ETNA AFI8525ZT/E03 Handleiding

Categorie
Wasmachines
Type
Handleiding
gebruiksaanwijzing
afwasautomaat
bladzijde 2
notice d’utilisation
lave-vaisselle
page 21
AFI8525ZT
2
Waarschuwingen en belangrijke adviezen 3
Afdanken 3
Economisch en milieubewust afwassen 3
Installatie 4
Inbouw-aanwijzingen 4
De afwasmachine waterpas zetten 4
Beevestigen aan aangrenzende keukenmeubelen 4
Watertoevoer 4
Toevoerslang met veiligheidsklep 4
Waterafvoer 5
Elektrische aansluiting 5
Beschrijving van het apparaat 6
Het bedieningspaneel 7
Voordat u de machine in gebruik neemt 9
Waterontharder instellen 9
Zoutreservoir vullen 10
Glansmiddelreservoir vullen 11
Dagelijks gebruik 12
Plaatsing van het serviesgoed en het bestek 12
Gebruik van de onderste korf 12
Bestekmandje 13
Gebruik van de bovenste korf 13
Hoogteregeling bovenste korf 13
Afwasmiddel 14
Verschillende soorten afwasmiddel 14
Programma-overzicht 15
Een afwasprogramma starten 16
Onderhoud 17
Schoonmaken van de zeven 17
Als de machine een lange tijd niet gebruikt wordt 17
Bescherming tegen vorst 17
Vervoeren van de machine 17
Wat te doen als... 18
Service en onderdelen 19
Toelichtingen voor testinstituten 20
Inhoud
Afmetingen Breedte 59.6 cm
Hoogte 81.8 - 87.8 cm
Maximale diepte 55.5 cm
Maximale diepte bij open deur 114 cm
Elektrische aansluiting: De nominale aansluitgegevens staan op het typeplaatje aan de
Netspanning/frequentie binnenkant van de deur.
Aansluitwaarde
Zekering
Waterdruk Minimum 0,05 MPa
Maximum 0,8 MPa
Capaciteit 12 couverts
Technische gegevens
3
Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende instructieboekje bewaard blijft. Zou het apparaat door u aan
iemand anders gegeven of verkocht worden, of zou het apparaat in het huis van waaruit u verhuist achterblijven, dan dient
de nieuwe gebruik(st)er over het instructieboekje en de daarin opgenomen waarschuwingen te kunnen beschikken.
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen te hebben, alvorens u het
apparaat installeert en/of in gebruik neemt.
Installatie
Indien u tijdens de aflevering een schade aan het apparaat
hebt vastgesteld, meldt u dit dan, voor u het apparaat
installeert en/of in gebruik neemt, direct aan uw leverancier.
Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit apparaat of
de eigenschappen daarvan te veranderen.
Overtuig u ervan dat na de installatie of het verplaatsen het
apparaat niet op het aansluitsnoer staat.
Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de elektrische
huisinstallatie ten behoeve van de installatie van dit
apparaat, mag uitsluitend door een daartoe bevoegd
persoon uitgevoerd worden.
Een eventueel noodzakelijke wijziging van de watertoe-
en/of afvoervoorzieningen ten behoeve van de installatie
van dit apparaat, mag uitsluitend door een daartoe bevoegd
persoon uitgevoerd worden.
Indien het installatievoorschrift aangeeft dat het apparaat
aan het keukenmeubel moet worden vastgeschroefd dan
moet u zich daaraan houden om te voorkomen dat het
apparaat voorover kiept als de beladen onderkorf op de
deur staat.
Veiligheid van kinderen
Dit apparaat is bedoeld en gemaakt voor het gebruik door
volwassenen. Het is gevaarlijk om kinderen het apparaat te
laten bedienen of als speelgoed te laten gebruiken.
Houd alle verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen.
Houd afwasmiddel, glansmiddel en speciaal zout uit de
buurt van kinderen.
Drink nooit het water dat zich in de afwasautomaat bevindt.
Restjes afwasmiddel kunnen in de machine achterblijven.
Zorg ervoor dat deze restjes nooit in aanraking komen met
uw huid en dat ze nooit ingeslikt worden, hetgeen
verstikking tot gevolg zou kunnen hebben. Houd dus
kinderen uit de buurt van het apparaat, wanneer de deur
openstaat.
Tijdens het gebruik
De afwasautomaat is bedoeld en gemaakt voor het
afwassen van huishoudelijk kook-, eet- en drinkgerei.
Voorwerpen die bevuild zijn met verf, chemicaliën,
agressieve zuren en dergelijke, mogen niet in de
afwasautomaat.
Tenzij de gebruiksaanwijzing anders vermeldt,mag tijdens
het in werking zijn de vuldeur niet geopend worden; mocht
dat onverhoopt toch gebeuren, schakel het apparaat dan
voortijds geheel uit, eventueel door de stekker uit het
stopcontact te trekken.
Gebruik alleen speciale afwasmiddelen voor huishoud-
afwasmachines.
Let erop dat de machinedeur, behalve bij vullen en
leeghalen, altijd dicht is. Zo voorkomt u dat iemand over de
open deur struikelt en zich bezeert.
Ga niet op de open deur zitten of staan.
Schakel, tenzij de gebruiksaanwijzing anders aangeeft, het
apparaat na gebruik volledig uit en draai de
watertoevoerkraan dicht. Het verdient aanbeveling om het
apparaat door middel van een tegen barsten beveiligde
toevoerslang op de waterkraan aan te sluiten. Een stijve
polyethyleen slang is barstbestendig.
Wees voorzichtig bij het schoonmaken van de binnenkant
van de machine. U zou zich kunnen bezeren aan
uitstekende metalen delen.
Reparaties aan de afwasautomaat mogen alleen door
vakmensen worden uitgevoerd. Onvakkundige reparaties
kunnen tot aanzienlijke risico’s leiden. Wend u bij reparaties
altijd tot onze service-afdeling of uw vakhandelaar.
Afdanken
Tijdens het transport moeten onze afwasmachines goed
beschermd worden, hoewel we proberen zo weinig mogelijk
verpakkingsmateriaal te gebruiken.
Al het verpakkingsmateriaal is milieuvriendelijk en kan
hergebruikt worden. De kartonnen delen zijn gemaakt van
kringlooppapier en de houten delen hebben geen speciale
behandelingen ondergaan.
De kunststoffen dragen de volgende aanduidingen:
>PE< voor polyethyleen; bijv. de verpakkingsvellen.
>PS< voor polystyreen; bijv. de vulstukken (voornamelijk
CFK-vrij).
>POM< voor polyoximethyleen; bijv. de plastic klemmen.
Recycling en hergebruik van het verpakkingsmateriaal
betekent een besparing van grondstoffen en minder afval.
Breng het verpakkingsmateriaal naar de speciaal daartoe
ingestelde verzamelpunten.
Informeer bij de gemeente naar de adressen van de
verzamelpunten.
Wanneer u uw oude apparaat wilt afdanken, dient u het vóór u
het wegdoet onbruikbaar te maken.
Let op! Kinderen kunnen zich al spelend in de afwasmachine
opsluiten en daar door verstikking om het leven komen.
Verwijder stekker en aansluitsnoer en maak de sluiting van de
deur onbruikbaar, zodat kinderen er zich niet in kunnen
opsluiten.
Informeer bij uw gemeente naar de mogelijkheden voor
verwerking van uw oude apparaat.
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop
dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld.
Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar
elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als
u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt
verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve
gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met
het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met
de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met
de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het
product hebt gekocht.
Economisch en
milieubewust afwassen
Stel de waterontharder correct in.
Spoel het servies niet onder stromend water af.
Kies een programma aan de hand van soort servies en
mate van verontreiniging.
Doseer niet meer reinigingsmiddel, speciaal zout en
glansmiddel dan door de fabrikant van deze middelen en in
deze gebruiksaanwijzing wordt aangegeven.
Waarschuwingen en belangrijke adviezen
4
Waarschuwing!
Het apparaat mag alleen door een erkend elektro-
installateur worden aangesloten.
Verwijder alle verpakkingsonderdelen alvorens de
machine te plaatsen.
Plaats de machine, indien mogelijk, zo dicht mogelijk bij
aansluitingen voor de watertoe- en afvoer.
Inbouw-aanwijzingen
Deze afwasautomaat is bestemd voor inbouw.
Attentie!
Volg bij de montage van het paneel aan de deur en de
inbouw van de afwasautomaat de instructies op het
meegeleverde boorsjabloon.
De inbouwnis hoeft niet van ventilatie-openingen voorzien te
worden. Indien de nis van een achterwand voorzien is, dan is
het voldoende om openingen te maken voor het aansluitsnoer,
de toevoerslang en de afvoerslang.
De stelvoetjes met een groot regelbereik bieden de
mogelijkheid de hoogte van de machine te regelen.
Alle ingrepen waarbij inwendige componenten toegankelijk
zijn, moeten worden uitgevoerd wanneer de machine is
afgesloten van het elektriciteitsnet.
Verzeker u ervan dat de watertoevoer- en waterafvoerslang en
het netsnoer niet klem raken of geknikt worden tijdens het
plaatsen van de machine in de inbouwnis.
De afwasmachine waterpas zetten
Een waterpas installatie is van groot belang voor de goede
sluiting en waterdichtheid van de deur.
Verzeker u ervan dat de deur goed sluit, zonder wrijving aan
de zijkanten.
Regel de stelvoetjes zodanig dat de deur perfect sluit.
Bevestigen aan aangrenzende
keukenmeubelen
Om te voorkomen dat de afwasmachine gaat schudden, moet
hij d.m.v. de meegeleverde steuntjes aan het werkblad, aan
aangrenzende keukenkastjes of aan de muur worden
bevestigd.
Watertoevoer
De machine mag op warm water, tot maximaal 60°C,
aangesloten worden .
Wij adviseren u echter dat niet te doen omdat dan de
afwasresultaten niet altijd goed zullen zijn en daarnaast ook de
koude spoelgangen met warm water gebeuren, zodat van
besparing nauwelijks sprake is.
Wel is de programmaduur aanzienlijk korter, omdat de
noodzakelijke opwarmtijd ontbreekt. Dat is echter tevens één
van de redenen waarom, met name bij sterk verontreinigde
afwas, de resultaten niet altijd goed zullen zijn.
De slangwartel van de toevoerslang sluit u aan op een kraan
met 3/4" schroefdraad, of op een watertoevoer met
snelaansluiting (press block).
Zie erop toe dat de waterleidingdruk niet de bij de "Technische
gegevens" vermelde waarde overschrijdt.
Voorkom scherpe bochten of knikken in de slang, omdat deze
de doorstroming van water kunnen vertragen of verhinderen.
Het uiteinde van de toevoerslang dat op de machine is
aangesloten, kan in iedere gewenste stand gedraaid worden
nadat de wartel is los gedraaid. Draai de wartel weer stevig
aan om waterlekkage te voorkomen. (Sommige modellen
zijn uitgerust met een toevoerslang zonder wartel. Bij deze
modellen is de toevoerslang niet verstelbaar).
Als de machine wordt aangesloten op nieuwe of lange tijd
ongebruikte leidingen, dan is het raadzaam om het water een
paar minuten te laten doorstromen alvorens de machine aan te
sluiten.
Gebruik een nieuwe slang voor de aansluiting.
De afwasmachine is voorzien van beveiligingen die voorkomen
dat het afwaswater in de drinkwaterleiding kan terugstromen
en die aan de terzake geldende veiligheidseisen voldoen.
Toevoerslang met veiligheidsklep
De veiligheidsklep bevindt zich in het slangeinde dat aan de
waterkraan wordt gekoppeld. Als de slang tijdens het innemen
van water gaat lekken, dan wordt de waterstroom door de
veiligheidsklep gestopt.
Sluit de toevoerslang goed aan:
- De elektrische bedrading voor de veiligheidsklep ligt in de
slang. Dompel de toevoerslang en/of de veiligheidsklep niet
in water.
- Als de toevoerslang en/of de veiligheidsklep beschadigd zijn,
dan moet u onmiddellijk de stekker uit het stopcontact
trekken.
- Een toevoerslang met veiligheidsklep mag alleen door
bevoegde vakmensen of door de service-afdeling vervangen
worden.
- Plaats de toevoerslang zodanig dat hij nooit de hoogte van
de onderkant van de veiligheidsklep overschrijdt.
Installatie
WAARSCHUWING!
Gevaarlijke spanning
5
Waterafvoer
De waterafvoerslang kan op de volgende manieren
gemonteerd worden
1. In een sifon, zorg er dan wel voor dat de slang niet kan
wegglijden.
2. In een afvoerpijp met ventilatie, binnendiameter min. 4 cm.
De hoogte van de afvoerslang moet tussen 30 cm (min.) en
100 cm (max.) boven de onderkant van het apparaat liggen.
De afvoerslang kan links of rechts van de afwasmachine
gedraaid worden.
Zorg ervoor dat de slang niet geknikt, platgedrukt of
ineengestrengeld is, dat kan de waterafvoer verstoren.
Als u een verlengslang gebruikt, mag deze niet langer dan 2
meter zijn en de binnendiameter mag niet kleiner zijn dan die
van de oorspronkelijke afvoerslang. Ook de binnendiameter
van de koppelingen die u gebruikt voor aansluiting aan de
afvoerpijp mag niet kleiner zijn.
Let op!
Al onze afwasmachines zijn voorzien van een beveiliging
die verhindert dat afvalwater in de machine kan
terugstromen. Als de sifon (afvoerpijp, zwanenhals) van de
gootsteen is voorzien van een eenrichtingsklep, dan kan
deze klep de waterlozing van de afwasmachine storen.
Daarom raden wij aan de klep te verwijderen.
Elektrische aansluiting
De gegevens met betrekking tot de elektrische aansluiting
vindt u op het typeplaatje aan de binnenkant van de deur.
Alvorens de stekker in het stopcontact te steken, moet u zich
van het volgende verzekeren:
1. Dat de netspanning die op het typeplaatje is vermeld
overeenkomt met de netspanning op de plaats van
installatie.
2. Dat de elektriciteitsmeter, de zekering, de elektrische leiding
en het stopcontact geschikt zijn voor de aansluitwaarde van
de afwasmachine. Verzeker u ervan dat de stekker in het
stopcontact past, zonder gebruik te maken van
verloopstekkers, meervoudige stekkerdozen en adapters.
Als de stekker niet in het stopcontact past, dan moet u het
stopcontact laten vervangen.
Om de afwasmachine spanningloos te maken, moet u de
stekker uit het stopcontact trekken.
Let op!
Het stopcontact moet altijd bereikbaar zijn, ook
wanneer het apparaat geïnstalleerd is.
Vervangen van het aansluitsnoer dient door een
erkend installateur te gebeuren.
Let op!
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade of
letsel, ontstaan door het niet voldoen aan deze
veiligheidsvoorschriften.
6
Beschrijving van het apparaat
1. Bovenste korf
2. Regelknop van de waterontharder
3. Schroefdop van zoutreservoir
4. Afwasmiddelbakje
5. Glansmiddelreservoir
6. Typeplaatje
7. Zeven
8. Onderste sproeiarm
9. Bovenste sproeiarm
7
Toets programmakeuze/annuleren (CANCEL):
deze toets gebruikt u om een afwasprogramma te kiezen,
houd de toets ingedrukt todat het controlelampje dat
correspondeert met het gewenste afwasprogramma gaat
branden (zie "Programma-overzicht"). Het controlelampje
einde programma knippert ter bevestiging.
Wanneer het afwasprogramma eenmaal is ingesteld de deur
van de afwasmachine sluiten, het programma start dan
automatisch.
Met deze toets kunt u tevens:
- een lopend afwasprogramma annuleren,
- de waterontharder instellen (zie betreffende paragraaf),
- de geluidssignalen uitschakelen/inschakelen.
Toets uitgestelde start: deze optie biedt de mogelijkheid
om de start van het programma 3 uur uit te stellen; het
bijbehorende controlelampje gaat branden.
Controlelampjes:deze hebben de volgende betekenis:
Het bedieningspaneel
Controlelampjes
Afwasprogramma's
Toets uitgestelde start
Toets aan/uit
Toets programmakeuze/annuleren
Programmalampjes
Einde programma: gaat branden wanneer het
afwasprogramma klaar is.
Daarnaast zijn er extra functies voor optische
signalen, zoals:
-
het instellen van de waterontharder
,
- het uitschakelen/inschakelen van de
geluidssignalen,
- het optreden van een alarm wegens storing van
de machine.
Glansmiddel bijvullen: brandt als glansmiddel
bijgevuld moet worden.
Zout bijvullen: brandt als zout bijgevuld moet
worden.
8
Geluidssignalen
Geluidssignalen kunnen het volgende aangeven.
- einde programma,
- storing van de machine.
Het in- en uitschakelen van de geluidssignalen
Fabrieksinstelling: geluidssignalen ingeschakeld.
1. Schakel de afwasmachine uit en druk op de aan/uit toets.
Het controlelampje einde programma knippert
(programmeerstand).
Als er zout of glansmiddel moet worden bijgevuld, gaat
het corresponderende controlelampje branden.
Wanneer een van de programmalampjes brandt, dan
betekent dit dat een afwasprogramma is ingesteld. De
instelling moet eerst worden geannuleerd: druk gedurende
ca. 3 seconden op de toets programmakeuze/annuleren;
het controlelampje van het ingestelde programma gaat uit
en het controlelampje einde programma knippert, wat
aangeeft dat het ingestelde programma is geannuleerd en
dat de machine nu in de programmeerstand staat.
2. Houd de toets programmakeuze/annuleren ingedrukt
totdat het programmacontrolelampje 1 gaat knipperen en
het programmacontrolelampje 2 aangaat en blijft branden.
Druk nogmaals op de toets programmakeuze/annuleren,
het programmacontrolelampje 1 gaat aan en blijft branden
en het programmacontrolelampje 2 gaat knipperen.
Wacht totdat het programmacontrolelampje 1 uitgaat, het
programmacontrolelampje 2 blijft knipperen en het
programmacontrolelampje einde programma aangaat en
blijft branden.
Dit geeft aan dat u de functie voor het deactiveren/activeren
van de geluidssignalen heeft ingeschakeld.
Wanneer het programmacontrolelampje einde programma
constant blijft branden, betekent dit dat de geluidssignalen
zijn ingeschakeld.
3. Om de geluidssignalen uit te schakelen nogmaals op de
toets programmakeuze/annuleren drukken. Het
controlelampje einde programma gaat uit, wat aangeeft
dat de geluidssignalen zijn uitgeschakeld.
4. Om de instelling in het geheugen op te slaan de machine
uitschakelen door de aan/uittoets in te drukken of ca. 60
seconden wachten, waarna de machine automatisch
terugkeert naar de programmeerstand.
Om de geluidssignalen weer in te schakelen, hoeft u alleen
maar de bovenstaande handelingen uit te voeren totdat het
controlelampje einde programma gaat branden.
9
Alvorens de afwasmachine in gebruik te nemen, moet u:
1. controleren of de machine volgens de aanwijzingen is
aangesloten
2. alle transportbeveiligingen uit de machine verwijderen
3. de waterontharder instellen
4. 1 liter water in het zoutreservoir gieten en het daarna met
zout vullen
5. het glansmiddelreservoir vullen
Let op:
Als u "3 in 1" gecombineerde afwasmiddelen wilt
gebruiken, lees dan aandachtig de informatie in
"Verschillende soorten afwasmiddel".
Waterontharder instellen
De afwasmachine is uitgerust met een automatisch werkende
ontharder die kalkafzetting op het servies en in de machine
voorkomt. Hoe meer kalk het leidingwater bevat, des te harder
is het.
De waterhardheid wordt gemeten in verschillende schalen (zie
tabel).
Stel de waterontharder op de plaatselijke waterhardheid in.
Informatie daarover kunt u krijgen bij het waterleidingbedrijf.
De waterontharder moet op twee manieren worden ingesteld:
handmatig, met behulp van de waterhardheidinstelling en
elektronisch, door middel van de toets
programmakeuze/annuleren.
a) Handmatige instelling
1. Open de deur van de afwasmachine.
2. Neem de onderste korf uit de machine.
3. Draai de regelaar op stand 1 of 2 (zie tabel).
4. Plaats de onderste korf weer in de machine.
De fabrieksinstelling is
stand "2"
Voordat u de machine in gebruik neemt
in °dH
(Duitse graad)
handmatig elektronisch
51 - 70
43 - 50
37 - 42
29 - 36
23 - 28
19 - 22
15 - 18
11 - 14
4 - 10
< 4
mmol/l
(millimol per liter,
internationele eenheid
voor waterhardheid)
Bereik
9,0 - 12,5
7,6 - 8,9
6,5 - 7,5
5,1 - 6,4
4,0 - 5,0
3,3 - 3,9
2,6 - 3,2
1,9 - 2,5
0,7 - 1,8
< 0,7
IV
IV
IV
IV
IV
III
III
II
I/II
I
2
2
2
2
2
2
1
1
1
1
stand 10
stand 9
stand 8
stand 7
stand 6
stand 5
stand 4
stand 3
stand 2
stand 1
ja
ja
ja
ja
ja
ja
ja
ja
ja
nee
10
9
8
7
6
5
4
3
2
1
Waterhardheid
Instelling waterontharder
Aantal
knipperingen van het
"programma-einde-lampje"
Zout
gebruiken
10
b) Elektronisch instellen
De afwasmachine is in de fabriek ingesteld op stand 5.
1. Schakel de afwasmachine uit en druk op de aan/uit toets.
Het controlelampje einde programma knippert
(programmeerstand). In geval zout of glansmiddel moet
worden bijgevuld, gaat het corresponderende
controlelampje branden.
Wanneer een van de programmalampjes brandt, dan
betekent dit dat een afwasprogramma is ingesteld. De
instelling moet worden geannuleerd: druk gedurende ca. 3
seconden op de toets programmakeuze/annuleren; het
controlelampje van het ingestelde programma gaat uit en
het controlelampje einde programma knippert, wat
aangeeft dat het ingestelde programma is geannuleerd en
dat de machine nu in de programmeerstand staat.
2. Houd de toets programmakeuze/annuleren ingedrukt
totdat het programmacontrolelampje 1 gaat knipperen en het
programmacontrolelampje 2 aangaat en blijft branden.
Wacht totdat het programmacontrolelampje 2 uitgaat, het
programmacontrolelampje 1 gaat knipperen en samen met
het controlelampje einde programma.
Dit geeft aan dat u de elektronische functie voor het
instellen van de waterverzachter hebt geactiveerd.
De huidige stand woordt aangegeven door het aantal
knipperingen van het controlelampje einde programma
gevolgd door een pauze van enkele seconden.
Voorbeeld:
5 knippersignalen pauze 5 knippersignalen pauze enz...
= stand 5
3. Om het stand te veranderen, op de toets
programmakeuze/annuleren drukken.
Telkens wanneer de toets wordt ingedrukt, verandert de
stand. (Voor de kiezen van het nieuwe stand, zie tabel).
Voorbeelden:
Wanneer de huidige stand 5 is, wordt door eenmaal op
de toets programmakeuze/annuleren te drukken stand 6
gekozen.
Wanneer de huidige stand 10 is, wordt door op de toets
programmakeuze/annuleren te drukken stand 1 gekozen.
Het controlelampje einde programma blijft enkele
seconden uit en begint dan te knipperen, wat aangeeft dat
keuze is ingesteld.
4. Om de instelling in het geheugen op te slaan de machine
uitschakelen door de aan/uittoets in te drukken of ca. 60
seconden wachten, waarna de machine automatisch
terugkeert naar de programmeerstand.
Zoutreservoir vullen
Gebruik alleen speciaal zout voor afwasmachines.
Alle andere soorten zout, vooral tafelzout, beschadigen de
waterontharder.
Zout dat tijdens het vullen van het reservoir wordt
gemorst kan corrosie bevorderen. Vul daarom alleen kort
voor het begin van een afwasprogramma zout bij.
Vullen:
1. Draai de dop van het zoutreservoir 90° tegen de wijzers
van de klok in en verwijder de dop.
2. Giet 1 liter water in het zoutreservoir (dat is alleen voor
het eerste gebruik nodig).
3. Vul m.b.v. de trechter het
zoutreservoir.
4. Draai de dop goed vast
en verzeker u ervan dat
er geen zout op de
schroefdraad en
afdichting is gemorst.
De dop is goed dicht
gedraaid wanneer u
een klikgeluid hoort.
Na de eerste vulling hoeft u alleen maar regelmatig zout bij te
vullen.
Om u eraan te herinneren dat u moet bijvullen, brandt het
controlelampje.
Het zout-lampje op het bedieningspaneel blijft, als de
afwasmachine ingeschakeld is, nog 2 à 6 uur branden,
nadat het zout is bijgevuld. Bij gebruik van langzaam
smeltend zout kan het nog langer duren. Dit heeft echter
geen negatieve invloed op de werking van het apparaat.
Het is normaal dat tijdens het zout vullen het water overloopt.
11
Glansmiddelreservoir vullen
Het glansmiddel is een "waterontspanner".
Het wordt, automatisch, vóór het drogen aan het spoelwater
toegevoegd.
Het glansmiddelreservoir in de binnendeur heeft een inhoud
van circa 110 ml. Dat is, al naargelang de doseer-instelling,
voldoende voor 16 tot 40 afwasbeurten.
Vullen van het glansmiddelreservoir
1. Open het klepje van het glansmiddelreservoir door middel
van het knopje (A).
2. Giet glansmiddel in de vulopening totdat het reservoir vol is
(het maximumniveau is aangegeven door het opschrift
"max")
Controleer na iedere bijvulling of u het klepje goed
gesloten heeft.
Veeg gemorst glansmiddel altijd met een doekje weg,
anders wordt tijdens het afwassen te veel schuim
gevormd.
Giet nooit afwasmiddel in het glansmiddelreservoir.
Dosering
De instelling van de dosering is afhankelijk van de bereikte
glans en van het droogresultaat. In de vulopening van het
glansmiddelreservoir vindt u een zes-standen regelschijfje en
de markeringen 1 tot 6 (stand
1 is laagste, stand 6 hoogste
dosering).
De fabrieksinstelling van de
regelschijf is stand 4.
Verhoog de dosering als op
het serviesgoed druppels of
druppelvlekken achterblijven.
Verlaag de dosering als het
serviesgoed witte, kleverige
strepen vertoont.
Vul glansmiddel bij wanneer het controlelampje op het
bedieningspaneel gaat branden.
Controleer of er zout of glansmiddel bijgevuld moet worden.
Plaats het serviesgoed en het bestek in de afwasmachine.
Vul het afwasmiddelbakje met afwasmiddel.
Kies een geschikt afwasprogramma voor type lading en
vervuiling.
Start het afwasprogramma.
Plaatsing van het serviesgoed en het
bestek
Sponzen, vaatdoekjes en alle voorwerpen die zich met
water kunnen volzuigen, mogen niet in de afwasautomaat
gereinigd worden.
Alvorens het serviesgoed in de machine te plaatsen, moet u:
- Alle etensresten verwijderen.
- Pannen met aangebrande etensresten weken.
Houd u bij het plaatsen van het serviesgoed aan de
volgende regels:
- Het serviesgoed en het bestek mogen de draaibeweging
van de sproeiarmen niet hinderen.
- Holle voorwerpen zoals kopjes, glazen, pannen, enz.
moeten met de opening naar beneden worden geplaatst
zodat er geen water in achterblijft.
- Het serviesgoed en het bestek mogen niet in of op ander
serviesgoed worden geplaatst.
- Glazen mogen niet tegen elkaar aan worden geplaatst, om
te voorkomen dat ze breken.
- Plaats kleine voorwerpen in het bestekmandje.
Plastic servies en pannen met anti-aanbaklaag hebben
de neiging om meer waterdruppeltjes vast te houden; dit
type servies droogt daarom niet zo goed als porselein
en staal.
Dagelijks gebruik
Trek de korven naar buiten om ze te beladen.
Gebruik van de onderste korf
In de onderste korf kunt u pannen, deksels, borden, schalen
en bestek kwijt. Plaats ze naar het voorbeeld in de
afbeeldingen. Dienschalen en grote deksels zo veel mogelijk
aan de rand van de korf plaatsen en er op toezien dat de
sproeiarmen onbelemmerd kunnen ronddraaien.
12
Voor machinaal afwassen is het volgende bestek/servies
niet geschikt:
Bestek met heften van hout, hoorn, porselein of parelmoer.
Bestek met temperatuurgevoelige lijm.
Gelijmd servies of bestek.
Tin en koper.
Kristal.
Metaal dat kan roesten.
Houten planken.
Kunstnijverheidsartikelen.
beperkt geschikt:
Aardewerk alleen in de machine afwassen, als het van de
aanduiding
"
geschikt voor de afwasautomaat
"
voorzien is.
Versieringen die op het glazuur zijn aangebracht kunnen
door zeer vaak machinaal afwassen verbleken.
Zilver en aluminium kunnen bij machinaal afwassen
verkleuren. Etensresten als eiwit, eigeel en mosterd
veroorzaken vaak verkleuringen of vlekken op zilver. Zilver
daarom altijd goed schoon spoelen, als het niet direct na
gebruik wordt afgewassen.
Sommige glassoorten kunnen na vele malen machinaal
afwassen dof worden.
13
Bestekmandje
Messen met een lang lemmet die rechtop staan kunnen
gevaarlijk zijn.
Plaats daarom lange en/of scherpe messen e.d.
horizontaal in de bovenste korf.
Pas op bij vullen en leeghalen van de machine.
Bestek in het speciale bestekmandje, met de grepen naar
beneden. Is een greep zo dun dat hij door het mandje heen
steekt, dan dat bestek met de greep naar boven.
Lepels zoveel mogelijk tussen ander bestek in plaatsen, om te
voorkomen dat ze aan elkaar kleven.
Was zilver bestek niet tegelijkertijd met andere metalen af.
Om het afwasresultaat te verbeteren, raden wij aan de
meegeleverde bestekverdeler te gebruiken als de vorm en
afmetingen van het bestek dat toestaan.
Gebruik van de bovenste korf
De bovenste korf is hoofdzakelijk bedoeld voor kopjes,
schoteltjes, dessertbordjes, kleine borden (max. 24 cm
diameter) en glazen.
Glazen met lange steel kunnen in het hoge gedeelte
opgehangen worden.
Voor groter servies kunt u de rekken omhoog klappen.
Plaats servies zodanig op en onder de opklapbare
kopjesrekken, dat het water overal bij kan.
Als u borden in de bovenste korf plaatst:
zet de borden schuin en vul
de korf bij voorkeur van
achteren naar voren.
Probeer, vóór u de machine inschakelt, of beide
sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien.
Hoogteregeling bovenste korf
Mocht u erg grote borden willen afwassen dan kunt u deze in
de onderste korf plaatsen, nadat u de bovenste korf hoger
geplaatst heeft.
Ga als volgt te werk:
- open de knippen (A) aan de voorkant van de bovenste korf
en haal de korf eruit. Schuif de korf hoger in de machine
en doe de knippen (A) dicht.
Met de bovenste korf in de
hoge stand kunnen de
kopjesrekken niet gebruikt
worden.
Sluit de deur nadat u de machine hebt beladen. Een open
deur kan gevaarlijk zijn.
Bovenste korf in de hoge stand 20 cm 31 cm
Bovenste korf in de lage stand 24 cm 27 cm
Maximumhoogte van
het serviesgoed
Bovenste korf Onderste korf
14
Afwasmiddel
Gebruik uitsluitend speciale middelen voor huishoud-
afwasmachines.
Als u onvoldoende afwasmiddel doseert, veroorzaakt dat
een slecht afwasresultaat. Te veel afwasmiddel geeft geen
beter resultaat, maar alleen onnodige verspilling en belast
het millieu.
Het afwasmiddel wordt voor het begin van ieder
afwasprogramma gedoseerd.
Het afwasmiddel wordt tijdens het programma ingespoeld.
Volg de instructies op m.b.t. de te gebruiken hoeveelheid
en de bewaarinstructies die op de verpakking van het
afwasmiddel vermeld zijn.
Afwasmiddel doseren
1. Als het klepje dicht is: duw het hendeltje (1) naar voren. Het
klepje springt automatisch open.
2. Doseer het afwasmiddel in het bakje (2). Voor de dosering
kunt u de maatstrepen gebruiken:
20 = ca. 20 g afwasmiddel
30 = ca. 30 g afwasmiddel
3. Bij alle programma’s met voorspoelen dient een kleine
hoeveelheid afwasmiddel (5/10 g) in het kleine vakje (3) van
het afwasmiddelbakje te worden gedoseerd. Het hier
gedoseerde afwasmiddel wordt tijdens het voorspoelen
afgegeven.
4. Sluit het klepje en duw het dicht totdat u een klikgeluid
hoort.
Verschillende soorten
afwasmiddel
Afwastabletten
Afwasmiddeltabletten van verschillende fabrikanten lossen met
verschillende snelheden op. Om die reden bereiken sommige
afwasmiddelen hun volle reinigende kracht niet tijdens korte
afwasprogramma's. Werk dus met lange afwasprogramma's
als u afwasmiddelen in tabletvorm gebruikt, zodat resten ervan
volledig verwijderd worden.
Geconcentreerde afwasmiddelen
De hedendaagse afwasmiddelen voor afwasautomaten zijn
bijna altijd laag-alkalische geconcentreerde afwasmiddelen
met natuurlijke enzymen in tablet- of poedervorm.
Het werken met 50°C afwasprogramma's in combinatie met
deze geconcentreerde afwasmiddelen reduceert de vervuiling
en is goed voor uw servies, want deze afwasprogramma's zijn
speciaal afgestemd op de vuilverwijderende eigenschappen
van de enzymen in geconcentreerde afwasmiddelen. Om die
reden kan het werken met 50°C afwasprogramma's in
combinatie met geconcentreerde afwasmiddelen dezelfde
reinigingsresultaten opleveren, die u anders alleen met 65°C
afwasprogramma's bereikt.
"3 in 1" / combi-afwasmiddelen
Dit type afwasmiddel heeft een gecombineerde
afwasmiddel/glansmiddel/zout functie.
1. Controleer of deze afwasmiddelen geschikt zijn voor uw
waterhardheid. Volg de instructies van de fabrikant.
LET OP: het bijvullen van het zoutreservoir en het
glansmiddelreservoir is niet meer nodig.
In dit geval branden het glansmiddel- en het zout-lampje
voortdurend als de machine ingeschakeld is (niet alle modellen
zijn van deze controlelampjes voorzien).
2. Kies de laagste instelling voor waterhardheid.
3. Voor de start van het afwasprogramma doet u het "3 in 1"
afwasmiddel in het reservoir
LET OP: Als uw servies niet droog genoeg is, raden wij u het
volgende aan:
1. Vul het reservoir voor glansmiddel met glansmiddel.
2. Stel de dosering van het glansmiddel in op positie 2.
Als u besluit om terug te keren naar het systeem met
standaard afwasmiddel, raden wij u het volgende aan:
Vul de reservoirs voor zout en glansmiddel weer bij.
Zet de waterhardheid op de hoogste instelling en laat het
normale afwasprogramma 3 keer draaien zonder servies in
de machine.
Pas de waterhardheid aan volgens de waterhardheid in uw
woongebied
Pas de dosering van het glansmiddel aan.
LET OP: Als u "4 in 1" afwasmiddelen gebruikt, waarvan de
"3 in 1" formule uitgebreid is met een anti-corrosiemiddel voor
glas, volgt u dezelfde richtlijnen als voor de "3 in 1"
afwasmiddelen.
15
Programma-overzicht
(1) Testnorm programma (Zie "Toelichtingen voor testinstituten"). Dit programma, speciaal ontworpen voor het gebruik van
afwasmiddelen met enzymen, levert resultaten die anders alleen met 65°C-programma’s en traditionele afwasmiddelen te
bereiken zijn. De tijdsduur van het afwassen en drogen is verlengd om de lagere temperatuur te compenseren.
(2) De vermelde waarden gelden slechts als richtlijn omdat zij afhangen van de temperatuur en druk van het leidingwater en van
de spanning van het elektriciteitsnet.
Mate van
verontreiniging en
soort belading
Normaal verontreinigd.
Servies, bestek en
pannen
Programma
Normal 65°
Programma beschrijving (2) Verbruiksgegevens
Koud voorspoelen
65°C afwassen
2 x lauw spoelen
1 x warm spoelen
Drogen
Programma-
duur
(in minuten)
Stroom-
verbruik
(kWh)
Water-
verbruik
(liter)
105 - 115 1,5 - 1,7 23 - 25
Sterk verontreinigd.
Servies, bestek en
pannen
Intensief 70°
Warm voorspoelen
70°C afwassen
2 x lauw spoelen
1 x warm spoelen
Drogen
120 - 130 1,8 - 2,0 22 - 24
Servies dat u pas later
gaat afwassen.
Voorspoelen
1 x koud spoelen (om te
voorkomen dat voedselresten
opdrogen).
Bij dit programma is geen
afwasmiddel nodig.
12 0,1 5
Normaal verontreinigd.
Servies en bestek
(1)
BIO 50°
Koud voorspoelen
50°C afwassen
1 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Drogen
140 1,05 16
Vers vuil.
Servies en bestek
Snel 60° A 30
I
60°C afwassen
Drogen
30 0,9 9
16
Het bedieningspaneel van dit volledig geîntegreerde apparaat
is geplaatst op de bovenkant van de deur.
Om een programma in te stellen, moet u de deur iets openen.
1. Controleer of...
Het serviesgoed en bestek goed geplaatst zijn, zodat de
sproeiarmen ongehinderd kunnen draaien.
2. Open de waterkraan
3. Een programma kiezen en starten
Druk op de aan/uit toets.
Het controlelampje einde programma knippert.
Druk op de toets programmakeuze/annuleren en kies
het gewenste afwasprogramma. Om het juiste
afwasprogramma te kiezen, zie "Programma-overzicht").
Sluit de deur van de afwasmachine, het programma begint
automatisch.
Instellen van de uitgestelde start van een
afwasprogramma
Nadat het gewenste programma is ingesteld drukt u op de
toets uitgestelde start.
Het corresponderende controlelampje gaat aan.
Sluit de deur, de tijdsaftelling start automatisch.
Als u de deur opent, wordt het aftellen onderbroken.
Sluit de deur; het aftelproces wordt weer hervat vanaf het
punt waarop het werd onderbroken.
Het gekozeen programma start automatisch wanneer de
tijdsaftelling klaar is.
De lopende uitgestelde start annuleren
Open de deur van de afwasmachine en druk op de toets
uitgestelde start, het corresponderende controlelampje
gaat uit.
Sluit de deur, het ingestelde programma begint direct te
lopen.
LET OP: Het programma of de tijdsaftelling voor de
uitgestelde start begint pas wanneer de deur gesloten
wordt. Tot op dat ogenblink is het mogelijk om uw keus te
wijzigen.
4. Een lopend programma onderbreken
of annuleren
Onderbreek of annuleer een lopend programma alleen
als dat echt nodig is.
Let op! Wanneer u de deur opent, kan er hete stoom naar
buiten komen. Open de deur voorzichtig.
Een lopend programma onderbreken
Open de deur van de afwasmachine; het programma
stopt. Sluit de deur; het programma begint vanaf het punt
waar het werd onderbroken.
Een lopend programma annuleren
Open de deur van de afwasmachine. Druk gedurende ca.3
seconden op de toets programmakeuze/annuleren, totdat
het controlelampje van het lopende programma uit gaat en
het controlelampje einde programma knippert, wat aangeeft
dat het lopende programma is geannuleerd en dat de
machine is teruggekeerd naar de programmeerstand.
U kunt nu mogelijk een ander afwasprogramma kiezen.
Wanneer een nieuw afwasprogramma wordt gekozen,
controleer dan of er afwasmiddel aanwezig is in het
afwasmiddelbakje.
LET OP: uitsluitend tijdens het drogen, wanneer de deur
van de afwasmachine wordt geopend en meer dan 30
seconden open blijft, wordt het lopende programma
automatisch geannuleerd en keert de machine terug naar
de programmeerstand. Dit gebeurt uitsluitend tijdens het
drogen. Als de machine wordt uitgeschakeld door op de
aan/uittoets te drukken en langer dan 30 seconden
uitgeschakeld blijft keert de machine terug naar de
programmerstand.
5. Einde programma
De afwasmachine stopt automatisch. Door een
geluidssignaal weet u dat het afwasprogramma is
geëindigd.
Open de deur van de afwasmachine, laat deze op een kier
staan en wacht enkele minuten voordat u het servies eruit
neemt; zo kan het afkoelen en droogt het beter.
Het controlelampje einde programma brandt.
Het controlelampje van het zojuist beëindigde programma
brandt.
Schakel de afwasmachine uit door op de aan/uittoets te
drukken.
6. Machine uitruimen
Warm serviesgoed is zeer breekbaar. Laat het daarom
afkoelen voordat u de machine uitruimt.
Maak eerst de onderste korf leeg. Daardoor voorkomt u
dat druppels uit de bovenste korf op serviesgoed in de
onderste korf vallen.
Eventuele condens op de binnenwanden en de deur van
de afwasautomaat wordt veroorzaakt door het
droogproces dat de resterende waterdamp, die van het
servies komt, op de koelere wanden doet condenseren.
Het is af te raden om de deur te openen als de machine in
werking is. Gebeurt dat toch, dan zal een
veiligheidsschakelaar ervoor zorgen dat de machine direct
stopt.
Voorzichtig!
Als u de deur direct na beëindiging van een programma
opent, kan er hete stoom naar buiten komen.
Een afwasprogramma starten
17
Reinig de buitenkant van het apparaat en het
bedieningspaneel met een vochtig doekje. In geen geval
agressieve reinigingsmiddelen of schuurmiddelen gebruiken.
Gebruik ook nooit oplosmiddelen (aceton, tri, enz.).
Maak de deurafdichting, het afwasmiddelbakje en het
glansmiddelreservoir regelmatig schoon met een vochtige
doek.
Laat de machine elke drie maanden een 65°C-programma
afwerken, zonder servies, met afwasmiddel.
Schoonmaken van de zeven
De zeven moeten regelmatig worden gecontroleerd en
schoongemaakt. Verontreinigde zeven hebben een nadelige
invloed op het afwasresultaat.
Belangrijk! Zorg ervoor dat de machine
uitgeschakeld is voordat de filters worden
schoongemaakt.
1. Deur openen, onderste korf uit de machine nemen.
2. Het zeefsysteem van de afwasautomaat bestaat uit een
groffe zeef (A), een microfilter (B) en een vlakke zeef.
3. Greep ongeveer een kwart slag linksom draaien en
uitnemen.
4. Groffe zeef (A) aan het oogje pakken en uit het microfilter
(B) trekken.
5. Alle zeven onder stromend water grondig schoonmaken.
6. Vlakke zeef uit de kuipbodem nemen en aan beide
kanten grondig schoonmaken.
7. Vlakke zeef weer in de kuipbodem zetten en zorg er voor
dat deze perfect past onder de twee geleiders (C).
8. Groffe zeef (A) in het microfilter (B) zetten en in elkaar
drukken.
9. Zeefcombinatie weer inzetten en vergrendelen door de
greep rechtsom te draaien. Let erop dat de vlakke zeef niet
boven de kuipbodem uitsteekt.
Belangrijk!
Gebruik de machine nooit zonder de zeven.
Zorg er bovendien voor dat de zeven correct op hun plaats
zitten.
NOOIT de bovenste sproeiarm demonteren.
Als de sproeigaatjes verstopt zitten met etensresten, dan kunt
u deze met een tandenstoker verwijderen.
Als de machine een lange tijd niet
gebruikt wordt
Wordt de machine gedurende een lange tijd niet gebruikt, dan:
1. Kraan dichtdraaien.
2. Stekker uit het stopcontact trekken.
3. Deur op een kier laten staan om het ontstaan van
een onaangename geur te vermijden.
4. Binnenkant en accessoires reinigen.
Bescherming tegen vorst
Plaats de afwasmachine nooit in een ruimte waar de
temperatuur onder het vriespunt kan zakken. Mocht dat toch
het geval zijn, maak de machine dan leeg, draai de kraan
dicht, verwijder de waterafvoerslang en laat deze leeg lopen.
Vervoeren van de machine
Als u de machine gaat vervoeren (bijv. bij verhuizing):
1. Stekker uit het stopcontact trekken.
2. Waterkraan dichtdraaien.
3. Watertoevoerslang van de waterkraan
losschroeven en leeg laten lopen.
4. De machine samen met de slangen vervoeren.
Zorg ervoor dat de machine tijdens het transport rechtop staat.
Onderhoud
18
Wat te doen als...
Met behulp van de volgende aanwijzingen kunt u zelf de meeste kleine storingen van de afwasmachine verhelpen.
...er een foutcode verschijnt
De afwasmachine begint niet of stopt halverwege en u hoort een serie geluiddsignalen met korte tussenpauzen.
Open de deur van de afwasmachine.
Het optreden van een alarm wordt aangegeven door:
- voortdurend knipperen van het controlelampje van het lopende programma,
- een combinatie van knipperen en pauzes van het controlelampje einde programma en door onderbroken geluidssignalen (zoals
beschreven in de tabel).
Controleer het volgende.
Wanneer de controles zijn uitgevoerd, druk dan op de toets programmakeuze/annuleren en sluit de deur van de afwasmachine.
Het programma gaat verder vanaf het punt waar het werd onderbroken. Als er opnieuw een alarmmelding verschijnt, neem dan
contact op met onze service-afdeling.
Stel u in verbinding met de service-afdeling als de machine een alarmmelding geeft die niet in bovenstaande tabel beschreven is.
...er problemen zijn bij het gebruik van de afwasautomaat
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
De machine start niet
Sissend geluid tijdens het
afwassen
De machinedeur is niet goed dicht.
De stekker zit niet in het stopcontact.
De zekering in de huisinstallatie is niet in orde.
Deur sluiten.
Stekker in het stopcontact steken.
Vervang de zekering.
Voor afwasmachines met uitgestelde start
functie:
er is een uitgestelde start ingesteld.
Als u het programma direct wilt starten,
de uitgestelde start annuleren
Gebruik een ander merk afwasmiddel.Dit duidt niet op een storing.
- voortdurend knipperen van het
controlelampje van het
lopende programma
- 1 onderbroken geluidssignaal
- 1 knippersignaal van het
controlelampje "einde
programma"
De machine neemt geen water in.
- voortdurend knipperen van het
controlelampje van het
lopende programma
- 2 onderbroken geluidssignalen
- 2 knippersignalen van het
controlelampje "einde
programma"
De afwasmachine loost geen water.
- voortdurend knipperen van het
controlelampje van het
lopende programma
- 3 onderbroken geluidssignalen
-3
knippersignalen van het
controlelampje "einde
programma"
Foutcode / Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
Waterkraan verstopt of verkalkt.
Waterkraan is dicht.
Verstopte of vuile zeef (indien aanwezig) van de
watertoevoerslang.
Watertoevoerslang niet goed geïnstalleerd of
geknikt.
Waterkraan schoonmaken.
Waterkraan opendraaien.
Zeef van de watertoevoerslang
controleren.
Installatie van de watertoevoerslang
controleren.
Afvoer verstopt.
Afvoer ontstoppen.
Waterafvoerslang niet goed geïnstalleerd of
geknikt.
Installatie van de waterafvoerslang
controleren.
De beveiliging tegen wateroverlast is in werking
getreden.
Waterkraan dichtdraaien en contact
opnemen met de service-afdeling.
19
...het afwasresultaat niet bevredigend is
Het serviesgoed is niet schoon
U heeft geen geschikt afwasprogramma gekozen.
Het serviesgoed is verkeerd gerangschikt en het water heeft niet alle delen ervan kunnen bereiken. De korven moeten niet te vol
geladen worden.
De sproeiarmen kunnen niet draaien omdat zij belemmerd worden door verkeerd gerangschikt serviesgoed.
De bodemzeven zijn vuil of verkeerd geplaatst.
Er is geen of te weinig afwasmiddel gebruikt.
Als het vaatwerk kalkvlekken vertoont, dan is het zoutreservoir leeg of de waterontharder van de afwasmachine niet goed
ingesteld.
De waterafvoerslang is niet goed geïnstalleerd.
De dop van het zoutreservoir is niet goed gesloten.
Het serviesgoed is nat en dof
Er is geen glansmiddel gebruikt.
Het glansmiddelreservoir is leeg.
Het serviesgoed vertoont strepen, doffe vlekken of een blauwe waas.
Stel de glansmiddeldosering lager in.
Het serviesgoed vertoont waterkringen.
Stel de glansmiddeldosering hoger in.
Het afwasmiddel kan de oorzaak zijn. Neem contact op met de producent van het afwasmiddel.
Kunt u de oorzaak van een storing niet zelf opsporen en
verhelpen, neem dan contact op met onze service-afdeling.
Houd merk, modelnummer (Mod.), productnummer (PNC) en
serienummer (S.N.) van uw machine bij de hand; de service-
afdeling zal u erom vragen. U vindt de nummers op het
typeplaatje aan de binnenkant van de deur.
Om deze nummers snel bij
de hand te hebben, raden wij
u aan ze hieronder in te
vullen.
Modelnummer :. . . . . . . . . .
Productnummer. : . . . . . . . .
Serienummer. : . . . . . . . . . .
Service en onderdelen
Reparaties aan elektrische apparaten mogen alleen door
vakmensen worden uitgevoerd.
Er mogen alleen originele onderdelen worden gebruikt.
Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico’s voor
de gebruiker leiden.
20
De test volgens EN 60704 moet met een volledige standaard lading en het vergelijkingsprogramma worden uitgevoerd (zie
"Programma-overzicht").
Voor de test volgens EN 50242 moet het zoutreservoir van de waterontharder gevuld zijn met zout en het glansmiddelreservoir
gevuld met glansmiddel en het vergelijkingsprogramma worden uitgevoerd (zie "Programma-overzicht").
Toelichtingen voor testinstituten
Capaciteit: 12 standaard couverts
Glansmiddelreservoir: stand 4 (Type III)
Dosering afwasmiddel: 5 g + 25 g (Type B)
Rangschikking in de
bovenste korf
Rangschikking in de
onderste korf
Rangschikking in het bestekmandje
Kopjesrekken: stand A
Wijzigingen voorbehouden
Sous réserve de modifications
156995 51/0
05/07

Documenttranscriptie

AFI8525ZT gebruiksaanwijzing afwasautomaat bladzijde 2 notice d’utilisation lave-vaisselle page 21 Inhoud Waarschuwingen en belangrijke adviezen 3 Afdanken 3 Economisch en milieubewust afwassen 3 Installatie Inbouw-aanwijzingen De afwasmachine waterpas zetten Beevestigen aan aangrenzende keukenmeubelen Watertoevoer Toevoerslang met veiligheidsklep Waterafvoer Elektrische aansluiting 4 4 4 4 4 4 5 5 Beschrijving van het apparaat 6 Het bedieningspaneel 7 Voordat u de machine in gebruik neemt Waterontharder instellen Zoutreservoir vullen Glansmiddelreservoir vullen 9 9 10 11 Dagelijks gebruik Plaatsing van het serviesgoed en het bestek Gebruik van de onderste korf Bestekmandje Gebruik van de bovenste korf Hoogteregeling bovenste korf Afwasmiddel 12 12 12 13 13 13 14 Verschillende soorten afwasmiddel 14 Programma-overzicht 15 Een afwasprogramma starten 16 Onderhoud Schoonmaken van de zeven Als de machine een lange tijd niet gebruikt wordt Bescherming tegen vorst Vervoeren van de machine 17 17 17 17 17 Wat te doen als... Service en onderdelen 18 19 Toelichtingen voor testinstituten 20 Technische gegevens Afmetingen Breedte Hoogte Maximale diepte Maximale diepte bij open deur Elektrische aansluiting: Netspanning/frequentie Aansluitwaarde Zekering De nominale aansluitgegevens staan op het typeplaatje aan de binnenkant van de deur. Waterdruk Minimum Maximum Capaciteit 59.6 cm 81.8 - 87.8 cm 55.5 cm 114 cm 0,05 MPa 0,8 MPa 12 couverts 2 Waarschuwingen en belangrijke adviezen Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende instructieboekje bewaard blijft. Zou het apparaat door u aan iemand anders gegeven of verkocht worden, of zou het apparaat in het huis van waaruit u verhuist achterblijven, dan dient de nieuwe gebruik(st)er over het instructieboekje en de daarin opgenomen waarschuwingen te kunnen beschikken. Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen te hebben, alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik neemt. ● Wees voorzichtig bij het schoonmaken van de binnenkant Installatie van de machine. U zou zich kunnen bezeren aan uitstekende metalen delen. ● Reparaties aan de afwasautomaat mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico’s leiden. Wend u bij reparaties altijd tot onze service-afdeling of uw vakhandelaar. ● Indien u tijdens de aflevering een schade aan het apparaat ● ● ● ● ● hebt vastgesteld, meldt u dit dan, voor u het apparaat installeert en/of in gebruik neemt, direct aan uw leverancier. Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit apparaat of de eigenschappen daarvan te veranderen. Overtuig u ervan dat na de installatie of het verplaatsen het apparaat niet op het aansluitsnoer staat. Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de elektrische huisinstallatie ten behoeve van de installatie van dit apparaat, mag uitsluitend door een daartoe bevoegd persoon uitgevoerd worden. Een eventueel noodzakelijke wijziging van de watertoeen/of afvoervoorzieningen ten behoeve van de installatie van dit apparaat, mag uitsluitend door een daartoe bevoegd persoon uitgevoerd worden. Indien het installatievoorschrift aangeeft dat het apparaat aan het keukenmeubel moet worden vastgeschroefd dan moet u zich daaraan houden om te voorkomen dat het apparaat voorover kiept als de beladen onderkorf op de deur staat. Afdanken Tijdens het transport moeten onze afwasmachines goed beschermd worden, hoewel we proberen zo weinig mogelijk verpakkingsmateriaal te gebruiken. Al het verpakkingsmateriaal is milieuvriendelijk en kan hergebruikt worden. De kartonnen delen zijn gemaakt van kringlooppapier en de houten delen hebben geen speciale behandelingen ondergaan. De kunststoffen dragen de volgende aanduidingen: >PE< voor polyethyleen; bijv. de verpakkingsvellen. >PS< voor polystyreen; bijv. de vulstukken (voornamelijk CFK-vrij). >POM< voor polyoximethyleen; bijv. de plastic klemmen. Veiligheid van kinderen Recycling en hergebruik van het verpakkingsmateriaal betekent een besparing van grondstoffen en minder afval. Breng het verpakkingsmateriaal naar de speciaal daartoe ingestelde verzamelpunten. Informeer bij de gemeente naar de adressen van de verzamelpunten. Wanneer u uw oude apparaat wilt afdanken, dient u het vóór u het wegdoet onbruikbaar te maken. Let op! Kinderen kunnen zich al spelend in de afwasmachine opsluiten en daar door verstikking om het leven komen. Verwijder stekker en aansluitsnoer en maak de sluiting van de deur onbruikbaar, zodat kinderen er zich niet in kunnen opsluiten. Informeer bij uw gemeente naar de mogelijkheden voor verwerking van uw oude apparaat. ● Dit apparaat is bedoeld en gemaakt voor het gebruik door volwassenen. Het is gevaarlijk om kinderen het apparaat te laten bedienen of als speelgoed te laten gebruiken. ● Houd alle verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen. ● Houd afwasmiddel, glansmiddel en speciaal zout uit de buurt van kinderen. ● Drink nooit het water dat zich in de afwasautomaat bevindt. Restjes afwasmiddel kunnen in de machine achterblijven. Zorg ervoor dat deze restjes nooit in aanraking komen met uw huid en dat ze nooit ingeslikt worden, hetgeen verstikking tot gevolg zou kunnen hebben. Houd dus kinderen uit de buurt van het apparaat, wanneer de deur openstaat. Tijdens het gebruik Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. ● De afwasautomaat is bedoeld en gemaakt voor het ● ● ● ● ● afwassen van huishoudelijk kook-, eet- en drinkgerei. Voorwerpen die bevuild zijn met verf, chemicaliën, agressieve zuren en dergelijke, mogen niet in de afwasautomaat. Tenzij de gebruiksaanwijzing anders vermeldt,mag tijdens het in werking zijn de vuldeur niet geopend worden; mocht dat onverhoopt toch gebeuren, schakel het apparaat dan voortijds geheel uit, eventueel door de stekker uit het stopcontact te trekken. Gebruik alleen speciale afwasmiddelen voor huishoudafwasmachines. Let erop dat de machinedeur, behalve bij vullen en leeghalen, altijd dicht is. Zo voorkomt u dat iemand over de open deur struikelt en zich bezeert. Ga niet op de open deur zitten of staan. Schakel, tenzij de gebruiksaanwijzing anders aangeeft, het apparaat na gebruik volledig uit en draai de watertoevoerkraan dicht. Het verdient aanbeveling om het apparaat door middel van een tegen barsten beveiligde toevoerslang op de waterkraan aan te sluiten. Een stijve polyethyleen slang is barstbestendig. Economisch en milieubewust afwassen ● Stel de waterontharder correct in. ● Spoel het servies niet onder stromend water af. ● Kies een programma aan de hand van soort servies en mate van verontreiniging. ● Doseer niet meer reinigingsmiddel, speciaal zout en glansmiddel dan door de fabrikant van deze middelen en in deze gebruiksaanwijzing wordt aangegeven. 3 Installatie Waarschuwing! Het apparaat mag alleen door een erkend elektroinstallateur worden aangesloten. Voorkom scherpe bochten of knikken in de slang, omdat deze de doorstroming van water kunnen vertragen of verhinderen. Het uiteinde van de toevoerslang dat op de machine is aangesloten, kan in iedere gewenste stand gedraaid worden nadat de wartel is los gedraaid. Draai de wartel weer stevig aan om waterlekkage te voorkomen. (Sommige modellen zijn uitgerust met een toevoerslang zonder wartel. Bij deze modellen is de toevoerslang niet verstelbaar). Verwijder alle verpakkingsonderdelen alvorens de machine te plaatsen. Plaats de machine, indien mogelijk, zo dicht mogelijk bij aansluitingen voor de watertoe- en afvoer. Als de machine wordt aangesloten op nieuwe of lange tijd ongebruikte leidingen, dan is het raadzaam om het water een paar minuten te laten doorstromen alvorens de machine aan te sluiten. Inbouw-aanwijzingen Deze afwasautomaat is bestemd voor inbouw. Attentie! Volg bij de montage van het paneel aan de deur en de inbouw van de afwasautomaat de instructies op het meegeleverde boorsjabloon. Gebruik een nieuwe slang voor de aansluiting. De afwasmachine is voorzien van beveiligingen die voorkomen dat het afwaswater in de drinkwaterleiding kan terugstromen en die aan de terzake geldende veiligheidseisen voldoen. De inbouwnis hoeft niet van ventilatie-openingen voorzien te worden. Indien de nis van een achterwand voorzien is, dan is het voldoende om openingen te maken voor het aansluitsnoer, de toevoerslang en de afvoerslang. Toevoerslang met veiligheidsklep De veiligheidsklep bevindt zich in het slangeinde dat aan de waterkraan wordt gekoppeld. Als de slang tijdens het innemen van water gaat lekken, dan wordt de waterstroom door de veiligheidsklep gestopt. De stelvoetjes met een groot regelbereik bieden de mogelijkheid de hoogte van de machine te regelen. Alle ingrepen waarbij inwendige componenten toegankelijk zijn, moeten worden uitgevoerd wanneer de machine is afgesloten van het elektriciteitsnet. Sluit de toevoerslang goed aan: - De elektrische bedrading voor de veiligheidsklep ligt in de slang. Dompel de toevoerslang en/of de veiligheidsklep niet in water. Verzeker u ervan dat de watertoevoer- en waterafvoerslang en het netsnoer niet klem raken of geknikt worden tijdens het plaatsen van de machine in de inbouwnis. - Als de toevoerslang en/of de veiligheidsklep beschadigd zijn, dan moet u onmiddellijk de stekker uit het stopcontact trekken. De afwasmachine waterpas zetten - Een toevoerslang met veiligheidsklep mag alleen door bevoegde vakmensen of door de service-afdeling vervangen worden. Een waterpas installatie is van groot belang voor de goede sluiting en waterdichtheid van de deur. Verzeker u ervan dat de deur goed sluit, zonder wrijving aan de zijkanten. Regel de stelvoetjes zodanig dat de deur perfect sluit. - Plaats de toevoerslang zodanig dat hij nooit de hoogte van de onderkant van de veiligheidsklep overschrijdt. WAARSCHUWING! Gevaarlijke spanning Bevestigen aan aangrenzende keukenmeubelen Om te voorkomen dat de afwasmachine gaat schudden, moet hij d.m.v. de meegeleverde steuntjes aan het werkblad, aan aangrenzende keukenkastjes of aan de muur worden bevestigd. Watertoevoer De machine mag op warm water, tot maximaal 60°C, aangesloten worden . Wij adviseren u echter dat niet te doen omdat dan de afwasresultaten niet altijd goed zullen zijn en daarnaast ook de koude spoelgangen met warm water gebeuren, zodat van besparing nauwelijks sprake is. Wel is de programmaduur aanzienlijk korter, omdat de noodzakelijke opwarmtijd ontbreekt. Dat is echter tevens één van de redenen waarom, met name bij sterk verontreinigde afwas, de resultaten niet altijd goed zullen zijn. De slangwartel van de toevoerslang sluit u aan op een kraan met 3/4" schroefdraad, of op een watertoevoer met snelaansluiting (press block). Zie erop toe dat de waterleidingdruk niet de bij de "Technische gegevens" vermelde waarde overschrijdt. 4 Waterafvoer Elektrische aansluiting De waterafvoerslang kan op de volgende manieren gemonteerd worden De gegevens met betrekking tot de elektrische aansluiting vindt u op het typeplaatje aan de binnenkant van de deur. Alvorens de stekker in het stopcontact te steken, moet u zich van het volgende verzekeren: 1. In een sifon, zorg er dan wel voor dat de slang niet kan wegglijden. 1. Dat de netspanning die op het typeplaatje is vermeld overeenkomt met de netspanning op de plaats van installatie. 2. In een afvoerpijp met ventilatie, binnendiameter min. 4 cm. De hoogte van de afvoerslang moet tussen 30 cm (min.) en 100 cm (max.) boven de onderkant van het apparaat liggen. De afvoerslang kan links of rechts van de afwasmachine gedraaid worden. 2. Dat de elektriciteitsmeter, de zekering, de elektrische leiding en het stopcontact geschikt zijn voor de aansluitwaarde van de afwasmachine. Verzeker u ervan dat de stekker in het stopcontact past, zonder gebruik te maken van verloopstekkers, meervoudige stekkerdozen en adapters. Als de stekker niet in het stopcontact past, dan moet u het stopcontact laten vervangen. Zorg ervoor dat de slang niet geknikt, platgedrukt of ineengestrengeld is, dat kan de waterafvoer verstoren. Als u een verlengslang gebruikt, mag deze niet langer dan 2 meter zijn en de binnendiameter mag niet kleiner zijn dan die van de oorspronkelijke afvoerslang. Ook de binnendiameter van de koppelingen die u gebruikt voor aansluiting aan de afvoerpijp mag niet kleiner zijn. Om de afwasmachine spanningloos te maken, moet u de stekker uit het stopcontact trekken. Let op! Het stopcontact moet altijd bereikbaar zijn, ook wanneer het apparaat geïnstalleerd is. Vervangen van het aansluitsnoer dient door een erkend installateur te gebeuren. Let op! De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade of letsel, ontstaan door het niet voldoen aan deze veiligheidsvoorschriften. Let op! Al onze afwasmachines zijn voorzien van een beveiliging die verhindert dat afvalwater in de machine kan terugstromen. Als de sifon (afvoerpijp, zwanenhals) van de gootsteen is voorzien van een eenrichtingsklep, dan kan deze klep de waterlozing van de afwasmachine storen. Daarom raden wij aan de klep te verwijderen. 5 Beschrijving van het apparaat 1. Bovenste korf 2. Regelknop van de waterontharder 3. Schroefdop van zoutreservoir 4. Afwasmiddelbakje 5. Glansmiddelreservoir 6. Typeplaatje 7. Zeven 8. Onderste sproeiarm 9. Bovenste sproeiarm 6 Het bedieningspaneel Toets uitgestelde start Toets aan/uit Afwasprogramma's Toets programmakeuze/annuleren Controlelampjes Programmalampjes Toets programmakeuze/annuleren (CANCEL): Controlelampjes:deze hebben de volgende betekenis: deze toets gebruikt u om een afwasprogramma te kiezen, houd de toets ingedrukt todat het controlelampje dat correspondeert met het gewenste afwasprogramma gaat branden (zie "Programma-overzicht"). Het controlelampje einde programma knippert ter bevestiging. Wanneer het afwasprogramma eenmaal is ingesteld de deur van de afwasmachine sluiten, het programma start dan automatisch. Einde programma: gaat branden wanneer het afwasprogramma klaar is. Daarnaast zijn er extra functies voor optische signalen, zoals: - het instellen van de waterontharder, - het uitschakelen/inschakelen van de geluidssignalen, - het optreden van een alarm wegens storing van de machine. Met deze toets kunt u tevens: - een lopend afwasprogramma annuleren, - de waterontharder instellen (zie betreffende paragraaf), Glansmiddel bijvullen: brandt als glansmiddel bijgevuld moet worden. - de geluidssignalen uitschakelen/inschakelen. Zout bijvullen: brandt als zout bijgevuld moet worden. Toets uitgestelde start: deze optie biedt de mogelijkheid om de start van het programma 3 uur uit te stellen; het bijbehorende controlelampje gaat branden. 7 Geluidssignalen Geluidssignalen kunnen het volgende aangeven. - einde programma, - storing van de machine. Het in- en uitschakelen van de geluidssignalen Fabrieksinstelling: geluidssignalen ingeschakeld. 1. Schakel de afwasmachine uit en druk op de aan/uit toets. Het controlelampje einde programma knippert (programmeerstand). Als er zout of glansmiddel moet worden bijgevuld, gaat het corresponderende controlelampje branden. Wanneer een van de programmalampjes brandt, dan betekent dit dat een afwasprogramma is ingesteld. De instelling moet eerst worden geannuleerd: druk gedurende ca. 3 seconden op de toets programmakeuze/annuleren; het controlelampje van het ingestelde programma gaat uit en het controlelampje einde programma knippert, wat aangeeft dat het ingestelde programma is geannuleerd en dat de machine nu in de programmeerstand staat. 2. Houd de toets programmakeuze/annuleren ingedrukt totdat het programmacontrolelampje 1 gaat knipperen en het programmacontrolelampje 2 aangaat en blijft branden. Druk nogmaals op de toets programmakeuze/annuleren, het programmacontrolelampje 1 gaat aan en blijft branden en het programmacontrolelampje 2 gaat knipperen. Wacht totdat het programmacontrolelampje 1 uitgaat, het programmacontrolelampje 2 blijft knipperen en het programmacontrolelampje einde programma aangaat en blijft branden. Dit geeft aan dat u de functie voor het deactiveren/activeren van de geluidssignalen heeft ingeschakeld. Wanneer het programmacontrolelampje einde programma constant blijft branden, betekent dit dat de geluidssignalen zijn ingeschakeld. 3. Om de geluidssignalen uit te schakelen nogmaals op de toets programmakeuze/annuleren drukken. Het controlelampje einde programma gaat uit, wat aangeeft dat de geluidssignalen zijn uitgeschakeld. 4. Om de instelling in het geheugen op te slaan de machine uitschakelen door de aan/uittoets in te drukken of ca. 60 seconden wachten, waarna de machine automatisch terugkeert naar de programmeerstand. Om de geluidssignalen weer in te schakelen, hoeft u alleen maar de bovenstaande handelingen uit te voeren totdat het controlelampje einde programma gaat branden. 8 Voordat u de machine in gebruik neemt Alvorens de afwasmachine in gebruik te nemen, moet u: a) Handmatige instelling 1. controleren of de machine volgens de aanwijzingen is aangesloten 1. Open de deur van de afwasmachine. 2. Neem de onderste korf uit de machine. 2. alle transportbeveiligingen uit de machine verwijderen 3. de waterontharder instellen 3. Draai de regelaar op stand 1 of 2 (zie tabel). 4. 1 liter water in het zoutreservoir gieten en het daarna met zout vullen 4. Plaats de onderste korf weer in de machine. 5. het glansmiddelreservoir vullen De fabrieksinstelling is stand "2" Let op: Als u "3 in 1" gecombineerde afwasmiddelen wilt gebruiken, lees dan aandachtig de informatie in "Verschillende soorten afwasmiddel". Waterontharder instellen De afwasmachine is uitgerust met een automatisch werkende ontharder die kalkafzetting op het servies en in de machine voorkomt. Hoe meer kalk het leidingwater bevat, des te harder is het. De waterhardheid wordt gemeten in verschillende schalen (zie tabel). Stel de waterontharder op de plaatselijke waterhardheid in. Informatie daarover kunt u krijgen bij het waterleidingbedrijf. De waterontharder moet op twee manieren worden ingesteld: handmatig, met behulp van de waterhardheidinstelling en elektronisch, door middel van de toets programmakeuze/annuleren. Waterhardheid in °dH mmol/l (Duitse graad) (millimol per liter, internationele eenheid voor waterhardheid) 51 - 70 9,0 - 12,5 43 - 50 Instelling waterontharder Bereik Aantal knipperingen van het "programma-einde-lampje" Zout gebruiken handmatig elektronisch IV 2 stand 10 10 ja 7,6 - 8,9 IV 2 stand 9 9 ja 37 - 42 6,5 - 7,5 IV 2 stand 8 8 ja 29 - 36 5,1 - 6,4 IV 2 stand 7 7 ja 23 - 28 4,0 - 5,0 IV 2 stand 6 6 ja 19 - 22 3,3 - 3,9 III 2 stand 5 5 ja 15 - 18 2,6 - 3,2 III 1 stand 4 4 ja 11 - 14 1,9 - 2,5 II 1 stand 3 3 ja 4 - 10 0,7 - 1,8 I/II 1 stand 2 2 ja <4 < 0,7 I 1 stand 1 1 nee 9 b) Elektronisch instellen Zoutreservoir vullen Gebruik alleen speciaal zout voor afwasmachines. Alle andere soorten zout, vooral tafelzout, beschadigen de waterontharder. Zout dat tijdens het vullen van het reservoir wordt gemorst kan corrosie bevorderen. Vul daarom alleen kort voor het begin van een afwasprogramma zout bij. De afwasmachine is in de fabriek ingesteld op stand 5. 1. Schakel de afwasmachine uit en druk op de aan/uit toets. Het controlelampje einde programma knippert (programmeerstand). In geval zout of glansmiddel moet worden bijgevuld, gaat het corresponderende controlelampje branden. Wanneer een van de programmalampjes brandt, dan betekent dit dat een afwasprogramma is ingesteld. De instelling moet worden geannuleerd: druk gedurende ca. 3 seconden op de toets programmakeuze/annuleren; het controlelampje van het ingestelde programma gaat uit en het controlelampje einde programma knippert, wat aangeeft dat het ingestelde programma is geannuleerd en dat de machine nu in de programmeerstand staat. Vullen: 1. Draai de dop van het zoutreservoir 90° tegen de wijzers van de klok in en verwijder de dop. 2. Giet 1 liter water in het zoutreservoir (dat is alleen voor het eerste gebruik nodig). 3. Vul m.b.v. de trechter het zoutreservoir. 4. Draai de dop goed vast en verzeker u ervan dat er geen zout op de schroefdraad en afdichting is gemorst. De dop is goed dicht gedraaid wanneer u een klikgeluid hoort. 2. Houd de toets programmakeuze/annuleren ingedrukt totdat het programmacontrolelampje 1 gaat knipperen en het programmacontrolelampje 2 aangaat en blijft branden. Wacht totdat het programmacontrolelampje 2 uitgaat, het programmacontrolelampje 1 gaat knipperen en samen met het controlelampje einde programma. Dit geeft aan dat u de elektronische functie voor het instellen van de waterverzachter hebt geactiveerd. De huidige stand woordt aangegeven door het aantal knipperingen van het controlelampje einde programma gevolgd door een pauze van enkele seconden. Na de eerste vulling hoeft u alleen maar regelmatig zout bij te vullen. Om u eraan te herinneren dat u moet bijvullen, brandt het controlelampje. Voorbeeld: 5 knippersignalen pauze 5 knippersignalen pauze enz... = stand 5 Het zout-lampje op het bedieningspaneel blijft, als de afwasmachine ingeschakeld is, nog 2 à 6 uur branden, nadat het zout is bijgevuld. Bij gebruik van langzaam smeltend zout kan het nog langer duren. Dit heeft echter geen negatieve invloed op de werking van het apparaat. 3. Om het stand te veranderen, op de toets programmakeuze/annuleren drukken. Telkens wanneer de toets wordt ingedrukt, verandert de stand. (Voor de kiezen van het nieuwe stand, zie tabel). Voorbeelden: Wanneer de huidige stand 5 is, wordt door eenmaal op de toets programmakeuze/annuleren te drukken stand 6 gekozen. Wanneer de huidige stand 10 is, wordt door op de toets programmakeuze/annuleren te drukken stand 1 gekozen. Het controlelampje einde programma blijft enkele seconden uit en begint dan te knipperen, wat aangeeft dat keuze is ingesteld. Het is normaal dat tijdens het zout vullen het water overloopt. 4. Om de instelling in het geheugen op te slaan de machine uitschakelen door de aan/uittoets in te drukken of ca. 60 seconden wachten, waarna de machine automatisch terugkeert naar de programmeerstand. 10 Glansmiddelreservoir vullen Het glansmiddel is een "waterontspanner". Het wordt, automatisch, vóór het drogen aan het spoelwater toegevoegd. Het glansmiddelreservoir in de binnendeur heeft een inhoud van circa 110 ml. Dat is, al naargelang de doseer-instelling, voldoende voor 16 tot 40 afwasbeurten. Vullen van het glansmiddelreservoir 1. Open het klepje van het glansmiddelreservoir door middel van het knopje (A). 2. Giet glansmiddel in de vulopening totdat het reservoir vol is (het maximumniveau is aangegeven door het opschrift "max") Controleer na iedere bijvulling of u het klepje goed gesloten heeft. Veeg gemorst glansmiddel altijd met een doekje weg, anders wordt tijdens het afwassen te veel schuim gevormd. Giet nooit afwasmiddel in het glansmiddelreservoir. Dosering De instelling van de dosering is afhankelijk van de bereikte glans en van het droogresultaat. In de vulopening van het glansmiddelreservoir vindt u een zes-standen regelschijfje en de markeringen 1 tot 6 (stand 1 is laagste, stand 6 hoogste dosering). De fabrieksinstelling van de regelschijf is stand 4. Verhoog de dosering als op het serviesgoed druppels of druppelvlekken achterblijven. Verlaag de dosering als het serviesgoed witte, kleverige strepen vertoont. Vul glansmiddel bij wanneer het controlelampje op het bedieningspaneel gaat branden. 11 Dagelijks gebruik ● ● ● ● ● Controleer of er zout of glansmiddel bijgevuld moet worden. Plaats het serviesgoed en het bestek in de afwasmachine. Vul het afwasmiddelbakje met afwasmiddel. Kies een geschikt afwasprogramma voor type lading en vervuiling. Start het afwasprogramma. Plaatsing van het serviesgoed en het bestek Sponzen, vaatdoekjes en alle voorwerpen die zich met water kunnen volzuigen, mogen niet in de afwasautomaat gereinigd worden. ● Alvorens het serviesgoed in de machine te plaatsen, moet u: - Alle etensresten verwijderen. - Pannen met aangebrande etensresten weken. ● Houd u bij het plaatsen van het serviesgoed aan de volgende regels: - Het serviesgoed en het bestek mogen de draaibeweging van de sproeiarmen niet hinderen. - Holle voorwerpen zoals kopjes, glazen, pannen, enz. moeten met de opening naar beneden worden geplaatst zodat er geen water in achterblijft. - Het serviesgoed en het bestek mogen niet in of op ander serviesgoed worden geplaatst. - Glazen mogen niet tegen elkaar aan worden geplaatst, om te voorkomen dat ze breken. - Plaats kleine voorwerpen in het bestekmandje. ● Plastic servies en pannen met anti-aanbaklaag hebben de neiging om meer waterdruppeltjes vast te houden; dit type servies droogt daarom niet zo goed als porselein en staal. Voor machinaal afwassen is het volgende bestek/servies niet geschikt: ● ● ● ● ● ● ● ● beperkt geschikt: Bestek met heften van hout, hoorn, porselein of parelmoer. Bestek met temperatuurgevoelige lijm. Gelijmd servies of bestek. Tin en koper. Kristal. Metaal dat kan roesten. Houten planken. Kunstnijverheidsartikelen. ● ● ● ● Trek de korven naar buiten om ze te beladen. Gebruik van de onderste korf In de onderste korf kunt u pannen, deksels, borden, schalen en bestek kwijt. Plaats ze naar het voorbeeld in de afbeeldingen. Dienschalen en grote deksels zo veel mogelijk aan de rand van de korf plaatsen en er op toezien dat de sproeiarmen onbelemmerd kunnen ronddraaien. 12 Aardewerk alleen in de machine afwassen, als het van de aanduiding "geschikt voor de afwasautomaat" voorzien is. Versieringen die op het glazuur zijn aangebracht kunnen door zeer vaak machinaal afwassen verbleken. Zilver en aluminium kunnen bij machinaal afwassen verkleuren. Etensresten als eiwit, eigeel en mosterd veroorzaken vaak verkleuringen of vlekken op zilver. Zilver daarom altijd goed schoon spoelen, als het niet direct na gebruik wordt afgewassen. Sommige glassoorten kunnen na vele malen machinaal afwassen dof worden. Bestekmandje Als u borden in de bovenste korf plaatst: zet de borden schuin en vul de korf bij voorkeur van achteren naar voren. Messen met een lang lemmet die rechtop staan kunnen gevaarlijk zijn. Plaats daarom lange en/of scherpe messen e.d. horizontaal in de bovenste korf. Pas op bij vullen en leeghalen van de machine. Bestek in het speciale bestekmandje, met de grepen naar beneden. Is een greep zo dun dat hij door het mandje heen steekt, dan dat bestek met de greep naar boven. Lepels zoveel mogelijk tussen ander bestek in plaatsen, om te voorkomen dat ze aan elkaar kleven. Was zilver bestek niet tegelijkertijd met andere metalen af. Probeer, vóór u de machine inschakelt, of beide sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien. Om het afwasresultaat te verbeteren, raden wij aan de meegeleverde bestekverdeler te gebruiken als de vorm en afmetingen van het bestek dat toestaan. Hoogteregeling bovenste korf Mocht u erg grote borden willen afwassen dan kunt u deze in de onderste korf plaatsen, nadat u de bovenste korf hoger geplaatst heeft. Maximumhoogte van het serviesgoed Bovenste korf Onderste korf Bovenste korf in de hoge stand 20 cm 31 cm Bovenste korf in de lage stand 24 cm 27 cm Ga als volgt te werk: - Gebruik van de bovenste korf open de knippen (A) aan de voorkant van de bovenste korf en haal de korf eruit. Schuif de korf hoger in de machine en doe de knippen (A) dicht. Met de bovenste korf in de hoge stand kunnen de kopjesrekken niet gebruikt worden. De bovenste korf is hoofdzakelijk bedoeld voor kopjes, schoteltjes, dessertbordjes, kleine borden (max. 24 cm diameter) en glazen. Glazen met lange steel kunnen in het hoge gedeelte opgehangen worden. Voor groter servies kunt u de rekken omhoog klappen. Plaats servies zodanig op en onder de opklapbare kopjesrekken, dat het water overal bij kan. Sluit de deur nadat u de machine hebt beladen. Een open deur kan gevaarlijk zijn. 13 Afwasmiddel Verschillende soorten afwasmiddel Gebruik uitsluitend speciale middelen voor huishoudafwasmachines. Als u onvoldoende afwasmiddel doseert, veroorzaakt dat een slecht afwasresultaat. Te veel afwasmiddel geeft geen beter resultaat, maar alleen onnodige verspilling en belast het millieu. Afwastabletten Afwasmiddeltabletten van verschillende fabrikanten lossen met verschillende snelheden op. Om die reden bereiken sommige afwasmiddelen hun volle reinigende kracht niet tijdens korte afwasprogramma's. Werk dus met lange afwasprogramma's als u afwasmiddelen in tabletvorm gebruikt, zodat resten ervan volledig verwijderd worden. Het afwasmiddel wordt voor het begin van ieder afwasprogramma gedoseerd. Het afwasmiddel wordt tijdens het programma ingespoeld. Volg de instructies op m.b.t. de te gebruiken hoeveelheid en de bewaarinstructies die op de verpakking van het afwasmiddel vermeld zijn. Geconcentreerde afwasmiddelen De hedendaagse afwasmiddelen voor afwasautomaten zijn bijna altijd laag-alkalische geconcentreerde afwasmiddelen met natuurlijke enzymen in tablet- of poedervorm. Afwasmiddel doseren 1. Als het klepje dicht is: duw het hendeltje (1) naar voren. Het klepje springt automatisch open. Het werken met 50°C afwasprogramma's in combinatie met deze geconcentreerde afwasmiddelen reduceert de vervuiling en is goed voor uw servies, want deze afwasprogramma's zijn speciaal afgestemd op de vuilverwijderende eigenschappen van de enzymen in geconcentreerde afwasmiddelen. Om die reden kan het werken met 50°C afwasprogramma's in combinatie met geconcentreerde afwasmiddelen dezelfde reinigingsresultaten opleveren, die u anders alleen met 65°C afwasprogramma's bereikt. 2. Doseer het afwasmiddel in het bakje (2). Voor de dosering kunt u de maatstrepen gebruiken: 20 = ca. 20 g afwasmiddel 30 = ca. 30 g afwasmiddel "3 in 1" / combi-afwasmiddelen Dit type afwasmiddel heeft een gecombineerde afwasmiddel/glansmiddel/zout functie. 1. Controleer of deze afwasmiddelen geschikt zijn voor uw waterhardheid. Volg de instructies van de fabrikant. 3. Bij alle programma’s met voorspoelen dient een kleine hoeveelheid afwasmiddel (5/10 g) in het kleine vakje (3) van het afwasmiddelbakje te worden gedoseerd. Het hier gedoseerde afwasmiddel wordt tijdens het voorspoelen afgegeven. LET OP: het bijvullen van het zoutreservoir en het glansmiddelreservoir is niet meer nodig. In dit geval branden het glansmiddel- en het zout-lampje voortdurend als de machine ingeschakeld is (niet alle modellen zijn van deze controlelampjes voorzien). 4. Sluit het klepje en duw het dicht totdat u een klikgeluid hoort. 2. Kies de laagste instelling voor waterhardheid. 3. Voor de start van het afwasprogramma doet u het "3 in 1" afwasmiddel in het reservoir LET OP: Als uw servies niet droog genoeg is, raden wij u het volgende aan: 1. Vul het reservoir voor glansmiddel met glansmiddel. 2. Stel de dosering van het glansmiddel in op positie 2. Als u besluit om terug te keren naar het systeem met standaard afwasmiddel, raden wij u het volgende aan: ● Vul de reservoirs voor zout en glansmiddel weer bij. ● Zet de waterhardheid op de hoogste instelling en laat het normale afwasprogramma 3 keer draaien zonder servies in de machine. ● Pas de waterhardheid aan volgens de waterhardheid in uw woongebied ● Pas de dosering van het glansmiddel aan. LET OP: Als u "4 in 1" afwasmiddelen gebruikt, waarvan de "3 in 1" formule uitgebreid is met een anti-corrosiemiddel voor glas, volgt u dezelfde richtlijnen als voor de "3 in 1" afwasmiddelen. 14 Programma-overzicht Programma Mate van verontreiniging en soort belading Programma beschrijving (2) Verbruiksgegevens Programmaduur Stroomverbruik Waterverbruik (in minuten) (kWh) (liter) Sterk verontreinigd. Servies, bestek en pannen Warm voorspoelen 70°C afwassen 2 x lauw spoelen 1 x warm spoelen Drogen 120 - 130 1,8 - 2,0 22 - 24 Normaal verontreinigd. Servies, bestek en pannen Koud voorspoelen 65°C afwassen 2 x lauw spoelen 1 x warm spoelen Drogen 105 - 115 1,5 - 1,7 23 - 25 Vers vuil. Servies en bestek 60°C afwassen Drogen 30 0,9 9 (1) BIO 50° Normaal verontreinigd. Servies en bestek Koud voorspoelen 50°C afwassen 1 x koud spoelen 1 x warm spoelen Drogen 140 1,05 16 Voorspoelen Servies dat u pas later gaat afwassen. 12 0,1 5 Intensief 70° Normal 65° Snel 60° A 30I 1 x koud spoelen (om te voorkomen dat voedselresten opdrogen). Bij dit programma is geen afwasmiddel nodig. (1) Testnorm programma (Zie "Toelichtingen voor testinstituten"). Dit programma, speciaal ontworpen voor het gebruik van afwasmiddelen met enzymen, levert resultaten die anders alleen met 65°C-programma’s en traditionele afwasmiddelen te bereiken zijn. De tijdsduur van het afwassen en drogen is verlengd om de lagere temperatuur te compenseren. (2) De vermelde waarden gelden slechts als richtlijn omdat zij afhangen van de temperatuur en druk van het leidingwater en van de spanning van het elektriciteitsnet. 15 Een afwasprogramma starten Het bedieningspaneel van dit volledig geîntegreerde apparaat is geplaatst op de bovenkant van de deur. Om een programma in te stellen, moet u de deur iets openen. Een lopend programma annuleren Open de deur van de afwasmachine. Druk gedurende ca.3 seconden op de toets programmakeuze/annuleren, totdat het controlelampje van het lopende programma uit gaat en het controlelampje einde programma knippert, wat aangeeft dat het lopende programma is geannuleerd en dat de machine is teruggekeerd naar de programmeerstand. U kunt nu mogelijk een ander afwasprogramma kiezen. Wanneer een nieuw afwasprogramma wordt gekozen, controleer dan of er afwasmiddel aanwezig is in het afwasmiddelbakje. 1. Controleer of... Het serviesgoed en bestek goed geplaatst zijn, zodat de sproeiarmen ongehinderd kunnen draaien. 2. Open de waterkraan 3. Een programma kiezen en starten LET OP: uitsluitend tijdens het drogen, wanneer de deur van de afwasmachine wordt geopend en meer dan 30 seconden open blijft, wordt het lopende programma automatisch geannuleerd en keert de machine terug naar de programmeerstand. Dit gebeurt uitsluitend tijdens het drogen. Als de machine wordt uitgeschakeld door op de aan/uittoets te drukken en langer dan 30 seconden uitgeschakeld blijft keert de machine terug naar de programmerstand. Druk op de aan/uit toets. Het controlelampje einde programma knippert. Druk op de toets programmakeuze/annuleren en kies het gewenste afwasprogramma. Om het juiste afwasprogramma te kiezen, zie "Programma-overzicht"). Sluit de deur van de afwasmachine, het programma begint automatisch. Instellen van de uitgestelde start van een afwasprogramma 5. Einde programma De afwasmachine stopt automatisch. Door een geluidssignaal weet u dat het afwasprogramma is geëindigd. Open de deur van de afwasmachine, laat deze op een kier staan en wacht enkele minuten voordat u het servies eruit neemt; zo kan het afkoelen en droogt het beter. Het controlelampje einde programma brandt. Het controlelampje van het zojuist beëindigde programma brandt. Schakel de afwasmachine uit door op de aan/uittoets te drukken. Nadat het gewenste programma is ingesteld drukt u op de toets uitgestelde start. Het corresponderende controlelampje gaat aan. Sluit de deur, de tijdsaftelling start automatisch. Als u de deur opent, wordt het aftellen onderbroken. Sluit de deur; het aftelproces wordt weer hervat vanaf het punt waarop het werd onderbroken. Het gekozeen programma start automatisch wanneer de tijdsaftelling klaar is. De lopende uitgestelde start annuleren 6. Machine uitruimen Open de deur van de afwasmachine en druk op de toets uitgestelde start, het corresponderende controlelampje gaat uit. Sluit de deur, het ingestelde programma begint direct te lopen. Warm serviesgoed is zeer breekbaar. Laat het daarom afkoelen voordat u de machine uitruimt. Maak eerst de onderste korf leeg. Daardoor voorkomt u dat druppels uit de bovenste korf op serviesgoed in de onderste korf vallen. LET OP: Het programma of de tijdsaftelling voor de uitgestelde start begint pas wanneer de deur gesloten wordt. Tot op dat ogenblink is het mogelijk om uw keus te wijzigen. Eventuele condens op de binnenwanden en de deur van de afwasautomaat wordt veroorzaakt door het droogproces dat de resterende waterdamp, die van het servies komt, op de koelere wanden doet condenseren. 4. Een lopend programma onderbreken of annuleren Het is af te raden om de deur te openen als de machine in werking is. Gebeurt dat toch, dan zal een veiligheidsschakelaar ervoor zorgen dat de machine direct stopt. Onderbreek of annuleer een lopend programma alleen als dat echt nodig is. Voorzichtig! Als u de deur direct na beëindiging van een programma opent, kan er hete stoom naar buiten komen. Let op! Wanneer u de deur opent, kan er hete stoom naar buiten komen. Open de deur voorzichtig. Een lopend programma onderbreken Open de deur van de afwasmachine; het programma stopt. Sluit de deur; het programma begint vanaf het punt waar het werd onderbroken. 16 Onderhoud 8. Groffe zeef (A) in het microfilter (B) zetten en in elkaar drukken. Reinig de buitenkant van het apparaat en het bedieningspaneel met een vochtig doekje. In geen geval agressieve reinigingsmiddelen of schuurmiddelen gebruiken. Gebruik ook nooit oplosmiddelen (aceton, tri, enz.). Maak de deurafdichting, het afwasmiddelbakje en het glansmiddelreservoir regelmatig schoon met een vochtige doek. Laat de machine elke drie maanden een 65°C-programma afwerken, zonder servies, met afwasmiddel. 9. Zeefcombinatie weer inzetten en vergrendelen door de greep rechtsom te draaien. Let erop dat de vlakke zeef niet boven de kuipbodem uitsteekt. Schoonmaken van de zeven De zeven moeten regelmatig worden gecontroleerd en schoongemaakt. Verontreinigde zeven hebben een nadelige invloed op het afwasresultaat. Belangrijk! Gebruik de machine nooit zonder de zeven. Zorg er bovendien voor dat de zeven correct op hun plaats zitten. Belangrijk! Zorg ervoor dat de machine uitgeschakeld is voordat de filters worden schoongemaakt. 1. Deur openen, onderste korf uit de machine nemen. NOOIT de bovenste sproeiarm demonteren. Als de sproeigaatjes verstopt zitten met etensresten, dan kunt u deze met een tandenstoker verwijderen. 2. Het zeefsysteem van de afwasautomaat bestaat uit een groffe zeef (A), een microfilter (B) en een vlakke zeef. Als de machine een lange tijd niet gebruikt wordt Wordt de machine gedurende een lange tijd niet gebruikt, dan: 1. Kraan dichtdraaien. 2. Stekker uit het stopcontact trekken. 3. Deur op een kier laten staan om het ontstaan van een onaangename geur te vermijden. 3. Greep ongeveer een kwart slag linksom draaien en uitnemen. 4. Binnenkant en accessoires reinigen. Bescherming tegen vorst Plaats de afwasmachine nooit in een ruimte waar de temperatuur onder het vriespunt kan zakken. Mocht dat toch het geval zijn, maak de machine dan leeg, draai de kraan dicht, verwijder de waterafvoerslang en laat deze leeg lopen. Vervoeren van de machine 4. Groffe zeef (A) aan het oogje pakken en uit het microfilter (B) trekken. Als u de machine gaat vervoeren (bijv. bij verhuizing): 1. Stekker uit het stopcontact trekken. 5. Alle zeven onder stromend water grondig schoonmaken. 2. Waterkraan dichtdraaien. 6. Vlakke zeef uit de kuipbodem nemen en aan beide kanten grondig schoonmaken. 3. Watertoevoerslang van de waterkraan losschroeven en leeg laten lopen. 7. Vlakke zeef weer in de kuipbodem zetten en zorg er voor dat deze perfect past onder de twee geleiders (C). 4. De machine samen met de slangen vervoeren. Zorg ervoor dat de machine tijdens het transport rechtop staat. 17 Wat te doen als... Met behulp van de volgende aanwijzingen kunt u zelf de meeste kleine storingen van de afwasmachine verhelpen. ...er een foutcode verschijnt De afwasmachine begint niet of stopt halverwege en u hoort een serie geluiddsignalen met korte tussenpauzen. Open de deur van de afwasmachine. Het optreden van een alarm wordt aangegeven door: - voortdurend knipperen van het controlelampje van het lopende programma, - een combinatie van knipperen en pauzes van het controlelampje einde programma en door onderbroken geluidssignalen (zoals beschreven in de tabel). Controleer het volgende. Foutcode / Storing - voortdurend knipperen van het controlelampje van het lopende programma - 1 onderbroken geluidssignaal - 1 knippersignaal van het controlelampje "einde programma" De machine neemt geen water in. - voortdurend knipperen van het controlelampje van het lopende programma - 2 onderbroken geluidssignalen Mogelijke oorzaak Oplossing Waterkraan verstopt of verkalkt. Waterkraan schoonmaken. Waterkraan is dicht. Waterkraan opendraaien. Verstopte of vuile zeef (indien aanwezig) van de watertoevoerslang. Zeef van de watertoevoerslang controleren. Watertoevoerslang niet goed geïnstalleerd of geknikt. Installatie van de watertoevoerslang controleren. Afvoer verstopt. Afvoer ontstoppen. Waterafvoerslang niet goed geïnstalleerd of geknikt. Installatie van de waterafvoerslang controleren. De beveiliging tegen wateroverlast is in werking getreden. Waterkraan dichtdraaien en contact opnemen met de service-afdeling. - 2 knippersignalen van het controlelampje "einde programma" De afwasmachine loost geen water. - voortdurend knipperen van het controlelampje van het lopende programma - 3 onderbroken geluidssignalen - 3 knippersignalen van het controlelampje "einde programma" Wanneer de controles zijn uitgevoerd, druk dan op de toets programmakeuze/annuleren en sluit de deur van de afwasmachine. Het programma gaat verder vanaf het punt waar het werd onderbroken. Als er opnieuw een alarmmelding verschijnt, neem dan contact op met onze service-afdeling. Stel u in verbinding met de service-afdeling als de machine een alarmmelding geeft die niet in bovenstaande tabel beschreven is. ...er problemen zijn bij het gebruik van de afwasautomaat Storing De machine start niet Sissend geluid tijdens het afwassen Mogelijke oorzaak Oplossing De machinedeur is niet goed dicht. Deur sluiten. De stekker zit niet in het stopcontact. Stekker in het stopcontact steken. De zekering in de huisinstallatie is niet in orde. Vervang de zekering. Voor afwasmachines met uitgestelde start functie: er is een uitgestelde start ingesteld. Als u het programma direct wilt starten, de uitgestelde start annuleren Dit duidt niet op een storing. Gebruik een ander merk afwasmiddel. 18 ...het afwasresultaat niet bevredigend is Het serviesgoed is niet schoon ● ● ● ● ● ● ● ● U heeft geen geschikt afwasprogramma gekozen. Het serviesgoed is verkeerd gerangschikt en het water heeft niet alle delen ervan kunnen bereiken. De korven moeten niet te vol geladen worden. De sproeiarmen kunnen niet draaien omdat zij belemmerd worden door verkeerd gerangschikt serviesgoed. De bodemzeven zijn vuil of verkeerd geplaatst. Er is geen of te weinig afwasmiddel gebruikt. Als het vaatwerk kalkvlekken vertoont, dan is het zoutreservoir leeg of de waterontharder van de afwasmachine niet goed ingesteld. De waterafvoerslang is niet goed geïnstalleerd. De dop van het zoutreservoir is niet goed gesloten. Het serviesgoed is nat en dof ● ● Er is geen glansmiddel gebruikt. Het glansmiddelreservoir is leeg. Het serviesgoed vertoont strepen, doffe vlekken of een blauwe waas. ● Stel de glansmiddeldosering lager in. Het serviesgoed vertoont waterkringen. ● ● Stel de glansmiddeldosering hoger in. Het afwasmiddel kan de oorzaak zijn. Neem contact op met de producent van het afwasmiddel. Kunt u de oorzaak van een storing niet zelf opsporen en verhelpen, neem dan contact op met onze service-afdeling. Houd merk, modelnummer (Mod.), productnummer (PNC) en serienummer (S.N.) van uw machine bij de hand; de serviceafdeling zal u erom vragen. U vindt de nummers op het typeplaatje aan de binnenkant van de deur. Om deze nummers snel bij de hand te hebben, raden wij u aan ze hieronder in te vullen. Modelnummer :. . . . . . . . . . Productnummer. : . . . . . . . . Serienummer. : . . . . . . . . . . Service en onderdelen Reparaties aan elektrische apparaten mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd. Er mogen alleen originele onderdelen worden gebruikt. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico’s voor de gebruiker leiden. 19 Toelichtingen voor testinstituten De test volgens EN 60704 moet met een volledige standaard lading en het vergelijkingsprogramma worden uitgevoerd (zie "Programma-overzicht"). Voor de test volgens EN 50242 moet het zoutreservoir van de waterontharder gevuld zijn met zout en het glansmiddelreservoir gevuld met glansmiddel en het vergelijkingsprogramma worden uitgevoerd (zie "Programma-overzicht"). Capaciteit: 12 standaard couverts Glansmiddelreservoir: stand 4 (Type III) Dosering afwasmiddel: 5 g + 25 g (Type B) Rangschikking in de bovenste korf Rangschikking in de onderste korf Rangschikking in het bestekmandje Kopjesrekken: stand A 20 156995 51/0 Wijzigingen voorbehouden Sous réserve de modifications 05/07
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44

ETNA AFI8525ZT/E03 Handleiding

Categorie
Wasmachines
Type
Handleiding

in andere talen

Gerelateerde artikelen