelle hovedprinsipper, nr. 1.1.2, 1.1.3, 1.1.5, 1.1.6, 1.2.1, 1.2.2, 1.2.3, 1.2.6, 1.3.1, 1.3.4, 1.3.7, 1.3.8, 1.3.9, 1.4.1, 1.4.3, 1.5.1, 1.5.4, 1.5.6, 1.5.8, 1.5.14, 1.7 Videre erklærer vi at den spesielle dokumentasjonen for denne ufullstendige maskinen er opprettet i henhold til vedlegg VII del B, og vi forplikter oss til å sende denne elektronisk til enkeltstatlige organer etter begrunnet krav. Fullmektig for sammensetting av teknisk dokumentasjon: Marantec Antriebs- und Steuerungstechnik GmbH & Co. KG, Remser Brook 11 · 33428 Marienfeld · Germany Tel. +49 (5247) 705-0 Ufullstendige maskiner jamfør EU-direktivet 2006/42/EF er kun til installasjon i eller kobling med andre maskiner eller andre ufullstendige maskiner eller anlegg, slik at disse sammen danner en maskin i betydningen av ovennevnte direktiv og forskrifter. Derfor kan dette produktet først brukes når det konstateres at den komplette maskinen / anlegget, som dette er installert i, samsvarer med bestemmelsene i ovennevnte EU-direktiv. Ved endring på produktet som ikke er avklart med oss, mister denne erklæringen sin gyldighet. som ufullstendig maskin kun skal installeres i et portsystem, og er utviklet, konstruert og produsert i samsvar med følgende retningslinjer: – – – Maskindirektivet 2006/42/EF Direktivet om elektromagnetisk kompatibilitet 2014/30/EU RoHs direktiv 2011/65/EU + 2015/863/EU + 2017/2102/EU  Marienfeld, 16-07-2020  M. Hörmann Directie Utover dette oppfylles kravene til lavspenningsdirektivet 2014/35/ EU jamfør vedlegg I del 1.5.1 i maskindirektivet 2006/42/EF. Brukte og relaterte normer: – – – – – – – 28 EN 12453 Porter - Sikkerhet ved bruk for maskindrevne porter: Krav og testmetoder EN 12604 Porter - Mekaniske aspekter: Krav og testmetoder EN ISO 13849-1, PL „c“, cat. 2 Veiligheid van machines - Veiligheidsgerelateerde delen van besturingssystemen - Deel 1: Algemene beginselen voor het ontwerp EN 60335-1 Sikkerhet av elektriske apparater for bruk i hjemmet og lignende formål - del 1: Generelle krav EN 60335-2-95 Huishoudelijke en soortgelijke elektrische toestellen - Veiligheid – Deel 2-95: Bijzondere eisen voor aandrijfmechanismen voor verticaal bewegende deuren voor woonhuizen EN 61000-6-2 Elektromagnetisk kompatibilitet (EMC) — del 6-2: Generisk norm – Immunitet for industrimiljø EN 61000-6-3 Elektromagnetisk kompatibilitet (EMC) — del 6-3: Generisk norm — Emisjonsnorm for boliger, handels- og lette industri-miljøer 11.2 Radiografische conformiteit Hierbij verklaart Marantec Antriebs- und Steuerungstechnik GmbH & Co KG, dat het type radiografische installatie voldoet aan Richtlijn 2014/53/EU. 1. Digital 168, Digital 179, Digital 921, Digital 941, Digital 991 2. Digital 382, Digital 384, Digital 392, Digital 564, Digital 572, Digital 663 De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring is beschikbaar op het volgende internetadres: marantec.group/conformity Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 29 30 Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) NL Gebruiksaanwijzing, Comfort 50, 60 (#115815 – NL) 31 Typeplaatje motor Model (A) ______________________________________________________________________________________________ Productiemaand / -jaar (B) ______________________________________________________________________________________________ Art. nr. Product (C) ______________________________________________________________________________________________ Revisie. (D) ______________________________________________________________________________________________ Art. nr. Verkoopproduct (E) ______________________________________________________________________________________________ Serienummer (F) ______________________________________________________________________________________________ A Remser Brook 11 DE - 33428 Marienfeld B / C D E F 1 - NL 360385 - M - 0.5 - 0113 MADE IN GERMANY
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32

Marantec Comfort 50 de handleiding

Type
de handleiding