Nl-11
12.
ALS OPTIE VERKRIJGBARE ONDERDELEN
12.1. Bedrade afstandsbediening
De optionele bedrade afstandsbediening kan worden gebruikt.
U kunt de bedrade afstandsbediening en de draadloze
afstandsbediening samen gebruiken.
Echter, zijn bepaalde functies van de draadloze afstandsbediening beperkt
beschikbaar. Als u de beperkte functies instelt, zal een akoestisch signaal klinken
en zullen de indicatielampjes [ ], [ ] en [ ] op de binnen-unit knipperen.
<Beperkte functies voor draadloze afstandsbediening>
Bij gebruik in combinatie met een bedrade afstandsbediening (type met
2 bedrading)
• Week timer bediening
• Krachtige werking
• Buitenunit Ruisonderdrukking bediening
• 10 °C Verwarmen
U kunt de bedrade afstandsbediening en draadloze LAN-bediening
gebruiken (optioneel).
Echter, sommige bewerkingen van de mobiele app zijn beperkt.
Meerdere afstandsbedieningen
U kunt twee niet-draadloze afstandsbedieningen op één airconditioner aansluiten.
U kunt de airconditioner met beide afstandsbedieningen bedienen.
Maar de timer-functies zijn niet beschikbaar voor de secundaire unit.
Groepsregeling
U kunt met een afstandsbediening tot wel 16 airconditioners bedienen.
Voor alle airconditioners gelden dan dezelfde instellingen.
U kunt niet groepsregeling en regeling met een draadloze LAN combineren.
12.2. Draadloze LAN-bediening
U kunt de als optie verkrijgbare draadloze LAN-bediening gebruiken.
12.3. Multi-type airconditioner
Deze binnen-unit kan worden aangesloten op een buiten-
unit van het multi-type. De multi-type airconditioner biedt de
mogelijkheid verschillende binneneenheden in verschillende
locaties te laten werken. De binneneenheden kunnen
tegelijkertijd worden gebruikt, afhankelijk van hun werking.
Gelijktijdig gebruik van meerdere eenheden
● Wanneer een multi-type airconditioner wordt gebruikt, kunnen er
meerdere binnen-units tegelijkertijd worden gebruikt, maar wanneer
er 2 of meer binnen-units van dezelfde groep tegelijkertijd worden
gebruikt, zal de eectiviteit van de koel- en verwarmingsfuncties lager
zijn dan wanneer er slechts één binnen-unit wordt gebruikt. Wanneer u
echter tegelijkertijd meer dan 1 binnen-unit voor koeling wilt gebruiken,
kunt u deze beter vooral ‘s nachts gebruiken of op een ander tijdstip
wanneer er minder opbrengst wordt gevraagd. Wanneer u meerdere
binneneenheden gelijktijdig voor verwarming wilt gebruiken, kunt u ze
beter met extra verwarmingstoestellen in de kamer gebruiken.
● Seizoensgebonden omstandigheden, de buitentemperatuur, de indeling
van de kamers en het aantal personen in het vertrek kunnen ook de
eectiviteit beïnvloeden. Wij adviseren u meerdere toepassingspatronen
te proberen en vast te stellen hoe de verwarmings- en koelfuncties van
uw binnen-units presteren en hoe u ze kunt inzetten zodat ze het best
bij de levensstijl van uw gezin passen.
● Als u merkt dat er één of meer binnen-units bij een gelijktijdige werking
lagere koel- of verwarmingsprestaties leveren, adviseren wij u de
gelijktijdige werking van meerdere binnen-units te stoppen.
● De werking kan in de volgende standen niet plaatsvinden.
Als de binnen-unit wordt ingesteld op een stand die niet uitgevoerd kan
worden, knippert het indicatielampje [
] op de binnen-unit (1 seconde
aan, 1 seconde uit) en gaat de binnen-unit over in de stand Stand-by.
Stand Verwarmen en stand Koelen (of stand Drogen)
Stand Verwarmen en stand Ventileren
● De werking kan in de volgende standen plaatsvinden.
Stand Koelen en stand Drogen
Stand Koelen en stand Ventileren
Stand Drogen en stand Ventileren
●
De bedrijfsstand (stand Verwarmen of stand Koelen (Drogen)) van de
buiten-unit wordt bepaald door de bedrijfsstand van de binnen-unit die
het eerst is bediend. Als de binnen-unit in de stand Ventileren is inge-
schakeld, wordt de bedrijfsstand van de buiten-unit niet bepaald.
Bijvoorbeeld, als de binnen-unit (A) is ingeschakeld in de stand Ven-
tileren en de binnen-unit (B) vervolgens is ingeschakeld in de stand
Verwarmen, werkt de binnen-unit (A) tijdelijk in de stand Ventileren.
Maar wanneer de binnen-unit (B) start met werken in de stand Ver-
warmen, gaat indicatielampje [
] van de binnen-unit (A) knipperen
(1 seconde aan, 1 seconde uit) en gaat de binnen-unit over in de stand
Stand-by. De binnen-unit (B) blijft in de stand Verwarmen werken.
13. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING
In de volgende gevallen, moet u onmiddellijk stopen
met het gebruik van de airconditioner, en alle
voedingen loskoppelen door het uitschakelen van
de elektrische hoofdschakelaar of de stekker uit
het stopcontact halen. Raadpleeg dan uw dealer of
bevoegd onderhoudspersoneel.
Zolang de airconditioner is aangesloten op de
stroomvoorziening, is de voeding niet uitgeschakeld,
ook niet als u het apparaat is hebt uitgezet.
• Apparaat ruikt of iets brandt of stoot rook uit
• Er lekt water uit het apparaat
Werkt helemaal niet.
□ Is er een stroomstoring geweest?
Als dat het geval is, start de unit automatisch opnieuw op wanneer
de stroomvoorziening wordt hersteld. (Raadpleeg pagina 10.)
□ Is de circuitonderbreker uitgeschakeld?
⇒ Schakel de circuitonderbreker in.
□ Is er een zekering doorgebrand of is de circuitonderbreker geactiveerd?
⇒ Vervang de zekering of reset de circuitonderbreker.
□ Is de timer in werking?
⇒ U kunt de instelling van de timer controleren of deactiveren,
raadpleeg hiervoor pagina 5.
Slechte koeling- of verwarmingsprestaties.
□ Werkt de unit onder condities die buiten het toegestane temper-
atuurbereik liggen?
Als dat het geval is, werkt de airconditioner misschien niet meer
omdat het automatische beveiligingscircuit in werking is getreden.
□ Is het luchtlter vuil?
⇒ Reinig het luchtlter. (Raadpleeg pagina 9.)
□ Is het inlaatrooster of de uitgangspoort van de binnen-unit geblokkeerd?
⇒ Verwijder de obstakels.
□ Is de kamertemperatuur goed afgesteld?
⇒
Voor het wijzigen van de temperatuurinstelling, raadpleeg pagina 5.
□ Is er een raam of deur open blijven staan?
⇒ Sluit het raam of de deur.
□ Is de ventilatorsnelheid ingesteld op Stil?
⇒ Voor het wijzigen van de ventilatorsnelheid, raadpleeg
pagina 5.
□ Is de Ruisonderdrukking bediening van de Buitenunit ingesteld?
⇒
Voor het stoppen van de Ruisonderdrukking bediening van de
Buitenunit, raadpleeg pagina 8.
□ <In de stand Koelen> Dringt er direct of sterk zonlicht door in het vertrek?
⇒ Sluit de gordijnen.
□ <In de stand Koelen> Zijn er andere verwarmingsapparaten of
computers in bedrijf, of zijn er teveel mensen in het vertrek?
⇒ Schakel de verwarmingsapparatuur of computers uit, of stel de
temperatuur lager in. (Raadpleeg pagina 5.)