13
NEDERLANDS
Verklaring van algemene gegevens
1 Lampje
2 Snelheidsregelschroef
3 Aan/uit schakelaar
4 Hoger
5 Lager
6 Omkeerschakelaar
7 Boorkopsleutel
8Bus
9 Ring
10 Grijpgedeelte
11 Zijhandgreep (handvat)
TECHNISCHE GEGEVENS
Model DA3010/DA3010F
DA3011/DA3011F
Capaciteiten
Staal .................................................................. 10 mm
Hout ...................................................................25 mm
Toerental onbelast (tpm) ................................. 0 — 2400
Totale lengte .......................................................270 mm
Netto gewicht ......................................................... 1,4 kg
Veiligheidsklasse ................................................... /II
• In verband met ons programma van ononderbroken
research en ontwikkeling, kunnen de bovenstaande
technische gegevens zonder voorafgaande kennisge-
ving worden gewijzigd.
• Opmerking: De technische gegevens kunnen van land
tot land verschillen.
Doeleinden van gebruik
Dit gereedschap is bedoeld voor het boren in hout,
metaal en kunststof.
Stroomvoorziening
Het gereedschap mag alleen worden aangesloten op
een stroombron van hetzelfde voltage als aangegeven op
de naamplaat, en kan alleen op enkel-fase wisselstroom
worden gebruikt. Het gereedschap is dubbel-geïsoleerd
volgens de Europese standaard en kan derhalve ook op
een niet-geaard stopkontakt worden aangesloten.
Veiligheidswenken
Voor uw veiligheid dient u de bijgevoegde Veiligheids-
voorschriften nauwkeurig op te volgen.
AANVULLENDE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Volg de veiligheidsvoorschriften voor boren ALTIJD
strict op en laat u NIET misleiden door gemak of ver-
trouwdheid met het product (verworven na langdurig
gebruik). Als u dit elektrisch gereedschap op een
onveilige of onjuiste manier gebruikt, bestaat er
gevaar voor ernstige persoonlijke verwonding.
1. Gebruik de hulphandgrepen die bij het gereed-
schap werden geleverd. Als u de controle over het
gereedschap verliest, kan dit leiden tot ernstig per-
soonlijk letsel.
2. Houd het gereedschap bij de geïsoleerde hand-
grepen vast wanneer u boort op plaatsen waar
de boor met verborgen elektrische bedrading of
met het netsnoer van het gereedschap in contact
kan komen.
Door contact met een onder spanning staande
draad zullen de metalen delen van het gereedschap
onder spanning komen te staan zodat de gebruiker
een elektrische schok kan krijgen.
3. Zorg ervoor dat u altijd stevige steun voor de
voeten hebt. Controleer of er zich niemand bene-
den u bevindt wanneer u het gereedschap op
een hoge plaats gaat gebruiken.
4. Houd het gereedschap stevig vast.
5. Houd uw handen uit de buurt van draaiende
onderdelen.
6. Laat het gereedschap niet achter terwijl het nog
in bedrijf is. Bedien het gereedschap alleen wan-
neer u het met beide handen vasthoudt.
7. Raak de boor of het werkstuk niet aan onmiddel-
lijk na het gebruik. Deze kunnen erg heet zijn en
brandwonden veroorzaken.
8. Sommige materialen bevatten chemische stoffen
die giftig kunnen zijn. Neem de nodige voor-
zorgsmaatregelen tegen inademing van stof en
contact met de huid. Volg de veiligheidsinstruc-
ties van de leverancier van het materiaal op.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
WAARSCHUWING:
VERKEERD GEBRUIK of het niet naleven van de
veiligheidsvoorschriften in deze gebruiksaanwijzing
kan leiden tot ernstige verwondingen.
GEBRUIK VAN HET GEREEDSCHAP
LET OP:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en de
stekker ervan uit het stopcontact is verwijderd vooral-
eer u begint met afstelling of onderhoud van het
gereedschap.
Werking van de schakelaar (Fig. 1)
LET OP:
• Alvorens het netsnoer op een stopcontact aan te slui-
ten, dient u altijd te controleren of de aan/uit schakelaar
behoorlijk werkt en naar de “UIT” positie terugkeert
wanneer u hem loslaat.
Om het gereedschap te starten, drukt u de aan/uit scha-
kelaar gewoon in. De draaisnelheid verhoogt naarmate u
de schakelaar harder indrukt. Laat de schakelaar los om
het gereedschap te stoppen.
Een snelheidsregelschroef is voorzien zodat de maxi-
male draaisnelheid (variabel) kan worden beperkt. Draai
deze schroef naar rechts om de draaisnelheid te verho-
gen, of naar links om deze te verlagen.
Werking van de omkeerschakelaar (Fig. 2)
LET OP:
• Controleer altijd de draairichting alvorens het gereed-
schap te gebruiken.
• Verander de stand van de omkeerschakelaar alleen
nadat het gereedschap volledig tot stilstand is geko-
men. Indien u de draairichting verandert terwijl de boor
nog draait, kan het gereedschap beschadigd raken.
Dit gereedschap heeft een omkeerschakelaar voor het
veranderen van de draairichting. Druk de omkeerschake-
laar naar de positie (A zijde) voor rechtse draairich-
ting, of naar de positie (B zijde) voor linkse
draairichting.
F
R