Nederlands 21
Hartelijk gefeliciteerd met uw aankoop van
de ring lusver sterker LA-215. U heeft daar-
mee gekozen voor een modern en betrouw-
baar systeem.
Gelieve deze gebruiksaanwijzing eerst aan-
dachtig door te nemen, zo dat u de instal-
latie correct in gebruik kan nemen en ver-
trouwd wordt met alle mogelijkheden van
het sys teem.
Standaardlevering
Controleer of alle hieronder vermelde on-
derdelen meegeleverd werden:
- Ringlusversterker LA-215
- Netsnoer
- Standvoet
- Microfoonkabel
- 37 m ringluskabel en kabelklemmen
- Aansluitkabelset
- Gebruiksaanwijzing
- Garantiekaart
Indien bepaalde onderdelen ontbreken, dient
u onmiddellijk contact op te nemen met uw
audicien of rechtstreeks met de fabrikant.
Werking
De LA-215 neemt signalen van een audio-
bron op die direct met een kabel of een
microfoon wordt aangesloten op het appa-
raat. In de uitgelegde ringlus wordt dan een
magneetveld gegenereerd. Met een hoor-
apparaat met ingebouwde telespoel of een
inductieve ontvanger, kunt u de versterkte
audiosignalen (TV, radio, microfoon) opti-
maal horen.
Weergave- en bedieningselementen
Voorkant
Netschakelaar (7):
daarmee schakelt u de LA-215 in en uit. Na
het in schakelen brandt het controlelampje
op en de ingang A (14) is actief.
Volumeregelaar VOLUME (1)
Klankregelaar (hoge/lage tonen) TONE (2)
Hoofdtelefoonaansluiting (3):
voor het aansluiten van een hoofdtelefoon
met 3,5-mm-klinkstekker. Daar mee kan het
uitgangssignaal van de versterker gecon-
troleerd worden, ook als er geen ringlus
aangesloten is.
Ringlusniveau-indicator (4):
Deze indicator geeft aan dat een signaal
van de aangesloten geluidsbron in de ring-
luskabel wordt gestuurd. Het is normaal dat
de lamp eerst even knippert, daar deze
reageert op de signaalpieken van het in-
gangssignaal. De volumeregelaar VOLUME
(1) moet zo worden ingesteld dat de indica-
tor permanent brandt. U kunt het systeem
testen door in een microfoon te spreken. De
indicator knippert zodra een signaal door
de ringluskabel wordt opgenomen en door-
gegeven.
Als één van de volgende toetsen wordt in-
gedrukt, gaat de desbetreffende LED bran-
den en signaleert daarmee de bijbehorende
functie. Bij het uitschakelen, wordt de LED
weer gedoofd.
Microfoontoets MIC (5):
met deze toets, worden achtergrondgelui-
den in luide omgevingen gereduceerd.
Prioriteitstoets PRI (6):
een signaal aan microfooningang B (15)
wordt met prioriteit verwerkt. Hier bestaat
de mogelijk heid een deurbel of een telefoon
te bewaken.
Als deze functie is uitgeschakeld, worden
beide microfooningangen gelijkgerecht ver-
werkt.