AEG OEKOA.2043-4GS Handleiding

Type
Handleiding
21
Geachte klant,
Lees eerst aandachtig de gebruiksaanwijzing door voordat u uw
nieuwe koelapparaat in gebruik neemt. Hierin staat belangrijke infor-
matie over een veilig gebruik, over het opstellen en over het
onderhoud van het apparaat.
De gebruiksaanwijzing s.v.p. bewaren voor latere naslag. Aan even-
tuele volgende bezitters van het apparaat doorgeven.
Met de waarschuwingsdriehoek en/of door signaalwoorden (Waar-
schuwing!, Voorzichtig!, Let op!) wordt de aandacht gevestigd op
aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het juist
functioneren van het apparaat. Hier absoluut op letten.
Na dit symbool wordt uitleg gegeven over de bediening en het prak-
tisch gebruik van het apparaat.
Met het klaverblad worden tips en aanwijzingen voor een econo-
mischen milieuvriendelijk gebruik van het apparaat aangegeven.
Voor eventueel optredende storingen staan in de handleiding aanwij-
zingen om deze zelf op te lossen, zie Hoofdstuk "Wat te doen als...".
Als deze aanwijzingen niet voldoende informatie bieden staat onze
klantendienst u te allen tijde ter beschikking.
Gedrukt op milieuvriendelijk vervaardigd papier
wie ecologisch denkt, handelt ook zo ...
40
Chère Cliente, Cher Client
Avant de mettre votre nouvel appareil en marche, veuillez lireattenti-
vement le présent mode d’emploi. Vous y trouverez desinformations
importantes sur la sécurité d’utilisation, l’installation etl’entretien de
l’appareil.
Conservez le mode d’emploi de manière à pouvoir le consulter par
lasuite. Remettez-le à un éventuel nouveau propriétaire de l’appareil.
Le triangle d’avertissement et/ou des indications correspondantes
(Avertissement ! Prudence ! Attention !) signalent les informations
importantes pour votre sécurité ou le bon fonctionnement del’appa-
reil. Observez impérativement ces indications.
Ce symbole précède des informations complémentaires sur l’utilisa-
tion et l’application pratique de l’appareil.
La feuille de trèfle signale les conseils et informations relatifs à une
utilisation économique et non polluante de l’appareil.
Le mode d’emploi contient des indications qui permettent de remédier
soi-même à d’éventuels dérangements. Voir "Que faire si ...". Si ces
indications ne suffisent pas, notre service après vente se tient à votre
disposition.
Imprimé sur du papier protégeant l’environnement
il ne suffit pas de penser écologique il faut agir en conséquence ...
22
Inhoud
Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Weggooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Informatie over de verpakking van het apparaat . . . . . . . . . . . . 25
Weggooien van oude apparaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Transportbescherming verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Opstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Opstelplaats . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Zorg voor een goede ventilatie rond het apparaat . . . . . . . . . . . 27
Muur-afstandhouders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Deurdraairichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Voor ingebruikname . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Bedienings- en kontroleinrichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
In gebruik nemen en temperatuurregeling . . . . . . . . . . . . . . 30
Invriezen en diepgevroren opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Symbolen bewaarde producten/ Diepvrieskalender . . . . . . . 33
Het maken van ijsblokjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Ontdooien en reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Apparaat uitzetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Tips om energie te besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Wat te doen als . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Hulp bij storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Klantenservice . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
Doel, normen, richtlijnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
39
Als u toch voor één van de in deze gebruiksaanwijzing vermelde
storingen of vanwege foutieve bediening de AEG-service afdeling
inschakelt, wordt dit bezoek ook tijdens de garantietermijn niet door
onze garantiebepalingen gedekt.
Elektrische toestellen van AEG voldoen aan de betreffende veiligheids-
bepalingen.
Reparaties aan elektische toestellen mogen alleen door vakmensen
worden uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke
risico’s voor de gebruiker leiden. Wend u daarom altijd tot de AEG
service-afdeling. Voor reparaties uitgevoerd door anderen kan AEG
geen aansprakelijkheid aanvaarden. Alleen originele AEG-onderdelen
voldoen aan alle eisen!
Onze service-afdeling voert reparaties uit overeenkomstig de voorwaar-
den die tussen de Consumentenbond en de VLEHAN (Vereniging
Leveranciers Elektrotechnische Huishoudelijke Apparaten Nederland)
zijn overeengekomen.
Doel, normen, richtlijnen
Het koelapparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd en is met in-
achtneming van de voor deze apparaten geldende normen gemaakt.
Bij de fabricage zijn speciaal die maatregelen genomen die vereist
zijn volgens de Duitse wet op de veiligheid van toestellen (GSG),
volgens de Duitse voorschriften ter voorkoming van ongevallen bij
koude-installaties (VBG 20) en volgens de bepalingen van de ver-
eniging van Duitse elektotechnici (VDE). De koudecirculatie is op
dichtheid getest.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EG-richtlijnen:
– 73/23/EWG van 19.2.1973 - Laagspanningsrichtlijn0
– 89/336/EWG van 3.5.1989
(met inbegrip van Wijzigingsrichtlijn 92/31/EWG) - EMC-richtlijn
23
Veiligheid
De veiligheid van onze koelapparaten voldoet aan de Europese en
Nederlandse normen. Desondanks zien wij ons genoodzaakt u met de
volgende veiligheidsaanwijzingen vertrouwd te maken:
Reglementaire toepassing
• Het koelapparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd. Het is
geschikt voor het koelen, invriezen en diepgevroren bewaren van
levensmiddelen en voor het maken van ijs. Als het apparaat voor
andere doeleinden gebruikt wordt kan de fabrikant geen verantwoor-
ding nemen voor eventuele schaden.
• Het ombouwen van of veranderingen aan het koelapparaat aanbren-
gen is uit veiligheidsoverwegingen niet toegestaan.
Als het koelapparaat commercieel of voor andere doeleinden dan
voor het koelen, diepgevroren bewaren en invriezen van levens-mid-
delen gebruikt wordt, s.v.p. letten op de hiervoor van kracht zijnde
wettelijke bepalingen.
Voordat het apparaat voor de eerste keer in gebruik geno-
men wordt
• Controleer het koelapparaat op transportschaden. Een beschadigd
apparaat in geen geval aansluiten! Wend u in geval van schade tot
de leverancier.
Koelmiddelen
Het apparaat bevat in het koelvloeistofcircuit de koelvloeistof Isobutan
(R600a), een natuurlijk, zeer milieuvriendelijk gas, dat echter wel
brandbaar is.
• Bij het transport en het opstellen van het apparaat erop letten dat
geen onderdelen van het koelvloeistofcircuit beschadigd worden.
• Bij beschadiging van het koelvloeistofcircuit:
– open vuur en brandhaarden absoluut vermijden;
– het vertrek waar het apparaat staat goed ventileren.
Veiligheid van kinderen
• Verpakkingsdelen (bijv. foliën, piepschuim) kunnen voor kinderen
gevaarlijk zijn. Stikgevaar! Verpakkingsmateriaal van kinderen
weghouden!
• Oude apparaten voor het weggooien onbruikbaar maken. Stekker uit
38
De compressor start na enige
tijd automatisch.
Dit is normaal, het betreft
geen storing.
Na het wijzigen van de tem-
peratuurinstelling start de
compressor niet direct.
Ongewone geluiden.
Apparaat komt tegen de muur
of tegen andere voorwerpen
aan.
Apparaat staat niet recht.
Een onderdeel, bijv. een leiding,
aan de achterkant van het
apparaat komt tegen een ander
onderdeel van het apparaat
aan of tegen de muur.
Dit onderdeel voorzichtig
wegbuigen.
Apparaat iets wegtrekken.
Instelvoetjes bijstellen.
Tip: kontroleer regelmatig aan de hand van het rode temperatuur-
kontrolelampje en de thermometer de bewaartemperatuur.
Storing Mogelijke oorzaken Verhelpen
Klantenservice
Als u vragen hebt waar deze gebruiksaanwijzing geen antwoord op
geeft, kunt u de volgende afdelingen raadplegen:
Consumentenbelangen tel. 0172 - 468 172
(voor algemene, product- of gebruiksinformatie) fax 0172 - 468 470
Storingen / reparaties tel. 0172 - 468 300
(voor bezoek servicetechnicus) fax 0172 - 468 255
Belangrijk!
Houd bij het opgeven van een storing altijd de gegevens van uw toestel
bij de hand. Deze nummers vindt u op het typeplaatje aan de bin-
nenkant van het apparaat en kunt u het beste hieronder en voorop deze
gebruiksaanwijzing noteren.
Modelaanduiding ....................
PNC-nr. ....................
S-nr. ....................
Aan de hand van deze nummers kan onze service-afdeling de juiste
voorbereidingen treffen, zodat de machine bij het eerste bezoek van de
servicetechnicus weer hersteld kan worden. Op deze manier hoeft u
slechts één maal thuis te blijven.
24
het stopcontact trekken, stroomkabel doorknippen, eventueel
aanwe-zige snap– of grendelsloten verwijderen of kapotmaken.
Daardoor wordt voorkomen dat spelende kinderen in het apparaat
opgesloten raken (stikgevaar!) of in andere levensgevaarlijke situa-
ties terecht komen.
• Kinderen kunnen gevaren die in het omgaan met huishoudelijke
apparaten schuilen vaak niet herkennen. Zorg daarom voor de nodi-
ge toezicht en laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Bij dagelijks gebruik
• Containers met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken
door de inwerking van koude. Explosiegevaar! Leg geen containers
met brandbare stoffen zoals bijv. spraybussen, aanstekers, navullin-
gen van aanstekers etc. in het koelapparaat.
• Flessen en blikken mogen niet in het vriesvak. Ze kunnen springen
als de inhoud bevriest – bij koolzuurhoudende inhoud zelfs explo-
deren! Leg noit limonades, sappen, bier, wijn, champagne etc. in het
vriesvak. Uitzondering: sterke drank met een zeer hoog alcohol per-
centage kan in het vriesvak gelegd worden.
• Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct vanuit de vriesruimte in de
mond steken. Zeer koud ijs kan aan de lippen of de tong vastvrie-
zen en verwondingen veroorzaken.
• Niet met natte handen aan diepvriesartikelen komen. De handen
kunnen daaraan vastvriezen.
• Geen elektrische apparaten (bijv. elektrische ijsmachines, mixers
etc.) in het koelapparaat gebruiken.
• Voor het schoonmaken het apparaat altijd uitzetten en de stekker uit
het stopcontact trekken of de zekering in de woning uitschakelen
c.q. er uit draaien.
• De stekker altijd aan de stekker zelf uit het stopcontact trekken, nooit
aan het snoer.
Bij storing
Als er een storing aan het apparaat optreedt eerst in de gebruiks-
aanwijzing kijken onder “Wat te doen als ...”. Als de daar gegeven
aanwijzingen niet verder helpen zelf niet verder aan het apparaat
werken.
• Koelapparaten mogen alleen dooor geschoold personeel gerepa-
reerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen grote gevaren
ont-staan. Wend u zich bij reparaties tot uw vakhandel of tot onze
klantendienst.
37
Storing Mogelijke oorzaken Verhelpen
Apparaat werkt niet, geen
controlelampje brandt
Apparaat is niet aangezet. Apparaat aanzetten.
Stekker zit niet in het stop-
contact of zit los.
Stekker in stopcontact steken.
Zekering is los of kapot. Zekering controleren, even-
tueel vernieuwen.
Stopcontact is kapot. Storingen in het lichtnet door
Uw electrovakman laten
verhelpen.
Apparaat koelt te sterk. Temperatuur is te laag inge-
steld.
Tenmperatuurregelaar tijdelijk
op een hogere stand zetten.
Klantendienst informeren.Groene lampje defect.Groene lampje brandt niet,
gele lampje brandt bij inge-
schakelde snelvriesfunctie.
Klantendienst informeren.Gele lampje defect.Gele lampje brandt niet bij
ingeschakelde snelvries-func-
tie, apparaat werkt.
De temperatuur in de vrie-
sruimte is niet voldoende,
rode lampje brandt.
Temperatuur is niet juist inge-
steld.
Zie hoofdstuk “Ingebruikna-
me”.
Deur heeft te lang openge-
staan.
Deur slechts zo lang open
laten als nodig is. Snel-vries-
schakelaar gebruiken.
In de laatste 24 uur zijn grote-
re hoeveelheden warme
levensmiddelen opgeslagen.
Snelvriesschakelaar
gebruiken.
Het apparaat staat naast een
warmtebron.
Zie hoofdstuk “Opstelplaats”.
Storing aan het apparaat Snelvriesschakelaar aanzet-
ten, vrieskast gesloten hou-
den, klantendienst informeren.
Sterke rijpvorming in het
apparaat, eventueel ook aan
de deurafdichting.
Deurafdichting is lek (even-
tueel na het verwisselen van
de deuraanslag).
Op de ondichte plaatsen de
deurafdichting voorzichtig met
een föhn® verwarmen (niet
heter dan ca. 50 °C). Tege-
lijkertijd de ver-warmde deu-
rafdichting met de hand zo in
vorm trekken dat hij weer
helemaal sluit.
25
Weggooien
Informatie over de verpakking van het apparaat
Alle gebruikte grondstoffen zijn milieuvriendelijk! Ze kunnen zonder
gevaar weggegooid of in de vuilverbrandingsoven verbrand worden!
De grondstoffen: de kunststoffen kunnen ook opnieuw gebruikt wor-
den en worden als volgt gekarakteriseerd:
>PE< voor polyethyleen, bijv. bij de buitenste verpakking en de
zakken binnenin.
>PS< voor schuimpolystyrol, bijv. bij de bekledingsdelen, in principe
FCKW-vrij.
De kartonnen delen zijn van oud papier gemaakt en kunnen ook weer
bij het oud-papier gedaan worden.
Weggooien van oude apparaten
Wegens milieuredenen dienen koelapparaten vakkundig ontmanteld
te worden. Dit geldt voor uw huidige apparaat en - als het ook aan ver-
vanging toe is - ook voor uw nieuwe apparaat.
Waarschuwing! Apparaten die hun tijd gehad hebben onbruikbaar
maken voordat ze weggegooid worden. Stekker er afhalen, netsnoer
doorknippen, eventuele snap- of grendelsloten verwijderen of kapot-
maken. Hierdoor wordt voorkomen dat spelende kinderen in het
apparaat opgesloten worden (verstikkingsgevaar!) of in andere leven-
sgevaarlijke situaties terechtkomen.
Aanwijzingen voor het weggooien:
• Het apparaat mag niet bij het huis- of grofvuil gezet worden.
• Het koelvloeistofcircuit, in het bijzonder de warmtewisselaar aan de
achterkant, mag niet beschadigd worden.
• Informatie over afhaaltijden of inzamelplaatsen zijn te verkrijgen bij
de plaatselijke reinigingsdienst of op het gemeentehuis.
Transportbescherming verwijderen
Het apparaat alsmede de onderdelen van het interieur zijn voor het
transport beschermd.
Alle plakband alsmede bekledingsdelen uit het interieur verwijderen.
36
Wat te doen als ...
Hulp bij storingen
Het kan bij een storing om kleine defecten gaan die kunt oplossen zelf
aan de hand van de volgende aanwijzingen. Voer zelf geen verdere
werkzaamheden uit als de volgende informatie in concrete gevallen
niet verder helpt.
Waarschuwing! Reparaties aan het koelapparaat mogen alleen door
geschoold personeel uitgevoerd worden. Door ondeskundige repara-
ties kunnen grote gevaren ontstaan voor de gebruiker. Wend u bij
reparatie tot onze klantendienst.
Tips om energie te besparen
• Het apparaat niet in de buurt van kachels, verwarmingselementen of
andere warmtebronnen plaatsen. Bij een hoge omgevingstempera-
tuur werkt de compressor vaker en langer.
• Zorgen voor voldoende be- en ontluchting aan de onderkant van het
apparaat. Ventilatieopeningen nooit afdekken.
• Geen warme spijzen in het apparaat zetten. Warme spijzen eerst
laten afkoelen.
• Deur slechts zo lang open laten als nodig is.
• De temperatuur niet lager dan nodig instellen.
• Kontroleer de bewaartemperatuur met behulp van de thermometer.
• Diepvriesartikelen voor het ontdooien in de koelkast leggen. De
koude in de diepvriesartikelen wordt zo voor koeling van de koelka-
st gebruikt.
• Houd de warmte afgevende verdamper, het metalen rooster aan de
achterzijde van het toestel, schoon.
5. Deuren daarna open laten om geurvorming te voorkomen.Mettre l’ap-
pareil hors service.
26
Opstellen
Opstelplaats
Het apparaat in een goed geventileerde en droge ruimte neerzetten.
De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik en het
onberispelijk functioneren van het apparaat..
Het apparaat daarom
– niet aan directe straling van de zon blootstellen;
– niet bij radiatoren, naast een kachel of andere warmtebronnen
plaatsen;
– alleen op een plaats neerzetten waarvan de omgevingstemperatuur
overeenkomt met de klimaatcategorie waarvoor het apparaat is ont-
worpen.
De klimaatcategorieën staan op het merk- en type-aanduidingsplaatje
dat zich links aan de binnenkant van het apparaat bevindt.
De volgende tabel geeft aan welke omgevingstemperatuur bij welke
klimaatcategorie behoort:
Als het onvermijdelijk is het apparaat naast een warmtebron te plaat-
sen, aan weerszijden minimaal de volgende afstanden aanhouden:
– tot elektrische kachels 3 cm;
– tot olie- en kolenkachels 30 cm.
Als men zich niet aan deze afstanden kan houden, is een warmte-iso-
latieplaat tussen kachel en koelapparaat aan te bevelen.
Als het koelapparaat naast een ander koel- of diepvriesapparaat
staat, is een afstand van 5 cm aan weerszijden aan te bevelen, zodat
zich geen condens vormt aan de buitenkant van de apparaten.
Klimaatcategorie voor een omgevingstemperatuur van
SN +10 tot +32 °C
N +16 tot +32 °C
ST +18 tot +38 °C
T +18 tot +43 °C
35
5. Na het ontdooien de vriesruimte plus het interieur grondig schoon-
maken.
Waarschuwing!
• Het apparaat mag tijden het schoonmaken niet op het electrici-teit-
snet aangesloten zijn. Gevaar voor schokken! Zet voor het schoon-
maken het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact of
schakel c.q. draai de zekering er uit.
• Het apparaat nooit met stoomreinigingsapparaten schoonmaken. Er
kan vocht in de electrische onderdelen komen. Gevaar voor
schokken! Hete damp kan kunstoffen onderdelen beschadigen.
• Het apparaat dient droog te zijn voordat het weer in gebruik geno-
men wordt.
Let op!
• Etherische oliën en organische oplosmiddelen kunnen kunststof
onderdelen aantasten, bijv.
– Sap van citroen– of sinaasappelschillen;
–boterzuur;
– Schoonmaakmiddelen die azijnzuren bevatten.
Dergelijke substanties niet in contact brengen met apparaatonder-
delen.
• Geen schurende schoonmaakmiddelen gebruiken.
5. Apparaat en interieur met een doek en lauwwarm water schoon-
maken. Eventueel een beetje normaal afwasmiddel gebruiken.
6. Daarna met schoon water afnemen en droogmaken.
7. Als alles droog is, schakel op snelvriezen. Laat de vriezer tenminste
2 uur leeg vriezen. Daarna de levensmiddelen terug in de vriezer
plaatsen en het apparaat weer in bedrijf nemen.
Apparaat uitzetten
Als het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt wordt:
1. Levensmiddelen uit vriesruimte nemen.
2. Apparaat uitzetten, daartoe de temperatuurregelaar op stand “0”
draaien.
3. Stekker uit het stopcontact halen of zekering uitschakelen, er resp.
uit-halen.
4. Diepvriesruimte ontdooien en grondig reinigen (zie hoofdstuk “Ont-
dooien en reinigen”).
27
Deurdraairichting
Het deurscharnier kan van rechts (stand waarin hij wordt afgeleverd)
naar links gewisseld worden als dat voor de opstelplaats nodig is.
Waarschuwing! Bij het wisselen van de deurscharnieren mag het
apparaat niet op het lichtnet aangesloten zijn. Van te voren de stekker
uit het stopcontact halen.
1. Trek het ventilatierooster (D), dat
door palwerk vastgezet is, uit.
2. Verwijder het onderscharnier (E)
door de twee schroeven, die het
bevestigen; verwijder de deur.
3. Draai de schroeven weer vast.
4. Verwijder de beschermdopjes van
de schroeven linksonder en plaats
ze op de schroeven rechts.
5. Draai de twee schroeven links-
onder los.
Zorg voor een goede ventilatie rond het apparaat
Om veiligheidsredenen moet
de ventilatie zodanig zijn als in
Figur aangegeven.
Attentie: zorg ervoor dat de
ventilatie openingen tijdens
gebruik niet worden afge-
dekt.
100 mm10 mm
10 mm
A
B
NP007
Muur-afstandhouders
Monteer de twee afstandhou-
ders die zich in het documen-
tatiezakje bevinden, aan de
achterkant, opdat de warmte
die tijdens het gebruik ont-
staat, zich op de juiste wijze
kan verspreiden. Ga te werk
zoals aangegeven in de figu-
ren. Volg daarbij de nummers..
PR153
F
D
PR185
F
F
E
F
34
Ontdooien en reinigen
Als het apparaat aanstaat en als de deur geopend wordt, slaat vocht
in het interieur, in het bijzonder op de verdamper, als rijp neer. Deze
rijp van tijd tot tijd met de bijgevoegde plastic schraper verwijderen. In
geen geval hiervoor harde of spitse voorwerpen gebruiken.
Het apparaat dient in ieder geval ontdooid te worden als de rijplaag
ca. 4 mm dik is: echter minimaal eenmaal per jaar. Een geschikt
moment voor het ontdooien is als het apparaat leeg is of als er nog
maar weinig artikelen in liggen.
Elke temperatuurstijging vermindert de houdbaarheid van de diep-
vriesprodukten. Schakel daarom ca. 12 uur van te voren het toestel
op snelfriezen, om een koudereserve in de diepvriesprodukten te
scheppen.
Waarschuwing!
• Geen electrische verwarmingsapparaten en andere mechanische of
kunstmatige hulpmiddelen gebruiken om het ontdooien te versnel-
len.
• Geen ontdooisprays gebruiken, deze kunnen gevaarlijk voor de
gezondheid zijn en/of stoffen bevatten die plastic aantasten.
Voorzichtig! Niet met natte handen aan bevroren artikelen komen.
De handen kunnen daaraan vastvriezen.
1. Bevroren artikelen er uitne-
men, in meerdere lagen kran-
tenpapier wik kelen en op een
koele plaats leggen.
2. Apparaat uitzetten en de
stekker uit het stopcontact
halen of de zeke-ring uit-
schakelen c.q. er uitdraaien.
3. Alle laden, behalve de onder-
ste, er uit halen.
4. Steek de kunststofschraper in
de opening onder de vries-
ruimte en plaats daar een
schaaltje of teiltje onder.
Tip: Om het ontdooien te versnellen een pan met heet water in het
apparaat zetten en de deur sluiten. Afgevallen stukken ijs voordat ze
volledig ontdooien verwijderen.
AEG27
28
Voor ingebruikname
• Het interieur van het apparaat en alle accessoires schoonmaken
voor het eerste gebruik (zie Hoofdstuk “Reiniging en Onderhoud”).
• De koude–acccu uit het apparaat nemen.
• De koude–accu pas na het bereiken van de optimale opslagtempe-
ratuur van –18 °C in de bovenste lade leggen en laten bevriezen.
• Ontdooide koude–accu’s op dezelfde wijze weer invriezen, bij v. na
het schoonmaken van het apparaat.
6. Draai de stift van het bovenschar-
nier los en monteer haar aan de
linkerkant. Vergeet de sluitrin-
getjes niet.
7. Plaats de deur op de bovenstift.
8. Hermonteer het onderscharnier
(E) aan de andere kant door
middel van de twee schroeven
die u eerder verwijderd hebt.
9. Verwijder het stopstuk (F) uit het
ventilatierooster (D) door het naar
de pijlrichting te duwen en breng
het aan de andere kant weer aan.
10. Hermonteer het ventilatierooster
(D), voer het door palwerk in.
11. De handgreep losschroeven. Aan
de andere kant van de deur beve-
stigen nadat u de dopjes met een
priem doorgeprikt heeft. De vrij-
gekomen gaatjes afsluiten met de
bijgeleverde dopjes; deze vindt u in
het zakje van de documentatie.
Belangrijk
Na het omkeren van de deurdraairichting moet u controleren of het
deurrubber rondom goed op de sponning sluit. In een koud vertrek (in
de winter) kan het gebeuren dat dat niet het geval is. Na enkele dagen
zal het rubber zich echter aangepast hebben. Wilt u dat bespoedigen,
dan kunt u het rubber warm maken met een föhn.
C
B
A
PR19
PR228
33
Het maken van ijsblokjes
1. IJsbakje voor 3/4 met koud water vullen, in de vriesruimte plaatsen en
laten bevriezen.
2. Om de ijsblokjes los te maken het ijsbakje omdraaien of kort onder
stromend water houden.
Attentie! Een eventueel vastgevroren ijsbakje in geen geval met
spitse of scherpe voorwerpen losmaken. Gebruik de bijgevoegde
ijsschraper.
Aanwijzing voor keuringsbureaus:
Stapelschema’s ter vaststelling van de diepvriesprestatie resp.
opwarmtijd kunnen direct bij de fabrikant aangevraagd worden.
Symbolen bewaarde producten/Diep-
vrieskalender
• De symbolen op de laden geven de diverse soorten diep-vriespro-
ducten aan.
• De getallen geven voor iedere
soort diepvriesproduct de
opslagtijd in maanden aan.
Of de hoogste of de laagste
waarde van de aangegeven
opslagtijd geldt, hangt af van
de kwaliteit van de leven-
smiddelen en de behandeling
voorafgaand aan het invrie-
zen. Voor levensmiddelen
met een hoog vetgehalte
geldt altijd de laagste waarde.
• Door de meegeleverde schuifje op de laden te steken kan aangege-
ven worden welke levensmiddelen in welk vak opgeslagen liggen.
AEG25
29
Elektrische aansluiting
Voor de elektrische aansluiting is een volgens de voorschriften geïn-
stalleerde beschermcontactdoos vereist.
De contactdoos moet zodanig worden geïnstalleerd, dat de steker
altijd uit de contactdoos kan worden getrokken.
De elektrische zekering dient minstens 10 Ampère te zijn.
Indien het stopcontact bij een ingebouwd apparaat niet meer toegan-
kelijk is, dient een maatregel in de elektrische installatie er voor te zor-
gen dat het apparaat van de stroom kan worden afgesloten (bijv.
zekering, beveiligingsschakelaar, aardlekschakelaar of dergelijke met
een contactopeningsbreedte van minimaal 3 mm).
• Voor ingebruikneming op het merk– en type–aanduidingsplaatje van
het apparaat controleren of de netspanning en stroomsoort over-
eenkomen met de waarden van het lichtnet op de plaats waar het
apparaat komt te staan.
Bijv.: AC 220 ... 240 V 50 Hz of
220 ... 240 V~ 50 Hz
(d.w.z. 220 tot 240 Volt wisselstroom, 50 Hertz)
Het typeplaatje bevindt zich links aan de binnenkant van het apparaat.
Bedienings- en kontroleinrichting
ABC D E
4
1
3 2
A. Waarschuwingslampje (rood)
B. Aanwijzing voor snel invriezen (geel)
C. Snelinvriesschakelaar
D. Lichtnetcontrolelampje (groen)
E. Temperatuurregelaar en schakelaar AAN/UIT
De bedienings- en kontrole-inrichting omvat:
Temperatuurregelaar (E) die tevens dient om het toestel in- en uit te
schakelen.
Het groene kontrolelampje (D) brandt als het toestel aan netspan-
ning aangesloten en ingeschakeld is. In deze schakelstand is het koe-
32
met brandbare stoffen zoals bijv. spraybussen, aanstekers, navullin-
gen van aanstekers etc. in het vriesapparaat.
• Flessen en blikken mogen niet in de vriesruimte. Ze kunnen sprin-
gen als de inhoud bevriest – bij koolzuurhoudende inhoud zelfs
exploderen! Leg noot limonades, sappen, bier, wijn, champagne
etc. in de vriesruimte. Uitzondering: sterke drank met een zeer hoog
alcohol percentage kan in de vriesruimte gelegd worden.
• Voor het invriezen op de snelvriesschakelaar drukken. Het gele
lampje voor snelvriezen gaat branden.
Als u de maximale invrieskapaciteit wilt benutten, moet u 24 uur van
te voren (bij kleinere hoeveelheden 4 tot 6 uur) de snelinvries-
schakelaar inschakelen.
Voorzichtig! Diepvriesartikelen niet met natte handen aanraken. De
handen kunnen daaraan vast vriezen.
1. De verpakte levensmiddelen in de laden leggen. De in te vriezen
levensmiddelen in de twee bovenste korven van het apparaat plaat-
sen. Niet bevroren artikelen mogen niet in aanraking komen met
reeds bevroren waren omdat anders de bevroren artikelen ontdooien
kunnen.
Diepvriesartikelen het liefst naar soort apart in de laden leggen.
Opsteekruitertjes voor de laden worden meegeleverd. Om de inhoud
van de diverse laden te markeren de ruitertjes boven de betreffende
symbolen steken (zie hoofdstuk “Symbolen van artikelen/Vrieskalen-
der”). Daardoor heeft U een beter overzicht, wordt het lang openen
van de deur voorkomen en wordt stroom bespaard.
2. Nadat de vereiste opslagtemperatuur bereikt is opnieuw op de snel-
vriesschakelaar drukken. Het gele lampje gaat uit.
Tips:
• Geschikt voor het verpakken van diepvriesproducten zijn:
– diepvrieszakken en -folie van polyethyleen;
– speciale diepvriesdozen;
– aluminiumfolie, extra sterk.
• Voor het sluiten van zakken en folies zijn geschikt: plastic klemmen,
elastiekjes of plakband.
• Voor het sluiten de lucht uit de zakjes en folies strijken omdat lucht
het uitdrogen van bevroren artikelen bevordert.
• Maak platte pakjes, deze bevriezen sneller.
• Diepvriesdozen niet tot aan de bovenrand vullen met (half)vloeibare
diepvriesproducten omdat vloeistof tijdens het invriezen uitzet.
30
In gebruik nemen en temperatuurrege-
ling
• Steek de steker in de wandkontaktdoos. Het groene lampje licht op.
• Temperatuurregelaar (E) naar stand „1“ draaien, het rode lampje (A)
gaan branden, het koelaggregaat werkt automatisch.
• Bovendien schakelt u de snelvriesschakelaar (C) in, het gele lampje
(B) gaat branden, het koelaggregaat werkt kontinu.
• Pas als het rode lampje (A) niet meer brandt, schakelt u de snel-
vries-schakelaar (C) uit, het gele lampje (B) gaat uit.
Stand „1“ betekent: hoogste, warmste binnentemperatuur.
Stand „4“ betekent: laagste, koudste binnentemperatuur. Bij het
instellen van de juiste stand dient u er rekening mee te houden dat de
temperatuur in het apparaat afhankelijk is van:
- de kamertemperatuur;
- de frequentie waarmee de deuren geopend worden;
lakkgregaat automatisch in bedrijf.
Met de temperatuurregelaar (E) kan de energiezuinigste bewaar-
temperatuur traploos worden ingesteld.
De optimale bewaartempera-
tuur is -18°C. Op de thermo-
meter kunt u de temperatuur
kontroleren.
Snelvriesschakelaar (C) met
geel kontrolelampje (B).
Het rood lampje brandt:
– bij in gebruik nemen van het
toestel, als de bewaartempera-
tuur nog niet bereikt is
– als de temperatuur niet laag genoeg meer is (storing)
– als grote hoeveelheden nog in te vriezen levensmiddelen in de kast
worden gelegd
– als de deur van het toestel te lang open staat.
Attentie: als u de snelvriesschakelaar inschakelt of de temperatuur-
regelaar verstelt, kan het voorkomen dat het koelaggregaat van uw
diepvrieskast niet onmidddellijk, maar pas na enige tijd begint te
werken. In dit geval is er geen sprake van een storing.
-18
0
+10
°C
D008
31
- de hoeveelheid levensmiddelen in de kast;
- de plaats van het apparaat.portes;
Attentie: kontroleert u regelmatig aan de hand van het rode tempe-
ratuurkontrole-lampje (A) en de thermometer of de bewaartempera-
tuur laag genoeg is.
Koude-accu
In één van de laden van de vriesruimte bevindt zich een koude-accu.
Voor het invriezen van de koude-accu s.v.p. Hoofdstuk “Voor inge-
bruikname” lezen.
Als de stroom uitvalt of bij een storing aan het apparaat verlengt de
koude-accu de tijd tot de diepvriesartikelen te warm worden met
meerdere uren.
De koude-accu kunt dit echter alleen optimaal doen als ze in de
bovenste la vooraan boven op de diepvriesartikelen gelegd wordt.
De koude-accu kan tijdelijk ook als koelelement voor koeltassen
gebruikt worden.
Invriezenen en diepgevroren opslaan
In uw diepvrieskast kunt u diepvriesprodukten bewaren en verse
levensmiddelen zelf invriezen.
Attentie!
• Voor het invriezen van levensmiddelen dient de temperatuur in de
vriesruimte –18 °C of lager te zijn.
• Let op het op het typebordje aangegeven vriesvermogen. Het vries-
vermogen is de maximale hoeveelheid verse waren die binnen 24
uur ingevroren kunnen worden. Als er gedurende meerdere dagen
achter elkaar ingevroren wordt, neem dan slechts 2/3 tot 3/4 van de
hoeveelheid aangegeven op het typebordje. De kwaliteit is beter,
als de levensmiddelen snel tot in de kern bevriezen.
• Warme levensmiddelen voor het invriezen laten afkoelen. De warm-
te leidt tot verhoogde ijsvorming en verhoogt het energieverbruik.
• Bij het bewaren van kantenklare diepvriesprodukten dient u zich besli-
st aan de door de fabrikant opgegeven bewaartijd te houden. • Een-
maal ontdooide levensmiddelen zonder verdere verwerking (bereiden
tot panklare gerechten) in geen geval een tweede keer invriezen.
• Containers met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken
door de inwerking van koude. Explosiegevaar! Leg geen containers

Documenttranscriptie

Chère Cliente, Cher Client Geachte klant, Avant de mettre votre nouvel appareil en marche, veuillez lireattentivement le présent mode d’emploi. Vous y trouverez desinformations importantes sur la sécurité d’utilisation, l’installation etl’entretien de l’appareil. Conservez le mode d’emploi de manière à pouvoir le consulter par lasuite. Remettez-le à un éventuel nouveau propriétaire de l’appareil. Lees eerst aandachtig de gebruiksaanwijzing door voordat u uw nieuwe koelapparaat in gebruik neemt. Hierin staat belangrijke informatie over een veilig gebruik, over het opstellen en over het onderhoud van het apparaat. De gebruiksaanwijzing s.v.p. bewaren voor latere naslag. Aan eventuele volgende bezitters van het apparaat doorgeven. Le triangle d’avertissement et/ou des indications correspondantes (Avertissement ! Prudence ! Attention !) signalent les informations importantes pour votre sécurité ou le bon fonctionnement del’appareil. Observez impérativement ces indications. Met de waarschuwingsdriehoek en/of door signaalwoorden (Waarschuwing!, Voorzichtig!, Let op!) wordt de aandacht gevestigd op aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het juist functioneren van het apparaat. Hier absoluut op letten. Ce symbole précède des informations complémentaires sur l’utilisation et l’application pratique de l’appareil. Na dit symbool wordt uitleg gegeven over de bediening en het praktisch gebruik van het apparaat. La feuille de trèfle signale les conseils et informations relatifs à une utilisation économique et non polluante de l’appareil. Le mode d’emploi contient des indications qui permettent de remédier soi-même à d’éventuels dérangements. Voir "Que faire si ...". Si ces indications ne suffisent pas, notre service après vente se tient à votre disposition. Met het klaverblad worden tips en aanwijzingen voor een economischen milieuvriendelijk gebruik van het apparaat aangegeven. Voor eventueel optredende storingen staan in de handleiding aanwijzingen om deze zelf op te lossen, zie Hoofdstuk "Wat te doen als...". Als deze aanwijzingen niet voldoende informatie bieden staat onze klantendienst u te allen tijde ter beschikking. Imprimé sur du papier protégeant l’environnement il ne suffit pas de penser écologique il faut agir en conséquence ... 40 Gedrukt op milieuvriendelijk vervaardigd papier wie ecologisch denkt, handelt ook zo ... 21 Inhoud Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Weggooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Informatie over de verpakking van het apparaat . . . . . . . . . . . . Weggooien van oude apparaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Transportbescherming verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Opstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Opstelplaats . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Zorg voor een goede ventilatie rond het apparaat . . . . . . . . . . . Muur-afstandhouders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Deurdraairichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Voor ingebruikname . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Bedienings- en kontroleinrichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . In gebruik nemen en temperatuurregeling . . . . . . . . . . . . . . Invriezen en diepgevroren opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Symbolen bewaarde producten/ Diepvrieskalender . . . . . . . Het maken van ijsblokjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Ontdooien en reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Apparaat uitzetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Tips om energie te besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Wat te doen als . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Hulp bij storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Klantenservice . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Doel, normen, richtlijnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23 25 25 25 25 26 26 27 27 27 28 28 29 30 31 33 33 34 35 36 36 36 38 39 Als u toch voor één van de in deze gebruiksaanwijzing vermelde storingen of vanwege foutieve bediening de AEG-service afdeling inschakelt, wordt dit bezoek ook tijdens de garantietermijn niet door onze garantiebepalingen gedekt. Elektrische toestellen van AEG voldoen aan de betreffende veiligheidsbepalingen. Reparaties aan elektische toestellen mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico’s voor de gebruiker leiden. Wend u daarom altijd tot de AEG service-afdeling. Voor reparaties uitgevoerd door anderen kan AEG geen aansprakelijkheid aanvaarden. Alleen originele AEG-onderdelen voldoen aan alle eisen! Onze service-afdeling voert reparaties uit overeenkomstig de voorwaarden die tussen de Consumentenbond en de VLEHAN (Vereniging Leveranciers Elektrotechnische Huishoudelijke Apparaten Nederland) zijn overeengekomen. Doel, normen, richtlijnen Het koelapparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd en is met inachtneming van de voor deze apparaten geldende normen gemaakt. Bij de fabricage zijn speciaal die maatregelen genomen die vereist zijn volgens de Duitse wet op de veiligheid van toestellen (GSG), volgens de Duitse voorschriften ter voorkoming van ongevallen bij koude-installaties (VBG 20) en volgens de bepalingen van de vereniging van Duitse elektotechnici (VDE). De koudecirculatie is op dichtheid getest. Dit apparaat voldoet aan de volgende EG-richtlijnen: – 73/23/EWG van 19.2.1973 - Laagspanningsrichtlijn0 – 89/336/EWG van 3.5.1989 (met inbegrip van Wijzigingsrichtlijn 92/31/EWG) - EMC-richtlijn 39 22 Storing Mogelijke oorzaken Verhelpen Veiligheid Ongewone geluiden. Na het wijzigen van de temperatuurinstelling start de compressor niet direct. Apparaat staat niet recht. Instelvoetjes bijstellen. Apparaat komt tegen de muur Apparaat iets wegtrekken. of tegen andere voorwerpen aan. De veiligheid van onze koelapparaten voldoet aan de Europese en Nederlandse normen. Desondanks zien wij ons genoodzaakt u met de volgende veiligheidsaanwijzingen vertrouwd te maken: Een onderdeel, bijv. een leiding, Dit onderdeel voorzichtig aan de achterkant van het wegbuigen. apparaat komt tegen een ander onderdeel van het apparaat aan of tegen de muur. Reglementaire toepassing Dit is normaal, het betreft geen storing. De compressor start na enige tijd automatisch. Tip: kontroleer regelmatig aan de hand van het rode temperatuurkontrolelampje en de thermometer de bewaartemperatuur. Klantenservice Als u vragen hebt waar deze gebruiksaanwijzing geen antwoord op geeft, kunt u de volgende afdelingen raadplegen: Consumentenbelangen (voor algemene, product- of gebruiksinformatie) Storingen / reparaties (voor bezoek servicetechnicus) tel. fax tel. fax 0172 - 468 172 0172 - 468 470 0172 - 468 300 0172 - 468 255 Belangrijk! Houd bij het opgeven van een storing altijd de gegevens van uw toestel bij de hand. Deze nummers vindt u op het typeplaatje aan de binnenkant van het apparaat en kunt u het beste hieronder en voorop deze gebruiksaanwijzing noteren. Modelaanduiding PNC-nr. S-nr. .................... .................... .................... Aan de hand van deze nummers kan onze service-afdeling de juiste voorbereidingen treffen, zodat de machine bij het eerste bezoek van de servicetechnicus weer hersteld kan worden. Op deze manier hoeft u slechts één maal thuis te blijven. • Het koelapparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd. Het is geschikt voor het koelen, invriezen en diepgevroren bewaren van levensmiddelen en voor het maken van ijs. Als het apparaat voor andere doeleinden gebruikt wordt kan de fabrikant geen verantwoording nemen voor eventuele schaden. • Het ombouwen van of veranderingen aan het koelapparaat aanbrengen is uit veiligheidsoverwegingen niet toegestaan. • Als het koelapparaat commercieel of voor andere doeleinden dan voor het koelen, diepgevroren bewaren en invriezen van levens-middelen gebruikt wordt, s.v.p. letten op de hiervoor van kracht zijnde wettelijke bepalingen. Voordat het apparaat voor de eerste keer in gebruik genomen wordt • Controleer het koelapparaat op transportschaden. Een beschadigd apparaat in geen geval aansluiten! Wend u in geval van schade tot de leverancier. Koelmiddelen Het apparaat bevat in het koelvloeistofcircuit de koelvloeistof Isobutan (R600a), een natuurlijk, zeer milieuvriendelijk gas, dat echter wel brandbaar is. • Bij het transport en het opstellen van het apparaat erop letten dat geen onderdelen van het koelvloeistofcircuit beschadigd worden. • Bij beschadiging van het koelvloeistofcircuit: – open vuur en brandhaarden absoluut vermijden; – het vertrek waar het apparaat staat goed ventileren. Veiligheid van kinderen • Verpakkingsdelen (bijv. foliën, piepschuim) kunnen voor kinderen gevaarlijk zijn. Stikgevaar! Verpakkingsmateriaal van kinderen weghouden! • Oude apparaten voor het weggooien onbruikbaar maken. Stekker uit 38 23 het stopcontact trekken, stroomkabel doorknippen, eventueel aanwe-zige snap– of grendelsloten verwijderen of kapotmaken. Daardoor wordt voorkomen dat spelende kinderen in het apparaat opgesloten raken (stikgevaar!) of in andere levensgevaarlijke situaties terecht komen. • Kinderen kunnen gevaren die in het omgaan met huishoudelijke apparaten schuilen vaak niet herkennen. Zorg daarom voor de nodige toezicht en laat kinderen niet met het apparaat spelen. Storing Apparaat werkt niet, geen controlelampje brandt Bij dagelijks gebruik • Containers met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken door de inwerking van koude. Explosiegevaar! Leg geen containers met brandbare stoffen zoals bijv. spraybussen, aanstekers, navullingen van aanstekers etc. in het koelapparaat. • Flessen en blikken mogen niet in het vriesvak. Ze kunnen springen als de inhoud bevriest – bij koolzuurhoudende inhoud zelfs exploderen! Leg noit limonades, sappen, bier, wijn, champagne etc. in het vriesvak. Uitzondering: sterke drank met een zeer hoog alcohol percentage kan in het vriesvak gelegd worden. • Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct vanuit de vriesruimte in de mond steken. Zeer koud ijs kan aan de lippen of de tong vastvriezen en verwondingen veroorzaken. • Niet met natte handen aan diepvriesartikelen komen. De handen kunnen daaraan vastvriezen. Groene lampje brandt niet, gele lampje brandt bij ingeschakelde snelvriesfunctie. Mogelijke oorzaken Verhelpen Apparaat is niet aangezet. Apparaat aanzetten. Stekker zit niet in het stopcontact of zit los. Stekker in stopcontact steken. Zekering is los of kapot. Zekering controleren, eventueel vernieuwen. Stopcontact is kapot. Storingen in het lichtnet door Uw electrovakman laten verhelpen. Groene lampje defect. Klantendienst informeren. Gele lampje brandt niet bij Gele lampje defect. ingeschakelde snelvries-functie, apparaat werkt. Klantendienst informeren. Apparaat koelt te sterk. Temperatuur is te laag ingesteld. Tenmperatuurregelaar tijdelijk op een hogere stand zetten. De temperatuur in de vriesruimte is niet voldoende, rode lampje brandt. Temperatuur is niet juist ingesteld. Zie hoofdstuk “Ingebruikname”. Deur heeft te lang opengestaan. Deur slechts zo lang open laten als nodig is. Snel-vriesschakelaar gebruiken. • Geen elektrische apparaten (bijv. elektrische ijsmachines, mixers etc.) in het koelapparaat gebruiken. In de laatste 24 uur zijn grote- Snelvriesschakelaar re hoeveelheden warme gebruiken. levensmiddelen opgeslagen. • Voor het schoonmaken het apparaat altijd uitzetten en de stekker uit het stopcontact trekken of de zekering in de woning uitschakelen c.q. er uit draaien. • De stekker altijd aan de stekker zelf uit het stopcontact trekken, nooit aan het snoer. Het apparaat staat naast een warmtebron. Zie hoofdstuk “Opstelplaats”. Storing aan het apparaat Snelvriesschakelaar aanzetten, vrieskast gesloten houden, klantendienst informeren. Deurafdichting is lek (eventueel na het verwisselen van de deuraanslag). Op de ondichte plaatsen de deurafdichting voorzichtig met een föhn® verwarmen (niet heter dan ca. 50 °C). Tegelijkertijd de ver-warmde deurafdichting met de hand zo in vorm trekken dat hij weer helemaal sluit. Bij storing • Als er een storing aan het apparaat optreedt eerst in de gebruiksaanwijzing kijken onder “Wat te doen als ...”. Als de daar gegeven aanwijzingen niet verder helpen zelf niet verder aan het apparaat werken. • Koelapparaten mogen alleen dooor geschoold personeel gerepareerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen grote gevaren ont-staan. Wend u zich bij reparaties tot uw vakhandel of tot onze klantendienst. 24 Sterke rijpvorming in het apparaat, eventueel ook aan de deurafdichting. 37 5. Deuren daarna open laten om geurvorming te voorkomen.Mettre l’appareil hors service. Tips om energie te besparen • Het apparaat niet in de buurt van kachels, verwarmingselementen of andere warmtebronnen plaatsen. Bij een hoge omgevingstemperatuur werkt de compressor vaker en langer. • Zorgen voor voldoende be- en ontluchting aan de onderkant van het apparaat. Ventilatieopeningen nooit afdekken. • Geen warme spijzen in het apparaat zetten. Warme spijzen eerst laten afkoelen. • Deur slechts zo lang open laten als nodig is. • De temperatuur niet lager dan nodig instellen. • Kontroleer de bewaartemperatuur met behulp van de thermometer. • Diepvriesartikelen voor het ontdooien in de koelkast leggen. De koude in de diepvriesartikelen wordt zo voor koeling van de koelkast gebruikt. • Houd de warmte afgevende verdamper, het metalen rooster aan de achterzijde van het toestel, schoon. Wat te doen als ... Weggooien Informatie over de verpakking van het apparaat Alle gebruikte grondstoffen zijn milieuvriendelijk! Ze kunnen zonder gevaar weggegooid of in de vuilverbrandingsoven verbrand worden! De grondstoffen: de kunststoffen kunnen ook opnieuw gebruikt worden en worden als volgt gekarakteriseerd: >PE< voor polyethyleen, bijv. bij de buitenste verpakking en de zakken binnenin. >PS< voor schuimpolystyrol, bijv. bij de bekledingsdelen, in principe FCKW-vrij. De kartonnen delen zijn van oud papier gemaakt en kunnen ook weer bij het oud-papier gedaan worden. Weggooien van oude apparaten Wegens milieuredenen dienen koelapparaten vakkundig ontmanteld te worden. Dit geldt voor uw huidige apparaat en - als het ook aan vervanging toe is - ook voor uw nieuwe apparaat. Waarschuwing! Apparaten die hun tijd gehad hebben onbruikbaar maken voordat ze weggegooid worden. Stekker er afhalen, netsnoer doorknippen, eventuele snap- of grendelsloten verwijderen of kapotmaken. Hierdoor wordt voorkomen dat spelende kinderen in het apparaat opgesloten worden (verstikkingsgevaar!) of in andere levensgevaarlijke situaties terechtkomen. Aanwijzingen voor het weggooien: Hulp bij storingen Het kan bij een storing om kleine defecten gaan die kunt oplossen zelf aan de hand van de volgende aanwijzingen. Voer zelf geen verdere werkzaamheden uit als de volgende informatie in concrete gevallen niet verder helpt. Waarschuwing! Reparaties aan het koelapparaat mogen alleen door geschoold personeel uitgevoerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen grote gevaren ontstaan voor de gebruiker. Wend u bij reparatie tot onze klantendienst. • Het apparaat mag niet bij het huis- of grofvuil gezet worden. • Het koelvloeistofcircuit, in het bijzonder de warmtewisselaar aan de achterkant, mag niet beschadigd worden. • Informatie over afhaaltijden of inzamelplaatsen zijn te verkrijgen bij de plaatselijke reinigingsdienst of op het gemeentehuis. Transportbescherming verwijderen Het apparaat alsmede de onderdelen van het interieur zijn voor het transport beschermd. • Alle plakband alsmede bekledingsdelen uit het interieur verwijderen. 36 25 5. Opstellen Waarschuwing! Opstelplaats • Het apparaat mag tijden het schoonmaken niet op het electrici-teitsnet aangesloten zijn. Gevaar voor schokken! Zet voor het schoonmaken het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact of schakel c.q. draai de zekering er uit. Het apparaat in een goed geventileerde en droge ruimte neerzetten. De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik en het onberispelijk functioneren van het apparaat.. Het apparaat daarom • Het apparaat nooit met stoomreinigingsapparaten schoonmaken. Er kan vocht in de electrische onderdelen komen. Gevaar voor schokken! Hete damp kan kunstoffen onderdelen beschadigen. – niet aan directe straling van de zon blootstellen; – niet bij radiatoren, naast een kachel of andere warmtebronnen plaatsen; • Het apparaat dient droog te zijn voordat het weer in gebruik genomen wordt. – alleen op een plaats neerzetten waarvan de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatcategorie waarvoor het apparaat is ontworpen. De klimaatcategorieën staan op het merk- en type-aanduidingsplaatje dat zich links aan de binnenkant van het apparaat bevindt. De volgende tabel geeft aan welke omgevingstemperatuur bij welke klimaatcategorie behoort: Klimaatcategorie Let op! • Etherische oliën en organische oplosmiddelen kunnen kunststof onderdelen aantasten, bijv. – Sap van citroen– of sinaasappelschillen; –boterzuur; – Schoonmaakmiddelen die azijnzuren bevatten. Dergelijke substanties niet in contact brengen met apparaatonderdelen. voor een omgevingstemperatuur van SN +10 tot +32 °C N +16 tot +32 °C ST +18 tot +38 °C T +18 tot +43 °C Als het onvermijdelijk is het apparaat naast een warmtebron te plaatsen, aan weerszijden minimaal de volgende afstanden aanhouden: – tot elektrische kachels 3 cm; – tot olie- en kolenkachels 30 cm. Als men zich niet aan deze afstanden kan houden, is een warmte-isolatieplaat tussen kachel en koelapparaat aan te bevelen. Als het koelapparaat naast een ander koel- of diepvriesapparaat staat, is een afstand van 5 cm aan weerszijden aan te bevelen, zodat zich geen condens vormt aan de buitenkant van de apparaten. 26 Na het ontdooien de vriesruimte plus het interieur grondig schoonmaken. • Geen schurende schoonmaakmiddelen gebruiken. 5. Apparaat en interieur met een doek en lauwwarm water schoonmaken. Eventueel een beetje normaal afwasmiddel gebruiken. 6. Daarna met schoon water afnemen en droogmaken. 7. Als alles droog is, schakel op snelvriezen. Laat de vriezer tenminste 2 uur leeg vriezen. Daarna de levensmiddelen terug in de vriezer plaatsen en het apparaat weer in bedrijf nemen. Apparaat uitzetten Als het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt wordt: 1. Levensmiddelen uit vriesruimte nemen. 2. Apparaat uitzetten, daartoe de temperatuurregelaar op stand “0” draaien. 3. Stekker uit het stopcontact halen of zekering uitschakelen, er resp. uit-halen. 4. Diepvriesruimte ontdooien en grondig reinigen (zie hoofdstuk “Ontdooien en reinigen”). 35 Muur-afstandhouders Waarschuwing! • Geen ontdooisprays gebruiken, deze kunnen gevaarlijk voor de gezondheid zijn en/of stoffen bevatten die plastic aantasten. Voorzichtig! Niet met natte handen aan bevroren artikelen komen. De handen kunnen daaraan vastvriezen. 2. 34 Bevroren artikelen er uitnemen, in meerdere lagen krantenpapier wik kelen en op een koele plaats leggen. Apparaat uitzetten en de stekker uit het stopcontact halen of de zeke-ring uitschakelen c.q. er uitdraaien. 3. Alle laden, behalve de onderste, er uit halen. 4. Steek de kunststofschraper in AEG27 de opening onder de vriesruimte en plaats daar een schaaltje of teiltje onder. Tip: Om het ontdooien te versnellen een pan met heet water in het apparaat zetten en de deur sluiten. Afgevallen stukken ijs voordat ze volledig ontdooien verwijderen. B NP007 Monteer de twee afstandhouders die zich in het documentatiezakje bevinden, aan de achterkant, opdat de warmte die tijdens het gebruik ontstaat, zich op de juiste wijze kan verspreiden. Ga te werk zoals aangegeven in de figuren. Volg daarbij de nummers.. • Geen electrische verwarmingsapparaten en andere mechanische of kunstmatige hulpmiddelen gebruiken om het ontdooien te versnellen. 1. A 10 mm Om veiligheidsredenen moet de ventilatie zodanig zijn als in Figur aangegeven. Attentie: zorg ervoor dat de ventilatie openingen tijdens gebruik niet worden afgedekt. 100 mm Als het apparaat aanstaat en als de deur geopend wordt, slaat vocht in het interieur, in het bijzonder op de verdamper, als rijp neer. Deze rijp van tijd tot tijd met de bijgevoegde plastic schraper verwijderen. In geen geval hiervoor harde of spitse voorwerpen gebruiken. Het apparaat dient in ieder geval ontdooid te worden als de rijplaag ca. 4 mm dik is: echter minimaal eenmaal per jaar. Een geschikt moment voor het ontdooien is als het apparaat leeg is of als er nog maar weinig artikelen in liggen. Elke temperatuurstijging vermindert de houdbaarheid van de diepvriesprodukten. Schakel daarom ca. 12 uur van te voren het toestel op snelfriezen, om een koudereserve in de diepvriesprodukten te scheppen. Zorg voor een goede ventilatie rond het apparaat 10 mm Ontdooien en reinigen Deurdraairichting PR153 Het deurscharnier kan van rechts (stand waarin hij wordt afgeleverd) naar links gewisseld worden als dat voor de opstelplaats nodig is. Waarschuwing! Bij het wisselen van de deurscharnieren mag het apparaat niet op het lichtnet aangesloten zijn. Van te voren de stekker uit het stopcontact halen. 1. Trek het ventilatierooster (D), dat door palwerk vastgezet is, uit. 2. Verwijder het onderscharnier (E) door de twee schroeven, die het bevestigen; verwijder de deur. 3. Draai de schroeven weer vast. 4. Verwijder de beschermdopjes van de schroeven linksonder en plaats ze op de schroeven rechts. 5. Draai de twee schroeven linksonder los. F E F F D F PR185 27 6. 7. Draai de stift van het bovenscharnier los en monteer haar aan de linkerkant. Vergeet de sluitringetjes niet. Plaats de deur op de bovenstift. 8. Hermonteer het onderscharnier (E) aan de andere kant door middel van de twee schroeven die u eerder verwijderd hebt. 9. Verwijder het stopstuk (F) uit het ventilatierooster (D) door het naar de pijlrichting te duwen en breng het aan de andere kant weer aan. Aanwijzing voor keuringsbureaus: Stapelschema’s ter vaststelling van de diepvriesprestatie resp. opwarmtijd kunnen direct bij de fabrikant aangevraagd worden. C B A Symbolen bewaarde producten/Diepvrieskalender • De symbolen op de laden geven de diverse soorten diep-vriesproducten aan. PR19 10. Hermonteer het ventilatierooster (D), voer het door palwerk in. 11. De handgreep losschroeven. Aan de andere kant van de deur bevestigen nadat u de dopjes met een priem doorgeprikt heeft. De vrijgekomen gaatjes afsluiten met de bijgeleverde dopjes; deze vindt u in het zakje van de documentatie. PR228 Belangrijk Na het omkeren van de deurdraairichting moet u controleren of het deurrubber rondom goed op de sponning sluit. In een koud vertrek (in de winter) kan het gebeuren dat dat niet het geval is. Na enkele dagen zal het rubber zich echter aangepast hebben. Wilt u dat bespoedigen, dan kunt u het rubber warm maken met een föhn. Voor ingebruikname • Het interieur van het apparaat en alle accessoires schoonmaken voor het eerste gebruik (zie Hoofdstuk “Reiniging en Onderhoud”). • De koude–acccu uit het apparaat nemen. • De koude–accu pas na het bereiken van de optimale opslagtemperatuur van –18 °C in de bovenste lade leggen en laten bevriezen. • De getallen geven voor iedere soort diepvriesproduct de opslagtijd in maanden aan. Of de hoogste of de laagste waarde van de aangegeven opslagtijd geldt, hangt af van de kwaliteit van de levensmiddelen en de behandeling voorafgaand aan het invriezen. Voor levensmiddelen met een hoog vetgehalte geldt altijd de laagste waarde. AEG25 • Door de meegeleverde schuifje op de laden te steken kan aangegeven worden welke levensmiddelen in welk vak opgeslagen liggen. Het maken van ijsblokjes 1. IJsbakje voor 3/4 met koud water vullen, in de vriesruimte plaatsen en laten bevriezen. 2. Om de ijsblokjes los te maken het ijsbakje omdraaien of kort onder stromend water houden. Attentie! Een eventueel vastgevroren ijsbakje in geen geval met spitse of scherpe voorwerpen losmaken. Gebruik de bijgevoegde ijsschraper. • Ontdooide koude–accu’s op dezelfde wijze weer invriezen, bij v. na het schoonmaken van het apparaat. 28 33 met brandbare stoffen zoals bijv. spraybussen, aanstekers, navullingen van aanstekers etc. in het vriesapparaat. Elektrische aansluiting Voor de elektrische aansluiting is een volgens de voorschriften geïnstalleerde beschermcontactdoos vereist. De contactdoos moet zodanig worden geïnstalleerd, dat de steker altijd uit de contactdoos kan worden getrokken. De elektrische zekering dient minstens 10 Ampère te zijn. Indien het stopcontact bij een ingebouwd apparaat niet meer toegankelijk is, dient een maatregel in de elektrische installatie er voor te zorgen dat het apparaat van de stroom kan worden afgesloten (bijv. zekering, beveiligingsschakelaar, aardlekschakelaar of dergelijke met een contactopeningsbreedte van minimaal 3 mm). • Flessen en blikken mogen niet in de vriesruimte. Ze kunnen springen als de inhoud bevriest – bij koolzuurhoudende inhoud zelfs exploderen! Leg noot limonades, sappen, bier, wijn, champagne etc. in de vriesruimte. Uitzondering: sterke drank met een zeer hoog alcohol percentage kan in de vriesruimte gelegd worden. • Voor het invriezen op de snelvriesschakelaar drukken. Het gele lampje voor snelvriezen gaat branden. • Als u de maximale invrieskapaciteit wilt benutten, moet u 24 uur van te voren (bij kleinere hoeveelheden 4 tot 6 uur) de snelinvriesschakelaar inschakelen. Voorzichtig! Diepvriesartikelen niet met natte handen aanraken. De handen kunnen daaraan vast vriezen. 1. De verpakte levensmiddelen in de laden leggen. De in te vriezen levensmiddelen in de twee bovenste korven van het apparaat plaatsen. Niet bevroren artikelen mogen niet in aanraking komen met reeds bevroren waren omdat anders de bevroren artikelen ontdooien kunnen. Diepvriesartikelen het liefst naar soort apart in de laden leggen. Opsteekruitertjes voor de laden worden meegeleverd. Om de inhoud van de diverse laden te markeren de ruitertjes boven de betreffende symbolen steken (zie hoofdstuk “Symbolen van artikelen/Vrieskalender”). Daardoor heeft U een beter overzicht, wordt het lang openen van de deur voorkomen en wordt stroom bespaard. 2. • Voor ingebruikneming op het merk– en type–aanduidingsplaatje van het apparaat controleren of de netspanning en stroomsoort overeenkomen met de waarden van het lichtnet op de plaats waar het apparaat komt te staan. Bijv.: AC 220 ... 240 V 50 Hz of 220 ... 240 V~ 50 Hz (d.w.z. 220 tot 240 Volt wisselstroom, 50 Hertz) Het typeplaatje bevindt zich links aan de binnenkant van het apparaat. Bedienings- en kontroleinrichting Nadat de vereiste opslagtemperatuur bereikt is opnieuw op de snelvriesschakelaar drukken. Het gele lampje gaat uit. 4 1 3 2 Tips: ABC • Geschikt voor het verpakken van diepvriesproducten zijn: E – diepvrieszakken en -folie van polyethyleen; A. Waarschuwingslampje (rood) – speciale diepvriesdozen; B. Aanwijzing voor snel invriezen (geel) – aluminiumfolie, extra sterk. C. Snelinvriesschakelaar • Voor het sluiten van zakken en folies zijn geschikt: plastic klemmen, elastiekjes of plakband. D. • Voor het sluiten de lucht uit de zakjes en folies strijken omdat lucht het uitdrogen van bevroren artikelen bevordert. • Maak platte pakjes, deze bevriezen sneller. • Diepvriesdozen niet tot aan de bovenrand vullen met (half)vloeibare diepvriesproducten omdat vloeistof tijdens het invriezen uitzet. 32 D E. Lichtnetcontrolelampje (groen) Temperatuurregelaar en schakelaar AAN/UIT De bedienings- en kontrole-inrichting omvat: Temperatuurregelaar (E) die tevens dient om het toestel in- en uit te schakelen. Het groene kontrolelampje (D) brandt als het toestel aan netspanning aangesloten en ingeschakeld is. In deze schakelstand is het koe29 lakkgregaat automatisch in bedrijf. Met de temperatuurregelaar (E) kan de energiezuinigste bewaartemperatuur traploos worden ingesteld. De optimale bewaartemperatuur is -18°C. Op de thermometer kunt u de temperatuur kontroleren. Snelvriesschakelaar (C) met geel kontrolelampje (B). +10 °C 0 Het rood lampje brandt: -18 – bij in gebruik nemen van het toestel, als de bewaartemperaD008 tuur nog niet bereikt is – als de temperatuur niet laag genoeg meer is (storing) – als grote hoeveelheden nog in te vriezen levensmiddelen in de kast worden gelegd – als de deur van het toestel te lang open staat. Attentie: als u de snelvriesschakelaar inschakelt of de temperatuurregelaar verstelt, kan het voorkomen dat het koelaggregaat van uw diepvrieskast niet onmidddellijk, maar pas na enige tijd begint te werken. In dit geval is er geen sprake van een storing. In gebruik nemen en temperatuurregeling • Steek de steker in de wandkontaktdoos. Het groene lampje licht op. • Temperatuurregelaar (E) naar stand „1“ draaien, het rode lampje (A) gaan branden, het koelaggregaat werkt automatisch. • Bovendien schakelt u de snelvriesschakelaar (C) in, het gele lampje (B) gaat branden, het koelaggregaat werkt kontinu. • Pas als het rode lampje (A) niet meer brandt, schakelt u de snelvries-schakelaar (C) uit, het gele lampje (B) gaat uit. Stand „1“ betekent: hoogste, warmste binnentemperatuur. Stand „4“ betekent: laagste, koudste binnentemperatuur. Bij het instellen van de juiste stand dient u er rekening mee te houden dat de temperatuur in het apparaat afhankelijk is van: - de kamertemperatuur; - de frequentie waarmee de deuren geopend worden; 30 - de hoeveelheid levensmiddelen in de kast; - de plaats van het apparaat.portes; Attentie: kontroleert u regelmatig aan de hand van het rode temperatuurkontrole-lampje (A) en de thermometer of de bewaartemperatuur laag genoeg is. Koude-accu In één van de laden van de vriesruimte bevindt zich een koude-accu. Voor het invriezen van de koude-accu s.v.p. Hoofdstuk “Voor ingebruikname” lezen. Als de stroom uitvalt of bij een storing aan het apparaat verlengt de koude-accu de tijd tot de diepvriesartikelen te warm worden met meerdere uren. De koude-accu kunt dit echter alleen optimaal doen als ze in de bovenste la vooraan boven op de diepvriesartikelen gelegd wordt. De koude-accu kan tijdelijk ook als koelelement voor koeltassen gebruikt worden. Invriezenen en diepgevroren opslaan In uw diepvrieskast kunt u diepvriesprodukten bewaren en verse levensmiddelen zelf invriezen. Attentie! • Voor het invriezen van levensmiddelen dient de temperatuur in de vriesruimte –18 °C of lager te zijn. • Let op het op het typebordje aangegeven vriesvermogen. Het vriesvermogen is de maximale hoeveelheid verse waren die binnen 24 uur ingevroren kunnen worden. Als er gedurende meerdere dagen achter elkaar ingevroren wordt, neem dan slechts 2/3 tot 3/4 van de hoeveelheid aangegeven op het typebordje. De kwaliteit is beter, als de levensmiddelen snel tot in de kern bevriezen. • Warme levensmiddelen voor het invriezen laten afkoelen. De warmte leidt tot verhoogde ijsvorming en verhoogt het energieverbruik. • Bij het bewaren van kantenklare diepvriesprodukten dient u zich beslist aan de door de fabrikant opgegeven bewaartijd te houden. • Eenmaal ontdooide levensmiddelen zonder verdere verwerking (bereiden tot panklare gerechten) in geen geval een tweede keer invriezen. • Containers met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken door de inwerking van koude. Explosiegevaar! Leg geen containers 31
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30

AEG OEKOA.2043-4GS Handleiding

Type
Handleiding