AEG Electrolux B 8831 M Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

B8831-5
Gebruiksaanwijzing Elektrische inbouwoven
Inhoud2
Inhoud
Gebruiksaanwijzing 3
Veiligheidsvoorschriften 3
Beschrijving van het apparaat 4
Totaalaanzicht 4
Bedieningspaneel 5
Uitrusting oven 5
Accessoires oven 6
Voor het in gebruik nemen 7
Dagtijd instellen 7
Eerste reiniging 7
Bedienen van de oven 8
De elektronische ovenbesturing 8
Snelopwarmen 11
Ovenfuncties 11
Rooster, baakplaat en vetopvangbak
plaatsen 12
Vetfilter plaatsen/verwijderen 13
Culisensor 13
Extra functies 15
Overige functies 21
Toepassingen, tabellen en tips 23
Bakken 23
Braden 29
Op lage temperatuur bereiden 31
Vlak-grilleren 33
Ontdooien 33
Drogen met hetelucht 34
Wecken 35
Reiniging en onderhoud 36
Buitenkant apparaat 36
Binnenkant oven 36
Accessoires 36
Vetfilter 36
Inschuifroosters 37
Ovenverlichting 38
Bovenwand van de oven 39
Bakovendeur 40
Het glas van deur van de bakoven 42
Wat is er aan de hand als … 45
Afvalverwerking 46
Service 47
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van opti-
male en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat stellen
om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen. Wij advise-
ren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem te allen tijde
raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige eigenaar van het
apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt:
1
Belangrijke informatie over uw persoonlijke veiligheid en informatie over het voorkomen
van schade aan het apparaat.
3 Algemene informatie en tips
2 Milieu-informatie
3Gebruiksaanwijzing
Gebruiksaanwijzing
1 Veiligheidsvoorschriften
Elektrische veiligheid
Het apparaat mag uitsluitend door een erkend installateur worden aangesloten.
In geval van storingen of beschadiging van het apparaat: zekeringen in de huisinstal-
latie uitschakelen.
Reparaties aan het apparaat mogen uitsluitend door vakmensen worden uitge-
voerd. Door onvakkundig uitgevoerde reparaties kunnen grote gevaren ontstaan.
Wend u bij reparaties altijd tot onze service-afdeling of uw vakhandel.
Veiligheid voor kinderen
Kleine kinderen nooit alleen laten terwijl het apparaat in gebruik is.
Veiligheid tijdens het gebruik
Personen (waaronder begrepen kinderen) die op grond van hun fysieke, sensorische of
verstandelijke vermogens, dan wel op grond van onervarenheid of onkunde niet in
staat zijn het apparaat veilig te gebruiken, dienen dit apparaat niet zonder het toe-
zicht of zonder de instructies van een verantwoordelijke persoon te gebruiken.
Dit apparaat mag alleen in het huishouden voor koken, braden, bakken van levensmid-
delen worden gebruikt.
Wees voorzichtig bij het aansluiten van elektrische apparaten op stopcontacten in de
buurt van het apparaat. Snoeren mogen niet in aanraking komen of onder de hete
ovendeur ingeklemd raken.
Waarschuwing: Verbrandingsgevaar! Bij gebruik wordt de ovenruimte heet.
Als u alcoholische ingrediënten in de oven gebruikt, kan evt. een licht ontvlambaar al-
cohol-luchtmengsel ontstaan. Open de deur in dat geval voorzichtig. Kom niet met
vuur of vonken in de buurt van de oven.
3 Aanwijzing met betrekking tot acrylamide
Volgens de laatste wetenschappelijke inzichten kan een intensieve bruining van levens-
middelen, met name bij zetmeelhoudende producten, een gevaar voor de gezondheid
door acrylamide veroorzaken. Om die reden adviseren wij levensmiddelen zoveel moge-
lijk bij lage temperaturen te bereiden en de gerechten niet te veel te bruinen.
Op deze manier voorkomt u beschadiging van het apparaat
Bekleed de oven niet met aluminiumfolie en plaats geen bakplaten, pannen, enzo-
voort op de bodem omdat daarmee het email van de oven door de ontstane hittecon-
centratie wordt beschadigd.
Fruitsappen die van de bakplaat druppelen, veroorzaken vlekken die niet kunnen wor-
den verwijderd. Gebruik een diepe bakplaat voor gebak dat erg vochtig is.
Plaats geen gewicht op de geopende ovendeur.
Giet water nooit rechtstreeks in de hete oven. Hierdoor kan het email worden bescha-
digd en kunnen verkleuringen ontstaan.
Beschrijving van het apparaat4
Als gevolg van heftige stoten, vooral op de randen van de buitenste glasplaat, kan het
glas breken.
Bewaar geen brandbaar materiaal in de oven. Bij het inschakelen van de oven kan dit
ontbranden.
Bewaar geen vochtige levensmiddelen in de oven. Het email kan hierdoor beschadigd
raken.
Bewaar na het uitschakelen van de koelventilator geen open gerechten in de oven. In
de ovenruimte of op de deurruiten kan vocht neerslaan dat ook op uw meubelen te-
recht kan komen.
3 Informatie emaillaag
Kleurveranderingen van de emaillaag van de oven als gevolg van het gebruik zijn niet
van invloed op de deugdelijkheid van het apparaat voor regulier of contractueel gebruik.
Dit zijn derhalve geen gebreken in de zin van het recht op garantie.
Beschrijving van het apparaat
Totaalaanzicht
Glazen deur
Bedieningspaneel
Deurgreep
5Beschrijving van het apparaat
Bedieningspaneel
Uitrusting oven
Oven - indicaties
Functietoetsen
Oven
Bovenwarmte en grillelement
Ovenverlichting
Aansluitpunt voor vleesspit
Vetfilter
Ovenverlichting
Verwarmingselement in de
achterwand
Ventilator
Onderwarmte
Inzetniveaus
Uitneembaar inschuifrooster
Beschrijving van het apparaat6
Binnenkant deur
Aan de binnenkant van de ovendeur is de num-
mering van de inzetniveaus van de oven-
weergegeven.
Bovendien treft u beknopte informatie aan over
de ovenfuncties, aanbevolen inzetniveaus en
temperaturen voor de bereiding van de meest
gebruikelijke gerechten.
Accessoires oven
Rooster
Voor servies, bak- en braadvormen, braden en
grillen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Vetopvangbak
De vetopvangbak dient bij het baken en braden
resp. als opvangbak voor het vet.
Vleesthermometer
Om precies te bepalen hoe gaar een stuk vlees
is.
7Voor het in gebruik nemen
Voor het in gebruik nemen
Dagtijd instellen
3 De oven functioneert alleen als u de tijd hebt ingesteld.
Na het aansluiten van de elektriciteit of na een
stroomstoring knippert Dagtijd automa-
tisch.
Met de toets of de actuele dagtijd in-
stellen.
Na ca. 5 seconden stopt het knipperen en geeft
de klok de ingestelde dagtijd weer.
Het apparaat is klaar voor gebruik.
Eerste reiniging
Alvorens de oven in gebruik te nemen, moet u hem reinigen.
1 Let op: Gebruik geen scherpe schuurmiddelen! U zou de oppervlakken kunnen bescha-
digen.
3 Gebruik bij ovens met een metalen voorzijde de hiervoor in de handel verkrijgbare on-
derhoudsmiddelen.
Bedienen van de oven8
1. Open de ovendeur.
De verlichting in de oven is nu ingeschakeld.
2. Neem alle accessoires en geleiderails uit de oven en reinig deze met een warm sopje.
3. Maak de oven ook schoon met een warm sopje en droog hem daarna.
4. Veeg de voorzijde van de oven af met een vochtige doek.
Bedienen van de oven
De elektronische ovenbesturing
3 Algemene aanwijzingen
Schakel het apparaat altijd eerst met de toets Aan/Uit in.
Wanneer de gekozen functie brandt, gaat de oven opwarmen of begint de ingestelde
tijd te lopen.
De indicatie van de bedrijfstijd geeft aan hoe lang de oven reeds ingeschakeld is. De
indicatie is alleen zichtbaar als geen van de klokfuncties Kookwekker , Duur of
Einde is ingesteld.
De ovenverlichting is ingeschakeld, zodra een ovenfunctie is geselecteerd.
Wanneer de gekozen temperatuur is bereikt, klinkt er een zoemer.
Schakel het apparaat met de toets Aan/Uit uit.
Insteltoetsen
Temperatuur/Dagtijd
Ovenfunctie - selectie
Klokfuncties/bedrijfstijdOvenfuncties
Klokfuncties
Vleesspit
Verwarmings-
indicatie
Aan/uit
S
n
e
l
v
e
r
w
a
r
m
e
n
9Bedienen van de oven
Ovenfunctie selecteren
1. Apparaat met de toets Aan/Uit inschakelen.
2. Toets of zo vaak indrukken tot de ge-
wenste ovenfunctie verschijnt.
Op het temperatuurdisplay verschijnt een
voorstel voor de temperatuur.
Als de voorgestelde temperatuur niet binnen
ca. 5 seconden wordt gewijzigd, begint de
oven op te warmen.
3 De ovenfunctie kan tijdens de werking worden
gewijzigd.
Oventemperatuur wijzigen
Met de toets of de temperatuur naar
boven of naar beneden wijzigen.
De instelling vindt plaats in stappen van 5×C.
Temperatuur opvragen
De toetsen en tegelijk indrukken. De
oventemperatuur van dat moment verschijnt in
de temperatuurindicatie.
3 Het opvragen van de temperatuur werkt niet bij
ovenfuncties waarbij de voorgestelde tempera-
tuur niet gewijzigd kan worden, zoals bijv. Op
lage temperatuur bereiden.
Ovenfunctie uitschakelen
Voor het uitschakelen van de oven toets
of zo vaak indrukken tot er geen
ovenfunctie meer wordt weergegeven.
Bedienen van de oven10
Oven uitschakelen
Apparaat met toets Aan/Uit uitschakelen.
3 Koelventilator
Zodra de oven in gebruik wordt genomen wordt de ventilator automatisch ingeschakeld
om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Nadat de oven is uitgeschakeld
blijft de ventilator nog verder lopen om het apparaat af te koelen en wordt dan automa-
tisch uitgeschakeld.
3 Graden-indicatie
Indicatie Opwarmen
Na het inschakelen geven de ovenfuncties de
langzaam na elkaar oplichtende balken aan, tot
hoever de oven reeds verwarmd is.
Indicatie Snelverwarmen
Na het inschakelen van de functie Snelop-
warmen geven de na elkaar knipperende bal-
ken aan dat de functie Snelverwarmen in
werking is.
Indicatie Restwarmte
Na het uitschakelen van de oven geven de nog
oplichtende balken de resterende restwarme
van de oven aan.
11Bedienen van de oven
Snelopwarmen
Na het selecteren van een ovenfunctie kan met behulp van de extrafunctie Snelopwar-
men de lege oven in relatief korte tijd worden voorverwarmd.
1 Let op: Te garen producten a.u.b. eerst in de ovenplaatsen, als Snelopwarmen beëin-
digd is en de oven in de gewenste functie werkt.
1. Ovenfunctie en temperatuur selecteren (bijv. Conventioneel ). Evt. temperatuurvoor-
stel wijzigen.
2. Toets Snelopwarmen indrukken.
De achtereenvolgend knipperende balken geven aan dat Snelopwarmen inwerking is.
Bij het bereiken van de ingestelde temperatuur branden de balken van de tempera-
tuurindicatie. Er klinkt een zoemer.
De oven verwarmt nu in de vooringestelde ovenfunctie en temperatuur verder. U kunt
de te garen producten nu in de oven plaatsen.
3 De functie Snelopwarmen kan bij de ovenfuncties Hete luchtmet ring , Pizza
hetelucht , Conventioneel en Infratherm tevens ingeschakeld worden.
Ovenfuncties
Voor de oven zijn de volgende functies beschikbaar:
Ovenfunctie Toepassing
Hete luchtmet ring Voor het bakken op maximaal drie niveaus tegelijk.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij
boven-/onderwarmte.
Pizza hetelucht Voor het bakken op een niveau voor gerechten die een inten-
sievere bruining en knapperigheid van de bodem vragen.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij
boven-/onderwarmte.
Op lage
temperatuur
bereiden
Voor het bereiden van bijzonder mals en sappig braadvlees.
Conventioneel Voor het bakken en braden op één niveau.
Infratherm Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte op één
niveau.
Deze functie is ook geschikt voor gratineren.
Grill groot Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen in grotere hoe-
veelheden en om te roosteren.
Grill klein Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen, die in het mid-
den van het rooster worden geplaatst en om te roosteren.
Warmhouden Voor het warmhouden van gerechten.
Ontdooien Voor het gedeeltelijk of geheel ontdooien van bijvoorbeeld
gebak, boter, brood, fruit of andere bevroren levensmiddelen.
Onderwarmte Voor het afbakken van gebak met een brosse bodem.
Bedienen van de oven12
Rooster, baakplaat en vetopvangbak plaatsen
3 Uittrek- en kantelbeveiliging
Ter beveiliging tegen het uittrekken, hebben alle inschuifdelen aan de linker kant een
kleine bolling naar onderen.
Schuif de inschuifdelen er zo in dat de bolling in het bakgedeelte zich achterin bevindt.
Deze bolling is ook belangrijk voor de kantelbeveiliging van de inschuifdelen.
Baakplaat resp. vetopvangbak plaatsen:
Schuif de bakplaat resp. de vetopvangbak tus-
sen de geleidestangen van het gekozen niveau.
Rooster plaatsen:
Plaats het rooster zodanig, dat de beide voetjes
naar onder wijzen.
Schuif het rooster tussen de geleidestangen
van het gekozen niveau.
3 Door de verhoogde lijst die om het rooster
loopt, is het vaatwerk bovendien beschermd te-
gen afglijden.
Rooster en vetopvangbak plaatsen:
Plaats het rooster op de vetopvangbak.
Schuif de vetopvangbak tussen de geleidestan-
gen van het gekozen niveau.
13Bedienen van de oven
Vetfilter plaatsen/verwijderen
Het vetfilter alleen gebruiken bij het bra-
den, om het verwarmingselement in de achter-
wand te beschermen tegen vetspatten.
Culisensor
Voor het exact uitschakelen van de oven bij het bereiken van een ingestelde kerntempe-
ratuur.
Er dient met twee temperaturen rekening te worden gehouden:
De oventemperatuur: Zie braadtabel
De kerntemperatuur: Zie tabel Culisensor
1 Let op: Alleen de meegeleverde vleesthermometer mag worden gebruikt! Bij vervanging
alleen het originele vervangingsonderdeel gebruiken!
1. Apparaat met de toets Aan/Uit inschakelen.
2. Uiteinde van de vleesthermometer zo in het ge-
recht steken dat het zich in het midden van het
gerecht bevindt..
3. Stekker van de vleesthermometer zo ver moge-
lijk in de contactdoos in de zijwand van de oven
steken.
4. Met de toets of de gewenste kerntem-
peratuur instellen.
Vetfilter plaatsen
Vetfilter bij de greep vastpakken en de
beide steuntjes van boven naar beneden
in de opening tegen de achterwand van
de oven (ventilatoropening) plaatsen.
Vetfilter verwijderen
Het vetfilter bij de greep vastpakken en
naar boven uit de oven nemen.
Bedienen van de oven14
De indicatie schakelt over naar de actuele kern-
temperatuur.
Wordt de actuele kerntemperatuur al aangege-
ven, voordat de gewenste kerntemperatuur is
ingesteld, dient de toets Selectie zo vaak te
worden ingedrukt tot de functie Culisensor
begint te knipperen en moet vervolgens de in-
stelling worden uitgevoerd..
3 De kerntemperatuur wordt vanaf 30×C aange-
geven.
5. Ovenfunctie en -temperatuur instellen.
Zodra de ingestelde kerntemperatuur bereikt is,
klinkt er een signaal en de oven schakelt auto-
matisch uit.
6. Op een willekeurige toets drukken om het geluidssignaal uit te schakelen.
3 Binnen enkele minuten wordt een voorlopige eindtijd berekend waarin de ingestelde
kerntemperatuur zal zijn bereikt. Deze tijd wordt constant opnieuw berekend en bijge-
werkt in het display. Voor het systeem is het noodzakelijk dat de vleesthermometer aan
het begin van het bereidingsproces zowel in het gerecht als in het stopcontact wordt ge-
stoken en tijdens de bereiding niet wordt verwijderd.
Tijdens de berekeningsfase toont de indicatie voor Dagtijd en Vleeskerntemperatuur een
"knipperende rechthoek".
Berekenen van de eindtijd.
15Bedienen van de oven
1 Waarschuwing: De vleesthermometer is heet!
Bij het uittrekken van de stekker en het uiteinde
van de thermometer bestaat er verbrandings-
gevaar!
7. Stekker van de vleesthermometer uit het stop-
contact trekken en het gerecht uit de oven ne-
men.
8. Apparaat uitschakelen.
Kerntemperatuur opvragen of wijzigen
Toets Selectie zo vaak indrukken tot de functie Culisensor begint te knipperen
en de ingestelde kerntemperatuur op het display verschijnt.
Temperatuur eventueel met of wijzigen.
Oventemperatuur opvragen of wijzigen
Temperatuur eventueel met of wijzigen.
Extra functies
Kookwekker
Om een korte tijd in te stellen. Na afloop klinkt een signaal.
Deze functie heeft geen invloed op de werking van de oven.
Insteltoetsen
Dagtijd
Duur/Einde/Bedrijfstijd
Klokfuncties
Vleesspit
Klokfuncties
Tijdsindicatie
Bedienen van de oven16
Duur
Om in te stellen hoe lang de oven ingeschakeld moet zijn.
Einde
Om in te stellen wanneer de oven weer moet worden uitgeschakeld.
Dagtijd
Met deze functie kunt u de dagtijd instellen, veranderen of opvragen
(zie ook het hoofdstuk „Voor het in gebruik nemen“).
Heat+Hold
De functie Heat+Hold houdt uw klaargemaakte gerecht 30 minuten warm, nadat het
bak- resp. braadproces is beÎindigd.
3 Aanwijzingen met betrekking tot de klokfuncties
Na het kiezen van een klokfunctie knippert de bijbehorende functie ong. 5 seconden.
Gedurende deze tijd kunt u met de toets of de gewenste tijden instellen of
veranderen.
Na het instellen van de gewenste tijd knippert de functie opnieuw ong. 5 seconden.
Daarna is de functie verlicht. De ingestelde tijd begint te lopen.
Bij kookwekker moet ook de oven zijn ingeschakeld om de klokfunctie in te stellen.
Door het tegelijk indrukken van en kan de ingestelde tijd
worden teruggezet.
3 Opvragen van de ingestelde of resterende tijd
De toets Selectie zo vaak indrukken tot de betreffende klokfunctie knippert of de
resterende tijd wordt aangegeven.
2 Gebruik van de restwarmte met de klokfunctie Duur en Einde
Bij gebruik van de klokfuncties Duur en Einde schakelt de oven de verwarmingse-
lementen uit als 90% van de ingestelde of berekende tijd is bereikt. De beschikbare rest-
warmte wordt gebruikt om het gaarproces tot het verlopen van de ingestelde tijd voort
te zetten (3 tot 20 min.).
Kookwekker
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot
Kookwekker knippert.
17Bedienen van de oven
2. Stel met de toets of de gewenste korte
tijd in.
Na ca. 5 seconden geeft de indicatie de reste-
rende tijd aan.
Kookwekker brandt.
Als 90% van de ingestelde tijd verlopen is, klinkt
een zoemer.
Na het verstrijken van de tijd klinkt er geduren-
de 1 minuten een zoemer.
“00.00“ en Kookwekker knipperen.
Het knipperen en de zoemer uitschakelen:
Willekeurige toets indrukken
Duur
1. Ovenfunctie en temperatuur kiezen.
2. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot
Duur knippert.
Bedienen van de oven18
3. Met de toets of de gewenste gaartijd
instellen instellen
Duur brandt.
Als de ingestelde tijd verlopen is, knippert
”00,00“ en Duur .
Er klinkt gedurende 2 minuten een zoemer.
De oven wordt uitgeschakeld.
Het knipperen en de zoemer uitschakelen:
Willekeurige toets indrukken
Einde
1. Ovenfunctie en temperatuur kiezen.
2. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot
Einde knippert.
19Bedienen van de oven
3. Met de toets of de gewenste uitscha-
keltijd instellen.
Einde brandt en de uitschakeltijd wordt
aangegeven.
Als de ingestelde tijd verlopen is, knippert
”00,00“ en Einde .
Er klinkt gedurende 2 minuten een zoemer.
De oven wordt uitgeschakeld.
Het knipperen en de zoemer uitschakelen:
Willekeurige toets indrukken
Duur en Einde in combinatie
3 Duur en Einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt wanneer de oven op een la-
ter tijdstip automatisch moet worden in- en uitgeschakeld.
1. Ovenfunctie en temperatuur kiezen.
2. Met de functie Duur kunt u de benodigde
gaartijd voor het gerecht instellen,
bijvoorbeeld: 1 uur.
Bedienen van de oven20
3. Met de functie Einde kunt u het tijdstip in-
stellen waarop het gerecht klaar moet zijn,
bijvoorbeeld: 14:05 uur.
Duur en Einde branden.
De oven wordt automatisch ingeschakeld op
het berekende tijdstip, bijvoorbeeld: 13:05 uur.
Na het verstrijken van de ingestelde Duur klinkt
er een zoemer gedurende 2 minuten en wordt
de oven automatisch uitgeschakeld,
bijvoorbeeld: 14:05 uur.
Dagtijd wijzigen
3 U kunt de dagtijd alleen veranderen, wanneer de kinderbeveiliging is uitgeschakeld, geen
klokfuncties Duur of Einde en geen ovenfunctie is ingesteld.
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot
Dagtijd knippert..
2. Met de toets of de actuele dagtijd in-
stellen.
21Bedienen van de oven
Na ca. 5 seconden stopt het knipperen en geeft
de klok de ingestelde dagtijd weer.
Het apparaat is klaar voor gebruik.
3 Heat+Hold
De functie Heat+Hold houdt uw klaargemaakte gerecht 30 minuten warm, nadat het
bak- resp. braadproces is beÎindigd.
Dit is bijvoorbeeld handig in het geval uw gasten te laat zijn.
Voorwaarde voor Heat+Hold:
Ingestelde temperatuur is hoger dan 80×C
Heat+Hold inschakelen
1. Klokfuncties Duur en/of Einde instellen.
2. Toets Selectie zo vaak indrukken tot het symbool Warmhouden op het display
verschijnt.
3. Toets indrukken. Op het display verschijnt “00:30”,
4. Zodra de functie is beÎindigd klinkt er een signaal en Heat+Hold start.
De ingestelde ovenfunctie loopt 30 minuten bij 80×C .
Zodra de 30 minuten met Heat+Hold zijn beÎindigd, schakelt de oven uit.
3 Onafhankelijk van de ingestelde ovenfunctie blijft Heat+Hold actief. U kunt tus-
sen de ovenfuncties wisselen.
Overige functies
Indicatie-uitschakeling
2 U kunt energie besparen door de tijdindicatie uit te schakelen.
Tijdindicatie uitschakelen
1. Schakel het apparaat zo nodig met de toets Aan/Uit uit.
2. Houd de toetsen Selectie en tegelijk in-
gedrukt, totdat de indicatie donker wordt.
3 De indicatie wordt automatisch ingeschakeld
wanneer het apparaat weer in gebruik wordt
genomen.
Wanneer u het apparaat weer uitschakelt, gaat
de dagtijdindicatie weer uit.
Wanneer u wilt dat de dagtijd weer blijvend
wordt aangegeven, moet u de tijdindicatie weer
inschakelen.
Bedienen van de oven22
Tijdindicatie inschakelen
1. Schakel het apparaat zo nodig met de toets Aan/Uit uit.
2. Houd de toetsen Selectie en tegelijk ingedrukt, totdat de indicatie weer ver-
schijnt.
Kinderbeveiliging
Zodra de kinderbeveiliging is ingeschakeld, kan het apparaat niet worden gebruikt.
Kinderbeveiliging inschakelen
1. Het apparaat zo nodig met de toets Aan/Uit
inschakelen.
Er mag geen ovenfunctie zijn gekozen.
2. Houd de toetsen Selectie en tegelijk in-
gedrukt totdat ”SAFE“ in de indicatie verschijnt.
De kinderbeveiliging is nu ingeschakeld.
Kinderbeveiliging uitschakelen
1. Het apparaat zo nodig met de toets Aan/Uit inschakelen.
2. Houd de toetsen Selectie en tegelijk ingedrukt totdat ”SAFE“ in de indicatie uit
gaat.
De kinderbeveiliging is nu uitgeschakeld en de oven weer klaar voor gebruik.
Toetsenvergrendeling
Met deze functie voorkomt u dat ingestelde ovenfuncties per abuis worden gewijzigd.
Toetsenvergrendeling inschakelen
1. Schakel het apparaat zo nodig met de toets
Aan/Uit in.
2. Kies een ovenfunctie.
3. Houd de toetsen Selectie en tegelijk in-
gedrukt, totdat in de indicatie ”LOC“ verschijnt.
De toetsenvergrendeling is nu ingeschakeld.
Toetsenvergrendeling uitschakelen
Houd de toetsen Selectie en tegelijk ingedrukt totdat ”LOC“ in de indicatie uit
gaat.
De toetsenvergrendeling wordt automatisch opgeheven als de ovenfunctie wordt uitge-
schakeld.
23Toepassingen, tabellen en tips
Automatische uitschakeling van de oven
3 Als de oven na een bepaalde tijd niet wordt uitgeschakeld of wanneer de temperatuur
niet wordt veranderd, dan wordt de oven automatisch uitgeschakeld.
In de temperatuurindicatie knippert de laatst ingestelde temperatuur.
De oven schakelt automatisch uit bij een oventemperatuur van.
Ingebruikname na automatische uitschakeling
Schakel de oven helemaal uit.
Daarna kunt u de oven weer in gebruik nemen.
3 De automatische uitschakeling wordt opgeheven als de klokfunctie Duur of
Einde ingesteld is.
Toepassingen, tabellen en tips
Bakken
Ovenfunctie: Hete luchtmet ring of Conventioneel
Bakvormen
Voor Conventioneel zijn vormen van donker metaal en gecoate vormen geschikt.
Voor Hete luchtmet ring zijn ook vormen van licht metaal geschikt.
Inbrengsleuven
Bakken met Conventioneel is altijd slechts op één niveau mogelijk.
Met Hete luchtmet ring kunt u op maximaal 3 bakplaten tegelijk bakken:
1 bakplaat:
bijvoorbeeld inzetniveau 3
1 bakvorm:
bijvoorbeeld inzetniveau 1
30 - 120°C na 12,5 uur
120 - 200°C na 8,5 uur
200 - 250°C na 5,5 uur
250 - max°C na 3,0 uur
Toepassingen, tabellen en tips24
2 bakplaten:
bijvoorbeeld inzetniveau 1 en 3
3 bakplaten:
inzetniveau 1, 3 en 5
Algemene aanwijzingen
Bakblik met de schuine kant naar voren plaatsen!
U kunt met Conventioneel of Hete luchtmet ring ook twee vormen tegelijk
naast elkaar op het rooster bakken. Het bakproces duurt nauwelijks langer.
3 Bij diepgevroren gerechten kunnen de geplaatste bakplaten tijdens het gaarproces kr-
omtrekken. Dit wordt veroorzaakt door het grote temperatuurverschil tussen het diep-
gevroren gerecht en de oventemperatuur. Als de bakplaten zijn afgekoeld trekken ze
weer recht.
Aanwijzingen bij de baktabellen
In de tabellen vindt u een keuze aan gerechten met de bijbehorende temperatuurvoor-
schriften, tijden en inzetniveaus.
De temperaturen en baktijden zijn richtwaarden. De waarden zijn namelijk afhankelijk
van de samenstelling van het deeg, de hoeveelheid en de bakvorm.
Wij adviseren om de eerste keer de laagste temperatuurwaarde in te stellen en pas in-
dien gewenst, bijv. als een sterkere bruining is gewenst of als de baktijd te lang duurt,
een hogere temperatuur te kiezen.
Als u geen concrete aanwijzingen kunt vinden voor uw eigen recept, kijkt u dan bij een
soortgelijk gebak.
Bij het op meerdere niveaus bakken van gebak op bakplaten of in vormen kan de bak-
tijd 10-15 minuten langer zijn.
Bereid vochtig gebak, zoals bijvoorbeeld pizza's en vruchtengebak, op één niveau.
Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het gebak in het begin van het bakproces
niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling niet. In de
loop van het bakproces wordt het gebak overal even bruin.
Uw nieuwe oven kan een ander bak-/braadgedrag vertonen als uw oude apparaat. Pas
daarom de instellingen (temperatuur, baktijden) en inzetniveaus zoals u die gewend
bent aan de aanbevelingen in de onderstaande tabel aan.
2 Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van de baktijd uit-
schakelen, om de nawarmte te gebruiken.
Tenzij anders aangegeven, gelden de waarden in de tabellen voor het plaatsen van een
gerecht in de koude oven.
25Toepassingen, tabellen en tips
Baktabel
Bakken op één inzetniveau
Soort
gebak
Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
Gebak in vormen
Tulband Hete luchtmet ring 1 150-160 0:50-1:10
Zandgebak/koningstaart Hete luchtmet ring 1 140-160 1:10-1:30
Biscuittaart Hete luchtmet ring 1 140 0:25-0:40
Biscuittaart Conventioneel 1 160 0:25-0:40
Taartbodem van zandtaart-
deeg
Hete luchtmet ring 3 170-180
1)
0:10-0:25
Taartbodem van roerdeeg Hete luchtmet ring 3 150-170 0:20-0:25
Dichte appeltaart Conventioneel 1 170-190 0:50-1:00
Appeltaart (2vormen
Ø20cm, diagonaal geplaatst)
Hete luchtmet ring 1 160 1:10-1:30
Appeltaart (2vormen
Ø20cm, diagonaal geplaatst)
Conventioneel 1 180 1:10-1:30
Hartige taart (bijv. quiche
lorraine)
Hete luchtmet ring 1 160-180 0:30-1:10
Kwarktaart Conventioneel 1 170-190 1:00-1:30
Gebak op het bakblik
Gistbroodje/-krans Conventioneel 3 170-190 0:30-0:40
Kerststol Conventioneel 3 160-180
1)
0:40-1:00
Brood (roggebrood)
-eerst
-dan
Conventioneel 1
230
1)
160-180
0:25
0:30-1:00
Roomsoezen/tompoezen Conventioneel 3 160-170
1)
0:15-0:30
Biscuitrol Conventioneel 3 180-200
1)
0:10-0:20
Kruimelgebak droog Hete luchtmet ring 3 150-160 0:20-0:40
Boter-/suikerkoek Conventioneel 3 190-210
1)
0:15-0:30
Vruchtentaart
(op gistdeeg/roerdeeg)
2)
Hete luchtmet ring 3 150 0:35-0:50
Vruchtentaart
(op gistdeeg/roerdeeg)
2)
Conventioneel 3 170 0:35-0:50
Vruchtentaart op zandtaart-
deeg
Hete luchtmet ring 3 160-170 0:40-1:20
Plaatkoek met kwetsbaar
beleg (bijv. kwark, room,
honing)
Conventioneel 3 160-180
1)
0:40-1:20
Toepassingen, tabellen en tips26
Bakken op meerdere niveaus
Pizza (met veel beleg)
2)
Hete luchtmet ring 1 180-200
1)
0:30-1:00
Pizza (dun) Hete luchtmet ring 1 200-220
1)
0:10-0:25
Turks brood Hete luchtmet ring 1 200-220 0:08-0:15
Zwitsers fruitpuddinkje Hete luchtmet ring 1 180-200 0:35-0:50
Koekjes
Koekjes van zandtaartdeeg Hete luchtmet ring 3 150-160 0:06-0:20
Sprits Hete luchtmet ring 3 140 0:20-0:30
Sprits Conventioneel 3 160
1)
0:20-0:30
Koekjes van roerdeeg Hete luchtmet ring 3 150-160 0:15-0:20
Schuimgebak, baiser Hete luchtmet ring 3 80-100 2:00-2:30
Bitterkoekjes Hete luchtmet ring 3 100-120 0:30-0:60
Koekjes van gistdeeg Hete luchtmet ring 3 150-160 0:20-0:40
Koekjes van bladerdeeg Hete luchtmet ring 3 170-180
1)
0:20-0:30
Broodjes Hete luchtmet ring 3 160
1)
0:20-0:35
Broodjes Conventioneel 3 180
1)
0:20-0:35
Kleine cakejes (20stuks/blik) Hete luchtmet ring 3 140
1)
0:20-0:30
Kleine cakejes (20stuks/blik) Conventioneel 3 170
1)
0:20-0:30
1) Oven voorverwarmen
2) Opvangplaat of braadslede gebruiken
Soort gebak
Hetelucht met
ring
Hete luchtmet
ring
Tijd
uur: min.
Niveau van onderen
Tempera-
tuur ºC
2 niveaus 3 niveaus
Gebak op de bakplaat
Roomsoezen/tompoezen 1/4 --- 160-180
1))
0:35-0:60
Droog kruimelgebak 1/3 --- 140-160 0:30-0:60
Koekjes
Koekjes van zandtaartdeeg 1/3 1/3/5 150-160 0:15-0:35
Sprits 1/3 1/3/5 140 0:20-0:60
Koekjes van roerdeeg 1/3 --- 160-170 0:25-0:40
Schuimgebak, baiser 1/3 --- 80-100 2:10-2:50
Bitterkoekjes 1/3 --- 100-120 0:40-1:20
Met gist gebakken koekjes 1/3 --- 160-170 0:30-0:60
Soort
gebak
Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
27Toepassingen, tabellen en tips
Baktips
Koekjes van bladerdeeg 1/3 --- 170-180
1)
0:30-0:50
Broodjes 1/4 --- 160 0:30-0:45
Kleine cakejes (20stuks/blik) 1/4 --- 140
1)
0:25-0:40
1) Oven voorverwarmen
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van het ge-
bak is te licht van kleur
Verkeerde inschuifhoogte Gebak lager inschuiven
Het gebak zakt in (wordt
klef, papperig, vochtig)
Te hoge baktemperatuur Baktemperatuur iets lager in-
stellen
Te korte baktijd Baktijd verlengen
Baktijden kunnen niet worden
verkort door een hogere bak-
temperatuur
Te veel vocht in het deeg Gebruik minder vloeistof
Let op de kneedtijden, in het bij-
zonder bij het gebruik van keu-
kenmachines
Gebak is te droog Te lage baktemperatuur Baktemperatuur hoger instellen
Te lange baktijd Baktijd verkorten
Gebak wordt ongelijkma-
tig bruin
Te hoge baktemperatuur en te
korte baktijd
Baktemperatuur lager instellen
en baktijd verlengen
Het deeg is ongelijkmatig ver-
deeld
Het deeg gelijkmatig over de
bakplaat verdelen
Vetfilter is geplaatst Vetfilter verwijderen
Gebak wordt niet gaar
binnen de aangegeven
baktijd
Te lage temperatuur Baktemperatuur iets hoger in-
stellen
Vetfilter is geplaatst Vetfilter verwijderen
Soort gebak
Hetelucht met
ring
Hete luchtmet
ring
Tijd
uur: min.
Niveau van onderen
Tempera-
tuur ºC
2 niveaus 3 niveaus
Toepassingen, tabellen en tips28
Tabel Pizza hetelucht
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Soort gebak Inzetniveau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
Pizza (dun) 1 180 - 200
1)
1) Oven voorverwarmen
20 - 30
Pizza (met veel beleg) 1 180 - 200 20 - 30
Swabische pizza 1 180 - 200 45 - 60
Spinazietaart 1 160 -180 45 - 60
Quiche Lorraine 1 170 - 190 40 - 50
Kwarktaart, rond 1 140 - 160 60 - 90
Kwarktaart op bakplaat 1 140 - 160 50 - 60
Appeltaart, dicht 1 150 - 170 50 - 70
Groentetaart 1 160 - 180 50 - 60
Turks brood 1 250 - 270
1)
10 - 20
Bladerdeegtaart 1 160 - 180
1)
40 - 50
Flammekuchen (brood) 1 250 - 270
1)
12 - 20
Piroggen (gevulde broodjes) 1 180 - 200
1)
15 - 25
Gerecht Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
Pastaschotel Conventioneel 1 180-200 0:45-1:00
Lasagne Conventioneel 1 180-200 0:25-0:40
Gegratineerde groente
1)
1) Oven voorverwarmen
Infratherm 1 160-170 0:15-0:30
Gegratineerd stokbrood
1)
Infratherm 1 160-170 0:15-0:30
Zoete ovenschotels Conventioneel 1 180-200 0:40-0:60
Visschotels Conventioneel 1 180-200 0:30-1:00
Gevulde groente Infratherm 1 160-170 0:30-1:00
29Toepassingen, tabellen en tips
Tabel diepgevroren kant-en-klare gerechten
Braden
Ovenfunctie: Conventioneel of Infratherm
Plaats voor het braden het vetfilter!
Braadservies
Om te braden is ieder hittebestendig servies geschikt (zie opgave fabrikant!).
Grote braadstukken kunt u direct in de braadslede braden of op het rooster met
hieronder de braadslede.
Wij adviseren alle magere vleessoorten in een braadpan met deksel te braden. Op
deze manier blijft het vlees sappiger.
Alle soorten vlees die een korstje moeten krijgen, kunt u in een braadpan zonder
deksel braden.
3 Aanwijzingen met betrekking tot de braadtabel
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
Wij raden u aan vlees en vis pas vanaf 1 kg in de oven te braden.
Om het inbranden van vrijkomende vleessappen of vet te voorkomen, adviseren wij
een beetje vloeistof in het braadservies te doen.
Braadstukken naar behoefte (na 1/2 - 2/3 van de braadtijd) keren.
Grote braadstukken en gevogelte gedurende de braadtijd meerdere keren met braad-
vocht begieten. Daarmee bereikt u een beter braadresultaat.
Schakel de oven ca. 10 minuten voor het einde van de braadtijd uit, om te profiteren
van de restwarmte.
Gerecht Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Temperatuur
°C
Tijd
Diepvriespizza Conventioneel 3
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
Patates frites
1)
(300-600 g)
1) Opmerking: patates frites tussendoor 2 tot 3 keer keren
Infratherm 3 200-220
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
Stokbrood Conventioneel 3
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
Vruchtentaart Conventioneel 3
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
Toepassingen, tabellen en tips30
Braadtabel
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Tempera-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
Rundvlees
Stoofvlees 1-1,5 kg
Conventio-
neel
1 200-250 2:00-2:30
Rosbief of ossenhaas per cm dikte
- Van binnen rood (rare)
per cm
dikte
Infratherm 1 190-200
1)
0:05-0:06
- van binnen roze
(medium)
per cm
dikte
Infratherm 1 180-190 0:06-0:08
- doorbakken (well
done)
per cm
dikte
Infratherm 1 170-180 0:08-0:10
Varkensvlees
Schouderstuk,
nekstuk, ham
1-1,5 kg Infratherm 1 160-180 1:30-2:00
Kotelet, casselerrib 1-1,5 kg Infratherm 1 170-180 1:00-1:30
Gehakt 750 g-1 kg Infratherm 1 160-170 0:45-1:00
Kalfsvlees
Kalfsbraadstuk 1 kg Infratherm 1 160-180 1:30-2:00
Kalfsbout 1,5-2 kg Infratherm 1 160-180 2:00-2:30
Lamsvlees
Lamsbout,
lamsgebraad
1-1,5 kg Infratherm 1 150-170 1:15-2:00
Lamsrug 1-1,5 kg Infratherm 1 160-180 1:00-1:30
Wild
Hazenrug, hazenbout tot 1 kg
Conventio-
neel
3 220-250
1)
0:25-0:40
Ree-/hertenrug 1,5-2 kg
Conventio-
neel
1 210-220 1:15-1:45
Ree-/hertenbout 1,5-2 kg
Conventio-
neel
1 200-210 1:30-2:15
Gevogelte
Stukken gevogelte
per 200-
250g
Infratherm 1 200-220 0:35-0:50
Halve kip
per 400-
500g
Infratherm 1 190-210 0:35-0:50
Kip, poularde 1-1,5 kg Infratherm 1 190-210 0:45-1:15
Eend 1,5-2 kg Infratherm 1 180-200 1:15-1:45
31Toepassingen, tabellen en tips
Op lage temperatuur bereiden
Ovenfunctie: Op lage temperatuur bereiden
Met de ovenfunctie Op lage temperatuur bereiden blijft het braadstuk lekker mals en
bijzonder sappig.
Op lage temperatuur bereiden adviseren wij zachte, magere stukken vlees en vis.
Op lage temperatuur bereiden is niet geschikt voor suddervlees of varkensbraadstuk.
De oven verwarmt tot de gewenste of ingestelde temperatuur. Er klinkt een zoemer zo-
dra deze temperatuur is bereikt. Daarna schakelt de oven automatisch naar een lagere
temperatuur om.
Normaal adviseren wij voor kleinere stukken vlees, bijv. steak.
Profi
adviseren wij voor grotere stukken vlees, bijv. runderbiefstuk.
1 Let op: Plaats bij het braden het vetfilter in de oven!
3 Met de ovenfunctie Op lage temperatuur bereiden altijd open, zonder deksel bra-
den.
1. Het braadvlees in de pan zeer heet aanbraden.
2. In een braadslede of direct op het rooster met een daaronder geplaatst opvangblik
plaatsen.
3. In de ovenplaatsen. Ovenfunctie Op lage temperatuur bereiden kiezen, event. de te-
peratuur wijzigen en verder braden (zie tabel).
3 De ovenfunctie Op lage temperatuur bereiden kan niet tegelijkertijd met de
klokfunctie Duur en Einde worden gebruikt.
Gans 3,5-5 kg Infratherm 1 160-180 2:30-3:30
Kalkoen 2,5-3,5 kg Infratherm 1 160-180 1:45-2:30
Kalkoen 4-6 kg Infratherm 1 140-160 2:30-4:00
Vis (stoven)
Hele vissen 1-1,5 kg
Conventio-
neel
1 210-220 0:45-1:15
1) Oven voorverwarmen
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Tempera-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
Toepassingen, tabellen en tips32
Tabel Op lage temperatuur bereiden
Tabel Culisensor
Soort gerecht
Gewicht
g
Instelling Inzetniveau
Totale tijdsduur
min.
Rosbief 1000-1500 Profi 1 90-110
Runderbiefstuk 1000-1500 Profi 3 90-110
Kalfsbraadstuk 1000-1500 Profi 1 100-120
Steaks 200 - 300 Normaal 3 20-30
Soort gerecht Kerntemperatuur van het vlees
Rundvlees
Rosbief of ossenhaas van binnen rood (rare)
van binnen roze (medium)
doorbakken (well-done)
45-50 °C
60-65 °C
70-75 °C
Varkensvlees
Schouderkarbonade, hamlap 80-82 °C
Tussenribstuk, kasselerrib 75-80 °C
Gehakt 75-80 °C
Kalfsvlees
Kalfsbraadstuk 75-80 °C
Kalfsgehakt 85-90 °C
Schapenvlees / lamsvlees
Schapenbout 80-85 °C
Schapenrug 80-85 °C
Lamsbout, lamsbraadstuk 70-75 °C
Wild
Hazenrug 70-75 °C
Hazenpoot, hazenbout 70-75 °C
Gehele haas 70-75 °C
Reerug, hertenrug 70-75 °C
Reebout, hertenbout 70-75 °C
33Toepassingen, tabellen en tips
Vlak-grilleren
Ovenfunctie: Grill klein of Grill groot met maximale temperatuurinstelling
1 Let op: bij het grilleren moet de ovendeur altijd gesloten zijn.
3 De lege oven met de grillfuncties altijd 5 minuten voorverwarmen!
Voor grillen het rooster op het aanbevolen gebruiksniveau plaatsen.
De opvangbak altijd op het 1e gebruiksniveau van onderaf plaatsen.
De grilltijden zijn richtwaarden.
Grilleren is bijzonder geschikt voor platte stukken vlees en vis.
Grilltabel
Ontdooien
Ovenfunctie: Ontdooien (zonder temperatuurinstelling)
Uitgepakte etenswaren op een bord op het rooster plaatsen.
Gebruik voor het afdekken geen borden of schotels, omdat deze de ontdooitijd aan-
zienlijk verlengen.
Om te ontdooien plaatst u het rooster op het eerste niveau van onderen.
Gerecht Inzetniveau
Tijd
1e zijde 2e zijde
Frikadellen 4 8-10 min. 6-8 min.
Varkenshaas 4 10-12 min. 6-10 min.
Braadworst 4 8-10 min. 6-8 min.
Runderhaas, kalfsfilet 4 6-7 min. 5-6 min.
Runderfilet, rosbief (ca. 1 kg) 3 10-12 min. 10-12 min.
Geroosterd brood
1)
1) Niet voorverwarmen
3 4-6 min. 3-5 min.
Snacks op toast 3 6-8 min. ---
Toepassingen, tabellen en tips34
Ontdooitabel
Drogen met hetelucht
Ovenfunctie: Hete luchtmet ring
Gebruik hiervoor een met boterhampapier of bakpapier belegd rooster.
U bereikt een beter resultaat als u na de helft van de tijd de oven uitschakelt, opent en
gedurende de nacht laat afkoelen.
Daarna het gerecht verder laten drogen.
Gerecht
Ontdooitijd
min.
Nadooitijd
min.
Opmerking
Kip, 1000 g 100-140 20-30
Kip op een omgekeerd schoteltje in een
groot bord leggen
Na de helft van de tijd keren
Vlees, 1000g 100-140 20-30 Na de helft van de tijd keren
Vlees, 500g 90-120 20-30 Na de helft van de tijd keren
Forel, 150g 25-35 10-15 ---
Aardbeien, 300g 30-40 10-20 ---
Boter, 250g 30-40 10-15 ---
Slagroom, 2 x 200g 80-100 10-15
Slagroom kan ook met nog licht bevroren
deeltjes goed worden geklopt
Gebak, 1400g 60 60 ---
Gerecht
Temperatuur in
°C
Inzetniveau
Tijd in uren
(richtwaarde)
1 niveau 2 niveaus
Groenten
Bonen 60-70 3 1 / 4 6-8
Paprika (reepjes) 60-70 3 1 / 4 5-6
Soepgroenten 60-70 3 1 / 4 5-6
Paddestoelen 50-60 3 1 / 4 6-8
Kruiden 40-50 3 1 / 4 2-3
Fruit
Pruimen 60-70 3 1 / 4 8-10
Abrikozen 60-70 3 1 / 4 8-10
Appelschijven 60-70 3 1 / 4 6-8
Peren 60-70 3 1 / 4 6-9
35Toepassingen, tabellen en tips
Wecken
Ovenfunctie: Onderwarmte
Gebruik voor het inmaken/wecken alleen in de handel gebruikelijke glazen van het-
zelfde formaat.
Glazen met een schroefdeksel - of bajonetsluiting en metalen blikken zijn on-
geschikt.
Voor het wecken gebruikt u het eerste inzetniveau van onderen.
Gebruik voor het wecken de bakplaat. Hierop kunt u maximaal zes glazen met elk een
inhoud van één liter plaatsen.
De glazen moeten allemaal tot dezelfde hoogte zijn gevuld en zijn dichtgeklemd.
Plaats de glazen zodanig op de bakplaat, dat ze elkaar niet aanraken.
Giet ca. 1/2 liter water in de bakplaat, zodat er voldoende vocht in de oven ontstaat.
Zodra de vloeistof in de eerste glazen begint te parelen (bij 1-liter-glazen na ca. 35-60
minuten), schakelt u de oven uit of verlaagt u de temperatuur tot 100°C (zie de tabel).
Wecktabel
De opgegeven wecktijden en temperaturen zijn richtwaarden.
Product
Temperatuur
in°C
Wecken tot het
parelen begint
in min.
Doorkoken bij
100 °C
in min.
Bessen
Aardbeien, bosbessen, frambozen,
rijpe kruisbessen
160-170 35-45 ---
Onrijpe kruisbessen 160-170 35-45 10-15
Steenvruchten
Peren, kweeperen, pruimen 160-170 35-45 10-15
Groente
Wortels
1)
1) In de uitgeschakelde oven laten staan
160-170 50-60 5-10
Paddestoelen
1)
160-170 40-60 10-15
Komkommers 160-170 50-60 ---
Gemengd tafelzuur 160-170 50-60 15
Koolrabi, erwten, asperges 160-170 50-60 15-20
Bonen 160-170 50-60 ---
Reiniging en onderhoud36
Reiniging en onderhoud
1 Waarschuwing: Voor het reinigen moet het apparaat zijn uitgeschakeld en zijn afge-
koeld.
Waarschuwing: Om veiligheidsredenen het apparaat niet reingen met een stoom- of
hogedrukreiniger.
Let op: geen schuurmiddelen, scherp reinigingsgereedschap of schuursponsjes
gebruiken.
Geen bijtende schuurmiddelen of scherpe metalen schrapers gebruiken om het
glas van de ovendeur te reinigen. Hierdoor kan het oppervlak bekrast raken en
kan het glas uiteindelijk breken.
Buitenkant apparaat
De voorkant van het apparaat met een zachte doek en een warm sopje afnemen.
Bij een metalen front een in de handel verkrijgbaar onderhoudsmiddel gebruiken.
Geen schuurmiddelen en schuursponsjes gebruiken.
Binnenkant oven
Reinig het apparaat na elk gebruik. Op deze manier brandt het vuil namelijk niet aan en
kunt u vuil het makkelijkst verwijderen.
1. Bij het openen van de ovendeur schakelt automatisch de ovenverlichting in.
2. Maak de oven na elk gebruik schoon met een sopje en droog de oven na.
3 Hardnekkig vuil kan worden verwijderd met een speciale ovenreiniger.
1 Let op: neem bij gebruik van ovenspray altijd de aanwijzingen van de fabrikant in acht!
Accessoires
Alle inschuifdelen (rooster, bakplaat, inschuifroosters enz.) elke keer na het gebruik af-
wassen en goed afdrogen. Kort laten inweken zorgt voor makkelijker schoonmaken.
Vetfilter
1. Het vetfilter in een heet sopje of in de afwasautomaat reinigen.
2. Als het vuil sterk is ingebrand in wat water en 2-3 eetlepels afwasmiddel voor afwasauto-
maten uitkoken.
37Reiniging en onderhoud
Inschuifroosters
Om de zijwanden schoon te maken kunnen de inschuifroosters links en rechts in de oven
worden losgenomen.
Inschuifroosters losnemen
Roosters eerst voor van de ovenwand wegtrek-
ken (1) en dan achter losnemen (2).
Inschuifroosters inzetten
3 Belangrijk! De afgeronde einden van de gelei-
dingsstangetjes moeten naar voren wijzen!
Bij het inzetten de roosters eerst achter weer
inhangen (1) en dan voor inzetten en aandruk-
ken (2).
Reiniging en onderhoud38
Ovenverlichting
1 Waarschuwing: Kans op kortsluiting! Voor het vervangen van de ovenlamp:
oven uitschakelen!
zekeringen in de huisinstallatie uitdraaien resp. uitschakelen.
3 Om de ovenlamp en het afdekglas te beschermen een doekje op de bodem van de oven
leggen.
Ovenlamp vervangen/glas reinigen
1. Afdekglas linksom draaien, losnemen en
schoonmaken.
2. Indien nodig:
oververlichting 40 watt, 230 V 300 °C hit-
tebestendig
vervangen.
3. Afdekglas weer aanbrengen.
Ovenlamp aan de zijkant vervangen/
glas reinigen.
1. Linker inschuifrooster losnemen.
2. Afdekglas met behulp van een smal, stomp
voorwerp (bijv. theelepeltje) losnemen en reini-
gen.
3. Indien nodig:
ovenverlichting 25 watt, 230 V, 300 °C
hittebestendig,
vervangen.
4. Afdekglas weer aanbrengen.
5. Inschuifrooster inzetten.
39Reiniging en onderhoud
Bovenwand van de oven
Om het reinigen van de bovenwand van de oven te vereenvoudigen kan het bovenste
verwarmingselement worden neergeklapt.
Verwarmingselement neerklappen
1 Waarschuwing: Verwarmingselement alleen
neerklappen als de oven is uitgeschakeld en er
geen verbrandingsgevaar meer bestaat!
1. Inschuifroosters aan de zijkant losnemen.
2. Het verwarmingselement van voren vastpak-
ken en over het nokje aan de binnenkant van de
oven naar voren trekken.
3. Het verwarmingselement klapt nu naar bene-
den.
1 Attentie: Druk het verwarmingselement niet
met geweld naar beneden! Het verwarmingse-
lement kan afbreken.
Bovenwand van de oven reinigen
Verwarmingselement bevestigen
1. Verwarmingselement tegen de bovenwand van
de oven drukken.
2. Het verwarmingselement tegen de veerkracht
naar voren trekken en over het nokje geleiden.
3. In de klemmen laten vallen.
4. Inschuifroosters inzetten.
1 Attentie: Het verwarmingselement moet aan
beide kanten boven het nokje in de binnenwand
van de oven liggen en goed op z'n plek zitten.
Reiniging en onderhoud40
Bakovendeur
Om het binnenste van de bakoven gemakkelijker te kunnen kunt u de bakovendeur van
uw apparaat eruit halen.
Bakovendeur eruit halen
1. Bakovendeur volledig openen.
2. Klemhendel (A) aan de beide scharnieren van
de deur volledig uitklappen.
3. Sluit de bakovendeur tot de eerste vergrendel-
stand (circa 45°).
4. Pak met beide handen de zijkanten van de ba-
kovendeur vast en trek de deur van de bakoven
schuin naar boven er uit (Let op : Zwaar!).
3 Leg de bakovendeur met de buitenkant naar
boven op een zacht, vlak oppervlak neer, bij-
voorbeeld op een deken, om krassen te vermij-
den.
41Reiniging en onderhoud
Bakovendeur erin schuiven
1. Pak met beide handen de bakovendeur aan de
kant van de greep vast en houd deze in een
hoek van circa 45°.
Plaats de uitsparingen aan de onderkant van de
bakovendeur op de scharnieren van de bakoven.
Laat de deur tot de aanslag naar onder glijden.
2. Bakovendeur volledig openen.
3. Zet de klemhendel (A) aan de beide deur-
scharnieren terug in de oorspronkelijke positie.
4. Bakovendeur sluiten.
Reiniging en onderhoud42
Het glas van deur van de bakoven
De bakovendeur is uitgerust met vier achter elkaar aangebrachte glasplaten. De binnen-
ste glasplaten kunnen eraf gehaald worden, tijdens het reinigen.
1 Let op! Als er kracht wordt uitgeoefend, vooral aan de zijkanten van de voorruit, kan het
glas breken.
De glasplaten van de deur demonteren
1. Bakovendeur volledig openen.
2. Klemhendel (A) aan de beide scharnieren van
de deur volledig uitklappen.
3. Sluit de bakovendeur tot de eerste vergrendel-
stand (circa 45°).
4. Pak de deurafschermer (B) aan de bovenkant
van de deuraan beide kanten vast en druk deze
naar binnen om de klemvergrendeling los te
maken. Trek vervolgens de deurafschermer van
boven eraf.
43Reiniging en onderhoud
5. Pak de glasplaten een voor een aan de rand vast
en trek ze uit de geleiding vanaf boven eruit.
Reinig de glasplaten
Reinig grondig de glasplaten met spoelmiddel. Droog daarna de glasplaat goed af.
Glasplaten weer terug in de deur zetten
1. Schuif aan de onderkant van deur de glasplaten
een voor een schuin vanaf boven in het profiel
van de deur en laat ze zakken.
3 De beide kleine glasplaten eerst en daarna de
grote glasplaat.
2. Pak de deurafschermer (B) aan de zijkanten
vast, breng deze aan de binnenkant van de rand
van de deur aan en steek vervolgens de deuraf-
schermer (B) op de bovenkant van de deur.
Reiniging en onderhoud44
3 Aan de openzijde van de deurafschermer (B)
bevindt zich een geleiderail (C). Deze moet tus-
sen de buitenste deurruit en de geleidehoek (D)
erin worden geschoven.
De klemvergrendeling (E) moet vast gezet zijn.
3. Bakovendeur volledig openen.
4. Zet de klemhendel (A) aan de beide deurschar-
nieren terug in de oorspronkelijke positie.
5. Bakovendeur sluiten.
45Wat is er aan de hand als …
Wat is er aan de hand als
Wanneer u de storing niet kunt verhelpen met de hierboven gegeven aanwijzin-
gen, neem dan contact op met uw vakhandel of met onze service-afdeling.
1 Waarschuwing! Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vakmensen worden
uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's voor de gebruiker
leiden.
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
De oven wordt niet warm De oven is niet ingeschakeld Oven inschakelen
De dagtijd is niet ingesteld. Dagtijd instellen
De noodzakelijke instellingen
zijn niet uitgevoerd
Instellingen controleren
De veiligheidsuitschakeling
heeft de oven uitgeschakeld
Zie Veiligheidsuitschakeling
De zekering in de huisinstalla-
tie (stoppenkast) is doorge-
brand
Zekering controleren Als de
zekeringen meerdere malen
worden uitgeschakeld, neem
dan contact op met een er-
kend elektro-installateur
De ovenverlichting valt
uit
De ovenlamp is kapot Ovenlamp vervangen
De oven wordt niet warm.
Dagtijd brandt
De demo-mode is in werking De toets Selectie geduren-
de 2 sec. ingedrukt houden,
vervolgens binnen 2 sec. de
toetsen Selectie en ge-
durende 2 sec. ingedrukt hou-
den
In de tijdindicatie ver-
schijnt F11
De vleesthermometer heeft
kortsluiting of de stekker van
de vleesthermometer zit niet
vast in het contact
Steek de stekker van de vlees-
thermometer tot de eindaan-
slag in het contact in de
zijwand van de oven.
In de tijdindicatie ver-
schijnt een niet bovenge-
noemde foutcode
Elektronisch defect Het apparaat via de huisinstal-
latie of de veiligheidsschake-
laar van de zekeringkast
uitschakelen en vervolgens
weer inschakelen.
Neem bij herhaalde indicatie
a.u.b. contact op met de klan-
tenservice
Afvalverwerking46
3 Bij een onjuiste bediening wordt het bezoek van de servicetechnicus ook tijdens de ga-
rantieperiode in rekening gebracht.
3 Aanwijzingen voor apparaten met een metalen voorzijde:
Vanwege de koele voorzijde van uw apparaat kan er zich, na het openen van de oven-
deur tijdens of kort na het bakken of braden, gedurende korte tijd condens vormen op de
binnenkant van het deurvenster.
Afvalverwerking
2 Verpakkingsmateriaal
De verpakkingsmaterialen zijn niet schadelijk voor het milieu en herbruikbaar. De kunst-
stoffen hebben de volgende aanduidingen, bijv. >PE<, >PS<, enz. Verwijder de verpak-
kingsmaterialen in overeenstemming met de aanduiding bij de gemeentelijke
inzamelplaatsen in de daarvoor bestemde containers.
2 Oud apparaat verwijderen
Het symbool
W op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden ge-
bracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt
dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens
en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt
u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met
de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
1 Waarschuwing: Opdat er geen gevaar meer kan ontstaan, moeten afgedankt apparaten
voor het weggooien onbruikbaar worden gemaakt.
Stekker uit het stopcontact trekken en aansluitsnoer van het apparaat verwijde-
ren.
47Service
Service
Controleer bij technische storingen eerst of u met behulp van de gebruiksaanwijzing
(hoofdstuk „Wat te moet doen als…“) het probleem zelf kunt oplossen.
Wanneer u het probleem niet kunt oplossen, neemt u contact op met onze service-afde-
ling.
Om u snel te kunnen helpen, hebben wij de vol-
gende gegevens nodig:
Modelaanduiding
Productnummer (PNC)
Serienummer (S-No.)
(u vindt deze nummers op het typeplaatje)
Soort storing
Eventuele foutmelding die het apparaat aan-
geeft
Om ervoor te zorgen dat u de benodigde num-
mers van uw apparaat bij de hand heeft, raden wij u aan deze hier te noteren:
Modelaanduiding: .....................................
PNC: .....................................
S-No: .....................................
www.electrolux.com
www.aeg-electrolux.nl
www.aeg-electrolux.be
822 721 704-A-201008-01 Wijzigingen voorbehouden
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48

AEG Electrolux B 8831 M Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor