Documenttranscriptie
Zie voor het monteren en aansluiten van het
apparaat de bijgeleverde handleiding
"Installatie en aansluitingen".
MPEG Layer-3 audio-codeertechnologie en
-patenten gebruikt onder licentie van Fraunhofer
IIS en Thomson.
Dit product wordt beschermd door bepaalde
intellectuele eigendomsrechten van Microsoft
Corporation. Het gebruik of de verspreiding van
dergelijke technologie buiten dit product om is
verboden zonder een licentie van Microsoft of een
erkend dochterbedrijf van Microsoft.
Dit label bevindt zich aan de onderkant van het
apparaat.
Opmerking voor klanten: de volgende
informatie is enkel van toepassing voor
apparaten die verkocht worden in landen
die de EU-richtlijnen in acht nemen
De fabrikant van dit apparaat is Sony
Corporation, 1-7-1 Konan, Minato-ku, Tokio,
Japan. De geautoriseerde vertegenwoordiger
voor EMC en productveiligheid is Sony
Deutschland GmbH, Hedelfinger Strasse 61,
70327 Stuttgart, Duitsland. Voor onderhouds- of
garantiekwesties kunt u de adressen gebruiken
die in de afzonderlijke onderhouds- of
garantiedocumenten worden vermeld.
Verwijdering van oude elektrische
en elektronische apparaten
(Toepasbaar in de Europese Unie en
andere Europese landen met
gescheiden ophaalsystemen)
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudelijk afval mag worden behandeld. Het moet
echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische
en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u
ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt
verwijderd, voorkomt u voor mens en milieu negatieve
gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalbehandeling. De recycling van materialen
draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. Voor
meer details in verband met het recyclen van dit product,
neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het
bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van
huishoudafval of de winkel waar u het product hebt
gekocht.
Microsoft, Windows Media
en het Windows-logo zijn
geregistreerde handelsmerken
van Microsoft Corporation in
de VS en/of andere landen.
iPod is een handelsmerk van Apple Inc.,
gedeponeerd in de Verenigde Staten en andere
landen.
2
Waarschuwing als het contactslot van
de auto geen ACC-positie heeft
Zorg ervoor dat u de functie voor automatisch
uitschakelen instelt (pagina 14).
Hiermee wordt het apparaat na de ingestelde
tijdsduur automatisch volledig uitgeschakeld
nadat u het apparaat hebt uitgeschakeld. Zo
voorkomt u dat de accu leegraakt.
Als u de functie voor automatisch uitschakelen
niet instelt, houdt u (OFF) ingedrukt totdat het
scherm verdwijnt wanneer u het contactslot op
uit zet.
Inhoudsopgave
Aan de slag
iPod
Discs die kunnen worden afgespeeld op dit
apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Het apparaat opnieuw instellen . . . . . . . . . . . . . 4
De DEMO-stand annuleren . . . . . . . . . . . . . . . . 4
De klok instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Het voorpaneel verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . 5
Het voorpaneel bevestigen . . . . . . . . . . . . . . 5
Een iPod afspelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Tracks afspelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Schermitems . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
De weergavestand instellen . . . . . . . . . . . . . .
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen . . . .
Een iPod rechtstreeks bedienen
— Passagiersbediening . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Bedieningselementen en algemene
handelingen
Overige functies
Hoofdeenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Zoeken naar een track — Quick-BrowZer . . . . 8
Zoeken door items over te slaan
— Jump-stand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Radio
Zenders opslaan en ontvangen. . . . . . . . . . . . . . 9
Automatisch opslaan — BTM . . . . . . . . . . . 9
Handmatig opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
De opgeslagen zenders ontvangen . . . . . . . . 9
Automatisch afstemmen . . . . . . . . . . . . . . . . 9
RDS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Overzicht. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
AF en TA instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
PTY selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
CT instellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
CD
Schermitems . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen . . . . 11
De geluidsinstellingen wijzigen . . . . . . . . . . .
De geluidskenmerken aanpassen
— BAL/FAD/SUB. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
De equalizercurve aanpassen — EQ3 . . . .
Instelitems aanpassen — SET. . . . . . . . . . . . .
Optionele apparaten gebruiken . . . . . . . . . . . .
Randapparatuur voor audio . . . . . . . . . . . .
CD-wisselaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Kaartafstandsbediening RM-X114. . . . . . .
Bedieningssatelliet RM-X4S . . . . . . . . . . .
12
12
12
13
13
13
14
14
14
14
15
15
16
16
17
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Opmerkingen over discs. . . . . . . . . . . . . . .
Afspeelvolgorde van
MP3-/WMA-bestanden . . . . . . . . . . . . . . .
Informatie over iPod . . . . . . . . . . . . . . . . .
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Het apparaat verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . .
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Foutmeldingen/berichten . . . . . . . . . . . . . .
18
18
18
18
19
20
20
21
23
Ondersteuningssite
Als u vragen hebt of de recentste ondersteuningsinformatie over dit
product wilt hebben, gaat u naar de onderstaande website:
http://support.sony-europe.com
Levert informatie over:
• Modellen en fabrikanten van compatibele digitale audiospelers
• Ondersteunde MP3-/WMA-/AAC-bestanden
3
Aan de slag
De klok instellen
Discs die kunnen worden
afgespeeld op dit apparaat
U kunt CD-DA's (ook met CD TEXT) en
CD-R's/CD-RW's (MP3-/WMA-bestanden
(pagina 18)) afspelen.
Soorten discs
De digitale klok werkt met het 24-uurs systeem.
1
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2
Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "CLOCK-ADJ" wordt weergegeven.
3
Druk op (SEEK) +.
De aanduiding voor het uur gaat knipperen.
4
Draai de regelknop om de uren en
minuten in te stellen.
Als u de digitale aanduiding wilt verplaatsen,
drukt u op (SEEK) +/–.
5
Na het instellen van de minuten drukt
u op de selectietoets.
Het instellen is voltooid en de klok begint te
lopen.
Label op de disc
CD-DA
MP3
WMA
Als u de klok wilt weergeven, drukt u op
(DSPL). Druk nogmaals op (DSPL) om terug te
keren naar het vorige scherm.
Het apparaat opnieuw instellen
Voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt of
na het vervangen van de accu of het wijzigen van
de aansluitingen, moet u het apparaat opnieuw
instellen.
Maak het voorpaneel los (pagina 5) en druk met
een puntig voorwerp, zoals een balpen, op de
RESET toets (pagina 6).
Opmerking
Als u op de RESET toets drukt, worden de
klokinstelling en bepaalde opgeslagen gegevens
gewist.
De DEMO-stand annuleren
U kunt het demonstratiescherm annuleren dat
wordt weergegeven tijdens het uitschakelen.
4
1
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2
Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "DEMO" wordt weergegeven.
3
Draai de regelknop om "DEMO-OFF"
te selecteren.
4
Houd de selectietoets ingedrukt.
Als het instellen is voltooid en het scherm
keert terug naar de normale weergave-/
ontvangststand.
Tip
U kunt de klok automatisch instellen met de RDSfunctie (pagina 11).
Het voorpaneel verwijderen
U kunt het voorpaneel van het apparaat
verwijderen om diefstal te voorkomen.
Waarschuwingstoon
Wanneer u het contact in de stand OFF zet
zonder het voorpaneel te verwijderen, hoort u
gedurende enkele seconden de
waarschuwingstoon.
U hoort de waarschuwingstoon alleen als de
ingebouwde versterker wordt gebruikt.
1
Druk op (OFF).
Het apparaat wordt uitgeschakeld.
2
Druk op
en trek het voorpaneel
naar u toe.
Opmerkingen
• Laat het voorpaneel niet vallen en druk niet te hard
op het voorpaneel en het display.
• Stel het voorpaneel niet bloot aan hitte/hoge
temperaturen of vocht. Laat het voorpaneel niet
achter in een geparkeerde auto of op het
dashboard/de hoedenplank.
Het voorpaneel bevestigen
Plaats deel A van het voorpaneel op deel B van
het apparaat, zoals wordt weergegeven, en druk
op de linkerzijde tot deze vastklikt.
A
B
Opmerking
Plaats niets op de binnenkant van het voorpaneel.
5
Bedieningselementen en algemene handelingen
Hoofdeenheid
1 2345
6
7
8
OFF
SEEK
SOURCE
AF TA TP REG DISC ALBM ARTIST TRACK
PTY
MODE
SEEK
EQ3
AF/TA
ALBM
1
2
SHUF ZAP
REP
SHUF
3
4
DM+ LOUD
PAUSE
5
6
SCRL
AUX
DSPL
PUSH ENTER / SELECT
9 q;
qa
qs qdqf qg
In dit gedeelte vindt u informatie over de locatie
van bedieningselementen en instructies voor
algemene handelingen. Bekijk de betreffende
pagina's voor meer informatie.
Zie "iPod" op pagina 12 voor de bediening van
een iPod. Zie "Optionele apparaten gebruiken"
op pagina 15 voor meer informatie over het
bedienen van optionele apparaten (CDwisselaars, enzovoort).
A OFF toets
Uitschakelen; de bron stoppen.
B
(BACK) toets pagina 8
Terugkeren naar het vorige scherm.
C SOURCE toets
Inschakelen; de bron wijzigen (Radio/CD/
iPod/AUX).
D
(BROWSE) toets pagina 8
De Quick-BrowZer-stand openen (iPod).
E Regelknop/selectietoets
Volume aanpassen (draaien); instelitems
selecteren (indrukken en draaien).
F Discsleuf
Plaats de disc (met het label omhoog) en het
afspelen begint.
G Scherm
H Z (uitwerpen) toets
De disc uitwerpen.
6
qh
qj qk
I SEEK +/– toetsen
CD/iPod:
Tracks overslaan (indrukken); tracks blijven
overslaan (indrukken, vervolgens binnen 1
seconde nogmaals indrukken en
vasthouden); een track snel terug-/
vooruitspoelen (ingedrukt houden).
Radio:
Automatisch afstemmen op zenders
(indrukken); handmatig zoeken naar zenders
(ingedrukt houden).
J
(voorpaneel loslaten) toets
pagina 5
K MODE toets pagina 9, 12, 13
Indrukken: de radioband selecteren (FM/
MW/LW)/de weergavestand voor de iPod
selecteren.
Ingedrukt houden: passagiersbediening
inschakelen/annuleren.
L Ontvanger voor de
kaartafstandsbediening
M RESET toets (bevindt zich achter het
voorpaneel) pagina 4
N EQ3 (equalizer) toets pagina 14
Een equalizertype selecteren (XPLOD,
VOCAL, EDGE, CRUISE, SPACE,
GRAVITY, CUSTOM of OFF).
O AF (alternatieve frequenties)/
TA (verkeersinformatie)/
PTY (programmatype) toets pagina 10
AF en TA instellen (indrukken); PTY
selecteren (ingedrukt houden) in RDS.
P Cijfertoetsen
CD/iPod:
(1)/(2): ALBM –/+ (tijdens het afspelen
van MP3/WMA)
Albums overslaan (indrukken); albums
blijven overslaan (ingedrukt houden).
(3): REP pagina 11, 13
(4): SHUF pagina 11, 13
(6): PAUSE
Afspelen onderbreken. Druk nogmaals
op de toets om te annuleren.
Radio:
De opgeslagen zenders ontvangen
(indrukken); zenders opslaan (ingedrukt
houden).
Q DSPL (scherm)/SCRL (rollen) toets
pagina 9, 11, 12, 13
Schermitems wijzigen (indrukken); het
schermitem rollen (ingedrukt houden).
R AUX-ingang pagina 15
Een draagbaar audioapparaat aansluiten.
7
Zoeken naar een track
— Quick-BrowZer
U kunt gemakkelijk op categorie zoeken naar een
track op een iPod.
Zoeken door items over te slaan
— Jump-stand
Wanneer er veel items in een categorie staan,
kunt u het gewenste item snel zoeken.
1
(BROWSE)
Regelknop
Druk op (SEEK) + in de QuickBrowZer-stand.
Het volgende scherm wordt weergegeven.
OFF
SEEK
SOURCE
A Huidig itemnummer
B Totaalaantal items in de huidige laag
MODE
SEEK
PUSH ENTER / SELECT
De itemnaam wordt weergegeven.
(BACK)
2
Draai de regelknop om het gewenste
item, of een item in de buurt van het
gewenste item, te selecteren.
De multi-encoder slaat gedeelten in stappen
van 10 % van het totaalaantal items over.
3
Druk op de regelknop.
Het scherm keert terug naar de QuickBrowZer-stand en het geselecteerde item
wordt weergegeven.
4
Draai de regelknop om het gewenste
item te selecteren en druk op de
regelknop.
Het afspelen wordt gestart als het
geselecteerde item een track is.
SEEK +/–
1
2
3
Druk op
(BROWSE).
De Quick-BrowZer-stand op het apparaat
wordt geactiveerd en er wordt een lijst met
zoekcategorieën weergegeven.
Draai de regelknop om het gewenste
zoekcategorie te selecteren en druk op
de regelknop om te bevestigen.
Herhaal stap 2 tot de gewenste track
wordt geselecteerd.
Het afspelen wordt gestart.
Terugkeren naar het vorige scherm
De Jump-stand annuleren
Druk op
Druk op
(BACK).
De Quick-BrowZer-stand sluiten
Druk op
(BROWSE).
Opmerking
Wanneer u de Quick-BrowZer-stand activeert, wordt
de instelling voor herhaaldelijk/willekeurig afspelen
geannuleerd.
8
(BACK) of (SEEK) –.
Radio
Zenders opslaan en ontvangen
Let op
Als u afstemt op zenders tijdens het rijden, moet
u de BTM-functie (geheugen voor beste
afstemming) gebruiken om ongelukken te
vermijden.
Automatisch opslaan — BTM
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot
"TUNER" wordt weergegeven.
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de band
te wijzigen. U kunt FM1, FM2, FM3, MW of
LW selecteren.
2
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
3
Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "BTM" wordt weergegeven.
4
Druk op (SEEK) +.
Het apparaat slaat de zenders in de volgorde
van frequentie op onder de cijfertoetsen.
Er klinkt een pieptoon wanneer de instelling
is opgeslagen.
Handmatig opslaan
1
Als u de zender ontvangt die u wilt
opslaan, houdt u een cijfertoets ((1)
tot en met (6)) ingedrukt tot "MEM"
wordt weergegeven.
Opmerking
Als u een andere zender opslaat onder dezelfde
cijfertoets, wordt de eerder opgeslagen zender
vervangen.
Tip
Als een RDS-zender wordt opgeslagen, wordt de AF-/
TA-instelling ook opgeslagen (pagina 10).
De opgeslagen zenders ontvangen
1
Selecteer de band en druk vervolgens
op een cijfertoets ((1) tot en met (6)).
Automatisch afstemmen
1
Selecteer de band en druk op (SEEK)
+/– om de zender te zoeken.
Het zoeken stopt zodra een zender wordt
ontvangen. Herhaal deze procedure tot de
gewenste zender wordt ontvangen.
Tip
Als u de frequentie kent van de zender die u wilt
beluisteren, houdt u (SEEK) +/– ingedrukt tot de
frequentie ongeveer is bereikt en drukt u vervolgens
herhaaldelijk op (SEEK) +/– om nauwkeurig af te
stemmen op de gewenste frequentie (handmatig
afstemmen).
RDS
Overzicht
FM-zenders met de RDS-dienst
(radiogegevenssysteem) sturen onhoorbare
digitale informatie mee met het gewone
radioprogrammasignaal.
Schermitems
A TA/TP*1
B Radioband, functie
C Frequentie*2 (programmaservicenaam),
voorinstelnummer, klok, RDS-gegevens
*1 "TA" knippert tijdens de verkeersinformatie. "TP"
gaat branden als dergelijke zenders worden
ontvangen.
*2 Als u de RDS-zender ontvangt, wordt " *" links van
de frequentieaanduiding weergegeven.
Als u de schermitems C wilt wijzigen, drukt u
op (DSPL).
RDS-diensten
Dit apparaat biedt automatisch RDS-diensten op
de volgende manier:
AF (alternatieve frequenties)
Hiermee wordt de zender met het sterkste
signaal in een netwerk geselecteerd en wordt
opnieuw op deze zender afgestemd. Als u deze
functie gebruikt, kunt u onafgebroken naar
hetzelfde programma luisteren tijdens een lange
rit zonder dat u steeds handmatig op dezelfde
zender hoeft af te stemmen.
TA (verkeersinformatie)/
TP (verkeersprogramma)
Hiermee ontvangt u de huidige
verkeersinformatie/-programma's. De huidige
bron wordt onderbroken door eventuele
verkeersinformatie/-programma's.
vervolg op volgende pagina t
9
PTY (programmatypen)
Hiermee geeft u het ontvangen programmatype
weer. Hiermee zoekt u ook naar het
geselecteerde programmatype.
CT (kloktijd)
Met de CT-gegevens van de RDS-uitzending
wordt de klok ingesteld.
Opmerkingen
• In bepaalde landen/regio's zijn wellicht niet alle
RDS-functies beschikbaar.
• RDS functioneert wellicht niet als het
ontvangstsignaal zwak is of als de zender waarop u
hebt afgestemd, geen RDS-gegevens verzendt.
AF en TA instellen
1
Druk herhaaldelijk op (AF/TA) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
Selecteer
Actie
AF-ON
AF inschakelen en TA
uitschakelen.
TA-ON
TA inschakelen en AF
uitschakelen.
AF, TA-ON
AF en TA inschakelen.
AF, TA-OFF
AF en TA uitschakelen.
RDS-zenders met de AF- en TAinstelling opslaan
Een regionaal programma
beluisteren — REG
Als de AF-functie is ingeschakeld: met de
fabrieksinstelling van het apparaat wordt
ontvangst tot een bepaalde regio beperkt, zodat er
niet automatisch wordt overgeschakeld naar een
andere regionale zender met een sterkere
frequentie.
Wanneer u het ontvangstgebied van het regionale
programma verlaat, stelt u tijdens FM-ontvangst
"REG-OFF" in bij de instellingen (pagina 15).
Opmerking
Deze functie werkt niet in het Verenigd Koninkrijk en
bepaalde andere gebieden.
Local Link-functie (alleen voor het
Verenigd Koninkrijk)
Met deze functie kunt u andere lokale zenders in
het gebied selecteren, ook als deze niet zijn
opgeslagen onder de cijfertoetsen.
1 Druk tijdens FM-ontvangst op een cijfertoets
((1) tot en met (6)) waaronder een lokale
zender is opgeslagen.
2 Druk binnen 5 seconden nogmaals op de
cijfertoets van de lokale zender.
Herhaal dit tot de lokale zender wordt
ontvangen.
PTY selecteren
1
U kunt RDS-zenders vooraf instellen met de AF/TA-instelling. Als u de BTM-functie gebruikt,
worden alleen RDS-zenders met dezelfde AF-/
TA-instelling opgeslagen.
Als u handmatig vooraf instelt, kunt u zowel
RDS- als niet-RDS-zenders instellen met de
bijbehorende AF-/TA-instelling.
1 Stel AF/TA in en sla de zender vervolgens met
BTM of handmatig op.
De naam van het huidige programmatype
verschijnt als de zender PTY-gegevens
uitzendt.
2
Druk herhaaldelijk op (AF/TA) (PTY) tot
het gewenste programmatype
verschijnt.
3
Druk op (SEEK) +/–.
Het apparaat begint te zoeken naar een zender
die het geselecteerde programmatype
uitzendt.
Noodberichten ontvangen
Als AF of TA is ingeschakeld, wordt de
geselecteerde bron automatisch onderbroken
door de noodberichten.
Tip
Als u het volume aanpast tijdens een verkeersbericht,
wordt dat volume opgeslagen in het geheugen voor
volgende verkeersberichten, onafhankelijk van het
normale volume.
10
Houd (AF/TA) (PTY) ingedrukt tijdens
FM-ontvangst.
Programmatypen
NEWS (Nieuws), AFFAIRS (Actualiteiten),
INFO (Informatie), SPORT (Sport),
EDUCATE (Educatieve programma's),
DRAMA (Toneel), CULTURE (Cultuur),
SCIENCE (Wetenschap), VARIED (Diversen),
POP M (Populaire muziek), ROCK M (Rockmuziek), EASY M (Easy Listening), LIGHT M
(Licht klassiek), CLASSICS (Klassiek),
OTHER M (Ander type muziek), WEATHER
(Weerberichten), FINANCE (Financiën),
CHILDREN (Kinderprogramma's), SOCIAL A
(Sociale zaken), RELIGION (Religie),
PHONE IN (Phone In), TRAVEL (Reizen),
LEISURE (Ontspanning), JAZZ (Jazz-muziek),
COUNTRY (Country-muziek), NATION M
(Nationale muziek), OLDIES (Oldies),
FOLK M (Folk-muziek), DOCUMENT
(Documentaires)
Opmerking
U kunt deze functie niet gebruiken in bepaalde landen/
regio's waar geen PTY-gegevens beschikbaar zijn.
CT instellen
1
Stel "CT-ON" in bij de instellingen
(pagina 14).
Opmerkingen
• Het is mogelijk dat de CT-functie niet werkt, ook al
wordt er wel een RDS-zender ontvangen.
• Er kan een verschil zijn tussen de tijd van de CTfunctie en de werkelijke tijd.
CD
Zie pagina 16 voor meer informatie over het
selecteren van een CD-wisselaar.
Schermitems
A Bron
B Tracknaam*1, disc-/artiestennaam*1,
artiestennaam*1, albumnummer*2,
albumnaam*1, tracknummer/verstreken
speelduur, klok
*1 De informatie over een CD TEXT, MP3/WMA wordt
weergegeven.
*2 Het albumnummer wordt alleen weergegeven als
het album wordt gewijzigd.
Als u schermitems B wilt wijzigen, drukt u op
(DSPL).
Tip
De weergegeven items zijn afhankelijk van het
disctype, de opname-indeling en de instellingen.
Herhaaldelijk en willekeurig
afspelen
1
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk
op (3) (REP) of (4) (SHUF) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
Selecteer
Actie
TRACK
Track herhaaldelijk
afspelen.
ALBUM*
Album herhaaldelijk
afspelen.
SHUF ALBUM*
Album in willekeurige
volgorde afspelen.
SHUF DISC
Disc in willekeurige
volgorde afspelen.
* Bij het afspelen van een MP3-/WMA-bestand.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u " OFF" of "SHUF
OFF".
11
2
iPod
Een iPod afspelen
Door een iPod aan te sluiten op de
dockconnector aan de achterkant van het
apparaat, kunt u het geluid beluisteren via de
autoluidsprekers, terwijl u de iPod bedient vanaf
het apparaat.
Zie "Informatie over iPod" op pagina 18 of ga
naar de ondersteuningssite voor meer informatie
over de compatibiliteit van de iPod.
Ondersteuningssite
http://support.sony-europe.com
Tracks afspelen
Zet het volume van het apparaat zachter voordat
u de iPod aansluit op de dockconnector.
M
U
>
EN
.
1
Sluit de iPod aan op de
dockconnector.
De iPod wordt automatisch ingeschakeld en
het scherm van de iPod ziet er als volgt uit.*
Druk op (MODE) om de weergavestand
te selecteren.
De stand wordt als volgt gewijzigd:
RESUMING t ALBUM t TRACK t
PODCAST* t GENRE t PLAYLIST
t ARTIST
* Wordt mogelijk niet weergegeven, afhankelijk van de
iPod-instelling.
3
Pas het volume aan.
Druk op (OFF) om het afspelen te stoppen.
Tips
• Wanneer de contactsleutel in de ACC-positie is
gezet, of het apparaat is ingeschakeld, wordt de
iPod opgeladen.
• Als de iPod wordt losgekoppeld tijdens het afspelen,
wordt "NO IPOD" op het scherm van het apparaat
weergegeven.
Hervattingsstand
Als de iPod is aangesloten op de dockconnector,
wordt de stand van dit apparaat gewijzigd in de
hervattingsstand en wordt het afspelen gestart in
de stand die is ingesteld met de iPod.
In de hervattingsstand werken de volgende
toetsen niet.
– (3) (REP)
– (4) (SHUF)
Schermitems
A Bronaanduiding (iPod)
B Tracknaam, artiestennaam, albumnaam,
tracknummer/verstreken speelduur, klok
Als u schermitems B wilt wijzigen, drukt u op
(DSPL).
De tracks op de iPod worden automatisch
afgespeeld vanaf het punt dat het laatst is
afgespeeld.
Als er al een iPod is aangesloten, kunt u het
afspelen starten door herhaaldelijk op
(SOURCE) te drukken tot "IPOD" wordt
weergegeven.
* Als de iPod de vorige keer is afgespeeld in de
passagiersbediening, wordt dit scherm niet
weergegeven.
12
Tip
Als album/podcast/genre/artiest/afspeellijst wordt
gewijzigd, wordt het itemnummer tijdelijk
weergegeven.
Opmerking
Het is mogelijk dat sommige letters die zijn
opgeslagen in de iPod niet juist worden weergegeven.
De weergavestand instellen
1
Druk tijdens het afspelen op (MODE).
De stand wordt als volgt gewijzigd:
ALBUM t TRACK t PODCAST* t
GENRE t PLAYLIST t ARTIST
* Wordt mogelijk niet weergegeven, afhankelijk van de
iPod-instelling.
Na 3 seconden is de instelling voltooid.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u " OFF" of "SHUF
OFF".
Een iPod rechtstreeks bedienen
— Passagiersbediening
Albums, podcasts, genres,
afspeellijsten en artiesten overslaan
U kunt een iPod die is aangesloten op de
dockconnector rechtstreeks bedienen.
Actie
1
Toets
Overslaan (1)/(2) (ALBM –/+)
[één keer drukken voor elk item]
Blijven
overslaan
(1)/(2) (ALBM –/+)
[ingedrukt houden tot gewenst punt]
Houd tijdens het afspelen (MODE)
ingedrukt.
"MODE IPOD" wordt weergegeven en u kunt
de iPod rechtstreeks bedienen.
De klok weergeven
Druk op (DSPL).
Herhaaldelijk en willekeurig
afspelen
De passagiersbediening
uitschakelen
1
Houd (MODE) ingedrukt.
"MODE AUDIO" wordt weergegeven en de
weergavestand wordt gewijzigd in
"RESUMING".
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk
op (3) (REP) of (4) (SHUF) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
Selecteer
Actie
TRACK
Track herhaaldelijk
afspelen.
ALBUM
Album herhaaldelijk
afspelen.
PODCAST
Podcast herhaaldelijk
afspelen.
ARTIST
Artiest herhaaldelijk
afspelen.
PLAYLIST
Afspeellijst herhaaldelijk
afspelen.
GENRE
Genre herhaaldelijk
afspelen.
SHUF ALBUM
Album in willekeurige
volgorde afspelen.
SHUF PODCAST
Podcast in willekeurige
volgorde afspelen.
SHUF ARTIST
Artiest in willekeurige
volgorde afspelen.
SHUF PLAYLIST
Afspeellijst in
willekeurige volgorde
afspelen.
SHUF GENRE
Genre in willekeurige
volgorde afspelen.
SHUF DEVICE
Apparaat in willekeurige
volgorde afspelen.
Opmerkingen
• Het volume kan alleen worden aangepast op het
apparaat.
• Als deze modus wordt geannuleerd, wordt de
instelling voor herhalen uitgeschakeld.
13
Overige functies
4
De geluidsinstellingen wijzigen
De geluidskenmerken aanpassen
— BAL/FAD/SUB
U kunt de balans, de fader en het
subwoofervolume regelen.
1
Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "BAL", "FAD" of "SUB" wordt
weergegeven.
Het item wordt als volgt gewijzigd:
LOW*1 t MID*1 t HI*1 t
BAL (links-rechts) t FAD (voor-achter) t
SUB (subwoofervolume)*2 t AUX*3
*1 Als EQ3 is ingeschakeld (pagina 14).
*2 Als de audio-uitvoer is ingesteld op "SUB-OUT"
(pagina 14).
"ATT" wordt weergegeven bij de laagste
instelling en u kunt deze instelling maximaal 21
stappen aanpassen.
*3 Als AUX-bron is ingeschakeld (pagina 15).
2
Draai de regelknop om het
geselecteerde item aan te passen.
3
Druk op
(BACK).
De instelling is voltooid en het scherm keert
terug naar de normale weergave-/
ontvangststand.
De equalizercurve aanpassen
— EQ3
Met "CUSTOM" bij EQ3 kunt u zelf
equalizerinstellingen opgeven.
1
Selecteer een bron en druk
herhaaldelijk op (EQ3) om "CUSTOM"
te selecteren.
2
Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "LOW", "MID" of "HI" wordt
weergegeven.
3
Draai de regelknop om het
geselecteerde item aan te passen.
Het volume kan worden aangepast in stappen
van 1 dB, van –10 dB tot +10 dB.
Herhaal stap 2 en 3 om de equalizercurve aan
te passen.
Als u de fabrieksinstelling voor de
equalizercurve wilt herstellen, houdt u de
selectietoets ingedrukt voordat het instellen is
voltooid.
14
Druk op
(BACK).
De instelling is voltooid en het scherm keert
terug naar de normale weergave-/
ontvangststand.
Tip
Andere equalizertypen kunnen ook worden
aangepast.
Instelitems aanpassen — SET
1
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2
Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot het gewenste item wordt
weergegeven.
3
Draai de regelknop om de instelling
(bijvoorbeeld "ON" of "OFF") te
selecteren.
4
Houd de selectietoets ingedrukt.
Als het instellen is voltooid en het scherm
keert terug naar de normale weergave-/
ontvangststand.
Opmerking
De weergegeven items zijn afhankelijk van de bron en
de instelling.
De volgende items kunnen worden ingesteld
(volg de paginaverwijzing voor meer informatie):
CLOCK-ADJ (klok aanpassen) (pagina 4)
CT (kloktijd) (pagina 10, 11)
BEEP
De pieptoon inschakelen: "ON", "OFF".
AUX-A*1 (AUX-audio)
Het AUX-bronscherm inschakelen: "ON",
"OFF" (pagina 15).
A.OFF (automatisch uitschakelen)
Wordt automatisch uitgeschakeld na de
gewenste tijd wanneer het apparaat is
uitgeschakeld: "NO", "30S" (seconden), "30M"
(minuten), "60M" (minuten).
SUB/REAR*1
De audio-uitvoer wijzigen: "SUB-OUT"
(subwoofer), "REAR-OUT" (versterker).
DEMO (demonstratie)
De demonstratie inschakelen: "ON", "OFF".
DIM (dimmer)
De helderheid van het scherm wijzigen: "ON",
"OFF".
M.DSPL (bewegingsdisplay)
De stand voor het bewegingsdisplay selecteren.
– "SA": bewegende patronen en
spectrumanalyzer weergeven.
– "OFF": het bewegingsdisplay uitschakelen.
A.SCRL (automatisch rollen)
Lange items automatisch laten rollen: "ON",
"OFF".
LOCAL (lokale zoekfunctie)
– "ON": alleen afstemmen op zenders met sterke
signalen.
– "OFF": afstemmen met normale ontvangst.
MONO*2 (monostand)
Mono-ontvangsstand selecteren om slechte FMontvangst te verbeteren: "ON", "OFF".
REG*2 (regionaal) (pagina 10)
LPF*3 (laagdoorlaatfilter)
De kantelfrequentie van de subwoofer
selecteren: "OFF", "80Hz", "100Hz", "120Hz",
"140Hz", "160Hz".
LPF NORM/REV*3 (laagdoorlaatfilter normaal/
omgekeerd)
De fase selecteren waarin de LPF is ingesteld
op: "NORM", "REV".
HPF (hoogdoorlaatfilter)
De kantelfrequentie van de voor-/
achterluidspreker selecteren: "OFF", "80Hz",
"100Hz", "120Hz", "140Hz", "160Hz".
LOUD (loudness)
Hoge en lage tonen versterken voor helder
geluid bij lagere volumeniveaus: "ON", "OFF".
BTM (pagina 9)
Optionele apparaten gebruiken
Randapparatuur voor audio
Door een optioneel draagbaar audioapparaat aan
te sluiten op de AUX-ingang (stereo miniaansluiting) op het apparaat en vervolgens de
bron te selecteren, kunt u het audioapparaat
beluisteren via de autoluidsprekers. Het volume
kan worden aangepast voor elk verschil tussen
het apparaat en het draagbare audioapparaat.
Volg de onderstaande procedure:
Een draagbaar audioapparaat
aansluiten
1 Schakel het draagbare audioapparaat uit.
2 Verlaag het volume op het apparaat.
3 Sluit het draagbare audioapparaat aan.
AUX
AUX
*1 Als het apparaat is uitgeschakeld.
*2 Als FM wordt ontvangen.
*3 Als de audio-uitvoer is ingesteld op "SUB-OUT".
Verbindingskabel*
(niet bijgeleverd)
* Gebruik een rechte stekker.
Het volume aanpassen
Pas het volume voor elk aangesloten
audioapparaat aan voordat u het afspelen start.
1 Verlaag het volume op het apparaat.
2 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "AUX"
wordt weergegeven.
"AUX FRONT IN" wordt weergegeven.
3 Start het afspelen op het draagbare
audioapparaat met een normaal volume.
4 Stel uw gebruikelijke luistervolume in op het
apparaat.
5 Druk herhaaldelijk op de selectietoets tot
"AUX" wordt weergegeven en draai de
volumeknop om het ingangsniveau aan te
passen (–8 dB tot +18 dB).
15
CD-wisselaar
Kaartafstandsbediening RM-X114
De wisselaar selecteren
De overeenkomstige toetsen op de
kaartafstandsbediening bedienen dezelfde
functies als die op het apparaat.
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "CD"
wordt weergegeven.
2 Druk herhaaldelijk op (MODE) tot de
gewenste wisselaar wordt weergegeven.
Apparaatnummer
Discnummer
DSPL
MENU*
SOURCE
</,
(SEEK –/+)
Het afspelen wordt gestart.
1 Druk tijdens het afspelen op (1)/(2)
(ALBUM –/+).
Actie
Druk op (1)/(2) (ALBM –/+)
Album
overslaan
en laat los (kort vasthouden).
Albums blijven binnen 2 seconden nadat u deze
overslaan
hebt losgelaten.
Discs overslaan herhaaldelijk.
Discs blijven
overslaan
en druk binnen 2 seconden
weer op de multi-encoder en
houd deze ingedrukt.
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen
1 Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk op (3)
(REP) of (4) (SHUF) tot de gewenste
instelling wordt weergegeven.
Selecteer
DISC
Actie
Een disc herhaaldelijk
afspelen.
SHUF
CHANGER
Tracks in de wisselaar in
willekeurige volgorde
afspelen.
SHUF ALL
Tracks in alle apparaten in
willekeurige volgorde
afspelen.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u " OFF" of "SHUF
OFF".
16
VOL (+/–)
MODE
SEEK–
SOUN
D
DISC +
SOURCE
DISC –
LIST
SEEK+
R
ENTE
+
m/M
(DISC/
PRESET
+/–)
ENTER*
PRESET –
OFF
MODE
LIST
PRESET +
MENU
SOUND
OFF
Albums en discs overslaan
DSPL
ATT
VOL
ATT
–
De volgende toetsen op de
kaartafstandsbediening verschillen van de
toetsen op het apparaat of hebben andere functies
dan de toetsen op het apparaat.
• DSPL (scherm) toets
De schermitems wijzigen.
• </, (SEEK –/+) toetsen
CD/radio/iPod bedienen, dezelfde functie als
(SEEK) –/+ op het apparaat.
• SOUND toets
Dezelfde functie als de selectietoets op het
apparaat.
• LIST toets
PTY in RDS selecteren.
• M/m (DISC*/PRESET +/–) toetsen
CD/iPod bedienen, dezelfde functie als de
toetsen (1)/(2) (ALBM –/+) op het apparaat.
• ATT (dempen) toets
Het geluid dempen. Druk nogmaals op de toets
om te annuleren.
* Niet beschikbaar voor dit apparaat.
Opmerking
Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het scherm
verdwijnt, kan het apparaat niet worden bediend met
de kaartafstandsbediening, tenzij op (SOURCE) op
het apparaat wordt gedrukt of er een disc wordt
geplaatst om het apparaat eerst te activeren.
De werkingsrichting wijzigen
Bedieningssatelliet RM-X4S
Het label bevestigen
Houd bij het bevestigen van het label rekening
met de positie waarin de bedieningssatelliet
wordt gemonteerd.
De werkingsrichting van de bedieningselementen
is in de fabriek ingesteld, zoals hieronder wordt
aangegeven.
Verhogen
Verlagen
SEL
MODE
DSPL
Als u de bedieningssatelliet rechts op de
stuurkolom moet monteren, kan de
werkingsrichting worden omgekeerd.
DSPL
MODE
SEL
1 Terwijl u de VOL regelaar indrukt, houdt u
(SEL) ingedrukt.
Bedieningselementen
De overeenkomstige toetsen op de
bedieningssatelliet bedienen dezelfde functies als
die op dit apparaat.
ATT
SEL
PRESET/
DISC
MODE
OFF
SOURCE
DSPL
VOL
SEEK/AMS
OFF
De volgende bedieningselementen op de
bedieningssatelliet moeten op een andere manier
worden bediend dan op het apparaat.
• ATT (dempen) toets
Het geluid dempen. Druk nogmaals op de toets
om te annuleren.
• PRESET/DISC regelaar
CD/iPod: Dezelfde functie als (1)/(2)
(ALBM –/+) op het apparaat (indrukken en
draaien).
Radio: De opgeslagen zenders ontvangen
(indrukken en draaien).
• VOL (volume) regelaar
Dezelfde functie als de regelknop op het
apparaat (draaien).
• SEEK/AMS regelaar
Dezelfde functie als (SEEK) +/– op het
apparaat (draaien of draaien en vasthouden).
• DSPL (scherm) toets
De schermitems wijzigen.
17
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
• Laat het apparaat afkoelen als de auto in de volle
zon heeft gestaan.
• De elektrisch bediende antenne schuift
automatisch uit.
• Discs die NIET kunnen worden afgespeeld
met dit apparaat
– CD-R's/CD-RW's met slechte opnamekwaliteit.
– CD-R's/CD-RW's die zijn opgenomen met een
incompatibel opnameapparaat.
– CD-R's/CD-RW's die onjuist zijn gefinaliseerd.
– CD-R's/CD-RW's die niet zijn opgenomen in de
muziek-CD-indeling of MP3-indeling conform
ISO9660 Level 1/Level 2, Joliet/Romeo of Multi
Session (meerdere sessies).
Condensvorming
Als er vocht condenseert in het apparaat, verwijdert
u de disc en wacht u ongeveer een uur tot het
apparaat is gedroogd; anders kan de werking van het
apparaat worden verstoord.
Afspeelvolgorde van MP3-/WMAbestanden
MP3/WMA
Optimale geluidskwaliteit behouden
Map
(album)
MP3-/WMAbestand
(track)
Mors geen vocht op het apparaat of de discs.
Opmerkingen over discs
• Stel een disc niet bloot aan direct zonlicht of
warmtebronnen, zoals heteluchtkanalen, en laat
deze niet achter in een auto die in de volle zon
geparkeerd staat.
• Veeg een disc van binnen naar
buiten schoon met een doekje
voordat u deze afspeelt.
Gebruik geen oplosmiddelen
zoals benzine, thinner en in de
handel verkrijgbare
reinigingsmiddelen.
• Discs die NIET kunnen
worden afgespeeld met
dit apparaat
– Discs waarop labels, stickers, tape of papier zijn
geplakt. Hierdoor kan de werking worden
verstoord of de disc worden beschadigd.
– Discs met afwijkende vormen (bijvoorbeeld hart,
vierkant, ster). Als u dit toch probeert, kan het
apparaat worden beschadigd.
– 8-cm discs
Opmerkingen over CD-R's/CD-RW's
18
• Maximum aantal: (alleen CD-R/CD-RW)
– mappen (albums): 150 (inclusief hoofdmap)
– bestanden (tracks) en mappen: 300 (misschien
minder dan 300 als de map-/bestandsnaam veel
tekens bevat)
– tekens die kunnen worden weergegeven voor de
naam van een map/bestand: 32 (Joliet)/
64 (Romeo)
• Als een disc met Multi Session (meerdere sessies)
begint met een CD-DA-sessie, wordt deze herkend
als een CD-DA-disc, en worden andere sessies
niet afgespeeld.
• Dit apparaat is ontworpen om discs af te spelen die
voldoen aan de CD-norm (Compact Disc).
DualDiscs en sommige muziekdiscs die zijn
gecodeerd met
copyrightbeveiligingstechnologieën voldoen niet
aan de CD-norm (Compact Disc) en kunnen
daarom mogelijk niet worden afgespeeld met dit
apparaat.
Informatie over iPod
Dit apparaat kan worden aangesloten op de
volgende iPods.
Werk de iPod bij met de nieuwste software voordat
u deze gebruikt.
– iPod mini*
– iPod nano 1e generatie
– iPod nano 2e generatie (aluminium)
– iPod nano 3e generatie (video)
– iPod 4e generatie*
– iPod 4e generatie (kleurenscherm)*
– iPod 5e generatie (video)
– iPod classic
– iPod touch
* Als u een iPod mini of 4e generatie iPod aansluit, is
passagiersbediening niet beschikbaar.
Met alle vragen of problemen met betrekking tot dit
apparaat die niet aan bod komen in deze
gebruiksaanwijzing, kunt u terecht bij uw Sonyhandelaar.
Aansluitingen schoonmaken
Onderhoud
De lithiumbatterij van de
kaartafstandsbediening vervangen
Onder normale omstandigheden gaat de batterij
ongeveer 1 jaar mee. (Afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden kan de levensduur korter
zijn.)
Wanneer de batterij verzwakt, wordt het bereik van
de kaartafstandsbediening kleiner. Vervang de
batterij door een nieuwe CR2025-lithiumbatterij.
Bij een andere batterij bestaat er brand- of
explosiegevaar.
De werking van het apparaat kan worden verstoord
als de aansluitingen tussen het apparaat en het
voorpaneel niet schoon zijn. U kunt dit voorkomen
door het voorpaneel (pagina 5) los te maken en de
aansluitingen te reinigen met een wattenstaafje.
Gebruik hierbij niet teveel kracht. Anders kunnen de
aansluitingen worden beschadigd.
Hoofdeenheid
Achterkant van
het voorpaneel
Opmerkingen
• Uit veiligheidsoverwegingen moet u de motor
uitschakelen en de sleutel uit het contactslot halen
voordat u de aansluitingen reinigt.
• Raak de aansluitingen nooit rechtstreeks aan met
uw vingers of een metalen voorwerp.
x
+ zijde
omhoog
Opmerkingen over de lithiumbatterij
• Houd de lithiumbatterij buiten het bereik van
kinderen. Raadpleeg meteen een arts wanneer een
batterij wordt ingeslikt.
• Veeg de batterij schoon met een droge doek voor
een goed contact.
• Houd bij het plaatsen van de batterij rekening met
de juiste polariteit.
• Houd de batterij niet vast met een metalen tang om
kortsluiting te voorkomen.
WAARSCHUWING
Bij oneigenlijk gebruik kan de batterij
ontploffen.
Probeer niet de batterij op te laden of te
openen; werp ook een lege batterij nooit in
het vuur.
Zekeringen vervangen
Vervang een zekering altijd
door een identiek exemplaar.
Als de zekering doorbrandt,
moet u de voedingsaansluiting
controleren en de zekering
vervangen. Brandt de zekering
vervolgens nogmaals door, dan
kan er sprake zijn van een
defect in het apparaat.
Raadpleeg in dat geval de
dichtstbijzijnde Sonyhandelaar.
Zekering (10 A)
19
Het apparaat verwijderen
1
Technische gegevens
Verwijder de beschermende rand.
CD-speler
1 Maak het voorpaneel los (pagina 5).
Signaal/ruis-afstand: 120 dB
Frequentiebereik: 10 – 20.000 Hz
Snelheidsfluctuaties: Minder dan meetbare waarden
2 Duw de zijkanten van de beschermende
rand naar binnen en trek de beschermende
rand naar buiten.
Tuner
FM
Afstembereik: 87,5 – 108,0 MHz
Antenne-aansluiting:
Aansluiting voor externe antenne
Tussenfrequentie: 150 kHz
Bruikbare gevoeligheid: 10 dBf
Selectiviteit: 75 dB bij 400 kHz
Signaal/ruis-afstand: 70 dB (mono)
Scheiding: 40 dB bij 1 kHz
Frequentiebereik: 20 – 15.000 Hz
x
MW/LW
Afstembereik:
MW: 531 – 1.602 kHz
LW: 153 – 279 kHz
Antenne-aansluiting:
Aansluiting voor externe antenne
Tussenfrequentie: 25 kHz
Gevoeligheid: MW: 26 µV, LW: 45 µV
2
Verwijder het apparaat.
Versterker
1 Plaats beide ontgrendelingssleutels
tegelijkertijd en duw hierop tot deze
vastklikken.
Uitgang: Luidsprekeruitgangen (sure seal)
Luidsprekerimpedantie: 4 – 8 ohm
Maximaal uitgangsvermogen: 52 W × 4 (bij 4 ohm)
Algemeen
Haakje wijst
naar binnen.
2 Trek de ontgrendelingssleutels naar u toe
om het apparaat los te maken.
3 Schuif het apparaat uit de houder.
20
Uitgangen:
Audio-uitgangen (voor, schakelen tussen
subwoofer/achter)
Relaisaansluiting elektrische antenne
Aansluiting versterker
Ingangen:
Telephone ATT-bedieningsaansluiting
Afstandsbedieningsingang
Antenne-ingang
BUS-bedieningsingang
BUS-audio-ingang
AUX-ingang (stereo mini-aansluiting)
iPod-signaalingang (dockconnector)
Toonregelingen:
Laag: ±10 dB bij 60 Hz (XPLOD)
Midden: ±10 dB bij 1 kHz (XPLOD)
Hoog: ±10 dB bij 10 kHz (XPLOD)
Voeding: 12 V gelijkstroom accu
(negatieve aarde)
Netvoeding: 11 – 16 V
Afmetingen: Ongeveer 178 × 50 × 179 mm (b/h/d)
Montageafmetingen: Ongeveer 182 × 53 × 162 mm
(b/h/d)
Gewicht: Ongeveer 1,3 kg
Bijgeleverd accessoire:
Onderdelen voor installatie en aansluitingen (1 set)
Optionele accessoires/apparatuur:
Kaartafstandsbediening: RM-X114
Bedieningssatelliet: RM-X4S
BUS-kabel (geleverd met een RCA-kabel):
RC-61 (1 m), RC-62 (2 m)
CD-wisselaar (6 discs): CDX-T69
Bronkeuzeschakelaar: XA-C40
Interfaceadapter voor iPod: XA-120IP
Het is mogelijk dat niet alle vermelde accessoires
verkrijgbaar zijn bij uw Sony-handelaar. Neem
contact op met uw Sony-handelaar voor meer
informatie.
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
Problemen oplossen
De onderstaande controlelijst kan u helpen bij het
oplossen van problemen die zich met het apparaat
kunnen voordoen.
Voordat u de onderstaande controlelijst doorneemt,
moet u eerst de aanwijzingen voor aansluiting en
gebruik controleren.
Als het probleem niet is opgelost, gaat u naar de
volgende ondersteuningssite.
Ondersteuningssite
http://support.sony-europe.com
Algemeen
• Er werden geen halogene brandvertragende
producten gebruikt in de betreffende
printplaat/printplaten.
• In het omhulsel werden geen halogeen bevattende
brandvertragende producten gebruikt.
• Als beschermings- en opvulmateriaal werd er
papier gebruikt.
Het apparaat wordt niet van stroom voorzien.
• Controleer de aansluiting of de zekering.
• Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het scherm
verdwijnt, kan het apparaat niet worden bediend met
de afstandsbediening.
t Schakel het apparaat in.
De elektrisch bediende antenne schuift niet uit.
De elektrisch bediende antenne heeft geen relaisdoos.
Geen geluid.
• De ATT-functie is ingeschakeld of de Telephone
ATT-functie (als de interfacekabel of een
autotelefoon is aangesloten op de ATT-kabel) is
ingeschakeld.
• De positie van de faderregelaar "FAD" is niet
ingesteld op een systeem met 2 luidsprekers.
Geen pieptoon.
• De pieptoon is uitgeschakeld (pagina 14).
• Er is een optionele versterker aangesloten en u
gebruikt de ingebouwde versterker niet.
De geheugeninhoud is gewist.
• De RESET toets is ingedrukt.
t Sla opnieuw op in het geheugen.
• De voedingskabel of de accu is losgekoppeld of niet
juist aangesloten.
Opgeslagen zenders en tijd zijn gewist.
De zekering is doorgebrand.
Maakt geluid wanneer de positie van de
contactsleutel wordt gewijzigd.
De kabels zijn niet goed verbonden met de
voedingsaansluiting voor accessoires van de auto.
Tijdens het afspelen of radio-ontvangst wordt
de demonstratie gestart.
Als er 5 minuten geen handeling wordt uitgevoerd en
"DEMO-ON" is ingesteld, wordt de demonstratie
gestart.
t Stel "DEMO-OFF" in (pagina 14).
vervolg op volgende pagina t
21
Het scherm verdwijnt van/verschijnt niet in het
display.
• De dimmer is ingesteld op "DIM-ON" (pagina 14).
• Het scherm verdwijnt als u op (OFF) drukt en deze
toets ingedrukt houdt.
t Druk op (OFF) op het apparaat en houd deze
toets ingedrukt tot het scherm verschijnt.
• De aansluitingen zijn vuil (pagina 19).
De functie voor automatisch uitschakelen
werkt niet.
Het apparaat is ingeschakeld. De functie voor het
automatisch uitschakelen wordt geactiveerd nadat het
apparaat is uitgeschakeld.
t Schakel het apparaat uit.
CD's afspelen
De disc kan niet worden geplaatst.
• Er zit al een disc in het apparaat.
• De disc is met kracht omgekeerd of in de verkeerde
richting geplaatst.
De disc wordt niet afgespeeld.
• Disc defect of vuil.
• De CD-R's/CD-RW's zijn niet geschikt voor
audiogebruik (pagina 18).
MP3-/WMA-bestanden kunnen niet worden
afgespeeld.
De disc is niet compatibel met de MP3-/WMAindeling en -versie. Voor meer informatie over de discs
en indelingen, gaat u naar de ondersteuningssite.
MP3-/WMA-bestanden worden minder snel
afgespeeld dan andere bestanden.
Bij de volgende discs duurt het langer voordat het
afspelen wordt gestart:
– discs opgenomen met een ingewikkelde structuur;
– discs die in Multi Session (meerdere sessies) zijn
opgenomen;
– discs waaraan gegevens kunnen worden toegevoegd.
De schermitems rollen niet.
• Bij sommige discs met heel veel tekens kunnen de
tekens niet rollen.
• "A.SCRL" is ingesteld op "OFF".
t Stel "A.SCRL-ON" in (pagina 15).
t Houd (DSPL) (SCRL) ingedrukt.
Het geluid verspringt.
• Het apparaat is niet goed geïnstalleerd.
t Installeer het apparaat onder een hoek van minder
dan 45° op een stabiele plaats in de auto.
• Disc defect of vuil.
De bedieningstoetsen werken niet.
De disc wordt niet uitgeworpen.
Druk op de RESET toets (pagina 4).
22
Radio-ontvangst
De zenders kunnen niet worden ontvangen.
Het geluid is gestoord.
• De aansluiting is niet juist.
t Sluit de bedieningskabel van de elektrische
antenne (blauw) of voedingskabel voor
accessoires (rood) aan op de voedingskabel van
de auto-antenneversterker (alleen als uw auto is
uitgerust met een FM/MW/LW-antenne in de
achter- of zijruit).
t Controleer de aansluiting van de auto-antenne.
t Als de automatische antenne niet uitschuift,
controleert u de aansluiting van de
bedieningskabel van de elektrische antenne.
Er kan niet worden afgestemd op
voorkeurzenders.
• Sla de juiste frequentie op in het geheugen.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
Er kan niet automatisch worden afgestemd op
zenders.
• De lokale zoekfunctie is niet correct ingesteld.
t Het afstemmen wordt te vaak onderbroken:
Stel "LOCAL-ON" in (pagina 15).
t Het afstemmen stopt niet bij een zender:
Stel "MONO-ON" in (pagina 15).
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t Stem handmatig af.
Tijdens FM-ontvangst knippert de aanduiding
"ST".
• Stem nauwkeurig af op de frequentie.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t Stel "MONO-ON" in (pagina 15).
Een stereo-uitzending van een FM-programma
wordt mono weergegeven.
Het apparaat staat in de mono-ontvangststand.
t Stel "MONO-OFF" in (pagina 15).
RDS
SEEK begint na enkele seconden weergave.
De zender is geen TP-zender of heeft een zwak
signaal.
t Schakel TA uit (pagina 10).
Geen verkeersinformatie.
• Schakel TA in (pagina 10).
• De zender is een TP-zender, maar zendt toch geen
verkeersinformatie uit.
t Stem af op een andere zender.
PTY geeft "- - - - - - - -" weer.
• De huidige zender is geen RDS-zender.
• Geen RDS-gegevens ontvangen.
• De zender geeft het programmatype niet door.
Foutmeldingen/berichten
CHECKING
Het apparaat controleert de aansluiting van een iPod.
t Wacht tot de controle van de aansluiting is voltooid.
COM ERR
Wegens een onjuiste aansluiting zijn de gegevens niet
overgezet tussen het apparaat en de iPod.
t Sluit de iPod opnieuw aan.
ERROR*1
• De disc is vuil of is omgekeerd geplaatst.*2
t Reinig de disc of plaats deze op de juiste manier.
• Er is een lege disc in het apparaat geplaatst.
• De disc kan niet worden afgespeeld wegens een
probleem.
t Plaats een andere disc.
• De iPod is niet automatisch herkend.
t Sluit het opnieuw aan.
FAILURE
De luidsprekers of versterkers zijn niet correct
aangesloten.
t Raadpleeg de handleiding voor installatie/
aansluitingen van dit model om de aansluitingen te
controleren.
LOAD
De disc wordt geladen door de CD-wisselaar.
t Wacht tot het laden is voltooid.
L. SEEK +/–
De lokale zoekfunctie is ingeschakeld tijdens
automatisch afstemmen.
NO AF
Er is geen alternatieve frequentie voor de huidige
zender.
t Druk op (SEEK) +/– terwijl de
programmaservicenaam knippert. Het apparaat gaat
zoeken naar een andere frequentie met dezelfde PIgegevens (programma-identificatie). ("PI SEEK"
wordt weergegeven.)
NO DISC
Er is geen disc in de CD-wisselaar geplaatst.
t Plaats discs in de CD-wisselaar.
NO IPOD
Er is geen iPod aangesloten.
t Sluit een iPod aan op de dockconnector.
Als "NO IPOD" wordt weergegeven wanneer u de
iPod aansluit op de dockconnector, koppelt u de iPod
los van de dockconnector en sluit u deze vervolgens
opnieuw aan.
NO MAG
Er is geen discmagazijn in de CD-wisselaar geplaatst.
t Plaats het discmagazijn in de CD-wisselaar.
NO MUSIC
De disc/iPod bevat geen muziekbestanden.
t Plaats een muziek-CD in dit apparaat of een MP3compatibele CD-wisselaar.
t Sluit de iPod met muziekbestanden aan.
NO NAME
Er is geen naam voor de disc/artiest/track of het album
naar de track geschreven.
NO SUPRT
De aangesloten iPod wordt niet ondersteund.
NO TP
Het apparaat blijft zoeken naar beschikbare TPzenders.
OFFSET
Er is wellicht een interne storing.
t Controleer de aansluiting. Als de foutmelding in
het scherm blijft staan, moet u de dichtstbijzijnde
Sony-handelaar raadplegen.
READ
Alle track- en albuminformatie op de disc wordt
gelezen.
t Wacht totdat het lezen is voltooid en het afspelen
automatisch wordt gestart. Afhankelijk van de
discstructuur kan dit meer dan een minuut in beslag
nemen.
RESET
De CD-speler, CD-wisselaar of iPod kunnen niet
worden bediend vanwege een probleem.
t Druk op de RESET toets (pagina 4).
"
" of "
"
Tijdens het snel terug- of vooruitspoelen hebt u het
begin of het einde van de disc bereikt en kunt u niet
verder.
" "
Het teken kan niet worden weergegeven met het
apparaat.
*1 Als er een fout optreedt tijdens het afspelen van
een CD, wordt het discnummer van de CD niet in
het scherm weergegeven.
*2 Het discnummer van de disc met de fout wordt
weergegeven in het scherm.
Als deze oplossingen niet helpen, moet u de
dichtstbijzijnde Sony-handelaar raadplegen.
Als u het apparaat ter reparatie wegbrengt omdat
CD's niet goed worden afgespeeld, kunt u beste de
disc meenemen waarmee het probleem is begonnen.
23