46
■ dit apparaat moet beand zijn tegen ontvangen
interferentie, inclusief interferentie die tot een
ongewene werking kan leiden.
Dit apparaat is gete en voldoet aan de beperkingen
voor een klasse B digitaal apparaat, overeenkomig
deel 15 van de FCC-regels. Deze grenzen zijn bedoeld
om redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke
interferentie in een inallatie in een woonomgeving.
Deze apparatuur genereert en gebruikt radiofrequente
energie en kan deze ook uitralen. Als deze apparatuur
niet in overeenemming met de inructies wordt
geïnalleerd en gebruikt, kan deze schadelijke
interferentie veroorzaken bij radioverbindingen.
Er wordt echter niet gegarandeerd dat er in een bepaalde
inallatie geen interferentie kan optreden. Indien deze
apparatuur schadelijke interferentie veroorzaakt bij
radio- of televisieontvang, wat kan worden vageeld
door de apparatuur uit en weer in te schakelen, wordt
de gebruiker verzocht om te proberen de interferentie te
verhelpen via een of meer van de volgende maatregelen:
■ Richt de antenne opnieuw of verplaats deze.
■ Vergroot de afand tussen de apparatuur en de
ontvanger.
■ Sluit de apparatuur aan op een opcontact binnen
een ander circuit dan waarop de ontvanger is
aangesloten.
■ Raadpleeg de leverancier of een ervaren
radio/tv-reparateur.