63
nl
Bedienen
Doorloopsnijder
W Gevaar voor letsel!
Niet in de scherpe messen en randen van
de fijnmaakschijven grijpen.
Fijnmaakschijven alleen aan de rand vast-
pakken! Doorloopsnijder alleen aanbren-
gen/verwijderen wanneer de aandrijving
stilstaat en de stekker uit het stopcontact is
getrokken. Niet in de vulschacht grijpen.
Attentie!
Doorloopsnijder alleen in compleet
samengebouwde toestand gebruiken.
Doorloopsnijder nooit samenbouwen terwijl
het op het basisapparaat is aangebracht.
Doorloopsnijder alleen gebruiken in de
afgebeelde bedrijfspositie.
Beveiliging tegen overbelasting
Afb. G:
Om bij overbelasting van de doorloopsnijder
grotere schade aan uw apparaat te
voorkomen, is de aandrijfas van de
doorloopsnijder voorzien van een inkerving
(breekpunt). Bij overbelasting breekt de
aandrijfas op dit punt. Een nieuwe
schijfhouder met aandrijfas is verkrijgbaar
bij de servicedienst.
Draaischijf „Profi Supercut” –
dik/dun
voor het snijden van fruit en groente.
Verwerking op stand 5.
Aanduiding op de snij-draaischijf:
„Grof” voor de dikke snijzijde
„Fijn” voor de dunne snijzijde
Attentie!
De snij-draaischijf is niet geschikt voor het
snijden van harde kaas, brood, broodjes en
chocolade. Gekookte vastkokende
aardappels in koude toestand snijden.
Rasp-draaischijf – grof/fijn
voor het raspen van groente,
fruit en kaas, uitgezonderd harde kaas
(bijv. Parmezaanse kaas).
Verwerking op stand 3 of 4.
Aanduiding op de rasp-draaischijf:
„2” voor de grove raspzijde
„4” voor de fijne raspzijde
Attentie!
De rasp-draaischijf is niet geschikt voor het
raspen van noten. Zachte kaas alleen met
de grove zijde op stand 7 raspen.
Maalschijf – middelfijn
voor het malen van rauwe
aardappels, harde kaas (bijv. Parmezaanse
kaas), gekoelde chocolade en noten.
Verwerking op stand 7.
Attentie!
De maalschijf is niet geschikt voor het
malen van zachte kaas en snijdbare kaas.
Aardappelkoekjesschijf
Voor het raspen van rauwe
aardappels voor Rösti en aardappelkoekjes,
voor het snijden van fruit en groente in
dikke plakken.
Raspen: verwerking op stand 7.
Snijden: verwerking op stand 5.
Werken met de doorloopsnijder
Afb. H:
Ontgrendelknop indrukken en de
draaiarm op positie 2 zetten.
Kom aanbrengen:
Kom iets naar voren laten over-
hellen, plaatsen en vastklikken door deze
tegen de klok in te draaien.
Ontgrendelknop indrukken en de
draaiarm op positie 3 zetten.
Aandrijvingsbeschermdeksel
verwijderen van de aandrijving
van de doorloopsnijder (afb. H-5a).
De schijfhouder onderaan vasthouden,
daarbij moeten de twee punten naar
boven wijzen.
De gewenste snij- of raspschijf voorzichtig
op de punten van de schijfhouder leggen
(afb. H-6a).
Bij draaischijven erop letten dat de
gewenste zijde naar boven wijst.
Schijfhouder bovenaan vastpakken en in
de behuizing aanbrengen (afb. H-6b).
Deksel aanbrengen (markering in acht
nemen) en tot aan de aanslag met de
klok mee draaien.
Doorloopsnijder volgens afb. H-8 op de
aandrijving plaatsen en met de klok mee
tot aan de aanslag draaien.