EINHELL Expert GE-CM 36/47 S HW Li (4x4,0Ah) Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

GE-CM 36/47 S HW Li
Art.-Nr.: 34.132.00 I.-Nr.: 11018
2
D Originalbetriebsanleitung
Akku-Rasenmäher
F Instructions d’origine
Tondeuse a gazon a accumulateur
I Istruzioni per l’uso originali
Tosaerba a batteria
NL Originele handleiding
Accugazonmaaier
E Manual de instrucciones original
Cortacésped a batería
P Manual de instruções original
Corta-relvas sem o
Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 1Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 1 16.01.2019 15:40:0216.01.2019 15:40:02
NL
- 50 -
Inhoudsopgave
Dit apparaat mag niet door kinderen worden gebruikt. Op kinderen
moet toezicht worden gehouden om te voorkomen dat ze met het ap-
paraat spelen. Reiniging en onderhoud mag niet door kinderen wor-
den uitgevoerd. Het apparaat mag niet door personen met vermin-
derde fysieke, sensorische of mentale capaciteiten of door personen
met onvoldoende kennis of ervaring worden gebruikt, tenzij een voor
hen verantwoordelijke persoon op hen toeziet of hen instrueert.
Gevaar! - Handleiding lezen om het letselrisico te verminderen
1. Veiligheidsaanwijzingen
2. Beschrijving van het gereedschap en leveringsomvang
3. Reglementair gebruik
4. Technische gegevens
5. Vóór inbedrijfstelling
6. Bediening
7. Reiniging, onderhoud en bestellen van wisselstukken
8. Opslag en transport
9. Verwijdering en recyclage
10. Indicatie lader
11. Foutopsporing
Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 50Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 50 16.01.2019 15:40:2216.01.2019 15:40:22
NL
- 51 -
Gevaar!
Bij het gebruik van toestellen dienen enkele
veiligheidsmaatregelen te worden nageleefd om
lichamelijk gevaar en schade te voorkomen. Lees
daarom deze handleiding / veiligheidsinstructies
zorgvuldig door. Bewaar deze goed zodat u de in-
formatie op elk moment kunt terugvinden. Mocht
u dit toestel aan andere personen doorgeven,
gelieve dan deze handleiding / veiligheidsins-
tructies mee te geven. Wij zijn niet aansprakelijk
voor ongevallen of schade die te wijten zijn aan
niet-naleving van deze handleiding en van de vei-
ligheidsinstructies.
1. Veiligheidsaanwijzingen
De overeenkomstige veiligheidsinstructies vindt u
in de bijgaande brochure.
Gevaar!
Lees alle veiligheidsinstructies en aanwijzin-
gen. Nalatigheden bij de inachtneming van de
veiligheidsinstructies en aanwijzingen kunnen
elektrische schok, brand en/of zware letsels tot
gevolg hebben. Bewaar alle veiligheidsinstruc-
ties en aanwijzingen voor de toekomst.
Verklaring van het informatiebord op het
apparaat (zie afb. 29)
1. „Waarschuwing - Handleiding lezen om het
verwondingsrisico te verminderen”
2. Afstand houden!
3. Voorzichtig! - Scherpe snijmessen - Vei-
ligheidsstekker uittrekken vóór instand-
houdingswerkzaamheden.
Snijmessen draaien na het uitschakelen van
de motor verder!
4. Apparaat beschermen tegen regen en vocht.
5. Gegarandeerd geluidsdrukniveau: xx dB
6. Accu vakkundig verwerken.
2. Beschrijving van het gereedschap
en leveringsomvang
2.1 Beschrijving van het apparaat
(afb. 1/2/5)
1. Schakelbeugel
2. Bovenste schuifbeugel
3. Schuifbeugelhouder
4. Accu afdekkappen
5. Grasopvangkorf
6. Maaihoogteverstelling
7. Uitwerpklep
8. Inschakelblokkering
9. Stalen maaidek
10. Bevestigingsmoeren schuifbeugel
11. Bevestigingsschroeven voor schuifbeugel
11a Onderlegplaatjes voor schuifbeugelbeves-
tiging
12. Veiligheidsstekker
13. Kabelhouderklem
14. Reinigingsschraper
15. Vulniveau-indicatie
16. Accu
17. Acculader
18. Mulchadapter
19. Zijdelingse uitwerpadapter
20. Rijhendel (koppelingshendel)
21. Instelhendel rijsnelheid
22. Bevestigingsschroeven voor snelheidsrege-
laar
2.2 Omvang van de levering en uitpakken
( g. 2)
Gelieve de volledigheid van het artikel te contro-
leren aan de hand van de beschreven omvang
van de levering. Indien er onderdelen ontbreken,
gelieve u dan binnen 5 werkdagen na aankoop
van het artikel te wenden tot ons servicecenter of
tot het verkooppunt waar u het apparaat heeft ge-
kocht, en leg een geldig bewijs van aankoop voor.
Gelieve daarvoor de garantietabel in de service-
informatie aan het einde van de handleiding in
acht te nemen.
Open de verpakking en neem het toestel
voorzichtig uit de verpakking.
Verwijder het verpakkingsmateriaal alsmede
verpakkings-/transportbeveiligingen (indien
aanwezig).
Controleer of de leveringsomvang compleet
is.
Controleer het toestel en de accessoires op
transportschade.
Bewaar de verpakking indien mogelijk tot het
verloop van de garantieperiode.
Gevaar!
Het toestel en het verpakkingsmateriaal zijn
geen speelgoed voor kinderen! Kinderen mo-
gen niet met plastic zakken, folies en kleine
stukken spelen! Er bestaat inslik- en verstik-
kingsgevaar!
Omvang van de levering
Accu-grasmaaier
Schuifbeugelhouder (2x)
Grasopvangkorf
Onderlegplaatjes (4x)
Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 51Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 51 16.01.2019 15:40:2216.01.2019 15:40:22
NL
- 52 -
Moeren voor bovenste en onderste schuif-
beugel (2x)
Veiligheidsstekker
Kabelbevestigingsklem (2x)
Accu (4x)
Lader (2x)
Bevestigingsschroeven voor bovenste schu-
ifbeugel (2x)
Mulchadapter
Originele handleiding
Veiligheidsinstructies
3. Reglementair gebruik
De grasmaaier is geschikt voor particulier gebruik
in de huis- en hobbytuin.
Als grasmaaiers voor de particuliere huis- en
hobbytuin worden diegene beschouwd die doorg-
aans niet langer dan 50 uur per jaar overwegend
worden gebruikt voor het verzorgen van gras- en
gazonvlakken, maar niet in openbare plant-
soenen, parken, op sportterreinen en ook niet in
de land- en bosbouw.
Opgelet! Wegens gevaar van lichamelijk letsel
van de gebruiker mag de maaier niet worden ge-
bruikt voor het trimmen van heesters, heggen en
struikgewassen, noch om rankgewassen of gazon
op dakbeplantingen of in balkonbakken te maaien
en klein te maken, en ook niet om voetpaden te
reinigen (af te zuigen) of als hakselaar voor het
kleinmaken van snoeisel van bomen en heggen.
De grasmaaier mag evenmin worden gebruikt als
motorhakfrees of voor het gelijkmaken van bo-
demverhe ngen, zoals bijv. molshopen.
Om veiligheidsredenen mag de grasmaaier niet
worden ingezet als aandrijfaggregaat voor andere
gereedschappen en gereedschapssets, tenzij
deze door de fabrikant uitdrukkelijk zijn toegela-
ten.
De machine mag slechts voor werkzaamheden
worden gebruikt waarvoor ze bedoeld is. Elk
ander verder gaand gebruik is niet reglementair.
Voor daaruit voortvloeiende schade of verwon-
dingen van welke aard dan ook is de gebruiker/
bediener, niet de fabrikant, aansprakelijk.
Wij wijzen erop dat onze gereedschappen overe-
enkomstig hun bestemming niet geconstrueerd
zijn voor commercieel, ambachtelijk of industrieel
gebruik. Wij geven geen garantie indien het ge-
reedschap in ambachtelijke of industriële bedrij-
ven alsmede bij gelijk te stellen activiteiten wordt
gebruikt.
4. Technische gegevens
Motortoerental: ....................................3300 min
-1
Beschermklasse: ..............................................III
Gewicht: ...................................................30,5 kg
Maaibreedte: ..............................................47 cm
Inhoud grasopvangkorf: .............................75 liter
Geluidsdrukniveau L
pA
: ....................... 79,9 dB(A)
Onzekerheid K
pA
: ..................................... 3 dB(A)
Gemeten geluidsdrukniveau L
WA
: ........ 92,5 dB(A)
Onzekerheid K
WA
: ................................. 1,8 dB(A)
Gegarandeerd geluidsvermogen L
WA
: .... 95 dB(A)
Trilling aan de steel a
h
: .......................... 2,19 m/s
2
Onzekerheid K: ....................................... 1,5 m/s
2
Maaihoogteverstelling: ............................. 6-traps
............................................................ 30-65 mm
Beschermklasse: ........................................ IPX1
4x Power-X-Change 4,0 accu
Spanning: ...............................................18 V d.c.
Capaciteit: ................................................. 4,0 Ah
........ (optioneel Battery Power-X-Change 5,2 Ah)
Aantal cellen: ................................................. 10
2x Power-X-Twincharger
Ingangsspanning: ...............220-240 V~ 50-60 Hz
Uitgangsspanning: .................................18 V d.c.
Uitgangsstroom: .......................................... 3,0 A
Beschermklasse: ........................................ II /
De geluids- en trillingswaarden zijn vastgesteld
overeenkomstig de normen EN ISO 3744:1995,
ISO 11201:1995/1996 en EN ISO 20643:2005.
Beperk de geluidsontwikkeling en vibratie tot
een minimum!
Gebruik enkel intacte toestellen.
Onderhoud en reinig het toestel regelmatig.
Pas uw manier van werken aan het toestel
aan.
Overbelast het toestel niet.
Laat het toestel indien nodig nazien.
Schakel het toestel uit als het niet wordt ge-
bruikt.
Draag handschoenen.
Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 52Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 52 16.01.2019 15:40:2316.01.2019 15:40:23
NL
- 53 -
Restrisico’s
Er blijven altijd restrisico’s bestaan, ook al
wordt dit elektrisch gereedschap zoals voor-
geschreven bediend. De volgende gevaren
kunnen zich voordoen in verband met de
bouwwijze en uitvoering van dit elektrisch
gereedschap:
1. Longletsel indien er geen geschikt stofmas-
ker wordt gedragen.
2. Gehoorschade indien er geen geschikte ge-
hoorbescherming wordt gedragen.
Waarschuwing!
Dit apparaat genereert tijdens het bedrijf een
elektromagnetisch veld. Dit veld kan onder
bepaalde omstandigheden een nadelige inv-
loed hebben op actieve of passieve medische
implantaten. Om het risico van ernstige of
dodelijke letsels te verminderen raden wij
personen met medische implantaten aan
hun arts en de fabrikant van het medische
implantaat te consulteren voordat het toestel
wordt bediend.
5. Vóór inbedrijfstelling
De grasmaaier wordt deels gemonteerd geleverd.
De schuifbeugel en de opvangkorf moeten wor-
den gemonteerd, voordat u de grasmaaier gebru-
ikt. Volg de gebruiksaanwijzing stap voor stap en
richt u bij de montage naar de afbeeldingen.
Montage van de schuifbeugel (afb. 3 tot 6)
De schuifbeugelhouder (afb. 2/pos. 3) wordt in de
steelhouder gezet en met bevestigingsschroef en
moer bevestigd (afb. 4/5).
De bovenste schuifbeugel (afb. 1/pos. 2) moet op
de schuifbeugelhouder geschoven en bevestigd
worden zoals getoond in afb. 6. Vervolgens met
de kabelhouderklemmen (pos. 13) de kabel be-
vestigen aan de schuifbeugel.
De hoogte van de schuifbeugel kan in 3 stappen
worden versteld. Draai hiervoor de bevestigings-
moer (pos. 11) los en breng de beugel in de ge-
wenste inkeping (afb. 3 tot 6).
Waarschuwing!
Aan weerskanten moet altijd dezelfde steelhoogte
worden ingesteld.
Richt de kabel uit met de bevestigingsklem-
men aan de geleidesteel (afb. 5/pos. 13).
Montage van de snelheidsregelaar (afbeel-
ding 7-12)
Voor de montage van de snelheidsregelaar
moeten eerst de 3 schroeven (pos. 22) van de te
verwijderen helft van de behuizing worden los-
gedraaid (afb. 7). Til de helft van de behuizing nu
af van de rest van de eenheid (afb. 8). Plaats de
eenheid vervolgens op de schuifbeugel (pos. 2),
waarbij de drie pennen in één lijn moeten liggen
met de gaten in de schuifbeugel. Positioneer nu
de gedemonteerde helft van de behuizing eve-
neens aan de schuifbeugel (pos. 2) en bevestig
deze met de 3 schroeven weer aan de eenheid
(afb. 10-11). Om de montage af te sluiten moet nu
nog de bowdenkabel worden ingehangen aan de
rijhendel (pos. 20) (afb. 12).
Montage van de opvangkorf
(zie afb. 13)
Om de opvangkorf in te hangen moet de motor
worden uitgeschakeld en mag het snijmes niet
draaien. Verwijder ook de veiligheidsstekker (12)
en alle aandrijfaccu’s (16). Uitwerpklep (afb. 13/
pos. 7) met één hand optillen. Met de andere
hand de opvangkorf aan de handgreep vast-
houden en van boven inhangen (afb. 13).
Vulstandindicator opvanginrichting
(zie afb. 23)
De opvanginrichting bezit een vulstandindicator
(afb. 2/pos. 15). Deze wordt opgetild door de
luchtstroom, die de maaier tijdens het bedrijf ge-
nereert. Indien deze tijdens het maaien neerkomt
op de grasopvangkorf, dan is de opvanginrichting
vol en moet deze worden leeggemaakt.
Verstelling van de maaihoogte
Opgelet!
Het verstellen van de maaihoogte mag alleen
worden uitgevoerd bij uitgeschakeld apparaat,
uitgetrokken veiligheidsstekker (12) en eruit ge-
nomen accu‘s (16).
Voordat u begint te maaien controleert u of het
maaigereedschap niet bot is, en of de beves-
tigingsmiddelen niet zijn beschadigd. Vervang
botte en/of beschadigde maaigereedschappen
om onbalans te vermijden. Bij deze controle de
motor afzetten en de veiligheidsstekker uit het
stopcontact trekken.
Waarschuwing!
Het verstellen van de maaihoogte mag alleen
worden uitgevoerd bij uitgeschakeld apparaat,
uitgetrokken veiligheidsstekker (12) en eruit ge-
Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 53Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 53 16.01.2019 15:40:2316.01.2019 15:40:23
NL
- 54 -
nomen accu‘s (16).
De verstelling van de maaihoogte moet als volgt
worden uitgevoerd (zie afb. 18):
1. De hefboom (6) naar buiten drukken.
2. De hefboom (6) op de gewenste maaihoogte
zetten.
3. De hefboom (6) loslaten en controleren of hij
goed vastzit in het arrêt.
Inzet van de mulchadapter (afb. 15a)
Bij het mulchen wordt het maaigoed in de geslo-
ten behuizing van de maaier verkleind en weer
over het gazon verdeeld. Het opnemen en verwij-
deren van het gras valt weg.
Aanwijzing! Mulchen is alleen mogelijk bij
relatief kort gras.
Waarschuwing!
De mulchspie mag alleen erin worden gezet bij
uitgeschakeld apparaat, uitgetrokken veiligheids-
stekker (12) en eruit genomen accu‘s (16).
Om de mulchfunctie te gebruiken hangt u de
opvangzak uit en schuift u de mulchadapter (afb.
2/pos. 18) in de uitwerpopening en sluit u de uit-
werpklep.
Uitwerping naar achter (afbeelding 14)
Om de functie uitwerping naar achter te gebru-
iken moet de uitwerpklep (afb. 14, pos. 7) iets
worden geopend. Vergrendel deze met de ar-
rêteerhendel. Klap de arrêteerhendel omhoog en
laat de voet ervan neer in de daartoe voorziene
verdieping. De mulchadapter (pos. 18) mag voor
het gebruik van de uitwerping naar achter niet zijn
ingebouwd.
Zijdelingse uitwerping (afb. 15b)
Om gebruik te maken van de zijdelingse uitwer-
ping moet de mulchadapter (18) zijn gemonteerd.
Hang de zijdelingse uitwerpadapter (19) in, zoals
te zien in afbeelding 15b.
Laden van de accu (afb. 21)
1. Accupack uit het apparaat nemen. Daarvoor
de grendeltoets indrukken.
2. Vergelijk of de netspanning vermeld op het
typeplaatje overeenstemt met de beschikbare
netspanning. Steek de netstekker van de
lader (17) in het stopcontact. De groene LED
begint te knipperen.
3. Steek de accu (16) op de lader (17).
4. Onder punt „Indicatie lader“ vindt u een tabel
met de betekenissen van de LED-indicatie
aan de lader.
Tijdens het laden kan de accu iets warm worden.
Dit is echter normaal.
Mocht het laden van de accupack niet mogelijk
zijn, controleer dan:
of aan het stopcontact de netspanning voor-
handen is,
of een foutloos contact aan de laadcontacten
voorhanden is.
Indien het laden van de accupack nog altijd niet
mogelijk is, dan verzoeken wij u
de lader
en de accupack
op te sturen aan onze klantendienst.
In het belang van een lange levensduur van de
accupack is het raadzaam om op tijd voor het
herladen van de accupack te zorgen. Dit is in elk
geval noodzakelijk, wanneer u vaststelt dat het
vermogen van het apparaat afneemt. Ontlaad de
accupack nooit helemaal. Dit leidt tot een defect
van de accupack!
Montage van de accu (afb. 22)
Open het accudeksel (pos. 4). Dan de accu´s zo-
als getoond in afb. 22 in de houders steken.
De beste resultaten voor levensduur en maai-
vermogen bereikt u altijd, wanneer accu‘s met
dezelfde capaciteit vanaf 3,0 Ah worden ingezet.
Daarnaast bestaat de mogelijkheid om de tege-
nover elkaar gelegen accuhouders A en B (afb. 2)
uit te rusten met verschillende accucapaciteiten.
Houd er echter rekening mee dat een accubank
altijd moet worden gevoed door accu‘s met de-
zelfde capaciteit (afb. 27).
Zo kunt u bijvoorbeeld een accubank uitrusten
met 2x 4,0Ah accu’s, terwijl de accubank aan de
tegenover gelegen zijde is uitgerust met 2x 3,0Ah
accu‘s.
Aanwijzing!
Gebruik alleen accu´s met dezelfde vulstand,
combineer nooit volle en halfvolle accu´s met el-
kaar. Laad beide/alle accu´s altijd gelijktijdig op.
De accu met de zwakkere laadtoestand bepaalt
de looptijd van het apparaat. Vóór bedrijf moeten
altijd beide/alle accu´s vol worden geladen. Sluit
het accudeksel door het dicht te klappen en let
erop dat het goed inklikt.
Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 54Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 54 16.01.2019 15:40:2316.01.2019 15:40:23
NL
- 55 -
Accu-capaciteitsindicator (afb. 20)
Druk op de schakelaar voor accu-capaciteitsindi-
cator (afb. 20/pos. A). De accu-capaciteitsindica-
tor (afb. 20/pos. B) signaleert de laadtoestand van
de accu aan de hand van 3 LEDs.
Alle 3 LEDs branden:
De accu is vol geladen.
2 of 1 LED(s) branden:
De accu beschikt over voldoende restlading.
1 LED knippert:
De accu is leeg, laad de accu op.
Alle LEDs knipperen:
De accu werd diep ontladen en is defect. Een
defecte accu mag niet meer gebruikt en geladen
worden!
Voorzichtig!
Parkeer de grasmaaier niet in de zon. Erin ge-
plaatste accu‘s kunnen ontoelaatbaar warm
worden.
6. Bediening
Voorzichtig!
De gazonmaaier is voorzien van een veiligheids-
schakeling om onbevoegd gebruik te voorkomen.
Onmiddellijk vóór inbedrijfstelling van de gras-
maaier de veiligheidsstekker (afb. 17) insteken en
bij elke onderbreking of beëindiging van het werk
de veiligheidsstekker weer uittrekken.
Aanwijzing!
Om veiligheidsredenen is het niet mogelijk om de
accu-grasmaaier te starten bij een aanzethoek
van meer dan ~70° ± 10°.
Voorzichtig!
Om een onopzettelijk inschakelen te verhinderen
is de grasmaaier uitgerust met een inschakelblok-
kering (afb. 17/pos. 8), die moet worden ingedrukt
voordat de schakelbeugel (afb. 16/pos. 1) kan
worden geactiveerd. Als de schakelbeugel wordt
losgelaten, dan wordt de grasmaaier uitgescha-
keld. De starttijd kan enkele seconden bedragen
(om het startproces van de grasmaaier te verge-
makkelijken deze licht naar achter kantelen (afb.
25)). In het onbelast bedrijf wordt het toerental
na enkele seconden verlaagd en bij belasting na
enkele seconden weer verhoogd. Voer deze pro-
cedure meermaals uit om er zeker van te zijn dat
uw apparaat correct werkt. Voordat u reparatie- of
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat
verricht, moet u zich ervan vergewissen dat het
mes niet draait, de veiligheidsstekker (12) werd
uitgetrokken en de accu‘s (16) verwijderd werden.
Waarschuwing! Open de uitwerpklep nooit
als de opvanginrichting wordt leeggemaakt
en de motor nog loopt. Het roterende mes
kan verwondingen veroorzaken.
Maak de uitwerpklep of de grasopvangkorf altijd
zorgvuldig vast. Bij het verwijderen eerst de motor
uitschakelen en de veiligheidsstekker (12) uitt-
rekken.
Rijaandrijving
Wanneer u de rijhendel/koppelingshendel (afb.
16, pos. 20) bedient, dan wordt de koppeling voor
de rijaandrijving gesloten en de grasmaaier be-
gint met lopende motor te rijden. Laat de rijhendel
op tijd los om de rijdende grasmaaier te stoppen.
Oefen het wegrijden en stoppen voordat u voor
de eerste keer gras maait, tot u vertrouwd bent
met het rijgedrag.
Instellen van de rijsnelheid (Vario Speed)
De rijsnelheid van de grasmaaier kan variabel
worden ingesteld. Daarvoor de regelhendel (afb.
26, pos. 21) zo ver naar voor schuiven, tot de ge-
wenste snelheid is bereikt. Als de regelhendel in
rijrichting helemaal naar voor is gebracht, dan rijdt
de grasmaaier met maximale snelheid.
Aanwijzing! De rijaandrijving werkt alleen bij
ingeschakelde motor. Daarom moet u altijd eerst
de motor starten en mag u ten vroegste na het
bereiken van het nominale toerental van de motor
de rijhendel/koppelingshendel (20) activeren.
Het wordt aanbevolen om de rijsnelheid aan te
passen aan de lengte van het te maaien gazon.
Hoe hoger het gras, des te langzamer moet de
rijsnelheid worden gekozen.
De door de geleidestelen gecreëerde veiligheid-
safstand tussen meshuis en gebruiker moet altijd
worden aangehouden. Tijdens het maaien en bij
veranderingen van rijrichting op bermen en hel-
lingen moet u bijzonder voorzichtig te werk gaan.
Zorg voor een veilige stand, draag schoenen met
slipvaste zolen met stroef pro el en een lange
broek.
Maai altijd dwars over de helling. Op hellingen
schuiner dan 15 graden mag om veiligheidsrede-
nen niet met de grasmaaier worden gemaaid.
Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 55Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 55 16.01.2019 15:40:2316.01.2019 15:40:23
NL
- 56 -
Wees bijzonder voorzichtig bij het achteruit
bewegen en trekken van de grasmaaier. Struikel-
gevaar!
Instructies voor juist maaien
Bij het maaien wordt een overlappende werkwijze
aanbevolen.
Maai alleen met een scherp en foutloos mes,
zodat de grashalmen niet uitrafelen en het gazon
niet geel wordt.
Om een zuiver maaipatroon te bereiken leidt u
de grasmaaier in zo recht mogelijke banen. De
banen moeten elkaar steeds enkele centimeters
overlappen, zodat er geen stroken blijven staan.
Hoe vaak moet worden gemaaid hangt in principe
ervan af hoe snel het gazon groeit. In de hoof-
dgroeiperiode (mei - juni) tweemaal per week,
anders eenmaal per week. De maaihoogte moet
tussen 4 - 6 cm liggen, en het gras moet 4 - 5 cm
groeien voordat u het opnieuw maait. Normaal
hoog gegroeid gras tot 8 cm kunt u probleemloos
meteen op de gewenste hoogte maaien. Mocht
het gras ooit wat langer worden, maak dan ach-
teraf niet de fout het gras direct in één keer op
de normale hoogte terug te snijden. Dit schaadt
het gazon. Wij raden daarom aan om het gras dat
meer dan 10 cm hoog is gegroeid eerst voor te
maaien met de hoogste instelling van de maaih-
oogte.
Aanwijzing!
De instelling van de maaihoogte beïnvloedt de
maximaal te bereiken capaciteit om een vlak te
maaien.
De onderkant van de behuizing van de maaier
schoon houden en afgezet gras zeker verwijde-
ren. Afzettingen bemoeilijken het starten, doen
afbreuk aan de maaikwaliteit en belemmeren het
uitwerpen van gras.
Op hellingen moet de maaibaan dwars over de
helling verlopen. Het wegglijden van de gras-
maaier kan door schuinstand naar boven worden
verhinderd. Kies de maaihoogte al naargelang de
daadwerkelijke lengte van het gras. Rijd het gras
in meerdere beurten af, zodat het gazon elke keer
maximaal 4 cm korter wordt gereden.
Voordat er eventuele controles worden uitgevoerd
aan het mes de motor afzetten, en de veiligheids-
stekker (12) en accu‘s (16) verwijderen. Denk er-
aan dat het mes na het uitschakelen van de motor
nog enkele seconden blijft draaien. Probeer nooit
om het mes te stoppen. Controleer regelmatig of
het mes correct bevestigd, in perfecte staat en
goed geslepen is. Zo niet, het mes slijpen of ver-
vangen. Indien het roterende mes een voorwerp
raakt, de grasmaaier stilzetten en wachten tot het
mes helemaal stilstaat. Controleer vervolgens
de toestand van het mes en van de meshouder.
Indien deze beschadigd zijn moeten ze worden
vervangen.
Zodra tijdens het maaien grasresten blijven lig-
gen, moet de opvangkorf worden leeggemaakt.
Opgelet! Alvorens de opvangkorf eraf te nemen
de motor afzetten en wachten tot het maaige-
reedschap tot stilstand is gekomen. Veiligheids-
stekker (12) uittrekken.
Om de opvangkorf eraf te nemen tilt u met één
hand de uitwerpklep op en met de andere hand
neemt u de opvangkorf aan het handvat eruit.
Overeenkomstig de veiligheidsvoorschriften valt
de uitlaatklep bij het eraf nemen van de opvang-
korf dicht en sluit de achterste uitwerpopening.
Als daarbij grasresten in de opening blijven han-
gen, dan trekt u de grasmaaier best ongeveer 1
m terug om het starten van de motor te vergem-
akkelijken.
Grasresten in de behuizing van de maaier en
aan het werkgereedschap niet met de hand of de
voeten verwijderen, maar met geschikte hulpmid-
delen, bijv. een borstel of handveger.
Om te garanderen dat het gras goed wordt verza-
meld moet de opvangkorf na gebruik van binnen
worden schoongemaakt.
Opvangkorf alleen vasthaken bij afgezette motor,
uitgetrokken veiligheidsstekker en stilstaand snij-
gereedschap.
Uitwerpklep met één hand optillen en met de
andere hand de opvangkorf aan het handvat vast-
houden en van boven inhangen.
Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 56Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 56 16.01.2019 15:40:2316.01.2019 15:40:23
NL
- 57 -
7. Reiniging, onderhoud en
bestelling van onderdelen
Gevaar!
Trek vóór alle reinigingswerkzaamheden de veilig-
heidsstekker uit en verwijder alle accupacks (16)
(rys. 17 / poz. 12, rys. 28)
7.1 Reiniging
Voor de eenvoudige reiniging brengt u het
apparaat na inklappen van de schuifbeugel in
de reinigingspositie (afb. 17).
Houd bescherminrichtingen, ventilatiespleten
en motorhuis zo veel mogelijk vrij van stof en
vuil. Wrijf het apparaat met een schone doek
af of blaas het met perslucht bij lage druk
schoon.
De grasmaaier mag niet met stromend water,
vooral niet onder hoge druk, worden schoon-
gemaakt.
Wij bevelen aan om het apparaat onmiddellijk
na elk gebruik schoon te maken.
Maak het apparaat regelmatig met een voch-
tige doek en wat smeerzeep schoon. Gebruik
geen reinigings- of oplosmiddelen; die zou-
den de kunststof delen van het apparaat kun-
nen aantasten. Zorg ervoor dat geen water
binnenin het apparaat terecht kan komen.
Maak de grasmaaier indien mogelijk schoon
met de meegeleverde schraper en een bors-
tel of doek.
7.2 Onderhoud
Versleten of beschadigde messen, mesdra-
gers en bouten moeten om de uitbalancering
te behouden per set door de geautoriseerde
vakman worden vervangen.
Zorg ervoor dat alle bevestigingselementen
(schroeven, moeren enz.) altijd goed zijn
vastgedraaid, zodat u veilig met de maaier
kunt werken.
Controleer de grasopvanginrichting regelma-
tig op tekenen van slijtage.
Vervang versleten of beschadigde delen.
Voor een lange levensduur moeten alle
schroefdelen en de wielen en assen schoon-
gemaakt en vervolgens ingeoliëd worden.
Door de grasmaaier regelmatig te onder-
houden zal hij niet alleen lange tijd meegaan
en goed werken, maar zal hij u ook in staat
stellen uw gazon zorgvuldig en eenvoudig te
maaien.
Het meest aan slijtage onderhevige onder-
deel is het mes. Controleer regelmatig de
toestand van het mes en de bevestiging
ervan. Als het mes is versleten, dan moet het
meteen vervangen of geslepen worden. Als
er overmatige trillingen optreden aan de gras-
maaier, dan betekent dit dat het mes niet juist
is uitgebalanceerd of door stoten vervormd
werd. In dit geval moet het gerepareerd of
vervangen worden.
Binnenin het apparaat zitten geen andere te
onderhouden onderdelen.
7.3 Vervangen van het mes
Om veiligheidsredenen bevelen wij aan om het
mes alleen door een geautoriseerde vakman te
laten vervangen. Voorzichtig! Veiligheidsstekker
uittrekken en accupacks (16) verwijderen! Werk-
handschoenen dragen! Gebruik alleen originele
messen, aangezien anders werking en veiligheid
onder bepaalde omstandigheden niet zijn gega-
randeerd.
Om het mes te wisselen gaat u als volgt te
werk:
1. Draai de bevestigingsschroef (zie afb. 19) los.
2. Neem het mes eraf en vervang het door een
nieuw.
3. Let bij de montage van het nieuwe mes op de
inbouwrichting van het mes. De windvleugels
van het mes moeten in de motorruimte steken
(zie afb. 19). De bevestigingsdoorns moeten
overeenstemmen met stansingen in het mes
(zie afb. 19).
4. Vervolgens draait u de bevestigingsschroef
weer vast. Het aandraaimoment moet ca. 25
Nm bedragen.
Aan het einde van het seizoen voert u een
algemene controle van de maaier uit en ver-
wijdert u al het achtergebleven gras en ander
materiaal. Telkens vóór begin van het seizoen
absoluut de toestand van het mes controle-
ren. Gelieve u voor reparaties te wenden tot
een werkplaats van onze klantendienst. Ge-
bruik alleen originele onderdelen.
7.4 Bestellen van wisselstukken:
Gelieve bij het bestellen van wisselstukken vol-
gende gegevens te vermelden:
Type van het toestel
Artikelnummer van het toestel
Ident-nummer van het toestel
Wisselstuknummer van het benodigd stuk
Actuele prijzen en info vindt u terug onder
www.isc-gmbh.info
Reserve mes art.-nr.: 34.054.55
Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 57Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 57 16.01.2019 15:40:2316.01.2019 15:40:23
NL
- 58 -
8. Opslag en transport
Opslag
Bewaar het apparaat en het toebehoren op een
donkere, droge en vorstvrije plaats die voor
kinderen ontoegankelijk is. De optimale opslag-
temperatuur ligt tussen 5° C en 30° C. Bewaar het
apparaat in de originele verpakking.
Transport
Schakel het apparaat uit en trek de veilig-
heidsstekker uit voordat u het transporteert.
Breng, indien voorhanden, transportbeveili-
gingen aan.
Bescherm het apparaat tegen schade en
sterke trillingen, die met name optreden bij
het transport in voertuigen.
Beveilig het apparaat tegen wegglijden en
kantelen.
9. Verwijdering en recyclage
Het toestel bevindt zich in een verpakking om
transportschade te voorkomen. Deze verpakking
is een grondstof en bijgevolg herbruikbaar of kan
naar de grondstofkringloop worden teruggevo-
erd. Het toestel en zijn accessoires bestaan uit
diverse materialen, zoals b.v. metaal en kunststof.
Defecte toestellen horen niet thuis in het huisvuil.
Om zich van het toestel naar behoren te ontdoen
dient het naar een geschikte verzamelplaats te
worden gebracht. Als u geen verzamelplaats kent
gelieve u dan bij de gemeente te informeren.
Enkel voor EU-landen
Elektrisch gereedschap hoort niet bij het huisvuil
thuis!
Volgens de Europese richtlijn 2012/19/EG op af-
gedankte elektrische en elektronische toestellen
en omzetting in nationaal recht dienen afgedank-
te elektrische gereedschappen afzonderlijk te
worden verzameld en milieuvriendelijk te worden
gerecycleerd.
Recyclagealternatief i.p.v. het toestel terug te
sturen:
De eigenaar van het elektrische toestel is alter-
natief verplicht, i.p.v. het toestel terug te sturen,
mede te werken bij de behoorlijke recyclage in
geval hij zich van het eigendom ontdoet. Het
afgedankte toestel kan hiervoor ook bij een
verzamelplaats worden afgegeven die voor een
verwijdering als bedoeld in de wetgeving in zake
recyclage en afvalverwerking zorgt. Hieronder
vallen niet bij de afgedankte toestellen gevoegde
accessoires en hulpmiddelen zonder elektrische
componenten.
Nadruk of andere reproductie van documentatie
en geleidepapieren van de producten, geheel of
gedeeltelijk, enkel toegestaan mits uitdrukkelijke
toestemming van iSC GmbH.
Technische wijzigingen voorbehouden
Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 58Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 58 16.01.2019 15:40:2316.01.2019 15:40:23
NL
- 59 -
10. Indicatie lader
Indicatiestatus
Betekenis en maatregel
Rode LED
Groene
LED
Uit Knippert Operationaliteit
De lader is aangesloten aan het net en operationeel; de accu zit niet in de
lader.
Aan Uit Laden
De lader laadt de accu in de snelle laadmodus. De laadduur vindt u direct
aan de lader.
Aanwijzing! Al naargelang de acculading kan de laadduur iets afwijken
van de vermelde tijden.
Uit Aan De accu is opgeladen en operationeel.
Daarna wordt tot aan de volledige lading omgeschakeld op een bu erla-
ding.
Laat de accu hiervoor ongeveer 15 min. langer in de lader zitten.
Maatregel:
Neem de accu uit de lader. Isoleer de lader van het net.
Knippert Uit Aanpassingslading
De lader bevindt zich in de modus behoedzame lading.
Hierbij wordt de accu om veiligheidsredenen langzamer geladen, hetgeen
meer tijd vergt. Dit kan de volgende oorzaken hebben:
- De accu werd zeer lange tijd niet meer geladen.
- De accutemperatuur ligt niet in het ideale bereik.
Maatregel:
Wacht tot het laadproces is afgesloten, de accu kan niettemin verder wor-
den geladen.
Knippert Knippert Fout
Laadproces is niet meer mogelijk. De accu is defect.
Maatregel:
Een defecte accu mag niet meer worden opgeladen.
Neem de accu uit de lader.
Aan Aan Temperatuurstoring
De accu is te warm (bijv. direct instralend zonlicht) of te koud (onder 0 °C).
Maatregel:
Neem de accu de lader uit en bewaar hem 1 dag bij kamertemperatuur
(ca. 20 °C).
Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 59Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 59 16.01.2019 15:40:2316.01.2019 15:40:23
NL
- 60 -
11. Foutopsporing
Fout Mogelijke oorzaken Verhelpen
Motor start niet a) Aansluitingen aan de motor losge-
komen
b) Apparaat staat in hoog gras
c) Maaierhuis verstopt
d) Veiligheidsstekker niet ingestoken
e) Accu niet correct ingestoken
a) Door werkplaats van de klanten-
dienst laten controleren
b) Op laag gras of reeds gemaaide
vlakkan starten; eventueel maaih-
oogte veranderen
c) Behuizing schoonmaken, opdat het
mes vrij loopt
d) Veiligheidsstekker insteken (zie 6.)
e) Accu verwijderen en opnieuw inste-
ken (zie 5.)
Aandrijfmotor start
niet
a) Aansluitingen aan de motor losge-
komen
b) Apparaat staat in hoog gras
c) Maaierhuis verstopt
d) Veiligheidsstekker niet ingestoken
e) Accu niet correct ingestoken
f) Thermobeveiligingsschakelaar heeft
gereageerd
a) Door werkplaats van de klanten-
dienst laten controleren
b) Op laag gras of reeds gemaaide
vlakkan starten; eventueel maaih-
oogte veranderen
c) Behuizing schoonmaken, opdat het
mes vrij loopt
d) Veiligheidsstekker insteken (zie 6.)
e) Accu verwijderen en opnieuw inste-
ken (zie 5.)
f) Apparaat minstens 10 min laten
afkoelen
Motorvermogen
vermindert
a) Te lang of te vochtig gras
b) Maaierhuis verstopt geraakt
c) Mes ver versleten
d) Accucapaciteit neemt af
a) Maaihoogte corrigeren
b) Huis reinigen
c) Mes vervangen
d) Accucapaciteit controleren en
eventueel accu laden (zie 5.)
Geen schone snede a) Mes versleten
b) Verkeerde maaihoogte
a) Mes vervangen of bijslijpen
b) Maaihoogte corrigeren
Aanwijzing! Om de motor te beschermen is die voorzien van een thermoschakelaar die de mo-
tor in geval van overbelasting afzet en hem na een korte afkoelfase automatisch terug aanzet!
Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 60Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 60 16.01.2019 15:40:2316.01.2019 15:40:23
NL
- 61 -
Ser vice-informatie
Wij werken in alle landen die in het garantiebewijs zijn genoemd, samen met competente servicepart-
ners, wier contactgegevens u kunt a eiden uit het garantiebewijs. Deze staan voor alle diensten zoals
reparatie, het verscha en van wisselstukken of slijtdelen of voor de aankoop van verbruiksmaterialen te
uwer beschikking.
U moet er rekening mee houden dat bij dit product de volgende delen onderhevig zijn aan een slijtage
door gebruik of een natuurlijke slijtage, resp. dat de volgende delen nodig zijn als verbruiksmaterialen.
Categorie Voorbeeld
Slijtstukken* Accu
Verbruiksmateriaal/verbruiksstukken* Mes
Ontbrekende onderdelen
* niet verplicht bij de leveringsomvang begrepen!
Bij gebreken of defecten verzoeken wij u om de fout te melden op het internet onder www.isc-gmbh.info.
Gelieve te zorgen voor een nauwkeurige beschrijving van de fout en daarbij in elk geval de volgende
vragen te beantwoorden:
Heeft het toestel reeds eenmaal gewerkt of was het vanaf het begin defect?
Is u iets opgevallen voordat het defect zich voordeed (symptoom vóór het defect)?
Welke foutieve werkwijze vertoont het toestel volgens u (hoofdsymptoom)?
Beschrijf deze foutieve werkwijze.
Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 61Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 61 16.01.2019 15:40:2316.01.2019 15:40:23
NL
- 62 -
Garantiebewijs
Geachte klant,
onze producten worden onderworpen aan een strenge kwaliteitscontrole. Mocht dit apparaat echter ooit
niet naar behoren functioneren, spijt dit ons ten zeerste en vragen u zich te wenden tot onze service-
dienst onder het adres vermeld op dit garantiebewijs. Wij staan ook graag telefonisch tot uw dienst via
het vermelde servicetelefoonnummer. Voor eisen in verband met het recht garantie geldt het volgende:
1. Deze garantievoorwaarden zijn uitsluitend gericht aan de gebruikers, d.w.z. natuurlijke personen die
dit product niet in het kader van hun ambachtelijke noch van een andere zelfstandige activiteit willen
gebruiken. Deze garantievoorwaarden regelen aanvullende garantieprestaties, die de hieronder ge-
noemde fabrikant kopers van zijn nieuwe apparaten toezegt in aanvulling tot de wettelijke garantie.
Uw wettelijke garantieclaims blijven onaangetast door deze garantie. Onze garantieprestatie is voor
u gratis.
2. De garantieprestatie geldt uitsluitend voor gebreken aan een door u aangekocht nieuw apparaat
van de hieronder genoemde fabrikant die aantoonbaar berusten op een materiaal- of productiefout,
en is naar onze keuze beperkt tot het verhelpen van zulke gebreken aan het apparaat of de vervan-
ging ervan.
Wij wijzen erop dat onze apparaten overeenkomstig hun bestemming niet ontworpen zijn voor com-
mercieel, ambachtelijk of industrieel gebruik. Van een garantiecontract is derhalve geen sprake, als
het apparaat binnen de garantieperiode in commerciële, ambachtelijke of industriële bedrijven werd
ingezet of aan een daarmee gelijk te stellen belasting werd blootgesteld.
3. Van onze garantie zijn uitgesloten:
- Schade aan het apparaat als gevolg van niet-inachtneming van de montagehandleiding of op
grond van ondeskundige installatie, als gevolg van niet-inachtneming van de gebruiksaanwijzing
(zoals bijv. door aansluiting aan een verkeerde netspanning of stroomsoort) of niet-inachtneming
van de onderhouds- en veiligheidsvoorschriften, door blootstelling van het apparaat aan abnormale
omgevingsvoorwaarden of door nalatig onderhoud en verzorging.
- Schade aan het apparaat als gevolg van misbruik of ondeskundige toepassingen (zoals bijv. over-
belasting van het apparaat of de inzet van niet toegelaten gereedschappen of toebehoren), binnen-
dringen van vreemde voorwerpen in het apparaat (zoals bijv. zand, stenen of stof, transportschade),
gebruik van geweld of als gevolg van externe invloeden (zoals bijv. schade door vallen).
- Schade aan het apparaat of aan delen van het apparaat die valt te herleiden tot slijtage als gevolg
van gebruik, en als gevolg van normale of andere natuurlijke slijtage.
4. De garantieperiode bedraagt 24 maanden en gaat in op de datum van aankoop van het apparaat.
Garantieclaims dienen voor het verloop van de garantieperiode binnen de twee weken na het vast-
stellen van het defect geldend te worden gemaakt. Het indienen van garantieclaims na verloop van
de garantieperiode is uitgesloten. De herstelling of vervanging van het apparaat leidt niet tot een
verlenging van de garantieperiode noch wordt door deze prestatie een nieuwe garantieperiode voor
het apparaat of voor eventueel ingebouwde wisselstukken op gang gebracht. Dit geldt ook bij het ter
plaatse uitvoeren van een serviceactiviteit.
5. Gelieve om een garantieclaim in te dienen het defecte apparaat aan te melden onder: www.isc-
gmbh.info. Houd het aankoopbewijs of een ander bewijs van uw aankoop van het nieuwe apparaat
bij de hand. Apparaten die zonder bijhorende bewijzen of zonder typeplaatje worden teruggestuurd,
worden op grond van de ontbrekende mogelijkheid om het apparaat toe te kennen uitgesloten van
de garantieprestatie. Valt het defect van het apparaat binnen onze garantieprestatie, dan bezorgen
wij u per omgaande een gerepareerd of nieuw apparaat terug.
Uiteraard staan wij ook tot u dienst om, mits betaling van de kosten, defecten van het apparaat te ver-
helpen die buiten de garantieomvang vallen. Te dien einde stuurt u het apparaat aan ons serviceadres
op.
Voor slijtstukken, verbruiksmateriaal en ontbrekende onderdelen wordt verwezen naar de beperkingen
van deze garantie conform de service-informatie van deze handleiding.
Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 62Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 62 16.01.2019 15:40:2416.01.2019 15:40:24

Documenttranscriptie

GE-CM 36/47 S HW Li D Originalbetriebsanleitung Akku-Rasenmäher F Instructions d’origine Tondeuse a gazon a accumulateur I Istruzioni per l’uso originali Tosaerba a batteria NL Originele handleiding Accugazonmaaier E Manual de instrucciones original Cortacésped a batería P Manual de instruções original Corta-relvas sem fio 2 Art.-Nr.: 34.132.00 Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 1 I.-Nr.: 11018 16.01.2019 15:40:02 NL Inhoudsopgave 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. Veiligheidsaanwijzingen Beschrijving van het gereedschap en leveringsomvang Reglementair gebruik Technische gegevens Vóór inbedrijfstelling Bediening Reiniging, onderhoud en bestellen van wisselstukken Opslag en transport Verwijdering en recyclage Indicatie lader Foutopsporing Gevaar! - Handleiding lezen om het letselrisico te verminderen Dit apparaat mag niet door kinderen worden gebruikt. Op kinderen moet toezicht worden gehouden om te voorkomen dat ze met het apparaat spelen. Reiniging en onderhoud mag niet door kinderen worden uitgevoerd. Het apparaat mag niet door personen met verminderde fysieke, sensorische of mentale capaciteiten of door personen met onvoldoende kennis of ervaring worden gebruikt, tenzij een voor hen verantwoordelijke persoon op hen toeziet of hen instrueert. - 50 - Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 50 16.01.2019 15:40:22 NL Gevaar! Bij het gebruik van toestellen dienen enkele veiligheidsmaatregelen te worden nageleefd om lichamelijk gevaar en schade te voorkomen. Lees daarom deze handleiding / veiligheidsinstructies zorgvuldig door. Bewaar deze goed zodat u de informatie op elk moment kunt terugvinden. Mocht u dit toestel aan andere personen doorgeven, gelieve dan deze handleiding / veiligheidsinstructies mee te geven. Wij zijn niet aansprakelijk voor ongevallen of schade die te wijten zijn aan niet-naleving van deze handleiding en van de veiligheidsinstructies. 8. Inschakelblokkering 9. Stalen maaidek 10. Bevestigingsmoeren schuifbeugel 11. Bevestigingsschroeven voor schuifbeugel 11a Onderlegplaatjes voor schuifbeugelbevestiging 12. Veiligheidsstekker 13. Kabelhouderklem 14. Reinigingsschraper 15. Vulniveau-indicatie 16. Accu 17. Acculader 18. Mulchadapter 19. Zijdelingse uitwerpadapter 20. Rijhendel (koppelingshendel) 21. Instelhendel rijsnelheid 22. Bevestigingsschroeven voor snelheidsregelaar 1. Veiligheidsaanwijzingen De overeenkomstige veiligheidsinstructies vindt u in de bijgaande brochure. Gevaar! Lees alle veiligheidsinstructies en aanwijzingen. Nalatigheden bij de inachtneming van de veiligheidsinstructies en aanwijzingen kunnen elektrische schok, brand en/of zware letsels tot gevolg hebben. Bewaar alle veiligheidsinstructies en aanwijzingen voor de toekomst. 2.2 Omvang van de levering en uitpakken (fig. 2) Gelieve de volledigheid van het artikel te controleren aan de hand van de beschreven omvang van de levering. Indien er onderdelen ontbreken, gelieve u dan binnen 5 werkdagen na aankoop van het artikel te wenden tot ons servicecenter of tot het verkooppunt waar u het apparaat heeft gekocht, en leg een geldig bewijs van aankoop voor. Gelieve daarvoor de garantietabel in de serviceinformatie aan het einde van de handleiding in acht te nemen. • Open de verpakking en neem het toestel voorzichtig uit de verpakking. • Verwijder het verpakkingsmateriaal alsmede verpakkings-/transportbeveiligingen (indien aanwezig). • Controleer of de leveringsomvang compleet is. • Controleer het toestel en de accessoires op transportschade. • Bewaar de verpakking indien mogelijk tot het verloop van de garantieperiode. Verklaring van het informatiebord op het apparaat (zie afb. 29) 1. „Waarschuwing - Handleiding lezen om het verwondingsrisico te verminderen” 2. Afstand houden! 3. Voorzichtig! - Scherpe snijmessen - Veiligheidsstekker uittrekken vóór instandhoudingswerkzaamheden. Snijmessen draaien na het uitschakelen van de motor verder! 4. Apparaat beschermen tegen regen en vocht. 5. Gegarandeerd geluidsdrukniveau: xx dB 6. Accu vakkundig verwerken. 2. Beschrijving van het gereedschap en leveringsomvang 2.1 Beschrijving van het apparaat (afb. 1/2/5) 1. Schakelbeugel 2. Bovenste schuifbeugel 3. Schuifbeugelhouder 4. Accu afdekkappen 5. Grasopvangkorf 6. Maaihoogteverstelling 7. Uitwerpklep Gevaar! Het toestel en het verpakkingsmateriaal zijn geen speelgoed voor kinderen! Kinderen mogen niet met plastic zakken, folies en kleine stukken spelen! Er bestaat inslik- en verstikkingsgevaar! Omvang van de levering Accu-grasmaaier Schuifbeugelhouder (2x) Grasopvangkorf Onderlegplaatjes (4x) • • • • - 51 - Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 51 16.01.2019 15:40:22 NL • • • • • • • • • Moeren voor bovenste en onderste schuifbeugel (2x) Veiligheidsstekker Kabelbevestigingsklem (2x) Accu (4x) Lader (2x) Bevestigingsschroeven voor bovenste schuifbeugel (2x) Mulchadapter Originele handleiding Veiligheidsinstructies gebruik. Wij geven geen garantie indien het gereedschap in ambachtelijke of industriële bedrijven alsmede bij gelijk te stellen activiteiten wordt gebruikt. 4. Technische gegevens Motortoerental: ....................................3300 min-1 Beschermklasse: ..............................................III Gewicht: ...................................................30,5 kg Maaibreedte: ..............................................47 cm Inhoud grasopvangkorf: .............................75 liter Geluidsdrukniveau LpA: ....................... 79,9 dB(A) Onzekerheid KpA: ..................................... 3 dB(A) Gemeten geluidsdrukniveau LWA: ........ 92,5 dB(A) Onzekerheid KWA: ................................. 1,8 dB(A) Gegarandeerd geluidsvermogen LWA: .... 95 dB(A) Trilling aan de steel ah: .......................... 2,19 m/s2 Onzekerheid K: ....................................... 1,5 m/s2 Maaihoogteverstelling: ............................. 6-traps ............................................................ 30-65 mm Beschermklasse: ........................................ IPX1 3. Reglementair gebruik De grasmaaier is geschikt voor particulier gebruik in de huis- en hobbytuin. Als grasmaaiers voor de particuliere huis- en hobbytuin worden diegene beschouwd die doorgaans niet langer dan 50 uur per jaar overwegend worden gebruikt voor het verzorgen van gras- en gazonvlakken, maar niet in openbare plantsoenen, parken, op sportterreinen en ook niet in de land- en bosbouw. Opgelet! Wegens gevaar van lichamelijk letsel van de gebruiker mag de maaier niet worden gebruikt voor het trimmen van heesters, heggen en struikgewassen, noch om rankgewassen of gazon op dakbeplantingen of in balkonbakken te maaien en klein te maken, en ook niet om voetpaden te reinigen (af te zuigen) of als hakselaar voor het kleinmaken van snoeisel van bomen en heggen. De grasmaaier mag evenmin worden gebruikt als motorhakfrees of voor het gelijkmaken van bodemverheffingen, zoals bijv. molshopen. Om veiligheidsredenen mag de grasmaaier niet worden ingezet als aandrijfaggregaat voor andere gereedschappen en gereedschapssets, tenzij deze door de fabrikant uitdrukkelijk zijn toegelaten. De machine mag slechts voor werkzaamheden worden gebruikt waarvoor ze bedoeld is. Elk ander verder gaand gebruik is niet reglementair. Voor daaruit voortvloeiende schade of verwondingen van welke aard dan ook is de gebruiker/ bediener, niet de fabrikant, aansprakelijk. Wij wijzen erop dat onze gereedschappen overeenkomstig hun bestemming niet geconstrueerd zijn voor commercieel, ambachtelijk of industrieel 4x Power-X-Change 4,0 accu Spanning: ...............................................18 V d.c. Capaciteit: ................................................. 4,0 Ah ........ (optioneel Battery Power-X-Change 5,2 Ah) Aantal cellen: ................................................. 10 2x Power-X-Twincharger Ingangsspanning: ...............220-240 V~ 50-60 Hz Uitgangsspanning: .................................18 V d.c. Uitgangsstroom: .......................................... 3,0 A Beschermklasse: ........................................ II / 쓑 De geluids- en trillingswaarden zijn vastgesteld overeenkomstig de normen EN ISO 3744:1995, ISO 11201:1995/1996 en EN ISO 20643:2005. Beperk de geluidsontwikkeling en vibratie tot een minimum! • Gebruik enkel intacte toestellen. • Onderhoud en reinig het toestel regelmatig. • Pas uw manier van werken aan het toestel aan. • Overbelast het toestel niet. • Laat het toestel indien nodig nazien. • Schakel het toestel uit als het niet wordt gebruikt. • Draag handschoenen. - 52 - Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 52 16.01.2019 15:40:23 NL Restrisico’s Er blijven altijd restrisico’s bestaan, ook al wordt dit elektrisch gereedschap zoals voorgeschreven bediend. De volgende gevaren kunnen zich voordoen in verband met de bouwwijze en uitvoering van dit elektrisch gereedschap: 1. Longletsel indien er geen geschikt stofmasker wordt gedragen. 2. Gehoorschade indien er geen geschikte gehoorbescherming wordt gedragen. Waarschuwing! Dit apparaat genereert tijdens het bedrijf een elektromagnetisch veld. Dit veld kan onder bepaalde omstandigheden een nadelige invloed hebben op actieve of passieve medische implantaten. Om het risico van ernstige of dodelijke letsels te verminderen raden wij personen met medische implantaten aan hun arts en de fabrikant van het medische implantaat te consulteren voordat het toestel wordt bediend. 5. Vóór inbedrijfstelling Montage van de snelheidsregelaar (afbeelding 7-12) Voor de montage van de snelheidsregelaar moeten eerst de 3 schroeven (pos. 22) van de te verwijderen helft van de behuizing worden losgedraaid (afb. 7). Til de helft van de behuizing nu af van de rest van de eenheid (afb. 8). Plaats de eenheid vervolgens op de schuifbeugel (pos. 2), waarbij de drie pennen in één lijn moeten liggen met de gaten in de schuifbeugel. Positioneer nu de gedemonteerde helft van de behuizing eveneens aan de schuifbeugel (pos. 2) en bevestig deze met de 3 schroeven weer aan de eenheid (afb. 10-11). Om de montage af te sluiten moet nu nog de bowdenkabel worden ingehangen aan de rijhendel (pos. 20) (afb. 12). Montage van de opvangkorf (zie afb. 13) Om de opvangkorf in te hangen moet de motor worden uitgeschakeld en mag het snijmes niet draaien. Verwijder ook de veiligheidsstekker (12) en alle aandrijfaccu’s (16). Uitwerpklep (afb. 13/ pos. 7) met één hand optillen. Met de andere hand de opvangkorf aan de handgreep vasthouden en van boven inhangen (afb. 13). Vulstandindicator opvanginrichting (zie afb. 23) De opvanginrichting bezit een vulstandindicator (afb. 2/pos. 15). Deze wordt opgetild door de luchtstroom, die de maaier tijdens het bedrijf genereert. Indien deze tijdens het maaien neerkomt op de grasopvangkorf, dan is de opvanginrichting vol en moet deze worden leeggemaakt. De grasmaaier wordt deels gemonteerd geleverd. De schuifbeugel en de opvangkorf moeten worden gemonteerd, voordat u de grasmaaier gebruikt. Volg de gebruiksaanwijzing stap voor stap en richt u bij de montage naar de afbeeldingen. Montage van de schuifbeugel (afb. 3 tot 6) De schuifbeugelhouder (afb. 2/pos. 3) wordt in de steelhouder gezet en met bevestigingsschroef en moer bevestigd (afb. 4/5). De bovenste schuifbeugel (afb. 1/pos. 2) moet op de schuifbeugelhouder geschoven en bevestigd worden zoals getoond in afb. 6. Vervolgens met de kabelhouderklemmen (pos. 13) de kabel bevestigen aan de schuifbeugel. De hoogte van de schuifbeugel kan in 3 stappen worden versteld. Draai hiervoor de bevestigingsmoer (pos. 11) los en breng de beugel in de gewenste inkeping (afb. 3 tot 6). Verstelling van de maaihoogte Opgelet! Het verstellen van de maaihoogte mag alleen worden uitgevoerd bij uitgeschakeld apparaat, uitgetrokken veiligheidsstekker (12) en eruit genomen accu‘s (16). Waarschuwing! Aan weerskanten moet altijd dezelfde steelhoogte worden ingesteld. • Richt de kabel uit met de bevestigingsklemmen aan de geleidesteel (afb. 5/pos. 13). Voordat u begint te maaien controleert u of het maaigereedschap niet bot is, en of de bevestigingsmiddelen niet zijn beschadigd. Vervang botte en/of beschadigde maaigereedschappen om onbalans te vermijden. Bij deze controle de motor afzetten en de veiligheidsstekker uit het stopcontact trekken. Waarschuwing! Het verstellen van de maaihoogte mag alleen worden uitgevoerd bij uitgeschakeld apparaat, uitgetrokken veiligheidsstekker (12) en eruit ge- - 53 - Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 53 16.01.2019 15:40:23 NL nomen accu‘s (16). met de betekenissen van de LED-indicatie aan de lader. De verstelling van de maaihoogte moet als volgt worden uitgevoerd (zie afb. 18): 1. De hefboom (6) naar buiten drukken. 2. De hefboom (6) op de gewenste maaihoogte zetten. 3. De hefboom (6) loslaten en controleren of hij goed vastzit in het arrêt. Tijdens het laden kan de accu iets warm worden. Dit is echter normaal. Mocht het laden van de accupack niet mogelijk zijn, controleer dan: • of aan het stopcontact de netspanning voorhanden is, • of een foutloos contact aan de laadcontacten voorhanden is. Inzet van de mulchadapter (afb. 15a) Bij het mulchen wordt het maaigoed in de gesloten behuizing van de maaier verkleind en weer over het gazon verdeeld. Het opnemen en verwijderen van het gras valt weg. Indien het laden van de accupack nog altijd niet mogelijk is, dan verzoeken wij u • de lader • en de accupack op te sturen aan onze klantendienst. Aanwijzing! Mulchen is alleen mogelijk bij relatief kort gras. In het belang van een lange levensduur van de accupack is het raadzaam om op tijd voor het herladen van de accupack te zorgen. Dit is in elk geval noodzakelijk, wanneer u vaststelt dat het vermogen van het apparaat afneemt. Ontlaad de accupack nooit helemaal. Dit leidt tot een defect van de accupack! Waarschuwing! De mulchspie mag alleen erin worden gezet bij uitgeschakeld apparaat, uitgetrokken veiligheidsstekker (12) en eruit genomen accu‘s (16). Om de mulchfunctie te gebruiken hangt u de opvangzak uit en schuift u de mulchadapter (afb. 2/pos. 18) in de uitwerpopening en sluit u de uitwerpklep. Montage van de accu (afb. 22) Open het accudeksel (pos. 4). Dan de accu´s zoals getoond in afb. 22 in de houders steken. Uitwerping naar achter (afbeelding 14) Om de functie uitwerping naar achter te gebruiken moet de uitwerpklep (afb. 14, pos. 7) iets worden geopend. Vergrendel deze met de arrêteerhendel. Klap de arrêteerhendel omhoog en laat de voet ervan neer in de daartoe voorziene verdieping. De mulchadapter (pos. 18) mag voor het gebruik van de uitwerping naar achter niet zijn ingebouwd. De beste resultaten voor levensduur en maaivermogen bereikt u altijd, wanneer accu‘s met dezelfde capaciteit vanaf 3,0 Ah worden ingezet. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om de tegenover elkaar gelegen accuhouders A en B (afb. 2) uit te rusten met verschillende accucapaciteiten. Houd er echter rekening mee dat een accubank altijd moet worden gevoed door accu‘s met dezelfde capaciteit (afb. 27). Zijdelingse uitwerping (afb. 15b) Om gebruik te maken van de zijdelingse uitwerping moet de mulchadapter (18) zijn gemonteerd. Hang de zijdelingse uitwerpadapter (19) in, zoals te zien in afbeelding 15b. Laden van de accu (afb. 21) 1. Accupack uit het apparaat nemen. Daarvoor de grendeltoets indrukken. 2. Vergelijk of de netspanning vermeld op het typeplaatje overeenstemt met de beschikbare netspanning. Steek de netstekker van de lader (17) in het stopcontact. De groene LED begint te knipperen. 3. Steek de accu (16) op de lader (17). 4. Onder punt „Indicatie lader“ vindt u een tabel Zo kunt u bijvoorbeeld een accubank uitrusten met 2x 4,0Ah accu’s, terwijl de accubank aan de tegenover gelegen zijde is uitgerust met 2x 3,0Ah accu‘s. Aanwijzing! Gebruik alleen accu´s met dezelfde vulstand, combineer nooit volle en halfvolle accu´s met elkaar. Laad beide/alle accu´s altijd gelijktijdig op. De accu met de zwakkere laadtoestand bepaalt de looptijd van het apparaat. Vóór bedrijf moeten altijd beide/alle accu´s vol worden geladen. Sluit het accudeksel door het dicht te klappen en let erop dat het goed inklikt. - 54 - Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 54 16.01.2019 15:40:23 NL Accu-capaciteitsindicator (afb. 20) Druk op de schakelaar voor accu-capaciteitsindicator (afb. 20/pos. A). De accu-capaciteitsindicator (afb. 20/pos. B) signaleert de laadtoestand van de accu aan de hand van 3 LEDs. Alle 3 LEDs branden: De accu is vol geladen. 2 of 1 LED(s) branden: De accu beschikt over voldoende restlading. 1 LED knippert: De accu is leeg, laad de accu op. cedure meermaals uit om er zeker van te zijn dat uw apparaat correct werkt. Voordat u reparatie- of onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat verricht, moet u zich ervan vergewissen dat het mes niet draait, de veiligheidsstekker (12) werd uitgetrokken en de accu‘s (16) verwijderd werden. Waarschuwing! Open de uitwerpklep nooit als de opvanginrichting wordt leeggemaakt en de motor nog loopt. Het roterende mes kan verwondingen veroorzaken. Maak de uitwerpklep of de grasopvangkorf altijd zorgvuldig vast. Bij het verwijderen eerst de motor uitschakelen en de veiligheidsstekker (12) uittrekken. Rijaandrijving Wanneer u de rijhendel/koppelingshendel (afb. 16, pos. 20) bedient, dan wordt de koppeling voor de rijaandrijving gesloten en de grasmaaier begint met lopende motor te rijden. Laat de rijhendel op tijd los om de rijdende grasmaaier te stoppen. Oefen het wegrijden en stoppen voordat u voor de eerste keer gras maait, tot u vertrouwd bent met het rijgedrag. Alle LEDs knipperen: De accu werd diep ontladen en is defect. Een defecte accu mag niet meer gebruikt en geladen worden! Voorzichtig! Parkeer de grasmaaier niet in de zon. Erin geplaatste accu‘s kunnen ontoelaatbaar warm worden. Instellen van de rijsnelheid (Vario Speed) De rijsnelheid van de grasmaaier kan variabel worden ingesteld. Daarvoor de regelhendel (afb. 26, pos. 21) zo ver naar voor schuiven, tot de gewenste snelheid is bereikt. Als de regelhendel in rijrichting helemaal naar voor is gebracht, dan rijdt de grasmaaier met maximale snelheid. 6. Bediening Voorzichtig! De gazonmaaier is voorzien van een veiligheidsschakeling om onbevoegd gebruik te voorkomen. Onmiddellijk vóór inbedrijfstelling van de grasmaaier de veiligheidsstekker (afb. 17) insteken en bij elke onderbreking of beëindiging van het werk de veiligheidsstekker weer uittrekken. Aanwijzing! Om veiligheidsredenen is het niet mogelijk om de accu-grasmaaier te starten bij een aanzethoek van meer dan ~70° ± 10°. Voorzichtig! Om een onopzettelijk inschakelen te verhinderen is de grasmaaier uitgerust met een inschakelblokkering (afb. 17/pos. 8), die moet worden ingedrukt voordat de schakelbeugel (afb. 16/pos. 1) kan worden geactiveerd. Als de schakelbeugel wordt losgelaten, dan wordt de grasmaaier uitgeschakeld. De starttijd kan enkele seconden bedragen (om het startproces van de grasmaaier te vergemakkelijken deze licht naar achter kantelen (afb. 25)). In het onbelast bedrijf wordt het toerental na enkele seconden verlaagd en bij belasting na enkele seconden weer verhoogd. Voer deze pro- Aanwijzing! De rijaandrijving werkt alleen bij ingeschakelde motor. Daarom moet u altijd eerst de motor starten en mag u ten vroegste na het bereiken van het nominale toerental van de motor de rijhendel/koppelingshendel (20) activeren. Het wordt aanbevolen om de rijsnelheid aan te passen aan de lengte van het te maaien gazon. Hoe hoger het gras, des te langzamer moet de rijsnelheid worden gekozen. De door de geleidestelen gecreëerde veiligheidsafstand tussen meshuis en gebruiker moet altijd worden aangehouden. Tijdens het maaien en bij veranderingen van rijrichting op bermen en hellingen moet u bijzonder voorzichtig te werk gaan. Zorg voor een veilige stand, draag schoenen met slipvaste zolen met stroef profiel en een lange broek. Maai altijd dwars over de helling. Op hellingen schuiner dan 15 graden mag om veiligheidsredenen niet met de grasmaaier worden gemaaid. - 55 - Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 55 16.01.2019 15:40:23 NL Wees bijzonder voorzichtig bij het achteruit bewegen en trekken van de grasmaaier. Struikelgevaar! goed geslepen is. Zo niet, het mes slijpen of vervangen. Indien het roterende mes een voorwerp raakt, de grasmaaier stilzetten en wachten tot het mes helemaal stilstaat. Controleer vervolgens de toestand van het mes en van de meshouder. Indien deze beschadigd zijn moeten ze worden vervangen. Instructies voor juist maaien Bij het maaien wordt een overlappende werkwijze aanbevolen. Maai alleen met een scherp en foutloos mes, zodat de grashalmen niet uitrafelen en het gazon niet geel wordt. Om een zuiver maaipatroon te bereiken leidt u de grasmaaier in zo recht mogelijke banen. De banen moeten elkaar steeds enkele centimeters overlappen, zodat er geen stroken blijven staan. Zodra tijdens het maaien grasresten blijven liggen, moet de opvangkorf worden leeggemaakt. Opgelet! Alvorens de opvangkorf eraf te nemen de motor afzetten en wachten tot het maaigereedschap tot stilstand is gekomen. Veiligheidsstekker (12) uittrekken. Hoe vaak moet worden gemaaid hangt in principe ervan af hoe snel het gazon groeit. In de hoofdgroeiperiode (mei - juni) tweemaal per week, anders eenmaal per week. De maaihoogte moet tussen 4 - 6 cm liggen, en het gras moet 4 - 5 cm groeien voordat u het opnieuw maait. Normaal hoog gegroeid gras tot 8 cm kunt u probleemloos meteen op de gewenste hoogte maaien. Mocht het gras ooit wat langer worden, maak dan achteraf niet de fout het gras direct in één keer op de normale hoogte terug te snijden. Dit schaadt het gazon. Wij raden daarom aan om het gras dat meer dan 10 cm hoog is gegroeid eerst voor te maaien met de hoogste instelling van de maaihoogte. Aanwijzing! De instelling van de maaihoogte beïnvloedt de maximaal te bereiken capaciteit om een vlak te maaien. De onderkant van de behuizing van de maaier schoon houden en afgezet gras zeker verwijderen. Afzettingen bemoeilijken het starten, doen afbreuk aan de maaikwaliteit en belemmeren het uitwerpen van gras. Op hellingen moet de maaibaan dwars over de helling verlopen. Het wegglijden van de grasmaaier kan door schuinstand naar boven worden verhinderd. Kies de maaihoogte al naargelang de daadwerkelijke lengte van het gras. Rijd het gras in meerdere beurten af, zodat het gazon elke keer maximaal 4 cm korter wordt gereden. Om de opvangkorf eraf te nemen tilt u met één hand de uitwerpklep op en met de andere hand neemt u de opvangkorf aan het handvat eruit. Overeenkomstig de veiligheidsvoorschriften valt de uitlaatklep bij het eraf nemen van de opvangkorf dicht en sluit de achterste uitwerpopening. Als daarbij grasresten in de opening blijven hangen, dan trekt u de grasmaaier best ongeveer 1 m terug om het starten van de motor te vergemakkelijken. Grasresten in de behuizing van de maaier en aan het werkgereedschap niet met de hand of de voeten verwijderen, maar met geschikte hulpmiddelen, bijv. een borstel of handveger. Om te garanderen dat het gras goed wordt verzameld moet de opvangkorf na gebruik van binnen worden schoongemaakt. Opvangkorf alleen vasthaken bij afgezette motor, uitgetrokken veiligheidsstekker en stilstaand snijgereedschap. Uitwerpklep met één hand optillen en met de andere hand de opvangkorf aan het handvat vasthouden en van boven inhangen. Voordat er eventuele controles worden uitgevoerd aan het mes de motor afzetten, en de veiligheidsstekker (12) en accu‘s (16) verwijderen. Denk eraan dat het mes na het uitschakelen van de motor nog enkele seconden blijft draaien. Probeer nooit om het mes te stoppen. Controleer regelmatig of het mes correct bevestigd, in perfecte staat en - 56 - Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 56 16.01.2019 15:40:23 NL 7. Reiniging, onderhoud en bestelling van onderdelen Gevaar! Trek vóór alle reinigingswerkzaamheden de veiligheidsstekker uit en verwijder alle accupacks (16) (rys. 17 / poz. 12, rys. 28) 7.1 Reiniging • Voor de eenvoudige reiniging brengt u het apparaat na inklappen van de schuifbeugel in de reinigingspositie (afb. 17). • Houd bescherminrichtingen, ventilatiespleten en motorhuis zo veel mogelijk vrij van stof en vuil. Wrijf het apparaat met een schone doek af of blaas het met perslucht bij lage druk schoon. • De grasmaaier mag niet met stromend water, vooral niet onder hoge druk, worden schoongemaakt. • Wij bevelen aan om het apparaat onmiddellijk na elk gebruik schoon te maken. • Maak het apparaat regelmatig met een vochtige doek en wat smeerzeep schoon. Gebruik geen reinigings- of oplosmiddelen; die zouden de kunststof delen van het apparaat kunnen aantasten. Zorg ervoor dat geen water binnenin het apparaat terecht kan komen. • Maak de grasmaaier indien mogelijk schoon met de meegeleverde schraper en een borstel of doek. 7.2 Onderhoud Versleten of beschadigde messen, mesdragers en bouten moeten om de uitbalancering te behouden per set door de geautoriseerde vakman worden vervangen. • Zorg ervoor dat alle bevestigingselementen (schroeven, moeren enz.) altijd goed zijn vastgedraaid, zodat u veilig met de maaier kunt werken. • Controleer de grasopvanginrichting regelmatig op tekenen van slijtage. • Vervang versleten of beschadigde delen. • Voor een lange levensduur moeten alle schroefdelen en de wielen en assen schoongemaakt en vervolgens ingeoliëd worden. • Door de grasmaaier regelmatig te onderhouden zal hij niet alleen lange tijd meegaan en goed werken, maar zal hij u ook in staat stellen uw gazon zorgvuldig en eenvoudig te maaien. • Het meest aan slijtage onderhevige onderdeel is het mes. Controleer regelmatig de • • toestand van het mes en de bevestiging ervan. Als het mes is versleten, dan moet het meteen vervangen of geslepen worden. Als er overmatige trillingen optreden aan de grasmaaier, dan betekent dit dat het mes niet juist is uitgebalanceerd of door stoten vervormd werd. In dit geval moet het gerepareerd of vervangen worden. Binnenin het apparaat zitten geen andere te onderhouden onderdelen. 7.3 Vervangen van het mes Om veiligheidsredenen bevelen wij aan om het mes alleen door een geautoriseerde vakman te laten vervangen. Voorzichtig! Veiligheidsstekker uittrekken en accupacks (16) verwijderen! Werkhandschoenen dragen! Gebruik alleen originele messen, aangezien anders werking en veiligheid onder bepaalde omstandigheden niet zijn gegarandeerd. Om het mes te wisselen gaat u als volgt te werk: 1. Draai de bevestigingsschroef (zie afb. 19) los. 2. Neem het mes eraf en vervang het door een nieuw. 3. Let bij de montage van het nieuwe mes op de inbouwrichting van het mes. De windvleugels van het mes moeten in de motorruimte steken (zie afb. 19). De bevestigingsdoorns moeten overeenstemmen met stansingen in het mes (zie afb. 19). 4. Vervolgens draait u de bevestigingsschroef weer vast. Het aandraaimoment moet ca. 25 Nm bedragen. Aan het einde van het seizoen voert u een algemene controle van de maaier uit en verwijdert u al het achtergebleven gras en ander materiaal. Telkens vóór begin van het seizoen absoluut de toestand van het mes controleren. Gelieve u voor reparaties te wenden tot een werkplaats van onze klantendienst. Gebruik alleen originele onderdelen. 7.4 Bestellen van wisselstukken: Gelieve bij het bestellen van wisselstukken volgende gegevens te vermelden: • Type van het toestel • Artikelnummer van het toestel • Ident-nummer van het toestel • Wisselstuknummer van het benodigd stuk Actuele prijzen en info vindt u terug onder www.isc-gmbh.info Reserve mes art.-nr.: 34.054.55 - 57 - Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 57 16.01.2019 15:40:23 NL 8. Opslag en transport Opslag Bewaar het apparaat en het toebehoren op een donkere, droge en vorstvrije plaats die voor kinderen ontoegankelijk is. De optimale opslagtemperatuur ligt tussen 5° C en 30° C. Bewaar het apparaat in de originele verpakking. Transport • Schakel het apparaat uit en trek de veiligheidsstekker uit voordat u het transporteert. • Breng, indien voorhanden, transportbeveiligingen aan. • Bescherm het apparaat tegen schade en sterke trillingen, die met name optreden bij het transport in voertuigen. • Beveilig het apparaat tegen wegglijden en kantelen. 9. Verwijdering en recyclage Het toestel bevindt zich in een verpakking om transportschade te voorkomen. Deze verpakking is een grondstof en bijgevolg herbruikbaar of kan naar de grondstofkringloop worden teruggevoerd. Het toestel en zijn accessoires bestaan uit diverse materialen, zoals b.v. metaal en kunststof. Defecte toestellen horen niet thuis in het huisvuil. Om zich van het toestel naar behoren te ontdoen dient het naar een geschikte verzamelplaats te worden gebracht. Als u geen verzamelplaats kent gelieve u dan bij de gemeente te informeren. Enkel voor EU-landen Elektrisch gereedschap hoort niet bij het huisvuil thuis! Volgens de Europese richtlijn 2012/19/EG op afgedankte elektrische en elektronische toestellen en omzetting in nationaal recht dienen afgedankte elektrische gereedschappen afzonderlijk te worden verzameld en milieuvriendelijk te worden gerecycleerd. Recyclagealternatief i.p.v. het toestel terug te sturen: De eigenaar van het elektrische toestel is alternatief verplicht, i.p.v. het toestel terug te sturen, mede te werken bij de behoorlijke recyclage in geval hij zich van het eigendom ontdoet. Het afgedankte toestel kan hiervoor ook bij een verzamelplaats worden afgegeven die voor een verwijdering als bedoeld in de wetgeving in zake recyclage en afvalverwerking zorgt. Hieronder vallen niet bij de afgedankte toestellen gevoegde accessoires en hulpmiddelen zonder elektrische componenten. Nadruk of andere reproductie van documentatie en geleidepapieren van de producten, geheel of gedeeltelijk, enkel toegestaan mits uitdrukkelijke toestemming van iSC GmbH. Technische wijzigingen voorbehouden - 58 - Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 58 16.01.2019 15:40:23 NL 10. Indicatie lader Indicatiestatus Groene Rode LED LED Uit Knippert Aan Uit Uit Aan Knippert Uit Knippert Knippert Aan Aan Betekenis en maatregel Operationaliteit De lader is aangesloten aan het net en operationeel; de accu zit niet in de lader. Laden De lader laadt de accu in de snelle laadmodus. De laadduur vindt u direct aan de lader. Aanwijzing! Al naargelang de acculading kan de laadduur iets afwijken van de vermelde tijden. De accu is opgeladen en operationeel. Daarna wordt tot aan de volledige lading omgeschakeld op een bufferlading. Laat de accu hiervoor ongeveer 15 min. langer in de lader zitten. Maatregel: Neem de accu uit de lader. Isoleer de lader van het net. Aanpassingslading De lader bevindt zich in de modus behoedzame lading. Hierbij wordt de accu om veiligheidsredenen langzamer geladen, hetgeen meer tijd vergt. Dit kan de volgende oorzaken hebben: - De accu werd zeer lange tijd niet meer geladen. - De accutemperatuur ligt niet in het ideale bereik. Maatregel: Wacht tot het laadproces is afgesloten, de accu kan niettemin verder worden geladen. Fout Laadproces is niet meer mogelijk. De accu is defect. Maatregel: Een defecte accu mag niet meer worden opgeladen. Neem de accu uit de lader. Temperatuurstoring De accu is te warm (bijv. direct instralend zonlicht) of te koud (onder 0 °C). Maatregel: Neem de accu de lader uit en bewaar hem 1 dag bij kamertemperatuur (ca. 20 °C). - 59 - Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 59 16.01.2019 15:40:23 NL 11. Foutopsporing Fout Motor start niet Mogelijke oorzaken Verhelpen a) Aansluitingen aan de motor losgekomen b) Apparaat staat in hoog gras a) Door werkplaats van de klantendienst laten controleren b) Op laag gras of reeds gemaaide vlakkan starten; eventueel maaihoogte veranderen c) Behuizing schoonmaken, opdat het mes vrij loopt d) Veiligheidsstekker insteken (zie 6.) e) Accu verwijderen en opnieuw insteken (zie 5.) c) Maaierhuis verstopt d) Veiligheidsstekker niet ingestoken e) Accu niet correct ingestoken Aandrijfmotor start niet a) Aansluitingen aan de motor losgekomen b) Apparaat staat in hoog gras c) Maaierhuis verstopt d) Veiligheidsstekker niet ingestoken e) Accu niet correct ingestoken f) Thermobeveiligingsschakelaar heeft gereageerd a) Door werkplaats van de klantendienst laten controleren b) Op laag gras of reeds gemaaide vlakkan starten; eventueel maaihoogte veranderen c) Behuizing schoonmaken, opdat het mes vrij loopt d) Veiligheidsstekker insteken (zie 6.) e) Accu verwijderen en opnieuw insteken (zie 5.) f) Apparaat minstens 10 min laten afkoelen Motorvermogen vermindert a) Te lang of te vochtig gras b) Maaierhuis verstopt geraakt c) Mes ver versleten d) Accucapaciteit neemt af a) Maaihoogte corrigeren b) Huis reinigen c) Mes vervangen d) Accucapaciteit controleren en eventueel accu laden (zie 5.) Geen schone snede a) Mes versleten b) Verkeerde maaihoogte a) Mes vervangen of bijslijpen b) Maaihoogte corrigeren Aanwijzing! Om de motor te beschermen is die voorzien van een thermoschakelaar die de motor in geval van overbelasting afzet en hem na een korte afkoelfase automatisch terug aanzet! - 60 - Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 60 16.01.2019 15:40:23 NL Service-informatie Wij werken in alle landen die in het garantiebewijs zijn genoemd, samen met competente servicepartners, wier contactgegevens u kunt afleiden uit het garantiebewijs. Deze staan voor alle diensten zoals reparatie, het verschaffen van wisselstukken of slijtdelen of voor de aankoop van verbruiksmaterialen te uwer beschikking. U moet er rekening mee houden dat bij dit product de volgende delen onderhevig zijn aan een slijtage door gebruik of een natuurlijke slijtage, resp. dat de volgende delen nodig zijn als verbruiksmaterialen. Categorie Voorbeeld Slijtstukken* Accu Verbruiksmateriaal/verbruiksstukken* Mes Ontbrekende onderdelen * niet verplicht bij de leveringsomvang begrepen! Bij gebreken of defecten verzoeken wij u om de fout te melden op het internet onder www.isc-gmbh.info. Gelieve te zorgen voor een nauwkeurige beschrijving van de fout en daarbij in elk geval de volgende vragen te beantwoorden: • • • Heeft het toestel reeds eenmaal gewerkt of was het vanaf het begin defect? Is u iets opgevallen voordat het defect zich voordeed (symptoom vóór het defect)? Welke foutieve werkwijze vertoont het toestel volgens u (hoofdsymptoom)? Beschrijf deze foutieve werkwijze. - 61 - Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 61 16.01.2019 15:40:23 NL Garantiebewijs Geachte klant, onze producten worden onderworpen aan een strenge kwaliteitscontrole. Mocht dit apparaat echter ooit niet naar behoren functioneren, spijt dit ons ten zeerste en vragen u zich te wenden tot onze servicedienst onder het adres vermeld op dit garantiebewijs. Wij staan ook graag telefonisch tot uw dienst via het vermelde servicetelefoonnummer. Voor eisen in verband met het recht garantie geldt het volgende: 1. Deze garantievoorwaarden zijn uitsluitend gericht aan de gebruikers, d.w.z. natuurlijke personen die dit product niet in het kader van hun ambachtelijke noch van een andere zelfstandige activiteit willen gebruiken. Deze garantievoorwaarden regelen aanvullende garantieprestaties, die de hieronder genoemde fabrikant kopers van zijn nieuwe apparaten toezegt in aanvulling tot de wettelijke garantie. Uw wettelijke garantieclaims blijven onaangetast door deze garantie. Onze garantieprestatie is voor u gratis. 2. De garantieprestatie geldt uitsluitend voor gebreken aan een door u aangekocht nieuw apparaat van de hieronder genoemde fabrikant die aantoonbaar berusten op een materiaal- of productiefout, en is naar onze keuze beperkt tot het verhelpen van zulke gebreken aan het apparaat of de vervanging ervan. Wij wijzen erop dat onze apparaten overeenkomstig hun bestemming niet ontworpen zijn voor commercieel, ambachtelijk of industrieel gebruik. Van een garantiecontract is derhalve geen sprake, als het apparaat binnen de garantieperiode in commerciële, ambachtelijke of industriële bedrijven werd ingezet of aan een daarmee gelijk te stellen belasting werd blootgesteld. 3. Van onze garantie zijn uitgesloten: - Schade aan het apparaat als gevolg van niet-inachtneming van de montagehandleiding of op grond van ondeskundige installatie, als gevolg van niet-inachtneming van de gebruiksaanwijzing (zoals bijv. door aansluiting aan een verkeerde netspanning of stroomsoort) of niet-inachtneming van de onderhouds- en veiligheidsvoorschriften, door blootstelling van het apparaat aan abnormale omgevingsvoorwaarden of door nalatig onderhoud en verzorging. - Schade aan het apparaat als gevolg van misbruik of ondeskundige toepassingen (zoals bijv. overbelasting van het apparaat of de inzet van niet toegelaten gereedschappen of toebehoren), binnendringen van vreemde voorwerpen in het apparaat (zoals bijv. zand, stenen of stof, transportschade), gebruik van geweld of als gevolg van externe invloeden (zoals bijv. schade door vallen). - Schade aan het apparaat of aan delen van het apparaat die valt te herleiden tot slijtage als gevolg van gebruik, en als gevolg van normale of andere natuurlijke slijtage. 4. De garantieperiode bedraagt 24 maanden en gaat in op de datum van aankoop van het apparaat. Garantieclaims dienen voor het verloop van de garantieperiode binnen de twee weken na het vaststellen van het defect geldend te worden gemaakt. Het indienen van garantieclaims na verloop van de garantieperiode is uitgesloten. De herstelling of vervanging van het apparaat leidt niet tot een verlenging van de garantieperiode noch wordt door deze prestatie een nieuwe garantieperiode voor het apparaat of voor eventueel ingebouwde wisselstukken op gang gebracht. Dit geldt ook bij het ter plaatse uitvoeren van een serviceactiviteit. 5. Gelieve om een garantieclaim in te dienen het defecte apparaat aan te melden onder: www.iscgmbh.info. Houd het aankoopbewijs of een ander bewijs van uw aankoop van het nieuwe apparaat bij de hand. Apparaten die zonder bijhorende bewijzen of zonder typeplaatje worden teruggestuurd, worden op grond van de ontbrekende mogelijkheid om het apparaat toe te kennen uitgesloten van de garantieprestatie. Valt het defect van het apparaat binnen onze garantieprestatie, dan bezorgen wij u per omgaande een gerepareerd of nieuw apparaat terug. Uiteraard staan wij ook tot u dienst om, mits betaling van de kosten, defecten van het apparaat te verhelpen die buiten de garantieomvang vallen. Te dien einde stuurt u het apparaat aan ons serviceadres op. Voor slijtstukken, verbruiksmateriaal en ontbrekende onderdelen wordt verwezen naar de beperkingen van deze garantie conform de service-informatie van deze handleiding. - 62 - Anl_GE_CM_36_47_S_HW_Li_SPK2.indb 62 16.01.2019 15:40:24
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94

EINHELL Expert GE-CM 36/47 S HW Li (4x4,0Ah) Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor