Sony DSC-W370 Handleiding

Type
Handleiding
© 2010 Sony Corporation 4-176-667-72(1)
NL
Cyber-shot handboek
DSC-W370
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
2
NL
Dit handboek gebruiken
Klik op een knop rechts bovenaan om naar de overeenstemmende pagina te gaan.
Dat is handig als u zoekt naar een functie die u wilt bekijken.
Zoek naar informatie aan de hand van
functies.
Zoek naar informatie aan de hand van de
bediening.
Zoek naar informatie aan de hand van
een lijst met items van MENU/
Instellingen.
Zoek naar informatie aan de hand van
trefwoorden.
Aanduidingen en notaties in dit handboek
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
In dit handboek wordt een opeenvolging
van handelingen uitgedrukt met behulp van
pijlen (t). Bedien de camera in de
aangegeven volgorde. Aanduidingen
worden weergegeven zoals ze verschijnen
bij de standaardinstelling van de camera.
De standaardinstelling wordt aangeduid
door .
Wijst op waarschuwingen en beperkingen
die belangrijk zijn voor de correcte
bediening van de camera.
z Wijst op nuttige informatie.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
3
NL
Opmerkingen over het gebruik
van de camera
Opmerkingen over de types
geheugenkaarten die kunnen worden
gebruikt (los verkrijgbaar)
De volgende geheugenkaarten kunnen met
deze camera worden gebruikt: "Memory
Stick PRO Duo", "Memory Stick PRO-HG
Duo", "Memory Stick Duo", SD-
geheugenkaarten en SDHC-geheugenkaarten.
Een MultiMediaCard kan niet worden
gebruikt.
Geheugenkaarten met een opslagcapaciteit tot
32 GB zijn goedgekeurd voor gebruik in de
camera.
In deze handleiding worden "Memory Stick
PRO Duo", "Memory Stick PRO-HG Duo"
en "Memory Stick Duo" allemaal
omschreven als "Memory Stick Duo".
Voor het opnemen van bewegende beelden
adviseren wij u een van de volgende
geheugenkaarten te gebruiken:
(Mark2) ("Memory Stick
PRO Duo" (Mark2))
("Memory Stick PRO-
HG Duo")
SD-geheugenkaart of SDHC-geheugenkaart
(klasse 4 of sneller)
Zie pagina 125 voor meer informatie over de
"Memory Stick Duo".
Bij gebruik van een "Memory Stick
Duo" met "Memory Stick"-sleuf van
standaardformaat
U kunt de "Memory Stick Duo" gebruiken
door deze in de "Memory Stick Duo"-adapter
(los verkrijgbaar) te plaatsen.
Opmerkingen over de accu
Laad de accu (bijgeleverd) op voordat u de
camera voor het eerst gebruikt.
U kunt de accu zelfs opladen wanneer deze nog
niet volledig leeg is. Zelfs als de accu niet
volledig is opgeladen, kunt u de gedeeltelijk
opgeladen accu gebruiken.
Als u de accu langere tijd niet gebruikt, moet u
de resterende lading van de accu verbruiken en
de accu uit de camera halen. Vervolgens
bewaart u de accu op een koele, droge plaats.
Hierdoor zorgt u ervoor dat de accu goed blijft
werken.
Zie pagina 127 voor meer informatie over de
accu.
Opmerkingen over het LCD-scherm en
de lens
Het LCD-scherm is vervaardigd met
precisietechnologie, waardoor meer dan 99,99%
van de pixels operationeel is. Soms kunnen er op
het LCD-scherm zwarte en/of heldere stipjes
(wit, rood, blauw of groen) zichtbaar zijn. Deze
stipjes zijn normaal en hebben geen enkele
invloed op de opname.
Als het LCD-scherm of de lens langdurig wordt
blootgesteld aan direct zonlicht, kunnen
storingen optreden. Wees voorzichtig wanneer u
de camera buiten of bij een raam neerlegt.
Druk niet op het LCD-scherm. Het scherm kan
verkleuren en hierdoor kunnen storingen
optreden.
In een koude omgeving kunnen de beelden op
het LCD-scherm nasporen vertonen. Dit is
normaal.
Wees voorzichtig dat u de beweegbare lens niet
ergens tegenaan stoot en oefen er geen druk op
uit.
"Memory Stick
Duo"-adapter
Zwarte, witte, rode, blauwe of
groene puntjes
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
4
NL
Opmerking over het weergeven van
bewegende beelden op andere
apparaten
Deze camera maakt gebruik van MPEG-4 AVC/
H.264 Main Profile bij het opnemen van
bewegende beelden. Daarom kunnen de
bewegende beelden die met deze camera zijn
opgenomen niet worden weergegeven op
apparaten die MPEG-4 AVC/H.264 niet
ondersteunen.
Condensvorming
Als de camera rechtstreeks vanuit een koude
naar een warme omgeving wordt overgebracht,
kan vocht condenseren in of op de buitenkant
van de camera. Deze condensvorming kan een
storing in de camera veroorzaken.
Schakel de camera bij condensvorming uit en
wacht ongeveer een uur om het vocht te laten
verdampen. Als u opnames maakt met vocht in
de lens, kunt u geen heldere beelden opnemen.
De beelden in dit handboek
De beelden die in dit handboek worden gebruikt
als voorbeelden, zijn gereproduceerde beelden die
niet daadwerkelijk met deze camera zijn
opgenomen.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
5
NL
Inhoud
Opmerkingen over het gebruik van de
camera
Dit handboek gebruiken ········································ 2
Opmerkingen over het gebruik van de camera ····· 3
Zoeken op bediening············································· 8
Zoeken op MENU/instellingen····························· 10
Plaats van de onderdelen ··································· 14
Lijst met pictogrammen weergegeven op het
scherm ································································ 15
De modusknop gebruiken ··································· 17
Het interne geheugen gebruiken························· 18
Opnemen
Slim automatisch instellen··································· 19
Eenvoudig opnemen ··········································· 20
Autom. Programma ············································· 22
Panorama door beweging ··································· 23
Scènekeuze ························································ 25
Bewegende beeldn ············································· 27
Zoom ··································································· 28
DISP (Scherminstellingen)····································29
Flitser ·································································· 30
Lach-sluiter·························································· 31
Zelfontsp. ···························································· 32
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
6
NL
Weergeven
Stilstaande beelden weergeven ·························· 34
Weergavezoom ··················································· 35
Beeldindex ·························································· 36
Wissen ································································ 37
Films weergeven ················································· 38
MENU(Opnemen)
MENU-items (Opnemen)····································· 10
MENU
(Weergeven)
MENU-items (Weergeven) ·································· 11
Instellingen
Instelitems··························································· 12
Televisie
Beelden bekijken op een televisiescherm ··········· 99
Computer
Gebruik met uw computer ································· 103
De software gebruiken ······································ 104
De camera op de computer aansluiten·················106
Beelden uploaden naar een mediaservice ···········108
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
7
NL
Afdrukken
Stilstaande beelden afdrukken·························· 110
Problemen oplossen
Problemen oplossen ········································· 112
Waarschuwingsmededelingen ·························· 121
Overige
"Memory Stick Duo" ·········································· 125
Accu ·································································· 127
Acculader ·························································· 128
Index
Index ································································· 129
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
8
NL
Zoeken op bediening
De instellingen aan de
camera overlaten
Slim automatisch instellen ································ 19
Scènekeuze ·························································· 25
Scèneherkenning················································· 53
Portretten maken
Soft Snap ······························································· 25
Schemer-portret··················································· 25
Lach-sluiter···························································· 31
Scèneherkenning················································· 53
Gezichtsherkenning············································ 56
Dichte-ogenvermindering·································· 59
Rode-ogenvermind. ············································ 76
Panoramische beelden
opnemen
Panorama door beweging································· 23
Perfecte foto's maken
van uw huisdier
Huisdieren ····························································· 25
Beelden van
bewegende objecten
opnemen
Bewegende beeldn ············································· 27
Burstinstellingen ·················································· 45
Beelden opnemen
zonder beeldwaas
Hoge gevoeligheid ·············································· 25
Zelfontsp. met vertraging van 2 sec··············· 32
ISO··········································································· 47
Beelden opnemen met
tegenlicht
Flitser altijd aan···················································· 30
Scèneherkenning················································· 53
DRO········································································· 58
Beelden opnemen op
donkere plaatsen
Hoge gevoeligheid ·············································· 25
Lgz synchro··························································· 30
ISO··········································································· 47
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
9
NL
Belichting aanpassen
EV ············································································ 46
Scherpstelpositie
wijzigen
Scherpstellen ························································ 50
Gezichtsherkenning············································ 56
Beeldformaat wijzigen
Beeldformaat ························································ 41
Beelden verwijderen
Wissen······························································ 37, 66
Formatteren··························································· 91
Vergrote beelden
weergeven
Weergavezoom···················································· 35
Trimmen (formaat wijz.)····································· 65
Beelden bewerken
Bijwerken ······························································· 65
Een reeks beelden
afspelen in volgorde
Diavoorstelling······················································ 60
Opnemen/weergeven
met goed zichtbare
aanduidingen
Eenvoudig opnemen··········································· 20
Beelden met de datum
afdrukken
"PMB (Picture Motion Browser)"
gebruiken
···························································· 104
Instellingen van datum
en tijd wijzigen
Tijdzone instellen················································· 97
Datum/tijd instellen·············································· 98
Instellingen initialiseren
Initialiseren ···························································· 82
Beelden afdrukken
Afdrukken····························································· 110
Weergeven op televisie
Beelden op een televisie weergeven············· 99
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
10
NL
Zoeken op MENU/instellingen
U kunt de verschillende opnamefuncties gemakkelijk selecteren met behulp van de MENU-toets.
1 Druk op de ON/OFF (aan/uit)-toets om de
opnamefunctie te activeren.
2 Druk op de MENU-toets om het menuscherm
weer te geven.
3 Selecteer het gewenste menu-item met
v/V/b/B op de regeltoets.
4 Druk op de MENU-toets om het menuscherm
uit te schakelen.
In onderstaande tabel geeft een instelling aan die kan worden veranderd, en geeft – een
instelling aan die niet kan worden veranderd. Een instelling kan vast liggen of beperkt zijn,
afhankelijk van de opnamefunctie. Zie voor meer informatie de betreffende pagina van het
onderdeel.
De onderstaande pictogrammen [ ] geven de beschikbaar functies aan.
Alleen de items die beschikbaar zijn voor elke modus worden op het scherm weergegeven.
MENU-items (Opnemen)
Modusknop
Menu-items
Scènekeuze
————
Opnamerichting
———
Beeldformaat
Flitser
——
Burstinstellingen
——
EV
ISO
——
Witbalans
——
Scherpstellen
——
Lichtmeetfunctie
——
Scèneherkenning
———
Lach-herkenn.gevoeligheid
——
Gezichtsherkenning
——
DRO
——
Dichte-ogenvermindering
————
(Instellingen)
Opmerking
Regeltoets
ON/OFF (aan/uit)-toets
MENU-toets
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
11
NL
U kunt de verschillende weergavefuncties gemakkelijk selecteren met behulp van de MENU-
toets.
1 Druk op de (weergave)-toets om over te
schakelen naar de weergavestand.
2 Druk op de MENU-toets om het menuscherm
weer te geven.
3 Selecteer het gewenste menu-item met v/V/b/
B op de regeltoets.
4 Druk op z in het midden van de regeltoets.
In onderstaande tabel geeft een instelling aan die kan worden veranderd, en geeft – een
instelling aan die niet kan worden veranderd.
Alleen de items die beschikbaar zijn voor elke modus worden op het scherm weergegeven.
Als u op MENU drukt terwijl de modusknop op (Eenvoudig opnemen) is ingesteld, verschijnt het
scherm Wissen. U kunt selecteren tussen [Enkel beeld wissen] of [Alle beelden wissen].
MENU-items (Weergeven)
Weergavefunctie
Menu-items
Geheugenkaart
Intern
geheugen
Datumweergave
Mapweergave
(stilstaand)
Mapweergave
(bewegend)
Mapweergave
(Diavoorstelling)
(Weergavefunctie)
(Bijwerken)
(Wissen)
(Beveiligen)
DPOF
——
(Afdrukken)
(Roteren)
(Map kiezen)
——
(Instellingen)
Opmerkingen
Regeltoets
MENU-toets
(weergave)-toets
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
12
NL
U kunt de instellingen aanpassen op het (Instellingen)-scherm.
1 Druk op de MENU-toets om het menuscherm
weer te geven.
2 Selecteer (Instellingen) met behulp van V op
de regeltoets en druk dan op z in het midden
van de regeltoets om het instelscherm weer te
geven.
3 Selecteer het gewenste onderdeel met v/V/b/B
en druk daarna op z.
4 Selecteer de gewenste instelling en druk vervolgens op z.
Instelitems
Categorieën Items
Opname-instellingn
AF-verlicht.
Stramienlijn
Displayresolutie
Digitale zoom
Autom. Oriëntatie
Rode-ogenvermind.
Dichte-ogenalarm
Hoofdinstellingen
Pieptoon
Language Setting
Functiegids
Demonstratiefunctie
Initialiseren
HDMI-resolutie
CTRL.VOOR HDMI
Video-uit
USB-aansluiting
LUN-instellingen
Downl. muz.
Format. muz.
Stroombesparing
Geheugenkaart-tool
Formatteren
Opnamemap maken
Opnamemap wijz.
Opn.map wissen
Kopiëren
Bestandsnummer
Intern geheugen-tool
Formatteren
Bestandsnummer
Regeltoets
MENU-toets
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
13
NL
[Opname-instellingn] wordt enkel weergegeven als er instellingen werden ingegeven in de
opnamefunctie.
[Geheugenkaart-tool] wordt enkel weergegeven als er een geheugenkaart in de camera is geplaatst, en
[Intern geheugen-tool] wordt enkel weergegeven als er geen geheugenkaart is geplaatst.
Klokinstellingen
Tijdzone instellen
Datum/tijd instellen
Opmerkingen
Categorieën Items
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
14
NL
Plaats van de onderdelen
A ON/OFF (aan/uit-)toets
B Ontspanknop
C Flitser
D Zelfontspannerlampje/Lach-sluiterlamp/
AF-verlichting
E Microfoon
F ON/OFF (aan/uit-)lampje
G Luidspreker
H Lens
I LCD-scherm
J (weergave-)toets (34)
K Voor opnemen: W/T-zoomknop (28)
Voor weergave: (weergavezoom-)toets/
(index-)toets (35, 36)
L Bevestigingspunt voor polsriem*
M Modusknop (17)
N (USB)/A/V OUT-aansluiting
O Aansluitingafdekking
P HDMI-aansluiting
Q (wis-)toets (37)
R MENU-toets (10)
S Besturingsknop
MENU aan: v/V/b/B/z
MENU uit: DISP/ / /
T Schroefgat voor statief
U Deksel van geheugenkaartgleuf en
accuvak
V Geheugenkaartgleuf
W Toegangslampje
X Accu-uitwerphendel
Y Accu-insteekgleuf
* De polsriem gebruiken
De polsriem is reeds in de fabriek aan de camera
bevestigd. Steek uw hand door de lus om te
voorkomen dat de camera valt en beschadigd
raakt.
Oog
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
15
NL
Lijst met pictogrammen
weergegeven op het scherm
Pictogrammen worden weergegeven op het scherm om de camerastatus aan te tonen.
U kunt de schermweergave wijzigen met DISP (Scherminstellingen) op de regeltoets.
Bij opname van stilstaande beelden
De pictogrammen zijn beperkt in de functie
Eenvoudig opnemen.
Bij opname van bewegende beelden
Bij weergave
A
Weergave Aanduiding
Resterende acculading
Waarschuwing voor zwakke
accu
Beeldformaat
Scènekeuze
Modusknop (Slim automatisch
instellen, Autom. Programma,
Panorama door beweging,
Bewegende beeldn)
Pictogram voor scèneherkenning
Witbalans
Lichtmeetfunctie
Trillingswaarschuwing
Scèneherkenning
Burstinstellingen
DRO
Aanduiding lach-
herkenn.gevoeligheid
Zoomvergrotingsfactor
PictBridge-aansluiting
Beveiligen
Afdrukmarkering (DPOF)
Weergavezoom
Weergavefunctie
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
16
NL
B
C
D
Weergave Aanduiding
z
AE/AF-vergrendeling
ISO400
ISO-waarde
NR trage sluitertijd
125
Sluitertijd
F3.6
Diafragmawaarde
+2.0EV
Belichtingswaarde
Aanduiding voor AF-
bereikzoekerframe
OPNMN.
Standby
Bewegende beelden opnemen/
stand-by voor bewegende
beelden
0:12
Opnameduur (m:s)
101-0012
Map-bestandsnummer
2010 1 1
9:30 AM
Opnamedatum/-tijd van het
weergavebeeld
Weergave Aanduiding
Opnamemap
Weergavemap
96
Aantal opneembare beelden
12/12
Beeldnummer/aantal beelden
opgenomen in geselecteerd
datumbereik, geselecteerde map
100Min
Opnameduur
Opname-/weergavemedium
(Geheugenkaart, intern
geheugen)
Map wijzigen
AF-verlicht.
Rode-ogenvermindering
Lichtmeetfunctie
Flitsfunctie
Flitser wordt opgeladen
Witbalans
ISO 400
ISO-waarde
Databasebestand vol/fout
databasebestand
Weergave Aanduiding
Zelfontspanner
Bestemming
Waarschuwing oververhitting
Gezichtsherkenning
Databasebestand vol/fout
databasebestand
AF-bereikzoekerframe
Dradenkruis van de
puntlichtmeetfunctie
+2.0EV
Belichtingswaarde
500
Sluitertijd
F3.6
Diafragmawaarde
N
Weergave
Weergavebalk
00:00:12
Teller
Richting
GPS-informatie
35° 37’ 32” N
139° 44’ 31” E
Weergave breedtegraden en
lengtegraden
Volume
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
17
NL
De modusknop gebruiken
Zet de modusknop op de gewenste functie.
(Bewegende beeldn)
Hiermee kunt u bewegende beelden opnemen (pagina 27).
(Panorama door
beweging)
Hiermee kunt u verschillende beelden samenvoegen tot een
panoramisch beeld (pagina 23).
(Autom. Programma)
Hiermee kunt u opnemen terwijl de belichting automatisch wordt
aangepast (zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde) (pagina 22).
U kunt verschillende functies instellen met behulp van het menu.
(Slim automatisch
instellen)
Hiermee kunt u eenvoudig opnemen terwijl de instellingen
automatisch worden aangepast (pagina 19).
(Eenvoudig
opnemen)
Hiermee kunt u stilstaande beelden opnemen/weergeven met goed
zichtbare aanduidingen (pagina 20).
(Scènekeuze)
Hiermee kunt u opnemen met vooraf ingestelde instellingen op basis
van de scène (pagina 25).
Modusknop
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
18
NL
Het interne geheugen gebruiken
De camera heeft een intern geheugen van ongeveer 19 MB. Dit geheugen kan niet uit de camera
worden verwijderd.
U kunt beelden opnemen in het interne geheugen wanneer er geen geheugenkaart geplaatst is in
de camera.
U kunt het beste altijd een reservekopie (back-up) van de gegevens maken door een van de
onderstaande procedures te volgen.
Een reservekopie (back-up) van gegevens maken op de vaste schijf van een
computer
Voer de procedure op pagina 106 uit zonder dat er een geheugenkaart in de camera is geplaatst.
Een reservekopie (back-up) van gegevens maken op een geheugenkaart
Neem een geheugenkaart met voldoende opslagcapaciteit en voer vervolgens de procedure bij
[Kopiëren] uit (pagina 95).
U kunt beeldgegevens die op een geheugenkaart zijn opgeslagen, niet overzetten naar het interne
geheugen.
Door een USB-verbinding tot stand te brengen tussen de camera en een computer met behulp van de
specifieke USB-kabel, kunt u de beeldgegevens die in het interne geheugen zijn opgeslagen importeren
in een computer. U kunt beeldgegevens echter niet overbrengen van de computer naar het interne
geheugen.
Wanneer er een geheugenkaart geplaatst is
[Opnemen]: de beelden worden opgenomen op de
geheugenkaart.
[Weergave]: beelden op de geheugenkaart worden
weergegeven.
[Menu, Instellingen, enzovoort]: verschillende functies
kunnen worden toegepast op beelden op de geheugenkaart.
Als er geen geheugenkaart is geplaatst
[Opnemen]: beelden worden in het interne geheugen
opgenomen.
[Weergave]: beelden die in het interne geheugen zijn
opgeslagen, worden weergegeven.
[Menu, Instellingen, enzovoort]: verschillende functies
kunnen worden toegepast op beelden in het interne geheugen.
Beeldgegevens die in het interne geheugen zijn
opgeslagen
Opmerkingen
Intern
geheugen
B
B
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
19
NL
Slim automatisch instellen
Hiermee kunt u stilstaande beelden opnemen terwijl de instellingen automatisch worden
aangepast.
1 Zet de modusknop op (Slim automatisch instellen).
2 Maak een foto met de sluiterknop.
De flitsfunctie is ingesteld op [Autom.] of [Uit].
Opmerking
zScèneherkenning
Scèneherkenning werkt bij de functie Slim automatisch instellen. Deze functie zorgt ervoor
dat de camera automatisch de opnameomstandigheden herkent en het beeld opneemt.
De camera herkent (Schemer), (Schemer-portret), (Schemeropn. met statief),
(Tegenlichtopname), (Portretopn. met tegenlicht), (Landschap), (Macro) of
(Portretopname) en geeft het overeenstemmende pictogram en de overeenstemmende
gids weer op het LCD-scherm als de scène herkend wordt.
Zie pagina 53 voor meer informatie.
Pictogram en gids voor
scèneherkenning
zAls u een stilstaand beeld opneemt van een
onderwerp waarop u moeilijk kunt scherpstellen
De kortste opnameafstand is ongeveer 10 cm (W)/100 cm (T) (vanaf de lens).
Wanneer de camera niet automatisch kan scherpstellen op het onderwerp, gaat de aanduiding van de
AE/AF-vergrendeling langzaam knipperen en hoort u geen pieptoon. Stel de opname opnieuw
samen of wijzig de instelling voor het scherpstellen (pagina 50).
In de volgende situaties kan scherpstellen moeilijk zijn:
Het is donker en het onderwerp ligt veraf.
Het contrast tussen het onderwerp en de achtergrond is klein.
Het onderwerp wordt door glas bekeken.
Het onderwerp beweegt snel.
Er is weerkaatsend licht op glanzende oppervlakken.
Het onderwerp ligt in tegenlicht of er is een knipperend licht aanwezig.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
20
NL
Eenvoudig opnemen
Hiermee kunt u stilstaande beelden opnemen met de minimaal noodzakelijke functies.
Het tekstformaat wordt groter en de aanduidingen worden makkelijker zichtbaar.
1 Zet de modusknop op (Eenvoudig opnemen).
2 Maak een foto met de sluiterknop.
De batterijlading wordt sneller opgebruikt doordat het scherm automatisch helderder wordt.
Opmerking
zBeschikbare functies in de functie Eenvoudig
opnemen
Beeldformaat: MENU t [Beeldformaat] t z op de regeltoets t gewenste
functie t z
Kies tussen [Groot] of [Klein] formaat.
Zelfontsp.: op de regeltoets t gewenste functie
Kies tussen de functie [10 sec] of [Uit].
Flitser: op de regeltoets t gewenste functie
Kies tussen de functie [Autom.] of [Uit].
MENU t [Flitser] t z op de regeltoets t gewenste functie t
z
Kies tussen de functie [Autom.] of [Uit].
Lach-sluiter: op de regeltoets
zScèneherkenning
Scèneherkenning is actief bij het gebruik van de functie eenvoudig opnemen. Deze functie
zorgt ervoor dat de camera automatisch de opnameomstandigheden herkent en het beeld
opneemt.
De camera herkent (Schemer), (Schemer-portret), (Schemeropn. met statief),
(Tegenlichtopname), (Portretopn. met tegenlicht), (Landschap), (Macro) of
(Portretopname) en geeft een pictogram op het LCD-scherm weer als de scène herkend
wordt.
Zie pagina 53 voor meer informatie.
Pictogram voor scèneherkenning
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
21
NL
zEenvoudig weergeven
Als u op de (weergave)-toets drukt terwijl de modusknop op (Eenvoudig opnemen)
is ingesteld, wordt de tekst op het weergavescherm groter en eenvoudiger leesbaar.
Daarnaast is alleen de wisfunctie beschikbaar.
[Weergavefunctie] is ingesteld op [Datumweergave] wanneer u een geheugenkaart gebruikt.
(Wissen)-toets U kunt het momenteel weergegeven beeld verwijderen.
Selecteer [OK] t z.
MENU-toets U kunt het momenteel weergegeven beeld wissen met [Enkel beeld
wissen] en alle afbeeldingen in het geselecteerde datumbereik of
het interne geheugen (indien geselecteerd) wissen met [Alle
beelden wissen].
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
22
NL
Autom. Programma
Hiermee kunt u opnemen terwijl de belichting automatisch wordt aangepast (zowel de sluitertijd
als de diafragmawaarde). U kunt ook verschillende instellingen selecteren met het menu.
1 Zet de modusknop op (Autom. Programma).
2 Maak een foto met de sluiterknop.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
23
NL
Panorama door beweging
Hiermee kunt u verschillende beelden samenvoegen tot een panoramisch beeld.
1 Zet de modusknop op (Panorama door beweging).
2 Richt de camera op de rand van het onderwerp
en druk vervolgens de sluiterknop volledig in.
3 Pan de camera tot aan het einde en volg
hierbij de hulpbalk op het LCD-scherm.
Als u er niet in slaagt het hele onderwerp te pannen binnen de opgegeven tijd, wordt een deel van het
samengestelde beeld grijs weergegeven. Wanneer dit het geval is, moet u de camera sneller bewegen om
een volledig panoramisch beeld op te nemen.
Omdat verschillende beelden aan elkaar worden gehecht, zal het gehechte deel niet volledig zuiver
worden opgenomen.
Onder zwakke belichtingsomstandigheden kunnen panoramabeelden wazig zijn of kunnen de opnamen
mislukken.
Bij onderwerpen met flikkerende lichten, zoals bij fluorescerend licht, is de helderheid of het kleur van
het samengestelde beeld niet altijd gelijk.
Wanneer de helderheid, de kleur en de scherpstelling van de volledige opnamehoek van het
panoramische beeld sterk afwijken van de hoek waarbinnen u de scherpstelling en de belichting hebt
vergrendeld met de AE/AF-vergrendeling, zal de opname niet lukken. Wijzig in dat geval de
vergrendelingshoek en maak de opname opnieuw.
Panorama door beweging werkt niet in de volgende situaties:
Bij bewegende onderwerpen
Wanneer het onderwerp zich te dicht bij de camera bevindt
Bij beelden met een repetitief patroon, zoals tegels, en beelden met weinig contrast, zoals de lucht, een
zandstrand of een gazon
Bij beelden die constant wijzigen, zoals golven of een waterval
Bij beelden in zonlicht of onder kunstlicht enz. dat veel helderder is dan het omgevingslicht
In de volgende gevallen kunt u geen panoramische beelden opnemen:
Wanneer u de camera te snel of te traag pant
Wanneer er te veel cameratrillingen zijn
Opmerkingen
Dit deel wordt niet gebruikt
Hulpbalk
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
24
NL
zDe opnamerichting of het beeldformaat van een
panoramisch beeld wijzigen
Opnamerichting: MENU t [Opnamerichting] t selecteer [Naar rechts],
[Naar links], [Naar boven] en [Naar beneden] t z
Beeldformaat: MENU t [Beeldformaat] t selecteer [Standaard] of [Breed]
t z
zTips voor het maken van panoramische beelden
Pan de camera aan een constante snelheid en in de richting die aangegeven wordt op het
LCD-scherm. Panorama door beweging is meer geschikt voor stilstaande onderwerpen dan
voor bewegende onderwerpen.
Bepaal eerst wat u zult opnemen en druk vervolgens de sluiterknop half in, zodat de scherpstelling,
belichting en witbalans vergrendeld worden.
Pas de kadrering aan zodat een grillige scène zich in het midden van het beeld bevindt.
Verticale richting Horizontale richting
Zo klein
mogelijke radius
zDoor panoramische beelden scrollen
U kunt scrollen door een panoramisch beeld door te drukken op z op de regeltoets terwijl
een panoramisch beeld wordt weergegeven. Druk op de W (zoom)-toets om het volledige
beeld opnieuw weer te geven.
Panoramische beelden kunt u weergeven met de bijgeleverde software "PMB" (pagina 104).
Panoramische beelden opgenomen met andere camera's worden mogelijk niet correct gescrold.
Bedieningstoets Beschrijving
z Beelden weergeven om te
scrollen/stoppen
b/B/v/V Beelden scrollen
W Het volledige beeld weergeven
Toont het weergegeven deel
van het panoramische beeld
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
25
NL
Scènekeuze
Hiermee kunt u opnemen met vooraf ingestelde instellingen op basis van de scène.
1 Zet de modusknop op (Scènekeuze).
2 Selecteer de gewenste functie t z op de regeltoets
Druk op de MENU-toets als u naar een andere scène wilt overschakelen.
(Hoge
gevoeligheid)
Hiermee worden wazige beelden
voorkomen wanneer u beelden zonder
flitser opneemt bij weinig licht.
(Soft Snap)
Hiermee kunt u beelden opnemen met een rustigere
achtergrond voor portretten en bloemen, enzovoort.
(Landschap)
Hiermee kunt eenvoudig verre scènes opnemen door in
de verte scherp te stellen. Neemt levendige beelden op
van een blauwe hemel en flora.
(Schemer-
portret)
Hiermee kunt u scherpe beelden van personen opnemen
met de nachtweergave in de achtergrond zonder de
atmosfeer te verliezen.
(Schemer)
Hiermee kunt u 's nachts beelden in de verte opnemen
zonder de donkere atmosfeer van de omgeving te
verliezen.
(Voedsel)
Gaat over op de macrofunctie zodat u voedsel kunt
fotograferen in heerlijk ogende, heldere kleuren.
(Huisdieren)
Hiermee kunt u opnames maken van uw huisdier met de
beste instellingen.
(Strand)
Hiermee kunt u de blauwe kleur van het water duidelijk
opnemen als u aan het water opneemt.
(Sneeuw)
Hiermee kunt u duidelijke beelden opnemen waarbij
flauwe kleuren worden voorkomen bij sneeuwscènes of
andere plaatsen waar het hele beeld wit lijkt.
(Vuurwerk)
Hiermee neemt u vuurwerk in alle pracht op.
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
26
NL
Wanneer u beelden opneemt met (Schemer-portret), (Schemer) of (Vuurwerk), is de sluitertijd
langer en vertonen de beelden vaak beeldwaas. U kunt het beste een statief gebruiken om wazige foto's te
voorkomen.
Om afhankelijk van de scène, het beeld op de juiste wijze op te nemen, bepaalt de camera de
meest geschikte combinatie van functie-instellingen. geeft instellingen aan die kunnen worden
veranderd, en – geeft instellingen aan die niet kunnen worden veranderd.
De onderstaande pictogrammen [Flitser] en [Zelfontsp.] geven de beschikbare functies aan.
Sommige functies kunnen niet worden ingesteld, afhankelijk van de gekozen scènekeuzefunctie.
*
1
[Flitser] voor [Witbalans] kan niet worden geselecteerd.
*
2
[Uit] voor [Gezichts-herkenning] kan niet worden geselecteerd.
Opmerking
Functies die u in de scènekeuze kunt gebruiken
Flitser
Gezichts-
herkenning/
Lach-sluiter
Zelfontsp.
Burstinstel-
lingen
Witbalans
Dichte-
ogenvermin-
dering
—*
1
*
2
——
— —
——
——
— —
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
27
NL
Bewegende beeldn
Hiermee kunt u bewegende beelden opnemen.
1 Zet de modusknop op (Bewegende beeldn).
2 Druk de sluiterknop volledig in.
3 Als u wilt stoppen met opnemen, drukt u de sluiterknop nogmaals volledig
in.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
28
NL
Zoom
U kunt het beeld vergroten bij het maken van opnames. Met de optische zoomfunctie van de
camera kunt u beelden tot 7× vergroten.
1 Druk op de W/T (zoom)-toets.
Druk op de T-toets om in te zoomen en op de W-toets om uit te
zoomen.
Zie pagina 74 als de zoomvergrotingsfactor groter is dan 7×.
De zoom is vergrendeld aan de W-kant bij het opnemen in de functie Panorama door beweging.
Het bedieningsgeluid van de lens wordt opgenomen wanneer de zoomfunctie in werking treedt tijdens
het opnemen van bewegende beelden.
Opmerkingen
T-toets
W-toets
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
29
NL
DISP (Scherminstellingen)
1 Druk op DISP (Scherminstellingen) op de regeltoets.
2 Selecteer de gewenste functie met de regeltoets.
Regel de helderheid van het scherm naar boven bij als u beelden bij helder natuurlijk licht wilt
weergeven. Het batterijniveau kan echter sneller afnemen in deze omstandigheden.
(Helder +
alleen Beeld)
Maakt het scherm helderder en geeft alleen
beelden weer.
(Helder +
Belichtingsgeg.)
(Alleen
weergavefunctie)
Maakt het scherm helderder en geeft de
informatie weer.
Exif-gegevens van het opgenomen beeld
worden eveneens weergegeven.
(Helder) Maakt het scherm helderder en geeft de
informatie weer.
(Normaal) Stelt het scherm in op de standaardhelderheid
en geeft de informatie weer.
Opmerking
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
30
NL
Flitser
1 Druk op (Flitser) op de regeltoets.
2 Selecteer de gewenste functie met de regeltoets.
De flitser gaat twee keer af. De eerste flits wijzigt de lichthoeveelheid.
Tijdens het opladen van de flitser wordt weergegeven.
U kunt tijdens burstopnames de flitser niet gebruiken.
In de functie Slim automatisch instellen of Eenvoudig opnemen kunt u alleen [Autom.] of [Uit]
selecteren.
In Panorama door beweging is de flitser ingesteld op [Uit].
(Autom.) De flitser wordt automatisch geactiveerd in donkere locaties of bij
tegenlicht.
(Aan) Flitser werkt altijd.
(Lgz
synchro)
Flitser werkt altijd.
De sluitertijd is lang in een donkere omgeving om de achtergrond
helder op te kunnen nemen die buiten het bereik is van het flitslicht.
(Uit) Flitser werkt niet.
Opmerkingen
zAls "witte cirkelvormige vlekken" verschijnen op
foto's die met een flitser genomen zijn
Dit wordt veroorzaakt door deeltjes (stof, pollen, enz.) die in de buurt van de lens
rondzweven. Als deze door de flitser van de camera worden geaccentueerd, verschijnen ze
als witte cirkelvormige vlekken.
Hoe kunnen de "witte cirkelvormige vlekken" worden teruggedrongen?
Verlicht het vertrek en neem het onderwerp op zonder flitser.
Selecteer de functie (Hoge gevoeligheid) bij Scènekeuze. ([Uit] wordt automatisch geselecteerd.)
Camera
Onderwerp
Deeltjes (stof, pollen, enz.) in
de lucht
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
31
NL
Lach-sluiter
Wanneer de camera een glimlach detecteert, gaat de sluiterknop automatisch af.
1 Druk op (Lach) op de regeltoets.
2 Wacht tot er een lach gedetecteerd wordt.
Als het lachniveau hoger is dan het b-punt op de aanduiding,
dan neemt de camera automatisch beelden op.
Als u op de sluiterknop drukt terwijl Lach-sluiter actief is,
neemt de camera het beeld op en keert deze vervolgens terug
naar de functie Lach-sluiter.
3 Druk opnieuw op (Lach) om op te houden met
opnemen.
Het opnemen met de lach-sluiter houdt automatisch op als de geheugenkaart of het interne geheugen vol
is.
Lachen wordt mogelijk niet correct herkend afhankelijk van de omstandigheden.
U kunt de digitale zoomfunctie niet gebruiken.
Als de functie Panorama door beweging of Bewegende beelden geselecteerd is, kunt u de functie Lach-
sluiter niet gebruiken.
Opmerkingen
Aanduiding lach-
herkenn.gevoeligheid
Frame gezichtsherkenning
zTips voor het beter vastleggen van een lach
De sluiter treedt in werking als een persoon lacht van wie het gezicht wordt herkend.
U kunt met [Gezichts-herkenning] het onderwerp selecteren dat voorrang krijgt voor
gezichtsherkenning. Om lach-herkenning voor een ander gezicht uit te voeren, verandert u het
voorkeursgezicht met z op de regeltoets (pagina 56).
Als er geen lach wordt herkend, stelt u de [Lach-herkenn.gevoeligheid] in het instellingenmenu in.
1 Zorg ervoor dat de ogen niet bedekt zijn door het haar.
Verstop het gezicht niet achter een hoed, masker,
zonnebril, enz.
2 Probeer het gezicht recht voor de camera te plaatsen en
zo horizontaal mogelijk. Knijp de ogen dicht.
3 Zorg voor een duidelijke lach met een open mond. De
lach is makkelijker te detecteren wanneer de tanden
zichtbaar zijn.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
32
NL
Zelfontsp.
1 Druk op (Zelfontsp.) op de regeltoets.
2 Selecteer de gewenste functie met de regeltoets.
In de functie Eenvoudig opnemen kunt u alleen [10 sec] of [Uit] selecteren.
In de functie Bewegende beelden kan [Zelfportret één persoon] of [Zelfportret twee personen] niet
worden geselecteerd.
U kunt de zelfontspanner niet gebruiken wanneer u opnames maakt met de functie Panorama door
beweging.
(Uit) De zelfontspanner wordt niet gebruikt.
(10 sec) De zelfontspanner met een vertraging van 10 seconden wordt
ingesteld.
Wanneer u op de sluiterknop drukt, knippert het
zelfontspannerlampje en hoort u een pieptoon tot de sluiter werkt.
Druk nogmaals op om te annuleren.
(2 sec) De zelfontspanner met een vertraging van 2 seconden wordt
ingesteld.
(Zelfportret
één persoon)
Stel de zelfontspanner in op de zelfportrettimer.
Wanneer de camera het opgegeven aantal gezichten gedetecteerd
heeft, hoort u een pieptoon, waarna 2 seconden later de sluiter in
werking treedt. Zorg ervoor dat u de camera tijdens deze fase niet
beweegt.
(Zelfportret
twee personen)
Opmerkingen
zAutomatisch opnemen met de Zelfportrettimer
Richt de lens op uzelf zodat uw gezicht wordt weergegeven in het LCD-scherm. De camera
detecteert de subjecten, waarna de sluiter in werking treedt. De camera bepaalt de optimale
compositie en voorkomt dat gezichten worden weggeknipt uit het LCD-scherm.
U kunt ook een opname maken door de sluiterknop in te drukken
tijdens deze handeling.
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
33
NL
zTips om wazige beelden te voorkomen
Als u uw handen of uw lichaam beweegt wanneer u de camera vasthoudt en de sluiterknop
indrukt, komen "camerabewegingen" voor. Camerabeweging komt geregeld voor onder
omstandigheden met weinig licht of trage sluitertijd zoals bij de functie (Schemer-
portret) of (Schemer).
Neem in dit geval foto's met onderstaande tips in het achterhoofd.
Gebruik de zelfontspanner met een vertraging van
2 seconden om een foto te maken en stabiliseer de
camera door uw armen strak langs uw zijde te
houden nadat u de sluiterknop hebt ingedrukt.
Gebruik een statief of plaats de camera op een plat
oppervlak om de camera stil te houden.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
34
NL
Stilstaande beelden weergeven
1 Druk op de (weergave)-toets om over te schakelen naar de
weergavestand.
2 Selecteer een beeld met de regeltoets.
zBeelden bekijken die met een andere camera
opgenomen zijn
Deze camera maakt een databasebestand aan op de geheugenkaart en registreert elk
opgenomen beeld in dat bestand voor latere weergave. Als de camera beelden detecteert die
niet werden geregistreerd in het databasebestand op de geheugenkaart, wordt het
registratiescherm "Niet-herkende bestanden gevonden Bestanden importeren"
weergegeven.
Als u niet-geregistreerde beelden wilt weergeven, selecteert u [OK] om de beelden te
registreren.
Gebruik een volledig opgeladen accu voor de registratie. Als u probeert niet-geregistreerde
bestanden te registreren terwijl de accu bijna leeg is, kan de accu helemaal leeg raken. Hierdoor kan
het kopiëren mislukken en kunnen de gegevens zelfs beschadigd raken.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
35
NL
Weergavezoom
Speelt het vergrote beeld af.
1 Druk op de (Weergavezoom)-toets terwijl u een
stilstaand beeld bekijkt.
Het beeld wordt vergroot tot twee keer het vorige formaat, in het
midden van het beeld.
2 Regel de positie met de regeltoets.
3 Wijzig de zoomvergrotingsfactor met de W/T (zoom)-
toets.
Druk op de (T)-toets om in te zoomen en op de W-toets om uit te
zoomen.
Druk op z om de weergavezoom te annuleren.
Toont het
weergegeven deel van
het volledige beeld
zVergrote beelden opslaan
U kunt een vergroot beeld opslaan met behulp van de trimfunctie.
Druk op MENU t [Bijwerken] t [Trimmen (formaat wijz.)].
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
36
NL
Beeldindex
Geeft tegelijkertijd meerdere beelden weer.
1 Druk op de (weergave)-toets om over te schakelen naar de
weergavestand.
2 Druk op de (Index)-toets om het beeldindexscherm weer te geven.
Druk opnieuw op de toets om een indexscherm weer te geven met meer beelden. Druk
nogmaals op deze toets om beelden weer te geven met de Kalender bij weergave in
[Datumweergave].
3 Selecteer een beeld met de regeltoets en druk op z om terug te keren
naar het enkelbeeldscherm.
Als de modusknop is ingesteld op (Eenvoudig opnemen), kunt u geen beelden weergeven in de
indexweergavefunctie.
Opmerking
zBeelden weergeven van de gewenste datum/map
Selecteer met de regeltoets de balk aan de linkerkant en
selecteer vervolgens de gewenste datum/map met v/V.
zBeelden bekijken met de Kalender
Wanneer [Weergavefunctie] ingesteld is op [Datumweergave], drukt u op de (index)-
toets om beelden weer te geven met de Kalender, terwijl de index meer beelden weergeeft.
Om de maand te selecteren die u wilt weergeven, selecteert u /
met de regeltoets en daarna de gewenste maand.
Om beelden weer te geven met de geselecteerde datum in de
indexfunctie, selecteert u de datum met de regeltoets en drukt u op
z.
Selecteer met de regeltoets en druk vervolgens op z om de
Kalender te verlaten.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
37
NL
Wissen
Hiermee kunt u ongewenste beelden selecteren om te wissen. U kunt ook beelden wissen met de
MENU-toets (pagina 66).
1 Druk op de (weergave)-toets om over te schakelen naar de
weergavestand.
2 (Wissen)-toets t gewenste functie t z op de regeltoets
In de functie Eenvoudig weergeven kunt u alleen het momenteel weergegeven beeld wissen.
De Weergavefunctie is ingesteld op [Mapweergave] als u het interne geheugen gebruikt voor het
opnemen van beelden.
Alle beelden in datumbereik
Alle in deze map
Hiermee verwijdert u in een keer alle beelden in het
datumbereik, de geselecteerde map.
Druk op [OK] t z na stap 2.
Meerdere beelden U kunt meerdere beelden selecteren en wissen.
Doe na stap 2 het volgende.
1Selecteer een beeld en druk vervolgens op z.
Herhaal de bovenstaande stappen tot er geen beelden
meer moeten gewist worden. Selecteer een beeld met
een -markering opnieuw om de -markering
ongedaan te maken.
2MENU t [OK] t z
Dit beeld Hiermee wist u het momenteel weergegeven beeld in de
enkelbeeldfunctie.
Sluiten Hiermee annuleert u het wissen.
Opmerkingen
zU kunt schakelen tussen de indexfunctie en de
enkelbeeldfunctie bij het selecteren van beelden
Druk op de (T)-zijde van de W/T (zoom)-toets in de
indexfunctie om terug te keren naar de enkelbeeldfunctie en
druk op de (Index)-toets (W) in de enkelbeeldfunctie om
terug te keren naar de indexfunctie.
U kunt ook schakelen tussen de indexfunctie en de enkelbeeldfunctie
in [Beveiligen], [DPOF] of [Afdrukken].
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
38
NL
Films weergeven
1 Druk op de (weergave)-toets om over te schakelen naar de
weergavestand.
2 Selecteer een film met de regeltoets.
3 Druk op z.
Het afspelen van de film start.
Beelden die met andere camera's zijn opgenomen, kunnen soms niet worden afgespeeld.
Door de bedieningsbalk weer te geven kunt u de langzame weergave van bewegende beelden en
het volumeniveau instellen.
1 Druk op V op de besturingsknop.
De bedieningsbalk wordt afgebeeld.
2 Selecteer de gewenste toets met b/B, en druk
daarna op z.
Regeltoets Weergavefunctie
z Weergave stoppen
B Snel vooruit
b Snel achteruit
V Hiermee geeft u de bedieningsbalk weer.
Opmerking
De bedieningsbalk weergeven
Toets Beschikbare functies
Achteruitspoelen
Weergeven/Stoppen
Vooruitspoelen
Langzaam weergeven
Volumeniveau instellen
De bedieningsbalk gaat uit
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
39
NL
zHet scherm voor weergave van films
Selecteer het beeld dat u wilt weergeven met b/B op de regeltoets en druk op z.
De weergavebalk wordt weergegeven waar u de afspeelpositie van een film kunt bekijken.
Weergavebalk
, of verschijnt op het scherm voor weergave van
films.
Het weergegeven pictogram kan variëren afhankelijk van het
beeldformaat en de -kwaliteit.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
40
NL
Opnamerichting
Selecteer de richting waarin u de camera wilt pannen bij het nemen van beelden met Panorama
door beweging.
1 MENU t (Opnamerichting) t gewenste richting
(Naar rechts) Van links naar rechts pannen.
(Naar links) Van rechts naar links pannen.
(Naar boven) Van onder naar boven pannen.
(Naar
beneden)
Van boven naar onder pannen.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
41
NL
Beeldformaat
Het beeldformaat bepaalt de grootte van het beeldbestand dat opgenomen wordt als u een beeld
opneemt.
Hoe groter het beeldformaat, hoe meer detail er zal worden weergegeven als het beeld in groot
formaat afgedrukt wordt op papier. Hoe kleiner het beeldformaat, hoe meer beelden er kunnen
worden opgenomen.
1 MENU t (Beeldformaat) t gewenst formaat
Als u stilstaande beelden afdrukt die opgenomen zijn met breedte-/hoogteverhouding 16:9, is het
mogelijk dat beide randen afgesneden worden.
Bij opname van stilstaande beelden
Beeldformaat Gebruiksrichtlijnen Aantal
beelden
Afdrukken
(4320×3240) Voor afdrukken tot maximaal A3+
formaat
Minder
Meer
Fijn
Ruw
(3648×2736)
(2592×1944) Voor afdrukken van 10 × 15 cm tot
A4-formaat
(640×480) Voor e-mailbijlages
(4320×2432) Voor weergave op een
hogedefinitietelevisie en voor
afdrukken tot A3-formaat
Minder
Meer
Fijn
Ruw
(1920×1080) Voor weergave op een hoge-
definitietelevisie
Opmerking
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
42
NL
Hoe groter het beeldformaat, hoe hoger de beeldkwaliteit. Hoe hoger het aantal gegevens dat per
seconde gebruikt wordt (gemiddelde bitsnelheid), hoe vloeiender het afgespeelde beeld.
De films gemaakt met deze camera worden opgenomen in MPEG-4 AVC/H.264, ongeveer 30
frames per seconde, Progressive, AAC, mp4-formaat.
Als het beeldformaat [VGA] wordt gekozen voor films krijgt u een teleopname.
In de functie eenvoudig opnemen
Groot Neemt beelden op in het formaat [14M].
Klein Neemt beelden op in het formaat [5M].
Bij het opnemen van beelden met Panorama door
beweging
(Standaard)
(Verticaal: 3424×1920)
(Horizontaal: 4912×1080)
Beelden opnemen in standaardformaat.
(Breed)
(Verticaal: 4912×1920)
(Horizontaal: 7152×1080)
Beelden opnemen in breedformaat.
Bij opname van films
Beeldformaat van films Gemiddelde
bitsnelheid
Gebruiksrichtlijnen
1280×720 (Fijn) 9 Mbps Films van de hoogste kwaliteit
opnemen voor weergave op een HDTV
1280×720 (Standaard) 6 Mbps Films van standaardkwaliteit opnemen
voor weergave op een HDTV
VGA 3 Mbps Opnemen in een beeldformaat dat
geschikt is om te uploaden naar het
internet
Opmerking
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
43
NL
zOver "beeldkwaliteit" en "beeldformaat"
Een digitaal beeld is samengesteld uit een groot aantal kleine puntjes die pixels worden
genoemd.
Als een beeld uit veel pixels bestaat, is het beeld groot, neemt het meer geheugenruimte in
beslag en wordt het zeer gedetailleerd weergegeven. "Beeldformaat" wordt aangegeven
door het aantal pixels. Hoewel u op het scherm van de camera het verschil niet kunt zien,
verschillen de kleine details en de verwerkingstijd wanneer het beeld wordt afgedrukt of
weergegeven op een computerscherm.
Beschrijving van de pixels en het beeldformaat
1 Beeldformaat: 14M
4320 pixels × 3240 pixels = 13.996.800 pixels
2 Beeldformaat: VGA
640 pixels × 480 pixels = 307.200 pixels
Veel pixels
(Hoge beeldkwaliteit en groot bestand)
Weinig pixels
(Lage beeldkwaliteit maar klein bestand)
Pixels
Pixel
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
44
NL
Flitser
In de functie eenvoudig opnemen kunt u de flitsinstelling ook selecteren met behulp van de
MENU-toets.
1 Zet de modusknop op (Eenvoudig opnemen).
2 MENU t [Flitser] t z op de regeltoets
3 Selecteer de gewenste functie.
Autom. De flitser wordt automatisch geactiveerd in donkere locaties of bij
tegenlicht.
Uit Hiermee wordt de flitser niet gebruikt.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
45
NL
Burstinstellingen
U kunt de enkelbeeldfunctie of burstfunctie selecteren.
1 MENU t (Burstinstellingen) t gewenste functie
(Één beeld) Hiermee neemt u een enkelbeeld op.
(Burst) Hiermee worden maximaal 100 beelden achter elkaar opgenomen
wanneer u de sluiterknop ingedrukt houdt.
De functie Burst is niet beschikbaar voor de functies Eenvoudig
opnemen, Panorama door beweging, Bewegende beelden en Lach-
sluiter.
De flitser is ingesteld op [Uit].
Als u opneemt met de zelfontspanner, wordt een reeks van maximaal vijf
beelden opgenomen.
Het opname-interval wordt mogelijk langer, afhankelijk van de instelling
voor het beeldformaat.
Als de accu bijna leeg is of als het interne geheugen of de geheugenkaart
vol is, stopt de burstfunctie.
[Scherpstellen], [Witbalans] en [EV] worden voor het eerste beeld
ingesteld en deze instellingen worden ook gebruikt voor de andere
beelden.
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
46
NL
EV
U kunt de belichting handmatig bijregelen in stappen van 1/3 EV –2.0 EV tot +2.0 EV.
1 MENU t (EV) t gewenste EV-instelling
In de functie eenvoudig opnemen kan de EV-instelling niet aangepast worden.
Wanneer u een onderwerp onder bijzonder heldere of donkere omstandigheden opneemt of wanneer u de
flitser gebruikt, kan de belichting mogelijk niet goed worden ingesteld.
Opmerkingen
zDe belichting aanpassen voor beter uitziende
beelden
Overbelichting = te veel licht
Te licht beeld
Lagere EV-instelling
Juiste belichting
Hogere EV-instelling +
Onderbelichting = te weinig licht
Te donker beeld
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
47
NL
ISO
Hiermee kunt u de lichtgevoeligheid instellen wanneer de camera in de automatische
programmafunctie staat.
1 Zet de modusknop in de stand (Autom. Programma).
2 MENU t (ISO) t gewenste functie
Andere ISO-instellingen dan [ISO AUTO], [ISO 80] tot [ISO 800] kunnen niet worden geselecteerd als
de opnamefunctie ingesteld is op Burst of als [DRO] ingesteld is op [DRO plus].
(Autom.) Hiermee wordt de ISO-gevoeligheid automatisch geselecteerd.
////
//
U kunt beeldwazigheid op donkere plaatsen of bij bewegende
onderwerpen terugdringen door de ISO-gevoeligheid te verhogen
(kies een hogere waarde).
Opmerking
zDe ISO-gevoeligheid aanpassen (aanbevolen
belichtingsindex)
De ISO-gevoeligheid is een snelheidswaarde voor opnamemedia met een beeldsensor die
het licht opvangt. Zelfs wanneer de belichting hetzelfde is, verschillen de beelden
afhankelijk van de ISO-gevoeligheid.
Hoge ISO-gevoeligheid
Neemt een helder beeld op, zelfs in donkere omgevingen, terwijl de
sluitertijd wordt verlengd om de wazigheid te verminderen.
Het beeld wordt echter korrelig.
Lage ISO-gevoeligheid
Neemt een vloeiender beeld op.
Het beeld wordt echter donkerder als de belichting onvoldoende is.
zTips om wazige beelden te voorkomen
Hoewel de camera stabiel is, beweegt het onderwerp tijdens de belichting zodat het wazig
wordt opgenomen als de sluiterknop wordt ingedrukt. Camerabewegingen worden
automatisch verminderd, maar deze functie vermindert onderwerpwazigheid niet efficiënt.
Onderwerpwazigheid komt geregeld voor bij weinig licht of bij een trage sluitertijd.
Neem in dit geval foto's met onderstaande tips in het achterhoofd.
Kies een hogere ISO-gevoeligheid voor een kortere
sluitertijd en druk op de sluiterknop voordat het
onderwerp beweegt.
Selecteer de functie (Hoge gevoeligheid) bij
Scènekeuze.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
48
NL
Witbalans
Wijzigt de kleurtonen volgens de omliggende lichtomstandigheden. Gebruik deze functie als de
beeldkleur onnatuurlijk lijkt.
1 MENU t (Witbalans) t gewenste functie
[Witbalans] kan niet worden aangepast in de functies Slim automatisch instellen of Eenvoudig opnemen.
[Flitser] bij [Witbalans] kan niet worden aangepast in de volgende situaties:
Bij Panorama door beweging
Bij de functie Bewegende beelden
Wanneer Scènekeuze ingesteld is op de functie (Hoge gevoeligheid).
Het is mogelijk dat de witbalansfunctie niet goed werkt onder fluorescerende lampen die flikkeren, zelfs
niet als u [Fluorescerend Witbalans 1], [Fluorescerend Witbalans 2] of [Fluorescerend Witbalans 3] hebt
ingesteld.
Bij opnemen met een flitser in een andere functie dan [Flitser], wordt [Witbalans] ingesteld op [Autom.].
Wanneer de flitser is ingesteld op [Aan] of [Lgz synchro], kan de witbalans enkel worden ingesteld op
[Autom.], [Flitser], [1× drukken] of [1× druk.inst.].
[1× druk.inst.] kan niet worden geselecteerd tijdens het laden van de flitser.
(Autom.) Hiermee wordt de witbalans automatisch aangepast zodat de
kleuren natuurlijk lijken.
(Daglicht) Hiermee wordt gecompenseerd voor omstandigheden buiten op een
mooie dag, avondzichten, nachtelijke scènes, neonreclames,
vuurwerk enz.
(Bewolkt) Hiermee wordt gecompenseerd voor een bewolkte lucht of
schaduwrijke omgeving.
(Fluorescerend
Witbalans 1)
(Fluorescerend
Witbalans 2)
(Fluorescerend
Witbalans 3)
[Fluorescerend Witbalans 1]: hiermee wordt gecompenseerd voor
wit fluorescerende verlichting.
[Fluorescerend Witbalans 2]: hiermee wordt gecompenseerd voor
natuurlijk wit fluorescerende verlichting.
[Fluorescerend Witbalans 3]: hiermee wordt gecompenseerd voor
dagwit fluorescerende verlichting.
n (Gloeilamp) Hiermee wordt gecompenseerd voor plaatsen onder een gloeilamp
of onder felle verlichting, zoals in een fotostudio.
(Flitser) Hiermee wordt gecompenseerd voor de flitser.
(1× drukken) Past afhankelijk van de lichtbron de witbalans aan. De witte kleur
die opgeslagen is in de stand [1× druk.inst.] wordt de witte
basiskleur. Gebruik deze instelling als [Autom.] of andere standen
de kleur niet correct kunnen instellen.
(1×
druk.inst.)
Onthoudt de witte basiskleur die gebruikt wordt in de stand [1×
drukken].
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
49
NL
1 Geef een wit voorwerp, zoals een vel papier, volledig weer op het scherm
onder dezelfde lichtomstandigheden als waarmee u het onderwerp wilt
opnemen.
2 MENU t (Witbalans) t [1× druk.inst.] t z op de regeltoets
Het scherm wordt even zwart en als de witbalans aangepast is en in het geheugen is
opgeslagen, wordt het opnamescherm opnieuw weergegeven.
Als de -aanduiding knippert tijdens het opnemen, is de witbalans niet ingesteld of kan deze niet
worden ingesteld. Gebruik de automatische witbalans.
Stel de camera niet bloot aan schokken of trillingen als [1× druk.inst.] is geactiveerd.
Als de flitser is ingesteld op [Aan] of [Lgz synchro], wordt de witbalans aangepast aan de situatie waarbij
de flitser flitst.
Om de witte basiskleur vast te leggen in de stand
[1× druk.inst.]
Opmerkingen
zUitwerking van lichtomstandigheden
De natuurlijke kleur van het onderwerp wordt beïnvloed door de
belichtingsomstandigheden.
De kleurtinten worden automatisch aangepast, maar u kunt ook de kleurtinten handmatig
aanpassen met behulp van de functie Witbalans.
Weer/lichtbron
Daglicht Bewolkt Fluorescerend Gloeilamp
Kenmerken van
het licht
Wit (standaard) Blauwachtig Groengetint Roodachtig
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
50
NL
Scherpstellen
U kunt de scherpstellingsmethode wijzigen. Gebruik het menu als het moeilijk is goed scherp te
stellen met de functie voor automatische scherpstelling.
AF staat voor "Auto Focus" (automatische scherpstelling), een functie die de scherpstelling
automatisch aanpast.
1 MENU t (Scherpstellen) t gewenste functie
Wanneer u [Digitale zoom] of [AF-verlicht.] gebruikt, wordt het AF-bereikzoekerframe uitgeschakeld en
in een stippellijn weergegeven. In dit geval wordt voor de scherpstelling voorrang gegeven aan
onderwerpen rond het midden van het frame.
Als de scherpstelling op iets anders dan [Multi-AF] is ingesteld, dan kunt u de
gezichtsherkenningsfunctie niet gebruiken.
De schersptellingsfunctie wordt vergrendeld op [Multi-AF] in de volgende situaties:
Bij Slim automatisch instellen
In de functie eenvoudig opnemen
Bij de functie Bewegende beelden
Als de lach-sluiterfunctie actief is
Als de zelfontspanner ingesteld is op [Zelfportret één persoon] of [Zelfportret twee personen]
(Multi-AF) Hiermee wordt automatisch scherpgesteld
op een onderwerp in het hele bereik van het
zoekerframe.
Als u de sluiterknop half indrukt in de
opnamefunctie voor stilstaande beelden,
wordt een groen frame weergegeven rond
het gebied waarop scherpgesteld is.
Als de gezichtsherkenningsfunctie actief is, werkt AF met voorrang voor
gezichten.
(Midden-AF) Hiermee wordt automatisch scherpgesteld
op een onderwerp in het midden van het
zoekerframe. Als u dit gebruikt met de AF-
vergrendelfunctie, kunt u de gewenste
beeldcompositie opnemen.
(Punt-AF) Hiermee wordt automatisch scherpgesteld
op een zeer klein onderwerp of een klein
gebied. Als u dit gebruikt met de AF-
vergrendelfunctie, kunt u de gewenste
beeldcompositie opnemen. Houd de camera
stevig vast zodat het onderwerp en het AF-
bereikzoekerframe op één lijn blijven.
Opmerkingen
AF-bereikzoekerframe
AF-bereikzoekerframe
AF-bereikzoekerframe
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
51
NL
zScherpstellen op onderwerpen nabij de rand van
het scherm
Als er niet is scherpgesteld op het onderwerp, doet u het volgende:
1Stel de opname opnieuw zodanig samen dat het
onderwerp zich in het midden van de AF-
bereikzoeker bevindt en druk de sluiterknop half
in om op het onderwerp scherp te stellen (AF-
vergrendeling).
2Wanneer de aanduiding voor AE/AF-
vergrendeling ophoudt met knipperen en blijft
branden, keert u terug naar het samengestelde
beeld en drukt u de sluiterknop volledig in.
Zolang u de sluiterknop niet volledig indrukt, kunt u de
procedure zo vaak als nodig opnieuw uitvoeren.
AF-
bereikzoekerframe
Aanduiding
voor AE/AF-
vergrendeling
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
52
NL
Lichtmeetfunctie
Hiermee kunt u de lichtmeetfunctie selecteren die bepaalt welk gedeelte van het onderwerp
wordt gemeten voor de berekening van de belichting.
1 MENU t (Lichtmeetfunctie) t gewenste functie
In de functie Bewegende beelden kan [Punt] niet worden geselecteerd.
Als de Lichtmeetfunctie op iets anders dan [Multi] is ingesteld, dan kunt u de functie Gezichtsherkenning
niet gebruiken.
De Lichtmeetfunctie wordt vergrendeld op [Multi] in de volgende situaties:
Bij Slim automatisch instellen
In de functie eenvoudig opnemen
Als de lach-sluiterfunctie actief is
Als de zelfontspanner ingesteld is op [Zelfportret één persoon] of [Zelfportret twee personen]
(Multi) Hiermee wordt het beeld opgedeeld in meerdere gedeelten en wordt
op elk gedeelte een lichtmeting uitgevoerd. De camera berekent een
uitgebalanceerde belichting (Lichtmeting met meerdere patronen).
(Midden) Hiermee wordt het midden van het beeld gebruikt voor de
lichtmeting en wordt de belichting berekend aan de hand van de
helderheid van dat gedeelte van het onderwerp (Lichtmeting met
nadruk op het midden).
(Punt) Hiermee wordt slechts een gedeelte van
het onderwerp gebruikt voor de
lichtmeting (Puntlichtmeting). Deze
functie is handig wanneer het
onderwerp tegenlicht heeft of wanneer
er een sterk contrast is tussen het
onderwerp en de achtergrond.
Opmerkingen
Dradenkruis van de
puntlichtmeting
Plaats dit op het onderwerp
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
53
NL
Scèneherkenning
In de functie Slim automatisch instellen, detecteert de camera automatisch de
opnameomstandigheden en maakt deze vervolgens de opname. Als een beweging wordt
gedetecteerd, wordt de ISO-gevoeligheid verhoogd op basis van de beweging om
onderwerpwazigheid te verminderen (Bewegingsherkenning).
1 MENU t (Scèneherkenning) t gewenste functie
Scèneherkenning werkt niet bij het gebruik van de digitale zoom.
Scèneherkenning wordt vergrendeld op [Autom.] in de volgende situaties:
Als de functie Burst geselecteerd is
Als de lach-sluiterfunctie actief is
Als de zelfontspanner ingesteld is op [Zelfportret één persoon] en [Zelfportret twee personen]
De beschikbare flitsinstellingen zijn [Autom.] en [Uit].
-scènes (Schemeropn. met statief) kunnen soms niet worden herkend in een omgeving waar trillingen
worden doorgegeven aan de camera, zelfs als deze is bevestigd op een statief.
Soms is de sluiter trager wanneer een scène wordt herkend als een (Schemeropn. met statief). Houd
de camera stil tijdens het opnemen.
Deze scènes worden mogelijk niet herkend afhankelijk van de situatie.
(Autom.) Als de camera de scène herkent, schakelt hij over naar de optimale
instellingen en neemt hij het beeld op.
(Geavanceerd)
Als de camera de scène herkent, schakelt hij over naar de optimale
instellingen. Als de camera (Schemer), (Schemer-portret),
(Schemeropn. met statief), (Tegenlichtopname) of
(Portretopn. met tegenlicht) herkent, wijzigt hij automatisch de
instelling en neemt hij nog een beeld op.
Wanneer u twee beelden na elkaar opneemt, wordt de + markering op het
pictogram groen.
Wanneer er twee beelden werden opgenomen, worden deze meteen na
de opname naast elkaar weergegeven.
Wanneer [Dichte-ogenvermindering] wordt weergegeven, worden 2
beelden automatisch genomen en wordt het beeld waar de ogen open zijn
automatisch geselecteerd. Raadpleeg "Wat is de functie dichte-
ogenvermindering?" voor meer informatie over de functie voor dichte-
ogenvermindering.
Opmerkingen
Voorbeeld van een afbeelding waar
(Tegenlichtopname) geactiveerd werd.
Pictogram en gids voor scèneherkenning
De camera herkent de volgende soorten scènes. Als de
camera de optimale scène bepaalt, geeft deze het
overeenkomstige pictogram en de overeenkomstige
gids weer.
(Schemer), (Schemer-portret),
(Schemeropn. met statief),
(Tegenlichtopname), (Portretopn. met
tegenlicht), (Landschap), (Macro),
(Portretopname)
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
54
NL
zTwee opnames maken en de beste achteraf kiezen -
dat is veel handiger! (Geavanceerde functie)
Wanneer de camera in [Geavanceerd] een moeilijk op te nemen scène herkent
( (Schemer), (Schemer-portret), (Schemeropn. met statief), (Tegenlichtopname)
en (Portretopn. met tegenlicht)), wordt de instelling als volgt gewijzigd en worden twee
beelden opgenomen met verschillende effecten, waarna u de beste opname kunt kiezen.
* Wanneer de flitser is ingesteld op [Autom.].
Eerste opname* Tweede opname
Opnemen in Lgz synchro Maakt opnames met een verhoogde gevoeligheid
en verminderde camerabewegingen
Opnemen in Lgz synchro gebaseerd op het
gezicht dat wordt opgelicht door de flitser
Maakt opnames met een verhoogde gevoeligheid
gebaseerd op het gezicht en verminderde
camerabewegingen
Opnemen in Lgz synchro Maakt opnames met een nog langere sluitertijd
zonder de gevoeligheid te verhogen
Opnemen met de flitser Maakt opnames met de helderheid en het contrast
van de achtergrond aangepast (DRO plus)
Opnemen gebaseerd op het gezicht dat
wordt opgelicht door de flitser
Maakt opnames met de helderheid en het contrast
tussen het gezicht en de achtergrond aangepast
(DRO plus)
zWat is de functie dichte-ogenvermindering?
Wanneer [Geavanceerd] is ingesteld, maakt de camera automatisch twee opeenvolgende*
opnames wanneer (Portretopname) wordt herkend. De camera selecteert, toont en slaat
automatisch het beeld op waarop de ogen niet gesloten zijn. Als de ogen gesloten zijn op
beide beelden, wordt de melding "Dichte ogen gedetecteerd" weergegeven.
* behalve wanneer de flitser afgaat/bij een lange sluitertijd
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
55
NL
Lach-herkenn.gevoeligheid
Hiermee selecteert u gevoeligheid van de lach-sluiterfunctie voor het herkennen van een lach.
1 MENU t (Lach-herkenn.gevoeligheid) t gewenste functie
Lachen wordt mogelijk niet correct herkend afhankelijk van de omstandigheden.
[Lach-herkenn.gevoeligheid] kan niet worden aangepast in de volgende situaties:
In de functie eenvoudig opnemen
Bij Panorama door beweging
Bij de functie Bewegende beelden
(Schaterlach) Detecteert een brede lach.
(Normale
lach)
Detecteert een normale lach.
(Glimlach) Detecteert een kleine lach.
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
56
NL
Gezichtsherkenning
Bij de functie voor gezichtsherkenning worden ook de instellingen voor scherpstelling, flitser,
belichting, witbalans en het rode-ogeneffect automatisch bepaald.
1 MENU t (Gezichtsherkenning) t gewenste functie
[Gezichtsherkenning] kan niet worden geselecteerd in de volgende situaties:
In de functie eenvoudig opnemen
Bij Panorama door beweging
Bij de functie Bewegende beelden
U kunt [Uit] selecteren als de zelfontspanner ingesteld is op [Zelfportret één persoon] of [Zelfportret
twee personen].
U kunt [Gezichtsherkenning] enkel selecteren als de scherpstelling ingesteld is op [Multi-AF] of als de
lichtmeetfunctie ingesteld is op [Multi].
De gezichtsherkenningsfunctie werkt niet bij gebruik van de digitale zoom.
Er kunnen maximaal 8 gezichten in de onderwerpen worden herkend.
Afhankelijk van de omstandigheden worden volwassenen en kinderen niet correct herkend.
Tijdens het opnemen met lach-sluiter, wordt [Gezichtsherkenning] automatisch ingesteld op [Autom.],
zelfs als het op [Uit] ingesteld is.
(Uit) Maakt geen gebruik van de gezichtsherkenningsfunctie.
(Autom.) Selecteert het gezicht waarop de camera automatisch dient scherp
te stellen.
(Voorkeur
voor kinderen)
Detecteert en neemt bij voorkeur het gezicht van kinderen op.
(Voorkeur
voor
volwassenen)
Detecteert en neemt bij voorkeur het gezicht van volwassenen op.
Opmerkingen
Frame gezichtsherkenning (wit)
Frame gezichtsherkenning (oranje)
Wanneer de camera meerdere onderwerpen herkent, zal de camera bepalen wat het
hoofdonderwerp is en de scherpstelling instellen met voorrang. Het frame voor
gezichtsherkenning van het hoofdonderwerp wordt oranje. Het frame waarop is
scherpgesteld, wordt groen door de sluiterknop half in te drukken.
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
57
NL
zHet gezicht met voorrang registreren (geselecteerd-
gezichtgeheugen)
Normaal gesproken selecteert de camera automatisch het gezicht waarop wordt
scherpgesteld aan de hand van de [Gezichtsherkenning]-instelling, maar u kunt ook zelf een
gezicht selecteren en registreren dat voorrang moet krijgen.
1Druk op z op de besturingsknop tijdens de gezichtsherkenning. Het meest linkse gezicht
wordt geregistreerd als het gezicht met voorrang en het kader verandert van in een
oranje kader ( ).
2Iedere keer wanneer u op z drukt, verspringt het gezicht met voorrang één gezicht naar
rechts. Druk herhaaldelijk op z totdat het oranje kader ( ) rond het gezicht wordt
afgebeeld dat u wilt registreren.
3Om het registreren van gezichten (uit) te schakelen, verplaatst u eerst het oranje kader
naar het meest rechtse gezicht, en drukt u daarna nogmaals op z.
Als het geregistreerde gezicht zich buiten het LCD-scherm beweegt, keert de camera terug naar de
instelling geselecteerd door [Gezichtsherkenning]. Wanneer het geregistreerde gezicht weer binnen
het LCD-scherm terugkeert, stelt de camera scherp op het geregistreerde gezicht.
Het kan onmogelijk zijn het geregistreerde gezicht juist te herkennen afhankelijk van de helderheid
van de omgeving, de haardracht van het onderwerp, enz. In dat geval registreert u het gezicht
opnieuw onder dezelfde omstandigheden waarin het beeld zal worden opgenomen.
Wanneer de lach-sluiterfunctie wordt gebruikt terwijl een gezichtsherkenningskader is
geregistreerd, wordt de lach-herkenning alleen uitgevoerd voor het geregistreerde gezicht.
In de eenvoudig-opnemen-functie kan het gezicht dat voorrang moet krijgen niet worden
geregistreerd.
Gezichtsherkenning-prioriteitskader uit
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
58
NL
DRO
In Autom. Programma analyseert de camera de op te nemen scène en corrigeert deze
automatisch de helderheid en het contrast om de beeldkwaliteit te verbeteren.
DRO staat voor "Dynamic Range Optimizer", een functie die het verschil tussen lichte en
donkere delen van een beeld automatisch optimaliseert.
1 Zet de modusknop in de stand (Autom. Programma).
2 MENU t (DRO) t gewenste functie
Afhankelijk van de opnameomstandigheden is het niet mogelijk om correctie-effecten te bekomen.
Alleen [ISO AUTO] of waarden van [ISO 80] tot [ISO 800] kunnen worden ingesteld als ISO-waarde als
[DRO plus] ingesteld is.
(Uit) Er wordt niets aangepast.
(DRO
standard)
Hiermee worden de helderheid en het contrast van de beelden
automatisch gewijzigd.
(DRO plus) Hiermee worden de helderheid en het contrast van de beelden
automatisch sterk gewijzigd.
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
59
NL
Dichte-ogenvermindering
Als Scènekeuze ingesteld is op (Soft Snap) bij het maken van een opname, maakt de camera
automatisch twee opeenvolgende opnames. De camera selecteert, toont en slaat automatisch het
beeld op waarop de ogen niet gesloten zijn.
1 Zet de modusknop in de stand (Scènekeuze).
2 Selecteer (Soft Snap).
3 MENU t (Dichte-ogenvermindering) t gewenste functie
Dichte-ogenvermindering werkt niet in de volgende situaties:
Bij gebruik van de flitser
Als de functie Burst geselecteerd is
Als de gezichtsherkenningsfunctie niet werkt
Als de lach-sluiterfunctie actief is
Soms werkt de functie dichte-ogenvermindering niet afhankelijk van de situatie.
Als de functie Dichte-ogenvermindering ingesteld is op [Autom.] maar er worden alleen beelden
opgenomen met de ogen van het onderwerp dicht, dan wordt de melding "Dichte ogen gedetecteerd"
weergegeven op het LCD-scherm. Maak opnieuw een opname als dat nodig is.
(Autom.)
Als Gezichtsherkenning actief is, werkt de functie Dichte-
ogenvermindering zodat beelden opgenomen worden waarop de
ogen van het onderwerp open zijn.
(Uit)
De functie dichte-ogenvermindering wordt niet gebruikt.
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
60
NL
Diavoorstelling
Afbeeldingen worden automatisch opeenvolgend afgespeeld.
1 Druk op de (weergave)-toets om over te schakelen naar de
weergavestand.
2 MENU t (Diavoorstelling) t gewenste diavoorstelling t z op de
regeltoets
1 Selecteer het beeld dat u wilt afspelen met de regeltoets.
2 MENU t (Diavoorstelling) t [Continue weergave] t z
Als de continue weergave begint vanaf het allerlaatste beeld, wordt alleen dat allerlaatste beeld
weergegeven, waarna de continue weergave eindigt.
(Continue weergave) Geeft alle beelden opeenvolgend weer vanaf het
weergegeven beeld tot en met het allerlaatste beeld.
(Diavoorstelling met
muziek)
Geeft de beelden achter elkaar weer tezamen met effecten
en muziek.
Continue weergave
Regeltoets Weergavefunctie
z Weergave stoppen
v Hiermee kunt u de scherminstellingen instellen.
V Hiermee geeft u het scherm voor volumeregeling weer.
Regel het volume met v/V op de regeltoets en druk vervolgens
op
z.
b Beeld terugspoelen
B Beeld doorspoelen
Opmerking
zPanoramische beelden bekijken tijdens continue
weergave
Het volledige panoramische beeld wordt gedurende 3 seconden weergegeven.
U kunt door een panoramisch beeld scrollen door op z te drukken.
Druk nogmaals op z tijdens het scrollen om terug te keren naar het volledige panoramische
beeld.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
61
NL
1 MENU t (Diavoorstelling) t [Diavoorstelling met muziek] t z op
de regeltoets
Geeft het instelscherm weer.
2 Selecteer een gewenste instelling.
3 [Start] t z
4 Druk op z om de diavoorstelling te beëindigen.
U kunt panoramabeelden niet weergeven.
Andere instellingen dan [Beeld] worden opgeslagen tot de volgende keer dat ze worden gewijzigd.
Diavoorstelling met muziek
Opmerkingen
Beeld
Hiermee selecteert u de groep van afbeeldingen die moeten worden getoond. Deze instelling
staat vast op [Map] als het interne geheugen wordt gebruikt om beelden op te nemen.
Alle beelden Geeft een diavoorstelling weer van alle beelden op volgorde.
Deze datum Geeft een diavoorstelling weer van de beelden binnen het huidig
geselecteerde datumbereik in het geval de weergavefunctie
[Datumweergave] is.
Map Geeft een diavoorstelling weer van de beelden in de huidig
geselecteerde map in het geval de mapweergavefunctie is ingesteld.
Effecten
U kunt de weergavesnelheid en atmosfeer van de diavoorstelling selecteren. Als de
weergavetijd van bewegende beelden lang is, wordt er een beeld uit genomen en weergegeven.
Simpel Een eenvoudige diavoorstelling met een vooraf ingesteld interval
tussen de beelden.
Het weergave-interval is instelbaar bij [Interval] zodat u volledig
kunt genieten van uw beelden.
Nostalgisch Een donkere diavoorstelling die vergelijkbaar is met de sfeer van
een filmscène.
Stijlvol Een stijlvolle diavoorstelling met een gemiddelde snelheid.
Actief Een diavoorstelling met een hoge snelheid voor actieve scènes.
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
62
NL
De bewegende beelden worden zonder geluid weergegeven.
De instelling van het interval wordt niet gebruikt voor het weergeven van bewegende beelden.
Muziek
Hiermee bepaalt u welke muziek moet worden afgespeeld tijdens diavoorstellingen. U kunt
meer dan een nummer als achtergrondmuziek kiezen. Druk op V op de regeltoets om het
scherm voor volumeregeling weer te geven en druk vervolgens op v/V om het volume te
regelen.
Music1 De standaardinstelling voor een diavoorstelling met de instelling
[Simpel].
Music2 De standaardinstelling voor een diavoorstelling met de instelling
[Nostalgisch].
Music3 De standaardinstelling voor een diavoorstelling met de instelling
[Stijlvol].
Music4 De standaardinstelling voor een diavoorstelling met de instelling
[Actief].
Geen geluid Gebruik BGM niet.
Opmerking
Interval
Hiermee bepaalt u het interval waarmee van scherm overgeschakeld wordt. De instelling is
vastgesteld op [Autom.] wanneer [Simpel] niet is geselecteerd bij [Effecten].
1 sec Stelt het weergave-interval van beelden voor een diavoorstelling
met de instelling [Simpel] in.
3 sec
5 sec
10 sec
Autom. Het interval is ingesteld zodat dit geschikt is voor het geselecteerde
[Effecten]-item.
Opmerking
Herhalen
Hiermee schakelt u het herhalen van de diavoorstelling in of uit.
Aan De weergave van de beelden wordt continu herhaald.
Uit Nadat alle beelden zijn weergegeven, wordt de diavoorstelling
beëindigd.
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
63
NL
zAchtergrondmuziek selecteren
U kunt een gewenst muziekbestand van uw CD's of MP3-bestanden overbrengen naar een
camera om af te spelen tijdens een diavoorstelling. Installeer de software voor "Music
Transfer" (bijgeleverd) op uw computer om muziek over te brengen. Zie pagina 104 en 105
voor meer informatie.
U kunt maximaal vier muziekstukken op de camera opnemen (de vier vooraf ingestelde liedjes
(Music1 - Music4) kunnen worden vervangen door de muziek die u overbrengt).
De maximale lengte van elk muziekbestand voor weergave op de camera is 5 minuten.
Als u geen muziekbestand kunt afspelen omdat het bestand beschadigd is of niet goed werkt, voer
dan [Format. muz.] (pagina 89) uit en breng de muziek opnieuw over.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
64
NL
Weergavefunctie
Hiermee kunt u het weergaveformaat selecteren voor beelden.
1 Druk op de (weergave)-toets om over te schakelen naar de
weergavestand.
2 MENU t (Weergavefunctie) t gewenste functie t z op de
regeltoets
Wanneer u het interne geheugen gebruikt, is de weergavefunctie ingesteld op Mapweergave en worden
stilstaande en bewegende beelden afgespeeld uit dezelfde map.
Weergave per gebeurtenis is niet beschikbaar op deze camera.
1 MENU t (Weergavefunctie) t [Datumweergave] t z op de
regeltoets
2 Druk herhaaldelijk op de (Index)-toets tot de Kalender wordt
weergegeven.
Gebruik de regeltoets om / te selecteren en selecteer vervolgens de maand die u wilt
weergeven. Selecteer de datum en druk op z om de beelden van de geselecteerde datum in de
indexfunctie weer te geven.
(Datumweergave)
Hiermee geeft u beelden weer volgens datum.
(Mapweergave
(stilstaand))
Geeft alleen stilstaande beelden weer.
(Mapweergave
(bewegend))
Geeft alleen bewegende beelden weer.
Opmerkingen
De kalender weergeven
zBeelden bekijken die met een andere camera
opgenomen zijn
Deze camera maakt een databasebestand aan op de geheugenkaart en registreert elk
opgenomen beeld in dat bestand voor latere weergave. Als de camera beelden detecteert die
niet werden geregistreerd in het databasebestand op de geheugenkaart, wordt het
registratiescherm "Niet-herkende bestanden gevonden Bestanden importeren"
weergegeven.
Als u niet-geregistreerde beelden wilt weergeven, selecteert u [OK] om de beelden te
registreren.
Gebruik een volledig opgeladen accu voor de registratie. Als u probeert niet-geregistreerde
bestanden te registreren terwijl de accu bijna leeg is, kan de accu helemaal leeg raken. Hierdoor kan
het kopiëren mislukken en kunnen de gegevens zelfs beschadigd raken.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
65
NL
Bijwerken
Werkt een opgenomen beeld bij en slaat het op als een nieuwe bestand. Het oorspronkelijke
beeld wordt behouden.
1 Druk op de (weergave)-toets om over te schakelen naar de
weergavestand.
2 MENU t (Bijwerken) t gewenste functie t z op de regeltoets
3 Voer het bijwerken uit volgens de werkwijze in elke functie.
U kunt geen bewegende of panoramische beelden bijwerken.
(Trimmen
(formaat wijz.))
Neemt het ingezoomde
weergavebeeld op.
1 Druk op de (T)-toets om in te
zoomen en op de W-toets om uit te
zoomen.
2 Stel het zoompunt in met de regeltoets.
3 MENU t selecteer een beeldformaat om op te slaan t z
4 [OK] t z
De beeldkwaliteit van bijgesneden beelden kan afnemen.
Het beeldformaat dat u kunt bijsnijden, kan verschillen afhankelijk van het
beeld.
(Rode-ogen-
correctie)
Corrigeert het rode-ogen-
fenomeen dat door een flitser
wordt veroorzaakt.
1 Selecteer [OK] met de regeltoets
t z.
Het is mogelijk dat u rode ogen niet kunt corrigeren, afhankelijk van het
beeld.
(Onscherpte
repareren)
Maakt het beeld scherper binnen
een gekozen kader.
1 Selecteer met de regeltoets het
gebied (frame) van het beeld dat u
wilt bijwerken t MENU.
2 [OK] t z
Afhankelijk van het beeld wordt
mogelijk niet voldoende correctie
uitgevoerd en kan de kwaliteit van
het beeld afnemen.
Opmerking
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
66
NL
Wissen
Hiermee kunt u ongewenste beelden selecteren om te wissen. U kunt ook beelden wissen met de
(Wissen)-toets (pagina 37).
1 Druk op de (weergave)-toets om over te schakelen naar de
weergavestand.
2 MENU t (Wissen) t gewenste functie t z op de regeltoets
3 [OK] t z
In de functie Eenvoudig weergeven kunt u kiezen tussen [Enkel beeld wissen] of [Alle beelden wissen].
(Dit beeld) Hiermee wist u het momenteel weergegeven beeld in de
enkelbeeldfunctie.
(Meerdere
beelden)
U kunt meerdere beelden selecteren en wissen.
Doe na stap 2 het volgende.
1Selecteer een beeld en druk vervolgens op z.
Herhaal de bovenstaande stappen tot er geen beelden meer
moeten gewist worden. Selecteer een beeld met een -
markering om de -markering ongedaan te maken.
2MENU t [OK] t z
(Alle beelden in
datumbereik)
(Alle in deze
map)
Hiermee verwijdert u in een keer alle beelden in het datumbereik of
de geselecteerde map.
Opmerking
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
67
NL
Beveiligen
Hiermee kunt u de opgenomen beelden beveiligen tegen per ongeluk wissen.
De aanduiding wordt weergegeven voor geregistreerde beelden.
1 Druk op de (weergave)-toets om over te schakelen naar de
weergavestand.
2 MENU t (Beveiligen) t gewenste functie t z op de regeltoets
(Dit beeld) Hiermee beveiligt u het momenteel weergegeven beeld in de
enkelbeeldfunctie.
(Meerdere
beelden)
U kunt meerdere beelden selecteren en beveiligen.
Doe na stap 2 het volgende.
1Selecteer een beeld en druk vervolgens op z.
Herhaal de bovenstaande stappen tot er geen beelden meer
moeten beveiligd worden. Selecteer een beeld met een -
markering om de -markering ongedaan te maken.
2MENU t [OK] t z
zDe beveiliging annuleren
Selecteer het beeld waarvan u de beveiliging wilt annuleren en verwijder de vergrendeling
door op z op de regeltoets te drukken. De werkwijze is dus dezelfde als de werkwijze voor
het beveiligen.
De aanduiding verdwijnt en de beveiliging wordt geannuleerd.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
68
NL
DPOF
DPOF (Digital Print Order Format) is een functie waarmee u kunt opgeven welke beelden op de
geheugenkaart u later wilt afdrukken.
De -markering (afdrukmarkering) wordt weergegeven voor geregistreerde beelden.
1 Druk op de (weergave)-toets om over te schakelen naar de
weergavestand.
2 MENU t t gewenste functie t z op de regeltoets
De -markering (afdrukmarkering) kan niet worden toegevoegd aan films of beelden in het interne
geheugen.
U kunt een -markering (afdrukmarkering) aanbrengen op maximaal 999 beelden.
(Dit beeld) Hiermee geeft u aan dat u het momenteel in de enkelbeeldfunctie
weergegeven beeld wilt afdrukken.
(Meerdere
beelden)
U kunt meerdere beelden selecteren en een afdrukmarkering
toevoegen.
Doe na stap 2 het volgende.
1Selecteer een beeld en druk vervolgens op z.
Herhaal de bovenstaande stappen tot er geen beelden meer
moeten afgedrukt worden. Selecteer een beeld met een -
markering om de -markering ongedaan te maken.
2MENU t [OK] t z
Opmerkingen
zDe DPOF-aanduiding wissen
Selecteer het beeld waarvan u de DPOF-registratie wilt wissen en druk vervolgens op z op
de regeltoets, zoals bij de werkwijze om een -aanduiding aan te brengen.
De -aanduiding verdwijnt en de DPOF-registratie is gewist.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
69
NL
Roteren
Hiermee kunt u een stilstaand beeld roteren. Gebruik dit om een horizontaal gericht beeld in
verticale positie weer te geven.
1 Druk op de (weergave)-toets om over te schakelen naar de
weergavestand.
2 MENU t (Roteren) t z op de regeltoets
3 Roteer het beeld met [ / ] t b/B
4 [OK] t z
U kunt films of beveiligde beelden niet roteren.
Beelden die met andere camera's zijn opgenomen, kunnen soms niet worden geroteerd.
Wanneer u beelden op een computer weergeeft, wordt de beeldrotatie mogelijk niet toegepast,
afhankelijk van de gebruikte software.
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
70
NL
Map kiezen
Als er meerdere mappen aangemaakt zijn op een geheugenkaart, kunt u hiermee de map
selecteren met het beeld dat u wilt weergeven.
1 Druk op de (weergave)-toets om over te schakelen naar de
weergavestand.
2 MENU t (Weergavefunctie) t [Mapweergave (stilstaand)] of
[Mapweergave (bewegend)] t z op de regeltoets
3 MENU t (Map kiezen) t z
4 Selecteer de map met b/B
5 [OK] t z
Dit item wordt niet weergegeven als het interne geheugen wordt gebruikt om beelden op te nemen.
Opmerking
zBeelden over meerdere mappen bekijken
Als er meerdere mappen aangemaakt zijn, verschijnen de volgende aanduidingen op de
eerste en laatste beelden in de map.
: naar de vorige map
: naar de volgende map
: naar de vorige of volgende map
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
71
NL
AF-verlicht.
De AF-verlichting levert vullicht om gemakkelijker te kunnen scherpstellen op een onderwerp in
een donkere omgeving.
De AF-verlichting zendt rood licht uit zodat de camera gemakkelijk kan scherpstellen zodra de
sluiterknop half ingedrukt wordt gehouden totdat de scherpstelling is vergrendeld. Op dat
moment wordt de aanduiding weergegeven.
1 Stel de camera in op opnamefunctie.
2 MENU t (Instellingen) t (Opname-instellingn) t [AF-verlicht.]
t gewenste functie t z op de regeltoets
De camera kan scherpstellen zolang de AF-verlichting het onderwerp bereikt, ongeacht of licht het
midden van het onderwerp al dan niet bereikt.
U kunt de AF-verlichting niet gebruiken als:
U opnames maakt in de functie Panorama door beweging
De functie (Landschap), (Schemer), (Huisdieren) of (Vuurwerk) geselecteerd is bij
Scènekeuze.
De zelfontspanner ingesteld is op [Zelfportret één persoon] of [Zelfportret twee personen].
Wanneer u de AF-verlichting gebruikt, wordt het normale AF-bereikzoekerframe uitgeschakeld en wordt
een nieuw AF-bereikzoekerframe weergegeven met een stippellijn. AF werkt met voorrang voor
onderwerpen die zich in de buurt van het midden van het frame bevinden.
De AF-verlichting zendt zeer helder licht uit. Hoewel er geen enkel gezondheidsgevaar bestaat, kunt u
het beste niet rechtstreeks van dichtbij in het lichtvenster van de AF-verlichting kijken.
Autom. Hiermee wordt de AF-verlichting gebruikt.
Uit Hiermee wordt de AF-verlichting niet gebruikt.
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
72
NL
Stramienlijn
Door de stramienlijnen als referentie te gebruiken, kunt u eenvoudig de horizontale/verticale
positie van een onderwerp bepalen.
1 Stel de camera in op opnamefunctie.
2 MENU t (Instellingen) t (Opname-instellingn) t [Stramienlijn]
t gewenste functie t z op de regeltoets
Aan Hiermee worden stramienlijnen weergegeven. De stramienlijnen
worden niet opgenomen.
Uit Hiermee worden de stramienlijnen niet weergegeven.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
73
NL
Displayresolutie
Selecteer de weergavekwaliteit op het LCD-scherm om opnames te maken.
1 Stel de camera in op opnamefunctie.
2 MENU t (Instellingen) t (Opname-instellingn) t
[Displayresolutie] t gewenste functie t z op de regeltoets
De batterijlading wordt sneller opgebruikt wanneer [Displayresolutie] ingesteld is op [Hoog].
Voor Panorama door beweging en Bewegende beelden is [Displayresolutie] ingesteld op [Hoog].
In de functie Eenvoudig opnemen is [Displayresolutie] ingesteld op [Standaard].
Standaard Geeft een beeld van standaardkwaliteit weer om opnames te maken.
Hoog Geeft een beeld van hoge kwaliteit weer om opnames te maken.
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
74
NL
Digitale zoom
Met deze instelling kunt u de digitale-zoomfunctie instellen. De camera vergroot het beeld met
behulp van optische zoom (max. 7×). Wanneer de schaalverdeling van de zoom wordt
overschreden, gebruikt de camera de slimme-zoomfunctie of precisie-digitale-zoomfunctie.
1 Stel de camera in op opnamefunctie.
2 MENU t (Instellingen) t (Opname-instellingn) t [Digitale
zoom] t gewenste functie t z op de regeltoets
De digitale zoomfunctie werkt niet in de volgende gevallen:
Bij de functie Bewegende beelden
Bij Panorama door beweging
Als de lach-sluiterfunctie actief is
Als de zelfontspanner ingesteld is op [Zelfportret één persoon] of [Zelfportret twee personen]
De slimme-zoomfunctie is niet beschikbaar als het beeldformaat is ingesteld op [14M] of [16:9(11M)].
De gezichtsherkenningsfunctie werkt niet bij gebruik van de digitale zoom.
De ondersteunde zoomverhouding verschilt afhankelijk van het beeldformaat.
Slim ( ) Vergroot het beeld digitaal binnen het bereik waar het beeld niet zal
worden vervormd, volgens het beeldformaat (slimme zoomfunctie).
Nauwkeurig ( ) Hiermee worden alle beeldformaten vergroot met de totale
zoomvergroting van ongeveer 14×, inclusief de optische-
zoomvergroting van 7×. Merk echter op dat de beeldkwaliteit
verslechtert wanneer de optische-zoomvergroting wordt
overschreden (precisie-digitale-zoomfunctie).
Uit Hiermee wordt de digitale zoomfunctie niet gebruikt.
Opmerkingen
Totale zoomvergroting bij gebruik van de slimme-
zoomfunctie (inclusief 7× optische zoom)
Formaat Totale zoomvergroting
10M
Ong. 8,
5M
Ong. 1
VGA
Ong. 4
16:9(2M)
Ong. 1
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
75
NL
Autom. Oriëntatie
Wanneer de camera gedraaid is om een portretfoto (verticaal) op te nemen, legt de camera de
gewijzigde positie vast en geeft het beeld weer in portretpositie.
1 Stel de camera in op opnamefunctie.
2 MENU t (Instellingen) t (Opname-instellingn) t [Autom.
Oriëntatie] t gewenste functie t z op de regeltoets
Links en rechts van verticaal georiënteerde beelden wordt zwart weergegeven.
Afhankelijk van de opnamehoek van de camera wordt de oriëntatie van het beeld mogelijk niet correct
weergegeven.
U kunt automatische oriëntatie niet gebruiken in de functie voor bewegende beelden.
Aan Neemt het beeld op met de correcte oriëntatie.
Uit Hiermee wordt Autom. Oriëntatie niet gebruikt.
Opmerkingen
zBeelden roteren na opname
Als de oriëntatie van een beeld niet correct is, kunt u [Roteren] op het menuscherm
gebruiken om het beeld in portretpositie weer te geven.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
76
NL
Rode-ogenvermind.
De flitser gaat twee of meer keren voor het opnemen af om het rode-ogeneffect te verminderen
tijdens het gebruik van de flitser.
1 Stel de camera in op opnamefunctie.
2 MENU t (Instellingen) t (Opname-instellingn) t [Rode-
ogenvermind.] t gewenste functie t z op de regeltoets
Houd de camera stevig vast tot de sluiter wordt vrijgegeven om wazige beelden te voorkomen. Het duurt
gewoonlijk een seconde voor de sluiter wordt geactiveerd. Zorg er ook voor dat het onderwerp tijdens
deze tijdspanne niet beweegt.
De rode-ogenvermindering geeft mogelijk niet de gewenste resultaten. Het hangt af van individuele
verschillen en omstandigheden, zoals de afstand tot het onderwerp of als het onderwerp wegkeek van de
voorflitser.
Als u de gezichtsherkenningsfunctie niet gebruikt, werkt de functie rode-ogenvermindering niet, zelf als
u [Autom.] selecteert.
Autom. Wanneer de gezichtsherkenningsfunctie is geactiveerd, gaat de
flitser altijd af om het rode-ogeneffect te beperken.
Aan De flitser gaat altijd af om het rode-ogeneffect te beperken.
Uit Hiermee wordt de rode-ogenvermindering niet gebruikt.
Opmerkingen
zWat veroorzaakt het rode-ogeneffect?
Pupillen worden groter in donkere omgevingen. Het flitslicht wordt door de bloedvaten aan
de achterkant van het oog (netvlies) gereflecteerd, met het "rode-ogeneffect" als resultaat.
Andere manieren om rode ogen tegen te gaan
Selecteer -functie (Hoge gevoeligheid) in scènekeuze. (De flitser wordt automatisch ingesteld op
[Uit].)
Corrigeer het beeld met [Bijwerken] t [Rode-ogen-correctie] in het weergavemenu of met de
bijgeleverde software "PMB" als de ogen van het onderwerp rood worden weergegeven.
Camera
Oog
Netvlies
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
77
NL
Dichte-ogenalarm
Wanneer een beeld wordt opgenomen waarop de ogen van het onderwerp gesloten zijn terwijl de
functie Gezichtsherkenning geactiveerd is, wordt de melding "Dichte ogen gedetecteerd"
weergegeven.
1 Stel de camera in op opnamefunctie.
2 MENU t (Instellingen) t (Opname-instellingn) t [Dichte-
ogenalarm] t gewenste functie t z op de regeltoets
Autom. De melding "Dichte ogen gedetecteerd" wordt weergegeven.
Uit De melding wordt niet weergegeven.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
78
NL
Pieptoon
Hiermee kunt u het geluid selecteren dat wordt weergegeven wanneer u de camera bedient of u
kunt het uitschakelen.
1 MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t [Pieptoon] t
gewenste functie t z op de regeltoets
Sluiter Hiermee wordt het sluitergeluid ingeschakeld dat wordt
weergegeven als u de sluiterknop indrukt.
Hoog
Hiermee wordt de pieptoon/het sluitergeluid ingeschakeld dat
wordt weergegeven als u de regeltoets/sluiterknop indrukt.
Selecteer [Laag] als u het volume wilt verlagen.
Laag
Uit Hiermee wordt de pieptoon/het sluitergeluid uitgeschakeld.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
79
NL
Language Setting
Hiermee kunt u de taal selecteren voor de menu-items, waarschuwingen en berichten.
1 MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t [Language
Setting] t gewenste functie t z op de regeltoets
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
80
NL
Functiegids
U kunt selecteren of de functiegids al dan niet wordt weergegeven als u de camera bedient.
1 MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t [Functiegids] t
gewenste functie t z op de regeltoets
Aan Hiermee wordt de functiegids weergegeven.
Uit Hiermee wordt de functiegids niet weergegeven.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
81
NL
Demonstratiefunctie
U kunt instellen of u een demonstratie van de lach-sluiter en scèneherkenning wilt.
Stel in op [Uit] as u het niet nodig vindt een demonstratie te zien.
1 MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t
[Demonstratiefunctie] t gewenste functie t z op de regeltoets
Wanneer u op de sluiterknop drukt tijdens de Lach-sluiterdemonstratie wordt de sluiter bediend, maar
wordt er geen foto genomen.
Demofunctie1 Geeft een demonstratie van de functie Scèneherkenning.
Demofunctie2 Start automatisch de demonstratie voor Lach-sluiter wanneer
gedurende 15 seconden geen handeling wordt uitgevoerd.
Uit Er wordt geen demonstratie gegeven.
Opmerking
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
82
NL
Initialiseren
Hiermee kunt u alle instellingen terugzetten op de standaardinstellingen.
Zelfs als u deze functie uitvoert, blijven de beelden bewaard.
1 MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t [Initialiseren] t
[OK] t z op de regeltoets
Zorg ervoor dat de camera niet wordt uitgeschakeld bij het initialiseren.
Opmerking
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
83
NL
HDMI-resolutie
Als u de camera met behulp van een HDMI-kabel (los verkrijgbaar) aansluit op een HD-televisie
(high-definitiontelevisie) voorzien van HDMI-aansluitingen, kunt u de HDMI-resolutie
selecteren voor het uitvoeren van beelden naar de tv.
1 MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t [HDMI-resolutie]
t gewenste functie t z op de besturingsknop
Als het beeld niet correct wordt weergegeven, selecteert u [1080i] of [480p/576p] afhankelijk van de
aangesloten televisie.
Stel [Video-uit] in om de HDMI-resolutie te selecteren aan de hand van het kleursysteem van de
aangesloten televisie.
Wanneer u bewegende beelden opneemt terwijl de camera met behulp van een HDMI-kabel (los
verkrijgbaar) is aangesloten op een televisie, wordt het beeld dat wordt opgenomen niet weergegeven op
het televisiescherm.
Autom. Hiermee wordt de uitgangsresolutie automatisch ingesteld aan de
hand van de informatie van het aangesloten apparaat.
1080i Hiermee wordt HD (high-definition)-beeldkwaliteit (1080i)
uitgevoerd.
480p/576p Hiermee wordt SD (standard-definition)-beeldkwaliteit (480p/
576p) uitgevoerd.
Als [Video-uit] is ingesteld op [NTSC], wordt uitgevoerd in de
resolutie 480p, en als is ingesteld op [PAL], wordt uitgevoerd in
de resolutie 576p.
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
84
NL
CTRL.VOOR HDMI
Deze instelling maakt het mogelijk een camera die met behulp van een HDMI-kabel (los
verkrijgbaar) is aangesloten op een "BRAVIA" Sync-televisie te bedienen met de
afstandsbediening van de televisie. Voor verdere informatie over de "BRAVIA" Sync, zie
pagina 101.
1 MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t [CTRL.VOOR
HDMI] t gewenste functie t z op de besturingsknop
U kunt bedieningen op de camera uitvoeren met de afstandsbediening van uw televisie door de camera
aan te sluiten op een "BRAVIA" Sync-compatibele televisie.
Aan Hiermee wordt bediening met behulp van een afstandsbediening
mogelijk.
Uit Hiermee wordt bediening met behulp van een afstandsbediening
onmogelijk.
Opmerking
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
85
NL
Video-uit
Hiermee wordt het video-uitgangssignaal ingesteld overeenkomstig het televisiekleursysteem
van de aangesloten videoapparatuur. De kleursystemen voor televisies hangen af van het land en
de regio.
Als u de beelden op een televisie wilt bekijken, raadpleegt u (pagina 102) voor het
televisiekleursysteem van het land of de regio waar de camera wordt gebruikt.
1 MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t [Video-uit] t
gewenste functie t z op de regeltoets
NTSC Hiermee wordt het video-uitgangssignaal ingesteld op de NTSC-
functie (bijvoorbeeld voor de Verenigde Staten en Japan).
PAL Hiermee wordt het video-uitgangssignaal ingesteld op de PAL-
functie (bijvoorbeeld voor Europa en China).
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
86
NL
USB-aansluiting
U kunt de USB-functie selecteren wanneer de camera met behulp van een specifieke USB-kabel
is aangesloten op een computer of een PictBridge-compatibele printer.
1 MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t [USB-
aansluiting] t gewenste functie t z op de regeltoets
Selecteer [PictBridge] als u de camera niet op een PictBridge-compatibele printer kunt aansluiten met de
instelling [Autom.].
Selecteer [Mass Storage] als u de camera niet op een computer of een USB-apparaat kunt aansluiten met
de instelling [Autom.].
Als [USB-aansluiting] is ingesteld op [PTP/MTP], kunt u geen films naar een computer exporteren. Stel
[USB-aansluiting] in op [Autom.] of [Mass Storage] om films naar een computer te exporteren.
Autom. De computer of PictBridge-compatibele printer wordt automatisch
herkend door de camera en een verbinding wordt tot stand gebracht.
PictBridge Hiermee wordt de camera aangesloten op een PictBridge-
compatibele printer.
PTP/MTP Wanneer u de camera aansluit op een computer, wordt de wizard
Automatisch afspelen automatisch gestart en worden de stilstaande
beelden in de opnamemap op de camera naar de computer
gekopieerd. (met Windows 7/Vista/XP, Mac OS X)
Mass Storage Hiermee wordt een verbinding voor Mass Storage gemaakt tussen
de camera en een computer of ander USB-apparaat.
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
87
NL
LUN-instellingen
Hiermee kunt u de weergavemethode instellen voor het opnamemedium dat wordt weergegeven
op een computerscherm of een ander scherm wanneer de camera verbonden is met de computer
of een AV-component via een USB-aansluiting.
1 MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t [LUN-
instellingen] t gewenste functie t z op de regeltoets
U moet steeds [Multi] bij [LUN-instellingen] selecteren bij het uploaden van beelden naar een
mediaservice met "PMB Portable".
Multi Zowel de beelden op de geheugenkaart als in het interne geheugen
worden weergegeven. Selecteer deze instelling als u de camera
aansluit op een computer.
Enkel Wanneer de geheugenkaart in de camera is geplaatst, worden de
beelden op de geheugenkaart weergegeven; wanneer deze niet is
geplaatst, worden de beelden in het interne geheugen weergegeven.
Selecteer deze instelling in gevallen waar de beelden van zowel de
geheugenkaart als het interne geheugen niet worden weergegeven
wanneer de camera aangesloten is op een ander apparaat dan een
computer.
Opmerking
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
88
NL
Downl. muz.
U kunt "Music Transfer" op de CD-ROM (bijgeleverd) gebruiken om de achtergrondmuziek te
wijzigen.
1 MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t [Downl. muz.]
t z op de regeltoets
De melding "Aansluiten op computer" wordt weergegeven.
2 Breng een USB-verbinding tot stand tussen de camera en een computer
en start vervolgens "Music Transfer".
3 Volg de instructies op het scherm als u muziekbestanden wilt wijzigen.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
89
NL
Format. muz.
U kunt alle achtergrondmuziekbestanden wissen die op de camera opgeslagen zijn. Dat kan
handig zijn in gevallen waar de achtergrondmuziekbestanden beschadigd zijn en niet kunnen
worden afgespeeld.
1 MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t [Format. muz.]
t [OK] t z op de regeltoets
zDe vooraf ingestelde muziek herstellen op de
camera
U kunt "Music Transfer" op de CD-ROM (bijgeleverd) gebruiken om muziekbestanden
opnieuw in te stellen naar de vooraf ingestelde bestanden.
1Voer [Downl. muz.] uit en breng een USB-verbinding tot stand tussen de camera en een
computer.
2Start "Music Transfer", en herstel de standaardmuziek.
Raadpleeg de Help van "Music Transfer" voor meer informatie over het gebruik van "Music
Transfer".
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
90
NL
Stroombesparing
U kunt de tijdsduur instellen waarna het LCD-scherm donker wordt en de camera wordt
uitgeschakeld. Als u de camera gedurende een bepaalde tijdsduur niet bedient, terwijl de camera
door de accu van stroom wordt voorzien, wordt het scherm automatisch donker en zal de camera
daarna automatisch worden uitgeschakeld om te voorkomen dat de accu leeg raakt (automatische
uitschakelfunctie).
1 MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t
[Stroombesparing] t gewenste functie t z op de regeltoets
Uithoudverm. Het LCD-scherm wordt gedimd wanneer er gedurende ongeveer
30 seconden geen handelingen worden uitgevoerd. De camera
wordt uitgeschakeld wanneer er gedurende nog 30 seconden geen
handelingen worden uitgevoerd.
Standaard Het LCD-scherm wordt gedimd wanneer er gedurende 1 minuut
geen handelingen worden uitgevoerd. De camera wordt
uitgeschakeld wanneer er gedurende nog 1 minuut geen
handelingen worden uitgevoerd.
Uit Het LCD-scherm wordt niet verduisterd en de camera wordt niet
automatisch uitgeschakeld.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
91
NL
Formatteren
Hiermee kunt u de geheugenkaart of het interne geheugen formatteren. Wanneer u een
geheugenkaart voor het eerst met deze camera gebruikt, is het aan te raden de kaart te
formatteren met de camera om stabiele opnameprestaties te kunnen garanderen. Houd er
rekening mee dat bij het formatteren alle gegevens op de geheugenkaart onherroepelijk worden
verwijderd. Sla belangrijke gegevens op op een computer enz.
1 MENU t (Instellingen) t (Geheugenkaart-tool) of (Intern
geheugen-tool) t [Formatteren] t [OK] t z op de regeltoets
Houd er rekening mee dat bij het formatteren alle gegevens, zelfs beveiligde beelden, definitief worden
gewist.
Opmerking
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
92
NL
Opnamemap maken
Hiermee kunt u een map op een geheugenkaart maken waarin beelden worden opgenomen.
De beelden worden opgenomen in de nieuwe map totdat u een andere map maakt of een andere
opnamemap selecteert.
1 MENU t (Instellingen) t (Geheugenkaart-tool) t
[Opnamemap maken] t [OK] t z op de regeltoets
Dit item wordt niet weergegeven als het interne geheugen wordt gebruikt om beelden op te nemen.
Als u een geheugenkaart die gebruikt werd in combinatie met andere apparatuur in de camera plaatst en
beelden opneemt, is het mogelijk dat er automatisch een nieuwe map wordt aangemaakt.
Er kunnen maximaal 9.999 beelden in een map worden opgeslagen. Als de map vol is, wordt automatisch
een nieuwe map gemaakt.
Opmerkingen
zDe mappen
Nadat een nieuwe map is gemaakt, kunt u de doelmap voor opslag wijzigen (pagina 93) en
de map selecteren om beelden weer te geven (pagina 70).
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
93
NL
Opnamemap wijz.
Hiermee wijzigt u de map op de geheugenkaart die op dat moment gebruikt wordt voor het
opnemen van beelden.
1 MENU t (Instellingen) t (Geheugenkaart-tool) t
[Opnamemap wijz.]
2 Selecteer een map met b/B op de regeltoets.
3 [OK] t z
Dit item wordt niet weergegeven als het interne geheugen wordt gebruikt om beelden op te nemen.
U kunt de volgende map niet selecteren als opnamemap.
De map "100"
Een map met een nummer waarin alleen "sssMSDCF" of "sssMNV01" voorkomt.
U kunt opgenomen beelden niet verplaatsen naar een andere map.
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
94
NL
Opn.map wissen
Hiermee verwijdert u een map voor het opnemen van beelden op de geheugenkaart.
1 MENU t (Instellingen) t (Geheugenkaart-tool) t [Opn.map
wissen]
2 Selecteer een map met b/B op de regeltoets.
3 [OK] t z
Dit item wordt niet weergegeven als het interne geheugen wordt gebruikt om beelden op te nemen.
Als u met [Opn.map wissen] de map wist die ingesteld is als opnamemap, wordt de map met het hoogste
mapnummer geselecteerd als de volgende opnamemap.
U kunt alleen lege mappen wissen. Als een map beelden of bestanden bevat die niet kunnen worden
afgespeeld door de camera, wis dan eerst die beelden en bestanden en verwijder vervolgens de map.
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
95
NL
Kopiëren
Hiermee kunt u alle beelden die in het interne geheugen zijn opgeslagen, kopiëren naar een
geheugenkaart.
1 Plaats een geheugenkaart met voldoende resterende opslagcapaciteit in
de camera.
2 MENU t (Instellingen) t (Geheugenkaart-tool) t [Kopiëren]
t [OK] t z op de regeltoets
Gebruik een volledig opgeladen accu. Als u probeert beeldbestanden te kopiëren terwijl de accu bijna
leeg is, kan de accu helemaal leeg raken. Hierdoor kan het kopiëren mislukken en kunnen de gegevens
zelfs beschadigd raken.
Beelden kunnen niet individueel worden gekopieerd.
De oorspronkelijke beelden blijven ook na het kopiëren bewaard in het interne geheugen. Als u de
inhoud van het interne geheugen wilt verwijderen, verwijdert u na het kopiëren eerst de geheugenkaart en
formatteert u vervolgens het interne geheugen ([Formatteren] in [Intern geheugen-tool]).
Een nieuwe map wordt aangemaakt op de geheugenkaart en alle gegevens worden ernaar gekopieerd. U
kunt geen specifieke map kiezen en er beelden naar kopiëren.
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
96
NL
Bestandsnummer
Hiermee selecteert u de methode die wordt gebruikt om bestandsnummers toe te kennen aan
beelden.
1 MENU t (Instellingen) t (Geheugenkaart-tool) of (Intern
geheugen-tool) t [Bestandsnummer] t gewenste functie t z op de
regeltoets
Reeks Wijst bestandsnummers opeenvolgend toe, zelfs als de opnamemap
of de geheugenkaart gewijzigd wordt. (Als de vervangen
geheugenkaart een bestand bevat met een nummer dat hoger is dan
het laatst toegewezen nummer, wordt een nummer één hoger dan
het hoogste nummer toegekend.)
Terugstellen Start bij 0001 telkens wanneer de map wijzigt. (Als de opnamemap
een bestand bevat, wordt een nummer toegekend dat één hoger is
dan het grootste nummer.)
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
97
NL
Tijdzone instellen
Hiermee wordt de tijd aangepast aan de lokale tijd van een geselecteerde tijdzone.
1 MENU t (Instellingen) t (Klokinstellingen) t [Tijdzone
instellen] t gewenste instelling t z op de regeltoets
Thuis U gebruikt de camera in uw tijdzone.
Als de momenteel ingestelde tijdzone verschilt van die waar u
woont, moet u de tijdzone instellen.
Bestemming U gebruikt de camera om de tijd in te stellen op uw bestemming.
Stel de tijdzone voor de bestemming in.
zDe instelling van de tijdzone wijzigen
Als u een vaak bezochte bestemming instelt, kunt u eenvoudig de tijd aanpassen als u die
bestemming bezoekt.
1Selecteer het gedeelte tijdzone bij [Bestemming] en druk vervolgens op z op de
regeltoets.
2Selecteer een tijdzone met b/B op de regeltoets en selecteer Zomertijd met
v/V.
Pictogram Zomertijd
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
98
NL
Datum/tijd instellen
Hiermee stelt u de datum en tijd opnieuw in.
1 MENU t (Instellingen) t (Klokinstellingen) t [Datum/tijd
instellen] t gewenste instelling t z op de regeltoets
2 Kies een numerieke waarde en de gewenste instellingen met v/V/b/B.
3 [OK] t z
De camera beschikt niet over een functie voor het toevoegen van data aan beelden. Met "PMB" op de
CD-ROM (bijgeleverd) kunt u beelden met de datum afdrukken of opslaan.
Datum/tijd-notatie Hiermee kunt u het weergaveformaat selecteren voor datum en tijd.
Zomertijd Hiermee kunt u kiezen tussen zomertijd aan/uit.
Datum en tijd Hiermee kunt u de datum en tijd instellen.
Opmerking
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
99
NL
Beelden bekijken op een
televisiescherm
U kunt de beelden weergeven op een televisie door de camera aan te sluiten op een televisie.
De aansluiting is afhankelijk van het type televisie waarop de camera wordt aangesloten.
Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing geleverd bij de televisie voor meer informatie.
1 Schakel zowel de camera als de televisie uit.
2 Sluit de televisie aan met behulp van een specifieke A/V-kabel
(bijgeleverd).
3 Schakel de televisie in en bepaal de ingang.
4 Druk op de (weergave)-toets en schakel de camera in.
De beelden die met de camera zijn opgenomen, worden op de televisie weergegeven.
Selecteer het gewenste beeld met de regeltoets.
Als u de camera in het buitenland gebruikt, kan het nodig zijn de videosignaaluitgang in te stellen
overeenkomstig de uitgang van het plaatselijke televisiesysteem (pagina 85).
Het opnamebeeld wordt niet weergegeven op de tv wanneer de film wordt opgenomen als de camera en
tv met elkaar verbonden zijn.
Beelden bekijken door de camera met behulp van
de bijgeleverde specifieke A/V-kabel aan te
sluiten op een televisie
Opmerkingen
1 Naar de audio-/video-ingangen
Specifieke A/V-kabel
(weergave)-toets
2 Naar de (USB)/A/V OUT-
aansluiting
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
100
NL
U kunt de beelden die met de camera zijn opgenomen bekijken in een hoge beeldkwaliteit door
de camera met behulp van een HDMI-kabel (los verkrijgbaar) aan te sluiten op een HD-televisie
(high-definitiontelevisie). Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing van de televisie.
1 Schakel zowel de camera als de HD-televisie uit.
2 Sluit de camera met behulp van een HDMI-kabel (los verkrijgbaar) aan op
de televisie.
3 Schakel de televisie in en stel de ingangsbron in.
4 Druk op (weergave-)toets om de camera in te schakelen.
De beelden die met de camera zijn opgenomen worden op het televisiescherm weergegeven.
Selecteer het gewenste beeld met de besturingsknop.
Als u een enkel beeld weergeeft, worden geen pictogrammen afgebeeld op de televisie.
U kunt geen beelden weergeven in de [Eenvoudig-functie] tijdens tv-uitvoer.
Beelden opgenomen in het [VGA] beeldformaat kunnen niet worden weergegeven in het HD-formaat.
Wanneer u bewegende beelden opneemt terwijl de camera is aangesloten op een televisie met behulp van
een HDMI-kabel (los verkrijgbaar), wordt het beeld dat wordt opgenomen niet weergegeven op het
televisiescherm.
Druk op MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) om [HDMI-resolutie] in te stellen op
[Autom.] of [1080i].
De pieptoon ligt vast op [Sluiter].
Sluit de camera en de aan te sluiten apparatuur niet aan met behulp van de uitgangsaansluitingen. Als de
camera en de televisie op elkaar worden aangesloten met behulp van de uitgangsaansluitingen worden
beeld en geluid niet weergegeven. Een dergelijke aansluitmethode kan tevens leiden tot een storing in de
camera en/of aangesloten apparaat.
Het is mogelijk dat deze functie niet goed werkt met sommige HD-televisies. Bijvoorbeeld, het kan
onmogelijk zijn een video te bekijken op uw HD-televisie of het geluid te horen via de HD-televisie.
Gebruik een HDMI-kabel met het HDMI-logo.
Het opnemen kan automatisch stoppen wanneer u beelden opneemt in het geval de camera met behulp
van een HDMI-kabel (los verkrijgbaar) is aangesloten op de televisie.
Een beeld bekijken op een high-definitiontelevisie
(HD-televisie)
Opmerkingen
HDMI-kabel
2 Naar de HDMI-aansluiting
(weergave-)toets
1 Naar de HDMI-
aansluiting
HDMI-aansluiting
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
101
NL
Als u een televisie met ondersteuning voor "BRAVIA" Sync (compatibel met SYNC MENU)
gebruikt, kunt u de weergavefuncties van de camera bedienen met behulp van de
afstandsbediening van de televisie, door de camera met behulp van een HDMI-kabel (los
verkrijgbaar) aan te sluiten op de televisie.
1 Sluit de camera met behulp van een HDMI-kabel (los verkrijgbaar) aan op
de televisie.
2 Schakel de televisie in en stel de ingangsbron in.
3 Druk op de (weergave-)toets van de camera om de camera in te
schakelen.
4 MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t [CTRL.VOOR
HDMI] t [Aan]
5 Druk op de SYNC MENU-toets op de afstandsbediening van de televisie
om de gewenste functie te selecteren.
"BRAVIA" Sync gebruiken
Menu Functie
Diavoorstelling met
muziek
Geeft de beelden automatisch weer met geluidseffecten of
achtergrondmuziek in een ononderbroken lus.
Enkelbeeld
Geeft een enkel beeld tegelijk weer.
Beeldindex
U kunt meerdere beelden tegelijkertijd weergeven.
Wissen
Wist opgenomen beelden.
Weergave zoom
Geeft vergrote beelden weer.
Roteren
Hiermee kunt u een stilstaand beeld roteren.
Weergavefunctie
Selecteert het weergaveformaat voor het bekijken van meerdere
beelden tegelijk.
z"PhotoTV HD"
Deze camera is compatibel met de "PhotoTV HD"-norm.
Door een Sony-televisie die compatibel zijn met "PhotoTV HD" aan te sluiten met behulp
van een HDMI-kabel (los verkrijgbaar), kan een compleet nieuwe wereld aan foto’s in
comfort worden bekeken in de adembenemende 'Full HD'-beeldkwaliteit.
PhotoTV HD maakt een uiterst gedetailleerde, foto-achtige weergave mogelijk van subtiele texturen
en kleuren.
Wanneer de camera met behulp van een HDMI-kabel is aangesloten op een Sony-televisie die
compatibel is met de Video A-functie, wordt de televisie automatisch ingesteld op de beeldkwaliteit
die geschikt is voor stilstaande beelden. Wanneer de instelling van de televisie op Video staat, wordt
de beeldkwaliteit ingesteld zodat deze geschikt is voor bewegende beelden.
Voor meer informatie raadpleegt u de gebruiksaanwijzing van de televisie.
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
102
NL
Als de camera met behulp van een HDMI-kabel is aangesloten op een televisie, kunnen minder functies
worden gebruikt.
Als de camera en de afstandsbediening tegelijkertijd worden bediend, wordt de bediening vanaf de
afstandsbediening tijdelijk onderbroken.
U kunt bedieningen op de camera uitvoeren met de afstandsbediening van uw televisie door de camera
aan te sluiten op een "BRAVIA" Sync-compatibele televisie. Voor meer informatie raadpleegt u de
gebruiksaanwijzing van de televisie.
Als de camera niet naar behoren functioneert wanneer deze wordt bediend met behulp van de
afstandsbediening van de televisie, bijvoorbeeld wanneer verbonden via HDMI met een televisie van een
andere fabrikant, drukt u op MENU t (Instellingen) t (Hoofdinstellingen) t [CTRL.VOOR
HDMI] t [Uit].
Als u de beelden op een televisiescherm wilt weergeven, hebt u een televisie nodig met een
video-ingangsaansluiting en een specifieke A/V-kabel. Het kleursysteem van de televisie moet
overeenkomen met dat van de digitale camera. Raadpleeg de onderstaande lijsten voor het
televisiekleursysteem van het land of de regio waar de camera wordt gebruikt.
NTSC-systeem
Bahama's, Bolivia, Canada, Chili, Colombia, Ecuador, Filippijnen, Jamaica, Japan, Korea,
Mexico, Midden-Amerika, Peru, Suriname, Taiwan, Venezuela, Verenigde Staten, enz.
PAL-systeem
Australië, België, China, Denemarken, Duitsland, Finland, Hongarije, Hongkong, Indonesië,
Italië, Koeweit, Kroatië, Maleisië, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oostenrijk, Polen,
Portugal, Roemenië, Singapore, Slowaakse Republiek, Spanje, Thailand, Turkije, Tsjechische
Republiek, Verenigd Koninkrijk, Vietnam, Zweden, Zwitserland, enz.
PAL-M-systeem
Brazilië
PAL-N-systeem
Argentinië, Paraguay, Uruguay
SECAM-systeem
Bulgarije, Frankrijk, Griekenland, Guyana, Irak, Iran, Monaco, Oekraïne, Rusland, enz.
Opmerkingen
Televisiekleursystemen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
103
NL
Gebruik met uw computer
"PMB" en andere toepassingen zijn opgeslagen op de CD-ROM (bijgeleverd) voor een
veelzijdig gebruik van de beelden genomen met uw Cyber-shot-camera.
De volgende computeromgeving wordt aanbevolen bij het gebruik van de bijgeleverde software
"PMB", "Music Transfer" of "PMB Portable" en voor het importeren van beelden via een USB-
aansluiting.
*
1
64-bits-edities en Starter (Edition) worden niet ondersteund.
Windows Image Mastering API (IMAPI) ver. 2.0 of recenter is vereist voor het gebruiken van de functie
voor het aanmaken van discs.
*
2
Starter (Edition) wordt niet ondersteund.
De volgende computeromgeving wordt aanbevolen bij het gebruik van de bijgeleverde software,
"Music Transfer" of "PMB Portable" en voor het importeren van beelden via een USB-
aansluiting.
De juiste werking kan niet worden gegarandeerd in een computeromgeving waarin een upgrade naar een
van de bovenstaande besturingssystemen is uitgevoerd of in een computeromgeving met meerdere
besturingssystemen (multi-boot).
Als u twee of meer USB-apparaten tegelijkertijd op één computer aansluit, is het mogelijk dat sommige
apparaten, waaronder de camera, niet werken afhankelijk van de types USB-apparaten die u gebruikt.
Als u de camera aansluit via een USB-interface die compatibel is met Hi-Speed USB (compatibel met
USB 2.0), kunt u gebruikmaken van geavanceerde gegevensoverdracht (snelle overdracht) aangezien
deze camera ook compatibel is met Hi-Speed USB (compatibel met USB 2.0).
Na herstel van de computer vanuit de stand-by- of slaapstand is het mogelijk dat de communicatie tussen
de camera en de computer niet op hetzelfde moment wordt hersteld.
Aanbevolen computeromgeving (Windows)
Besturingssysteem
(voorgeïnstalleerd)
Microsoft Windows XP*
1
SP3/Windows Vista*
2
SP2/
Windows 7
Overige CPU: Intel Pentium III 800 MHz of sneller (voor het
afspelen/bewerken van HD-films: Intel Core Duo
1,66 GHz of sneller/Intel Core 2 Duo 1,20 GHz of sneller)
Geheugen: 512 MB of meer (voor het afspelen/
bewerken van HD-films: 1 GB of meer)
Harde schijf: vrije schijfruimte benodigd voor
installatie—ongeveer 500 MB
Scherm: schermresolutie: 1.024 × 768 pixels of meer
Aanbevolen computeromgeving (Macintosh)
Besturingssysteem
(voorgeïnstalleerd)
USB-aansluiting: Mac OS X (v10.3 tot v10.6)
Music Transfer/PMB Portable: Mac OS X (v10.4 tot
v10.6)
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
104
NL
De software gebruiken
1 Schakel de computer in en plaats de CD-ROM (bijgeleverd) in het CD-
ROM-station.
Het installatiemenu wordt weergegeven.
Als dit niet wordt weergegeven, dubbelklikt u op [Computer] (in Windows XP, [Deze computer]) t
(SONYPMB).
Selecteer "Install.exe uitvoeren" en volg de instructies op het scherm om verder te gaan met de
installatie als het scherm Automatisch afspelen verschijnt.
2 Klik op [Installeren].
Het "Choose Setup Language"-scherm verschijnt.
3 Selecteer de gewenste taal en ga verder naar het volgende scherm.
Het "License Agreement"-scherm verschijnt.
4 Lees de overeenkomst zorgvuldig, klik op het keuzerondje ( t ) als u
de voorwaarden van de overeenkomst aanvaardt en klik vervolgens op
[Volgende].
5 Volg de instructies op het scherm om de installatie te voltooien.
Voor de installatie moet u tijdens de procedure de camera aansluiten op de computer (pagina 106).
Wanneer het bevestigingsbericht voor opnieuw opstarten wordt weergegeven, start u de computer
opnieuw op volgens de aanwijzingen op het scherm.
DirectX wordt mogelijk geïnstalleerd afhankelijk van de systeemomgeving van uw computer.
6 Verwijder de CD-ROM uit de computer nadat de installatie is voltooid.
7 Start de software.
Om "PMB" te starten, klikt u op (PMB) op het bureaublad.
Voor gedetailleerde informatie over de bedieningswijze, raadpleegt u de volgende
ondersteuningspagina van het softwareprogramma PMB (alleen in het Engels):
http://www.sony.co.jp/pmb-se/
of klikt u op (PMB Help).
Om het softwareprogramma "PMB" te openen vanuit het menu Start, selecteert u [start] t [Alle
programma's] t (PMB).
Als "PMB" op de computer werd geïnstalleerd en als u met behulp van de bijgeleverde cd-rom "PMB"
opnieuw installeert, kunt u alle softwareprogramma’s starten vanuit "PMB Launcher". Om "PMB
Launcher" te starten, dubbelklikt u op (PMB Launcher) op het bureaublad.
Meld u aan als beheerder.
Het bevestigingsbericht van de informatie-tool wordt weergegeven op het scherm wanneer u "PMB" de
eerste keer opstart. Selecteer [start].
"PMB (Picture Motion Browser)" en "Music
Transfer" installeren (Windows)
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
105
NL
1 Schakel de Macintosh-computer in en plaats de CD-ROM (bijgeleverd) in
het CD-ROM-station.
2 Dubbelklik op (SONYPMB).
3 Dubbelklik op het bestand [MusicTransfer.pkg] in de map [Mac].
De installatie wordt gestart.
"PMB" is niet compatibel met Macintosh-computers.
Sluit alle andere toepassingen voordat u "Music Transfer" installeert.
U moet zich aanmelden als beheerder om te kunnen installeren.
"Music Transfer" installeren (Macintosh)
Opmerkingen
zInleiding tot "PMB"
Met "PMB" kunt u beelden die werden opgenomen met de camera overzetten naar een computer om
deze weer te geven. Breng een USB-verbinding tot stand tussen de camera en de computer en klik
op [Importeren].
Beelden op een computer kunnen geëxporteerd worden naar een geheugenkaart en weergeven
worden op de camera. Breng een USB-verbinding tot stand tussen de camera en de computer, klik
op [Exporteren] t [Eenvoudig exporteren (PC Sync)] in het menu [Behandelen] en klik daarna op
[Exporteren].
U kunt beelden met de datum opslaan en afdrukken.
U kunt beelden die opgeslagen zijn op een computer weergeven op opnamedatum in een kalender.
U kunt stilstaande beelden corrigeren (Rode-ogenvermindering enz.) en de opnamedatum en -tijd
wijzigen.
U kunt discs aanmaken met een CD- of DVD-writer.
U kunt beelden uploaden naar mediaservices. (Hiervoor is een internetverbinding vereist.)
Raadpleeg (PMB Help) voor meer informatie.
zInleiding tot "Music Transfer"
Met "Music Transfer" kunt u de muziekbestanden die standaard op de camera opgeslagen
zijn, vervangen door uw favoriete nummers en muziekbestanden wissen en toevoegen.
U kunt eveneens de standaardmuziekbestanden herstellen als u deze hebt verwijderd.
De volgende types muziekbestanden kunnen geïmporteerd worden met "Music Transfer".
MP3-bestanden die opgeslagen zijn op de harde schijf van de computer
Muziek-CD-nummers
Vooraf ingestelde muziek die op deze camera is opgeslagen
Voor u "Music Transfer" start, voert u MENU t (Instellingen) t [Hoofdinstellingen] t
[Downl. muz.] uit en sluit u de camera aan op de computer.
Raadpleeg de helpfunctie van "Music Transfer" voor meer informatie.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
106
NL
De camera op de computer
aansluiten
1 Plaats een voldoende opgeladen accu in de camera.
2 Schakel de computer in en druk op de (weergave)-toets.
3 Sluit de camera op uw computer aan.
Als een USB-verbinding voor het eerst tot stand wordt gebracht, wordt op de computer automatisch
een programma uitgevoerd om de camera te herkennen. Wacht enige tijd.
Met "PMB" kunt u eenvoudig beelden importeren.
Raadpleeg "PMB Help" voor meer informatie over de functies van "PMB".
Beelden importeren naar een computer zonder gebruik te maken van "PMB"
Als de wizard Automatisch afspelen verschijnt na het tot stand brengen van een USB-verbinding
tussen de camera en de computer, klikt u op [Map openen en bestanden weergeven] t [OK] t
[DCIM] of [MP_ROOT] t kopieer de gewenste beelden naar de computer.
Beelden importeren naar een computer
(Windows)
Specifieke USB-kabel
1 Naar een USB-aansluiting van de computer
2 Naar de
(USB)/
A/V OUT-aansluiting
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
107
NL
1 Sluit de camera eerst aan op uw Macintosh. Dubbelklik op het nieuwe
pictogram op het bureaublad t [DCIM] of [MP_ROOT] t de map met
de beelden die u wilt importeren.
2 Sleep de beeldbestanden naar het pictogram van de vaste schijf.
De beeldbestanden worden naar de vaste schijf gekopieerd.
3 Dubbelklik op het pictogram van de vaste schijf t het gewenste
beeldbestand in de map met de gekopieerde bestanden.
Het beeld wordt weergegeven.
Voer de procedures uit van stap 1 tot 3 hieronder voordat u:
Loskoppelen van de specifieke USB-kabel.
Een geheugenkaart verwijderen.
Een geheugenkaart in de camera plaatsen na het kopiëren van beelden vanuit het interne geheugen.
De camera uitschakelt.
1 Dubbellklik op het pictogram om los te
koppelen op de taakbalk.
2 Klik op (USB-apparaat voor massaopslag)
t [Stoppen]
3 Controleer of het juiste apparaat wordt
aangegeven in het bevestigingsvenster en klik
op [OK].
Sleep eerst het pictogram van de geheugenkaart of het stationspictogram naar het pictogram "Prullenbak"
als u een Macintosh gebruikt en de camera van de computer wordt losgekoppeld.
Beelden importeren naar een computer
(Macintosh)
De USB-verbinding annuleren
Opmerking
Windows Vista
Pictogram voor loskoppelen
Windows XP
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
108
NL
Beelden uploaden naar een
mediaservice
De camera heeft een ingebouwde toepassing "PMB Portable".
U kunt deze toepassing gebruiken om het volgende te doen:
Beelden eenvoudig uploaden naar een blog of andere mediaservice.
Beelden uploaden van een computer die is verbonden met het internet zelfs als u niet thuis of op kantoor
bent.
Mediaservices (zoals blogs) die u vaak gebruikt eenvoudig registreren.
Raadpleeg de helpfunctie van "PMB Portable" voor meer informatie over "PMB Portable".
Als u "PMB Portable" voor het eerst gebruikt, moet u de taal kiezen. Volg onderstaande
procedure om de keuze te maken. Als de taalkeuze eenmaal is gemaakt, zijn stappen 3 tot 5 de
volgende keer dat u "PMB Portable" gebruikt onnodig.
1 Breng een USB-verbinding tot stand tussen de camera en een computer.
De wizard Automatisch afspelen verschijnt als u de camera en de computer verbindt.
Klik op [×] om de wizard Automatisch afspelen te sluiten voor onnodige stations.
Als de gewenste wizard Automatisch afspelen niet verschijnt, klikt u op [Computer] (in Windows XP,
[Deze computer]) t [PMBPORTABLE] en dubbelklikt u op "PMBP_Win.exe".
2 Klik op "PMB Portable".
(In Windows XP klikt u op "PMB Portable" t [OK])
Als [PMB Portable] niet wordt weergegeven in de wizard Automatisch afspelen, klikt u op
[Computer] t [PMBPORTABLE] en dubbelklikt u vervolgens op "PMBP_Win.exe".
Het scherm voor het kiezen van de taal wordt weergegeven.
3 Selecteer de gewenste taal en klik op [OK].
Het scherm voor het kiezen van de regio wordt weergegeven.
4 Selecteer de correcte [Regio] en [Land/streek] en klik vervolgens op [OK].
Het gebruikersovereenkomstscherm verschijnt.
5 Lees de overeenkomst aandachtig. Klik op [Ik ga akkoord] als u de
voorwaarden van de overeenkomst aanvaardt.
"PMB Portable" wordt gestart.
"PMB Portable" starten (Windows)
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
109
NL
1 Sluit de camera via USB aan op de Macintosh-computer.
Wanneer u de camera en uw computer verbindt, wordt [PMB Portable] weergegeven op uw
bureaublad.
Klik op [×] om onnodige stations te sluiten.
2 Klik op de map [PMBPORTABLE] en daarna op [PMBP_Mac].
Het scherm voor het kiezen van de regio wordt weergegeven.
3 Kies de juiste [Regio] en [Land/streek] en klik op [OK].
Het scherm met de gebruikersovereenkomst wordt weergegeven.
4 Lees de overeenkomst aandachtig. Klik op [Ik ga akkoord] als u de
voorwaarden van de overeenkomst aanvaardt.
"PMB Portable" wordt gestart.
Stel [LUN-instellingen] bij [Hoofdinstellingen] in op [Multi].
Maak steeds verbinding met een netwerk als u "PMB Portable" gebruikt.
Als u beelden uploadt via het internet, kan de cache in de gebruikte computer blijven afhankelijk van de
serviceprovider. Dit geldt ook als de camera hiervoor wordt gebruikt.
Als er een bug voorkomt in "PMB Portable" of als u "PMB Portable" per ongeluk wist, kunt u "PMB
Portable" herstellen door PMB Portable te downloaden van de website.
"PMB Portable" maakt het mogelijk om URL’s van een aantal websites te downloaden van de
door Sony beheerde server (de "Sony-server").
Om "PMB Portable" te gebruiken om van de voordelen van de uploadservice voor beelden en
andere diensten gebruik te maken (de "services") geleverd door deze en andere websites, moet u
met het volgende akkoord gaan.
Sommige websites eisen registratieprocedures en/of tarieven voor het gebruik van hun service. Om
gebruik te maken van deze services, moet u akkoord gaan met de voorwaarden van de betreffende
websites.
Services kunnen worden beëindigd of gewijzigd als de websitebeheerders dit wensen. Sony kan niet
aansprakelijk worden gehouden voor geschillen tussen gebruikers en derden of voor het ongemak voor
de gebruikers ten gevolge van het gebruik van de services met inbegrip van het beëindigen of wijzigen
van deze services.
Om de website te bekijken, wordt u doorgestuurd door de Sony-server. Het kan voorkomen dat u geen
toegang krijgt tot de website wegens serveronderhoud of andere redenen.
Indien de werking van de Sony-server wordt gestaakt, zal u voortijdig hierover op de hoogte gebracht
worden op de website van Sony, enz.
De URL’s waarnaar u wordt doorgestuurd door de Sony-server en andere informatie kunnen worden
vastgelegd ter verbetering van toekomstige Sony-producten en -diensten. In dergelijke gevallen zullen
echter nooit persoonlijke gegevens worden vastgelegd.
"PMB Portable" starten (Macintosh)
Opmerkingen
Opmerkingen over "PMB Portable"
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
110
NL
Stilstaande beelden afdrukken
U kunt stilstaande beelden op de volgende manieren afdrukken.
Beelden rechtstreeks afdrukken met een PictBridge-compatibele printer
Rechtstreeks afdrukken met een printer die uw type geheugenkaart ondersteunt
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing geleverd bij de printer voor meer informatie.
Beelden afdrukken met een computer
U kunt beelden naar een computer importeren met de bijgeleverde "PMB"-software en de
beelden afdrukken.
U kunt de datum invoegen in het beeld en het beeld afdrukken. Raadpleeg "PMB Help" voor
meer informatie.
Afdrukken bij een fotowinkel (pagina 111)
Als u stilstaande beelden afdrukt die opgenomen zijn in [16:9], is het mogelijk dat beide randen
afgesneden worden.
Afhankelijk van de printer kunt u geen panoramische beelden afdrukken.
Zelfs als u geen computer hebt, kunt u de beelden die u met de camera hebt opgenomen,
afdrukken door de camera rechtstreeks aan te sluiten op een PictBridge-compatibele printer.
"PictBridge" is gebaseerd op de CIPA-norm. (CIPA: Camera & Imaging
Products Association)
1 Plaats een voldoende opgeladen accu in de camera.
2 Sluit de camera aan op de printer.
3 Schakel de camera en de printer in.
Nadat de verbinding tot stand is gebracht, wordt de aanduiding op het scherm
weergegeven.
Als de aanduiding knippert op het scherm van de camera (foutmelding), controleer dan de
aangesloten printer.
Opmerkingen
Beelden rechtstreeks afdrukken met een
PictBridge-compatibele printer
1 Naar een USB-
aansluiting van
de printer
2 Naar de (USB)/A/V
OUT-aansluiting
Specifieke USB-kabel
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
111
NL
4 MENU t (Afdrukken) t gewenste functie t z op de regeltoets
5 Gewenst item t [Start] t z
Films kunnen niet worden afgedrukt.
Zorg dat u [USB-aansluiting] bij (Hoofdinstellingen) op [PictBridge] instelt indien het niet mogelijk
was om de camera aan te sluiten op de printer.
Koppel de specifieke USB-kabel niet los terwijl de (PictBridge aangesloten) indicator op het scherm
wordt afgebeeld.
U kunt een geheugenkaart met beelden die met de camera zijn opgenomen, meenemen naar een
fotowinkel. Als de fotowinkel beschikt over een fotoafdrukservice die gebruikmaakt van DPOF,
kunt u van tevoren in de weergavefunctie een -markering (afdrukmarkering) op de beelden
aanbrengen, zodat u deze niet bij het afdrukken in de winkel hoeft te selecteren.
U kunt de beelden in het interne geheugen niet rechtstreeks vanaf de camera afdrukken in een fotowinkel.
Kopieer de beelden eerst naar een geheugenkaart (pagina 95) en neem de geheugenkaart mee naar de
fotowinkel.
Vraag aan de medewerkers van de fotowinkel welke types geheugenkaarten ze kunnen verwerken.
Het is mogelijk dat u een geheugenkaartadapter (los verkrijgbaar) nodig hebt. Vraag inlichtingen bij uw
fotowinkel.
Voordat u beeldgegevens meeneemt naar een fotowinkel, moet u altijd eerst een reservekopie (back-up)
van de gegevens maken op een schijf.
U kunt het aantal afdrukken niet instellen.
Als u datums op de beelden wilt afdrukken, raadpleegt u de fotowinkel.
Dit beeld Hiermee drukt u het momenteel in de enkelbeeldfunctie
weergegeven beeld af.
Meerdere beelden U kunt meerdere beelden selecteren en afdrukken.
Voer na stap 4 het volgende uit.
1Selecteer een beeld en druk vervolgens op z.
Herhaal de bovenstaande stappen tot er geen beelden meer
moeten afgedrukt worden.
2MENU t [OK] t z
Aantal Hiermee selecteert u het aantal vellen waarop u het opgegeven
beeld wilt afdrukken.
Het is mogelijk dat niet alle beelden op één vel passen, afhankelijk van
het aantal beelden.
Opmaak Selecteert het aantal beelden dat u op één vel naast elkaar wilt
afdrukken.
Formaat Selecteert het formaat van het afdrukvel.
Datum Selecteert [Datum] of [Dag&Tijd] om de datum en tijd in de
beelden in te voegen.
Als u [Datum] kiest, wordt de datum ingevoegd in de volgorde die u hebt
geselecteerd met [Datum/tijd instellen] op de camera. Deze functie is
mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer.
Opmerkingen
Afdrukken bij een fotowinkel
Opmerkingen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
112
NL
Problemen oplossen
Als u problemen ondervindt met de camera, kunt u de volgende oplossingen proberen.
Wanneer u de camera opstuurt voor reparatie, stemt u er automatisch mee in dat de inhoud en
muziekbestanden in het interne geheugen worden gecontroleerd.
De accu kan niet worden geplaatst.
• Controleer of de accu in de juiste richting wordt gehouden en steek hem erin totdat de accu-
uitwerphendel wordt vergrendeld.
De camera kan niet worden ingeschakeld.
Nadat u de accu in de camera hebt geplaatst, kan het even duren voordat u de camera kunt
inschakelen.
• Plaats de accu op de juiste manier.
• De accu is ontladen. Plaats een opgeladen accu.
De aansluitpunten van de accu zijn vuil. Veeg het vuil voorzichtig af met een zachte doek.
Gebruik een aanbevolen accu.
De camera wordt plotseling uitgeschakeld.
• Afhankelijk van de temperatuur van de camera en de accu, is het mogelijk dat de camera ter
bescherming automatisch wordt uitgeschakeld. In dat geval wordt een bericht weergegeven op het
LCD-scherm voordat het toestel wordt uitgeschakeld.
Wanneer [Stroombesparing] ingesteld is op [Uithoudverm.] of [Standaard] en u de camera gedurende
een bepaalde tijd niet bedient terwijl deze is ingeschakeld, wordt de camera automatisch
uitgeschakeld om te voorkomen dat de accu leegloopt. Schakel de camera weer in.
1 Controleer de items op pagina's 112 tot 120.
2 Verwijder de accu uit de camera, wacht ongeveer één minuut,
plaats de accu terug en schakel de camera in.
3 Herstel de standaardinstellingen (pagina 82).
4 Neem contact op met uw Sony-handelaar of de plaatselijke
technische dienst van Sony.
Ga naar onze website voor klantenondersteuning voor meer informatie over dit
product en antwoorden op veelgestelde vragen.
http://www.sony.net/
Accu en stroombron
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
113
NL
De aanduiding voor resterende acculading is onjuist.
Dit kan gebeuren wanneer u de camera op een zeer warme of koude plaats gebruikt.
• Er heeft zich een afwijking voorgedaan tussen de aanduiding voor resterende acculading en de
werkelijke resterende batterijlading. Ontlaad de accu één keer volledig en laad de accu weer op om de
juiste aanduiding weer te geven. De aanduiding is mogelijk niet correct afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden.
De capaciteit van de accu neemt na verloop van tijd en na herhaald gebruik af. Wanneer de
gebruiksduur van een volledig geladen accu merkbaar korter wordt, moet de accu worden vervangen
(pagina 127). Koop een nieuwe accu.
Het CHARGE-lampje knippert als u de accu oplaadt.
• Verwijder de accu en plaats hem terug. Zorg daarbij dat hij correct geplaatst is.
De temperatuur is mogelijk ongeschikt om te laden. Probeer de accu op te laden binnen het bereik van
de geschikte laadtemperatuur (10 °C tot 30 °C).
Raadpleeg pagina 128 voor meer informatie.
Beelden kunnen niet worden opgenomen.
Controleer de resterende opslagcapaciteit van het interne geheugen of de geheugenkaart. Als deze vol
is, voert u een van de volgende handelingen uit:
Verwijder overbodige beelden (pagina 37).
Plaats een andere geheugenkaart.
• Tijdens het opladen van de flitser kunt u geen beelden opnemen.
Voor het opnemen van bewegende beelden adviseren wij u een van de volgende geheugenkaarten te
gebruiken:
"Memory Stick PRO Duo" (Mark2), "Memory Stick PRO-HG Duo"
SD-geheugenkaart of SDHC-geheugenkaart (klasse 4 of sneller)
• Stel [Demonstratiefunctie] in op [Uit] (pagina 81).
De lach-sluiterfunctie werkt niet.
• Er wordt geen beeld opgenomen als geen lachend gezicht wordt gedetecteerd.
• Stel [Demonstratiefunctie] in op [Uit] (pagina 81).
De steadyshot-functie werkt niet.
• De steadyshot-functie werkt mogelijk niet goed wanneer u nachtelijke scènes opneemt.
Druk eerst de sluiterknop half in voor u een opname maakt.
Het opnemen duurt erg lang.
• Als de sluitertijd onder een bepaalde snelheid belandt bij weinig licht, wordt de NR trage-
sluitertijdfunctie (Noise Reduction: ruisonderdrukking) automatisch ingeschakeld om beeldruis te
verminderen. Het opnemen duurt erg lang in dergelijke omstandigheden.
• De functie dichte-ogenvermindering werkt. Stel [Dichte-ogenvermindering] terug in op [Uit]
(pagina 59).
Het beeld is onscherp.
Het onderwerp bevindt zich te dichtbij. Zorg ervoor dat tijdens het opnemen de lens van de camera
verder verwijderd is van het onderwerp dan de minimale opnameafstand (ongeveer 10 cm (W-kant)
of 100 cm (T-kant) tussen lens en onderwerp).
• De functie (Schemer), (Landschap) of (Vuurwerk) is geselecteerd in Scènekeuze bij het
opnemen van stilstaande beelden.
Stilstaande beelden/films opnemen
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
114
NL
De zoomfunctie werkt niet.
U kunt de optische zoom niet gebruiken bij het opnemen met Panorama door beweging.
• U kunt de slimme-zoomfunctie niet gebruiken afhankelijk van het beeldformaat (pagina 74).
U kunt de digitale zoomfunctie niet gebruiken als:
U films opneemt.
De Lach-sluiter actief is.
De gezichtsherkenningsfunctie kan niet worden geselecteerd.
• U kunt gezichtsherkenning enkel selecteren als de scherpstelling ingesteld is op [Multi-AF] of als de
lichtmeetfunctie ingesteld is op [Multi].
De flitser werkt niet.
• U kunt in de volgende gevallen de flitser niet gebruiken:
Als de functie Burst geselecteerd is (pagina 45).
Als de functie (Hoge gevoeligheid), (Schemer) of (Vuurwerk) geselecteerd is bij
Scènekeuze.
Bij Panorama door beweging
Bij de functie Bewegende beelden
• Stel de flitser in op (Aan) (pagina 30) als de scènekeuzefunctie is ingesteld op (Landschap),
(Voedsel), (Huisdieren), (Strand) of (Sneeuw).
Wazige witte punten verschijnen in beelden die met de flitser worden
opgenomen.
• Deeltjes (stof, pollen, enz.) in de lucht hebben het flitslicht gereflecteerd en worden in het beeld
weergegeven. Dit is normaal.
De close-upopnamefunctie (Macro) werkt niet.
De camera past de scherpstelling automatisch aan. Houd de sluiterknop half ingedrukt. Het kan even
duren voor de scherptelling correct is aangepast wanneer u onderwerpen dichtbij opneemt.
• Als de functie (Landschap), (Schemer) of (Vuurwerk) geselecteerd is bij Scènekeuze.
De datum en tijd worden niet weergegeven op het LCD-scherm.
• Tijdens het opnemen worden de datum en tijd niet weergegeven. Ze worden alleen weergegeven
tijdens het afspelen.
Er kunnen geen data aan de beelden worden toegevoegd.
Deze camera beschikt niet over een functie voor het toevoegen van datums aan beelden. Met "PMB"
kunt u beelden met de datum afdrukken of opslaan (pagina 104).
De F-waarde en de sluitertijd knipperen wanneer u de sluiterknop half ingedrukt
houdt.
• De belichting is niet goed. Corrigeer de belichting (pagina 46).
De kleuren van het beeld zijn niet juist.
• Pas de witbalans aan (pagina 48).
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
115
NL
Witte of paarse strepen worden weergegeven in heldere delen van het onderwerp,
of het hele beeld krijgt een rode tint.
• Dit verschijnsel wordt ook wel "smeer" genoemd. Dit duidt niet op een storing. Smeer wordt niet
opgenomen op stilstaande beelden, maar wordt opgenomen als strepen of oneffen kleuren bij beelden
of films opgenomen met Panorama door beweging. ("Heldere delen" verwijst naar zonlicht of
kunstlicht dat veel helderder is dan het omgevingslicht.)
In het beeld verschijnt ruis wanneer u op een donkere plaats naar het scherm
kijkt.
• De camera probeert de zichtbaarheid van het scherm te verhogen door het beeld tijdelijk helderder te
maken onder omstandigheden met een slechte verlichting. Dit is niet van invloed op het opgenomen
beeld.
De ogen van het onderwerp zijn rood.
• Stel [Rode-ogenvermind.] in op [Autom.] of [Aan] (pagina 76).
• Neem het onderwerp op vanaf een afstand korter dan het flitsbereik bij gebruik van de flitser.
Verlicht het vertrek en neem het onderwerp op.
Werk het beeld bij met [Bijwerken] t [Rode-ogen-correctie] in het weergavemenu (pagina 65) of
corrigeer met "PMB".
Er verschijnen puntjes op het scherm.
• Dit is normaal. Deze puntjes worden niet opgenomen.
Beelden kunnen niet continu worden opgenomen.
Het interne geheugen of de geheugenkaart is vol. Verwijder overbodige beelden (pagina 37).
De accu is bijna leeg. Plaats een opgeladen accu.
Hetzelfde beeld wordt meerdere keren opgenomen.
• [Burstinstellingen] is ingesteld op [Burst] (pagina 45).
• [Scèneherkenning] is ingesteld op [Geavanceerd] (pagina 53).
Beelden kunnen niet worden weergegeven.
Zorg ervoor dat de geheugenkaart volledig ingevoerd is in de camera.
De naam van de map of het bestand is gewijzigd op de computer.
Er zijn geen garanties voor het afspelen op deze camera van bestanden die beelden bevatten die op
een computer verwerkt werden of beelden die met andere camera's werden opgenomen.
De camera is ingesteld op de USB-functie. Annuleer de USB-verbinding (pagina 107).
• Dit wordt veroorzaakt door beelden op uw computer naar de geheugenkaart te kopiëren zonder
"PMB" te gebruiken. Registreer de niet-geregistreerde beelden in het databasebestand op het
registratiescherm (pagina 34) of speel dergelijke beelden af met [Mapweergave (stilstaand)] of
[Mapweergave (bewegend)] (pagina 64).
De datum en tijd worden niet weergegeven.
De schermweergave is enkel ingesteld om beelden weer te geven. Druk op de DISP
(Scherminstellingen)-toets om informatie weer te geven (pagina 29).
Beelden weergeven
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
116
NL
De linker- en rechterkant van het scherm worden in zwart weergegeven.
• [Autom. Oriëntatie] is ingesteld op [Aan] (pagina 75).
Kan geen beelden verwijderen in de indexfunctie.
Annuleer de functie Eenvoudig weergeven als deze geactiveerd is.
Geen muziek tijdens diavoorstelling.
Zet muziekbestanden over naar de camera met "Music Transfer" (pagina's 104, 105).
• Controleer of de volume-instelling en instellingen van de diavoorstelling correct zijn (pagina 60).
• Een diavoorstelling wordt weergegeven met [Continue weergave]. Selecteer [Diavoorstelling met
muziek] en speel af.
Het beeld wordt niet weergegeven op het LCD-scherm.
• Als de specifieke A/V-kabel is aangesloten op de camera, koppelt u deze los.
Het beeld verschijnt niet op de televisie.
Controleer [Video-uit] om te zien of het video-uitgangssignaal van de camera is ingesteld op het
kleursysteem van de televisie (pagina 85).
• Controleer de aansluiting (pagina 99).
Bij het opnemen van films wanneer de camera aangesloten is op een tv, wordt het beeld dat u
opneemt niet weergegeven op de tv.
Beeld kan niet worden verwijderd.
• Annuleer de beveiliging (pagina 67).
"Memory Stick PRO Duo" wordt niet herkend door een computer met een
"Memory Stick"-sleuf.
• Controleer of de computer en de "Memory Stick"-Readers/Writers "Memory Stick PRO Duo"
ondersteunen. Gebruikers van computers en "Memory Stick"-Readers/Writers van een andere
fabrikant dan Sony moeten contact opnemen met die fabrikant.
Als de "Memory Stick PRO Duo" niet wordt ondersteund, sluit u de camera aan op de computer
(pagina 106). De "Memory Stick PRO Duo" wordt door de computer herkend.
De computer herkent de camera niet.
• Wanneer de accu bijna leeg is, plaatst u een opgeladen accu.
Stel [USB-aansluiting] in op [Autom.] of [Mass Storage] (pagina 86).
• Gebruik de specifieke USB-kabel (bijgeleverd).
Koppel de specifieke USB-kabel los van zowel de computer als de camera, en sluit deze opnieuw
stevig aan.
Koppel alle apparatuur, behalve de camera, het toetsenbord en de muis, los van de USB-aansluitingen
van de computer.
• Sluit de camera rechtstreeks aan op de computer en niet via een USB-hub of ander apparaat.
Wissen
Computers
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
117
NL
Beelden importeren lukt niet.
• Breng een USB-verbinding tussen de camera en de computer tot stand (pagina 106).
Wanneer u beelden opneemt op een geheugenkaart die met een computer is geformatteerd, kunt u de
beelden wellicht niet naar een computer overzetten. Maak opnamen op een geheugenkaart die met de
camera is geformatteerd (pagina 91).
Nadat de USB-verbinding tot stand is gebracht, wordt "PMB" niet automatisch
gestart.
Breng de USB-verbinding tot stand nadat de computer is ingeschakeld.
Nadat de USB-verbinding tot stand is gebracht, wordt "PMB Portable" niet
gestart.
Stel [LUN-instellingen] in op [Multi].
Stel [USB-aansluiting] in op [Autom.] of [Mass Storage].
Verbind de computer met het netwerk.
Beelden kunnen niet worden weergegeven op uw computer.
Raadpleeg "PMB Help" als u "PMB" gebruikt (pagina 104).
Raadpleeg de fabrikant van de computer of de software.
Wanneer u een film op een computer weergeeft, worden beeld en geluid
onderbroken door storing.
U geeft de film rechtstreeks weer vanuit het interne geheugen of vanaf de geheugenkaart. Importeer
de film naar uw computer met "PMB" en speel deze af.
Beelden die al naar de computer zijn geëxporteerd, kunnen niet op de camera
worden weergegeven.
Exporteer deze beelden naar een map die door de camera wordt herkend, zoals "101MSDCF", en geef
deze weer met [Mapweergave (stilstaand)] of [Mapweergave (bewegend)] (pagina 64).
Registreer het beeld bij het beelddatabasebestand en geef dit weer met [Datumweergave] (pagina 64).
Weergave per gebeurtenis is niet beschikbaar op deze camera.
De geheugenkaart kan niet worden geplaatst.
• Plaats de geheugenkaart in de juiste richting.
U hebt een geheugenkaart per ongeluk geformatteerd.
Alle beeldgegevens op de geheugenkaart zijn verwijderd door het formatteren. U kunt deze niet meer
herstellen.
Beelden worden opgenomen in het interne geheugen, zelfs wanneer er een
geheugenkaart geplaatst is in de camera.
Zorg ervoor dat de geheugenkaart volledig ingevoerd is in de camera.
Geheugenkaart
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
118
NL
Er kunnen geen beelden worden weergegeven of opgenomen in het interne
geheugen.
• Er is een geheugenkaart in de camera geplaatst. Verwijder deze uit de camera.
De beeldgegevens in het interne geheugen kunnen niet naar een geheugenkaart
worden gekopieerd.
De geheugenkaart is vol. Kopieer naar een geheugenkaart met voldoende capaciteit.
De beeldgegevens op de geheugenkaart of de computer kunnen niet naar het
interne geheugen worden gekopieerd.
• Deze functie is niet beschikbaar.
Zie "PictBridge-compatibele printer" in combinatie met de volgende punten.
Beeld kan niet worden afgedrukt.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de printer.
Beelden worden zonder beide randen afgedrukt.
Afhankelijk van de printer kunnen alle randen van het beeld worden bijgesneden. Vooral wanneer u
een beeld hebt opgenomen met het beeldformaat [16:9], kunnen de zijranden van het beeld worden
bijgesneden.
Wanneer u beelden afdrukt met uw eigen printer, kunt u de instellingen voor bijsnijden en afdrukken
zonder randen annuleren. Vraag de fabrikant van de printer of de printer beschikt over deze functies.
Wanneer u de beelden laat afdrukken bij een digitale-fotowinkel, vraagt u of de beelden kunnen
worden afgedrukt zonder beide randen bij te snijden.
Beelden kunnen niet met de datum worden afgedrukt.
Met "PMB" kunt u beelden met de datum afdrukken (pagina 104).
De camera beschikt niet over een functie voor het toevoegen van data aan beelden. Aangezien de
beelden die met de camera zijn opgenomen echter gegevens bevatten over de opnamedatum, kunt u
beelden met de datum afdrukken als de printer of de software Exif-gegevens kan herkennen. Vraag de
fabrikant van de printer of de software of het product compatibel is met Exif-gegevens.
Vraag, als u een beroep doet op een fotowinkel, om de data op de beelden af te drukken.
Intern geheugen
Afdrukken
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
119
NL
Er kan geen verbinding tot stand worden gebracht.
• De camera kan niet rechtstreeks worden aangesloten op een printer die niet compatibel is met
PictBridge. Vraag de fabrikant van de printer of uw printer compatibel is met PictBridge.
Controleer of de printer is ingeschakeld en op de camera kan worden aangesloten.
Stel [USB-aansluiting] in op [PictBridge] (pagina 86).
• Koppel de de specifieke USB-kabel los en sluit deze weer aan. Bij het verschijnen van een
foutmelding op de printer, moet u de gebruiksaanwijzing van de printer raadplegen.
Beelden kunnen niet worden afgedrukt.
• Controleer of de camera en de printer juist op elkaar zijn aangesloten met behulp van de specifieke
USB-kabel.
Schakel de printer in. Voor meer informatie raadpleegt u de gebruiksaanwijzing van de printer.
Als u tijdens het afdrukken [Sluiten] selecteert, is het mogelijk dat de beelden niet worden afgedrukt.
Koppel de de specifieke USB-kabel los en sluit deze weer aan. Als u nog steeds niet uw beelden kunt
afdrukken, koppelt u de specifieke USB-kabel los, schakelt u de printer uit en vervolgens weer in, en
sluit u tenslotte de specifieke USB-kabel opnieuw aan.
Films kunnen niet worden afgedrukt.
• Beelden die andere camera's zijn opgenomen of beelden die op een computer zijn bewerkt, kunnen
mogelijk niet worden afgedrukt.
• Panoramische beelden worden mogelijk niet of slechts gedeeltelijk afgedrukt, afhankelijk van de
printer.
Het afdrukken is geannuleerd.
• Koppel de specifieke USB-kabel niet los voordat de (PictBridge aangesloten) indicator op het
scherm uit is.
In de indexfunctie kan de datum niet worden ingevoegd of kunnen beelden niet
worden afgedrukt.
De printer beschikt niet over deze functies. Vraag de fabrikant van de printer of de printer beschikt
over deze functies.
Afhankelijk van de printer kan de datum niet worden ingevoegd in de indexfunctie. Raadpleeg de
fabrikant van de printer.
In plaats van de datum wordt "---- -- --" afgedrukt op het beeld.
• Het beeld heeft geen opnamegegevens en de datum kan niet worden ingevoegd. Stel [Datum] in op
[Uit] en druk het beeld opnieuw af (pagina 110).
Het beeld kan niet met het geselecteerde formaat worden afgedrukt.
Als u papier van een ander formaat gebruikt nadat de printer op de camera is aangesloten, koppelt u
de specifieke USB-kabel los en sluit u deze daarna weer aan.
De afdrukinstelling van de camera is anders dan die van de printer. Wijzig de instelling van de camera
(pagina 110) of de printer.
• Vraag de fabrikant van de printer of het gewenste afdrukformaat beschikbaar is op de printer.
De camera kan niet worden bediend nadat het afdrukken is geannuleerd.
• Wacht enige tijd terwijl het afdrukken wordt geannuleerd op de printer. Dit kan enige tijd duren,
afhankelijk van de printer.
PictBridge-compatibele printer
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
120
NL
De lens raakt beslagen.
• Er is condensvorming opgetreden. Schakel de camera uit en wacht ongeveer een uur voordat u deze
weer gebruikt.
De camera wordt uitgeschakeld terwijl de lens is uitgeschoven.
• De accu is ontladen. Vervang hem door een opgeladen accu en schakel de camera opnieuw in.
Forceer de lens niet als die is gestopt met bewegen.
De camera wordt warm wanneer u deze langere tijd gebruikt.
• Dit is normaal.
Het scherm voor het instellen van de klok wordt weergegeven nadat de camera is
ingeschakeld.
• Stel de datum en tijd nogmaals in (pagina 98).
De interne oplaadbare reservebatterij is leeg. Plaats een opgeladen batterij en laat de camera 24 uur of
langer uitgeschakeld.
De datum of tijd is niet correct.
• Tijdzone instellen is op een andere zone ingesteld dan uw huidige zone. Wijzig de instellingen met
MENU t (Instellingen) t [Klokinstellingen] t [Tijdzone instellen].
Overige
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
121
NL
Waarschuwingsmededelingen
Als een van de volgende berichten wordt weergegeven, volgt u de aanwijzingen.
• De accu is bijna leeg. Laad de accu onmiddellijk op. Afhankelijk van de gebruiksomstandigheden en
het type accu, kan de aanduiding knipperen, zelfs als er nog voldoende acculading is voor 5 tot
10 minuten gebruik.
Gebruik uitsluitend een geschikte batterij
• De gebruikte batterij is geen NP-BK1-accu (bijgeleverd).
Systeemfout
• Schakel de camera uit en weer in.
De camera is oververhit
Laat de camera eerst afkoelen
• De temperatuur van de camera is gestegen. Het is mogelijk dat de camera automatisch uitgeschakeld
wordt of dat u geen films kunt opnemen. Bewaar de camera op een koele plaats tot de temperatuur
zakt.
Fout van intern geheugen
• Schakel de camera uit en weer in.
Plaats de geheugenkaart opnieuw
De geplaatste geheugenkaart kan niet met de camera worden gebruikt (pagina 3).
De contactpunten van de geheugenkaart zijn vuil.
• De geheugenkaart is beschadigd.
Verkeerd type geheugenkaart
De geplaatste geheugenkaart kan niet met de camera worden gebruikt (pagina 3).
Met geheugenkaart is opnemen en weergeven misschien onmogelijk
De geplaatste geheugenkaart kan niet met de camera worden gebruikt (pagina 3).
Fout bij formatteren intern geheugen
Fout bij formatteren geheugenkaart
Formatteer het medium opnieuw (pagina 91).
Geheugenkaart vergrendeld
• U gebruikt de geheugenkaart met de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand LOCK. Zet de
schakelaar in de stand voor opnemen.
Geheugenkaart voor alleen-lezen
• De camera kan geen beelden opnemen of verwijderen op deze geheugenkaart.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
122
NL
Geen beelden beschikbaar
Er zijn geen beelden die kunnen worden weergegeven opgenomen in het interne geheugen.
Er zijn in deze map van de geheugenkaart geen beelden opgenomen die kunnen worden weergegeven.
Er zijn geen stilstaande beelden
De geselecteerde map of datum bevat geen bestand dat in een diavoorstelling kan worden afgespeeld.
Bestand gevonden dat niet herkend werd
U hebt geprobeerd een map te wissen die een bestand bevat dat niet kan worden afgespeeld op deze
camera. Wis het bestand met een computer en wis dan de map.
Mapfout
Op de geheugenkaart staat al een map met dezelfde drie eerste cijfers (bijvoorbeeld: 123MSDCF en
123ABCDE). Selecteer een andere map of maak een nieuwe map (pagina's 92, 93).
Kan geen mappen meer maken
Op de geheugenkaart staat een map waarvan de naam begint met "999". U kunt in dat geval geen
mappen meer maken.
Inhoud map weggooien
U hebt geprobeerd een map te wissen die een of meer bestanden bevat. Wis alle bestanden en wis dan
de map.
Map is beschermd
• U hebt geprobeerd een map te wissen die met een pc of een ander apparaat als "alleen lezen" werd
gemarkeerd.
Bestandsfout
• Er is een fout opgetreden tijdens het weergeven van het beeld.
Er zijn geen garanties voor het afspelen op deze camera van bestanden die beelden bevatten die op
een computer verwerkt werden of beelden die met andere camera's werden opgenomen.
Deze map heeft het kenmerk Alleen lezen.
• U hebt een map geselecteerd die niet kan worden ingesteld op de camera als een opnamemap.
Selecteer een andere map (pagina 93).
Bestandsbeveiliging
• Annuleer de beveiliging (pagina 67).
Te groot beeldformaat
U geeft een beeld weer met een formaat dat niet kan worden weergegeven op de camera.
Kan gezicht voor bewerken niet vinden
• Het is mogelijk dat u het beeld niet kunt corrigeren, afhankelijk van het beeld.
(Trillingswaarschuwing)
Door onvoldoende licht is de camera gevoelig voor beweging. Gebruik de flitser of bevestig de
camera op een statief om de camera te stabiliseren.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
123
NL
1280×720 (Fijn) wordt niet ondersteund door deze geheugenkaart
1280×720 (Standaard) wordt niet ondersteund door deze geheugenkaart
Voor het opnemen van films is het aangeraden een geheugenkaart van 1 GB of meer te gebruiken.
Schakel uit en weer in
Er is een lensstoring opgetreden.
Maximumaantal beelden is reeds geselecteerd
U kunt maximaal 100 bestanden selecteren met behulp van [Meerdere beelden].
• U kunt een afdrukmarkering toevoegen aan maximaal 999 bestanden. Annuleer de selectie.
• Het is mogelijk dat de gegevensoverdracht naar de printer nog niet voltooid is. Koppel de specifieke
USB-kabel niet los.
Verwerkt...
• De printer annuleert de huidige afdruktaak. U kunt niet afdrukken voordat dit is voltooid. Dit kan
enige tijd duren, afhankelijk van de printer.
Fout tijdens weergeven van muziek
Wis het muziekbestand of vervang het door een onbeschadigd muziekbestand.
• Voer [Format. muz.] uit en download vervolgens een nieuw muziekbestand.
Muziekgeheugen-formatteringsfout
• Voer [Format. muz.] uit.
Bediening kan niet worden uitgevoerd voor niet-onderst. bestanden
• Verwerken en andere bewerkingsfuncties van de camera kunnen niet worden uitgevoerd op
beeldbestanden die door een computer werden verwerkt of werden opgenomen met andere camera's.
Voorbereiden beelddatabasebestand
De camera herstelt de informatie m.b.t. datum enz. in gevallen waar beelden gewist werden op een pc
enz.
De camera maakt de nodige databasebestanden aan nadat de geheugenkaart is geformatteerd.
Het aantal beelden overschrijdt het aantal waarvoor databeheer in een databasebestand door de
camera mogelijk is. Om nieuwe beelden te registreren bij het databasebestand, wist u overbodige
beelden uit [Datumweergave].
Geen ruimte meer in interne geheugen
Beelden wissen?
Het interne geheugen is vol. Selecteer [Ja] en wis ongewenste beelden om op te nemen in het interne
geheugen.
Kan niet registreren bij het beelddatabasebestand of weergeven met [Datumweergave]. Importeer alle
beelden naar een computer met "PMB" en herstel de geheugenkaart of het interne geheugen.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
124
NL
Fout van beelddatabasebestand
Kan niet herstellen
• Importeer alle beelden naar de computer met behulp van "PMB" en formatteer de geheugenkaart of
het interne geheugen (pagina 91).
Importeer alle beelden naar de computer zonder "PMB" als u niet alle beelden naar de computer kunt
importeren met behulp van "PMB" (pagina 106).
Exporteer de geïmporteerde beelden naar de camera met "PMB" om de beelden opnieuw op de
camera te bekijken.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
125
NL
"Memory Stick Duo"
Een "Memory Stick Duo" is een compact, draagbaar IC-opnamemedium. De typen "Memory
Stick Duo" die kunnen worden gebruikt met deze camera, worden vermeld in de onderstaande
tabel. Een goede werking kan echter niet worden gegarandeerd voor alle functies van de
"Memory Stick Duo".
*
1
Een hoge gegevensoverdrachtssnelheid via een parallelle interface wordt niet ondersteund.
*
2
"Memory Stick Duo", "MagicGate Memory Stick Duo" en "Memory Stick PRO Duo" zijn uitgerust met
MagicGate-functies. MagicGate is een technologie ter bescherming van auteursrechten waarbij wordt
gebruikgemaakt van coderingstechnologie. Deze camera kan geen gegevens opnemen/weergeven
waarvoor MagicGate-functies zijn vereist.
*
3
Bewegende beelden in het formaat [1280×720] kunnen niet worden opgenomen in het interne geheugen
of op een andere "Memory Stick" dan een "Memory Stick PRO Duo" of "Memory Stick PRO-HG Duo".
*
4
Deze camera ondersteunt een 8-bits parallelle gegevensoverdracht niet. Deze voert dezelfde 4-bits
parallelle gegevensoverdracht uit als de "Memory Stick PRO Duo".
Dit product is compatibel met "Memory Stick Micro" ("M2"). "M2" is een afkorting van "Memory Stick
Micro".
De juiste werking van een "Memory Stick Duo" die op een computer is geformatteerd, kan met de
camera niet worden gegarandeerd.
De lees-/schrijfsnelheid van de gegevens verschilt afhankelijk van de gebruikte "Memory Stick Duo" en
apparatuur.
Verwijder de "Memory Stick Duo" niet terwijl gegevens worden gelezen of geschreven.
De gegevens kunnen in de volgende gevallen worden beschadigd:
Wanneer de "Memory Stick Duo" uit de camera wordt verwijderd of de camera wordt uitgeschakeld
tijdens het lezen of schrijven van gegevens
Wanneer de "Memory Stick Duo" wordt gebruikt op plaatsen met statische elektriciteit of elektrische
ruis
U kunt het beste een reservekopie (back-up) van belangrijke gegevens maken.
Plak geen etiket op de "Memory Stick Duo" zelf of op een "Memory Stick Duo"-adapter.
Raak het aansluitpunt van de "Memory Stick Duo" niet aan met uw hand of een metalen voorwerp.
Sla niet tegen de "Memory Stick Duo", buig deze niet en laat deze niet vallen.
Demonteer of wijzig de "Memory Stick Duo" niet.
Stel de "Memory Stick Duo" niet bloot aan water.
Houd de "Memory Stick Duo" buiten het bereik van kleine kinderen. Kinderen kunnen de kaart per
ongeluk doorslikken.
Plaats geen ander voorwerp dan een "Memory Stick Duo" in de "Memory Stick Duo"-sleuf. Hierdoor zal
de werking worden verstoord.
Gebruik of bewaar de "Memory Stick Duo" niet onder de volgende omstandigheden:
Op plaatsen met een hoge temperatuur, zoals in een hete auto die in de zon is geparkeerd
Op plaatsen die zijn blootgesteld aan direct zonlicht
Op vochtige plaatsen of plaatsen waar zich corrosieve stoffen bevinden
Type "Memory Stick" Opname/weergave
Memory Stick Duo (zonder MagicGate) a*
1
Memory Stick Duo (met MagicGate) a*
2
MagicGate Memory Stick Duo a*
1
*
2
Memory Stick PRO Duo a*
2
*
3
Memory Stick PRO-HG Duo a*
2
*
3
*
4
Opmerkingen
Wordt vervolgd r
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
126
NL
Opmerkingen bij het gebruik van een "Memory Stick Duo"-
adapter (los verkrijgbaar)
Als u een "Memory Stick Duo" met een "Memory Stick"-apparaat wilt gebruiken, moet u de "Memory
Stick Duo" eerst in een "Memory Stick Duo"-adapter plaatsen. Als u een "Memory Stick Duo" in een
"Memory Stick"-compatibel apparaat plaatst zonder een "Memory Stick Duo"-adapter, is het mogelijk
dat u deze niet kunt verwijderen.
Zorg er bij het plaatsen van een "Memory Stick Duo" in een "Memory Stick Duo"-adapter voor dat de
"Memory Stick Duo" in de juiste richting en volledig wordt geplaatst. Verkeerde plaatsing kan een fout
veroorzaken.
Wanneer u een "Memory Stick Duo" die in een "Memory Stick Duo"-adapter is geplaatst, met een
"Memory Stick"-apparaat gebruikt, moet u ervoor zorgen dat de "Memory Stick Duo"-adapter in de
juiste richting wordt geplaatst. Houd er rekening mee dat de apparatuur kan worden beschadigd door
onjuist gebruik.
Plaats een "Memory Stick Duo"-adapter niet in een "Memory Stick"-compatibel apparaat zonder dat een
"Memory Stick Duo" in de adapter is geplaatst. Als u dit toch doet, kan een storing in de camera
optreden.
Opmerkingen bij het gebruik van een "Memory Stick Micro"
(los verkrijgbaar)
Om een "Memory Stick Micro" met deze camera te gebruiken, dient u de "Memory Stick Micro" in een
"M2"-adapter van het Duo-formaat te plaatsen. Als u een "Memory Stick Micro" rechtstreeks in de
camera plaatst zonder een "M2"-adapter van het Duo-formaat te gebruiken, is het mogelijk dat u deze
niet weer uit de camera kunt halen.
Houd de "Memory Stick Micro" buiten het bereik van kleine kinderen. Kinderen kunnen de kaart per
ongeluk doorslikken.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
127
NL
Accu
De accu opladen
Wij raden u aan de accu op te laden in een omgevingstemperatuur tussen 10 °C en 30 °C. De accu wordt
mogelijk niet efficiënt opgeladen bij temperaturen die buiten dit bereik liggen.
De accu efficiënt gebruiken
De prestaties van de accu gaan achteruit als deze in een koude omgeving wordt gebruikt. Op koude
plaatsen is de gebruiksduur van de accu korter. Voor een langdurig gebruik raden we u het volgende aan:
Bewaar de accu in een binnenzak om deze warm te houden en plaats de accu vlak voordat u begint met
opnemen in de camera.
De acculading wordt sneller verbruikt wanneer u de flitser of zoomfunctie vaak gebruikt.
U kunt het beste reserveaccu's bij de hand houden met een totale opnameduur van twee of drie keer zo
lang als de verwachte opnameduur, en eerst proefopnamen maken voordat u de werkelijke opnamen
maakt.
Stel de accu niet bloot aan water. De accu is niet waterbestendig.
Laat de accu niet liggen op zeer warme locaties, zoals in een auto of in direct zonlicht.
Wanneer de aansluitpunten van de accu vuil zijn, kan de camera mogelijk niet ingeschakeld worden, kan
de accu mogelijk niet opgeladen worden, of kunnen andere symptomen zich voordoen. Veeg in
dergelijke gevallen het vuil voorzichtig af met een zachte doek.
De accu bewaren
Ontlaad de accu volledig voordat u deze op een koele droge plaats opbergt. Om de werking van de accu
te behouden moet u minstens één keer per jaar tijdens bewaring de accu volledig opladen en vervolgens
volledig ontladen in de camera.
Als u de acculading wilt verbruiken, schakelt u de camera in de weergavefunctie voor diavoorstelling
totdat de camera wordt uitgeschakeld.
Om de contactpunten van de accu schoon te houden en kortsluiting te voorkomen, plaatst u de accu in
een plastic zakje of iets dergelijks wanneer u deze meeneemt of opbergt. Zo houdt u de accu ook uit de
buurt van andere metalen voorwerpen.
Levensduur van de accu
De levensduur van de accu is beperkt. De capaciteit van de accu neemt af door herhaaldelijk gebruik en
naarmate de tijd verstrijkt. Als een verminderde gebruikstijd tussen het laden opmerkelijk wordt, is het
waarschijnlijk tijd om de accu te vervangen door een nieuwe.
De levensduur van de accu verschilt afhankelijk van de opslag- en gebruiksomstandigheden waaronder
de accu wordt gebruikt.
Compatibele accu
De NP-BK1 (bijgeleverd) kan alleen worden gebruikt in Cyber-shot-modellen compatibel met K-type.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
128
NL
Acculader
Met de acculader (bijgeleverd) kunt u alleen accu's van het type NP-BK (geen andere types) opladen.
Andere batterijen kunnen lekken, oververhit geraken of ontploffen als u ze probeert op te laden. Dit kan
leiden tot elektrocutie en brandwonden.
Verwijder de opgeladen accu uit de acculader. Als u de opgeladen accu in de lader laat zitten, kan de
levensduur van de accu worden verkort.
Het CHARGE-lampje van de bijgeleverde acculader knippert als volgt:
Snel knipperen: het lampje knippert met een interval van 0,15 seconden.
Traag knipperen: het lampje knippert met een interval van 1,5 seconden.
Als het CHARGE-lampje snel knippert, haalt u de accu die wordt opgeladen uit de acculader en plaatst u
dezelfde accu stevig terug in de acculader. Als het CHARGE-lampje opnieuw snel knippert, kan dit
aangeven dat een accufout is opgetreden of dat een accu van een ander type dan het opgegeven type is
geplaatst. Controleer of de geplaatste accu van het opgegeven type is. Als de accu van het opgegeven
type is, haalt u de accu uit de lader, vervangt u deze door een nieuwe of een andere en controleert u of de
acculader goed werkt. Als de acculader goed werkt, kan een accufout zijn opgetreden.
Als het CHARGE-lampje traag knippert, betekent dit dat de acculader het laden tijdelijk heeft
onderbroken. De acculader stopt het laden en schakelt automatisch over naar de wachtstand wanneer de
temperatuur zich buiten het aangeraden bereik bevindt. Wanneer de temperatuur zich opnieuw binnen het
aangeraden bereik bevindt, hervat de acculader het laden en gaat het CHARGE-lampje weer branden.
Wij raden u aan de accu op te laden in een omgevingstemperatuur tussen 10 °C en 30 °C.
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
129
NL
Index
Cijfers
1080i.......................................................................................83
480p/576p ............................................................................83
A
Aansluiten
Computer ....................................................................106
Printer...........................................................................110
Televisie........................................................................99
Accu .....................................................................................127
Acculader ...........................................................................128
AF-bereikzoekerframe ...................................................50
Afdrukken....................................................................68, 110
Afdrukmarkering ......................................................68, 111
AF-verlicht. ........................................................................71
Autom. Oriëntatie.............................................................75
Autom. Programma .........................................................22
B
Beeldformaat ......................................................................41
Beeldindex...........................................................................36
Belichting.............................................................................46
Bestandsnummer...............................................................96
Besturingsknop..................................................................14
Besturingssysteem..........................................................103
Beveiligen............................................................................67
Bewegende beeldn ...........................................................27
Bijwerken.............................................................................65
Burstinstellingen...............................................................45
C
CD-ROM............................................................................104
Computer............................................................................103
Beelden importeren ........................................106, 107
Continue weergave ..........................................................60
CTRL.VOOR HDMI ......................................................84
D
Datum/tijd instellen.........................................................98
Demonstratiefunctie ........................................................81
Diavoorstelling ..................................................................60
Diavoorstelling met muziek.........................................61
Dichte-ogenalarm .............................................................77
Dichte-ogenvermindering.............................................59
Digitale zoom.....................................................................74
DISP.......................................................................................29
Displayresolutie.................................................................73
Downl. muz. ......................................................................88
DPOF.....................................................................................68
DRO .......................................................................................58
E
Eenvoudig opnemen........................................................20
Eenvoudig weergeven ....................................................21
EV ...........................................................................................46
F
Flitser...............................................................................30, 44
Format. muz. .....................................................................89
Formatteren.........................................................................91
Functiegids ..........................................................................80
G
Geheugenkaart .....................................................................3
Gezichtsherkenning.........................................................56
H
HDMI-aansluiting ..........................................................100
HDMI-resolutie.................................................................83
Hoge gevoeligheid ...........................................................25
Huisdieren............................................................................25
I
Initialiseren..........................................................................82
Installeren...........................................................................104
Instellingen..........................................................................12
Intern geheugen.................................................................18
ISO..........................................................................................47
K
Kalender ...............................................................................64
Klokinstellingen................................................................98
Kopiëren ...............................................................................95
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
130
NL
L
Lach-herkenn.gevoeligheid..........................................55
Lach-sluiter .........................................................................31
Landschap............................................................................25
Language Setting..............................................................79
Lgz synchro.........................................................................30
Lichtmeetfunctie...............................................................52
Lichtmeting met meerdere patronen ........................52
Lichtmeting met nadruk op het midden..................52
LUN-instellingen..............................................................87
M
Macintosh-computer .....................................................103
Map
Maken
.............................................................................92
Selecteren......................................................................70
Wijzigen........................................................................93
Wissen............................................................................94
Map kiezen ..........................................................................70
Mass Storage ......................................................................86
"Memory Stick Duo" ....................................................125
MENU...................................................................................10
Midden-AF..........................................................................50
Modusknop..........................................................................17
MTP........................................................................................86
Multi-AF...............................................................................50
Music Transfer.........................................................104, 105
N
NTSC.....................................................................................85
O
Onscherpte repareren......................................................65
Opn.map wissen................................................................94
Opnamemap maken.........................................................92
Opnamemap wijz. ...........................................................93
Opnamerichting.................................................................40
Opnemen
Bewegende beelden..................................................27
Stilstaand beeld ..........................................................19
Optische zoom .............................................................28, 74
P
PAL.........................................................................................85
Panorama door beweging..............................................23
PC..........................................................................................103
PictBridge ....................................................................86, 110
Pieptoon................................................................................78
Pixel........................................................................................43
Plaats van de onderdelen...............................................14
PMB .....................................................................................104
PMB Portable...................................................................108
Precisie-digitale-zoomfunctie .....................................74
Problemen oplossen.......................................................112
PTP .........................................................................................86
Punt-AF.................................................................................50
Puntlichtmeting .................................................................52
R
Rode-ogen-correctie........................................................65
Rode-ogenvermind. ........................................................76
Roteren..................................................................................69
S
Scèneherkenning...............................................................53
Scènekeuze..........................................................................25
Schemer ................................................................................25
Schemer-portret.................................................................25
Scherm...................................................................................29
Scherpstellen.......................................................................50
Slim automatisch instellen............................................19
Slimme-zoomfunctie.......................................................74
Sneeuw..................................................................................25
Soft Snap..............................................................................25
Software..............................................................................104
Stramienlijn.........................................................................72
Strand.....................................................................................25
Stroombesparing ...............................................................90
T
Televisie ...............................................................................99
Tijdzone instellen .............................................................97
Trimmen (formaat wijz.)...............................................65
U
USB/A/V OUT-aansluiting..........................99, 106, 110
USB-aansluiting................................................................86
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
131
NL
V
VGA.......................................................................................41
Video-uit...............................................................................85
Voedsel .................................................................................25
Vuurwerk .............................................................................25
W
Waarschuwingsmededelingen...................................121
Weergave .............................................................................34
Weergavefunctie ...............................................................64
Weergavezoom..................................................................35
Windows-computer .......................................................103
Wissen.............................................................................37, 66
Witbalans .............................................................................48
Z
Zelfontsp. ............................................................................32
Zelfportret............................................................................32
Zoom......................................................................................28
Inhoud
Zoeken op
bediening
Zoeken op MENU/
instellingen
Index
132
NL
Opmerkingen bij de licentie
DIT PRODUCT HEEFT ONDER DE AVC-PATENTENPORTEFEUILLE EEN LICENTIE
VOOR HET PERSOONLIJK EN NIET-COMMERCIËLE GEBRUIK VAN EEN KLANT OM
(i) VIDEO TE CODEREN OVEREENKOMSTIG DE AVC-STANDAARD ("AVC VIDEO")
EN/OF
(ii) AVC VIDEO TE DECODEREN DIE DOOR EEN KLANT WERD GECODEERD IN EEN
PERSOONLIJKE EN NIET-COMMERCIËLE ACTIVITEIT EN/OF WAS VERKREGEN
VAN EEN VIDEOLEVERANCIER DIE EEN LICENTIE HEEFT VOOR HET LEVEREN
VAN AVC VIDEO.
ER ZAL GEEN LICENTIE WORDEN TOEGEKEND OF GEÏMPLICEERD VOOR ENIG
ANDER GEBRUIK. U KUNT AANVULLENDE INFORMATIE VERKRIJGEN BIJ MPEG
LA, L.L.C. ZIE
HTTP://WWW.MPEGLA.COM
Betreffende de licentie voor "Music Transfer" die zich op de
CD-ROM bevindt (bijgeleverd)
MPEG Layer-3 audio coding technology and patents licensed from Fraunhofer IIS and
Thomson.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132

Sony DSC-W370 Handleiding

Type
Handleiding