Wacker Neuson G7AI Handleiding

Categorie
Buitenverlichting
Type
Handleiding
Generator
G 7Ai
BEDIENINGSHANDLEIDING
0152817nl 005
1109
0152817NL
wc_tx000001nl.fm 3
Voorwoord
Deze handleiding geeft informatie en procedures om dit Wacker
Neuson-model veilig te gebruiken en te onderhouden. Voor uw eigen
veiligheid en bescherming tegen letsel de in deze handleiding
beschreven veiligheidsaanwijzingen zorgvuldig lezen, begrijpen en
nakomen.
Houd deze handleiding of een kopie ervan bij de machine. Mocht u
deze handleiding kwijtraken of een extra exemplaar willen hebben,
neem dan contact op met Wacker Neuson Corporation. Deze machine
is gebouwd met de veiligheid van de gebruiker in gedachten; de
machine kan echter gevaar opleveren wanneer deze niet op de juiste
manier gebruikt en onderhouden wordt. Volg de
bedieningsaanwijzingen zorgvuldig! Mocht u vragen hebben over het
gebruik of onderhoud van deze installatie, neem dan contact op met
Wacker Neuson Corporation.
De informatie in deze handleiding is gebaseerd op machines in
productie ten tijde van de publicatie. Wacker Neuson Corporation
behoudt zich het recht voor welk deel dan ook van deze informatie
zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen.
Alle rechten, in het bijzonder kopieer- en distributierechten, zijn
voorbehouden.
Copyright 2009 Wacker Neuson Corporation.
Geen enkel deel van deze uitgave mag in welke vorm of op welke
manier dan ook, hetzij elektronisch of mechanisch, waaronder
fotokopiëren, worden vermenigvuldigd zonder de uitdrukkelijke
schriftelijke toestemming van Wacker Neuson Corporation.
Elke soort vermenigvuldiging of distributie die niet door Wacker
Neuson Corporation is goedgekeurd, is een inbreuk op geldige
auteursrechten en zal worden vervolgd. Wij behouden ons
uitdrukkelijk het recht voor technische wijzigingen aan te brengen,
zelfs zonder voorafgaande kennisgeving, die het doel hebben onze
machines en de veiligheidsnormen ervan te verbeteren.
wc_tx000001nl.fm 4
G 7Ai Inhoudsopgave
wc_bo0152817nl_004TOC.fm 5
Voorwoord 3
1. Informatie inzake veiligheid 7
1.1 Bedrijfsveiligheid .................................................................................. 8
1.2 Bedrijfsveiligheid motor ...................................................................... 10
1.3 Veiligheidsaspecten onderhoud ......................................................... 11
1.4 Plaats van labels ................................................................................ 12
1.5 Waarschuwings- en informatielabels .................................................. 13
2. Bedrijf 16
2.1 Toepassing en vermogenseisen ........................................................ 16
2.2 Installatie ............................................................................................ 17
2.3 Aarding van generator ........................................................................ 17
2.4 Vermogensafname van generator ...................................................... 18
2.5 Gebruik van verlengsnoeren .............................................................. 19
2.6 Isolatiemonitor .................................................................................... 22
2.7 Bedieningspaneel ............................................................................... 23
2.8 Voor u begint ...................................................................................... 24
2.9 Starten ................................................................................................ 24
2.10 Stoppen .............................................................................................. 25
3. Onderhoud 26
3.1 Onderhoud motor ............................................................................... 26
3.2 Onderhoudsschema ........................................................................... 26
3.3 Motorolie ............................................................................................. 27
3.4 Luchtfilter ............................................................................................ 28
3.5 Bougie ................................................................................................ 29
3.6 Filterbeker reinigen ............................................................................. 30
3.7 Afstellen carburateur .......................................................................... 30
3.8 Motortoerental afstellen ...................................................................... 31
3.9 Opslag ................................................................................................ 32
3.10 Transport ............................................................................................ 32
3.11 Storingen ............................................................................................ 33
3.12 Farvetabel .......................................................................................... 33
3.13 Bedradingsschema motor .................................................................. 34
3.14 Bedradingsschema van generator - Schuko, French ......................... 35
3.15 Bedradingsschema van generator - CEE ........................................... 36
3.16 Bedradingsschema van generator - Swiss ......................................... 38
Inhoudsopgave G 7Ai
wc_bo0152817nl_004TOC.fm 6
4. Technische specificaties 39
4.1 Generator ............................................................................................39
4.2 Motor ...................................................................................................40
4.3 Geluidsmeting .....................................................................................41
4.4 Afmetingen ..........................................................................................41
G 7Ai Informatie inzake veiligheid
wc_si000088nl.fm 7
1. Informatie inzake veiligheid
Deze handleiding bevat vermeldingen voorafgegaan door GEVAAR,
WAARSCHUWING, VOORZICHTIG, AANDACHT en N.B., die
moeten worden opgevolgd om de kans op lichamelijk letsel,
beschadiging van de machine of verkeerd onderhoud te beperken.
Dit is het waarschuwingssymbool. Het wordt gebruikt om te wijzen op
mogelijk gevaar voor lichamelijk letsel. Volg alle
veiligheidsaanwijzingen na dit symbool op om mogelijk letsel of fataal
letsel te voorkomen.
GEVAAR duidt op een gevaarlijke situatie die, indien niet vermeden,
zal resulteren in de dood of een ernstig letsel.
WAARSCHUWING duidt op een gevaarlijke situatie die, indien niet
vermeden, kan resulteren in de dood of een ernstig letsel.
VOORZICHTIG duidt op een gevaarlijke situatie die, indien niet
vermeden, kan resulteren in een klein of licht letsel.
AANDACHT: indien dit zonder veiligheidssymbool wordt gebruikt,
duidt AANDACHT op een situatie die, indien deze niet vermeden
wordt, tot materiële schade kan leiden.
N.B.: Geeft extra informatie die van belang is voor een procedure.
GEVAAR
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
Informatie inzake veiligheid G 7Ai
wc_si000088nl.fm 8
1.1 Bedrijfsveiligheid
TERUGKOPPELING VAN DE GENERATOR NAAR HET
OPENBARE NET KAN TOT ERNSTIGE OF FATALE
VERWONDINGEN VAN NUTSBEDRIJFSWERKERS LEIDEN!
Door de generator verkeerd op het elektricteitssysteem van een
gebouw aan te sluiten, kan door terugkoppeling elektriciteit van de
generator naar de netleidingen stromen. Dit kan leiden tot de
elektrocutie van nutsbedrijfswerkers, brand of explosie. Aansluitingen
op het elektriciteitssysteem van een gebouw moeten door een
bevoegde elektromonteur worden uitgevoerd en aan alle toepasselijke
wetten en elektriciteitsvoorschriften voldoen.
Wanneer de generator op het elektriciteitssysteem van een gebouw is
aangesloten, moet de generator aan de vermogens-, spannings- en
frequentie-eisen van de apparatuur in dat gebouw voldoen. Er kunnen
verschillen in de vermogens-, spannings- of frequentie-eisen zijn en
een incorrecte aansluiting kan tot beschadiging van de apparatuur,
brand en ernstige of zelfs fatale verwondingen leiden.
Een adequate opleiding en bekendheid met de machine zijn
noodzakelijk voor het veilig bedienen ervan. Verkeerd gebruik van de
machine of gebruik door ongeschoold personeel kan gevaar
opleveren. Lees de gebruiksvoorschriften en zorg dat u vertrouwd bent
met de bediening en plaats van alle instrumenten en knoppen.
Onervaren gebruikers dienen te worden opgeleid door iemand die
vertrouwd is met de apparatuur voordat zij de machine mogen
bedienen.
1.1.1 Gebruik de generator NOOIT in de nabijheid van open vaten die
brandstof, verf of andere ontvlambare vloeistoffen bevatten.
1.1.2 Bedien de generator of het op de generator aangesloten gereedschap
NOOIT met natte handen.
1.1.3 Gebruik NOOIT versleten stroomsnoeren. Dit kan leiden tot
elektrische schok of beschadiging aan de apparatuur.
1.1.4 Laat NOOIT stroomsnoeren onder de generator of over trillende of
hete onderdelen lopen.
1.1.5 Omsluit of bedek de generator NOOIT wanneer hij in gebruik of heet is.
1.1.6 Overbelast de generator NOOIT. De totale stroomsterkte van het
gereedschap en de apparatuur die op de generator zijn aangesloten,
mag de nominale belasting van de generator niet overschrijden.
1.1.7 Gebruik de machine NOOIT in sneeuw, regen of staand water.
1.1.8 Laat de generator NOOIT door ongeschoold personeel bedienen of
onderhouden. Iedereen moet weten hoe de generator bediend of
uitgezet moet worden voordat de generator wordt gestart.
GEVAAR
WAARSCHUWING
G 7Ai Informatie inzake veiligheid
wc_si000088nl.fm 9
1.1.9 Sluit generatoren NOOIT in parallel aan op isolatiemonitors. Dit tast de
werking van de isolatiemonitor aan.
1.1.10 Store the machine properly when it is not being used. The machine
should be stored in a clean, dry location out of the reach of children.
1.1.11 Plaats en gebruik de machine ALTIJD op een vast, niet-ontvlambaar,
vlak oppervlak.
1.1.12 Vervoer de generator ALTIJD rechtop.
1.1.13 Houd de machine tijdens het gebruik ALTIJD op een afstand van
minstens één meter van constructies, gebouwen en andere
apparatuur.
1.1.14 ALTIJD het gebied direct rond en onder de machine zuiver en schoon
houden en vrij van afval en brandbare materialen. Zorg ervoor dat het
gebied boven de machine vrij is van afval die op of in de machine of
het uitlaatcompartiment zou kunnen vallen.
1.1.15 Verwijder ALTIJD alle gereedschap, snoeren en andere losse
voorwerpen van de generator voordat hij wordt gestart.
Informatie inzake veiligheid G 7Ai
wc_si000088nl.fm 10
1.2 Bedrijfsveiligheid motor
Er zijn altijd risico's verbonden aan de bediening en
brandstofvoorziening van verbrandingsmotoren. Het niet in acht
nemen van de onderstaande veiligheidsvoorschriften kan leiden tot
ernstige of fatale verwondingen.
1.2.1 Een generator binnenshuis gebruiken KAN BINNEN ENKELE
MINUTEN DODELIJK ZIJN. De uitlaatgassen van de generator
bevatten koolmonoxide. Dat is een vergif dat u niet kunt zien of ruiken.
Deze generator NOOIT binnenshuis of in een garage gebruiken,
ZELFS NIET wanneer de deuren en ramen openstaan. Deze
generator uitsluitend BUITENSHUIS en ver uit de buurt van ramen,
deuren en ventilatieopeningen gebruiken.
1.2.2 Deze generator NOOIT in een tunnel of greppel gebruiken.
1.2.3 Niet roken tijdens het bedienen van de machine.
1.2.4 NIET ROKEN wanneer u de benzinetank vult.
1.2.5 NIET TANKEN wanneer de motor warm is of draait.
1.2.6 NIET TANKEN in de nabijheid van open vuur.
1.2.7 NIET morsen bij het vullen van de tank.
1.2.8 De motor NIET laten draaien in de nabijheid van open vuur.
1.2.9 Start de motor NIET als brandstof is gemorst of een brandstofluchtje
aanwezig is. Breng de generator op veilige afstand van de gemorste
brandstof en veeg de generator droog voordat hij wordt gestart.
1.2.10 De tank ALTIJD in een goed geventileerde omgeving vullen.
1.2.11 Na het tanken ALTIJD de benzinedop terugplaatsen.
1.2.12 ALTIJD de brandstofleidingen, brandstofdop en brandstoftank op
lekken en scheuren controleren voordat u de motor start. De machine
niet inschakelen als er brandstoflekken zijn of de brandstofdop of
brandstofleidingen loszitten.
GEVAAR
G 7Ai Informatie inzake veiligheid
wc_si000088nl.fm 11
1.3 Veiligheidsaspecten onderhoud
Slecht onderhouden apparatuur kan een bron van gevaar vormen!
Voor een veilige en juiste bediening van apparatuur op lange termijn
zijn periodiek onderhoud en een enkele reparatie vereist. Als de
generator storingen vertoont of er onderhoud aan wordt uitgevoerd,
moet een bordje "NIET STARTEN" aan het bedieningspaneel worden
bevestigd om andere mensen op deze conditie attent te maken.
1.3.1 Gebruik GEEN benzine of andere types brandstoffen of brandbare
oplossingen om onderdelen te reinigen, vooral niet in gesloten ruimtes.
Dampen van brandstoffen en oplossingen kunnen ontplofbaar worden.
1.3.2 De machine NIET gebruiken met veiligheidsinrichtingen of -schermen
verwijderd of niet in goede staat.
1.3.3 Voer NOOIT wijzigingen aan de apparatuur uit zonder speciale
schriftelijke toestemming van Wacker Corporation.
1.3.4 Laat NOOIT water rond het onderstel van het generatoraggregaat
verzamelen. Als water aanwezig is, dient u de generator te
verplaatsten en te laten drogen voordat u er onderhoud aan uitvoert.
1.3.5 Voer NOOIT onderhoud aan de generator uit als uw kleding of huid nat
is.
1.3.6 Laat NOOIT onderhoud aan deze apparatuur uitvoeren door
ongeschoold personeel. Alleen geschoolde elektromonteurs mogen
onderhoud aan de elektrische onderdelen van deze apparatuur
uitvoeren.
1.3.7 Houd de machine ALTIJD schoon en de labels goed leesbaar.
Vervang alle ontbrekende of slecht leesbare labels. Labels
verschaffen belangrijke bedieningsinstructies en waarschuwen tegen
gevaren en risico’s.
1.3.8 Na reparatie of onderhoud de veiligheidsvoorzieningen en
beschermkappen ALTIJD terugplaatsen.
1.3.9 Laat de motor ALTIJD afkoelen voordat hij wordt vervoerd of er
onderhoud aan wordt uitgevoerd.
1.3.10 Wees ALTIJD op uw hoede voor bewegende onderdelen en houd uw
handen, voeten en losse kleding weg van de bewegende onderdelen
van de generator en de motor.
1.3.11 Schakel de motor ALTIJD uit voordat u onderhoud aan de machine
uitvoert. Koppel de minpool van de accu los als de motor van een
elektrisch startmechanisme is voorzien.
1.3.12 Houd de brandstofleidingen ALTIJD in goede staat en correct
aangesloten. Lekkende brandstof en dampen zijn uiterst explosief.
WAARSCHUWING
Informatie inzake veiligheid G 7Ai
wc_si000088nl.fm 12
1.4 Plaats van labels
P E
1
5
1 1
5 6
DANGER
GEFAHR
DANGER
PELIGRO
STOP
G 7Ai Informatie inzake veiligheid
wc_si000088nl.fm 13
1.5 Waarschuwings- en informatielabels
Op Wacker Neuson-machines zijn waar nodig labels met
internationale symbolen aangebracht. Deze labels worden hieronder
beschreven:
Label Betekenis
GEVAAR!
Motoren geven koolmonoxide af; uitsluitend in een goed geventileerde ruimte gebruiken.
De bedieningshandleiding lezen.
Geen vonken, vlammen of brandende voorwerpen in de buurt van de machine. De motor
uitschakelen alvorens bij te tanken.
WAARSCHUWING!
Heet oppervlak!
VOORZICHTIG!
De meegeleverde handleiding lezen en begr-
ijpen alvorens deze machine te gebruiken.
Nalaten dit te doen verhoogt het risico dat u of
anderen letsel oplopen.
Eventueel Aarden - De kabel van de aard-
ingsstok hier aansluiten.
Gegarandeerd geluidskrachtniveau in dB(A).
DANGER
GEFAHR
DANGER
PELIGRO
STOP
P E
1 5 1 1 5 6
Informatie inzake veiligheid G 7Ai
wc_si000088nl.fm 14
VOORZICHTIG!
Hijspunt
Wanneer de TEST-knop aanstaat, is de isolati-
emonitor afgegaan. Stop de motor. Raadpleeg
de handleiding voor meer informatie.
Open hoofdschakelaar.
Open brandstofklep.
Open choke.
Sluit choke.
Label Betekenis
G 7Ai Informatie inzake veiligheid
wc_si000088nl.fm 15
Druk of draai motorschakelaar naar “ON”
(AAN).
Trek aan repeteerstarter.
Gesloten hoofdschakelaar.
Draai de brandstofklep naar de “gesloten”
stand.
Druk of draai motorschakelaar naar “OFF”
(UIT).
WAARSCHUWING!
Risico van elektrische schok. Lees de bedien-
ingshandleiding voor instructies.
Een naamplaatje met het modelnummer,
artikelnummer, revisie- en serienummer is aan
elk apparaat bevestigd. Maak een aantekening
van de informatie op dit plaatje zodat u dit bij
de hand hebt als het naamplaatje verloren
raakt of beschadigd wordt. Als u onderdelen
bestelt of onderhoudsinformatie vraagt, wordt
u altijd gevraagd om het model, artikelnum-
mer, revisienummer en serienummer van het
apparaat op te geven.
Label Betekenis
Bedrijf G 7Ai
wc_tx000235nl.fm 16
2. Bedrijf
2.1 Toepassing en vermogenseisen
Deze generator werkt met éénfasige 50 Hz apparaten, die op 230 VAC
draaien en met driefasig 50 Hz apparaten, die op 400 VAC draaien. De
éénfasige en de driefasige kant van de generator kunnen tegelijkertijd
worden gebruikt.
AANDACHT: De vermogensafgifte van de generator niet
overschrijden. Dit kan tot beschadiging van het gereedschap of de
generator leiden. Raadpleeg Technische specificaties.
Raadpleeg het fabrikantenplaatje of label op de gereedschappen of
apparaten om zeker te zijn dat de vermogensafgifte van de generator
aan de vermogenseisen voldoet. Als voor een bepaald gereedschap
of apparaat geen wattage wordt gegeven, dient u contact met de
fabrikant van het gereedschap op te nemen voor de vereiste wattage.
Sommige apparaten en gereedschappen hebben extra stroom nodig
bij het opstarten. Dit betekent dat de hoeveelheid stroom die nodig is
om de apparatuur op te starten, groter is dan de hoeveelheid die nodig
is om de apparatuur te laten draaien. De generator moet in staat zijn
de "extra" stroom te leveren. Voor andere soorten apparaten is meer
stroom vereist dan op de fabrikantenplaatjes staat vermeld.
“Algemene eisen voor startvermogen” dient uitsluitend als leidraad om
u te helpen de vermogenseisen van verscheidene soorten apparaten
te bepalen. Als u vragen hebt over vermogenseisen dient u de
dichtstbijzijnde Wacker Neuson dealer te raadplegen of contact op te
nemen met de fabrikant of dealer van het gereedschap of apparaat.
AANDACHT: De nominale stroomlimiet van een contactdoos NIET
overschrijden.
AANDACHT: Als een gereedschap of apparaat na het inschakelen
niet binnen enkele seconden op volle toeren draait, moet u het
onmiddellijk uitschakelen om beschadiging te voorkomen.
Algemene eisen voor startvermogen
Gloeilampen en apparaten als strijkijzers en kookplaten met een
weerstandsverwarmingselement, hebben het op het kenplaatje ver-
melde warrage nodig.
Voor TL- en kwiklampen is 1,2 tot 2 maal meer wattage vereist om te
starten dan de vermelde wattage.
Voor elektromotoren en allerlei soorten elektrisch gereedschap is
vaak een hoge startstroom vereist. De hoeveelheid startstroom hangt
af van het type motor en het gebruik ervan.
G 7Ai Bedrijf
wc_tx000235nl.fm 17
Voor de meeste soorten elektrisch gereedschap is 1,2 tot 3 maal
meer wattage vereist om te draaien dan de vermelde wattage.
Onderwaterpompen en luchtcompressoren eisen deze heel veel ver-
mogen om te starten. Dit betekent dat 3 tot 5 maal de wattage op het
fabrikantenplaatje nodig is om te starten.
Indien het wattage voor een specifiekgereedschap of apparaat niet is
opgegeven, kan het worden berekend door de spannings- en
amperagevereisten te vermenigvuldigen:
Eenfasig: VOLT x AMP = WATT
Driefasig: VOLT x AMP x 1,732 x 0,8 = WATT
2.2 Installatie
Installeer de generator op een plaats waar hij niet aan regen, sneeuw
of direct zonlicht wordt blootgesteld. Zorg ervoor dat de generator op
een stevig en vlak stuk grond staat, zodat hij niet kan wegglijden of
verschuiven. Richt de motoruitlaat weg van plaatsen waar zich
mensen kunnen bevinden.
De omgeving moet vrij zijn van water en vocht. Alle onderdelen
moeten worden beschermd tegen overmatig vocht.
Een generator binnenshuis gebruiken KAN BINNEN ENKELE
MINUTEN DODELIJK ZIJN. De uitlaatgassen van de generator
bevatten koolmonoxide. Dat is een vergif dat u niet kunt zien of ruiken.
Deze generator NOOIT binnenshuis of in een garage gebruiken,
ZELFS NIET wanneer de deuren en ramen openstaan. Deze
generator uitsluitend BUITENSHUIS en ver uit de buurt van ramen,
deuren en ventilatieopeningen gebruiken.
Een generator NOOIT in een afgesloten ruimte installeren, zoals in
een tunnel of greppel. Een generator in een tunnel of greppel
gebruiken KAN BINNEN ENKELE MINUTEN DODELIJK ZIJN. De
uitlaatgassen van de generator bevatten koolmonoxide. Dat is een
vergif dat u niet kunt zien of ruiken. Deze generator NOOIT in een
tunnel of greppel gebruiken.
2.3 Aarding van generator
Deze machine is uitgerust met een isolatiemonitor voor uw
persoonlijke bescherming. Sluit onder normale
bedrijfsomstandigheden de PE-schroef van het frame niet aan op de
aarde. Raadpleeg de lokale regelgeving als de machine wordt
gebruikt om een gebouw of gelijksoortig distributiesysteem van stroom
te voorzien.
GEVAAR
GEVAAR
Bedrijf G 7Ai
wc_tx000235nl.fm 18
2.4 Vermogensafname van generator
Het vermogen van alle generatoren kan verminderen tengevolge van
de hoogte boven zeeniveau en de temperatuur. Als ze niet gewijzigd
zijn, zullen inwendige verbrandingsmotoren minder efficiënt op grotere
hoogte draaien tengevolge van het gebrek aan luchtdruk. Dit leidt tot
een gebrek aan vermogen en dus tot een lagere vermogensafgifte van
de generator. De temperatuur beïnvloedt de prestaties van zowel de
motor als de generator. Naarmate de temperatuur stijgt, draait de
motor minder efficiënt en ontstaat een grotere weerstand in de
elektrische onderdelen. Dit betekent dus dat de vermogensafgifte van
de generator vermindert naarmate de temperatuur stijgt. De hoogte
beïnvloedt ook het koelvermogen van de lucht - naarmate de hoogte
boven zeeniveau groter is, vermindert de dichtheid van de lucht en
daardoor ook de warmteoverdracht.
Bij elke toename in hoogte met 500 m boven de 1 000 m, vermindert
de vermogensafgifte van de generator met 3%. Bij elke stijging van de
omgevingstemperatuur met 5° C boven de 40° C, vermindert de
vermogensafgifte van de generator met 3%. Raadpleeg de tabellen
voor de afnamefactoren voor hoogte en temperatuur. In bepaalde
gevallen moet men rekening houden met de afnamefactoren voor
zowel de hoogte als de omgevingstemperatuur om de werkelijke
generatorafgifte te bepalen.
Omgevingstemp.
°C
Afname Factor
45 3 % 0,97
50 6 % 0,94
55 9 % 0,91
60 12 % 0,88
Hoogte
m
Afname Factor
1500 3 % 0,97
2000 6 % 0,94
2500 9 % 0,91
3000 12 % 0,88
3500 15 % 0,85
4000 18 % 0,82
G 7Ai Bedrijf
wc_tx000235nl.fm 19
2.5 Gebruik van verlengsnoeren
Wanneer een lang verlengsnoer wordt gebruikt om een apparaat of
gereedschap op de generator aan te sluiten, treedt een
spanningsverlies op - hoe langer het snoer, des te groter het
spanningsverlies. Het gevolg is dat er minder spanning aan het
apparaat of gereedschap wordt geleverd en dat er meer stroom wordt
afgenomen of dat de prestatie vermindert. Een snoer met een grotere
doorsnede zal het vermogensverlies beperken.
AANDACHT: Apparatuur die op lage spanning draait, kan oververhit
raken.
Gebruik alleen sterke, met rubber beklede kabel die aan IEC 245-4
voldoet.
Beschadigde snoeren kunnen elektrische schok veroorzaken.
Elektrische schok kan tot ernstige of fatale verwondingen leiden.
Gebruik GEEN versleten, blote of gerafelde snoeren. Vervang
beschadigde snoeren onmiddellijk.
Respecteer de specificaties van het verlengsnoer.
Neem contact op met de fabrikant bij twijfel.
Kies de snoermaat op basis van de Tabel minimale
verlengsnoermaten of bereken de minimale snoermaat met behulp
van de Grafiek minimale verlengsnoermaten. De x-as in de grafiek
staat voor A x m (ampère x meter). De y-as staat voor de snoermaat
in mm
2
. Vermenigvuldig de werkspanning voor de belasting in ampère
(A) met de gewenste lengte van het verlengsnoer in meter (m). Zoek
het resultaat op langs de x-as. Schuif omhoog in de grafiek tot u de
toepasselijke aflopende lijn voor uw toepassing vindt. Schuif naar de
y-as; dit is de aanbevolen minimale snoermaat.
Voorbeeld
Voor een 3-fasige 400V toepassing: indien de werkspanning voor de
belasting 15 A bedraagt en de gewenste snoerlengte 100 m is, dan:
15 A x 100 m = 1500 A x m.
1500 A x m = 2,5 mm
2
.
WAARSCHUWING
Bedrijf G 7Ai
wc_tx000235nl.fm 20
Minimumdoorsnede van verlengsnoeren 230V
Minimumdoorsnede van verlengsnoeren 400V
Volt Totale lengte van snoer in meter
230 V 0 - 30 30 - 60
Nomimale A
Doorsnede van snoer in mm
2
2 0,75 1,5
41,5 2,5
61,5 4
82,5 4
10 2,5 6
15 4 10
20 6 10
25 6 16
30 10 16
400 V
Amp
Toelaatbaar
vermogen
Diameter
van kabel, mm
2
Maximum
Zekering
15 1 10
18 1,5 10
26 2,5 20
34 4 25
44 6 35
61 10 50
82 16 63
108 25 80
G 7Ai Bedrijf
wc_tx000235nl.fm 21
10
6
4
2.5
1.5
0
1000
2000
3000 4000 5000
6000
A x m
mm
2
16
25
1
~
2
3
0
V
5
0
H
z
3
~
4
0
0
V
5
0
H
z
Bedrijf G 7Ai
wc_tx000235nl.fm 22
2.6 Isolatiemonitor
Zie afbeelding: wc_gr000274
De generator is uitgerust met een isolatiemonitor. Deze bestaat uit een
sensor (a), een TEST-knop met licht (b), een relais (c), en een
onderbrekercontact voor elke fase en de aarde (d1-d4). Het relais en
de onderbrekercontacten zijn mechanisch op elkaar afgestemd en
functioneren als de hoofdonderbreker. De isolatiemonitor beschermt
de operator tegen een aardestoring door veranderingen in de
weerstand te meten, zoals bijvoorbeeld bij een kortsluiting. Wanneer
de isolatiemonitor een verandering in de weerstand detecteert, licht de
TEST-knop op en gaat het relais open, waardoor de hoofdonderbreker
mechanisch wordt geactiveerd. U kunt de isolatiemonitor niet
resetten terwijl de generator aanstaat. Voordat u de
hoofdonderbreker kunt sluiten, moet u de generator uitzetten, de fout
herstellen en de generator opnieuw opstarten.
De isolatiemonitor testen:
Start de generator. Zet de hoofdonderbreker in de gesloten positie
(e1). Druk op de TEST-knop (b). De TEST-knop licht op en de
hoofdonderbreker schakelt automatisch naar de open positie (e2). De
stroomtoevoer naar de contactpunten is nu uit. Als het
onderbrekingscontact niet open gaat, werkt de isolatiemonitor niet.
Gebruik de generator niet totdat het probleem is opgelost. Om de
stroomtoevoer naar de contactpunten te herstellen, zet u de generator
uit en weer aan en zet u de onderbreker in de gesloten positie (e1).
De hoofdonderbreker werkt op basis van stroom en onderbreekt de
stroom naar de contactpunten bij een te hoge overspanning.
Als de hendel van de onderbreker zich opent tijdens het functioneren,
stopt u de generator en controleert u de generator en aangedreven
apparatuur op defecten. Repareer alle defecten voordat u de
generator weer gebruikt.
a
b
c
d1 d2 d3
d4
e1
e2
wc_gr000274
G 7Ai Bedrijf
wc_tx000235nl.fm 23
2.7 Bedieningspaneel
Zie afbeelding: wc_gr000273, wc_gr001082
De generator wordt beschermd door een 16-amps onderbreker (a), die
zich op het bedieningspaneel bevindt.
De onderbreker beschermt de generator tegen hoge overbelastingen
en kortsluitingen. Als de onderbreker wordt geactiveerd, zet u de motor
direct uit en controleert u de oorzaak voordat u de generator opnieuw
opstart. Controleer de apparatuur en machines, die op de generator
zijn aangesloten, op defecten en controleer dat de stroomvereisten
niet hoger zijn dan het vermogen van de generator of de maximale
capaciteit van de contactpunten.
Wanneer de onderbreker wordt geactiveert, klapt de hendel naar
beneden. Om de onderbreker te resetten, trekt u de hendel omhoog.
Afhankelijk van het model heeft de generator het volgende type
contactpunten:
Schuko (c1): Twee 230-volts, IP44 (c), één 230-volts, IP44 CE (d) en
één 400-volts, 3-fasige 5-pins contactpunt CE (b).
CEE (c2): Drie 250-volts (c, d) en één 400-volts 5-pins contactpunt CE
(b).
Zwitsers (c3): Twee 230-volts, IPx4 (c), één 230-volts CE (d) en één
500-volts 5-pins contactpunt CE (b).
Frans (c4): Twee 250-volts, IP44 (c), één 230-volts CE (d) en één 400-
volts 5-pins contactpunt CE (b).
N.B.: In de vergrotingen van contactpunten zijn de beschermende
hoezen uitsluitend weggelaten voor identificatiedoeleinden. Verwijder
nooit de beschermende hoezen.
c1
c4
c3
c2
wc_gr001082
Bedrijf G 7Ai
wc_tx000235nl.fm 24
2.8 Voor u begint
2.8.1 De veiligheids- en bedieningsinstructies aan het begin van deze
handleiding lezen en zorgen dat u ze begrijpt.
2.8.2 Alle waarschuwings- en bedieningslabels lezen en zorgen dat u ze
begrijpt.
2.8.3 Het volgende controleren:
oliepeil van motor.
brandstofpeil.
conditie van luchtfilter.
of alle bevestigingsmiddelen aan.
buitenzijde vast zitten.
conditie van brandstofleidingen.
2.9 Starten
Zie afbeelding: wc_gr000665, wc_gr000274
2.9.1 Koppel alle apparatuur los en zet de hoofdonderbreker in de open
positie (e2).
2.9.2 Open de brandstofafsluiter door de hendel naar rechts te trekken (a1).
2.9.3 Als de motor koud is, schuift u de choke-hendel naar de gesloten
positie (b1). Als de motor warm is, schuift u de choke-hendel naar de
open positie (b2).
2.9.4 Draai de motorschakelaar naar “ON” (c1) en trek aan het startkoord
(d).
N.B.: Als het olieniveau in de motor laag is, start de motor niet. Vul in
dit geval de olie bij.
2.9.5 Open de choke naarmate de motor opwarmt (b2).
2.9.6 Zet de hoofdonderbreker in de gesloten positie (e1). Laat de motor een
paar minuten opwarmen voordat u apparatuur aansluit. Controleer op
de G 7Ai-modellen of de isolatiemonitor goed functioneert. Raadpleeg
de paragraaf Isolatiemonitor.
G 7Ai Bedrijf
wc_tx000235nl.fm 25
2.10 Stoppen
Zie afbeelding: wc_gr000665, wc_gr000274
2.10.1 Alle op de generator aangesloten gereedschappen en apparaten
uitschakelen en loskoppelen.
2.10.2 De hoofdschakelaar in de open stand zetten (e2).
2.10.3 Op motoren met repeteerstarter de motorschakelaar naar "OFF" (UIT)
draaien (c2).
2.10.4 De brandstofklep sluiten door de hendel naar links te verplaatsen (a2).
N.B.: Om de motor in een noodgeval snel uit te zetten, de
motorschakelaar naar "OFF" (UIT) draaien.
wc_gr000665
a1
a2
b1
b2
c1
c2
d
Onderhoud G 7Ai
wc_tx000236nl.fm 26
3. Onderhoud
3.1 Onderhoud motor
Onderstaande tabel is een opgave van het basisonderhoud van de
motor. Zie de bedieningshandleiding van de fabrikant van de motor
voor meer informatie over het onderhoud van de motor.
3.2 Onderhoudsschema
* Vaker uitvoeren in stoffige omstandigheden.
Dagelijk
s vóór u
begint
Na de
eerste
20 uur
Om
50 uur
Om
100 uur
Om
300 uur
Brandstofpeil controleren.
Motoroliepeil controleren.
Het luchtfilter inspecteren. Zo nodig
vervangen.
Externe sluitingen controleren.
Luchtfilterelement reinigen.*
Schokdempers op slijtage inspecteren.
Motorolie vervangen.*

Sedimentkoppen of brandstoffilter
reinigen.
Bougies controleren en reinigen.
Klepspeling controleren en afstellen.
Brandstoftank reinigen.*
Staat van brandstofleiding controleren.
Zo nodig vervangen.
G 7Ai Onderhoud
wc_tx000236nl.fm 27
3.3 Motorolie
Zie afbeelding: wc_gr000022
3.3.1 Olie laten aflopen terwijl de motor nog warm is.
3.3.2 Olievuldop (a) en aftapplug (b) verwijderen om olie af te tappen.
N.B.: In het belang van milieubescherming een plastic doek en een
opvangbak onder de machine plaatsen om eventueel weglopende
vloeistof op te vangen. Deze vloeistof in overeenstemming met
milieuvoorschriften verwijderen.
3.3.3 Aftapplug terugplaatsen.
3.3.4 Carter vullen met aanbevolen olie tot het niveau van de plugopening
(c). Zie Technische gegevens voor hoeveelheid en soort olie.
3.3.5 Olievuldop terugplaatsen.
wc_gr000022
Onderhoud G 7Ai
wc_tx000236nl.fm 28
3.4 Luchtfilter
Zie afbeelding: wc_gr000025
Het luchtfilter van de motor bestaat uit twee elementen. Het luchtfilter
dient regelmatig te worden gereinigd zodat de carburateur goed blijft
functioneren.
AANDACHT: De motor NOOIT zonder luchtfilter laten draaien. De
motor loopt anders ernstige schade op.
NOOIT benzine of andere soorten oplosmiddelen met een laag
ontvlammingspunt gebruiken om het luchtfilter te reinigen. Dit kan tot
brand of explosie leiden.
Onderhoud:
3.4.1 Verwijder de deksel van het luchtfilter (a). Verwijder beide elementen
en kijk of er gaten of scheuren zijn. Vervang beschadigde elementen.
3.4.2 Was het schuimrubber element (b) in een oplossing van een zacht
wasmiddel en warm water. Spoel het element grondig na met schoon
water. Laat het element goed drogen. Week het element in schone
motorolie en knijp overtollige olie uit het element.
3.4.3 Tik zachtjes tegen het papieren element (c) om overtollig vuil te
verwijderen. Vervang het papieren element als dit erg vervuild lijkt.
WAARSCHUWING
G 7Ai Onderhoud
wc_tx000236nl.fm 29
3.5 Bougie
Zie afbeelding: wc_gr000028
Reinig of vervang een bougie zo nodig om te verzekeren dat de
machine goed werkt. Raadpleeg de Bedieningshandleiding van de
motor.
De knaldemper wordt erg heet wanneer de pomp werkt en blijft korte
tijd warm nadat de motor is afgezet. De knaldemper niet aanraken
terwijl deze heet is.
N.B.: Zie “Technische gegevens” voor het aanbevolen soort bougie en
de afstelling van de afstand tussen de elektroden.
3.5.1 Verwijder en inspecteer de bougie.
3.5.2 Vervang de bougie als de isolator gescheurd of beschadigd is.
3.5.3 Maak de elektroden van de bougie met een staalborsteltje schoon.
3.5.4 Stel de afstand tussen de elektroden (a) af.
3.5.5 Draai de bougie goed aan.
AANDACHT: Een losse bougie kan erg heet worden en kan
motorschade veroorzaken.
WAARSCHUWING
Onderhoud G 7Ai
wc_tx000236nl.fm 30
3.6 Filterbeker reinigen
Zie afbeelding: wc_gr000029
3.6.1 Doe de brandstofklep dicht.
3.6.2 Verwijder de filterbeker (a) en de O-ring (b).
3.6.3 Was deze grondig in een onbrandbaar oplosmiddel. Droog de
onderdelen en installeer ze opnieuw.
3.6.4 Open de brandstofklep en controleer of er lekken zijn.
3.7 Afstellen carburateur
Zie afbeelding: wc_gr001061
De stelschroef (a) is uitgevoerd met een begrenzingskap om
overdadige verrijking van het lucht-brandstofmengsel te voorkomen,
teneinde aan de uitstootvoorschriften te voldoen. Het mengsel is op de
fabriek afgesteld en hoeft niet aangepast te worden. Probeer niet om
de begrenzingskap te verwijderen. De begrenzingskap kan niet
verwijderd worden zonder de stelschroef te breken.
wc_gr001061
a
G 7Ai Onderhoud
wc_tx000236nl.fm 31
3.8 Motortoerental afstellen
Zie afbeelding: wc_gr000114
Ga als volgt te werk om het stationair toerental af te stellen
overeenkomstig de Technische Gegevens.
3.8.1 Start de motor en laat hem tot de normale bedrijfstemperatuur
opwarmen.
3.8.2 Draai de smoorklepaanslagschroef (a) aan om het toerental te
verlagen, en uit om het toerental te verhogen. Zorg dat de hendel de
smoorklepaanslagschroef raakt voordat u het toerenaantal meet.
wc_gr000114
a
Onderhoud G 7Ai
wc_tx000236nl.fm 32
3.9 Opslag
Indien de generator voor een lange tijd wordt opgeslagen:
3.9.1 Brandstofklep sluiten en sedimentkop of brandstoffilter leeg maken.
3.9.2 De brandstofleiding loskoppelen van de carburateur. Het open
uiteinde van de brandstofleiding in een geschikt vat plaatsen en de
brandstofklep openen om de brandstoftank af te tappen.
Benzine is licht ontvlambaar. De brandstoftank in een goed
geventileerde ruimte aftappen. De tank NIET aftappen in een ruimte
waar vlammen of vonken aanwezig zijn.
3.9.3 De aftapschroef op de carburateur losdraaien en de resterende
brandstof uit de carburateur aftappen.
3.9.4 De motorolie verversen.
3.9.5 De bougie verwijderen en ongeveer 30 ml schone motorolie in de
cilinder gieten. De motor enkele slagen laten tornen om de olie op de
binnenkant van de cilinderwanden te verspreiden.
3.9.6 Langzaam aan het startkoord trekken tot u weerstand ondervindt; de
hendel in deze stand laten. Dit verzekert dat de inlaat- en
uitlaatkleppen gesloten zijn.
3.9.7 De generator in een schone, droge ruimte opslaan.
3.10 Transport
Om brandwonden of brandgevaar te voorkomen, de motor laten
afkoelen voordat u de generator transporteert of binnen opslaat.
Transporteren van de generator:
3.10.1 De brandstofklep van de motor naar “uit” draaien.
3.10.2 De generator horizontaal plaatsen om morsen van brandstof te
voorkomen.
3.10.3 De generator vastzetten door hem met geschikt touw vast te binden.
Zorg tijdens het manueel verplaatsen van de machine ervoor
mankracht te gebruiken in evenredigheid met het gewicht van de
machine. Om rugletsel te vermijden, dient u door de knieën te buigen
bij het optillen van de machine, in plaats van enkel uw rug te buigen.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
G 7Ai Onderhoud
wc_tx000236nl.fm 33
3.11 Storingen
3.12 Farvetabel
Probleem / Symptoom Oorzaak / Oplossing
Als de motor niet start, het
volgende controleren:
De motorschakelaar staat op "Start".
De brandstofkleppen onder de brandstoftank en op
de motor zijn open.
Er is brandstof in de brandstoftank.
De chokehendel is in de juiste stand. De choke moet
gesloten zijn wanneer u een koude motor start.
Alle belasting is van de generator weggenomen.
De bougie verkeert in goede staat.
De bougiekap zit goed vast.
Het oliepeil is afdoende.
Als de motor start, maar is er
onvoldoende vermogen bij de
contactdozen, moet u het vol-
gende controleren:
De hoofdschakelaar is gesloten.
De connector van de generator naar het bediening-
spaneel zit goed vast.
Farvetabel
B Zwart R Rood Y Geel Or Oranje
G Groen T Beige Br Bruin Pr Paars
L Blauw V Violet Cl Transparant Sh Schild
P Roze W Wit Gr Grijs LL Lichtblauw
Onderhoud G 7Ai
wc_tx000236nl.fm 34
3.13 Bedradingsschema motor
Ref. Beschrijving Ref. Beschrijving
1. Oliepeilschakelaar 3. Contactslot
2. Spoel
w c _ g r 0 0 0 4 0 7
O F F
O N
B
B
Y
B / R
G
3
1
2
G 7Ai Onderhoud
wc_tx000236nl.fm 35
3.14 Bedradingsschema van generator - Schuko, French
Ref. Beschrijving Ref. Beschrijving
1. Rotorwikkeling 7. Filter (RIS)
2. Automatische spanningsregelaar 8. Urenmeter
3. Isolatiemonitor 9. Onderbreker/uitschakelrelais
4. 230V / 16A contactdoos-Frans 10. Testschakelaar en -licht
5. 230V / 16A contactdoos CEE 11. Hoofdstatorwikkeling
6. 400V / 16A contactdoos-3-fasig
Onderhoud G 7Ai
wc_tx000236nl.fm 36
3.15 Bedradingsschema van generator - CEE
Ref. Beschrijving Ref. Beschrijving
1. Rotorwikkeling 6. Filter (RIS)
2. Automatische spanningsregelaar 7. Onderbreker/uitschakelrelais
3. Isolatiemonitor 8. Urenmeter
4. 230V / 16A contactdoosa CEE 9. Testschakelaar en -licht
5. 400V / 16A contactdoos-3-fasig 10. Hoofdstatorwikkeling
G 7Ai Onderhoud
wc_tx000236nl.fm 37
Onderhoud G 7Ai
wc_tx000236nl.fm 38
3.16 Bedradingsschema van generator - Swiss
Ref. Beschrijving Ref. Beschrijving
1. Rotorwikkeling 7. Filter (RIS)
2. Automatische spanningsregelaar 8. Urenmeter
3. Isolatiemonitor 9. Onderbreker/uitschakelrelais
4. 230V / 16A contactdoosa-Schuko 10. Testschakelaar en -licht
5. 230V / 16A contactdoosa CEE 11. Hoofdstatorwikkeling
6. 400V / 16A contactdoos-3-fasig
G 7Ai Technische specificaties
wc_td000088nl.fm 39
4. Technische specificaties
4.1 Generator
Artikelnummer
G 7AI
0009104 Rev 105 en
hoger
G 7AI
0009104 Rev 104 en
lager
0009105, 0009106,
0009107
Generator
Continu vermogen
3ø kVA (kW)
1ø kVA/kW
5,4 (4,3)
5,0
7,0 (5,6)
4,9
Type Dubbel voltage, borstelsysteem
Beschikbare wissel-
spanning
Volt / fase
400 / 3ø
230 / 1ø
Frequentie
Hz
50
Vermogensfactor
400 VAC 3ø
230 VAC 1ø
0,8
1,0
Gelijkstroomcontact-
dozen: 400 V
230 V
aantal / A
1 / 16
3 / 16
Hoofdschakelaar
A
16 (4-pole)
Gewicht (droog)
Kg
93
Technische specificaties G 7Ai
wc_td000088nl.fm 40
4.2 Motor
Motorvermogenclassificaties
Nettovermogen volgens SAE J1349. Het feitelijke
vermogensrendement kan vanwege de specifieke gebruikscondities
variëren.
Artikelnummer
G 7AI
0009104 Rev 105 en
hoger
G 7AI
0009104 Rev 104 en
lager
0009105, 0009106,
0009107
Motor
Fabrikant Honda
Type motor GX 390 UI GX 390 K1
Max. vermogen op nom-
inale snelheid
kW
8,2 @ 3600 tpm
Bougie
type
NGK BPR 6ES
Elektrodenafstand
mm
0,7 - 0,8
Bedrijfssnelheid
tpm
3000
Bedrijfstoerental -
onbelast
tpm
3100
Luchtfilter
type
Dubbel element
Batterij
Type/Volt/
Amp-uur.
50-N18L-A/12/20
Motorsmering
oliekwaliteit
klasse
SAE 10W30
SG of SF
Inhoud motorcarter
ml
1100
Brandstof
type
Normale loodvrije benzine
Inhoud brandstoftank
liter
15
Verbruik
liter/uur
3,2
Bedrijfstijd
uren
4,7
Klepspeling (koud)
mm
Inlaat: 0,15
Uitlaat: 0,20
G 7Ai Technische specificaties
wc_td000088nl.fm 41
4.3 Geluidsmeting
De vereiste geluidspecificatie in Paragraaf 1.7.4.f van de
Machinerieën Wijzer 89/392/EEC, is:
0009104 Rev. 105 en hoger - gegarandeerd geluidskrachtniveau
(L
WA
) = 97 dB(A).
0009104 Rev. 104 en lager, 0009105, 009106, 0009108 - gegaran-
deerd geluidskrachtniveau (L
WA
) = 99 dB(A).
Deze geluidswaarden werden vastgesteld volgens ISO 3744 voor de
geluidsdruk (L
WA
).
4.4 Afmetingen
mm (in.)
2009-CE-Generators7Ai_nl.fm
William Lahner Dan Domanski
Vice President of Engineering Manager, Product Engineering
WACKER NEUSON CORPORATION
Date / Datum / Date
EC DECLARATION OF CONFORMITY
EG VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
DÉCLARATION DE CONFORMITÉ C.E.
WACKER NEUSON CORPORATION, N92W15000 ANTHONY AVENUE, MENOMONEE FALLS, WISCONSIN USA
hereby certifies that the construction equipment specified hereunder: / verklaart hierbij dat onderstaand gespecificeerde bouwmachine:
/ atteste que le matériel :
1. Category / Soort / Catégorie
Power Generators
Stroomaggregaten
Groupe Électrogènes de Puissance
2. Type - Type - Type
G 7Ai
3. Item number of equipment / Artikelnummer apparatuur / Numéro de référence du matériel :
0009104
4. Electrical power / Electrisch vermogen / Force motrice :
4,3 kW
Has been sound tested per Directive 2000/14/EC / Is getest volgens richtlijn 2000/14/EG / A été mis à l’épreuve conforme
aux dispositions de la directive 2000/14/CEE :
and has been produced in accordance with the following standards:
en is vervaardigd in overeenstemming met de volgende normen:
et a été produit conforme aux dispositions des directives européennes ci-après :
2000/14/EC
2002/88/EC
89/336/EEC
98/37/EEC
AUTHORIZED REPRESENTATIVE IN THE EUROPEAN UNION
ERKENDE VERTEGENWOORDIGER IN DE EUROPESE UNIE
REPRÉSENTANT AGRÉÉ AUPRÈS DE L’UNION EUROPÉENNE
WACKER NEUSON SE
Preußenstraße 41
80809 München
Conformity Assessment Procedure /
Conformiteitsbeoordelings-
procedure / Procédé pour l’épreuve
de conformité
Name and address of notified
body / Naam en adres van de
ingelichte instantie /
Organisme agrée
Measured sound power level /
Gemeten geluidskrachtniveau /
Niveau de puissance acoustique fixé
Guaranteed sound power level /
Gegarandeerd
geluidskrachtniveau / Niveau de
puissance acoustique garanti
Annex VIII /
Aanhangsel VIII /
Annexe VIII
Lloyds Register Quality
Assurance Limited
(Notified Body No 0088)
71 Fenchurch Street
London EC3M 4BS
United Kingdom
97 dB(A) 97 dB(A)
03.11.09
Wacker Neuson SE · Preußenstraße 41 · D-80809 München · Tel.: +49-(0)89-3 54 02-0 · Fax: +49 - (0)89-3 54 02-390
Wacker Neuson Corporation · P.O. Box 9007 · Menomonee Falls, WI 53052-9007 · Tel. : (262) 255-0500 · Fax: (262) 255-0550 · Tel. : (800) 770-0957
Wacker Neuson Limited - Room 1701–03 & 1717–20, 17/F. Tower 1, Grand Century Place, 193 Prince Edward Road West, Mongkok, Kowloon, Hongkong.
Tel: (852) 3605 5360, Fax: (852) 2758 0032
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44

Wacker Neuson G7AI Handleiding

Categorie
Buitenverlichting
Type
Handleiding

Andere documenten