Electrolux EHXP8H10KK Handleiding

Type
Handleiding
EHXP8H10KK
NL Kookplaat Gebruiksaanwijzing 2
IT Piano cottura Istruzioni per l’uso 25
ES Placa de cocción Manual de instrucciones 48
INHOUDSOPGAVE
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE............................................................................... 3
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN...................................................................... 4
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT..............................................................7
4. DAGELIJKS GEBRUIK.......................................................................................9
5. AANWIJZINGEN EN TIPS................................................................................15
6. ONDERHOUD EN REINIGING........................................................................ 17
7. PROBLEEMOPLOSSING.................................................................................17
8. MONTAGE .......................................................................................................20
9. TECHNISCHE INFORMATIE........................................................................... 22
10. ENERGIEZUINIGHEID...................................................................................23
WE DENKEN AAN U
Bedankt voor het kopen van een Electrolux-apparaat. U koos voor een product
dat jaren professionele ervaring en innovatie bevat. Ingenieus en stijlvol, het werd
ontworpen met u in het achterhoofd. Wanneer u het gebruikt, kunt u er op
vertrouwen dat u keer op keer fantastische resultaten zult krijgen.
Welkom bij Electrolux.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.electrolux.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registerelectrolux.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.electrolux.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens
bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer.
Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
www.electrolux.com2
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt
door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van
het apparaat voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of
een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van
kinderen.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat
is heet.
Als het apparaat is uitgerust met een
kinderbeveiliging, raden wij aan dit te activeren.
Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd
door kinderen zonder toezicht.
Houd kinderen jonger dan 3 jaar uit de buurt of onder
permanent toezicht.
1.2 Algemene veiligheid
Het apparaat en de toegankelijke onderdelen ervan
worden heet tijdens gebruik. De
verwarmingselementen niet aanraken.
Bedien het apparaat niet met een externe timer of een
apart afstandbedieningssysteem.
Zonder toezicht koken op een kookplaat met vet of
olie kan gevaarlijk zijn en brandgevaar opleveren.
NEDERLANDS 3
Probeer brand nooit met water te blussen, maar
schakel in plaats daarvan het apparaat uit en bedek
de vlam, d.w.z. met een deksel of blusdeken.
Bewaar geen voorwerpen op de kookplaten.
Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en
deksels mogen niet op de kookplaat worden geplaatst,
aangezien ze heet kunnen worden.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
Schakel het kookplaatelement uit na elk gebruik met
de bedieningstoetsen. Vertrouw niet op de
pandetector.
Als de glaskeramische / glazen oppervlakte gebarsten
is, schakel het apparaat dan uit om het risico op
elektrische schokken te voorkomen.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de
fabrikant, een erkende serviceverlener of een
gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde
gevaarlijke situaties te voorkomen.
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Montage
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
Houd de minimumafstand naar
andere apparaten en units in acht.
Wees voorzichtig met het verplaatsen
van het apparaat, het is zwaar. Draag
altijd veiligheidshandschoenen.
Dicht de oppervlakken af met kit om
te voorkomen dat ze gaan opzetten
door vocht.
Bescherm de bodem van het
apparaat tegen stoom en vocht.
Installeer het apparaat niet naast een
deur of onder een raam. Dit voorkomt
dat heet kookgerei van het apparaat
valt als de deur of het raam wordt
geopend.
Als het apparaat geïnstalleerd is
boven lades zorg er dan voor dat de
ruimte tussen de onderkant van het
apparaat en de bovenste lade
voldoende is voor luchtcirculatie.
De onderkant van het apparaat kan
heet worden. Wij raden aan om een
onbrandbaar scheidingspaneel te
plaatsen onder het apparaat om te
voorkomen dat de onderkant kan
worden aangeraakt.
Zorg ervoor dat er een ventilatieruimte
van 2 mm vrij is tussen het werkblad
en de voorkant van de onderste unit.
De garantie dekt geen schade
veroorzaakt door het gebrek aan een
adequate ventilatieruimte.
www.electrolux.com4
2.2 Aansluiting aan het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd
elektromonteur worden gemaakt.
Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
Verzeker u ervan dat de stekker uit
het stopcontact is getrokken, voordat
u welke werkzaamheden dan ook
uitvoert.
Controleer of de elektrische informatie
op het typeplaatje overeenkomt met
de stroomvoorziening. Zo niet, neem
dan contact op met een
elektromonteur.
Zorg ervoor dat het apparaat correct
is geïnstalleerd. Losse en onjuiste
stroomkabels of stekkers (indien van
toepassing) kunnen ervoor zorgen dat
de contactklem te heet wordt.
Gebruik de juiste stroomkabel.
Voorkom dat de stroomkabels
verstrikt raken.
Zorg ervoor dat er een
schokbescherming wordt
geïnstalleerd.
Gebruik het klem om spanning op het
snoer te voorkomen.
Zorg ervoor dat de stroomkabel of
stekker (indien van toepassing) het
hete apparaat of heet kookgerei niet
aanraakt als u het apparaat op de
nabijgelegen contactdozen aansluit
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Zorg dat u de hoofdstekker (indien
van toepassing) of kabel niet
beschadigt. Neem contact op met
onze service-afdeling of een
elektromonteur om een beschadigde
hoofdkabel te vervangen.
De schokbescherming van delen
onder stroom en geïsoleerde delen
moet op zo'n manier worden
bevestigd dat het niet zonder
gereedschap kan worden verplaatst.
Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer
na installatie bereikbaar is.
Sluit de stroomstekker niet aan op
een losse stroomaansluiting.
Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
Gebruik alleen de juiste isolatie-
apparaten: stroomonderbrekers,
zekeringen (schroefzekeringen
moeten uit de houder worden
verwijderd), aardlekschakelaars en
contactgevers.
De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor
het apparaat volledig van het lichtnet
afgesloten kan worden. Het
isolatieapparaat moet een
contactopening hebben met een
minimale breedte van 3 mm.
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel,
brandwonden of elektrische
schokken.
Verwijder voor gebruik (indien van
toepassing) de verpakking, labels en
beschermfolie.
Gebruik dit apparaat in een
huishoudelijke omgeving.
De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
Zorg ervoor dat de
ventilatieopeningen niet geblokkeerd
zijn.
Laat het apparaat tijdens het gebruik
niet onbeheerd achter.
Zet de kookzone op "uit" na elk
gebruik.
Vertrouw niet alleen op de
pandetector.
Leg geen bestek of pannendeksels op
de kookzones. Deze kunnen heet
worden.
Bedien het apparaat niet met natte
handen of als het contact maakt met
water.
Het apparaat mag niet worden
gebruikt als werkblad of aanrecht.
Sluit het apparaat direct af van de
stroomtoevoer als het oppervlak van
NEDERLANDS 5
het apparaat gebroken is. Dit om
elektrische schokken te voorkomen.
Gebruikers met een pacemaker
moeten een afstand van minimaal 30
cm bewaren van de
inductiekookzones als het apparaat in
werking is.
Als u eten in de hete olie doet, kan
het spatten.
WAARSCHUWING!
Risico op brand en explosie
Verhitte vetten en olie kunnen
ontvlambare damp afgeven. Houd
vlammen of verwarmde voorwerpen
uit de buurt van vet en olie als u er
mee kookt.
De dampen die hete olie afgeeft
kunnen spontane ontbranding
veroorzaken.
Gebruikte olie die voedselresten
bevat kan brand veroorzaken bij een
lagere temperatuur dan olie die voor
de eerste keer wordt gebruikt.
Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door
ontvlambare producten in, bij of op
het apparaat.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het
apparaat.
Zet geen heet kookgerei op het
bedieningspaneel.
Laat kookgerei niet droogkoken.
Laat geen voorwerpen of kookgerei
op het apparaat vallen. Het oppervlak
kan beschadigen.
Activeer de kookzones niet met lege
pannen of zonder pannen erop.
Geen aluminiumfolie op het apparaat
leggen.
Pannen van gietijzer, aluminium of
met beschadigde bodems kunnen
krassen veroorzaken in het glas /
glaskeramiek. Til deze voorwerpen
altijd op als u ze moet verplaatsen op
het kookoppervlak.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd
om mee te koken. Het mag niet
worden gebruikt voor andere
doeleinden, zoals het verwarmen van
een kamer.
2.4 Onderhoud en reiniging
Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het
oppervlak achteruitgaat.
Schakel het apparaat uit en laat het
afkoelen voordat u het schoonmaakt.
Trek voor
onderhoudswerkzaamheden de
stekker uit het stopcontact.
Gebruik geen waterstralen of stoom
om het apparaat te reinigen.
Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek. Gebruik alleen
neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen,
schuursponsjes, oplosmiddelen of
metalen voorwerpen.
2.5 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
Neem contact met uw plaatselijke
overheid voor informatie m.b.t.
correcte afvalverwerking van het
apparaat.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snij het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
2.6 Servicedienst
Neem contact op met een erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat.
Gebruik uitsluitend originele
reserveonderdelen.
www.electrolux.com6
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
3.1 Indeling kookplaat
1 1
23
1
Inductiekookzone
2
Bedieningspaneel
3
Flexibele inductiekookzone
3.2 Indeling Bedieningspaneel
00:02
8
1 2
45689
3
7
Sym‐
bool
Functie Opmerking
1
AAN/UIT De kookplaat in- en uitschakelen.
2
Stand van de zone De stand van de zone tonen. Raak om de
zone in te schakelen het symbool van de
zone aan.
3
- De kookzone is inge‐
schakeld
Raak het symbool aan om de kookstand
te wijzigen of andere functies in te stellen.
4
Menu Andere functies en instellingen selecteren.
5
Nu vergrendelen Het bedieningspaneel vergrendelen.
6
- Statusbalk Snelkoppelingen weergeven en de Herin‐
neringstijd weergeven. Schakel in het
menu snelkoppelingen de snelkoppelin‐
gen in om ze weer te geven.
NEDERLANDS 7
Sym‐
bool
Functie Opmerking
7
Herinnering De functie inschakelen en de tijd weerg‐
even.
8
ProCook De functie in- en uitschakelen.
9
PAUZE De functie inschakelen.
3.3 Paneel van kookzone
Tik op het bedieningspaneel op het symbool van een kookzone om het paneel van de
kookzone weer te geven.
0 14
9
01:45
00:10
03:00
1 2 3 5
6
4
7
Sym‐
bool
Functie Opmerking
1
- Symbool van kookzone De kookstand weergeven.
2
Power Boost / Automa‐
tisch opwarmen
Geeft aan dat de functie werkt. De timer
telt af tot de functie wordt uitgeschakeld.
3
CountUp Timer Tonen hoelang de kookzone werkt.
4
Timer met aftelfunctie De resterende kooktijd tonen.
5
Menu Andere functies en instellingen voor de
zone selecteren.
6
Power Boost / Automa‐
tisch opwarmen
De functie in- en uitschakelen.
7
- Bedieningsstrip De kookstand instellen.
3.4 Restwarmte
WAARSCHUWING!
Er bestaat
verbrandingsgevaar door
restwarmte.
De inductiekookzones creëren de voor
het kookproces benodigde warmte direct
in de bodem van de pan. Het
glaskeramiek wordt verwarmd door de
warmte van de pannen.
www.electrolux.com8
4. DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
4.1 Eerste inschakeling
Wanneer u de kookplaat voor de eerste
keer inschakelt, moet u de taal instellen.
Na het instellen van de taal geeft de
kookplaat enkele tips weer over het
gebruik van de kookplaat. Laat uw vinger
naar links of rechts glijden om de
schermen te wijzigen.
Als u de tips wilt overslaan, tikt u op
Gereed. U kunt de tips later opnieuw
openen via het Menu.
4.2 In- en uitschakelen
Raak 1 seconde aan om de kookplaat
in– of uit te schakelen.
4.3 Algemene informatie
Het bedieningspaneel van de kookplaat
is een aanraakzone. U bedient de
kookplaat door te tikken op de symbolen,
te scrollen in de menu's en de
bedieningsstrippen en schermen te
verschuiven. De kookplaat herkent de
aanraking wanneer uw vinger het
bedieningspaneel loslaat.
Lees de informatie die wordt
weergegeven op het scherm. De
kookplaat geeft u hints en opdrachten
voor een gemakkelijkere bediening.
LET OP!
Plaats geen heet kookgerei
op het bedieningspaneel.
Gevaar voor beschadiging
van de elektronische
onderdelen.
4.4 Menu-functies
Gebruik het volgende symbool: om
de instellingen van de kookplaat te
openen en te wijzigen. U kunt hier ook
functies in- en uitschakelen en
snelkoppelingen aanmaken. In de tabel
worden de basismenufuncties getoond.
Tik op een functie om ze te openen. Kies
de gewenste instelling en bevestig uw
selectie.
Meer opties
Nu vergrendelen
ProCook
PAUZE
Herinnering
Menu Tips en trucs
Shortcuts
Veiligheid
Taal
Display
Geluid
Service
4.5 AUTO OFF
De functie schakelt de kookplaat
automatisch uit als:
alle kookzones zijn uitgeschakeld,
u de kookstand niet instelt nadat u de
kookplaat hebt ingeschakeld,
u iets hebt gemorst of iets langer dan
10 seconden op het bedieningspaneel
hebt gelegd (een pan, doek, etc.). Er
klinkt een geluidssignaal en de
kookplaat wordt uitgeschakeld.
NEDERLANDS 9
Verwijder het voorwerp of reinig het
bedieningspaneel.
de kookplaat te heet wordt (b.v. als
een pan droogkookt). De kookzone
moet afgekoeld zijn voordat u de
kookplaat weer kunt gebruiken.
u verkeerd kookgerei gebruikt of als
er geen kookgerei op de zone staat.
De kleur van de zone wordt grijs. De
flexibele inductiekookzone wordt na
10 seconden uitgeschakeld, en de
inductiezone wordt na 2 minuten
uitgeschakeld.
u een kookzone niet uitschakelt of de
kookstand verandert. Na een tijdje
wordt de kookplaat uitgeschakeld.
De verhouding tussen de kookstand
en de tijd waarna de kookplaat wordt
uitgeschakeld:
Kookstand De kookplaat
wordt uitgescha‐
keld na
1 - 3 6 uur
4 - 7 5 uur
8 - 9 4 uur
10 - 14 1,5 uur
Schakel de kookplaat uit en schakel ze
weer in, of raak het symbool van de zone
aan om de AUTO OFF te verwijderen.
4.6 De taal wijzigen
Raak om de taal te wijzigen aan in
het bedieningspaneel. Kies Menu uit de
lijst. Kies vervolgens het taalmenu en
kies de juiste taal. Tik op de taal om de
keuze te bevestigen.
4.7 Het gebruik van de
kookzones
Plaats het kookgerei direct op de kruizen
of op de flexibele kookzone.
Inductiekookzones passen zich tot op
zekere hoogte automatisch aan de
afmeting van het kookgerei aan. Tik op
het symbool van de kookzone om het
paneel van de kookzone te openen.
4.8 De kookstand
Raak het symbool aan van de zone die u
wilt gebruiken. Het paneel van de
kookzone verschijnt.
U kunt de kookstand wijzigen door:
de bedieningsstrip aan te raken bij de
juiste kookstand,
uw vinger langs de bedieningsstrip te
laten glijden. Laat uw vinger los
wanneer u de juiste kookstand
bereikt.
het symbool van de zone aan te raken
en uw vinger naar rechts te laten
glijden om de kookstand te verhogen
en naar links om de kookstand te
verlagen.
0 14
9
Voor de flexibele
inductiekookzone plaatst u
eerst het kookgerei.
Wanneer het kookgerei
gedetecteerd wordt,
verschijnt het symbool van
de zone.
4.9 Flexibele inductiekookzone
De flexibele inductiekookzone detecteert
de positie en de grootte van het
kookgerei. Wanneer het kookgerei
gedetecteerd wordt, verschijnt het
symbool van de zone. U kunt het
kookzonepaneel inschakelen en de
kookstand of timerfuncties instellen. De
grootte van het symbool van de
kookzone is afhankelijk van de grootte
van het kookgerei. Als het symbool klein
is, kunt u extra kookgerei plaatsen naast
het kookgerei dat u gebruikt.
U kunt maximaal drie potten op de zone
plaasen en apart bedienen. De minimale
grootte van het kookgerei is 90mm. De
maximale grootte is 300 x 460 mm.
www.electrolux.com10
Als u het kookgerei verwijdert van de
zone wordt het symbool van de zone
grijs. Na 10 seconden verdwijnt de zone.
4.10 Deelfunctie
Als u groter kookgerei gebruikt op de
flexibele zone, kunt u dit verdelen over
twee kookzones. Zo kunt u twee
verschillende verwarmingsniveaus
instellen voor twee verschillende zones
van het kookgerei.
De functie inschakelen: raak het
symbool van de zone aan. Het paneel
van de kookzone gaat aan. Raak aan
en kies de functies uit de lijst. Als de
functie niet beschikbaar is in het
submenu, is de zone te klein om te
delen.
De functie uitschakelen: raak het
symbool van de zone aan. Het paneel
van de kookzone gaat aan. Raak
aan
en kies de optie om het delen van de
zone omgedaan te maken.
Als u kookgerei langer dan
10 seconden verwijdert of
als u de zone uitschakelt,
wordt de functie
uitgeschakeld.
Om de zone te delen of het
delen ongedaan te maken,
kunt u het symbool van de
zone aanraken met twee
vingers.
4.11 Automatisch opwarmen
Als u deze functie activeert, kunt u in
minder tijd een benodigde kookstand
verkrijgen. De functie schakelt even de
hoogste kookstand in en verlaagt dan
naar de juiste kookstand.
De functie voor een kookzone
inschakelen: raak het symbool van de
kookzone aan. Selecteer de gewenste
kookstand tussen 1 en 13. Raak
aan. Er licht een symbool van de functie
op in het symbool van de kookzone:
. De timer langs het symbool telt de
resterende tijd van de functie af.
Als u het verwarmingsniveau
wijzigt terwijl de functie in
werking is, telt de timer een
nieuwe tijd af, die specifiek
is voor dit
verwarmingsniveau.
De functie uitschakelen: Raak
aan.
4.12 Power Boost
Deze functie maakt meer vermogen
beschikbaar voor de inductiekookzones.
De functie kan voor een beperkte
tijdsduur voor uitsluitend de
inductiekookzone worden geactiveerd.
Daarna wordt de inductiekookzone
automatisch teruggeschakeld naar de
hoogste kookstand.
Zie het hoofdstuk
'Technische informatie'.
De functie voor een kookzone
inschakelen: raak het symbool van de
kookzone aan. Stel kookstand 0 of 14 in.
Raak aan. licht op in het
symbool van de kookzone. De timer
langs het symbool telt de resterende
Power Boost-tijd af.
De functie uitschakelen: raak
aan.
De tijden van de Power
Boost en het vermogen van
de flexibele
inductiekookzone zijn
afhankelijk van de grootte
van het kookgerei. De
functie werkt voor kookgerei
groter dan 180 mm.
4.13 ProCook-functie
Deze functie maakt het u mogelijk de
temperatuur aan te passen door het
kookgerei naar een andere positie op de
flexibele inductiekookzone te bewegen.
De kookplaat detecteert de positie van
het kookgerei en stelt in
overeenstemming met de positie de
warmte in. Als u het kookgerei in de
voorste positie plaatst, krijgt u de
NEDERLANDS 11
hoogste kookstand. U kunt de kookstand
verlagen door het kookgerei naar
achteren te verplaatsen.
LET OP!
Als de functie in gebruik is,
kunt u de kookstand niet
handmatig wijzigen.
Algemene informatie:
Gebruik maar één pot als u met deze
functie werkt.
De maximale potdiameter voor de
functie is 240 mm. Als u kookgerei
gebruikt dat groter is dan 240 mm,
wordt de functie uitgeschakeld. De
flexibele zone verandert in een
standaard kookzonemodus. De zone
behoudt de kookstand van de laatste
stand van de ProCook-functie.
Wanneer de functie in werking is, kunt
u de kookstand alleen wijzigen door
het kookgerei te verplaatsen.
Als u de functie gebruikt, kunt u ook
gebruik maken van de
Herinneringsfunctie
.
Til het kookgerei op en zet
het op een andere plaats in
de flexibele zone als u de
kookstand wilt wijzigen. Als
u he kookgerei verschuift,
kunnen er krassen en een
verkleuring van het
oppervlak ontstaan.
U kunt de snelkoppeling
naar de functie toevoegen
aan de statusbalk op het
bedieninsgpaneel .
De functie inschakelen
Plaats het kookgerei op de flexibele zone
om de functie in te schakelen. Raak
aan en kies de functies uit de lijst. Als de
functie in werking is, wordt de flexibele
zone aangegeven met streepjes op het
bedieningspaneel. Om de functie in te
schakelen kunt u ook het
snelkoppelingssymbool aanraken op de
statusbalk .
De functie uitschakelen
Herhaal deze procedure of raak
aan
om de functie weer uit te schakelen. De
zone met streepjes op het
bedieningspaneel verdwijnt.
Als er twee bedieningszones
gedetecteerd worden of als
er groter kookgerei gebruikt
wordt, wordt de functie
uitgeschakeld.
4.14 Timers
Er zijn 3 timers: CountUp Timer, timer
met aftelfunctie en Herinnering.
ProCook. Wanneer de
functie in werking is, kunt
alleen gebruik maken van
Herinnering.
CountUp Timer
Gebruik deze timer om in de gaten te
houden hoe lang de kookzone werkt. De
functie start automatisch en gaat aan
naast het symbool van de kookzone in
het paneel van de kookzone. Raak om
de tijd te controleren het symbool van de
zone aan.
De tijd resetten: open het paneel van de
kookzone. Raak
aan naast het
symbool van de kookzone, en kies de
juiste optie uit de lijst. Om de tijd te
resetten kunt u ook
aanraken naast
het symbool van de kookzone.
Timer met aftelfunctie
U kunt deze timer gebruiken om in te
stellen hoe lang de kookzone moet
werken voor een kooksessie.
De functie inschakelen: open het
paneel van de kookzone. Raak
aan
www.electrolux.com12
naast het symbool van de kookzone, en
kies de instelling van de kooktijd. Stel de
tijd i door de uren en minuten apart te
scrollen.
45 min
40
50
35
55
00 h
24
01
23
02
OK
Bevestig vervolgens uw keuze. U kunt
uw keuze ook annuleren. Als de tijd
verstreken is, klinkt er een geluidssignaal
en wordt de kookzone uitgeschakeld.
Om de tijd in te stellen kunt u ook
aanraken.
Het geluidssignaal stopzetten: raak
het display aan.
Herinnering
De functie heeft geen invloed op de
werking van de kookzones. U kunt het
ook gebruiken als de kookplaat is
uitgeschakeld.
U kunt de snelkoppeling
naar de functie toevoegen
aan de statusbalk op het
bedieninsgpaneel .
De functie inschakelen: raak aan en
kies de functie uit de lijst. Stel de tijd in
en bevestig uw selectie. Om de functie in
te schakelen kunt u ook het
snelkoppelingssymbool aanraken op de
statusbalk
. Als de tijd die u ingesteld
heeft bijna voorbij is, weerklinkt het
geluid.
Het geluidssignaal stopzetten: raak
het display aan.
4.15 PAUZE
Deze functie stelt alle kookzones die in
werking zijn in op de laagste kookstand.
Als de functie in gebruik is, kunt u de
kookstand niet wijzigen. De functie heeft
geen effect op de werking van de timers.
U kunt de snelkoppeling
naar de functie toevoegen
aan de statusbalk op het
bedieningspaneel .
De functie inschakelen: raak aan en
kies de functie uit de lijst. Om de functie
in te schakelen kunt u ook het
snelkoppelingssymbool aanraken op de
statusbalk .
De functie uitschakelen: raak het
display aan. De vorige kookstanden
worden terug ingesteld.
4.16 De kookplaat
vergrendelen
De kookplaat heeft 3 vergrendelfuncties:
Nu vergrendelen, Schermvergrendeling
en Kinderslot.
Nu vergrendelen
Met deze functie wordt het
bedieningspaneel vergrendeld terwijl de
kookzones in werking zijn. Ze voorkomt
een toevallige wijziging van de
kookinstellingen.
U kunt de snelkoppeling
naar de functie toevoegen
aan de statusbalk op het
bedieninsgpaneel .
De functie inschakelen: raak aan en
kies de functie uit de lijst. Om de functie
in te schakelen kunt u ook het
snelkoppelingssymbool aanraken op de
statusbalk .
De functie uitschakelen: raak het
display aan. Volg de informatie op het
display en raak de letters aan in
alfabetische volgorde: A - O - X.
Als u de kookplaat
uitschakelt, wordt de functie
uitgeschakeld.
Schermvergrendeling en Kinderslot
De Schermvergrendeling-functie
voorkomt een toevallige wijziging van de
instellingen tijdens het koken. Als de
functie actief is en als u gedurende 2
NEDERLANDS 13
minuten geen enkele instelling wijzigt,
wordt het bedieningspaneel vergrendeld.
De Kinderslot-functie voorkomt een
toevallige activering en bediening van de
kookplaat wanneer deze uitgeschakeld
is.
De functies in- of uitschakelen: raak
aan, kies Menu en raak vervolgens
Veiligheid aan. Kies op het volgende
scherm of u de functies wilt in- of
uitschakelen. Bevestig uw selectie.
Om de kookplaat te
bedienen zonder de functie
uit te schakelen, volgt u de
informatie op het display en
raakt u de letters aan in
alfabetische volgorde: A - O
- X.
4.17 Snelkoppelingen
U kunt de functies die u vaak gebruikt
instellen als snelkoppelingen.
Snelkoppelingen worden als symbolen
weergegeven op de statusbalk in het
scherm van het bedieningspaneel. Met
de snelkoppelingen kunt u een functie
met één aanraking inschakelen.
De snelkoppelingen inschakelen: raak
aan, kies Menu en raak vervolgens
het menu snelkoppelingen aan. Kies op
het volgende scherm de functies die u
als snelkoppelingen wilt weergeven op
de statusbalk. Bevestig uw selectie.
4.18 Display
U kunt de helderheid en de achtergrond
van het display kiezen.
Er bestaan 4 helderheidsniveau´s: 1 is
de laagste en 4 is de hoogste.
Er bestaan 6 verschillende
achtergrondkleuren.
De helderheids- of de
achtergrondinstellingen wijzigen: raak
aan, kies Menu en raak vervolgens
Display aan. Kies dan tussen helderheid
of achtergrondafbeeldingen. Kies op het
volgende scherm de gewenste instelling.
Bevestig uw selectie.
4.19 Geluidssignalen
U kunt de soorten geluidssignalen kiezen
die u wilt horen bij de bediening van de
kookplaat. U kunt de geluidssignalen ook
uitschakelen.
De instellingen van de
geluidssignalen wijzigen: raak aan,
kies Menu en raak vervolgens het menu
geluidssignalen aan. Kies op het
volgende scherm de gewenste instelling.
Bevestig uw selectie.
Als de geluidssignalen
uitgeschakeld zijn, hoort u
wel nog het geluidssignaal
wanneer de timer verstreken
is of wanneer u de kookplaat
uitschakelt.
4.20 Vermogensbeheer-functie
De kookzones zijn gegroepeerd
volgens locatie en aantal fasen van
de kookplaat. Zie afbeelding.
Elke fase heeft een maximale
elektriciteitslading van 3700 W.
De functie verdeelt het vermogen
tussen de kookzones aangesloten op
dezelfde fase.
De functie wordt geactiveerd als de
totale elektriciteitslading van de
kookzones aangesloten op een
enkele fase de 3700 W overschrijdt.
De functie verlaagt het vermogen
naar de andere kookzones
aangesloten op dezelfde fase.
Het kookstand van de verlaagde
zones verandert tussen twee niveaus.
Voor de flexibele zone kunt u
maximaal drie potten gebruiken. Als
de maximale lading voor de fase
wordt overschreden, wordt de functie
geactiveerd. De activering van de
functie is afhankelijk van de grootte
en het aantal van het kookgerei. De
functie verlaagt de kookstand voor de
potten tot de hoogst mogelijke
instelling op de fase. Het symbool van
de kookzone wordt grijs en de
kookstand verandert tussen twee
niveaus. De omlaag gerichte pijl licht
www.electrolux.com14
op in het symbool van de kookzone.
Als u het aantal potten op de flexibele
zone niet binnen één minuut wijzigt,
wordt de laagste kookstand ingesteld
voor deze kooksessie.
5. AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
5.1 Kookgerei
Bij een inductiekookzone
zorgt een sterk elektro-
magnetisch veld ervoor dat
het kookgerei erg snel heet
wordt.
Gebruik de
inductiekookzones met
geschikt kookgerei.
Materiaal van het kookgerei
correct: gietijzer, staal, geëmailleerd
staal, roestvrij staal, meerlaagse
bodem (aangemerkt als geschikt voor
inductie door de fabrikant).
niet correct: aluminium, koper,
messing, glas, keramiek, porselein.
Het kookgerei is geschikt voor een
inductiekookplaat als:
een beetje water op een zone met de
hoogste kookstand binnen korte tijd
wordt verwarmd.
een magneet vast blijft zitten aan de
bodem van het kookgerei.
De bodem van het kookgerei
moet zo dik en vlak mogelijk
zijn.
Afmetingen van de pannen
Inductiekookzones passen zich tot op
zekere hoogte automatisch aan de
grootte van de bodem van de pan aan.
De efficiëntie van de kookzone heeft
betrekking op de diameter van het
kookgerei. Kookgerei met een diameter
die kleiner is dan het minimum, ontvangt
slechts een deel van het vermogen dat
door de kookzone wordt gegenereerd.
Zie het hoofdstuk
'Technische informatie'.
5.2 Lawaai tijdens gebruik
Als u dit hoort:
krakend geluid: de pan is gemaakt
van verschillende materialen
(sandwich-constructie).
fluitend geluid: bij gebruik van de
kookzone met een hoge kookstand en
als de pan is gemaakt van
verschillende materialen (sandwich-
constructie).
zoemen: als u hoge kookstanden
gebruikt.
klikken: er treedt elektrische
schakeling op.
klikken op de flexibele zone: de pan
wordt niet waargenomen en de
kookzone wordt niet ingesteld.
sissen, zoemen: de ventilator werkt.
Deze geluiden zijn normaal en hebben
niets met een defect van de kookplaat
te maken.
5.3 Öko Timer (Eco-timer)
Om energie te besparen schakelt het
verwarmingselement van de kookzone
eerder uit dan het signaal van de timer
met aftelfunctie klinkt. Het verschil in
werkingstijd hangt af van het niveau van
de kookstand en de tijd dat u kookt.
NEDERLANDS 15
5.4 Voorbeelden van
kooktoepassingen
De relatie tussen het stroomverbruik van
de warmte-instelling en de kookzone is
niet lineair. Wanneer u de warmte-
instelling verhoogt, is dit niet
proportioneel met de toename in
stroomverbruik van de kookzone. Het
betekent dat de kookzone met de
medium warmte-instelling minder dan de
helft van het vermogen gebruikt.
De gegevens in de volgende
tabel dienen slechts als
richtlijn.
Verwar‐
mingsstand
Gebruik om: Tijd
(min)
Tips
1 Bereide gerechten warmhou‐
den.
zoals
nodig
Een deksel op het kookgerei
doen.
1 - 3 Hollandaisesaus, smelten:
boter, chocolade, gelatine.
5 - 25 Van tijd tot tijd mengen.
1 - 3 Stollen: luchtige omeletten,
gebakken eieren.
10 - 40 Met deksel bereiden.
3 - 5 Zachtjes aan de kook bren‐
gen van rijst en gerechten op
melkbasis, reeds bereide
gerechten opwarmen.
25 - 50 Voeg minstens tweemaal
zoveel vloeistof toe als rijst,
melkgerechten tijdens het
bereiden tussendoor roeren.
5 - 7 Stomen van groenten, vis en
vlees.
20 - 45 Een paar eetlepels vocht
toevoegen.
7 - 9 Aardappelen stomen. 20 - 60 Gebruik max. ¼ l water voor
750 g aardappelen.
7 - 9 Bereiden van grotere hoe‐
veelheden voedsel, stoof‐
schotels en soepen.
60 -
150
Tot 3 l vloeistof plus ingre‐
diënten.
9 - 12 Lichtjes braden: kalfsoester,
cordon bleu van kalfsvlees,
koteletten, rissoles, worstjes,
lever, roux, eieren, pannen‐
koeken, donuts.
zoals
nodig
Halverwege de bereiding‐
stijd omdraaien.
12 - 13 Door-en-door gebraden, op‐
gebakken aardappelen, lend‐
enbiefstukken, steaks.
5 - 15 Halverwege de bereiding‐
stijd omdraaien.
14 Aan de kook brengen van water, pasta koken, aanbraden van vlees
(goulash, stoofvlees), frituren van friet.
Aan de kook brengen van grote hoeveelheden water. Powerfunctie is
geactiveerd.
www.electrolux.com16
6. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
6.1 Algemene informatie
Reinig de kookplaat na elk gebruik.
Gebruik altijd pannen met een schone
bodem.
Krassen of donkere vlekken op de
oppervlakte hebben geen invloed op
de werking van de kookplaat.
Gebruik een specifiek
schoonmaakmiddel voor het
oppervlak van de kookplaat.
Gebruik een speciale schraper voor
de glazen plaat.
6.2 De kookplaat schoonmaken
Verwijder direct: gesmolten plastic,
gesmolten folie en suikerhoudende
gerechten. Anders kan het vuil de
kookplaat beschadigen. Plaats de
speciale schraper schuin op de
glazen plaat en verwijder resten door
het blad over het oppervlak te
schuiven.
Verwijder nadat de kookplaat
voldoende is afgekoeld: kalk- en
waterkringen, vetspatten en
metaalachtig glanzende
verkleuringen. Reinig de kookplaat
met een vochtige doek en een beetje
afwasmiddel. Droog de kookplaat na
reiniging af met een zachte doek.
Het oppervlakte van de kookplaat
heeft horizontale groeven. Maak de
kookplaat schoon met een vochtige
doek en een beetje
schoonmaakmiddel en veeg het van
links naar rechts schoon. Droog de
kookplaat na reiniging af met een
zachte doek van links naar rechts.
7. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
7.1 Wat moet u doen als…
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
U kunt de kookplaat niet
inschakelen of bedienen.
De kookplaat is niet aan‐
gesloten op een stopcon‐
tact of is niet goed geïn‐
stalleerd.
Controleer of de kookplaat
goed is aangesloten op het
lichtnet. Raadpleeg het
aansluitingsschema.
De zekering is doorge‐
brand.
Controleer of de zekering
de oorzaak van de storing
is. Als de zekeringen keer
op keer doorslaan, neemt
u contact op met een er‐
kende elektricien.
De kookplaat schakelt uit. Er ligt water of vetspatten
op het bedieningspaneel.
Reinig het bedieningspa‐
neel.
U hebt iets op de tiptoets
geplaatst.
Verwijder het object van de
tiptoets.
NEDERLANDS 17
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Een pan activeert twee
zones.
De bodem van de pan is
niet vlak.
Verschuif de pan een
beetje totdat slechts een
zone wordt waargenomen.
Twee of meer zone wor‐
den waargenomen als een
zone.
De pannen staan te dicht
naast elkaar en de kook‐
zones zijn niet ingesteld na
het plaatsen van iedere
pan.
Stel na het plaatsen van
de pan op de kookzone de
zone voor elke pan na het
plaatsen individueel in.
Er is geen potaanduiding
op de flexibele zone.
Het kookgerei is niet goed. Gebruik het juiste kookger‐
ei.
Zie het hoofdstuk 'Nuttige
aanwijzingen en tips'.
De diameter aan de bod‐
em van het kookgerei is te
klein voor de zone.
Gebruik kookgerei met de
juiste afmetingen.
Zie het hoofdstuk 'Techni‐
sche informatie'.
Er staat al kookgerei op de
zone.
Verplaats de eerste pot
een beetje om plaats te
maken voor de volgende.
Power Boost wordt niet
geactiveerd voor de pot op
de flexibele zone.
De pot is groter dan 240
mm. Het maximale vermo‐
gen is bereikt.
Dit is normaal voor deze
potgrootte. Gebruik een
kleinere pot of gebruik de
hoogste kookstand voor de
grote pot.
De kookstanden voor de
potten op de flexibele zone
worden verlaagd.
U gebruikt teveel potten
met de hoogste kookstand
op de flexibele zone. De
vermogensbeheerfunctie is
ingeschakeld.
Verplaats enkele potten
naar inductiekookzones.
gaat branden.
Eén van de Vergrendel‐
functies is actief.
Raak om de kookplaat te
ontgrendelen de letters in
alfabetische volgorde aan:
A - O - X.
De ProCook-functie wordt
uitgeschakld.
U gebruikt meer dan één
pot.
Gebruik slechts één pot
voor deze functie.
De helderheid van het dis‐
play wordt verlaagd.
De temperatuur van de
zones is hoog. Om een
lange levensduur van het
display te verzekeren
wordt de helderheid ver‐
laagd, afhankelijk van de
temperatuur van de kook‐
plaat.
Laat de kookplaat afkoe‐
len.
www.electrolux.com18
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het display reageert niet
op de aanraking.
Een gedeelte van het dis‐
play is bedekt, of de potten
zijn te dicht bij het display
geplaatst.
Verwijder de voorwerpen.
Plaats de potten verder
van het display.
Het vermogensniveau is
verlaagd. De omlaag ger‐
ichte pijl licht op in het
symbool van de kookzone.
Vermogensbeheer-functie
is in werking.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Dagelijks gebruik'.
De achtergrondverlichting
staat aan, maar het con‐
trast van het display is niet
goed.
Er staat heet kookgerei op
het display.
Verwijder het object en laat
de kookplaat voldoende af‐
koelen. Als het contrast
niet helder is, neemt u con‐
tact op met het servicecen‐
trum.
Er klinkt geen signaal wan‐
neer u de sensorvelden
van het bedieningspaneel
aanraakt.
De signalen zijn uitgescha‐
keld.
Schakel de signalen in.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Dagelijks gebruik'.
E en een getal gaat bran‐
den.
Er is een fout in de kook‐
plaat opgetreden.
Ontkoppel de kookplaat
enige tijd van de stroom‐
toevoer. Ontkoppel de ze‐
kering uit het elektrische
systeem van het huis. Sluit
het apparaat opnieuw aan.
Als E weer gaat branden,
neem dan contact op met
de klantenservice.
E3 gaat aan. De elektrische aansluiting
is onjuist. De stroomspan‐
ning is buiten bereik.
Laat de installatie controle‐
ren door een elektromon‐
teur.
E4 gaat branden. Er is een storing opgetre‐
den in de kookplaat, omdat
er kookgerei is droogge‐
kookt. Oververhittingsbe‐
veiliging voor de zones is
in werking getreden.
Schakel de kookplaat uit
en laat ze afkoelen. Scha‐
kel de kookplaat terug in.
Als het probleem lag bij het
kookgerei, verdwijnt het
bericht. Als het probleem
verschijnt, neemt u contact
op met een erkende klan‐
tenservice.
E7 gaat aan. De ventilator wordt geblok‐
keerd.
Controleer of voorwerpen
de ventilator blokkeren. Als
het probleem opnieuw ver‐
schijnt, neemt u contact op
met een erkende klanten‐
service.
NEDERLANDS 19
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
E8 gaat aan. De elektrische aansluiting
is onjuist. De kookplaat is
maar aangesloten op één
fase.
Laat de installatie controle‐
ren door een elektromon‐
teur. Raadpleeg het aans‐
luitingsschema.
E9 gaat aan. Er heeft zich een fout in de
interface voorgedaan.
Schakel de kookplaat uit
en weer in. Als het pro‐
bleem verschijnt, neemt u
contact op met een er‐
kende klantenservice.
7.2 Als u het probleem niet kunt
oplossen...
Als u niet zelf het probleem kunt
verhelpen, neem dan contact op met uw
verkoper of de serviceafdeling. Zie voor
deze gegevens het typeplaatje. Geef ook
de driecijferige code voor het
glaskeramiek (bevindt zich op de hoek
van het glazen oppervlak) en de
foutmelding die wordt weergegeven.
Verzeker u ervan dat u de kookplaat
correct gebruikt heeft. Bij onjuist gebruik
van het apparaat wordt het bezoek van
de onderhoudstechnicus van de
klantenservice of de vakhandelaar in
rekening gebracht, zelfs tijdens de
garantieperiode. De instructies over het
service center en de garantiebepalingen
vindt u in het garantieboekje.
8. MONTAGE
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
8.1 Voor montage
Voordat u de kookplaat installeert, dient
u de onderstaande informatie van het
typeplaatje te noteren. Het typeplaatje
bevindt zich onderop de kookplaat.
Serienummer ...........................
8.2 Ingebouwde kookplaten
Inbouwkookplaten mogen alleen worden
gebruikt nadat zij ingebouwd zijn in
geschikte inbouwunits of werkbladen die
aan de normen voldoen.
8.3 Aansluitkabel
De kookplaat is voorzien van een
aansluitsnoer.
Vervang de beschadigde
voedingskabel door het volgende
netsnoer (of hoger): H05BB-F T min
90°C. Neem contact op met een
klantenservice bij u in de buurt.
8.4 Bevestigen van de
afdichting op het
keukenwerkblad
1. De randen in het keukenwerkblad
reinigen.
2. Snij de meegeleverde afsluitstrip in 4
stukjes. De stukje moeten dezelfde
lengte hebben als de randen.
3. Snij de uiteinden van de strips onder
een hoek van 45°. Ze moeten goed
in de hoeken van het aanrecht
passen.
4. Bevestigen van de strips op het
keukenwerkblad. Rek de strippen
niet uit. Plak de uiteinden niet over
elkaar.
Dicht na plaatsing van de kookplaat de
kier tussen het werkblad en het
glaskeramiek met siliconenkit. Zorg
ervoor dat de siliconenkit niet onder het
glaskeramiek komt.
www.electrolux.com20
min.
38 mm
min.
2 mm
min.
12 mm
min.
2 mm
9. TECHNISCHE INFORMATIE
9.1 Typeplaatje
Model EHXP8H10KK PNC productnummer 949 596 482 00
Type 58 GBD K1 AU 220 - 240 V 50 - 60 Hz
Inductie 7.4 kW Vervaardigd in Duitsland
Ser.nr. ................. 7.4 kW
ELECTROLUX
9.2 Specificatie kookzones
Kookzone Nominaal
vermogen
(maximale
kookstand)
[W]
Powerfunctie
[W]
Powerfunctie
maximale
duur [min]
Diameter van
het kookgerei
[mm]
Rechtsvoor 1400 2500 4 125 - 145
Rechtsachter 2300 3700 10 180 - 210
Het vermogen van de kookzones kan
enigszins afwijken van de gegevens in
de tabel. Het verandert met het materiaal
en de afmetingen van het kookgerei.
Gebruik voor optimale kookresultaten
alleen kookgerei met een diameter niet
groter dan vermeld in de tabel.
9.3 Specificatie flexibele zone
Diameter van het
kookgerei [mm]
Nominaal vermo‐
gen (maximale
kookstand) [W]
Powerboost [W] Maximale duur
van de power‐
boost [min]
90 500 500 4
www.electrolux.com22
Diameter van het
kookgerei [mm]
Nominaal vermo‐
gen (maximale
kookstand) [W]
Powerboost [W] Maximale duur
van de power‐
boost [min]
145 1400 1400 4
180 1800 2000 8
210 2200 3000 8
280 2600 3700 10
Het vermogen van de kookzone kan
enigszins afwijken van de gegevens in
de tabel. Het verandert met het materiaal
en de afmetingen van het kookgerei.
10. ENERGIEZUINIGHEID
10.1 Productinformatie volgens EU-richtlijn 66/2014
Modelidentificatie EHXP8H10KK
Type kooktoestel Ingebouwde
kookplaat
Aantal kookzones 2
Aantal kookzones 1
Verwarmingstechnologie Inductie
Diameter ronde kookzones
(Ø)
Rechtsvoor
Rechtsachter
14,5 cm
21,0 cm
Lengte (L) en breedte (B) van
de kookzone
Links L 45.4 cm
B 30.0 cm
Energieverbruik per kookzone
(ECelectric cooking)
Rechtsvoor
Rechtsachter
175,7 Wh / kg
170,3 Wh / kg
Energieverbruik van de kook‐
zone (ECelectric cooking)
Links 188,4 Wh / kg
Energieverbruik van de kook‐
plaat (ECelectric hob)
180,7 Wh / kg
EN 60350-2 - Elektrische huishoudelijke
kookapparaten - deel 2: Kookplaten -
Methodes voor het meten van de
prestatie
10.2 Energiebesparing
U kunt elke dag energie besparen tijdens
het koken door de onderstaande tips te
volgen.
Warm alleen de hoeveelheid water op
die u nodig heeft.
Doe indien mogelijk altijd een deksel
op het kookgerei.
Zet uw kookgerei op de kookzone
voordat u deze activeert.
Zet kleiner kookgerei op kleinere
kookzones.
Plaats het kookgerei precies in het
midden van de kookzone.
Gebruik de restwarmte om het eten
warm te houden of te smelten.
NEDERLANDS 23
11. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
elektronische apparaten. Gooi apparaten
gemarkeerd met het symbool niet weg
met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de
gemeente.
www.electrolux.com24

Documenttranscriptie

EHXP8H10KK NL IT ES Kookplaat Piano cottura Placa de cocción Gebruiksaanwijzing Istruzioni per l’uso Manual de instrucciones 2 25 48 2 www.electrolux.com INHOUDSOPGAVE 1. VEILIGHEIDSINFORMATIE............................................................................... 3 2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN...................................................................... 4 3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT..............................................................7 4. DAGELIJKS GEBRUIK.......................................................................................9 5. AANWIJZINGEN EN TIPS................................................................................15 6. ONDERHOUD EN REINIGING........................................................................ 17 7. PROBLEEMOPLOSSING.................................................................................17 8. MONTAGE .......................................................................................................20 9. TECHNISCHE INFORMATIE........................................................................... 22 10. ENERGIEZUINIGHEID...................................................................................23 WE DENKEN AAN U Bedankt voor het kopen van een Electrolux-apparaat. U koos voor een product dat jaren professionele ervaring en innovatie bevat. Ingenieus en stijlvol, het werd ontworpen met u in het achterhoofd. Wanneer u het gebruikt, kunt u er op vertrouwen dat u keer op keer fantastische resultaten zult krijgen. Welkom bij Electrolux. Ga naar onze website voor: Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie: www.electrolux.com/webselfservice Registreer uw product voor een betere service: www.registerelectrolux.com Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat: www.electrolux.com/shop KLANTENSERVICE Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer. Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje. Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu-informatie Wijzigingen voorbehouden. NEDERLANDS 1. 3 VEILIGHEIDSINFORMATIE Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van het apparaat voor toekomstig gebruik. 1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen • • • • • • • Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen. Laat kinderen niet met het apparaat spelen. Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet. Als het apparaat is uitgerust met een kinderbeveiliging, raden wij aan dit te activeren. Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht. Houd kinderen jonger dan 3 jaar uit de buurt of onder permanent toezicht. 1.2 Algemene veiligheid • • • Het apparaat en de toegankelijke onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. De verwarmingselementen niet aanraken. Bedien het apparaat niet met een externe timer of een apart afstandbedieningssysteem. Zonder toezicht koken op een kookplaat met vet of olie kan gevaarlijk zijn en brandgevaar opleveren. 4 www.electrolux.com • • • • • • • Probeer brand nooit met water te blussen, maar schakel in plaats daarvan het apparaat uit en bedek de vlam, d.w.z. met een deksel of blusdeken. Bewaar geen voorwerpen op de kookplaten. Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en deksels mogen niet op de kookplaat worden geplaatst, aangezien ze heet kunnen worden. Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon te maken. Schakel het kookplaatelement uit na elk gebruik met de bedieningstoetsen. Vertrouw niet op de pandetector. Als de glaskeramische / glazen oppervlakte gebarsten is, schakel het apparaat dan uit om het risico op elektrische schokken te voorkomen. Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant, een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen. 2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN 2.1 Montage WAARSCHUWING! Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren. • • • • • • • • Verwijder alle verpakkingsmaterialen. Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat. Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat. Houd de minimumafstand naar andere apparaten en units in acht. Wees voorzichtig met het verplaatsen van het apparaat, het is zwaar. Draag altijd veiligheidshandschoenen. Dicht de oppervlakken af met kit om te voorkomen dat ze gaan opzetten door vocht. Bescherm de bodem van het apparaat tegen stoom en vocht. Installeer het apparaat niet naast een deur of onder een raam. Dit voorkomt • • • dat heet kookgerei van het apparaat valt als de deur of het raam wordt geopend. Als het apparaat geïnstalleerd is boven lades zorg er dan voor dat de ruimte tussen de onderkant van het apparaat en de bovenste lade voldoende is voor luchtcirculatie. De onderkant van het apparaat kan heet worden. Wij raden aan om een onbrandbaar scheidingspaneel te plaatsen onder het apparaat om te voorkomen dat de onderkant kan worden aangeraakt. Zorg ervoor dat er een ventilatieruimte van 2 mm vrij is tussen het werkblad en de voorkant van de onderste unit. De garantie dekt geen schade veroorzaakt door het gebrek aan een adequate ventilatieruimte. NEDERLANDS 2.2 Aansluiting aan het elektriciteitsnet WAARSCHUWING! Gevaar voor brand en elektrische schokken. • • • • • • • • • • • • • • Alle elektrische aansluitingen moeten door een gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt. Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. Verzeker u ervan dat de stekker uit het stopcontact is getrokken, voordat u welke werkzaamheden dan ook uitvoert. Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromonteur. Zorg ervoor dat het apparaat correct is geïnstalleerd. Losse en onjuiste stroomkabels of stekkers (indien van toepassing) kunnen ervoor zorgen dat de contactklem te heet wordt. Gebruik de juiste stroomkabel. Voorkom dat de stroomkabels verstrikt raken. Zorg ervoor dat er een schokbescherming wordt geïnstalleerd. Gebruik het klem om spanning op het snoer te voorkomen. Zorg ervoor dat de stroomkabel of stekker (indien van toepassing) het hete apparaat of heet kookgerei niet aanraakt als u het apparaat op de nabijgelegen contactdozen aansluit Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren. Zorg dat u de hoofdstekker (indien van toepassing) of kabel niet beschadigt. Neem contact op met onze service-afdeling of een elektromonteur om een beschadigde hoofdkabel te vervangen. De schokbescherming van delen onder stroom en geïsoleerde delen moet op zo'n manier worden bevestigd dat het niet zonder gereedschap kan worden verplaatst. Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is • • • • 5 voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is. Sluit de stroomstekker niet aan op een losse stroomaansluiting. Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker. Gebruik alleen de juiste isolatieapparaten: stroomonderbrekers, zekeringen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschakelaars en contactgevers. De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat volledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contactopening hebben met een minimale breedte van 3 mm. 2.3 Gebruik WAARSCHUWING! Gevaar op letsel, brandwonden of elektrische schokken. • • • • • • • • • • • Verwijder voor gebruik (indien van toepassing) de verpakking, labels en beschermfolie. Gebruik dit apparaat in een huishoudelijke omgeving. De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd. Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn. Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter. Zet de kookzone op "uit" na elk gebruik. Vertrouw niet alleen op de pandetector. Leg geen bestek of pannendeksels op de kookzones. Deze kunnen heet worden. Bedien het apparaat niet met natte handen of als het contact maakt met water. Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht. Sluit het apparaat direct af van de stroomtoevoer als het oppervlak van 6 www.electrolux.com • • • • • • het apparaat gebroken is. Dit om elektrische schokken te voorkomen. Gebruikers met een pacemaker moeten een afstand van minimaal 30 cm bewaren van de inductiekookzones als het apparaat in werking is. Als u eten in de hete olie doet, kan het spatten. • 2.4 Onderhoud en reiniging WAARSCHUWING! Risico op brand en explosie • Verhitte vetten en olie kunnen ontvlambare damp afgeven. Houd vlammen of verwarmde voorwerpen uit de buurt van vet en olie als u er mee kookt. De dampen die hete olie afgeeft kunnen spontane ontbranding veroorzaken. Gebruikte olie die voedselresten bevat kan brand veroorzaken bij een lagere temperatuur dan olie die voor de eerste keer wordt gebruikt. Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat. • • • • • • • • • Zet geen heet kookgerei op het bedieningspaneel. Laat kookgerei niet droogkoken. Laat geen voorwerpen of kookgerei op het apparaat vallen. Het oppervlak kan beschadigen. Activeer de kookzones niet met lege pannen of zonder pannen erop. Geen aluminiumfolie op het apparaat leggen. Pannen van gietijzer, aluminium of met beschadigde bodems kunnen krassen veroorzaken in het glas / glaskeramiek. Til deze voorwerpen Reinig het apparaat regelmatig om te voorkomen dat het materiaal van het oppervlak achteruitgaat. Schakel het apparaat uit en laat het afkoelen voordat u het schoonmaakt. Trek voor onderhoudswerkzaamheden de stekker uit het stopcontact. Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te reinigen. Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen. 2.5 Verwijdering WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of verstikking. WAARSCHUWING! Risico op schade aan het apparaat. • altijd op als u ze moet verplaatsen op het kookoppervlak. Dit apparaat is uitsluitend bestemd om mee te koken. Het mag niet worden gebruikt voor andere doeleinden, zoals het verwarmen van een kamer. • • • Neem contact met uw plaatselijke overheid voor informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van het apparaat. Haal de stekker uit het stopcontact. Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg. 2.6 Servicedienst • • Neem contact op met een erkende servicedienst voor reparatie van het apparaat. Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen. NEDERLANDS 7 3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT 3.1 Indeling kookplaat 1 1 Inductiekookzone 2 Bedieningspaneel 3 Flexibele inductiekookzone 1 3 2 3.2 Indeling Bedieningspaneel 1 2 3 8 00:02 9 8 Sym‐ bool 7 6 5 4 Functie Opmerking AAN/UIT De kookplaat in- en uitschakelen. Stand van de zone De stand van de zone tonen. Raak om de zone in te schakelen het symbool van de zone aan. De kookzone is inge‐ schakeld Raak het symbool aan om de kookstand te wijzigen of andere functies in te stellen. 4 Menu Andere functies en instellingen selecteren. 5 Nu vergrendelen Het bedieningspaneel vergrendelen. Statusbalk Snelkoppelingen weergeven en de Herin‐ neringstijd weergeven. Schakel in het menu snelkoppelingen de snelkoppelin‐ gen in om ze weer te geven. 1 2 3 - 6 8 www.electrolux.com Sym‐ bool Functie Opmerking Herinnering De functie inschakelen en de tijd weerg‐ even. 8 ProCook De functie in- en uitschakelen. 9 PAUZE De functie inschakelen. 7 3.3 Paneel van kookzone Tik op het bedieningspaneel op het symbool van een kookzone om het paneel van de kookzone weer te geven. 1 2 3 9 03:00 4 5 00:10 01:45 0 14 7 6 Sym‐ bool Functie Opmerking - Symbool van kookzone De kookstand weergeven. 2 Power Boost / Automa‐ tisch opwarmen Geeft aan dat de functie werkt. De timer telt af tot de functie wordt uitgeschakeld. 3 CountUp Timer Tonen hoelang de kookzone werkt. 4 Timer met aftelfunctie De resterende kooktijd tonen. Menu Andere functies en instellingen voor de zone selecteren. Power Boost / Automa‐ tisch opwarmen De functie in- en uitschakelen. Bedieningsstrip De kookstand instellen. 1 5 6 7 - 3.4 Restwarmte WAARSCHUWING! Er bestaat verbrandingsgevaar door restwarmte. De inductiekookzones creëren de voor het kookproces benodigde warmte direct in de bodem van de pan. Het glaskeramiek wordt verwarmd door de warmte van de pannen. NEDERLANDS 9 4. DAGELIJKS GEBRUIK WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. LET OP! Plaats geen heet kookgerei op het bedieningspaneel. Gevaar voor beschadiging van de elektronische onderdelen. 4.1 Eerste inschakeling Wanneer u de kookplaat voor de eerste keer inschakelt, moet u de taal instellen. Na het instellen van de taal geeft de kookplaat enkele tips weer over het gebruik van de kookplaat. Laat uw vinger naar links of rechts glijden om de schermen te wijzigen. 4.4 Menu-functies Gebruik het volgende symbool: om de instellingen van de kookplaat te openen en te wijzigen. U kunt hier ook functies in- en uitschakelen en snelkoppelingen aanmaken. In de tabel worden de basismenufuncties getoond. Tik op een functie om ze te openen. Kies de gewenste instelling en bevestig uw selectie. Meer opties Nu vergrendelen Als u de tips wilt overslaan, tikt u op Gereed. U kunt de tips later opnieuw openen via het Menu. 4.2 In- en uitschakelen ProCook PAUZE Herinnering Menu Tips en trucs Shortcuts Raak 1 seconde aan om de kookplaat in– of uit te schakelen. Veiligheid 4.3 Algemene informatie Taal Het bedieningspaneel van de kookplaat is een aanraakzone. U bedient de kookplaat door te tikken op de symbolen, te scrollen in de menu's en de bedieningsstrippen en schermen te verschuiven. De kookplaat herkent de aanraking wanneer uw vinger het bedieningspaneel loslaat. Display Lees de informatie die wordt weergegeven op het scherm. De kookplaat geeft u hints en opdrachten voor een gemakkelijkere bediening. Geluid Service 4.5 AUTO OFF De functie schakelt de kookplaat automatisch uit als: • • • alle kookzones zijn uitgeschakeld, u de kookstand niet instelt nadat u de kookplaat hebt ingeschakeld, u iets hebt gemorst of iets langer dan 10 seconden op het bedieningspaneel hebt gelegd (een pan, doek, etc.). Er klinkt een geluidssignaal en de kookplaat wordt uitgeschakeld. 10 www.electrolux.com • • • Verwijder het voorwerp of reinig het bedieningspaneel. de kookplaat te heet wordt (b.v. als een pan droogkookt). De kookzone moet afgekoeld zijn voordat u de kookplaat weer kunt gebruiken. u verkeerd kookgerei gebruikt of als er geen kookgerei op de zone staat. De kleur van de zone wordt grijs. De flexibele inductiekookzone wordt na 10 seconden uitgeschakeld, en de inductiezone wordt na 2 minuten uitgeschakeld. u een kookzone niet uitschakelt of de kookstand verandert. Na een tijdje wordt de kookplaat uitgeschakeld. De verhouding tussen de kookstand en de tijd waarna de kookplaat wordt uitgeschakeld: 4.8 De kookstand Raak het symbool aan van de zone die u wilt gebruiken. Het paneel van de kookzone verschijnt. U kunt de kookstand wijzigen door: • • • de bedieningsstrip aan te raken bij de juiste kookstand, uw vinger langs de bedieningsstrip te laten glijden. Laat uw vinger los wanneer u de juiste kookstand bereikt. het symbool van de zone aan te raken en uw vinger naar rechts te laten glijden om de kookstand te verhogen en naar links om de kookstand te verlagen. 9 Kookstand De kookplaat wordt uitgescha‐ keld na 1-3 6 uur 4-7 5 uur 8-9 4 uur 10 - 14 1,5 uur Schakel de kookplaat uit en schakel ze weer in, of raak het symbool van de zone aan om de AUTO OFF te verwijderen. 4.6 De taal wijzigen Raak om de taal te wijzigen aan in het bedieningspaneel. Kies Menu uit de lijst. Kies vervolgens het taalmenu en kies de juiste taal. Tik op de taal om de keuze te bevestigen. 4.7 Het gebruik van de kookzones Plaats het kookgerei direct op de kruizen of op de flexibele kookzone. Inductiekookzones passen zich tot op zekere hoogte automatisch aan de afmeting van het kookgerei aan. Tik op het symbool van de kookzone om het paneel van de kookzone te openen. 0 14 Voor de flexibele inductiekookzone plaatst u eerst het kookgerei. Wanneer het kookgerei gedetecteerd wordt, verschijnt het symbool van de zone. 4.9 Flexibele inductiekookzone De flexibele inductiekookzone detecteert de positie en de grootte van het kookgerei. Wanneer het kookgerei gedetecteerd wordt, verschijnt het symbool van de zone. U kunt het kookzonepaneel inschakelen en de kookstand of timerfuncties instellen. De grootte van het symbool van de kookzone is afhankelijk van de grootte van het kookgerei. Als het symbool klein is, kunt u extra kookgerei plaatsen naast het kookgerei dat u gebruikt. U kunt maximaal drie potten op de zone plaasen en apart bedienen. De minimale grootte van het kookgerei is 90mm. De maximale grootte is 300 x 460 mm. NEDERLANDS Als u het kookgerei verwijdert van de zone wordt het symbool van de zone grijs. Na 10 seconden verdwijnt de zone. Als u het verwarmingsniveau wijzigt terwijl de functie in werking is, telt de timer een nieuwe tijd af, die specifiek is voor dit verwarmingsniveau. 4.10 Deelfunctie Als u groter kookgerei gebruikt op de flexibele zone, kunt u dit verdelen over twee kookzones. Zo kunt u twee verschillende verwarmingsniveaus instellen voor twee verschillende zones van het kookgerei. De functie inschakelen: raak het symbool van de zone aan. Het paneel van de kookzone gaat aan. Raak aan en kies de functies uit de lijst. Als de functie niet beschikbaar is in het submenu, is de zone te klein om te delen. De functie uitschakelen: raak het symbool van de zone aan. Het paneel aan van de kookzone gaat aan. Raak en kies de optie om het delen van de zone omgedaan te maken. Als u kookgerei langer dan 10 seconden verwijdert of als u de zone uitschakelt, wordt de functie uitgeschakeld. Om de zone te delen of het delen ongedaan te maken, kunt u het symbool van de zone aanraken met twee vingers. De functie uitschakelen: Raak aan. 4.12 Power Boost Deze functie maakt meer vermogen beschikbaar voor de inductiekookzones. De functie kan voor een beperkte tijdsduur voor uitsluitend de inductiekookzone worden geactiveerd. Daarna wordt de inductiekookzone automatisch teruggeschakeld naar de hoogste kookstand. Zie het hoofdstuk 'Technische informatie'. De functie voor een kookzone inschakelen: raak het symbool van de kookzone aan. Stel kookstand 0 of 14 in. aan. licht op in het Raak symbool van de kookzone. De timer langs het symbool telt de resterende Power Boost-tijd af. De functie uitschakelen: raak aan. De tijden van de Power Boost en het vermogen van de flexibele inductiekookzone zijn afhankelijk van de grootte van het kookgerei. De functie werkt voor kookgerei groter dan 180 mm. 4.11 Automatisch opwarmen Als u deze functie activeert, kunt u in minder tijd een benodigde kookstand verkrijgen. De functie schakelt even de hoogste kookstand in en verlaagt dan naar de juiste kookstand. De functie voor een kookzone inschakelen: raak het symbool van de kookzone aan. Selecteer de gewenste kookstand tussen 1 en 13. Raak aan. Er licht een symbool van de functie op in het symbool van de kookzone: . De timer langs het symbool telt de resterende tijd van de functie af. 11 4.13 ProCook-functie Deze functie maakt het u mogelijk de temperatuur aan te passen door het kookgerei naar een andere positie op de flexibele inductiekookzone te bewegen. De kookplaat detecteert de positie van het kookgerei en stelt in overeenstemming met de positie de warmte in. Als u het kookgerei in de voorste positie plaatst, krijgt u de 12 www.electrolux.com hoogste kookstand. U kunt de kookstand verlagen door het kookgerei naar achteren te verplaatsen. Plaats het kookgerei op de flexibele zone om de functie in te schakelen. Raak aan en kies de functies uit de lijst. Als de functie in werking is, wordt de flexibele zone aangegeven met streepjes op het bedieningspaneel. Om de functie in te schakelen kunt u ook het snelkoppelingssymbool aanraken op de statusbalk . De functie uitschakelen LET OP! Als de functie in gebruik is, kunt u de kookstand niet handmatig wijzigen. Algemene informatie: • • • • Gebruik maar één pot als u met deze functie werkt. De maximale potdiameter voor de functie is 240 mm. Als u kookgerei gebruikt dat groter is dan 240 mm, wordt de functie uitgeschakeld. De flexibele zone verandert in een standaard kookzonemodus. De zone behoudt de kookstand van de laatste stand van de ProCook-functie. Wanneer de functie in werking is, kunt u de kookstand alleen wijzigen door het kookgerei te verplaatsen. Als u de functie gebruikt, kunt u ook gebruik maken van de Herinneringsfunctie . Til het kookgerei op en zet het op een andere plaats in de flexibele zone als u de kookstand wilt wijzigen. Als u he kookgerei verschuift, kunnen er krassen en een verkleuring van het oppervlak ontstaan. U kunt de snelkoppeling naar de functie toevoegen aan de statusbalk op het bedieninsgpaneel De functie inschakelen . aan Herhaal deze procedure of raak om de functie weer uit te schakelen. De zone met streepjes op het bedieningspaneel verdwijnt. Als er twee bedieningszones gedetecteerd worden of als er groter kookgerei gebruikt wordt, wordt de functie uitgeschakeld. 4.14 Timers Er zijn 3 timers: CountUp Timer, timer met aftelfunctie en Herinnering. ProCook. Wanneer de functie in werking is, kunt alleen gebruik maken van Herinnering. CountUp Timer Gebruik deze timer om in de gaten te houden hoe lang de kookzone werkt. De functie start automatisch en gaat aan naast het symbool van de kookzone in het paneel van de kookzone. Raak om de tijd te controleren het symbool van de zone aan. De tijd resetten: open het paneel van de kookzone. Raak aan naast het symbool van de kookzone, en kies de juiste optie uit de lijst. Om de tijd te aanraken naast resetten kunt u ook het symbool van de kookzone. Timer met aftelfunctie U kunt deze timer gebruiken om in te stellen hoe lang de kookzone moet werken voor een kooksessie. De functie inschakelen: open het paneel van de kookzone. Raak aan NEDERLANDS naast het symbool van de kookzone, en kies de instelling van de kooktijd. Stel de tijd i door de uren en minuten apart te scrollen. 02 55 01 50 00 h 45 min 24 40 23 35 OK Om de tijd in te stellen kunt u ook aanraken. Het geluidssignaal stopzetten: raak het display aan. Herinnering De functie heeft geen invloed op de werking van de kookzones. U kunt het ook gebruiken als de kookplaat is uitgeschakeld. U kunt de snelkoppeling naar de functie toevoegen aan de statusbalk op het bedieninsgpaneel U kunt de snelkoppeling naar de functie toevoegen aan de statusbalk op het bedieningspaneel . De functie inschakelen: raak aan en kies de functie uit de lijst. Stel de tijd in en bevestig uw selectie. Om de functie in te schakelen kunt u ook het snelkoppelingssymbool aanraken op de statusbalk . Als de tijd die u ingesteld heeft bijna voorbij is, weerklinkt het geluid. Het geluidssignaal stopzetten: raak het display aan. 4.15 PAUZE Deze functie stelt alle kookzones die in werking zijn in op de laagste kookstand. Als de functie in gebruik is, kunt u de kookstand niet wijzigen. De functie heeft geen effect op de werking van de timers. . De functie inschakelen: raak aan en kies de functie uit de lijst. Om de functie in te schakelen kunt u ook het snelkoppelingssymbool aanraken op de statusbalk Bevestig vervolgens uw keuze. U kunt uw keuze ook annuleren. Als de tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal en wordt de kookzone uitgeschakeld. 13 . De functie uitschakelen: raak het display aan. De vorige kookstanden worden terug ingesteld. 4.16 De kookplaat vergrendelen De kookplaat heeft 3 vergrendelfuncties: Nu vergrendelen, Schermvergrendeling en Kinderslot. Nu vergrendelen Met deze functie wordt het bedieningspaneel vergrendeld terwijl de kookzones in werking zijn. Ze voorkomt een toevallige wijziging van de kookinstellingen. U kunt de snelkoppeling naar de functie toevoegen aan de statusbalk op het bedieninsgpaneel . De functie inschakelen: raak aan en kies de functie uit de lijst. Om de functie in te schakelen kunt u ook het snelkoppelingssymbool aanraken op de statusbalk . De functie uitschakelen: raak het display aan. Volg de informatie op het display en raak de letters aan in alfabetische volgorde: A - O - X. Als u de kookplaat uitschakelt, wordt de functie uitgeschakeld. Schermvergrendeling en Kinderslot De Schermvergrendeling-functie voorkomt een toevallige wijziging van de instellingen tijdens het koken. Als de functie actief is en als u gedurende 2 14 www.electrolux.com minuten geen enkele instelling wijzigt, wordt het bedieningspaneel vergrendeld. volgende scherm de gewenste instelling. Bevestig uw selectie. De Kinderslot-functie voorkomt een toevallige activering en bediening van de kookplaat wanneer deze uitgeschakeld is. 4.19 Geluidssignalen De functies in- of uitschakelen: raak aan, kies Menu en raak vervolgens Veiligheid aan. Kies op het volgende scherm of u de functies wilt in- of uitschakelen. Bevestig uw selectie. Om de kookplaat te bedienen zonder de functie uit te schakelen, volgt u de informatie op het display en raakt u de letters aan in alfabetische volgorde: A - O - X. U kunt de soorten geluidssignalen kiezen die u wilt horen bij de bediening van de kookplaat. U kunt de geluidssignalen ook uitschakelen. De instellingen van de geluidssignalen wijzigen: raak aan, kies Menu en raak vervolgens het menu geluidssignalen aan. Kies op het volgende scherm de gewenste instelling. Bevestig uw selectie. Als de geluidssignalen uitgeschakeld zijn, hoort u wel nog het geluidssignaal wanneer de timer verstreken is of wanneer u de kookplaat uitschakelt. 4.17 Snelkoppelingen U kunt de functies die u vaak gebruikt instellen als snelkoppelingen. Snelkoppelingen worden als symbolen weergegeven op de statusbalk in het scherm van het bedieningspaneel. Met de snelkoppelingen kunt u een functie met één aanraking inschakelen. De snelkoppelingen inschakelen: raak aan, kies Menu en raak vervolgens het menu snelkoppelingen aan. Kies op het volgende scherm de functies die u als snelkoppelingen wilt weergeven op de statusbalk. Bevestig uw selectie. 4.18 Display U kunt de helderheid en de achtergrond van het display kiezen. Er bestaan 4 helderheidsniveau´s: 1 is de laagste en 4 is de hoogste. Er bestaan 6 verschillende achtergrondkleuren. De helderheids- of de achtergrondinstellingen wijzigen: raak aan, kies Menu en raak vervolgens Display aan. Kies dan tussen helderheid of achtergrondafbeeldingen. Kies op het 4.20 Vermogensbeheer-functie • • • • • • • De kookzones zijn gegroepeerd volgens locatie en aantal fasen van de kookplaat. Zie afbeelding. Elke fase heeft een maximale elektriciteitslading van 3700 W. De functie verdeelt het vermogen tussen de kookzones aangesloten op dezelfde fase. De functie wordt geactiveerd als de totale elektriciteitslading van de kookzones aangesloten op een enkele fase de 3700 W overschrijdt. De functie verlaagt het vermogen naar de andere kookzones aangesloten op dezelfde fase. Het kookstand van de verlaagde zones verandert tussen twee niveaus. Voor de flexibele zone kunt u maximaal drie potten gebruiken. Als de maximale lading voor de fase wordt overschreden, wordt de functie geactiveerd. De activering van de functie is afhankelijk van de grootte en het aantal van het kookgerei. De functie verlaagt de kookstand voor de potten tot de hoogst mogelijke instelling op de fase. Het symbool van de kookzone wordt grijs en de kookstand verandert tussen twee niveaus. De omlaag gerichte pijl licht NEDERLANDS 15 op in het symbool van de kookzone. Als u het aantal potten op de flexibele zone niet binnen één minuut wijzigt, wordt de laagste kookstand ingesteld voor deze kooksessie. 5. AANWIJZINGEN EN TIPS WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 5.1 Kookgerei Bij een inductiekookzone zorgt een sterk elektromagnetisch veld ervoor dat het kookgerei erg snel heet wordt. Gebruik de inductiekookzones met geschikt kookgerei. Materiaal van het kookgerei • • correct: gietijzer, staal, geëmailleerd staal, roestvrij staal, meerlaagse bodem (aangemerkt als geschikt voor inductie door de fabrikant). niet correct: aluminium, koper, messing, glas, keramiek, porselein. Het kookgerei is geschikt voor een inductiekookplaat als: • • een beetje water op een zone met de hoogste kookstand binnen korte tijd wordt verwarmd. een magneet vast blijft zitten aan de bodem van het kookgerei. De bodem van het kookgerei moet zo dik en vlak mogelijk zijn. Afmetingen van de pannen Inductiekookzones passen zich tot op zekere hoogte automatisch aan de grootte van de bodem van de pan aan. De efficiëntie van de kookzone heeft betrekking op de diameter van het kookgerei. Kookgerei met een diameter die kleiner is dan het minimum, ontvangt slechts een deel van het vermogen dat door de kookzone wordt gegenereerd. Zie het hoofdstuk 'Technische informatie'. 5.2 Lawaai tijdens gebruik Als u dit hoort: • • • • • • krakend geluid: de pan is gemaakt van verschillende materialen (sandwich-constructie). fluitend geluid: bij gebruik van de kookzone met een hoge kookstand en als de pan is gemaakt van verschillende materialen (sandwichconstructie). zoemen: als u hoge kookstanden gebruikt. klikken: er treedt elektrische schakeling op. klikken op de flexibele zone: de pan wordt niet waargenomen en de kookzone wordt niet ingesteld. sissen, zoemen: de ventilator werkt. Deze geluiden zijn normaal en hebben niets met een defect van de kookplaat te maken. 5.3 Öko Timer (Eco-timer) Om energie te besparen schakelt het verwarmingselement van de kookzone eerder uit dan het signaal van de timer met aftelfunctie klinkt. Het verschil in werkingstijd hangt af van het niveau van de kookstand en de tijd dat u kookt. 16 www.electrolux.com 5.4 Voorbeelden van kooktoepassingen De relatie tussen het stroomverbruik van de warmte-instelling en de kookzone is niet lineair. Wanneer u de warmteinstelling verhoogt, is dit niet proportioneel met de toename in stroomverbruik van de kookzone. Het betekent dat de kookzone met de medium warmte-instelling minder dan de helft van het vermogen gebruikt. De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn. Verwar‐ mingsstand Gebruik om: Tijd (min) Tips 1 Bereide gerechten warmhou‐ zoals den. nodig Een deksel op het kookgerei doen. 1-3 Hollandaisesaus, smelten: boter, chocolade, gelatine. 5 - 25 Van tijd tot tijd mengen. 1-3 Stollen: luchtige omeletten, gebakken eieren. 10 - 40 Met deksel bereiden. 3-5 Zachtjes aan de kook bren‐ 25 - 50 gen van rijst en gerechten op melkbasis, reeds bereide gerechten opwarmen. Voeg minstens tweemaal zoveel vloeistof toe als rijst, melkgerechten tijdens het bereiden tussendoor roeren. 5-7 Stomen van groenten, vis en 20 - 45 vlees. Een paar eetlepels vocht toevoegen. 7-9 Aardappelen stomen. 20 - 60 Gebruik max. ¼ l water voor 750 g aardappelen. 7-9 Bereiden van grotere hoe‐ veelheden voedsel, stoof‐ schotels en soepen. 60 150 Tot 3 l vloeistof plus ingre‐ diënten. 9 - 12 Lichtjes braden: kalfsoester, zoals cordon bleu van kalfsvlees, nodig koteletten, rissoles, worstjes, lever, roux, eieren, pannen‐ koeken, donuts. Halverwege de bereiding‐ stijd omdraaien. 12 - 13 Door-en-door gebraden, op‐ 5 - 15 gebakken aardappelen, lend‐ enbiefstukken, steaks. Halverwege de bereiding‐ stijd omdraaien. 14 Aan de kook brengen van water, pasta koken, aanbraden van vlees (goulash, stoofvlees), frituren van friet. Aan de kook brengen van grote hoeveelheden water. Powerfunctie is geactiveerd. NEDERLANDS 17 6. ONDERHOUD EN REINIGING WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 6.1 Algemene informatie • • • • • Reinig de kookplaat na elk gebruik. Gebruik altijd pannen met een schone bodem. Krassen of donkere vlekken op de oppervlakte hebben geen invloed op de werking van de kookplaat. Gebruik een specifiek schoonmaakmiddel voor het oppervlak van de kookplaat. Gebruik een speciale schraper voor de glazen plaat. 6.2 De kookplaat schoonmaken • Verwijder direct: gesmolten plastic, gesmolten folie en suikerhoudende • • gerechten. Anders kan het vuil de kookplaat beschadigen. Plaats de speciale schraper schuin op de glazen plaat en verwijder resten door het blad over het oppervlak te schuiven. Verwijder nadat de kookplaat voldoende is afgekoeld: kalk- en waterkringen, vetspatten en metaalachtig glanzende verkleuringen. Reinig de kookplaat met een vochtige doek en een beetje afwasmiddel. Droog de kookplaat na reiniging af met een zachte doek. Het oppervlakte van de kookplaat heeft horizontale groeven. Maak de kookplaat schoon met een vochtige doek en een beetje schoonmaakmiddel en veeg het van links naar rechts schoon. Droog de kookplaat na reiniging af met een zachte doek van links naar rechts. 7. PROBLEEMOPLOSSING WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 7.1 Wat moet u doen als… Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing U kunt de kookplaat niet inschakelen of bedienen. De kookplaat is niet aan‐ gesloten op een stopcon‐ tact of is niet goed geïn‐ stalleerd. Controleer of de kookplaat goed is aangesloten op het lichtnet. Raadpleeg het aansluitingsschema. De zekering is doorge‐ brand. Controleer of de zekering de oorzaak van de storing is. Als de zekeringen keer op keer doorslaan, neemt u contact op met een er‐ kende elektricien. Er ligt water of vetspatten op het bedieningspaneel. Reinig het bedieningspa‐ neel. U hebt iets op de tiptoets Verwijder het object van de tiptoets. De kookplaat schakelt uit. geplaatst. 18 www.electrolux.com Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Een pan activeert twee zones. De bodem van de pan is niet vlak. Verschuif de pan een beetje totdat slechts een zone wordt waargenomen. Twee of meer zone wor‐ De pannen staan te dicht den waargenomen als een naast elkaar en de kook‐ zone. zones zijn niet ingesteld na het plaatsen van iedere pan. Er is geen potaanduiding op de flexibele zone. Stel na het plaatsen van de pan op de kookzone de zone voor elke pan na het plaatsen individueel in. Het kookgerei is niet goed. Gebruik het juiste kookger‐ ei. Zie het hoofdstuk 'Nuttige aanwijzingen en tips'. De diameter aan de bod‐ em van het kookgerei is te klein voor de zone. Gebruik kookgerei met de juiste afmetingen. Zie het hoofdstuk 'Techni‐ sche informatie'. Er staat al kookgerei op de Verplaats de eerste pot zone. een beetje om plaats te maken voor de volgende. Power Boost wordt niet De pot is groter dan 240 geactiveerd voor de pot op mm. Het maximale vermo‐ de flexibele zone. gen is bereikt. Dit is normaal voor deze potgrootte. Gebruik een kleinere pot of gebruik de hoogste kookstand voor de grote pot. De kookstanden voor de U gebruikt teveel potten Verplaats enkele potten potten op de flexibele zone met de hoogste kookstand naar inductiekookzones. worden verlaagd. op de flexibele zone. De vermogensbeheerfunctie is ingeschakeld. Eén van de Vergrendel‐ functies is actief. Raak om de kookplaat te ontgrendelen de letters in alfabetische volgorde aan: A - O - X. De ProCook-functie wordt uitgeschakld. U gebruikt meer dan één pot. Gebruik slechts één pot voor deze functie. De helderheid van het dis‐ play wordt verlaagd. De temperatuur van de zones is hoog. Om een lange levensduur van het display te verzekeren wordt de helderheid ver‐ laagd, afhankelijk van de temperatuur van de kook‐ plaat. Laat de kookplaat afkoe‐ len. gaat branden. NEDERLANDS Probleem Mogelijke oorzaak Het display reageert niet op de aanraking. Een gedeelte van het dis‐ Verwijder de voorwerpen. play is bedekt, of de potten Plaats de potten verder zijn te dicht bij het display van het display. geplaatst. 19 Oplossing Het vermogensniveau is Vermogensbeheer-functie verlaagd. De omlaag ger‐ is in werking. ichte pijl licht op in het symbool van de kookzone. Raadpleeg het hoofdstuk 'Dagelijks gebruik'. De achtergrondverlichting staat aan, maar het con‐ trast van het display is niet goed. Verwijder het object en laat de kookplaat voldoende af‐ koelen. Als het contrast niet helder is, neemt u con‐ tact op met het servicecen‐ trum. Er staat heet kookgerei op het display. Er klinkt geen signaal wan‐ De signalen zijn uitgescha‐ Schakel de signalen in. neer u de sensorvelden keld. Raadpleeg het hoofdstuk van het bedieningspaneel 'Dagelijks gebruik'. aanraakt. E en een getal gaat bran‐ den. Er is een fout in de kook‐ plaat opgetreden. Ontkoppel de kookplaat enige tijd van de stroom‐ toevoer. Ontkoppel de ze‐ kering uit het elektrische systeem van het huis. Sluit het apparaat opnieuw aan. Als E weer gaat branden, neem dan contact op met de klantenservice. E3 gaat aan. De elektrische aansluiting is onjuist. De stroomspan‐ ning is buiten bereik. Laat de installatie controle‐ ren door een elektromon‐ teur. E4 gaat branden. Er is een storing opgetre‐ den in de kookplaat, omdat er kookgerei is droogge‐ kookt. Oververhittingsbe‐ veiliging voor de zones is in werking getreden. Schakel de kookplaat uit en laat ze afkoelen. Scha‐ kel de kookplaat terug in. Als het probleem lag bij het kookgerei, verdwijnt het bericht. Als het probleem verschijnt, neemt u contact op met een erkende klan‐ tenservice. E7 gaat aan. De ventilator wordt geblok‐ Controleer of voorwerpen keerd. de ventilator blokkeren. Als het probleem opnieuw ver‐ schijnt, neemt u contact op met een erkende klanten‐ service. 20 www.electrolux.com Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing E8 gaat aan. De elektrische aansluiting is onjuist. De kookplaat is maar aangesloten op één fase. Laat de installatie controle‐ ren door een elektromon‐ teur. Raadpleeg het aans‐ luitingsschema. E9 gaat aan. Er heeft zich een fout in de Schakel de kookplaat uit interface voorgedaan. en weer in. Als het pro‐ bleem verschijnt, neemt u contact op met een er‐ kende klantenservice. 7.2 Als u het probleem niet kunt oplossen... Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of de serviceafdeling. Zie voor deze gegevens het typeplaatje. Geef ook de driecijferige code voor het glaskeramiek (bevindt zich op de hoek van het glazen oppervlak) en de foutmelding die wordt weergegeven. Verzeker u ervan dat u de kookplaat correct gebruikt heeft. Bij onjuist gebruik van het apparaat wordt het bezoek van de onderhoudstechnicus van de klantenservice of de vakhandelaar in rekening gebracht, zelfs tijdens de garantieperiode. De instructies over het service center en de garantiebepalingen vindt u in het garantieboekje. 8. MONTAGE WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 8.1 Voor montage Voordat u de kookplaat installeert, dient u de onderstaande informatie van het typeplaatje te noteren. Het typeplaatje bevindt zich onderop de kookplaat. Serienummer ........................... 8.2 Ingebouwde kookplaten Inbouwkookplaten mogen alleen worden gebruikt nadat zij ingebouwd zijn in geschikte inbouwunits of werkbladen die aan de normen voldoen. 8.3 Aansluitkabel • • De kookplaat is voorzien van een aansluitsnoer. Vervang de beschadigde voedingskabel door het volgende netsnoer (of hoger): H05BB-F T min 90°C. Neem contact op met een klantenservice bij u in de buurt. 8.4 Bevestigen van de afdichting op het keukenwerkblad 1. De randen in het keukenwerkblad reinigen. 2. Snij de meegeleverde afsluitstrip in 4 stukjes. De stukje moeten dezelfde lengte hebben als de randen. 3. Snij de uiteinden van de strips onder een hoek van 45°. Ze moeten goed in de hoeken van het aanrecht passen. 4. Bevestigen van de strips op het keukenwerkblad. Rek de strippen niet uit. Plak de uiteinden niet over elkaar. Dicht na plaatsing van de kookplaat de kier tussen het werkblad en het glaskeramiek met siliconenkit. Zorg ervoor dat de siliconenkit niet onder het glaskeramiek komt. 22 www.electrolux.com min. 12 mm min. 38 mm min. 2 mm min. 2 mm 9. TECHNISCHE INFORMATIE 9.1 Typeplaatje Model EHXP8H10KK Type 58 GBD K1 AU Inductie 7.4 kW Ser.nr. ................. ELECTROLUX PNC productnummer 949 596 482 00 220 - 240 V 50 - 60 Hz Vervaardigd in Duitsland 7.4 kW 9.2 Specificatie kookzones Kookzone Nominaal vermogen (maximale kookstand) [W] Powerfunctie [W] Powerfunctie maximale duur [min] Diameter van het kookgerei [mm] Rechtsvoor 1400 2500 4 125 - 145 Rechtsachter 2300 3700 10 180 - 210 Het vermogen van de kookzones kan enigszins afwijken van de gegevens in de tabel. Het verandert met het materiaal en de afmetingen van het kookgerei. Gebruik voor optimale kookresultaten alleen kookgerei met een diameter niet groter dan vermeld in de tabel. 9.3 Specificatie flexibele zone Diameter van het kookgerei [mm] Nominaal vermo‐ gen (maximale kookstand) [W] Powerboost [W] Maximale duur van de power‐ boost [min] 90 500 500 4 NEDERLANDS Diameter van het kookgerei [mm] Nominaal vermo‐ gen (maximale kookstand) [W] Powerboost [W] Maximale duur van de power‐ boost [min] 145 1400 1400 4 180 1800 2000 8 210 2200 3000 8 280 2600 3700 10 Het vermogen van de kookzone kan enigszins afwijken van de gegevens in 23 de tabel. Het verandert met het materiaal en de afmetingen van het kookgerei. 10. ENERGIEZUINIGHEID 10.1 Productinformatie volgens EU-richtlijn 66/2014 Modelidentificatie EHXP8H10KK Type kooktoestel Ingebouwde kookplaat Aantal kookzones 2 Aantal kookzones 1 Verwarmingstechnologie Inductie Diameter ronde kookzones (Ø) Rechtsvoor Rechtsachter 14,5 cm 21,0 cm Lengte (L) en breedte (B) van Links de kookzone L 45.4 cm B 30.0 cm Energieverbruik per kookzone Rechtsvoor (ECelectric cooking) Rechtsachter 175,7 Wh / kg 170,3 Wh / kg Energieverbruik van de kook‐ zone (ECelectric cooking) 188,4 Wh / kg Links Energieverbruik van de kook‐ plaat (ECelectric hob) 180,7 Wh / kg EN 60350-2 - Elektrische huishoudelijke kookapparaten - deel 2: Kookplaten Methodes voor het meten van de prestatie • Doe indien mogelijk altijd een deksel op het kookgerei. • 10.2 Energiebesparing • U kunt elke dag energie besparen tijdens het koken door de onderstaande tips te volgen. • Zet uw kookgerei op de kookzone voordat u deze activeert. Zet kleiner kookgerei op kleinere kookzones. Plaats het kookgerei precies in het midden van de kookzone. Gebruik de restwarmte om het eten warm te houden of te smelten. • Warm alleen de hoeveelheid water op die u nodig heeft. • 24 www.electrolux.com 11. MILIEUBESCHERMING Recycle de materialen met het symbool . Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen. Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van elektrische en elektronische apparaten. Gooi apparaten gemarkeerd met het symbool niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72

Electrolux EHXP8H10KK Handleiding

Type
Handleiding