Uitsluitend wanneer de motor uitgeschakeld is en
de messen stil staan.
1. Trek de veiligheidsklep omhoog.
2.
Hang de haken van de vangzaak in de openingen van het
chassis (zie pijl).
3. Plaats de veiligheidsklep weer terug.
Het onderhoud
• Voer onderhouds- en reinigingswerkzaamheden alleen uit als de
motor stil staat en de stekker uitgetrokken is.
• De grasmaaier niet met water en vooral niet met een
hogedrukspuit schoon spuiten.
•
Controleer regelmatig of alle zichtbare bevestigingsschroeven en
moeren, vooral die van de messenbalk, goed vast zitten en draai ze aan.
• Attentie! Laat de messen steeds uitsluitend door een vakman
vervangen of bijslijpen, omdat deze delen, nadat ze verwijderd
zijn, opnieuw volgens de veiligheidsvoorschriften uitgebalanceerd
moeten worden.
•
Gebruik uitsluitend originele onderdelen van WOLF, anders heeft u geen
garantie, dat uw grasmaaier voldoet aan de veiligheidsvoorschriften.
• Plaats de grasmaaier niet in vochtige ruimtes.
• Vervang om veiligheidsredenen versleten of beschadigde delen.
Algemene aanwijzingen
•
Deze grasmaaier is voor het onderhoud van privé gazons bestemd.
Vanwege het gevaar voor lichamelijk letsel van de gebruiker of van
derden mag de grasmaaier niet voor andere doeleinden gebruikt worden.
•
Maai nooit in de nabijheid van anderen, van vooral kinderen of dieren.
• Maai alleen bij daglicht of bij passend kunstlicht.
Voor het maaien
• Draag altijd stevige schoenen en een lange broek tijdens het
maaien. Maai nooit op blote voeten of in lichte sandalen.
• Controleer het te maaien terrein en verwijder alle voorwerpen die
door de grasmaaier gegrepen en weggeslingerd kunnen worden.
• Controleer de aan de buitenkant van de grasmaaier geïnstalleerde
leiding en de aansluitkabel op beschadiging en ouderdom
(broosheid). Uitsluitend in onberispelijke staat gebruiken.
• Laat de kabel uitsluitend door een vakman repareren.
• Controleer de grasopvangbak vaak op slijtage en vervorming.
•
Controleer voor het gebruik (optische controle), of de messen en
bevestigingsmiddelen bot of beschadigd zijn. Vervang botte of
beschadigde messen altijd als set, om geennbalans te veroorzaken.
Kabels
•
Werk a.u.b. met veiligheidskabels. Als aansluitleiding mogen
uitsluitend leidingen worden gebruikt, die niet lichter zijn dan
rubberleidingen HO7 RN-F met een minimale diameter van 3x1,5
mm
2
. Als maximale lengte mag de 25 m niet overschreden worden.
• Stekkers en koppelingen moeten spatwaterdicht zijn.
• Gebruik een elektrische beveiliging (RCD) met een maximale
stroomsterkte van 30 mA.
• Aansluitkabel aan de trekontlasting bevestigen. Niet langs randen
en/of langs spitse of scherpe voorwerpen laten schuren. De kabel
niet tussen deur- of raamopeningen klemmen. Schakelinrichtingen
mogen niet verwijderd of overbrugd worden (bijv. schakelhendel
aan de stang van de handgreep binden).
• Wees vooral voorzichtig, als u achterwaarts maait en de
grasmaaier naar u toe trekt.
• Zet de maaier uit, als u hem kantelt, beweegt zonder te maaien of
vervoert, bijv. van of naar het gazon of op wegen.
•
Gebruik de grasmaaier nooit als de veiligheidsinrichtingen zoals
grasopvangbak en/of afbuiginrichting beschadigd zijn of zelfs ontbreken.
• Let op, geen snijdende vlakken aanraken.
•
Houdt uw handen en voeten altijd uit de buurt van roterende delen.
Ga niet voor de opening staan waaruit het gras uitgeworpen wordt.
• Til een grasmaaier nooit op en draag hem nooit als de motor nog
loopt.
• Open de veiligheidsklep nooit als de motor nog loopt.
• Voor het afnemen van de grasopvangbak: Motor afzetten en
wachten totdat de messen helemaal stil staan. De grasopvangbak
zorgvuldig bevestigen nadat hij leeggemaakt is.
• Nooit met lopende motor over kiezelstenen rijden - Steenslag!
• Zo mogelijk niet maaien als het gras nat is.
• De grasmaaier uitzetten, stekker uittrekken en wachten totdat de
maaier stil staat, als u bijv.
a) de maaier alleen laat staan
b) een geblokkeerd mes vrij maakt
c) de maaier wilt controleren, reinigen of eraan wilt werken
d)
als u een vreemd voorwerp heeft geraakt, controleer de maaier
dan op beschadiging en voer de noodzakelijke reparaties uit.
e) als de maaier door onbalans sterk vibreert (onmiddellijk
uitschakelen en de oorzaak zoeken).
f) instellings -of reinigingswerkzaamheden wilt uitvoeren.
g)
wilt controleren, of de aansluitleiding in een lus zit of beschadigd is.
• Wanneer de maaier een extra aandrijving heeft, mag deze niet
tegelijk met de motor gestart worden.
•
Wanneer de aansluitleiding tijdens het gebruik beschadigd wordt, moet
de stekker van de leiding onmiddellijk uitgetrokken worden. Leiding
niet aanraken voordat de stekker uit het stopcontact getrokken is.
Bij het maaien
•
Kantel de grasmaaier niet, als u de motor inschakelt, tenzij de maaier
bij het opstarten gekanteld moet worden. Als dit het geval is, kantel
de maaier dan niet meer dan absoluut noodzakelijk is en til alleen het
gedeelte omhoog dat zich niet aan de kant van de gebruiker bevindt.
Controleer altijd, of uw handen allebei in werkpositie zijn, voordat u
de grasmaaier weer terug op de bodem zet.
• Attentie, gevaar! Messen lopen na!
• Houdt de veiligheidsafstand aan die door de stang van de
handgreep aangegeven is.
• Zet de motor pas aan, als uw voeten zich op een veilige afstand
van de messen bevinden.
• Let op een stabiele stand, vooral op een helling. Nooit snel, maar
altijd rustig naar voren lopen.
• Maai op een helling altijd in dwarsrichting t.o.v. de helling, nooit
van boven naar beneden.
• Op een helling moet u vooral oppassen als u van richting verandert.
• Maai niet op een steile helling.
Afvalverwijdering
• Afgedankte elektrische apparatuur mag niet met
het huishoudelijk afval meegegeven worden.
Recycle apparatuur, accessoires en verpakking op
milieuvriendelijke wijze.