Bosch Built-under larder fridge Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Bosch Built-under larder fridge Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
nl Inhoud
Veiligheidsbepalingen
en waarschuwingen ............................. 56
Aanwijzingen over de afvoer .............. 59
Omvang van de levering .................... 60
Let op de omgevingstemperatuur
en de beluchting .................................. 60
De juiste plaats ..................................... 61
Apparaat aansluiten ............................ 61
Kennismaking met het apparaat ....... 62
Inschakelen van het apparaat ........... 62
Instellen van de temperatuur ............. 62
Netto-inhoud .......................................... 63
De koelruimte ....................................... 63
Uitvoering .............................................. 63
Sticker "OK" .......................................... 64
Apparaat uitschakelen en buiten
werking stellen ..................................... 64
Ontdooien .............................................. 65
Schoonmaken van het apparaat ...... 65
Energie besparen ................................ 66
Bedrijfsgeluiden ................................... 66
Kleine storingen zelf verhelpen ......... 67
Klantenservice ...................................... 68
nl
56
nlInhoud
nlGebruiksaanwijzingKoelapparaat
Veiligheidsbepalingen
en waarschuwingen
Voordat u het apparaat
in gebruik neemt
Lees de gebruiksaanwijzing
en het installatievoorschrift
nauwkeurig door. U vindt daarin
belangrijke informatie over
plaatsing, gebruik en onderhoud
van het apparaat.
De fabrikant aanvaardt geen
aansprakelijkheid als
de aanwijzingen
en waarschuwingen
in de gebruiksaanwijzing niet
in acht worden genomen.
Bewaar de gebruiksaanwijzing
en het montagevoorschrift voor
later gebruik of voor een
eventuele latere bezitter.
Technische veiligheid
Brandgevaar
Door de leidingen van het
koelcircuit stroomt een kleine
hoeveelheid milieuvriendelijk,
maar brandbaar koelmiddel
(R600a). Dit is niet schadelijk
voor de ozonlaag en verhoogt
het broeikaseffect niet.
Vrijkomend koelmiddel kan
echter oogletsel veroorzaken of
vlam vatten.
Bij beschadiging
Open vuur of andere
ontstekingsbronnen uit
de buurt van het apparaat
houden;
Ruimte gedurende een paar
minuten goed luchten;
Apparaat uitschakelen
en de stekker uit het
stopcontact trekken;
Contact opnemen met
de Servicedienst.
Hoe meer koelmiddel het
apparaat bevat, des te groter
moet de ruimte zijn waarin het
apparaat wordt opgesteld.
In een te kleine ruimte kan bij
een lek een ontvlambaar
mengsel van gas en lucht
ontstaan.
Per 8 g koelmiddel moet het
vertrek minstens 1 m³ groot zijn.
De hoeveelheid koelmiddel
in uw apparaat vindt u op het
typeplaatje aan de binnenkant
van het apparaat.
Bij het opstellen van het
apparaat erop letten dat het
aansluitsnoer niet wordt
afgeklemd of beschadigd.
nl
57
Als de aansluitkabel van het
apparaat beschadigd raakt,
moet deze worden vervangen
door de fabrikant, de
servicedienst of een andere
gekwalificeerde persoon.
Onvakkundige installatie en
reparaties kunnen groot gevaar
opleveren voor de gebruiker van
het apparaat.
Reparaties mogen uitsluitend
worden uitgevoerd door de
fabrikant, de klantenservice of
een andere gekwalificeerde
persoon.
Er mogen alleen originele
onderdelen van de fabrikant
gebruikt worden. Alleen bij deze
onderdelen garandeert de
fabrikant dat ze aan de
veiligheidseisen voldoen.
Gebruik geen meervoudige
stopcontacten, verlengsnoeren
of adapters.
Brandgevaar
Draagbare meervoudige
stopcontacten of draagbare
netvoedingen kunnen oververhit
raken en tot brand leiden.
Plaats geen draagbare
meervoudige stopcontacten of
draagbare netvoedingen achter
het apparaat.
Bij het gebruik
Nooit elektrische apparaten in
het apparaat gebruiken
(bijv. verwarmingsapparaten,
elektrische ijsbereiders etc.).
Explosiegevaar!
Ontdooi of reinig het apparaat
nooit met een stoomreiniger!
De hete stoom kan in de
elektrische onderdelen
terechtkomen en kortsluiting
veroorzaken. Gevaar voor
elektrische schokken!
Afgezien van de
aanbevelingen van de
fabrikant geen aanvullende
maatregelen nemen om het
ontdooien te versnellen.
Explosiegevaar!
Gebruik geen puntige of
scherpe voorwerpen om een
laag ijs of rijp te verwijderen.
U kunt hierdoor de
koelleidingen
beschadigen.Koelmiddel dat
naar buiten spuit kan vlam
vatten of tot oogletsel leiden.
Geen producten met
brandbare drijfgassen
(bijv. spuitbussen) en geen
explosieve stoffen in het
apparaat opslaan.
Explosiegevaar!
Plint, uittrekbare manden of
laden, deuren etc. niet als
opstapje gebruiken of om op
te leunen.
nl
58
Om te ontdooien of schoon te
maken: stekker uit het
stopcontact trekken of de
zekering uitschakelen. Altijd
aan de stekker trekken, nooit
aan de aansluitkabel.
Dranken met een hoog
alcoholpercentage altijd goed
afgesloten en staand
bewaren.
Vermijden van risico's voor
kinderen en kwetsbare
personen:
Kwetsbaar zijn kinderen/
personen met lichamelijke,
geestelijke of zintuigelijke
beperkingen, evenals
personen die onvoldoende
kennis hebben over de veilige
bediening van het apparaat.
Zorg ervoor dat kinderen en
kwetsbare personen begrijpen
wat de gevaren zijn.
Een voor de veiligheid
verantwoordelijke persoon
moet toezicht houden op
kinderen en kwetsbare
personen bij het apparaat of
hen instrueren.
Alleen kinderen vanaf 8 jaar
het apparaat laten gebruiken.
Bij reiniging en onderhoud
toezicht houden op kinderen.
Laat kinderen nooit met het
apparaat spelen.
Geen olie of vet gebruiken op
kunststof onderdelen en
deurafdichtingen. Deze
kunnen hierdoor poreus
worden.
De be- en
ontluchtingsopeningen van
het apparaat nooit afdekken
of dichtmaken.
Kinderen in het huishouden
Verpakkingsmateriaal en
onderdelen ervan zijn geen
speelgoed voor kinderen.
Verstikkingsgevaar door
opvouwbare kartonnen dozen
en folie!
Het apparaat is geen
speelgoed voor kinderen!
Bij een apparaat met deurslot:
sleutel buiten het bereik van
kinderen bewaren!
nl
59
Algemene bepalingen
Het apparaat is geschikt om
levensmiddelen te koelen.
Dit apparaat is bestemd voor
privégebruik in het huishouden
en de huiselijke omgeving.
Het koelcircuit is op dichtheid
gecontroleerd.
Dit apparaat voldoet aan de
geldende veiligheidsbepalingen
voor elektrische apparatuur en
het is radio-ontstoord.
Dit apparaat is bestemd voor
gebruik tot op hoogten van
maximaal 2.000 meter boven
zeeniveau.
Aanwijzingen over
de afvoer
* Afvoeren van de verpakking
van uw nieuwe apparaat
De verpakking beschermt uw apparaat
tegen transportschade. De gebruikte
materialen zijn onschadelijk voor het
milieu en kunnen opnieuw worden
gebruikt. Help daarom mee en zorg
dat de verpakking milieuvriendelijk wordt
afgevoerd.
U kunt bij uw leverancier
of bij de reinigingsdienst
in uw gemeente informeren hoe
u uw oude apparaat en het
verpakkingsmateriaal van het nieuwe
apparaat kunt (laten) afvoeren voor een
milieuvriendelijke verwerking.
* Afvoeren van uw oude
apparaat
Oude apparaten zijn geen waardeloos
afval! Door een milieuvriendelijke afvoer
kunnen waardevolle grondstoffen worden
teruggewonnen.
m Waarschuwing
Bij afgedankte apparaten
1. Stekker uit het stopcontact trekken.
2. Aansluitkabel doorknippen en samen
met de stekker verwijderen.
3. Legplateaus en voorraadvakken niet
eruit halen om het kinderen moeilijk
te maken erin te klimmen!
4. Laat kinderen niet met het afgedankte
apparaat spelen. Verstikkingsgevaar!
Koelapparaten bevatten koelmiddel
en in de isolatie gas. Die zorgvuldig
moeten worden afgevoerd. Met het oog
op een doelmatige en milieuvriendelijke
afvoer mogen de leidingen van het
koelcircuit tot het moment van transport
niet beschadigd worden.
Dit apparaat is gekenmerkt in
overeenstemming met de
Europese richtlijn 2012/19/EU
betreffende afgedankte
elektrische en elektronische
apparatuur (waste electrical and
electronic equipment - WEEE).
De richtlijn geeft het kader aan
voor de in de EU geldige
terugneming en verwerking van
oude apparaten.
nl
60
Omvang van
de levering
Controleer na het uitpakken alle
onderdelen op eventuele
transportschade.
Voor klachten kunt u terecht bij de winkel
waar u het apparaat hebt aangeschaft of
bij onze klantenservice.
De levering bestaat uit de volgende
onderdelen:
Onderbouwapparaat
Uitrusting (modelafhankelijk)
Zakje met montagemateriaal
Gebruiksaanwijzing
Montagevoorschrift
Klantenserviceboekje
Garantiebijlage
Informatie over energieverbruik en
geluiden
Let op de omgevings-
temperatuur
en de beluchting
Omgevingstemperatuur
Het apparaat is voor een bepaalde
klimaatklasse geconstrueerd. Afhankelijk
van de klimaatklasse kan het apparaat
bij de volgende omgevingstemperaturen
gebruikt worden.
De klimaatklasse staat op
het typeplaatje, afb. -.
Aanwijzing
Het apparaat is volledig functioneel
binnen de binnentemperatuurgrenzen
van de aangegeven klimaatklasse.
Wanneer een apparaat uit klimaatklasse
SN wordt gebruikt bij een lagere
binnentemperatuur, kunnen
beschadigingen aan het apparaat
worden uitgesloten tot een temperatuur
van +5 °C.
Beluchting
Afb. !/6
De be- en ontluchting van de
koelmachine vindt uitsluitend via het
ventilatierooster in de plint plaats. Het
ventilatierooster nooit afdekken of er iets
voor zetten. Anders moet de
koelmachine meer presteren waardoor
het energieverbruik toeneemt.
Klimaatklasse Toelaatbare
omgevingstemperatuur
SN +10 °C tot 32 °C
N +16 °C tot 32 °C
ST +16 °C tot 38 °C
T +16 °C tot 43 °C
nl
61
De juiste plaats
Geschikt voor het opstellen zijn droge,
ventileerbare vertrekken. Het apparaat
liefst niet in de zon of naast een fornuis,
verwarmingsradiator of een andere
warmtebron plaatsen. Is plaatsing naast
een warmtebron niet te vermijden, maak
dan gebruik van een isolerende plaat of
neem de volgende minimumafstanden in
acht:
Naast elektrische of gasfornuizen
3 cm.
Naast een CV-installatie 30 cm.
Onderbouw
Bij bepaalde aanrechtbladen, bijv. van
steen, glas of roestvrij staal, is
bevestiging onder het aanrechtblad vaak
niet mogelijk. Toebehoren voor de
montage op de zijwanden kunt u bij de
klantenservice bestellen.
Apparaat aansluiten
Na het plaatsen van het apparaat moet
u minimaal 1 uur wachten voordat u het
apparaat in gebruik neemt. Tijdens het
transport kan het gebeuren dat de olie
van de compressor in het koelsysteem
terecht komt.
Vóór het eerste gebruik de binnenruimte
van het apparaat schoonmaken (zie
hoofdstuk „Schoonmaken van
het apparaat”).
Elektrische aansluiting
Het stopcontact moet zich in de buurt
van het apparaat bevinden en ook na het
opstellen van het apparaat goed
bereikbaar zijn.
m Waarschuwing
Gevaar voor een elektrische schok!
Gebruik, indien het aansluitsnoer niet
lang genoeg is, in geen geval
meervoudige stopcontacten of
verlengsnoeren. Neem in plaats daarvan
contact op met de klantenservice voor
alternatieve oplossingen.
Het apparaat voldoet aan
beschermklasse I. Sluit het apparaat aan
op een volgens de voorschriften
geïnstalleerd 220–240 V/50 Hz
wisselstroomstopcontact met
aardleiding. Het stopcontact moet zijn
beveiligd met een zekering van 10 A tot
16 A.
Controleer bij apparaten die in niet
Europese landen worden gebruikt of de
aansluitspanning en de stroomsoort
overeenkomen met de waarden van uw
elektriciteitsnet. U vindt deze gegevens
op het typeplaatje, afb. -.
nl
62
Kennismaking met
het apparaat
De laatste bladzijde met de afbeeldingen
uitklappen. Deze gebruiksaanwijzing is
op meer dan één type van toepassing.
De uitrusting van de modellen kan
variëren.
Kleine afwijkingen in de afbeeldingen zijn
mogelijk.
Afb. !
Inschakelen van
het apparaat
Temperatuurregelaar, afb. "/A, uit
regelstand „0” draaien. Het apparaat
begint te koelen. De verlichting is
ingeschakeld wanneer de deur open is.
Aanwijzingen bij het gebruik
De temperatuur in de koelruimte wordt
warmer:
als de deur van het apparaat te vaak
geopend werd,
door het inladen van grote
hoeveelheden levensmiddelen,
door een hoge
omgevingstemperatuur.
Instellen van
de temperatuur
Temperatuurregelaar, afb. "/A, op de
gewenste instelling draaien.
Bij een gemiddelde instelling wordt de
temperatuur in de koudste zone
ca. +4 °C. Afb. #
Hogere instellingen veroorzaken koudere
temperaturen in de koelruimte.
Wij adviseren:
Gevoelige levensmiddelen niet
opslaan op een temperatuur lager
dan +4 °C.
Een lage instelling voor het
kortstondig opslaan van
levensmiddelen
(energiebesparingsstand).
1 Lichtschakelaar
2 Temperatuurregelaar/Verlichting
3 Glasplateau in de koelruimte
4 Schuiflade
5 Groentelade
6 Be- en ontluchtingsopening
7 Voorraadvak voor boter en kaas
8 Eierrekje
9 Vak voor grote flessen
nl
63
Een gemiddelde instelling voor het
langdurig opslaan van
levensmiddelen.
Een hoge instelling alleen voor korte
tijd instellen wanneer de deur vaak
wordt geopend en wanneer er grote
hoeveelheden levensmiddelen worden
opgeslagen in de koelruimte.
Koelcapaciteit
De temperatuur in de koelruimte kan
door het inladen van grotere
hoeveelheden levensmiddelen of
dranken tijdelijk warmer worden.
Daarom moet de temperatuurkiezer voor
ca. 7 uur op een hoge instelling
gedraaid worden.
Netto-inhoud
De gegevens over de netto-inhoud vindt
u op het typeplaatje in uw apparaat.
Afb. -
De koelruimte
De koelruimte is de ideale bewaarplaats
voor bereide gerechten, bakproducten,
conserven, gecondenseerde melk en
harde kaas, evenals koudegevoelige
groente en fruit.
Attentie bij het inruimen
De levensmiddelen goed verpakt of
afgedekt inruimen. Hierdoor blijven geur,
kleur en versheid behouden. Bovendien
wordt voorkomen dat de levensmiddelen
naar elkaar gaan smaken en
de kunststof onderdelen verkleuren.
Aanwijzing
Voorkom dat de levensmiddelen
de achterwand raken. Anders wordt
de luchtcirculatie verminderd.
Levensmiddelen of verpakkingen kunnen
aan de achterwand vastvriezen.
Let op de koudezones
in de koelruimte
Door de luchtcirculatie in de koelruimte
verschillen de koudezones:
De koudste zone is de schuiflade.
Afb. #
Aanwijzing
Bewaar in de koudste zone gevoelige
levensmiddelen (bijv. vis, worst,
vlees).
De warmste zone bevindt zich
helemaal bovenaan in de deur.
Aanwijzing
Bewaar in de warmste zone bijv.
harde kaas en boter. Kaas kan zo zijn
aroma verder ontwikkelen en de boter
blijft goed smeerbaar.
Uitvoering
U kunt de legplateaus en de deurvakken
naar wens verplaatsen:
De glasplateaus optillen, naar voren
trekken, laten zakken en zijdelings
eruit zwenken. Afb. $
Stoppen verplaatsen en het legplateau
weer aanbrengen. Afb. %
Vakken in de deur iets optillen en eruit
halen. Afb. &
nl
64
Speciale uitvoering
(niet bij alle modellen)
Schuiflade
Afb. '
De schuiflade is bijzonder geschikt voor
het bewaren van dierlijke
levensmiddelen. Hij kan worden
verwijderd om hem te laden, leeg
te maken of te reinigen.
Groentelade met deksel
Afb. (
De groentelade kan worden verwijderd
om hem te laden, leeg te maken
of te reinigen.
Flessenhouder
Afb. )
De flessenhouder voorkomt dat
de flessen kantelen bij het openen en
sluiten van de deur.
Sticker "OK"
(niet bij alle modellen)
Met de sticker "OK" kunt u controleren of
in het koelvak de voor de
levensmiddelen aanbevolen veilige
temepratuurbereiken +4 °C of kouder
bereikt zijn. Als de sticker niet "OK"
aangeeft, moet de temperatuur
stapsgewijs worden verlaagd.
Aanwijzing
Na ingebruikneming van het apparaat
kan het 12 uur duren voordat de
ingestelde temperatuur is bereikt.
Correcte instelling
Apparaat uitschakelen
en buiten werking
stellen
Uitschakelen van het apparaat
Temperatuurregelaar, afb. "/A, op
stand „0” draaien. Koelmachine en
verlichting worden uitgeschakeld.
Buiten werking stellen van
het apparaat
Als u het apparaat langere tijd niet
gebruikt:
1. Uitschakelen van het apparaat.
2. Stekker uit het stopcontact trekken of
de zekering losdraaien resp.
uitschakelen.
3. Schoonmaken van het apparaat.
4. Deur van het apparat open laten.
nl
65
Ontdooien
De koelruimte wordt
volautomatisch ontdooid
Als de koelmachine loopt, vormen zich
dooiwaterdruppels of een laagje rijp op
de achterwand van de koelruimte. Dit is
normaal. U hoeft de waterdruppels niet
af te wissen of de rijp af te schrapen.
De achterwand wordt automatisch
ontdooid. Het dooiwater loopt via
het dooiwatergootje, afb. *. Het
dooiwater loopt van het dooiwatergootje
naar de koelmachine waar het verdampt.
Aanwijzing
Dooiwatergootje en afvoergaatje
regelmatig schoonmaken, zodat het
dooiwater kan weglopen.
Schoonmaken van
het apparaat
m Attentie
Gebruik geen schoonmaak of
oplosmiddelen die zand, chloride of
zuren bevatten.
Geen schuursponsjes gebruiken. Op
de metalen oppervlakken kan corrosie
ontstaan.
De legplateaus en voorraadvakken
mogen niet in de afwasmachine
gereinigd worden. Ze kunnen
vervormen!
U gaat als volgt te werk:
1. Vóór het schoonmaken het apparaat
uitschakelen.
2. Stekker uit het stopcontact trekken of
de zekering losdraaien
resp. uitschakelen!
3. Levensmiddelen verwijderen en op
een koele plaats bewaren.
4. Wachten tot de rijplaag is ontdooid.
5. Het apparaat schoonmaken met
een zachte doek en lauw water
met een scheutje pH neutraal
schoonmaakmiddel. Het sop mag niet
in de verlichting terechtkomen.
6. Deurafdichting alleen met schoon
water schoonmaken en grondig
droogwrijven.
7. Het sop mag niet via het afvoergaatje
in het verdampingsgedeelte
terechtkomen.
8. Na het schoonmaken apparaat weer
aansluiten en inschakelen.
9. Levensmiddelen weer aanbrengen.
Uitvoering
Voor het reinigen kunnen alle variabele
onderdelen van het apparaat worden
verwijderd.
Glasplateaus eruit halen
Afb. $
De glasplateaus optillen, naar voren
trekken, laten zakken en zijdelings eruit
zwenken.
Schuiflade verwijderen
Afb. '
Voorraadvak iets optillen en eruit halen.
Dooiwatergoot
Afb. *
De schuiflade moet worden verwijderd
om de dooiwatergoot te reinigen.
Afb. !/4
De dooiwatergoot en het afvoergat
regelmatig reinigen met wattenstaafjes
o.i.d., zodat het dooiwater goed kan
weglopen.
Groentelade met deksel verwijderen
Afb. (
Groentelade optillen en voorwaarts
verwijderen.
nl
66
Legplateaus uit de deur nemen
Afb. &
Legplateaus optillen en verwijderen.
Fleshouder verwijderen
Afb. )
Fleshouder achteraan optillen
en losmaken van het deurvak.
Be- en ontluchtingsopening
Afb. +
Het ventilatierooster in de sokkel kan ter
reiniging worden verwijderd. Daartoe de
klemmen in de ventilatieopeningen naar
onderen drukken en tegelijkertijd het
ventilatierooster naar voren wegtrekken.
Energie besparen
Het apparaat in een droge, goed
te ventileren ruimte plaatsen! Het
apparaat niet direct in de zon of in de
buurt van een warmtebron plaatsen
zoals een verwarmingsradiator of een
fornuis.
Gebruik eventueel een isolatieplaat.
Warme gerechten en dranken eerst
laten afkoelen, daarna in het apparaat
plaatsen.
Diepvrieswaren in de koelruimte
leggen om ze te ontdooien en de kou
van de diepvrieswaren gebruiken om
andere levensmiddelen te koelen.
Deuren van het apparaat zo kort
mogelijk openen.
De ordening van de uitrustingsdelen
heeft geen invloed op de
energieopname van het apparaat.
Bedrijfsgeluiden
Heel normale geluiden
Brommen
De motoren lopen (bijv. koelaggregaten,
ventilator).
Borrelen, zoemen of gorgelen
Koelmiddel stroomt door de buizen.
Klikgeluiden
Motor, schakelaar of magneetventielen
schakelen in/uit.
Voorkomen van geluiden
Het apparaat staat niet waterpas
Het apparaat met behulp van
een waterpas stellen. Gebruik hiervoor
de schroefvoetjes of leg iets onder
het apparaat.
Het apparaat staat tegen een ander
meubel of apparaat
Het apparaat van het meubel of apparaat
ernaast wegschuiven.
Reservoirs of draagplateaus wiebelen
of klemmen
Controleer de delen die eruit gehaald
kunnen worden en zet ze eventueel
opnieuw in het apparaat.
Flessen of serviesgoed raken elkaar
De flessen of het serviesgoed los van
elkaar zetten.
nl
67
Kleine storingen zelf verhelpen
Voordat u de hulp van de Servicedienst inroept:
Controleer eerst of u aan de hand van de volgende punten de storing kunt verhelpen.
Als u om een monteur vraagt, en het blijkt dat hij alleen maar een advies (bijv. over
de bediening of het onderhoud van het apparaat) hoeft te geven om de storing
te verhelpen, dan moet u, ook in de garantietijd, de volledige kosten van dat bezoek
betalen!
Storing Eventuele oorzaak Oplossing
De verlichting functioneert
niet.
Het lampje is kapot. Lampje vervangen. Afb. ,/B
1. Apparaat uitschakelen.
2. Stekker uit het stopcontact trekken of
de zekering losdraaien resp. uitschakelen.
3. Afdekking naar voren eraf trekken.
4. Lampje vervangen.
(Reservelamp: 220–240 V wisselstroom,
fitting E14, voor wattage zie het kapotte
lampje.)
De lichtschakelaar klemt. Controleer of er beweging
in de lichtschakelaar zit. Afb. ,/A
De bodem van de koelruimte
is nat.
De dooiwatergoten of het
afvoergat zijn verstopt.
De dooiwatergoten en het afvoergaatje
schoonmaken (zie „Schoonmaken van het
apparaat”). Afb. *
In de koelruimte is het te
koud.
De temperatuurregelaar is
te hoog ingesteld.
Temperatuurregelaar lager instellen.
De koelmachine wordt
steeds vaker en langer
ingeschakeld.
De deur van het apparaat
werd te vaak geopend.
Deur van het apparaat niet onnodig openen.
De be en
ontluchtingsopeningen zijn
afgedekt.
Afdekkingen verwijderen.
Het apparaat koelt niet. De temperatuurregelaar
staat op de stand „0”.
Temperatuurregelaar uit stand „0” draaien.
Afb. "/A
Stroomuitval.
De zekering is
uitgeschakeld.
De stekker zit niet goed in
het stopcontact.
Controleer of er stroom is. Controleer
de zekeringen.
nl
68
Klantenservice
Adres en telefoonnummer van
de Servicedienst in uw omgeving kunt
u vinden in het telefoonboek of
in de meegeleverde brochure met
service-adressen. Geef aan de
servicedienst het productnummer (E-Nr.)
en het serienummer (FD-Nr.) van het
apparaat op.
U vindt deze gegevens op
het typeplaatje. Afb. -
Door vermelding van het fabricaat- en
productnummer kunt u onnodige
voorrijdkosten vermijden. Zo bespaart u
zich de daarmee verbonden meerkosten.
Verzoek om reparatie en advies
bij storingen
De contactgegevens in alle landen vindt
u in de bijgesloten lijst met
Servicedienstadressen.
NL 088 424 4010
B 070 222 141
1/78