Casio CT-S100 de handleiding

Categorie
Muziekinstrumenten
Type
de handleiding
NL
CTS100-D-2B
GEBRUIKSAANWIJZING
CT
-
S100
Klaarmaken van de voeding In- en uitschakelen van de
stroom
Aansluiten van een
hooftelefoon (los verkrijgbaar)
Selecteren van een
muziekinstrumenttoon
Veranderen van de
toonhoogte in stappen van
een halve toon
(TRANSPOSE)
Fijnstemmen van het
toetsenbord (TUNING)
In- en uitschakelen van de
aanhoudfunctie (SUSTAIN)
Opslaan en laden van de
instrumentinstellingen
(MY SETUP)
Weergeven van een
ingebouwde melodie
Spelen met een ritme-
ondersteuning
Maken van functie-instellingen
Omslag
NL-1
Betreffende de muziekpartituurgegevens
U kunt muziekpartituurgegevens als een PDF-bestand downloaden van de CASIO-website die toegankelijk is via het
onderstaande webadres of QR-code. Daarna kunt u de muziekpartituur op uw smartapparaat bekijken. U kunt rechtstreeks vanaf
de inhoudsopgave van het PDF-bestand naar de gewenste muziekpartituur springen en u kunt de muziekpartituur ook uitprinten.
https://support.casio.com/global/nl/emi/manual/CT-S100/
Meegeleverde en los verkrijgbare accessoires
Gebruik enkel accessoires die gespecificeerd zijn voor gebruik met dit Digitale Keyboard.
Het gebruik van niet erkende accessoires kan resulteren in brand, een elektrische schok of persoonlijk letsel.
U kunt informatie betreffende de accessoires die los verkrijgbaar zijn krijgen uit de CASIO-catalogus die beschikbaar is bij
uw winkelier en op de CASIO-website toegankelijk via het onderstaande webadres of QR-code.
https://support.casio.com/global/nl/emi/manual/CT-S100/
Het gedeeltelijk of in zijn geheel kopiëren van de inhoud van deze handleiding is verboden. Met uitzondering van uw eigen
persoonlijke gebruik, is het aanwenden van de inhoud van deze handleiding voor niet-bedoelde doeleinden zonder de
uitdrukkelijke toestemming van CASIO verboden onder de wetgeving inzake auteursrechten.
IN GEEN GEVAL ZAL CASIO AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR SCHADE IN ENIGE VORM (INCLUSIEF EN ZONDER
BEPERKINGEN DE SCHADE DOOR HET VERLIES VAN WINSTEN, ONDERBREKINGEN VAN ZAKELIJKE
BELANGEN, VERLIES VAN INFORMATIE) DIE VOORTKOMT UIT HET GEBRUIK VAN OF DE ONMOGELIJKHEID TOT
HET GEBRUIK VAN DEZE HANDLEIDING OF DIT PRODUCT, ZELFS ALS CASIO EROP ATTENT GEMAAKT IS DAT
DE MOGELIJKHEID OP DERGELIJKE SCHADE BESTAAT.
De inhoud van deze handleiding is onder voorbehoud.
Het product kan er in werkelijkheid anders uitzien dan zoals is aangegeven in de afbeeldingen van deze
gebruiksaanwijzing.
De namen van bedrijven en producten die in deze handleiding worden gebruikt, kunnen geregistreerde handelsmerken van
derden zijn.
NL-2
Algemene gids NL-3
Voorbereidingen voor het spelen NL-4
Klaarmaken van de voeding . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-4
Klaarmaken van de muziekstandaard. . . . . . . . . . . .NL-5
Aansluiten van een hooftelefoon (los verkrijgbaar) . .NL-5
Spelen op het keyboard NL-6
In- en uitschakelen van de stroom . . . . . . . . . . . . . .NL-6
Instellen van het volumeniveau. . . . . . . . . . . . . . . . .NL-7
Gebruik van de metronoom. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-7
Luisteren naar demonstratieweergave . . . . . . . . . . .NL-8
Regelen van het geluid van een uitvoering NL-9
Selecteren van een muziekinstrumenttoon. . . . . . . .NL-9
In- en uitschakelen van de aanhoudfunctie
(SUSTAIN). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-10
Toevoegen van nagalm aan de noten
(REVERB) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-10
Veranderen van de toonhoogte in stappen van
een halve toon (TRANSPOSE) . . . . . . . . . . . . . .NL-10
Fijnstemmen van het toetsenbord (TUNING) . . . . .NL-11
Opslaan en laden van de
instrumentinstellingen (MY SETUP) NL-11
Opslaan in MY SETUP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-11
Oproepen van MY SETUP . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-12
Weergeven van een ingebouwde melodie NL-12
Melodieën . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-12
Selecteren van een melodie om weer te geven . . .NL-12
Oefenen van een melodiegedeelte . . . . . . . . . . . . .NL-14
Gebruik van een telling op de maat van de
melodie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-14
Spelen met een ritme-ondersteuning NL-15
Ritme. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-15
Weergeven van een ritme. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-15
Invoegen van een invulpatroon. . . . . . . . . . . . . . . .NL-16
Vingerzetting van een akkoord voor het spelen
van een ritmebegeleiding. . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-17
Aansluiten van externe apparaten NL-19
Aansluiten op een computer en gebruik van
MIDI . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-19
Aansluiten op audio-apparatuur . . . . . . . . . . . . . . .NL-20
Maken van functie-instellingen NL-21
Instellingen maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-21
Klaviertoetsen die gebruikt worden voor het
maken van instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-22
Lijst met instelitems. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-23
Referentie NL-26
Oplossen van moeilijkheden. . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-26
Technische gegevens. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-28
Toonlijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-30
Drumtoewijzingslijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-32
Melodielijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-33
Ritmelijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-34
Vingerzettinggids . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-35
Akkoordvoorbeeldenlijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-36
MIDI Implementation Chart
Inhoudsopgave
NL-3
Voorpaneel
Achterkant
De nummers rechts naast het symbool zijn de nummers van de referentiepagina’s.
Algemene gids
P(aan/uit) toets NL-6
VOLUME toetsen NL-7
Hoofdtoontoetsen NL-9
TONE toets NL-9, 16
RHYTHM/SONG toets NL-7, 8, 12, 15
FILL-IN/PART toets NL-14, 16
a (start/stop) toets NL-7, 12, 15
MY SETUP toets NL-11
FUNCTION toets NL-21
DC 9.5V aansluiting NL-4
PHONES/OUTPUT aansluiting NL-5, 20 USB poort NL-19
Lijst met functie-instellingen NL-21
NL-4
Hoewel zowel de netadapter als batterijen voor de voeding
kunnen worden gebruikt, verdient het gewoonlijk aanbeveling
om de netadapter te gebruiken.
Gebruik enkel de netadapter (JEITA standaard, met een
uniforme polariteitsstekker) die voor dit Digitale Keyboard
wordt voorgeschreven. Het gebruik van een ander type
netadapter kan problemen veroorzaken.
Zorg ervoor dat u de stroom van het Digitale Keyboard
uitschakelt voordat u de aansluiting van de netadapter
tot stand brengt of verbreekt.
De netadapter wordt warm na langdurig gebruik. Dit is
normaal en duidt niet op een defect.
Ter voorkoming van draadbreuk dient u het netsnoer
niet te belasten.
Steek nooit metaal, potloden of andere voorwerpen in
de 9,5 V gelijkstroomaansluiting (DC 9.5V). Dit kan
namelijk een ongeluk veroorzaken.
Zorg ervoor de stroom uit te schakelen voordat u de
batterijen inlegt.
Gebruik los verkrijgbare AA-formaat alkalibatterijen of
AA-formaat oplaadbare nikkel-metaalhydride
batterijen.
Wanneer de batterijen uitgeput raken, kan dit resulteren
in een abnormale werking. In dit geval moeten de
batterijen door nieuwe worden vervangen. Bij gebruik
van oplaadbare batterijen moet u de batterijen opladen.
Batterijen
Neem de onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht bij
gebruik van oplaadbare batterijen.
Gebruik Panasonic Group AA-formaat eneloop oplaadbare
batterijen. Gebruik geen ander type batterijen.
Gebruik uitsluitend de voorgeschreven oplader om de
batterijen op te laden.
De oplaadbare batterijen moeten uit het product worden
gehaald wanneer deze worden opgeladen.
Voor informatie over het gebruik van eneloop-batterijen of
de speciale oplader hiervoor, dient u de documentatie en
voorzorgmaatregelen te lezen die worden meegeleverd en
de producten uitsluitend te gebruiken zoals aangegeven.
Vervang de batterijen ten minste eenmaal per jaar, zelfs als er
geen indicatie is voor zwakke batterijspanning. Lege
oplaadbare batterijen (eneloop) in het bijzonder kunnen
verslijten als ze in het product blijven. Neem oplaadbare
batterijen zo spoedig mogelijk uit het product wanneer ze leeg
zijn.
1.
Open het batterijdeksel aan de achterkant van
het Digitale Keyboard.
2.
Leg zes AA-formaat batterijen in het
batterijcompartiment.
Plaats de batterijen met de positieve (+) en negatieve (–)
uiteinden in de juiste richting.
3.
Steek de lipjes van het batterijdeksel in de
gaten en sluit het deksel.
Maak de onderstaande instelling om het type batterijen
aan te geven dat u heeft geplaatst.
Voorbereidingen voor het
spelen
Klaarmaken van de voeding
Gebruik van de netadapter
Netadaptertype: AD-E95100L
(JEITA standaardstekker)
Niet draaien Niet trekken Niet omheen
wikkelen
Netadapter DC 9.5V aansluiting
Stopcontact
Gebruik op batterijvoeding
Lipje
Voorbereidingen voor het spelen
NL-5
Instellen van het type batterijen
1.
Houd FUNCTION ingedrukt en druk dan op de
C{2 klaviertoets.
Telkens wanneer op de C{2 klaviertoets wordt
gedrukt, klinkt er een toon die u laat weten welke
instelling (alkalibatterijen of nikkel-metaalhydride
batterijen) is geselecteerd.
Eén toon: Alkalibatterijen
Twee tonen: Oplaadbare nikkel-metaalhydride
batterijen
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
2.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
Aanduiding voor lege batterijen
Knipperende TONE LED’s betekenen dat de batterijen
uitgeput raken. In dit geval moet u de batterijen door nieuwe
vervangen.
Wanneer u het instrument blijft gebruiken terwijl de
batterijen bijna leeg zijn, kan het instrument plotseling
worden uitgeschakeld. Hierdoor kunnen de gegevens
die het geheugen zijn opgeslagen, beschadigd raken of
verloren gaan.
Steek de muziekstandaard in de handgreep van het Digitale
Keyboard.
Door een hoofdtelefoon aan te sluiten wordt het geluid van de
ingebouwde luidsprekers uitgeschakeld wat betekent dat u
zelfs ’s avonds laat kunt oefenen zonder anderen te storen.
Zorg ervoor altijd het volumeniveau van het Digitale
Keyboard laag in te stellen voordat u de hoofdtelefoon
aansluit.
Er wordt geen hoofdtelefoon met het Digitale Keyboard
meegeleverd.
Gebruik een los verkrijgbare hoofdtelefoon met dit
instrument.
Luister niet voor langere periodes met een hoog
volume via de hoofdtelefoon naar het geluid. Dit kan
namelijk resulteren in gehoorschade.
Als de stekker van de hoofdtelefoon niet in de
PHONES/OUTPUT aansluiting past, moet u een los
verkrijgbare verloopstekker gebruiken.
Als u een hoofdtelefoon gebruikt met een
verloopstekker, dient u niet te vergeten de
verloopstekker er uit te halen telkens wanneer u de
aansluiting van de hoofdtelefoon verbreekt.
Klaarmaken van de
muziekstandaard
C2 C3 C4 C5 C6 C7
C
{
2
Muziekstandaard
Aansluiten van een hooftelefoon
(los verkrijgbaar)
PHONES/OUTPUT aansluiting
(3,5 mm stereo mini-aansluiting)
Stereo ministekker
NL-6
1.
Druk op P (aan/uit).
De stroom wordt ingeschakeld.
Houd P (aan/uit) lang ingedrukt totdat de LED uitgaat
om de stroom uit te schakelen.
2.
Speel iets op het toetsenbord.
Als de stroom wordt uitgeschakeld, keren de toon en
het ritmenummer, en de andere instellingen gewoonlijk
terug naar de oorspronkelijke standaardinstellingen.
De onderstaande instellingen blijven echter behouden.
MIDI-uitgangskanaal
Octaafverschuiving voor MIDI-uitgang
Snelheid voor MIDI-uitgang
Volumeniveau bij inschakelen
MY SETUP bij opstarten
Automatische stroomonderbreker
Batterijtype
Wanneer de automatische stroomonderbreker is
ingeschakeld, wordt het Digitale Keyboard automatisch
uitgeschakeld als dit ongeveer 30 minuten niet is gebruikt.
De automatische stroomonderbreker is uitgeschakeld
wanneer een melodie wordt weergegeven.
Uitschakelen van de automatische
stroomonderbreker
U kunt de automatische stroomonderbreker uitschakelen om
ervoor te zorgen dat de stroom niet ineens uitgeschakeld
wordt tijdens een concert enz.
1.
Houd FUNCTION ingedrukt en druk dan op de
B}4 klaviertoets.
Telkens wanneer op de B}4 klaviertoets wordt
gedrukt, klinkt er een toon die u laat weten welke
instelling (aan of uit) is geselecteerd.
Hoge toon: Aan (ingeschakeld)
Lage toon: Uit (uitgeschakeld)
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
2.
Laat FUNCTION los nadat de automatische
stroomonderbreker is uitgeschakeld.
Spelen op het keyboard
In- en uitschakelen van de stroom
Lang indrukken
Automatische stroomonderbreker
C2 C3 C4 C5 C6 C7
B
}
4
Spelen op het keyboard
NL-7
1.
Gebruik de VOLUME + en toetsen om het
volumeniveau in te stellen.
Het instelbereik loopt van 0 t/m 10.
Houd een van beide toetsen ingedrukt om de
instelwaarden te doorlopen.
Gebruik de onderstaande procedure om het volumeniveau te
specificeren dat wordt ingesteld wanneer het Digitale
Keyboard wordt ingeschakeld.
1.
Houd FUNCTION ingedrukt en druk dan op de
C{4 of E}4 klaviertoets om het gewenste
volumeniveau in te stellen.
U kunt het volumeniveau instellen binnen een bereik
van 1 t/m 10.
Bij indrukken van de C{4 klaviertoets wordt het
volumeniveau lager en bij indrukken van de E}4
klaviertoets hoger.
Druk de C{4 en E}4 klaviertoetsen tegelijk in om terug
te keren naar de oorspronkelijke standaardinstelling.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
2.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
De metronoom laat u spelen en oefenen met een vaste
maatslag om u te helpen met uw tempo. U kunt ook een
tempo instellen dat geschikt is voor uw oefenspel.
1.
Druk een aantal malen op RHYTHM/SONG
totdat de LED uitgaat.
2.
Druk op a.
De metronoom start.
3.
Druk nogmaals op a om de metronoom te
stoppen.
Gebruik de onderstaande procedure om het tempo van de
metronoom te veranderen.
1.
Start de metronoom.
2.
Houd FUNCTION ingedrukt en gebruik dan de
TEMPO klaviertoetsen om een tempowaarde in
te stellen.
U kunt een tempowaarde instellen in het bereik van
20 t/m 255.
Bij meermalen indrukken van de – of + klaviertoets
wordt de tempowaarde telkens met 1 verhoogd of
verlaagd. Houd een van beide toetsen ingedrukt om
de instelwaarden te doorlopen.
U kunt ook de invoertoetsen voor de TEMPO waarde
(0 t/m 9) gebruiken om een gewenste tempowaarde in
te voeren.
Er moeten drie cijfers voor de tempowaarde worden
ingevoerd.
Voorbeeld: Om een tempo van 20 in te stellen, voert u
“03230” in.
Druk de – en + klaviertoetsen tegelijk in om terug te
keren naar de oorspronkelijke standaardinstelling.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
3.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
Instellen van het volumeniveau
Specificeren van het inschakelvolume
C2 C3 C4 C5 C6 C7
C
{
4 E
}
4
Gebruik van de metronoom
Starten/Stoppen
Veranderen van het tempo van de
metronoom
Spelen op het keyboard
NL-8
Gebruik de onderstaande procedure om in te stellen dat er
een klokkenklank klinkt bij de eerste maatslag van elke maat
en een klikgeluid bij de resterende maatslagen.
De beschikbare instellingen zijn Uit of een waarde tussen
1 t/m 16 maatslagen.
1.
Start de metronoom.
2.
Houd FUNCTION ingedrukt en gebruik dan de
METRONOME BEAT – en + klaviertoetsen om
de maatslag te veranderen.
Door Uit (0) te selecteren wordt de klokkenklank
uitgeschakeld. Gebruik deze instelling wanneer u wilt
oefenen zonder dat u zich zorgen hoeft te maken over
de eerste maatslag van elke maat.
Druk de – en + klaviertoetsen tegelijk in om terug te
keren naar de oorspronkelijke standaardinstelling.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
3.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
1.
Start de metronoom.
2.
Houd FUNCTION ingedrukt en gebruik dan de
METRONOME VOLUME – en + klaviertoetsen
om het volumeniveau te veranderen.
U kunt een volumewaarde instellen tussen 0 en 10.
Druk de – en + klaviertoetsen tegelijk in om terug te
keren naar de oorspronkelijke standaardinstelling.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
3.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
U kunt de demonstratieweergavefunctie gebruiken om de
ingebouwde melodieën achter elkaar weer te geven.
1.
Houd FUNCTION ingedrukt en druk dan op de
B}6 klaviertoets.
De weergave van melodienummer “1” begint.
De SONG LED gaat branden.
•Zie Selecteren van een demonstratiemelodie(pagina
NL-8) voor informatie over het veranderen van de
demonstratiemelodie.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
2.
Laat FUNCTION los.
3.
Om de demonstratieweergave te verlaten,
houdt u FUNCTION ingedrukt en drukt dan
nogmaals op de B}6 klaviertoets of u drukt op
a.
Gebruik de onderstaande procedure om de melodie van de
demonstratieweergave te veranderen.
1.
Houd RHYTHM/SONG ingedrukt en druk dan
op een van de klaviertoetsen.
De demonstratieweergave van de geselecteerde melodie
begint.
Aan elk van de klaviertoetsen is een melodie
toegewezen. Zie de “Melodielijst” (pagina NL-33) voor
een lijst van de melodietitels.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
RHYTHM/SONG is ingedrukt.
2.
Laat RHYTHM/SONG los om de
instelprocedure af te sluiten.
Instellen van het metronoomgeluid en het
aantal maatslagen per maat
Veranderen van het volumeniveau van het
metronoomgeluid
Luisteren naar
demonstratieweergave
Selecteren van een demonstratiemelodie
C2 C3 C4 C5 C6 C7
B
}
6
NL-9
Met dit Digitale Keyboard kunt u uit een groot aantal
muziekinstrumenttonen kiezen waaronder viool, fluit, orkest
en nog vele andere. Met behulp van speciale toetsen heeft u
onmiddellijk toegang tot de hoofdtonen (piano, orgel enz.).
Zelfs dezelfde melodie zal volkomen anders klinken wanneer
het type instrument wordt veranderd.
1.
Druk op een van de hoofdtoontoetsen: PIANO,
E.PIANO, ORGAN, HARPSICHORD, STRINGS.
De TONE 1 LED gaat branden.
2.
Druk op TONE voor het omschakelen tussen
de toonvariaties.
Bij indrukken van TONE wordt er omgeschakeld
tussen TONE 1 (TONE 1 LED brandt, TONE 2 LED
uit) en TONE 2 (TONE 2 LED brandt, TONE 1 LED
uit).
1.
Druk op TONE om de gewenste toongroep te
selecteren.
Bij indrukken van TONE wordt er omgeschakeld
tussen Groep 1 (TONE 1 LED brandt, TONE 2 LED
uit) en Groep 2 (TONE 2 LED brandt, TONE 1 LED
uit).
Wanneer u een groep selecteert, blijft u TONE
ingedrukt houden terwijl u doorgaat naar de
onderstaande stap 2.
2.
Houd TONE ingedrukt en druk dan op een van
de klaviertoetsen.
U hoort de geselecteerde toon.
Aan elk van de klaviertoetsen is een toon toegewezen.
Zie de Toonlijst (pagina NL-30) voor de
tooninformatie.
3.
Laat TONE los om de instelprocedure af te
sluiten.
Bij het selecteren van een drumsettoon worden er diverse
percussie-instrumenten aan de klaviertoetsen toegewezen.
Toongroepen
De tonen zijn verdeeld in twee groepen: Groep 1 en Groep 2.
Selecteer eerst de groep die de toon bevat die u wilt
gebruiken en selecteer daarna met de klaviertoetsen de
gewenste toon.
Regelen van het geluid van
een uitvoering
Selecteren van een
muziekinstrumenttoon
Selecteren van een van de hoofdtonen
Selecteren van een toon
Regelen van het geluid van een uitvoering
NL-10
Als de aanhoudfunctie is ingeschakeld, worden de noten langer
aangehouden wanneer de klaviertoetsen worden losgelaten.
1.
Houd FUNCTION ingedrukt en druk dan op de
SUSTAIN klaviertoets.
De aanhoudfunctie wordt ingeschakeld.
Telkens wanneer op de SUSTAIN klaviertoets wordt
gedrukt, klinkt er een toon die u laat weten welke
instelling (aan of uit) is geselecteerd.
Hoge toon: Aan (ingeschakeld)
Lage toon: Uit (uitgeschakeld)
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
2.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
Gebruik de onderstaande procedure om nagalm toe te
voegen aan de noten die u speelt.
1.
Houd FUNCTION ingedrukt en druk dan op de
REVERB klaviertoets om een nagalmtype te
selecteren.
U kunt een nagalmwaarde instellen in het bereik van
1 t/m 4.
Telkens wanneer op de REVERB klaviertoets wordt
gedrukt, klinkt er een toon die u laat weten welke
instelling is geselecteerd.
Eén lage toon: Uit (uitgeschakeld)
Eén hoge toon: 1
Twee hoge tonen: 2
Drie hoge tonen: 3
Vier hoge tonen: 4
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
2.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
De transponeerfunctie laat u de algehele toonhoogte
verhogen of verlagen in stappen van een halve toon. U kunt
deze functie gebruiken om de sleutel te verhogen of verlagen
zodat het gemakkelijker is om een stuk te spelen dat in een
moeilijke sleutel is geschreven, of voor aanpassing aan een
sleutel die beter past bij een zanger, een ander instrument
enz.
1.
Houd FUNCTION ingedrukt en gebruik dan de
TRANSPOSE klaviertoetsen om de
transponeerinstelling te veranderen.
Het instelbereik is één octaaf omhoog (+12 halve
tonen) en omlaag (–12 halve tonen).
Bij indrukken van de – klaviertoets wordt de
toonhoogte in eenheden van een halve toon verlaagd
en bij indrukken van de + toets wordt de toonhoogte in
eenheden van een halve toon verhoogd.
Druk de – en + klaviertoetsen tegelijk in om terug te
keren naar de oorspronkelijke standaardinstelling.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
2.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
In- en uitschakelen van de
aanhoudfunctie (SUSTAIN)
Toevoegen van nagalm aan de
noten (REVERB)
Veranderen van de toonhoogte in
stappen van een halve toon
(TRANSPOSE)
NL-11
Gebruik de onderstaande procedure om de totale toonhoogte
aan te passen door de frequentie van A4 te veranderen. (In
eenheden van 0,1 Hz)
1.
Houd FUNCTION ingedrukt en gebruik dan de
TUNING klaviertoetsen om de stemming aan te
passen.
440: Stelt de A4 frequentie in op 440,0 Hz.
–1: Verlaagt de A4 frequentie met 1,0 Hz.
+1: Verhoogt de A4 frequentie met 1,0 Hz.
–0,1: Verlaagt de A4 frequentie met 0,1 Hz.
+0,1: Verhoogt de A4 frequentie met 0,1 Hz.
U kunt een frequentie instellen in het bereik van
415,5 t/m 465,9 Hz.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
2.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
U kunt MY SETUP gebruiken om de basisinstelling (toon,
ritme en andere instellingen) van het Digitale Keyboard op te
slaan. Een opgeslagen basisinstelling kan naar vereist
worden opgeroepen voor de uitvoering van een bepaalde
melodie enz.
1.
Houd MY SETUP lang ingedrukt.
De basisinstelling is opgeslagen wanneer u een
bewerking-voltooid bedieningstoon hoort.
U kunt MY SETUP gebruiken om de onderstaande items op te
slaan.
De functie die u gebruikt (Toon, Ritme, Melodie)
Tempo
Toonnummer
Metronoommaatslag
Volumeniveau van metronoom
Aanhouden
Ritmenummer
Melodienummer
Oefengedeelte
Telling
Transponeren
Nagalm
Pedaal
Akkoord-vingerzetmodus
Volumeniveau van ritme
Volumeniveau van melodie
Stemming
Fijnstemmen van het toetsenbord
(TUNING)
Opslaan en laden van de
instrumentinstellingen (MY
SETUP)
Opslaan in MY SETUP
Opslaanbare instellingen
Lang indrukken
NL-12
1.
Druk op MY SETUP.
De basisinstelling is opgeslagen wanneer u een
invoertoon hoort.
Gebruik de onderstaande procedure om MY SETUP te
activeren bij het inschakelen van de stroom, wat betekent dat
de MY SETUP-instellingen worden toegepast telkens
wanneer het instrument wordt ingeschakeld.
1.
Houd FUNCTION ingedrukt en druk dan op de
F{4 klaviertoets voor het activeren van MY
SETUP bij het inschakelen van de stroom.
Telkens wanneer op de F{4 klaviertoets wordt
gedrukt, klinkt er een toon die u laat weten welke
instelling (aan of uit) is geselecteerd.
Hoge toon: Aan (ingeschakeld)
Lage toon: Uit (uitgeschakeld)
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
2.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
Bij dit Digitale Keyboard wordt de term “melodie” gebruikt om
een muziekstuk aan te duiden. U kunt voor uw eigen plezier
naar de ingebouwde melodieën luisteren of u kunt met ze
meespelen om ze te oefenen.
1.
Druk een aantal malen op RHYTHM/SONG
totdat de SONG LED brandt.
2.
Houd RHYTHM/SONG ingedrukt en druk dan
op een van de klaviertoetsen.
De weergave van de geselecteerde melodie begint.
Aan elk van de klaviertoetsen is een melodie
toegewezen. Zie de “Melodielijst” (pagina NL-33) voor
een lijst van de melodieën.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
RHYTHM/SONG is ingedrukt.
3.
Laat RHYTHM/SONG los.
4.
Druk op a om de melodie te stoppen.
5.
Druk nogmaals op a om de weergave van de
melodie te hervatten.
Wanneer u de melodiefunctie gaat gebruiken terwijl de
metronoom klinkt of een ritme wordt weergegeven, zal die
andere geactiveerde functie stoppen.
Oproepen van MY SETUP
Activeren van MY SETUP bij inschakelen van
de stroom
C2 C3 C4 C5 C6 C7
F
{
4
Weergeven van een
ingebouwde melodie
Melodieën
Selecteren van een melodie om
weer te geven
Starten en stoppen van de melodieweergave
Weergeven van een ingebouwde melodie
NL-13
U kunt de onderstaande procedure gebruiken om het tempo
(snelheid) te veranderen en zo de weergave te vertragen voor
het oefenen van moeilijke stukken enz.
1.
Selecteer met de melodiefunctie de melodie
waarvan u het tempo wilt veranderen.
2.
Houd FUNCTION ingedrukt en gebruik dan de
TEMPO klaviertoetsen om een tempowaarde in
te stellen.
U kunt een tempowaarde instellen in het bereik van
20 t/m 255.
Bij meermalen indrukken van de – of + klaviertoets
wordt de tempowaarde telkens met 1 verhoogd of
verlaagd. Houd een van beide toetsen ingedrukt om
de instelwaarden te doorlopen.
U kunt ook de invoertoetsen voor de TEMPO waarde
(0 t/m 9) gebruiken om een gewenste tempowaarde in
te voeren.
Er moeten drie cijfers voor de tempowaarde worden
ingevoerd.
Voorbeeld: Om een tempo van 20 in te stellen, voert u
“03230” in.
Druk de – en + klaviertoetsen tegelijk in om naar de
aanbevolen instelling voor de huidige melodie terug te
keren.
Door het melodienummer te veranderen wordt ook
teruggekeerd naar het aanbevolen tempo van de
melodie.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
3.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
Gebruik de onderstaande procedure om de balans af te
stellen tussen het volume van de melodieweergave en het
volume van uw toetsenbordspel.
1.
Houd FUNCTION ingedrukt en gebruik dan de
SONG VOLUME – en + klaviertoetsen om het
volumeniveau in te stellen.
U kunt het volumeniveau instellen binnen een bereik
van 1 t/m 10.
Druk de – en + klaviertoetsen tegelijk in om terug te
keren naar de oorspronkelijke standaardinstelling.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
2.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
Veranderen van het tempo van de melodie
(Snelheid)
Afstellen van het melodievolume
Weergeven van een ingebouwde melodie
NL-14
U kunt het gedeelte voor de rechterhand of dat voor de
linkerhand uitschakelen bij de weergave van een melodie en
meespelen met het resterende gedeelte. Gebruik deze
mogelijkheid wanneer u vindt dat de melodie te moeilijk voor u
is om meteen met beide handen tegelijk te spelen.
1.
Druk op FILL-IN/PART terwijl een melodie
wordt weergegeven of gestopt is.
Bij enkele malen indrukken van FILL-IN/PART worden
de hieronder getoonde instellingen doorlopen.
Er klinkt een toon om u te laten weten welk
weergavegedeelte is geselecteerd.
Eén lage toon: Uit (alle gedeelten klinken)
Eén hoge toon: Gedeelte voor rechterhand
uitgeschakeld
Twee hoge tonen: Gedeelte voor linkerhand
uitgeschakeld
Drie hoge tonen: Gedeelten voor beide handen
uitgeschakeld
U kunt een telling instellen die klinkt op de maat van de
melodie of een telling die aftelt totdat de melodie begint.
1.
Terwijl de weergave van de melodie is gestopt,
houdt u FUNCTION ingedrukt en drukt dan op
de SONG COUNT klaviertoets om een
tellinginstelling op te geven.
Telkens wanneer op de SONG COUNT klaviertoets
wordt gedrukt, klinkt er een toon die u laat weten welke
instelling is geselecteerd.
Eén lage toon: Uit (uitgeschakeld)
Eén hoge toon: Telling
Twee hoge tonen: Telling vooraf
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
2.
Laat FUNCTION los.
3.
Druk op a om de weergave te starten.
De weergave start overeenkomst het type telling dat u
heeft geselecteerd.
Telling: Er klinkt een telling gedurende de weergave
van de melodie.
Telling vooraf: Er klinkt een telling aan het begin van
de melodie, voordat de feitelijke weergave begint.
Om een telling uit te schakelen, stopt u de melodie en
herhaalt dan stap 1 van deze procedure totdat u één
lage toon hoort.
Oefenen van een melodiegedeelte
Normale weergave
(oorspronkelijke standaardinstelling)
Gedeelte voor rechterhand uitgeschakeld
Gedeelte voor linkerhand uitgeschakeld
Gedeelten voor beide handen uitgeschakeld
Gebruik van een telling op de
maat van de melodie
Maken van tellinginstellingen
NL-15
Gebruik de procedures in dit hoofdstuk om het gewenste
ritme te selecteren en dan automatisch bijpassende
begeleidingen weer te geven door eenvoudigweg akkoorden
met uw linkerhand te spelen. Het is net alsof u een
persoonlijke band heeft die u begeleidt waar u maar gaat.
Automatische begeleidingen bestaan uit de onderstaande
gedeelten (instrumenten).
Ritme (percussie)
Bas (basinstrumenten)
Harmonie (andere instrumenten)
U kunt bijvoorbeeld alleen het spel van het ritmegedeelte
laten spelen of u kunt alle drie de gedeelten tegelijkertijd
laten spelen.
Het ritmegedeelte vormt de basis van elke automatische
begeleiding. Uw Digitale Keyboard wordt geleverd met
verscheidene ingebouwde ritmes, waaronder een 8-maatslag
en een wals. Volg de onderstaande procedure om het basis-
ritmegedeelte te spelen.
1.
Druk een aantal malen op RHYTHM/SONG
totdat de RHYTHM LED brandt.
2.
Houd RHYTHM/SONG ingedrukt en druk dan
op een van de klaviertoetsen.
De weergave van het geselecteerde ritme begint.
Aan elk van de klaviertoetsen is een ritme
toegewezen. Zie de “Ritmelijst” (pagina NL-34) voor
informatie over de ritmes.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
RHYTHM/SONG is ingedrukt.
3.
Laat RHYTHM/SONG los.
4.
Druk op a om te stoppen met weergeven.
5.
Druk nogmaals op a om de weergave van
het ritme te hervatten.
Gebruik de onderstaande procedure om het tempo in te
stellen op een snelheid die goed voor u is.
1.
Selecteer met de ritmefunctie het ritme
waarvan u het tempo wilt veranderen.
2.
Houd FUNCTION ingedrukt en gebruik dan de
TEMPO klaviertoetsen om een tempowaarde in
te stellen.
U kunt een tempowaarde instellen in het bereik van
20 t/m 255.
Bij meermalen indrukken van de – of + klaviertoets
wordt de tempowaarde telkens met 1 verhoogd of
verlaagd. Houd een van beide toetsen ingedrukt om
de instelwaarden te doorlopen.
U kunt ook de invoertoetsen voor de TEMPO waarde
(0 t/m 9) gebruiken om een gewenste tempowaarde in
te voeren.
Er moeten drie cijfers voor de tempowaarde worden
ingevoerd.
Voorbeeld: Om een tempo van 20 in te stellen, voert u
“03230” in.
Druk de – en + klaviertoetsen tegelijk in om terug te
gaan naar de aanbevolen waarde.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
3.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
Spelen met een ritme-
ondersteuning
Ritme
Weergeven van een ritme
Veranderen van het tempo van een ritme
Spelen met een ritme-ondersteuning
NL-16
Gebruik de onderstaande procedure om de balans af te
stellen tussen het volume van het toetsenbordspel en het
volume van het ritme.
1.
Houd FUNCTION ingedrukt en gebruik dan de
RHYTHM VOLUME – en + klaviertoetsen om het
volumeniveau in te stellen.
U kunt het volumeniveau instellen binnen een bereik
van 1 t/m 10.
Druk de RHYTHM VOLUME – en + klaviertoetsen
tegelijk in om terug te keren naar de oorspronkelijke
standaardinstelling.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
2.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
1.
Gebruik TONE om de gewenste toongroep te
selecteren terwijl het ritme wordt weergegeven.
Bij indrukken van TONE wordt er omgeschakeld
tussen Groep 1 (TONE 1 LED brandt, TONE 2 LED
uit) en Groep 2 (TONE 2 LED brandt, TONE 1 LED
uit).
Wanneer u een groep selecteert, blijft u TONE
ingedrukt houden terwijl u doorgaat naar de
onderstaande stap 2.
2.
Houd TONE ingedrukt en druk dan op een van
de klaviertoetsen.
U hoort de geselecteerde toon.
Aan elk van de klaviertoetsen is een toon toegewezen.
Zie de “Toonlijst” (pagina NL-30) voor de
tooninformatie.
3.
Laat TONE los om de instelprocedure af te
sluiten.
Een “invulpatroon” is in feite een korte frase die wordt
gespeeld wanneer u de sfeer van het stuk wilt veranderen.
Een invulpatroon kan worden gebruikt om een link te creëren
tussen twee melodieën of als een accent.
1.
Druk op FILL-IN/PART terwijl een ritme wordt
weergegeven.
Er wordt een invulpatroon ingevoegd dat tot het einde
van de maat speelt. De RHYTHM LED knippert terwijl het
invulpatroon klinkt.
Houd FILL-IN/PART ingedrukt als u het spelen van
het invulpatroon wilt laten doorgaan naar de volgende
maat.
Als u op FILL-IN/PART drukt terwijl een ritme is
gestopt, komt het invulpatroon in de paraatstand te
staan en wordt dit gespeeld wanneer het ritme wordt
gestart.
In dit geval kunt u de paraatstand van het invulpatroon
annuleren door nogmaals op de FILL-IN/PART toets
te drukken voordat het ritme wordt gestart.
Veranderen van het volumeniveau van een
ritme
Veranderen van de toetsenbordtoon terwijl
een ritme wordt weergegeven
Invoegen van een invulpatroon
Spelen met een ritme-ondersteuning
NL-17
Door een akkoord met uw linkerhand te spelen worden
automatisch begeleidingsgedeelten bestaande uit bas en
harmonie toegevoegd aan het op dat moment geselecteerde
ritme. Het is net alsof u uw eigen band op het podium heeft.
1.
Start het ritme.
2.
Speel iets op het begeleidingstoetsenbord.
De begeleiding begint en de bas, harmonie en andere
niet-ritmische instrumenten klinken.
Wanneer een akkoord wordt gespeeld terwijl de
ritmeweergave is gestopt, zullen het ritme en de
begeleiding gelijktijdig beginnen.
3.
Speel andere akkoorden met de linkerhand
terwijl u het melodiedeel met uw rechterhand
speelt.
4.
Druk op a om het ritme te stoppen.
U kunt kiezen uit de onderstaande zes akkoord-
vingerzetmodi.
CASIO CHORD
•FINGERED1
•FINGERED2
FINGERED ON BASS
FINGERED ASSIST
FULL RANGE CHORD
1.
Houd FUNCTION ingedrukt en gebruik dan de
CHORD MODE klaviertoets om een akkoord-
vingerzetmodus selecteren.
Telkens wanneer op de CHORD MODE klaviertoets
wordt gedrukt, klinkt er een toon die u laat weten welke
instelling is geselecteerd.
Eén lage toon: Uit
Eén hoge toon: CASIO CHORD
Twee hoge tonen: FINGERED 1
Drie hoge tonen: FINGERED 2
Vier hoge tonen: FINGERED ON BASS
Vijf hoge tonen: FINGERED ASSIST
Zes hoge tonen: FULL RANGE CHORD
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer
FUNCTION is ingedrukt.
2.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af
te sluiten.
Vingerzetting van een akkoord
voor het spelen van een
ritmebegeleiding
Begeleidingstoetsenbord
Selecteren van een akkoord-vingerzetmodus
Spelen met een ritme-ondersteuning
NL-18
CASIO CHORD
Bij CASIO CHORD gebruikt u vereenvoudigde
vingerzettingen om de vier typen akkoorden te spelen die
hieronder worden beschreven.
Bij het spelen van een mineur, septiem of mineur septiem
akkoord op het begeleidingstoetsenbord maakt het geen
verschil of de andere toetsen die u aanslaat zwart of wit
zijn.
FINGERED
Met deze akkoord-vingerzetmodus speelt u akkoorden op het
begeleidingstoetsenbord met behulp van hun normale
akkoord-vingerzettingen. Merk op dat sommige akkoorden
ook kunnen worden gevormd met verkorte vingerzettingen
van één of twee klaviertoetsen. Zie de “Vingerzettinggids
(pagina NL-35) voor informatie over de typen akkoorden en
hun vingerzettingen.
FINGERED 1
Speel de componentnoten van het akkoord op het
toetsenbord.
FINGERED 2
In tegenstelling tot FINGERED 1 is een 6de invoer niet
mogelijk bij deze modus.
FINGERED ON BASS
Speel de componentnoten van het akkoord op het
toetsenbord. Bij deze modus is de invoer van gedeeltelijke
akkoorden mogelijk met de laagste noot op het toetsenbord
als de basisnoot.
FINGERED ASSIST
In aanvulling op de FINGERED 1 invoer, kunt u ook de
onderstaande vingerzettingen gebruiken om de drie typen
akkoorden te spelen.
FULL RANGE CHORD
Bij deze akkoord-vingerzetmodus kunt u het volledige bereik
van het toetsenbord gebruiken om akkoorden en de melodie
te spelen.
Akkoordtype Voorbeeld
Majeur akkoorden
De letters boven het
begeleidingstoetsenbord geven de
naam van het akkoord aan dat
toegewezen is aan elke klaviertoets.
De klaviertoetsen van het
begeleidingstoetsenbord die met
dezelfde akkoordnaam zijn
aangegeven, spelen precies
hetzelfde akkoord.
C (C majeur)
Mineur akkoorden
Druk op de klaviertoets die
correspondeert met het majeur
akkoord en druk tegelijkertijd op één
andere klaviertoets binnen het gebied
van het begeleidingstoetsenbord
rechts ervan.
Cm (C mineur)
Septiem akkoorden
Druk op de klaviertoets die
correspondeert met het majeur
akkoord en druk tegelijkertijd op twee
andere klaviertoetsen binnen het
gebied van het
begeleidingstoetsenbord rechts
ervan.
C7 (C septiem)
Mineur septiem akkoorden
Druk op de klaviertoets die
correspondeert met het majeur
akkoord en druk tegelijkertijd op drie
andere klaviertoetsen binnen het
gebied van het
begeleidingstoetsenbord rechts
ervan.
Cm7
(C mineur septiem)
Begeleidingstoetsenbord
A
C
C
DE F F
#
b
E
#
G
b
AB
B
b
C
C
DE F
E
#
b
A
C
C
DE F F
#
b
E
#
G
b
AB
B
b
C
C
DE F
E
#
b
A
C
C
DE F F
#
b
E
#
G
b
AB
B
b
C
C
DE F
E
#
b
A
C
C
DE F F
#
b
E
#
G
b
AB
B
b
C
C
DE F
E
#
b
Mineur akkoorden
(Cm)
Eén klaviertoets voor de basisnoot
en de dichtstbijzijnde zwarte toets
links ervan.
Septiem akkoorden
(C7)
Eén klaviertoets voor de basisnoot
en de dichtstbijzijnde witte toets links
ervan.
Mineur septiem
akkoorden (Cm7)
Eén klaviertoets voor de basisnoot
en de dichtstbijzijnde zwarte toets en
witte toets links ervan.
Begeleidingstoetsenbord
Begeleidingstoetsenbord/Melodietoetsenbord
NL-19
U kunt het Digitale Keyboard op een computer aansluiten en
MIDI-gegevens uitwisselen tussen beide apparaten. U kunt
uw spel op het Digitale Keyboard opnemen met behulp van
muzieksoftware op uw computer en u kunt het Digitale
Keyboard gebruiken om gegevens weer te geven die er vanaf
de computer naar toe zijn gestuurd.
Minimale computersysteemvereisten
Hieronder volgen de minimale vereisten voor het
computersysteem wanneer MIDI-gegevens worden
verzonden en ontvangen. Controleer of de computer aan
deze vereisten voldoet voordat u probeert het Digitale
Keyboard erop aan te sluiten.
Ondersteunde besturingssystemen
Windows 7*
1
Windows 8.1*
2
Windows 10*
3
macOS (OS X / Mac OS X) 10.7, 10.8, 10.9, 10.10, 10.11,
10.12, 10.13, 10.14, 10.15
*1 Windows 7 (32-bit, 64-bit)
*2 Windows 8.1 (32-bit, 64-bit)
*3 Windows 10 (32-bit, 64-bit)
USB-poort
Verbind het Digitale Keyboard nooit met een computer
die een ander besturingssysteem gebruikt dan de
hierboven vermelde systemen. Dit kan namelijk
resulteren in een defect van de computer.
Voor de meest recente informatie over de ondersteunde
besturingssystemen kunt u de website op het onderstaande
webadres of QR-code bezoeken.
https://support.casio.com/global/nl/emi/manual/CT-S100/
Aansluiten op een computer
Bij verkeerde aansluitingen is het mogelijk dat er geen
gegevens kunnen worden uitgewisseld. Zorg ervoor
dat de stappen van de onderstaande procedure precies
worden opgevolgd.
1.
Schakel het Digitale Keyboard uit en start uw
computer op.
Start de muzieksoftware op uw computer nog niet!
2.
Gebruik een los verkrijgbare USB-kabel om het
Digitale Keyboard op uw computer aan te
sluiten.
Gebruik een USB-kabel met een USB 2.0 of 1.1 A-
MicroB type stekker die geschikt is voor
gegevenscommunicatie.
3.
Schakel het Digitale Keyboard in.
Als dit de eerste keer is dat u deze verbinding maakt,
wordt het stuurprogramma dat vereist is om gegevens
over te brengen automatisch op uw computer
geïnstalleerd.
4.
Start de los verkrijgbare muzieksoftware op uw
computer.
5.
Gebruik de instelfuncties van de los
verkrijgbare muzieksoftware op uw computer
om “CASIO USB-MIDI” als het MIDI-apparaat te
selecteren.
Raadpleeg de gebruikersdocumentatie die met de
gebruikte muzieksoftware wordt geleverd voor nadere
informatie over hoe u het MIDI-apparaat kunt
selecteren.
Zorg ervoor eerst het Digitale Keyboard in te schakelen
voordat u de muzieksoftware van uw computer start.
Zenden/ontvangen van gegevens is niet mogelijk
wanneer een melodie wordt weergegeven (pagina
NL-12).
Aansluiten van externe
apparaten
Aansluiten op een computer en
gebruik van MIDI
USB poort (Micro-B) van Digitale Keyboard
Micro-B stekker
Computer, smartphone enz.
B
Aansluiten van externe apparaten
NL-20
Nadat de verbinding eenmaal goed werkt, kunt u de USB-
kabel aangesloten laten wanneer u de computer en/of het
Digitale Keyboard uitschakelt.
Voor gedetailleerde technische gegevens en aansluitingen
die van toepassing zijn op de MIDI-gegevenscommunicatie
door dit Digitale Keyboard, wordt u verwezen naar de
nieuwste ondersteuningsinformatie die u vindt op de
website op het onderstaande webadres of QR-code.
https://support.casio.com/global/nl/emi/manual/CT-S100/
Maken van de MIDI-instellingen
Zie de “Lijst met instelitems” (pagina NL-23) voor informatie
over de onderstaande MIDI-instellingen.
MIDI-uitgangskanaal
Octaafverschuiving voor MIDI-uitgang
Snelheid voor MIDI-uitgang
Lokale sturing
U kunt het Digitale Keyboard op een los verkrijgbaar
stereosysteem of versterker, of op een opnameapparaat,
aansluiten. U kunt het Digitale Keyboard ook gebruiken om
het geluid van een draagbare audiospeler of ander apparaat
weer te geven en dat geluid gebruiken als ondersteuning bij
uw toetsenbordspel.
Weergeven van het geluid van het Digitale
Keyboard via een extern apparaat
Voor de aansluiting zijn los verkrijgbare snoeren nodig, die u
zelf dient aan te schaffen.
Het aansluitsnoer dient aan een kant een stereo
ministekker te hebben en aan de andere kant een stekker
die past bij de ingangsaansluiting van het externe apparaat.
Schakel het externe apparaat en het Digitale Keyboard
uit voordat u ze op elkaar aansluit. Voordat u de stroom
in- of uitschakelt, moet u het volumeniveau van het
Digitale Keyboard en het externe apparaat verlagen.
Schakel na het maken van de verbinding eerst het
Digitale Keyboard in en vervolgens het externe
apparaat.
Als de noten van het Digitale Keyboard vervormd
klinken wanneer deze via het externe audio-apparaat
worden weergegeven, moet u het volumeniveau op het
Digitale Keyboard verlagen.
Aansluiten op audio-apparatuur
PHONES/OUTPUT aansluiting van Digitale Keyboard
(3,5 mm stereo mini-aansluiting)
Stereo ministekker
Audio-apparatuur, versterker
enz.
NL-21
U kunt FUNCTION in combinatie met de klaviertoetsen gebruiken voor het maken van de diverse instellingen.
1.
Zoek het item waarvan u de instelling wilt veranderen in de tabel onder “Lijst met instelitems” (pagina
NL-23 en 24) en maak een notitie van de details.
2.
Gebruik de informatie onder “Klaviertoetsen die gebruikt worden voor het maken van instellingen” op
pagina NL-22 om de plaats van de klaviertoetsen te vinden voor het maken van de gewenste instelling.
3.
Houd FUNCTION ingedrukt en gebruik dan de klaviertoetsen of de bedieningstoetsen die u in stap 2
van deze procedure heeft gevonden voor het maken van de gewenste instelling.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer FUNCTION is ingedrukt.
Er klinkt een bedieningspieptoon nadat de instelling is gemaakt.
Voorbeeld: Verlagen van het melodievolume door indrukken van de SONG VOLUME – klaviertoets
4.
Laat FUNCTION los om de instelprocedure af te sluiten.
U kunt de bedieningspieptoon die in stap 3 van deze procedure klinkt uitschakelen als u dat wenst.
Zie “

Bedieningspieptoon” in de tabel onder “Lijst met instelitems” (pagina NL-23 en 24) voor meer informatie.
Maken van functie-instellingen
Instellingen maken
SONG VOLUME – klaviertoets
Maken van functie-instellingen
NL-22
De omcirkelde nummers (
t/m

) komen overeen met de nummers in de tabel onder Lijst met instelitems” (pagina NL-23 en
24).
Klaviertoetsen die gebruikt worden voor het maken van instellingen
(C2) (C3) (C4)
(C5) (C6) (C7)
+ +
−+ −+−+ −+
+ + +
Linker toetsenbord
Volledig toetsenbord
Rechter toetsenbord
Akkoord-vingerzetmodus

Telling van melodie

Volume van melodie

Volume van ritme

Tempo
Snelheid voor MIDI-uitgang
MIDI-uitgangskanaal
Batterijtype
Octaafverschuiving voor MIDI-uitgang
Volumeniveau bij inschakelen
MY SETUP bij opstarten
Lokale sturing
Automatische stroomonderbreker
Uit/Aan Uit/Aan Uit/Aan
Uit/Aan

Initialiseren

Bedieningspieptoon
Uit/AanVoorbereidingen Uitvoeren

Demonstratie

Stemming
Uit/Aan

Maatslag van metronoom

Aanhouden

Transponeren

Nagalm

Volumeniveau van metronoom
Maken van functie-instellingen
NL-23
Lijst met instelitems
Item Instellingen Beschrijving Opmerkingen
Batterijtype Alkali, nikkel-
metaalhydride
Specificeert het type batterijen dat
wordt gebruikt.
Telkens wanneer op de klaviertoets
wordt gedrukt, klinkt er een toon die u
laat weten welke instelling is
geselecteerd.
Eén toon: Alkali
Twee tonen: Nikkel-metaalhydride
MIDI-uitgangs-
kanaal
1 t/m 16 Specificeert het kanaal voor het
uitvoeren van MIDI-berichten.
Druk – en + tegelijk in om terug te gaan
naar de oorspronkelijke
standaardinstelling.
Octaafverschui-
ving voor
MIDI-uitgang
–3 tot 0 tot +3 Specificeert, in octaaf-eenheden,
het toetsnummer van het
nootbericht voor de MIDI-uitgang.
Druk – en + tegelijk in om terug te gaan
naar de oorspronkelijke
standaardinstelling.
Snelheid voor
MIDI-uitgang
Uit, 1 t/m 127 Specificeert de snelheid van de
noot op het bericht voor de MIDI-
uitgang.
Volumeniveau
bij inschakelen
1 t/m 10 Specificeert het volumeniveau bij
inschakelen van de stroom.
Druk – en + tegelijk in om terug te gaan
naar de oorspronkelijke
standaardinstelling.
MY SETUP bij
opstarten
Uit, Aan Schakelt de configuratie van de
MY SETUP-instellingen in/uit
wanneer de stroom wordt
ingeschakeld.
Lokale sturing Uit, Aan Dempt (Uit)/heft demping op (Aan)
van het geluid dat het Digitale
Keyboard uitvoert van uw
toetsenbordspel.
Automatische
stroomonderbre-
ker
Uit, Aan Schakelt de automatische
stroomonderbreker in/uit.
Telkens wanneer op de klaviertoets
wordt gedrukt, klinkt er een toon die u
laat weten welke instelling is
geselecteerd.
Hoge toon: Aan (ingeschakeld)
Lage toon: Uit (uitgeschakeld)
Akkoord-
vingerzetmodus
Uit,
CASIO CHORD,
FINGERED 1,
FINGERED 2,
FINGERED ON BASS,
FINGERED ASSIST,
FULL RANGE CHORD
Specificeert de akkoord-
vingerzetmodus.
Telkens wanneer op de klaviertoets
wordt gedrukt, klinkt er een toon die u
laat weten welke instelling is
geselecteerd.
Eén lage toon: Uit
Eén hoge toon: CASIO CHORD
Twee hoge tonen: FINGERED 1
Drie hoge tonen: FINGERED 2
Vier hoge tonen: FINGERED ON BASS
Vijf hoge tonen: FINGERED ASSIST
Zes hoge tonen: FULL RANGE CHORD

Volume van
ritme
0 t/m 10 Regelt het volumeniveau van het
ritme.
Druk – en + tegelijk in om terug te gaan
naar de oorspronkelijke
standaardinstelling.

Telling van
melodie
Uit, Telling, Telling
vooraf
Kan worden gebruikt voor een
telling op de maat van de melodie.
Telkens wanneer op de klaviertoets
wordt gedrukt, klinkt er een toon die u
laat weten welke instelling is
geselecteerd.
Eén lage toon: Uit (uitgeschakeld)
Eén hoge toon: Telling
Twee hoge tonen: Telling vooraf

Volume van
melodie
0 t/m 10 Regelt het volumeniveau van de
melodie.
Druk – en + tegelijk in om terug te gaan
naar de oorspronkelijke
standaardinstelling.
Maken van functie-instellingen
NL-24
BIj het uit- en weer inschakelen van de stroom komen de toon en de andere instellingen op de oorspronkelijke
standaardinstellingen (pagina NL-6) te staan.
De onderstaande instellingen blijven altijd behouden zelfs wanneer de stroom wordt uitgeschakeld.
MIDI-uitgangskanaal
Octaafverschuiving voor MIDI-uitgang
Snelheid voor MIDI-uitgang
Volumeniveau bij inschakelen
MY SETUP bij opstarten
Automatische stroomonderbreker
Batterijtype

Tempo 20 t/m 255 Verandert het tempo. Druk – en + tegelijk in om terug te gaan
naar de oorspronkelijke
standaardinstelling of de aanbevolen
instelling.

Inititaliseren Zet alle instellingen terug op de
standaard-fabrieksinstellingen.

Bedieningspiep-
toon
Uit, Aan Wanneer deze functie is
uitgeschakeld (Uit), klinkt er geen
toon wanneer op een klaviertoets
wordt gedrukt terwijl FUNCTION
ingedrukt wordt gehouden.

Demonstratie Weergeven van de
demonstratiemelodie.

Maatslag van
metronoom
Uit, 1 t/m 16 Verandert de maatslag van de
metronoom.
Druk – en + tegelijk in om terug te gaan
naar de oorspronkelijke
standaardinstelling.

Volumeniveau
van metronoom
0 t/m 10 Verandert het volumeniveau van
de metronoom.
Druk – en + tegelijk in om terug te gaan
naar de oorspronkelijke
standaardinstelling.

Aanhouden Uit, Aan Indien ingeschakeld worden de
noten aangehouden waardoor
een rijke resonantie ontstaat.
Telkens wanneer op de klaviertoets
wordt gedrukt, klinkt er een toon die u
laat weten welke instelling is
geselecteerd.
Hoge toon: Aan (ingeschakeld)
Lage toon: Uit (uitgeschakeld)

Nagalm Uit, 1 t/m 4 Specificeert het type nagalm dat
wordt toegepast.
Telkens wanneer op de klaviertoets
wordt gedrukt, klinkt er een toon die u
laat weten welke instelling is
geselecteerd.
Eén lage toon: Uit (uitgeschakeld)
Eén hoge toon: 1
Twee hoge tonen: 2
Drie hoge tonen: 3
Vier hoge tonen: 4

Transponeren –12 tot 0 tot +12 Met de transponeerfunctie kunt u
de algehele toonhoogte verhogen
of verlagen in stappen van een
halve toon.
U kunt deze functie gebruiken om
de sleutel te verhogen of verlagen
zodat het gemakkelijker is om een
stuk te spelen dat in een moeilijke
sleutel is geschreven, of voor
aanpassing aan een sleutel die
beter past bij een zanger, een
ander instrument enz.
Druk – en + tegelijk in om terug te gaan
naar de oorspronkelijke
standaardinstelling.

Stemming 415,5 Hz tot 440,0 Hz
tot 465,9 Hz
Fijnstemmen van de totale
toonhoogte door de frequentie van
A4 in eenheden van 0,1 Hz te
veranderen.
Item Instellingen Beschrijving Opmerkingen
Maken van functie-instellingen
NL-25
1.
Houd FUNCTION ingedrukt en druk dan op de C{5 klaviertoets.
Er klinkt een toon om aan te geven dat het terugstellen op het punt staat om te beginnen. Blijf FUNCTION ingedrukt houden.
2.
Houd FUNCTION ingedrukt en druk dan op de E}5 klaviertoets om te beginnen met terugstellen.
Er klinkt een toon wanneer het terugstellen is voltooid. Het Digitale Keyboard wordt uitgeschakeld en dan weer ingeschakeld.
De toetsenbordinvoer-LED brandt wanneer FUNCTION is ingedrukt.
3.
Laat FUNCTION los om de procedure af te sluiten.
Terugzetten van de instellingen op de oorspronkelijke standaard-fabrieksinstellingen
C2 C3 C4 C5 C6 C7
C
{
5
C2 C3 C4 C5 C6 C7
E
}
5
NL-26
Referentie
Oplossen van moeilijkheden
Symptoom Vereiste maatregel
Meegeleverde accessoires
Bij het uitpakken kan ik bepaalde
meegeleverde accessoires niet vinden.
Controleer zorgvuldig wat er in de verpakking zit.
Stroomvereisten
De stroom kan niet worden ingeschakeld. Controleer de netadapter of zorg ervoor dat de batterijen in de juiste richting
wijzen (pagina NL-4).
Vervang de batterijen door nieuwe. Of gebruik de netadapter voor de
stroomvoorziening (pagina NL-4).
Het Digitale Keyboard wordt plotseling
uitgeschakeld nadat dit een hard geluid heeft
weergegeven.
Vervang de batterijen door nieuwe. Of gebruik de netadapter voor de
stroomvoorziening (pagina NL-4).
Het Digitale Keyboard schakelt na ongeveer
30 minuten plotseling uit.
Schakel de automatische stroomonderbreker uit (pagina NL-6).
Geluid
Er gebeurt niets bij aanslaan van een
klaviertoets.
Controleer het volumeniveau (pagina NL-7).
Controleer of er iets is aangesloten op de PHONES/OUTPUT aansluiting
op de achterkant van het Digitale Keyboard.
Schakel het Digitale Keyboard uit en daarna weer in (pagina NL-6) zodat de
instellingen in de beginstand komen te staan.
Er gebeurt niets of noten worden niet
normaal weergegeven wanneer ik op het
begeleidingstoetsenbord (linkerkant) speel.
Selecteer “Uit” voor de akkoordmodus-instelling (pagina NL-17) om de
akkoordinvoer met het begeleidingstoetsenbord uit te schakelen.
Er gebeurt niets wanneer een automatische
begeleiding wordt gestart.
Controleer de instelling van het ritmevolume en stel dit indien nodig af
(pagina NL-16).
Schakel het Digitale Keyboard uit en daarna weer in (pagina NL-6) zodat de
instellingen in de beginstand komen te staan.
Er gebeurt niets wanneer de automatische
begeleiding van een melodie wordt gestart.
Na indrukken van de toets duurt het even voordat de weergave van de
melodie begint. Wacht totdat de weergave van de melodie begint.
Controleer de instelling van het melodievolume en stel dit indien nodig af
(pagina NL-13).
Schakel het Digitale Keyboard uit en daarna weer in (pagina NL-6) zodat de
instellingen in de beginstand komen te staan.
De metronoom klinkt niet. Controleer de instelling van het metronoomvolume en stel dit indien nodig
af (pagina NL-8).
Schakel het Digitale Keyboard uit en daarna weer in (pagina NL-6) zodat de
instellingen in de beginstand komen te staan.
De noten blijven klinken zonder dat ze
stoppen.
Schakel het Digitale Keyboard uit en daarna weer in (pagina NL-6) zodat de
instellingen in de beginstand komen te staan.
Vervang de batterijen door nieuwe. Of gebruik de netadapter voor de
stroomvoorziening (pagina NL-4).
Sommige noten worden afgesneden terwijl
ze weergegeven worden.
Noten worden afgesneden telkens wanneer het aantal noten dat klinkt de
maximale polyfonische waarde van 32 (16 bij bepaalde tonen) overschrijdt. Dit
duidt niet op een defect.
Het volumeniveau of de tooninstelling die ik
heb gemaakt is veranderd.
Controleer het volumeniveau (pagina NL-7).
Schakel het Digitale Keyboard uit en daarna weer in (pagina NL-6) zodat de
instellingen in de beginstand komen te staan.
Vervang de batterijen door nieuwe. Of gebruik de netadapter voor de
stroomvoorziening (pagina NL-4).
Bij bepaalde volumeniveaus en tonen klinkt
het geluid van de noten die in een bepaald
toetsenbordbereik worden gespeeld anders
dan die in een ander toetsenbordbereik
worden gespeeld.
Dit is het gevolg van systeembeperkingen en duidt niet op een defect.
Referentie
NL-27
Bij sommige tonen veranderen de octaven
niet aan de uiteinden van het toetsenbord.
Dit is het gevolg van systeembeperkingen en duidt niet op een defect.
De toonhoogte van de noten komt niet
overeen met andere begeleidende
instrumenten of noten klinken vreemd bij
meespelen met andere instrumenten.
Controleer de instelling voor transponeren (pagina NL-10) en de instelling
voor stemmen (pagina NL-11) en stel deze indien nodig af.
Schakel het Digitale Keyboard uit en daarna weer in (pagina NL-6) zodat de
instellingen in de beginstand komen te staan.
De nagalm van de noten verandert
plotseling.
Controleer de nagalminstelling en stel deze indien nodig af (pagina NL-10).
Schakel het Digitale Keyboard uit en daarna weer in (pagina NL-6) zodat de
instellingen in de beginstand komen te staan.
Aansluiten op een computer
Ik kan geen MIDI-gegevens overbrengen. Controleer of de USB-kabel is aangesloten op het Digitale Keyboard en de
computer, en of het juiste apparaat is geselecteerd met de muzieksoftware
van de computer (pagina NL-19).
Schakel het Digitale Keyboard uit en sluit dan de muzieksoftware op uw
computer af. Schakel het Digitale Keyboard vervolgens weer in en start dan
de muzieksoftware op uw computer opnieuw op.
Symptoom Vereiste maatregel
Referentie
NL-28
* Gemeten waarden bij gebruik van eneloop-batterijen.
eneloop is een handelsmerk van Panasonic Corporation.
Wijzigingen in technische gegevens en ontwerp voorbehouden.
Technische gegevens
Model CT-S100
Toetsenbord 61 toetsen
Maximale polyfonie 32 noten
Tonen
Voorkeuzetonen 122 voorkeuzetonen, hoofdtoontoetsen
Effecten Nagalm (4 typen, Uit)
Metronoom
Maatslag Uit, 1 t/m 16 maatslagen
Tempo 20 t/m 255
Melodiebank
Voorkeuzemelodieën 60 melodieën
Gedeelte uitgeschakeld Linkerhand, rechterhand, beide handen
Automatische begeleiding
Voorkeuzeritmes 61 typen, omschakelen akkoorinvoermodus
Demonstratieweergave Lusweergave van alle melodieën van ingebouwde melodiebank (60 melodieën)
Volume-instelling van functies Metronoom, ritme, melodie
Overige functies
Transponeren ±1 octaaf (–12 tot 0 tot +12 halve tonen)
Stemming A4 = 415,5 t/m 465,9 Hz (oorspronkelijke standaardinstelling: 440,0 Hz)
MIDI 16 multi-tonale ontvangst, GM-niveau 1 standaard
Aansluitingen
USB-poort Micro-B
PHONES/OUTPUT aansluiting Stereo mini-aansluiting (3,5 mm)
Netadapteraansluiting 9,5 V gelijkstroom
Stroomvereisten 2-weg stroomvoorziening
Batterijen 6 AA-formaat alkalibatterijen of AA-formaat oplaadbare nikkel-metaalhydride batterijen
Continue werking Ongeveer 16 uur (alkalibatterijen), ongeveer 13 uur (oplaadbare nikkel-metaalhydride
batterijen)*
De werkelijke levensduur van de batterijen kan korter zijn afhankelijk van het type
batterijen, de wijze van gebruik en de omgevingsomstandigheden.
Netadapter AD-E95100L (JEITA standaard, met uniforme polariteitsstekker)
Automatische stroomonderbreker Ongeveer 30 minuten na de laatste toetsbediening, functie kan worden geannuleerd.
Luidsprekers 13 cm × 6 cm (ovaal) × 2 (uitgangsvermogen: 2,0 W + 2,0 W)
Stroomverbruik 9,5 V = 5,5 W
Afmetingen 93,0 (B) × 25,6 (D) × 7,3 (H) cm
Gewicht Ongeveer 3,3 kg (zonder batterijen)
Referentie
NL-29
Voorzorgsmaatregelen bij het hanteren van de netadapter
Model: AD-E95100L
1. Lees deze aanwijzingen.
2. Houd deze aanwijzingen bij de hand.
3. Neem alle waarschuwingen in acht.
4. Volg alle aanwijzingen.
5. Gebruik dit product niet in de buurt van water.
6. Reinig alleen met een droge doek.
7. Niet gebruiken in de buurt van radiatoren, warmeluchtroosters, kachels of andere warmtebronnen (inclusief versterkers).
8. Gebruik enkel toebehoren en accessoires die gespecificeerd worden door de fabrikant.
9. Laat alle onderhoud over aan erkend onderhoudspersoneel. Onderhoud is noodzakelijk bij een van de volgende
omstandigheden: Wanneer het product beschadigd is, wanneer het netsnoer of de netstekker beschadigd is, wanneer
vloeistof over het product is gemorst, wanneer een vreemd voorwerp in het product valt, wanneer het product
blootgesteld is aan regen of vocht, wanneer het product niet normaal werkt en wanneer het product is gevallen.
10. Sta niet toe dat het product wordt blootgesteld aan vloeistof dat erop druipt of tegenaan spat. Plaats geen voorwerpen
met vloeistof op dit product.
11. Laat de elektrische belasting niet de nominale belasting overschrijden.
12. Let erop dat de omgeving droog is voordat u het product op een stroombron aansluit.
13. Let erop dat het product in de juiste richting wordt geplaatst.
14. Haal de stekker uit het stopcontact tijdens onweersbuien en wanneer u het apparaat voor langere tijd niet gaat
gebruiken.
15. Zorg dat de ventilatieopeningen van het product niet geblokkeerd worden. Plaats het product overeenkomstig de
aanwijzingen van de fabrikant.
16. Let erop dat het netsnoer op een plaats ligt waar er niet op wordt getrapt of dat het te sterk gebogen is, in het bijzonder
dichtbij de stekkers, het stopcontact en op de plaats waar het snoer uit het product komt.
17. De netadapter dient zo dicht mogelijk bij het product in de buurt op een stopcontact te worden aangesloten opdat de
stekker onmiddellijk uit het stopcontact kan worden getrokken in noodgevallen.
Het onderstaande symbool is een waarschuwing dat er niet-geïsoleerde gevaarlijke spanning aanwezig is binnen de
behuizing van het product, die sterk genoeg kan zijn om een risico te vormen op een elektrische schok voor de gebruiker.
Het onderstaande symbool is een waarschuwing die wijst op de aanwezigheid van belangrijke onderhoudsaanwijzingen in de
documentatie die met het product wordt meegeleverd.
*
Referentie
NL-30
*1 Nootnaam van klaviertoets
Toonlijst
Tone 1
Nr. *1 Toonnaam
Program-
maveran-
dering
Bank-
selectie
MSB
MAIN TONE 1
1 C2 GRAND PIANO 000 000
2C{2 ELEC.PIANO 1 004 000
3 D2 DRAWBAR ORGAN 016 000
4E}2HARPSICHORD 006 000
5 E2 STRINGS 048 000
PIANO/E.PIANO
6 F2 HONKY-TONK 003 000
7F{2 ELEC.GRAND PIANO 002 000
8 G2 60’S E.PIANO 004 005
9A}2 CHORUS E.PIANO 004 009
10 A2 SYNTH-STR.E.PIANO 004 003
11 B}2 SYNTH-VOICE & E.PIANO 004 010
12 B2 CLAVI 007 000
CHROMATIC PERC.
13 C3 CELESTA 008 000
14 C{3 GLOCKENSPIEL 009 002
15 D3 MUSIC BOX 010 000
16 E}3VIBRAPHONE 011 000
17 E3 MARIMBA 012 000
18 F3 TUBULAR BELL 014 000
ORGAN
19 F{3 PERC.ORGAN 017 000
20 G3 ROCK ORGAN 018 000
21 A}3 CHAPEL ORGAN 019 008
22 A3 REED ORGAN 020 000
23 B}3 ACCORDION 021 000
24 B3 HARMONICA 022 000
25 C4 BANDONEON 023 000
GUITAR
26 C{4 NYLON STR.GUITAR 024 002
27 D4 STEEL STR.GUITAR 025 002
28 E}4 JAZZ GUITAR 026 002
29 E4 CLEAN GUITAR 027 002
30 F4 MUTE GUITAR 028 002
31 F{4 DISTORTION GUITAR 030 002
BASS
32 G4 ACOUSTIC BASS 032 002
33 A}4 FINGERED BASS 033 002
34 A4 PICKED BASS 034 002
35 B}4 FRETLESS BASS 035 002
36 B4 SAW SYNTH-BASS 038 002
37 C5 SQUARE SYNTH-BASS 039 002
STR/ORCHESTRA
38 C{5 VIOLIN 040 000
39 D5 VIOLA 041 000
40 E}5 CELLO 042 002
41 E5 CONTRABASS 043 002
42 F5 PIZZICATO STRINGS 045 000
43 F{5 HARP 046 000
44 G5 TIMPANI 047 000
ENSEMBLE
45 A}5 SYNTH-STRINGS 050 000
46 A5 CHOIR AAHS 052 000
47 B}5SYNTH-VOICE 054 000
48 B5 ORCHESTRA HIT 055 000
BRASS
49 C6 TRUMPET 056 000
50 C{6 TROMBONE 057 002
51 D6 TUBA 058 002
52 E}6 FRENCH HORN 060 000
53 E6 BRASS 061 000
54 F6 SYNTH-BRASS 062 000
REED
55 F{6 SOPRANO SAX 064 000
56 G6 ALTO SAX 065 000
57 A}6 TENOR SAX 066 001
58 A6 BARITONE SAX 067 002
59 B}6 OBOE 068 000
60 B6 CLARINET 071 000
PIPE
61 C7 PICCOLO 072 002
Tone 1
Nr. *1 Toonnaam
Program-
maveran-
dering
Bank-
selectie
MSB
Referentie
NL-31
*1 Nootnaam van klaviertoets
Tone 2
Nr. *1 Toonnaam
Program-
maveran-
dering
Bank-
selectie
MSB
MAIN TONE 2
62 C2 BRIGHT PIANO 001 000
63 C{2 ELEC.PIANO 2 005 000
64 D2 PIPE ORGAN 019 000
65 E}2 HARPSICHORD & STRINGS 006 001
66 E2 SLOW STRINGS 049 000
PIPE
67 F2 FLUTE 073 000
68 F{2 RECORDER 074 000
69 G2 BOTTLE BLOW 076 000
70 A}2 WHISTLE 078 000
71 A2 OCARINA 079 000
SYNTH-LEAD
72 B}2 SQUARE LEAD 080 000
73 B2 SAW LEAD 081 000
74 C3 VOICE LEAD 085 000
75 C{3 FIFTH LEAD 086 000
76 D3 BASS+LEAD 087 000
77 E}3 DANCE SQUARE LEAD 080 048
78 E3 DANCE SYNC SQUARE LEAD 080 049
79 F3 DANCE SAW LEAD 081 048
80 F{3 DANCE SYNC SAW LEAD 081 049
81 G3 DANCE SAW BASS 087 048
SYNTH-PAD
82 A}3FANTASY 088 000
83 A3 WARM PAD 089 000
84 B}3 POLYSYNTH 090 000
85 B3 SPACE CHOIR 091 000
86 C4 METAL PAD 093 000
87 C{4 HALO PAD 094 000
88 D4 RAIN DROP 096 000
89 E}4 SOUND TRACK 097 000
90 E4 CRYSTAL 098 000
91 F4 ATMOSPHERE 099 000
92 F{4BRIGHTNESS 100 000
93 G4 SF 103 000
94 A}4 DANCE SAW PAD 090 048
95 A4 DANCE SQUARE PAD 090 049
INDIAN
96 B}4 SITAR 1 104 002
97 B4 SITAR 2 104 003
98 C5 TANPURA 1 104 032
99 C{5TANPURA 2 104 033
100 D5 HARMONIUM 1 020 032
101 E}5 HARMONIUM 2 020 033
102 E5 SHANAI 1 111 002
103 F5 SHANAI 2 111 003
104 F{5 SANTUR 1 015 003
105 G5 SANTUR 2 015 004
106 A}5 TABLA 116 016
ETHNIC
107 A5 BANJO 105 000
108 B}5SHAMISEN 106 000
109 B5 KOTO 107 000
110 C6 BAGPIPE 109 000
111 C{6 FIDDLE 110 000
VARIOUS
112 D6 TINKLE BELL 112 000
113 E}6 STEEL DRUMS 114 000
114 E6 SYNTH-DRUM 118 000
115 F6 STRINGS PIANO 000 008
116 F{6 BASS/PIANO 000 009
117 G6 SE 1 120 002
118 A}6 SE 2 122 002
DRUM SET
119 A6 STANDARD SET 000 120
120 B}6 DANCE SET 029 120
121 B6 BRUSH SET 040 120
122 C7 INDIAN SET 049 120
Tone 2
Nr. *1 Toonnaam
Program-
maveran-
dering
Bank-
selectie
MSB
Referentie
NL-32
•“” geeft aan dat aan een klaviertoets dezelfde tonen toegewezen worden als voor STANDARD SET.
Drumtoewijzingslijst
STANDARD SET DANCE SET
C-1
D-1
E-1
F-1
G-1
A-1
B-1
C0
D0
E0
F0
G0
A0
B0
C1
D1
E1
F1
G1
A1
B1
C2
D2
E2
F2
G2
A2
B2
C3
D3
E3
F3
G3
A3
B3
C4
D4
E4
F4
G4
A4
B4
C5
D5
E5
F5
G5
A5
B5
C6
D6
E6
F6
G6
A6
B6
C7
D7
E7
F7
G7
A7
B7
C8
D8
E8
F8
G8
A8
B8
C9
D9
E9
F9
G9
C
-1
E
-1
F
-1
A
-1
B
-1
C
0
E
0
F
0
A
0
B
0
C
1
E
1
F
1
A
1
B
1
C
2
E
2
F
2
A
2
B
2
C
3
E
3
F
3
A
3
B
3
C
4
E
4
F
4
A
4
B
4
C
5
E
5
F
5
A
5
B
5
C
6
E
6
F
6
A
6
B
6
C
7
E
7
F
7
A
7
B
7
C
8
E
8
F
8
A
8
B
8
C
9
E
9
F
9
INDIAN SETBRUSH SET
DRUMS SET NAME
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110
111
112
113
114
115
116
117
118
119
120
121
122
123
124
125
126
127
Standard Kick 1
Side Stick
Standard Snare 1
Standard Hand Clap
Standard Snare 2
Low Tom 2
Closed Hi-Hat
Lo
w Tom 1
Pedal Hi-Hat
Mid Tom 2
Open Hi-Hat
Mid Tom 1
High Tom 2
Crash Cymbal 1
High Tom 1
Ride Cymbal 1
Chinese Cymbal
Ride Bell
Tambourine
Splash Cymbal
Cowbell
Crash Cymbal 2
Vibraslap
Ride Cymbal 2
High Bongo
Low Bongo
Mute High Conga
Open High Conga
Open Low Conga
High Timbale
Low Timbale
High Agogo
Low Agogo
Cabasa
Maracas
Short High Whistle
Long Low Whistle
Short Guiro
Long Guiro
Claves
High Wood Block
Low Wood Block
Mute Cuica
Open Cuica
Mute Triangle
Open Triangle
Shaker
Cheer Short
Cheer
Cheer Long
Cheer Fade Out
Explotion 1
Explotion 2
Synth Kick 1
Synth Snare 1
Synth Hand Clap
Synth Snare 2
Synth Low Tom 2
Synth Low Tom 1
Synth Mid Tom 2
Synth Mid Tom 1
Synth High Tom 2
Synth High Tom 1
Dance Kick 1
Dance Kick 2
Dance Q
Dance Snare 1
Dance Clap
Dance Snare 2
Hip-Hop Close Hat
Noise Rise
Hip-Hop Open Hat
Brush Kick 1
Brush Snare 1
Brush Slap
Brush Snare 2
Brush Low Tom 2
Brush Low Tom 1
Brush Mid Tom 2
Brush Mid Tom 1
Brush High Tom 2
Brush High Tom 1
Ta b la Ge
Ta b la Ka
Ta b la Te
Ta b la Na
Ta b la Tun
Klaviertoets
Nootnr.
Referentie
NL-33
*1 Nootnaam van klaviertoets
Melodielijst
Nr. *1 Titel
PIANO/CLASSICS
1 C2 FÜR ELISE
2C{2 VALSE op.64 no.1 “PETIT CHIEN”
3 D2 TURKISH MARCH (MOZART)
4E}2 TRÄUMEREI
5 E2 ETUDE op.10 no.3 “CHANSON DE L’ADIEU”
6 F2 LIEBESTRÄUME no.3
7 F{2 NOCTURNE op.9 no.2 (CHOPIN)
8 G2 CANON (PACHELBEL)
9 A}2 MARY HAD A LITTLE LAMB
10 A2 LE CYGNE FROM “LE CARNAVAL DES ANIMAUX”
11 B}2 AIR FROM “SUITE no.3”
12 B2 SPRING FROM “THE FOUR SEASONS”
13 C3 HUNGARIAN DANCES no.5
14 C{3 MINUET IN G MAJOR
15 D3 GAVOTTE (GOSSEC)
16 E}3 ARABESQUE (BURGLLER)
17 E3 DECK THE HALL
18 F3 ODE TO JOY
19 F{3 AVE MARIA (GOUNOD)
20 G3 PRELUDE op.28 no.7 (CHOPIN)
21 A}3 GOING HOME FROM “FROM THE NEW WORLD”
22 A3 SONATA op.27 no.2 “MOONLIGHT” 1st Mov.
23 B}3 THE ENTERTAINER
24 B3 FRÖHLICHER LANDMANN
25 C4 LA CHEVALERESQUE
26 C{4 JESUS BLEIBET MEINE FREUDE
27 D4 MARCH FROM “THE NUTCRACKER”
28 E}4 CHANSON DU TOREADOR FROM “CARMEN”
29 E4 INVENTIONEN no.1
30 F4 PRAELUDIUM no.1 (J.S.BACH)
EVENT
31 F{4 SILENT NIGHT
32 G4 JINGLE BELLS
33 A}4 WE WISH YOU A MERRY CHRISTMAS
34 A4 JOY TO THE WORLD
35 B}4 O CHRISTMAS TREE
WORLD
36 B4 WHEN THE SAINTS GO MARCHING IN
37 C5 GREENSLEEVES
38 C{5 ANNIE LAURIE
39 D5 AMAZING GRACE
40 E}5 TWINKLE TWINKLE LITTLE STAR
41 E5 GRANDFATHER’S CLOCK
42 F5 ON TOP OF OLD SMOKEY
43 F{5 COME BIRDS
44 G5 DID YOU EVER SEE A LASSIE?
45 A}5 DANNY BOY
46 A5 MY BONNIE
47 B}5 HOME SWEET HOME
48 B5 AURA LEE
49 C6 ALOHA OE
50 C{6 LONDON BRIDGE
51 D6 UNDER THE SPREADING CHESTNUT TREE
52 E}6 SIPPIN’ CIDER THROUGH A STRAW
53 E6 BEAUTIFUL DREAMER
54 F6 MY DARLING CLEMENTINE
55 F{6 LITTLE BROWN JUG
56 G6 YANKEE DOODLE
57 A}6 I’VE BEEN WORKING ON THE RAILROAD
58 A6 OH! SUSANNA
59 B}6 TURKEY IN THE STRAW
60 B6 FURUSATO
Nr. *1 Titel
Referentie
NL-34
*1 Nootnaam van klaviertoets
Ritmelijst
Nr. *1 Ritmenaam
8 BEAT
1 C2 STRAIGHT 8 BEAT
2C{28 BEAT
16 BEAT
3 D2 16 BEAT
4 E}2 16 BEAT SHUFFLE
BALLAD
5 E2 16 BEAT BALLAD
6 F2 POP BALLAD
7 F{2 6/8 BALLAD
DANCE
8 G2 DISCO POP
9A}2 MODERN R&B
POPS
10 A2 POP
11 B}2 POP ROCK
ROCK
12 B2 STRAIGHT ROCK
13 C3 SHUFFLE ROCK
14 C{3 SLOW ROCK
15 D3 ROCK WALTZ
JAZZ
16 E}3BIG BAND
17 E3 SLOW SWING
18 F3 JAZZ WALTZ
19 F{3 FOX TROT
EUROPEAN
20 G3 POLKA
21 A}3 WALTZ 1
22 A3 VIENNESE WALTZ
23 B}3TANGO
24 B3 MARCH
LATIN
25 C4 BOSSA NOVA
26 C{4 SAMBA
27 D4 MAMBO
28 E}4 SALSA
29 E4 REGGAE
30 F4 POP REGGAE
31 F{4 SKA
32 G4 CUMBIA
INDIAN
33 A}4 BHANGRA
34 A4 DADRA
35 B}4 GARBA
36 B4 KEHARWA
37 C5 TEEN TAAL
38 C{5 DANDIYA
39 D5 BHAJAN
40 E}5 INDIAN POP 1
41 E5 INDIAN POP 2
42 F5 QAWWALI
43 F{5 KERALA
44 G5 RAJASTHANI
WORLD
AMERICAN
45 A}5 COUNTRY BALLAD
46 A5 BLUEGRASS
47 B}5 DIXIE
48 B5 TEX-MEX
49 C6 FAST GOSPEL
50 C{6 HAWAIIAN
EASTERN EUROPEAN
51 D6 RUSSIAN CHANSON
ARABIC
52 E}6 ADANI
CHINESE
53 E6 JIANGNAN
54 F6 DONGBEIYANGGE
55 F{6 JINGJU
56 G6 HUANGMEIXI
57 A}6 MIAOZU
58 A6 XINJIANG
VARIOUS
59 B}6 STRING QUARTET
PIANO RHYTHMS
60 B6 ARPEGGIO
61 C7 WALTZ 2
Nr. *1 Ritmenaam
Referentie
NL-35
FINGERED 1, FINGERED 2 akkoorden
*1 Met FINGERED 2, geïnterpreteerd als Am7.
*2 Met FINGERED 2, geïnterpreteerd als Am7
b
5
.
*3 Het geïnverteerde formaat wordt in bepaalde gevallen niet
ondersteund.
*4 Deze vingerzettingen zijn speciale vingerzettingen voor
akkoordinvoer op het Digitale Keyboard en ze zijn daarom
niet geschikt voor normaal spelen op een keyboard.
FINGERED ON BASS, FULL RANGE CHORD
Naast de akkoorden waarvan de vingerzetting gemaakt kan
worden met FINGERED 1 en FINGERED 2, worden de
onderstaande akkoorden ook erkend.
Met FINGERED ON BASS wordt de laagste noot waarvan
de vingerzetting gemaakt is, geïnterpreteerd als de
basisnoot. Geïnverteerde formaten worden niet
ondersteund.
Bij FULL RANGE CHORD wordt het akkoord
geïnterpreteerd als een gedeeltelijk akkoord wanneer de
laagste vingerzettingnoot een bepaalde afstand is van de
naastliggende noot.
In tegenstelling tot FINGERED 1, 2 en FINGERED ON
BASS, is het bij FULL RANGE CHORD nodig om minstens
drie toetsen in te drukken om een akkoord te vormen.
Vingerzettinggids
C
Cm
Cdim
Caug
*3
C
5
Csus4
*3
Csus2
*3
C7
CmM7
Cdim7
*3
C6
*1
*3
Cm6
*2
*3
CaugM7
CdimM7
Caug7
Cm7
*3
CM7
Cm7
5
*3
CM7
5
C7sus4
C7
5
*3
*4
*4
*4
*4
Cmadd9
C69
*3
Cm69
*3
Cadd9
C
C
D
C
F
C
F
C
G
C
A
C
A
C
Gm
C
Am
C
B
m
C
Ddim
C
Fdim
C
FM7
C
A
M7
C
F
m7
5
C
Gdim
C
Adim
C
Bdim
C
A
7
C
F7
C
Fm7
C
B
C
C
m
C
Dm
C
Fm
C
zzzzz zz z z z
Bm
C
zz zz zz z
A
m
C
F
m
C
zzzzz zz
Gm7
C
A
add9
C
zz z z
G7
C
zz
C
dim
C
F
dim
C
A
dim
C
Referentie
NL-36
*1 Grondtoon *2 Akkoordtype
Aangezien het invoerbereik voor akkoorden beperkt is, is het mogelijk dat dit model bepaalde akkoorden die hierboven getoond
worden niet ondersteunt.
Akkoordvoorbeeldenlijst
*2
*1
M
m
dim
aug
sus4
sus2
7
m7
M7
m7
5
7
5
7sus4
add9
madd9
mM7
dim7
69
6
m6
FCC
/
(
D
)
D
(
D
)
/E
E
Referentie
NL-37
*1 Grondtoon *2 Akkoordtype
Aangezien het invoerbereik voor akkoorden beperkt is, is het mogelijk dat dit model bepaalde akkoorden die hierboven getoond
worden niet ondersteunt.
*2
*1
M
m
dim
aug
sus4
sus2
7
m7
M7
m7
5
7
5
7sus4
add9
madd9
mM7
dim7
69
6
m6
(
A
)
/B
BF
/
(
G
)
G
(
G
)
/A
A
Function Transmitted Recognized Remarks
Basic
Channel
1
1 - 16
1 - 16
1 - 16
Default
Changed
Note
Number
0 - 127
0 - 127
*
1
0 - 127
True voice
After
Touch
Control
Change
X
X
X
O
Pitch Bender
OX
Key’s
Ch’s
Velocity
O
9nH v = 1 - 127
X
9nH v = 0, 8nH v =
**
O 9nH v = 1 - 127
X 8nH v = 64
Note ON
Note OFF
Mode
Mode 3
X
Mode 3
X
Default
Messages
Altered
0
1
5
6, 38
7
10
11
64
65
66
Bank select
Modulation
Portamento Time
Data entry LSB/MSB
Volume
Pan
Expression
Hold 1
Portamento Switch
Sostenuto
Model: CT-S100 Version : 1.0
O
X
X
X
X
X
X
X
X
X
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
*
2
MIDI Implementation Chart
**: geen relatie
Program
Change
True #
Exclusive
O
*
2
O
*
2
System
Common
X
X
X
X
X
X
Song Pos
Song Sel
Tune
Aux
Messages
Remarks
X
O
X
O
X
X
O
O
X
O
O
X
All sound off
Reset all controller
Local ON/OFF
All notes OFF
Active Sense
System Reset
System
Real Time
X
X
X
X
Clock
Commands
67
71
72
73
74
84
91
100, 101
Soft pedal
Filter resonance
Release time
Attack time
Brightness
Portamento Control
Reverb send level
RPN LSB/MSB
Mode 1 : OMNI ON, POLY
Mode 3 : OMNI OFF, POLY
Mode 2 : OMNI ON, MONO
Mode 4 : OMNI OFF, MONO
O : Yes
X : No
X
X
O
X
X
X
X
X
O
O
O
O
O
O
O
O
*
2
OO
0 - 127
*1: Hangt af van de toon.
*2: Voor details over RPN en systeem-exclusieve meldingen, zie MIDI implementatie op
https://support.casio.com/global/nl/emi/manual/CT-S100/
MA2001-B
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41

Casio CT-S100 de handleiding

Categorie
Muziekinstrumenten
Type
de handleiding