21
NL
Aanvullende informatie
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Stroomvoorziening
Controleer, alvorens de stereo-installatie in gebruik te
nemen, of de bedrijfsspanning van het apparaat
overeenkomt met de plaatselijke netspanning.
Veiligheid
•
Zolang de stekker van het netsnoer in het stopcontact zit,
blijft er een geringe hoeveelheid stroom naar het
apparaat lopen, ook al is het apparaat zelf uitgeschakeld.
•
Trek de stekker uit het stopcontact wanneer u denkt het
apparaat geruime tijd niet te gebruiken. Pak de stekker vast om
deze uit het stopcontact te trekken. Trek nooit aan het snoer.
•
Mocht er vloeistof of een voorwerp in het inwendige van het
apparaat terechtkomen, verbreek dan de aansluiting op het
stopcontact en laat de stereo-installatie eerst door een
deskundige nakijken alvorens deze weer in gebruik te nemen.
•
Mocht het nodig zijn het netsnoer of de stekker te vervangen,
laat dit dan uitsluitend bij een erkende vakhandel verrichten.
Opstelling
•
Zorg dat het apparaat zo goed mogelijk horizontaal staat.
•
Plaats het apparaat ergens waar het niet blootgesteld wordt aan:
— extreme hitte of koude
— stof of vuil
— erg veel vocht
— heftige trillingen
— directe zonnestraling.
•
Wees voorzichtig wanneer u het apparaat of de luidsprekers
op een ondergrond plaatst die een speciale behandeling
heeft ondergaann (met was, olie, polijstmiddel, enz.)
aangezien er hierdoor vlekken op de ondergrond kunnen
ontstaan of de ondergrond kan gaan verkleuren.
Hitte in het inwendige
• Alhoewel het apparaat tijdens gebruik nogal warm
kan worden, wijst dat niet op storing in de werking.
• Zet de stereo-installatie op een goed geventileerde
plaats, met voldoende luchtdoorstroming om
oververhitting in het inwendige te voorkomen.
Bij langdurig afspelen op hoog volume kunnen de boven-, onder-
en zijpanelen van de behuizing na verloop van tijd erg heet
worden. Pas hiervoor op en raak de behuizing liever niet aan.
Om oververhitting en storing in de werking te vermijden, mag
u de ventilatiesleuven voor de koelventilator niet afdekken.
Voorkomen van beschadiging
•
Als de stereo-installatie rechtstreeks van een koude in een
warme omgeving wordt gebracht of in een erg vochtige kamer
wordt geplaatst, kan op de lens binnenin de compact disc
speler vocht uit de lucht condenseren. Als dit zich voordoet,
zal de stereo-installatie niet naar behoren functioneren. In
zulke gevallen dient u de compact disc te verwijderen en het
apparaat ongeveer een uur ingeschakeld maar ongebruikt aan
te laten staan, zodat alle condensvocht kan verdampen.
•
Voor u de stereo-installatie verplaatst of vervoert, dient
u de compact disc uit het apparaat te verwijderen.
Mocht u vragen of problemen met uw stereo-
installatie hebben, aarzel dan niet contact op te nemen
met de dichtstbijzijnde Sony handelaar.
Juiste omgang met compact discs
• Veeg een compact disc voor het afspelen schoon
met een niet pluizend reinigingsdoekje, vanuit het
midden naar de rand.
• Plak geen etiketten e.d. op compact discs, want
daardoor kan de CD-speler beschadigd worden.
• Gebruik voor het reinigen geen vluchtige stoffen.
• Zorg dat uw compact discs niet worden blootgesteld
aan fel zonlicht of de hitte van een kachel.
•
Discs met afwijkende vormen (hoekig, hartvorming,
stervormig e.d.) zijn in dit apparaat niet af te spelen.
Probeer het in geen geval, want de stereo-installatie
kan er door beschadigd worden. Gebruik dergelijke
discs niet.
Reinigen van de behuizing
Maak de ombouw, het paneel en bedieningsorganen
schoon met een zachte doek, licht bevochtigd met wat
milde vloeibare huishoudzeep. Gebruik geen schuurspons,
schuurpoeder of oplosmiddelen zoals alcohol of benzine.
Beveiligen van waardevolle bandopnamen
Om een cassette tegen per ongeluk wissen of
abusievelijk opnemen te beveiligen, breekt u het
wispreventienokje uit voor cassettekant A of B, zoals
in de afbeelding is aangegeven.
Als u een aldus beveiligde cassette later weer voor
opname geschikt wilt maken, kunt u de ontstane
opening(en) met een stukje plakband afdekken.
Alvorens u een cassette in het deck plaatst
Zorg dat eventuele lussen in de band zijn
strakgetrokken. Anders zou de band in het mechanisme
verwikkeld kunnen raken, met kans op beschadiging.
Betreffende cassettes langer dan 90 minuten
De uiterst dunne band in deze cassettes kan gemakkelijk
uitrekken. Bij gebruik van een dergelijke cassette mag u de band
niet te vaak snelspoelen, stoppen en weer starten. Hierdoor zou
de band in het bandloopwerk verstrikt kunnen raken.
Reinigen van de bandkoppen
Het verdient aanbeveling de bandkoppen na iedere 10
gebruiksuren te reinigen. Maak de bandkoppen in elk
geval even schoon vóór het maken van een belangrijke
bandopname, evenals na het afspelen van een oude
cassette. Reinig de bandkoppen met een in de audiohandel
verkrijgbare reinigingscassette, van het droge of het
vloeistof-type. Zie voor nadere bijzonderheden de
gebruiksaanwijzing van de reinigingscassette.
Demagnetiseren van de bandkoppen
Na 20 tot 30 gebruiksuren, of bij een hoorbaar verlies
aan hoge tonen of toename van ruis, dient u de
bandkoppen en alle metalen onderdelen van het
bandloopwerk te demagnetiseren met een in de
audiohandel verkrijgbare demagnetiseercassette. Zie
voor nadere bijzonderheden de gebruiksaanwijzing
van de demagnetiseercassette.
Breek het
wispreventienokje
uit