Dell 3333/3335dn Mono Laser Printer Snelstartgids

Type
Snelstartgids
Dell
3333dn/3335dn
multifuntionele
laserprinter
Naslagkaart
Bezig met kopiëren
Kopieën maken
Snel kopiëren
1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven
en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer
(ADF) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen,
transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit
tijdschriften) in de ADF. Gebruik in plaats daarvan de glasplaat.
2 Als u een document in de automatische documentinvoer plaatst,
moet u de papiergeleiders aanpassen.
3 Druk op het bedieningspaneel van de printer op .
4 Als u het document op de glasplaat hebt gelegd, raakt u Finish
the Job (Taak voltooien) aan om terug te keren naar het
beginscherm.
Kopiëren via de ADF
1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven
en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer
(ADF).
Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen,
transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit
tijdschriften) in de ADF. Gebruik in plaats daarvan de glasplaat.
2 Pas de papiergeleiders aan.
3 Raak Copy (Kopiëren) aan op het beginscherm of voer het aantal
kopieën in met het toetsenblok.
Het scherm Kopiëren wordt weergegeven.
4 Geef de gewenste kopieerinstellingen op.
5 Raak Copy It (Kopiëren) aan.
Kopiëren via de glasplaat
1 Plaats het originele document met de bedrukte zijde naar
beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat.
2 Raak Copy (Kopiëren) aan op het beginscherm of voer het aantal
kopieën in met het toetsenblok.
Het scherm Kopiëren wordt weergegeven.
3 Geef de gewenste kopieerinstellingen op.
4 Raak Copy It (Kopiëren) aan.
5 Plaats het volgende document op de glasplaat en raak Scan the
Next Page (Volgende pagina scannen) aan als u nog meer
pagina's wilt scannen.
6 Raak Finish the Job (Taak voltooien) aan om terug te keren naar
het beginscherm.
De huidige afdruktaak
onderbreken om kopieën te
maken
Als de instelling “Kopieën met prioriteit toestaan” is ingeschakeld,
onderbreekt de printer de huidige afdruktaak als u een kopieertaak
start.
Opmerking: de instelling “Kopieën met prioriteit toestaan” in het
menu Kopieerinstellingen moet zijn ingeschakeld zodat u de huidige
afdruktaak kunt onderbreken om te kopiëren.
1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde omhoog en
de korte zijde als eerste in de ADI of met de bedrukte zijde omlaag
op de glasplaat.
Opmerking: plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen,
transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit
tijdschriften) in de ADI. Gebruik in plaats daarvan de glasplaat.
2 Als u een document in de ADI plaatst, moet u de papiergeleiders
aanpassen.
3 Druk op het bedieningspaneel van de printer op .
4 Als u het document op de glasplaat hebt gelegd, raakt u Taak
voltooien aan om terug te keren naar het home-scherm.
Kopieertaak annuleren
Een kopieertaak annuleren terwijl het
document zich in de ADI bevindt
Als de ADI met het verwerken van een document begint, wordt het
scanscherm weergegeven. U kunt de kopieertaak annuleren door op
het aanraakscherm Taak annuleren aan te raken.
Het scherm "Scantaak wordt geannuleerd" wordt weergegeven. De
ADI voert alle pagina's uit de ADI en annuleert de taak.
Een kopieertaak annuleren terwijl
pagina's via de glasplaat worden
gekopieerd
Raak Taak Annuleren aan op het aanraakscherm.
Het scherm "Scantaak wordt geannuleerd" wordt weergegeven.
Wanneer de taak is geannuleerd, wordt het kopieerscherm
weergegeven.
Een kopieertaak annuleren terwijl de
pagina's worden afgedrukt
1 Raak Cancel Job (Taak annuleren) aan op het aanraakscherm of
druk op op het toetsenblok.
2 Raak de taak aan die u wilt annuleren.
3 Raak Delete Selected Jobs (Geselecteerde taken
verwijderen) aan.
Het resterende deel van de kopieertaak is geannuleerd. Het
home-scherm wordt weergegeven.
1
E-mailen
Voorbereiden op het per e-mail
verzenden
De e-mailfunctie instellen
Om de e-mailfunctie te activeren, moet deze worden ingeschakeld in
de printerconfiguratie en over een geldig IP-adres of gatewayadres
beschikken. U stelt als volgt de e-mailfunctie in:
1 Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van uw
webbrowser.
Opmerking: Als u het IP-adres van de printer niet weet, drukt u
een netwerkconfiguratiepagina af en zoekt u het IP-adres op in
het TCP/IP-gedeelte.
2 Klik op Settings (Instellingen).
3 Klik bij Standaardinstellingen op E-mail/FTP Settings
(Instellingen E-mail/FTP).
4 Klik op E-mail Settings (E-mailinstellingen).
5 Klik op Setup E-mail Server (E-mailserver instellen).
6 Voer de betreffende informatie in de velden in.
7 Klik op Add (Voeg toe).
De e-mailinstellingen configureren
1 Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van uw
webbrowser.
Opmerking: Als u het IP-adres van de printer niet weet, drukt u
een netwerkconfiguratiepagina af en zoekt u het IP-adres op in
het TCP/IP-gedeelte.
2 Klik op Settings (Instellingen).
3 Klik op E-mail/FTP Settings (E-mail-/FTP-instellingen).
4 Klik op E-mail Settings (E-mailinstellingen).
5 Voer de betreffende informatie in de velden in.
6 Klik op Submit (Verzenden).
Een e-mailsnelkoppeling maken
Een e-mailsnelkoppeling maken met de
Embedded Web Server
1 Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van uw
webbrowser.
Opmerking: Als u het IP-adres van de printer niet weet, drukt u
een netwerkconfiguratiepagina af en zoekt u het IP-adres op in
het TCP/IP-gedeelte.
2 Klik op Settings (Instellingen).
3 Klik in Overige instellingen op Manage Shortcuts
(Snelkoppelingen beheren).
4 Klik op E-mail Shortcut Setup (Instellingen e-
mailsnelkoppeling).
5 Voer een unieke naam in voor de ontvanger en geef vervolgens
het e-mailadres op.
Opmerking: Als u meerdere adressen invoert, dient u de
afzonderlijke adressen door een komma (,) van elkaar te
scheiden.
6 Selecteer de scaninstellingen (Indeling, Inhoud, Kleur en
Resolutie).
7 Voer een snelkoppelingsnummer in en klik vervolgens op Add
(Toevoegen).
Als u een nummer invoert dat al in gebruik is, wordt u gevraagd
een ander nummer te kiezen.
Een e-mailsnelkoppeling maken met
het aanraakscherm
1 Raak E-mail aan op het beginscherm.
2 Voer het e-mailadres van de ontvanger in.
Als u een groep met ontvangers wilt maken, raakt u de optie voor
Next address (Volgend adres) aan en geeft u het e-mailadres
van de volgende ontvanger op.
3 Raak Save as Shortcut (Opslaan als snelkoppeling) aan.
4 Typ een unieke naam voor de snelkoppeling en raak daarna Enter
(Invoeren) aan.
5 Controleer of de naam en het nummer van de snelkoppeling juist
zijn en raak vervolgens OK aan.
Als de naam en het nummer niet juist zijn, raakt u Cancel
(Annuleren) aan en voert u de gegevens opnieuw in.
Een e-mail annuleren
Als u de ADF gebruikt, raakt u Cancel Job (Taak annuleren) aan
als Scanning… (Bezig met scannen) wordt
weergegeven.
Als u de glasplaat (flatbed) gebruikt, raakt u Cancel Job (Taak
annuleren) aan als Scanning… (Bezig met scannen)
wordt weergegeven of als Scan the Next Page
(Volgende pagina scannen) / Finish the Job
(Taak voltooien) wordt weergegeven.
Faxen
Een fax verzenden
Een fax verzenden via het
bedieningspaneel van de printer
1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven
en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer
(ADF) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen,
transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit
tijdschriften) in de ADF. Gebruik in plaats daarvan de glasplaat.
2 Als u een document in de automatische documentinvoer plaatst,
moet u de papiergeleiders aanpassen.
3 Raak Fax aan op het beginscherm.
4 Voer het faxnummer of een snelkoppeling in via het
aanraakscherm of het toetsenblok.
Als u ontvangers wilt invoeren, raakt u Next item (Volgende
nummer) aan en geeft u het telefoonnummer of
snelkoppelingsnummer op, of zoekt u in het adresboek.
Opmerking: Druk op als u een pauze in het faxnummer wilt
plaatsen. Deze pauze wordt als komma weergegeven in het vak
Fax aan. Gebruik deze functie als u eerst een nummer moet kiezen
om een buitenlijn te krijgen.
5 Raak Fax It (Faxen) aan.
2
Een fax verzenden via de computer
Door vanaf een computer te faxen kunt u elektronische documenten
verzenden van achter uw bureau. Hierdoor hebt u de flexibiliteit om
rechtstreeks vanuit softwareprogramma's documenten te faxen.
Voor Windows-gebruikers
Opmerkingen:
U hebt het PostScript-stuurprogramma voor uw printer nodig
om deze functie te kunnen uitvoeren.
Controleer of de faxoptie op het printerstuurprogramma is
geïnstalleerd.
1 Open het gewenste bestand en klik op File (Bestand) ªPrint
(Afdrukken).
2 Klik op Eigenschappen, Voorkeuren, Opties of Instellen.
3 Selecteer het tabblad Other Options (Overige opties) en klik op
Fax (Faxen).
4 In het faxscherm geeft u de naam en het faxnummer op van de
ontvanger.
5 Klik op OK en klik vervolgens opnieuw op OK.
6 Klik op OK.
Voor gebruikers van Mac OS X versie 10.2 en
10.3
1 Open het gewenste bestand en kies Archief > Druk af.
2 Selecteer Afdruktaken doorsturen in het pop-upmenu met
afdrukopties.
3 Selecteer Faxen en voer de naam, het nummer en andere
benodigde informatie van de ontvanger in.
4 Klik op Druk af.
Voor gebruikers van Mac OS X versie 10.4 of
later
1 Open het gewenste bestand en kies Archief > Druk af.
2 Kies PDF faxen in het PDF-pop-upmenu.
3 Typ het faxnummer in het veld Aan en voer eventuele andere
benodigde informatie in.
4 Klik op Fax (Faxen).
Wanneer u de foutmelding "Geen faxmodems gevonden" krijgt,
volgt u deze instructies om uw printer als een faxapparaat toe te
voegen:
a Selecteer in het pop-upmenu Printer Voeg printer toe.
b Selecteer de printer in het dialoogvenster dat wordt
weergegeven.
c Selecteer Stuurprogramma selecteren in het pop-upmenu
Druk af via.
d Selecteer het printer-/faxmodel in de lijst en klik op Voeg
toe.
Snelkoppelingen maken
Een snelkoppeling voor een
faxbestemming maken met de
Embedded Web Server
U kunt een permanente faxbestemming maken en er een
snelkoppelingsnummer aan toewijzen, zodat u niet elke keer als u
een fax wilt verzenden het gehele faxnummer van de ontvanger hoeft
in te voeren op het bedieningspaneel van de printer. U kunt een
snelkoppeling maken voor één faxnummer of een groep met
faxnummers.
1 Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van uw
webbrowser.
Opmerking: Als u het IP-adres van de printer niet weet, drukt u
een netwerkconfiguratiepagina af en zoekt u het IP-adres op in
het TCP/IP-gedeelte.
2 Klik op Settings (Instellingen).
3 Klik op Manage Shortcuts (Snelkoppelingen beheren).
Opmerking: u wordt mogelijk om een wachtwoord gevraagd.
Vraag uw systeembeheerder om een gebruikers-ID en een
wachtwoord als u deze nog niet hebt.
4 Klik op Fax Shortcut Setup (Instellingen faxsnelkoppeling).
5 Typ een unieke naam voor de snelkoppeling en geef het
faxnummer op.
Als u een snelkoppeling voor meerdere nummers wilt maken,
dient u de faxnummers voor die groep op te geven.
Opmerking: u dient de afzonderlijke faxnummers via een
puntkomma (;) van elkaar te scheiden.
6 Wijs een snelkoppelingsnummer toe.
Als u een nummer invoert dat al in gebruik is, wordt u gevraagd
een ander nummer te kiezen.
7 Klik op Add (Voeg toe).
Een snelkoppeling voor een
faxbestemming maken met het
aanraakscherm
1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde omhoog en
de korte zijde als eerste in de ADI of met de bedrukte zijde omlaag
op de glasplaat.
Opmerking: plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen,
transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit
tijdschriften) in de ADI. Gebruik in plaats daarvan de glasplaat.
2 Als u een document in de ADI plaatst, moet u de papiergeleiders
aanpassen.
3 Raak Fax aan op het beginscherm.
4 Geef het faxnummer op.
Als u een groep met faxnummers wilt maken, raakt u Volgend
nr. aan en geeft u het volgende faxnummer op.
5 Raak Opslaan als snelkoppeling aan.
6 Voer een naam in voor de snelkoppeling.
7 Raak OK aan.
8 Raak Faxen aan om de fax te verzenden of raak
aan om naar
het beginscherm terug te keren.
3
Scannen naar een FTP-
adres
Scannen naar een FTP-adres
Scannen naar een FTP-adres via het
toetsenblok
1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven
en de korte zijde als eerste in ADI of met de bedrukte zijde naar
beneden op de glasplaat.
Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen,
transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit
tijdschriften) in de ADI. Plaats deze items op de glasplaat.
2 Als u een document in de ADI plaatst, moet u de papiergeleiders
aanpassen.
3 Raak FTP aan op het beginscherm.
4 Typ het FTP-adres.
5 Raak Send It (Verzenden) aan.
Scannen naar een FTP-adres met behulp
van een snelkoppelingsnummer
1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven
en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer
(ADF) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen,
transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit
tijdschriften) in de ADF. Gebruik in plaats daarvan de glasplaat.
2 Als u een document in de automatische documentinvoer plaatst,
moet u de papiergeleiders aanpassen.
3 Druk op # en voer het FTP-snelkoppelingsnummer in.
4 Raak Send It (Verzenden) aan.
Naar een FTP-adres scannen met behulp
van het adresboek
1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven
en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer
(ADI) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen,
transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit
tijdschriften) in de ADI. Gebruik in plaats daarvan de glasplaat.
2 Als u een document in de automatische documentinvoer plaatst,
dient u de papiergeleiders aan te passen.
3 Raak FTP aan op het beginscherm.
4 Raak Zoeken in adresboek aan.
5 Typ de naam of een gedeelte van de naam die u zoekt en raak
Zoeken aan.
6 Raak de naam aan die u aan het veld Naar: wilt toevoegen.
7 Raak Verzenden aan.
Scannen naar een
computer of flash-station
Naar een computer scannen
1 Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van uw
webbrowser.
Opmerking: als u het IP-adres van de printer niet weet, drukt u
een pagina met netwerkinstellingen af en zoekt u het IP-adres
op in het TCP/IP-gedeelte.
2 Klik op Scanprofiel.
3 Klik op Scanprofiel maken.
Opmerking: er moet Java op uw computer zijn geïnstalleerd om
een scanprofiel te kunnen aanmaken.
4 Selecteer de gewenste scaninstellingen en klik op Volgende.
5 Selecteer een locatie op uw computer waarin u het gescande
uitvoerbestand wilt opslaan.
6 Voer een scannaam in.
De scannaam is de naam die in de lijst Scanprofiel op de display
wordt weergegeven.
7 Klik op Indienen.
8 Bekijk de aanwijzingen op het scherm Scanprofiel.
Er is automatisch een snelkoppelingsnummer toegekend toen u
op Verzenden klikte. Als u klaar bent om uw documenten te
scannen, kunt u dit snelkoppelingsnummer gebruiken.
9 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde omhoog en
de korte zijde als eerste in de ADI of met de bedrukte zijde omlaag
op de glasplaat.
Opmerking: plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen,
transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit
tijdschriften) in de ADI. Gebruik in plaats daarvan de glasplaat.
10 Als u een document in de ADI plaatst, moet u de papiergeleiders
aanpassen.
11 Druk op en toets daarna het snelkoppelingsnummer in met
het toetsenblok. Of raak op het beginscherm Wachttaken en
vervolgens Profielen aan.
12 Nadat u het snelkoppelingsnummer hebt ingetoetst, wordt het
document door de scanner gescand en naar de opgegeven map
of het programma verzonden. Als u Profielen op het
beginscherm hebt geselecteerd, zoek dan het
snelkoppelingsnummer op in de lijst.
13 Raak Taak voltooien aan.
14 Ga terug naar de computer om het bestand te bekijken.
Het uitvoerbestand wordt op de opgegeven locatie opgeslagen
of in het opgegeven programma geopend.
Scannen naar een flashstation
1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde omhoog en
de korte zijde als eerste in de ADI of met de bedrukte zijde omlaag
op de glasplaat.
Opmerking: plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen,
transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit
tijdschriften) in de ADI. Gebruik in plaats daarvan de glasplaat.
2 Als u een document in de ADI plaatst, moet u de papiergeleiders
aanpassen.
3 Plaats het flashstation in de USB-poort aan de voorkant van de
printer.
4 Raak Scannen naar USB-station aan.
5 Selecteer het format en het bestand dat u wilt scannen.
6 Raak Scannen aan.
4
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4

Dell 3333/3335dn Mono Laser Printer Snelstartgids

Type
Snelstartgids