Ignis AWP 091 de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

48
NL GEBRUIKERSHANDLEIDING
VOOR HET EERSTE GEBRUIK:
BELANGRIJK: DE AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE AANDACHTIG
DOORLEZEN.
VOORDAT U DE WASMACHINE IN GEBRUIK NEEMT, DIENT U DE
VEILIGHEIDSBEUGELS TE VERWIJDEREN DIE VOOR HET TRANSPORT ZIJN
AANGEBRACHT.
Eerste wasprogramma zonder wasgoed:
1.
De waterkraan/kranen opendraaien.
2.
De deur sluiten.
3.
Een beetje wasmiddel (ca. 100 ml) in het wasmiddelbakje doen .
4.
Een kort programma kiezen (zie de programmatabel).
5.
De knop “AAN/UIT” indrukken.
Op deze manier wordt eventueel overblijvend water, dat in de fabriek is gebruikt om de
machine te testen, verwijderd.
NORMALE WAS:
1.
De waterkraan/kranen opendraaien.
2.
Het wasgoed op textielsoort en kleur sorteren en de wasmachine vullen.
3.
De deur sluiten.
4.
Het wasmiddel en eventuele nabehandelingsproducten in het bakje doen.
5.
Het programma, de temperatuur en de extra functies selecteren (zoals beschikbaar op
de machine).
6.
De knop “AAN/UIT” indrukken.
49
INHOUD NL
DE WASMACHINE MET TOEBEHOREN
PAGE
50
MILIEUTIPS
PAGE
51
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
PAGE
51
VERPLAATSEN EN VERVOEREN
VAN DE MACHINE
PAGE
36
HET WASGOED SORTEREN
PAGE
52
WASMIDDEL EN NABEHANDELINGSPRODUCTEN
PAGE
53
VERVEN EN BLEKEN
PAGE
54
HET KIEZEN VAN PROGRAMMA'S EN EXTRA
FUNCTIES / START VAN HET PROGRAMMA
PAGE
55
DEURVERGRENDELING / EINDE VAN
HET PROGRAMMA / HET WIJZIGEN VAN EEN
REEDS GEKOZEN PROGRAMMA
PAGINA
40
HET VERWIJDEREN VAN HET FILTER
VOOR VREEMDE VOORWERPEN /
AFVOEREN VAN HET RESTWATER
PAGE
56
REINIGING EN ONDERHOUD
PAGE
57
HET OPSPOREN VAN STORINGEN
PAGE
58
KLANTENSERVICE
PAGE
58
AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE
PAGE
59
50
1.
Werkblad
2.
Bedieningspaneel
3.
Lade voor wasmiddel
4.
Servicesticker (aan de binnenkant van de deur)
5.
Deur
6.
Handgreep voor het openen van de deur
-
Openen: trek aan de handgreep.
-
Sluiten: duw de deur stevig dicht (de grendel valt in het slot)
7.
Filter (achter het deurtje, afhankelijk van het model).
DE WASMACHINE MET TOEBEHOREN
51
Verpakking
De verpakking is voorzien van het
recyclingssymbool , dat aangeeft dat deze
voor 100% gerecycled kan worden.
Apparaat
Het product is vervaardigd van recyclebaar
materiaal. Volg de plaatselijke voorschriften
voor afvalverwerking op wanneer u het
afdankt. Maak het onbruikbaar: haal de
stekker uit het stopcontact en snijd de
elektriciteitskabel door zodat het apparaat
niet meer kan worden aangesloten.
Milieutips
-
Was voor zover mogelijk altijd met een volle
trommel (afhankelijk van het programma),
om water en energie te sparen.
-
Gebruik voor licht tot normaal vervuild
wasgoed een programma zonder voorwas.
-
Gebruik bij licht vervuild wasgoed of bij een
halve belading een programma met een lage
temperatuur of een kort wasprogramma.
-
Druk, wanneer de trommel niet vol is, op de
knop Licht vervuild / Halve belading
(indien aanwezig) en gebruik minder
wasmiddel.
-
Indien het wasgoed in een wasdroger wordt
gedroogd, raden wij u aan het op de hoogste
snelheid te centrifugeren (afhankelijk van het
gekozen programma).
De droger verbruikt dan minder energie.
-
Overschrijd de op de verpakking
aangegeven dosering wasmiddel niet.
-
Gebruik bleekmiddel of vlekkenmiddel alleen
indien dit echt noodzakelijk is.
Gebruik het apparaat uitsluitend voor
huishoudelijke doelen.
Wees er zeker van dat de installatie en de
elektrische en hydraulische aansluiting
uitgevoerd worden volgens de aanwijzingen
van de fabrikant en in overeenstemming met
de plaatselijk geldende veiligheidsvoorschriften
(zie Aanwijzingen voor de installatie)
Aanwijzingen voor de installatie).
Haal altijd de stekker uit het stopcontact of
koppel het apparaat van de elektriciteit
voordat u onderhouds- of
reinigingswerkzaamheden uitvoert.
Schakel de wasmachine uit en draai de
kraan/kranen dicht wanneer de machine niet
wordt gebruikt.
Forceer de deur niet bij het openen.
Laat kinderen niet met de wasmachine
spelen of in de machine klimmen. Niet op de
deur leunen.
Het verpakkingsmateriaal kan gevaarlijk
zijn voor kinderen. Houd al het
verpakkingsmateriaal (plastic zakken,
polystyreen enzovoort) buiten bereik van
kinderen.
De wasmachine voldoet aan de Europese
veiligheidsvoorschriften, EG-richtlijn
93/68/EEG en EN 60555.
1.
Haal de stekker uit het stopcontact.
2.
Draai de waterkraan/kranen dicht.
3.
Maak de toevoer- en afvoerslangen los.
4.
Laat het restwater uit de wasmachine en de
slangen wegstromen (zieAfvoeren van het
restwater).
5.
Monteer de veiligheidsbeugels
(zieAanwijzingen voor de installatie).
MILIEUTIPS
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VERPLAATSEN EN VERVOEREN VAN DE MACHINE
52
1. Het wasgoed sorteren naar
Textielsoort / symbool op het etiket
Katoen, gemengde weefsels, synthetische
weefsels, wol.
Kleur
Bonte en witte was altijd scheiden. Nieuw,
gekleurd wasgoed de eerste keer apart wassen.
Afmetingen van het wasgoed
Was stukken van verschillende afmetingen samen
voor betere wasresultaten en een optimale
verdeling van de belading in de trommel.
Teer wasgoed
Was tere weefsels apart. Selecteer het speciale
programma voor wol die in de machine gewassen
kan worden , gordijnen en tere weefsels.
Verwijder gordijnhaakjes of doe de gordijnen in
een waszak. Was uitsluitend weefsels die geschikt
zijn voor de machine. Was kleine artikelen
(bijvoorbeeld nylon kousen, riemen enzovoort) en
artikelen met haakjes (bijvoorbeeld bh's) in een
waszak of kussensloop met rits.
2. Maak de zakken leeg
Muntstukken, veiligheidsspelden en dergelijke
kunnen het wasgoed, de trommel en het
waterreservoir beschadigen.
3. Sluitingen
Doe ritssluitingen, haken en ogen dicht. Knoop de
uiteinden van ceintuurs bijeen.
BEHANDELING VAN VLEKKEN
Vlekken van bloed, melk, eieren en andere
organische stoffen worden normaal gesproken tijdens
de enzymenfase van het wasprogramma verwijderd.
Voeg voor rodewijn-, koffie-, thee-, gras-,
fruitvlekken enzovoort een biologisch bleekmiddel
toe in het hoofdwasmiddelbakje of een
chloorbleekmiddel in het bakje van de
wasmiddellade (afhankelijk van het model).
Bij hardnekkige vlekken het wasgoed vooraf
behandelen.
WASGOED IN DE MACHINE DOEN
Open de deur.
Plaats de stukken wasgoed één voor één in de
trommel zonder de machine te overladen.
Sluit de deur.
AANBEVOLEN BELADINGEN
Zie de aparte programmatabel.
Opmerking:
indien de trommel te vol is, wordt het
wasgoed minder goed gewassen en kreukt het.
HET WASGOED SORTEREN
1.
2.
3.
53
KEUZE VAN HET WASMIDDEL
De keuze van het wasmiddel is afhankelijk van
de textielsoort (katoen, synthetisch, tere
weefsels, wol);
Opmerking:
gebruik voor wol uitsluitend
speciale wasmiddelen.
de kleur;
de temperatuur van het wasprogramma;
het soort vuil.
Opmerking:
Witte resten op donkere weefsels zijn het
gevolg van onoplosbare waterontharders in
moderne fosfaatvrije waspoeders. Als u deze
resten ziet, de stukken schudden of borstelen
of een vloeibaar wasmiddel gebruiken.
Bewaar wasmiddelen en
nabehandelingsproducten op een veilige,
droge plaats, buiten het bereik van kinderen.
Gebruik alleen wasmiddelen en
nabehandelingsproducten die geschikt zijn
voor wasmachines voor huishoudelijk
gebruik.
Gebruik alleen waterontharders,
ontkalkingsmiddelen, textielverf en
bleekmiddelen die geschikt zijn voor
wasmachines voor huishoudelijk gebruik.
Gebruik geen oplosmiddelen (bijvoorbeeld
terpentine of wasbenzine). Was geen met
oplosmiddelen of ontvlambare vloeistoffen
behandelde stoffen in de wasmachine.
DOSERING WASMIDDEL
Overschrijd de aanbevolen dosering van de
fabrikant op de verpakking van het wasmiddel
niet. De hoeveelheid is afhankelijk van:
het soort vuil;
de hoeveelheid was:
-
volledig beladen trommel: volg de
aanwijzingen van de fabrikant;
-
halve belading: 3/4 van de hoeveelheid
voor een volledige belading;
-
kleine belading (ca. 1 kg): 1/2 van de
hoeveelheid voor een volledige belading;
de hardheid van het water bij u in de buurt
(vraag hieromtrent informatie bij het
waterleidingbedrijf): bij zacht water heeft u
minder wasmiddel nodig dan bij hard water.
Opmerking:
Een te hoge dosering wasmiddel kan leiden
tot sterke schuimvorming en een minder
schone was. Indien er zich te veel schuim
heeft gevormd, kan dit ertoe leiden dat de
wasmachine niet centrifugeert.
Bij te weinig wasmiddel wordt het wasgoed
grauw. Bovendien wordt kalkaanslag op het
verwarmingselement en in de trommel
bevorderd.
Indien u bleekmiddel met chloor gebruikt, de
instructies voor het bleken goed opvolgen.
Een te hoge dosering bleekmiddel kan het
wasgoed beschadigen.
Indien de wasmiddellade van de wasmachine drie bakjes bevat, de markering voor de hardheid van
het water in overeenstemming brengen met de hardheid van het water in het gebied waar de
wasmachine is geïnstalleerd.
De markering zijwaarts naar de gewenste positie bewegen.
WASMIDDEL EN NABEHANDELINGSPRODUCTEN
WATERHARDHEID
WATERHARDHEIDSCAT
EGORIE
KENMERKEN
DUITS
°dH
FRANS
°fH
ENGELS
°eH
1
2
3
4
zacht
medium
hard
zeer hard
0-7
7-14
14-21
meer dan 21
0-12
12-25
25-37
meer dan 37
0-9
9-17
17-26
meer dan 26
54
DE WASMIDDELLADE VULLEN MET
WASMIDDEL EN
NABEHANDELINGSPRODUCTEN
1.
Trek de wasmiddellade naar buiten. De lade
heeft, afhankelijk van het model, drie of vier
bakjes.
2.
Doe het wasmiddel in de lade.
3.
Doe de wasmiddellade weer goed dicht.
Opmerkingen:
Om bij het gebruik van geconcentreerde
wasmiddelen problemen bij de verdeling te
voorkomen, het bij het wasmiddel geleverde
doseringshulpmiddel gebruiken en dit
rechtstreeks in de trommel plaatsen (alleen
voor programma's zonder voorwas).
Programma's met voorwas: voor de voorwas
kan een vloeibaar wasmiddel worden gebruikt.
Voor het hoofdwasprogramma moet dan een
waspoeder worden gebruikt.
Geconcentreerde wasverzachters correct
doseren en water toevoegen in het vak voor
de wasverzachter totdat het maximale
niveau is bereikt.
Verven:
de in de handel verkrijgbare producten
bestaan gewoonlijk uit een kleurstof, een
fixeermiddel en zout.
Doe de kleurstof, het fixeermiddel en het zout
rechtstreeks in de lege trommel. Vul pas daarna
de machine met wasgoed.
Gebruik alleen producten die geschikt zijn
voor wasmachines.
Volg de aanwijzingen van de fabrikant.
Na het verven en bleken kunnen de kunststof
en rubberen onderdelen van de wasmachine
gevlekt zijn.
WASMIDDEL EN NABEHANDELINGSPRODUCTEN
Programma's met voor- en
hoofdwas.
Hoofdwasprogramma zonder
voorwas.
Als er een vloeibaar wasmiddel
wordt gebruikt, het gekleurde
inzetstuk uit de lade verwijderen en
in het bakje zetten. . De
schaalverdeling op het inzetstuk
helpt bij de dosering.
Voeg wasverzachter en
conditioners toe (niet meer dan het
merkteken Max (bij modellen met
drie bakjes) of 100 ml (bij modellen
met vier bakjes) aangeeft).
Bleekmiddel toevoegen tot aan
Max (indien model hiervoor
geschikt is).
Vlekkenmiddel
Waterontharder
(waterhardheid klasse 4)
Stijfsel (opgelost in water)
Wasmiddellade met 3 bakjes.
Wasmiddellade met 4 bakjes.
VERVEN EN BLEKEN
55
HET KIEZEN VAN PROGRAMMA'S
(zie ook de aparte progammatabel en de
verbruiksgegevens)
Voor machines MET een keuzeknop voor
de temperatuur
1.
Draai de programmakeuzeknop met de klok
mee tot aan het gewenste programma.
2.
Stel de temperatuurknop in op de
gewenste temperatuur.
Voor machines ZONDER keuzeknop voor
de temperatuur
Draai de programmakeuzeknop met de klok
mee tot aan het programma met de gewenste
temperatuur.
DRUK DE KNOP VAN DE GEWENSTE
SPECIALE FUNCTIE IN
(Zie de aparte programmatabel,
afhankelijk van
het model).
Verlagen van de centrifugeersnelheid
Met deze knop kunt u de centrifugeersnelheid
verlagen.
Knop Niet centrifugeren
Druk op deze knop voor een programma
zonder centrifugeercyclus.
Knop Spoelstop/Uitstel centrifugeren
Het wasgoed blijft in het laatste spoelwater
liggen zonder gecentrifugeerd te worden om
kreukvorming te voorkomen.
Bijzonder geschikt voor de programma's
Synthetisch of Tere weefsels, indien het
wasgoed niet onmiddellijk na afloop van het
programma uit de machine moet worden
gehaald.
Spoelstop opheffen
Druk nog eens op de knop Spoelstop; de
centrifugeercyclus wordt gekozen aan de
hand van het geselecteerde programma.
Knop Licht vervuild/Halve belading
Vermindert het waterverbruik, met name in de
spoelfase.
Vooral geschikt voor licht vervuild wasgoed en
kleinere beladingen (de hoeveelheid
wasmiddel verminderen).
Knop Koud wassen
Het toegevoerde water wordt niet verwarmd.
Knop Intensief spoelen
Deze functie is met name geschikt in
gebieden met zeer zacht water, voor wasgoed
van baby's en van personen die last hebben
van allergische reacties.
Bij de spoelcyclus wordt ca. 10 l meer water
gebruikt.
Deze speciale functie wordt aanbevolen voor
de programma's 95°C Katoen en 60°C
Synthetisch aangezien het water op deze
manier afkoelt voordat het wordt afgevoerd.
START VAN HET PROGRAMMA
1.
Steek de stekker in het stopcontact.
2.
Draai de waterkraan open.
3.
Druk op de knop AAN/UIT.
DEURVERGRENDELING
Nadat het programma gestart is, wordt de deur
automatisch geblokkeerd tot aan het einde van
het programma.
EINDE VAN HET PROGRAMMA
De fasewijzer van het programma houdt stil
bij Stop.
1.
Druk op de knop AAN/UIT.
2.
Schakel de gekozen extra functies uit door op
de betreffende knoppen te drukken.
3.
Draai de waterkraan/kranen dicht.
4.
Wacht totdat de deur wordt ontgrendeld
(ongeveer 2 minuten).
5.
Open de deur en haal het wasgoed uit de
machine.
Opmerking:
laat de deur half open zodat de
trommel kan drogen.
HET WIJZIGEN VAN EEN REEDS
GEKOZEN PROGRAMMA
1.
Druk op de knop AAN/UIT.
2.
Kies een nieuw programma, temperatuur en
eventuele extra functies.
3.
Druk op de knop AAN/UIT.
HET KIEZEN VAN PROGRAMMA'S EN
EXTRA FUNCTIES / START VAN HET PROGRAMMA
A
B
A
B
DEURVERGRENDELING / EINDE VAN HET PROGRAMMA / HET
WIJZIGEN VAN EEN REEDS GEKOZEN PROGRAMMA
56
VERWIJDEREN VAN HET FILTER VOOR
VREEMDE VOORWERPEN / AFVOEREN
VAN HET RESTWATER
Controleer en reinig het filter minstens 2 of 3
maal per jaar.
Wanneer de wasmachine het water niet
regelmatig afvoert of niet centrifugeert.
Wanneer de pomp wordt geblokkeerd door
een voorwerp (knopen, munten,
veiligheidsspelden).
Belangrijk:
alvorens het water uit de
machine te laten lopen, dient u zich ervan te
verzekeren dat het is afgekoeld.
HET VERWIJDEREN VAN HET FILTER
VOOR VREEMDE VOORWERPEN
1.
Zet de wasmachine uit (druk op de knop
AAN/UIT).
Open het deurtje van het filter voor vreemde
voorwerpen met behulp van het gekleurde
inzetstuk in de wasmiddellade.
3.
Zet een bak onder het filter.
Draai het filter langzaam tegen de klok in
totdat de handgreep zich in een verticale
positie bevindt, zonder het helemaal los te
schroeven.
5.
Wacht tot al het water in de bak gestroomd is.
Schroef het filter helemaal los en neem het weg.
7.
Verwijder eventuele vreemde voorwerpen uit
het filter.
8.
Controleer of de rotor van de pomp weer
goed kan bewegen.
9.
Breng het filter weer aan met de rand boven
en schroef het met de wijzers van de klok
mee totdat het vast zit.
10.
Sluit het deurtje.
11.
Giet 1/2 liter water in de wasmiddellade om
het besparingssysteem weer in te schakelen.
Sommige modellen bevatten geen filter voor
vreemde voorwerpen omdat zij voorzien zijn
van een zelfreinigende pomp.
WANNEER MOET HET RESTWATER
WORDEN AFGEVOERD
Wanneer u de wasmachine wilt vervoeren.
In een ruimte waar de temperatuur onder het
vriespunt kan zakken. In dat geval moet het
water na elk wasprogramma worden afgevoerd.
AFVOEREN VAN HET RESTWATER
Volg de aanwijzingen in de voorafgaande
paragraaf (punt 1 tot 8) om het restwater af te
voeren.
Om het restwater uit de pomp af te voeren,
de machine naar voren kantelen en verder
gaan bij punt 9 en 10 van de voorafgaande
paragraaf.
HET VERWIJDEREN VAN HET FILTER VOOR VREEMDE
VOORWERPEN / AFVOEREN VAN HET RESTWATER
2.
4.
6.
57
BEHUIZING EN BEDIENINGSPANEEL
Gebruik gewone
huishoudreinigingsmiddelen (geen
schuurmiddelen).
Maak de oppervlakken droog met een zachte
doek.
WASMIDDELLADE
Duw de hendel naar beneden om de lade los
te maken en haal deze naar buiten.
Verwijder de inzetstukken (sifon van het
wasverzachtervak, sifon van het
bleekmiddelvak en het gekleurde inzetstuk
voor vloeibaar wasmiddel).
3.
Schoon spoelen onder stromend water.
4.
De inzetstukken terugzetten en de lade op
zijn plaats duwen tot deze vast zit.
DEURAFDICHTING
Indien nodig met een vochtige doek reinigen.
Controleer regelmatig de toestand van de
deurafdichtingen.
FILTER VAN DE WATERSLANG
Regelmatig controleren en reinigen.
1.
Draai de waterkraan/kranen dicht.
2.
Schroef de waterslang(en) van de kraan/kranen.
3.
Verwijder het filter en reinig het.
4.
Zet het filter weer terug en schroef de
toevoerslang vast op de waterkraan.
5.
Schroef de slang(en) los van de machine.
6.
Haal het filter met een tang uit de
wasmachine en reinig het.
7.
Zet het filter terug en schroef de
slangaansluiting weer op de machine.
8.
Open de waterkraan/kranen en controleer of
de verbindingen niet lekken.
FILTER APPARAAT
Controleer het filter ten minste twee of drie
maal per jaar en reinig het indien nodig
(zieHet verwijderen van het filter voor
vreemde voorwerpen).
REINIGING EN ONDERHOUD
1.
2.
58
Het apparaat start niet
Zit de stekker goed in het stopcontact?
Is de zekering in orde?
Is de stroom uitgevallen?
Is de waterkraan open? Krijgt de machine
water?
Is de deur goed gesloten?
Heeft u een programma ingesteld?
Heeft u op de knop AAN/UIT gedrukt?
De wasmachine krijgt geen of weinig water
Is de waterkraan helemaal opengedraaid?
Zit er een knik in de watertoevoerslang?
Is het filter van de waterslang verstopt?
(ZieREINIGING EN ONDERHOUD).
Is het water in de slang bevroren?
De wasmachine voert geen water af
Is de afvoerslang goed geïnstalleerd? (Zie
Aanwijzingen voor de installatie).
Is het filter voor vreemde voorwerpen
verstopt? (Zie Het verwijderen van het filter
voor vreemde voorwerpen / afvoeren van het
restwater).
Is het water in de afvoerslang bevroren?
Heeft u op de knop Spoelstop gedrukt?
Er zitten resten van wasmiddel en
nabehandelingsproducten in de
wasmiddellade
Is de sifon correct geplaatst?
Is de sifon verstopt?
Komt er weinig water in de lade? (Zie boven).
Zie ookWasmiddel en
nabehandelingsproducten en REINIGING
EN ONDERHOUD.
De wasmachine trilt tijdens het centrifugeren
Is de wasmachine waterpas gezet en zijn de
vier pootjes afgesteld? (ZieAanwijzingen
voor de installatie).
Zijn de veiligheidsbeugels voor het transport
verwijderd? Voordat u de wasmachine in
bedrijf stelt, is het absoluut noodzakelijk om
de veiligheidsbeugels voor het transport te
verwijderen (zieAanwijzingen voor de
installatie).
Na afloop van het wasprogramma is het
wasgoed niet of niet voldoende
gecentrifugeerd
Is de pomprotor geblokkeerd? (Zie Het
verwijderen van het filter voor vreemde
voorwerpen / afvoeren van het restwater).
Bestaat de lading uit één zwaar/groot artikel
(bijvoorbeeld een badjas)? Als dat het geval
is, kan de wasmachine bij aanvang van de
centrifugeercyclus waarnemen dat de lading
uit balans is en de centrifugeersnelheid
verlagen.
Voeg in dat geval kledingstukken toe en
herhaal de centrifugeercyclus.
Indien het wasgoed na het centrifugeren nog
nat is, eventueel andere stukken wasgoed
toevoegen en het centrifugeerprogramma
opnieuw starten.
Voordat u contact opneemt met de
klantenservice:
1.
Probeer of u de storing zelf kunt verhelpen
(zieHet opsporen van storingen).
2.
Start het programma opnieuw om te
controleren of de storing verholpen is.
3.
Indien dit niet zo is, contact opnemen met de
klantenservice. Vermeld de volgende
gegevens:
de aard van de storing
het model
het servicenummer
(achter het woord SERVICE).
De servicesticker bevindt zich aan de
binnenzijde van de deur.
uw volledige adres
uw telefoonnummer en netnummer
U vindt het telefoonnummer en adres van de
klantenservice op het garantiebewijs. U kunt
ook contact opnemen met uw handelaar.
HET OPSPOREN VAN STORINGEN
KLANTENSERVICE
59
VEILIGHEIDSBEUGELS VOOR HET
TRANSPORT
De wasmachine is voorzien van rode
veiligheidsbeugels om te voorkomen dat de
interne onderdelen van het apparaat beschadigen
tijdens transport.
Voordat u het apparaat in gebruik neemt,
MOET u de veiligheidsbeugels die voor het
transport zijn aangebracht, verwijderen (afb.
1).
1.
Draai met behulp van de bijgeleverde sleutel
de schroeven los (afb. 2).
2.
Draai de schroeven met de hand los.
3.
Houd de schroefkoppen vast en verwijder ze
inclusief kunststof afstandstuk via de brede
zijde van het gat.
4.
Sluit de nu vrijgekomen gaten af met de
hiervoor bestemde kunststof dopjes.
Plaats de dopjes in de richting van de pijl in
de grote opening en schuif ze naar het smalle
gedeelte totdat ze goed vast zitten (afb. 3).
5.
Bewaar de veiligheidsbeugels.
Opmerking
Breng de veiligheidsbeugels voordat u het
apparaat vervoert als volgt aan:
1.
Verwijder de kunststof dopjes met een
schroevendraaier, schuif ze tegen de richting
van de pijl in naar buiten en verwijder ze.
2.
Bevestig nu de veiligheidsbeugels door de
hierboven beschreven montagehandelingen
in omgekeerde volgorde uit te voeren.
AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE
Afb. 1
Afb. 2
Afb. 3
60
INSTALLATIE
Plaats de wasmachine op een stabiele en
vlakke ondergrond, zo mogelijk in de hoek van
een vertrek.
Controleer of alle vier de pootjes stevig op de
vloer rusten en of de wasmachine exact
horizontaal staat (gebruik hiervoor een
waterpas).
Indien de vloer onregelmatig is, de pootjes
bijstellen.
Draai de tegenmoer los met behulp van de
bijgeleverde sleutel.
Stel de pootjes met de hand in.
Draai de tegenmoer, tegen de klok in, vast
tegen de wasmachine.
Indien het apparaat op een houten vloer
wordt geplaatst, het apparaat op een
hardboard plaat van 60 x 60 cm groot en 3
cm dik zetten. De plaat aan de vloer
bevestigen.
INSTALLATIE / WERKBLAD
De machine mag uitsluitend onder een vast,
doorlopend werkblad worden geïnstalleerd.
Het apparaat mag alleen worden ingebouwd
met behulp van de UBS inbouwset.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Verwijder de bevestigingsschroeven voor het
werkblad aan de achterzijde van het
apparaat.
Schuif het werkblad zo ver mogelijk naar
achteren en trek het weg terwijl u het optilt.
Monteer het veiligheidsblad aan de hand van
de instructies.
Draai de bevestigingsschroeven opnieuw
aan.
BENODIGDE RUIMTE VOOR DE
INSTALLATIE
Breedte 600 mm
Hoogte 825 mm
Diepte 600 mm
WAARSCHUWING:
Steek de stekker pas in het stopcontact nadat u
het veiligheidsblad of het werkblad heeft
gemonteerd.
AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE
1.
2.
3.
1.
2.
3.
1
2
3
3
1
2
61
WATERTOEVOER
Watertoevoer: uitsluitend koud water.
Waterkraan: schroefdraadaansluiting voor
slang van 3/4".
Waterdruk (druk net):
10-100 N/cm
2
(1-10 bar).
Uitsluitend voor Groot-Brittannië en Ierland
Watertoevoer: warm en koud water.
De temperatuur van het toegevoerde water
mag niet hoger zijn dan 60°C.
WATERTOEVOERSLANG(EN)
Opmerking:
wanneer de watertoevoerslang
reeds aan de achterzijde van de machine is
gemonteerd, kunt u punt 1 en 4 overslaan.
1.
Haal de watertoevoerslang uit de trommel.
2.
Plaats het bijgeleverde filter in de
schroefdraad tussen het rechte uiteinde van
de toevoerslang(en) en de waterkraan/
kranen.
3.
Schroef de watertoevoerslang(en) met het
rechte uiteinde voorzichtig, met de hand, vast
aan de waterkraan/kranen.
4.
Schroef het gebogen uiteinde van de
toevoerslang vast aan het apparaat. Let erop
dat de slang niet geknikt is.
5.
Controleer of de aansluitingen naar de
wasmachine en de kraan/kranen niet lekken,
door de waterkraan/kranen volledig open te
draaien.
Wanneer de slang niet lang genoeg is, de
slang vervangen door een drukslang (min.
10 bar, conform de norm EN 500 65) van de
juiste lengte.
Controleer de watertoevoerslang geregeld
op barsten of scheuren en vervang hem
indien nodig.
De wasmachine kan zonder terugslagklep
worden aangesloten.
Houd u aan de veiligheidsvoorschriften van
het waterleidingbedrijf.
AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE
62
AFVOERSLANG
Aansluiting van de afvoerslang op de
waterafvoer.
1.
Haak de afvoerslang los van de linkerklem;
zie pijl A in afb. 1.
Belangrijk:
Maak de aansluiting van de afvoerslang
NIET los,
zie pijl B in Afb. 1, dit verhoogt het risico van
lekkage (risico van verbranding door heet
water).
2.
Sluit de afvoerslang aan op de sifon of haak
hem met het elleboogstuk aan de rand van
een wasbak of badkuip (afb. 1). Normale
wastafels zijn niet geschikt voor dit doel.
3.
Min. afvoerhoogte: 70 cm.
Max. afvoerhoogte (elleboogstuk): 125 cm.
4.
Indien het nodig is een verlengstuk te
gebruiken, een slang van hetzelfde type
gebruiken en de aansluitpennen vastzetten
met klemmen. Max. lengte van de
afvoerslang: 2,5 m.
Belangrijk
Let erop dat er geen knikken in de afvoerslang
zitten en neem maatregelen om te voorkomen dat
de slang valt terwijl het apparaat werkt (Afb. 2).
ELEKTRISCHE AANSLUITING
Houd u aan de voorschriften van het
plaatselijke energiebedrijf.
De elektrische aansluiting moet tot stand
worden gebracht met een correct
geïnstalleerd, geaard en geïsoleerd
stopcontact.
Het systeem moet worden geaard.
De fabrikant aanvaardt geen enkele
aansprakelijkheid voor eventueel letsel aan
personen of huisdieren of voor schade aan
voorwerpen die veroorzaakt is door het niet
in acht nemen van deze voorschriften.
De gegevens met betrekking tot de spanning,
het opgenomen vermogen en de benodigde
beveiliging staan op de binnenkant van de deur.
De elektriciteitskabel mag alleen worden
vervangen door een gekwalificeerde
elektricien.
De wasmachine voldoet aan de Europese
veiligheidsvoorschriften, de
EG -richtlijn 93/68/EEG en EN 60555.
Gebruik geen verlengkabels of meervoudige
stekkers.
AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE
Min. 70 cm
Max.125 cm
Afb. 1
Afb. 2
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15

Ignis AWP 091 de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor