Documenttranscriptie
Welkom!
Dank u voor de aankoop van deze Sony Compact
Disc Player. U kunt tijdens het rijden genieten
van de volgende functies.
• CD's afspelen
U kunt CD-DA's (met CD TEXT*), CD-R's/
CD-RW's (ook MP3-/WMA-bestanden die in
meerdere sessies zijn opgenomen (pagina 21))
en ATRAC CD's (ATRAC3- en ATRAC3plusindeling (pagina 22)) afspelen.
Soorten discs
Label op de disc
CD-DA
MP3
WMA
ATRAC CD
• Radio-ontvangst
BTM (Best Tuning Memory): het apparaat
selecteert zenders met sterke signalen en slaat
ze op.
• RDS-diensten
U kunt FM-zenders met RDS (Radio Data
System) gebruiken.
• Geluidsaanpassing: X-DSP
De nieuwe geluidsengine van Sony zorgt voor
een ideaal geluidsveld voor in de auto door
middel van digitale signaalverwerking.
• Beeldinstelling
U kunt verschillende displaybeelden op het
apparaat instellen.
– Space Producer: bewegende patronen op het
scherm op de maat van de muziek.
• Optionele apparaten bedienen
U kunt ook optionele CD/MD-wisselaars en
optionele draagbare apparaten van Sony
bedienen terwijl u afspeelt met dit apparaat.
* Een CD TEXT-disc is een CD-DA die informatie
bevat, zoals discnamen, artiestennamen en
tracknamen.
Zie voor het monteren en aansluiten van het
apparaat de bijgeleverde handleiding
"Installatie en aansluitingen".
2
Waarschuwing als het contactslot van
de auto geen ACC-positie heeft
Als de motor is uitgeschakeld, moet u op
(OFF) drukken en deze toets ingedrukt
houden tot het display verdwijnt.
Als u dit niet doet, wordt het display niet
uitgeschakeld en raakt de accu uitgeput.
Dit label bevindt zich aan de onderkant van het
apparaat.
Verwijdering van oude elektrische
en elektronische apparaten
(Toepasbaar in de Europese Unie en
andere Europese landen met
gescheiden ophaalsystemen)
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudelijk afval mag worden behandeld. Het moet
echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische
en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u
ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt
verwijderd, voorkomt u voor mens en milieu negatieve
gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalbehandeling. De recycling van materialen
draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. Voor
meer details in verband met het recyclen van dit product,
neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het
bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van
huishoudafval of de winkel waar u het product hebt
gekocht.
Accessoire waarop dit van toepassing is:
Afstandsbediening
Vervaardigd onder licentie
van BBE Sound, Inc.
Met het BBE MP-proces
wordt digitaal gecomprimeerd geluid, zoals
MP3, verbeterd. Tijdens dit proces worden
namelijk de hogere boventonen die zijn
verloren door de compressie, hersteld en
versterkt. Met het BBE MP-proces worden
gelijkmatige boventonen gegenereerd uit hat
bronmateriaal, waardoor warmte, detail en
nuance worden hersteld.
R
SonicStage en het bijbehorende logo zijn
handelsmerken van Sony Corporation.
ATRAC, ATRAC3, ATRAC3plus en de
bijbehorende logo's zijn handelsmerken van
Sony Corporation.
Microsoft, Windows Media
en het Windows-logo zijn
geregistreerde handelsmerken
van Microsoft Corporation in
de VS en/of andere landen.
Inhoudsopgave
Aan de slag
Het apparaat opnieuw instellen . . . . . . . . . . . . . 4
De klok instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Het voorpaneel verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . 4
Het voorpaneel bevestigen . . . . . . . . . . . . . . 5
De disc in het apparaat plaatsen . . . . . . . . . . . . 5
De disc uitwerpen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Bedieningselementen en algemene
handelingen
Hoofdeenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Kaartafstandsbediening RM-X154 . . . . . . . . 6
CD
Displayitems . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen . . . . . 8
Radio
Zenders opslaan en ontvangen. . . . . . . . . . . . . . 9
Automatisch opslaan — BTM . . . . . . . . . . . 9
Handmatig opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
De opgeslagen zenders ontvangen . . . . . . . . 9
Automatisch afstemmen . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Een zender via een lijst ontvangen
— LIST . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
RDS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Overzicht. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
AF en TA/TP instellen . . . . . . . . . . . . . . . . 10
PTY selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
CT instellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Genieten van de beste
geluidskwaliteit — X-DSP
HDEQ. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
DSO 3D . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Intelligent Time Alignment — I-TA . . . . .
BBE MP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
X-DSP eenvoudig instellen. . . . . . . . . . . . . . .
De equalizer instellen — HDEQ . . . . . . . .
DSO 3D en I-TA instellen . . . . . . . . . . . . .
BBE MP instellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Het geluid optimaliseren
— Sound MENU . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
HDEQ afstemmen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
DSO 3D afstemmen . . . . . . . . . . . . . . . . . .
I-TA afstemmen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Het geluid nauwkeurig afstemmen. . . . . . .
12
12
13
13
13
13
13
13
14
14
14
15
16
Andere functies
De geluidsinstellingen wijzigen . . . . . . . . . . .
De geluidskenmerken aanpassen
— Balance/Fader/Sub Woofer . . . . . . . . . .
Menu-items aanpassen — MENU . . . . . . . . .
Optionele apparaten gebruiken . . . . . . . . . . . .
CD/MD-wisselaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Extra audioapparatuur . . . . . . . . . . . . . . . .
Bedieningssatelliet RM-X4S . . . . . . . . . . .
17
17
17
18
18
19
19
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Opmerkingen over discs. . . . . . . . . . . . . . .
Informatie over
MP3-/WMA-bestanden . . . . . . . . . . . . . . .
Informatie over ATRAC CD's . . . . . . . . . .
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Het apparaat verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . .
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Foutmeldingen/berichten . . . . . . . . . . . . . .
De conversietabel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
20
20
21
22
22
23
23
24
26
27
3
Aan de slag
Het apparaat opnieuw instellen
Voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt of
na het vervangen van de accu of het wijzigen van
de aansluitingen, moet u het apparaat opnieuw
instellen.
Maak het voorpaneel los en druk met een puntig
voorwerp, zoals een balpen, op de RESET toets.
RESET toets
Opmerking
Als u op de RESET toets drukt, worden de
klokinstelling en bepaalde opgeslagen gegevens
gewist. Aangepast geheugen van HDEQ, DSO 3D en
Intelligent Time Alignment (I-TA) wordt niet gewist
(pagina 14).
Het voorpaneel verwijderen
U kunt het voorpaneel van het apparaat
verwijderen om diefstal te voorkomen.
Waarschuwingstoon
Wanneer u het contact in de stand OFF zet
zonder het voorpaneel te verwijderen, hoort u
gedurende enkele seconden de
waarschuwingstoon.
U hoort de waarschuwingstoon alleen als de
ingebouwde versterker wordt gebruikt.
1
Druk op (OFF).
Het apparaat wordt uitgeschakeld.
2
Druk op (OPEN).
Het voorpaneel wordt omlaag geklapt.
3
Schuif het voorpaneel naar rechts en
trek de linkerzijde van het voorpaneel
voorzichtig naar u toe.
De klok instellen
De digitale klok werkt met het 24-uurs systeem.
1
2
Druk op (MENU).
Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/–
tot "SETUP" wordt weergegeven en
druk vervolgens op (ENTER).
3
Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/–
tot "Clock Adjust" wordt weergegeven
en druk vervolgens op (ENTER).
Het venster voor het aanpassen van de klok
wordt weergegeven.
4
Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/–
om het uur en de minuten in te stellen.
Als u de digitale aanduiding wilt verplaatsen,
drukt u op (SEEK) –/+.
5
Druk op (ENTER) nadat u de minuten
hebt ingesteld.
De klok begint te lopen.
Met de kaartafstandsbediening
In stap 2 tot en met 4: druk op M of m in plaats van op
(GP/ALBM) +/–; in stap 4: druk op < of , in plaats
van op (SEEK) –/+.
Tip
U kunt de klok automatisch instellen met de RDSfunctie (pagina 11).
4
1
2
Opmerkingen
• Laat het voorpaneel niet vallen en druk niet te hard
op het voorpaneel en het display.
• Stel het voorpaneel niet bloot aan hitte/hoge
temperaturen of vocht. Laat het voorpaneel niet
achter in een geparkeerde auto of op het
dashboard/de hoedenplank.
Het voorpaneel bevestigen
Plaats opening A van het voorpaneel op pin B
van het apparaat en druk de linkerzijde
voorzichtig naar binnen.
Druk op (SOURCE) op het apparaat (of plaats
een disc) om het apparaat te activeren.
De disc in het apparaat
plaatsen
1
2
Druk op (OPEN).
3
Sluit het voorpaneel.
Het afspelen wordt automatisch gestart.
Plaats de disc (met het label naar
boven).
A
B
De disc uitwerpen
x
1
2
Druk op (OPEN).
3
Sluit het voorpaneel.
Druk op Z.
De disc wordt uitgeworpen.
Opmerking
Plaats niets op de binnenkant van het voorpaneel.
5
Bedieningselementen en algemene handelingen
Hoofdeenheid
1
234 5 6
OFF
7
8 9 q;
OPEN
GP/ALBM
PUSH SOUND
BBE
MENU
SEEK–
BBE MP
SEEK+
IMAGE
ENTER
DSPL/
PTY
HDEQ
REP
SHUF
PAUSE
MODE
GP/ALBM
AF/TA
1
SOURCE
2
3
4
5
6
CDX-GT700D
qa
qs qd qf
qg
qh
qj
Voorpaneel verwijderd
qk
ql
w;
RESET
Kaartafstandsbediening
RM-X154
2
qd
6
OFF
SOURCE
ATT
SOUND
MENU
MODE
LIST
+
qs
ENTER
wa
qa
ws
6
wd
wf
qf
wg
wh
–
SCRL
DSPL/PTY
REP
1
SHUF
2
3
4
5
PAUSE
6
+
VOL
–
wj
qg
Zie de volgende pagina's voor meer informatie.
De overeenkomstige toetsen op de
kaartafstandsbediening bedienen dezelfde
functies als die op het apparaat.
A SEEK –/+ toetsen
CD:
Tracks overslaan (indrukken); tracks blijven
overslaan (indrukken, vervolgens binnen 1
seconde nogmaals indrukken en
vasthouden); een track snel vooruit-/
terugspoelen (ingedrukt houden).
Radio:
Automatisch afstemmen op zenders
(indrukken); handmatig zoeken naar zenders
(ingedrukt houden).
B OFF toets
Het apparaat uitschakelen/de bron stoppen.
C Ontvanger
Signalen ontvangen van de
kaartafstandsbediening.
D VOL (volume) knop/SOUND toets 17
Het volume regelen (draaien); geluidsitems
selecteren (indrukken).
E GP*1/ALBM*2 +/– toetsen*3
Vooraf ingestelde zenders selecteren/groepen
overslaan (indrukken); groepen blijven
overslaan (ingedrukt houden).
F MENU toets
Het menu openen.
G Display
H BBE MP toets 2, 13
De functie BBE MP activeren.
I OPEN toets 5
J IMAGE toets 2
Het displaybeeld selecteren.
Movie stand 1-3 t Spectrum analyzer stand
1-5 t Space Producer stand t Wall paper
stand 1-3 t normale weergave-/
ontvangststand
K DSPL (display)/PTY (programmatype)
toets 8, 11
Displayitems wijzigen; PTY bij RDS
selecteren.
Q HDEQ toets 12, 13
Een equalizertype selecteren (Flat, Xplod,
Refined Vocal, Over Drive, Virtual Sub,
Natural Cruise of Rear Drive)
R RESET toets 4
S Z (uitwerpen) toets 5
De disc uitwerpen.
T Discsleuf 5
De disc plaatsen.
De volgende toetsen op de
kaartafstandsbediening verschillen van de
toetsen op het apparaat of hebben andere functies
dan de toetsen op het apparaat.
wa </, (SEEK –/+) toetsen
CD/Radio bedienen, heeft dezelfde functie
als (SEEK) –/+ op het apparaat.
ws VOL (volume) +/– toets
Het volume aanpassen.
wd ATT (dempen) toets
Het geluid dempen. Druk nogmaals op de
toets om te annuleren.
wf SOUND toets
Geluidsitems selecteren.
L ENTER toets
Een instelling voltooien.
wg LIST toets 9, 19
De lijst openen.
M SOURCE toets
Inschakelen/de bron wijzigen (Radio/CD/
MD*5/AUX).
wh M/m (+/–) toetsen
CD bedienen, heeft dezelfde functie als
(GP/ALBM) +/– op het apparaat.
N MODE toets 9, 18
De radioband (FM/MW/LW) selecteren/het
apparaat selecteren*4.
O Cijfertoetsen
Radio:
De opgeslagen zenders ontvangen
(indrukken); zenders opslaan (ingedrukt
houden).
CD/MD*5:
(1): REP 8, 19
(2): SHUF 8, 19
(6): PAUSE*6
Afspelen onderbreken. Druk nogmaals op de
toets om te annuleren.
P AF (alternatieve frequenties)/
TA (verkeersinformatie) toets 10
AF en TA/TP in RDS instellen.
wj SCRL (scroll) toets 8
Het displayitem rollen.
*1 Bij het afspelen van een ATRAC CD.
*2 Bij het afspelen van een MP3-/WMA-bestand.
*3 Als de wisselaar is aangesloten, is de werking
anders. Zie pagina 18 voor meer informatie.
*4 Als een CD/MD-wisselaar is aangesloten.
*5 Als een MD-wisselaar is aangesloten.
*6 Wanneer met dit apparaat wordt afgespeeld.
Opmerking
Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het display
verdwijnt, kan het apparaat niet worden bediend met
de kaartafstandsbediening, tenzij op (SOURCE) op
het apparaat wordt gedrukt of er een disc wordt
geplaatst om het apparaat eerst te activeren.
Tip
Zie "De lithiumbatterij van de kaartafstandsbediening
vervangen" op pagina 22 voor meer informatie over
het vervangen van de batterij.
7
CD
Voor meer informatie over het selecteren van een
CD/MD-wisselaar, zie pagina 18.
Displayitems
Voorbeeld: wanneer u de normale weergavestand
selecteert door herhaaldelijk op (IMAGE) te
drukken (pagina 7).
1
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk
op (1) (REP) of (2) (SHUF) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
Selecteer
Actie
Repeat Track
Track herhaaldelijk
afspelen.
Repeat Album*1
Album herhaaldelijk
afspelen.
Repeat Group*2
Groep herhaaldelijk
afspelen.
Shuffle Album*1
Album in willekeurige
volgorde afspelen.
A Bron, MP3-/WMA-/ATRAC3plusaanduiding
B Klok
C Album-/groepsnummer/tracknummer/
verstreken speelduur, disc-/artiestennaam,
album-/groepsnaam, tracknaam,
tekstinformatie*
Shuffle Group*2
Groep in willekeurige
volgorde afspelen.
Shuffle Disc
Disc in willekeurige
volgorde afspelen.
* Als u MP3-bestanden afspeelt, wordt de ID3-tag
weergegeven. Speelt u een ATRAC CD af, dan
wordt tekstinformatie van SonicStage, enzovoort,
weergegeven. Als u WMA-bestanden afspeelt, wordt
de WMA-tag weergegeven.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u "Repeat off" of
"Shuffle off".
B
A
C
Als u de displayitems C wilt wijzigen, drukt u
op (DSPL). Wilt u de displayitems C rollen,
dan drukt u op (SCRL) op de
kaartafstandsbediening of stelt u "Auto Scroll
on" in (pagina 18).
Tip
De weergegeven items zijn afhankelijk van het
disctype, de opname-indeling en de instellingen. Zie
pagina 21 voor meer informatie over MP3/WMA en
pagina 22 voor meer informatie over ATRAC CD's.
8
Herhaaldelijk en willekeurig
afspelen
*1 Bij het afspelen van een MP3-/WMA-bestand.
*2 Bij het afspelen van een ATRAC CD.
Radio
Automatisch afstemmen
Zenders opslaan en ontvangen
1
Let op
Als u afstemt op zenders tijdens het rijden, moet
u de BTM-functie (Best Tuning Memory)
gebruiken om ongelukken te vermijden.
Automatisch opslaan — BTM
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot
"TUNER" wordt weergegeven.
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de band
te wijzigen. U kunt FM1, FM2, FM3, MW of
LW selecteren.
2
3
Druk op (MENU).
4
Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/–
tot "RECEIVE MODE" wordt
weergegeven en druk vervolgens op
(ENTER).
Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/–
tot "BTM" wordt weergegeven en druk
vervolgens op (ENTER).
Het apparaat slaat de zenders in de volgorde
van frequentie op onder de cijfertoetsen.
Er klinkt een pieptoon wanneer de instelling
is opgeslagen.
Met de kaartafstandsbediening
In stap 3 en 4: druk op M of m in plaats van op
(GP/ALBM) +/–.
Handmatig opslaan
1
Als u de zender ontvangt die u wilt
opslaan, houdt u een cijfertoets
((1) tot en met (6)) ingedrukt tot
"MEM" wordt weergegeven.
De aanduiding voor de cijfertoets verschijnt
in het display.
Opmerking
Als u een andere zender opslaat onder dezelfde
cijfertoets, wordt de eerder opgeslagen zender
vervangen.
Selecteer de band en druk op
(SEEK) –/+ tot "Seek" wordt
weergegeven en druk vervolgens op
(SEEK) –/+ om de zender te zoeken.
Het zoeken stopt zodra een zender wordt
ontvangen. Herhaal de procedure tot de
gewenste zender wordt ontvangen.
Tip
Als u de frequentie kent van de zender die u wilt
beluisteren, houdt u (SEEK) –/+ ingedrukt tot de
frequentie ongeveer is bereikt en drukt u vervolgens
herhaaldelijk op (SEEK) –/+ om nauwkeurig af te
stemmen op de gewenste frequentie (handmatig
afstemmen).
Een zender via een lijst ontvangen
— LIST
U kunt de frequentie in een lijst opnemen.
1
2
Selecteer de band en druk op (MENU).
3
Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/–
tot de gewenste zender wordt
weergegeven.
4
Druk op (ENTER) om de zender te
ontvangen.
Het display keert terug naar de normale
ontvangststand.
Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/–
tot "LIST" wordt weergegeven en druk
vervolgens op (ENTER).
De frequentie wordt weergegeven.
Met de kaartafstandsbediening
Selecteer de band en druk op (LIST). Druk
herhaaldelijk op M of m tot de gewenste zender wordt
weergegeven en druk op (ENTER).
RDS
Tip
Als een RDS-zender wordt opgeslagen, wordt de AF-/
TA-instelling ook opgeslagen (pagina 10).
Overzicht
De opgeslagen zenders ontvangen
FM-zenders met de RDS-dienst (Radio Data
System) sturen onhoorbare digitale informatie
mee met het gewone radioprogrammasignaal.
1
Selecteer de band en druk vervolgens
op een cijfertoets ((1) tot en met (6)).
vervolg op volgende pagina t
9
Displayitems
Voorbeeld: wanneer u de normale weergavestand
selecteert door herhaaldelijk op (IMAGE) te
drukken (pagina 7).
A
B
1
Druk herhaaldelijk op (AF/TA) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
C
D
E
A Radioband
B TP/TA/AF*1
C Klok
D Voorinstelnummer
E Frequentie*2 (programmaservicenaam), RDSgegevens
*1 Als Information "All" is ingesteld:
- "TP" gaat branden als "TP" wordt ontvangen.
- "TA"/"AF" gaat branden als "TA/AF" aan is.
Wanneer "TA" wordt ontvangen, knippert "TA" in D.
*2 Als u de RDS-zender ontvangt, wordt "RDS" links
van de frequentieaanduiding weergegeven.
RDS-diensten
Dit apparaat biedt automatisch RDS-diensten op
de volgende manier:
AF (alternatieve frequenties)
Hiermee wordt de zender met het sterkste
signaal in een netwerk geselecteerd of wordt
opnieuw op deze zender afgestemd. Als u deze
functie gebruikt, kunt u onafgebroken naar
hetzelfde programma luisteren tijdens een lange
rit zonder dat u steeds handmatig op dezelfde
zender hoeft af te stemmen.
TA (verkeersinformatie)/
TP (verkeersprogramma)
Hiermee ontvangt u de huidige
verkeersinformatie/-programma's. De huidige
bron wordt onderbroken door eventuele
verkeersinformatie/-programma's.
PTY (programmatypen)
Hiermee geeft u het ontvangen programmatype
weer. Hiermee zoekt u ook naar het
geselecteerde programmatype.
CT (kloktijd)
Met de CT-gegevens van de RDS-uitzending
wordt de klok ingesteld.
Opmerkingen
• In bepaalde landen/regio's zijn wellicht niet alle
RDS-functies beschikbaar.
• RDS functioneert wellicht niet als het
ontvangstsignaal zwak is of als de zender waarop u
hebt afgestemd, geen RDS-gegevens verzendt.
10
AF en TA/TP instellen
Selecteer
Actie
AF on
AF inschakelen en TA
uitschakelen.
TA on
TA inschakelen en AF
uitschakelen.
AF/TA on
AF en TA inschakelen.
AF/TA off
AF en TA uitschakelen.
RDS-zenders met de AF- en TAinstelling opslaan
U kunt RDS-zenders vooraf instellen met de AFen TA-instelling. Als u de BTM-functie gebruikt,
worden alleen RDS-zenders met dezelfde AF-/
TA-instelling opgeslagen.
Als u handmatig vooraf instelt, kunt u voor zowel
RDS- als niet-RDS-zenders de AF-/TA-instelling
instellen.
1 Stel AF/TA in en sla de zender vervolgens met
BTM of handmatig op.
Het volume van de
verkeersinformatie instellen
U kunt het volume van de verkeersinformatie
vooraf instellen, zodat u geen enkel bericht mist.
1 Draai de volumeknop om het gewenste volume
te regelen.
2 Houd (AF/TA) ingedrukt tot "TA Vol" wordt
weergegeven.
Noodberichten ontvangen
Als AF of TA is ingeschakeld, wordt de
geselecteerde bron automatisch onderbroken
door de noodberichten.
Een regionaal programma
beluisteren — Regional
Als de AF-functie is ingeschakeld: de
fabrieksinstelling van het apparaat beperkt de
ontvangst tot een bepaalde regio, zodat er niet
wordt overgeschakeld naar een andere regionale
zender met een sterkere frequentie.
Wanneer u het ontvangstgebied van het regionale
programma verlaat, stelt u "Regional off" in in
het menu (pagina 18).
Opmerking
Deze functie werkt niet in het Verenigd Koninkrijk en
bepaalde andere gebieden.
Local Link-functie (alleen voor het
Verenigd Koninkrijk)
Met deze functie kunt u andere lokale zenders in
het gebied selecteren, ook als deze niet zijn
opgeslagen onder de cijfertoetsen.
1 Druk tijdens FM-ontvangst op een cijfertoets
((1) tot en met (6)) waaronder een lokale
zender is opgeslagen.
2 Druk binnen 5 seconden nogmaals op de
cijfertoets van de lokale zender.
Herhaal dit tot de lokale zender wordt
ontvangen.
PTY selecteren
1
2
Druk op (MENU) tijdens FM-ontvangst.
Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/–
tot "PTY" wordt weergegeven en druk
vervolgens op (ENTER).
Programmatypen
News (Nieuws), Current Affairs
(Actualiteiten), Information (Informatie),
Sport (Sport), Education (Educatieve
programma's), Drama (Toneel), Cultures
(Cultuur), Science (Wetenschap), Varied
Speech (Diversen), Pop Music (Populaire
muziek), Rock Music (Rock-muziek),
Easy Listening (Easy Listening),
Light Classics M (Licht klassiek), Serious
Classics (Klassiek), Other Music (Ander
type muziek), Weather & Metr
(Weerberichten), Finance (Financiën),
Children's Progs (Kinderprogramma's),
Social Affairs (Sociale zaken), Religion
(Religie), Phone In (Phone In), Travel &
Touring (Reizen), Leisure & Hobby
(Ontspanning), Jazz Music (Jazz-muziek),
Country Music (Country-muziek),
National Music (Nationale muziek),
Oldies Music (Oldies), Folk Music (Folkmuziek), Documentary (Documentaires)
Opmerking
U kunt deze functie niet gebruiken in bepaalde landen/
regio's waar geen PTY-gegevens beschikbaar zijn.
De naam van het huidige programmatype
verschijnt als de zender PTY-gegevens
uitzendt.
3
4
Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/–
tot het gewenste programmatype
wordt weergegeven.
Druk op (ENTER).
Het apparaat begint te zoeken naar een zender
die het geselecteerde programmatype
uitzendt.
CT instellen
1
Stel "CT on" in bij SETUP (pagina 17).
Opmerkingen
• Het is mogelijk dat de CT-functie niet werkt, ook al
wordt er wel een RDS-zender ontvangen.
• Er kan een verschil zijn tussen de tijd van de CTfunctie en de werkelijke tijd.
Met de kaartafstandsbediening
In stap 1 en 2: druk op (PTY) in plaats van op (MENU)
en (ENTER); in stap 3: druk op M of m in plaats van op
(GP/ALBM) +/–.
11
Genieten van de beste
geluidskwaliteit — X-DSP
X-DSP, de nieuwe geluidsengine van Sony, zorgt
voor een ideaal geluidsveld voor in de auto door
middel van digitale signaalverwerking. X-DSP
bevat de volgende functies: HDEQ, DSO 3D,
Intelligent Time Alignment (afgekort I-TA) en
BBE MP.
Zie hieronder de beschrijvingen voor elke
functie. Er zijn twee instellingsmethoden: een
eenvoudig instelling en een geavanceerde
instelling voor de kritische luisteraar.
Zie "X-DSP eenvoudig instellen" (pagina 13) voor
het eenvoudig instellen met een vooraf ingestelde
instelling.
Zie "Het geluid optimaliseren — Sound MENU"
(pagina 14) en "Het geluid nauwkeurig
afstemmen" (pagina 16) als u het geluid
nauwkeurig wilt afstemmen.
DSO 3D
DSO 3D is een virtuele 3D-geluidstechnologie
waarmee problemen met slechte luidsprekers
worden verminderd. Hiermee wordt een virtueel
geluidsveld met 3 dimensies (verhoging, breedte
en diepte) tussen de luidsprekers en de luisteraar
gemaakt.
Item
Effect
STD
Geluid via de luidspreker bij de
voordeur hoort u op oorniveau. 1
Wide
Biedt een breder geluidsveld dan
STD. 2
Deep
Geluidsveld lijkt te komen van
voor STD. 3
Afbeelding van virtuele luidspreker
Opmerkingen
• Bij geluid met X-DSP worden vier kanalen gebruikt:
twee voorluidsprekers en twee achterluidsprekers.
Als u alleen voorluidsprekers of achterluidsprekers
gebruikt, is het effect zoals vermeld.
• Het effect is afhankelijk van het type auto en de
luidsprekers.
HDEQ
Met de 13-bands equalizer met vier kanalen kunt
u de muziek naar wens aanpassen.
Voorinstelling
Effect
Xplod
De dynamiek van het geluid
wordt benadrukt.
Refined Vocal
Zang wordt benadrukt en
verrijkt.
Over Drive
Geeft een helder en levendig
geluid.
Virtual Sub
Geeft een vol basgeluid.
Natural Cruise
Geluid dat wordt gehinderd
door geluid van het verkeer,
wordt verbeterd.
Rear Drive
Geluid via de
achterluidspreker wordt
versterkt.
Flat
Geen effect
Tip
Zie "HDEQ afstemmen" (pagina 14) voor meer
informatie over het nauwkeurig afstemmen.
12
Tip
Zie "DSO 3D afstemmen" (pagina 14) voor meer
informatie over het nauwkeurig aanpassen.
Intelligent Time Alignment — I-TA
U kunt de geluidslokalisatie instellen op uw
luisterpositie. De afstand tussen de stoel en de
luidspreker wordt berekend en daarom kan de
lokalisatie worden gewijzigd door de
geluidsuitvoer via elke luidspreker te vertragen.
Het apparaat kan een natuurlijk geluidsveld
simuleren waardoor u altijd het gevoel hebt dat u
midden in het geluidsveld zit, waar u ook in de
auto zit.
Item
Positie
Front-L
Links voor 1
Front-R
Rechts voor 2
Front
Tussen de stoelen
voor in de auto 3
All
In het midden van
de auto 4
1 32
4
Tip
Zie "I-TA afstemmen" (pagina 15) om het geluid
nauwkeurig af te stemmen voor de auto. U kunt de
instelling tussen elke luidspreker en de luisterpositie
aanpassen in stappen van 2 cm.
BBE MP
BBE MP verbetert digitaal gecomprimeerd
geluid op alle bronnen (pagina 2, 13).
X-DSP eenvoudig instellen
U kunt op verschillende manieren instellen. U
kunt de voorinstellingen van HDEQ, DSO 3D,
I-TA en BBE MP selecteren.
De equalizer instellen — HDEQ
1
Druk herhaaldelijk op (HDEQ) om het
gewenste item te selecteren.
Na ongeveer 3 seconden is het instellen
voltooid en keert het display terug naar de
normale weergave-/ontvangststand.
DSO 3D en I-TA instellen
1
Druk herhaaldelijk op (SOUND) om het
gewenste item tijdens het afspelen te
selecteren.
De items worden als volgt gewijzigd:
DSO 3D t I-TA t Balance t Fader
t Sub Woofer
2
Draai de volumeknop om de instelling
te selecteren.
Na ongeveer 3 seconden is het instellen
voltooid.
Met de kaartafstandsbediening
In stap 2: druk op < of , om DSO 3D en I-TA
nauwkeurig af te stemmen. Zie pagina 14 en 15 voor
meer informatie.
BBE MP instellen
Display
Uitleg
ON
BBE MP wordt ingeschakeld
OFF
BBE MP wordt uitgeschakeld
1
2
Druk op (BBE MP).
Selecteer "ON".
Na ongeveer 3 seconden is het instellen
voltooid en keert het display terug naar de
normale weergave-/ontvangststand.
13
Het geluid optimaliseren
— Sound MENU
4
Selecteer de luidspreker die u wilt
aanpassen.
5
Pas de equalizercurve naar wens aan.
1 Druk herhaaldelijk op (SEEK) –/+ om de
frequentie die u wilt aanpassen, te
selecteren (de frequentie kan worden
aangepast van 63 Hz tot en met 16 kHz in
13 banden).
Met Sound MENU kunt u de instelling van
HDEQ, DSO 3D en I-TA naar wens
optimaliseren en aanpassen aan het autointerieur. Zie ook "Het geluid nauwkeurig
afstemmen" (pagina 16). De menumethode geldt
voor elke functie. Zie de procedure hieronder en
pas deze toe op elke functie.
1
2
Druk op (MENU) tijdens het afspelen.
2 Druk op (GP/ALBM) +/– om het niveau
van de geselecteerde frequentie aan te
passen (in stappen van 1 dB, van –6 dB tot
+6 dB).
Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/–
tot "SOUND" wordt weergegeven.
3 Herhaal stap 1 en 2 om andere banden
van de equalizercurve aan te passen.
3
4
Druk op (ENTER).
6
Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/–
om een item te selecteren en druk
vervolgens op (ENTER).
Bevestig de instellingen met het
bevestigingsvenster en sla de waarde
op.
7
5
Herhaal stap 4 om andere items aan te
passen.
Herhaal stap 3 tot en met 6 tot u alle
luidsprekers hebt ingesteld.
6
Druk op (MENU).
Het instellen is voltooid.
Met de kaartafstandsbediening
In stap 2 en 4: druk op M of m om het geselecteerde
item aan te passen.
HDEQ afstemmen
U kunt de equalizercurve nauwkeurig aanpassen
voor de frequentie en het volumeniveau.
Afstemmen bestaat uit 4 kanalen: Front L/R en
Rear L/R.
Opmerking
Het potloodpictogram verschijnt nadat u de
voorkeursinstelling in stap 3 hebt geselecteerd, maar
de aanpassing wordt pas toegepast als u deze in stap
6 hebt opgeslagen.
Tip
Selecteer "Reset" in stap 4 om de standaardinstelling
(flat) te herstellen.
Met de kaartafstandsbediening
In 1 van stap 5: druk op < of , om de frequentie
aan te passen; in stap 2: druk op M of m om het
niveau aan te passen.
DSO 3D afstemmen
De hoogte, breedte en diepte van het virtuele
geluidsveld kunt u naar eigen wens aanpassen.
14
1
Selecteer "SOUND" t "HDEQ" in de
stand MENU.
2
Selecteer "Custom1", "Custom2" of
"Custom3" voor het opslaan.
1
Selecteer "SOUND" t "DSO 3D" in de
stand MENU.
3
Selecteer de equalizercurve die u wilt
aanpassen.
In de geselecteerde aangepaste instelling kunt
u de equalizercurve aanpassen. Vervolgens
verschijnt een potloodpictogram: "Custom1"
t "Custom1
".
2
Selecteer "Custom1", "Custom2" of
"Custom3" voor het opslaan.
3
Selecteer "STD", "Wide" of "Deep".
In de geselecteerde aangepaste instelling kunt
u de voorkeursinstelling aanpassen.
Vervolgens verschijnt een potloodpictogram:
"Custom1" t "Custom1
".
4
Selecteer een van de 3 parameters die
u wilt aanpassen: "Elevation", "Width"
of "Depth".
5
6
Pas de positie tussen 1 en 8 aan.
7
Herhaal stap 3 tot en met 6 tot u alle 3
parameters hebt ingesteld.
Bevestig de instellingen met het
bevestigingsvenster en sla de waarde
op.
Opmerking
Het potloodpictogram verschijnt nadat u de
voorkeursinstelling in stap 3 hebt geselecteerd, maar
de aanpassing wordt pas toegepast als u deze in stap
6 hebt opgeslagen.
Tip
Selecteer "Reset" in stap 4 om de standaardinstelling
(off) te herstellen.
I-TA afstemmen
Bij het afstemmen van I-TA wordt een
nauwkeurige vertraging ingesteld voor het geluid
dat via de luidspreker van de auto de luisteraar
bereikt. Er zijn twee standen: Smart mode en Pro
mode.
Smart mode
Met Smart mode kunt u een van de 4 vooraf
ingestelde posities selecteren. Deze posities kunt
u vervolgens nauwkeurig aanpassen.
Pro mode
Deze stand is bedoeld voor diegenen die het
geluid op een creatieve manier willen
samenstellen. Meet de afstand tussen de
luisterpositie en elke luidspreker. U moet deze
afstanden invoeren zodat de juiste vertragingen
worden toegepast.
1 Selecteer "SOUND" t "I-TA" t "Pro
Mode" in de stand MENU.
2 Selecteer "Custom1", "Custom2" of
"Custom3" voor het opslaan.
3 Selecteer de luidsprekerpositie.
4 Geef de afstand tussen de luidsprekerpositie en
de luisterpositie op.
Eén klik op (SEEK) –/+ is 2 cm. Als u op de
kaartafstandsbediening op M of m drukt,
wordt er in stappen van 2 cm gewijzigd. Houdt
u deze toetsen ingedrukt dan wordt er in
stappen van 10 cm gewijzigd.
5 Bevestig de instellingen met het
bevestigingsvenster en sla de waarde op.
"Custom1", "Custom2" en "Custom3" worden
na het opslaan met een potloodpictogram
weergegeven, bijvoorbeeld "Custom1
".
6 Herhaal stap 3 tot en met 5 tot u alle
luidsprekerposities hebt ingesteld.
Opmerking
De aanpassing wordt pas toegepast als u deze in stap
5 hebt opgeslagen.
1 Selecteer "SOUND" t "I-TA" t "Smart
Mode" in de stand MENU.
2 Selecteer de gewenste vooraf ingestelde stand.
3 Pas de positie nauwkeurig aan.
4 Druk op (ENTER) om te voltooien.
Tips
• Selecteer "Initialize" in stap 3 om de
standaardwaarden te herstellen.
• Zie de conversietabel voor de equivalenten in cm en
inch (pagina 27).
vervolg op volgende pagina t
15
Het geluid nauwkeurig afstemmen
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u het ideale geluidsveld voor in de auto kunt maken met I-TA Pro
mode en met HDEQ.
Start
Geavanceerde
instelling
Voorbeeld van geluidslokalisatie* van zang in de luisterpositie vanaf de
bestuurdersstoel.
1 Stel de equalizer in op Flat. Andere
geluidsfuncties moeten zijn
uitgeschakeld.
2 Meet de afstand tussen de
luisterpositie en elke luidspreker.
I-TA Pro mode
1 Geef de waarden op met I-TA Pro
mode.
Geef de gemeten afstandswaarde op volgens de
procedure bij I-TA Pro mode en sla deze
vervolgens op.
2 Stel FADER volledig in op F en pas
vervolgens de afstandswaarden van
de voorluidsprekers aan.
[Instelling Front L-R]
Stap 1: Pas de afstandswaarde van de
tegenovergestelde luidspreker aan en laat de
afstandswaarde van de dichtstbijzijnde
luidspreker ongewijzigd.
Stap 2: Als u de afstandswaarde van een
luidspreker verhoogt, wordt de geluidslokalisatie
dichterbij de luidspreker geplaatst.
Als u bijvoorbeeld geluid wilt beluisteren vanaf de
bestuurderstoel, past u de afstandswaarde van
de verre luidspreker aan (in dit geval de
rechterluidspreker). Als u de geluidslokalisatie
naar rechts wilt verplaatsen, verhoogt u de
waarde van de rechterluidspreker en vice versa.
3 Stel FADER volledig in op R en
pas vervolgens de afstandswaarden
van de achterluidsprekers aan.
[Instelling Rear L-R]
HDEQ
4 Stel FADER weer in op het midden
en pas vervolgens de balans tussen
de voorluidsprekers en
achterluidsprekers aan door de
afstandswaarden van de
achterluidsprekers aan te passen.
[Instelling Front - Rear]
Pas op dezelfde manier de balans van de vooren achterluidspreker aan. De geluidslokalisatie
wordt verplaatst naar de voorstoelen, dus u moet
de afstandswaarde van de achterluidspreker
aanpassen. Als u de lokalisatie naar voren wilt
verplaatsen, verlaagt u de afstandswaarde van
de achterluidsprekers en vice versa.
1 Stel FADER volledig in op F en pas
vervolgens de linker- en
rechtervoorluidspreker aan op basis
van de vooraf ingestelde
equalizercurve (Refined Vocal).
Tip: pas deze instelling aan terwijl u naar uw
favoriete muziek luistert. Wilt u bijvoorbeeld de
zang benadrukken, dan past u het geluidsniveau
van de frequenties 500 Hz – 2,5 kHz aan
(standaard stembereik).
2 Stel FADER volledig in op R en
pas vervolgens de linker- en
rechterachterluidspreker aan op
basis van de vooraf ingestelde
equalizercurve (Refined Vocal).
3 Stel FADER opnieuw in op het
midden.
Voltooien
16
* Geluidslokalisatie is de waarneming van geluiden die vanaf bepaalde punten in de luisteromgeving worden
uitgevoerd.
Andere functies
4
Druk herhaaldelijk op (SEEK) –/+ om
de instelling te selecteren en druk
vervolgens op (ENTER).
Het instellen is voltooid.
5
Druk op (MENU).
Het display keert terug naar de normale
weergave-/ontvangststand.
De geluidsinstellingen wijzigen
De geluidskenmerken aanpassen
— Balance/Fader/Sub Woofer
U kunt de balans, de fader en het
subwoofervolume regelen.
Opmerking
De weergegeven items zijn afhankelijk van de bron en
de instelling.
1
Selecteer een bron en druk
herhaaldelijk op (SOUND) om het
gewenste item te selecteren.
Het item wordt als volgt gewijzigd:
Met de kaartafstandsbediening
In stap 2 tot en 3: druk op M of m in plaats van op
(GP/ALBM) +/–; in stap 2, 3 en 4: druk op < of , in
plaats van op (ENTER).
DSO 3D t I-TA t
Balance (links-rechts) t
Fader (achter-voor) t
Sub Woofer (subwoofervolume)*
De volgende instellingen zijn mogelijk (volg de
paginaverwijzing voor meer informatie):
"z" geeft de standaardinstellingen aan.
* "– ∞" wordt weergegeven bij de laagste instelling
en u kunt deze instelling maximaal 20 stappen
aanpassen.
SETUP
2
Draai de VOL knop om het gekozen
item te regelen.
Na ongeveer 3 seconden is het instellen
voltooid en keert het display terug naar de
normale weergave-/ontvangststand.
Met de kaartafstandsbediening
Druk in stap 2 op < of , om het geselecteerde item
aan te passen.
Menu-items aanpassen
— MENU
1
2
Druk op (MENU).
Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/–
tot het gewenste menu-item wordt
weergegeven en druk vervolgens op
(ENTER).
De items worden als volgt gewijzigd:
SETUP y DISPLAY y RECEIVE
MODE y SOUND y LIST y PTY
3
Clock Adjust (pagina 4)
CT (kloktijd)
Instellen op "on" of "off" (z) (pagina 10, 11).
Beep
Instellen op "on" (z) of "off".
RM (bedieningssatelliet)
De werkingsrichting van de toetsen op de
bedieningssatelliet wijzigen.
– "NORM" (z): de bedieningssatelliet in de
standaardpositie gebruiken.
– "REV": wanneer u de bedieningssatelliet aan
de rechterkant van het stuur vastmaakt.
AUX-Audio*1
Het AUX-brondisplay instellen op "on" (z) of
"off" (pagina 19).
Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/–
tot het gewenste instelitem wordt
weergegeven en druk vervolgens op
(ENTER).
De digitale aanduiding wordt naar de
rechterkant (geselecteerde instelling)
verplaatst.
DISPLAY
Auto Image
In de Auto Image stand wordt elke 10 seconden
automatisch gebladerd door de displaybeelden.
– "off": het beeld niet automatisch wijzigen.
– "SA": herhaaldelijk bladeren door de
displaybeelden van Spectrum analyzer stand.
– "Movie": herhaaldelijk bladeren door de
displaybeelden van de Movie stand.
– "All" (z): herhaaldelijk bladeren door de
displaybeelden in alle weergavestanden.
Information (displayinformatie)
De items (afhankelijk van de bron, enzovoort) in
het midden van het display weergeven als een
beeld wordt weergegeven.
– "Simple"(z): geen items weergeven.
– "All": alle items weergeven.
– "Clear": items automatisch laten verdwijnen.
(Behalve de digitale aanduiding.)
vervolg op volgende pagina t
17
Demo*1 (demonstratie)
Instellen op "off" of "on" (z).
Dimmer
De helderheid van het display regelen.
– "off": de dimmer uitschakelen.
– "Auto" (z): het display automatisch dimmen
wanneer u de lichten inschakelt.
– "on": het display dimmen.
Auto Scroll
Lange displayitems automatisch laten rollen als
de disc/album/groep of het track wordt
gewijzigd.
– "off" (z): om niet te rollen.
– "on": om te rollen.
AUX Level
Het volume voor elk aangesloten randapparaat
aanpassen. Bij deze instelling hoeft het volume
tussen bronnen niet worden aangepast
(pagina 19).
RECEIVE MODE
*1 Als het apparaat is uitgeschakeld.
*2 Als FM wordt ontvangen.
Local (lokale zoekfunctie)
– "off" (z): afstemmen op normale ontvangst.
– "on": alleen afstemmen op zenders met
sterkere signalen.
Mono (monostand)*2
Selecteer de mono-ontvangststand om slechte
FM-ontvangst te verbeteren.
– "off" (z): stereo-uitzendingen stereo
weergeven.
– "on": stereo-uitzendingen mono weergeven.
Regional*2
Instellen op "off" of "on" (z) (pagina 10).
BTM (pagina 9)
SOUND
HDEQ (pagina 14)
DSO 3D (pagina 14)
I-TA (pagina 15)
Front HPF (hoogdoorlaatfilter)
Kantelfrequentie van de voorluidspreker
selecteren: "off" (z), "63Hz", "78Hz", "100Hz",
"125Hz" of "160Hz".
Rear HPF (hoogdoorlaatfilter)
Kantelfrequentie van de achterluidspreker
selecteren: "off" (z), "63Hz", "78Hz", "100Hz",
"125Hz" of "160Hz".
LPF (laagdoorlaatfilter)
Kantelfrequentie van de subwoofer selecteren:
"off" (z), "63Hz", "78Hz", "100Hz", "125Hz" of
"160Hz".
Loudness
Het geluid duidelijk kunnen horen bij lage
volumes.
– "off" (z): lage en hoge tonen niet versterken.
– "on": lage en hoge tonen versterken.
LIST
Als de radio of CD/MD-wisselaar wordt
gebruikt, wordt de zenderfrequentie of het CD/
MD-nummer/de tracknaam weergegeven.
PTY*2
U kunt afstemmen op een zender door het
gewenste programmatype te selecteren.
Optionele apparaten gebruiken
CD/MD-wisselaar
De wisselaar selecteren
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "CD" of
"MD" wordt weergegeven.
2 Druk herhaaldelijk op (MODE) tot de
gewenste wisselaar wordt weergegeven.
Apparaatnummer, MP3-aanduiding*1
LP2-/LP4-aanduiding*2
Disc-/abumnummer
Het afspelen wordt gestart.
*1 Bij het afspelen van een MP3-bestand.
*2 Bij het afspelen van een MDLP-disc.
Albums en discs overslaan
1 Druk tijdens het afspelen op (GP/ALBM) +/–.
Actie
Druk op (GP/ALBM)
Album
overslaan
en laat los (kort ingedrukt
houden).
Album blijven binnen 2 seconden nadat u deze
overslaan
heeft losgelaten.
Discs overslaan herhaaldelijk.
Discs blijven
overslaan
18
en druk binnen 2 seconden
weer op de toets en houd deze
ingedrukt.
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen
1 Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk op (1)
(REP) of (2) (SHUF) tot de gewenste
instelling wordt weergegeven.
Selecteer
Actie
Repeat Disc*1 Een disc herhaaldelijk
afspelen.
Shuffle
Changer*1
Tracks in de wisselaar in
willekeurige volgorde
afspelen.
Shuffle All*2
Tracks in alle apparaten in
willekeurige volgorde
afspelen.
*1 Als een of meer CD/MD-wisselaars zijn
aangesloten.
*2 Als een of meer CD-wisselaars of twee of meer
MD-wisselaars zijn aangesloten.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u "Repeat off" of
"Shuffle off".
Tip
"Shuffle All" werkt niet met een combinatie van CDspelers en MD-wisselaars.
Een disc zoeken op naam — LIST
U kunt een disc in de lijst selecteren wanneer een
CD-wisselaar met CD TEXT functionaliteit of
een MD-wisselaar is aangesloten.
Als u een naam toewijst aan een disc, wordt de
naam in de lijst weergegeven.
1 Druk tijdens het afspelen op (MENU).
2 Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/– tot
"LIST" wordt weergegeven en druk
vervolgens op (ENTER).
Het discnummer of de discnaam wordt
weergegeven.
3 Druk herhaaldelijk op (GP/ALBM) +/– tot de
gewenste disc wordt weergegeven.
4 Druk op (ENTER) om de disc af te spelen.
Het display keert terug naar de normale
weergavestand.
Met de kaartafstandsbediening
Druk tijdens het afspelen op (LIST). Druk
herhaaldelijk op M of m tot de gewenste disc wordt
weergegeven en druk op (ENTER).
Extra audioapparatuur
U kunt optionele draagbare apparaten van Sony
aansluiten op de BUS AUDIO IN/AUX IN
aansluiting op het apparaat. Als de wisselaar of
een ander apparaat niet is aangesloten op de
aansluiting, kunt u het draagbare apparaat
beluisteren via de autoluidsprekers.
Opmerking
Als u een draagbaar apparaat aansluit, moet BUS
CONTROL IN niet aangesloten zijn. Als een apparaat
is aangesloten op BUS CONTROL IN, kan "AUX" niet
worden geselecteerd met (SOURCE).
Tip
Als u een draagbaar apparaat en een wisselaar wilt
aansluiten, gebruikt u de optionele AUX-INschakelaar.
Randapparatuur selecteren
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "AUX"
wordt weergegeven.
U bedient het draagbare apparaat met de
toetsen op het apparaat zelf.
Het volume aanpassen
Pas vóór het afspelen voor elk aangesloten
audioapparaat het volume aan.
1 Verlaag het volume op het apparaat.
2 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "AUX"
wordt weergegeven.
3 Start met het afspelen van het draagbare
audioapparaat op een normaal volume.
4 Stel uw gebruikelijke luistervolume in op het
apparaat.
5 Pas het volume aan volgens de procedure bij
"Menu-items aanpassen — MENU"
(pagina 17). Het ingangsniveau kan worden
aangepast van –6 dB tot +6 dB.
Bedieningssatelliet RM-X4S
Het label bevestigen
Houd bij het bevestigen van het label rekening
met de positie waarin de bedieningssatelliet
wordt gemonteerd.
SOUND
MODE
DSPL
DSPL
MODE
SOUND
vervolg op volgende pagina t
19
Bedieningselementen
De overeenkomstige toetsen op de
bedieningssatelliet bedienen dezelfde functies als
die op dit apparaat of de kaartafstandsbediening.
ATT
Voorzorgsmaatregelen
• Wanneer uw auto in de volle zon heeft gestaan,
moet u eerst het apparaat laten afkoelen voordat u
het gebruikt.
• Een elektrisch bediende antenne schuift
automatisch uit wanneer het apparaat wordt
ingeschakeld.
SOUND
PRESET/
DISC
Aanvullende informatie
MODE
OFF
SOURCE
DSPL
VOL
SEEK/AMS
OFF
De volgende bedieningselementen op de
bedieningssatelliet moeten op een andere manier
worden bediend dan op het apparaat.
• PRESET/DISC regelaar
CD/radio bedienen, heeft dezelfde functie als
M of m op de kaartafstandsbediening
(indrukken en draaien).
• VOL (volume) regelaar
Heeft dezelfde functie als de volumeknop op
het apparaat (draaien).
• SEEK/AMS regelaar
CD/radio bedienen, heeft dezelfde functie als
< of , op de kaartafstandsbediening
(draaien of draaien en vasthouden).
De werkingsrichting wijzigen
De werkingsrichting van de bedieningselementen
is in de fabriek ingesteld, zoals hieronder wordt
aangegeven.
Verhogen
Condensvorming
Op een regenachtige dag of in een zeer vochtige
omgeving kan vocht condenseren op de lenzen en
het display van het apparaat. In dit geval kan de
werking van het apparaat worden verstoord.
Verwijder de disc en wacht ongeveer een uur tot alle
vocht is verdampt.
Optimale geluidskwaliteit behouden
Let op dat u geen drankjes op het apparaat of de
discs morst.
Opmerkingen over discs
• Raak het oppervlak van de disc niet aan zodat dit
schoon blijft. Pak de disc bij de randen vast.
• Bewaar de discs in het doosje of het discmagazijn
wanneer u deze niet gebruikt.
• Stel discs niet bloot aan hitte/hoge temperaturen.
Laat de discs niet achter in een geparkeerde auto
of op het dashboard/de hoedenplank.
• Plak geen etiketten op de discs en gebruik geen
discs met kleverige inkt/resten. Dergelijke discs
kunnen stoppen met draaien, waardoor de werking
wordt verstoord of de disc kan worden
beschadigd.
Verlagen
Als u de bedieningssatelliet rechts op de
stuurkolom moet monteren, kan de
werkingsrichting worden omgekeerd.
1 Terwijl u de VOL knop indrukt, houdt u
(SOUND) ingedrukt.
20
• Gebruik geen discs waarop stickers zijn geplakt.
Als u dergelijke discs toch gebruikt, kan dat leiden
tot:
– het niet uitwerpen van een disc (doordat een
sticker losraakt en het uitwerpmechanisme wordt
geblokkeerd).
– het niet correct lezen van audiogegevens
(bijvoorbeeld geluid verspringt of wordt niet
weergegeven) doordat de sticker onder invloed
van de warmte krimpt en de disc krom trekt.
• Discs met afwijkende vormen (bijvoorbeeld hart,
vierkant, ster) kunnen niet met dit apparaat
worden afgespeeld. Als u dit toch probeert, kan
het apparaat worden beschadigd. Gebruik
dergelijke discs niet.
• U kunt geen CD's van 8 cm afspelen.
• Maak een disc voor het
afspelen altijd schoon met een
in de handel verkrijgbare
reinigingsdoek. Veeg de disc
van binnen naar buiten schoon.
Gebruik geen oplosmiddelen
zoals benzine, thinner en in de
handel verkrijgbare
reinigingsmiddelen of
antistatische sprays voor grammofoonplaten.
Opmerkingen over CD-R/CD-RW
discs
• Sommige CD-R's/CD-RW's (afhankelijk van de
opnameapparatuur of de staat van de disc) kunnen
niet met dit apparaat worden afgespeeld.
• U kunt geen CD-R/CD-RW afspelen die niet is
gefinaliseerd.
– tekens dat kan worden weergegeven voor de
naam van een map/bestand is 32 (Joliet) of 64
(Romeo).
– ID3-tag versies 1.0, 1.1, 2.2, 2.3 en 2.4 gelden
alleen voor MP3. ID3-tag is 15/30 tekens (1.0 en
1.1) of 63/126 tekens (2.2, 2.3 en 2.4). WMAtag is 63 tekens.
Afspeelvolgorde van MP3-/WMAbestanden
MP3/WMA
Map
(album)
MP3-/WMAbestand
(track)
Muziekdiscs die zijn gecodeerd met
copyrightbeveiligingstechnologieën
Dit product is ontworpen om discs af te spelen die
voldoen aan de Compact Disc (CD)-norm.
Recentelijk hebben bepaalde platenmaatschappijen
discs op de markt gebracht die zijn gecodeerd met
copyrightbeveiligingstechnologieën. Sommige van
deze discs voldoen niet aan de CD-norm en kunnen
wellicht niet worden afgespeeld met dit apparaat.
Bericht over DualDiscs
Een DualDisc is een tweezijdige disc, waarop aan
de ene kant DVD-materiaal is opgenomen en aan
de andere kant digitaal audiomateriaal. Echter,
aangezien de kant met het audiomateriaal niet
voldoet aan de Compact Disc (CD)-norm, wordt
een juiste weergave op dit apparaat niet
gegarandeerd.
Informatie over MP3-/WMAbestanden
MP3 (MPEG-1 Audio Layer-3) is een compressieindeling voor muziekbestanden. Audio-CDgegevens worden gecomprimeerd tot ongeveer 1/10
van de oorspronkelijke grootte.
WMA (Windows Media Audio) is een alternatieve
compressie-indeling voor muziekbestanden. AudioCD-gegevens worden gecomprimeerd tot ongeveer
1/22* van de oorspronkelijke grootte.
* Alleen voor 64 kpbs
• Het apparaat is compatibel met het ISO 9660
level 1/level 2-formaat, Joliet/Romeo in
expansieformaat en Multi Session (meerdere
sessies).
• Maximum aantal:
– mappen (albums): 150 (inclusief hoofdmap en
lege mappen).
– MP3-/WMA-bestanden (tracks) en mappen die
op een disc passen: 300 (als de naam van een
map/bestand veel tekens bevat, kan dit aantal
minder dan 300 zijn).
Opmerkingen
• Wanneer u een MP3-/WMA-bestand een naam
geeft, moet u altijd de extensie ".mp3"/".wma" aan
de bestandsnaam toevoegen.
• Als u een MP3-/WMA-bestand met VBR (variabele
bitsnelheid) afspeelt of snel vooruit-/terugspoelt,
wordt de verstreken speelduur waarschijnlijk niet
nauwkeurig weergegeven.
• Als de disc in meerdere sessies is opgenomen,
wordt alleen de indeling van de eerste track van de
eerste sessie herkend en afgespeeld (alle andere
indelingen worden overgeslagen). De
prioriteitsvolgorde van de indeling is CD-DA, ATRAC
CD en MP3/WMA.
– Als de eerste track CD-DA is, wordt alleen CD-DA
van de eerste sessie afgespeeld.
– Als de eerste track geen CD-DA is, wordt alleen de
ATRAC CD of MP3/WMA afgespeeld. Als de disc
geen gegevens met deze indelingen bevat, wordt
"NO Music" weergegeven.
Opmerkingen over MP3
• Finaliseer de disc voordat u het apparaat gebruikt.
• Als u een MP3-bestand met een hoge bitsnelheid
afspeelt, zoals 320 kbps, wordt het geluid
waarschijnlijk onderbroken.
Opmerkingen over WMA
• Bestanden gemaakt met lossless compressie
kunnen niet worden afgespeeld.
• Met copyright beveiligde bestanden kunnen niet
worden afgespeeld.
vervolg op volgende pagina t
21
Informatie over ATRAC CD's
ATRAC3plus-indeling
ATRAC3 (Adaptive Transform Acoustic Coding3)
is een compressietechnologie voor audio. AudioCD-gegevens worden gecomprimeerd tot ongeveer
1/10 van de oorspronkelijke grootte. Met
ATRAC3plus, een uitgebreide indeling van
ATRAC3, worden audio-CD-gegevens tot ongeveer
1/20 van de oorspronkelijke grootte gecomprimeerd.
Zowel de indeling ATRAC3 als ATRAC3plus is
geschikt voor het apparaat.
ATRAC CD
Op een ATRAC CD zijn audio-CD-gegevens
opgenomen die zijn gecomprimeerd tot ATRAC3of ATRAC3plus-indeling met geautoriseerde
software, zoals SonicStage 2.0 of hoger of
SonicStage Simple Burner.
• Maximum aantal:
– mappen (groepen): 255
– bestanden (tracks): 999
• De tekens voor een map-/bestandsnaam en de
tekstinformatie van SonicStage worden
weergegeven.
Raadpleeg de handleiding van SonicStage of
SonicStage Simple Burner voor meer informatie
over de ATRAC CD.
Opmerking
Maak de ATRAC CD met geautoriseerde software,
zoals SonicStage 2.0 of hoger of SonicStage Simple
Burner 1.0 of 1.1.
Met alle vragen of problemen met betrekking tot dit
apparaat die niet aan bod komen in deze
gebruiksaanwijzing, kunt u terecht bij uw Sonyhandelaar.
Onderhoud
Opmerkingen over de lithiumbatterij
• Houd de lithiumbatterij buiten het bereik van
kinderen. Raadpleeg meteen een arts wanneer een
batterij wordt ingeslikt.
• Veeg de batterij schoon met een droge doek voor
een goed contact.
• Houd bij het plaatsen van de batterij rekening met
de juiste polariteit.
• Houd de batterij niet vast met een metalen tang, om
kortsluiting te voorkomen.
WAARSCHUWING
Bij oneigenlijk gebruik kan de batterij
ontploffen.
Probeer niet de batterij op te laden of te
openen; werp ook een lege batterij nooit in
het vuur.
Voor de Klanten in
Nederland
Gooi de batterij niet weg
maar lever deze in als klein
chemisch afval (KCA).
Zekeringen vervangen
Vervang een zekering altijd
door een identiek exemplaar.
Als de zekering doorbrandt,
moet u de voedingsaansluiting
controleren en de zekering
vervangen. Brandt de zekering
vervolgens nogmaals door, dan
kan er sprake zijn van een
defect in het apparaat.
Raadpleeg in dat geval de
dichtstbijzijnde Sonyhandelaar.
Zekering (10A)
Aansluitingen schoonmaken
De lithiumbatterij van de
kaartafstandsbediening vervangen
In normale omstandigheden gaat de batterij
ongeveer 1 jaar mee. (Afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden kan de levensduur korter
zijn.)
Wanneer de batterij verzwakt, wordt het bereik van
de kaartafstandsbediening kleiner. Vervang de
batterij door een nieuwe CR2025-lithiumbatterij.
Bij een andere batterij bestaat er brand- of
explosiegevaar.
De werking van het apparaat kan worden verstoord
als de aansluitingen tussen het apparaat en het
voorpaneel niet schoon zijn. U kunt dit voorkomen
door het voorpaneel (pagina 4) los te maken en de
aansluitingen te reinigen met een in alcohol
gedrenkt wattenstaafje. Gebruik hierbij niet teveel
kracht. Anders kunnen de aansluitingen worden
beschadigd.
+ zijde omhoog
2
1
22
c
Hoofdeenheid
Achterkant van
het voorpaneel
Opmerkingen
• Uit veiligheidsoverwegingen moet u de motor
uitschakelen en de sleutel uit het contactslot halen
voordat u de aansluitingen reinigt.
• Raak de aansluitingen nooit rechtstreeks aan met
uw vingers of een metalen voorwerp.
Het apparaat verwijderen
1
Technische gegevens
Verwijder de beschermende rand.
CD-speler
1 Maak het voorpaneel los (pagina 4).
Signaal/ruis-verhouding: 120 dB
Frequentiebereik: 10 – 20.000 Hz
Snelheidsfluctuaties: Minder dan meetbare waarden
2 Bevestig de ontgrendelingssleutels op de
beschermende rand.
Tuner
FM
Plaats de ontgrendelingssleutels
zoals aangegeven.
3 Trek de ontgrendelingssleutels naar u toe
om de beschermende rand te verwijderen.
Afstembereik: 87,5 – 108,0 MHz
Antenne-aansluiting: Aansluiting voor externe
antenne
Tussenfrequentie: 10,7 MHz/450 kHz
Bruikbare gevoeligheid: 9 dBf
Selectiviteit: 75 dB bij 400 kHz
Signaal/ruis-verhouding: 67 dB (stereo),
69 dB (mono)
Harmonische vervorming bij 1 kHz: 0,5 % (stereo),
0,3 % (mono)
Scheiding: 35 dB bij 1 kHz
Frequentiebereik: 30 – 15.000 Hz
MW/LW
2
Verwijder het apparaat.
1 Plaats beide ontgrendelingssleutels
tegelijkertijd en duw hierop tot deze
vastklikken.
Haakje wijst
naar binnen.
2 Trek de ontgrendelingssleutels naar u toe
om het apparaat los te maken.
3 Schuif het apparaat uit de houder.
Afstembereik:
MW: 531 – 1.602 kHz
LW: 153 – 279 kHz
Antenne-aansluiting: Aansluiting voor externe
antenne
Tussenfrequentie: 10,7 MHz/450 kHz
Gevoeligheid: MW: 30 µV, LW: 40 µV
Versterker
Uitgangen: Luidsprekeruitgangen (sure seal)
Luidsprekerimpedantie: 4 – 8 ohm
Maximaal uitgangsvermogen: 52 W × 4 (bij 4 ohm)
Algemeen
Uitgangen:
Audio-uitgangen (voor/achter)
Subwooferuitgang (mono)
Relaisaansluiting elektrische antenne
Aansluiting versterker
Ingangen:
Telephone ATT-bedieningsaansluiting
Aansluiting verlichtingsregelaar
BUS-bedieningsingang
BUS-audio-ingang/AUX IN-aansluiting
Afstandsbedieningsingang
Antenne-ingang
Loudness:
+8 dB bij 100 Hz
0 dB bij 10 kHz
Voeding: 12 V gelijkstroom accu
(negatieve aarde)
Afmetingen: Ongeveer 178 × 50 × 180 mm (b/h/d)
Montageafmetingen:
Ongeveer 182 × 53 × 162 mm (b/h/d)
Gewicht: Ongeveer 1,3 kg
Bijgeleverde accessoires:
Kaartafstandsbediening: RM-X154
Onderdelen voor installatie en aansluitingen (1 set)
vervolg op volgende pagina t
23
Optionele accessoires/apparaten:
Bedieningssatelliet: RM-X4S
BUS-kabel (geleverd met RCA-kabel):
RC-61 (1 m), RC-62 (2 m)
CD-wisselaar (10 discs): CDX-757MX
CD-wisselaar (6 discs): CDX-T70MX, CDX-T69
MD-wisselaar (6 discs): MDX-66XLP
Bronkeuzeschakelaar: XA-C30
AUX-IN-schakelaar: XA-300
Het is mogelijk dat uw handelaar niet beschikt over
sommige van de hierboven vermelde accessoires.
Vraag uw handelaar om meer informatie.
Octrooien in de Verenigde Staten en in andere
landen vallen onder de licentie van Dolby
Laboratories.
MPEG Layer-3 audio-codeertechnologie en
-patenten gebruikt onder licentie van Fraunhofer
IIS en Thomson.
Opmerking
Dit apparaat kan niet worden aangesloten op een
digitale voorversterker of een equalizer die compatibel
is met het Sony BUS-systeem.
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
• Bepaalde onderdelen werden loodvrij gesoldeerd.
(meer dan 80 %)
• Er werden geen halogene brandvertragende
producten gebruikt in de betreffende
printplaat/printplaten.
• In het omhulsel werden geen halogeen bevattende
brandvertragende producten gebruikt.
• Het karton werd bedrukt met inkt op basis van
plantaardige olie vrij van vluchtige organische
stoffen.
• Voor deze verpakking werd geen polystyreen
schuim gebruikt.
Problemen oplossen
De onderstaande controlelijst kan u helpen bij het
oplossen van problemen die zich met het apparaat
kunnen voordoen.
Voordat u de onderstaande controlelijst doorneemt,
moet u eerst de aanwijzingen voor aansluiting en
gebruik controleren.
Algemeen
24
Het apparaat wordt niet van stroom voorzien.
• Controleer de aansluiting. Controleer de zekering
wanneer alles in orde is.
• Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het display
verdwijnt, kan het apparaat niet worden bediend met
de afstandsbediening.
t Schakel het apparaat in.
De elektrisch bediende antenne schuift niet uit.
De elektrisch bediende antenne heeft geen relaisdoos.
Geen geluid.
• Het volume is te laag.
• De ATT-functie is ingeschakeld of de Telephone
ATT-functie (als de interfacekabel of een
autotelefoon is aangesloten op de ATT-kabel) is
ingeschakeld.
• De positie van de faderregelaar is niet ingesteld op
een systeem met 2 luidsprekers.
• De CD-wisselaar is niet compatibel met de
discindeling (MP3/WMA/ATRAC CD).
t Speel het bestand af met een CD-wisselaar van
Sony die compatibel is met MP3 of speel het af
met dit apparaat.
Geen pieptoon.
• De pieptoon is uitgeschakeld (pagina 17).
• Er is een optionele versterker aangesloten en u
gebruikt de ingebouwde versterker niet.
De geheugeninhoud is gewist.
• De RESET toets is ingedrukt.
t Sla opnieuw op in het geheugen.
• De voedingskabel of de accu is losgekoppeld.
• De voedingskabel is niet goed aangesloten.
Opgeslagen zenders en tijd zijn gewist.
De zekering is doorgebrand.
Maakt geluid wanneer de positie van de
contactsleutel wordt gewijzigd.
De kabels zijn niet goed verbonden met de
voedingsaansluiting voor accessoires van de auto.
Het display verdwijnt van/verschijnt niet in het
weergavevenster.
• De dimmer is ingesteld op "Dimmer on" (pagina 18).
• Het display verdwijnt als u op (OFF) drukt en deze
toets ingedrukt houdt.
t Druk op (OFF) op het apparaat en houd deze
toets ingedrukt tot het display verschijnt.
• De aansluitingen zijn vuil (pagina 22).
DSO 3D werkt niet.
DSO 3D heeft wellicht niet het gewenste effect,
afhankelijk van het auto-interieur of het muziekgenre.
De aangepaste instellingen in HDEQ, DSO 3D
en I-TA worden niet opgeslagen.
• De aanpassingsprocedure is niet voltooid.
• De instellingen worden niet opgeslagen als het
potloodpictogram verschijnt.
De beelden worden automatisch gewijzigd.
In de Auto Image stand kan het geselecteerde beeld
niet worden weergegeven.
t Als u alleen het geselecteerde beeld wilt
weergeven, stelt u "Auto Image off" in (pagina 17).
De displayitems worden niet weergegeven.
t Stel "Information All" in (pagina 17).
CD's/MD's afspelen
De disc kan niet worden geplaatst.
• Er zit al een disc in het apparaat.
• De disc is met kracht omgekeerd of in de verkeerde
richting geplaatst.
De disc wordt niet afgespeeld.
• Disc defect of vuil.
• De CD-R's/CD-RW's zijn niet geschikt voor
audiogebruik (pagina 21).
MP3-/WMA-bestanden kunnen niet worden
afgespeeld.
De disc is niet compatibel met de MP3-/WMAindeling en -versie (pagina 21).
MP3-/WMA-bestanden worden minder snel
afgespeeld dan andere bestanden.
Bij de volgende discs duurt het langer voordat het
afspelen wordt gestart:
– discs opgenomen met een ingewikkelde structuur;
– discs die in meerdere sessies zijn opgenomen;
– discs waaraan gegevens kunnen worden toegevoegd.
De ATRAC CD kan niet worden afgespeeld.
• De disc is niet gemaakt met geautoriseerde software,
zoals SonicStage of SonicStage Simple Burner.
• Tracks die niet in de groep staan, kunnen niet worden
afgespeeld.
De displayitems rollen niet.
• Bij sommige discs met heel veel tekens kunnen de
tekens niet rollen.
• "Auto Scroll" is ingesteld op off.
t Stel "Auto Scroll on" in (pagina 18) of druk op
(SCRL) op de kaartafstandsbediening.
Het geluid verspringt.
• Het apparaat is niet goed geïnstalleerd.
t Installeer het apparaat in een hoek van minder
dan 45° op een stabiele plaats in de auto.
• Disc defect of vuil.
De bedieningstoetsen werken niet.
De disc wordt niet uitgeworpen.
Druk op de RESET toets (pagina 4).
"MS" of "MD" verschijnt niet op het
brondisplay wanneer de optionele MGS-X1 en
MD-wisselaar zijn aangesloten.
Dit apparaat herkent de MGS-X1 als MD-apparaat.
t Druk op (SOURCE) tot "MS" of "MD" wordt
weergegeven en druk vervolgens herhaaldelijk op
(MODE).
Radio-ontvangst
Radiozenders kunnen niet worden ontvangen.
Het geluid is gestoord.
• Sluit een antennebedieningskabel (blauw) of
hulpvoedingskabel (rood) aan op de voedingskabel
van de auto-antenneversterker (alleen als uw auto is
uitgerust met een FM/MW/LW-antenne in de achterof zijruit).
• Controleer de aansluiting van de auto-antenne.
• De auto-antenne schuift niet uit.
t Controleer de aansluiting van de
antennebedieningskabel.
• Controleer de frequentie.
• Als de DSO 3D-functie is ingeschakeld, is het geluid
soms gestoord.
t Stel DSO 3D in op "off" (pagina 13).
Er kan niet worden afgestemd op
voorkeurzenders.
• Sla de juiste frequentie op in het geheugen.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
Er kan niet automatisch worden afgestemd op
zenders.
• De lokale zoekfunctie is ingesteld op "on".
t Stel "Local off" in (pagina 18).
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t Stem handmatig af.
Tijdens FM-ontvangst knippert de aanduiding
"ST".
• Stem nauwkeurig af op de frequentie.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t Stel "Mono on" in (pagina 18).
Een stereo-uitzending van een FM-programma
wordt mono weergegeven.
Het apparaat staat in de mono-ontvangststand.
t Stel "Mono off" in (pagina 18).
RDS
SEEK begint na enkele seconden weergave.
De zender is geen TP-zender of heeft een zwak
signaal.
t Schakel TA uit (pagina 10).
Geen verkeersinformatie.
• Schakel TA in (pagina 10).
• De zender is een TP-zender, maar zendt toch geen
verkeersinformatie uit.
t Stem af op een andere zender.
PTY geeft "- - - - - - - -" weer.
• De huidige zender is geen RDS-zender.
• Geen RDS-gegevens ontvangen.
• De zender geeft het programmatype niet door.
vervolg op volgende pagina t
25
Foutmeldingen/berichten
26
Blank*1
Er zijn geen tracks opgenomen op de MD.*2
t Speel een MD af waarop tracks zijn opgenomen.
Error*1
• De CD is vuil of is omgekeerd geplaatst.*2
t Reinig de disc of plaats deze op de juiste manier.
• Er is een lege disc in het apparaat geplaatst.
• De disc kan niet worden afgespeeld wegens een of
ander probleem.
t Plaats een andere disc.
Failure
De luidsprekers of versterkers zijn niet correct
aangesloten.
t Raadpleeg de installatiehandleiding van dit model
om de aansluitingen te controleren.
Load
De disc wordt geladen door de wisselaar.
t Wacht tot het laden is voltooid.
Local Seek +/–
De lokale zoekfunctie is ingeschakeld tijdens
automatisch afstemmen.
NO AF
Er is geen alternatieve frequentie voor de huidige
zender.
t Druk op (SEEK) –/+ wanneer de
programmaservicenaam knippert. Het apparaat
zoekt naar een andere frequentie met dezelfde PIgegevens (programma-identificatie). "PI Seek"
wordt weergegeven.
NO Album Name
Er is geen tracknaam aan de track toegevoegd.
NO Disc
De disc is niet in de CD/MD-wisselaar geplaatst.
t Plaats discs in de wisselaar.
NO Disc Name
Er is geen naam voor de disc aan de track toegevoegd.
NO Group Name
Er is geen groepsnaam aan de track toegevoegd.
NO ID3 Tag
Er is geen ID3-tag-informatie aan het MP3-bestand
toegevoegd.
NO Information
Er is geen tekstinformatie aan het WMA-/ATRAC3-/
ATRAC3plus-bestand toegevoegd.
NO Magazine
Er is geen discmagazijn in de CD-wisselaar geplaatst.
t Plaats het magazijn in de wisselaar.
NO Music
De disc is geen muziekbestand.
t Plaats een muziek-CD in dit apparaat of de MP3compatibele wisselaar.
NO TP
Het apparaat blijft zoeken naar beschikbare TPzenders.
NO Track Name
Er is geen tracknaam aan de track toegevoegd.
Not Read
De discgegevens zijn niet gelezen door het apparaat.
t Plaats de disc en selecteer de disc in de lijst.
Not Ready
De klep van de MD-wisselaar is open of de MD's zijn
niet juist geplaatst.
t Sluit de klep of plaats de MD's op de juiste manier.
Offset
Er is wellicht een interne storing.
t Controleer de aansluiting. Als de foutmelding in
het display blijft staan, moet u de dichtstbijzijnde
Sony-handelaar raadplegen.
Read
Alle informatie over de track en het album/de groep op
de disc wordt gelezen.
t Wacht totdat het lezen is voltooid en het afspelen
wordt automatisch gestart. Afhankelijk van de
trackstructuur kan dit meer dan een minuut in
beslag nemen.
Push Reset
De CD-speler en CD/MD-wisselaar kunnen niet
worden bediend vanwege een probleem.
t Druk op de RESET toets (pagina 4).
"
" of "
"
Tijdens het snel vooruit- of terugspoelen heeft u het
begin of het einde van de disc bereikt en kunt u niet
verder.
"
"
Het teken kan niet worden weergegeven met het
apparaat.
*1 Als er een fout optreedt tijdens het afspelen van
een CD of MD, wordt het discnummer van de CD of
MD niet in het display weergegeven.
*2 Het discnummer van de disc met de fout verschijnt
in het display.
Als deze oplossingen niet helpen, moet u de
dichtstbijzijnde Sony-handelaar raadplegen.
Als u het apparaat ter reparatie wegbrengt omdat
CD's niet goed worden afgespeeld, kunt u het beste
de disc meenemen waarmee het probleem is
begonnen.
De conversietabel
cm
inch
cm
inch
cm
inch
cm
inch
10
3,9
110
43,3
210
82,7
310
122,0
20
7,9
120
47,2
220
86,6
320
126,0
30
11,8
130
51,2
230
90,6
330
129,9
40
15,7
140
55,1
240
94,5
340
133,9
50
19,7
150
59,1
250
98,4
350
137,8
60
23,6
160
63,0
260
102,4
360
141,7
70
27,6
170
66,9
270
106,3
370
145,7
80
31,5
180
70,9
280
110,2
380
149,6
90
35,4
190
74,8
290
114,2
390
153,5
100
39,4
200
78,7
300
118,1
400
157,5
27