Sony MHC-BX3 de handleiding

Categorie
CD spelers
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Gebruiksaanwijzing
Istruzioni per l’uso
Manual de Instruções
Mini Hi-Fi
Component
System
3-868-163-93(1)
NL
IT
PT
© 2000 Sony Corporation
MHC-BX3/DX3
2
NL
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet bloot aan regen of
vocht, om gevaar voor brand of een
elektrische schok te voorkomen.
Om gevaar voor elektrische schokken te vermijden,
dient u de behuizing van het apparaat nooit te
openen. Laat onderhoud en eventuele reparatie over
aan bevoegd vakpersoneel.
Plaats het apparaat niet in een gesloten ruimte,
zoals een boekenrek of ingebouwde kast.
Dit apparaat is
geklassificeerd als een
KLASSE 1 LASER product.
De aanduiding CLASS 1
LASER PRODUCT bevindt
zich aan de achterkant van
het apparaat.
Bij dit product zijn batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet
weggooien maar inleveren als KCA.
3
NL
Inhoudsopgave
Voorbereidingen
Stap 1: Aansluiten van de stereo-
installatie ........................................... 4
Stap 2: Gelijkzetten van de klok .......... 6
Stap 3: Vastleggen van uw favoriete
radiozenders ..................................... 7
Stroom besparen in de gebruiksklaar-
stand .................................................. 9
Basisbediening
Afspelen van een compact disc .......... 10
Opnemen van een compact disc ........ 12
Luisteren naar de radio ....................... 13
Opnemen van een radio-uitzending . 14
Afspelen van een cassette ................... 15
Kopiëren van bandopnamen
(dubbing) ........................................ 17
Compact disc speler
Gebruik van het CD uitleesvenster.... 18
Herhaalde weergave van
muziekstukken op CD .................. 19
Willekeurige weergave van
muziekstukken op CD .................. 20
Programma-weergave van
muziekstukken op CD .................. 21
Cassettedeck
Handmatig opnemen ........................... 23
Geprogrammeerde opname van een
CD .................................................... 24
Diskjockey-effecten
Repeteerweergave van een muziek-
passage op CD................................ 26
“Flits” weergave van een
muziekpassage op CD .................. 26
Instellen van de weergave
Bijregelen van het geluid..................... 27
Kiezen van een akoestiek-instelling .. 27
Omschakelen van de spectrum
analyzer aanduidingen ................. 28
Weergave met een ruimtelijk effect ... 29
Bijregelen met de
grafiek-toonregeling...................... 29
Extra functies
Gebruik van het Radio Data Systeem
(RDS)* .............................................. 31
Karaoke: meezingen met muziek....... 33
Met muziek in slaap vallen ................. 35
Met muziek gewekt worden............... 36
Schakelklok-opname van radio-
uitzendingen................................... 37
Externe apparatuur
Aansluiten van audio-apparatuur ..... 38
Aansluiten van een videorecorder..... 39
Aansluiten van buitenantennes.......... 40
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen ........................ 41
Verhelpen van storingen ..................... 42
Technische gegevens............................ 45
Index....................................................... 48
* Alleen voor het Europese model.
NL
4
NL
Zwart/Gestreept (#)
Rood/Enkele
kleur (3)
Stap 1: Aansluiten van de stereo-installatie
Volg de onderstaande aanwijzingen van 1 t/m 4 om uw stereo-installatie aan te sluiten met de
bijgeleverde snoeren en ander toebehoren.
Voorbereidingen
1
AM-kaderantenne
Linker voorluidsprekerRechter voorluidspreker
Steek alleen het vrijgemaakte
uiteinde in de aansluiting.
FM-draadantenne
2
4
3
1
R
+
L
+
Sluit de voorluidsprekers aan.
Sluit de luidsprekersnoeren van de
voorluidsprekers aan op de SPEAKER
klemmen zoals hieronder getoond.
Opmerkingen
Houd de luidsprekersnoeren uit de buurt
van de antennes, om storing in de weergave
te voorkomen.
Het type luidsprekers verschilt afhankelijk
van het model dat u zich hebt aangeschaft
(zie de “Technische gegevens” op blz. 45).
5
NL
2 Sluit de FM- en AM-antennes aan.
Zet de kaderantenne in elkaar en sluit
deze aan.
Aansluiting type A
Aansluiting type B
3 Bij de modellen met een
spanningskiezer, stelt u deze
VOLTAGE SELECTOR in op het
voltage van het plaatselijk lichtnet.
4 Steek de stekker van het netsnoer in
het stopcontact.
Het uitleesvenster toont nu een
demonstratie van de mogelijkheden.
Wanneer u op de &/1 toets drukt, wordt
de stereo-installatie ingeschakeld en
stopt automatisch de demonstratie.
Als de bijgeleverde verloopstekker niet
in het stopcontact past, verwijdert u deze
en gebruikt u de vaste netstekker (alleen
voor de modellen met verloopstekker).
Aansluiten van andere apparatuur
Zie blz. 38.
Uitschakelen van de demonstratie
Wanneer u de tijd instelt (zie “Stap 2:
Gelijkzetten van de klok” op blz. 6) wordt de
demonstratie automatisch uitgeschakeld.
Om de demonstratie weer te starten/stoppen,
drukt u de DISPLAY toets eenmaal in (bij de
MHC-DX3) of tweemaal (bij de MHC-BX3)
terwijl de stereo-installatie uit staat.
AM-kaderantenne
Strek de FM-
draadantenne zover
mogelijk horizontaal uit.
AM-kaderantenne
(bijgeleverd)
Strek de FM-
draadantenne zover
mogelijk horizontaal uit.
FM75
AM
FM75
AM
COAXIAL
VOLTAGE SELECTOR
120V 220V
230 - 240V
wordt vervolgd
6
NL
Stap 2: Gelijkzetten
van de klok
Om de schakelklok-functies te kunnen
gebruiken, zult u eerst de ingebouwde klok
op de juiste tijd moeten instellen.
Bij de Europese modellen geeft de
ingebouwde klok de tijd aan volgens een 24-
uurs cyclus en bij de overige modellen
volgens een 12-uurs cyclus.
De afbeeldingen tonen het model met 24-uurs
tijdsaanduiding.
1 Druk op de CLOCK/TIMER SET
toets.
De uren-aanduiding begint te knipperen.
Aanbrengen van de voetjes onder
de voorluidsprekers
Bevestig de bijgeleverde luidsprekervoetjes
onder de voorluidsprekers, om te zorgen dat
ze stevig staan en niet kunnen wegglijden.
Plaats twee R6 (AA-formaat)
batterijen in de afstandsbediening
Tip
Bij normaal gebruik zal een stel batterijen ongeveer
zes maanden meegaan. Als de stereo-installatie niet
meer goed op de afstandsbediening reageert,
vervangt u dan beide batterijen door nieuwe.
Opmerking
Wanneer u de afstandsbediening geruime tijd niet
gebruikt, kunt u beter de batterijen eruit
verwijderen, om schade door eventuele
batterijlekkage en corrosie te vermijden.
Wanneer u de stereo-installatie
vervoert
Zorg eerst dat alle compact discs uit het
apparaat zijn verwijderd. Om het CD-
mechanisme te beschermen, vergrendelt u dit
door de CD toets ingedrukt te houden en dan
de stereo-installatie uit te schakelen met de
&/1 toets.
Nadat u de stereo-installatie aldus hebt
uitgeschakeld, verschijnt de aanduiding
“LOCK” in het uitleesvenster.
1
3,5
2,4
Stap 1: Aansluiten van de stereo-
installatie (vervolg)
E
e
e
E
l
hH
Ss
jJ
L
HS s
7
NL
Stap 3: Vastleggen
van uw favoriete
radiozenders
U kunt in totaal 30 radiozenders vastleggen
als voorkeurzenders (20 voor de FM band en
10 voor de AM).
23
4
1
&/1
(Aan/uit-schakelaar)
Instelknop
wordt vervolgd
2 Stel het uur in met de . of >
toets.
3 Druk op de ENTER toets.
De minuten-aanduiding begint te
knipperen.
4 Stel de minuten in met de . of
> toets.
5 Druk op de ENTER toets.
De klok begint te lopen.
Tip
Heeft u een fout gemaakt, begin dan opnieuw vanaf
stap 1.
Corrigeren van de tijdinstelling
Hierboven wordt beschreven hoe u de tijd
instelt wanneer de apparatuur is
uitgeschakeld. Voor het gelijkzetten van de
klok terwijl de apparatuur is ingeschakeld,
gaat u als volgt te werk:
1 Druk op de CLOCK/TIMER SET toets.
2 Druk enkele malen op de . of > toets
om in te stellen op SET CLOCK.
3 Druk op de ENTER toets.
4 Volg de bovenstaande aanwijzingen
2 t/m 5.
Opmerking
De tijdinstelling verdwijnt uit het geheugen
wanneer er een stroomonderbreking is of de stekker
niet in het stopcontact zit.
8
NL
Voorinstelnummer
Stap 3: Vastleggen van uw
favoriete radiozenders (vervolg)
TUNED
STEREO
MHz
TUNED
STEREO
1 Druk enkele malen op de TUNER/
BAND toets om in te stellen op de
FM of AM afstemband.
2 Houd de + of – toets (of de TUNING
+ of – toets van de
afstandsbediening) ingedrukt totdat
de frequentie-aanduiding gaat
veranderen en laat de toets dan los.
Het doorzoeken van de afstemband
stopt automatisch wanneer er op een
duidelijk doorkomende zender is
afgestemd. In het uitleesvenster verschijnt
de aanduiding “TUNED” (en ook
“STEREO” als er een stereo radio-
uitzending wordt ontvangen).
3 Druk op de TUNER MEMORY toets.
In het uitleesvenster verschijnt een
voorinstelnummer.
De zenders worden nu vastgelegd vanaf
voorinstelnummer 1.
4 Druk op de ENTER toets.
De zender wordt nu vastgelegd onder
uw gekozen nummer.
5 Herhaal de stappen 1 t/m 4 voor elk
van de voorkeurzenders die u wilt
vastleggen.
Afstemmen op een zender die te
zwak doorkomt voor
automatische afstemming
Druk in stap 2 enkele malen achtereen op de
+ of – toets (of op de TUNING + of – toets
van de afstandsbediening) om handmatig op
de gewenste zender af te stemmen.
Vastleggen van een nieuwe zender
onder een al gebruikt voorinstelnummer
Volg de aanwijzingen weer vanaf stap 1. Na
stap 3 draait u aan de instelknop totdat deze
klikt om in te stellen op het
voorinstelnummer waaronder u de nieuwe
zender wilt vastleggen.
Onder het gekozen voorinstelnummer kunt u
nu een nieuwe zender van uw keuze
vastleggen.
9
NL
Stroom besparen in de
gebruiksklaar-stand
(allen voor de MHC-BX3)
U kunt het stroomverbruik in de uitgeschakelde
gebruiksklaar-stand verminderen
(stroombesparingsstand) om energie te besparen.
&/1
(Aan/uit-
schakelaar)
Wissen van een vooringestelde zender
1 Houd op de TUNER MEMORY toets
ingedrukt totdat er een voorinstelnummer
in het uitleesvenster verschijnt.
2 Draai aan de instelknop totdat deze klikt
om in te stellen op het voorinstelnummer
dat u wilt wissen.
Stel in op “ALL ERASE” als u alle
voorkeurzenders in één keer wilt wissen.
3 Druk op de ENTER toets.
De aanduiding “COMPLETE” verschijnt.
Bij het wissen van een voorkeurzender schuiven
alle volgende zenders een plaatsje naar voren op
en krijgen dus allemaal een lager nummer.
Omschakelen van het AM
afsteminterval
(Uitgezonderd de modellen voor
Europa en het Midden-Oosten)
Het afsteminterval voor de AM ontvangst is in de
fabriek ingesteld op 9 kHz (voor sommige gebieden
10 kHz). Om dit AM afsteminterval om te schakelen,
stemt u eerst af op een willekeurige AM zender en
dan schakelt u het apparaat uit. Houd vervolgens de
ENTER toets ingedrukt en schakel zo de stroom
weer in. Bij omschakelen van het afsteminterval
verdwijnen alle vastgelegde AM voorkeurzenders
uit het afstemgeheugen. Om het afsteminterval weer
terug te schakelen, herhaalt u deze werkwijze.
Tip
De vastgelegde voorkeurzenders zullen na het
verwijderen van de stekker uit het stopcontact of na
uitvallen van de stroom ongeveer een halve dag
lang bewaard blijven.
DISPLAY
, Druk enkele malen op de DISPLAY
toets terwijl het apparaat nog uit
staat. Telkens wanneer u op deze
toets drukt, schakelt het apparaat als
volgt over.
t Demonstratie t Tijdsaanduiding
Stroombesparingsstand T
In deze stand kunt u de stereo-installatie aan/
uit zetten door indrukken van de
&/1
toets.
Tips
In de stroombesparingsstand blijft het &/1
spanningslampje nog wel branden, evenals de
schakelklok-indicator (wanneer de schakelklok is
ingesteld).
In de stroombesparingsstand zal de schakelklok
gewoon werken.
Opmerking
De klok kan niet op de juiste tijd worden ingesteld
in de stroombesparingsstand.
Uitschakelen van de
stroombesparingsstand
Druk eenmaal op de DISPLAY toets om de demonstratie
te zien, tweemaal om de tijdsaanduiding te zien.
10
NL
Afspelen van een
compact disc
— Normale weergave
1 Druk op de Z OPEN/CLOSE toets
en leg een compact disc in de disc-
lade.
Als een disc niet goed geplaatst is, kan
deze niet worden afgespeeld.
Voor het inleggen van tweede en een
derde compact disc drukt u op de DISC
SKIP EX-CHANGE toets om het disc-
plateau door te draaien.
2 Druk op een van de DISC 1~3
toetsen.
De disc-lade sluit en het afspelen van de
gekozen CD begint.
Als u op de hH toets drukt met de
disc-lade dicht nadat er is gekozen voor
de CD als geluidsbron, dan begint het
afspelen vanaf het begin van de CD in de
disc-uitsparing waarvan de disc-
afspeelindicator oplicht.
Basisbediening
Met de bedrukte
label-kant boven.
Voor het afspelen
van een 8 cm CD
singletje plaatst u
dit in de binnenste
uitsparing van de
disc-lade.
Nummer van
de disc-uitsparing
Verstreken
speelduur
Muziekstuk-
nummer
Met deze stereo-installatie kunt u tot drie
compact discs achtereen afspelen.
2
1
&/1
(Aan/uit-
schakelaar)
x
DISC SKIP
EX-CHANGE
VOLUME
. >
PLAY
MODE
hH
X
jJ
lL
hH
Ss
HS s
hH
CD
S
s
l L
j J
VOL +/–
Disc-aanwezig
indicator
Disc-
afspeelindicator
Instelknop
Basisbediening
11
NL
Voor het Doet u het volgende
Stoppen met Druk op de x stoptoets.
afspelen
Pauzeren Druk op de X pauzetoets.
Druk nogmaals op de toets om
de weergave te hervatten.
Opzoeken van Druk tijdens afspelen of
een muziekstuk pauzeren op de > toets om
een later muziekstuk op te
zoeken, of op de . toets
voor een eerder muziekstuk.
Opzoeken van Draai de instelknop naar
een punt in een rechts (om vooruit te zoeken)
muziekstuk of naar links (om terug te
zoeken) totdat de knop klikt
en houd hem vast (of houd de
J of j toets van de
afstandsbediening ingedrukt).
Laat de knop of toets los zodra
u het gewenste punt bereikt.
Kiezen van een Druk op de DISC 1~3 toets of
compact disc in op de DISC SKIP
de stopstand EX-CHANGE toets (of de
D.SKIPtoets van de
afstandsbediening).
Afspelen van Druk net zovaak op de PLAY
alleen de eerste MODE toets tot er
compact disc “CONTINUE 1 DISC” of
“SHUFFLE 1 DISC” wordt
aangegeven.
Afspelen van Druk net zovaak op de PLAY
alle CD’s MODE toets tot er
“CONTINUE ALL DISCS” of
“SHUFFLE ALL DISCS”
wordt aangegeven.
Uitnemen of Druk op de Z OPEN/CLOSE
een compact disc toets.
Verwisselen van Druk op de DISC SKIP
een andere CD EX-CHANGE toets.
tijdens weergave
Bijregelen Draai aan de VOLUME
van de regelaar (of druk op de
geluidssterkte VOL +/– toets van de
afstandsbediening).
Tips
U kunt in één handeling overschakelen van een
andere geluidsbron en de weergave van een
compact disc starten, eenvoudig met een druk op
een van de DISC 1~3 toetsen (automatische
geluidsbron-keuze).
Als er geen CD in de disc-lade aanwezig is,
verschijnt de aanduiding “CD NO DISC”.
Tijdens het afspelen van een disc of wanneer er is
ingesteld op een disc-uitsparing met een CD er in
zal de disc-afspeelindicator van de betreffende
disc-uitsparing oplichten. Voor de disc-
uitsparingen waarin wel een CD is geplaatst maar
die niet zijn gekozen voor afspelen, brandt wel de
disc-aanwezig indicator, maar niet de disc-
afspeelindicator. Wanneer alle disc-uitsparingen
leeg zijn, zullen alle disc-aanwezig indicators en
disc-afspeelindicators oplichten.
Opmerking
Als een disc-uitsparing nog niet door de CD-speler
is gelezen, kan de disc-aanwezig indicator wel eens
branden als er geen CD in die uitsparing aanwezig
is.
12
NL
Met behulp van de CD SYNC HI-DUB toets
kunt u een compact disc snel en doeltreffend
op de band opnemen. U kunt alleen TYPE I
(normaalband) cassettes gebruiken.
1 Druk op de A toets en plaats een
voor opnemen geschikte cassette in
deck B.
2 Druk op de CD toets.
hH
p
DISC SKIP
EX-CHANGE
3 Druk op de Z OPEN/CLOSE toets
en plaats een compact disc.
Druk dan nogmaals op de toets om de
disc-lade te sluiten.
Als de op te nemen CD nog niet is
gekozen, drukt u hiervoor enkele malen
op de DISC SKIP EX-CHANGE toets.
4 Druk op de CD SYNC HI-DUB
toets.
Deck B komt in de opnamepauzestand te
staan en de CD-speler komt in de weer-
gavepauzestand te staan. De indicator
van de REC PAUSE/START toets
knippert.
5 Kies met de DIRECTION schakelaar
de g instelling voor het opnemen
op één cassettekant of de j (of
RELAY) instelling voor opnemen op
beide cassettekanten.
6 Druk op de REC PAUSE/START
toets.
Het opnemen begint.
Stoppen met opnemen
Druk op de x stoptoets.
Tips
Als u met opnemen wilt beginnen aan de
achterkant van de cassette, drukt u na stap 1 eerst
enkele malen op de TAPE A/B toets om in te
stellen op deck B. Vervolgens drukt u op de
hH weergavetoets om de achterkant van de
cassette af te spelen en dan drukt u op de x
stoptoets bij het punt waar u wilt beginnen met
opnemen. Het indicatorlampje voor de achterkant
van de cassette in deck B licht op (zie blz. 16).
• Wilt u op beide cassettekanten opnemen, begin dan
aan de voorkant van de cassette met opnemen. Als
u aan de achterkant begint, stopt het opnemen
zodra het einde van die kant is bereikt.
Opmerking
Tijdens het opnemen kunt u niet naar een andere
geluidsbron luisteren; daarvoor zult u eerst moeten
stoppen met opnemen.
Opnemen van een
compact disc
— CD synchroon-opname
Met de kant
voor opname
naar u toe
gericht
Met de bedrukte
label-kant boven.
Voor het afspelen van
een 8 cm CD singletje
plaatst u dit in de
binnenste uitsparing
van de disc-lade.
&/1
(Aan/uit-
schakelaar)
2
4
1
5
3
6
Basisbediening
13
NL
Luisteren naar de
radio
–– Geheugenafstemming
Leg eerst uw favoriete radiozenders in het
afstemgeheugen vast (zie “Stap 3: Vastleggen
van uw favoriete radiozenders” op blz. 7).
1 Druk enkele malen op de TUNER/
BAND toets om in te stellen op de
FM of AM afstemband.
2 Draai aan de instelknop totdat deze
klikt (of druk op de PRESET +/–
toets van de afstandsbediening) om
af te stemmen op de gewenste
voorkeurzender.
* Als er slechts één voorkeurzender is
ingesteld, verschijnt de aanduiding
“ONE PRESET” in het uitleesvenster.
Draai naar links
(of druk op de
PRESET – toets
van de afstand-
sbediening) om
af te stemmen
op een lager
genummerde zender.
Draai naar rechts
(of druk op de
PRESET + toets van
de afstands-
bediening) om af te
stemmen op een
hoger genummerde
zender.
Voorinstelnummer*
Afstemfrequentie
&/1
(Aan/uit-
schakelaar)
2
1
wordt vervolgd
+/–
STEREO/
MONO
VOLUME
jJ
lL
hH
Ss
HS s
TUNER/BAND
VOL +/–
PRESET +/–
TUNING +/–
m
M
M
m
MHz
TUNED
STEREO
14
NL
p
Met de kant
voor opname
naar u toe
gericht
Opnemen van een
radio-uitzending
&/1
(Aan/uit-
schakelaar)
5
3
1
2
4,6
Voor het Doet u het volgende
Uitschakelen van Druk op de &/1
de radio schakelaar.
Bijregelen van de Draai aan de VOLUME
geluidssterkte regelaar (of druk op de
VOL +/– toets van de
afstandsbediening).
Luisteren naar radiozenders die
niet zijn vastgelegd
Gebruik handmatige of automatische
afstemming in stap 2. Voor handmatige
afstemming drukt u enkele malen achtereen
op de + of – toets (of op de TUNING + of –
toets van de afstandsbediening). Voor
automatische afstemming houdt u de + of –
toets langer ingedrukt (of op de TUNING +
of –toets van de afstandsbediening).
Tips
U kunt in één handeling overschakelen van een
andere geluidsbron naar de tuner en de radio-
ontvangst starten, eenvoudig met een druk op de
TUNER/BAND toets (automatische geluidsbron-
keuze).
Wanneer een FM stereo radio-uitzending niet
duidelijk doorkomt, drukt u op de STEREO/
MONO toets, zodat de aanduiding “MONO”
oplicht. Het stereo-effect zal nu verloren gaan,
maar de radio-ontvangst zal helderder klinken.
Druk nogmaals op de toets om weer naar stereo-
geluid te luisteren.
Om de beste radio-ontvangst te verkrijgen kan het
nodig zijn verschillende standen van de
bijgeleverde antennes uit te proberen.
Luisteren naar de radio (vervolg)
1 Druk op de A toets en plaats een
voor opnemen geschikte cassette in
deck B.
2 Druk op de TUNER/BAND toets
om de gewenste afstemband te
kiezen.
Na keuze van de gewenste vastgelegde
voorkeurzender kunt u radio-uitzendingen
op de band opnemen. U kunt alleen TYPE I
(normaalband) cassettes gebruiken.
Basisbediening
15
NL
x
VOLUME
. >
X
3 Draai aan de instelknop totdat deze
klikt om af te stemmen op de
gewenste voorkeurzender.
4 Druk op de REC PAUSE/START
toets.
Deck B komt in de opnamepauzestand te staan.
5 Kies met de DIRECTION schakelaar
de g instelling voor het opnemen
op één cassettekant of de j (of
RELAY) instelling voor opnemen op
beide cassettekanten.
6 Druk op de REC PAUSE/START
toets van deck B.
Het opnemen begint.
Stoppen met opnemen
Druk op de x stoptoets.
Tips
Als u met opnemen wilt beginnen aan de achterkant van de
cassette, drukt u na stap 1 eerst enkele malen op de TAPE A/B
toets om in te stellen op deck B. Vervolgens drukt u op de
hH
weergavetoets om de achterkant van de cassette af te
spelen en dan drukt u op de
x
stoptoets bij het punt waar u
wilt beginnen met opnemen. Het indicatorlampje voor de
achterkant van de cassette in deck B licht op (zie blz. 16).
Wilt u op beide cassettekanten opnemen, begin dan aan de
voorkant van de cassette met opnemen. Als u aan de
achterkant begint, stopt het opnemen zodra het einde van
die kant is bereikt.
Voor het opnemen van een uitzending van een radiozender
die niet is vastgelegd, gebruikt u in stap 3 de + en – toets
om handmatig op de gewenste zender af te stemmen.
Als er bij het opnemen van een radio-uitzending storing
klinkt, kunt u dit verhelpen door de antenne voor de
betreffende afstemband in een andere richting te draaien.
&/1
(Aan/uit-
schakelaar)
1
2
3
2
Draai naar
rechts om af te
stemmen op
een hoger
genummerde
zender.
Draai naar links
om af te
stemmen op
een lager
genummerde
zender.
Voorinstelnummer
Afstemfrequentie
wordt vervolgd
Afspelen van een cassette
De cassettedecks zijn geschikt voor weergave van
TYPE I (normaalband) cassettes. Bij plaatsen van
een cassette neemt het deck automatisch de
bandsoort waar en stelt daarop in. Ook kunt u de
./>
toetsen gebruiken om de
muziekstukken die u wilt horen vlot en
gemakkelijk op te zoeken (AMS* zoekfunctie).
Druk enkele malen op de TAPE A/B toets om het
gewenste deck te kiezen.
* AMS zoekfunctie (Automatische Muziek Sensor)
m
M
M
m
MHz
TUNED
STEREO
4
jJ
lL
hH
Ss
HS s
TAPE A/B
VOL +/–
hH
s
l L
j J
Instel-
knop
16
NL
Opzoeken van het begin van een
muziekstuk (AMS* zoekfunctie)
Druk tijdens weergave net zo vaak op de .
of > toets als het aantal nummers dat u
terug of vooruit wilt zoeken.
De richting waarin u zoekt, + (vooruit) of –
(terugwaarts) en het aantal versprongen nummers
(1-9) worden in het uitleesvenster aangegeven.
Voorbeeld: twee nummers vooruit zoeken
* AMS zoekfunctie (Automatische Muziek Sensor)
Tip
Als er geen cassette is geplaatst, branden alle
indicatorlampjes. Als er wel een of twee cassettes
aanwezig zijn, lichten de bijbehorende aanwezig-
lampje(s) en vooruit/achteruit richtingslampje(s) op.
Opmerkingen
Het deck stopt automatisch nadat de cyclus, d.w.z.
afspelen van beide cassettekanten, vijfmaal is herhaald.
De AMS-zoekfunctie kan wel eens niet goed
werken in de volgende gevallen:
– als er tussen twee muziekstukken geen vier seconden stilte
is.
als de geluidssterkte van het linker kanaal sterk verschilt van
die van het rechter kanaal.
bij langdurige stille of erg zachte passages in een
muziekstuk, of geruime tijd alleen maar lage tonen (zoals bij
een bas-solo, een tuba of een bariton-saxofoon).
als het cassettedeck te dicht bij een TV-toestel staat. (In dit
geval kunt u de apparatuur beter wat verder van het TV-
toestel zetten of de TV uitschakelen.)
1 Druk op de TAPE A/B toets.
Om te kiezen voor deck A of deck B, drukt
u enkele malen op de TAPE A/B toets.
2 Druk op de A toets en steek een
bespeelde cassette in deck A of B.
3
Kies met de DIRECTION schakelaar de
g
instelling voor het afspelen van één
cassettekant of de
j
instelling voor
het afspelen van beide cassettekanten.
Kies de RELAY* instelling (continu-
weergave) voor het achter elkaar
afspelen van de cassettes in beide decks.
4
Druk op de
hH
cassette-weergavetoets.
Om de achterkant van de cassette af te
spelen drukt u op de hH
weergavetoets. Dan begint de weergave.
Met de kant
die u wilt
weergeven
naar u toe
gericht
* De continu-weergave verloopt altijd in de
onderstaande volgorde:
t
Deck A (voorkant)
t
Deck A (achterkant)
Deck B (achterkant)
T
Deck B (voorkant)
T
Voor het Doet u het volgende
Stoppen met Druk op de x stoptoets.
Pauzeren
Druk op de
X
pauzetoets. Nogmaals
drukken om door te gaan met afspelen.
Vooruitspoelen
Tijdens het afspelen van de voorkant:
draai de instelknop naar rechts totdat
deze klikt (of druk op de
J
toets van
de afstandsbediening); tijdens het
afspelen van de achterkant: draai de
instelknop naar links totdat deze klikt
(of druk op de
j
toets van de
afstandsbediening).
Terugspoelen
Tijdens het afspelen van de voorkant:
draai de instelknop naar links totdat
deze klikt (of druk op de
j
toets van
de afstandsbediening); tijdens het
afspelen van de achterkant: draai de
instelknop naar rechts totdat deze klikt
(of druk op de
J
toets van de
afstandsbediening).
Uitnemen van Druk op de A toets.
de cassette
Bijregelen van Draai aan de VOLUME regelaar
de geluidssterkte (of druk op de VOL +/– toets
van de afstandsbediening).
Voorkant
indicator
Achterkant
indicator
Aanwezig
indicator
Afspelen van een cassette
(vervolg)
Basisbediening
17
NL
p
Kopiëren van
bandopnamen
(dubbing)
4 Kies met de DIRECTION schakelaar
de g instelling voor het opnemen
op één cassettekant of de j (of
RELAY) instelling voor opnemen op
beide cassettekanten.
5 Druk op de REC PAUSE/START
toets.
Het kopiëren begint.
Stoppen met kopiëren
Druk op de x stoptoets.
Tips
• Wilt u op beide cassettekanten opnemen, begin
dan aan de voorkant van de cassette met
opnemen. Als u aan de achterkant begint, stopt
het opnemen zodra het einde van die kant is
bereikt.
• Als u de DIRECTION schakelaar op j zet en de
cassettes in de decks een verschillende lengte
hebben, zullen de cassettes onafhankelijk van
elkaar op de andere kant overschakelen. Als u de
schakelaar op RELAY zet, schakelen beide
cassettes gelijktijdig op de andere kant over.
Met de kant
voor weergave/
opname naar u
toe gericht
&/1
(Aan/uit-
schakelaar)
5
2
1
3
4
1 Druk op de TAPE A/B toets.
2 Druk op de A toets en plaats een
bespeelde cassette in deck A en een
voor opnemen geschikte cassette in
deck B.
3 Druk op de CD SYNC HI-DUB
toets.
Deck B komt in de opnamepauzestand te
staan.
— Kopiëren met hoge snelheid
U kunt alleen TYPE I (normaalband) cassettes
gebruiken.
2
18
NL
Gebruik van het CD
uitleesvenster
In het uitleesvenster kunt u de resterende
speelduur van het weergegeven muziekstuk
of de gehele compact disc controleren.
Als er een CD TEXT disc is geplaatst, kunt u
de tekst daarvan, zoals de disc-titel,
muziektitels en de naam van de artiest(en) in
het uitleesvenster zien. Zodra het apparaat
een geplaatste CD TEXT disc waarneemt,
verschijnt de aanduiding “CD-TEXT” in het
uitleesvenster.
Compact disc speler
&/1
(Aan/uit-schakelaar)
DISPLAY
, Druk op de DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verandert de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
Tijdens normale weergave
t Verstreken speelduur van het
weergegeven muziekstuk
x
Resterende speelduur van het
weergegeven muziekstuk
x
Resterende speelduur van de huidige
compact disc (1 DISC stand) of “--.--”
aanduiding (ALL DISCS stand)
x
Titel van het weergegeven muziekstuk*
x
Normale klok (wordt acht seconden
aangegeven)
x
Gekozen geluidseffect
In de stopstand
Tijdens programma-weergave en als er
nummers geprogrammeerd zijn:
t Laatst geprogrammeerd
muziekstuknummer en totale
programma-speelduur
x
Totaal aantal geprogrammeerde
nummers (acht seconden lang)
x
Titel en uitvoerende artiesten van de CD*
x
Gewone tijdsaanduiding (acht seconden
lang)
x
Gekozen geluidseffect
Tijdens andere afspeelfuncties:
t Totaal aantal muziekstukken en totale
speelduur
x
Titel en uitvoerende artiesten van de CD*
x
Gewone tijdsaanduiding (acht seconden
lang)
x
Gekozen geluidseffect
* Alleen met CD TEXT discs (bepaalde letters
kunnen niet worden aangegeven). Bij bepaalde
discs kan niet alle CD TEXT worden getoond.
19
NL
Herhaalde weergave van
muziekstukken op CD
–– REPEAT weergave
Met de herhaalfunctie kunt u een enkele
compact disc of alle CD’s laten herhalen met
normale weergave, willekeurige weergave of
programma-weergave.
, Druk tijdens CD-weergave op de
REPEAT toets tot de aanduiding
“REPEAT” verschijnt.
De herhaalde weergave begint. Volg de
onderstaande aanwijzingen voor het
omschakelen van de herhaalfunctie.
Uitschakelen van de
herhaalfunctie
Druk net zovaak op de REPEAT toets totdat
de “REPEAT” of “REPEAT 1” aanduiding in
het uitleesvenster dooft.
Opmerkingen
Als u op de PLAY MODE toets blijft drukken
totdat er “SHUFFLE ALL DISCS” verschijnt,
wordt de “REPEAT” weergave automatisch
uitgeschakeld.
Tijdens programma-weergave zal het
muziekprogramma ook tot vijfmaal achtereen
worden herhaald.
&/1
(Aan/uit-schakelaar)
REPEAT
Voor het Drukt u net zovaak op
herhalen van
Alle muziekstukken de PLAY MODE toets tot
op de weergegeven het uitleesvenster
CD, tot vijfmaal “CONTINUE 1 DISC” of
achtereen “SHUFFLE 1 DISC”
aangeeft.
Alle muziekstukken de PLAY MODE toets tot
op alle compact het uitleesvenster
discs, tot vijfmaal “CONTINUE ALL DISCS”
achtereen aangeeft.
Een enkel de REPEAT toets tot het
muziekstuk uitleesvenster “REPEAT 1”
aangeeft, tijdens weergave
van het te herhalen
muziekstuk.
20
NL
Willekeurige weergave
van muziekstukken op CD
–– SHUFFLE weergave
Alle muziekstukken van een compact disc of
van alle compact discs kunnen in
willekeurige volgorde worden weergegeven.
1 Druk op de CD toets en plaats een
compact disc.
2 Druk net zovaak op de PLAY
MODE toets tot de aanduiding
“SHUFFLE 1 DISC” of “SHUFFLE
ALL DISCS” verschijnt.
Bij “
SHUFFLE
ALL DISCS” worden de
muziekstukken van alle CD’s in
willekeurige volgorde weergegeven. Bij
SHUFFLE
1 DISC” worden de
muziekstukken van de CD waarvan de disc-
afspeelindicator oplicht in willekeurige
volgorde weergegeven.
3 Druk op de hH weergrave toets.
Dan begint het afspelen in willekeurige
volgorde.
Uitschakelen van de willekeurige
weergave
Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot
de aanduiding “SHUFFLE” of “PGM” in het
uitleesvenster dooft. Hierna worden de
muziekstukken in de normale volgorde
weergegeven.
Kiezen van een gewenste compact
disc
Druk op de DISC 1~3 toets.
Tips
Ook tijdens normale weergave kunt u
overschakelen op willekeurige weergave, door op
de PLAY MODE toets te drukken totdat er
“SHUFFLE” in het uitleesvenster verschijnt.
Om een ongewenst muziekstuk over te slaan,
drukt u op de > toets.
Instelknop
&/1
(Aan/uit-
schakelaar)
3
2
1
DISC 1~3
>
21
NL
p
Programma-
weergave van
muziekstukken op CD
–– PROGRAM weergave
U kunt uw eigen muziekselectie samenstellen
door maximaal 32 nummers van alle CD’s te
programmeren in de volgorde waarin u de
muziek wilt horen.
1 Druk op de CD toets en plaats een
compact disc.
2 Druk net zovaak op de PLAY
MODE toets tot de aanduiding
“PGM” verschijnt.
3 Druk op een van de DISC 1~3
toetsen om in te stellen op de CD
met het gewenste muziekstuk.
Als u alle nummers van een CD in één
keer wilt programmeren, kunt u direct
doorgaan met stap 5 wanneer het
uitleesvenster nog “AL” aangeeft..
4 Druk op de . of > toets tot het
gewenste muziekstuk in het
uitleesvenster wordt aangegeven.
5 Druk op de ENTER toets.
Het gekozen muziekstuk is nu in uw
muziekprogramma opgenomen. Het
volgnummer in het muziekprogramma
verschijnt, gevolgd door de totale speelduur.
6 Voor elk muziekstuk dat u aan uw
muziekprogramma wilt toevoegen,
herhaalt u de stappen 3 t/m 5.
Voor het kiezen van een volgend
muziekstuk van dezelfde compact
disc kunt u stap 3 achterwege laten.
7
Druk op de
hH
weergavetoets.
Alle geprogrammeerde muziekstukken
worden dan in de door u gekozen
volgorde afgespeeld.
Nummer van CD
Nummer van muziekstuk
Totale speelduur
(inclusief het gekozen
muziekstuk)
&/1
(Aan/uit-
schakelaar)
1
2
4
5
3
7
wordt vervolgd
4
jJ
lL
hH
Ss
HS s
hH
s
l L
CD
CHECK
CLEAR
PGM
22
NL
Voor het Doet u het volgende
Controleren van Druk meermalen op de
het programma CHECK toets van de
afstandsbediening. Nadat
het laatste muziekstuk is
getoond, verschijnt
“CHECK END”.
Wissen van het Druk in de stopstand op
laatste muziekstuk de CLEAR toets van de
in het afstandsbediening.
muziekprogramma
Wissen van een Druk net zovaak op de
bepaald muziekstuk CHECK toets van de
in het afstandsbediening tot het
muziekprogramma nummer van het
muziekstuk dat u wilt
wissen wordt getoond en
druk vervolgens op de
CLEAR toets.
Toevoegen van een 1 Kies de compact disc met
muziekstuk aan uw de DISC 1~3 toetsen.
muziekprogramma 2 Kies het muziekstuk met
in de stopstand de ./> toetsen.
3 Druk op de ENTER toets.
Wissen van het Druk in de stopstand
gehele éénmaal, of tijdens
muziekprogramma weergave tweemaal, op
de x toets.
Tips
Een eenmaal vastgelegd muziekprogramma blijft
ook na afspelen in het geheugen bewaard. Met een
druk op de CD toets en dan de hH
weergavetoets kunt u hetzelfde programma dus
nogmaals weergeven.
• Als tijdens programmeren in plaats van de totale
speelduur “--.--” verschijnt, betekent dit:
dat u een muziekstuknummer boven de 20 heeft
geprogrammeerd, of dat
de totale geprogrammeerde speelduur meer
bedraagt dan 100 minuten.
Uitschakelen van de programma-
weergave
Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot
de aanduiding “PGM” of “SHUFFLE” dooft.
Programma-weergave van
muziekstukken op CD (vervolg)
23
NL
Handmatig opnemen
4 Kies met de DIRECTION schakelaar
de g instelling voor het opnemen
op één cassettekant of de j (of
RELAY) instelling voor opnemen op
beide cassettekanten.
5 Druk op de REC PAUSE/START
toets van deck B.
Het opnemen begint.
6 Druk op de hH toets om de
weergave te starten van de
geluidsbron die u wilt opnemen.
Voor het Doet u het volgende
Stoppen met Druk op de x stoptoets.
opnemen
Kort onderbreken Druk op de REC PAUSE/
(pauzeren) van START pauzetoets.
de opname
Tips
Als u met opnemen wilt beginnen aan de
achterkant van de cassette, drukt u na stap 1 eerst
enkele malen op de TAPE A/B toets om in te
stellen op deck B. Vervolgens drukt u op de
hH weergavetoets om de achterkant van de
cassette af te spelen en dan drukt u op de x
stoptoets bij het punt waar u wilt beginnen met
opnemen. Het indicatorlampje voor de achterkant
van de cassette in deck B licht op (zie blz. 16).
In de opnamepauzestand (na indrukken van de
REC PAUSE/START opnametoets in stap 3 en
vóór nogmaals indrukken hiervan in stap 5) kunt
u de . of > toets gebruiken om op de CD-
speler de gewenste muziekstukken te kiezen.
U kunt een compact disc, cassette of radio-
uitzending opnemen. Bij handmatig opnemen
kunt u naar wens muziekstukken overslaan
of bijvoorbeeld in het midden van de cassette
beginnen met opnemen.
1 Steek een voor opnemen geschikte
cassette in deck B.
2 Druk op een van de
functiekeuzetoetsen voor de
geluidsbron die u wilt opnemen
(bijv. “CD” voor het opnemen van
een compact disc).
Als u muziek wilt opnemen vanaf de
TAPE A cassette, drukt u enkele malen
op de TAPE A/B toets om in te stellen
op TAPE A.
3 Druk op de REC PAUSE/START
opnametoets.
Deck B komt in de opnamepauzestand te
staan. De indicator van de REC PAUSE/
START toets knippert.
Cassettedeck
&/1
(Aan/uit-
schakelaar)
2
1
4
3,5
x
6
24
NL
x
Geprogrammeerde
opname van een CD
— Programma-montage
Totale speelduur (met inbegrip
van het gekozen muziekstuk)
Nummer van CD
Nummer van muziekstuk
U kunt de muziekstukken op de compact
discs in een zelf gekozen volgorde opnemen.
Bij het programmeren van de volgorde dient
u erop te letten dat de totale speelduur van
de muziekstukken die op een bepaalde
cassettekant moeten worden opgenomen, niet
langer is dan de betreffende cassettekant.
&/1
(Aan/uit-
schakelaar)
3,11
2
4
61012
1
5
1 Leg een of meer compact discs in de
disc-lade en steek een voor opnemen
geschikte cassette in deck B.
2 Druk op de CD toets.
3 Druk net zovaak op de PLAY
MODE toets tot de aanduiding
“PGM” verschijnt.
4 Druk op een van de DISC 1~3
toetsen om in te stellen op de CD
met het gewenste muziekstuk.
Als u alle nummers van een CD in één
keer wilt programmeren, kunt u direct
doorgaan met stap 6 wanneer het
uitleesvenster nog “AL” aangeeft..
5 Druk op de . of > toets tot het
gewenste muziekstuk in het
uitleesvenster wordt aangegeven.
6 Druk op de ENTER toets.
Het gekozen muziekstuk is nu in uw
muziekprogramma opgenomen. Het
volgnummer in het muziekprogramma
verschijnen, gevolgd door de totale
speelduur.
7 Voor elk muziekstuk dat u aan uw
muziekprogramma voor
cassettekant A wilt toevoegen,
herhaalt u de stappen 4 t/m 6.
Voor het kiezen van een volgend
muziekstuk van dezelfde compact disc
kunt u stap 4 achterwege laten.
5
8
1
jJ
lL
hH
Ss
HS s
CHECK
PGM
25
NL
8
Druk op de
X
pauzetoets om een
pauze in te voegen. Deze pauze geeft
het einde van het muziekprogramma
voor cassettekant A aan.
De letter “P” verschijnt en de totale
speelduur komt op “0.00” te staan.
9 Voor het programmeren van de
muziekstukken bestemd voor
opname op cassettekant B, herhaalt
u de stappen 5 en 6 indien het
muziekstukken van dezelfde disc
betreft of anders de stappen 4 t/m 6.
10 Druk op de CD SYNC HI-DUB
toets.
Deck B komt in de opnamepauzestand te
staan en de CD-speler komt in de
weergavepauzestand te staan. De
indicator van de REC PAUSE/START
toets knippert.
11 Kies met de DIRECTION schakelaar
de g instelling voor het opnemen
op één cassettekant of de j (of
RELAY) instelling voor opnemen
op beide cassettekanten.
12 Druk op de REC PAUSE/START
toets.
Het opnemen begint.
Stoppen met opnemen
Druk op de x stoptoets.
Controleren van de op te nemen
muziekstukken
Druk meermalen op de CHECK toets van de
afstandsbediening. Nadat het laatste
muziekstuk is aangegeven, verschijnt de
aanduiding “CHECK END”.
Uitschakelen van de programma-
montage
Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot
de aanduiding “PGM” of “SHUFFLE”
verdwijnt.
Automatische selectie
van de vereiste
bandlengte
— Bandlengte-montage
U kunt de CD-speler de geschikte bandlengte
voor het opnemen van een bepaalde compact
disc laten bepalen en aangeven, zodat u de
disc automatisch op een passende cassette
kunt opnemen. De CD-speler kan echter geen
passende cassette bepalen voor compact discs
met meer dan 20 muziekstukken.
1 Plaats een compact disc.
2 Druk op de CD toets.
3 Druk eenmaal op de EDIT toets,
zodat de aanduiding “EDIT” gaat
knipperen.
De vereiste bandlengte voor het
opnemen van de gekozen compact disc
verschijnt, gevolgd door de totale
speelduur voor achtereenvolgens
cassettekant A en B.
26
NL
Repeteerweergave
van een muziek-
passage op CD
— LOOP weergave
Tijdens afspelen kunt u een bepaalde
muziekpassage enkele malen laten herhalen.
Zo kunt u interessante effecten bereiken voor
creatieve eigen opnamen.
Diskjockey-effecten
jJ
lL
hH
Ss
HS s
LOOP
MENU +/–
jJ
lL
hH
Ss
HS s
FLASH
MENU +/–
, Druk tijdens afspelen op de FLASH
toets van de afstandsbediening bij
het punt waar u de flits-weergave
wilt starten en houd de toets
ingedrukt totdat u de normale
weergave wilt laten doorgaan.
Instellen van de lengte van de
flits-weergavelus
Stel de lengte van de flits-weergavelus (FLASH
1~20) in door op de
MENU +/–
toets van de
afstandsbediening te drukken terwijl u de FLASH
toets ingedrukt houdt.
Gecombineerd gebruik van de
LOOP en FLASH functies
Houd de LOOP en de FLASH toets tegelijk ingedrukt.
Opmerking
In dit geval kunt u de lengte van de LOOP
repeteerlus en de flits-weergavelus niet instellen.
Indien gewenst, kunt u de lengte voor beide functies
afzonderlijk vooraf instellen.
“Flits” weergave van een
muziekpassage op CD
— FLASH weergave
Tijdens afspelen kunt u een bepaalde
muziekpassage met plotseling opkomende en
afvallende geluidssterkte weergeven. Zo kunt
u interessante effecten bereiken voor
creatieve eigen opnamen.
, Druk tijdens afspelen op de LOOP
toets van de afstandsbediening bij
het punt waar u de
repeteerweergave wilt starten en
houd de toets ingedrukt totdat u de
normale weergave wilt laten
doorgaan.
Instellen van de lengte van de
repeteerlus
Stel de lengte van de repeteerlus (LOOP
1~20) in door op de MENU +/– toets van de
afstandsbediening te drukken terwijl u de
LOOP toets ingedrukt houdt.
27
NL
U kunt het weergegeven geluid meer kracht
geven door de bassen of het gehele
klankbeeld extra te versterken. Ook is er een
hoofdtelefoon-aansluiting om te luisteren
zonder anderen te storen.
Extra vermogen voor het
totaalgeluid (GROOVE)
Druk op de GROOVE toets. De geluidssterkte
wordt verhoogd, de instelling van de grafiek-
toonregeling verandert en de GROOVE toets
licht op. Druk nogmaals op de GROOVE
toets om weer terug te keren naar de
oorspronkelijke geluidssterkte.
Luisteren via een hoofdtelefoon
Sluit een hoofdtelefoon aan op de PHONES
aansluiting. Wanneer de hoofdtelefoon is
aangesloten, zal er geen geluid via de
luidsprekers te horen zijn.
Bijregelen van het
geluid
Instellen van de weergave
Kiezen van een
akoestiek-instelling
&/1
(Aan/uit-
schakelaar)
wordt vervolgd
&/1
(Aan/uit-schakelaar)
GROOVE
PHONES
jJ
lL
hH
Ss
HS s
ON/OFF
MENU +/–
Richtingskeuzeknop
Met behulp van het akoestiek-menu kunt u
het klankbeeld aanpassen aan de muziek
waar u naar luistert.
Keuze van een effect uit
het akoestiek-menu
28
NL
t
Omschakelen van de
spectrum analyzer
aanduidingen
Tijdens het luisteren naar muziek kunt u de
meest dynamische spectrum analyzer
aanduidingen kiezen.
Kiezen van een akoestiek-
instelling (vervolg)
, Druk op de b of B
kant van de
richtingskeuzeknop (of op de MENU
+/
toets van de afstandsbediening) om
het gewenste akoestiekeffect te kiezen.
De naam van het akoestiekeffect
verschijnt in het uitleesvenster.
Zie de tabel onder “Akoestiek-menu's”
in de kolom hiernaast.
Kiezen van een eigen USER FILE
instelling
Druk op de
v
kant van de richtingskeuzeknop.
Uitschakelen van het akoestiek-effect
Druk op de V
kant van de richtingskeuzeknop of
op de ON/OFF toets van de afstandsbediening,
zodat de aanduiding “EFFECT OFF” in het
uitleesvenster oplicht.
Akoestiek-menu’s
De aanduiding “
SURROUND
” verschijnt als u
een akoestiek-instelling kiest met ruimtelijk
rondom-effect.
, Druk op de SPECTRUM toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
SPECTRUM 1
x
SPECTRUM 2
x
SPECTRUM 3
x
IMAGE PATTERN
x
SPECTRUM OFF*
SPECTRUM
&/1
(Aan/uit-schakelaar)
Tip
Zie de afbeelding voor het gebruik van de
richtingskeuzeknop. Steek uw vinger in de holte en
druk in de gewenste richting (v/V/b/B).
v
V
bB
M
m
<,
Effect
ROCK
POP
JAZZ
DANCE
SOUL
ORIENTAL
ACTION
DRAMA
SF
GAME
USER FILE
Voor
Standaard muziekbronnen
Geluid van speelfilms en
speciale luistersituaties
Zie blz. 29
* Het uitleesvenster licht iets minder fel op.
29
NL
Weergave met een
ruimtelijk effect
U kunt de muziek weergeven met een fraai
ruimtelijk akoestiekeffect.
, Druk enkele malen achtereen op de
SURROUND toets om in te stellen
op het gewenste akoestiekeffect.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
SURROUND ON (
SURROUND
)
SURROUND OFF (uit)
Opmerking
Wanneer u een ander akoestiekeffect kiest, zal het
ruimtelijk SURROUND effect meestal worden
uitgeschakeld.
&/1
(Aan/uit-schakelaar)
y
Bijregelen met de
grafiek-toonregeling
Met de grafiek-toonregeling kan het niveau
van de diverse frequentiebanden naar wens
verhoogd of verlaagd worden.
Alvorens te beginnen, kiest u een bepaalde
akoestiek-instelling die gebruikt wordt als
basis voor de bijregeling van de klank.
&/1
(Aan/uit-
schakelaar)
1
2,3
5
SURROUND
wordt vervolgd
Frequentieband
1 Druk op de EQ EDIT toets.
2 Druk enkele malen op de b of B
kant van de richtingskeuzeknop om
in te stellen op de frequentieband
die u wilt bijregelen.
30
NL
Bijregelen met de grafiek-
toonregeling (vervolg)
3 Stel het niveau in met de v of V
kant van de richtingskeuzeknop.
4 Herhaal de stappen 2 en 3.
5 Druk op de ENTER toets nadat u de
gewenste bijregeling heeft gemaakt.
Het bijgeregelde patroon wordt
automatisch vastgelegd als uw eigen
USER FILE instelling.
Tips
Als u een eerder bijgeregeld patroon (USER FILE)
wilt kiezen, drukt u op de v kant van de
richtingskeuzeknop. (Bij de afstandsbediening
drukt u op de ON/OFF toets om het klankpatroon
te activeren en dan drukt u net zovaak op de
MENU +/– toets totdat er “USER FILE” in het
uitleesvenster verschijnt.
• Zie voor het gebruik van de richtingskeuzeknop
blz. 28.
Niveau
31
NL
Extra functies
&/1
(Aan/uit-schakelaar)
1
3,5
wordt vervolgd
t
2,4
Aangeven van RDS informatie in
het uitleesvenster
Telkens wanneer u op de DISPLAY toets
drukt, verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
Zendernaam*
x
Afstemfrequentie
x
Programmatype*
x
Tijdsaanduiding
x
Gekozen geluidseffect
* Als er geen RDS informatie wordt ontvangen, kan
de zendernaam en het programmatype niet in het
uitleesvenster worden aangegeven.
Opzoeken van een
radiozender aan de hand van
het programmatype (PTY)
U kunt een radiozender van uw keuze uit de
FM afstemband opzoeken door in te stellen
op het gewenste programmatype. De tuner
stemt dan af op een uitzending van het
gekozen type, verzorgd door een van de FM
RDS zenders die zijn vastgelegd in het
afstemgeheugen van de tuner.
Gebruik van het
Radio Data Systeem
(RDS)
(Alleen voor het Europese model)
Welke mogelijkheden biedt het
RDS informatiesysteem?
De RDS (Radio Data Systeem) is een digitaal
radio-informatiesysteem waarmee
radiozenders naast de gewone radio-
uitzendingen allerlei nuttige informatie
kunnen uitzenden. De ingebouwde tuner
biedt enkele handige RDS functies, zoals de
aanduiding van de naam van de radiozender
in het uitleesvenster en het opzoeken van
radiozenders aan de hand van het soort
programma dat ze uitzenden. De RDS is
alleen beschikbaar voor FM zenders.*
Opmerking
De RDS informatie zal niet altijd goed te ontvangen
zijn, als de zender waarop u hebt afgestemd niet
goed doorkomt of als de signaalsterkte onvoldoende
is.
* Niet alle FM radiozenders geven RDS informatie
door, en de zenders die dit wel doen bieden niet
alle dezelfde soorten informatie. Voor nadere
bijzonderheden omtrent de in uw woongebied
beschikbare RDS informatie kunt u het best
contact opnemen met de plaatselijk actieve
radiozenders.
Ontvangst van RDS
uitzendingen
, Kies eenvoudigweg een radiozender
uit de FM band. Bij afstemming op
een zender die RDS informatie
uitzendt, zal automatisch de
zendernaam samen met de RDS
indicator in het uitleesvenster
verschijnen.
32
NL
1 Druk tijdens het luisteren naar de
radio op de PTY/DIRECTION toets.
2 Draai aan de instelknop totdat deze
klikt om in te stellen op het
programmatype dat u wilt horen.
Zie het onderstaande “Overzicht
van de programmatypes” waaruit u
kunt kiezen.
3 Druk op de ENTER toets.
De tuner doorloopt dan de
vooringestelde FM RDS radiozenders, op
zoek naar het gekozen soort programma
(hierbij verschijnen afwisselend de
aanduidingen “SEARCH” en het
gekozen programmatype).
Wanneer de tuner het soort programma
vindt dat u hebt gekozen, gaat het
voorkeurzendernummer knipperen.
4 Draai aan de instelknop totdat deze
klikt om de gewenste
voorkeurzender in het
uitleesvenster aan te geven.
5 Druk nogmaals op de ENTER toets
terwijl het voorkeurzendernummer
nog knippert.
Uitschakelen van de PTY
programmatype-zoekfunctie
Druk nogmaals op de PTY/DIRECTION toets.
Overzicht van de programmatypes
(PTY)
NEWS
Nieuwsbulletins.
AFFAIRS
Actualiteiten-programma’s die op de
achtergronden van het huidige nieuws
ingaan.
INFO
Uitzendingen over consumentenzaken,
medisch advies.
SPORT
Sportverslagen, uitslagen e.d.
EDUCATE
Educatieve programma’s, met
wetenswaardigheden, praktische tips en
advies op allerlei gebied.
DRAMA
Hoorspelen en radioseries.
CULTURE
Programma’s over nationale en regionale
cultuur.
SCIENCE
Programma’s over
natuurwetenschappen en technologie.
VARIED
Gevarieerd amusement, zoals interviews
met bekende persoonlijkheden,
quizprogramma’s en komedies.
POP M
Populaire muziek.
ROCK M
Moderne serieuze muziek.
EASY M
Easy listening muziek.
LIGHT M
Lichte klassieke muziek voor een breed
publiek zowel vocale als instrumentale
muziek.
CLASSICS
Uitvoeringen van klassieke
orkestwerken, kamermuziek, opera, enz.
OTHER M
Muziek die niet is onder te brengen in
één van de andere muzikale categorieën,
rhythm-and-blues, reggae, enz.
WEATHER
Weerbericht.
FINANCE
Beursberichten, financieel en
zakennieuws.
CHILDREN
Kinderprogramma’s.
SOCIAL
Programma’s over mensen en hun
bezigheden.
RELIGION
Programma’s over godsdienst en
religieuze zaken.
PHONE IN
Programma’s waarin luisteraars via de
telefoon of in een publiek forum kunnen
reageren.
Gebruik van het Radio Data
Systeem (RDS) (vervolg)
33
NL
&/1
(Aan/uit-schakelaar)
TRAVEL
Programma’s over reizen. Niet voor
aankondigingen die met de TP/TA
verkeersinformatiefuncties te vinden
zijn.
LEISURE
Programma’s over vrijetijdsbesteding en
hobbies als vissen, tuinieren, koken e.d.
JAZZ
Jazz en geïmproviseerde muziek.
COUNTRY
Country & western muziek.
NATION M
Programma’s met de nationale of
streekmuziek van een bepaald gebied.
OLDIES
Hits van vroeger.
FOLK M
Volksmuziekprogramma’s.
DOCUMENT
Programma's over verschijnselen en hun
achtergronden.
TEST
Testsignaal voor nooduitzendingen.
ALARM
Nooduitzendingen.
NONE
Ieder type uitzending dat niet onder een
van de bovengenoemde categorieën valt.
Opmerking
De aanduiding “NO PTY” zal verschijnen als er
geen zender is die het door u gekozen
programmatype uitzendt.
3
2
1,5
wordt vervolgd
U kunt zelf meezingen met de weergegeven
muziek als instrumentale begeleiding. Voor
het gebruik van de karaoke-functie heeft u
een los verkrijgbare microfoon nodig.
1
Draai de MIC LEVEL regelaar naar MIN
om het microfoon-niveau te verminderen.
2 Sluit een los verkrijgbare mikrofoon
aan op de MIC aansluiting.
3
Druk op de KARAOKE PON toets om
het karaoke-effect in of uit te schakelen.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert
de aanduiding in het uitleesvenster als volgt:
KARAOKE PON
Y
Gekozen geluidseffect vóór inschakelen
van de KARAOKE PON functie*
* Hierbij wordt de KARAOKE PON functie
uitgeschakeld.
Bij het inschakelen van de karaoke-
functie verschijnt de m aanduiding.
Karaoke: meezingen
met muziek
(Allen voor de MHC-DX3)
VOLUME
34
NL
Karaoke: meezingen met muziek
(vervolg)
4 Speel de muziek af en stel de
geluidssterkte in.
5 Stel met de MIC LEVEL regelaar de
geluidssterkte van de microfoon in.
Wanneer u wilt stoppen
Draai de MIC LEVEL regelaar naar MIN en
maak de microfoon los van de MIC
aansluiting. Druk daarna meermalen op de
KARAOKE PON toets totdat de “m
aanduiding verdwijnt.
Opmerkingen
Bij bepaalde muziekstukken kunnen de
zangstemmen niet verdwijnen wanneer u instelt
op “KARAOKE PON”.
Tijdens gebruik van de KARAOKE PON
meezingfunctie kunnen de klank- en
akoestiekinstellingen niet worden aangepast.
Als u op de b/B/v/V kant van de
richtingskeuzeknop (of de ON/OFF of MENU +/–
van de afstandsbediening) drukt of een
akoestiekeffect oproept, wordt de karaoke-functie
uitgeschakeld.
1 Volg de aanwijzingen voor het
meezingen (stappen 1 t/m 5 op blz.
33 en 34). Steek vervolgens een
cassette in deck B.
2 Druk op een van de
functiekeuzetoetsen voor de
geluidsbron die u wilt opnemen
(bijv. “CD” voor het opnemen van
een compact disc).
Als u muziek van cassettedeck A wilt
opnemen, drukt u enkele malen op de
TAPE A/B toets om in te stellen op
TAPE A.
3 Druk op de REC PAUSE/START
opnametoets.
Deck B komt in de opnamepauzestand te
staan. De indicator van de REC PAUSE/
START blinks.
&/1
(Aan/uit-
schakelaar)
3,5
4
1
Opnemen van gemengd
geluid
2
x
6
Als de muziek waarbij u meezingt in mono is
opgenomen, is het mogelijk dat niet alleen de
zangstemmen maar ook bepaalde instrumenten
worden onderdrukt.
In de volgende gevallen kan het gebeuren dat de
zangstemmen niet worden onderdrukt:
—bij muziek met slechts weinig instrumenten.
—bij weergave van een duet.
—bij muziek met veel echo of koorzang.
—bij muziek waar de zangstem niet in het
midden, maar grotendeels op één kanaal is
opgenomen.
—bij muziek waar de zangstem een hoge sopraan
of tenor is.
35
NL
Met muziek in slaap
vallen
— Sluimerfunctie
U kunt de stereo-installatie na een zelf te
kiezen periode automatisch laten
uitschakelen, zodat u gerust met muziek in
slaap kunt vallen (dit noemen we de
sluimerfunctie). De sluimerduur is instelbaar
in stappen van 10 minuten.
, Druk op de SLEEP toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de minuten-aanduiding (de
sluimerduur of tijd tot het uitschakelen)
als volgt:
AUTO t 90 t 80 t 70
t
t 10 t OFF t AUTO
Als u de “AUTO” instelling kiest
De stereo-installatie wordt uitgeschakeld
wanneer de huidige compact disc of cassette
is afgelopen (maximaal na 100 minuten).
Controleren van de resterende
sluimertijd
Druk eenmaal op de SLEEP toets.
Wijzigen van de sluimertijd tijdens
gebruik van de sluimerfunctie
Druk weer net zovaak op de SLEEP toets tot
de gewenste sluimertijd wordt aangegeven.
Uitschakelen van de
sluimerfunctie
Druk net zovaak op de SLEEP toets tot de
aanduiding “SLEEP OFF” verschijnt.
Stoppen met opnemen
Druk op de x stoptoets.
Tips
Als akoestische terugkoppeling optreedt (u hoort
een rondzingende toon), dient u de microfoon
verder van de luidsprekers vandaan te houden of
u draait de microfoon in een andere richting.
Wilt u alleen uw eigen zang opnemen, kies dan de
CD functie maar speel geen compact disc af.
Wanneer er krachtige geluidssignalen
binnenkomen, stelt het apparaat automatisch het
opnameniveau wat lager in, om vervorming in de
opname te voorkomen (“ALC” automatische
opnameniveauregeling).
lL
hH
Ss
SLEEP
4 Kies met de DIRECTION schakelaar
de g instelling voor het opnemen
op één cassettekant of de j (of
RELAY) instelling voor opnemen op
beide cassettekanten.
5 Druk op de REC PAUSE/START
toets van deck B.
Het opnemen begint.
6 Druk op de hH toets om de
weergave te starten van de
geluidsbron die u wilt opnemen.
Nu kunt u met de muziek gaan
meezingen.
36
NL
Met muziek gewekt worden
— Wekfunctie
U kunt de stereo-installatie automatisch op
een vooraf gekozen tijdstip laten inschakelen,
zodat u ’s ochtends met muziek gewekt
wordt. Voor het gebruik van deze wekfunctie
moet wel eerst de ingebouwde klok op de
juiste tijd zijn ingesteld (zie “Stap 2:
Gelijkzetten van de klok” op blz. 6).
1 Breng de geluidsbron waarmee u
gewekt wilt worden in gereedheid.
Compact disc: Leg een CD in de disc-
lade. Als u wilt beginnen met een
bepaald muziekstuk, maakt u een
muziekprogramma (zie “Programma-
weergave van muziekstukken op CD”
op blz. 21).
Cassette: Steek een cassette in het deck
met de gewenste cassettekant naar u
toe gericht.
Radio: Stem af op de gewenste
voorkeurzender (zie “
Luisteren naar de
radio
” op blz. 13).
2 Stel de geluidssterkte in.
3
Druk op de CLOCK/TIMER SET toets.
De aanduiding “SET (DAILY 1)”
verschijnt.
2
3
4,5,7
9
jJ
lL
hH S s
HS s
CLOCK/TIMER
SELECT
4,5,8
1
1
4 Druk enkele malen op de l of
L toets en kies “DAILY 1” of
“DAILY 2” en druk vervolgens op
de ENTER toets.
De aanduiding “ON” verschijnt en de
uren-cijfers voor de inschakeltijd gaan
knipperen.
5 Stel het tijdstip in waarop u door de
stereo-installatie gewekt wilt
worden.
Druk enkele malen op de l of L
toets om het gewenste uur in te stellen
en druk op de ENTER toets.
Nu gaan de minuten-cijfers voor de
inschakeltijd knipperen.
Druk enkele malen op de l of L
toets om de gewenste minuut in te
stellen en druk op de ENTER toets.
Weer gaan de uren-cijfers knipperen, nu
voor de uitschakeltijd.
6 Stel op dezelfde wijze de tijd in
waarop u de stereo-installatie weer
automatisch wilt laten uitschakelen.
7 Druk enkele malen op de l of
L toets om de geluidsbron te
kiezen waarmee u gewekt wilt
worden.
De aanduiding van de geluidsbron
verspringt als volgt:
t TUNER y CD PLAY T
t TAPE PLAY T
37
NL
jJ
lL
hH
Ss
HS s
CLOCK/TIMER
SELECT
Schakelklok-opname
van radio-uitzendingen
8 Druk op de ENTER toets.
In het uitleesvenster verschijnen nu de
geldende wekfunctie (DAILY 1 of
DAILY 2) en dan de door u gekozen
inschakeltijd, de uitschakeltijd en de
geluidsbron, gevolgd door de
oorspronkelijke aanduidingen.
9 Schakel de stereo-installatie uit.
Controleren van de wekfunctie-
instellingen
Druk op de CLOCK/TIMER SELECT toets en
dan enkele malen op de l of L toets om
“DAILY 1” of “DAILY 2” te kiezen. Druk
vervolgens op de ENTER toets.
Om de instellingen te wijzigen, volgt u weer
de aanwijzingen vanaf stap 1.
Uitschakelen van de schakelklok-
wekfunctie
Druk op de CLOCK/TIMER SELECT toets en
dan enkele malen op de l of L toets tot
de aanduiding “TIMER OFF” in het
uitleesvenster verschijnt. Druk vervolgens op
de ENTER toets.
Tip
15 seconden voordat de ingestelde tijd wordt
bereikt, zal de stereo-installatie worden
ingeschakeld.
Opmerkingen
De DAILY 1 en DAILY 2 wekfuncties zijn niet
tegelijk te gebruiken.
Voor de inschakeltijd en de uitschakeltijd kunt u
niet hetzelfde tijdstip kiezen.
Wanneer u de sluimerfunctie hebt ingeschakeld,
kan de wekfunctie niet werken zolang de
sluimerfunctie de stereo-installatie nog niet heeft
uitgeschakeld.
Het is niet mogelijk de DAILY wekfunctie en de
schakelklok-opname tegelijk te gebruiken.
3,4,5
3,4,5
2
7
wordt vervolgd
U kunt de schakelklok instellen voor het op
cassette opnemen van een radio-uitzending
op een bepaalde tijd, maar dan moet de
radiozender wel in het afstemgeheugen zijn
vastgelegd (zie “Stap 3: Vastleggen van uw
favoriete radiozenders” op blz. 7) en moet de
klok op de juiste tijd zijn ingesteld (zie “Stap
2: Gelijkzetten van de klok” op blz. 6).
REC
1
Stem af op de voorkeurzender waarvan
u een uitzending wilt opnemen (zie
“Luisteren naar de radio” op blz. 13).
2
Druk op de CLOCK/TIMER SET toets.
De aanduiding “SET (DAILY 1)” verschijnt.
3
Druk enkele malen op de
l
of
L
toets tot er “REC” in het uitleesvenster
wordt aangegeven. Druk vervolgens op
de ENTER toets.
De aanduiding “ON” verschijnt en de uren-
cijfers voor de inschakeltijd gaan knipperen.
38
NL
Aansluiten van audio-
apparatuur
Externe apparatuur
Kies een van de volgende aansluitmethoden,
afhankelijk van de apparatuur die u heeft. Zie
voor nadere bijzonderheden tevens de
gebruiksaanwijzing van elk aan te sluiten
apparaat.
Aansluiten van een
minidisc-recorder voor
het maken van digitale
opnamen
Sluit de minidisc-recorder via een optische
kabel aan voor het maken van digitale
opnamen van CD’s op minidisc.
Naar de digitale ingangsaansluiting
van de minidisc-recorder
Schakelklok-opname van radio-
uitzendingen (vervolg)
4 Stel het tijdstip in waarop u wilt
beginnen met opnemen.
Druk enkele malen op de l of L
toets om het gewenste uur in te stellen
en druk op de ENTER toets.
Nu gaan de minuten-cijfers voor de
opname-aanvangstijd knipperen.
Druk enkele malen op de l of L
toets om de gewenste minuut in te
stellen en druk op de ENTER toets.
Weer gaan de uren-cijfers knipperen, nu
voor de uitschakeltijd.
5
Stel op dezelfde wijze de tijd in waarop
u de stereo-installatie weer automatisch
wilt laten stoppen met opnemen.
In het uitleesvenster verschijnen nu de door u
gekozen inschakeltijd, de uitschakeltijd, en het
nummer van de voorkeurzender waarvan u een
uitzending wilt opnemen (bijvoorbeeld “TUNER FM
5”), gevolgd door de oorspronkelijke aanduidingen.
6
Steek een voor opnemen geschikte cassette.
7 Schakel de stereo-installatie uit.
Wanneer het opnemen begint, wordt de
geluidsweergave automatisch gedempt.
Controleren van de
schakelklokopname-instellingen
Druk op de CLOCK/TIMER SELECT toets en dan
enkele malen op de
l
of
L
toets om “REC”
te kiezen. Druk vervolgens op de ENTER toets.
Om de instellingen te wijzigen, volgt u weer
de aanwijzingen vanaf stap 1.
Uitschakelen van de schakelklok-functie
Druk op de CLOCK/TIMER SELECT toets en dan
enkele malen op de
l
of
L
toets tot de
aanduiding “TIMER OFF” in het uitleesvenster
verschijnt. Druk vervolgens op de ENTER toets.
Opmerkingen
Als de stereo-installatie op de ingestelde opname-aanvangstijd
reeds ingeschakeld is, zal er geen opname plaatsvinden.
Voor de in- en uitschakeltijden kunt u niet hetzelfde tijdstip
kiezen.
Bij gebruik van de sluimerfunctie voor automatisch
uitschakelen zal een eventuele schakelklok-opname pas
beginnen nadat de sluimerfunctie het apparaat heeft
uitgeschakeld.
U kunt de wekfunctie en de schakelklok-opname niet allebei
tegelijk gebruiken.
REC
39
NL
Naar de audio-uitgangen van de minidisc-recorder
Tip
Als u een Sony minidisc-recorder aansluit, kunt u de
MD H, S en s toetsen op de afstandsbediening
van dit apparaat gebruiken voor de regeling van de
weergave-, pauze- en stopfuncties.
Opmerking
Als u niet kunt instellen op “MD” met de MD
(VIDEO) toets, schakelt u het apparaat uit en dan
weer in met de &/1 toets terwijl u de MD (VIDEO)
toets ingedrukt houdt. Hierdoor zal in plaats van
“VIDEO” de “MD” aanduiding verschijnen. Om
terug te keren naar de “VIDEO” aanduiding
herhaalt u deze handeling. Overschakelen van MD
op VIDEO of van VIDEO op MD is echter niet
mogelijk zolang het apparaat in de
stroombesparingsstand staat (zie blz. 9).
Aansluiten van een
videorecorder
Door de audio-uitgangen van uw
videorecorder via een los verkrijgbaar audio-
aansluitsnoer te verbinden met de MD/
VIDEO (AUDIO) IN aansluitingen, kunt u het
geluid van uw video-opnamen in krachtige
stereo weergave beluisteren.
Let bij het aansluiten op de juiste kleur van
stekkers en aansluitbussen. Om te luisteren
naar het geluid van de aangesloten
videorecorder, schakelt u het apparaat uit en
dan weer in met de &/1 toets terwijl u de MD
(VIDEO) toets ingedrukt houdt. Hierdoor zal
in plaats van “MD” de “VIDEO” aanduiding
verschijnen. Wanneer u de “VIDEO”
instelling eenmaal hebt gemaakt, kunt u
volstaan met een druk op de MD (VIDEO)
toets.
Naar de audio-uitgang van de videorecorder
Opmerkingen
U kunt niet overschakelen van MD op VIDEO of
van VIDEO op MD wanneer het apparaat in de
stroombesparingsstand staat (zie blz. 9).
Om terug te keren naar de “MD” instelling,
schakelt u het apparaat uit en dan weer in met de
&/1 toets terwijl u de MD (VIDEO) toets
ingedrukt houdt.
Voor weergave van het geluid van een video-CD
speler kunt u het best instellen op “MD”.
Aansluiten van een
minidisc-recorder voor
het luisteren naar muziek
Steek de stekkers in de aansluitbussen met
dezelfde kleur. Voor het luisteren naar de
weergave van de aangesloten minidisc-
recorder, drukt u meermalen op de MD
(VIDEO) toets.
40
NL
AM-antennes
Sluit een geïsoleerde draad van 6 tot 15 meter
lengte aan op de AM antenne-aansluiting.
Laat tevens de bijgeleverde AM-
kaderantenne aangesloten.
Aansluiting type A
Aansluiting type B
Geïsoleerde draad (niet bijgeleverd)
Geïsoleerde draad (niet bijgeleverd)
Aansluiten van
buitenantennes
Voor de beste radio-ontvangst is het
aanbevolen een of meer buitenantennes aan
te sluiten. Zie voor nadere bijzonderheden
tevens de gebruiksaanwijzing van het aan te
sluiten apparaat.
FM-antenne
Sluit een los verkrijgbare FM-buitenantenne
aan. U kunt ook gebruik maken van een TV-
antenne.
Aansluiting type A
Aansluiting type B
IEC standaard
antennestekker
(niet bijgeleverd)
75-ohm coaxiaalkabel
(niet bijgeleverd)
FM75
AM
FM75
AM
COAXIAL
FM75
AM
FM75
AM
COAXIAL
41
NL
Betreffende de omgang met
compact discs
Veeg een CD voor het afspelen schoon met een
niet pluizend reinigingsdoekje, vanuit het midden
naar de rand. Berg elke CD na het afspelen weer in
het bijbehorende doosje op.
• Gebruik voor het reinigen geen oplosmiddelen als
benzine of thinner, evenmin als
reinigingsvloeistoffen of antistatische spray voor
het reinigen van conventionele grammofoonplaten.
Zorg dat uw compact discs niet worden
blootgesteld aan fel zonlicht of de hitte van een
kachel of verwarmingsradiator; laat compact discs
nooit achter in een afgesloten auto die in de volle
zon geparkeerd staat.
Reinigen van de behuizing
Maak de buitenkant van de apparatuur schoon met
een zacht doekje, droog of licht bevochtigd met wat
milde vloeibare zeep.
Beveiligen van uw bandopnamen
tegen per ongeluk wissen
Om een cassette tegen abusievelijk wissen te
beschermen, breekt u het wispreventienokje uit voor
cassettekant A of B waarvan u de opnamen wilt
beveiligen, zoals in de afbeelding is aangegeven.
Als u een aldus beveiligde cassette later weer voor
opname geschikt wilt maken, kunt u de ontstane
opening(en) met een stukje plakband afdekken.
Voorzorgsmaatregelen
Stroomvoorziening
Controleer, alvorens de stereo-installatie in gebruik
te nemen, of de bedrijfsspanning van het apparaat
overeenkomt met de plaatselijke netspanning.
Veiligheid
Zolang de stekker van het netsnoer in het
stopcontact steekt, blijft er een geringe
hoeveelheid stroom naar het apparaat lopen, ook
al is het apparaat zelf uitgeschakeld.
Trek de stekker uit het stopcontact wanneer u
denkt het apparaat geruime tijd niet te gebruiken.
Pak de stekker vast om deze uit het stopcontact te
trekken. Trek nooit aan het snoer.
Mocht er vloeistof of een voorwerp in het
inwendige van het apparaat terechtkomen,
verbreek dan de aansluiting op het stopcontact en
laat het appraat eerst door een deskundige
nakijken alvorens dit weer in gebruik te nemen.
Mocht het nodig zijn het netsnoer of de stekker te
vervangen, laat dit dan uitsluitend bij een erkende
vakhandel verrichten.
Opstelling
Zet de stereo-installatie op een plaats met
voldoende ventilatie om oververhitting van de
inwendige onderdelen te voorkomen, in het
belang van een langdurige betrouwbare werking.
Zorg dat het apparaat zo goed mogelijk
horizontaal staat.
Plaats het apparaat ergens waar het niet
blootgesteld wordt aan:
— extreme hitte of koude
— stof of vuil
— erg veel vocht
— heftige trillingen
— directe zonnestraling.
Voorkomen van beschadiging
• Als de stereo-installatie rechtstreeks van een
koude in een warme omgeving wordt gebracht of
in een erg vochtige kamer wordt geplaatst, kan op
de lens binnenin de compact disc speler vocht uit
de lucht condenseren. Als dit zich voordoet, zal de
stereo-installatie niet naar behoren functioneren.
In zulke gevallen dient u de CD te verwijderen en
het apparaat ongeveer een uur ingeschakeld maar
ongebruikt aan te laten staan, zodat alle
condensvocht kan verdampen.
Voor u de stereo-installatie verplaatst of vervoert,
dient u de compact disc(s) uit het apparaat te
verwijderen.
Mocht u vragen of problemen met uw stereo-
installatie hebben, neemt u dan a.u.b. contact op
met uw dichtstbijzijnde Sony handelaar of
onderhoudsdienst.
Aanvullende informatie
Nokje voor kant B
Nokje voor kant A
Kant A
Ter beveiliging het
wispreventienokje
voor cassettekant A
uitbreken
wordt vervolgd
42
NL
Verhelpen van storingen
Mocht zich een probleem voordoen met de
stereo-installatie, neemt u dan de volgende
lijst met controlepunten door.
Controleer echter eerst of het netsnoer stevig
is aangesloten en of alle aansluitingen van de
luidsprekers in orde zijn.
Is het probleem niet zo eenvoudig te
verhelpen, neem dan a.u.b. contact op met
uw dichtstbijzijnde Sony handelaar.
Algemeen
Er beginnen aanduidingen in het
uitleesvenster te knipperen wanneer u de
stekker in het stopcontact steekt, terwijl u
de stereo-installatie nog niet heeft
ingeschakeld (demonstratiefunctie).
Druk eenmaal op de DISPLAY toets
(MHC-DX3) of tweemaal (MHC-BX3)
terwijl de stereo-installatie uit staat. De
demonstratie verdwijnt dan.
De demonstratiefunctie wordt
automatisch ingeschakeld wanneer u de
stekker de eerste maal in het stopcontact
steekt nadat de stroom langer dan een
halve dag onderbroken is.
De tijdinstelling/voorkeurzenders/
schakelklok-instellingen zijn vervallen.
De stekker is langer dan een halve dag uit
het stopcontact geweest of er is een
langdurige stroomonderbreking geweest.
Doe opnieuw het volgende:
— “Stap 2: Gelijkzetten van de klok” op
blz. 6
— “Stap 3: Vastleggen van uw favoriete
radiozenders” op blz. 7
Als u bovendien de schakelklok had
ingesteld, volgt u tevens de aanwijzingen
onder “Met muziek gewekt worden” op
blz. 36 en/of “Schakelklok-opname van
radio-uitzendingen” op blz. 37.
Er klinkt geen geluid.
Draai de VOLUME regelaar rechtsom.
Wellicht is er een hoofdtelefoon aangesloten.
•Let erop dat u alleen het vrijgemaakte
uiteinde van het luidsprekersnoer in de
SPEAKER aansluiting steekt. Als u het
snoer te ver naar binnen steekt, is het
mogelijk dat de isolatie van het snoer een
goed contact verhindert.
Tijdens een schakelklok-opname wordt er
geen geluid weergegeven.
Alvorens de cassette in het
cassettedeck te plaatsen
Trek een eventuele lus in de band strak. Dit om te
voorkomen dat de band zich rondom de onderdelen
wikkelt, met beschadiging van de band en het
cassettedeck als gevolg.
Betreffende het gebruik van
cassettes langer dan 90 minuten
De band van deze cassettes is erg dun. Bij gebruik
van deze cassettes wordt het afgeraden veelvuldig
en snel achter elkaar om te schakelen tussen
afspelen, stoppen, snelspoelen e.d., aangezien de
band kan uitrekken of verstrikt kan raken.
Reinigen van de koppen
De koppen van het cassettedeck dienen om de tien
gebruiksuren gereinigd te worden, anders kunnen
de volgende problemen ontstaan:
— verminderde geluidskwaliteit
— verminderde geluidssterkte
— wegvallend geluid
— onvolledig wissen
— tegenvallende opnameresultaten.
Om verzekerd te kunnen zijn van de beste
geluidskwaliteit, verdient het aanbeveling de
koppen vóór iedere belangrijke opname te reinigen
en ook nadat u een oude cassette heeft afgespeeld.
Gebruik voor het reinigen een los verkrijgbare
reinigingscassette (droog type of vloeistof-type). Zie
de handleiding van de reinigingscassette voor
nadere bijzonderheden.
Demagnetiseren van de koppen
De koppen en alle metalen onderdelen waarmee de
band in aanraking komt, dienen om de 20 tot 30
gebruiksuren gedemagnetiseerd te worden met een
in de handel verkrijgbaar demagnetiseerapparaat.
Zie de handleiding van het demagnetiseerapparaat
voor nadere bijzonderheden.
Voorzorgsmaatregelen (vervolg)
43
NL
Ernstige brom of ander storend geluid.
De stereo-installatie staat te dicht bij een TV of
videorecorder. Zet de stereo-installatie verder
van de TV of videorecorder vandaan.
De weergave van de aangesloten
geluidsbron klinkt vervormd.
Als de aanduiding “VIDEO” in het
uitleesvenster verschijnt wanneer u op de
MD (VIDEO) toets drukt, schakelt u de
aanduiding over naar “MD” (zie de
laatste opmerking op blz. 39 onder
“Aansluiten van audio-apparatuur”).
Er knippert “0:00” (of “12:00 AM”) in het
uitleesvenster.
De stroomvoorziening is onderbroken
geweest. Stel de klok weer op de juiste
tijd in en leg uw voorkeurzenders
opnieuw in het geheugen vast.
De schakelklok-functies werken niet naar
behoren.
Stel de klok op de juiste tijd in.
Bij indrukken van de CLOCK/TIMER SELECT
toets verschijnen de “DAILY 1”, “DAILY 2”
en “REC” aanduidingen niet.
Maak de schakelklok-instellingen
zorgvuldig volgens de aanwijzingen.
Stel de klok op de juiste tijd in.
De afstandsbediening werkt niet.
Zorg dat er geen obstakels tussen de
afstandsbediening en de stereo-installatie zijn.
Richt de afstandsbediening, van niet al te
ver, recht op de afstandsbedieningssensor
van de stereo-installatie.
Wellicht zijn de batterijen (bijna) leeg.
Vervang beide batterijen door nieuwe.
Er is akoestische terugkoppeling (u hoort
een rondzingende fluittoon).
Verminder de geluidssterkte.
Houd de microfoon verder van de
luidsprekers vandaan of draai de
microfoon in een andere richting.
Er is storing in de kleuren van het TV-
beeld.
Schakel het TV-toestel eenmaal uit en
vervolgens na 15 à 30 minuten weer in.
Als er na weer inschakelen geen
verbetering in de kleurweergave
zichtbaar is, zet de luidsprekers en de TV
dan iets verder uit elkaar.
Om en om verschijnen de aanduidingen
“PROTECT” en “PUSH POWER”.
Er is een te krachtig ingangssignaal
doorgekomen. Druk op de
&/1
toets om de
stroom uit te schakelen, laat de stereo-
installatie een tijdje uit staan en druk dan
weer op de
&/1
toets om het apparaat weer
in te schakelen. Als de aanduidingen
“PROTECT” en “PUSH POWER” bij weer
inschakelen nog steeds beurtelings
knipperen, controleert u dan de
luidsprekersnoeren.
Luidsprekers
Geen geluid van één kanaal of onevenwichtige
weergave van links en rechts.
Controleer de luidspreker-aansluitingen
en de opstelling van de luidsprekers.
Erg weinig lage tonen.
Controleer of de + en – aansluitingen van
de luidsprekersnoeren niet zijn verwisseld.
CD-speler
De disc-lade gaat niet dicht.
Er ligt een compact disc niet goed in de
disc-uitsparing.
Het afspelen van de compact disc begint niet.
De compact disc ligt niet goed
horizontaal in de disc-lade.
Controleer of de compact disc vuil is.
De compact disc ligt ondersteboven in de
disc-lade.
Er is vocht uit de lucht in het apparaat
gecondenseerd. Verwijder de compact
disc(s) en laat de stereo-installatie een uur
lang ongebruikt aan staan, zodat het
condensvocht kan verdampen.
De weergave begint niet bij het eerste
muziekstuk.
De compact disc speler staat ingesteld op
programma-weergave of weergave in
willekeurige volgorde. Druk enkele
malen op de PLAY MODE toets, zodat de
“PGM” of “SHUFFLE” aanduiding uit
het uitleesvenster verdwijnt.
De aanduiding “OVER” verschijnt in het
uitleesvenster.
Tijdens het snel doorzoeken is het einde
van de compact disc bereikt. Draai de
instelknop linksom totdat de knop klikt
en houd hem vast om terug te keren naar
het muziek-gedeelte van de compact disc.
wordt vervolgd
44
NL
Cassettedeck
Het opnemen begint niet.
Er is geen cassette in de houder
aanwezig.
Het wispreventienokje van de cassette is
verwijderd (zie “Beschermen van uw
bandopnamen tegen per ongeluk wissen”
op blz. 41).
De band is geheel naar één kant
opgespoeld.
Het is niet mogelijk op te nemen of weer
te geven, of het geluidsvolume neemt af.
Vuile bandkoppen. Reinig de koppen (zie
“Reinigen van de koppen” op blz. 42).
De koppen zijn gemagnetiseerd.
Demagnetiseer de koppen (zie
“Demagnetiseren van de koppen” op
blz. 42).
Eerdere opnamen worden onvoldoende
gewist.
De koppen zijn gemagnetiseerd.
Demagnetiseer de koppen (zie
“Demagnetiseren van de koppen” op
blz. 42).
Te veel snelheidsfluctuaties of het geluid
valt weg.
Vuil op de capstan-assen of
aandrukrollen. Reinig deze onderdelen
(zie “Reinigen van de koppen” op
blz. 42).
Veel ruis of wissen van de hoge
frequenties.
De koppen zijn gemagnetiseerd.
Demagnetiseer de koppen (zie
“Demagnetiseren van de koppen” op
blz. 42).
Bij indrukken van de hH weergavetoets
of de A uitwerptoets verschijnt er “EJECT”
in het uitleesvenster, dan klinkt er een
mechanisch geluid en wordt het apparaat
uitgeschakeld.
De cassette is niet juist ingestoken. Neem
de cassette uit de houder en schakel dan
het apparaat weer in.
Tuner
Ernstige brom of andere storing in de
radio-ontvangst (in het uitleesvenster
knippert de “TUNED” of de “STEREO”
aanduiding).
Richt of verstel de antenne.
De ontvangen zender komt te zwak door.
Sluit een buitenantenne aan.
Een stereo FM uitzending wordt niet in
stereo weergegeven.
Druk op de STEREO/MONO toets zodat
er “STEREO” in het uitleesvenster
verschijnt.
Als er zich andere problemen
voordoen, die hierboven niet zijn
beschreven, kunt u de stereo-
installatie als volgt terugstellen in
de uitgangsstand:
1 Trek de stekker uit het stopcontact.
2 Steek de stekker weer in het stopcontact.
3 Druk de x, ENTER en &/1 toets tegelijk in.
4 Druk op de &/1 aan/uit-schakelaar om de
installatie in te schakelen.
De stereo-installatie is nu teruggesteld op de
fabrieksinstellingen. Alle door u gemaakte
instellingen, zoals de tijd, de voorkeurzenders
en de schakelklok-instellingen zijn uit het
geheugen gewist. Dan zult u de gewenste
instellingen opnieuw moeten maken.
Verhelpen van storingen (vervolg)
45
NL
Technische gegevens
Versterker
Modellen voor Europa:
MHC-BX3:
DIN uitgangsvermogen (nominaal)
45 + 45 watt
(aan 6 ohm bij 1 kHz,
DIN)
Continu RMS uitgangsvermogen (referentie)
60 + 60 watt
(aan 6 ohm bij 1 kHz,
10% THV)
Muziekvermogen (referentie)
150 + 150 watt
(aan 6 ohm bij 1 kHz,
10% THV)
Overige modellen:
MHC-DX3:
De volgende waarden zijn gemeten bij
wisselstroomvoeding van 120, 220, of 240 V,
50/60 Hz
DIN uitgangsvermogen (nominaal)
75 + 75 watt
(aan 6 ohm bij 1 kHz,
DIN)
Continu RMS uitgangsvermogen (referentie)
100 + 100 watt
(aan 6 ohm bij 1 kHz,
10% THV)
wordt vervolgd
Ingangen
MD/VIDEO IN: ingangsspanning 450/
(tulpstekkerbussen) 250mV, impedantie 47
kOhm
MIC: gevoeligheid 1 mV,
(ministekkerbus) impedantie 10 kOhm
Uitgangen
PHONES: voor hoofdtelefoons van
(stereo klinkstekkerbus) 8 ohm of meer
SPEAKER:
MHC-BX3: voor luidsprekers met
impedantie van 6 tot 16
ohm
MHC-DX3: voor luidsprekers met
impedantie van 6 tot 16
ohm
Compact disc speler
Afspeelsysteem Compact disc digitaal
audiosysteem
Laser Halfgeleider laser
(λ=780nm)
Emissieduur: continu
Laser-uitgangsvermogen Maximaal 44,6 µW*
* Deze waarde is gemeten
op een afstand van ca.
200 mm van het
lensoppervlak van het
optisch blok, bij een
diafragma van 7 mm.
Golflengte 780 – 790 nm
Frequentiebereik 2 Hz – 20 kHz (±0,5 dB)
Signaal/ruisverhouding Meer dan 90 dB
Dynamisch bereik Meer dan 90 dB
CD OPTICAL DIGITAL OUT aansluiting
(vierkante optische aansluitbus, achterpaneel)
Golflengte 660 nm
Uitgangsniveau –18 dBm
46
NL
AM afstemtrap
Afstembereik
Modellen voor geheel Amerika:
530 – 1.710 kHz
(afsteminterval 10 kHz)
531 – 1.710 kHz
(afsteminterval 9 kHz)
Modellen voor Europa en het Midden-Oosten:
531 – 1.602 kHz
(afsteminterval 9 kHz)
Overige modellen: 531 – 1.602 kHz
(afsteminterval 9 kHz)
530 – 1.710 kHz
(afsteminterval 10 kHz)
Antenne AM kaderantenne
Antenne-aansluitingen Aansluiting voor externe
antenne
Tussenfrequentie 450 kHz
Luidsprekers:
SS-BX3 voor de MHC-BX3/SS-DX3 voor de
MHC-DX3/SS-DX3B voor de MHC-DX3
Luidsprekersysteem 2-wegsysteem, in
basreflexkast
Luidsprekereenheden
Lagetonen-luidspreker: 15 cm doorsnede, conus-
type
Hogetonen-luidspreker: 10 cm doorsnede,
conus-type
Nominale impedantie 6 ohm
Afmetingen (b/h/d) Ca. 215 x 325 x 275 mm
Gewicht Ca. 4 kg netto per
luidspreker
Cassettedeck
Bandopnamesysteem 4 sporen, 2 kanalen stereo
Frequentiebereik 40 – 13.000 Hz (±3 dB),
met Sony TYPE I
cassette
Snelheidsfluctuaties ±0,15% Gewogen piek
(IEC)
0,1% W.RMS (NAB)
±0,2% Gewogen piek
(DIN)
Tuner-gedeelte
FM stereo, FM/AM superheterodyne afstemming
FM afstemtrap
Afstembereik 87,5 – 108,0 MHz
Antenne FM draadantenne
Antenne-aansluitingen 75 ohm, asymmetrisch
Tussenfrequentie 10,7 MHz
Technische gegevens (vervolg)
47
NL
Algemeen
Stroomvoorziening
Modellen voor Noord-Amerika:
120 V wisselstroom,
60 Hz
Modellen voor Europa: 230 V wisselstroom,
50/60 Hz
Modellen voor Australië: 230 – 240 V wisselstroom,
50/60 Hz
Modellen voor Mexico: 120 V wisselstroom,
50/60 Hz
Overige modellen: 120 V, 220 V of 230 – 240
V wisselstroom, 50/60
Hz, omschakelbaar met
spanningskiezer
Stroomverbruik
Modellen voor de V.S.:
MHC-BX3: 140 watt
Modellen voor Canada:
MHC-BX3: 130 watt
Modellen voor Europa:
MHC-BX3: 130 watt
Overige modellen:
MHC-DX3: 170 watt
Afmetingen (b/h/d)
MHC-BX3/DX3 Ca.
280 x 325 x 403 mm
Gewicht
Modellen voor de V.S.:
MHC-BX3: Ca. 7,8 kg
Modellen voor Canada:
MHC-BX3: Ca. 7,8 kg
Modellen voor Europa:
MHC-BX3: Ca. 7,9 kg
Overige modellen:
MHC-DX3: Ca. 8,9 kg
Bijgeleverd toebehoren: AM kaderantenne (1)
Afstandsbediening (1)
Batterijen (2)
FM draadantenne (1)
Voorluidspreker-voetjes (8)
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
voorbehouden, zonder kennisgeving.
48
NL
Index
A
Aanduidingen in het
uitleesvenster 18
Aansluiten 4-6, 38-40
antennes 5, 40
los verkrijgbare
apparatuur 38-40
luidsprekers 4
stereo-installatie 4-6
stroomvoorziening 5
Afspelen
cassette 15
compact disc 10
gekozen volgorde
(programma-weergave)
21
herhaalde weergave 19
willekeurige volgorde
20
Afsteminterval 9
Akoestiek-instelling 27
Antennes 5, 40
B
Batterijen 6
Beveiligen van opnamen 41
Bijregelen
geluidssterkte 11, 14, 16
geluidsweergave 27
grafiek-toonregeling 29
C, D
Cassette-montagefunctie 25
CD synchroon-opname 12
Compact disc speler
10-12, 18-22
E
Effect kiezen 27
F
FLASH functie 26
G
Geheugenafstemming 13
Gelijkzetten van de klok 6
Geluidsinstellingen 27, 29
H, I, J
Herhaalde weergave 19
K
Karaoke 33
Klok gelijkzetten 6
L, M
LOOP functie 26
Luidsprekers 4
Luisteren naar een
voorkeurzender 13
N
Normale weergave 10
O
Ononderbroken weergave
10
Opnemen
compact disc 12
radio-uitzending 14
schakelklok-opname 37
P, Q
Programma-montage 24
Programma-weergave 21
PTY programmatype 31
R
Radio Data Systeem 31
Radiozenders
afstemmen 13
voorinstellen 7
S
Schakelklok
gewekt worden met
muziek 36
inslapen met muziek 35
schakelklok-opname 37
Sluimerfunctie 35
Snelkopieerfunctie 17
T
Terugstellen in
uitgangsstand 44
Tijdinstelling 6
Tuner 7, 13, 31-33
U
Uitleesvenster 18
V
Vastleggen van
voorkeurzenders 7
Verhelpen van storingen
42-44
Versneld kopiëren 17
W, X, Y
Wekfunctie 36
Willekeurige weergave 20
Wispreventienokje 41
Z
Zendernaam 31

Documenttranscriptie

3-868-163-93(1) Mini Hi-Fi Component System Gebruiksaanwijzing NL Istruzioni per l’uso IT Manual de Instruções PT MHC-BX3/DX3 © 2000 Sony Corporation WAARSCHUWING Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen. Om gevaar voor elektrische schokken te vermijden, dient u de behuizing van het apparaat nooit te openen. Laat onderhoud en eventuele reparatie over aan bevoegd vakpersoneel. Plaats het apparaat niet in een gesloten ruimte, zoals een boekenrek of ingebouwde kast. Dit apparaat is geklassificeerd als een KLASSE 1 LASER product. De aanduiding CLASS 1 LASER PRODUCT bevindt zich aan de achterkant van het apparaat. Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA. 2NL Inhoudsopgave Voorbereidingen Stap 1: Aansluiten van de stereoinstallatie ........................................... 4 Stap 2: Gelijkzetten van de klok .......... 6 Stap 3: Vastleggen van uw favoriete radiozenders ..................................... 7 Stroom besparen in de gebruiksklaarstand .................................................. 9 Basisbediening Afspelen van een compact disc .......... 10 Opnemen van een compact disc ........ 12 Luisteren naar de radio ....................... 13 Opnemen van een radio-uitzending . 14 Afspelen van een cassette ................... 15 Kopiëren van bandopnamen (dubbing) ........................................ 17 Compact disc speler Gebruik van het CD uitleesvenster .... 18 Herhaalde weergave van muziekstukken op CD .................. 19 Willekeurige weergave van muziekstukken op CD .................. 20 Programma-weergave van muziekstukken op CD .................. 21 Cassettedeck Handmatig opnemen ........................... 23 Geprogrammeerde opname van een CD .................................................... 24 Instellen van de weergave Bijregelen van het geluid ..................... 27 Kiezen van een akoestiek-instelling .. 27 Omschakelen van de spectrum analyzer aanduidingen ................. 28 Weergave met een ruimtelijk effect ... 29 Bijregelen met de grafiek-toonregeling ...................... 29 Extra functies Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS)* .............................................. 31 Karaoke: meezingen met muziek ....... 33 Met muziek in slaap vallen ................. 35 Met muziek gewekt worden ............... 36 Schakelklok-opname van radiouitzendingen ................................... 37 NL Externe apparatuur Aansluiten van audio-apparatuur ..... 38 Aansluiten van een videorecorder ..... 39 Aansluiten van buitenantennes .......... 40 Aanvullende informatie Voorzorgsmaatregelen ........................ 41 Verhelpen van storingen ..................... 42 Technische gegevens ............................ 45 Index ....................................................... 48 * Alleen voor het Europese model. Diskjockey-effecten Repeteerweergave van een muziekpassage op CD ................................ 26 “Flits” weergave van een muziekpassage op CD .................. 26 3NL Voorbereidingen Stap 1: Aansluiten van de stereo-installatie Volg de onderstaande aanwijzingen van 1 t/m 4 om uw stereo-installatie aan te sluiten met de bijgeleverde snoeren en ander toebehoren. AM-kaderantenne FM-draadantenne 2 3 1 4 Rechter voorluidspreker Linker voorluidspreker Opmerkingen 1 Sluit de voorluidsprekers aan. Sluit de luidsprekersnoeren van de voorluidsprekers aan op de SPEAKER klemmen zoals hieronder getoond. Steek alleen het vrijgemaakte uiteinde in de aansluiting. R + L + Rood/Enkele kleur (3) – Zwart/Gestreept (#) 4NL • Houd de luidsprekersnoeren uit de buurt van de antennes, om storing in de weergave te voorkomen. • Het type luidsprekers verschilt afhankelijk van het model dat u zich hebt aangeschaft (zie de “Technische gegevens” op blz. 45). 2 Sluit de FM- en AM-antennes aan. 3 Bij de modellen met een spanningskiezer, stelt u deze VOLTAGE SELECTOR in op het voltage van het plaatselijk lichtnet. Zet de kaderantenne in elkaar en sluit deze aan. Aansluiting type A AM-kaderantenne Strek de FMdraadantenne zover mogelijk horizontaal uit. VOLTAGE SELECTOR 230 - 240V FM 75 120V 220V AM 4 Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact. Het uitleesvenster toont nu een demonstratie van de mogelijkheden. Wanneer u op de &/1 toets drukt, wordt de stereo-installatie ingeschakeld en stopt automatisch de demonstratie. Als de bijgeleverde verloopstekker niet in het stopcontact past, verwijdert u deze en gebruikt u de vaste netstekker (alleen voor de modellen met verloopstekker). Aansluiting type B AM-kaderantenne (bijgeleverd) Strek de FMdraadantenne zover mogelijk horizontaal uit. Aansluiten van andere apparatuur FM CO 75 AX IAL AM Zie blz. 38. Uitschakelen van de demonstratie Wanneer u de tijd instelt (zie “Stap 2: Gelijkzetten van de klok” op blz. 6) wordt de demonstratie automatisch uitgeschakeld. Om de demonstratie weer te starten/stoppen, drukt u de DISPLAY toets eenmaal in (bij de MHC-DX3) of tweemaal (bij de MHC-BX3) terwijl de stereo-installatie uit staat. wordt vervolgd 5NL Stap 1: Aansluiten van de stereoinstallatie (vervolg) Aanbrengen van de voetjes onder de voorluidsprekers Bevestig de bijgeleverde luidsprekervoetjes onder de voorluidsprekers, om te zorgen dat ze stevig staan en niet kunnen wegglijden. Stap 2: Gelijkzetten van de klok Om de schakelklok-functies te kunnen gebruiken, zult u eerst de ingebouwde klok op de juiste tijd moeten instellen. Bij de Europese modellen geeft de ingebouwde klok de tijd aan volgens een 24uurs cyclus en bij de overige modellen volgens een 12-uurs cyclus. De afbeeldingen tonen het model met 24-uurs tijdsaanduiding. 1 Plaats twee R6 (AA-formaat) batterijen in de afstandsbediening 2,4 hH S l L j J H S s 3,5 s e E e E Tip Bij normaal gebruik zal een stel batterijen ongeveer zes maanden meegaan. Als de stereo-installatie niet meer goed op de afstandsbediening reageert, vervangt u dan beide batterijen door nieuwe. Opmerking Wanneer u de afstandsbediening geruime tijd niet gebruikt, kunt u beter de batterijen eruit verwijderen, om schade door eventuele batterijlekkage en corrosie te vermijden. Wanneer u de stereo-installatie vervoert Zorg eerst dat alle compact discs uit het apparaat zijn verwijderd. Om het CDmechanisme te beschermen, vergrendelt u dit door de CD toets ingedrukt te houden en dan de stereo-installatie uit te schakelen met de &/1 toets. Nadat u de stereo-installatie aldus hebt uitgeschakeld, verschijnt de aanduiding “LOCK” in het uitleesvenster. 6NL 1 Druk op de CLOCK/TIMER SET toets. De uren-aanduiding begint te knipperen. 2 Stel het uur in met de . of > toets. 3 Druk op de ENTER toets. De minuten-aanduiding begint te knipperen. Stap 3: Vastleggen van uw favoriete radiozenders U kunt in totaal 30 radiozenders vastleggen als voorkeurzenders (20 voor de FM band en 10 voor de AM). &/1 (Aan/uit-schakelaar) 4 Stel de minuten in met de . of > toets. 5 Druk op de ENTER toets. 2 3 De klok begint te lopen. Tip Heeft u een fout gemaakt, begin dan opnieuw vanaf stap 1. Corrigeren van de tijdinstelling Hierboven wordt beschreven hoe u de tijd instelt wanneer de apparatuur is uitgeschakeld. Voor het gelijkzetten van de klok terwijl de apparatuur is ingeschakeld, gaat u als volgt te werk: 1 Druk op de CLOCK/TIMER SET toets. 2 Druk enkele malen op de . of > toets om in te stellen op SET CLOCK. 3 Druk op de ENTER toets. 4 Volg de bovenstaande aanwijzingen 2 t/m 5. 41 Instelknop wordt vervolgd Opmerking De tijdinstelling verdwijnt uit het geheugen wanneer er een stroomonderbreking is of de stekker niet in het stopcontact zit. 7NL Stap 3: Vastleggen van uw favoriete radiozenders (vervolg) 1 2 Druk enkele malen op de TUNER/ BAND toets om in te stellen op de FM of AM afstemband. Houd de + of – toets (of de TUNING + of – toets van de afstandsbediening) ingedrukt totdat de frequentie-aanduiding gaat veranderen en laat de toets dan los. Het doorzoeken van de afstemband stopt automatisch wanneer er op een duidelijk doorkomende zender is afgestemd. In het uitleesvenster verschijnt de aanduiding “TUNED” (en ook “STEREO” als er een stereo radiouitzending wordt ontvangen). MHz TUNED 3 STEREO Druk op de TUNER MEMORY toets. In het uitleesvenster verschijnt een voorinstelnummer. De zenders worden nu vastgelegd vanaf voorinstelnummer 1. Voorinstelnummer TUNED 8NL STEREO 4 Druk op de ENTER toets. De zender wordt nu vastgelegd onder uw gekozen nummer. 5 Herhaal de stappen 1 t/m 4 voor elk van de voorkeurzenders die u wilt vastleggen. Afstemmen op een zender die te zwak doorkomt voor automatische afstemming Druk in stap 2 enkele malen achtereen op de + of – toets (of op de TUNING + of – toets van de afstandsbediening) om handmatig op de gewenste zender af te stemmen. Vastleggen van een nieuwe zender onder een al gebruikt voorinstelnummer Volg de aanwijzingen weer vanaf stap 1. Na stap 3 draait u aan de instelknop totdat deze klikt om in te stellen op het voorinstelnummer waaronder u de nieuwe zender wilt vastleggen. Onder het gekozen voorinstelnummer kunt u nu een nieuwe zender van uw keuze vastleggen. Wissen van een vooringestelde zender 1 Houd op de TUNER MEMORY toets ingedrukt totdat er een voorinstelnummer in het uitleesvenster verschijnt. Stroom besparen in de gebruiksklaar-stand (allen voor de MHC-BX3) U kunt het stroomverbruik in de uitgeschakelde gebruiksklaar-stand verminderen (stroombesparingsstand) om energie te besparen. &/1 (Aan/uitschakelaar) DISPLAY 2 Draai aan de instelknop totdat deze klikt om in te stellen op het voorinstelnummer dat u wilt wissen. Stel in op “ALL ERASE” als u alle voorkeurzenders in één keer wilt wissen. 3 Druk op de ENTER toets. De aanduiding “COMPLETE” verschijnt. Bij het wissen van een voorkeurzender schuiven alle volgende zenders een plaatsje naar voren op en krijgen dus allemaal een lager nummer. Omschakelen van het AM afsteminterval (Uitgezonderd de modellen voor Europa en het Midden-Oosten) Het afsteminterval voor de AM ontvangst is in de fabriek ingesteld op 9 kHz (voor sommige gebieden 10 kHz). Om dit AM afsteminterval om te schakelen, stemt u eerst af op een willekeurige AM zender en dan schakelt u het apparaat uit. Houd vervolgens de ENTER toets ingedrukt en schakel zo de stroom weer in. Bij omschakelen van het afsteminterval verdwijnen alle vastgelegde AM voorkeurzenders uit het afstemgeheugen. Om het afsteminterval weer terug te schakelen, herhaalt u deze werkwijze. , Druk enkele malen op de DISPLAY toets terwijl het apparaat nog uit staat. Telkens wanneer u op deze toets drukt, schakelt het apparaat als volgt over. t Demonstratie t Tijdsaanduiding Stroombesparingsstand T In deze stand kunt u de stereo-installatie aan/ uit zetten door indrukken van de &/1 toets. Tip De vastgelegde voorkeurzenders zullen na het verwijderen van de stekker uit het stopcontact of na uitvallen van de stroom ongeveer een halve dag lang bewaard blijven. Tips • In de stroombesparingsstand blijft het &/1 spanningslampje nog wel branden, evenals de schakelklok-indicator (wanneer de schakelklok is ingesteld). • In de stroombesparingsstand zal de schakelklok gewoon werken. Opmerking De klok kan niet op de juiste tijd worden ingesteld in de stroombesparingsstand. Uitschakelen van de stroombesparingsstand Druk eenmaal op de DISPLAY toets om de demonstratie te zien, tweemaal om de tijdsaanduiding te zien. 9NL Basisbediening 1 Afspelen van een compact disc Druk op de Z OPEN/CLOSE toets en leg een compact disc in de disclade. Als een disc niet goed geplaatst is, kan deze niet worden afgespeeld. — Normale weergave Met deze stereo-installatie kunt u tot drie compact discs achtereen afspelen. DISC SKIP EX-CHANGE hH &/1 (Aan/uitx schakelaar) X 1 PLAY MODE Met de bedrukte label-kant boven. Voor het afspelen van een 8 cm CD singletje plaatst u dit in de binnenste uitsparing van de disc-lade. Voor het inleggen van tweede en een derde compact disc drukt u op de DISC SKIP EX-CHANGE toets om het discplateau door te draaien. 2 Druk op een van de DISC 1~3 toetsen. De disc-lade sluit en het afspelen van de gekozen CD begint. Als u op de hH toets drukt met de disc-lade dicht nadat er is gekozen voor de CD als geluidsbron, dan begint het afspelen vanaf het begin van de CD in de disc-uitsparing waarvan de discafspeelindicator oplicht. DiscMuziekstukafspeelindicator nummer .> 2 Verstreken speelduur VOLUME Instelknop hH hH S l L j J H S s S s lL jJ s CD VOL +/– 10NL Disc-aanwezig indicator Nummer van de disc-uitsparing Voor het Doet u het volgende Stoppen met afspelen Druk op de x stoptoets. Pauzeren Druk op de X pauzetoets. Druk nogmaals op de toets om de weergave te hervatten. Opzoeken van Druk tijdens afspelen of een muziekstuk pauzeren op de > toets om een later muziekstuk op te zoeken, of op de . toets voor een eerder muziekstuk. Opzoeken van een punt in een muziekstuk Draai de instelknop naar rechts (om vooruit te zoeken) of naar links (om terug te zoeken) totdat de knop klikt en houd hem vast (of houd de J of j toets van de afstandsbediening ingedrukt). Laat de knop of toets los zodra u het gewenste punt bereikt. Druk op de DISC 1~3 toets of op de DISC SKIP EX-CHANGE toets (of de D.SKIP toets van de afstandsbediening). Afspelen van alleen de eerste compact disc Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot er “CONTINUE 1 DISC” of “SHUFFLE 1 DISC” wordt aangegeven. Afspelen van alle CD’s Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot er “CONTINUE ALL DISCS” of “SHUFFLE ALL DISCS” wordt aangegeven. • U kunt in één handeling overschakelen van een andere geluidsbron en de weergave van een compact disc starten, eenvoudig met een druk op een van de DISC 1~3 toetsen (automatische geluidsbron-keuze). • Als er geen CD in de disc-lade aanwezig is, verschijnt de aanduiding “CD NO DISC”. • Tijdens het afspelen van een disc of wanneer er is ingesteld op een disc-uitsparing met een CD er in zal de disc-afspeelindicator van de betreffende disc-uitsparing oplichten. Voor de discuitsparingen waarin wel een CD is geplaatst maar die niet zijn gekozen voor afspelen, brandt wel de disc-aanwezig indicator, maar niet de discafspeelindicator. Wanneer alle disc-uitsparingen leeg zijn, zullen alle disc-aanwezig indicators en disc-afspeelindicators oplichten. Opmerking Als een disc-uitsparing nog niet door de CD-speler is gelezen, kan de disc-aanwezig indicator wel eens branden als er geen CD in die uitsparing aanwezig is. Basisbediening Kiezen van een compact disc in de stopstand Tips Uitnemen of Druk op de Z OPEN/CLOSE een compact disc toets. Verwisselen van Druk op de DISC SKIP een andere CD EX-CHANGE toets. tijdens weergave Bijregelen van de geluidssterkte Draai aan de VOLUME regelaar (of druk op de VOL +/– toets van de afstandsbediening). 11NL Opnemen van een compact disc 3 Druk dan nogmaals op de toets om de disc-lade te sluiten. Als de op te nemen CD nog niet is gekozen, drukt u hiervoor enkele malen op de DISC SKIP EX-CHANGE toets. — CD synchroon-opname Met behulp van de CD SYNC HI-DUB toets kunt u een compact disc snel en doeltreffend op de band opnemen. U kunt alleen TYPE I (normaalband) cassettes gebruiken. &/1 (Aan/uitschakelaar) DISC SKIP EX-CHANGE hH 3 5 Druk op de Z OPEN/CLOSE toets en plaats een compact disc. Met de bedrukte label-kant boven. Voor het afspelen van een 8 cm CD singletje plaatst u dit in de binnenste uitsparing van de disc-lade. 4 Druk op de CD SYNC HI-DUB toets. Deck B komt in de opnamepauzestand te staan en de CD-speler komt in de weergavepauzestand te staan. De indicator van de REC PAUSE/START toets knippert. 5 Kies met de DIRECTION schakelaar de g instelling voor het opnemen op één cassettekant of de j (of RELAY) instelling voor opnemen op beide cassettekanten. 6 Druk op de REC PAUSE/START toets. Het opnemen begint. p 1 2 6 4 1 Druk op de A toets en plaats een voor opnemen geschikte cassette in deck B. Met de kant voor opname naar u toe gericht 2 Druk op de CD toets. Stoppen met opnemen Druk op de x stoptoets. Tips • Als u met opnemen wilt beginnen aan de achterkant van de cassette, drukt u na stap 1 eerst enkele malen op de TAPE A/B toets om in te stellen op deck B. Vervolgens drukt u op de hH weergavetoets om de achterkant van de cassette af te spelen en dan drukt u op de x stoptoets bij het punt waar u wilt beginnen met opnemen. Het indicatorlampje voor de achterkant van de cassette in deck B licht op (zie blz. 16). • Wilt u op beide cassettekanten opnemen, begin dan aan de voorkant van de cassette met opnemen. Als u aan de achterkant begint, stopt het opnemen zodra het einde van die kant is bereikt. Opmerking NL 12 Tijdens het opnemen kunt u niet naar een andere geluidsbron luisteren; daarvoor zult u eerst moeten stoppen met opnemen. Luisteren naar de radio 1 Druk enkele malen op de TUNER/ BAND toets om in te stellen op de FM of AM afstemband. –– Geheugenafstemming 2 Draai aan de instelknop totdat deze klikt (of druk op de PRESET +/– toets van de afstandsbediening) om af te stemmen op de gewenste voorkeurzender. Leg eerst uw favoriete radiozenders in het afstemgeheugen vast (zie “Stap 3: Vastleggen van uw favoriete radiozenders” op blz. 7). &/1 (Aan/uitschakelaar) STEREO/ MONO +/– Draai naar links (of druk op de PRESET – toets van de afstandsbediening) om af te stemmen op een lager genummerde zender. M m Voorinstelnummer* M m Draai naar rechts (of druk op de PRESET + toets van de afstandsbediening) om af te stemmen op een hoger genummerde zender. Afstemfrequentie MHz 1 VOLUME 2 STEREO * Als er slechts één voorkeurzender is ingesteld, verschijnt de aanduiding “ONE PRESET” in het uitleesvenster. Basisbediening TUNED wordt vervolgd hH S l L j J H S s TUNING +/– PRESET +/– s TUNER/BAND VOL +/– 13NL Luisteren naar de radio (vervolg) Voor het Doet u het volgende Uitschakelen van de radio Druk op de &/1 schakelaar. Bijregelen van de geluidssterkte Draai aan de VOLUME regelaar (of druk op de VOL +/– toets van de afstandsbediening). Luisteren naar radiozenders die niet zijn vastgelegd Opnemen van een radio-uitzending Na keuze van de gewenste vastgelegde voorkeurzender kunt u radio-uitzendingen op de band opnemen. U kunt alleen TYPE I (normaalband) cassettes gebruiken. &/1 (Aan/uitschakelaar) 3 5 2 4,6 1 Gebruik handmatige of automatische afstemming in stap 2. Voor handmatige afstemming drukt u enkele malen achtereen op de + of – toets (of op de TUNING + of – toets van de afstandsbediening). Voor automatische afstemming houdt u de + of – toets langer ingedrukt (of op de TUNING + of –toets van de afstandsbediening). Tips • U kunt in één handeling overschakelen van een andere geluidsbron naar de tuner en de radioontvangst starten, eenvoudig met een druk op de TUNER/BAND toets (automatische geluidsbronkeuze). • Wanneer een FM stereo radio-uitzending niet duidelijk doorkomt, drukt u op de STEREO/ MONO toets, zodat de aanduiding “MONO” oplicht. Het stereo-effect zal nu verloren gaan, maar de radio-ontvangst zal helderder klinken. Druk nogmaals op de toets om weer naar stereogeluid te luisteren. • Om de beste radio-ontvangst te verkrijgen kan het nodig zijn verschillende standen van de bijgeleverde antennes uit te proberen. p 1 Druk op de A toets en plaats een voor opnemen geschikte cassette in deck B. Met de kant voor opname naar u toe gericht 2 14NL Druk op de TUNER/BAND toets om de gewenste afstemband te kiezen. 3 Draai aan de instelknop totdat deze klikt om af te stemmen op de gewenste voorkeurzender. Draai naar links om af te stemmen op een lager genummerde zender. M m M m Voorinstelnummer Draai naar rechts om af te stemmen op een hoger genummerde zender. Afstemfrequentie MHz Afspelen van een cassette De cassettedecks zijn geschikt voor weergave van TYPE I (normaalband) cassettes. Bij plaatsen van een cassette neemt het deck automatisch de bandsoort waar en stelt daarop in. Ook kunt u de ./> toetsen gebruiken om de muziekstukken die u wilt horen vlot en gemakkelijk op te zoeken (AMS* zoekfunctie). Druk enkele malen op de TAPE A/B toets om het gewenste deck te kiezen. * AMS zoekfunctie (Automatische Muziek Sensor) TUNED 4 STEREO 4 &/1 (Aan/uitschakelaar) 3 X x Instelknop Druk op de REC PAUSE/START toets. 5 Kies met de DIRECTION schakelaar de g instelling voor het opnemen op één cassettekant of de j (of RELAY) instelling voor opnemen op beide cassettekanten. 6 Druk op de REC PAUSE/START toets van deck B. Het opnemen begint. Basisbediening Deck B komt in de opnamepauzestand te staan. 2 1 VOLUME 2 .> Stoppen met opnemen Druk op de x stoptoets. hH Tips • Als u met opnemen wilt beginnen aan de achterkant van de cassette, drukt u na stap 1 eerst enkele malen op de TAPE A/B toets om in te stellen op deck B. Vervolgens drukt u op de hH weergavetoets om de achterkant van de cassette af te spelen en dan drukt u op de x stoptoets bij het punt waar u wilt beginnen met opnemen. Het indicatorlampje voor de achterkant van de cassette in deck B licht op (zie blz. 16). • Wilt u op beide cassettekanten opnemen, begin dan aan de voorkant van de cassette met opnemen. Als u aan de achterkant begint, stopt het opnemen zodra het einde van die kant is bereikt. • Voor het opnemen van een uitzending van een radiozender die niet is vastgelegd, gebruikt u in stap 3 de + en – toets om handmatig op de gewenste zender af te stemmen. • Als er bij het opnemen van een radio-uitzending storing klinkt, kunt u dit verhelpen door de antenne voor de betreffende afstemband in een andere richting te draaien. hH S l L j J H S s s lL jJ s TAPE A/B VOL +/– wordt vervolgd 15NL Afspelen van een cassette (vervolg) 1 Voor het 2 Druk op de A toets en steek een bespeelde cassette in deck A of B. Met de kant die u wilt weergeven naar u toe gericht 3 4 Druk op de x stoptoets. Pauzeren Druk op de X pauzetoets. Nogmaals drukken om door te gaan met afspelen. Druk op de TAPE A/B toets. Om te kiezen voor deck A of deck B, drukt u enkele malen op de TAPE A/B toets. Doet u het volgende Stoppen met Vooruitspoelen Tijdens het afspelen van de voorkant: draai de instelknop naar rechts totdat deze klikt (of druk op de J toets van de afstandsbediening); tijdens het afspelen van de achterkant: draai de instelknop naar links totdat deze klikt (of druk op de j toets van de afstandsbediening). Terugspoelen Kies met de DIRECTION schakelaar de g instelling voor het afspelen van één cassettekant of de j instelling voor het afspelen van beide cassettekanten. Tijdens het afspelen van de voorkant: draai de instelknop naar links totdat deze klikt (of druk op de j toets van de afstandsbediening); tijdens het afspelen van de achterkant: draai de instelknop naar rechts totdat deze klikt (of druk op de J toets van de afstandsbediening). Uitnemen van de cassette Druk op de A toets. Kies de RELAY* instelling (continuweergave) voor het achter elkaar afspelen van de cassettes in beide decks. Bijregelen van Draai aan de VOLUME regelaar de geluidssterkte (of druk op de VOL +/– toets van de afstandsbediening). Druk op de hH cassette-weergavetoets. Opzoeken van het begin van een muziekstuk (AMS* zoekfunctie) Om de achterkant van de cassette af te spelen drukt u op de hH weergavetoets. Dan begint de weergave. Voorkant indicator Druk tijdens weergave net zo vaak op de . of > toets als het aantal nummers dat u terug of vooruit wilt zoeken. De richting waarin u zoekt, + (vooruit) of – (terugwaarts) en het aantal versprongen nummers (1-9) worden in het uitleesvenster aangegeven. Voorbeeld: twee nummers vooruit zoeken * AMS zoekfunctie (Automatische Muziek Sensor) Tip Achterkant Aanwezig indicator indicator * De continu-weergave verloopt altijd in de onderstaande volgorde: t Deck A (voorkant) t Deck A (achterkant) Deck B (achterkant) T Deck B (voorkant) T 16NL Als er geen cassette is geplaatst, branden alle indicatorlampjes. Als er wel een of twee cassettes aanwezig zijn, lichten de bijbehorende aanweziglampje(s) en vooruit/achteruit richtingslampje(s) op. Opmerkingen • Het deck stopt automatisch nadat de cyclus, d.w.z. afspelen van beide cassettekanten, vijfmaal is herhaald. • De AMS-zoekfunctie kan wel eens niet goed werken in de volgende gevallen: – als er tussen twee muziekstukken geen vier seconden stilte is. – als de geluidssterkte van het linker kanaal sterk verschilt van die van het rechter kanaal. – bij langdurige stille of erg zachte passages in een muziekstuk, of geruime tijd alleen maar lage tonen (zoals bij een bas-solo, een tuba of een bariton-saxofoon). – als het cassettedeck te dicht bij een TV-toestel staat. (In dit geval kunt u de apparatuur beter wat verder van het TVtoestel zetten of de TV uitschakelen.) Kopiëren van bandopnamen (dubbing) — Kopiëren met hoge snelheid 4 Kies met de DIRECTION schakelaar de g instelling voor het opnemen op één cassettekant of de j (of RELAY) instelling voor opnemen op beide cassettekanten. 5 Druk op de REC PAUSE/START toets. U kunt alleen TYPE I (normaalband) cassettes gebruiken. &/1 (Aan/uitschakelaar) 4 p Het kopiëren begint. Stoppen met kopiëren Druk op de x stoptoets. Tips 2 1 5 Basisbediening • Wilt u op beide cassettekanten opnemen, begin dan aan de voorkant van de cassette met opnemen. Als u aan de achterkant begint, stopt het opnemen zodra het einde van die kant is bereikt. • Als u de DIRECTION schakelaar op j zet en de cassettes in de decks een verschillende lengte hebben, zullen de cassettes onafhankelijk van elkaar op de andere kant overschakelen. Als u de schakelaar op RELAY zet, schakelen beide cassettes gelijktijdig op de andere kant over. 3 2 1 Druk op de TAPE A/B toets. 2 Druk op de A toets en plaats een bespeelde cassette in deck A en een voor opnemen geschikte cassette in deck B. Met de kant voor weergave/ opname naar u toe gericht 3 Druk op de CD SYNC HI-DUB toets. Deck B komt in de opnamepauzestand te staan. 17NL Compact disc speler Gebruik van het CD uitleesvenster In het uitleesvenster kunt u de resterende speelduur van het weergegeven muziekstuk of de gehele compact disc controleren. Als er een CD TEXT disc is geplaatst, kunt u de tekst daarvan, zoals de disc-titel, muziektitels en de naam van de artiest(en) in het uitleesvenster zien. Zodra het apparaat een geplaatste CD TEXT disc waarneemt, verschijnt de aanduiding “CD-TEXT” in het uitleesvenster. &/1 (Aan/uit-schakelaar) , Druk op de DISPLAY toets. Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de aanduiding in het uitleesvenster als volgt: Tijdens normale weergave t Verstreken speelduur van het weergegeven muziekstuk x Resterende speelduur van het weergegeven muziekstuk x Resterende speelduur van de huidige compact disc (1 DISC stand) of “--.--” aanduiding (ALL DISCS stand) x Titel van het weergegeven muziekstuk* x Normale klok (wordt acht seconden aangegeven) x Gekozen geluidseffect In de stopstand Tijdens programma-weergave en als er nummers geprogrammeerd zijn: DISPLAY t Laatst geprogrammeerd muziekstuknummer en totale programma-speelduur x Totaal aantal geprogrammeerde nummers (acht seconden lang) x Titel en uitvoerende artiesten van de CD* x Gewone tijdsaanduiding (acht seconden lang) x Gekozen geluidseffect Tijdens andere afspeelfuncties: t Totaal aantal muziekstukken en totale speelduur x Titel en uitvoerende artiesten van de CD* x Gewone tijdsaanduiding (acht seconden lang) x Gekozen geluidseffect * Alleen met CD TEXT discs (bepaalde letters kunnen niet worden aangegeven). Bij bepaalde discs kan niet alle CD TEXT worden getoond. 18NL Herhaalde weergave van muziekstukken op CD , Druk tijdens CD-weergave op de REPEAT toets tot de aanduiding “REPEAT” verschijnt. De herhaalde weergave begint. Volg de onderstaande aanwijzingen voor het omschakelen van de herhaalfunctie. –– REPEAT weergave Met de herhaalfunctie kunt u een enkele compact disc of alle CD’s laten herhalen met normale weergave, willekeurige weergave of programma-weergave. &/1 (Aan/uit-schakelaar) Voor het herhalen van Drukt u net zovaak op Alle muziekstukken op de weergegeven CD, tot vijfmaal achtereen de PLAY MODE toets tot het uitleesvenster “CONTINUE 1 DISC” of “SHUFFLE 1 DISC” aangeeft. Alle muziekstukken op alle compact discs, tot vijfmaal achtereen de PLAY MODE toets tot het uitleesvenster “CONTINUE ALL DISCS” aangeeft. Een enkel muziekstuk de REPEAT toets tot het uitleesvenster “REPEAT 1” aangeeft, tijdens weergave van het te herhalen muziekstuk. Uitschakelen van de herhaalfunctie Druk net zovaak op de REPEAT toets totdat de “REPEAT” of “REPEAT 1” aanduiding in het uitleesvenster dooft. Opmerkingen REPEAT • Als u op de PLAY MODE toets blijft drukken totdat er “SHUFFLE ALL DISCS” verschijnt, wordt de “REPEAT” weergave automatisch uitgeschakeld. • Tijdens programma-weergave zal het muziekprogramma ook tot vijfmaal achtereen worden herhaald. 19NL Willekeurige weergave van muziekstukken op CD –– SHUFFLE weergave Alle muziekstukken van een compact disc of van alle compact discs kunnen in willekeurige volgorde worden weergegeven. &/1 (Aan/uitschakelaar) 3 2 > Uitschakelen van de willekeurige weergave Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “SHUFFLE” of “PGM” in het uitleesvenster dooft. Hierna worden de muziekstukken in de normale volgorde weergegeven. Kiezen van een gewenste compact disc Druk op de DISC 1~3 toets. Tips • Ook tijdens normale weergave kunt u overschakelen op willekeurige weergave, door op de PLAY MODE toets te drukken totdat er “SHUFFLE” in het uitleesvenster verschijnt. • Om een ongewenst muziekstuk over te slaan, drukt u op de > toets. DISC 1~3 1 Instelknop 1 Druk op de CD toets en plaats een compact disc. 2 Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “SHUFFLE 1 DISC” of “SHUFFLE ALL DISCS” verschijnt. Bij “SHUFFLE ALL DISCS” worden de muziekstukken van alle CD’s in willekeurige volgorde weergegeven. Bij “SHUFFLE 1 DISC” worden de muziekstukken van de CD waarvan de discafspeelindicator oplicht in willekeurige volgorde weergegeven. 3 Druk op de hH weergrave toets. Dan begint het afspelen in willekeurige volgorde. 20NL Programmaweergave van muziekstukken op CD 1 Druk op de CD toets en plaats een compact disc. 2 Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “PGM” verschijnt. 3 Druk op een van de DISC 1~3 toetsen om in te stellen op de CD met het gewenste muziekstuk. –– PROGRAM weergave U kunt uw eigen muziekselectie samenstellen door maximaal 32 nummers van alle CD’s te programmeren in de volgorde waarin u de muziek wilt horen. &/1 (Aan/uitschakelaar) 4 p 7 4 Als u alle nummers van een CD in één keer wilt programmeren, kunt u direct doorgaan met stap 5 wanneer het uitleesvenster nog “AL” aangeeft.. 2 4 Druk op de . of > toets tot het gewenste muziekstuk in het uitleesvenster wordt aangegeven. Nummer van CD Totale speelduur (inclusief het gekozen muziekstuk) PGM Nummer van muziekstuk 3 1 5 5 Het gekozen muziekstuk is nu in uw muziekprogramma opgenomen. Het volgnummer in het muziekprogramma verschijnt, gevolgd door de totale speelduur. hH hH S l L j J H S s s lL s Druk op de ENTER toets. 6 Voor elk muziekstuk dat u aan uw muziekprogramma wilt toevoegen, herhaalt u de stappen 3 t/m 5. Voor het kiezen van een volgend muziekstuk van dezelfde compact disc kunt u stap 3 achterwege laten. 7 Druk op de hH weergavetoets. CD CHECK CLEAR Alle geprogrammeerde muziekstukken worden dan in de door u gekozen volgorde afgespeeld. wordt vervolgd 21NL Programma-weergave van muziekstukken op CD (vervolg) Uitschakelen van de programmaweergave Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “PGM” of “SHUFFLE” dooft. Voor het Doet u het volgende Controleren van het programma Druk meermalen op de CHECK toets van de afstandsbediening. Nadat het laatste muziekstuk is getoond, verschijnt “CHECK END”. Wissen van het Druk in de stopstand op laatste muziekstuk de CLEAR toets van de in het afstandsbediening. muziekprogramma Wissen van een bepaald muziekstuk in het muziekprogramma Druk net zovaak op de CHECK toets van de afstandsbediening tot het nummer van het muziekstuk dat u wilt wissen wordt getoond en druk vervolgens op de CLEAR toets. Toevoegen van een 1 Kies de compact disc met muziekstuk aan uw de DISC 1~3 toetsen. muziekprogramma 2 Kies het muziekstuk met in de stopstand de ./> toetsen. 3 Druk op de ENTER toets. Wissen van het Druk in de stopstand gehele éénmaal, of tijdens muziekprogramma weergave tweemaal, op de x toets. Tips • Een eenmaal vastgelegd muziekprogramma blijft ook na afspelen in het geheugen bewaard. Met een druk op de CD toets en dan de hH weergavetoets kunt u hetzelfde programma dus nogmaals weergeven. • Als tijdens programmeren in plaats van de totale speelduur “--.--” verschijnt, betekent dit: – dat u een muziekstuknummer boven de 20 heeft geprogrammeerd, of dat – de totale geprogrammeerde speelduur meer bedraagt dan 100 minuten. 22NL Cassettedeck Handmatig opnemen U kunt een compact disc, cassette of radiouitzending opnemen. Bij handmatig opnemen kunt u naar wens muziekstukken overslaan of bijvoorbeeld in het midden van de cassette beginnen met opnemen. &/1 (Aan/uitschakelaar) 4 Kies met de DIRECTION schakelaar de g instelling voor het opnemen op één cassettekant of de j (of RELAY) instelling voor opnemen op beide cassettekanten. 5 Druk op de REC PAUSE/START toets van deck B. Het opnemen begint. x 6 4 6 Druk op de hH toets om de weergave te starten van de geluidsbron die u wilt opnemen. Voor het Doet u het volgende Stoppen met opnemen Druk op de x stoptoets. Kort onderbreken (pauzeren) van de opname Druk op de REC PAUSE/ START pauzetoets. Tips 2 3,5 1 1 Steek een voor opnemen geschikte cassette in deck B. 2 Druk op een van de functiekeuzetoetsen voor de geluidsbron die u wilt opnemen (bijv. “CD” voor het opnemen van een compact disc). • Als u met opnemen wilt beginnen aan de achterkant van de cassette, drukt u na stap 1 eerst enkele malen op de TAPE A/B toets om in te stellen op deck B. Vervolgens drukt u op de hH weergavetoets om de achterkant van de cassette af te spelen en dan drukt u op de x stoptoets bij het punt waar u wilt beginnen met opnemen. Het indicatorlampje voor de achterkant van de cassette in deck B licht op (zie blz. 16). • In de opnamepauzestand (na indrukken van de REC PAUSE/START opnametoets in stap 3 en vóór nogmaals indrukken hiervan in stap 5) kunt u de . of > toets gebruiken om op de CDspeler de gewenste muziekstukken te kiezen. Als u muziek wilt opnemen vanaf de TAPE A cassette, drukt u enkele malen op de TAPE A/B toets om in te stellen op TAPE A. 3 Druk op de REC PAUSE/START opnametoets. Deck B komt in de opnamepauzestand te staan. De indicator van de REC PAUSE/ START toets knippert. 23NL Geprogrammeerde opname van een CD 1 Leg een of meer compact discs in de disc-lade en steek een voor opnemen geschikte cassette in deck B. — Programma-montage 2 Druk op de CD toets. 3 Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “PGM” verschijnt. 4 Druk op een van de DISC 1~3 toetsen om in te stellen op de CD met het gewenste muziekstuk. U kunt de muziekstukken op de compact discs in een zelf gekozen volgorde opnemen. Bij het programmeren van de volgorde dient u erop te letten dat de totale speelduur van de muziekstukken die op een bepaalde cassettekant moeten worden opgenomen, niet langer is dan de betreffende cassettekant. 5 &/1 (Aan/uitschakelaar) x 8 1 4 5 3,11 Als u alle nummers van een CD in één keer wilt programmeren, kunt u direct doorgaan met stap 6 wanneer het uitleesvenster nog “AL” aangeeft.. 5 Druk op de . of > toets tot het gewenste muziekstuk in het uitleesvenster wordt aangegeven. Totale speelduur (met inbegrip Nummer van CD van het gekozen muziekstuk) PGM 2 6 12 10 1 Nummer van muziekstuk 6 hH S l L j J H S Druk op de ENTER toets. Het gekozen muziekstuk is nu in uw muziekprogramma opgenomen. Het volgnummer in het muziekprogramma verschijnen, gevolgd door de totale speelduur. s 7 s CHECK Voor elk muziekstuk dat u aan uw muziekprogramma voor cassettekant A wilt toevoegen, herhaalt u de stappen 4 t/m 6. Voor het kiezen van een volgend muziekstuk van dezelfde compact disc kunt u stap 4 achterwege laten. 24NL 8 Druk op de X pauzetoets om een pauze in te voegen. Deze pauze geeft het einde van het muziekprogramma voor cassettekant A aan. De letter “P” verschijnt en de totale speelduur komt op “0.00” te staan. 9 Voor het programmeren van de muziekstukken bestemd voor opname op cassettekant B, herhaalt u de stappen 5 en 6 indien het muziekstukken van dezelfde disc betreft of anders de stappen 4 t/m 6. 10 Druk op de CD SYNC HI-DUB toets. Deck B komt in de opnamepauzestand te staan en de CD-speler komt in de weergavepauzestand te staan. De indicator van de REC PAUSE/START toets knippert. 11 Kies met de DIRECTION schakelaar de g instelling voor het opnemen op één cassettekant of de j (of RELAY) instelling voor opnemen op beide cassettekanten. Automatische selectie van de vereiste bandlengte — Bandlengte-montage U kunt de CD-speler de geschikte bandlengte voor het opnemen van een bepaalde compact disc laten bepalen en aangeven, zodat u de disc automatisch op een passende cassette kunt opnemen. De CD-speler kan echter geen passende cassette bepalen voor compact discs met meer dan 20 muziekstukken. 1 Plaats een compact disc. 2 Druk op de CD toets. 3 Druk eenmaal op de EDIT toets, zodat de aanduiding “EDIT” gaat knipperen. De vereiste bandlengte voor het opnemen van de gekozen compact disc verschijnt, gevolgd door de totale speelduur voor achtereenvolgens cassettekant A en B. 12 Druk op de REC PAUSE/START toets. Het opnemen begint. Stoppen met opnemen Druk op de x stoptoets. Controleren van de op te nemen muziekstukken Druk meermalen op de CHECK toets van de afstandsbediening. Nadat het laatste muziekstuk is aangegeven, verschijnt de aanduiding “CHECK END”. Uitschakelen van de programmamontage Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “PGM” of “SHUFFLE” verdwijnt. 25NL Diskjockey-effecten Repeteerweergave van een muziekpassage op CD — LOOP weergave Tijdens afspelen kunt u een bepaalde muziekpassage enkele malen laten herhalen. Zo kunt u interessante effecten bereiken voor creatieve eigen opnamen. hH S l L j J H S “Flits” weergave van een muziekpassage op CD — FLASH weergave Tijdens afspelen kunt u een bepaalde muziekpassage met plotseling opkomende en afvallende geluidssterkte weergeven. Zo kunt u interessante effecten bereiken voor creatieve eigen opnamen. hH S l L j J H S s s s s MENU +/– MENU +/– FLASH LOOP , Druk tijdens afspelen op de FLASH , Druk tijdens afspelen op de LOOP toets van de afstandsbediening bij het punt waar u de repeteerweergave wilt starten en houd de toets ingedrukt totdat u de normale weergave wilt laten doorgaan. Instellen van de lengte van de repeteerlus Stel de lengte van de repeteerlus (LOOP 1~20) in door op de MENU +/– toets van de afstandsbediening te drukken terwijl u de LOOP toets ingedrukt houdt. toets van de afstandsbediening bij het punt waar u de flits-weergave wilt starten en houd de toets ingedrukt totdat u de normale weergave wilt laten doorgaan. Instellen van de lengte van de flits-weergavelus Stel de lengte van de flits-weergavelus (FLASH 1~20) in door op de MENU +/– toets van de afstandsbediening te drukken terwijl u de FLASH toets ingedrukt houdt. Gecombineerd gebruik van de LOOP en FLASH functies Houd de LOOP en de FLASH toets tegelijk ingedrukt. Opmerking 26NL In dit geval kunt u de lengte van de LOOP repeteerlus en de flits-weergavelus niet instellen. Indien gewenst, kunt u de lengte voor beide functies afzonderlijk vooraf instellen. Instellen van de weergave Bijregelen van het geluid Kiezen van een akoestiek-instelling U kunt het weergegeven geluid meer kracht geven door de bassen of het gehele klankbeeld extra te versterken. Ook is er een hoofdtelefoon-aansluiting om te luisteren zonder anderen te storen. Met behulp van het akoestiek-menu kunt u het klankbeeld aanpassen aan de muziek waar u naar luistert. &/1 (Aan/uit-schakelaar) Keuze van een effect uit het akoestiek-menu &/1 (Aan/uitschakelaar) Richtingskeuzeknop GROOVE PHONES Extra vermogen voor het totaalgeluid (GROOVE) Druk op de GROOVE toets. De geluidssterkte wordt verhoogd, de instelling van de grafiektoonregeling verandert en de GROOVE toets licht op. Druk nogmaals op de GROOVE toets om weer terug te keren naar de oorspronkelijke geluidssterkte. hH S l L j J H S s s ON/OFF Luisteren via een hoofdtelefoon Sluit een hoofdtelefoon aan op de PHONES aansluiting. Wanneer de hoofdtelefoon is aangesloten, zal er geen geluid via de luidsprekers te horen zijn. MENU +/– wordt vervolgd 27NL Kiezen van een akoestiekinstelling (vervolg) , Druk op de b of B kant van de richtingskeuzeknop (of op de MENU +/ – toets van de afstandsbediening) om het gewenste akoestiekeffect te kiezen. De naam van het akoestiekeffect verschijnt in het uitleesvenster. Zie de tabel onder “Akoestiek-menu's” in de kolom hiernaast. Omschakelen van de spectrum analyzer aanduidingen Tijdens het luisteren naar muziek kunt u de meest dynamische spectrum analyzer aanduidingen kiezen. &/1 (Aan/uit-schakelaar) Kiezen van een eigen USER FILE instelling Druk op de v kant van de richtingskeuzeknop. Uitschakelen van het akoestiek-effect Druk op de V kant van de richtingskeuzeknop of op de ON/OFF toets van de afstandsbediening, zodat de aanduiding “EFFECT OFF” in het uitleesvenster oplicht. Akoestiek-menu’s De aanduiding “ SURROUND ” verschijnt als u een akoestiek-instelling kiest met ruimtelijk rondom-effect. Effect Voor ROCK POP JAZZ DANCE SOUL ORIENTAL Standaard muziekbronnen ACTION DRAMA SF GAME Geluid van speelfilms en speciale luistersituaties USER FILE Zie blz. 29 , Druk op de SPECTRUM toets. Tip Zie de afbeelding voor het gebruik van de richtingskeuzeknop. Steek uw vinger in de holte en druk in de gewenste richting (v/V/b/B). M v < b m Telkens wanneer u op deze toets drukt, verspringt de aanduiding in het uitleesvenster als volgt: t SPECTRUM 1 x SPECTRUM 2 x SPECTRUM 3 x IMAGE PATTERN x SPECTRUM OFF* * Het uitleesvenster licht iets minder fel op. B V 28NL SPECTRUM , Weergave met een ruimtelijk effect Bijregelen met de grafiek-toonregeling U kunt de muziek weergeven met een fraai ruimtelijk akoestiekeffect. Met de grafiek-toonregeling kan het niveau van de diverse frequentiebanden naar wens verhoogd of verlaagd worden. &/1 (Aan/uit-schakelaar) Alvorens te beginnen, kiest u een bepaalde akoestiek-instelling die gebruikt wordt als basis voor de bijregeling van de klank. &/1 (Aan/uitschakelaar) 2,3 SURROUND , Druk enkele malen achtereen op de SURROUND toets om in te stellen op het gewenste akoestiekeffect. Telkens wanneer u op deze toets drukt, verspringt de aanduiding in het uitleesvenster als volgt: y SURROUND ON (SURROUND ) SURROUND OFF (uit) 1 5 1 Druk op de EQ EDIT toets. 2 Druk enkele malen op de b of B kant van de richtingskeuzeknop om in te stellen op de frequentieband die u wilt bijregelen. Frequentieband Opmerking Wanneer u een ander akoestiekeffect kiest, zal het ruimtelijk SURROUND effect meestal worden uitgeschakeld. wordt vervolgd 29NL Bijregelen met de grafiektoonregeling (vervolg) 3 Stel het niveau in met de v of V kant van de richtingskeuzeknop. Niveau 4 Herhaal de stappen 2 en 3. 5 Druk op de ENTER toets nadat u de gewenste bijregeling heeft gemaakt. Het bijgeregelde patroon wordt automatisch vastgelegd als uw eigen USER FILE instelling. Tips • Als u een eerder bijgeregeld patroon (USER FILE) wilt kiezen, drukt u op de v kant van de richtingskeuzeknop. (Bij de afstandsbediening drukt u op de ON/OFF toets om het klankpatroon te activeren en dan drukt u net zovaak op de MENU +/– toets totdat er “USER FILE” in het uitleesvenster verschijnt. • Zie voor het gebruik van de richtingskeuzeknop blz. 28. 30NL Extra functies Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS) (Alleen voor het Europese model) Welke mogelijkheden biedt het RDS informatiesysteem? De RDS (Radio Data Systeem) is een digitaal radio-informatiesysteem waarmee radiozenders naast de gewone radiouitzendingen allerlei nuttige informatie kunnen uitzenden. De ingebouwde tuner biedt enkele handige RDS functies, zoals de aanduiding van de naam van de radiozender in het uitleesvenster en het opzoeken van radiozenders aan de hand van het soort programma dat ze uitzenden. De RDS is alleen beschikbaar voor FM zenders.* Opmerking De RDS informatie zal niet altijd goed te ontvangen zijn, als de zender waarop u hebt afgestemd niet goed doorkomt of als de signaalsterkte onvoldoende is. * Niet alle FM radiozenders geven RDS informatie door, en de zenders die dit wel doen bieden niet alle dezelfde soorten informatie. Voor nadere bijzonderheden omtrent de in uw woongebied beschikbare RDS informatie kunt u het best contact opnemen met de plaatselijk actieve radiozenders. Aangeven van RDS informatie in het uitleesvenster Telkens wanneer u op de DISPLAY toets drukt, verspringt de aanduiding in het uitleesvenster als volgt: t Zendernaam* x Afstemfrequentie x Programmatype* x Tijdsaanduiding x Gekozen geluidseffect * Als er geen RDS informatie wordt ontvangen, kan de zendernaam en het programmatype niet in het uitleesvenster worden aangegeven. Opzoeken van een radiozender aan de hand van het programmatype (PTY) U kunt een radiozender van uw keuze uit de FM afstemband opzoeken door in te stellen op het gewenste programmatype. De tuner stemt dan af op een uitzending van het gekozen type, verzorgd door een van de FM RDS zenders die zijn vastgelegd in het afstemgeheugen van de tuner. &/1 (Aan/uit-schakelaar) 1 Ontvangst van RDS uitzendingen , Kies eenvoudigweg een radiozender uit de FM band. Bij afstemming op een zender die RDS informatie uitzendt, zal automatisch de zendernaam samen met de RDS indicator in het uitleesvenster verschijnen. 3,5 2,4 wordt vervolgd 31NL Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS) (vervolg) 1 Druk tijdens het luisteren naar de radio op de PTY/DIRECTION toets. 2 Draai aan de instelknop totdat deze klikt om in te stellen op het programmatype dat u wilt horen. Zie het onderstaande “Overzicht van de programmatypes” waaruit u kunt kiezen. 3 Druk op de ENTER toets. De tuner doorloopt dan de vooringestelde FM RDS radiozenders, op zoek naar het gekozen soort programma (hierbij verschijnen afwisselend de aanduidingen “SEARCH” en het gekozen programmatype). Wanneer de tuner het soort programma vindt dat u hebt gekozen, gaat het voorkeurzendernummer knipperen. 4 5 Draai aan de instelknop totdat deze klikt om de gewenste voorkeurzender in het uitleesvenster aan te geven. Druk nogmaals op de ENTER toets terwijl het voorkeurzendernummer nog knippert. CULTURE Programma’s over nationale en regionale cultuur. SCIENCE Programma’s over natuurwetenschappen en technologie. VARIED Gevarieerd amusement, zoals interviews met bekende persoonlijkheden, quizprogramma’s en komedies. POP M Populaire muziek. ROCK M Moderne serieuze muziek. EASY M Easy listening muziek. LIGHT M Lichte klassieke muziek voor een breed publiek zowel vocale als instrumentale muziek. CLASSICS Uitvoeringen van klassieke orkestwerken, kamermuziek, opera, enz. OTHER M Muziek die niet is onder te brengen in één van de andere muzikale categorieën, rhythm-and-blues, reggae, enz. WEATHER Weerbericht. Druk nogmaals op de PTY/DIRECTION toets. FINANCE Beursberichten, financieel en zakennieuws. NEWS Nieuwsbulletins. AFFAIRS Actualiteiten-programma’s die op de achtergronden van het huidige nieuws ingaan. INFO Uitzendingen over consumentenzaken, medisch advies. 32 DRAMA Hoorspelen en radioseries. Uitschakelen van de PTY programmatype-zoekfunctie Overzicht van de programmatypes (PTY) NL EDUCATE Educatieve programma’s, met wetenswaardigheden, praktische tips en advies op allerlei gebied. SPORT Sportverslagen, uitslagen e.d. CHILDREN Kinderprogramma’s. SOCIAL Programma’s over mensen en hun bezigheden. RELIGION Programma’s over godsdienst en religieuze zaken. PHONE IN Programma’s waarin luisteraars via de telefoon of in een publiek forum kunnen reageren. TRAVEL Programma’s over reizen. Niet voor aankondigingen die met de TP/TA verkeersinformatiefuncties te vinden zijn. LEISURE Programma’s over vrijetijdsbesteding en hobbies als vissen, tuinieren, koken e.d. JAZZ Jazz en geïmproviseerde muziek. COUNTRY Country & western muziek. Karaoke: meezingen met muziek (Allen voor de MHC-DX3) U kunt zelf meezingen met de weergegeven muziek als instrumentale begeleiding. Voor het gebruik van de karaoke-functie heeft u een los verkrijgbare microfoon nodig. &/1 (Aan/uit-schakelaar) VOLUME NATION M Programma’s met de nationale of streekmuziek van een bepaald gebied. OLDIES Hits van vroeger. FOLK M Volksmuziekprogramma’s. DOCUMENT Programma's over verschijnselen en hun achtergronden. TEST Testsignaal voor nooduitzendingen. ALARM Nooduitzendingen. NONE Ieder type uitzending dat niet onder een van de bovengenoemde categorieën valt. Opmerking De aanduiding “NO PTY” zal verschijnen als er geen zender is die het door u gekozen programmatype uitzendt. 1,5 2 3 1 Draai de MIC LEVEL regelaar naar MIN om het microfoon-niveau te verminderen. 2 Sluit een los verkrijgbare mikrofoon aan op de MIC aansluiting. 3 Druk op de KARAOKE PON toets om het karaoke-effect in of uit te schakelen. Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de aanduiding in het uitleesvenster als volgt: KARAOKE PON Y Gekozen geluidseffect vóór inschakelen van de KARAOKE PON functie* * Hierbij wordt de KARAOKE PON functie uitgeschakeld. Bij het inschakelen van de karaokefunctie verschijnt de m aanduiding. wordt vervolgd 33NL Karaoke: meezingen met muziek (vervolg) 4 5 Speel de muziek af en stel de geluidssterkte in. Opnemen van gemengd geluid &/1 (Aan/uitschakelaar) x 4 6 Stel met de MIC LEVEL regelaar de geluidssterkte van de microfoon in. Wanneer u wilt stoppen Draai de MIC LEVEL regelaar naar MIN en maak de microfoon los van de MIC aansluiting. Druk daarna meermalen op de KARAOKE PON toets totdat de “m” aanduiding verdwijnt. Opmerkingen • Bij bepaalde muziekstukken kunnen de zangstemmen niet verdwijnen wanneer u instelt op “KARAOKE PON”. • Tijdens gebruik van de KARAOKE PON meezingfunctie kunnen de klank- en akoestiekinstellingen niet worden aangepast. • Als u op de b/B/v/V kant van de richtingskeuzeknop (of de ON/OFF of MENU +/– van de afstandsbediening) drukt of een akoestiekeffect oproept, wordt de karaoke-functie uitgeschakeld. • Als de muziek waarbij u meezingt in mono is opgenomen, is het mogelijk dat niet alleen de zangstemmen maar ook bepaalde instrumenten worden onderdrukt. • In de volgende gevallen kan het gebeuren dat de zangstemmen niet worden onderdrukt: —bij muziek met slechts weinig instrumenten. —bij weergave van een duet. —bij muziek met veel echo of koorzang. —bij muziek waar de zangstem niet in het midden, maar grotendeels op één kanaal is opgenomen. —bij muziek waar de zangstem een hoge sopraan of tenor is. 2 3,5 1 1 Volg de aanwijzingen voor het meezingen (stappen 1 t/m 5 op blz. 33 en 34). Steek vervolgens een cassette in deck B. 2 Druk op een van de functiekeuzetoetsen voor de geluidsbron die u wilt opnemen (bijv. “CD” voor het opnemen van een compact disc). Als u muziek van cassettedeck A wilt opnemen, drukt u enkele malen op de TAPE A/B toets om in te stellen op TAPE A. 3 Druk op de REC PAUSE/START opnametoets. Deck B komt in de opnamepauzestand te staan. De indicator van de REC PAUSE/ START blinks. 34NL 4 5 Kies met de DIRECTION schakelaar de g instelling voor het opnemen op één cassettekant of de j (of RELAY) instelling voor opnemen op beide cassettekanten. Druk op de REC PAUSE/START toets van deck B. Het opnemen begint. 6 Druk op de hH toets om de weergave te starten van de geluidsbron die u wilt opnemen. Nu kunt u met de muziek gaan meezingen. Met muziek in slaap vallen — Sluimerfunctie U kunt de stereo-installatie na een zelf te kiezen periode automatisch laten uitschakelen, zodat u gerust met muziek in slaap kunt vallen (dit noemen we de sluimerfunctie). De sluimerduur is instelbaar in stappen van 10 minuten. SLEEP hH S l L s Stoppen met opnemen Druk op de x stoptoets. Tips • Als akoestische terugkoppeling optreedt (u hoort een rondzingende toon), dient u de microfoon verder van de luidsprekers vandaan te houden of u draait de microfoon in een andere richting. • Wilt u alleen uw eigen zang opnemen, kies dan de CD functie maar speel geen compact disc af. • Wanneer er krachtige geluidssignalen binnenkomen, stelt het apparaat automatisch het opnameniveau wat lager in, om vervorming in de opname te voorkomen (“ALC” automatische opnameniveauregeling). , Druk op de SLEEP toets. Telkens wanneer u op deze toets drukt, verspringt de minuten-aanduiding (de sluimerduur of tijd tot het uitschakelen) als volgt: AUTO t 90 t 80 t 70 t … t 10 t OFF t AUTO … Als u de “AUTO” instelling kiest De stereo-installatie wordt uitgeschakeld wanneer de huidige compact disc of cassette is afgelopen (maximaal na 100 minuten). Controleren van de resterende sluimertijd Druk eenmaal op de SLEEP toets. Wijzigen van de sluimertijd tijdens gebruik van de sluimerfunctie Druk weer net zovaak op de SLEEP toets tot de gewenste sluimertijd wordt aangegeven. Uitschakelen van de sluimerfunctie Druk net zovaak op de SLEEP toets tot de aanduiding “SLEEP OFF” verschijnt. 35NL Met muziek gewekt worden 4 — Wekfunctie U kunt de stereo-installatie automatisch op een vooraf gekozen tijdstip laten inschakelen, zodat u ’s ochtends met muziek gewekt wordt. Voor het gebruik van deze wekfunctie moet wel eerst de ingebouwde klok op de juiste tijd zijn ingesteld (zie “Stap 2: Gelijkzetten van de klok” op blz. 6). Druk enkele malen op de l of L toets en kies “DAILY 1” of “DAILY 2” en druk vervolgens op de ENTER toets. De aanduiding “ON” verschijnt en de uren-cijfers voor de inschakeltijd gaan knipperen. 1 3 9 CLOCK/TIMER SELECT 4,5,7 hH S l L j J H S s 4,5,8 5 s Stel het tijdstip in waarop u door de stereo-installatie gewekt wilt worden. Druk enkele malen op de l of L toets om het gewenste uur in te stellen en druk op de ENTER toets. Nu gaan de minuten-cijfers voor de inschakeltijd knipperen. 2 1 1 Breng de geluidsbron waarmee u gewekt wilt worden in gereedheid. • Compact disc: Leg een CD in de disclade. Als u wilt beginnen met een bepaald muziekstuk, maakt u een muziekprogramma (zie “Programmaweergave van muziekstukken op CD” op blz. 21). • Cassette: Steek een cassette in het deck met de gewenste cassettekant naar u toe gericht. • Radio: Stem af op de gewenste voorkeurzender (zie “Luisteren naar de radio” op blz. 13). 2 Stel de geluidssterkte in. 3 Druk op de CLOCK/TIMER SET toets. De aanduiding “SET (DAILY 1)” verschijnt. 36NL Druk enkele malen op de l of L toets om de gewenste minuut in te stellen en druk op de ENTER toets. Weer gaan de uren-cijfers knipperen, nu voor de uitschakeltijd. 6 Stel op dezelfde wijze de tijd in waarop u de stereo-installatie weer automatisch wilt laten uitschakelen. 7 Druk enkele malen op de l of L toets om de geluidsbron te kiezen waarmee u gewekt wilt worden. De aanduiding van de geluidsbron verspringt als volgt: t TUNER y CD PLAY T t TAPE PLAY T 8 Druk op de ENTER toets. In het uitleesvenster verschijnen nu de geldende wekfunctie (DAILY 1 of DAILY 2) en dan de door u gekozen inschakeltijd, de uitschakeltijd en de geluidsbron, gevolgd door de oorspronkelijke aanduidingen. 9 Schakel de stereo-installatie uit. Controleren van de wekfunctieinstellingen Druk op de CLOCK/TIMER SELECT toets en dan enkele malen op de l of L toets om “DAILY 1” of “DAILY 2” te kiezen. Druk vervolgens op de ENTER toets. Om de instellingen te wijzigen, volgt u weer de aanwijzingen vanaf stap 1. Schakelklok-opname van radio-uitzendingen U kunt de schakelklok instellen voor het op cassette opnemen van een radio-uitzending op een bepaalde tijd, maar dan moet de radiozender wel in het afstemgeheugen zijn vastgelegd (zie “Stap 3: Vastleggen van uw favoriete radiozenders” op blz. 7) en moet de klok op de juiste tijd zijn ingesteld (zie “Stap 2: Gelijkzetten van de klok” op blz. 6). 2 7 CLOCK/TIMER SELECT 3,4,5 Uitschakelen van de schakelklokwekfunctie hH S l L j J H S s 3,4,5 s Druk op de CLOCK/TIMER SELECT toets en dan enkele malen op de l of L toets tot de aanduiding “TIMER OFF” in het uitleesvenster verschijnt. Druk vervolgens op de ENTER toets. Tip 15 seconden voordat de ingestelde tijd wordt bereikt, zal de stereo-installatie worden ingeschakeld. Opmerkingen • De DAILY 1 en DAILY 2 wekfuncties zijn niet tegelijk te gebruiken. • Voor de inschakeltijd en de uitschakeltijd kunt u niet hetzelfde tijdstip kiezen. • Wanneer u de sluimerfunctie hebt ingeschakeld, kan de wekfunctie niet werken zolang de sluimerfunctie de stereo-installatie nog niet heeft uitgeschakeld. • Het is niet mogelijk de DAILY wekfunctie en de schakelklok-opname tegelijk te gebruiken. 1 Stem af op de voorkeurzender waarvan u een uitzending wilt opnemen (zie “Luisteren naar de radio” op blz. 13). 2 Druk op de CLOCK/TIMER SET toets. De aanduiding “SET (DAILY 1)” verschijnt. 3 Druk enkele malen op de l of L toets tot er “REC” in het uitleesvenster wordt aangegeven. Druk vervolgens op de ENTER toets. De aanduiding “ON” verschijnt en de urencijfers voor de inschakeltijd gaan knipperen. REC wordt vervolgd 37NL Externe apparatuur Schakelklok-opname van radiouitzendingen (vervolg) 4 Aansluiten van audioapparatuur Stel het tijdstip in waarop u wilt beginnen met opnemen. Druk enkele malen op de l of L toets om het gewenste uur in te stellen en druk op de ENTER toets. Nu gaan de minuten-cijfers voor de opname-aanvangstijd knipperen. REC Druk enkele malen op de l of L toets om de gewenste minuut in te stellen en druk op de ENTER toets. Weer gaan de uren-cijfers knipperen, nu voor de uitschakeltijd. 5 Stel op dezelfde wijze de tijd in waarop u de stereo-installatie weer automatisch wilt laten stoppen met opnemen. In het uitleesvenster verschijnen nu de door u gekozen inschakeltijd, de uitschakeltijd, en het nummer van de voorkeurzender waarvan u een uitzending wilt opnemen (bijvoorbeeld “TUNER FM 5”), gevolgd door de oorspronkelijke aanduidingen. 6 Steek een voor opnemen geschikte cassette. 7 Schakel de stereo-installatie uit. Wanneer het opnemen begint, wordt de geluidsweergave automatisch gedempt. Controleren van de schakelklokopname-instellingen Druk op de CLOCK/TIMER SELECT toets en dan enkele malen op de l of L toets om “REC” te kiezen. Druk vervolgens op de ENTER toets. Om de instellingen te wijzigen, volgt u weer de aanwijzingen vanaf stap 1. Uitschakelen van de schakelklok-functie Druk op de CLOCK/TIMER SELECT toets en dan enkele malen op de l of L toets tot de aanduiding “TIMER OFF” in het uitleesvenster verschijnt. Druk vervolgens op de ENTER toets. Opmerkingen 38NL • Als de stereo-installatie op de ingestelde opname-aanvangstijd reeds ingeschakeld is, zal er geen opname plaatsvinden. • Voor de in- en uitschakeltijden kunt u niet hetzelfde tijdstip kiezen. • Bij gebruik van de sluimerfunctie voor automatisch uitschakelen zal een eventuele schakelklok-opname pas beginnen nadat de sluimerfunctie het apparaat heeft uitgeschakeld. • U kunt de wekfunctie en de schakelklok-opname niet allebei tegelijk gebruiken. Kies een van de volgende aansluitmethoden, afhankelijk van de apparatuur die u heeft. Zie voor nadere bijzonderheden tevens de gebruiksaanwijzing van elk aan te sluiten apparaat. Aansluiten van een minidisc-recorder voor het maken van digitale opnamen Sluit de minidisc-recorder via een optische kabel aan voor het maken van digitale opnamen van CD’s op minidisc. Naar de digitale ingangsaansluiting van de minidisc-recorder Aansluiten van een minidisc-recorder voor het luisteren naar muziek Steek de stekkers in de aansluitbussen met dezelfde kleur. Voor het luisteren naar de weergave van de aangesloten minidiscrecorder, drukt u meermalen op de MD (VIDEO) toets. Naar de audio-uitgangen van de minidisc-recorder Aansluiten van een videorecorder Door de audio-uitgangen van uw videorecorder via een los verkrijgbaar audioaansluitsnoer te verbinden met de MD/ VIDEO (AUDIO) IN aansluitingen, kunt u het geluid van uw video-opnamen in krachtige stereo weergave beluisteren. Let bij het aansluiten op de juiste kleur van stekkers en aansluitbussen. Om te luisteren naar het geluid van de aangesloten videorecorder, schakelt u het apparaat uit en dan weer in met de &/1 toets terwijl u de MD (VIDEO) toets ingedrukt houdt. Hierdoor zal in plaats van “MD” de “VIDEO” aanduiding verschijnen. Wanneer u de “VIDEO” instelling eenmaal hebt gemaakt, kunt u volstaan met een druk op de MD (VIDEO) toets. Naar de audio-uitgang van de videorecorder Tip Als u een Sony minidisc-recorder aansluit, kunt u de MD H, S en s toetsen op de afstandsbediening van dit apparaat gebruiken voor de regeling van de weergave-, pauze- en stopfuncties. Opmerking Als u niet kunt instellen op “MD” met de MD (VIDEO) toets, schakelt u het apparaat uit en dan weer in met de &/1 toets terwijl u de MD (VIDEO) toets ingedrukt houdt. Hierdoor zal in plaats van “VIDEO” de “MD” aanduiding verschijnen. Om terug te keren naar de “VIDEO” aanduiding herhaalt u deze handeling. Overschakelen van MD op VIDEO of van VIDEO op MD is echter niet mogelijk zolang het apparaat in de stroombesparingsstand staat (zie blz. 9). Opmerkingen • U kunt niet overschakelen van MD op VIDEO of van VIDEO op MD wanneer het apparaat in de stroombesparingsstand staat (zie blz. 9). • Om terug te keren naar de “MD” instelling, schakelt u het apparaat uit en dan weer in met de &/1 toets terwijl u de MD (VIDEO) toets ingedrukt houdt. • Voor weergave van het geluid van een video-CD speler kunt u het best instellen op “MD”. 39NL AM-antennes Aansluiten van buitenantennes Voor de beste radio-ontvangst is het aanbevolen een of meer buitenantennes aan te sluiten. Zie voor nadere bijzonderheden tevens de gebruiksaanwijzing van het aan te sluiten apparaat. Sluit een geïsoleerde draad van 6 tot 15 meter lengte aan op de AM antenne-aansluiting. Laat tevens de bijgeleverde AMkaderantenne aangesloten. Aansluiting type A Geïsoleerde draad (niet bijgeleverd) FM-antenne FM Sluit een los verkrijgbare FM-buitenantenne aan. U kunt ook gebruik maken van een TVantenne. AM 75 Aansluiting type A Aansluiting type B 75-ohm coaxiaalkabel (niet bijgeleverd) Geïsoleerde draad (niet bijgeleverd) FM 75 FM CO 75 AX IAL AM AM Aansluiting type B IEC standaard antennestekker (niet bijgeleverd) FM CO 75 AX IAL AM 40NL Aanvullende informatie Voorzorgsmaatregelen Stroomvoorziening Controleer, alvorens de stereo-installatie in gebruik te nemen, of de bedrijfsspanning van het apparaat overeenkomt met de plaatselijke netspanning. Veiligheid • Zolang de stekker van het netsnoer in het stopcontact steekt, blijft er een geringe hoeveelheid stroom naar het apparaat lopen, ook al is het apparaat zelf uitgeschakeld. • Trek de stekker uit het stopcontact wanneer u denkt het apparaat geruime tijd niet te gebruiken. Pak de stekker vast om deze uit het stopcontact te trekken. Trek nooit aan het snoer. • Mocht er vloeistof of een voorwerp in het inwendige van het apparaat terechtkomen, verbreek dan de aansluiting op het stopcontact en laat het appraat eerst door een deskundige nakijken alvorens dit weer in gebruik te nemen. • Mocht het nodig zijn het netsnoer of de stekker te vervangen, laat dit dan uitsluitend bij een erkende vakhandel verrichten. Betreffende de omgang met compact discs • Veeg een CD voor het afspelen schoon met een niet pluizend reinigingsdoekje, vanuit het midden naar de rand. Berg elke CD na het afspelen weer in het bijbehorende doosje op. • Gebruik voor het reinigen geen oplosmiddelen als benzine of thinner, evenmin als reinigingsvloeistoffen of antistatische spray voor het reinigen van conventionele grammofoonplaten. • Zorg dat uw compact discs niet worden blootgesteld aan fel zonlicht of de hitte van een kachel of verwarmingsradiator; laat compact discs nooit achter in een afgesloten auto die in de volle zon geparkeerd staat. Reinigen van de behuizing Maak de buitenkant van de apparatuur schoon met een zacht doekje, droog of licht bevochtigd met wat milde vloeibare zeep. Beveiligen van uw bandopnamen tegen per ongeluk wissen Om een cassette tegen abusievelijk wissen te beschermen, breekt u het wispreventienokje uit voor cassettekant A of B waarvan u de opnamen wilt beveiligen, zoals in de afbeelding is aangegeven. Opstelling • Zet de stereo-installatie op een plaats met voldoende ventilatie om oververhitting van de inwendige onderdelen te voorkomen, in het belang van een langdurige betrouwbare werking. • Zorg dat het apparaat zo goed mogelijk horizontaal staat. • Plaats het apparaat ergens waar het niet blootgesteld wordt aan: — extreme hitte of koude — stof of vuil — erg veel vocht — heftige trillingen — directe zonnestraling. Voorkomen van beschadiging • Als de stereo-installatie rechtstreeks van een koude in een warme omgeving wordt gebracht of in een erg vochtige kamer wordt geplaatst, kan op de lens binnenin de compact disc speler vocht uit de lucht condenseren. Als dit zich voordoet, zal de stereo-installatie niet naar behoren functioneren. In zulke gevallen dient u de CD te verwijderen en het apparaat ongeveer een uur ingeschakeld maar ongebruikt aan te laten staan, zodat alle condensvocht kan verdampen. • Voor u de stereo-installatie verplaatst of vervoert, dient u de compact disc(s) uit het apparaat te verwijderen. Mocht u vragen of problemen met uw stereoinstallatie hebben, neemt u dan a.u.b. contact op met uw dichtstbijzijnde Sony handelaar of onderhoudsdienst. Nokje voor kant B Nokje voor kant A Kant A Ter beveiliging het wispreventienokje voor cassettekant A uitbreken Als u een aldus beveiligde cassette later weer voor opname geschikt wilt maken, kunt u de ontstane opening(en) met een stukje plakband afdekken. wordt vervolgd 41NL Voorzorgsmaatregelen (vervolg) Alvorens de cassette in het cassettedeck te plaatsen Trek een eventuele lus in de band strak. Dit om te voorkomen dat de band zich rondom de onderdelen wikkelt, met beschadiging van de band en het cassettedeck als gevolg. Betreffende het gebruik van cassettes langer dan 90 minuten De band van deze cassettes is erg dun. Bij gebruik van deze cassettes wordt het afgeraden veelvuldig en snel achter elkaar om te schakelen tussen afspelen, stoppen, snelspoelen e.d., aangezien de band kan uitrekken of verstrikt kan raken. Reinigen van de koppen De koppen van het cassettedeck dienen om de tien gebruiksuren gereinigd te worden, anders kunnen de volgende problemen ontstaan: — verminderde geluidskwaliteit — verminderde geluidssterkte — wegvallend geluid — onvolledig wissen — tegenvallende opnameresultaten. Om verzekerd te kunnen zijn van de beste geluidskwaliteit, verdient het aanbeveling de koppen vóór iedere belangrijke opname te reinigen en ook nadat u een oude cassette heeft afgespeeld. Gebruik voor het reinigen een los verkrijgbare reinigingscassette (droog type of vloeistof-type). Zie de handleiding van de reinigingscassette voor nadere bijzonderheden. Demagnetiseren van de koppen De koppen en alle metalen onderdelen waarmee de band in aanraking komt, dienen om de 20 tot 30 gebruiksuren gedemagnetiseerd te worden met een in de handel verkrijgbaar demagnetiseerapparaat. Zie de handleiding van het demagnetiseerapparaat voor nadere bijzonderheden. 42NL Verhelpen van storingen Mocht zich een probleem voordoen met de stereo-installatie, neemt u dan de volgende lijst met controlepunten door. Controleer echter eerst of het netsnoer stevig is aangesloten en of alle aansluitingen van de luidsprekers in orde zijn. Is het probleem niet zo eenvoudig te verhelpen, neem dan a.u.b. contact op met uw dichtstbijzijnde Sony handelaar. Algemeen Er beginnen aanduidingen in het uitleesvenster te knipperen wanneer u de stekker in het stopcontact steekt, terwijl u de stereo-installatie nog niet heeft ingeschakeld (demonstratiefunctie). •Druk eenmaal op de DISPLAY toets (MHC-DX3) of tweemaal (MHC-BX3) terwijl de stereo-installatie uit staat. De demonstratie verdwijnt dan. De demonstratiefunctie wordt automatisch ingeschakeld wanneer u de stekker de eerste maal in het stopcontact steekt nadat de stroom langer dan een halve dag onderbroken is. De tijdinstelling/voorkeurzenders/ schakelklok-instellingen zijn vervallen. •De stekker is langer dan een halve dag uit het stopcontact geweest of er is een langdurige stroomonderbreking geweest. Doe opnieuw het volgende: — “Stap 2: Gelijkzetten van de klok” op blz. 6 — “Stap 3: Vastleggen van uw favoriete radiozenders” op blz. 7 Als u bovendien de schakelklok had ingesteld, volgt u tevens de aanwijzingen onder “Met muziek gewekt worden” op blz. 36 en/of “Schakelklok-opname van radio-uitzendingen” op blz. 37. Er klinkt geen geluid. •Draai de VOLUME regelaar rechtsom. •Wellicht is er een hoofdtelefoon aangesloten. •Let erop dat u alleen het vrijgemaakte uiteinde van het luidsprekersnoer in de SPEAKER aansluiting steekt. Als u het snoer te ver naar binnen steekt, is het mogelijk dat de isolatie van het snoer een goed contact verhindert. •Tijdens een schakelklok-opname wordt er geen geluid weergegeven. Ernstige brom of ander storend geluid. • De stereo-installatie staat te dicht bij een TV of videorecorder. Zet de stereo-installatie verder van de TV of videorecorder vandaan. De weergave van de aangesloten geluidsbron klinkt vervormd. • Als de aanduiding “VIDEO” in het uitleesvenster verschijnt wanneer u op de MD (VIDEO) toets drukt, schakelt u de aanduiding over naar “MD” (zie de laatste opmerking op blz. 39 onder “Aansluiten van audio-apparatuur”). Er knippert “0:00” (of “12:00 AM”) in het uitleesvenster. • De stroomvoorziening is onderbroken geweest. Stel de klok weer op de juiste tijd in en leg uw voorkeurzenders opnieuw in het geheugen vast. De schakelklok-functies werken niet naar behoren. • Stel de klok op de juiste tijd in. Bij indrukken van de CLOCK/TIMER SELECT toets verschijnen de “DAILY 1”, “DAILY 2” en “REC” aanduidingen niet. • Maak de schakelklok-instellingen zorgvuldig volgens de aanwijzingen. • Stel de klok op de juiste tijd in. De afstandsbediening werkt niet. • Zorg dat er geen obstakels tussen de afstandsbediening en de stereo-installatie zijn. • Richt de afstandsbediening, van niet al te ver, recht op de afstandsbedieningssensor van de stereo-installatie. • Wellicht zijn de batterijen (bijna) leeg. Vervang beide batterijen door nieuwe. Er is akoestische terugkoppeling (u hoort een rondzingende fluittoon). • Verminder de geluidssterkte. • Houd de microfoon verder van de luidsprekers vandaan of draai de microfoon in een andere richting. Er is storing in de kleuren van het TVbeeld. • Schakel het TV-toestel eenmaal uit en vervolgens na 15 à 30 minuten weer in. Als er na weer inschakelen geen verbetering in de kleurweergave zichtbaar is, zet de luidsprekers en de TV dan iets verder uit elkaar. Om en om verschijnen de aanduidingen “PROTECT” en “PUSH POWER”. •Er is een te krachtig ingangssignaal doorgekomen. Druk op de &/1 toets om de stroom uit te schakelen, laat de stereoinstallatie een tijdje uit staan en druk dan weer op de &/1 toets om het apparaat weer in te schakelen. Als de aanduidingen “PROTECT” en “PUSH POWER” bij weer inschakelen nog steeds beurtelings knipperen, controleert u dan de luidsprekersnoeren. Luidsprekers Geen geluid van één kanaal of onevenwichtige weergave van links en rechts. •Controleer de luidspreker-aansluitingen en de opstelling van de luidsprekers. Erg weinig lage tonen. •Controleer of de + en – aansluitingen van de luidsprekersnoeren niet zijn verwisseld. CD-speler De disc-lade gaat niet dicht. •Er ligt een compact disc niet goed in de disc-uitsparing. Het afspelen van de compact disc begint niet. •De compact disc ligt niet goed horizontaal in de disc-lade. •Controleer of de compact disc vuil is. •De compact disc ligt ondersteboven in de disc-lade. •Er is vocht uit de lucht in het apparaat gecondenseerd. Verwijder de compact disc(s) en laat de stereo-installatie een uur lang ongebruikt aan staan, zodat het condensvocht kan verdampen. De weergave begint niet bij het eerste muziekstuk. •De compact disc speler staat ingesteld op programma-weergave of weergave in willekeurige volgorde. Druk enkele malen op de PLAY MODE toets, zodat de “PGM” of “SHUFFLE” aanduiding uit het uitleesvenster verdwijnt. De aanduiding “OVER” verschijnt in het uitleesvenster. •Tijdens het snel doorzoeken is het einde van de compact disc bereikt. Draai de instelknop linksom totdat de knop klikt en houd hem vast om terug te keren naar het muziek-gedeelte van de compact disc. wordt vervolgd 43NL Verhelpen van storingen (vervolg) Cassettedeck Het opnemen begint niet. •Er is geen cassette in de houder aanwezig. •Het wispreventienokje van de cassette is verwijderd (zie “Beschermen van uw bandopnamen tegen per ongeluk wissen” op blz. 41). •De band is geheel naar één kant opgespoeld. Het is niet mogelijk op te nemen of weer te geven, of het geluidsvolume neemt af. •Vuile bandkoppen. Reinig de koppen (zie “Reinigen van de koppen” op blz. 42). •De koppen zijn gemagnetiseerd. Demagnetiseer de koppen (zie “Demagnetiseren van de koppen” op blz. 42). Eerdere opnamen worden onvoldoende gewist. •De koppen zijn gemagnetiseerd. Demagnetiseer de koppen (zie “Demagnetiseren van de koppen” op blz. 42). Te veel snelheidsfluctuaties of het geluid valt weg. •Vuil op de capstan-assen of aandrukrollen. Reinig deze onderdelen (zie “Reinigen van de koppen” op blz. 42). Veel ruis of wissen van de hoge frequenties. •De koppen zijn gemagnetiseerd. Demagnetiseer de koppen (zie “Demagnetiseren van de koppen” op blz. 42). Bij indrukken van de hH weergavetoets of de A uitwerptoets verschijnt er “EJECT” in het uitleesvenster, dan klinkt er een mechanisch geluid en wordt het apparaat uitgeschakeld. •De cassette is niet juist ingestoken. Neem de cassette uit de houder en schakel dan het apparaat weer in. 44NL Tuner Ernstige brom of andere storing in de radio-ontvangst (in het uitleesvenster knippert de “TUNED” of de “STEREO” aanduiding). •Richt of verstel de antenne. •De ontvangen zender komt te zwak door. Sluit een buitenantenne aan. Een stereo FM uitzending wordt niet in stereo weergegeven. •Druk op de STEREO/MONO toets zodat er “STEREO” in het uitleesvenster verschijnt. Als er zich andere problemen voordoen, die hierboven niet zijn beschreven, kunt u de stereoinstallatie als volgt terugstellen in de uitgangsstand: 1 2 3 4 Trek de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact. Druk de x, ENTER en &/1 toets tegelijk in. Druk op de &/1 aan/uit-schakelaar om de installatie in te schakelen. De stereo-installatie is nu teruggesteld op de fabrieksinstellingen. Alle door u gemaakte instellingen, zoals de tijd, de voorkeurzenders en de schakelklok-instellingen zijn uit het geheugen gewist. Dan zult u de gewenste instellingen opnieuw moeten maken. Technische gegevens Ingangen MD/VIDEO IN: (tulpstekkerbussen) Versterker MIC: (ministekkerbus) Modellen voor Europa: MHC-BX3: DIN uitgangsvermogen (nominaal) 45 + 45 watt (aan 6 ohm bij 1 kHz, DIN) Continu RMS uitgangsvermogen (referentie) 60 + 60 watt (aan 6 ohm bij 1 kHz, 10% THV) Muziekvermogen (referentie) 150 + 150 watt (aan 6 ohm bij 1 kHz, 10% THV) Overige modellen: MHC-DX3: De volgende waarden zijn gemeten bij wisselstroomvoeding van 120, 220, of 240 V, 50/60 Hz DIN uitgangsvermogen (nominaal) 75 + 75 watt (aan 6 ohm bij 1 kHz, DIN) Continu RMS uitgangsvermogen (referentie) 100 + 100 watt (aan 6 ohm bij 1 kHz, 10% THV) Uitgangen PHONES: (stereo klinkstekkerbus) SPEAKER: MHC-BX3: MHC-DX3: ingangsspanning 450/ 250mV, impedantie 47 kOhm gevoeligheid 1 mV, impedantie 10 kOhm voor hoofdtelefoons van 8 ohm of meer voor luidsprekers met impedantie van 6 tot 16 ohm voor luidsprekers met impedantie van 6 tot 16 ohm Compact disc speler Afspeelsysteem Compact disc digitaal audiosysteem Laser Halfgeleider laser (λ=780nm) Emissieduur: continu Laser-uitgangsvermogen Maximaal 44,6 µW* * Deze waarde is gemeten op een afstand van ca. 200 mm van het lensoppervlak van het optisch blok, bij een diafragma van 7 mm. Golflengte 780 – 790 nm Frequentiebereik 2 Hz – 20 kHz (±0,5 dB) Signaal/ruisverhouding Meer dan 90 dB Dynamisch bereik Meer dan 90 dB CD OPTICAL DIGITAL OUT aansluiting (vierkante optische aansluitbus, achterpaneel) Golflengte 660 nm Uitgangsniveau –18 dBm wordt vervolgd 45NL Technische gegevens (vervolg) Cassettedeck Bandopnamesysteem Frequentiebereik Snelheidsfluctuaties 4 sporen, 2 kanalen stereo 40 – 13.000 Hz (±3 dB), met Sony TYPE I cassette ±0,15% Gewogen piek (IEC) 0,1% W.RMS (NAB) ±0,2% Gewogen piek (DIN) Tuner-gedeelte FM stereo, FM/AM superheterodyne afstemming FM afstemtrap Afstembereik Antenne Antenne-aansluitingen Tussenfrequentie 46NL 87,5 – 108,0 MHz FM draadantenne 75 ohm, asymmetrisch 10,7 MHz AM afstemtrap Afstembereik Modellen voor geheel Amerika: 530 – 1.710 kHz (afsteminterval 10 kHz) 531 – 1.710 kHz (afsteminterval 9 kHz) Modellen voor Europa en het Midden-Oosten: 531 – 1.602 kHz (afsteminterval 9 kHz) Overige modellen: 531 – 1.602 kHz (afsteminterval 9 kHz) 530 – 1.710 kHz (afsteminterval 10 kHz) Antenne AM kaderantenne Antenne-aansluitingen Aansluiting voor externe antenne Tussenfrequentie 450 kHz Luidsprekers: SS-BX3 voor de MHC-BX3/SS-DX3 voor de MHC-DX3/SS-DX3B voor de MHC-DX3 Luidsprekersysteem 2-wegsysteem, in basreflexkast Luidsprekereenheden Lagetonen-luidspreker: 15 cm doorsnede, conustype Hogetonen-luidspreker: 10 cm doorsnede, conus-type Nominale impedantie 6 ohm Afmetingen (b/h/d) Ca. 215 x 325 x 275 mm Gewicht Ca. 4 kg netto per luidspreker Algemeen Stroomvoorziening Modellen voor Noord-Amerika: 120 V wisselstroom, 60 Hz Modellen voor Europa: 230 V wisselstroom, 50/60 Hz Modellen voor Australië: 230 – 240 V wisselstroom, 50/60 Hz Modellen voor Mexico: 120 V wisselstroom, 50/60 Hz Overige modellen: 120 V, 220 V of 230 – 240 V wisselstroom, 50/60 Hz, omschakelbaar met spanningskiezer Stroomverbruik Modellen voor de V.S.: MHC-BX3: Modellen voor Canada: MHC-BX3: Modellen voor Europa: MHC-BX3: Overige modellen: MHC-DX3: Afmetingen (b/h/d) MHC-BX3/DX3 Gewicht Modellen voor de V.S.: MHC-BX3: Modellen voor Canada: MHC-BX3: Modellen voor Europa: MHC-BX3: Overige modellen: MHC-DX3: Bijgeleverd toebehoren: 140 watt 130 watt 130 watt 170 watt Ca. 280 x 325 x 403 mm Ca. 7,8 kg Ca. 7,8 kg Ca. 7,9 kg Ca. 8,9 kg AM kaderantenne (1) Afstandsbediening (1) Batterijen (2) FM draadantenne (1) Voorluidspreker-voetjes (8) Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens voorbehouden, zonder kennisgeving. 47NL Index A Aanduidingen in het uitleesvenster 18 Aansluiten 4-6, 38-40 antennes 5, 40 los verkrijgbare apparatuur 38-40 luidsprekers 4 stereo-installatie 4-6 stroomvoorziening 5 Afspelen cassette 15 compact disc 10 gekozen volgorde (programma-weergave) 21 herhaalde weergave 19 willekeurige volgorde 20 Afsteminterval 9 Akoestiek-instelling 27 Antennes 5, 40 B Batterijen 6 Beveiligen van opnamen 41 Bijregelen geluidssterkte 11, 14, 16 geluidsweergave 27 grafiek-toonregeling 29 C, D Cassette-montagefunctie 25 CD synchroon-opname 12 Compact disc speler 10-12, 18-22 F FLASH functie 26 G Geheugenafstemming 13 Gelijkzetten van de klok 6 Geluidsinstellingen 27, 29 H, I, J Herhaalde weergave 19 K Karaoke 33 Klok gelijkzetten 6 Effect kiezen 27 48NL Schakelklok gewekt worden met muziek 36 inslapen met muziek 35 schakelklok-opname 37 Sluimerfunctie 35 Snelkopieerfunctie 17 T Terugstellen in uitgangsstand 44 Tijdinstelling 6 Tuner 7, 13, 31-33 U L, M LOOP functie 26 Luidsprekers 4 Luisteren naar een voorkeurzender 13 N Normale weergave 10 O Ononderbroken weergave 10 Opnemen compact disc 12 radio-uitzending 14 schakelklok-opname 37 P, Q Programma-montage 24 Programma-weergave 21 PTY programmatype 31 R E S Radio Data Systeem 31 Radiozenders afstemmen 13 voorinstellen 7 Uitleesvenster 18 V Vastleggen van voorkeurzenders 7 Verhelpen van storingen 42-44 Versneld kopiëren 17 W, X, Y Wekfunctie 36 Willekeurige weergave 20 Wispreventienokje 41 Z Zendernaam 31
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144

Sony MHC-BX3 de handleiding

Categorie
CD spelers
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor