Oleo-Mac DSi 30 de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

NL
GEBRUIKS- EN ONDERHOUDSHANDLEIDING
BCi 30 - DSi 30
2
71
V DC 40
72
mm 300
73
kg 2.9
74
min
-1
6500
27
3
E
D
C
B
A
A
B
A
C
B
D
D
C
B
A
C
A
A
B
A
F
3
1 2
3 4
5
4
=
=
1
2
=
=
3
4
6
7
8
1
2
3
A
C
D
C
B
A
9 10
NL
5
=
=
1
2
=
=
3
4
6
7
8
VERTALING VAN DE ORIGINELE INSTRUCTIES
BESTE KLANT
Hartelijk dank voor uw keuze voor een product van Emak. Ons
netwerk van erkende dealers en werkplaatsen staat tot uw
beschikking voor al uw vragen.
INLEIDING
Om de machine correct te gebruiken en ongelukken te
voorkomen, niet beginnen te werken zonder deze handleiding
zorgvuldig te hebben gelezen. Hierin vindt u uitleg over de
werking van de verschillende onderdelen plus aanwijzingen
voor noodzakelijke controles en het bijbehorende onderhoud.
OPMERKING De beschrijvingen en illustraties in deze
handleiding zijn niet strikt bindend. Het bedrijf behoudt
zich het recht voor eventuele wijzigingen aan te brengen.
Dergelijke wijzigingen verplichten het bedrijf niet deze
handleiding steeds opnieuw bij te werken.
Naast de bedienings- en onderhoudsinstructies bevat deze
handleiding enkele paragrafen die uw speciale aandacht
vragen. Dergelijke paragrafen zijn aangegeven met de
hieronder beschreven symbolen:
LET OP: wanneer er risico bestaat op ongelukken,
persoonlijk (dodelijk) letsel of ernstige schade.
VOORZICHTIG: wanneer er risico bestaat op schade aan de
machine of onderdelen ervan.
INHOUD
1. DE MACHINE LEREN KENNEN 5
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN 6
3. GEBRUIKSNORMEN 7
4. MONTAGE VAN DE MACHINE 9
5. VOORBEREIDING OP HET WERK 9
6. GEBRUIK VAN DE MACHINE 10
7.
BEDRIJFSWIJZEN EN WERKTECHNIEKEN
10
8. GEWOON ONDERHOUD 11
9. BUITENGEWOON ONDERHOUD 12
10. PROBLEMEN OPLOSSEN 12
11. VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING 13
12. GARANTIECERTIFICAAT 13
1. DE MACHINE LEREN KENNEN
BESCHRIJVING VAN DE MACHINE EN TOEPASSING
Deze machine is een tuiniersuitrusting, te weten een draagbare
trimmer met een elektromotor met accuvoeding, bedoeld voor
hobbygebruik.
De machine bestaat in principe uit een motor die een
maaiwerktuig in de vorm van een trimmerkop met draad
aandrijft.
De gebruiker de hoofdbedieningen altijd op veilige afstand van
het maaiwerktuig gebruiken.
Bedoeld gebruik
Deze machine is ontworpen en gebouwd voor het maaien van
gras en niet-houtige begroeiing, door middel van een nylon
draad (bv. op de randen van borders, plantages, muren,
omheiningen of groene gebieden met een klein oppervlak, als
afwerking na maaien met een grasmaaier).
Nem rendeltetésszerű használat
Ieder gebruik dat afwijkt van het bovenstaande kan gevaarlijk
blijken en persoonlijk letsel of materiële schade veroorzaken.
Tot het niet-bedoelde gebruik behoren (bijvoorbeeld, maar niet
alleen):
- gebruik van de machine om te vegen;
- trimmen van heggen of andere werkzaamheden waarbij
het maaiwerktuig niet aan de grond wordt gebruikt;
- gebruik van de machine met het maaiwerktuig boven
heuphoogte;
- gebruik van de machine voor het maaien van niet-
plantaardige materialen;
- gebruik van de machine met meerdere personen;
- fijnmaken van compostmateriaal;
- gebruik van andere maaiwerktuig dan die zijn genoemd in
de tabel Aanbevolen maaiwerktuig”. Gevaar voor ernstige
wonden en letsel.
Oneigenlijk gebruik van de machine houdt verval van de
garantie en afwijzing van elke aansprakelijkheid voor de
fabrikant in, wat betekent dat de kosten die voortkomen uit
schade of letsel aan de gebruiker zelf of aan derden ten laste
van de gebruiker zijn.
OPMERKING - De afbeeldingen waarnaar in de tekst wordt
verwezen, bevinden zich op pag. 2 van deze handleiding.
1.1 COMPONENTEN VAN DE MACHINE
1. MOTOREENHEID
2. VERBINDINGSBUIS
3. DRAADKOP MAAIWERKTUIG
4. BESCHERMING VAN HET MAAIWERKTUIG
5. VOORSTE HANDGREEP
6. ACHTERSTE HANDGREEP
7. SCHAKELAARHENDEL
8. VEILIGHEIDSHENDEL
1.2 IDENTIFICATIELABEL
21. CE-merkteken
22. Naam en adres van de fabrikant
23. Geluidsvermogensniveau
24. Serienummer
25. Bouwjaar
26. Typ de machine: BATTERIJTRIMMER Elektrische apparaten
niet weggooien bij het huisvuil. De Europese richtlijn
2012/19/EG inzake afval van elektrische en elektronische
apparatuur en de tenuitvoerlegging ervan volgens de
nationale normen schrijft voor dat afgedankte elektrische
apparatuur apart moet worden ingezameld, om op een
milieucompatibele manier te kunnen worden hergebruikt.
Als elektrische apparatuur wordt weggegooid op een
vuilstortplaats of in het milieu, kunnen schadelijke stoffen
het grondwater bereiken en in de voedingsketen
terechtkomen, wat schadelijk kan zijn voor uw gezondheid
en welzijn. Voor meer informatie over de afvoer van dit
product, neemt u contact op met de vuilnisophaaldienst
of met uw detailhandelaar.
NL
6
SCHADE AAN HET MILIEU! Recyclebaar product:
Lithiumionaccu. Gooi de verouderde accu niet weg bij
het huisvuil. Laat de accu apart van de machine
verwerken als afval. Houd u voor de verwerking aan de
plaatselijke voorschriften.
1.3 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Uw machine moet uiterst voorzichtig worden gebruikt. Daarom
zijn er op de machine pictogrammen aangebracht die u
herinneren aan de belangrijkste voorzorgsmaatregelen. De
betekenis ervan wordt hieronder uitgelegd. Tevens raden we u
aan om de veiligheidsnormen in het desbetreffende hoofdstuk
van deze handleiding aandachtig te lezen.
Vervang beschadigde of onleesbare etiketten.
41. Let op! Gevaar. Als deze machine niet op de juiste manier
wordt gebruikt, kan zij gevaarlijk zijn voor uzelf en
anderen.
42. Een beschermbril dragen.
43. Niet blootstellen aan regen (of vocht).
44. Omstanders op afstand houden.
45. De gebruikshandleiding lezen alvorens deze machine te
gebruiken.
46. Draairichting van het maaiwerktuig
1.4 TECHNISCHE GEGEVENS
71. Spanning
72. Draaicirkel
73. Gewicht
74. Onbelast toerental
Akoestische druk
L
pA
EN 50636-2-91-
EN 11201
dB (A) 76.0 (1)
Onzekerheid dB (A) 2.0
Gemeten
geluidsvermogensniveau
2000/14/EC
dB (A) 86.2 (1)
Onzekerheid dB (A) 1.1
Gegarandeerd
geluidsvermogensniveau
L
WA
2000/14/EC
dB (A) 87
Trillingsniveau
EN 50636-2-91-
EN12096
m/s < 2.5
(1)
(2)
Onzekerheid EN 12096 m/s 1.0
(1) Max. snelheid leeg.
(2) De totale verklaarde trillingswaarde is gemeten volgens een
standaard beproevingsmethode en kan worden gebruikt om
gereedschappen met elkaar te vergelijken; de totale verklaarde
trillingswaarde kan ook worden gebruikt voor een beoordeling
voorafgaand aan de blootstelling.
LET OP: de emissie van trillingen tijdens het werkelijke
gebruik van het elektrische gereedschap kan afwijken van
de totale verklaarde waarde, afhankelijk van de manier
waarop het instrument wordt gebruikt.
Er moeten veiligheidsmaatregelen worden geïdentificeerd om
de gebruiker te beschermen op basis van een schatting van de
blootstelling in de werkelijke gebruiksomstandigheden
(rekening houdend met alle fasen van de gebruikscyclus, zoals
de tijden gedurende welke het gereedschap uitgeschakeld is
en wanneer het inactief is, afgezien van de ontstekingstijd).
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
(nauwgezet in acht nemen)
ALGEMENE VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN VOOR
ELEKTRISCHE GEREEDSCHAPPEN
LET OP! Lees alle veiligheidswaarschuwingen en alle
instructies. Veronachtzaming van de waarschuwingen en
de instructies kan leiden tot, brand en/of ernstige
verwondingen.
LET OP: De lokale regelgeving kan beperkingen opleggen
ten aanzien van de leeftijd van de gebruiker of het gebruik van
de machine.
VOORZICHTIG: Beschadigde of onleesbaar geworden
zelfklevende etiketten moeten worden vervangen. Vraag
nieuwe etiketten aan bij een erkend servicecentrum.
LET OP: Wees alert op waarschuwingssignalen of
schreeuwen wanneer u de gehoorbescherming draagt. Doe
de gehoorbescherming altijd af zodra de motor stopt.
LET OP: Van uw apparaat produceert een
elektromagnetisch veld met een zeer lage sterkte. Dit veld
kan interferentie veroorzaken met bepaalde pacemakers.
Om het risico op ernstig letsel of overlijden zo klein
mogelijk te houden moeten personen met een pacemaker
de eigen arts en de fabrikant van de pacemaker raadplegen
voordat ze deze machine gebruiken.
Bewaar alle aanwijzingen en instructies om ze in de toekomst
te kunnen raadplegen. De term elektrisch gereedschap” die in
de waarschuwingen wordt gebruikt heeft betrekking op uw
apparaat met accuvoeding (zonder kabel).
Restrisico's - Ook als er aan alle veiligheidsvoorschriften wordt
voldaan, kunnen er nog enkele risico's blijven bestaan:
- gevaar voor verwonding van vingers en handen als ze in
aanraking komen met het draaiende draad van de trimkop;
- gevaar voor voetverwondingen als ze geraakt worden door
het draad van de trimmerkop;
- wegspringende stenen en aarde.
1) Veiligheid in het werkgebied
a) Houd het werkgebied schoon. Ongevallen gebeuren
gemakkelijker in vuile, rommelige gebieden.
b) Gebruik het elektrische gereedschap niet in
explosiegevaarlijke omgevingen, in aanwezigheid van
ontvlambare vloeistoffen, gas of stof. Elektrische
gereedschappen genereren vonken die stof of dampen
kunnen doen ontbranden.
c) Houd kinderen en omstanders op afstand wanneer u een
elektrisch gereedschap gebruikt. Door afleidingen kunt u de
controle over het gereedschap verliezen.
2) Elektrische veiligheid
a) Vermijd lichaamscontact met geaarde oppervlakken zoals
leidingen, radiatoren, fornuizen en koelkasten. De kans op
NL
7
een elektrische schok neemt toe als het lichaam in
verbinding staat met massa of aarde.
b) Stel elektrische gereedschappen niet bloot aan regen of
natte omgevingen. Water dat in een elektrisch gereedschap
komt, verhoogt de kans op een elektrische schok.
3) Persoonlijke veiligheid
a) Blijf attent, controleer wat u aan het doen bent en gebruik
uw gezonde verstand wanneer u een elektrisch gereedschap
gebruikt. Gebruik het elektrische gereedschap niet wanneer
u moe bent of onder invloed verkeert van drugs, alcohol of
medicijnen. Eén moment van afleiding tijdens het gebruik
van een elektrisch gereedschap kan ernstig persoonlijk letsel
veroorzaken.
b) Draag beschermende kleding. Draag altijd een
veiligheidsbril. Het gebruik van beschermende uitrusting,
zoals stofmaskers, antislip schoeisel, veiligheidshelmen en
oordoppen reduceert persoonlijk letsel.
c) Voorkom onopzettelijk starten. Ga na of het apparaat
uitgeschakeld is voordat u de accu erin aanbrengt of het
elektrische gereedschap vastpakt of verplaatst. Het
vervoeren van een elektrisch gereedschap met de vinger op
de schakelaar en de accu gemonteerd bevordert ongevallen.
d) Verwijder sleutels of stelgereedschappen voordat u het
elektrische gereedschap bedient. Een sleutel of gereedschap
dat in contact blijft met een draaiend onderdeel kan
persoonlijk letsel veroorzaken.
e) Verlies uw evenwicht niet. Zorg altijd voor voldoende
ondersteuning en evenwicht. Hierdoor heeft u in
onverwachte situaties een betere controle over het
elektrische gereedschap.
f) Draag geschikte kleding. Draag geen loszittende kleren of
sieraden. Blijft met uw haar, kleding en handschoenen uit de
buurt van bewegende onderdelen. Loszittende kleding,
sieraden of lang haar kunnen verstrikt raken in bewegende
onderdelen.
g) Als er apparaten zijn voor het afzuigen of verzamelen van
stof, zorg er dan voor dat deze op de juiste manier
aangesloten en gebruikt worden. Het gebruik van deze
apparaten kan risico's reduceren die verband houden met
stof.
h) Voorkom dat de vertrouwdheid die u opdoet door
veelvuldig gebruik van gereedschap verwordt tot
achteloosheid en verwaarlozing van de
veiligheidsbeginselen van gereedschappen. Een
achteloze handeling kan in een fractie van een seconde
ernstige verwondingen veroorzaken.
i) Als u de machine wilt overdoen of uitlenen aan derden,
moet u zich ervan verzekeren dat de gebruiker de
gebruiksaanwijzingen in deze handleiding leest.
4) Gebruik en bescherming van het elektrische
gereedschap
a) Overbelast het elektrische gereedschap niet. Gebruik een
elektrisch gereedschap dat geschikt is voor het werk. Een
passend elektrisch gereedschap zal het werk beter en
veiliger uitvoeren, op de snelheid waarvoor het is
ontworpen.
b) Gebruik het elektrische gereedschap niet als de schakelaar
niet in staat is om het apparaat op de juiste manier te starten
en te stoppen. Een elektrisch gereedschap dat niet via de
schakelaar te bedienen is, is gevaarlijk en moet worden
gerepareerd.
c) Verwijder de accu uit zijn behuizing alvorens het apparaat
te regelen of accessoires te vervangen, of alvorens het
elektrische gereedschap op te bergen. Deze preventieve
veiligheidsmaatregelen verminderen het risico dat het
elektrische gereedschap ongewild start.
d) Berg niet-gebruikte elektrische gereedschappen op buiten
het bereik van kinderen en laat het elektrische gereedschap
niet gebruiken door personen die niet bekend zijn met het
gereedschap zelf en met deze instructies. Elektrische
gereedschappen zijn gevaarlijk als ze in handen komen van
onervaren gebruikers.
e) Zorg voor goed onderhoud van de elektrische
gereedschappen. Controleer of de bewegende onderdelen
uitgelijnd zijn en vrij kunnen bewegen, of er geen
onderdelen stuk zijn en of er geen enkele andere conditie is
die van invloed is op de werking van het elektrische
gereedschap. Als het elektrische gereedschap beschadigd
is, moet het worden gerepareerd voordat het opnieuw
wordt gebruikt. Veel ongevallen zijn het gevolg van
gebrekkig onderhoud.
f) Houd de maaiwerktuigen scherp en schoon. Adequaat
onderhoud van de maaiwerktuigen, met scherpe snijkanten,
zorgt dat ze minder snel vastlopen en gemakkelijker onder
controle te houden zijn.
g) Gebruik het elektrische gereedschap en de bijbehorende
accessoires volgens de geleverde instructies, waarbij de
werkconditie en het type werk dat gedaan moet worden in
aanmerking moeten worden genomen. Het gebruik van een
elektrisch gereedschap voor andere werkzaamheden dan
waarvoor het bedoeld is, kan gevaarlijke situaties
veroorzaken.
h) Houd de handgrepen en de oppervlakken waar het
gereedschap wordt vastgehouden droog, schoon en vrij
van olie en vet. Glibberige handgrepen en oppervlakken
maken het onmogelijk om het apparaat in onverwachte
situaties goed onder controle te houden.
5) Assistentie
Laat het elektrische gereedschap alleen repareren door
gekwalificeerd personeel, en gebruik uitsluitend originele
vervangingsonderdelen. Zodoende kan de veiligheid van het
elektrische gereedschap worden gehandhaafd.
3. GEBRUIKSNORMEN
Werken met de elektrische trimmer met accuvoeding
Werk in een stevige, stabiele positie en blijf altijd voorzichtig
tijdens het gebruik.
- Werk niet op natte of glibberige grond, of hoe dan ook niet
op terrein dat te oneffen of steil is om de stabiliteit van de
gebruiker tijdens het werk te garanderen.
- Ren nooit, maar loop en let op onregelmatigheden in het
terrein en op eventueel aanwezige obstakels.
- Schat de mogelijke risico's van het te bewerken terrein in
en tref alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen om uw
veiligheid te waarborgen, vooral op hellingen en oneffen,
gladde of onvaste terreinen.
- Werk overdwars op hellingen, nooit stijgend of dalend.
- Let goed op in de buurt van taluds, greppels of dijken.
- Let op het verkeer, als de machine dichtbij de weg wordt
NL
8
gebruikt.
- Let op de buurt van spanningvoerende elektriciteitskabels.
De machine mag niet worden gebruikt door mensen die niet
in staat zijn om hem stevig met twee handen vast te houden
en/of goed het evenwicht op hun benen kunnen behouden
tijdens het werk.
De machine mag niet worden gebruikt door meer dan één
persoon.
Gebruik de machine nooit als de gebruiker vermoeid is of zich
niet goed voelt, of als hij geneesmiddelen, drugs, alcohol of
middelen heeft ingenomen die zijn reflexen en
concentratievermogen beïnvloeden.
Gebruikstechnieken van de elektrische trimmer met
accuvoeding
Neem altijd de veiligheidswaarschuwingen in acht en gebruik
passende trimtechnieken voor het werk dat moet worden
gedaan, volgens de aanwijzingen en de voorbeelden in de
gebruiksaanwijzing.
Veilige verplaatsing van de elektrische trimmer met
accuvoeding
Telkens wanneer de machine verplaatst of vervoerd moet
worden moet het volgende worden gedaan:
- de motor uitschakelen, wachten tot het maaiwerktuig tot
stilstand is gekomen is en dan de accu uit zijn behuizing
wegnemen;
- de machine alleen vastpakken aan de handgrepen en het
maaiwerktuig tegen de beweegrichting in plaatsen.
Wanneer de machine wordt getransporteerd in een voertuig,
moet zij zo worden geplaatst dat zij voor niemand een gevaar
oplevert en stevig worden vastgezet.
Aanbevelingen voor beginners
Voordat u voor het eerst gaat maaien, moet u zich vertrouwd
maken met de machine en de meest geschikte trimtechnieken.
Dit doet u door de machine stevig vast te pakken en de vereiste
werkbewegingen uit te voeren.
AANVULLENDE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
1) Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig.
2) Leer de bedieningselementen en het juiste gebruik van de
machine kennen.
3) Raak de gevaarlijke bewegende onderdelen niet aan
voordat de machine uitgeschakeld is en de gevaarlijke
bewegende onderdelen helemaal tot stilstand zijn
gekomen.
4) Draag een veiligheidsbril.
5) De motor mag nooit gebruikt worden door kinderen of
personen die de gebruiksaanwijzingen niet (voldoende)
kennen.
6) Stop het gebruik van de machine wanneer er mensen,
vooral kinderen, of dieren in de buurt zijn.
7) Werk alleen bij daglicht.
8) Controleer vóór het gebruik van de machine en altijd
nadat ertegen gestoten is of er geen tekenen van slijtage
of beschadiging zijn, en voer de nodige reparaties uit.
9) Gebruik de machine nooit met beschadigde of
ontbrekende beschermingen.
10) Blijf altijd met uw handen en voeten uit de buurt van het
maaiwerktuig, vooral tijdens het starten van de motor.
11) Let op voor verwondingen door een willekeurig
maaiwerktuig doordat de draad breekt. Nadat de afgifte
van nieuw draad moet de machine altijd in de werkpositie
worden gebracht voordat u de motor start.
12) Monteer nooit metalen maaiwerktuigen.
13) Gebruik nooit vervangingsonderdelen of accessoires die
niet door de fabrikant geleverd of aanbevolen zijn.
14) Neem de accu uit zijn behuizing voordat u de machine
gaat controleren, schoonmaken of ermee gaat werken, en
wanneer de machine niet wordt gebruikt.
15) Verzeker u er altijd van dat de doorlaatopeningen van
koellucht niet verstopt zitten met vuil.
16) Neem na ieder gebruik de accu uit zijn behuizing en
controleer of er eventueel beschadigingen zijn.
17) Bewaar de machine buiten bereik van kinderen.
18) Stop onmiddellijk met werken bij een ongeval of breuk.
19) Gebruik de machine niet bij slecht weer en vooral niet bij
bliksem.
20) Verwijder de accu altijd wanneer u de machine overgeeft
aan iemand anders.
Manipulatie en correct gebruik van elektrische
gereedschappen met accuvoeding
a) Verzeker u ervan dat het apparaat uitgeschakeld is voordat
u de accu plaatst. Het plaatsen van een accu in een
ingeschakeld elektrisch apparaat kan leiden tot
ongevallen.
b) Gebruik voor het opladen van de accu alleen accuopladers
die door de fabrikant worden aanbevolen. De
accuopladers zijn over het algemeen specifiek voor het
type accu; als ze andere types worden gebruikt, bestaat er
brandgevaar.
c) Gebruik alleen de specifieke accu's die bedoeld zijn voor
uw gereedschap. Het gebruik van andere accu's kan
verwondingen of brandgevaar veroorzaken.
d) Houd de ongebruikte accu uit de buurt van paperclips,
munten, sleutels, spijkers, schroeven of andere kleine
metalen voorwerpen die kortsluiting op de contacten
zouden kunnen veroorzaken. Kortsluiting tussen de
contacten van de accu kan brandwonden of brand
veroorzaken.
e) Controleer of de accu in goede conditie is en geen tekenen
van beschadiging vertoont. Gebruik de machine niet met
een beschadigde of versleten accu.
GEBRUIKSAANWIJZINGEN VOOR DE ACCU'S
Algemene voorzorgsmaatregelen
- De accu mag nooit worden geopend.
- Gooi gebruikte accu's nooit in vuur
- EXPLOSIEGEVAAR! -
- Sluit de accuoplader alleen aan op stopcontacten met de
netspanning die vermeld staat op de typeplaat.
- Gebruik uitsluitend een originele accu.
- Bij langdurig gebruik zou de accu verhit kunnen raken.
Laat hem afkoelen voor het opladen.
- Bewaar de accu en de accuoplader buiten het bereik van
kinderen.
- Gebruik de accuoplader niet op plaatsen waar
ontvlambare dampen of stoffen aanwezig zijn.
- Laad de accu's alleen op bij een temperatuur tussen 10°C
NL
9
en 40°C.
- Bewaar accu's nooit in omgevingen met een temperatuur
boven 40°C.
- Veroorzaak nooit kortsluiting tussen de contacten van de
accu's en verbind ze niet met metalen voorwerpen.
- Let er bij het vervoer van accu's op dat de contacten
onderling geen verbinding maken en gebruik geen
metalen houders voor het transport.
- Door kortsluiting van de accu kan een explosie ontstaan.
In ieder geval is kortsluiting schadelijk voor de accu.
- Controleer regelmatig of de kabel van de accuoplader
beschadigd is. Als de kabel beschadigd is, moet de
accuoplader worden vervangen.
- Laad accu's helemaal op voordat u ze opbergt voor het
winterseizoen.
- De accu mag alleen worden opgeladen met accuopladers
conform EN 60335-2-29/A11.
4. MONTAGE VAN DE MACHINE
LET OP! Let bijzonder goed op bij het monteren van de
componenten, om de veiligheid en efficiëntie van de
machine niet aan te tasten; neem bij twijfel contact op met
uw erkende assistentiecentrum.
LET OP! Het uitpakken en het afmaken van de montage
moet op een vlakke en stevige ondergrond plaatsvinden,
met voldoende ruimte voor de verplaatsing van de
machine en de verpakkingsmaterialen. Maak hierbij
bovendien altijd gebruik van geschikte gereedschappen.
Het verpakkingsmateriaal moet volgens de plaatselijk geldende
voorschriften worden verwerkt.
Om veiligheidsredenen en voor het transport wordt de
lithiumionen-accu (indien geleverd) apart van de machine, en
gedeeltelijk opgeladen, geleverd. Voordat de machine wordt
gebruikt, moet de accu worden opgeladen op de manier die
beschreven is in het hoofdstuk “Opladen van de accu.
OPMERKING - De afbeeldingen waarnaar verwezen wordt
in de tekst bevinden zich op pag.4 e.v. in deze handleiding.
4.1 MONTAGE VAN DE VOORSTE HANDGREEP
(Fig. 1)
- Verzeker u ervan dat de accu NIET in zijn behuizing zit.
- Steek de voorste handgreep (A) op de transmissiebuis (B),
met de zitting (C) van de schroef (D) naar de linker kant
gericht.
- Steek de schroef (D) erin en schroef de knop (E) met de
moer (F) vast.
- Verschuif voordat u de knop (E) vastdraait de handgreep
(A) vooruit of achteruit in de meest ergonomische positie
voor de gebruiker.
4.2 MONTAGE VAN DE
VEILIGHEIDSBESCHERMING (Fig.2)
LET OP! De bescherming moet goed worden
gemonteerd om de veiligheidseisen en de juiste positie van
het draadmes in acht te nemen.
Bevestig de bescherming (A) met de 2 schroeven (B) in een
positie die veilig werken mogelijk maakt.
5. VOORBEREIDING OP HET WERK
5.1 CONTROLE VAN DE MACHINE
LET OP! Verzeker u ervan dat de accu niet in zijn
behuizing zit.
Voordat u begint te werken is het volgende nodig:
- controleer of de schakelaarhendel en de veiligheidshendel
vrij kunnen bewegen, zonder forceren, en of ze
automatisch en snel in neutrale stand terugkeren als ze
worden losgelaten;
- controleer of de schakelaarhendel geblokkeerd blijft als de
veiligheidshendel niet wordt ingedrukt;
- controleer of de koelluchtdoorlaten niet verstopt zijn;
- controleer of de handgrepen en beschermingen van de
machine schoon en droog zijn, goed gemonteerd en stevig
aan de machine bevestigd;
- controleer of de maaiwerktuigen en beschermingen niet
beschadigd zijn;
- controleer of de machine geen tekenen van slijtage of
beschadiging vertoont door stoten of andere oorzaken, en
verricht de nodige reparaties;
- controleer of de accu in goede conditie is en geen tekenen
van beschadiging vertoont. Gebruik de machine niet met
een beschadigde of versleten accu;
- volg voor het opladen de aanwijzingen in het hoofdstuk
“Opladen van de accu”.
5.2 CONTROLE VAN DE TOESTAND VAN DE ACCU (Fig.3)
Om de oplaadtoestand van de accu (A) na te gaan, drukt op het
knopje (B) dat 4 leds (C) activeert. De betekenis hiervan is als
volgt:
4 leds branden = Autonomie = 4/4
3 leds branden = Autonomie = 3/4
2 leds branden = Autonomie = 2/4
1 led brandt = Autonomie = 1/4
1 knipperende led = lege batterij
4 knipperende leds = te hoge temperatuur
5.3 OPLADEN VAN DE ACCU (Fig.4)
VOORZICHTIG: Verzeker u ervan dat de netspanning van het
stopcontact overeenkomt met de spanning die staat
aangegeven op het etiket van de accuoplader.
Om de accu (A) uit de machine te verwijderen, druk op de twee
knoppen (B) en haal de accu (A) weg.
Om de accu op te laden:
- sluit de accuoplader (C) aan op een stopcontact; de
aanwezigheid van spanning wordt gesignaleerd doordat
het rode lampje (D) brandt.
- plaats de accu (A) in de zitting van de accuoplader (C) door
hem helemaal naar binnen te duwen. Het opladen van een
geheel lege accu duurt ongeveer 113 minuten (2,5 Ah) en
225 minuten (5 Ah).
NL
10
De oplaadfasen worden aangegeven door het lampje (D):
- accuoplader aangesloten = lampje brandt rood.
- accu geplaatst en opladen bezig = lampje knippert groen.
- accu opladen voltooid = lampje brandt groen.
- kortsluiting = rood lampje knippert snel
- te hoge temperatuur = rood lampje knippert langzaam
Opladen ten einde:
- haal de accu (A) uit de accuoplader (C) en breng hem aan
op de machine;
- trek de stekker van de accuoplader (C) uit het stopcontact.
6. GEBRUIK VAN DE MACHINE
6.1 STARTEN VAN DE MACHINE (Fig.5)
Plaats de accu (A) in zijn behuizing alvorens de machine te
starten.
Om de machine te starten:
- Pak de machine stevig met twee handen vast.
- Druk op de veiligheidshendel (D) en bedien de schakelaar
(C).
6.2 STOPPEN VAN DE MACHINE (Fig.5)
Om de machine te stoppen:
- Laat de schakelaar (C).
- Druk op de twee knoppen (B) om de accu (A) weg te halen.
7. BEDRIJFSWIJZEN EN WERKTECHNIEKEN
LET OP! Voor uw eigen veiligheid en die van anderen:
1) Denk eraan dat de bediener of de gebruiker
verantwoordelijk is voor ongevallen en onverwachte
gebeurtenissen die worden veroorzaakt ten aanzien
van derden of hun bezittingen.
2) Draag geschikte kleding tijdens het werken. Uw
wederverkoper kan u alle informatie leveren over de
meest geschikte materialen voor ongevallenpreventie,
om de veiligheid op het werk te waarborgen.
3) Inspecteer het hele werkgebied en verwijder alles wat
door de machine zou kunnen worden weggeslingerd
of het maaiwerktuig zou kunnen beschadigen (stenen,
takken, ijzerdraad, botten, enz.).
4) Let op mogelijk wegspringend materiaal, veroorzaakt
door het maaiwerktuig.
5) Stop de motor en haal de accu uit zijn behuizing:
- als de machine abnormaal begint te trillen; spoor
onmiddellijk de oorzaak van de trillingen op en laat de
nodige controles uitvoeren bij een erkend
assistentiecentrum;
- telkens wanneer de machine onbewaakt achtergelaten
wordt.
VOORZICHTIG: Denk er altijd aan dat een onjuist gebruikte
elektrische trimmer een probleem kan zijn voor anderen. Uit
respect voor anderen en het milieu:
- Gebruik de machine niet op plaatsen en tijdstippen
waarop u anderen stoort.
- Volg de plaatselijke voorschriften voor de verwerking van
het maaiafval nauwgezet op.
- Om brandgevaar te vermijden mag u de machine nooit
met warme motor tussen bladeren of droog gras laten.
- Volg nauwgezet de plaatselijke regels inzake de
verwerking van versleten onderdelen of elk ander element
met een sterke impact op het milieu op.
LET OP! Langdurige blootstelling aan trillingen kan
neurovasculair letsel en stoornissen veroorzaken (ook bekend
als syndroom van Raynaud” of “witte hand”), vooral bij mensen
die stoornissen in de bloedsomloop hebben. De symptomen
kunnen de handen, polsen en vingers betreffen en bestaan uit
gevoelloosheid, stijfheid, jeuk, pijn, verkleuring of structurele
veranderingen van de huid. Deze effecten kunnen worden
versterkt door lage omgevingstemperaturen en/of een te
sterke grip op de handgrepen. Als deze symptomen beginnen
op te treden, moet de machine korter worden gebruikt en
moet u een arts raadplegen.
7.1 GEBRUIK VAN DE MACHINE
LET OP! Tijdens het werk moet de machine altijd stevig
worden vastgehouden met twee handen, met de trimgroep
onder gordelhoogte.
Met de trimkop met nylondraad kan hoog gras of niet-
houterige begroeiing worden verwijderd in de buurt van
omheiningen, muren, funderingen, trottoirs, rondom bomen
enz., of een bepaald deel van de tuin helemaal worden
getrimd.
LET OP! Met deze machine is het gebruik van metalen
of starre messen van elk type dan ook verboden.
De accu heeft een beveiliging die volledige ontlading ervan
verhindert.
De machine schakelt automatisch uit als de accu leeg is. In dat
geval moet hij onmiddellijk worden opgeladen.
7.2 DRAAGGORDEL (Fig.9)
Als accessoire is er een draaggordel leverbaar met art. nr.
4160463AR.
Dankzij een correcte regeling van de draaggordel kan de
trimmer goed in evenwicht blijven met een passende hoogte
boven het terrein (1).
- Haak de trimmer aan de draaggordel (2).
- Doe de enkelvoudige gordel om.
- Plaats de gesp (A, 3) zo da de trimmer op de juiste hoogte
zit.
LET OP: houd de draaggordel om en houd altijd beide
handen op de handgrepen zolang de trimmer functioneert.
7.3 WERKTECHNIEKEN
LET OP! Gebruik ALLEEN nylondraden. Het gebruik van
metaaldraden, geplastificeerde metaaldraden en/of draden
die niet geschikt zijn voor de trimkop kan ernstige
verwondingen en letsel veroorzaken.
Tijdens het gebruik is het een goed gebruik om de motor te
NL
11
stoppen en zo nu en dan onkruid te verwijderen dat zich om
de machine heeft gewikkeld, zodat oververhitting door gras
dat onder de bescherming vast blijft zitten wordt voorkomen.
Verwijder het vastgelopen gras met een schroevendraaier.
LET OP! Noch de gebruiker van de machine, noch
iemand anders mag proberen gemaaid materiaal weg te
halen terwijl de motor in werking is of het maaiwerktuig
nog draait, want dit kan ernstige verwondingen
veroorzaken.
LET OP! Gebruik de machine niet om te vegen door de
kop met nylondraad schuin te houden. Door de kracht van
de motor kunnen voorwerpen en kleine stenen worden
weggeslingerd tot wel 15 meter of zelfs meer, wat schade
veroorzaakt of mensen kan verwonden.
Maaien in beweging (zeisen) (Fig.7)
Werk met een regelmatige gang, met een cirkelbeweging zoals
bij het zeisen, terwijl het maaiwerktuig parallel aan het terrein
gehouden wordt.
Maai eerst een klein gebied tot de juiste hoogte, om een
gelijkmatige maaihoogte te krijgen door de kop met
nylondraad op een constante afstand tot het terrein te houden.
Voor zwaarder maaiwerk kan het nuttig zijn de kop met
nylondraad ongeveer 30° naar links gekanteld te houden.
LET OP! Werk niet op deze manier als de kans bestaat dat
er voorwerpen worden weggeslingerd waardoor personen
of dieren kunnen worden verwond of schade kan worden
veroorzaakt.
Maaien in de buurt van omheiningen/funderingen
Nader omheiningen, paaltje, rotsen, muren enz. langzaam met
de kop met nylondraad, om te voorkomen dat ze met kracht
worden geraakt.
Als het draad tegen een aanzienlijk obstakel komt, kan het
breken of versleten raken; als het in een omheining verstrikt
raakt, kan het bruusk breken.
In ieder geval kan maaien rondom trottoirs, funderingen,
muren enz. sterkere slijtage van het draad dan normaal
veroorzaken.
Maaien rond bomen
Loop met de klok mee om de boom, en nader stammen
langzaam zodat de draad niet tegen de boom komt, met de
kop met nylondraad licht naar voren gekanteld.
Denk eraan dat de nylondraad kleine struiken kan afmaaien of
beschadigen en het stoten van de nylondraad tegen de stam
van bomen met een zachte schors de plant ernstig kan
beschadigen.
Lengteregeling van de draad tijdens het werk
Deze machine is voorzien van een automatische kop met
nylondraad, die automatisch draad afgeeft wanneer met de
kop tegen de grond wordt getikt.
Als het draad ten einde is, moet het worden vervangen.
LET OP! Na elke ingreep op de kop met nylondraad moet
de machine altijd eerst in werkpositie worden gebracht
voordat u de motor start.
7.4 EINDE VAN HET WERK
Na het werk moet de motor worden gestopt zoals eerder
beschreven is.
LET OP! Laat de motor afkoelen voordat u de machine
weer in een willekeurige ruimte zet.
Om de kans op brand te reduceren moeten resten gras,
bladeren of overtollig vet van de machine worden
verwijderd; laat geen houders met maaiafval achter in een
gesloten ruimte.
8. GEWOON ONDERHOUD
ONDERHOUDSPROGRAMMA
LET OP: haal altijd de accu weg voordat er onderhoud op
de machine wordt verricht. Laat eventuele schade aan het
product repareren door een erkend assistentiecentrum.
Hieronder staat een lijst van onderhoudswerkzaamheden die
nodig zijn op de machine. De meeste artikelen zijn beschreven
in het deel Onderhoud. De gebruiker moet alleen het
onderhoud en de assistentie uitvoeren die beschreven zijn in
deze Gebruikershandleiding. Uitgebreidere werkzaamheden
moeten worden uitgevoerd bij een erkend assistentiecentrum.
Onderhoud
Dagelijks
onderhoud
Maandelijks
onderhoud
Maak de machine van buiten schoon
met een schone, droge doek. Gebruik
nooit water.
X
Houd de handgrepen droog, schoon en
vrij van olie en vet.
X
Controleer of de activerings- en
deactiveringsknop correct functioneert
en niet beschadigd is.
X
Controleer of de schakelaarhendel en
de veiligheidshendel goed functioneren
wat betreft de veiligheid.
X
Controleer of geen van de
bedieningselementen beschadigd is, en
of ze allemaal goed functioneren.
X
Controleer of de bescherming niet
beschadigd en niet stuk is. Vervang de
bescherming als er hard tegen gestoten
is of als hij stuk is.
X
Controleer of de trimmerkop niet
beschadigd en niet gebarsten is.
Vervang de trimmerkop indien nodig.
X
Controleer of schroeven en moeren
goed zijn aangehaald.
X
Controleer of de accu intact is.
X
Controleer de acculading.
X
Controleer of de accuoplader intact is en
goed functioneert.
X
Controleer de verbindingen tussen de
accu en de machine en controleer ook
de verbinding tussen de accu en de
accuoplader.
X
LET OP! Voor uw eigen veiligheid en die van anderen:
- Neem na ieder gebruik de accu uit zijn behuizing en
controleer of er eventueel beschadigingen zijn.
- Correct onderhoud is fundamenteel om de oorspronkelijke
efficiëntie en de veiligheid bij het gebruik van de machine
te handhaven.
NL
12
- Houd moeren en schroeven aangehaald, om er zeker van te
zijn dat de machine altijd in veilige bedrijfsconditie is.
- Gebruik de machine nooit met versleten of beschadigde
onderdelen. Beschadigde onderdelen moeten worden
vervangen en mogen niet worden gerepareerd.
- Gebruik uitsluitend originele vervangingsonderdelen.
Onderdelen van minderwaardige kwaliteit kunnen de
machine beschadigen en de veiligheid in het gedrang
brengen.
LET OP! Haal vóór het uitvoeren van onderhoud de accu
uit zijn behuizing.
8.1 AFKOELING VAN DE MOTOR
Om oververhitting en schade aan de motor te vermijden
moeten de aanzuigroosters van koellucht altijd goed schoon
en vrij van gras en vuil worden gehouden.
8.2 KOP MET NYLONDRADEN
Montage van de kop met nylondraden (Fig.10)
Plaats de bovenste flens (A) en de ring (B). Steek de
blokkeerpen van de kop (C) in het gat (D) en schroef de kop (E)
met de klok mee vast (alleen met de hand).
Steek voor de demontage de blokkeerpen van de kop (C) in
het gat (D) en draai hem tegen de klok in los.
Gebruik draad met dezelfde diameter als het oorspronkelijke
draad, om de motor niet over te belasten (Fig.8).
Om de nylondraad te verlengen tikt u de kop op de grond
terwijl u werkt.
OPMERKING: Tik de kop niet op cement of wegdek: dit kan
gevaarlijk zijn.
Vervanging van het nylondraad in de kop LOAD&GO (Fig.6)
1. Snijd 5,2 m nylondraad Ø 2,0 mm af.
2. Lijn de pijlen uit en plaats de draad in de kop (Fig.6.1)
totdat hij er aan de andere kant uitkomt (Fig.6.2).
3. Verdeel de draad in twee gelijke lengten (Fig.6.3) en laad
de kop vervolgens door de knop (Fig.6.4) te draaien.
LET OP! Draag altijd veiligheidshandschoenen tijdens
het plegen van onderhoud. Verricht nooit onderhoud bij
warme motor.
Aanbevolen maaiwerktuigen
Model Maaiwerktuigen Beschermkap
BCi 30
Ø 300 mm P.N. 63149001
P.N.
54042007R
DSi 30 Ø 300 mm P.N. 63149002
LET OP! Het risico op ongevallen neemt toe wanneer
verkeerde maaiwerktuigen worden gebruikt! Gebruik
uitsluitend de aanbevolen maaiwerktuigen en
beschermingen, en neem de instructies in acht.
8.3 BEHEER VAN DE ACCU
1. De accu moet worden bewaard in omgevingen met een
temperatuur tussen 0° en +45°C. Als de machine wordt
opgeslagen in omgevingen waar deze limieten mogelijk
worden overschreden, is het wenselijk de accu weg te
halen en op een geschikte plaats op te bergen.
2. Tijdens het gebruik wordt de accu beschermd tegen
volledig ontladen door een beveiliging die de machine
uitschakelt en de werking ervan blokkeert.
3. De accu heeft een beveiliging die het opladen verhindert
als de omgevingstemperatuur niet tussen 0° en +45°C ligt.
4. De accu kan op ieder moment worden opgeladen, ook
gedeeltelijk, zonder risico op beschadiging.
8.4 CONSERVERING
Aan het einde van iedere werksessie moeten stof en vuil zorgvuldig
van de machine worden verwijderd en moeten defecte onderdelen
worden gerepareerd of vervangen.
De machine moet op een droge plaats worden bewaard,
beschermd tegen weersinvloeden en buiten het bereik van
kinderen.
9. BUITENGEWOON ONDERHOUD
Onderhoud dat niet in deze handleiding beschreven is, mag
uitsluitend worden uitgevoerd bij een erkend assistentiecentrum.
Werkzaamheden die bij ongeschikte bedrijven of door
ongekwalificeerd personeel zijn uitgevoerd, doen elke vorm van
garantie vervallen.
10. PROBLEMEN OPLOSSEN
Wat te doen als …
Oorzaak van het probleem Oplossing
1. De motor start niet wanneer de schakelaar wordt
bediend
Accu ontbreekt of is niet goed
geplaatst
Ga na of de accu goed zit
Lege accu
Controleer de oplaadtoestand
en laad de accu op
2. De motor stopt tijdens het werken
Accu ontbreekt of is niet goed
geplaatst
Ga na of de accu goed zit
Lege accu
Controleer de oplaadtoestand
en laad de accu op
3. Beperkte gebruiksduur van de accu
Zware gebruiksomstandigheden
met een grotere stroomopname
Optimaliseer het gebruik
4. De accuoplader laadt de accu niet op (rode led brandt)
Vuile contacten Maak de contacten schoon
5. De accuoplader laadt de accu niet op (er brandt geen enkele led)
Geen spanning op de
accuoplader
Controleer of de stekker in het
stopcontact is gestoken en of
het stopcontact spanning heeft
Accuoplader defect
Vervangen door een originele
oplader
NL
13
11. VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
Ondergetekende,, EMAK spa via Fermi, 4 - 42011 Bagnolo in Piano (RE) ITALY
verklaart onder eigen verantwoordelijkheid dat de machine:
1. Soort: BATTERIJTRIMMER
2. Merk: / Type:
Oleo-Mac BCi 30 – Efco DSi 30
3. Serienummer 647 XXX 0001 - 647 XXX 9999
voldoet aan de voorschriften van de richtlijnen
2006/42/EG – 2014/30/EU – 2011/65/EG – 2014/35/EU – 2015/863/EU -
2000/14/EG bijlage I n° 33
voldoet aan de voorschriften van de volgende
geharmoniseerde normen
EN 60335-1:2013 – EN 60636-2-91:2015 – EN 55012:2007 / A1:2009
Gevolgde procedures voor de
conformiteitsbeoordeling
2000/14/EG bijlage VI procedura 1
Gemeten geluidsvermogensniveau 86.2 dB (A)
Gegarandeerd geluidsvermogensniveau 87 dB (A)
Aangemelde instantie voor Richtlijn 2000/14/EG
Eurons Product Testing Italy S.r.l. via Courgnè, 21 – 10156 Torino (TO)
Italy n° 0477
Type snijdmechanisme nylondraad
Snijbreedte 30 cm
Geproduceerd in Bagnolo in piano (RE) Italy - via Fermi, 4
Datum 22/07/2019
De technische documentatie staat ter
beschikking bij:
Hoofdkantoor – Technische directie
Fausto Bellamico - President
s.p.a.
12. GARANTIECERTIFICAAT
Dit apparaat is ontworpen en gerealiseerd met de modernste
productietechnieken. De fabrikant geeft een garantie van 24
maanden vanaf de aankoopdatum op de eigen producten
voor privé-/hobbygebruik. De garantie is beperkt tot 12
maanden bij professioneel gebruik.
Algemene garantievoorwaarden
1. De garantie geldt vanaf de aankoopdatum. De fabrikant
vervangt gratis de onderdelen met defecten in materiaal,
afwerking en productie via het verkoopnetwerk en de
technische servicedienst. De garantie ontneemt de
gebruiker niet de wettelijke rechten van het burgerlijk
wetboek tegen de consequenties van de defecten of
fouten veroorzaakt door het verkochte voorwerp.
2. Het technische personeel zal de defecte onderdelen zo
snel als organisatorisch mogelijk is repareren.
3. Om een aanvraag tot technische assistentie onder
garantie in te dienen, dient u aan het bevoegde
personeel het onderstaande garantiecerticaat te
tonen, voorzien van het stempel van de leverancier,
volledig ingevuld en met de aankoopfactuur of bon
met de aankoopdatum aangehecht.
MODEL
GEKOCHT DOOR DHR./MEVR.
SERIENR
DATUM
DEALER
Niet opsturen! Alleen een eventueel verzoek om technische garantie aanhechten.
4. De garantie vervalt in de volgende gevallen:
Duidelijk gebrek aan onderhoud, - Onjuist gebruik van
het product of geknoei aan het product,
Gebruik van ongeschikte smeermiddelen of
brandstoen,
Gebruik van niet-originele reserveonderdelen of
accessoires,
Reparaties die uitgevoerd zijn door onbevoegd
personeel.
5. De fabrikant sluit verbruiksmaterialen en onderdelen die
aan normale werkingsslijtage onderhevig zijn, uit van de
garantie.
6. Aanpassingen en verbeteringen van het product vallen
niet onder de garantie.
7. Afstellingen en onderhoudsreparaties die tijdens de
garantieperiode nodig zijn vallen niet onder de garantie.
8. Eventuele schade die veroorzaakt is tijdens het transport
moet onmiddellijk gemeld worden aan de transporteur,
anders vervalt de garantie.
9. De garantie dekt geen eventuele directe of indirecte
schade of letsel als gevolg van storingen van het
apparaat of die voortvloeit uit het langdurig niet
gebruiken van het apparaat.
Mod. 54040062 rev.1 - Lug/2019
NL Let op! – Deze handleiding moet gedurende de hele levensduur bij het apparaat blijven.
Emak S.p.A.
42011 Bagnolo in Piano (RE) Italy
www.myemak.com
www.youtube.it/EmakGroup
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16

Oleo-Mac DSi 30 de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor