59
NEDERLANDS
Bewerk de lipverbindingen met de bovenfrees
(fi g. A2, D2, E3, G, H & J)
Een lipverbinding heeft rechte uitsteeksels die in elkaar passen en door
lijm bij elkaar worden gehouden. Het grote lijmoppervlak verschaft de
noodzakelijke sterkte voor grote projecten.
De twee verbindingsgedeelten worden allebei in de verticale positie
en in aparte procedures gefreesd, de eerste met behulp van de linker
offset-geleider en de tweede met de rechter offset-geleider
Voor lipverbindingen is een rechte frees van 12,7 mm (1/2")
(niet meegeleverd) vereist.
De eerste verbindingssectie frezen
● Zet een stuk afvalmateriaal van dezelfde dikte als het werkstuk dat
bedoeld is voor de tweede verbindingssectie in de horizontale positie
(fi g. G1).
● Plaats de sjabloon voor de zwaluwstaart/lipverbinding (41) (fi g. H1).
Zorg dat de kant met de vingers (47) naar u toe wijst.
● Plaats het eerste werkstuk in de verticale positie (fi g. G2). Zorg dat
de buitenkant van het werkstuk naar de voet van het hulpstuk wijst.
● Stel de linker offset-geleider (9) zo af dat het gedeelte met de
pennen zoals benodigd in het midden staat ten opzichte van de
vingertussenruimte van de sjabloon (fi g. G2). Zie "Markeren en
klemmen werkstukken".
● Zet de linker offset-geleider op zijn plaats vast met behulp van de
meegeleverde inbussleutel (36).
● Klem het werkstuk in positie.
● Klem het stuk afvalmateriaal op zijn plaats zodat het niet buiten het
werkstuk uitsteekt om er zeker van te zijn dat de sjabloon niet kan
bewegen als de verbinding met de bovenfrees wordt gefreesd.
● Lijn de sjabloon uit met behulp van de uitlijnmarkering "TAILS/BOX"
(43) (fi g. H1 & H3).
● Bevestig een rechte frees van 12,7 mm (1/2") en geleiding
type A (17) op de bovenfrees, indien nodig met behulp van een
geleideradapterplaat (fi g. A2).
● Pas de freesdiepte aan met behulp van de "TAILS" dieptegeleider
(30) (fi g. D2).
● Bewerk de staarten met de bovenfrees met geleider tegen de
linkerkant van de vinger van de sjabloon, zowel aan de binnen- als
buitenkant. Als u een lichte druk naar links uitoefent voorkomt u
eerder dat de verbinding los gaat zitten.
● Verwijder het werkstuk als u klaar bent.
De tweede verbindingssectie frezen
● Zet een stuk afvalmateriaal van dezelfde dikte als het eerste werkstuk
in de horizontale positie (fi g. G1).
● Plaats de sjabloon (41). Zorg dat de kant met de vingers (47) naar u
toe wijst.
● Maak de rechter offset-geleider (9) los met behulp van de
inbussleutel met T-handvat (36). Schuif de geleider zo ver mogelijk
naar rechts (fi g. J).
● Plaats de eerste verbindingssectie in verticale positie op de
rechterkant van de voet. Zorg dat de staarten door de vingers van de
sjabloon uitsteken (fi g. J).
● Centreer de staarten van de eerste verbindingssectie tussen de
vingers van de sjabloon. Klem het werkstuk met behulp van de
voorste bankschroef (4) op zijn plaats.
● Schuif de rechter offset-geleider naar links tot hij niet buiten het
werkstuk uitsteekt. Bevestig de offset-geleider (9).
● Bewerk de eerste verbindingssectie met de bovenfrees.
● Klem het tweede werkstuk in de verticale positie (fi g. G2). Zorg dat
het werkstuk niet buiten de sjabloon en de rechter offset-geleider
uitsteekt. Zorg dat de buitenkant van het werkstuk naar u wijst.
● Klem het stuk afvalmateriaal op zijn plaats zodat het niet buiten het
werkstuk uitsteekt om er zeker van te zijn dat de sjabloon niet kan
bewegen als de verbinding met de bovenfrees wordt gefreesd.
● Pas indien nodig de freesdiepte aan met behulp van de "TAILS"
dieptegeleider (30) (fi g. D2).
● Bewerk de pennen met de bovenfrees en de geleider tegen de
linkerkant van de vingers van de sjabloon, zowel aan de binnen- als
buitenkant. Als u een lichte druk naar links uitoefent voorkomt u
eerder dat de verbinding los gaat zitten.
● Verwijder het werkstuk als u klaar bent.
● Zet de verbinding in elkaar.
● De strakheid van de verbinding kan worden aangepast door
de hoeveelheid druk die tijdens de procedure naar links wordt
uitgeoefend, te variëren.
Schuivende zwaluwstaarten frezen (fi g. A2, D2, F2, H1 & K1 - K3)
Schuivende zwaluwstaarten (zwaluwstaartengroeven) worden in de
eerste plaats bij het maken van boekenplanken en kasten gebruikt.
Het hulpstuk is voorzien van 3 vooraf ingestelde stops voor groefdieptes
van 6,35 mm (1/4"), 9,5 mm (3/8") en 12,7 mm (1/2") (fi g. D2). Elke
groefdiepte kan echter handmatig worden gecreëerd door de diepte-
instellingen op uw bovenfrees te verzetten.
De groefplank frezen (A in fi g. F2)
● Zorg dat u voorkomt dat de frees de voet van het hulpstuk raakt.
● Markeer de middellijn (49) van de groefl ocatie op het werkstuk dat
bedoeld is voor de groefplank.
● Markeer twee lijnen (50) die 9,5 mm van elkaar parallel naar elke
kant van de middellijn lopen
● Zet het werkstuk in horizontale positie. Zorg dat de markeringen naar
u toe wijzen.
● Plaats de sjabloon (40). Zorg dat de kant met de tanden naar u toe
wijst.
● Lijn de twee markeringen precies met de randen van de sleuf uit (51).
● Bevestig zwaluwstaartfrees type A (15) en geleider type A (17) op de
bovenfrees, indien nodig met behulp van een geleideradapterplaat
(fi g. A2).
● Pas de freesdiepte aan met behulp van de geselecteerde
dieptegeleider (33) (fi g. D2). U kunt ook de vereiste groefdiepte op
uw bovenfrees instellen.
● Werk voorzichtig met de bovenfrees van links naar rechts langs de
sleuf.
● Verwijder het werkstuk als u klaar bent.
@
Als u een diepe groef freest, frees deze dan van te voren
met een rechte frees voordat u hem met de bovenfrees met
zwaluwstaartfrees bewerkt
De penplank frezen (B in fi g. F2)
Het verdient aanbeveling om eerst in afvalmateriaal een proefi nkeping
te maken om zeker te zijn dat de instellingen goed zijn.
● Zet een stuk afvalmateriaal van dezelfde dikte als de sokkelplank in
de horizontale positie (fi g. K3).
● Zet het werkstuk dat bedoeld is voor de penplank in verticale positie.
Zorg dat de rand van het werkstuk niet buiten de onderkant van de
sjabloon uitsteekt.
● Maak een eerste ondiepe inkeping van rechts naar links over de
voorkant van de plank om de kans op schilfers te verminderen.
● Maak met behulp van de bovenfrees met geleiding van rechts naar
links een tweede inkeping langs de sjabloonrand om het profi el te
vormen.
● Verwijder de penplank en draai hem 180°. De ingekeepte kant van
de penplank wijst nu naar de voet van het hulpstuk.
● Herhaal de bovenfreesbewerkingen zoals hierboven beschreven.
● Verwijder het werkstuk als u klaar bent.
● Controleer de verbinding.